Inleiding. Dit is de schoolgids voor Olivijn, een cluster 3 school voor speciaal onderwijs in Almere.

Transcriptie

1 Schooljaar

2

3 Inleiding Dit is de schoolgids voor, een cluster 3 school voor speciaal onderwijs in Almere. In deze gids leest u wat uw kind te bieden heeft. De gids geeft informatie over het bestuur, de school en het onderwijs. Ook praktische informatie over vakanties, ziekmelding, vervoer en opvang komt aan bod. is een gesteente vormend mineraal even als Aventurijn. Aan mineralen en gesteenten worden ook wel krachten toegedicht. staat voor inspiratie en maakt welsprekend. Het is ook een beschermende steen. is zelfstandig en assertief en helpt je een eigen weg te volgen. Dit sluit aan bij wat wij als school onze leerlingen in de SO leeftijd willen meegeven. Op krijgt iedere leerling het onderwijs dat aansluit bij zijn/haar individuele behoefte. biedt de leerling een veilige omgeving. helpt de leerlingen zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen, zijn/haar mogelijkheden te ontdekken en zelf op onderzoek uit te gaan. Zo wordt de leerling voorbereid om later zo zelfstandig mogelijk te functioneren. Er wordt zoveel mogelijk in (niveau)groepen gewerkt. werkt samen met revalidatiecentrum De Trappenberg. Indien geïndiceerd, worden op de behandelingen onder schooltijd aangeboden in de, aan school gebouwde, kinderrevalidatiepoli. Wij wensen u en uw kind een fi jn jaar toe. Mw. H.J.M. (Henny) van den Berg, directeur * Waar in deze uitgave gesproken wordt over ouder(s) wordt mede bedoeld verzorger(s) en voogd(en). O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

4 Inhoudsopgave 4 1 Het onderwijs op 1.1 Stichting Almere Speciaal Het onderwijs op Leerlingen die bezoeken Onderbouw, middenbouw en bovenbouw De onderbouw; leerlingen van 4 tot 6-7 jaar De middenbouw en bovenbouw; leerlingen van 6-7 jaar tot 13 jaar 1.5 Communicatie met de leerlingen en ouders Ontwikkelingsperspectief/Onderwijsverslag Communicatieschriften Nieuwsbrief Website Oudercontacten 1.6 Impliciet en expliciet onderwijs Schoolproject Muziekonderwijs ICT op Fotografie en film 1.7 Dienstverlening school Mediatheek/jeugdbibliotheek Verzekering 2 Praktische informatie voor ouders 2.1 Schooltijden, ziek- en beter melden vakanties, wijzigingen gegevens Schooltijden Afwezig, ziek- en beter melden Vakantierooster en studiedagen Wijzigingen gegevens 2.2 Overblijven, opvang en vervoer Vervoer en aankomst op school Pauzes, overblijven, naschoolse opvang en vakantieopvang Excursies Schoolkamp Bewegingsonderwijs/schoolzwemmen

5 2.3 Medische aandachtspunten Medicijnen Begeleiding naar revalidatiecentrum Voorkomende ziektes Schoolarts en tandarts 2.4 Indicatiestelling, plaatsing en begeleiding op school Indicatiestelling en plaatsing Aanmelding en kennismakingsbezoek Commisie van Begeleiding Herindicatie Verwijzing en ambulante begeleiding Specialistische begeleiding op school 3 Organisatie van de school 3.1 Contactgegevens school Personeel Medezeggenschapsraad 3.2 School en samenwerking Samenwerking en Revalidatiecentrum De Trappenberg Samenwerking met stichting Gewoon Anders en REaCtys 3.3 Belangrijke adressen Stichting Almere Speciaal Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk geweld 2.5 Ouders en school Contact met de school Communicatie met de ouders Schorsen en verwijderen van leerlingen Klachtenregelingen en Inspectie voor het Onderwijs Ouderraad, ouderbijdrage en klassenouders O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

6

7 1 Het onderwijs op 1.1 Stichting Almere Speciaal is onderdeel van Stichting Almere Speciaal. De stichting is tot stand gekomen uit de besturen voor speciaal onderwijs, die ieder apart in Almere functioneerden (Mozarthof, De kleine Prins, Almeerse Scholengroep). Om de belangen van de Almeerse leerlingen beter te kunnen behartigen hebben zij de handen in één geslagen en is in 2009 Stichting Almere Speciaal gestart. Het bestuur van Stichting Almere Speciaal is verantwoordelijk voor het onderwijs van de volgende scholen:, Cluster 3 SO Aventurijn, Cluster 3 VSO De Bongerd, Cluster 3 en 4 SO en VSO De Strengerd, Cluster 4 Zmok Het doel van de stichting is eenvoudig, maar tevens veel omvattend: Alle Almeerse leerlingen succesvol in Almere naar school. Om deze doelstelling te behalen heeft de Stichting Almere Speciaal een verbrede toelating. Dit betekent dat ook leerlingen met een andere cluster indicatie bij onze scholen terecht kunnen. Stichting Almere Speciaal is onderdeel van de coöperatie Passend Onderwijs Almere, het samenwerkingsverband van alle scholen (basis, voortgezet en speciaal) in Almere. Het bestuur van Stichting Almere Speciaal stelt onder andere het schoolplan, de samenwerking tussen de scholen en O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l revalidatiecentra, het onderhoud van de voorzieningen, de jaarrekening, de begroting en andere beleidsmatige zaken vast. Binnen de stichting vindt op directieniveau overleg plaats tussen de hierboven genoemde scholen. Er wordt intensief samengewerkt om elke leerling het juiste aanbod te bieden. Te denken valt aan overleg ten aanzien van de organisatie, tussen de leerkrachten of op het gebied van ICT. De dagelijkse leiding van de scholen is in handen van de directeur of locatieleider. De directeur/bestuurder van Stichting Almere Speciaal is dhr R. Pet. Hij vormt samen met de directeuren dhr. B. Vismans (onderwijs en expertise) en dhr. A. van Tok (bedrijfsvoering) het managementteam van Stichting Almere Speciaal. Voor meer informatie over Stichting Almere Speciaal: Het onderwijs op Onderwijs op Op, Speciaal Onderwijs Cluster 3, krijgen leerlingen met een lichamelijke, verstandelijke of meervoudige handicap en langdurig zieke leerlingen didactische en pedagogische begeleiding. Leerlingen worden voorbereid op zo zelfstandig mogelijk functioneren binnen vervolgonderwijs, aangepast werk of een beschermde omgeving. Naast de cognitieve ontwikkeling van de leerlingen worden de sociale vaardigheden, zelfredzaamheid en een zinvolle tijdsbesteding sterk bevorderd in het onderwijs. Het onderwijs op is samengesteld conform de Wet op de Expertisecentra. Visie De visie van is dat elke leerling de mogelijkheden heeft zich te ontwikkelen. De snelheid waarmee dit gaat en het 7

8 8 niveau waarop kennis verworven en toegepast kan worden, is afhankelijk van de cognitieve mogelijkheden van de leerling. Het onderwijs staat op centraal. Er wordt gewerkt met leerlijnen per doelgroep. Per leerling worden doelen vastgesteld op cognitief, motorisch, creatief en sociaal-emotioneel gebied en op de gebieden zelfredzaamheid en leren leren. Het onderwijs wordt zo georganiseerd dat iedere leerling aan zijn of haar doelen op die gebieden werkt. Dit gebeurt zoveel mogelijk in kleine (niveau)groepen. Deze doelen worden in een verslag voor de ouders vastgelegd en twee maal per jaar met hen besproken. biedt de leerling vooral een veilige omgeving waarin de leerling geholpen wordt zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen, zijn/haar mogelijkheden leert ontdekken en zelf op onderzoek uit kan gaan. Dat betekent ook dat er eisen aan de leerlingen worden gesteld. Wat de leerling kan, moet de leerling ook zelf doen. Zo worden leerlingen erop voorbereid later zo zelfstandig mogelijk te functioneren. Werkwijze werkt met een ontwikkelingsperspectief en een leerlingvolgsysteem. Voor leerlingen met een revalidatie-indicatie wordt daarnaast in overleg met het revalidatiecentrum jaarlijks voor ieder kind een Trappenberg Activiteitenplan (TrAP) geformuleerd. Therapieën worden gegeven onder schooltijd. Onderwijs en revalidatie werken nauw samen aan gezamenlijke doelstellingen. Waarborging kwaliteit van onderwijs Het onderwijsbeleid van zal jaarlijks worden geëvalueerd en bijgesteld. Basis van het onderwijs is het schoolplan. De jaarlijkse evaluatie resulteert in een bijstelling van de onderwijsactiviteitenplannen. Belangrijke onderwijsactiviteiten schooljaar Afgelopen schooljaar is een voorbereidend jaar geweest voor het werken met Schoolwide Positive Behavior support. Komend schooljaar zullen de regels en werkwijze hiervoor zichtbaar gemaakt worden in de school, te starten met gedragsverwachtingen voor in de hal en op het schoolplein. Hier zullen de ouders ook over geïnformeerd en bij betrokken worden. Om handelingsgericht en opbrengstgericht te werken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van al onze leerlingen implementeren wij ZIEN! in het schooljaar Met ZIEN! brengen wij aan de hand van observaties de sociale en emotionele ontwikkeling in kaart. We krijgen hiermee zowel zicht op de sterke kanten van de leerlingen als op de ondersteuningsbehoefte. Na het in kaart brengen volgen concrete doelen en handelingssuggesties om de sociale en emotionele ontwikkeling van de leerling te bevorderen. ZIEN! gebruiken we tevens als basis en evaluatie-instrument voor School Wide Positive Behaviour Support.

9 Het werken met het ontwikkelingsperspectief is verbetert. Het nieuwe ontwikkelingsperspectief is overzichtelijker geworden. De protectieve en belemmerende factoren zijn duidelijker beschreven. Vanaf dit schooljaar wordt het ontwikkelingsperspectief 2x per jaar geëvalueerd in de leerlingbespreking en met de ouders besproken. Hiermee kunnen we zien of uw zoon of dochter zich conform het ontwikkelingsperspectief ontwikkelt of dat er aanpassingen in aanbod of ondersteuning gedaan moeten worden. Ook kan op deze wijze goed geëvalueerd worden of school voldoende rekening heeft gehouden met de protectieve en belemmerende factoren en de ondersteuningsbehoefte van uw zoon of dochter. In het schooljaar volgen de teamleden van scholing op het gebied epilepsie. De scholing wordt verzorgd door De Waterlelie uit Cruquius. zal komend schooljaar door ontwikkelen tot steunpuntschool epilepsie. Binnen is dan voldoende kennis over de ondersteuningsbehoefte van leerlingen met epilepsie. Scholen binnen ons samenwerkingsverband kunnen dan gebruik maken van onze expertise. Het team gaat komend jaar aan de slag met intervisie met als doel gebruik te maken van elkaars expertise en te leren van en aan elkaar. U wordt via de nieuwsbrief op de hoogte geïnformeerd over de ontwikkelingen binnen bovenstaande onderwijsactiviteiten. ; een neutraal bijzondere school is een neutraal bijzondere school. Dit betekent dat het onderwijs niet is gebaseerd op een geloofsovertuiging. De school kent het kennisgebied Geestelijke stromingen. Hier wordt kennis over belangrijke levensbeschouwingen en we reldgodsdiensten overgedragen. 1.3 Leerlingen die bezoeken, Speciaal Onderwijs Cluster 3, is voor leerlingen met een lichamelijke, verstandelijke, meervoudige handicap en voor langdurig zieke leerlingen in de leeftijd van 4 tot ongeveer 13 jaar. Daarna stromen leerlingen door naar het voortgezet onderwijs, onder andere naar VSO Aventurijn. Voor Aventurijn is een eigen schoolgids beschikbaar. Leerlingen die onderwijs op volgen dienen te beschikken over een indicatie voor Speciaal Onderwijs. Een onafhankelijke commissie voor indicatiestelling beoordeelt of een leerling in aanmerking komt voor Speciaal Onderwijs. Verderop in deze schoolgids kunt u daar meer over lezen. Of kijk voor meer informatie op Op de Speciaal Onderwijs (SO) school wordt onderwijs gegeven aan: Leerlingen met een lichamelijke beperking Leerlingen die door hun lichamelijke handicap het reguliere onderwijs niet kunnen volgen Lichamelijk gehandicapte leerlingen die wegens specifi eke leerproblemen en/of sociaal-emotionele problemen het regulier onderwijs niet kunnen volgen Leerlingen met een verstandelijke beperking Leerlingen die door hun verstandelijke beperking het reguliere onderwijs niet kunnen volgen Verstandelijk beperkte leerlingen die wegens specifi eke leerproblemen en/of sociaal-emotionele problemen het regulier onderwijs niet kunnen volgen 9 O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

10 10 Leerlingen met een meervoudige beperking Lichamelijk gehandicapte leerlingen met een verstandelijke beperking Leerlingen die ernstig motorisch en/of verstandelijk beperkt zijn waardoor zij blijvend op een laag ontwikkelingsniveau functioneren (onder de kalenderleeftijd van 4 jaar) Langdurig zieke leerlingen Leerlingen die vanwege veel ziekteverzuim het regulier onderwijs niet kunnen volgen De gevolgen van de handicaps voor het onderwijs De volgende factoren beïnvloeden het onderwijs aan lichamelijk, verstandelijk en meervoudig gehandicapte of langdurig zieke leerlingen: Problemen in de communicatie als gevolg van taal- en spraakproblemen Ontwikkelingsachterstand als gevolg van het minder kunnen opdoen van ervaringen. Leren doe je door ervaringen op te doen in de omgeving en het geleerde toe te passen in de praktijk. Lichamelijk en/of meervoudig gehandicapte leerlingen hebben in het algemeen minder mogelijkheden hiervoor. Het is dus van belang om ons onderwijs hier mede op af te stemmen Het veelvuldig opgenomen zijn in een ziekenhuis en het ziek zijn, waardoor de school vaker verzuimd wordt. Tevens wordt de leerling vaker uit het onderwijsproces gehaald, omdat het verzorgd moet worden onder schooltijd of naar therapie moet Energietekort: De leerling mist de energie die het leren vereist Het hebben van een verstandelijke beperking als gevolg van een hersenbeschadiging/ontwikkelingsbelemmering. Hersenbeschadigingen kunnen het leren bemoeilijken Ze kunnen de oorzaak zijn van een vertraagde informatieverwerking een verminderde concentratie problemen door beperkingen in het denkvermogen problemen met zien of horen een zwak geheugen taalproblemen Sociaal-emotionele problemen De lichamelijke, verstandelijke of meervoudige handicap kan een grote invloed hebben op het sociaal-emotioneel functioneren van de leerling. De handicap beperkt de leerling in zijn mogelijkheden, waardoor het moeilijker is om een adequaat zelfbeeld op te bouwen. Bij leerlingen met een verworven handicap is het vaak nog moeilijker om een positief zelfbeeld op te bouwen. Deze leerlingen worden met problemen geconfronteerd die hun dagelijks functioneren belemmeren en waar de betreffende leerling en zijn omgeving mee om moeten leren gaan. Vaak voelen gehandicapte leerlingen zich minder dan de niet gehandicapte leerlingen en kunnen daardoor onzekerder en passiever zijn. Een goede sociaal-emotionele ontwikkeling is van fundamenteel belang voor de ontwikkeling van de leerling

11 1.4 Onderbouw, middenbouw en bovenbouw Het onderwijs op kan worden onderscheiden in onderwijs in de onderbouw (OB), de middenbouw (MB) en de bovenbouw (BB), waarbij combinaties van bouwen binnen een groep mogelijk zijn. Speciaal Onderwijs (SO) Onderbouw (OB) 4 tot ±7 jaar Middenbouw (MB) ±7 tot ± 10 jaar Bovenbouw (BB) ±10 tot ±13 jaar Op zijn de groepen ingedeeld volgens ontwikkelingsleeftijd en kalenderleeftijd. Lichamelijk en meervoudig gehandicapte leerlingen kunnen samen in een groep zitten. Meervoudig gehandicapte en zeer moeilijk lerende leerlingen kunnen samen in een groep zitten. Op wordt gewerkt met de volgende kerndoelen en leerlijnen: Lichamelijk gehandicapte leerlingen en langdurig zieke leerlingen krijgen onderwijs volgens de kerndoelen van het (Speciaal) Basis Onderwijs Voor de meervoudig gehandicapte en verstandelijk beperkte leerlingen wordt uitgegaan van de kerndoelen voor het speciaal onderwijs, uitgewerkt in de ZML leerlijnen. Deze leerlijnen zijn ontwikkeld voor leerlingen voor wie de kerndoelen van het basisonderwijs te moeilijk zijn Voor de leerlingen met een ontwikkelingsleeftijd tot 24 maanden, een IQ tot 35 of leerlingen met een IQ tussen 35 en 55 met een zware lichamelijke beperking of bijkomende stoornis. wordt gewerkt met de Plancius leerlijnen. Deze leerlijnen zijn speciaal ontwikkeld voor bovenstaande doelgroep De onderbouw: leerlingen van 4 tot 6-7 jaar Doelstelling van de onderbouw: leren functioneren in een groep leren spelen leren omgaan met het eigen lichaam leren opdrachten uit te voeren stimuleren van taal- en spraakontwikkeling en zo mogelijk voorbereidend lezen en rekenen stimuleren van zintuiglijke ontwikkeling (horen, zien, voelen) stimuleren van het zelf doen De middenbouw en de bovenbouw: leerlingen van 6/7 tot 13 jaar In de midden- en bovenbouw is er extra aandacht voor het toepassen van het geleerde in de praktijk. Doelstelling lichamelijk gehandicapte en langdurig zieke leerlingen in de midden- en bovenbouw. Ontwikkelen vaardigheden als taal en rekenen en wiskunde volgens de kerndoelen van het primair onderwijs. De doelen zijn vertaald in leerlijnen 11 O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

12 12 Leren communiceren Ontwikkelen van de relatie met de eigen en de maatschappelijke omgeving Ontwikkelen van leervaardigheden Ontwikkelen van sociale vaardigheden Stimuleren van de emotionele ontwikkeling: leren positief naar jezelf en anderen te kijken, handicap beleving Vaak hebben de leerlingen meer tijd nodig om zich de leerstof eigen te maken. Hierdoor beheersen niet alle leerlingen aan het einde van de basisschoolperiode op alle stof tot en met groep acht. Per leerling wordt een geschikte vorm van voortgezet onderwijs gezocht die aansluit op zijn of haar niveau. Doelstelling meervoudig gehandicapte en zeer moeilijk lerende leerlingen in de midden- en bovenbouw Ontwikkelen leervoorwaarden. Daarvoor zijn taalgebruik, geheugentraining en taakgerichtheid belangrijk Leren lezen en rekenen of leren werken met alternatieven als picto lezen Wereldverkenning: het Ieren kennen van de wereld om je heen Ontwikkelen van de sociale vaardigheden Stimuleren van de emotionele ontwikkeling: leren positief naar jezelf en anderen te kijken Leren spelen, zowel alleen als met anderen Stimuleren van zintuiglijke ontwikkeling (horen, zien, voelen) Stimuleren van zelfstandig uitvoeren van dagelijkse activiteiten als: kleding, toiletgang, lichaamshygiëne, eten en verzorging van de eigen omgeving Stimuleren psychomotorische ontwikkeling: bewust worden van de mogelijkheden van het lichaam Bij het onderwijs aan deze leerlingen wordt uitgegaan van de kerndoelen voor het ZML onderwijs. Ook deze doelen zijn vertaald in leerlijnen. De bovengrens van deze leerlijnen sluit aan op de (Speciaal) Basis Onderwijs leerlijnen. Dit maakt een eventuele overstap mogelijk wanneer blijkt dat een leerling zich toch verder kan ontwikkelen. Bij het werken aan deze doelen worden diverse methoden voor het (speciaal) onderwijs gebruikt. Doelstelling ernstig meervoudig gehandicapte leerlingen (EMG) Bij het onderwijs aan deze leerlingen wordt uitgegaan van de Plancius leerlijnen. De doelstellingen voor deze leerlingen staan in een stamlijn met basale ontwikkelingsdoelen, met name rondom communicatie en sensomotorische en sociaal-emotionele ontwikkeling. Wanneer de leerlingen zich verder ontwikkelen, waaieren deze basale doelstellingen uit naar vijf verschillende domeinen met leerlijnen: communicatie, sensomotorische ontwikkeling, sociaal-emotionele ontwikkeling, zelfredzaamheid en spelontwikkeling. Langs die lijnen ontwikkelt de leerling zich verder. De bovengrens van deze leerlijnen sluit aan op de leerlijnen ZML. Dit maakt een eventuele overstap mogelijk wanneer blijkt dat een leerling zich toch verder kan ontwikkelen. Meer informatie over kerndoelen speciaal onderwijs: Brochure: kerndoelen speciaal onderwijs (

13 1.5 Communicatie met de leerlingen en ouders Ontwikkelingsperspectief/Onderwijsverslag Binnen 6 weken na de start op wordt door de Commissie van Begeleiding voor de leerling een ontwikkelingsperspectief opgesteld in samenspraak met de ouders. Twee keer per jaar krijgen de ouders een verslag over de behaalde doelen en de te behalen doelen. Dit onderwijsverslag wordt kort na uitreiking met de ouders besproken door de leerkracht en de assistent Communicatieschriften Leerlingen worden gestimuleerd zelf te communiceren met hun ouders en begeleiders. Voor de leerlingen van de onderbouw en voor de meervoudig gehandicapte en zeer moeilijk lerende leerlingen kunnen communicatieschriften gebruikt worden. Ook voor de communicatie met de therapeuten wordt gebruik gemaakt van de communicatieschriften. 13 In de onderbouw en EMG (=ernstig meervoudig gehandicapten) groepen wordt iedere dag in het communicatieschrift geschreven. In de groepen meervoudig gehandicapte leerlingen en zeer moeilijk lerende leerlingen zorgen de leerkrachten 1 maal per week voor communnicatie naar de ouders. Iedere dag het communicatieschrift bijhouden zou te veel onderwijstijd kosten Nieuwsbrief Ongeveer één maal per veertien dagen verschijnt de nieuwsbrief. Dit is een informatiebulletin bestemd voor de ouders van onze leerlingen. In dit blad staan onder meer: belangrijke data, informatie over personeel, leerlingenzaken O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

14 14 en andere wetenswaardigheden. De nieuwsbrief is ook te lezen op de website van de school. U kunt zich via de website aanmelden voor het digitaal ontvangen van de nieuwsbrief Website De school heeft een website. Hierop vindt u actuele informatie over de school Oudercontacten Naast de telefonische contacten, mogelijke huisbezoeken, contacten met betrekking tot het onderwijsverslag en de meeloopdag voor de leerlingen met een revalidatie-indicatie is het mogelijk om op afspraak de betreffende leerkrachten en assistenten te ontmoeten om inhoudelijk over uw zoon of dochter te spreken. 1.6 Impliciet en expliciet onderwijs Impliciet onderwijs is gericht op leren door te doen en heeft als doel de leerling zo zelfstandig mogelijk te maken en actief bezig te laten zijn in het onderwijs. De leerlingen zijn beter betrokken bij de lessen en de lessen worden aangeboden binnen reële contexten. Daarnaast werken we op ook met expliciet onderwijs om vaardigheden en strategieën aan te leren Schoolproject Ieder jaar wordt er een aantal weken gewerkt aan een project met één gezamenlijk thema. Tijdens het project wordt groep doorbroken gewerkt. Er worden gezamenlijke activiteiten georganiseerd, zoals bijvoorbeeld: atelier speciaal (handvaardigheid, drama en muziek) gast muzikanten gast theatergroepen Bij de opening en de sluiting van een project zijn de ouders altijd van harte welkom Muziekonderwijs In iedere groep wordt elke week een muziek- of een ervarings gerichte les gegeven door een vakleerkracht. Naast het zingen, luisteren en spelen op instrumenten is er ook aandacht voor drama en dans. Gedurende de lessen wordt aangesloten bij de thema s die in de verschillende groepen behandeld worden.

15 1.6.3 Excursies Tijdens excursies doen de leerlingen ervaringen op buiten de school. Deze excursies helpen hen bij het beter opnemen van de leerstof. Excursies zijn altijd een onderdeel van de aangeboden lesstof Schoolkamp, excursie, speeldag Om het jaar gaan de bovenbouw leerlingen op schoolkamp. De leerlingen overnachten in het gebouw waar de kampdagen plaatsvinden. Voor de leerlingen is het belangrijk te ervaren dat bijvoorbeeld een andere omgeving geen belemmering hoeft te zijn in het ontwikkelen van mogelijkheden. Alle middenbouw groepen gaan op excursie. De leerlingen van de onderbouw en de EMG groepen hebben ieder jaar een speeldag in de school. Alle bovenstaande activiteiten zijn gekoppeld aan een thema. Let op! Aan de ouders wordt een bijdrage in de kosten gevraagd. Het is mogelijk om de eigen bijdrage voor het schoolkamp in termijnen te voldoen. 15 O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

16 Bewegingsonderwijs/schoolzwemmen Tijdens het bewegingsonderwijs zijn vooral soci ale elementen belangrijk. De lessen worden gegeven door een vakleraar bewegingsonderwijs. Bij de samenstelling van de groepen wordt gekeken naar leeftijd en mogelijkheden van de leerling. In de onderbouw wordt lesgegeven aan de hele groep. Tijdens de lessen bewegingsonderwijs dragen de leerlingen indien mogelijk sportkleding (T-shirt, korte broek en schoenen). De leerlingen nemen een handdoek mee van thuis voor het douchen of het opfrissen na de les. Op vinden we het belangrijk dat de leerlingen kennis maken met zwemmen, om zo leerlingen watervrij te maken en de leerlingen te laten bewegen in het water. Er wordt één keer per week gezwommen door leerlingen uit de middenbouw in het zwembad van van Rheenen aan de Marathonlaan in Almere. Voor de begeleiding bij het lopen van en naar het zwembad en bij het aan- en uitkleden wordt de hulp van ouders ingezet. U kunt zich hiervoor aanmelden bij de ouderraad. or.olivijn@almere-speciaal.nl ICT op De leerlingen leren de compurer te gebruiken. Daarnaast dienen computers ter ondersteuning van het lesprogramma Fotografie en film Tijdens lessen en activiteiten van de school wordt regelmatig gefilmd en gefotografeerd. Dit beeldmateriaal wordt intern gebruikt voor observaties. Bij de inschrijving, van uw zoon/dochter op onze school, wordt gevraagd of u toestemming verleent voor extern gebruik van foto en filmmateriaal. Hierbij kunt u denken aan gebruik van foto s/filmmateriaal voor de nieuwsbrief, website of de schoolgids. Mocht u deze toestemming willen wijzigen, dan kunt u dit kenbaar maken aan het secretariaat. 1.7 Dienstverlening School Mediatheek/jeugdbibliotheek Leerlingen kunnen voor het leesonderwijs op school boeken lenen uit de bibliotheek. Deze boeken dienen op school te blijven Verzekering Verzekeringen en aansprakelijkheid De Stichting Almere Speciaal heeft voor het gehele bedrijf een verzekeringspakket afgesloten. Onderdeel van dit pakket zijn een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van de betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets enz.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als diegene die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dit verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand.

17 Ten eerste is de school/het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor een school optreden) moet dus te kort zijn geschoten in haar/zijn rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymles wordt een bal geschopt. Deze komt op een bril van een leerling terecht en de bril is kapot. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt dan ook niet door de school vergoed. 17 Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade van onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun handelen. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens de door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van groot belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

18

19 2 Praktische informatie voor ouders 2.1 Schooltijden, ziek en- betermelden, vakanties, wijzigingen gegevens Schooltijden Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag Woensdag Het secretariaat is geopend van en op woensdag van 8:00-15:00 De school is geopend van Afwezig, ziek- en betermelden Wanneer een leerling ziek of afwezig is, moet dit worden gemeld aan de school. Afmelden bij school: Tussen en 8.45 uur telefonisch of per (met vermelding van de reden en de duur van de afwezigheid) T E secretariaat.olivijn@almere-speciaal.nl Revalidatie Centrum Afmelden bij de Centrale Planning van het revalidatiecentrum: tussen 8.00 en 8.30 uur T Betermelden bij het revalidatiecentrum tussen 8.00 en uur en op vrijdag tussen en uur. Daarnaast geeft u de melding door aan het taxibedrijf Vakantierooster en studiedagen Het vakantierooster vindt u in het omslag van onze schoolgids. Let op! Slechts in uitzonderlijke gevallen is het mogelijk extra vrij te krijgen van school. Het verzoek voor extra verlof dient minimaal drie weken van te voren schriftelijk te worden ingediend bij de teamleider van de school. Hiervoor is een formulier ontwikkeld dat verkrijgbaar is via de teamleider. De directie geeft slechts toestemming voor extra verlof als hier een wettelijke grond voor is. Zie voor meer informatie Hier kunt u tevens het aanvraagformulier downloaden. Het actuele vakantierooster en bijzondere data vindt u in het omslag van onze schoolgids en op de website Wijzigingen gegevens Bij verhuizing verzoeken wij u de adreswijzigingen zo spoedig mogelijk aan het secretariaat door te geven. Denkt u hierbij ook aan eventuele wijzigingen van telefoonnummers. 2.2 Overblijven, opvang en vervoer Vervoer en aankomst op school Tussen 8.15 uur en 8.30 uur arriveren de taxi s bij school. De assistenten houden dan toezicht in de hal en op het plein. Taxichauffeurs mogen niet met de leerling mee naar de klas. Zij brengen de leerling tot in de hal van de school. Het bevordert de zelfstandigheid van de leerlingen wanneer zij zelf de weg naar het klaslokaal weten. 19 O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

20 20 Wordt een leerling door de ouders zelf afgehaald en gaat hij niet met de taxi mee, dan moet dit tijdig worden doorgegeven aan de leerkracht. De ouders dienen zelf voor het afmelden bij het taxibedrijf te zorgen. Let op! De organisatie van het vervoer is de verantwoordelijkheid van ouders. De school heeft hier geen rol in. Als u klachten heeft over het vervoer van uw kind, neemt u dan contact op met het taxibedrijf of met de ambtenaar leerlingenvervoer van uw gemeente. De gemeenten betalen het taxivervoer, zij zijn graag op de hoogte van de gang van zaken rondom het vervoer. U dient ieder jaar opnieuw het vervoer aan te vragen (vòòr 1 juni) Pauzes, overblijven, naschoolse opvang en vakantieopvang Vakantieopvang In samenwerking met Stichting De Wielewaal en Thuiszorg Gooi en Eemland biedt de mogelijkheid om in schoolvakanties een vakantieprogramma te volgen. Tijdens deze weken is er een feestelijk programma, afgesloten met een groot feest. Stichting De Wielewaal heeft al jarenlang ervaring met vakanties voor gehandicapten. Deze activiteiten zullen komend schooljaar in Huizen plaatsvinden op het terrein van mytylschool De Trappenberg. U kunt uw kind ook voor een aantal dagen opgeven voor de vakantieactiviteit. Inschrijven kan via een inschrijfformulier op school of via de website van De Wielewaal Het vervoer dient u in eerste instantie zelf te regelen. Pauzes De leerlingen hebben tussen 9.45 en uur 15 minuten pauze en tussen en uur 30 minuten. Tijdens de pauze spelen de leerlingen buiten op het plein van de school. Bij slecht weer spelen de leerlingen binnen. Gedurende de pauzes is toezicht aanwezig. Let op! Zorg voor voldoende warme kleding voor het buitenspelen. Overblijven Op blijven de leerlingen tussen de middag op school. De leerlingen nemen zelf hun brood en drinken mee. Tussen en uur wordt er in de klas gegeten. Fruit U doet ons een groot plezier als u het fruit voor de ochtendpauze en/of lunch schoongemaakt aan uw kind meegeeft.

21 2.3. Medische aandachtspunten Medicij nen Ouders zijn verantwoordelijk voor het medicijngebruik op school. Zij zorgen dat de groepsleiding de juiste informatie heeft over de medicatie en dat tijdig de juiste medicatie aangeleverd wordt. Op de verpakking dient vermeld te worden om welke medicatie het gaat, de dosering en op welke tijd(en) deze medicatie moet worden toegediend. De groepsleiding zorgt er voor dat de medicijnen op school aan het kind gegeven worden. Let op! Medicatie die urgent moet worden ingenomen of worden toegediend (bij voorbeeld bij een epileptische aanval), moet de leerling altijd bij zich hebben. Hiervoor wordt als vaste opbergplaats het voorvakje van de schooltas gekozen. Bij wijzigingen zijn ouders verantwoordelijk voor het op tijd doorgeven aan de groepsleiding en zo nodig de revalidatiearts Begeleiding naar revalidatiecentrum Wanneer een leerling onder schooltijd naar de revalidatiearts moet, verzoeken wij de ouder het kind zelf te begeleiden Voorkomende ziektes Verkoudheden In verreweg de meeste gevallen is een verkoudheid geen reden om een leerling een uitzonderingspositie in te laten nemen. Natuurlijk wordt er op gelet dat er geen onnodige risico s gelopen worden (goed aankleden bij het buitenspelen, snel afdrogen na het zwemmen en dergelijke). Infectieziekten Bij infectieziekten hanteert de school de richtlijnen van de GGD Flevoland beschreven in de brochure Kinderen en infectieziekten, handleiding voor docenten en leid(st)ers van kindercentra. Deze brochure ligt bij het secretariaat ter inzage. Hoofdluis Hoofdluis komt op iedere school voor. Indien nodig wordt de ouder gevraagd het kind te behandelen om verspreiding tegen te gaan. Als u merkt dat uw kind hoofdluis heeft, verwachten wij dat u de school even een seintje geeft. Een informatiestencil over dit onderwerp is verkrijgbaar bij het secretariaat van de school Schoolarts en tandarts Wanneer een kind vier jaar wordt, draagt het consultatiebureau van GGD Flevoland de zorg over aan de jeugdarts van de GGD. Hij onderzoekt de jonge kinderen uit de onderbouw en de oudere kinderen één keer in de bovenbouwperiode. Hebt u vragen of problemen over de lichamelijke of sociaal-emotionele ontwikkeling van uw kind, dan kunt u zich wenden tot de jeugdarts. Ook kan er, met uw goedvinden, tussen de GGD en de school overlegd worden over kinderen voor wie extra aandacht op zijn plaats is. De schoolarts heeft een adviserende rol in de Commissie van Begeleiding van de school. 21 O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

22 Onderzoek schoolarts leerlingen in de onderbouw De jeugdarts kijkt naar de groei en ontwikkeling en de algemene gezondheid. Gelet wordt op ogen en oren, lengte en gewicht en het gedrag van het kind. Onderzoek schoolarts leerlingen in de bovenbouw Naast groei en ontwikkeling krijgen slapen, voeding en hobby s de aandacht. Een zo gezond mogelijke leefstijl staat centraal. ACTA Landdroststraat RG Almere T F Van het onderzoek wordt een verslag gemaakt. Wanneer daar aanleiding toe is, vindt overleg met school plaats. Dat gebeurt alleen met medeweten van de ouders. 22 Ouders/verzorgers/jeugdigen kunnen zelf ook bij de afdeling Jeugdgezondheidszorg terecht voor vragen over de groei en ontwikkeling van hun kind/henzelf, maar ook voor vragen op het gebied van opvoeding, gedrag, verzorging en leefstijl (genotmiddelen, seksualiteit). De afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD Flevoland is telefonisch bereikbaar op werkdagen van uur tot uur via telefoonnummer Overige informatie over de diensten van de afdeling JGZ, maar ook een breed scala aan folders, is terug te vinden op de website: www. ggdfl evoland.nl De jeugdarts voor de school is dhr. Karim Shakib van de GGD Flevoland. Hij is telefonisch bereikbaar via evoland.nl Tandarts Bij de ACTA is een gespecialiseerde tandarts werkzaam, die een kind kan controleren en zonodig behandelen. Voor angstige kinderen wordt extra tijd uitgetrokken om te wennen aan de tandheelkundige omgeving. Ouders dienen zelf hun kind naar de tandarts te begeleiden.

23 2.4 Indicatiestelling, plaatsing en begeleiding op school Indicatiestelling en plaatsing Een leerling heeft een LG, ZML, MG, LZ indicatie nodig om speciaal onderwijs te kunnen volgen op. Om een indicatie te krijgen dienen ouders contact op te nemen met het Bureau voor de Indicatiestelling van Stichting Gewoon Anders of van REaCtys. Deze bureaus ondersteunen de onafhankelijke Commissie voor de Indicatiestelling. Deze commissies indiceren de leerling op basis van de door ouders aangeleverde gegevens. Voor de stappen die doorlopen moeten worden voor indicatie en plaatsing op school verwijzen wij u naar de website naar de website van stichting Gewoon Anders; of naar de website van REaCtys; Wanneer een leerling is geïndiceerd komt het op school binnen de periode die met de ouders is afgesproken. Wanneer het niet lukt een leerling te plaatsen wordt een plaatsingswachtlijst geformeerd Aanmelding en kennismakingsbezoek Commissie van Begeleiding Het bevoegd gezag (bestuur) van de school heeft een Commissie van Begeleiding ingesteld. Deze is zodanig samengesteld dat zij adequaat kan adviseren vanuit zowel onderwijskundig, pedagogisch, psychologisch, medisch, als paramedisch oogpunt, rekening houdend met de beperking van de leerling en de sociale context waarin de leerling opgroeit. Hierbij verwijzen wij naar Wetsartikel 40b Commissie voor de begeleiding. In de CvB hebben de volgende vaste personen zitting: de directeur (voorzitter, aanwezig namens bevoegd gezag), teamleiders en psycholoog/orthopedagoog. De jeugdarts, maatschappelijk werkende en indien betrokken, de revalidatiearts hebben een adviserende rol in de CvB en worden 1 keer per 5 weken uitgenodigd om de CvB bij te wonen. Taken van de Commissie van Begeleiding Aanname en instroom: op voorstel van de Commissie van Begeleiding en in overeenstemming met de ouders verklaart het bevoegd gezag van een leerling toelaatbaar voor. 23 Aanmelding van een leerling kan gedurende het gehele schooljaar plaatsvinden. Plaatsing van een leerling vindt zoveel mogelijk plaats bij aanvang van het schooljaar of per januari. Voor onderbouwleerlingen is er in april nog een instroommoment. vindt het belangrijk dat de ouders en de leerling voor de aanmelding eerst een kennismakingsgesprek en een rondleiding hebben op de school. Zo kunnen zij een beeld krijgen van het onderwijs en de sfeer op school. O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

24 24 Bewaking onderwijskwaliteit en regie leerlingenzorgzorgvragen van de leerlingen. Uitstroom en overdracht: advisering aan en begeleiding van ouders bij het zoeken van een passende vervolgplek. Herindicatie, ondersteunen en adviseren van ouders, op/ bijstellen onderwijskundig rapport/handelingsplannen, verzorgen psychologisch onderzoek, verzorgen medische verklaring versturen aanvraag naar het REC Herindicatie De beschikking heeft een beperkte geldigheidsduur: lichamelijk gehandicapte leerlingen (LG): 3 jaar zeer moeilijk lerende leerlingen (ZM en ZML/MG): 4 jaar zeer moeilijk lerende leerlingen met Downsyndroom (ZML): indien aangevraagd in of na 2009 de hele schoolloopbaan meervoudig gehandicapte leerlingen (LG/MG): 4 jaar langdurige zieke leerlingen (LZ): 3 jaar Aan het einde van deze geldigheidsduur dient opnieuw een indicatie aangevraagd te worden. Dit is een zogenaamde herindicatie. Voor de stappen die doorlopen moeten worden voor herindicatie verwijzen wij u naar de website naar de website van Stichting Gewoon Anders; of naar de website van REaCtys; Verwijzing en ambulante begeleiding Soms wordt een leerling doorverwezen naar een andere vorm van onderwijs of dagopvang. Met de ouders wordt er overleg gevoerd en samen met het behandelteam wordt bekeken wat voor de leerling de beste plek is. Wanneer de ouders het niet eens zijn met het standpunt van de school, kunnen zij in beroep gaan bij het bestuur van Stichting Almere Speciaal. De school is verplicht om actief te zoeken naar een andere vorm van onderwijs voor de leerling. Lukt dit niet binnen een periode van acht weken dan kan de school tot defi nitieve verwijdering van de leerling overgaan. Contactgegevens van Stichting Almere Speciaal vindt u achter in deze schoolgids. Een leerling die vanuit geplaatst wordt in het regulier onderwijs kan in aanmerking komen voor onderwijskundige ambulante begeleiding. Dit wordt beoordeeld door de Commissie voor de Indicatiestelling. Voor meer informatie zie of

25 2.4.6 Specialistische begeleiding Psychosociale hulp Aan de school zijn een psycholoog/orthopedagoog en maatschappelijk werkers verbonden. De maatschappelijk werkers en de psycholoog/orthopedagoog stemmen de hulpverlening in goed overleg op elkaar af. De maatschappelijk werker houdt zich specifi ek bezig met de gezinssituatie, maar kan zich ook richten op de leerling als deze ouder is dan twaalf jaar. Daarnaast heeft de maatschappelijk werker een taak als spreekbuis voor de ouders naar de school en de therapeuten als dat nodig is. Met vragen over praktische zaken zoals voorzieningen, verwijzing naar instanties e.d. kunt u ook bij hen terecht. De psycholoog/orthopedagoog onderzoekt de leermogelijkheden en het sociaal-emotioneel functioneren bij de leerling. Hij biedt ook hulp bij handicapbeleving, sociaal welbevinden en denkt mee over de (school)loopbaan. Ouderbegeleiding vindt plaats bij specifi eke gedrag- en opvoedingsproblemen. Daarnaast vindt ondersteuning plaats van leerkrachten en therapeuten bij pedagogische vraagstukken. Verder heeft de orthopedagoog/psycholoog een belangrijke stem in de beleidsvoering van de school op pedagogisch en psychosociaal gebied. De orthodidactische hulp wordt zoveel mogelijk door de leerkrachten zelf geboden, indien nodig met hulp van de teamleider. Tevens worden, zo nodig, externe organisaties betrokken bij de orthodidactische hulp aan de leerlingen van. Logopedie De logopedist, verbonden aan de school, ondersteunt de leerkracht en behandelt in beperkte mate de stoornissen op het gebied van stem, spraak, taal en gehoor. Daarnaast behandelt de logopedist ook problemen op het gebied van eten en drinken, voor zover deze problemen te maken hebben met de mondmotoriek. Nieuwe leerlingen die geen revalidatieindicatie hebben kunnen door de logopedist verbonden aan school worden onderzocht/gescreend op logopedische problematiek. Totale communicatie Voor veel leerlingen van verloopt communicatie niet vanzelfsprekend. Totale communicatie betekent tegelijkertijd en meer bewust gebruik maken van alle mogelijke communicatiemiddelen met als doel contact maken en communiceren. U kunt hierbij denken aan de inzet van 25 O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

26 school verplicht om de meldcode te hanteren (regeling gaat in vanaf 1 juli 2013). Deze werkwijze levert een bijdrage aan een effectieve signalering en aanpak. De verplichte meldcode beschrijft in 5 stappen wat een professional moet doen bij signalen van mishandeling of geweld en behelst dus geen meldplicht. Overigens kunnen het Adviesen Meldpunt Kindermishandeling of Steunpunten Huiselijk Geweld door de scholen ook om advies gevraagd worden. hulp-bieden/meldcode 2.5 Ouders en school Contact met de school Contact met groepsleiding Teamleden zijn telefonisch bereikbaar 15 minuten voor schooltijd, 30 minuten na schooltijd en tijdens de pauzes. Tijdens de lessen zijn teamleden niet bereikbaar. communicatiemiddelen zoals lichaamstaal, voorwerp, tekening, gebaar, pictogram, communicatieboek of individueel planbord. Zo wordt er een beroep gedaan op verschillende zintuigen om te komen tot betere waarneming en verwerking van de boodschap. Na een observatieperiode en onderzoekstraject wordt er, indien nodig, in overleg met alle betrokkenen een communicatieplan opgesteld Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk geweld Binnen Stichting Almere Speciaal werken de scholen conform de meldcode Kindermishandeling en Huiselijk geweld. Als er signalen van mishandeling of huiselijk geweld zijn, zijn we als Contact bij problemen Bij problemen wendt u zich in eerste instantie tot de groepsleerkracht. Deze kan ook de teamleider inschakelen. Indien u niet tevreden bent over de gang van zaken op school of in de klas dan kunt u contact opnemen met de teamleider of de directie. Elders in deze gids treft u de contactgegevens aan Communicatie met de ouders Inzagerecht, wet op de persoonsregistratie Door de school wordt in verband met een zo optimaal mogelijke begeleiding van de kinderen veel vastgelegd. Dit begint al bij de toelatingsprocedure. De verslagen rond de toelatingsprocedure maken deel uit van het centrale dossier, waarin ook de persoonlijke gegevens opgenomen zijn. Na de toelating worden andere verslagen aan dit dossier toegevoegd.

27 De dossiers zijn ter inzage voor de medewerkers van de school. Bij overgang naar een andere school buiten Stichting Almere Speciaal of bij een informatievraag van derden, dienen de ouders schriftelijk toestemming te geven voor het overdragen van (deel)verslagen. Het leerling-dossier wordt na het verlaten van de school vijf jaar bewaard en vervolgens vernietigd. De school informeert de ouders desgewenst over de inhoud van het dossier. Ouders kunnen zelf ook naar inzage in het dossier vragen. Wanneer ouders het niet eens zijn met de inhoud van de verslaglegging, kunnen zij hun mening opschrijven en als aan de Commissie van Begeleiding verstrekt document aan het gemeenschappelijke rapport laten toevoegen. Indien u gebruik wilt maken van dit inzage recht dan kunt u hiervoor een afspraak maken met de directeur. Nadere regeling van gezag en omgang met minderjarige kinderen Op 2 november 1995 is in werking getreden de Wet Nadere regeling van het gezag en omgang met minderjarige kinderen. Deze wet schaft de begrippen voogdij en toeziende voogdij in het geval van echtscheiding af, de wet verplicht gescheiden ouders tot het elkaar informeren en raadplegen met betrekking tot hun kinderen, geeft ook anderen dan de ouders recht op omgang met een kind en maakt het voor ongehuwde ouders eenvoudiger om gezamenlijk ouderlijk gezag te realiseren. Op basis van deze wet zijn bepaalde derden gehouden om aan de ouder die niet met het gezag is belast, informatie te verschaffen, indien deze ouder daarom vraagt. Het gaat hierbij om informatie inzake belangrijke feiten die de verzorging en opvoeding van het kind betreffen. Een school is bij uitstek een instelling die over bovenstaande informatie beschikt. Bijvoorbeeld: indien de niet met het gezag belaste ouder tegenover de school heeft aangegeven graag op de hoogte te willen blijven van het functioneren van zijn zoon of dochter op school is het wenselijk dat de school, indien de omstandigheden dit toelaten, deze ouder ook uitnodigt voor de ouderavond. De school hoeft dit echter niet te blijven doen als de ouder vervolgens zonder goede reden niet op school verschijnt. Als een niet met het gezag belaste ouder om informatie vraagt, betekent dit echter niet zonder meer dat dezelfde informatie die aan de met gezag belaste ouder wordt verstrekt ook aan de niet met het gezag belaste ouder moet worden verstrekt: informatie behoeft niet in alle gevallen te worden verstrekt. In de wet zijn een tweetal uitzonderingsbepalingen opgenomen. De eerste weigeringsgrond houdt in dat als de derde de betreffende informatie ook niet op gelijke wijze aan de met het gezag belaste ouder, dan wel aan degene bij wie het kind zijn gewoon verblijf heeft, zou verschaffen. De tweede weigeringsgrond houdt in dat er geen informatie behoeft te worden verschaft indien de belangen van het kind in het geding zijn. Als de school bepaalde informatie niet wil verstrekken, kan de ouder de rechter vragen om te bepalen dat de informatie alsnog wordt gegeven. De rechter zal een dergelijk verzoek afwijzen als het verschaffen van informatie in strijd is met de belangen van het kind. Het team van gaat er niet automatisch van uit, dat de niet met het gezag belaste ouder informatie wenst. Indien hij/zij dit wel wenst, dient dit te worden aangegeven aan de medewerkers van de school. Vervolgens zal ook deze ouder uitgenodigd worden voor de ouderavonden. 27 O l i v i j n i s o n d e r d e e l v a n S t i c h t i n g A l m e r e S p e c i a a l

28 28 Contactdag en revalidatieplan bespreking voor leerlingen met een revalidatieindicatie Deze dag wordt georganiseerd door het revalidatiecentrum en de school. Er vinden gesprekken plaats ter voorbereiding op de revalidatieplan bespreking met zowel de school (groepsleraar en klassenassistent) als met medewerkers van het revalidatiecentrum. Eenmaal per jaar vindt een revalidatieplan bespreking plaats. Doel is het maken van een gezamenlijk plan of het bestaande plan, indien nodig, bij te stellen. Voor een contactdag en het bijwonen van een revalidatieplan bespreking wordt de ouder schriftelijk uitgenodigd. Als de leerling 12 jaar of ouder is, ontvangt hij/zij ook een uitnodiging. Meer informatie over de samenwerking met het revalidatiecentrum vindt u op Schorsen en verwijderen van leerlingen Bij ernstige misdragingen van de leerling (ter beoordeling door directie) kan een leerling geschorst worden. Onder ernstige misdragingen wordt gedrag verstaan dat gevaar oplevert voor medeleerlingen en/of personeel. Schorsing wordt schriftelijk - met vermelding van gepleegde feiten - aan ouders/verzorgers meegedeeld. Schorsing geschiedt voor maximaal drie dagen. Een leerling kan maximaal twee maal geschorst worden. Indien hierna wederom een ernstig feit wordt gepleegd, kan de leerling definitief van school verwijderd worden. Bij leerplichtige leerlingen behoort het dan tot de taak van de school vervangend onderwijs te zoeken. Lukt dit niet binnen een periode van acht weken dan kan de school tot definitieve verwijdering van de leerling overgaan. Van deze feiten wordt altijd melding gemaakt bij leerplichtambtenaar en onderwijsinspectie. Bij wangedrag door ouders, kan ook de ouder gevraagd worden de school te verlaten Klachtenregelingen en Inspectie voor het Onderwijs heeft uitgebreide klachtenprocedures. Een goed, veilig klimaat en goede contacten onderling zijn voor de school een voorwaarde voor goed functioneren. Als u een klacht heeft jegens uw zoon/dochter of uzelf over de gang van zaken op school, dan kunt u die het best eerst melden aan de leerkracht, de teamleider of de directeur. Als dat niet helpt, kunt u met het schoolbestuur praten. Bij veel besturen, ook bij Stichting Almere Speciaal, is er een vertrouwenspersoon die u hierbij kan ondersteunen. Binnen zijn vertrouwenspersoon: mevrouw Harmke Hiddink en mevrouw Evelijn de Wilde. Veelal zal een klacht toch nog in onderling overleg kunnen worden opgelost. Lukt dit niet dan kunt u zich richten tot de klachtencommissie. Er zijn drie regelingen: Klachtenregeling seksuele intimidatie in de school. Vertrouwenspersoon mevrouw Harmke Hiddink, mevrouw Evelyn de Wilde Klachtenregeling met betrekking tot de school. Op het secretariaat vindt u een exemplaar van de regeling. Kijk ook op Klachtenregeling met betrekking tot het revalidatiecentrum. Vertrouwenspersoon mevrouw T. Kras, telefoon of tkras@trappenberg.merem.nl. Klachten over seksueel misbruik in het revalidatiecentrum kunt u melden bij vertrouwenspersoon mevrouw Corrie Sinoo