MC1000 / MC1001 AIR OPERATED. Gebruiks- en ijkingsinstructies

Transcriptie

1 MC1000 / MC1001 AIR OPERATED Gebruiks- en ijkingsinstructies

2 MC1000 / MC1001 LUCHTMOTOR BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN Inhoudsopgave Conformiteitsveklaring 3 GATES MC1000 / MC1001 pneumatische slangkrimpmachine 5 Montage-instructies 6 Bedieningsvoorschriften 8 De machine ontluchten 14 De machine ijken 16 Onderdelenlijst voor de Gates slangkrimpmachine MC1000 /MC

3 EC CONFORMITEITSVERKLARING De ondergetekende onderneming: GATES verklaart hierbij dat de nieuwe uitrusting onder referentie: MC serienummer: in overeenstemming is met de specificaties die opgegeven zijn door GATES en met de regelgeving in verband met de hygiëne en de veiligheid op het werk die hier van toepassing is. goedgekeurd door: datum: 1/1/1999 G. R. Keast Technisch Directeur Perskracht: 27 ton (265 kn). Luchthydraulische voetpomp kan een druk tot 60 MPa (600 bar) uitoefenen. Vereiste luchttoevoer: 0,3 m3/min. aan 7 bar / 100 psi. Wicht: 22 kg (zonder voetpomp en persblokken).

4

5 MC1000 / MC1001 PNEUMATISCHE SLANGKRIMPMACHINE Schroefmicrometer Krimpring Vulstop Stopschroef Pompadapter Slang/koppeling Sokkel 5

6 1. MONTAGE-INSTRUCTIES 1. Haal de slangkrimpmachine, de voetpomp en de slang uit de verpakking. 2. Sluit een geschikte mannelijke luchtslangadapter met een schroefdraad van 1/4" NPT aan (Afb. 1). Fig Verwijder de stofkappen aan beide zijden van de snelkoppelingen en draai het uiteinde van de slang in de adapter op de machine (Afb. 2). Fig 2. 6

7 4. Sluit de luchtslang aan op de voetpomp (Afb. 3) Fig Het is nu van het grootste belang om de machine te ontluchten en goed te ijken vooraleer het in gebruik genomen wordt. Volg hiervoor de instructies in dit boekje. 6. Indien nodig moet deze slangkrimpmachine vergrendeld worden op een werkbank. Gebruik hiervoor M10 CAP KOP bouten die aangebracht worden in de voorgeboorde gaten (Afb. 4). Hou er rekening mee dat de slangkrimpmachine niet kan ontlucht worden wanneer deze op de werkbank is vastgeschroefd. De machine moet eerst losgemaakt worden. Fig 4. 7

8 2. BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN Maak een keuze uit de matrijzen, de slangen en de koppelingen die geschikt zijn voor uw toepassing, ofwel door ze te vergelijken met het stuk dat vervangen moet worden ofwel via Gates Slangen- en koppelingencatalogus of het naslagwerk met krimpgegevens. Hose/Tuyau/Schlauch/Tubi/Manguera: Coupling / Embout / Armatur / Raccordi / Conexion: Machine / Machine / Maschine / Maccina / Maquina:: CM2T HA-A MC1000 Issue Date / Date d'édition / Ausgabedatum / Data edizione / Fecha edicion: 10/7/99 Gates Technical Dept. Ref.: F Ref. CM2T04 CM2T05 CM2T06 CM2T08 CM2T10 CM2T12 CM2T16 " -Size DN mm mm mm 1/ / / ,25 19,75 1/ ,35 22,85 5/ / Fig 5. 8

9 Nazicht van de krimpgegevens zullen aangeven of de slang moet afgeschaafd worden. Dit proces verwijdert het rubberen omhulsel tot aan de versterkingsdraad die niet mag beschadigd worden (Afb. 6). Fig 6. Als de krimpgegevens een ander set matrijzen vereisen, moeten deze laatste verwijderd worden en geplaatst worden zoals in afbeelding 7 aangegeven wordt. Fig 7. Wanneer de matrijzen vervangen zijn moet het matrijsnummer goed zichtbaar zijn vanaf het middelpunt van de drager (Afb. 8). Fig 8. 9

10 Draai de stopschroef op de micrometer los (Afb. 9). Fig 9. Pas de micrometerijkmaat aan volgens de instelling die aangegeven is in de krimpinformatie. De lijn voor de specifieke instelling moet gelijklopen met de bodem van het vierkant venstertje (Afb. 10). Fig 10. De koppeling mag nu volledig op de slang geschoven worden (Afb. 11). Fig

11 De matrijsconstructie mag nu verhoogd worden tot op het niveau waarop de slangconstructie nog steeds tussen de matrijzen geplaatst kan worden. U kunt dit doen door op het PRESS-uiteinde van de voetpomp te drukken (Afb. 12). Hierdoor wordt de pomp ingeschakeld en zal olie in de cilinder gepompt worden. Fig 12. Zorg ervoor dat u uw voet op het deel van de pomp plaatst waar PRESS op staat (zoals u kunt zien op afbeelding 13). Fig 13 Plaats de slangconstructie in de slangkrimpmachine (Afb. 14). Zorg ervoor dat de juiste huls/matrijs positie respecteerd wordt zoals vermeld in de krimpinformatie. Fig

12 Ga door met krimpen door opnieuw op het PRESS-uiteinde van de voetpomp te drukken tot de juiste krimpdiameter bereikt is. Op dit moment haalt u uw voet van de voetpomp om het krimpen te onderbreken (Afb. 15). Fig 15. De juiste instelling wordt bereikt wanneer de pin in de micrometerijkmaat gelijk loopt met de bovenzijde van de micrometer (Afb. 16). Fig 16. Wanneer het krimpen gestopt is, kunt u het krimpmechanisme opnieuw laten zakken door op het RELEASE-uiteinde van de voetpomp te drukken (Afb. 17). Wanneer deze ingedrukt is, zal ze op haar plaats gehouden worden door de veer van de klauwplaat. Fig

13 Zorg ervoor om de slangkrimpmachine te laten zakken door het RELEASE-einde van de voetpomp in te drukken (Afb. 18). Fig 18 Na gebruik moet u EP2-klasse vet aanbrengen op de krimpring om ervoor te zorgen dat er, tijdens het krimpen, een gelijkvormige beweging is tussen de verschillende matrijzen en de krimpring (Afb. 19). Fig

14 3. ONTLUCHTEN Wanneer, voor welke reden dan ook, de machine een te lage oliedruk heeft, moet de olie bijgevuld worden. Als gevolg hiervan moet de machine ontlucht worden. Het verwijderen van alle lucht uit het hydraulische systeem zal ervoor zorgen dat de toekomstige krimpactiviteiten met de hoogst mogelijke efficiëntie kunnen afgewerkt worden. De volgende instructies geven aan hoe deze procedure uitgevoerd moet worden. Laat de matrijzenhouder volledig zakken (afb. 20) door het RELEASEuiteinde van de voetpomp helemaal in te drukken (Afb. 21). Fig20. Verwijder de vulstop van de pomp en vul bij met H32-klasse hydraulische olie (of een equivalent hiervan) (Afb. 22). De pomp moet gevuld worden tot op 12 mm van het olievulgat. Wanneer het reservoir gevuld is plaatst u de vulstop terug. Fig 21. Fig

15 Verwijder alle matrijzen uit de machine en stel de micrometer in op 84. Laat de matrijzenhouder stijgen op de wijze die eerder beschreven werd tot deze de krimpinstelling bereikt (Afb. 23). Fig 23. Leg de machine op haar zijde met de pompadaptor bovenaan (Afb. 24). We raden u aan om de machine hiervoor op de vloer te plaatsen. Fig 24. Breng de voetpomp en de slang hoger dan de pompadapter en druk dan met de hand op het RELEASE-uiteinde van de voetpomp. Hierdoor zal de matrijzenhouder zakken. Wanneer dit gebeurt zal de lucht die zich in het systeem bevindt, uit het systeem geperst worden naar de voetpomp. De slangkrimpmachine moet nu rechtop op de werkbank gezet worden en de eerste twee delen van dit hoofdstuk moeten herhaald worden. Hierdoor wordt de lucht die uit het systeem geperst is, tot op het juiste niveau vervangen door olie. Fig

16 4. IJKEN Dit proces moet uitgevoerd worden na initiële levering van de slangkrimpmachine, en daarna elke maand. Hierdoor zorgt u er voor dat de machine binnen de juiste toleranties blijft werken. 1.a. IJking met een ES08 koppelstuk en een ijkingshuls D11158 Haal de aanwezige matrijzen uit de machine en vervang deze door matrijzen nummer 120. Stel vervolgens de krimpijkmaat in op 55. Plaats de ijkingshuls (onderdeel nr. D11158) of eender welk koppelstuk ES08 tussen de matrijzen en bedien de voetpomp (zoals eerder beschreven) tot de ijkmaatpin gelijkloopt met de bovenzijde van de ijkmaat (zoals afgebeeld in afbeelding 16). 1.b. IJking met een 08 MegaCrimp koppelstuk Haal de aanwezige matrijzen uit de machine en vervang deze door matrijzen nummer 33. Stel vervolgens de krimpijkmaat in op 70. Plaats een G08 koppelstuk tussen de matrijzen en bedien de voetpomp (zoals eerder beschreven) tot de ijkmaatpin gelijkloopt met de bovenzijde van de ijkmaat (zoals afgebeeld in afbeelding 16). 2. Druk op het RELEASE-uiteinde van de voetpomp en verwijder voorzichtig de ijkingshuls/-koppelstuk uit de matrijzen wanneer de houder zakt. 3. De huls heeft 8 inkepingen die door de matrijzen aangebracht werden tijdens het krimpen. Deze kunnen ingedeeld worden in 4 paar tegen elkaar aangebrachte inkepingen. Via een geschikt meetinstrument meet u de diameter van de huls tussen twee tegenover elkaar staande inkepingen. Herhaal deze procedure voor de 4 paar inkepingen en bereken dan de gemiddelde afstand (Afb. 26 en Afb 27). Opmerking: zorg ervoor dat de meting uitgevoerd wordt halverwege de lengte van de huls. Fig 26. Fig

17 4. Wanneer de machine goed geijkt is, zou deze gemiddelde meting de volgende waarde moeten hebben: Huld/koppeling Krimpdiameter Tolerantie 08 Megacrimp 26.0mm +/- 0.25mm ES08 or D mm +/- 0.25mm 5. Wanneer de gemiddelde meting buiten deze grenzen ligt, moet de slangkrimpmachine herijkt worden. Dit doet u door de stopschroef van de ijkmaatpin open of dicht te draaien. Een volledige draai van de stopschroef betekent een verhoging of verlaging van de krimpdiameter met 0,43 mm. Een rechtsdraaiende beweging van de schroef verkleint de uiteindelijke krimpdiameter; een linksdraaiende beweging vergroot de uiteindelijke krimpdiameter. Herhaal de stappen 1 tot en met 5 tot de slangkrimpmachine goed geijkt is. Fig

18 1. Onderdelenlijst voor de Gates slangkrimpmachine model MC 1000 / MC1001 Luchtmotor Item Hoev. Omschrijving Onderdeelnummer Referentie 1 1 Micrometerijkmaat-constructie A A 1 Hoofddeel D B 1 Schroef D C 1 Pin-constructie A D 1 Vleugelmoer S E 1 Binnenring ijkmaat D /2 UNF x 2 1/2 Allen-schroeven Bovenplaat krimpring D M6 x 40 Allen-schroeven Dekplaat matrijzen D Matrijzen afstandsbuis M6 x 30 Allen-schroeven Geleideplaat matrijzen D Trekstang M8 x 40 Allen-schroeven Koperen sluitplaat A 1 Locatieplaat D B 1 M6 Bout C 1 M6 x 20 Hex. Kopschroeven D 2 M4 x 10 Allen-schroeven Piston-afstand-constructie Drukzegel Veer Cilindergedeelte O-ring Pompadapter ADP A 1 Slangconstructie FSG B 1 Voetbediende luchtpomp LP Matrijzenhouder A 2 Bevestigingsbouten matrijzenhouder (niet afgebeeld) 20 1 O-ring Steunplaat /2 UNF x 1 3/4 Allen-schroeven M6 x 25 Allen-schroeven M8 x 25 Allen-schroeven

19 19