Herstructurering bedrijventerrein Amerongen

Transcriptie

1 Herstructurering bedrijventerrein Amerongen 13 februari 2015

2 Inhoud Inhoud Inleiding Beschrijving van het terrein... 5 Herstructureringsmaatregelen Instandhouding combinatie wonen en werken... 6 a. Nieuwe bedrijfswoningen... 6 b. Burgerwoningen op het terrein... 7 c. Bestaande bedrijfswoningen De realisering van parkmanagement... 8 a. Samen werken... 8 b. Camerabeveiliging... 8 c. Stichting Keurmerk Veilig ondernemen... 8 d. Verbeteren van de energie-inkoop... 9 e. Verbeteren van de uitstraling van het bedrijventerrein Verbeteren van de verkeerssituatie op en rond het bedrijventerrein a. De hoeveelheid verkeer op het bedrijventerrein b. Verkeerscirculatie c. Snelheid op het bedrijventerrein d. De vindbaarheid van het terrein e. Parkeren f. (Brom)fietsverkeer g. Openbare straatverlichting h. Verbeteren van de vindbaarheid van de bedrijven i. Strooibeleid Herontwikkeling bestaande leegstaande locaties Toekomst gasflessenhandel Herinrichten van de Groenstrook a. Bestemmingsplan b. Knuffelweide c. Calamiteitenroute d. Boomgaard, moestuin e. Overeenkomsten overige losse stukjes f. Overige initiatieven Aanpassingen in het bestemmingsplan Bijlagen Nota van uitgangspunten 21 jan Koersendocument 18 maart Samenstelling van de werkgroepen Aan de tot standkoming van dit herstructureringsplan hebben meegewerkt Gemeente Utrechtse Heuvelrug Provincie Utrecht Eigenaren van het bedrijventerrein Amerongen Huurders van het bedrijventerrein Amerongen Omwonenden van het bedrijventerrein Amerongen Kamer van Koophandel Utrecht (KvK) Ondernemersvereniging AMON Ontwikkelings Maatschappij Utrecht (OMU) Archisupport BV 2

3 1. Inleiding Aanleiding De AMON 1 heeft in 2007 onderzoek verricht onder de bedrijven naar de wenselijkheid voor een herstructurering van het bedrijventerrein Amerongen. De onderzoeksresultaten toonde aan dat de ondernemers wensen hadden voor hertructurering van het terrein. In 2009 heeft een uitgebreid proces plaatsgevonden, waarbij met onder andere subsidie de openbare ruimte is verbeterd. Hierbij zijn onder andere de parkeerruimtes aangepast en is de ontsluiting verbeterd. De wens voor verdere herstructurering van het terrein is blijven staan en is door de gemeente overgenomen in de Structuurnota bedrijventerrein (2010). Deze wens is tevens door vertaald in de bestuurlijke afspraken en inventarisaties die daarna vastgesteld zijn, te weten: Het Convenant bedrijventerreinen Zuidoost Utrecht, 29 juni 2012 Provinciale Ruimtelijke Visie en Verordening (PRS en PRV), Het convenant en de PRV stellen het herstructureren van bestaande bedrijventerrein als voorwaarde op nieuwe bedrijventerreinen te kunnen aanlegen. Proces Begin 2013 is op initiatief van de Kamer van Koophandel en de lokale ondernemers gestart met de herstructuering van het bedrijventerrein Amerongen. Het college heeft op 15 oktober 2013 ingestemd met de start van de herstructurering, de rol van de ondernemers en van de gemeente in dit proces. Het proces om te komen tot de herstructurering van het bedrijventerrein kent 3 fasen; een verkenningsfase, een uitwerkingsfase en een uitvoeringsfase: 1. Er is gestart met een verkenningsfase. Deze fase werd gevormd door een inventarisatie van wensen bij de ondernemers, de knelpunten in het huidige bestemmingsplan en in de openbare ruimte. Deze leidde tot de formulering van concrete projecten. De initiatiefnemers hebben alle ondernemers geïnterviewd, er zijn 1 bewoners avond en meerdere ondernemersavonden geweest. Deze fase heeft geresulteerd in: Nota van Uitgangspunten. Deze Nota geeft de wensen van de ondernemers weer. Deze zijn vertaald naar concrete projecten en naar aanpassingen voor het bestemmingsplan bedrijventerreinen. Koersendocument, dit geeft van de herstructureringsprojecten de uit te werken koersen weer. Het college heeft op 21 januari 2014 besloten dat er voldoende reden is om de projecten verder uit te werken naar het herstructureringsplan. De raad heeft op 24 februari 2014 haar wensen en bedenkingen aangegeven op de koersen van de uitwerking van de projecten. Dit leidde tot de vaststelling van het Koersendocument op 18 maart 2014, door het college. 2. Een uitwerkingsfase. De uitwerking is gestart met een plenaire bijeenkomst op 24 februari 2014 waarbij iedereen; eigenaren, huurders, belangstellenden en omwonenden, was uitgenodigd. Hier is besloten om in 6 werkgroepen te werken aan de verschillende onderwerpen: 1. Instandhouden van combinatie wonen en werken 2. De realisering van parkmanagement 3. Verbeteren van de verkeerssituatie op en rond het bedrijventerrein 4. Herontwikkeling bestaande leegstaande locaties 5. Toekomst gasflessen handel 1 De AMON: de Amerongse Ondernemersvereniging. 3

4 6. Herinrichten van de Groenstrook Deze werkgroepen waren samengesteld uit ondernemers en omwonenden. Indien nodig schoven gemeentelijk adviseurs aan. De resultaten van elke werkgroep werden tussentijds meerdere keren plenair teruggekoppeld, zodat er maximaal draagvlak is ontstaan voor dit herstructureringsplan. De werkgroepen werkten autonoom onder begeleiding van een trekker uit hun midden. Zij maakten zelf een verslag en werden voorgezeten door de trekker. De werkgroepen werkten toe naar uitwerking van de Nota van Uitgangspunten. Daarbij gebruikten ze de koersen als uitwerkingsrichting. De projecten hebben zij daarbij uitgewerkt ot concrete maatregelen. Deze fase heeft geresulteerd in het nu voorliggende Herstructureringsplan Bedrijventerrein Amerongen. 3. De uitvoeringsfase. In deze fase staat de uitvoering van de concrete maatregelen centraal. Daarbij hebben de ondernemers vooral de verantwoordelijkheid over de particuliere kavels en de samenwerking. De gemeente heeft voornamelijk verantwoordelijkheid ten aanzien van de openbare ruimte en het bestemmingsplan. Deze fase start na vaststelling van het Herstructureringsplan Bedrijventerrein Amerongen door de raad. Doel: Beoogd doel van de herstructurering is een terrein dat beter functioneert voor de bedrijven en het voldoen aan de voorwaarden vanuit het convenant en de PRV. De voorwaarden die het convenant en de PRV aan het herstructureringsplan hebben gesteld: Een probleemanalyse van openbare en private ruimte en op basis daarvan een meerjarenvisie op het betreffende bedrijventerrein; Betrokkenheid van het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties; Het aantal hectares dat aangepakt zal worden, onderscheiden in privaat en publiek terrein; Voorgenomen investeringen en de bijbehorende financiële onderbouwing voor de uitvoering van het plan van aanpak; Fasering van de uitvoering. Een herstructureringsplan wordt door de gemeente raad vastgesteld. Leeswijzer Het voorliggende herstructureringsplan gaat in hoofdstuk 2 eerst in op de beschrijving van het terrein. Daar wordt een probleemanalyse op de openbare en private ruimte geschetst. Vervolgens beschrijft hoofdstuk 3 de concrete maatregelen. Per maatregel is aangegeven, wat het probleem is, wat de oplossing en/of de meerjaren visie is, hoe het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties zijn betrokken en wie het gaat betalen en op welke termijn. Hoofdstuk 4 herhaalt wat al eerder besloten aanpassingen zijn aan het bestemmingsplan Bedrijventerreinen. Daarna komen de bijlagen; De Nota van Uitgangspunten Koersendocument Samenstelling van de werkgroepen 4

5 2. Beschrijving van het terrein Het bedrijventerrein grenst aan de woningbouw van Amerongen noord en aan de beoogde locatie voor het nog te ontwikkelen bedrijventerrein Leersum. Het bedrijventerrein Amerongen (6,5ha) dateert uit de jaren uit 60 van de vorige eeuw. Het is een typisch lokaal georiënteerd bedrijventerrein, gelegen aan de provinciale weg N225 tussen Utrecht en Arnhem. Het bedrijventerrein kent een grote schakering aan type bedrijven, grootte van bedrijven en kwaliteit van bedrijfspanden en van (bedrijfs)woningen. Er zijn twee grotere en zelfs internationaal opererende bedrijven gevestigd (Van Es Home Europese markt) en Technivorm (Amerikaanse markt). Probleemanalyse Uit de verkenningsfase blijkt dat het terrein geen grote knelpunten kent. Wel zijn er veel kansen voor verbetering. De Nota van Uitgangspunten (bijlage 1) geeft een uitgebreide beschrijving alle wensen en kansen op het terrein. Deze hebben onder andere betrekking op; verbetering verkeerssituatie, invulling groenstrook, bestemmingen die ontwikkeling mogelijk maken en de beslissing over bedrijfswoningen op het terrein. De Nota van Uitgangspunten heeft geleid tot de uitwerking van de volgende projecten: 1. Instandhouden combinatie wonen en werken 2. De realisering van parkmanagement 3. Verbetering verkeerssituatie op en rond het terrein 4. Herontwikkeling van bestaande leegstaande locaties 5. Toekomst van de Gasflessenhandel 6. Herinrichting van de groenstrook Per project zijn de concrete knelpunten verkend, en is gezocht naar oplossingen. Het volgende hoofdstuk geeft per project aan, wat het probleem is, wat de oplossing en/of de meerjaren visie is, hoe het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties zijn betrokken en wie het gaat betalen en op welke termijn. 5

6 Herstructureringsmaatregelen 1. Instandhouding combinatie wonen en werken Koers: Wij onderzoeken de gevolgen van bestaande bedrijfswoningen en nieuwe bedrijfswoningen op de bedrijventerreinen en of er mogelijkheden bestaan om deze toe te kunnen staan. Het toestaan van bedrijfswoningen op het bedrijventerrein heeft vergaande consequenties voor de ontwikkelruimte voor de bedrijven. Het dilemma om enerzijds de bedrijven te willen faciliteren, door het bieden van ontwikkelruimte, en anderzijds door hun wensen te honoreren, wordt aan de raad voorgelegd. De concrete gevolgen van bedrijfswoningen op het bedrijventerrein zijn: a) Dit bedrijventerrein zal voor het grootste deel beperkt worden tot het toestaan van bedrijven in maximaal categorie 3.1. Dit stemt niet overeen met de wens om ruimte voor bedrijfsontwikkeling te houden, en dus de zone 3.2 te behouden. b) Nieuwe bedrijven kunnen alleen vestigen in een lagere bedrijfscategoriezone, mits zij kunnen aantonen dat zij geen overlast veroorzaken naar de aanwezige woningen. Daarvoor moeten zij maatregelen treffen om de overlast kleiner te maken, overeenkomst de beschikbare zonecategorie. Dit zijn investeringskosten die ten laste komen van die betreffende ondernemer. c) Wanneer woningen overlast ervaren, zal het bedrijf zich moeten aanpassen. d) Door beperking van de hogere bedrijfszones kunnen niet alle lokale bedrijven die zouden willen verplaatsen naar Amerongen kunnen verplaatsen. Dit heeft betrekking op de bedrijven in de categorieën vanaf 3.1. Dit komt niet overeen met het gemeentebeleid om de lokale ondernemers te willen faciliteren. e) In de woongebieden zijn nu bedrijven gevestigd, die wellicht op termijn meer ontwikkelruimte zoeken (een perceel met een hogere bedrijfscategorie). Voor deze bedrijven is dan geen geschikte locatie te vinden op het bedrijventerreinen, en zij zullen naar elders moeten uitwijken. Daarom wordt aan de raad de mogelijkheid gegeven om de huidige paragraaf nieuwe bedrijfswoningen te vervangen door een alternatieve paragraaf, die nieuwe bedrijfswoningen helemaal niet meer mogelijk maakt op het bedrijventerrein. a. Nieuwe bedrijfswoningen De werkgroep Bedrijfswoningen adviseert om op basis van zeer strenge voorwaarden wel nieuwe bedrijfswoningen toe te staan op het terrein. Deze voorwaarden zijj strenger dan het huidige bestemmingsplan Bedrijventerrein Amerongen uit 2004 stelt. Het advies van de werkgroep stemt overeen met de uitkomsten van enquete die door de ondernemers gehouden is. Het voorstel van de werkgroep is het huidige Nee, tenzij-regime te laten voortbestaan, maar de bijbehorende voorwaarden aan te scherpen. De werkgroep geeft aan dat de mogelijkheid om te kunnen wonen bij het bedrjif belangrijk is omdat dit de veiligheid op het bedrijventerrein ten goede komt. Zij zien een grote toegevoegde waarde vanuit de sociale controle. In de werkgroep is aangegeven dat er enkel sprake kan zijn van maximaal 1 bedrijfswoning per bedrijf als voldaan kan worden aan alle onderstaande voorwaarden: 1. De bedrijfswoning moet bedrijfsgerelateerd zijn en 2. De bedrijfswoning moet inpanding gerealiseerd worden en 3. Het oppervlakte voor de bedrijfswoning moet ondergeschikt zijn aan de bedrijfsoppervlakte en 4. Het bedrijf heeft ter plaatse de actieve bedrijfsvoering en 5. Er is aantoonbare noodzaak voor 24 uurs aanwezigheid (bijvoorbeeld vanwege service, toezicht/bewaking, bewaking productieproces) 6

7 Verder verzoekt de werkgroep de bedrijfswoningen als beperkt hindergevoelig aan te merken. Aanpassen bestemmingsplan Gereed actualisering bestemmingsplannen Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Bestemmingsplannen Mede betrokken partij - Lift mee in proces actualisatie bestemmingsplannen b. Burgerwoningen op het terrein Uit het onderzoek is ook gebleken dat zich woningen op het bedrijventerrein bevinden die niet bedrijfsgebonden zijn. Deze woningen hebben een negatieve invloed op de bedrijfsvoering van de aanwezige bedrijven. Uitfaseren niet bedrijfsgebonden woningen Gereed Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Bestemmingsplannen Mede betrokken partij Burgerbewoners en verhuurders op het terrein (meewerken) -- c. Bestaande bedrijfswoningen Volledigheidshalve vermelden we hier nog een categorie woningen op het terrein: de reeds bestaande legale bedrijfswoningen. Deze woningen zijn gebouwd op basis van verleende vergunningen, en worden daarom in het nieuwe bestemmingsplan positief bestemd. Deze woningen zijn indertijd getoetst aan de toendertijd geldende voorwaarden. Aanwezige bedrijfswoningen positief bestemmen in bestemmingsplan Gereed 2015 Verantwoordelijke partij Gemeente, Cluster Bestemmingsplannen Mede betrokken partij - - 7

8 2. De realisering van parkmanagement Koers: Samen met de ondernemers de initiatieven uit de inventarisatie verder uitwerken. Belangrijke punten hierbij zijn de mogelijkheden van de ondernemers om de initiatieven uit te voeren en wat hiervoor nodig is van de gemeente. De werkgroep Parkmanagement heeft een enquete onder de ondernemers gehouden. Uit deze enquete bleek een duidelijke wens voor samenwerking tussen de bedrijven op het bedrijventerrein. Uit deze enquete bleek ook dat deze samenwerking vooral vanuit de ondernemers zelf moet komen. De bedrijven hebben op dit moment geen behoefte aan een vast georganiseerd verband. a. Samen werken De bedrijven zullen meer gaan samenwerken. Hier zal de Contactgroep Bedijventerrein Amerongen het initiaitef voor nemen. De samenstelling van deze contactgroep is: Marien Ploeg, Rianne van Veenendaal, Wouter Heres en Freek van Kleef. Om de ondernemers te faciliteren bij de voortgang van deze initiatieven, zal er 2 keer per jaar een overleg plaatsvinden tussen de bedrijven en de gemeente. Tussendoor organiseren de ondernemers zelf de samenwerking met betrekking tot de uitvoering van de maatregelen. Start Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen Start 2015 Verantwoordelijke partij Contactgroep bedrijventerrein Amerongen Mede betrokken partij - nvt Half jaarlijks overleg met de gemeente Start 2015 Verantwoordelijke partij Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen Mede betrokken partij Gemeente, Cluster Bouwen, Wonen, Werken en Milieu (gesprekspartner) nvt b. Camerabeveiliging De ondernemers ervaren zelf onveilige gebieden op het terrein. Zij onderzoeken of zij een gezamenlijke camerabeveiliging kunnen op zetten. Camerabeveiliging Gereed Verantwoordelijke partij Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen Mede betrokken partij ,- (door de ondernemers) c. Stichting Keurmerk Veilig ondernemen De ondernemers ervaren onveiligheid op het terrein. De gemeente kan bemiddelen tussen de ondernemers en de stichting Keurmerk veilig ondernemen. Voorwaarde is dat 70% van de ondernemers mee doet. Keurmerk Veilig Ondernemen Gereed Verantwoordelijke Partij Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen Mede betrokken partij Stichting Keurmerk Veilig Ondernemen Gemeente, cluster Bestuurlijk Juridische zaken en veiligheid (bemiddelaar naar de stichting) 8

9 Afhankelijk van uitvoering (door de ondernemers) d. Verbeteren van de energie-inkoop Een groot aantal van de bedrijven heeft de wens om gezamenlijk de contracten voor de energie-inkoop te verzorgen. Vervolgstap is gezamenlijk onderzoeken of opwekking van eigen energie mogelijk is. Gezamenlijk energie inkopen Gereed 2015 Verantwoordelijke partij Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen Mede betrokken partij -- Inzet middelen ondernemers e. Verbeteren van de uitstraling van het bedrijventerrein Recente investeringen van ondernemers op het terrein hebben de gemiddelde uitstraling van het bedrijventerrein sterk verbeterd. Deze kwaliteit kan nog verder verbeteren wanneer de ondernemers gezamenlijk uitgangspunten formuleren om dat gewenste niveau vast te stellen. Daarbij gaat het ook over de overgangen tussen het openbaar gebied en het bedrijfseigendom. Gezamenlijke uitgangspunten vaststellen voor het gewenst uitstralingsniveau Gereed Verantwoordelijke partij Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen Mede betrokken partij - Inzet middelen ondernemers 9

10 Koers: 3. Verbeteren van de verkeerssituatie op en rond het bedrijventerrein Verschillende verzoeken ten aanzien van de verkeerssituatie worden in samenhang onderzocht. De werkgroep Verkeer heeft de volgende punten onderzocht: a. De hoeveelheid verkeer op het bedrijventerrein b. Verkeerscirculatie c. Snelheid op het bedrijventerrein d. De vindbaarheid van het terrein e. Parkeren f. (Brom)fietsverkeer g. Openbare straatverlichting h. Vindbaarheid van de bedrijven i. Strooibeleid op wegen van het bedrijventerrein De werkgroep adviseert onderstaande maatregelen: a. De hoeveelheid verkeer op het bedrijventerrein Om een goed beeld te krijgen van de hoeveelheid verkeer op het terrein, zijn tellingen uitgevoerd. Op basis van deze tellingen blijkt dat de verkeersintensiteiten op de wegen van het bedrijventerrein binnen de vooraf gestelde normen vallen. Deze hoeveelheiden leiden nergens tot problemen. Het treffen van verkeer reducerende maatregelen zijn niet nodig. b. Verkeerscirculatie De werkgroep stelt vast dat het bedrijventerrein voldoet aan het criterium van ontsluiting via minimaal twee ontsluitingswegen. Het stratenpatroon op dit bedrijventerrein is ideaal voor een goede verkeerscirculatie en bereikbaarheid van alle bedrijven uit verschillende aanrijrichtingen. De boogstralen van de kruispunten zijn nergens te krap voor het zware vrachtverkeer. Het is niet nodig extra ontsluitingen aan te leggen. Er was wel in zekere mate behoefte aan afsluitingen van openbare wegen. De werkgroep heeft geadviseerd om geen wegen op het terrein af te sluiten. Andere bedrijven zouden dan voor vrachtverkeer niet meer bereikbaar zijn. Gebleken is dat het gedrag van het verkeer voornamelijk de veroorzaker was van de onvrede en niet de hoeveelheid verkeer. Het gedrag wordt aangepakt door de flex drempels aan te leggen (zie maatregel c). De werkgroep adviseert huidige verkeerscirculatie in stand te laten. c. Snelheid op het bedrijventerrein Gebleken is dat het (personen) autoverkeer zich niet aan de voorgeschreven snelheid houdt. De ondernemers en hun werknemers ervaren hierdoor erg veel overlast (onveiligheid) van het sluipverkeer en te hoge snelheid. Daarom heeft de werkgroep verschillende oplossingen bekeken. Verzinkbare drempels komen tegemoet aan zowel de wens de snelheid te verminderen, als de noodzaak om de berijdbaarheid door vrachtwagens instant te houden. De voorgestelde locaties zijn op de Bertus Leendersweg en op Industrieweg Noord. Verder wordt voorgesteld om in de bocht van de Industrieweg Noord bij Van Es Home en Van Veenendaal een doorgetrokken begeleidingsstreep aan te brengen. 10

11 Verzinkbare verkeersdrempels Gereed 2017 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Mobiliteit Mede betrokken partij ,- (een malige krediet aanvraag, af te wegen bij de kadernota ) Exploitatiebedrag ,- (structureel budget aanvraag per jaar gedurende 7 jaar, af te wegen bij de kadernota) Met bijdragen uit de ondernemers kan de planning vervroegd worden. In de tussentijd gaan de ondernemers samenwerken in de uitvoering van de maatregelen uit het herstructureringsplan. Zij zijn zich bewust van het gegeven dat de aanleg van de drempels vertraagd, wanneer zij zelf niet in actie komen om maatregelen aan te pakken. Aanbrengen doorgetrokken begeleidingsstreep Gereed 2015 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Mobiliteit Mede betrokken partij (budget Verkeerskundige herinrichting) Exploitatiebedrag - d. De vindbaarheid van het terrein De zichtbaarheid en de bereikbaarheid van het bedrijventerrein vanaf de N225 is moeizaam en vaak worden vrachtwagens via de Prinses Christinalaan gestuurd. Dit levert overlast op voor de bewoners ter plaatse, maar ook gebruikers (bv fietsers) van de Prins Bernhardlaan. De wens is om duidelijke aanduidingen naar het bedrijventerrein aan te brengen bij de rotonde op de N225 en de kruising Molenstraat-Prinses Christinastraat. Aanduidingsborden plaatsen Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Mobiliteit (opdrachtgever naar provincie) Mede betrokken partij Provincie (bevoegd gezag) Contactpersoon: herman.legemaat@provincie-utrecht.nl (budget Verkeerskundige herinrichting) Exploitatiebedrag Borden worden kosteloos door de provincie onderhouden. e. Parkeren Er zijn voldoende parkeerplaatsen op het huidige bedrijventerrein aanwezig. Laden en lossen gebeurt in het algemeen op het eigen bedrijfsterrein of op parkeerstroken bij de bedrijven buiten de weg. De werkgroep adviseert wel om bij de realisatie van het bedrijventerrein Leersum er voor zorg te dragen dat het aantal parkeerplaatsen niet afneemt. f. (Brom)fietsverkeer De tellingen tonen aan dat het (brom)fietsverkeer ondergeschikt is aan de autoverkeersstromen. De werkgroep concludeert dat er geen problemen bestaan met het (brom)fietsverkeer en dat het treffen van speciale fietsvoorzieningen op de wegen van het bedrijventerrein niet aan de orde is. g. Openbare straatverlichting Op de wegen van het bedrijventerrein wordt het verlichtingsniveau overal voldoende geacht. Uitbreiding van de straatverlichting wordt daarom niet nodig geacht. 11

12 h. Verbeteren van de vindbaarheid van de bedrijven Het bezoekend verkeer aan de bedrijven is soms lang aan het zoeken naar het juiste pand. Het voorstel is om de vindbaarheid van de bedrijven op het bedrijventerrein sterk te verbeteren door het aanbrengen van betere bewegwijzering en overzichtsborden. Aanduiding en bewegwijzering Gereed 2015 Verantwoordelijke partij Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen Mede betrokken partij ,- (door ondernemers) i. Strooibeleid Ten gevolge van het generieke strooibeleid van de gemeente wordt op het bedrijventerrein niet gestrooid. Dit levert regelmatig onwenselijke situaties op het bedrijventerrein op, bijvoorbeeld wanneer vrachtverkeer door gladheid niet of onvoldoende kan manoeuvreren. De ondernemers ondervinden hierdoor niet alleen hinder in hun bedrijfsvoering maar het levert ook gevaarlijke situaties op. Met name voor het zware vrachtverkeer wordt het nodig geacht de wegen op het bedrijventerrein tijdens winterse omstandigheden te strooien. Tevens zijn op het bedrijventerrein ook de brandweerkazerne van Amerongen gevestigd en er is een ambulance standplaats aanwezig. Het belang van deze strooiroute is duidelijk naar voren gekomen uit het onderzoek van de werkgroep. Gladheidbestrijding, terrein wordt prioriteit 1 Gereed 2014 (is al uitgevoerd) Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Mobiliteit en cluster OR Beheer Mede betrokken partij nvt -- Exploitatiebedrag -- 12

13 Koers: 4. Herontwikkeling bestaande leegstaande locaties Het proces monitoren om te komen tot concrete business case voor bestaande, leegstaande locaties, waaronder Aart Stigter, Wim Putman, Roeland Smit; en waar nodig te begeleiden. Het initiatief en de (her)ontwikkeling zelf laten we aan de markt over. De genoemde panden kenden ten tijde van de verkenningsfase een uitdaging. De panden stonden (gedeeltelijk) leeg, of waren qua uitstraling toe aan verbetering. Dit herstructureringsplan geeft geen ontwikkelplan voor deze locaties. Uit het onderzoek van de werkgroep is gebleken dat voor deze panden de huurkosten of de boekwaarde te hoog zijn, om in de huidige markt te investeren. Inmiddels staan 2 van deze panden niet meer leeg. Verder is vastgesteld dat de investeringen vanuit de bedrijven op het terrein zich zelfstandig doorzet. Voorbeelden zijn de nieuwbouw van Technivorm, de verhuizing van autobedrijf Buijnk en de nieuwbouw van HOOVOS. Deze ontwikkelingen hebben bijgedragen aan de verbetering van de uitstraling van het terrein. Voor de overige panden is het wachten tot de markt keert, of de omstandigheden rond specifieke percelen wijzigen. Dit punt kan terugkomen tijdens het halfjaarlijks overleg tussen ondernemers en gemeente. Daar kunnen de veranderingen in de specifieke omstandigheden van percelen besproken worden en de kansen die daaruit voort komen. Herontwikkeling bestaande panden Gereed Verantwoordelijke partij Eigenare panden Mede betrokken partij Contactgroep Bedrijventerrein Amerongen De OMU kan mogelijk optreden bij het opstellen en uitvoeren van businesscases. De gemeente kan alleen faciliteren, dat doen we door de bestemmingsplan actualisatie (cluster Bestemmingsplannen) en maatregelen verkeer (cluster Mobiliteit) Inzet middelen ondernemers 13

14 Koers: 5. Toekomst gasflessenhandel Wens van een aantal ondernemers en omwonenden is dat de gasflessenhandel verhuist naar een locatie buiten het bedrijventerrein. Het bedrijf is zelf verantwoordelijk voor een dergelijke verhuizing. Op het terrein is de gasflessenhandel van Veenendaal gevestigd. De aanwezigheid van dit bedrijf leidt tot onrust bij een aantal bedrijven en de omwonenden. Daarom is onderzocht wat een toekomstgerichte invulling zou zijn in relatie tot de omgeving. De werkgroep Toekomst gasflessenhandel heeft met elkaar gesproken over de onrust en achtergronden daarvan. Op basis van dat gesprek en de gezamenlijk bekeken feiten is de werkgroep tot de volgende conclusies gekomen: 1. Het bedrijf voldoet aan de vergunning en geeft geen overlast naar de omgeving. 2. Verhuizing van het bedrijf wordt door de ondernemer niet gewenst. 3. Het risicoprofiel geldt alleen bij langdurige aanwezigheid van grote groepen mensen. 4. Er zijn geen ruimtelijke noch financiële mogelijkheden voor een verhuizing. Terzijde merkt de werkgroep op dat bij het maken van het bestemmingsplan Bedrijventerreinen het van belang is de categorie van het bedrijf en de gevolgen daarvan goed in beeld te brengen. Door het opnemen van de bedrijfscategorie in het bestemmingsplan, wordt duidelijk wat het toetsingskader is voor het bedrijf. Categorie vast leggen in bestemmingsplan Bedrijventerreinen Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Bestemmingsplannen Mede betrokken partij Gasflessen handel Van Veenendaal Lift mee in bestemmingsplan Bedrijventerreinen 14

15 Koers: 6. Herinrichten van de Groenstrook Een plan uitwerken in de oplossingsrichting die recht doet aan de knelpunten die de bedrijven, de omwonenden en de gemeente ervaren. Tussen de bedrijven en de woningen ligt een groenstrook. Deze groenstrook functioneert als buffer tussen deze 2 functies. Aan deze groenstrook is geen duidelijk gebruik gekoppeld. Dit resulteert in een divers en rommelig aanzicht. De werkgroep komt met een invulling die recht doet aan de geuite wensen. Daarvoor heeft de werkgroep verschillende ideeën en mogelijkheden besproken. Hieronder is een schets van het advies van de werkgroep. a. Bestemmingsplan De inrichtingsschets van de werkgroep geeft een aantal functies aan de groenstrook, die mogelijk gemaakt moeten worden via het nieuwe bestemmingsplan Bedrijventerreinen. Dit bestemmingsplan zal het mogelijk maken om de groenstrook te gebruiken ten behoeve van de functies; knuffelweide, boomgaard en in bruikleen te geven aan de woningen. De dubbelbestemmingen Leidingen en Archeologische Waarden leidden tot vermindering van de bouwmogelijkheden op de groenstrook. Passende bestemmingen in het nieuwe bestemmingsplan Bedrijventerreinen Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Bestemmingsplannen Mede betrokken partij -- Lift mee in bestemmingsplan Bedrijventerreinen 15

16 b. Knuffelweide De Knuffelweide is een maatschappelijk initiatief waarbij een groot aantal directe buren en overige inwoners van het dorp hebben geholpen met de opbouw. Zij kregen toestemming om alvast te starten op basis van een tijdelijke bruikleenovereenkomst en zonder vergunningen. Verdere besluitvorming is afhankelijk gesteld van de resultaten vanuit de herstructurering. De werkgroep Groenstrook heeft de aanwezigheid van de knuffelweide bekrachtigd. Gezien de locatie van de knuffelweide tussen het bedrijventerrein en de woningen is getoetst aan de relevante wet- en regelgeving. De uitkomsten daarvan staan hieronder vermeld: Externe veiligheid De knuffelweide is een beperkt kwetsbaar object vanuit het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI). Hierbij wordt getoetst aan de hand van 2 contouren; de groepsrisico contour, en de plaatsgebonden risicocontour. Met betrekking tot de groepsrisico contour is er geen sprake van een berekenbaar groepsrisico (de aantallen mensen zijn te laag), voor dit aspect is er geen sprake van een belemmering. Er ligt geen plaatsgebonden risico contour over de locatie van de knuffelweide. De vestiging van een nieuw BEVI bedrijf 2 in de directe nabijheid zou eventueel kunnen leiden tot een plaatsgebonden risicocontour over de locatie van de knuffelweide. Binnen deze contour mogen geen kwetsbare objecten aanwezig zijn, bij beperkt kwetsbare objecten (zoals de knuffelweide) moet beargumenteerd waarom het bedrijf zich wel in de directe nabijheid mag vestigen. Er worden kaders aangegeven om te voorkomen dat het initiatief doorgroeit naar een kwetsbaar object. Bedrijven en Milieuzonering De knuffelweide is geen gevoelig object in het kader van Bedrijven en Milieuzonering. Dat betekent dat dit initiatief vanuit Bedrijven en Milieuzonering geen beperkingen oplevert voor de naastgelegen bedrijven. De knuffelweide is in de huidige omvang wel een bedrijfsmatige activiteit (maar geen bedrijf). Zij zullen daarom een melding Activiteitenbesluit moeten doen. De OdrU meldt hierover: Vanwege de bedrijfsmatige activiteiten kan wel sprake zijn van milieuhinder richting omliggende gevoelige bestemmingen (woningen). Voor een kinderboerderij zijn in de Handreiking Bedrijven en milieuzonering richtafstanden opgenomen van 30 meter voor de aspecten geur en geluid en 10 meter voor stof. De afstand tot de woningen lijkt niet aan deze afstanden te voldoen. Indien wordt voldaan aan de eis uit het Activiteitenbesluit door mest en voer afgesloten te bewaren en elk 2 weken te vernieuwen / af te voeren, kan beargumenteerd worden afgeweken van de richtafstand voor geur. Het aspect geur levert voor de woningen dan geen probleem op. Voor geluid is het van belang dat onderzoek wordt uitgevoerd of voor dit aspect een kleinere afstand kan worden gehanteerd, waarbij het woonen leefklimaat wel voldoende geborgd wordt. De bezoekers komen over het algemeen met de fiets op lopend, een enkele auto kan geparkeerd worden op eigen terrein, bij de ingang van de knuffelweide. De knuffelweide zal in het bestemmingsplan Bedrijventerreinen een passende bestemming krijgen. Het zoeken naar een geschikte bestemming is nog een puzzel, waar we denken uit gaan komen. De knuffelweide kan pas vergunningen aanvragen, nadat het bestemmingsplan het juiste kader biedt. 16

17 Bovenstaande leidt tot de volgende concrete acties: 1. De knuffelweide krijgt te horen wat de kaders zijn aan de tijdelijke situatie. Deze kaders worden gegeven via een gedoogbeschikking. 2. Na vaststelling van het bestemmingsplan Bedrijventerreinen, zal de knuffelweide de benodigde vergunningen aanvragen. 3. De knuffelweide heeft een tijdelijke bruikleenovereenkomst, met het vastleggen in het bestemmingsplan, zal ook de overeenkomst geactualiseerd moeten worden. Helderheid kaders tijdelijke situatie Gereed 2015 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Backoffice Vergunningen Mede betrokken partij Knuffelweide - Tijdelijke bruikeenovereenkomst vervangen door onbepaalde tijd Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Vastgoed en Grondzaken Mede betrokken partij Knuffelweide - Aanvragen juiste vergunningen Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Knuffelweide Mede betrokken partij Gemeente, Cluster Backoffice Vergunningen Inzet middelen knuffelweide c. Calamiteitenroute Het huidige bestemmingsplan kent de Groenstrook een dubbelbestemming Calamiteitenroute toe. Deze bestemming is in het bestemmingsplan opgenomen ten behoeve van het bedrijf Van Veenendaal, maar de route is nooit aangelegd. Voor deze calamiteitenroute is geen wettelijke grondslag. Ondertussen is van Veenendaal, in samenwerking de met Brandweer (VRU) begonnen met maken van een aanvalsplan in geval van een brand. Een aanvalsplan geeft vooraf aan wat er nodig is om in geval van een brand bij het bedrijf op te kunnen treden om de brand te blussen. Mocht dit aanvalsplan ruimtelijke consequenties hebben, dan worden deze vertaald naar het bestemmingsplan Bedrijventerreinen. Dit kan gevolgen hebben voor de inrichting van de boomgaard (zie volgende maatregel). Ruimtelijke consequenties aanvalsplan verwerken in bestemmingsplan Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Bestemmingsplannen Mede betrokken partij Van Veenedaal, Brandweer/VRU Lift mee in bestemmingsplan Bedrijventerreinen 2 BEVI inrichtingen zijn bv: LPG-tankstations, ammoniak-koelinstallaties, chemische fabrieken en spoorwegemplacementen waar goederentreinen met gevaarlijke stoffen rangeren 17

18 d. Boomgaard, moestuin De wens van de werkgroep is om een boomgaard op het noordelijk deel van de groenstrook aan te leggen. Deze boomgaard zou onderhouden worden door de cliënten van het bedrijf 12beyourself. Dit bedrijf begeleidt jongeren met een achterstand naar een regulier dagritme. Voordat de grond gebruikt kan worden als boomgaard, is het noodzakelijk volledige zekerheid te hebben over de kwaliteit van de grond. De gemeente en 12beyourself zullen een overeenkomst sluiten om zowel het gebruik van de gemeentegrond te mogen gebruiken als het onderhoud door 12beyourself te regelen. Het gasflessenbedrijf Van Veenendaal grenst aan de groenstrook. Zij werken nu samen met de brandweer aan een nieuw aanvalsplan. Dit aanvalsplan kan voor de groenstrook ruimtelijke consequenties hebben. Dit kan doorwerken naar de begrenzing van de boomgaard (zie vorige maatregel). Aanleg boomgaard aan de noordzijde mits kwaliteit van de grond dat toelaat. Gereed 2016 Verantwoordelijke partij 12beyourself (aanleg en onderhoud) Team beheer, afdeling BOR&A (levering bomen) Mede betrokken partij Bewoners Prins Bernhardlaan (aanleg en onderhoud) 1.500,- (krediet Verduurzamen openbaar groen 2014) Beheers en bruikleen overeenkomst Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Vastgoed en Grondzaken 12beyouself - e. Overeenkomsten overige losse stukjes Bovenstaande initiatieven dekken niet de volledige groenstrook. Er liggen nog een paar locaties die nu in bruikleen zijn gegeven aan de woningen van de Prins Bernhardlaan. Hiervoor zullen de bestaande bruikleenoveenkomsten bekeken worden. Zo nodig worden deze overeenkosmten geactualiseerd en in een uniform kader gebracht. Herziening bestaande overeenkomsten Gereed 2016 Verantwoordelijke partij Gemeente, cluster Vastgoed en Grondzaken Prins Bernhardlaan n.e.g. - 18

19 f. Overige initiatieven Niet alle voorstellen en ideeën uit de inventarisatie zijn overgenomen, of bleken uitvoerbaar. De ideen die niet tot uitwerking zijn gekomen, maar wel verkend worden hieronder beschreven. Wadi: Een wadi is een tijdelijke opvang van extra regenwater. Het regenwater kan ter plekke in de grond zakken. Voor het dorp Amerongen zijn de plannen voor rioolopgave gewijzigd. Uit kostenbatenanalyse blijkt de toegevoegde waarde van de wadi niet op te wegen tegen de kosten van de aanleg. De bufferfunctie tussen de woningen en de bedrijven verbeteren. Met de werkgroepen is de mogelijkheid van het aanleggen van een geluidswal doorgesproken. Hieruit bleek dat de omwonenden geen overlast ervaren van het terrein, en dus geen belang zien in een geluidswal. Met de ondernemers is doorgesproken dat een geluidswal, de gebruiksmogelijkhedenvan hun perceel vergroot en dat dit kan leiden tot een aanzienlijke waarde verbetering van hun perceel. De bedrijven zien echter geen toegevoegde waarde van een geluidswal. Extra onsluiting Bij een enkeling bestaat de wens om met de auto achterom het eigen pand (woning of bedrijf) te kunnen bereiken. Deze wens werd niet breed gedragen door de werkgroep en stemt niet overeen met het advies van de werkgroep verkeer: geen extra ontsluitingen nodig. 19

20 3. Aanpassingen in het bestemmingsplan De inventarisatie toonde wensen van de ondernemers aan die goed verwerkt kunnen worden in het bestemmingsplan Bedrijventerreinen. Het college heeft met de vaststelling van het Koersendocument 18 maart 2014 besloten de volgende punten te verwerken in het bestemmingsplan. Wens: De ondernemers willen bouwmogelijkheden om te kunnen investeren in hun particuliere percelen. BP: In het bestemmingsplan voldoende bouwmogelijkheden bieden. Voor het bedrijventerrein Amerongen houdt dit concreet in: het maximum bebouwingspercentage 85% kan blijven bestaan; het minimum bouwpercentage van 65% kan vervallen; de maximale bouwhoogte 9,5 meter, met een ontheffing voor 50% van de oppervlakte te verhogen met 10% kan blijven bestaan. Het bestemmingsplan Bedrijventerreinen zal daarmee voldoende ruimte bieden om de wensen van de ondernemers te honoreren. Wens: De ondernemers willen een bestemmingsplan met flexibele bestemmingen. BP: Niet bedrijfsspecifiek bestemmen, maar categorie gericht. Het huidige bestemmingsplan uit 2005 heeft een aantal bedrijven heel specifiek op het perceel bestemd. Voor die percelen is specifiek aangegeven of de bestemming bijvoorbeeld een sportschool/fysiotherapie, autobedrijf of een carrosseriebedrijf toelaat. Hierdoor is het onmogelijk om bijvoorbeeld een aannemersbedrijf te vestigen waar nu een carrosseriebedrijf is. Deze systematiek is in 2005 gekozen om de omliggende woningen te beschermen. Sinds 2005 zijn de toepassingsmogelijkheden van die categorie indeling in ontwikkeling gebleven. Inmiddels is het mogelijk om meer maatwerk gericht op het bedrijf te leveren. Hiermee houden de omliggende woningen dezelfde mate van bescherming als nu het geval is, maar ontstaat er meer flexibiliteit voor de bedrijven. Het bestemmingsplan Bedrijventerreinen in onze gemeente zal conform deze systematiek worden opgesteld. Wens: Een gemengd bedrijventerrein dat geschikt is voor met name lokale bedrijven. BP: Toepassen inwaartse zonering met maximaal categorie 3.1. De ondernemers en omwonenden geven aan dat het terrein geschikt moet zijn voor de lokale bedrijvigheid. Dit betekent dat het terrein een gemengd karakter heeft en ook houdt. In combinatie met de naastgelegen woningen is de toepassing van inwaartse zonering een goed instrument. Met inwaarts zoneren liggen de bedrijven met de grootste overlast, het verste weg van de woningen. Aanvulling n.a.v. uitwerkingsfase: Uit de uitwerking blijkt dat met toepassing van inwaartse zonering, nog een zone 3.2 mogelijk is. Deze ruimte voor bedrijfsontwikkeling kunnen en willen we behouden. Wens: Reële beeldkwaliteit voor de bedrijfsgebouwen BP: Gebiedsbeschrijving met een functionele beeldkwaliteit in plaats van beeldkwaliteitsplan. Op het bedrijventerrein rust nu een vrij hoge beeldkwaliteit. De ondernemers verzoeken om een functionele beeldkwaliteit. Het is immers een bedrijventerrein. Het bestemmingsplan bedrijventerreinen krijgt geen beeldkwaliteitsplan, maar er komt een gebiedsbeschrijving. De kwaliteitseisen die hierin beschreven staan, zijn functioneel. De kwaliteitseisen worden in overeenstemming gebracht met de functionaliteit van het terrein. 20

21 Wens: Detailhandel mogelijk maken op het bedrijventerrein BP: Volumineuze detailhandel wordt bij de volgende actualisatie van de bestemmingsplannen bedrijventerrein Leersum en bedrijventerrein Amerongen op beide terreinen toegestaan. Een aantal ondernemers verzoekt om ruimere regels voor het toestaan van detailhandel op het bestaande bedrijventerrein Amerongen. Een belangrijk effect van detailhandel is het extra verkeer dat deze functie genereert. Uit het onderzoek bij het bestemmingsplan bedrijventerrein Leersum blijkt dat de hoeveelheid extra verkeer overlast veroorzaakt ten aanzien van een aantal woningen langs de Bertus Leendersweg in Leersum. Op basis hiervan is een maximum gesteld aan de oppervlakte volumineuze detailhandel op het bedrijventerrein Leersum 3. Volumineuze detailhandel heeft betrekking op grote artikelen, andere vormen van detailhandel, zoals supermarkten zijn niet toegestaan. De toekenning van oppervlakte volumineuze detailhandel aan bedrijventerrein Amerongen is op dit moment niet mogelijk omdat dan de maximale toegestane overlast op die woningen overschreden zou worden als gevolg van extra verkeersbewegingen. Bij de volgende actualisatieslag van het bestemmingplan voor de beide terreinen zullen de bestemmingsplannen samen gevoegd kunnen worden tot één bestemmingsplan. Dan kan het hierboven genoemde maximaal oppervlakte volumineuze detailhandel voor dat totale bedrijventerrein van toepassing zijn. Voor ondergeschikte detailhandel geldt bovenstaande beperking trouwens niet. Deze vorm van verkoop houdt in dat een klein deel van de productie ter plaatse wordt verkocht. 3 Voor het bestemmingsplan bedrijventerrein Leersum is het onderzoek specifiek gericht op volumineuze detailhandel, aangezien de vragen uit de kern Leersum volumineuze detailhandel betreffen. Volumineuze detailhandel gaat over grote goederen (bouwmarkten, caravanhandelaren). Andere vormen van detailhandel (perifeer en gewone) trekken nog meer verkeer aan. Deze zijn niet toegestaan. 21

22 4. Bijlagen 1. Nota van uitgangspunten januari Koersendocument 18 maart Samenstelling werkgroepen 22