De bescherming van de consument voor financiële diensten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De bescherming van de consument voor financiële diensten"

Transcriptie

1 FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID OPLEIDING MASTER IN DE RECHTEN De bescherming van de consument voor financiële diensten Masterproef Academiejaar Promotor: Van Acker C. Evelien Vande Putte

2 Inhoudstafel Inhoudstafel... II Inleiding... 4 Hoofdstuk 1: Europese normering... 7 Hoofdstuk 2: Consumenten beschermende maatregelen in de pré contractuele fase : Reclame A: Consumentenkrediet : Gebodsbepalingen : Verbodsbepalingen : Sancties : Richtlijn consumentenkrediet B: Hypothecair krediet : Sancties C: Conclusie : Het leuren voor kredietovereenkomst : Het Prospectus A: Consumentenkrediet : Sancties : Richtlijn consumentenkrediet B: Hypothecair Krediet : De kredietonderhandeling A: Consumentenkrediet : De informatieverplichting : De raadgevingsplicht : De onthoudingsplicht : Richtlijn consumentenkrediet B: Hypothecair krediet C: Toekomstperspectieven betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren : Het sluiten van de kredietovereenkomst A: Consumentenkrediet : De kredietweigering : De totstandkoming van de kredietovereenkomst : De bedenktermijn : Richtlijn Consumentenkrediet B: Het hypothecair krediet : Het aanvraagformulier : Kredietaanbod Hoofdstuk 3: De bescherming van de consument met betalingsmoeilijkheden : De ontbinding van de overeenkomst : De verschuldigde vergoeding : De ontbinding en het verval van termijnbepaling : Eenvoudige betaalachterstand : De opzegging van de overeenkomst II

3 4: Nalatigheidsinterest : Schadebedingen : Overschrijding van de wettelijke grenzen : De matigingsbevoegdheid van de rechter : De loonoverdracht : De toekenning van betalingsfaciliteiten : Artikel 1244 B.W : Artikel 38 WCK : De toezending van een voorafgaande verwittiging : De mededeling aan de kredietrisicocentrale : De poging tot minnelijke schikking : De regel : Het verloop van de minnelijke schikking : De sanctie : De toekenning van betalingsfaciliteiten Besluit Bibliografie... IV III

4 Inleiding 1. Krediet is een instrument dat in onze huidige samenleving vaak wordt aangewend. Het stelt ons in staat consumptie mogelijk te maken nog voor we over de nodige financiële middelen beschikken. Het aangaan van een kredietovereenkomst is evenwel niet zonder risico, het gevaar van overconsumptie moet blijvend in acht worden genomen. Dit probleem van de overmatige schuldenlast was één van de uitgangspunten van de wetgever om in een wetgeving te voorzien waarin de zwakkere partij wordt beschermd. In mijn masterproef zal de bescherming van de consument in het licht van de Wet van 12 juni 1991 op het Consumentenkrediet 1 en de Wet van 4 augustus 1992 op het Hypothecair Krediet 2 verder worden onderzocht. 2. De voornaamste doelstellingen van de Wet op het Consumentenkrediet en de Wet op het Hypothecair Krediet zijn de bescherming van de consument 3 en de beperking van het risico op overmatige schuldenlast. Om deze doelstellingen te bereiken kan enerzijds preventief worden opgetreden door de kredietpromotie op strikte wijze te regelen en aan de kredietgever een verstrengde informatie- en raadgevingsplicht op te leggen. Bovendien is ook de wijze waarop de kredietovereenkomst moet worden uitgevoerd in de wet geregeld, en beschikt de kredietnemer over een verzakingstermijn om alsnog van de overeenkomst af te zien. Anderzijds is het ook van belang de consument een curatieve bescherming te bieden. 4 Hieraan wordt tegemoetgekomen door in de wet een aantal regels op te nemen die door de kredietgevers moeten worden gerespecteerd wanneer de kredietnemer betalingsmoeilijkheden ondervindt. Sommige van deze aspecten worden in beide wetten op gelijkaardige wijze geregeld; andere daarentegen worden op heel verschillende wijze behandeld. In dit werk is het de bedoeling om na te gaan welk van beide wetten nu het meest consumentenvriendelijk is, en waar eventuele bijsturing van de wetgeving te verdedigen valt. 1 Wet van 12 juni 1991 op het Consumentenkrediet, BS 19 juli Wet van 4 augustus 1992 op het Hypothecair Krediet, BS 19 augustus S. DE MEUTER en M. VAN VLASSELAER, Informatie- en raadgevingsplicht en de aansprakelijkheid van de kredietgever in de Wet van 12 juni 1991 op het Consumentenkrediet, DCCR , G.L. BALLON, De informatieverplichtingen, inzonderheid de reclamebepalingen, die de wet consumentenkrediet in samenspel met de wet handelspraktijken aan de kredietverlener oplegt, Jur. Falc., ,

5 3. Aangezien we ons momenteel midden in een financieel-economische crisis bevinden is het van belang eerst even na te gaan wat de gevolgen hiervan voor de kredietmarkt zijn. In tijden van economische crisis hebben de consumenten het hard te verduren. De almaar stijgende prijzen duwen de koopkracht van de gezinnen naar beneden. Krediet lijkt dan de oplossing om het tijdelijke koopkrachtprobleem te verhelpen. In sommige gevallen zal de dalende koopkracht echter een synoniem voor overmatige schuldenlast zijn. 4. Dat de financieel-economische crisis invloed heeft op de markt van de kredietverstrekking hoeft niet te verwonderen. Uit de statistieken gepubliceerd door de Nationale Bank van België 5 en de Beroepsvereniging van het Krediet 6 blijkt dat de Centrale voor Kredieten aan Particulieren eind kredietovereenkomsten bevatte, wat een stijging betekent van 5,2 %. In de loop van het jaar werden nieuwe kredieten geregistreerd. Hierbij is er een duidelijk verschil te bemerken tussen de eerste 3 kwartalen van 2008 en het laatste kwartaal van datzelfde jaar. 7 De impact van de financieel economische crisis heeft zich duidelijk laten voelen in het laatste kwartaal, waarin de vraag naar krediet daalde. 8 Terwijl van januari tot september 8,7 % meer nieuwe kredieten werden geregistreerd dan in dezelfde periode van 2007, lag dit aantal in de laatste drie maanden van ,4 % lager dan in het vierde kwartaal van Voornamelijk de auto- en hypotheekleningen worden door de consument op de lange baan geschoven. 9 Dit is niet te verwonderen: door de onzekerheid hebben de consumenten weinig vertrouwen in de toekomst. 10 De consument speculeert in de hoop dat de woningprijzen dalen, en hij hoopt op een verdere daling van de rentevoet. 11 Bovendien leent de consument die een hypothecair krediet aanvraagt, beduidend minder dan voorheen het geval was. 12 De andere kredieten, los van de hypotheek- en autoleningen, bleven eerder stabiel. 5http://

6 5. Daarnaast nam ook het aantal wanbetalingen toe. Die stijging deed zich eveneens voornamelijk in het laatste kwartaal van 2008 voor. Eind 2008 telde de Kredietcentrale kredietnemers met een betalingsachterstand en achterstallige kredieten, wat een stijging inhoudt van respectievelijk 1,5 % en 0,9 %. 13 Het totale achterstallige bedrag is met 4,4 % toegenomen tot miljoen euro. 14 Maar kredieten zijn zeker niet de enige boosdoener. Het voorbije jaar zijn nieuwe aanvragen tot collectieve schuldregeling door de arbeidsrechtbanken toelaatbaar verklaard, waardoor het totaal aantal personen dat hiervoor geregistreerd zijn eind 2008 met 8,8 % is gestegen. 15 Één derde van hen is evenwel met geen enkele achterstallige kredietovereenkomst in de Kredietcentrale geregistreerd. Hieruit kan worden afgeleid dat de oorzaken van overmatige schuldenlast niet enkel te zoeken zijn bij kredieten. 16 Consumenten worden eveneens steeds meer met andere betalingsproblemen geconfronteerd. Hieruit mag terecht worden afgeleid dat ook niet-kredietschulden problematisch worden, zoals onder andere ziekenhuisfacturen, gas- en elektriciteitsrekeningen, huurachterstal en telecomfacturen

7 Hoofdstuk 1: Europese normering Afdeling I: Consumentenkrediet 6. De Belgische wetgeving inzake Consumentenkrediet kwam tot stand in uitvoering van de Europese Richtlijn van en de daarop volgende wijzigingen. Deze richtlijn was gebaseerd op minimale harmonisatie. 18 De richtlijn schreef enkel een minimumbescherming voor; de lidstaten hadden de mogelijkheid de consument een betere bescherming te bieden dan deze voorgeschreven in de richtlijn. De Belgische wetgever kwam hieraan tegemoet wat resulteerde in een erg consumentvriendelijke Belgische wet waarin de bescherming van de consument centraal staat. De vraag is echter of deze consumentvriendelijke wetgeving door de invoering van de nieuwe Europese Richtlijn 2008/48/EEG 19 zal kunnen worden gehandhaafd. 7. Uit het feit dat de richtlijn van 1986 gebaseerd was op minimale harmonisatie volgt dat de nationale wetgevingen in de verschillende lidstaten sterk van elkaar verschillen. Deze nationale verschillen veroorzaken een concurrentieverstoring tussen de verschillende kredietgevers in de Gemeenschap waardoor de goede werking van de interne markt wordt verstoord. 20 Met de nieuwe richtlijn wenst men de verschillen in de nationale wetgevingen inzake consumentenkrediet weg te werken. 21 Men poogt een gemeenschappelijke markt inzake consumentenkrediet mogelijk te maken, wat de concurrentie moet bevorderen De nieuwe richtlijn consumentenkrediet is er evenwel niet vanzelf gekomen. Na meer dan 200 amendementen en lange onderhandelingen is het voorstel uiteindelijk op 16 januari en 7 april 2008 door het Europees Parlement en de Europese Raad aangenomen. 23 De definitieve tekst van de richtlijn wijkt op verschillende punten af van de oorspronkelijke voorstellen, wat vanuit Belgisch oogpunt niet steeds te betreuren valt. 17 Richtlijn 87/102/EEG van de Raad van 22 december 1986 betreffende de harmonisatie van de wettelijke en de bestuursrechtelijke bepalingen der Lidstaten inzake het consumentenkrediet, Pb.L.12 februari 1987, L. 42, Artikel 15 Richtlijn 87/102/EEG van de Raad van 22 december 1986 betreffende de harmonisatie van de wettelijke en de bestuursrechtelijke bepalingen der Lidstaten inzake het consumentenkrediet, Pb. L. 12 februari 1987, L. 42, Richtlijn 2008/48/EEG inzake kredietovereenkomsten voor consumenten en tot intrekking van Richtlijn 87/102/EEG van de Raad, Pb.L., 22 mei 2008, L. 133, p p S. DAUSSOGNE, Consumentenkrediet: Toetsing van de huidige Belgische wet aan de nieuwe Europese richtlijn, T.Fin.R. 2008, afl. 4, S. DAUSSOGNE, Consumentenkrediet: Toetsing van de huidige Belgische wet aan de nieuwe Europese richtlijn, T.Fin.R. 2008, afl. 4,

8 De maximale harmonisatie, die in eerste instantie werd beoogd, is uiteindelijk niet doorgevoerd. 24 Men heeft daarentegen geopteerd voor een doelgerichte harmonisatie die zich beperkt tot een aantal kernmateries. 25 Krachtens artikel 22 van de richtlijn mogen de lidstaten, in zoverre deze richtlijn geharmoniseerde bepalingen bevat, geen bepalingen handhaven of invoeren in hun nationale wetgeving die afwijken van die welke in deze richtlijn zijn vastgesteld. In de andere gevallen behouden de lidstaten de vrijheid om de consument een betere bescherming te bieden. Het probleem hierbij is echter het gebrek aan duidelijkheid van artikel 22; nergens wordt immers nader aangeduid welke bepalingen nu echt geharmoniseerd zijn De Belgische wetgeving inzake consumentenkrediet is, zoals reeds werd aangehaald en verder in dit werk zal blijken, erg consumentvriendelijk. Maximale harmonisatie was naar Belgisch oogpunt een stap achteruit geweest in het licht van de bescherming van de consument. Doordat de harmonisatie enkel slaat op een aantal kernmateries is het bijgevolg mogelijk om bepaalde consumentenbeschermende regels in onze wetgeving te behouden. 27 Het is van belang dat bij de omzetting van de richtlijn hiermee zoveel mogelijk rekening wordt gehouden. De richtlijn dient uiterlijk voor 12 mei 2010 in het nationaal recht van de verschillende lidstaten te worden omgezet. 28 Het is evenwel erg betreurenswaardig dat de doelstelling die men met de nieuwe richtlijn beoogde te bereiken alles behalve is volbracht. De gemeenschappelijke markt inzake consumentenkrediet is nog verre van verwezenlijkt. Afdeling II: Hypothecair krediet 10. Ook in de Wet op het Hypothecair Krediet poogt men een gemeenschappelijke markt te bekomen, wat de concurrentie moet bevorderen. Hiermee wil men een betere werking van de hypotheekmarkt op Europees niveau bewerkstelligen. 29 Net zoals in het consumentenkrediet zijn er ook hier in de lidstaten vele verschillen te bemerken in de 24 S. DAUSSOGNE, Consumentenkrediet: Toetsing van de huidige Belgische wet aan de nieuwe Europese richtlijn, T.Fin.R. 2008, afl. 4, p p http:// 28 Art. 27 richtlijn consumentenkrediet

9 regelgeving inzake hypothecair krediet. De Europese Commissie probeert dit te verhelpen en streeft naar harmonisatie De Commissie zoekt naar een passende oplossing voor de verschillende problemen om op die manier de belemmeringen voor de éénmaking van de hypotheekmarkt weg te werken. 31 In 2007 bracht de Commissie vervolgens een witboek uit die vier doelstellingen bevatte die dienen te worden nagestreefd. Ten eerste wenst de Commissie de grensoverschrijdende aanbieding en financiering van het hypothecair krediet te vergemakkelijken. Daarnaast willen zij meer diversiteit in het kredietaanbod creëren. Tot slot vinden zij het essentieel om het vertrouwen van de consumenten te versterken en wensen zij ook de cliëntenmobiliteit te bevorderen Probleem hierbij is evenwel dat onze Belgische wetgeving inzake hypothecair krediet veel consumentvriendelijker is dan in de meeste andere lidstaten het geval is. Het is dan ook betwijfelbaar dat de Belgische consument door de eenmaking op dezelfde wijze, laat staan op beter wijze, zal worden beschermd. 33 Hoewel het witboek slechts de beleidslijnen van de Commissie naar voor brengt, vormt zij ook een aanzet voor het nemen van meer concrete maatregelen. Hierbij kan alleen worden gehoopt dat de Europese eenmaking geen nadelige gevolgen met zich meebrengt voor die lidstaten waar de nationale wet de consument het best beschermt X., Hypotheekmarkt op losse schroeven, budget en recht,maart/april 2008,3. 34 X., Hypotheekmarkt op losse schroeven, budget en recht,maart/april 2008,3. 9

10 Hoofdstuk 2: Consumenten beschermende maatregelen in de pré contractuele fase 13. De bescherming van de consument grijpt reeds plaats nog voor de kredietovereenkomst daadwerkelijk wordt afgesloten. In dit hoofdstuk wordt vooreerst stilgestaan bij de verschillende promotietechnieken en de regels die deze aan banden leggen. Daarnaast wordt verder aandacht besteed aan de informatieplicht die bij de kredietonderhandeling en het aangaan van de kredietovereenkomst op de kredietverlener rust. Afdeling I: De kredietpromotie 14. Ter bescherming van de consument is het van belang dat de reclame en benaderingstechnieken die tot doel hebben de consument ertoe aan te zetten een kredietovereenkomst af te sluiten, aan strikte regels worden onderworpen. 1: Reclame A: Consumentenkrediet 15. Vooreerst is het van belang te benadrukken dat de Wet op het Consumentenkrediet van 1991 op verschillende vlakken niet meer aan de maatschappelijke behoeften was aangepast en een aantal onvolkomenheden bevatte. Een herziening van de wet, die er kwam in 2003, was dan ook onontbeerlijk 35. Men kan er terecht van uitgaan dat de belangen van de consument sinds deze herziening beter worden behartigd. 16. Voor wat betreft reclame voorziet de Wet op het Consumentenkrediet (WCK) in een bijzondere bescherming bovenop de reclame voorschriften van de Wet 35 Wet van 24 maart 2003 tot wijziging van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, BS 2 mei

11 Handelspraktijken 36 (WHPC). De regels van de WHPC zijn van toepassing voorzover de WCK niet in een afwijkende regeling voorziet. 37 Door reclame 38 via allerlei media worden de consumenten met kredietaanbiedingen overstelpt. Het is daarbij van belang dat alle reclameboodschappen die bedoeld zijn om een kredietovereenkomst te promoten, aan strikte regels worden onderworpen. Vooreerst moeten een aantal verplichte bepalingen die van belang zijn ter informatie van de consument, in de reclameboodschappen worden opgenomen. 39 Daarnaast verbiedt de wetgever bepaalde vormen van reclame die de consument tot overmatige schuldenlast aanzetten 40. In de realiteit worden de regels inzake reclame door de kredietgevers echter niet altijd even strikt nageleefd. 41 Het is dus van belang ook even stil te staan bij de afdwingbaarheid van de regels en de sancties bij niet naleving. 1: Gebodsbepalingen 17. De reclameboodschappen bedoeld om kredieten te promoten moeten op ondubbelzinnige, leesbare, goed zichtbare of hoorbare wijze een aantal verplichte vermeldingen bevatten Ten eerste moet de identiteit, het adres en de hoedanigheid van de adverteerder worden vermeld. 43 Hiermee wil men vermijden dat de adverteerder zich ertoe beperkt om enkel een telefoonnummer in de reclameboodschap op te nemen. 44 Bovendien is het van belang dat de consument 45 de hoedanigheid van de adverteerder kent zodat hij 36 Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, BS 29 augustus 1991, erratum BS 10 oktober 1991; A. DE BOECK, De door de Wet van 24 maart 2003 hervormde regelgeving inzake consumentenkrediet-overzicht van de financiële aspecten en sommige elementen van consumentenbescherming, T.Fin.R. 2004, 715; M. DE GRAEVE, consumentenkrediet: op weg naar een betere bescherming van de consument?, TVW 2003, E. TERRYN en V. COLAERT, Krediepromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Voor de omschrijving van dit begrip verwijst artikel 1, 7 WCK naar de definitie die is opgenomen in de Wet Handelspraktijken in artikel 22 WHPC: reclame is elke mededeling die rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel heeft de verkoop van producten of diensten te bevorderen ongeacht de plaats of het gebruikte communicatie medium. 39 M. DAMBRE, Het Consumentenkrediet: een commentaar op de nieuwe regelgeving, Gent, Mys en Breesch, 1993, A. DE BOECK, De door de Wet van 24 maart 2003 hervormde regelgeving inzake consumentenkrediet-overzicht van de financiële aspecten en sommige elementen van consumentenbescherming, T.Fin.R. 2004, E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 5, 1 WCK. 43 Art. 5, 1, 1 WCK. 44 P. DE VROEDE, De nieuwe wet op het consumentenkrediet: Reclame en promotionele methoden inzake kredietverlening, DAOR 1992, 26; P. LETTANY, Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen België, 1993, 51; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Voor de omschrijving van dit begrip zie artikel 1, 1 WCK. 11

12 weet met wie hij een overeenkomst afsluit. 46 Het is immers nuttig dat de consument kennis heeft van het feit dat de tegenpartij een kredietgever 47 of kredietbemiddelaar 48 is, gezien het krediet dat door een kredietbemiddelaar wordt verleend immers vaak duurder is. 49 Hierbij kan worden verwezen naar artikel 63, 1 WCK waarin wordt vermeld dat de kredietbemiddelaar de consument op de hoogte moet brengen van zijn hoedanigheid van kredietbemiddelaar, alsook van de aard en de draagwijdte van zijn bevoegdheden, zowel in zijn reclame als in de documenten bestemd voor het cliënteel Reclame moet daarnaast ook de kredietvorm waarop de reclame betrekking heeft, vermelden. 51 De consument moet uit de reclameboodschap duidelijk kunnen achterhalen of het gaat om een lening op afbetaling, een verkoop op afbetaling, of een andere kredietvorm Tot slot moeten ook de eventuele bijzondere of beperkende voorwaarden van het aangeboden krediet in de reclameboodschap worden opgenomen. 53 Dit is ondermeer van belang wanneer een voordelig tarief aan bijzondere of beperkende voorwaarden is gekoppeld. Deze voorwaarden moeten worden vermeld op een wijze die voor de consument, die niet met de materie vertrouwd is, verstaanbaar, leesbaar en in voorkomend geval hoorbaar is. 54 Voorbeelden van dergelijke voorwaarden zijn: het sluiten van een verzekering of het verschaffen van een borg. 55 Merk hierbij op dat, indien de consument aan alle voorwaarden voldoet dit niet noodzakelijk wil zeggen dat hij daadwerkelijk een kredietovereenkomst zal bekomen. In het licht van de informatie- en adviesplicht die op de kredietverlener rust mag deze enkel 46 G. STRAETMANS, De reclamebepalingen en promotionele activiteiten in de nieuwe wet op het consumentenkrediet, DCCR , Voor de omschrijving van dit begrip zie artikel 1, 2 WCK. 48 Voor de omschrijving van dit begrip zie artikel 1, 3 WCK. 49 G.L. BALLON, De informatieverplichtingen, inzonderheid de reclamebepalingen, die de wet consumentenkrediet in samenspel met de wet handelspraktijken aan de kredietverlener oplegt, Jur. Falc , 4-53; P. LETTANY, Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen België, 1993, 51; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 5, 1, 2 WCK. 52 P. DE VROEDE, De nieuwe wet op het consumentenkrediet: Reclame en promotionele methoden inzake kredietverlening, DAOR 1992, 26; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 5, 1, 3 WCK. 54 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Memorie van Toelichting, Parl. St... Senaat , 916-1,

13 een kredietovereenkomst afsluiten wanneer hij er redelijkerwijs kan van uitgaan dat de consument zijn verplichtingen zal kunnen nakomen. 21. Bovendien moet de reclameboodschap duidelijk waarneembaar zijn, en mag er geen twijfel omtrent de inhoud bestaan. 56 Door de wetsherziening in 2003, die de woorden op hoorbare wijze in het artikel heeft toegevoegd, werd een einde gemaakt aan de discussie die in de rechtsleer speelde omtrent de vraag of audiovisuele reclame al dan niet verboden was. 57 Bijgevolg bestaat er sindsdien geen enkele twijfel meer dat ook reclame via radio en tv mogelijk is, voor zover deze ondubbelzinnig, leesbaar, goed zichtbaar of hoorbaar is. 58 Ook de audiovisuele reclame dient de verplichte vermeldingen te bevatten, met name de kredietvorm, de bijzondere of beperkende voorwaarden van het aangeboden krediet, de identiteit, het adres en de hoedanigheid van de adverteerder, en in voorkomend geval het jaarlijks kostenpercentage. 59 Dit wordt evenwel door vele auteurs bekritiseerd. 60 Wegens de aard van de audiovisuele reclame is het immers erg moeilijk om aan een consument, die niet thuis is in deze materie, op ondubbelzinnige, niet-misleidende en accurate wijze dergelijke bepalingen weer te geven. 61 De vraag die hier kan worden gesteld is of de verplichte vermeldingen bij audiovisuele reclame de kans op misleiding 56 G.L. BALLON, De informatieverplichtingen, inzonderheid de reclamebepalingen, die de wet consumentenkrediet in samenspel met de wet handelspraktijken aan de kredietverlener oplegt, Jur. Falc ; P. LETTANY, Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen België, 1993, 50; R. STEENNOT, Handboek consumentenbescherming en handelspraktijken, VIII, Antwerpen, Intersentia, 2007, 333; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, D. BLOMMAERT en F. NICHELS, Kroniek van het Consumentenkrediet ( ), TBH 2006, 591; A. DE BOECK, De door de Wet van 24 maart 2003 hervormde regelgeving inzake consumentenkrediet-overzicht van de financiële aspecten en sommige elementen van consumentenbescherming, T.Fin.R. 2004, 715; T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , 689. Bepaalde auteurs waren van mening dat audiovisuele reclame niet toegelaten was: G.L. BALLON, De informatieverplichtingen, inzonderheid de reclamebepalingen, die de wet consumentenkrediet in samenspel met de wet handelspraktijken aan de kredietverlener oplegt, Jur. Falc , 4-51; P. LETTANY, Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen België, 1993, 48-49; G. STRAETMANS, De reclamebepalingen en promotionele activiteiten in de nieuwe wet op het consumentenkrediet, DCCR , 875; Contra: E. BALATE, P. DEJEMEPPE en F. DE PATOUL, Le droit du crédit à la consommation, De Boeck Wesmael, Brussel, 1995, R. STEENNOT, Consumentenbescherming: overzicht van rechtspraak ( ), TPR 2004, ; R. STEENNOT, De nieuwe wet consumentenkrediet, Bank. Fin. R. 2003, 250; T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , A. DE BOECK, De door de Wet van 24 maart 2003 hervormde regelgeving inzake consumentenkrediet - overzicht van de financiële aspecten en sommige elementen van consumentenbescherming, T.Fin.R. 2004, 715; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, 39; T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW ,

14 van de consument niet vergroten. 62 Audiovisuele reclame gebeurt erg vluchtig, de veelheid aan verplichte informatie heeft m.i. dan ook tot gevolg dat de consument slechts gedeeltelijk wordt geïnformeerd, wat de bescherming van de consument zeker niet ten goede komt. Mijns inziens zou het beter zijn dat er voor audiovisuele reclame een extra plicht wordt opgelegd, die erin bestaat dat in de reclameboodschap wordt verwezen naar een meer duurzame drager waar de consument de verplichte vermeldingen naderhand opnieuw kan consulteren, zoals bijvoorbeeld het prospectus. Jammer genoeg heeft de wetgever bij de invoering van de prospectusplicht dit over het hoofd gezien De kredietkosten moeten in principe niet verplicht in de reclameboodschap worden weergegeven. 64 Indien in de reclameboodschap echter een rentevoet of een ander cijfer dat betrekking heeft op de kost van het krediet is opgenomen, moet eveneens op een ondubbelzinnige, goed zichtbare, leesbare of hoorbare wijze het jaarlijks kostenpercentage worden vermeld. Hierdoor worden de kosten, die door de adverteerders in de reclameboodschappen zijn opgenomen, op een eenvormige manier vermeld, waardoor de consument de aanbiedingen op een eenvoudige wijze met elkaar kan vergelijken. 65 Wanneer het echter niet mogelijk is om het juiste jaarlijks kostenpercentage aan te duiden, moet de reclame het jaarlijks kostenpercentage vermelden aan de hand van een representatief voorbeeld. Daarnaast moet de reclameboodschap die een jaarlijks kostenpercentage aangeeft dat bij voorkeur wordt toegepast, enerzijds de voorwaarden vermelden waaronder het voordelig jaarlijks kostenpercentage kan worden bekomen en anderzijds ook het basis jaarlijks kostenpercentage vermelden dat van toepassing is indien niet aan de voorwaarden is voldaan. 66 De wetgever wou op die manier vermijden dat consumenten 62 T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , D. BLOMMAERT en F. NICHELS, artikel 8 WCK, in Artikelsgewijze commentaar financieel recht, Antwerpen, Kluwer, losbl.; P. DE VROEDE, De nieuwe wet op het consumentenkrediet: Reclame en promotionele methoden inzake kredietverlening, DAOR 1992, 26; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 5, 2 WCK. 14

15 worden gelokt door voorkeurtarieven die evenwel slechts in een beperkt aantal gevallen worden toegekend (bijvoorbeeld: enkel voor trouwe klanten) Daarenboven zal de reclameboodschap waarin het gefinancierde goed of de dienst en een jaarlijks kostenpercentage dat gelijk is aan 0% is opgenomen, eveneens de voorwaarden moeten vermelden die worden toegekend aan consumenten die contant betalen. 68 Overeenkomstig de memorie van toelichting kunnen deze voordelen ook voordelen in natura zijn, of geldelijke voordelen op een volgende aankoop van goederen of diensten. 69 Merk hierbij op dat indien aan de consument die contant betaald voordelen in natura worden toegekend, de regels inzake gezamenlijk aanbod moeten worden gerespecteerd. 70 Bovendien moet de prijs van het goed of de dienst die wordt gevraagd aan de consument die op krediet betaalt gelijk zijn aan de prijs die wordt gevraagd aan de consument die contant betaalt Door in de wet duidelijk op te nemen dat in de reclameboodschappen een aantal vermeldingen verplicht moeten voorkomen poogt men de consument op een betere wijze te informeren. Een goede voorlichting van de consument is immers essentieel. 2: Verbodsbepalingen 25. Naast de verplichte vermeldingen die iedere reclameboodschap moet bevatten, zijn er ook een aantal verboden vormen van reclame. Terecht heeft de wetgever, ter bescherming van de consument, het voeren van reclame aan banden gelegd. Allereerst dient te worden vermeld dat de verbodsbepalingen die zijn opgenomen in de WHPC ook van toepassing zijn op de reclameboodschappen betreffende consumentenkrediet. 72 Bijgevolg zullen ook de in artikel 94/4 WHPC opgenomen 67 Memorie van Toelichting, Parl. St... Kamer , doc ,13-14; R. STEENNOT, Handboek consumentenbescherming en handelspraktijken, VIII, Antwerpen, Intersentia, 2007, 334; R. STEENNOT, Consumentenbescherming: overzicht van rechtspraak ( ), TPR 2004, 1907; T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , Art. 6 bis, eerste lid WCK. 69 Memorie van Toelichting, Parl. St... Kamer , doc , Memorie van Toelichting, Parl. St... Kamer , doc ,13-15; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 6 bis, tweede lid WCK. 72 P. LETTANY, Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen België, 1993,47. 15

16 reclameverboden en de bepalingen inzake vergelijkende reclame 73 voor kredietovereenkomsten, gelden Daarnaast heeft de wetgever in 1991 ook enkele specifieke vormen van kredietreclame verboden. Het betreft elke reclame die verwijst naar een erkenning of een inschrijving in de zin van de wet, alsook elke reclame die door verwijzing naar het maximaal jaarlijks kostenpercentage of naar de wettelijkheid van de toegepaste kostenpercentages, de indruk wekt dat deze de enige zijn die kunnen worden toegepast. Bovendien is het eveneens verboden om in reclame de vermelding gratis krediet of een gelijkaardige vermelding op te nemen. En tot slot is ook elke reclame die een inbreuk op de Wet op het Consumentenkrediet of haar uitvoeringsbesluiten in de hand werkt, niet toegestaan. 27. Voorgaande verboden vormen van kredietreclame hebben steeds betrekking op de misleiding van de consument. De wetgever was in 2003 terecht van oordeel dat ook sommige reclame, die niet misleidend is, de belangen van de consument kan schaden. 75 Hoewel bij de wetsherziening in 2003 bij sommigen de wil aanwezig was om reclame inzake kredietovereenkomsten volledig te verbieden, is de wetgever niet zo ver willen gaan. 76 De wetgever heeft er zich toe beperkt om in 2003 drie nieuwe verboden vormen van reclame in te voeren. 28. Het gaat hierbij in eerste instantie om reclame die de consument die het hoofd niet kan bieden aan zijn schulden, aanzet tot het opnemen van krediet. Voorbeelden hiervan zijn: financiële moeilijkheden. Wij zijn daar, zelfs indien elders geweigerd, of zelfs werklozen, bestaansminimumtrekkers. 77 Moeilijk punt hierbij is hoe deze verbodsbepaling moet worden geïnterpreteerd. Indien men deze verboden vorm van reclame te ruim gaat invullen, zou dit tot gevolg hebben dat elke reclame onmogelijk wordt aangezien de kredietgever meestal op voorhand niet 73 Art. 94/1 WHPC. 74 R. STEENNOT, Handboek consumentenbescherming en handelspraktijken, VIII, Antwerpen, Intersentia, 2007, Memorie van Toelichting, Parl. St... Kamer , 50K , 14; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , Memorie van Toelichting, Parl. St., Kamer , 1730/001,

17 kan weten wie zijn reclameboodschappen zal ontvangen. 78 Ook consumenten die het hoofd niet kunnen bieden aan hun schulden, zullen dergelijke reclame onvermijdbaar ontvangen. 79 VAN DYCK is hierbij van mening dat indien de kredietgever geen enkel element had om te vermoeden dat het doelpubliek van zijn reclame het hoofd niet kan bieden aan zijn schulden en indien de reclame niet alludeert op financiële problemen, de reclame in principe niet verboden is Daarnaast zijn reclameboodschappen die op onrechtmatige wijze het gemak of de snelheid waarmee het krediet kan worden verkregen benadrukken, niet toegestaan. Voorbeelden hiervan zijn één telefoontje en u krijgt uw geld, of u krijgt uw geld zonder voorafgaand onderzoek. Tenslotte is ook reclame die op onrechtmatige wijze aanspoort tot hergroepering of centralisatie van lopende kredieten, verboden. 30. Volledigheidshalve dient hierbij te worden opgemerkt dat de reclame in de laatste twee gevallen enkel verboden is wanneer ze onrechtmatig is. 81 Er kan bijgevolg nog steeds reclame worden gemaakt voor gemakkelijke of snelle kredietverlening voor zover deze reclame realistisch en praktisch haalbaar is. 82 Hierbij dient in acht te worden genomen dat bij de kredietverlening steeds een grondig onderzoek naar de kredietwaardigheid en de terugbetalingmogelijkheid moet worden gevoerd. Deze verplichting moet door de kredietverlener worden nageleefd en kan enige tijd in beslag nemen. De termijnen die in de reclameboodschap zijn opgenomen voor het verkrijgen van het krediet, moeten bijgevolg realiseerbaar zijn. 83 Daarnaast is het ook toegelaten om reclame te voeren die aanspoort tot hergroepering of centralisatie voorzover deze niet onrechtmatig is. Het is echter moeilijk aan te tonen dat dergelijke reclame onrechtmatig is. 84 Het zal van geval tot geval afhangen of de hergroepering of 78 A. DE BOECK, De door de Wet van 24 maart 2003 hervormde regelgeving inzake consumentenkrediet - overzicht van de financiële aspecten en sommige elementen van consumentenbescherming, T.Fin.R. 2004, A. DE BOECK, De door de Wet van 24 maart 2003 hervormde regelgeving inzake consumentenkrediet - overzicht van de financiële aspecten en sommige elementen van consumentenbescherming, T.Fin.R. 2004, T. VAN DYCK, De hervormde wet op het consumentenkrediet: kritische analyse van het vernieuwd algemeen deel van de WCK, RW , E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Wetsvoorstel (W. BEKE) tot wijziging van de wetgeving inzake consumenten- en hypothecair krediet voor wat betreft de reclame, Parl.St.. Senaat , nr /1. 83 Wetsvoorstel (W. BEKE) tot wijziging van de wetgeving inzake consumenten- en hypothecair krediet voor wat betreft de reclame, Parl.St.. Senaat , nr /1. 84 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007,

18 centralisatie van de lopende kredieten in het voordeel van de consument is. 85 Voor bepaalde consumenten zal centralisatie een oplossing bieden terwijl dit voor andere consumenten enkel uitstel van executie is en de schuldenlast voor hen alleen maar zal toenemen. 86 In een recent wetsvoorstel wordt de schrapping van het criterium onrechtmatig in deze twee verbodsbepalingen vooropgesteld. 87 Op die manier zou elke verwijzing naar snel of gemakkelijk krediet en elke reclame die aanspoort tot hergroepering of centralisatie van lopende kredieten, niet zijn toegestaan. Dit zou de rechtszekerheid ten goede komen en de concurrentie eerlijker maken. 88 Bovendien zou dit de complexiteit van de regels inzake reclame vereenvoudigen. Ter bescherming van de consument kan men dit voorstel alleen maar toejuichen. 31. De hierboven besproken gebods- en verbodsbepalingen zijn van toepassing op alle vormen van consumentenkrediet die vallen onder het toepassingsgebied van de WCK. Daarnaast voorziet de Wet op het Consumentenkrediet ook in een aantal specifieke bepalingen die enkel gelden voor bepaalde vormen van consumentenkrediet, waar in dit werk niet nader wordt op ingegaan. 89 3: Sancties 32. De Wet op het Consumentenkrediet bevat een aantal sanctioneringmechanismen die bij overtreding van de regels inzake kredietpromotie, kunnen worden aangewend. Daarenboven mag niet uit het oog worden verloren dat ook de sanctioneringmechanismen van de WHPC en de gemeenrechtelijke sancties relevant blijven Als eerste wordt de vordering tot staking als sanctiemechanisme verder toegelicht. Krachtens artikel 109 WCK stelt de voorzitter van de Rechtbank van 85 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Wetsvoorstel (W. BEKE) tot wijziging van de wetgeving inzake consumenten- en hypothecair krediet voor wat betreft de reclame, Parl.St.. Senaat , nr /1. 87 Wetsvoorstel (W. BEKE) tot wijziging van de wetgeving inzake consumenten- en hypothecair krediet voor wat betreft de reclame, Parl.St.. Senaat , nr / Wetsvoorstel (W. BEKE) tot wijziging van de wetgeving inzake consumenten- en hypothecair krediet voor wat betreft de reclame, Parl.St.. Senaat , nr /1. 89 Voor de verkoop op afbetaling zie artikel 40 WCK, Voor de financieringshuur zie artikel 48 WCK, Voor de lening op afbetaling zie artikel 55 WCK, Voor de kredietopening zie artikel 57 WCK. 90 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007,

19 Koophandel het bestaan vast en beveelt de staking van, zelfs onder het strafrecht vallende handelingen die een inbreuk uitmaken op de regels inzake kredietpromotie van de WCK, en dit overeenkomstig de regelen inzake vordering tot staking voorzien door de wetgeving op de handelspraktijken. In de Wet Handelspraktijken wordt de vordering tot staking behandeld in de artikelen 95 e.v. WHPC, en meer specifiek ook in artikel 97, 12 WHPC. 91 Daarnaast kan de voorzitter van de Rechtbank van Koophandel de reclame bedoeld in artikel 94/2 WHPC en de oneerlijke handelspraktijken in artikel 94/5 tot en met 94/11 verbieden wanneer zij nog niet onder het publiek zijn gebracht maar de publicatie ervan op het punt staat te geschieden. 92 Recent werd door Federaal Minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen Vincent Van Quickenborne een vordering tot staking ingesteld bij de Rechtbank van Koophandel tegen kredietgever Crefibel. De Economische Inspectie stelde vast dat de reclameboodschappen van Crefibel de consumenten misleiden en op onrechtmatige wijze aansporen tot hergroepering en centralisatie van lopende kredieten. De maandelijkse afbetaling zou voor de consument veel aantrekkelijker zijn maar nergens vermeld de reclameboodschap dat de looptijd van het krediet veel langer is. De zaak ging aan het rollen na een klacht van Testaankoop. Indien Crefibel dit stakingsbevel negeert, kan de rechtbank dwangsommen opleggen. Van Quickenborne wil met deze handeling een duidelijk voorbeeld stellen Daarnaast dient te worden opgemerkt dat de sanctie, opgenomen in artikel 85 WCK, die de rechter de keuze laat tussen de nietigverklaring van de overeenkomst of de vermindering van de verplichtingen van de consument, niet van toepassing is op overtredingen inzake reclame. Bij de wetsherziening van 23 maart 2003 diende Mevr. De Meyer een amendement in dat erop gericht was de sanctie van artikel 85 WCK uit te breiden tot de bepalingen inzake reclame. 94 Aangezien de minister de controle op de reclame beloofde te vergroten, heeft Mevr. De Meyer het amendement naderhand terug 91 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 95 tweede lid WHPC. 93 Het Laatste Nieuws, 4 februari 2009, 10; BELGA: 94 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007,

20 ingetrokken. 95 Momenteel is opnieuw een wetsvoorstel hangende dat ertoe strekt het toepassingsgebied van artikel 85 WCK verder uit te breiden tot de bepalingen inzake reclame, om op die manier de rechter de mogelijkheid te bieden om in alle gevallen dergelijke burgerrechtelijke bestraffing uit te spreken. 96 Deze strenge burgerrechtelijke sanctie is ter bescherming van de consument zeker aan te moedigen. 35. Inzake kredietpromotie worden bovendien ook een aantal administratieve sancties gehanteerd. Vooreerst is er de waarschuwingsprocedure die in de praktijk frequent wordt aangewend. 97 Deze procedure houdt in dat wanneer de bepalingen inzake kredietpromotie niet worden nageleefd de Minister van Economische Zaken of een door hem aangestelde ambtenaar een waarschuwing kan richten tot de overtreder, waarbij deze tot stopzetting van die handeling wordt aangemaand. 98 Met deze waarschuwingsprocedure beoogt men, door de overtreder te verwittigen, een zo snel mogelijke stopzetting van de onwettige reclame te bekomen. 99 De waarschuwing vermeldt naast de ten laste gelegde feiten en de overtreden wetsbepalingen eveneens de termijn waarbinnen zij dienen te worden stopgezet. 100 Daarenboven wordt er in de waarschuwing ook opgenomen dat indien hieraan geen gevolg wordt gegeven, de Minister van Economische zaken hetzij zal overgaan tot de intrekking of de opschorting van de erkenning of tot de doorhaling of opschorting van de inschrijving hetzij de feiten aan de procureur des konings bekendgemaakt zullen worden. 101 Dergelijke waarschuwingsprocedure is echter niet verplicht. 102 Men kan bijgevolg onmiddellijk de feiten aan de procureur des konings overdragen of overgaan tot de intrekking of de opschorting van de erkenning of tot de doorhaling of opschorting van de inschrijving, zonder voorafgaande waarschuwing E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Wetsvoorstel (F-X DE DONNEA) tot wijziging van artikel 85 van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, Parl. St... Kamer , nr. 51K E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 83 WCK. 99 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 83, derde lid, 1 en 2 WCK. 101 Art. 83, derde lid, 3 WCK. 102 E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, MB 17 maart 2005, Jaarboek Kredietrecht 2005, 112; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007,

21 36. Daarnaast heeft de Minister van Economische zaken de bevoegdheid om, bij overtreding van de bepalingen inzake kredietpromotie, over te gaan tot de intrekking of opschorting van de erkenning of de doorhaling of opschorting van de inschrijving voor een door hem te bepalen duur. 104 Deze sanctie wordt in de praktijk slechts zelden toegepast Als derde administratieve sanctie kan tenslotte worden verwezen naar de minnelijke schikking. De door de Minister van Economische Zaken aangestelde ambtenaren hebben sinds kort de bevoegdheid om, op inzage van de processen-verbaal die strafrechtelijk gesanctioneerde inbreuken op de WCK vaststellen, aan de overtreders een bedrag voor te stellen waarvan de betaling de strafvordering doet vervallen. 106 De modaliteiten hieromtrent zijn verder uitgewerkt in het K.B. van 27 april Indien echter niet wordt overgegaan tot betaling binnen de afgesproken termijn, zal het procesverbaal worden doorgestuurd naar de procureur des konings. 108 Dit was recent het geval voor Citibank. Citibank zou het niet al te nauw nemen met de voorschriften betreffende reclame inzake consumentenkrediet. De bank weigerde in te gaan op de minnelijke schikking en meent dat ze niets onwettigs heeft gedaan. Het Brusselse parket heeft besloten om Citibank te dagvaarden De wet voorziet tenslotte ook strafsancties op de overtreding van de bepalingen inzake kredietpromotie. Hieromtrent kan specifiek worden verwezen naar artikel WCK. Het probleem hierbij is dat de parketten vaak niet overgaan tot vervolging. 110 Overtreders die weigeren gevolg te geven aan een opgestarte waarschuwingsprocedure gaan daardoor vaak onterecht vrijuit. 104 Art. 106 en 107 WCK. 105 MB 17 maart 2005, Jaarboek Kredietrecht 2005, 108; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art. 84 eerste lid WCK. 107 KB 27 april 1993 betreffende de minnelijke schikking bij inbreuken op de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, BS 22 mei Art. 6 KB 27 april 1993 betreffende de minnelijke schikking bij inbreuken op de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, BS 22 mei De tijd, 12/03/ KB 27 april 1993 betreffende de minnelijke schikking bij inbreuken op de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, BS 22 mei E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007,

22 39. Volledigheidshalve dient ook te worden vermeld dat, zoals reeds werd aangehaald, ook de gemeenrechtelijke sancties een belangrijke rol blijven spelen bij de sanctionering ten gevolge van overtredingen van de WCK. Zo kunnen overeenkomsten inzake consumentenkrediet ook worden nietig verklaard op basis van wilsgebreken. 111 De consument die schade heeft geleden ten gevolge van een overtreding, kan van de WCK schadevergoeding bekomen wanneer hij fout, geleden schade en het causaal verband tussen deze beide kan bewijzen : Richtlijn consumentenkrediet 40. In het licht van de komende omzetting van de Richtlijn 2008/48/EG 113 inzake consumentenkrediet is het van belang om na te gaan in hoeverre de Belgische Wet conform is met de richtlijn, en in welke zin de Belgische bepalingen zullen moeten worden aangepast. Overeenkomstig artikel 4 van de Richtlijn dient in de reclame standaardinformatie 114 opgenomen te worden telkens wanneer de reclame een rentevoet of een cijfer betreffende de kosten vermeldt. Deze verplichting geldt evenwel niet wanneer de nationale wetgeving voorschrijft dat elke reclame voor kredietovereenkomsten het jaarlijkse kostenpercentage moet vermelden. 115 Het is hierbij duidelijk dat de standaardinformatie die in de reclame moet worden opgenomen, in de WCK meer uitgewerkt is dan in de richtlijn. 116 Aangezien deze bepaling in principe totaal geharmoniseerd moet worden, zou bij de omzetting enkel de Europese standaardinformatie mogen blijven staan, wat een vermindering van de bescherming van de consument met zich meebrengt Aangezien in de Richtlijn niets is opgenomen omtrent verboden vormen van reclame kan worden aangenomen dat deze materie niet als geharmoniseerd moet worden beschouwd, en dat aldus de nationale regels van toepassing mogen blijven Art e.v. BW; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Art BW; E. TERRYN en V. COLAERT, Kredietpromotie, in E. TERRYN (ed.), Handboek consumentenkrediet, Brugge, Die Keure, 2007, Hierna: Richtlijn Consumentenkrediet. 114 Art. 4, 2 Richtlijn Consumentenkrediet. 115 Art. 4, 1 tweede lid Richtlijn Consumentenkrediet. 116 S. DAUSSOGNE, Consumentenkrediet: Toetsing van de huidige Belgische wet aan de nieuwe Europese richtlijn, T.Fin.R. 2008, S. DAUSSOGNE, Consumentenkrediet: Toetsing van de huidige Belgische wet aan de nieuwe Europese richtlijn, T.Fin.R. 2008,

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Het consumentenkrediet De Wet van 12 juni 1991 Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Voorwoord V Inleiding en doel van de wet 1 1. E.G.-verplichtingen (1) 1 2. Sociaal beleid (2) 1 3. Economisch

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Persbericht Vincent Van Quickenborne www.quickonomie.be Onderwerp Senaat keurt verstrenging regels consumentenkrediet op de valreep goed Datum 6 mei 2010 Copyright and disclaimer De inhoud van

Nadere informatie

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving:

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Afdeling I: De oorspronkelijke wet van 5 juli 1998 en de diverse wetswijzigingen: Bij wet van 5 juli 1998 2 werd een titel IV toegevoegd aan het Gerechtelijk

Nadere informatie

Art. 1, 26 Art. VII.67, 1 et 2 Art. 2, lid 1 Art. VII.2, 2 Art. 2, lid 2 Art. VII. 2, 3 Art. 3, 1, 1 à 3 Art. VII. 3, 2, 1 à 3

Art. 1, 26 Art. VII.67, 1 et 2 Art. 2, lid 1 Art. VII.2, 2 Art. 2, lid 2 Art. VII. 2, 3 Art. 3, 1, 1 à 3 Art. VII. 3, 2, 1 à 3 Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet Hoofdstuk 1. Definities en toepassingsgebied Wetboek van economisch recht Art. 1, 1 Art. I.1, 2 Art. 1, 2 Art. I.9, 34 Art. 1, 3 Art. I.9, 35 Art. 1, 4 Art.

Nadere informatie

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Consumentenkoop........... 3 Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Kosteloze borgtocht.......... 5 Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

Het hypothecair krediet

Het hypothecair krediet Het hypothecair krediet Samenvatting: 1) De wet op het hypothecair krediet biedt aan de consument niet dezelfde bescherming als de wet op het consumentenkrediet, die nog werd verstrengd door de inwerkingtreding,

Nadere informatie

Betere bescherming voor de consument Wet consumentenkrediet gevoelig strenger

Betere bescherming voor de consument Wet consumentenkrediet gevoelig strenger Betere bescherming voor de consument Wet consumentenkrediet gevoelig strenger Brussel, 25 september 2009 - vandaag heeft de ministerraad de wet op het consumentenkrediet gevoelig verstrengd. Deze nieuwe

Nadere informatie

Eindtermen Kredietbemiddeling

Eindtermen Kredietbemiddeling Kredietbemiddeling Module 1 Algemene beginselen van de kredietbemiddeling Deel 1 De financiële en juridische omgeving Professionele kennis en 1. Kredietgevers en kredietbemiddelaars 2. Organen voor toezicht,

Nadere informatie

Financial Law Institute

Financial Law Institute Financial Law Institute Working Paper Series WP 2011-02 Reinhard STEENNOT Michiel DE MUYNCK Reclame en precontractuele informatie onder de wet consumentenkrediet anno 2011 January 2011 WP 2011-02 Reinhard

Nadere informatie

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010).

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Art. 11 1 Te gelegener tijd voordat de consument door een kredietovereenkomst

Nadere informatie

Kredietbemiddeling eindtermen

Kredietbemiddeling eindtermen Kredietbemiddeling eindtermen Module/examen 2 Consumentenkrediet Deel 1 Met krediet aanverwante materie: de debet en kredietkaart Beroepskennis en basiskennis Onderwerpen De personen die hun professionele

Nadere informatie

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Mrs. Régine Feltkamp Mr. Gerrit Hendrikx Advocaat-Avocat-Attorney Professor V.U.B. Junior

Nadere informatie

Workshop consumentenkredieten

Workshop consumentenkredieten Workshop consumentenkredieten Inspiratiedag financiële vorming Maandag 26 oktober 2015 Inhoud van de workshop I. Korte toelichting II. Concrete voorbeelden III. (Overmatige) schuldenlast IV. Vragen en

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A, RICHTLIJN VAN DE RAAD van 22 februari 1990 tot wijziging van Richtlijn 87/102/EEG betreffende de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake het consumentenkrediet

Nadere informatie

Beroepsvereniging van het Krediet

Beroepsvereniging van het Krediet Beroepsvereniging van het Krediet Principes om op verantwoorde wijze consumenten- en hypothecair krediet aan te gaan en te verstrekken 1. Inleiding Kredieten geven de kredietnemer de mogelijkheid om goederen

Nadere informatie

Principes om op verantwoorde wijze consumentenen hypothecair krediet aan te gaan en te verstrekken

Principes om op verantwoorde wijze consumentenen hypothecair krediet aan te gaan en te verstrekken Principes om op verantwoorde wijze consumentenen hypothecair krediet aan te gaan en te verstrekken 1 2 Kredieten geven de kredietnemer de mogelijkheid om goederen en diensten te verwerven of investeringen

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5 INHOUD Voorwoord............................................................ v Inleiding.............................................................. 1 Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling

Nadere informatie

Wetboek van economisch recht consumentenkrediet. Art. 1, 1 Art. I.1, 2. Art. 1, 2 Art. I.9, 34. Art. 1, 3 Art. I.9, 35. Art. 1, 4 Art. I.

Wetboek van economisch recht consumentenkrediet. Art. 1, 1 Art. I.1, 2. Art. 1, 2 Art. I.9, 34. Art. 1, 3 Art. I.9, 35. Art. 1, 4 Art. I. Hoofdstuk 6 - Bijlage 1. Concordantietabel wet op het consumentenkrediet - Wetboek van Economisch recht (bron: FOD Economie) Wet van 12 juni 1991 op het Wetboek van economisch recht consumentenkrediet

Nadere informatie

TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S

TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S 1 TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S 1. Inleiding De wet van 21 december 2013 betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (hierna de «Wet»)

Nadere informatie

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet COLLECTIE BEDRIJFSRECHT De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet Annick De Boeck (ed.) Yves Montangie (ed.) Bart R. Goossens Marie-Christine Janssens Reinhard Steennot VANDEN BROELE INHOUDSTAFEL

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (Boek VI WER) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

No.W /II 's-gravenhage, 5 november 2012

No.W /II 's-gravenhage, 5 november 2012 ... No.W03.12.0390/II 's-gravenhage, 5 november 2012 Bij Kabinetsmissive van 28 september 2012, no.12.002275, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, mede namens

Nadere informatie

Voorstellen FAVV Wet houdende diverse bepalingen

Voorstellen FAVV Wet houdende diverse bepalingen Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Voorstellen FAVV Wet houdende diverse bepalingen Djamel Dehas en Tomas Vanderstappen Diverse bepalingen? Wijziging van de wet van 4 februari 2000

Nadere informatie

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN Aanbeveling betreffende strafbedingen Brussel, 21 oktober 1997 1 Gelet op de artikelen 35, par. 3, lid 2, en 36 van de wet van 14 juli 1991 betreffende

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 25/2010 van 1 september 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van koninklijk besluit houdende wijziging van verschillende besluiten betreffende registratie van persoonsgegevens ingevolge

Nadere informatie

No.W06.15.0231/III 's-gravenhage, 21 augustus 2015

No.W06.15.0231/III 's-gravenhage, 21 augustus 2015 ... No.W06.15.0231/III 's-gravenhage, 21 augustus 2015 Bij Kabinetsmissive van 9 juli 2015, no.2015001243, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Financiën, mede namens de Minister van

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV-513 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van Koninklijk Besluit tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 23 oktober 2015 betreffende de uitvoering, wat de sociale kredietgevers en

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie juridische zaken en interne markt

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie juridische zaken en interne markt EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid 21 november 2002 VOORLOPIGE VERSIE 2002/0222(COD) ONTWERPADVIES van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid

Nadere informatie

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN

Nadere informatie

De wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument (BS 29/01/2003)

De wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument (BS 29/01/2003) De wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument (BS 29/01/2003) Vormingsdag Sleutels voor verstandig consumeren Fraud Prevention Month 13 maart 2014 Doel

Nadere informatie

PROSPECTUS N 1 CONSUMENTENKREDIET

PROSPECTUS N 1 CONSUMENTENKREDIET PROSPECTUS N 1 CONSUMENTENKREDIET LENING OP AFBETALING VASTGELEGD BIJ AUTHENTIEKE AKTE LENING OP AFBETALING VAN TOEPASSING VANAF 01.06.2006 NV CREDIMO Weversstraat 6-8-10 1730 ASSE Tel. +32(0)2 454 10

Nadere informatie

* * * * * * Overwegende dat het onderzoek tot de volgende vaststellingen heeft geleid:

* * * * * * Overwegende dat het onderzoek tot de volgende vaststellingen heeft geleid: MINNELIJKE SCHIKKING AANVAARD DOOR HET DIRECTIECOMITÉ VAN DE FSMA EN WAARMEE ECOPOWER CVBA HEEFT INGESTEMD Deze minnelijke schikking, waarmee de CVBA Ecopower op 14 december 2012 voorafgaandelijk heeft

Nadere informatie

Doc. nr. N7:90001C05 Brussel, 16.11.2000 MH/BL/HdG/LC A D V I E S. over een

Doc. nr. N7:90001C05 Brussel, 16.11.2000 MH/BL/HdG/LC A D V I E S. over een Doc. nr. N7:90001C05 Brussel, 16.11.2000 MH/BL/HdG/LC A D V I E S over een WETSONTWERP TOT OMZETTING IN BELGISCH RECHT VAN EUROPESE RICHTLIJNEN BETREFFENDE DE VRIJE BEROEPEN *** 1 Richtlijn 97/7/EG van

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (WER Boek VI) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

Reclame in de wet consumentenkrediet: een onderzoek van de rechtspraak

Reclame in de wet consumentenkrediet: een onderzoek van de rechtspraak Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Reclame in de wet consumentenkrediet: een onderzoek van de rechtspraak Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door

Nadere informatie

21 DECEMBER Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1)

21 DECEMBER Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1) 21 DECEMBER 2013. - Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1) FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES R.v.V. 235 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, met het oog

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N HANDELSPRAT - Fitness A04 Brussel, 29 september 2010 MH/SL/AS A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE FITNESS- EN WELLNESSCONTRACTEN

Nadere informatie

A D V I E S. over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE NATUURLIJK MINERAAL WATER EN BRONWATER

A D V I E S. over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE NATUURLIJK MINERAAL WATER EN BRONWATER Doc. nr. E2:90005C04 Brussel, 30.3.1999 MH/GVB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE NATUURLIJK MINERAAL WATER EN BRONWATER (bekrachtigd door de Hoge Raad voor de Middenstand

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck stuk ingediend op 2198 (2013-2014) Nr. 1 3 oktober 2013 (2013-2014) Voorstel van decreet van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck houdende wijziging van

Nadere informatie

A AN B E V E L I N G Nr

A AN B E V E L I N G Nr A AN B E V E L I N G Nr. 25 ---------------------------------------- Aanbeveling aan de paritaire comités betreffende de strafbaarstelling van inbreuken op algemeen verbindend verklaarde cao-bepalingen

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Handelspraktijken Voorv. Prod. A03 Brussel, 23.09.2008 MH/AB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT OMZETTING VAN DE RICHTLIJN 2007/45/EG

Nadere informatie

ONRECHTMATIGE BEDINGEN INZAKE CONSUMENTEN KREDIET

ONRECHTMATIGE BEDINGEN INZAKE CONSUMENTEN KREDIET ONRECHTMATIGE BEDINGEN INZAKE CONSUMENTEN KREDIET Dirk MEULEMANS Assistent afdeling Economisch Recht K U.Leuven I. ALGEMENE BESCHOUWINGEN 1. De rentelening is een verbruiklening, dat wil zeggen een contract

Nadere informatie

1.2 Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend dat de Commissie van Beroep op 11 november 2013 heeft ontvangen.

1.2 Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend dat de Commissie van Beroep op 11 november 2013 heeft ontvangen. Uitspraak Commissie van Beroep 2014-007 d.d. 31 januari 2014 (mr. W.J.J. Los, voorzitter, mr. A. Bus, mr. J.B. Fleers, drs. P.H.M. Kuijs AAG, prof. mr. F.R. Salomons, leden, en mr. M.J. Drijftholt, secretaris)

Nadere informatie

VERSLAG AAN DE KONING

VERSLAG AAN DE KONING VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het besluit dat wij de eer hebben aan de handtekening van Uwe Majesteit voor te leggen regelt de uitvoering van de wet van 24 maart 2003 tot wijziging van de wet van 12 juni

Nadere informatie

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Hoofdstuk I. Totstandkoming en doelstellingen van de wet marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) en haar verhouding tot het mededingingsrecht............................

Nadere informatie

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, 18.05.2005 MH/SL/LC A D V I E S betreffende DE OMZETTING IN BELGISCH RECHT VAN TWEE EUROPESE RICHTLIJNEN INZAKE FINANCIËLE DIENSTEN OP AFSTAND (bekrachtigd door

Nadere informatie

10 AUGUSTUS 2001. Wet betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren.

10 AUGUSTUS 2001. Wet betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren. 10 AUGUSTUS 2001. Wet betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren. HOOFDSTUK I. Voorafgaande bepalingen. Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Nadere informatie

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hoogstraat, 139, B-1000 Brussel Tel.: +32(0)2/213.85.40 E-mail : commission@privacycommission.be Fax.: +32(0)2/213.85.65 http://www.privacycommission.be COMMISSIE VOOR

Nadere informatie

Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors

Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors North Gate III 6 e verdieping Koning Albert II laan 16 1000 Brussel Tel. 02/277.64.11 Fax 02/201.66.19 E-mail : CSPEHREB@skynet.be Internet : www.cspe-hreb.be Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp

Nadere informatie

Het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten wordt als volgt gewijzigd:

Het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten wordt als volgt gewijzigd: Besluit van tot wijziging van het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten, het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft en het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector in

Nadere informatie

MINNELIJKE SCHIKKING GEFORMULEERD DOOR DE AUDITEUR VAN DE FSMA EN WAARMEE ABN AMRO BANK NV HEEFT INGESTEMD

MINNELIJKE SCHIKKING GEFORMULEERD DOOR DE AUDITEUR VAN DE FSMA EN WAARMEE ABN AMRO BANK NV HEEFT INGESTEMD MINNELIJKE SCHIKKING GEFORMULEERD DOOR DE AUDITEUR VAN DE FSMA EN WAARMEE ABN AMRO BANK NV HEEFT INGESTEMD Deze minnelijke schikking, waarvan het voorstel door de auditeur van de FSMA aan ABN Amro Bank

Nadere informatie

PRECONTRACTUELE INFORMATIEVERPLICHTINGEN IN HET KREDIETRECHT

PRECONTRACTUELE INFORMATIEVERPLICHTINGEN IN HET KREDIETRECHT Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 PRECONTRACTUELE INFORMATIEVERPLICHTINGEN IN HET KREDIETRECHT Een vergelijking van de wet op het consumentenkrediet met het gemeen kredietrecht

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE 10.11.2015 L 293/15 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE van 8 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 514/2014 van het Europees Parlement en de Raad met specifieke bepalingen

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN ("DE OVEREENKOMST")

EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN (DE OVEREENKOMST) EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN ("DE OVEREENKOMST") Deze Overeenkomst is tot stand gekomen door onderhandelingen

Nadere informatie

De belangrijkste risico s verbonden aan hypothecaire leningen met kapitaalopbouw waarbij een levensverzekering wordt afgesloten, zijn de volgende:

De belangrijkste risico s verbonden aan hypothecaire leningen met kapitaalopbouw waarbij een levensverzekering wordt afgesloten, zijn de volgende: De Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) en de FOD Economie waarschuwen voor formules voor hypothecaire kredieten met kapitaalopbouw waarbij een levensverzekering wordt afgesloten De FSMA

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 869 Wijziging van de Wet toezicht kredietwezen 1992 en de Wet op het consumentenkrediet teneinde de reikwijdte van de bepalingen inzake de informatieverstrekking

Nadere informatie

Wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument.

Wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument. Wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument. HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling. Art. 1 HOOFDSTUK II. - Definities en toepassingsgebied. Art. 2 HOOFDSTUK

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna "WVP"), inzonderheid artikel 29;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29; 1/5 Advies nr. 35/2008 van 8 oktober2008 Betreft: Adviesaanvraag betreffende een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, ADVIES Nr 03 / 1999 van 27 januari 1999 O. Ref. : 10 / A / 98 / 030 / 10 BETREFT : Ontwerp van koninklijk besluit tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 56/2013 van 6 november 2013 Betreft: Advies inzake het ontwerp van Koninklijk besluit tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden betreffende het register van de gemeentelijke administratieve

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100, RICHTLIJN VAN DE RAAD van 22 december 1986 betreffende de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake het consumentenkrediet (87/102/CEE) DE RAAD VAN DE EUROPESE

Nadere informatie

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL I Vergaderjaar 2010-2011 32 339 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten ter implementatie van richtlijn

Nadere informatie

INFORMATIEVERPLICHTING TER BESCHERMING VAN DE CONSUMENT IN HET KREDIETRECHT

INFORMATIEVERPLICHTING TER BESCHERMING VAN DE CONSUMENT IN HET KREDIETRECHT Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-2010 INFORMATIEVERPLICHTING TER BESCHERMING VAN DE CONSUMENT IN HET KREDIETRECHT Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend

Nadere informatie

SCHEMA: ENKELE VOORDELEN, RECHTEN, VERPLICHTINGEN EN

SCHEMA: ENKELE VOORDELEN, RECHTEN, VERPLICHTINGEN EN SCHEMA: ENKELE VOORDELEN, RECHTEN, VERPLICHTINGEN EN AANDACHTSPUNTEN VAN DE COLLECTIEVE SCHULDENREGELING VOORDELEN VAN DE COLLECTIEVE SCHULDENREGELING Schuldeisers kunnen niet meer uitvoeren: Geen deurwaarders

Nadere informatie

B67 Consumentenkrediet

B67 Consumentenkrediet MONOGRAFIEËN BW B67 Consumentenkrediet Mr. drs. J.W.A. Biemans Kluwer a W olters Kluwer business Deventer - 2013 INHOUDSOPGAVE Voorwoord / V Afkortingenlijst / XIII Verkort aangehaalde literatuur / XV

Nadere informatie

Financial Law Institute

Financial Law Institute Financial Law Institute Working Paper Series WP 2011-04 Reinhard STEENNOT Michel TISON Toepassingsgebied van de Wet Challenging the Prudential Supervisor: liability Consumentenkrediet versus (regulatory)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 411 Regels omtrent instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming (Wet handhaving consumentenbescherming)

Nadere informatie

worden van het toepassingsgebied van deze wet uitgesloten,

worden van het toepassingsgebied van deze wet uitgesloten, 5 [ 1...] 1 6 de hypothecaire leningen en kredietopeningen waarop Titel I van het koninklijk besluit nr. 225 van 7 januari 1936 tot reglementering van de hypothecaire leningen en tot inrichting van de

Nadere informatie

20 DECEMBER 2002. Wet betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument.

20 DECEMBER 2002. Wet betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument. 20 DECEMBER 2002. Wet betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument. HOOFDSTUK I. Algemene bepaling. Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017. Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 mei 2005 (17.05) (OR. fr) 8136/05 ADD 1 PV/CONS 22 COMPET 72 RECH 81 ADDENDUM BIJ DE ONTWERP-NOTULEN 1 Betreft: 2653e zitting van de Raad van de Europese Unie (CONCURRENTIEVERMOGEN),

Nadere informatie

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning Brussel, 9 juli 2008 070908 Advies decreet hypotheekvestiging Advies Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning 1. Toelichting

Nadere informatie

Onrechtmatige contractuele bedingen

Onrechtmatige contractuele bedingen Nieuwe regels in b2b-relaties: verboden bedingen, misbruik van de economische afhankelijkheid van een onderneming en oneerlijke marktpraktijken Op 21 maart 2019 keurde het Parlement een wet goed die in

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN C.O.B. 11 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN ADVIES OVER HET WETSVOORSTEL Nr. 51/0122 TOT WIJZIGING VAN HET BURGERLIJK WETBOEK, WAT DE INTERESTEN EN SCHADEBEDINGEN BIJ CONTRACTUELE WANUITVOERING BETREFT

Nadere informatie

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be NOTA Koningsstraat 148 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN FEDICT DIENSTEN

ALGEMENE VOORWAARDEN FEDICT DIENSTEN ALGEMENE VOORWAARDEN FEDICT DIENSTEN Doel van het document: De algemene voorwaarden voor Fedict diensten bevatten de standaardvoorwaarden voor het gebruik van alle Fedict diensten. Ze worden aangevuld

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 466 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 2 maart 1992 betreffende de prijsaanduidingen van kappersdiensten. Brussel, 10

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK

RAAD VOOR HET VERBRUIK RvV 489 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van Koninklijk Besluit tot opheffing van het Koninklijk Besluit van 18 juli 1972 betreffende de aanduiding van de prijs van juwelen, uurwerken, goud-

Nadere informatie

Wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur

Wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur Wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur Hoofdstuk I - Algemene bepalingen Art. 1. Deze wet is van toepassing: a) op de federale administratieve overheden; b) op de administratieve

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 DECEMBER 2009 C.08.0499.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0499.F HANCIAUX, nv, Mr. Jacqueline Oosterbosch, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen C. R., I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Nadere informatie

Gedragscode voor verkoop buiten de onderneming en verkoop op afstand

Gedragscode voor verkoop buiten de onderneming en verkoop op afstand Gedragscode voor verkoop buiten de onderneming en verkoop op afstand Deze Gedragscode vormt een aanvulling op de reglementaire bepalingen inzake verkoop op afstand en verkoop buiten de onderneming van

Nadere informatie

Invordering tegen particulieren

Invordering tegen particulieren Invordering tegen particulieren Invordering tegen particulieren Aspecten van beslag en executie Invorderingsproblematiek en collectieve schuldenregeling: actualia 2010 Invordering tegen particulieren en

Nadere informatie

De wet op de marktpraktijken. Procedure en sancties. TALLON Advocaat. larcier

De wet op de marktpraktijken. Procedure en sancties. TALLON Advocaat. larcier De wet op de marktpraktijken Procedure en sancties TALLON Advocaat larcier VII De Bibliotheek Handelsrecht Voorwoord bij de Reeks Mededinging, Handelspraktijken en Intellectuele Rechten Voor- en DEEL I.

Nadere informatie

BERAADSLAGING RR Nr 32 / 2005 VAN 15 JUNI 2005

BERAADSLAGING RR Nr 32 / 2005 VAN 15 JUNI 2005 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hoogstraat, 139, B-1000 Brussel Tel. : +32(0)2/213.85.40 E-mail : commission@privacy.f gov.be Fax. : +32(0)2/213.85.65 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 372 Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet ter uitvoering van richtlijn nr. 2003/54/EG, (PbEG L 176), verordening nr. 1228/2003

Nadere informatie

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. HOOGTE WETTELIJKE BASIS BEREKENING WETTELIJKE RENTEVOET Voor het jaar 2015: 2,5% Mededeling in het Belgisch Staatsblad van 30/01/2015. -Wet van 05/05/1865 betreffende de lening

Nadere informatie

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE. (dossier nr. 2017/279B) BESLISSING nr. 2017/032

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE. (dossier nr. 2017/279B) BESLISSING nr. 2017/032 ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE (dossier nr. 2017/279B) BESLISSING nr. 2017/032 10 juli 2017 VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE 1 In

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 520 Wijziging van de Boeken 6 en 7 van het Burgerlijke Wetboek, de Wet handhaving consumentenbescherming en enige andere wetten in verband met

Nadere informatie

10 december 2007 ET/TM / 7142496

10 december 2007 ET/TM / 7142496 Aan De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 10 december 2007 ET/TM / 7142496 Onderwerp Telemarketing In het Algemeen

Nadere informatie

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.

Nadere informatie

VERLAAG UW MAANDLASTEN!

VERLAAG UW MAANDLASTEN! VERLAAG UW MAANDLASTEN! Een centralisatie betekent dat u al uw lopende leningen en andere schulden in één overzichtelijk krediet samenbrengt. Zo verlaagt u uw maandelijkse lasten tot wel 50%! HET PROBLEEM

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord... vii De Bibliotheek Handelsrecht Larcier................................... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord.......................................................

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.6.2010 COM(2010)331 definitief 2010/0179 (CNS) C7-0173/10 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EEG betreffende het gemeenschappelijk

Nadere informatie

IB CONTROLEDIENST VOOR DE VERZEKERINGEN DE VOORZITTER

IB CONTROLEDIENST VOOR DE VERZEKERINGEN DE VOORZITTER IB CONTROLEDIENST VOOR DE VERZEKERINGEN DE VOORZITTER Bmssel, 25 juh 1995 O. ref : Dienst Hypothecaire Kredieten / C V. Geerdens - S 02/737.07.06 2.280/W Betreft : Wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair

Nadere informatie

Precontractuele informatieverplichtingen in het kredietrecht, een vergelijking tussen het gemeen recht en de Wet Consumentenkrediet

Precontractuele informatieverplichtingen in het kredietrecht, een vergelijking tussen het gemeen recht en de Wet Consumentenkrediet Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2011-2012 Precontractuele informatieverplichtingen in het kredietrecht, een vergelijking tussen het gemeen recht en de Wet Consumentenkrediet Masterproef van de

Nadere informatie

Strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme

Strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme Strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme 12 oktober 2017 Recente ontwikkelingen omtrent de meldingsplicht van financiële instellingen De begrippen «vermoeden» en «goede trouw»

Nadere informatie