HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Transcriptie

1 Toelatingsnummer HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN 1 AFGELEIDE TOELATING Gelet op de aanvraag d.d. 6 november 2014 ( AG) van Nufarm Deutschland GmbH Im Mediapark 4e D KEULEN DUITSLAND tot verkrijging van een afgeleide toelating als bedoeld in artikel 45 Verordening (EG) 1107/2009 voor het gewasbeschermingsmiddel op basis van de werkzame stoffen bromoxynil, bromoxynil octanoaat en bromoxynil butyraat, BESLUIT HET COLLEGE als volgt: 1.1 Toelating 1. Het middel is toegelaten voor de in bijlage I genoemde toepassingen onder nummer met ingang van datum dezes. 2. De toelating geldt tot 29 februari Samenstelling, vorm en verpakking De toelating geldt uitsluitend voor het middel in de samenstelling, vorm en de verpakking als waarvoor de toelating is verleend. 1.3 Gebruik Het middel mag slechts worden gebruikt met inachtneming van hetgeen in bijlage I bij dit besluit is voorgeschreven. 1.4 Classificatie en etikettering Gelet op artikel 31 en artikel 65 van de Verordening EG/1107/2009 worden voorschriften gegeven. 1

2 Dit leidt tot de volgende voorschriften: De aanduidingen, welke moeten worden vermeld, worden hierbij vastgesteld als volgt: aard van het preparaat: Suspensie concentraat werkzame stof: bromoxynil bromoxynil octanoaat bromoxynil butyraat gehalte: 8,3 g/l 12,1 g/l 482,5 g/l de identiteit van alle stoffen in het mengsel die bijdragen tot de indeling van het mengsel: - PICTOGRAM(MEN) pictogram: GHS07-schadelijk GHS08-gezondheidsrisico's GHS09-milieu SIGNAALWOORD Waarschuwing Gevarenaanduidingen H302 H317 H332 H361d H410 Schadelijk bij inslikken. Kan een allergische huidreactie veroorzaken. Schadelijk bij inademing. Wordt ervan verdacht het ongeboren kind te schaden. Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. Voorzorgsmaatregelen SP 1 P261 P273 P280 -Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt. Inademing van stof/rook/gas/nevel/damp/spuitnevel vermijden. Voorkom lozing in het milieu. Beschermende handschoenen/beschermende kleding/oogbescherming/gelaatsbescherming dragen. P301 + P312 NA INSLIKKEN: Bij onwel voelen een ANTIGIFCENTRUM of een arts raadplegen. P302 + P352 BIJ CONTACT MET DE HUID: Met veel water en zeep wassen. P333 + P313 Bij huidirritatie of uitslag: een arts raadplegen. Aanvullende etiketelementen EUH401 Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen. 2

3 Behalve de voorgeschreven aanduidingen en vermeldingen moeten op de verpakking voorkomen: a. letterlijk en zonder enige aanvulling: het wettelijk gebruiksvoorschrift De tekst van het wettelijk gebruiksvoorschrift is opgenomen in Bijlage I. 2 DETAILS VAN DE AANVRAAG 2.1 Aanvraag Het betreft een aanvraag tot afgeleide toelating van het middel (), een middel op basis van de werkzame stoffen bromoxynil, bromoxynil octanoaat en bromoxynil butyraat. Het middel wordt aangevraagd voor uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel door middel van een na opkomst toepassing in de teelt van vlas (lijnzaad, vezelvlas), uien en sjalotten. 2.2 Voorgeschiedenis De aanvraag is op 12 november 2014 ontvangen; op 17 november 2014 zijn de verschuldigde aanvraagkosten ontvangen. 3 GRONDSLAG AFGELEIDE TOELATING Een afgeleide toelating is een toelating voor een middel dat op grond van een ander toelatingsbesluit in dezelfde samenstelling onder een andere handelsnaam voor een zelfde doeleinde is toegelaten. Het middel is onder de naam Zafrinax (14024 N) reeds toegelaten in Nederland. De afgeleide toelating wordt aangevraagd voor gebruik in dezelfde samenstelling en voor eenzelfde doeleinde als is voorzien in de hoofdtoelating. Vastgesteld is dat het middel voldoet aan de voorwaarden van artikel 45 Verordening (EG) 1107/

4 Degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken kan gelet op artikel 4 van Bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht en artikel 7:1, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt een bezwaarschrift indienen bij: het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb), Postbus 217, 6700 AE WAGENINGEN. Het Ctgb heeft niet de mogelijkheid van het elektronisch indienen van een bezwaarschrift opengesteld. Wageningen, 9 januari 2015 HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN, voor deze: de secretaris, Dr. Ir. L.P. van Duijn 4

5 Dit middel is uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN BIJLAGE I bij het besluit d.d. 9 januari 2015 tot afgeleide toelating van het middel, toelatingnummer Wettelijk Gebruiksvoorschrift Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel door middel van een na opkomst toepassing in het volgende toepassingsgebied (volgens Definitielijst toepassingsgebieden versie 2.0, Ctgb juni 2011) onder de vermelde toepassingsvoorwaarden Toepassingsgebied Te bestrijden organisme Dosering (middel) per toepassing Maximaal aantal behandelingen per teeltcyclus Vlas (lijnzaad, vezelvlas) Uien Sjalotten Toepassingsvoorwaarden toepassen in 200 liter water per ha. alleen toepassn in uien en sjalotten die mechanisch worden geoogst. Om in het water levende organismen te beschermen is toepassing van het middel uitsluitend toegestaan wanneer in perceelsstroken die grenzen aan oppervlaktewater in de eerste 14 m vanaf de insteek gebruik wordt gemaakt van minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen. Om niet tot de doelsoorten behorende planten te beschermen is toepassing van het middel uitsluitend toegestaan wanneer in perceelsstroken die niet grenzen aan oppervlaktewater in de eerste 14 m van het gewas, gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij, gebruik wordt gemaakt van minimaal 75% driftreducerende spuitdoppen. Resistentiemanagement Dit middel bevat de werkzame stof bromoxynil. Bromoxynil behoort tot de nitrillen. De Hrac code is C3. Bij dit product bestaat er kans op resistentieontwikkeling. In het kader van resistentiemanagement dient u de adviezen die gegeven worden in de voorlichtingsboodschappen, op te volgen. 1