Blom, E., Wijnen, F., Kempen, M., Gillis, S Vorm verandert, betekenis
|
|
- Damian de Wit
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Blom, E., Wijnen, F., Kempen, M., Gillis, S Vorm verandert, betekenis blijft: modale zinnen in Nederlandse kindertaal.. In Met taal om de tuin geleid, ed. S. Gillis, J. Nuyts, J. Taeldeman, pp Wilrijk: Universitaire Instelling Antwerpen 1
2 Vorm verandert, betekenis blijft Modale zinnen in Nederlandse kindertaal Elma Blom, Frank Wijnen Universiteit Utrecht Masja Kempen, Steven Gillis Universiteit Antwerpen, UIA Correspondentieadres: Frank Wijnen Universiteit Utrecht Utrechts Instituut voor Linguïstiek OTS Trans JK Utrecht (Nederland) 2
3 Vorm verandert, betekenis blijft. Modale zinnen in Nederlandse kindertaal * 1. Inleiding Al heel vroeg geven kinderen een verbale vorm aan wensen en verlangens. Zulke uitdrukkingen, evenals die van toestemming, verplichting en waarschijnlijkheid, kunnen we modaal noemen. Ze markeren de houding van de spreker ten aanzien van mogelijkheid of noodzakelijkheid van de uitgedrukte propositie. Palmer (1986) maakt een driedeling; hij onderscheidt dynamische, deontische en epistemische modaliteit. Hier laten we epistemische modaliteit, die te maken heeft met waarschijnlijkheid, buiten beschouwing, omdat deze buiten het cognitieve bereik van het jonge kind valt (Gonsalves 1998). Het verschil tussen dynamische en deontische modaliteit is te verduidelijken aan de hand van de modale bron, de persoon of instantie die de oorsprong van de modaliteit is. De modale bron kan het zinssubject zelf zijn (subject-intern), of het kan een persoon of instantie anders dan het zinssubject zijn (subject-extern). Bij een subject-interne modale bron hebben we te maken met dynamische modaliteit. Praktisch gesproken vertaalt dynamische mogelijkheid zich naar capaciteit (kunnen) terwijl dynamische noodzakelijkheid verwijst naar een wens of verlangen (willen). Deontische modaliteit heeft een subject-externe bron. Het zinssubject is niet de bron, maar het doel van de modaliteit. Toestemming (mogen) en verplichting (moeten) zijn voorbeelden van respectievelijk deontische mogelijkheid en noodzakelijkheid. Jonge kinderen gebruiken zowel dynamische als deontische modaliteit. Het is echter vaak niet eenvoudig om een precieze diagnose van de uitgedrukte betekenis te geven. Daarom maken wij in onze kindertaal-analyse gebruik van een operationalisatie van modaliteit die niet zozeer de inhoud als wel het effect beschrijft: Een uiting is modaal als ze verwijst naar een handeling of toestand die nog niet gerealiseerd is. 2. Werkwoordsplaatsing en modaliteit Welke constructies gebruiken kinderen om modaliteit uit te drukken? Ruim tachtig jaar geleden is reeds een antwoord op deze vraag gesuggereerd door de priester-geleerde Jac. van Ginneken, die in De Roman van een Kleuter schreef: Terwijl er nu echter allanger hoe meer 3 de persoonsvormen opkomen, ontwikkelt zich gaandeweg een beteekenis-verschil tusschen deze persoonsvormen en de infinitieven. Terwijl Keesje toch de onbepaalde meer en meer voor de uiting van wenschen en verlan- 3
4 gens gaat beperken, deelt hij met den persoonsvorm meestal een oogenblikkelijk waargenomen handeling mee (Van Ginneken 1917/1922, p. 78) Dit citaat vat een tweetal observaties samen. De eerste is dat persoonsvormen aanvankelijk spaarzaam, en met het vorderen van de leeftijd geleidelijk frequenter voorkomen. De tweede betreft een groeiend betekenisonderscheid tussen persoonsvorm en infinitief. Van Ginneken s eerste observatie wordt bevestigd door recent onderzoek naar de verwerving van werkwoordsplaatsing en het contrast finiet-niet-finiet, waaruit blijkt dat in het ontwikkelingstraject drie fasen te onderscheiden zijn (Wijnen 1997): (1) De niet-finiete fase: kale infinitieven (voorbeeld 1 hieronder) zijn dominant, finiete werkwoordsvormen zijn vrijwel geheel afwezig; (2) De lexicaal-finiete fase: naast de in meerderheid optredende infinitieven verschijnen enige finiete vormen (meest toestandswerkwoorden, modalen en is; vb. 2), die evenwel geen nietfiniete pendant hebben, zodat finietheid een lexicaal kenmerk lijkt; (3) De optionele infinitief fase (Wexler 1994): finiete en niet-finiete vormen van dezelfde werkwoorden komen naast en door elkaar voor als matrixwerkwoorden. Discontinue werkwoordgroepen, bestaande uit hulpwerkwoord en hoofdwerkwoord (vb. 3), verschijnen. (1) a. vrachtwagen emmer doen (Matthijs 2;04.24) 1 jij moet de vrachtwagen in de emmer doen b. op kist zitten (Josse 2;08.04) ik wil op de kist zitten (2) a. Mama hoef niet een booteham, he (Laura 2;05.00) b. Peter wil muffin (Peter 2:03.07) (3) a. ik moet even iets eten (Abel 2;07.15) b. jij mag hier zitten (Daan 2;08.27) Hoewel het gebruik van kale infinitiefconstructies in de derde fase duidelijk afneemt, komen ze nog wel voor. De volgende voorbeelden uit volwassen taalgebruik laten zien dat ze, hoewel verbonden aan een specifieke context, ook nooit geheel zullen verdwijnen: (4) a. Wat drinken? b. Hier geen fietsen plaatsen! c. Tring tring tring, dus ik opendoen. d. Even washandje pakken. 4
5 e. Jan met mijn zus trouwen? Dat nooit! f. Zeker weten! Van Ginneken s tweede observatie (over het betekenisonderscheid tussen persoonsvormen en infinitief) is sinds kort weer actueel, nu in de taalverwervingsliteratuur een discussie op gang is gekomen over de connectie tussen infinitief-vormen en modaliteit (zie bijvoorbeeld Ingram & Thompson 1996, Hoekstra & Hyams 1998, Blom, Wijnen & Gillis 1998). Uit het bovenstaande overzicht van de ontwikkeling wordt duidelijk dat het kind in de eerste fase geen modale werkwoorden ter beschikking staan om wensen en verlangens kenbaar te maken. In de volgende paragraaf gaan we na of Van Ginneken s uitspraak, dat modaliteit verbonden is met de infinitief, gegeneraliseerd kan worden. 3. Corpusonderzoek De empirische basis voor dit onderzoek bestaat uit spontane spraakdata van zes Nederlandstalige kinderen: Abel, Daan, Josse, Laura, Matthijs en Peter. De taalontwikkeling van deze zes is gedurende anderhalf jaar op de voet gevolgd. Er zijn bandopnames gemaakt met een minimale bemonsteringsdichtheid van een uur per twee weken. Deze opnames zijn getranscribeerd en beschikbaar gemaakt voor analyse (volgens de voorschriften van CHILDES, MacWhinney 1995). Per corpus is een representatieve steekproef van uitingen getrokken voor vier ontwikkelingsfasen: (1) de eenwoordsfase, (2) de niet-finiete fase (zie boven), (3) de lexicaal-finiete fase en (4) de optionele infinitief-fase. Uitingen in de selecties die een werkwoord bevatten zijn voorzien van coderingen die onder meer informatie geven over de betekenis (modaal/niet-modaal, op basis van de operationele definitie hierboven), en de gekozen werkwoordsvorm. De kennelijke betekenis van de uitingen werd vastgesteld op grond van informatie over de context, de voorafgaande en volgende uitingen van aanwezige volwassenen, etc. Tabel 1 geeft een overzicht van de leeftijden van de bestudeerde kinderen, en de aantallen geanalyseerde uitingen. In het navolgende overzicht van resultaten hebben we de gegevens van alle zes kinderen samengevoegd. Tabel 1 ongeveer hier Figuur 1 laat zien dat bij de aanvang van de bestudeerde periode, in Fase 1, bijna negentig procent van alle constructies met een werkwoord een kale infinitiefzin is. Dit aandeel daalt naar minder dan 10 procent in Fase 4. De fractie van kale infinitiefzinnen met een modale interpretatie stijgt van ongeveer 50% naar bijna 70%. 5
6 Figuur 1 ongeveer hier Uit Figuur 2 kunnen we opmaken dat het aandeel van zinnen met een enkelvoudig, finiet hoofdwerkwoord geleidelijk toeneemt met de leeftijd, vooral vanaf Fase 3. Het blijkt dat zulke zinnen in overwegende mate geen modale lezing krijgen. (Het resultaat voor Fase 1 30% modaal is gebaseerd op slechts 9 observaties, en mag dus niet te zwaar gewogen worden.) Ze hebben in overgrote meerderheid betrekking op het hier en nu. Figuur 2 ongeveer hier Een specifieke eigenschap van het Nederlands (in tegenstelling tot bijvoorbeeld het Engels) is, dat de modale werkwoorden als zelfstandig hoofdwerkwoord én als hulpwerkwoord gebruikt kunnen worden. Kinderen gebruiken ze in eerste instantie alleen zelfstandig en dan het liefst in combinatie met negatie (Hoekstra & Jordens 1994). Wat later in de ontwikkeling verschijnt ook de discontinue werkwoordsgroep, bestaande uit een modaal hulpwerkwoord en een infinitief. Figuur 3 laat deze ontwikkeling zien. In Fase 1 zijn modale werkwoorden afwezig, in Fase 4 vormen constructies met een modaal werkwoord (zelfstandig of auxiliair) bijna 40% van de beschouwde uitingen. Figuur 3 ongeveer hier Deze resultaten laten zien dat Van Ginneken in grote lijnen gelijk had. Aanvankelijk vinden we bijna uitsluitend kale infinitieven, en die worden noodgedwongen, zouden we kunnen zeggen voor zowel modale als niet-modale betekenissen gebruikt. Bij de introductie van finiete hoofdwerkwoorden daalt niet alleen het aandeel van de kale infinitieven, maar lijkt tevens de tendens om ze met een modale betekenis te gebruiken toe te nemen. De finiete hoofdwerkwoorden zijn daarentegen gereserveerd voor ogenblikkelijk waargenomen gebeurtenissen. Tenslotte komen de modale (hulp)werkwoorden ten tonele, en daarmee is de rol van kale infinitieven als dragers van modaliteit vrijwel uitgespeeld. We kunnen deze ontwikkelingsgang eenvoudig samenvatten: bij de uitdrukking van modaliteit wordt de kale infinitief geleidelijk verdrongen door constructies met een modaal werkwoord. 4. Input en intake : een simulatiestudie Uit eerder onderzoek (Wijnen, Kempen & Gillis, ter publikatie voorgelegd) weten we, dat modale werkwoorden, vooral ook in werkwoordsgroepen, vrij talrijk zijn in het taalaanbod aan 6
7 jonge kinderen. Waarom kiest het kind dan toch aanvankelijk de kale infinitiefconstructie als vehikel voor modaliteit? In ons eerdere werk stellen we voor dit in verband te brengen met het onderscheid tussen input en intake. Input is het objectief te registreren taalaanbod aan het kind, intake is de informatie die het kind daaruit destilleert. Men zou kunnen zeggen dat intake de resultante is van een filterfunctie, toegepast op de input. Het is waarschijnlijk dat wat in de vroegste fase door het filter heen komt, gedetermineerd is door een samenspel van structuurkenmerken van het taalaanbod en eigenschappen van het taalperceptie en verwerkingsmechanisme bij het jonge kind. Kort samengevat komt het erop neer dat infinitieve (hoofd)werkwoorden, vooral als gevolg van hun distributie, aanvankelijk wel tot de intake horen, maar modale (hulp)werkwoorden, en andere linksperifere elementen, niet. Intake verandert onder invloed van een toenemende taalkennis, in die zin dat de aangeduide filterfunctie verandert. Geleidelijk gaan modale werkwoorden deel uitmaken van de intake. We nemen aan dat de modale betekenis van een zin als geheel wel tot het kind doordringt. Deze betekenis kan aanvankelijk niet met een modaal werkwoord verbonden worden. In plaats daarvan wordt modaliteit geassocieerd met de zinsfinale infinitief. Om de houdbaarheid van deze veronderstellingen te toetsen hebben we een simulatiestudie uitgevoerd met een artificieel leeralgoritme, dat aangeduid wordt als de Luie Leerder (LL; Aha, Kibler & Albert 1991). LL is een geheugen-gebaseerd leersysteem. Dat houdt in dat er bij het verwerken van de input geen expliciete abstracties worden gevormd, op grond waarvan latere generalisaties gestalte krijgen. De tijdens de leerfase aangeboden items (de trainingsitems) worden in een geheugen opgeslagen, in de vorm van voor de gestelde taak relevante kenmerkenbundels. De taak neemt in het algemeen de vorm aan van een classificatie: de leerder moet, na de trainingsfase, nieuwe, nog niet eerder gepresenteerde items (testitems) toewijzen aan een van de klassen die door de trainingsset zijn geëxemplificeerd. De LL doet dat door de afstand te berekenen van een testitem tot alle opgeslagen trainingsitems in een multidimensionele ruimte gedefinieerd door de kenmerkenvector. Het opgeslagen item dat het dichtst bij het testitem ligt, bepaalt welke klasse dit testitem toegewezen krijgt. Het zal duidelijk zijn dat de metriek voor de gelijkenis tussen items (de afstanden) van cruciaal belang is. De LL die wij voor onze simulaties gebruiken is uitgebreid met de mogelijkheid om op basis van de trainingsset de informativiteit van de afzonderlijke kenmerken ten aanzien van het gestelde classificatieprobleem te bepalen. De information gain (IG; Quinlan 1986) kan gezien worden als een index van de bijdrage van een kenmerk aan de classificatie (Daelemans, Gillis & Durieux 1994). 5. Welke vormkenmerken voorspellen modale betekenis? Voor onze studie hebben we een representatieve selectie van uitingen, gericht tot de eerderge- 7
8 noemde zes kinderen, uit de corpora gelicht, en deze omgevormd tot gestileerde zinnen die ten hoogste vier zinsdeelposities omvatten. De vierde positie is die waar een niet-finiet hoofdwerkwoord, indien aanwezig, geplaatst is. We hebben deze zinnen langs deze laatste positie opgelijnd. Dat wil zeggen dat wanneer er minder dan vier zinsdelen waren, posities aan de linkerkant niet werden gevuld. De zinnen zijn van een aantal kenmerken voorzien volgens onderstaand schema: 1. zinstype (declaratief vs. vraag) 2. voor-voor-voorlaatste zinspositie (positie 1) 3. voor-voorlaatste zinspositie (positie 2) 4. voorlaatste zinspositie (positie 3) 5. laatste zinspositie (positie 4) 6. semantische klasse van het hoofdwerkwoord (actiewerkwoord, eventief [niet-actie], statief) 7. tijdsmarkering (verleden vs. tegenwoordige tijd) 8. morfologie van het hoofdwerkwoord (finiet, infinitief, participium) De waarden van de kenmerken 2 tot en met 5 kwamen overeen met syntactische categorieën van de woorden of woordgroepen op de eerste vier zinsposities (zoals subject, aux, V, object). Merk op dat ook leeg een mogelijke kenmerkwaarde is. Bovendien werd gesignaleerd of de zin een modale of een niet-modale betekenis had. Dit zijn de twee target categorieën; De LL moet aan ieder testitem de klasse modaal of niet-modaal voorspellen. In deze studie is niet de prestatie bij de classificatie van testitems de belangrijkste afhankelijke variabele, maar de relatieve bijdrage van de verschillende kenmerken aan de classificatie modaalniet-modaal, zoals gereflecteerd in de information gain-waarden, berekend op basis van de trainingsitems. Het idee dat delen van de input niet effectief zijn voor de leerder hebben we gesimuleerd door successievelijk aan bepaalde kenmerken van de trainingszinnen ruis toe te voegen. Ruis werd gegenereerd door bij de trainingszinnen de waarden van een bepaald kenmerk op een willekeurige manier opnieuw te rangschikken. We hebben de LL 5 keer getrained. In de eerst episode is aan de kenmerken 2 tot en met 4, corresponderend met de drie voorlaatste zinsposities, 100% ruis toegevoegd. In de daaropvolgende episodes is steeds in stappen van 25% de ruis verminderd: episode 2 bevat 75% ruis, episode 3: 50% en episode 4: 25%. In episode 5 tenslotte, zijn alle kenmerken volledig zichtbaar geworden. Figuur 4 toont de belangrijkste resultaten van dit experiment, de IG waarden van de kenmerken corresponderend met zinsposities 1 tot en met 3, alsmede het kenmerk dat staat voor de morfologie van het hoofdwerkwoord. De overige kenmerken blijken weinig ter zake te doen, en zijn hier buiten beschouwing gelaten. Wat de grafiek laat zien is dat de IG van het kenmerk morfologie van het hoofdwerkwoord constant blijft op 0.35, voor alle vijf de episoden van de trai- 8
9 ning. Deze constantie was te verwachten, omdat op dit kenmerk geen veranderende maskering is toegepast. De IG van de zinsposities 1, 2 en 3 is in de eerste episode bijna gelijk aan 0, wat niet verwonderlijk is, aangezien de informatie over deze posities in deze episode feitelijk aan de LL onthouden wordt (100% ruis). Bij het geleidelijk verminderen van de ruis neemt de IG voor deze drie kenmerken snel toe, totdat uiteindelijk de waarde behorend bij positie 2 uitstijgt boven die van het kenmerk voor hoofdwerkwoord-morfologie. Positie 2 is er één waar modale (hulp)werkwoorden vaak verschijnen. Figuur 4 ongeveer hier Wat we in dit experiment gedaan hebben, is een mechanische implementatie geven aan het idee dat de intake van de taalleerder beperkt is, en met het verstrijken van de tijd toeneemt. De aanvankelijke beperking betreft de toegang tot informatie in de linkerperiferie van zinnen in het taalaanbod. De resultaten laten zien dat wanneer de met de eerste drie zinsposities corresponderende kenmerken niet of nauwelijks toegankelijk zijn, de morfologie van het hoofdwerkwoord het meest bijdraagt aan het onderscheid tussen modale en niet-modale zinnen. 2 Dit correspondeert met de waarneming in de corpusstudie, dat in de vroege fasen het contrast tussen modale en niet-modale zinsbetekenissen sterk correleert met het contrast tussen infinitieve en finiete hoofdwerkwoorden (verg. de Figuren 1 en 2). De simulatie-resultaten laten verder zien dat wanneer de informatie over de eerste drie zinsposities toeneemt in het leermateriaal, deze snel een belangrijke bijdrage gaat leveren aan het onderscheid tussen modale en niet-modale zinnen. Aangezien de eerste drie zinsposities (vooral positie 2 en in iets mindere mate positie 3) in ons coderingsschema de plaatsen zijn waar modale hulpwerkwoorden kunnen staan, correspondeert deze bevinding met de waarneming in de corpusstudie dat de uitdrukking van modaliteit meer en meer door middel van modale werkwoorden gebeurt, terwijl de kale infinitief weer op de achtergrond geraakt. 6. Conclusie In deze bijdrage hebben we laten zien dat de zinnen die Nederlandstalige kinderen gebruiken om modale noties zoals wenselijkheid en mogelijkheid uit te drukken veranderen in de ontwikkeling. Aanvankelijk zijn modale werkwoorden niet aanwezig in het kinderrepertoire, en wordt modaliteit uitgedrukt met behulp van de kale infinitiefconstructie. Dit patroon verdwijnt snel wanneer modale werkwoorden in het taalgebruik verschijnen. De kale infinitiefzinnen, die wel met modaliteit geassocieerd blijven, worden dan snel marginaal. De vraag die door deze observaties opgeroepen werd is hoe het komt dat kinderen wel, vanaf 9
10 het begin van de syntactische taalontwikkeling, modale en niet-modale betekenissen uitdrukken, maar dat ze niet meteen het daartoe geëigend vormcontrast benutten afwezigheid vs. aanwezigheid van een modaal werkwoord. Met andere woorden, waarom is er op dit vlak een ontwikkeling, een verschuiving van de vorm-betekenis-relatie? Deze vraag wordt nog dringender in het licht van de constatering dat modale (hulp)werkwoorden met een tamelijk grote frequentie in het taalaanbod voorkomen. Ons antwoord is dat dit veroorzaakt wordt door een veranderende verwerking van het taalaanbod. Het gebruik van kale infinitiefconstructies voor de uitdrukking van modaliteit is het gevolg van een beperking van de intake, zodanig dat elementen in de linkerperiferie, waaronder de modale (hulp)werkwoorden, niet als afzonderlijke eenheden van vorm en betekenis herkend worden. Daardoor wordt de modale betekenis niet met het modale werkwoord verbonden, en vinden we geen modale werkwoorden in de aanvankelijke taalproductie. De vorm en plaats van hoofdwerkwoorden is sterk gecorreleerd met het contrast modaal-nietmodaal. Modale constructies in het taalaanbod hebben vaak een infinitief hoofdwerkwoord op de laatste zinspositie (omdat de verb second positie ingenomen wordt door een modaal hulpwerkwoord), terwijl nietmodale zinnen veelal een finiet hoofdwerkwoord (op de verb second positie) hebben. Aangezien de zinsfinale positie van het begin af aan tot de intake behoort, is het te verwachten dat modaliteit en infinitiviteit met elkaar gecorreleerd zullen raken. Onze simulatiestudie laat zien dat dit een plausibel scenario is. Wanneer informatie over elementen op de eerste drie zinsposities gemaskeerd wordt, verbindt de artificiële luie leerder het onderscheid modaal-niet-modaal aan de morfologie van het hoofdwerkwoord. Wanneer de waarneembaarheid van modale werkwoorden (op de eerste drie zinsposites) geleidelijk toeneemt, heeft dit tot gevolg dat de morfologie van het hoofdwerkwoord verhoudingsgewijs een steeds zwakkere index voor een modale interpretatie wordt. Al met al kunnen we zeggen dat Van Ginneken s klassieke observaties standhouden. Bovendien menen we te begrijpen dat een geleidelijk veranderende intake de drijvende kracht is achter de geobserveerde ontwikkelingstransities. 10
11 Referenties Aha, D., D. Kibler en M. Albert, Instance-based learning algorithms. Machine Learning 6 (1991): Blom, Elma, On the meaning of Dutch Child and Adult Root Infinitives. Poster presented at GALA 1999, Potsdam. Blom, Elma, Frank Wijnen en Steven Gillis, Modal infinitives in the speech of Dutch mothers and their children. In English as a Human Language. To honour Louis Goossens, geredigeerd door Johan van der Auwera, Frank Durieux en Ludo Lejeune. München: LINCOM Europa, 1998, pp Daelemans, Walter, Steven Gillis en Gert Durieux, The acquisition of stress: a data-oriented approach. Computational Linguistics 20 (1994): Ginneken, Jac. van, De Roman van een Kleuter. s Hertogenbosch: L.C.G. Malmberg, 1917/1922. Gonsalves, Joanna, Relations between conceptual and semantic development. Preschoolers understanding of modality across linguistic and nonlinguistic domains. Academisch proefschrift, Clark University, Hoekstra, Teun en Nina Hyams, Aspects of root infinitives. Lingua 106 (1998): Hoekstra, Teun en Peter Jordens, From adjunct to head. In Language acquisition studies in generative grammar, geredigeerd door Teun Hoekstra en Bonnie Schwartz. Amsterdam/Philadelphia: John Benjamins, 1994, pp Ingram, David en William Thompson, Early syntactic acquisition in German: evidence for the modal hypothesis. Language 72 (1996): MacWhinney, Brian, The CHILDES project: tools for analyzing talk. (2 nd edition) Hillsdale (NJ): LEA, Palmer, Frank R., Mood and modality. Cambridge: Cambridge University Press, Quinlan, J.R., Induction of decision trees. Machine Learning 1 (1986): Wexler, Kenneth, Finiteness and head movement in early child grammar. In Verb movement, geredigeerd door David Lightfoot en Norbert Hornstein. Cambridge: Cambridge University Press, 1994, pp Wijnen, Frank, Functionele categorieën in Nederlandse kindertaal. Nederlandse Taalkunde 2(1997): Wijnen, F., M. Kempen en S. Gillis, Root infinitives in Dutch early child language: an effect of input?, ter publikatie voorgelegd. 11
12 Tabel 1. Een overzicht van het bestudeerde corpusmateriaal. Kind Leeftijd Geanalyseerde Uitingen 1. Abel 1; ; Daan 1; ; Josse 2; ; Laura 1; ; Matthijs 1; ; Peter 1; ;
13 Kopteksten bij de Figuren Figuur 1. Percentages kale infinitiefzinnen (KI, op het totaal van alle werkwoordelijke constructies) en modaal geïnterpreteerde kale infinitiefzinnen (mod KI; op het totaal aantal kale infinitiefzinnen), als functie van de ontwikkelingsfase. Figuur 2. Percentages zinnen met een enkelvoudig finiet hoofdwerkwoord (enk fin; op het totaal van alle werkwoordelijke constructies) en modaal geïnterpreteerde zinnen met een enkelvoudig finiet hoofdwerkwoord (mod enk fin; op het totaal aantal zinnen met een enkelvoudig finiet hoofdwerkwoord), als functie van de ontwikkelingsfase. Figuur 3. Percentages zinnen met een zelfstandig gebruikt modaal werkwoord (enk mod), en zinnen met een discontinue werkwoordsgroep, bestaande uit een modaal hulpwerkwoord en een infinitief (mod+inf; beide op het totaal van alle werkwoordelijke constructies), als functie van ontwikkelingsfase. Figuur 4. De information gain (IG) waarden van de kenmerken voor de zinsposities 1, 2 en 3 (resp. pos1, pos2 en pos3), en voor het kenmerk morfologie van het hoofdwerkwoord (morf-vh), als functie van de trainingsepisode. Episode 1: 100% ruis op pos1, pos2 en pos3; episode 2: 75% ruis; episode 3: 50%; episode 4: 25%; episode 5: 0%. 13
14 Figuur 1. percent Fase % KI % mod KI 14
15 Figuur 2. percent Fase % enk fin % mod enk fin 15
16 Figuur 3. percent Fase % enk mod % mod+inf 16
17 Figuur pos3 pos2 pos1 Morf_Vh Episode 17
18 Noten *. Het gerapporteerde onderzoek is mogelijk gemaakt door een subsidie van het Vlaams- Nederlandse Comité voor Nederlandse Taal en Cultuur (NFWO: G , NWO: ). 1. De leeftijd van kinderen wordt uitgedrukt in jaar;maand.dag. 2. Merk op dat morfologie en positie van het Nederlandse werkwoord in werkelijkheid nauw verbonden zijn. Het is dus wat merkwaardig dat het morfologisch contrast tussen finiete en nietfiniete werkwoorden informatief kan zijn bij maskering van de zinsposities 1 en 2. Deze paradox zal in een volgende simulatie opgeheven moeten worden. Het resultaat kan niettemin zinvol geïnterpreteerd worden. Het -en suffix van de (altijd zichtbare) infinitieven verschaft kennelijk informatie over de zinsbetekenis. Dit is consistent met de observatie dat veel infinitieven in het taalaanbod complement zijn van een modaal werkwoord. 18
De schoonheid van curves
De schoonheid van curves De verwerving van werkwoordelijke inflectie Elma Blom Utrechts Instituut voor Linguïstiek OTS Finiet vs. Non-finiet [+ finiet] persoons-, getals- en tijdsinflectie (1) Ik loop/liep,
Nadere informatieSAMENVATTING IN HET NEDERLANDS
SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS Deze dissertatie gaat over de verwerving van finiete zinnen, meer specifiek over de verwerving van werkwoordelijke inflecties en hulpwerkwoorden. Normaal ontwikkelende Nederlandstalige
Nadere informatieTransfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen
Samenvatting Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen Negen casestudies naar de verwerving van het Engels, Duits en Zweeds door volwassen moedertaalsprekers
Nadere informatieSemantic Versus Lexical Gender M. Kraaikamp
Semantic Versus Lexical Gender M. Kraaikamp Samenvatting Semantisch versus lexicaal geslacht: synchrone en diachrone variatie in Germaanse geslachtscongruentie De meeste Germaanse talen, waaronder het
Nadere informatie53. Anders ga je met pensioen!
53. Anders ga je met pensioen! Alex Reuneker, Universiteit Leiden 1 Het bijwoord anders kent volgens Smessaert en Van Belle (2010) drie typen gebruik, als in (1)-(3). (1) Ze zullen zich morgen anders gedragen
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/29991 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Sun, Hongyuan Title: Temporal construals of bare predicates in Mandarin Chinese
Nadere informatieImplicaties voor maatbegrip
Bijvoeglijke naamwoorden in Nederlandse kindertaal: Implicaties voor maatbegrip Elena Tribushinina 30e Panama-conferentie, 20 januari 2012 atuitdrukkingen Absolute termen: - dertig centimeter, drie meter
Nadere informatieSAMENVATTING Het doel van dit proefschrift is drieledig. Ten eerste wordt inzicht verschaft in het gebruik van directe-rede-constructies (bijvoorbeeld Marie zei: Kom, we gaan! ) door sprekers met afasie.
Nadere informatieTransparency in Language: A Typological Study S.C. Leufkens
Transparency in Language: A Typological Study S.C. Leufkens Transparency in language. A typological study Sterre Leufkens Een taal kun je zien als een verzameling vormen (woorden, zinnen, klanken, regels),
Nadere informatieLTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 7
LTX016B05 Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis College 7 2/121 Vandaag: vierde college Regeer- en Bindtheorie (4/6) 3/121 Vorige colleges:! structuur van alle woordgroepen (X -theorie) XP YP X X ZP specifier
Nadere informatieDe verwerving van het Nederlands: dummies en Verb Second
De verwerving van het Nederlands: dummies en Verb Second 1 Elma Blom en Siebe de Korte Abstract According to the Representation Hypothesis, learners of Dutch use dummy semantically empty auxiliaries as
Nadere informatieSamenvatting De belangrijkste onderzoeksvraag waarop het werk in dit proefschrift een antwoord probeert te vinden, is welke typen taalkundige informatie het nuttigst zijn voor de lexicale desambiguatie
Nadere informatieSamenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen
Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen Onderzoek naar het gebruik van metaforen door kinderen werd populair in
Nadere informatieAcquiring Negative Polarity Items J. Lin
Acquiring Negative Polarity Items J. Lin Summary: Acquiring Negative Polarity Items 1 Samenvatting: De verwerving van negatief-polaire uitdrukkingen Negatief-polaire uitdrukkingen (Engels: Negative Polarity
Nadere informatieDe fonologische deletiehypothese: Sommige kinderen snoeien hun infinitieven graag tot stammen. Helena Taelman, Evelyn Martens & Steven Gillis *
De fonologische deletiehypothese: Sommige kinderen snoeien hun infinitieven graag tot stammen Helena Taelman, Evelyn Martens & Steven Gillis * 1 ABSTRACT A well-documented characteristic of Dutch-speaking
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
220 Nederlandse Samenvatting Summary in Dutch Teams spelen een belangrijke rol in moderne organisaties (Devine, Clayton, Phillips, Dunford, & Melner, 1999; Mathieu, Marks, & Zaccaro, 2001). Doordat teams
Nadere informatieDe verwerving van werkwoordssamenstellingen in het Mandarijn Chinees
Samenvatting De verwerving van werkwoordssamenstellingen in het Mandarijn Chinees In dit proefschrift wordt onderzocht hoe kinderen werkwoordssamenstellingen verwerven in het Mandarijn Chinees. Het onderzoek
Nadere informatiePerson Markers in Spoken Spontaneous Israeli Hebrew. A Systematic Description and Analysis S. Cohen
Person Markers in Spoken Spontaneous Israeli Hebrew. A Systematic Description and Analysis S. Cohen Persoonsmarkeerders in het Spontaan Gesproken Israelisch Hebreeuws (Samenvatting) Het corpus-gebaseerde
Nadere informatieRooster Zie roosterinformatie op het web.
Studiehandleiding Onderwerp Een kind dat het Nederlands als zijn moedertaal leert, blijkt de belangrijkste eigenschappen ervan al snel te ontdekken. Bovendien verloopt het verwervingsproces bij Nederlands
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
163 Samenvatting (Summary in Dutch) Er zijn slechts beperkte financiële middelen beschikbaar voor publieke voorzieningen en publiek gefinancierde diensten. Als gevolg daarvan zijn deze voorzieningen en
Nadere informatieOntleden. a) het onderwerp b) het gezegde c) de voorwerpen (lijdend en meewerkend voorwerp, voorzetselvoorwerp) d) de bepalingen
Ontleden 1. Ontleden is een vorm van syntactische analyse die traditioneel op lagere en middelbare scholen onderwezen wordt (werd). Deze traditionele zinsontleding gaat terug op de Nederlandse spraakkunst
Nadere informatieCollege 4: Gegeneraliseerde Kwantoren
Semantiek CKI/CAI Utrecht, herfst 2008 College 4: Gegeneraliseerde Kwantoren Onderwerpen: NP denotaties als verzamelingen van verzamelingen, monotoniciteit bij kwantoren, determiner denotaties als relaties
Nadere informatieHoe oefen je grammatica? Liesbeth Schenk Sonja van Boxtel TUDelft, ITAV Nederlands voor buitenlanders
Hoe oefen je grammatica? Liesbeth Schenk Sonja van Boxtel TUDelft, ITAV Nederlands voor buitenlanders 1 Programma Aanleiding + Twee typen leerders Theorie: Expliciet vs. impliciet Focus on Form: hoe? Processing
Nadere informatieDoelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar
Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Hieronder vindt u de leerplandoelen taalbeschouwing die we met onze evaluatie in kaart willen brengen. Ze staan in dezelfde volgorde
Nadere informatieReferentiële onzekerheid, computermodellen en semantische kindertaalcorpora
Referentiële onzekerheid, computermodellen en semantische kindertaalcorpora Barend Beekhuizen 1, Afsaneh Fazly 2, Aida Nematzadeh 2 & Suzanne Stevenston 2 1 Universiteit Leiden 2 University of Toronto,
Nadere informatieDe kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie / 15:06 Pag. 47. Kaart 17. Ik heb de band lek, getekend door C. van Bree in 1991.
De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie 07-11-13 / 15:06 Pag. 47 47 Kaart 17. Ik heb de band lek, getekend door C. van Bree in 1991. De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie 07-11-13 / 15:06
Nadere informatieDe Taxonomie van Bloom Toelichting
De Taxonomie van Bloom Toelichting Een van de meest gebruikte manier om verschillende kennisniveaus in te delen, is op basis van de taxonomie van Bloom. Deze is tussen 1948 en 1956 ontwikkeld door de onderwijspsycholoog
Nadere informatieThe expression of modifiers and arguments in the noun phrase and beyond van Rijn, M.A.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) The expression of modifiers and arguments in the noun phrase and beyond van Rijn, M.A. Link to publication Citation for published version (APA): van Rijn, M. A. (2017).
Nadere informatieEEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST
EEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST Bijdragen tot Joost Buysschaert in profiel Onder redactie van Sonia Vandepitte Bart Defrancq Lieve Jooken 37 JOOST WAS HET GEWOON OM DERGELIJKE ZINNEN TE ANALYSEREN.
Nadere informatieSamenvatting. subject I
221 Samenvatting Recente ontwikkelingen in de generatieve taalkunde hebben niet geleid niet tot nieuwe inzichten omtrent de factoren die de positie van het finiete werkwoord in een bevestigende zin bepalen.
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20984 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hosono, Mayumi Title: Object shift in the Scandinavian languages : syntax, information
Nadere informatienederlandse samenvatting Dutch summary
Dutch summary 211 dutch summary De onderzoeken beschreven in dit proefschrift zijn onderdeel van een grootschalig onderzoek naar individuele verschillen in algemene cognitieve vaardigheden. Algemene cognitieve
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20554 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Lai, Jun Title: The learnability of center-embedded recursion : experimental studies
Nadere informatieSamenvatting in het Nederlands
Samenvatting in het Nederlands Congruentie is het verschijnsel in natuurlijke taal dat de vorm van het ene woord afhangt van de kenmerken van een ander woord. Zo hangt in het Nederlands de vorm van het
Nadere informatieSamenvatting. Bijlage B
Bijlage B In dit proefschrift stellen we ons het doel de besluitvorming van agenten en de communicatie tussen deze agenten te beschrijven en te formaliseren opdat de agenten rechtvaardigbare opvattingen
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/23938 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/23938 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Bruil, Martine Title: Clause-typing and evidentiality in Ecuadorian Siona Issue
Nadere informatieSamenvatting in het Nederlands
Samenvatting in het Nederlands De vraag die in dit proefschrift centraal staat, betreft de aard van aspectuele verschillen in het Russisch. Het belangrijkste doel is het aanwijzen van een eigenschap of
Nadere informatieGASTLEZING: DISTRIBUTIONELE VECTOREN IN ALTERNANTIEONDERZOEK. Dirk Pijpops, Nederlandse Taalkunde: Hedendaagse stromingen, UCL, Louvain-La-Neuve
GASTLEZING: DISTRIBUTIONELE VECTOREN IN ALTERNANTIEONDERZOEK Dirk Pijpops, Nederlandse Taalkunde: Hedendaagse stromingen, UCL, Louvain-La-Neuve Rationele paradigma Empirische paradigma Simulatieparadigma
Nadere informatieSamenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte
Samenvatting Audiovisuele aandacht in de ruimte Theoretisch kader Tijdens het uitvoeren van een visuele taak, zoals het lezen van een boek, kan onze aandacht getrokken worden naar de locatie van een onverwacht
Nadere informatiecurriculum vitae bart decadt November 2004
curriculum vitae bart decadt November 2004 mijn gegevens Datum en plaats van geboorte : 13 november 1977 Nationaliteit : Belg Beroep : onderzoeksassistent Burgerlijke stand : ongehuwd, samenwonend met
Nadere informatieIn de afgelopen decennia heeft ongehuwd samenwonen overal in Europa. toegenomen populariteit van het ongehuwd samenwonen is onderdeel van
Nederlandse samenvatting (summary in Dutch) De verschillende betekenissen van ongehuwd samenwonen in Europa: Een studie naar verschillen tussen samenwoners in hun opvattingen, plannen en gedrag. In de
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Agrammatische Broca-afasie wordt meestal veroorzaakt door een hersenbeschadiging in (de omgeving) van het gebied van Broca (Brodmann s areas 44 en 45). Hierdoor krijgt de patiënt
Nadere informatieCOAVA. Gebruikershandleiding. Gebruikershandleiding bij de COAVA web applicatie CLARIN-NL
CLARIN-NL COAVA Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding bij de COAVA web applicatie M e e r t e n s I n s t i t u u t, J o a n M u y s k e n s w e g 2 5, 1 0 9 6 C J A m s t e r d a m Gebruikershandleiding
Nadere informatieModal shift en de rule of half in de kosten-batenanalyse
Modal shift en de rule of half in de kosten-batenanalyse Sytze Rienstra en Jan van Donkelaar, 15 januari 2010 Er is de laatste tijd bij de beoordeling van projecten voor de binnenvaart veel discussie over
Nadere informatieBilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma
Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma Nederlandse samenvatting Tweetaligheid en cognitie: de verwerving van het Fries en het Nederlands Deze dissertatie is het resultaat
Nadere informatieSTUDIE (F)050908-CDC-455
Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas Nijverheidsstraat 26-38 1040 Brussel Tel. : 02/289.76.11 Fax : 02/289.76.09 COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS STUDIE
Nadere informatiePDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/142381
Nadere informatieLTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 4
LTX016B05 Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis College 4 2/111 Vandaag: eerste college Regeer- en Bindtheorie (1/6) 3/111 Vandaag:! inhoudelijk gedeelte (een paar onderdelen van de theorie)! theoretisch
Nadere informatieWorkshop voorbereiden Authentieke instructiemodel
Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Uitleg Start De workshop start met een echte, herkenbare en uitdagende situatie. (v.b. het is een probleem, een prestatie, het heeft
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/31633 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Kant, Anne Marie van der Title: Neural correlates of vocal learning in songbirds
Nadere informatieContinuous Learning in Computer Vision S.L. Pintea
Continuous Learning in Computer Vision S.L. Pintea Continuous Learning in Computer Vision Natura non facit saltus. Gottfried Leibniz Silvia-Laura Pintea Intelligent Sensory Information Systems University
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio Utrecht
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden. Niets uit
Nadere informatieDynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers
Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Introductie Flexibiliteit is een belangrijke eigenschap in de huidige snel veranderende maatschappij. In
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur
Nadere informatieStoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de
Nadere informatieOndersteuningsproject bij de uitvoering van de reemonitoring in het Zoniënwoud
Ondersteuningsproject bij de uitvoering van de reemonitoring in het Zoniënwoud Periode 2008-2013 Céline Malengreaux, Jan Vercammen, Alain Licoppe, Frank Huysentruyt, Jim Casaer Dankwoord Het uitvoeren
Nadere informatieThe Effectiveness of Community Schools: Evidence from the Netherlands
The Effectiveness of Community Schools: Evidence from the Netherlands Proefschrift Marieke Heers (gepromoveerd 3 oktober in Maastricht; promotoren prof.dr. W.N.J. Groot en prof.dr. H. Maassen van den Brink)
Nadere informatieDan is de waarde van het recessieve allel q dus 0,87, vanwege het feit dat p + q = 1.
Opgave 1: Wet van Hardy-Weinberg Een populatie van 10.000 individuen voldoet wat betreft de onderlinge voortplanting aan de voorwaarden, genoemd in de wet van Hardy-Weinberg. Van deze populatie is bekend
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Dit proefschrift bestudeert het gebruik van handelskrediet in de rijstmarkten van Tanzania. 18 We richten ons daarbij op drie aspecten. Ten eerste richten we ons op het
Nadere informatieDE ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD
DE ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD Een didactiek om het begrip ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD aan te leren in het 4e leerjaar (Groep 6). Enkele voorafgaande opmerkingen over de toekomende tijd van het werkwoord.
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/32149 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/32149 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Renema, Jelmer Jan Title: The physics of nanowire superconducting single-photon
Nadere informatieLaag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten
Blooms taxonomie Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten Evalueren Evalueren = de vaardigheid om de waarde van iets (literatuur, onderzoeksrapport, presentatie etc) te kunnen beoordelen
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting De onderzoeken beschreven in dit proefschrift zijn onderdeel van een grootschalig onderzoek naar individuele verschillen in algemene cognitieve vaardigheden. Algemene cognitieve
Nadere informatieBeppie van den Bogaerde. Bimodale tweetaligheid in Kodas: tegelijkertijd spreken en gebaren. SPUI25 29 oktober 2015
Beppie van den Bogaerde Bimodale tweetaligheid in Kodas: tegelijkertijd spreken en gebaren SPUI25 29 oktober 2015 Onderzoek in samenwerking met prof. dr. Anne Baker (em.) 4 Speciale dank aan en Wieteke
Nadere informatiea p p e n d i x Nederlandstalige samenvatting
a p p e n d i x B Nederlandstalige samenvatting 110 De hippocampus en de aangrenzende parahippocampale hersenschors zijn hersengebieden die intensief worden onderzocht, met name voor hun rol bij het geheugen.
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Wereldwijd is het aantal zeer jonge leerders van vreemde talen, met name van het Engels sterk toegenomen. China kent waarschijnlijk het grootste aantal zeer jonge EFL (English
Nadere informatieLatijn en Grieks in de 21ste eeuw
Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het
Nadere informatie73 SAMENVATTING In dit proefschrift wordt een empirische toetsing van de machtafstandstheorie (Mulder, 1972, 1977) beschreven. In grote lijnen stelt deze theorie dat mensen macht prettig vinden, en dat
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20932 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20932 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Haar, Sita Minke ter Title: Birds and babies : a comparison of the early development
Nadere informatie«Bestaat er een verband tussen de leeftijd van de werkloze en de werkloosheidsduur?» (1 ste deel)
«Bestaat er een verband tussen de leeftijd van de werkloze en de werkloosheidsduur?» (1 ste deel) Eerste deel Evolueert de werkloosheidsduur naargelang de leeftijd van de werkloze? Hoe groot is de kans
Nadere informatieOver Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten
1 Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding G.J.E. Rutten Introductie In dit artikel wil ik het argument van de Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga voor
Nadere informatieHet belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van
Samenvatting Het is niet eenvoudig om te leren spellen. Om een woord te kunnen spellen moet een ingewikkeld proces worden doorlopen. Als een kind een bepaald woord nooit eerder gelezen of gespeld heeft,
Nadere informatieNederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht
Nederlandse samenvatting Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht 222 Elke keer dat je naar iets of iemand op zoek bent, bijvoorbeeld wanneer je op een
Nadere informatieOnderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld
NEDERLANDERS OVER DE VIERDAAGSE Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen Nienke Lammertink en Koen Breedveld Mei 2016 1 Nederlanders over de
Nadere informatieKlantonderzoek: statistiek!
Klantonderzoek: statistiek! Statistiek bij klantonderzoek Om de resultaten van klantonderzoek juist te interpreteren is het belangrijk de juiste analyses uit te voeren. Vaak worden de mogelijkheden van
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19772 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19772 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Bertens, Laura M.F. Title: Computerised modelling for developmental biology :
Nadere informatieLuisteren: Elke taaluiting is relevant
Emma van Bijnen ADR Instituut 1 Luisteren: Elke taaluiting is relevant Niet de directe betekening van de bijdrage, maar de intentie van de spreker Er zijn ontelbaar veel verschillende dingen die partijen
Nadere informatieWaarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt
Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Waarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt genetische aanleg voor sportgedrag een rol? Hoe hangt sportgedrag samen met geestelijke
Nadere informatieLTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 11
LTX016B05 Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis College 11 2/68 Vandaag: tweede college Minimalisme (2/4) 3/68 Minimalisme! voortzetting van de generatieve syntaxis (1991-heden)! kernidee: de grammatica
Nadere informatieTaalvergelijkend onderzoek naar SLI en wat het betekent voor tweetalige SLI. Jan de Jong
Taalvergelijkend onderzoek naar SLI en wat het betekent voor tweetalige SLI Jan de Jong Specific Language Impairment (SLI); Ned. equivalent: primaire taalstoornis 2 SLI is een taalachterstand, zonder dat
Nadere informatieImplementations of Tests on the Exogeneity of Selected Variables and Their Performance in Practice M. Pleus
Implementations of Tests on the Exogeneity of Selected Variables and Their Performance in Practice M. Pleus Dat economie in essentie geen experimentele wetenschap is maakt de econometrie tot een onmisbaar
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Introductie In dit proefschrift evalueer ik de effectiviteit van de academische discussie over de ethiek van documentaire maken. In hoeverre stellen wetenschappers de juiste
Nadere informatieHow to present online information to older cancer patients N. Bol
How to present online information to older cancer patients N. Bol Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Goede informatievoorziening is essentieel voor effectieve
Nadere informatieCitation for published version (APA): Erkelens, M. A. (2009). Learning to categorize verbs and nouns : studies on Dutch. Utrecht: LOT.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Learning to categorize verbs and nouns : studies on Dutch Erkelens, M.A. Link to publication Citation for published version (APA): Erkelens, M. A. (2009). Learning
Nadere informatieProeftuinplan: Meten is weten!
Proeftuinplan: Meten is weten! Toetsen: hoog, laag, vooraf, achteraf? Werkt het nu wel? Middels een wetenschappelijk onderzoek willen we onderzoeken wat de effecten zijn van het verhogen cq. verlagen van
Nadere informatieLatijnse epistemische partikels. Nempe, quippe, scilicet, videlicet en nimirum.
Samenvatting Latijnse epistemische partikels. Nempe, quippe, scilicet, videlicet en nimirum. Dit onderzoek richt zich op enkele Latijnse partikels die het standpunt van de spreker ten opzichte van de tekst
Nadere informatieInleiding: Combinaties
Zinnen 1 Inleiding: Combinaties Combinaties op verschillende niveaus: Lettergrepen als combinaties van fonemen. Woorden als combinaties van morfemen. Zinnen als combinaties van woorden en woordgroepen.
Nadere informatieZoeken in een Afrikaans corpus: baie maklik! Liesbeth Augustinus Ineke Schuurman Vincent Vandeghinste Peter Dirix Frank Van Eynde
Zoeken in een Afrikaans corpus: baie maklik! Liesbeth Augustinus Ineke Schuurman Vincent Vandeghinste Peter Dirix Frank Van Eynde Colloquium Afrikaans - 23 oktober 2015 AFRIBOOMS PROJECT Syntactisch geannoteerd
Nadere informatieInformatie over de deelnemers
Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals
Nadere informatieSamenvatting in het Nederlands
Samenvatting in het Nederlands Constructies, beperkingen en voorstellingswijze: Adposities in het Nederlands De term adpositie wordt gebruikt voor partikels, preposities (voorzetsels) en postposities (achterzetsels).
Nadere informatieCover Page. Author: Netten, Anouk Title: The link between hearing loss, language, and social functioning in childhood Issue Date:
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/47848 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Netten, Anouk Title: The link between hearing loss, language, and social functioning
Nadere informatieRonde 7. Pragmatiek in de taalbeschouwing. 1. Inleiding. 2. Taalhandelingen als institutionele handelingen
Ronde 7 William Van Belle KU Leuven Contact: william.vanbelle@arts.kuleuven.be Pragmatiek in de taalbeschouwing 1. Inleiding In de (toekomstige) eindtermen van de 2 e en 3 e graad van het secundair onderwijs
Nadere informatiePopulaties beschrijven met kansmodellen
Populaties beschrijven met kansmodellen Prof. dr. Herman Callaert Deze tekst probeert, met voorbeelden, inzicht te geven in de manier waarop je in de statistiek populaties bestudeert. Dat doe je met kansmodellen.
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio Flevoland
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden. Niets uit
Nadere informatieMondgezondheidsrapport
Mondgezondheidsrapport sensibiliseringproject Glimlachen.be 2014 Effectevaluatie van een 4-jaar longitudinaal sensibiliseringproject in scholen in Vlaanderen Samenvatting J Vanobbergen Glimlachen - Souriez
Nadere informatieTweetaligheid: taalontwikkeling of taalstoornis?
Tweetaligheid: taalontwikkeling of taalstoornis? Manuela Pinto 9 NOVEMBER 2012 CONGRES Taalfouten bij tweetalige kinderen Inherent aan tweetalige ontwikkeling? Signalen van SLI? SLI and grammatica Kwetsbare
Nadere informatiecase: toestandsdiagrammen
Hoofdstuk 13 case: toestandsdiagrammen In dit hoofdstuk wordt het maken van de eerste versie van de toestandsdiagrammen voor het boodschappensysteem van Hans en Jacqueline uitgewerkt. 13.1 Vind klassen
Nadere informatieDe arbeidsmarkt voor leraren po Regio Haaglanden en Rijn Gouwe
De arbeidsmarkt voor leraren po 2015-2020 Regio en datum 16 maart 2015 auteurs dr. Hendri Adriaens dr.ir. Peter Fontein drs. Marcia den Uijl CentERdata, Tilburg, 2015 Alle rechten voorbehouden. Niets uit
Nadere informatieHet Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.
Grammatica op maat Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Grammatica op maat Dit programma is
Nadere informatieResearch Note Prestatie-analyse met behulp van box plots
Research Note Prestatie-analyse met behulp van box plots Inleiding Voortdurend worden er wereldwijd enorme hoeveelheden beursdata gegenereerd en verzameld. Dit is mede te danken aan de opkomst van internet
Nadere informatie