Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging"

Transcriptie

1 fdf Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging / EINDRAPPORT Eindrapport Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging

2 Eindrapport Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging Deze publicatie kwam tot stand met steun van de Vlaamse overheid en is een realisatie van de projectgroep belast met de evaluatie van de Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging , bestaande uit volgende projecthouders: KU Leuven Prof. Dr. Jan Seghers, Prof. Dr. Johan Lefevre, Dr. Stijn De Baere Universiteit Gent Prof. Dr. Greet Cardon, Prof. Dr. Ilse De Bourdeaudhuij, Prof. Dr. Benedicte Deforche Vrije Universiteit Brussel Prof. Dr. Kristine De Martelaer Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie - VIGeZ Dr. Ragnar Van Acker, Dr. An Lebacq Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid - WIV-ISP Dr. Karin De Ridder Agentschap Zorg en Gezondheid Ellen De Smet Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

3 Inhoudstafel 1 Inleiding Achtergrond Actoren 4 2 Algemene methodologie Onderzoeksgegevens Leeftijdsgroepen 8 3 Gezondheidsdoelstellingen voor Lichaamsbeweging Achtergrond Adolescenten Volwassenen 17 4 Gezondheidsdoelstellingen voor Evenwichtige Voeding Achtergrond Kleuters Adolescenten Volwassenen 40 5 Gezondheidsdoelstellingen voor Gezond Gewicht 55 6 Gezondheidsdoelstelling voor Borstvoeding 57 7 Referentielijst 59 Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

4 1. Inleiding 1.1 ACHTERGROND Op 23 oktober 2008 vond de Vlaamse Gezondheidsconferentie plaats te Oostende. Tijdens deze conferentie werd een voorstel van de gezondheidsdoelstellingen rond voeding en beweging (tweede generatie doelstellingen) voorgesteld in het kader van het Vlaams Actieplan Voeding en Beweging [1]. Dit actieplan heeft de primaire ambitie om alle inwoners van Vlaanderen aan te zetten tot meer lichaamsbeweging en een evenwichtige voeding met als algemene leidraad de aanbevelingen van de actieve voedingsdriehoek [2]. Er werd gekozen om de doelstellingen op twee niveaus te formuleren. De hoofddoelstelling benoemt de kerninhouden waaraan het actieplan werkt, met name voldoende lichaamsbeweging om gezondheidswinst te bereiken, evenwichtige voeding en een gezond gewicht. Daaronder werden subdoelstellingen geformuleerd voor specifieke gezondheidsthema s. De algemene hoofddoelstelling van de gezondheidsdoelstellingen voeding en beweging was het realiseren van gezondheidswinst op bevolkingsniveau door een stijging van het aantal mensen dat voldoende fysiek actief is, evenwichtig eet en een gezond gewicht nastreeft. Op 24 juli 2009 werden de gezondheidsdoelstellingen principieel goedgekeurd door de Vlaamse regering. De Vlaamse overheid gebruikt de gezondheidsdoelstellingen voeding en beweging om de uitvoering van de gezondheidsbevordering en preventieve gezondheidszorg binnen het Actieplan Voeding en Beweging te sturen en de resultaten ervan te monitoren. Het zijn specifieke, meetbare en algemeen aanvaarde doelstellingen die geëvalueerd worden over een beleidsperiode. De subdoelstellingen situeerden zich binnen vijf gezondheidsthema s: fysieke activiteit, sedentair gedrag, evenwichtige voeding, gezond gewicht en borstvoeding. De subdoelstellingen binnen deze thema s worden uitgedrukt als een stijging van het percentage personen dat de vooropgestelde aanbevelingen behaalt en een daling van het percentage personen met een sedentaire leefstijl. Voor de subdoelstellingen voor evenwichtige voeding wordt eveneens gestreefd naar een stijging (water, groenten, fruit, melkproducten) of een daling (restgroep) van de gemiddelde inname. Het percentage personen met een gezond gewicht mag zeker niet afnemen maar moet minstens behouden blijven en voor het percentage moeders die starten met het geven van borstvoeding wordt een stijging nagestreefd. Strategieën voor het bevorderen en aanleren van gezonde leefgewoonten, en meer bepaald voor evenwichtig eten en voldoende bewegen, moeten aangepast worden aan elke leeftijdsfase. Daarom werd ervoor gekozen om ook de subdoelstellingen te evalueren binnen verschillende afgebakende leeftijdsgroepen. Op die manier kan het beleid via deze subdoelstellingen de voedings- en beweeggewoonten van de verschillende leeftijdsgroepen monitoren en acties op maat uitwerken. 1.2 ACTOREN De projecthouders van het evaluatietraject van de gezondheidsdoelstellingen voeding en beweging zijn drie Vlaamse universiteiten (Universiteit Gent, KU Leuven, Vrije Universiteit Brussel), het Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie (VIGeZ) en het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV-ISP). De projecthouders werden ondersteund door het Vlaams Agentschap Zorg Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

5 en Gezondheid, dat tevens instond voor het bewaken van de projectvoortgang. In 2010 werd er door de Vlaamse Gemeenschap en op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin een subsidie toegekend aan de projecthouders voor het verwezenlijken van het evaluatietraject. Voorts fungeerde de Vlaamse Werkgroep Voeding en Beweging als adviserend orgaan bij het evaluatietraject. De werkgroep is samengesteld uit een brede waaier aan experten op het gebied van evenwichtige voeding en gezond bewegen en keurde in het voorjaar van 2015 het finale evaluatievoorstel van de projecthouders goed. De evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen voeding en beweging steunt op gegevens van reeds bestaande onderzoeksprojecten en databanken op populatieniveau. Bij de uiteindelijke evaluatie werd daarom beroep gedaan op ondersteuning door vertegenwoordigers van de verschillende afzonderlijke onderzoeksprojecten. 2. Algemene methodologie 2.1 ONDERZOEKSGEGEVENS Selectie databanken De evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen voeding en beweging steunt op het gebruik van gegevens uit reeds beschikbare onderzoeksprojecten en databanken. Bij de start van het evaluatietraject werd er een gedetailleerde inventaris opgemaakt van alle beschikbare databanken van grote Vlaamse steekproeven binnen de periode die gegevens bevatten met betrekking tot voeding en beweging. Onderzoeksgegevens van projecten met kleinere steekproeven werden niet opgenomen bij de inventarisatie. Op basis van de beschikbare gegevens werd uiteindelijk een evaluatieplan uitgewerkt. Bij de selectie van de databanken waren er enkele noodzakelijke voorwaarden waaraan onderzoeksgegevens moesten voldoen. Deze voorwaarden bepaalden of databanken al-dan-niet in aanmerking kwamen voor de uiteindelijke evaluatie: de evaluatieperiode, de vergelijkingsbasis en de geldende gezondheidsaanbevelingen. Evaluatieperiode Op basis van de inventarisatie van de beschikbare databanken werd de evaluatieperiode vastgelegd op een periode van ongeveer 10 jaar, waarbij gegevens die dateren uit de periode werden gebruikt als basismeting en gegevens uit de periode als vergelijkende meting. Er werd geopteerd om deze evaluatieperiode gelijk te houden voor alle subdoelstellingen, op die manier werd een evenwaardige vergelijkingsbasis gecreëerd voor alle gezondheidsdoelstellingen van voeding en beweging. In het eindrapport wordt de basis- of nulmeting steeds weergegeven onder de noemer 2004 en de vergelijkende meting onder de noemer Vergelijkingsbasis Het voornaamste criterium bij de selectie van de databanken was de vergelijkingsbasis van de basismeting en de vervolgmeting. De meetinstrumenten bij de basismeting en de vervolgmeting dienen op elkaar afgestemd te zijn om een methodologisch correcte evaluatie van de gezondheidsdoelstelling mogelijk te maken. Doorheen de jaren werden er geregeld kleine wijzigingen doorgevoerd in de meetinstrumenten of bevragingen van periodieke onderzoeksprojecten op populatieniveau, waardoor deze vergelijkingsbasis niet steeds voorhanden was. Door andere onderzoeksprojecten met gelijkaardige of identieke vraagstelling op te nemen kon er echter voor elke Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

6 subdoelstelling een meer solide vergelijkingsbasis opgemaakt worden. Met het oog op een methodologisch correcte vergelijkingsbasis werden ook alle basisgegevens uit het originele plan van de gezondheidsdoelstellingen opnieuw berekend. Gezondheidsaanbevelingen De mogelijkheid om de geldende gezondheidsaanbevelingen te evalueren was een derde criterium bij de selectie van de databanken. Als leidraad werden de aanbevelingen van de actieve voedingsdriehoek gehanteerd [2]. De actieve voedingsdriehoek combineert de aanbevelingen van een gezond eetpatroon met deze voor een actieve leefstijl. Indien het meetinstrument of de bevraging het toeliet om de aanbeveling van de actieve voedingsdriehoek consistent te evalueren dan kwam de desbetreffende databank in aanmerking voor de uiteindelijke evaluatie. Omwille van deze selectievoorwaarden werd er bij verscheidene subdoelstellingen afgestapt van het gebruik van de prevalentiecijfers die werden gebruikt als basismeting bij het oorspronkelijk ontwerp van de gezondheidsdoelstellingen [1]. Voor verschillende subdoelstellingen beantwoordden de databanken die gebruikt werden als oorspronkelijke basismeting niet aan de bovenvermelde selectievoorwaarden. Voor sommige van de oorspronkelijke basisgegevens was er geen vergelijkende meting in 2014 beschikbaar. Daarnaast zijn bepaalde gezondheidsaanbevelingen geëvolueerd doorheen de tijd waardoor evaluatie aan de hand van de oorspronkelijke gegevens niet meer opportuun bleek. Bij het evalueren van de subdoelstellingen werd waar mogelijk (identieke methodologische basis) ook gebruikt gemaakt van een combinatie van meerdere databanken bij de basis- en/of vergelijkende meting. Deze vorm van data-triangulatie, waarbij de onderzoeksvraag vanuit verschillende databronnen beantwoord wordt heeft als voordeel dat een breed onderbouwde en meer valide conclusie kan getrokken worden Gebruikte databanken De databanken die in aanmerking kwamen voor de uiteindelijke evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen voeding en beweging werden aangevraagd bij de respectievelijke eigenaars. Na toestemming voor het gebruik van de databanken werden de prevalentiecijfers berekend op de ruwe onderzoeksgegevens. Uiteindelijk werden databanken gebruikt van zeven onderstaande onderzoeksprojecten. Gezondheidsenquête Sinds 1997 wordt de Gezondheidsenquête op nationaal niveau uitgevoerd door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV-ISP). Ondertussen werden er reeds vijf enquêtes uitgevoerd in 1997, 2001, 2004, 2008 en in Het doel van de gezondheidsenquête is informatie inwinnen over de algemene gezondheidstoestand van de bevolking en hun gezondheidsbehoeften. De gegevensverzameling heeft betrekking op de gezondheidstoestand, medische consumptie, leefstijl, socio-economische status en andere gezondheidsdeterminanten. De doelgroep van de Gezondheidsenquête zijn inwoners uit België met een leeftijd van 15 jaar en ouder. De opdrachtgevers van de Gezondheidsenquête zijn de Federale overheid (FOD Volksgezondheid), de Vlaamse Gemeenschap, de Federatie Wallonië-Brussel, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Waals Gewest Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

7 en de Duitstalige Gemeenschap. Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen van voeding en beweging werd beroep gedaan op de gegevens van 2004 en Voedselconsumptiepeiling De Nationale Voedselconsumptiepeiling (VCP) wordt net zoals de Gezondheidsenquête uitgevoerd door het WIV-ISP en heeft als algemene doestelling om een uitgebreid en gedetailleerd beeld te vormen van de voedselgezondheidsindicatoren. Concreet peilt de VCP naar de voedingsinname, de voedingsgewoonten en lichaamsbeweging van de Belgische populatie, alsook naar het voedingsbeleid en de voedselveiligheid in België. De eerste versie van de VCP werd uitgevoerd in 2004, gevolgd door een tweede in De doelgroep van de VCP 2004 waren inwoners uit België met een leeftijd van 15 jaar en ouder, bij de VCP 2014 bestond de doelgroep uit 3- tot 64-jarigen. De opdrachtgevers van de VCP zijn de Federale Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen werd zowel beroep gedaan op de VCP van 2004 als van Steunpunt Sport Het Steunpunt Sport is een kenniscentrum inzake fysieke activiteit, sportparticipatie en fysieke fitheid. Het Steunpunt Sport is een initiatief van de Vlaamse overheid en valt onder de voogdij van Vlaams Minister van Sport. Binnen het steunpunt wordt er onder meer longitudinaal onderzoek gevoerd naar fysieke activiteit, sportparticipatie, fysieke fitheid en de algemene gezondheid van de Vlaamse bevolking. Er werden reeds drie generaties Steunpunten met sport als onderzoekthema opgericht: het Steunpunt Sport, Bewegen en Gezondheid ( ), het Steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport ( ) en het autonoom Steunpunt Sport ( ). Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen werd zowel beroep gedaan op gegevens van de steunpunten van de eerste ( ) als de derde generatie ( ). Het steunpunt van de eerste generatie verzamelde gegevens bij Vlamingen tussen 18 en 65 jaar, het steunpunt van de derde generatie verzamelde gegevens bij Vlamingen tussen 28 en 83 jaar. Participatiesurvey De Vlaamse Participatiesurvey heeft als doel om het participatiegedrag, de voornaamste drempels, en de attitudes rond participatie en aanbod gedetailleerd in kaart te brengen voor de domeinen sport, jeugd, kunsten en erfgoed, sociaal-cultureel werk en mediagebruik. Hiermee wil de Participatiesurvey gedetailleerde domeinspecifieke informatie aanleveren als basis voor transversaal en interdisciplinair onderzoek naar participatie en vrijetijdsbesteding in Vlaanderen. Er zijn reeds drie participatiesurveys georganiseerd: in 2003 (louter thema cultuur), 2009 en Voor de realisatie van de laatste Participatiesurvey uit 2014 bundelden de onderzoeksteams van de Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek Cultuur, Jeugd, Sport en Media hun krachten. Deze vier steunpunten ressorteren allen onder het Steunpuntenprogramma van de Vlaamse Overheid. Voor de huidige evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen werd enkel beroep gedaan op de gegevens van 2014, waarbij gegevens werden verzameld bij Vlamingen met een leeftijd ouder dan 15 jaar. Jongeren en Gezondheid De studie Jongeren en Gezondheid maakt deel uit van de internationale studie Health Behaviour in School-Aged Children (HBSC), uitgevoerd onder toezicht van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). In Vlaanderen wordt deze studie uitgevoerd door de Vakgroep Maatschappelijke Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

8 Gezondheidkunde aan de UGent en gefinancierd door het Agentschap Zorg en Gezondheid van de Vlaamse Overheid. Vlaanderen nam voor de eerste keer deel aan de studie bij de derde enquête in , de laatste versie dateert van Op Vlaams niveau beschikt men momenteel over data van negen onderzoeksronden. Het doel van de studie Jongeren en Gezondheid is meer inzicht te krijgen in gezondheidsgerelateerde attitudes en gedragingen van jongeren van 10 tot en met 18 jaar en de omgeving waarin zij ontwikkelen. De thema s die bestudeerd worden zijn leefstijlthema s (zoals voeding, roken, alcoholgebruik, druggebruik, seksualiteit, fysieke activiteit), subjectieve gezondheid en psychisch welzijn, en de omgeving van de jongere (gezin, school en buurt). Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen werd beroep gedaan op de onderzoeksronden van 2002, 2006 en Voedingsprofiel van de Vlaamse Kleuter De Vakgroep Maatschappelijke Gezondheidkunde van de UGent deed onder supervisie van Prof. Dr. S. De Henauw en in samenwerking met het Nutrition Information Center en de Vlaamse Vereniging Kindergeneeskunde een grootschalig onderzoek naar het voedingspatroon van de Vlaamse kleuters (2,5 tot 6,5 jaar) tijdens de periode Het onderzoek was er vooral op gericht om de voedingsgewoonten bij kleuters in kaart te brengen en te toetsen aan de toenmalige aanbevelingen. De bedoeling was daarbij eventuele knelpunten in het voedingspatroon van kleuters te identificeren en op basis daarvan gerichte adviezen te verstrekken ten behoeve van de gezondheidswerkers, de verschillende beleidsverantwoordelijken en het brede publiek. Kind en Gezin Jaarlijks publiceert Kind en Gezin het rapport Het kind in Vlaanderen [3]. Het rapport schetst een kwantitatief portret van kinderen in Vlaanderen. Statistische gegevens uit diverse bronnen worden samengebracht om een zo goed mogelijk beeld te geven van de toestand van de kinderen en hun leefwereld. De doelstelling van het rapport is een stevige, wetenschappelijk onderbouwde basis aanbieden voor het beleid met betrekking tot kinderen in Vlaanderen. Het rapport bevat demografische gegevens en cijfers over de gezinssituatie, de opvoedingsmilieus, de gezondheid en leefstijl van kinderen van 0 tot 12 jaar. Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen werd beroep gedaan op de rapporten van 2004 en LEEFTIJDSGROEPEN Strategieën voor het bevorderen en aanleren van evenwichtig eten en voldoende bewegen, moeten aangepast worden aan elke leeftijdsfase. Daarom werden de subdoelstellingen in het oorspronkelijke ontwerp van de gezondheidsdoelstellingen opgesplitst in volgende leeftijdsgroepen op basis van de beschikbare onderzoeksgegevens: kleuters (3- tot 5-jarigen), 12- tot 14-jarigen, 15- tot 18-jarigen, volwassenen en ouderen (60-plussers). De leeftijdsgroep van 6- tot 11-jarigen werd niet opgenomen omwille van een gebrek aan bruikbare gegevens op populatieniveau omtrent voeding en beweging bij deze doelgroep. Bij ouderen werd er niet gekozen voor de gebruikelijke leeftijdsdrempel van 65 jaar (65-plussers), aangezien de inventarisatie van de databanken aantoonde dat de beschikbaarheid van gegevens omtrent voeding en beweging voor 65-plussers te beperkt was. Uiteindelijk werd de groep van 60- tot 64-jarigen als aparte doelgroep opgenomen bij de evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen. Tevens werd de analyse van de gezondheidsdoelstellingen steeds opgesplitst volgens geslacht, met uitzondering van de leeftijdsgroep van de kleuters. De leeftijdsgroepen in het uiteindelijke evaluatietraject werden als volgt opgedeeld: Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

9 Leeftijdsgroepen evaluatietraject Kleuters Adolescenten 3- tot 5-jarigen 12- tot 14-jarigen 15- tot 18-jarigen Volwassenen 19- tot 59-jarigen 60- tot 64-jarigen 3. Gezondheidsdoelstellingen voor Lichaamsbeweging 3.1 ACHTERGROND Er werden subdoelstellingen geformuleerd voor fysieke activiteit en voor sedentair gedrag. Fysieke activiteit en sedentair gedrag werden opgenomen als doelstelling bij adolescenten en volwassenen, voor kleuters en kinderen waren onvoldoende bruikbare data voorhanden om een betekenisvolle evaluatie te maken Fysieke activiteit De WHO definieert fysieke activiteit of lichaamsbeweging als elke lichamelijke beweging geproduceerd door skeletspieren, die resulteert in energieverbruik boven het rustmetabolisme. Fysieke activiteit is dus een breder begrip dan louter deelname aan sportactiviteiten, het omvat eveneens activiteiten op het werk, huishoudelijke taken, actieve verplaatsingen en activiteiten tijdens de vrije tijd. Het gebrek aan fysieke activiteit vormt wereldwijd de vierde grootste risicofactor voor overlijden. Volgens de WHO kunnen 5,5% van het jaarlijkse aantal overlijdens toegekend worden aan het tekort aan fysieke activiteit [4]. Bij volwassenen is regelmatige fysieke activiteit gunstig geassocieerd met een verlaagd risico op hart- en vaatziekten, diabetes, borst- en darmkanker en depressie [5]. Bovendien hebben personen die voldoende fysiek actief zijn een beter cardiopulmonaal uithoudingsvermogen, een gezonder lichaamsgewicht en een gezondere lichaamssamenstelling [6]. Bij adolescenten draagt regelmatige fysieke activiteit bij tot de groei en ontwikkeling van het bewegingsapparaat (beenderen, spieren en gewrichten) en het hart- en vaatstelsel. Daarnaast zorgt het voor het behoud van een gezond lichaamsgewicht en een verbeterde motorische ontwikkeling. Ook vanuit psychologisch standpunt zou regelmatige fysieke activiteit voordelig zijn omwille van een verhoogd algemeen welzijn en sociaal functioneren, en een verminderd risico op angststoornissen en depressie [7]. Fysieke activiteit is een complex gedrag en kan onder meer uitgedrukt en gemeten worden in functie van de duur, de frequentie en de intensiteit van de activiteiten. De intensiteit wordt in het algemeen onderverdeeld volgens lichte, matige en zwaar intensieve activiteiten en wordt meestal uitgedrukt als veelvoud van het rustmetabolisme of MET-waarde. Licht intensieve activiteiten zijn activiteiten zoals staan, de afwas doen en traag wandelen (MET-waarde tussen 1,5 en 3,0). Activiteiten aan matige intensiteit zijn onder andere wandelen, fietsen, tuinieren, een bed opmaken en poetsen (MET-waarde tussen 3,0 en 5,9). Vanaf matige activiteiten verhoogt de hartslag en versnelt de ademhaling. Activiteiten aan zware intensiteit zijn inspanningen waarbij men buiten adem geraakt en gaat zweten, zoals joggen, mountainbiken, meubilair verhuizen en voetballen (MET-waarde vanaf 6,0 en meer) [8]. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

10 3.1.2 Sedentair gedrag Sedentair gedrag omvat alle activiteiten die men uitvoert in zittende of liggende houding én gekenmerkt worden door een laag energieverbruik. De slaaptijd valt hier echter niet onder. Het energieverbruik bij sedentair gedrag komt overeen met een MET-waarde tussen 1,0 en 1,5. Voorbeelden van sedentaire activiteiten zijn tv-kijken, computeren, tabletgebruik, zitten op school, op het werk of in de auto. Sedentair gedrag en fysieke activiteit zijn onafhankelijke gezondheidsthema s aangezien ze elk beïnvloed worden door andere factoren. Beide gezondheidsthema s zijn dus geen tegengestelden; personen die voldoende fysiek actief zijn kunnen tegelijkertijd ook veel zitten en omgekeerd [9]. Bij adolescenten is aangetoond dat zij die meer tijd besteden aan totaal sedentair gedrag en meer schermtijd vertonen vaker te kampen hebben met overgewicht en obesitas. Het verband tussen de tijd gespendeerd aan tv-kijken en overgewicht is bij adolescenten echter nog onduidelijk. Maar, meer tvkijken is tijdens de adolescentie blijkt wel een voorspeller van de ontwikkeling van overgewicht op volwassen leeftijd. Voor totaal sedentair gedrag is er een verband aangetoond met vetweefsel en aspecten van psychosociaal functioneren van adolescenten. Er is bij adolescenten geen verband (of nog onvoldoende bewijs) vastgesteld tussen sedentair gedrag en de systolische bloeddruk, de heupomtrek, het gehalte bloedlipiden, HDL, glycemie en insulinemarkers, cardiovasculaire aandoeningen en indicatoren van angst en depressie. Voor schermtijd werd er een verband vastgesteld met cardiorespiratoire en musculaire fitheid, weliswaar enkel bij meisjes. Specifiek voor tv-kijken werd er verband vastgesteld met systolische bloeddruk, cholesterolgehalte, cardiovasculaire fitheid, musculoskeletale fitheid en psychosociaal functioneren [9,10,11,12,13]. Bij volwassenen blijkt er geen duidelijk verband tussen totaal sedentair gedrag, overgewicht en obesitas. Er is wel een positief verband aangetoond tussen meer schermtijd en een hogere Body Mass Index. Volwassenen met meer totaal sedentair gedrag hebben een hogere algemene mortaliteit en meer kans op het metabool syndroom evenals risicofactoren van het metabool syndroom, diabetes type 2, cardiovasculaire aandoeningen, bepaalde kankers en depressie. Schermtijd bij volwassenen is geassocieerd met een verhoogde kans op cardiovasculaire aandoeningen en overgewicht en obesitas. Tv-kijken is specifiek geassocieerd met verhoogde algemene mortaliteit, diabetes type 2, darm- en endometriumkanker en cardiovasculaire aandoeningen. Sedentair gedrag is een relatief jong gezondheidsthema waardoor er momenteel nog heel wat onduidelijkheid bestaat over dosis-respons relatie. Om diezelfde reden zijn er nog geen eenduidige internationale aanbeveling voor sedentair gedrag voorhanden [9,10,14,15,16]. Overigens is de definitie van sedentair gedrag de voorbije jaren veranderd omwille van nieuwe inzichten binnen dit gezondheidsthema. De huidige definitie en geldende meetmeetmethoden van sedentair gedrag verschillen dan ook van de definitie en meetmethoden die oorspronkelijk werd opgenomen in het Vlaams Actieplan Voeding en Beweging. 3.2 ADOLESCENTEN Gezondheidsdoelstelling fysieke activiteit Gezondheidsdoelstelling Tegen 2014 stijgt het percentage adolescente jongens en meisjes dat de aanbeveling haalt voor fysieke activiteit met 1. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

11 Aanbeveling Volgens de aanbeveling van de actieve voedingsdriehoek en de WHO moeten kinderen en adolescenten dagelijks minstens 60 minuten fysiek actief zijn aan matig tot zwaar intense activiteit [2]. Deze activiteitsaanbeveling impliceert dat kinderen en adolescenten op elke dag van de week de 60 minuten aanbeveling dienen te behalen om als voldoende fysiek actief te worden beschouwd [17]. Databanken Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij adolescenten werd gebruik gemaakt van gegevens van de Vlaamse studie Jongeren en Gezondheid, die deel uitmaakt van de internationale HBSC-studie. Voor de basismeting van fysieke activiteit bij adolescenten werd beroep gedaan op de Vlaamse onderzoeksronden van 2002 en 2006, waarbij het gemiddelde over beide onderzoeksronden als basismeting werd gebruikt. Voor de recente en dus vergelijkende meting werd gebruik gemaakt van de Vlaamse HBSC-gegevens van De adolescenten dienden aan te geven op hoeveel dagen van de voorbije week zij minstens 60 minuten fysieke actief waren aan matig tot zware intensiteit. Resultaten De analyse van de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij adolescenten werd opgesplitst volgens twee leeftijdscategorieën: 12- tot 14-jarigen en 15- tot 18-jarigen. Tabel 1. Aantal respondenten: fysieke activiteit bij adolescenten jaar jaar Jongens (n) Meisjes (n) Fysieke activiteit bij 12- tot 14-jarigen Bij de basismeting was het percentage van 12- tot 14-jarige jongens dat de activiteitsaanbeveling haalde 17,3%. In 2014 was dit percentage gestegen tot 19,1%. Deze stijging met 1,8% is echter onvoldoende voor het behalen van de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit. Het percentage van 12- tot 14-jarige meisjes dat bij de basismeting de activiteitsaanbeveling haalde was 8,5%. In 2014 was dit percentage met 4,3% gestegen tot 12,8%, een duidelijk positieve trend maar onvoldoende voor het bereiken van de beoogde 1 stijging. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

12 3 JONGENS 3 MEISJES 25% 15% 1 5% 17,3% 19,1% 25% 15% 1 5% 12,8% 8,5% Figuur 1. Evolutie van het percentage 12- tot 14-jarige jongens en meisjes dat de aanbeveling voor fysieke activiteit behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Fysieke activiteit bij 15- tot 18-jarigen De basismeting voor fysieke activiteit bij 15- tot 18-jarigen toonde aan dat 14,3% van de Vlaamse jongens de activiteitsaanbeveling behaalde. In de recente bevraging van 2014 was dit percentage gestegen tot 15,6%. De beperkte stijging van 1,3% is echter onvoldoende voor het behalen van de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit in deze doelgroep. Bij de meisjes behaalde 7,7% de richtlijn voor fysieke activiteit bij de basismeting. In 2014 daalde dit percentage tot 7,1%. Bij de 15- tot 18-jarige meisjes is dus nauwelijks een evolutie (-0,6%) in percentage dat de activiteitsaanbeveling haalt waar te nemen. De beoogde stijging van 1 werd niet bereikt. 3 JONGENS 3 MEISJES 25% 15% 1 5% 14,3% 15,6% 25% 15% 1 5% 7,7% 7,1% Figuur 2. Evolutie van het percentage 15- tot 18-jarige jongens en meisjes dat de aanbeveling voor fysieke activiteit behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Bespreking Ondanks de licht stijgende trend of status quo werd de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit voor geen enkele subgroep van adolescenten gehaald. De evolutie is enigszins positiever bij de 12- tot 14-jarigen in vergelijking met de 15- tot 18-jarige adolescenten. Vooral de stijging bij 12- tot 14-jarige meisjes is met 4,3% aanzienlijk. Deze laatste bevinding is hoopgevend aangezien uit de analyses blijkt dat minder meisjes de activiteitsaanbeveling halen ten opzichte van jongens in beide leeftijdsgroepen. Bij de 15- tot 18-jarigen is deze inhaalbeweging van meisjes echter niet waar te nemen. Verder blijkt Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

13 dat meer 12- tot 14-jarige adolescenten de 60 minuten aanbeveling behalen in vergelijking met de 15- tot 18-jarige adolescenten op beide evaluatiemomenten. De prevalentiepercentages van 2014 zijn beduidend verschillend van de recente cijfers van de VCP Uit de rapportering van de VCP 2014 bleek slechts 4,2% van de adolescente jongens en 0,5% van de meisjes (10-17 jaar) de activiteitsaanbeveling te behalen ten opzichte van 17,2% en 12,9% van de totale groep adolescenten in de huidige analyse van 2014 (12-18 jaar) [18]. Methodologische verschillen liggen vermoedelijk aan de basis van deze discrepantie. Vooreerst zijn de resultaten van de VCP 2014 gebaseerd op een objectieve meting van fysieke activiteit door middel van accelerometers terwijl de huidige HBSC-gegevens van 2014 steunen op zelfrapportering. Daarnaast is het geweten dat de gekozen drempelwaarde voor matige fysieke activiteit bij het gebruik van accelerometers een aanzienlijke invloed uitoefent op de uiteindelijke prevalentiecijfers. Het vergelijken van deze prevalentiepercentages dient daarom met de nodige voorzichtigheid te gebeuren. Een constante in beide studies is het relatief laag percentage van adolescenten dat de activiteitsaanbeveling behaalt. Dit heeft onder meer te maken met een strengere benadering van de aanbeveling van de actieve voedingsdriehoek en de WHO, waarbij niet wordt gekeken naar het behalen van gemiddeld 60 minuten aan matige tot zware intensiteit gespreid over zeven dagen maar eerder naar het behalen van 60 minuten MVPA op elke afzonderlijke dag van de week Gezondheidsdoelstelling sedentair gedrag Gezondheidsdoelstelling - Tegen 2014 daalt het percentage jongens en meisjes met een sedentaire leefstijl tijdens de adolescentie tot slechts 2%. - Tegen 2014 stijgt het percentage adolescente jongens en meisjes dat de aanbeveling voor schermtijd haalt met 1. Aanbeveling Tot op vandaag bestaat er geen internationale aanbeveling met betrekking tot algemeen sedentair gedrag bij jongeren, en bijgevolg geen afgebakende definitie van een sedentair adolescent. Omdat de oorspronkelijke gezondheidsdoelstelling voor sedentair gedrag echter uitging van laag energieverbruik en weinig fysieke activiteit (PAL of physical activity level), en wegens de beperkingen van de beschikbare gegevens, werd beslist om het percentage adolescenten te berekenen die aangaven dat ze geen enkele dag van de week minstens 60 minuten actief zijn aan matige tot zware intensiteit. Voor één specifiek domein van sedentair gedrag, namelijk de schermtijd, is er wel een Vlaamse (cfr. actieve voedingsdriehoek) en internationale aanbeveling voor jongeren voorhanden. Volgens deze aanbeveling dienen kinderen en adolescenten schermtijd te beperken tot een maximum van 2 uur per dag [19]. Databanken Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstelling rond sedentair gedrag bij adolescenten werd gebruik gemaakt van gegevens van de Vlaamse studie Jongeren en Gezondheid (HBSC). Omwille van de oorspronkelijke gezondheidsdoelstelling voor sedentair gedrag waarbij uitgegaan werd van een laag energieverbruik en weinig fysieke activiteit, werd de vraag over fysieke activiteit gebruikt om algemeen sedentair gedrag bij adolescenten na te gaan. Voor de basismeting van algemeen sedentair gedrag bij adolescenten werd beroep gedaan op de Vlaamse onderzoeksronden van 2002 en 2006, waarbij het Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

14 gemiddelde over beide onderzoeksronden als basismeting werd gebruikt. Voor de recente en dus vergelijkende meting werd gebruik gemaakt van de Vlaamse HBSC-gegevens van De jongeren dienden aan te geven op hoeveel dagen van de voorbije week zij minstens 60 minuten fysieke actief waren aan matig tot zware intensiteit. Voor de basismeting van schermtijd werden enkel de HBSC-gegevens van 2006 opgenomen aangezien één deelaspect van de schermtijd (het spelen van computerspelletjes) niet bevraagd werd in Voor de vergelijkende meting werd gebruik gemaakt van de HBSC-gegevens van De adolescenten dienden aan te geven hoeveel tijd ze gewoonlijk op week- en weekenddagen 1) gebruik maken van een computer om te surfen, en, chatten of huiswerk te maken; 2) naar televisie, video s of DVD s kijken; en 3) spenderen aan het spelen van spelletjes op een computer of spelconsole. Resultaten De analyse van de gezondheidsdoelstellingen voor sedentair gedrag bij adolescenten werd opgesplitst volgens twee leeftijdscategorieën: 12- tot 14-jarigen en 15- tot 18-jarigen. Het aantal respondenten voor algemeen sedentair gedrag is identiek als voor fysieke activiteit bij adolescenten (Hoofdstuk 3.2.1). De aantallen voor schermtijd zijn weergegeven in onderstaande tabel. Tabel 2. Aantal respondenten: schermtijd bij adolescenten jaar jaar Jongens (n) Meisjes (n) Sedentair gedrag bij 12- tot 14-jarigen Bij de basismeting was het percentage 12- tot 14-jarige jongens met een sedentaire leefstijl 6,3% (interpretatie volgens de beperkingen van de beschikbare data) ten opzichte van 3, in Het percentage meisjes met en sedentaire leefstijl daalde van 6,3% bij de basismeting tot 3.9% in Een daling van 3,3% bij de jongens en 2,4% bij de meisjes is onvoldoende voor het behalen van de vooropgestelde gezondheidsdoelstelling van slechts 2% adolescenten met een sedentaire leefstijl in JONGENS MEISJES Sedentaire leefstijl (%) 15% 1 5% 6,3% 3, Sedentaire leefstijl (%) 15% 1 5% 6,3% 3,9% Figuur 3. Evolutie van het percentage 12- tot 14-jarige jongens en meisjes met een sedentaire leefstijl in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

15 Het percentage 12- tot 14-jarige jongens dat de aanbeveling voor schermtijd behaalt bleef met 7,1% in 2004 en 7,5% in 2014 ongeveer gelijk over de evaluatieperiode. Bij 12- tot 14-jarige meisjes is er een lichte daling waar te nemen in het percentage dat de aanbeveling haalt van 10,3% bij de basismeting tot 8,6% bij de vergelijkende meting. In beide geslachten wordt de gezondheidsdoelstelling voor schermtijd bij 12- tot 14-jarigen niet gehaald. 3 JONGENS 3 MEISJES 1 7,1% 7,5% 1 10,3% 8,6% Figuur 4. Evolutie van het percentage 12- tot 14-jarige jongens en meisjes dat de aanbeveling voor schermtijd behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Sedentair gedrag bij 15- tot 18-jarigen Bij de basismeting was het percentage 15- tot 18-jarige jongens met een sedentaire leefstijl 8,9% (interpretatie volgens de beperkingen van de beschikbare data) tegenover 6,1% in 2014, wat neerkomt op een daling van 2,8%. Bij meisjes daalde het percentage respondenten met een sedentaire leefstijl met 3,2%, van 11,2% bij de basismeting naar 8, in Ondanks de positieve evolutie werd de gezondheidsdoelstelling van slechts 2% in 2014 niet bereikt voor deze leeftijdsgroep. JONGENS MEISJES Sedentaire leefstijl (%) 15% 1 5% 8,9% 6,1% Sedentaire leefstijl (%) 15% 1 5% 11,2% 8, Figuur 5. Evolutie van het percentage 15- tot 18-jarige jongens en meisjes met een sedentaire leefstijl in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

16 Het percentage 15- tot 18-jarige jongens dat de aanbeveling voor schermtijd behaalt bedroeg 8,4% bij de basismeting ten opzichte van 6,5% bij de vergelijkende meting. Ook voor meisjes is er een negatieve evolutie waar te nemen met 11,9% bij de basismeting tegenover 7, in Met een daling van respectievelijk 1,9% en 4,9% van de jongens en meisjes dat de aanbeveling voor schermtijd behaald werd de gezondheidsdoelstelling voor schermtijd duidelijk niet bereikt. 3 JONGENS 3 MEISJES 1 8,4% 6,5% 1 11,9% 7, Figuur 6. Evolutie van het percentage 15- tot 18-jarige jongens en meisjes dat de aanbeveling voor schermtijd behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Bespreking Bovenstaande resultaten duiden op een positieve evolutie in het totale sedentair gedrag bij Vlaamse jongeren tijdens de afgelopen 10 jaar (interpretatie van het begrip sedentair volgens de beperkingen van de beschikbare data). De daling in sedentair gedrag bleek echter onvoldoende voor het behalen van de beoogde gezondheidsdoelstelling van slechts 2% Vlaamse adolescenten met een sedentaire leefstijl. De resultaten voor schermtijd geven meteen een gedeeltelijke verklaring voor het niet behalen van de gezondheidsdoelstelling. Voor dit specifieke domein van sedentair gedrag nemen we namelijk een daling waar van het percentage jongeren dat de gezondheidsaanbeveling van maximaal 2 uur schermtijd per dag behaalt. Meer dan waarschijnlijk kan deze vaststelling verklaard worden door de almaar stijgende digitalisering en de enorme toename in het aanbod van schermactiviteiten voor jongeren tijdens het voorbije decennium. Als we kijken naar de verschillende subgroepen dan zien we dat het percentage adolescenten met een sedentaire leefstijl hoger ligt bij de 15- tot 18-jarigen in vergelijking met de 12- tot 14-jarigen. Verder zien we ook dat er in 2014 een - weliswaar beperkt - verschil waar te nemen is tussen de geslachten, waarbij er iets meer meisjes een sedentaire leefstijl op nahielden in vergelijking met jongens. De evolutie van zowel algemeen sedentair gedrag als schermtijd over de evaluatieperiode van 10 jaar is gelijklopend voor de beide geslachten en leeftijdsgroepen, enkel bij de 12- tot 14-jarige jongens zien we dat het percentage dat de aanbeveling voor schermtijd behaalt ongeveer status quo is gebleven. Uit een bijkomende analyse voor schermtijd blijkt overigens dat beduidend meer adolescenten de aanbeveling behalen op weekdagen (14,6%) ten opzichte van weekenddagen (7,) en dit in beide geslachten en beide leeftijdsgroepen. Uit de resultaten van de recente VCP 2014 blijkt dat 10- tot 17-jarige adolescenten gemiddeld 8 uur en 44 minuten per dag spenderen aan sedentaire activiteiten. Omwille van het verschil in definiëring van Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

17 algemeen sedentair gedrag, het verschil in methodologie, en het verschil in gemeten parameters is het echter niet mogelijk om onze resultaten rechtsreeks te vergelijken met deze van de VCP 2014, maar desondanks zijn er enkele tendensen vast te stellen. Zo stelde men bij de VCP 2014 eveneens vast dat de mate van sedentair gedrag beduidend hoger lag bij oudere (14-17 jaar) ten opzichte van jongere (10-13 jaar) adolescenten en dat meisjes gemiddeld meer tijd aan sedentair gedrag spendeerden ten opzichte van jongens. Ook het percentage adolescenten dat de aanbeveling voor schermtijd behaalde in de VCP lag beduidend lagen op weekdagen ten opzichte van weekenddagen [18]. 3.3 VOLWASSENEN Gezondheidsdoelstelling fysieke activiteit Gezondheidsdoelstelling Tegen 2014 stijgt het percentage mannen en vrouwen dat de aanbeveling behaalt voor fysieke activiteit met 1. Aanbeveling De gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij volwassenen werd geëvalueerd aan de hand van twee verschillende aanbevelingen: de oorspronkelijke aanbeveling die vooropgesteld werd bij het formuleren van de gezondheidsdoelstellingen en de aanbeveling van het WHO. Volgens de oorspronkelijke aanbeveling moeten volwassenen minstens vijf dagen van de week minimaal 30 minuten bewegen aan matige intensiteit of drie dagen per week gedurende minstens 20 minuten aan zware intensiteit (of een equivalente combinatie van matige en zware intensiteit). De aanbeveling van de WHO luidt dat volwassenen wekelijks minstens 150 minuten aan matige intensiteit moeten bewegen of wekelijks 75 minuten aan zware intensiteit [17]. Deze laatste aanbeveling van het WHO wordt ook overwogen voor de actualisatie van de actieve voedingsdriehoek. Databanken Voor de evaluatie van de gezondheidsdoelstellingen voor fysieke activiteit bij volwassenen werd gebruik gemaakt van gegevens uit verschillende grootschalige databanken die de International Physical Activity Questionnaire (IPAQ) gebruiken als basis voor hun bevraging over fysieke activiteit. Uit de IPAQ-bevraging kan worden afgeleid hoeveel dagen per week een respondent actief was aan matige en zware intensiteit gedurende de voorbije zeven dagen en hoeveel tijd men besteed heeft aan matige en zware intensiteit. Het deelaspect wandelen werd niet opgenomen als deel van matige fysieke activiteit omdat dit IPAQ-item niet consistent bevraagd werd over de verschillende studies. Voor de baselinewaarden werden de IPAQ-gegevens gebruikt van de VCP 2004; de Gezondheidsenquête 2004; en het Steunpunt Sport, Bewegen en Gezondheid Voor de vergelijkende meting van 2014 werden de IPAQ-gegevens gebruikt van de Gezondheidsenquête 2014; de Vlaamse Participatiesurvey 2014; en het Steunpunt Sport Resultaten De analyse van de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij volwassenen werd opgesplitst volgens twee leeftijdscategorieën: 19- tot 59-jarigen en 60- tot 64-jarigen. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

18 Tabel 3. Aantal respondenten: fysieke activiteit volwassenen jaar jaar Mannen (n) Vrouwen (n) Fysieke activiteit bij 19- tot 59-jarigen Bij de basismeting was het percentage volwassen mannen dat de oorspronkelijke aanbeveling voor fysieke activiteit behaalde 35,4%. Bij de vergelijkende meting in 2014 was dit percentage gestegen tot 48,8%. Met deze stijging van 13,4% werd de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij 19- tot 59-jarige mannen behaald. Bij de vrouwen behaalde 23,9% de activiteitsaanbeveling bij de basismeting ten opzichte van 31,6% bij de vergelijkende meting in Deze positieve evolutie (+ 7,7%) was echter onvoldoende voor het behalen van de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij de vrouwen. MANNEN VROUWEN ,4% 48,8% ,9% 31,6% Figuur 7. Evolutie van het percentage 19- tot 59-jarige mannen en vrouwen dat de oorspronkelijke aanbeveling voor fysieke activiteit behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Wanneer we fysieke activiteit evalueren aan de hand van de meer recente WHO-aanbeveling dan krijgen we een licht ander beeld. Bij de mannen zien we een evolutie van 60,4% in 2004 naar 68,3% in Bij de vrouwen zien we een evolutie van 44,6% in 2004 naar 48,3% in Deze stijging van respectievelijk 7,9% en 3,7% is echter onvoldoende voor het behalen van de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij 19- tot 59-jarigen. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

19 8 MANNEN 8 VROUWEN ,3% 60,4% ,6% 48,3% Figuur 8. Evolutie van het percentage 19- tot 59-jarige mannen en vrouwen dat de WHO-aanbeveling voor fysieke activiteit behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Fysieke activiteit bij 60- tot 64-jarigen Ook bij de oudere volwassenen is er steeds een positieve evolutie vast te stellen. Wanneer we fysieke activiteit evalueren aan de hand van de oorspronkelijke aanbeveling dan zien we een stijging (+ 7,) van het aantal 60- tot 64-jarige mannen dat de aanbeveling haalt van 31,1% bij de basismeting tot 38,3% bij de vergelijkende meting. Bij vrouwen zien we een evolutie van 21, bij de basismeting naar 24, in 2014, wat neerkomt op een stijging van 3,. In beide geslachten is deze stijging onvoldoende voor het behalen van de gezondheidsdoelstelling. 6 MANNEN 6 VROUWEN ,3% 38,3% , 24, Figuur 9. Evolutie van het percentage 60- tot 64-jarige mannen en vrouwen dat de oorspronkelijke aanbeveling voor fysieke activiteit behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Als we de WHO-aanbeveling hanteren zien we een evolutie van 60- tot 64-jarige mannen dat de aanbeveling behaalt van 58,1% bij de basismeting tot 66,5% bij de vergelijkende meting. Bij de vrouwen stijgt het percentage van 43,8% in 2004 naar 49,2% in Zowel voor mannen als voor vrouwen is deze stijging van respectievelijk 8,4% en 5,4% onvoldoende voor het behalen van de gezondheidsdoelstelling van fysieke activiteit. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

20 8 MANNEN 8 VROUWEN ,5% 58,1% ,2% 43,8% Figuur 10. Evolutie van het percentage 60- tot 64-jarige mannen en vrouwen dat de WHO-aanbeveling voor fysieke activiteit behaalt in vergelijking met de gezondheidsdoelstelling. Bespreking Er is een positieve evolutie waar te nemen in het percentage volwassenen dat de aanbeveling voor fysieke activiteit behaalt. Alle subgroepen doen een stap vooruit, onafhankelijk van de gehanteerde aanbeveling. Echter, met een stijging van 13,4% werd de gezondheidsdoestelling voor fysieke activiteit enkel bereikt bij de groep van 19- tot 59-jarige mannen wanneer de oorspronkelijke aanbeveling gehanteerd werd. De stijgende prevalentiecijfers tonen aan dat er positieve resultaten zijn boekt met het beleid op Vlaams niveau. Wanneer we kijken naar geslachtsverschillen dan zien we dat op beide meetmomenten en zowel bij de 19- tot 59-jarige als bij de 60- tot 64-jarige volwassenen aanzienlijk meer mannen de aanbeveling behalen in vergelijking met de vrouwen. Bovendien is stijging in fysieke activiteit over de evaluatieperiode van tien jaar steeds meer uitgesproken bij mannen in vergelijking met vrouwen. Verder zien we dat de prevalentiecijfers van de 60- tot 64-jarigen over het algemeen lager liggen ten opzichte van de 19- tot 59-jarigen. Gezien de eerder beperkte steekproefomvang bij de 60- tot 64- jarigen in 2014 lijkt het ons echter aangewezen om de nodige voorzichtigheid aan de dag leggen bij de interpretatie van de resultaten van deze leeftijdsgroep. Een bijkomende vaststelling is de invloed van de gehanteerde aanbeveling op de prevalentiecijfers van fysieke activiteit. De meer recente WHO-aanbeveling voor fysieke activiteit is duidelijk minder streng dan de oorspronkelijke aanbeveling, in die zin dat beduidend meer volwassenen de richtlijn behalen bij de WHO-aanbeveling ondanks het feit dat dezelfde proefgroep geëvalueerd werd. De evolutie in prevalentiecijfer over de tijd aan de hand van de huidige gegevens verschilt enigszins van de evolutie die gerapporteerd werd in de Gezondheidsenquête van In 2004 rapporteerde de Gezondheidsenquête een prevalentiecijfer op Vlaams niveau van 41% bij de 15- tot 75-jarigen, waarna het percentage steeg tot 45% in 2008, om daarna terug te dalen tot 4 in In tegenstelling tot de huidige resultaten (stijging van 10,9% bij de 19- tot 59-jarigen bij de oorspronkelijke aanbeveling) is er bij de Gezondheidsenquête geen positieve evolutie waar te nemen over de evaluatieperiode van ongeveer tien jaar. Een belangrijke nuance hierbij is dat het leeftijdsbereik bij de gezondheidsenquête (15 tot 75-jarigen) niet gelijkloopt met het leeftijdsbereik van de gezondheidsdoelstellingen. Daarnaast zijn er ook enkele methodologische verschillen in berekeningswijze van het prevalentiecijfer. De prevalentiecijfers van de recente VCP 2014 zijn niet vergelijkbaar met de huidige cijfers omwille van een verschillende definiëring van matige tot zware Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

21 fysieke activiteit in de VCP. In de VCP werd ook de totale tijd gespendeerd aan wandelen (alle intensiteiten) opgenomen, wat tot een overschatting van de prevalentiecijfers leidt Gezondheidsdoelstelling sedentair gedrag Gezondheidsdoelstelling Tegen 2014 daalt het percentage mannen en vrouwen met een sedentaire leefstijl met 1. Aanbeveling Net zoals bij adolescenten bestaat er voor volwassenen tot op vandaag geen éénduidige aanbeveling met betrekking tot algemeen sedentair gedrag, en bijgevolg geen afgebakende definitie van een sedentair volwassene. Omdat de oorspronkelijke gezondheidsdoelstelling voor sedentair gedrag echter uitging van laag energieverbruik (PAL of physical activity level), en wegens de beperkingen van de beschikbare gegevens, werd beslist om een sedentaire drempel te bepalen ter hoogte van het onderste tertiel in activiteitsniveau bij de basismeting. Het activiteitsniveau van de 33% minst actieve volwassenen correspondeerde met een maximum van 60 minuten fysieke activiteit per week aan matige tot zware intensiteit. Respondenten die minder dan 60 minuten actief waren op weekbasis werden aanzien als personen met een sedentaire leefstijl. Databanken Omwille van de oorspronkelijke gezondheidsdoelstelling voor sedentair gedrag, waarbij uitgegaan werd van een laag energieverbruik, werd een vraagstelling over fysieke activiteit gebruikt om algemeen sedentair gedrag bij volwassenen in kaart te brengen. Dezelfde gegevens werden gebruikt als bij de gezondheidsdoelstelling voor fysieke activiteit bij volwassenen (cfr. sectie 3.3.1). Voor de basismeting werden de IPAQ-gegevens gebruikt van de VCP 2004; de Gezondheidsenquête 2004; en het Steunpunt Beleidsrelevant Onderzoek Sport, Bewegen en Gezondheid Bij de vergelijkende meting werd gebruikt gemaakt van de IPAQ-gegevens van de Gezondheidsenquête 2014; de Vlaamse Participatiesurvey 2014; en het Vlaamse Steunpunt Sport Resultaten De analyse van de gezondheidsdoelstelling voor sedentair gedrag bij volwassenen werd opgesplitst volgens twee leeftijdscategorieën: 19- tot 59-jarigen en 60- tot 64-jarigen. Tabel 4. Aantal respondenten: sedentair gedrag volwassenen jaar jaar Mannen (n) Vrouwen (n) Sedentair gedrag bij 19- tot 59-jarigen Bij de basismeting was het percentage 19- tot 59-jarige mannen met een sedentaire leefstijl 28,1% tegenover 21,1% bij de vergelijkende meting van 2014 (interpretatie volgens de beperkingen van de beschikbare data). Ondanks de positieve evolutie is deze daling van 7, onvoldoende voor het behalen van de vooropgestelde gezondheidsdoelstelling. Gezondheidsdoelstellingen Voeding en Beweging /61

EVALUATIE GEZONDHEIDS DOELSTELLINGEN

EVALUATIE GEZONDHEIDS DOELSTELLINGEN EVALUATIE GEZONDHEIDS DOELSTELLINGEN TABAK ILLEGALE DRUGS 1 15 jaar: percentage rokers niet hoger dan 11% 2005 14,4% 2015 11,3% 7 17 jaar: percentage dat ooit cannabis of een andere illegale drug heeft

Nadere informatie

8.1 BIJLAGE HOOFDSTUK GEZONDHEIDSDOELSTELLING EN VOEDING & BEWEGING

8.1 BIJLAGE HOOFDSTUK GEZONDHEIDSDOELSTELLING EN VOEDING & BEWEGING 8 Bijlagen 8.1 BIJLAGE HOOFDSTUK GEZONDHEIDSDOELSTELLING EN VOEDING & BEWEGING 8.1.1 Actoren De projecthouders van het evaluatietraject van de gezondheidsdoelstellingen voeding en beweging zijn drie Vlaamse

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014: Fysieke activiteit en vrije tijd

Jongeren en Gezondheid 2014: Fysieke activiteit en vrije tijd Jongeren en Gezondheid 4: Fysieke activiteit en vrije tijd Inleiding Adolescenten worden aanbevolen dagelijks minimum 6 minuten te bewegen aan een matige tot zware intensiteit []. Daarnaast wordt het aangeraden

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

HOE GEZOND IS DE VLAMING? PERSCONFERENTIE, 12/12/2016 Brussel

HOE GEZOND IS DE VLAMING? PERSCONFERENTIE, 12/12/2016 Brussel HOE GEZOND IS DE VLAMING? PERSCONFERENTIE, 12/12/2016 Brussel AGENDA Context Bevraging burger Omgevingsanalyse Beleidsevaluatie Vraag & antwoord AGENDA Context Bevraging burger Omgevingsanalyse Beleidsevaluatie

Nadere informatie

VOEDING & BEWEGING DOELSTELLING & AANPAK. Dr. V. Stevens Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie. Gezondheidsconferentie 08

VOEDING & BEWEGING DOELSTELLING & AANPAK. Dr. V. Stevens Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie. Gezondheidsconferentie 08 VOEDING & BEWEGING DOELSTELLING & AANPAK Dr. V. Stevens Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie Gezondheidsconferentie 08 1. DE NIEUWE GEZONDHEIDSDOELSTELLING VOEDING & BEWEGING HOOFDDOELSTELLING Het

Nadere informatie

BEWEGEN IN NEDERLAND 2000-2010

BEWEGEN IN NEDERLAND 2000-2010 R E S U LTAT E N T N O - M O N I TO R B E W EG E N E N G E ZO N D H E I D BEWEGEN IN NEDERLAND 2000-2010 Sinds 2000 meet de TNO-Monitor Bewegen en Gezondheid trends in het beweeggedrag van de Nederlandse

Nadere informatie

Bewegen in Nederland 2000-2010

Bewegen in Nederland 2000-2010 R e s u ltaten tno - M on i tor B ewegen en G ezond h e i d Bewegen in Nederland 2000-2010 Sinds 2000 meet de TNO-Monitor Bewegen en Gezondheid trends in het beweeggedrag van de Nederlandse bevolking om

Nadere informatie

VOEDSELCONSUMPTIEPEILING

VOEDSELCONSUMPTIEPEILING VOEDSELCONSUMPTIEPEILING 2014-2015 1 RAPPORT 3: LICHAAMSBEWEGING EN SEDENTAIR GEDRAG Voedselconsumptiepeilling 2014-2015 Rapport 3: Lichaamsbeweging en sedentair gedrag De opdrachtgevers voor de Voedselconsumptiepeiling

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie

Inleiding. Johan Van der Heyden

Inleiding. Johan Van der Heyden Inleiding Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

Inleiding. Bespreking pagina 1

Inleiding. Bespreking pagina 1 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van het vijfde leerjaar lager onderwijs tot het zevende

Nadere informatie

Gezondheid en (psycho)somatische klachten bij adolescenten in Vlaanderen 2014

Gezondheid en (psycho)somatische klachten bij adolescenten in Vlaanderen 2014 Gezondheid en (psycho)somatische klachten bij adolescenten in Vlaanderen 214 Inleiding Gezondheid in de internationale HBSC (Health Behaviour in School-aged Children) studie en in de Wereldgezondheidsorganisatie

Nadere informatie

CONTEXT DE GEZONDHEIDSCONFERENTIE ALS MIJLPAAL IN HET TRAJECT NAAR HET TOEKOMSTIGE PREVENTIEBELEID Kim Oostvogels, projectleider Möbius

CONTEXT DE GEZONDHEIDSCONFERENTIE ALS MIJLPAAL IN HET TRAJECT NAAR HET TOEKOMSTIGE PREVENTIEBELEID Kim Oostvogels, projectleider Möbius CONTEXT DE GEZONDHEIDSCONFERENTIE ALS MIJLPAAL IN HET TRAJECT NAAR HET TOEKOMSTIGE PREVENTIEBELEID Kim Oostvogels, projectleider Möbius MÖBIUS KENNISMAKING Bruggenbouwer Maatschappelijke impact Uitzonderlijke

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Doelstelling 1

Doelstelling 1 6.2. De Vlaamse Gezondheidsdoelstellingen 1998-2002 Om het preventief gezondheidsbeleid en acties hieromtrent in de Vlaamse Gemeenschap te oriënteren, werden door de Vlaamse overheid vijf gezondheidsdoelstellingen

Nadere informatie

BEWEGEN IN NEDERLAND

BEWEGEN IN NEDERLAND BEWEGEN IN NEDERLAND 2000-2012 Sinds 2000 meet de TNO-Monitor Bewegen en Gezondheid trends in het beweeggedrag van de Nederlandse bevolking om het beleid van de overheid te evalueren. In 2012 bewoog 70

Nadere informatie

Consortium K.U. Leuven U. Gent V.U. Brussel. Gaston Beunen, K.U. Leuven Promotor - Coördinator

Consortium K.U. Leuven U. Gent V.U. Brussel. Gaston Beunen, K.U. Leuven Promotor - Coördinator Consortium K.U. Leuven U. Gent V.U. Brussel Gaston Beunen, K.U. Leuven Promotor - Coördinator Overerving Fysieke activiteit vrije tijd werktijd andere o.a. huishoudelijk werk en tuinieren Gezondheidsgerelateerde

Nadere informatie

gegevens van de mannen die aan het begin van het onderzoek nog geen HVZ en geen diabetes hadden.

gegevens van de mannen die aan het begin van het onderzoek nog geen HVZ en geen diabetes hadden. Samenvatting In hoofdstuk 1 hebben we het belang en het doel van het onderzoek in dit proefschrift beschreven. Wereldwijd vormen hart- en vaatziekten (HVZ) de belangrijkste oorzaak van sterfte. Volgens

Nadere informatie

Overgewicht en Obesitas op Curaçao

Overgewicht en Obesitas op Curaçao MINISTERIE VAN Gezondheid, Milieu & Natuur Volksgezondheid Instituut Curaçao Persbericht Overgewicht en Obesitas op Curaçao In totaal zijn 62,6% van de mannen en 67,3% van de vrouwen op Curaçao te zwaar,

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2010 : Studie

Jongeren en Gezondheid 2010 : Studie Jongeren en Gezondheid 2010 : Studie Algemeen De studie Jongeren en Gezondheid maakt deel uit van de internationale studie Health Behaviour in School-Aged Children (HBSC), uitgevoerd onder toezicht van

Nadere informatie

Leefstijl en preventie

Leefstijl en preventie Leefstijl en preventie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 59 Bestudeerde indicatoren... 61 1. Voedingsgewoonten.... 61 3. Gebruik

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van

Nadere informatie

Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend ( )

Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend ( ) Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend (2003-2009) Onderzoeksgroepen Johan Lefevre, Jeroen Scheerder Stijn De Baere Renaat Philippaerts

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Studie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Studie Jongeren en Gezondheid 2014 : Studie Algemeen De studie Jongeren en Gezondheid maakt deel uit van de internationale studie Health Behaviour in School-Aged Children (HBSC), uitgevoerd onder toezicht van

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997 6.7.4.1. Inleiding Er werd reeds vroeger bewezen dat een prematuur respiratoir systeem een oorzaak was voor wiegendood. Het gevaar bestond vooral tijdens de slaap. Met de huidige kennis van zaken zijn

Nadere informatie

Beweegrichtlijnen Nr. 2017/08. Samenvatting

Beweegrichtlijnen Nr. 2017/08. Samenvatting Beweegrichtlijnen 2017 Nr. 2017/08 Samenvatting Beweegrichtlijnen 2017 pagina 2 van 6 Achtergrond In Nederland bestaan drie normen voor bewegen: de Nederlandse Norm Gezond Bewegen, die adviseert op minstens

Nadere informatie

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid 1 Samenvatting van de IMA-studie Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid Het aantal arbeidsongeschikten alsook de betaalde uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd oinleiding 1 c Gewichtsstijging ontstaat wanneer de energie-inneming (via de voeding) hoger is dan het energieverbruik (door lichamelijke activiteit). De laatste decennia zijn er veranderingen opgetreden

Nadere informatie

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997 6.7.4.1. Inleiding Er werd reeds vroeger bewezen dat een prematuur respiratoir systeem een oorzaak was voor wiegendood. Het gevaar bestond vooral tijdens de slaap. Met de huidige kennis van zaken zijn

Nadere informatie

BEWEGEN IN NEDERLAND 2000-2013

BEWEGEN IN NEDERLAND 2000-2013 BEWEGEN IN NEDERLAND 2000-203 TNO-MONITOR BEWEGEN EN GEZONDHEID De TNO-Monitor Bewegen en Gezondheid, onderdeel van Ongevallen en Bewegen in Nederland (OBiN), is een continue uitgevoerde enquête naar het

Nadere informatie

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma 7 Samenvatting 8 Dit proefschrift beschrijft de voorbereiding op de landelijke implementatie van het Dutch Obesity Intervention in Teenagers (DOiT) programma. Daarnaast wordt de evaluatie beschreven die

Nadere informatie

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin JO VANDEURZEN Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin CONTEXT > Het doel Draagvlak en engagementen aftoetsen en stimuleren in ganse werkveld van relevante actoren Kennis van bewezen strategieën

Nadere informatie

Tijdsbesteding van de Belgen. Resultaten van het Belgisch tijdsbestedingsonderzoek 2013

Tijdsbesteding van de Belgen. Resultaten van het Belgisch tijdsbestedingsonderzoek 2013 Tijdsbesteding van de Belgen Resultaten van het Belgisch tijdsbestedingsonderzoek 2013 Tijdsbestedingsonderzoek TBO 13 Uitgevoerd door AD Statistiek Statistics Belgium van de FOD Economie Ondersteuning,

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Bewegen Op Voorschrift in een stedelijk sportbeleid

Bewegen Op Voorschrift in een stedelijk sportbeleid Bewegen Op Voorschrift in een stedelijk sportbeleid Lifestyle Physical Activity Dr. Lic. An Bogaerts Poort naar een Actieve Levensstijl (PortaAL) Faculteit Bewegings- en Revalidatiewetenschappen KU Leuven

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2010 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2010 : Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 2010 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 2010 bestaat uit 10772 leerlingen van het vijfde leerjaar lager onderwijs tot het

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Resultaten HBSC 14 Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van

Nadere informatie

6.1.1. De gezondheidstoestand

6.1.1. De gezondheidstoestand 6.1. Kernboodschap 6.1.1. De gezondheidstoestand Er is een verschuiving in het morbiditeitsprofiel in vergelijking met de gegevens over overlijden. In vergelijking met de voornaamste oorzaken van overlijden

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R VOEDING, BEWEGING EN GEWICHT K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 6 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING

Samenvatting SAMENVATTING Samenvatting 213 214 Samenvatting SAMENVATTING Cardiovasculaire ziekten vormen een belangrijk gezondheidsprobleem in onze maatschappij. In 2008 stierven wereldwijd ongeveer 17.3 miljoen personen aan cardiovasculaireziekten,zoalsmyocardinfarct,cerebrovasculaireaccidentenenplotse

Nadere informatie

Lang stilzitten: dé uitdaging van de 21 ste eeuw. Syntheserapport met onderbouwing voor de factsheet sedentair gedrag

Lang stilzitten: dé uitdaging van de 21 ste eeuw. Syntheserapport met onderbouwing voor de factsheet sedentair gedrag Lang stilzitten: dé uitdaging van de 21 ste eeuw Syntheserapport met onderbouwing voor de factsheet sedentair gedrag Colofon Lang stilzitten: dé uitdaging van de 21 ste eeuw. Syntheserapport als actuele

Nadere informatie

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 SAMENVATTING MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 ALIFE@WORK DE EFFECTEN VAN EEN LEEFSTIJLPROGRAMMA MET BEGELEIDING OP AFSTAND VOOR GEWICHTSCONTROLE BIJ WERKNEMERS ACHTERGROND Overgewicht, waarvan

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN. AUTEUR Sarah BEL

BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN. AUTEUR Sarah BEL BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN AUTEUR Sarah BEL Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank gaat uit naar: De deelnemers

Nadere informatie

Bewegen Op Verwijzing (BOV) Januari 2018

Bewegen Op Verwijzing (BOV) Januari 2018 Bewegen Op Verwijzing (BOV) Januari 2018 Wie geeft systematisch beweegadvies bij overgewicht of obesitas? prediabetes of metabool syndroom? diabetes mellitus type 2? diabetes mellitus type 1? Wie geeft

Nadere informatie

Voeding in de beleids- en beheerscyclus van gemeenten en OCMW s (BBC)

Voeding in de beleids- en beheerscyclus van gemeenten en OCMW s (BBC) Voeding in de beleids- en beheerscyclus van gemeenten en OCMW s (BBC) Voeding in de BBC 1. Wat is evenwichtige voeding Evenwichtig eten is essentieel voor onze gezondheid. Een ongezonde leefstijl waaronder

Nadere informatie

Gezondheid en (psycho)somatische klachten bij adolescenten in Vlaanderen 2010

Gezondheid en (psycho)somatische klachten bij adolescenten in Vlaanderen 2010 Resultaten HBSC Subjectieve gezondheid Gezondheid en (psycho)somatische klachten bij adolescenten in Vlaanderen Inleiding Gezondheid in de internationale HBSC (Health behaviour in School-aged Children)

Nadere informatie

Wie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013

Wie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013 Wie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013 Situering Onze maatschappij houdt ons graag een ideaalbeeld voor van een gezonde levensstijl, waarbij

Nadere informatie

Grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van kinderen in de sport in Vlaanderen en Nederland

Grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van kinderen in de sport in Vlaanderen en Nederland Grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van kinderen in de sport in Vlaanderen en Nederland Een retrospectieve zelfrapportering van ervaringen met psychisch, fysiek en seksueel in de sport voor de leeftijd

Nadere informatie

Preventie van type 2 diabetes bij volwassenen

Preventie van type 2 diabetes bij volwassenen Preventie van type 2 diabetes bij volwassenen Kernboodschappen Uitgave januari 2016 www.diabetes.be Diabetes mellitus Iemand met diabetes heeft een verhoogd bloedsuikergehalte omdat men niet voldoende

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Introductie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Prof. Greet Cardon Vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen. Beweging

Prof. Greet Cardon Vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen. Beweging Prof. Greet Cardon Vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen Beweging 1 Beweging Richtlijnen voor beweging volwassenen 1978 oude richtlijnen 1996 nieuwe richtlijnen Frequentie 3 x per week elke dag Duur

Nadere informatie

Eerstelijnszone Dender Nieuwjaarsreceptie 14/01/2018

Eerstelijnszone Dender Nieuwjaarsreceptie 14/01/2018 Eerstelijnszone Dender Nieuwjaarsreceptie 14/01/2018 Logo-werking Opdracht Lokaal gezondheidsoverleg Logo is een locoregionaal netwerk voor gezondheidsbevordering en ziektepreventie Motiveren, adviseren

Nadere informatie

Kent u de cijfers van uw hart?

Kent u de cijfers van uw hart? Kent u de cijfers van uw hart? CHOLESTEROL? GEWICHT/ BUIKOMTREK? UW? BLOEDDRUK? SUIKERGEHALTE? V.U.: Dr Freddy Van de Casseye - Elyzeese-Veldenstraat 63-1050 Brussel Belgische Cardiologische Liga www.cardiologischeliga.be

Nadere informatie

Welkom bij de workshop Aan de slag met de beweegrichtlijnen? Robert Gelinck 13 mei 2019

Welkom bij de workshop Aan de slag met de beweegrichtlijnen? Robert Gelinck 13 mei 2019 Welkom bij de workshop Aan de slag met de beweegrichtlijnen? Robert Gelinck 13 mei 2019 Vraag minister aan Gezondheidsraad Update Nederlandse Norm Gezond Bewegen, Fitnorm en Combinorm vanuit gezondheidsperspectief.

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere Inleiding Erfgoed is een brede en overkoepelende term waarbinnen roerend, onroerend en immaterieel erfgoed wordt onderscheiden. Deze drie categorieën zijn in de praktijk sterk verweven met elkaar, maar

Nadere informatie

Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest

Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest Analyse indicatoren Gezond leven Analyse van de gezondheidsenquête in opdracht van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid Door Sabine

Nadere informatie

BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA ZWAARLIJVIGHEID. Blaine Stiger - FOTOLIA DUIDELIJKE ANTWOORDEN

BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA ZWAARLIJVIGHEID. Blaine Stiger - FOTOLIA DUIDELIJKE ANTWOORDEN BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA ZWAARLIJVIGHEID Blaine Stiger - FOTOLIA DUIDELIJKE ANTWOORDEN Globaal Cardiovasculair Risico Sommige gedragingen in ons dagelijks leven vergroten de kans dat we vroeg of laat

Nadere informatie

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs FEDERAAL WETENSCHAPSBELEID Wetenschapsstraat 8 B-1000 BRUSSEL Tel. 02 238 34 11 Fax 02 230 59 12 www.belspo.be Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs Projectformulier ten behoeve van

Nadere informatie

De nieuwe voedingsdriehoek: ook op de werkvloer. Rosa Luyten, stafmedewerker gezonde voeding

De nieuwe voedingsdriehoek: ook op de werkvloer. Rosa Luyten, stafmedewerker gezonde voeding De nieuwe voedingsdriehoek: ook op de werkvloer Rosa Luyten, stafmedewerker gezonde voeding Inhoud Voorstelling De voedingsdriehoek 10 gezond leven tips De bewegingsdriehoek kort Belang Gezondheidsbeleid

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Het gezondheidsbeleid naar een hoger niveau tillen. Silvia Van Cauter Stafmedewerker Gezond Leven

Het gezondheidsbeleid naar een hoger niveau tillen. Silvia Van Cauter Stafmedewerker Gezond Leven Het gezondheidsbeleid naar een hoger niveau tillen Silvia Van Cauter Stafmedewerker Gezond Leven Vlaams Intituut Gezond Leven Expertisecentrum Doel: mensen helpen om gezond te leven Hoe: Onderbouwd advies

Nadere informatie

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 / Archief cijfers EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 Vlaams Gewest 2013 / 1.12.2015 1.12.2015 Evaluatie doelstelling zelfdoding: -20% in 2020 1/14 Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers

Nadere informatie

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT IJsselland VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT Jongerenmonitor 2015 77% ontbijt dagelijks 10.3 jongeren School 13-14 jaar 15- jaar 76% een gezond gewicht 15% beweegt voldoende Genotmiddelen Psychosociale gezondheid

Nadere informatie

V O LW A S S E N E N

V O LW A S S E N E N LICHAAMSBEWEGING EN GEWICHT V O LW A S S E N E N Volwassenen 2009 4 Volwassenenonderzoek 2009 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland West in

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Bioscoopbezoek Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Bioscoopbezoek Mathijs De Baere Inleiding Al begin 20ste eeuw opende de eerste bioscopen hun deuren in België en midden de jaren twintig van de 20 e eeuw telde België al meer dan 1000 bioscopen (Convents, 2007; Biltereyst & Meers, 2007)

Nadere informatie

ANTROPOMETRIE (BMI, BUIKOMTREK EN BUIKOMTREK/LENGTE VERHOUDING) AUTEUR Thérésa LEBACQ

ANTROPOMETRIE (BMI, BUIKOMTREK EN BUIKOMTREK/LENGTE VERHOUDING) AUTEUR Thérésa LEBACQ ANTROPOMETRIE (BMI, BUIKOMTREK EN BUIKOMTREK/LENGTE VERHOUDING) AUTEUR Thérésa LEBACQ Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank

Nadere informatie

5 x 1 balletje opzuigen (inademen) en zo lang mogelijk boven houden. 5 x 2 balletjes opzuigen (inademen) en zo lang mogelijk boven houden.

5 x 1 balletje opzuigen (inademen) en zo lang mogelijk boven houden. 5 x 2 balletjes opzuigen (inademen) en zo lang mogelijk boven houden. Begeleiding bij een Gastric Bypass door Fysiotherapie Met de informatie op deze pagina kunt u zich voorbereiden op uw gastric bypass operatie. U krijgt onder andere uitleg over het triflo-ademapparaat

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017 Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting () voorjaar 2017 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' gestart: met subsidie van

Nadere informatie

Bewegen in Nederland

Bewegen in Nederland Onderzoeksresultaten Resultaten Monitor Bewegen en Gezondheid Bewegen in Nederland 2000-2008 Sinds 2000 meet de Monitor Bewegen en Gezondheid trends in het beweeggedrag van de Nederlandse bevolking om

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Leefstijl Nederlander niet verbeterd. Weer meer mensen met overgewicht

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Leefstijl Nederlander niet verbeterd. Weer meer mensen met overgewicht Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-021 20 maart 2007 9.30 uur Leefstijl Nederlander niet verbeterd In 2006 zijn Nederlanders niet gezonder gaan leven. Het aandeel volwassen Nederlanders

Nadere informatie

SESSIE GEZIN (BRON VAN GEZONDHEID)

SESSIE GEZIN (BRON VAN GEZONDHEID) SESSIE GEZIN (BRON VAN GEZONDHEID) VLAAMSE GEZONDHEIDSDOELSTELLINGEN > Decreet van 21/11/2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid > Gezondheidsconferentie bespreekt voorstellen van: gezondheidsdoelstelling

Nadere informatie

Samenvatting Dankwoord About the author

Samenvatting Dankwoord About the author Samenvatting Dankwoord About the author Samenvatting 177 Samenvatting Overgewicht en obesitas worden gedefinieerd op basis van de body mass index (BMI) (hoofdstuk 1). Deze index wordt berekend door het

Nadere informatie

stappen. 1. Bewegen Vlamingen voldoende? 2. Waarom regelmatig bewegen? 3. Hoeveel bewegen?

stappen. 1. Bewegen Vlamingen voldoende? 2. Waarom regelmatig bewegen? 3. Hoeveel bewegen? 10.000 stappen 2 1. Bewegen Vlamingen voldoende? 2. Waarom regelmatig bewegen? 3. Hoeveel bewegen? 4. Waarom 10.000 stappen implementeren? 5. Hoe implementeren? Projecttools 10.000 stappen 3 Bewegen Vlamingen

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Gezondheidstoestand Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 13 Gezondheidsindicatoren...15 1. Subjectieve gezondheid... 15 2. Chronische

Nadere informatie

Ondernemerschap in Vlaanderen: een vergelijkende, internationale studie

Ondernemerschap in Vlaanderen: een vergelijkende, internationale studie Ondernemerschap in Vlaanderen: een vergelijkende, internationale studie De Global Entrepreneurship Monitor (GEM) is een jaarlijks onderzoek dat een beeld geeft van de ondernemingsgraad van een land. GEM

Nadere informatie

Preventie van wiegendood bij zuigelingen

Preventie van wiegendood bij zuigelingen Preventie van wiegendood bij zuigelingen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2015

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2015 PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2015 Jeugdwerkloosheid gedaald in het eerste kwartaal van 2015 Arbeidsmarktcijfers eerste kwartaal 2015 In het eerste kwartaal van 2015 was 67,4% van de 20- tot 64-jarigen

Nadere informatie

HOUDING VAN DE BELG TEGENOVER HAAR/ZIJN GEWICHT. AUTEUR Cloë OST

HOUDING VAN DE BELG TEGENOVER HAAR/ZIJN GEWICHT. AUTEUR Cloë OST HOUDING VAN DE BELG TEGENOVER HAAR/ZIJN GEWICHT AUTEUR Cloë OST Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank gaat uit naar: De deelnemers

Nadere informatie

Ouderenmonitor 2011. Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen. Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen

Ouderenmonitor 2011. Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen. Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen Ouderenmonitor 2011 Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen De Ouderenmonitor is een onderzoek naar de lichamelijke, sociale en geestelijke

Nadere informatie

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 / cijfers EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -% IN Vlaams Gewest 1 /..17..17 Evaluatie doelstelling zelfdoding: -% in 1/13 Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers op..17 door: Heidi Cloots,

Nadere informatie

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 / cijfers EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -% IN Vlaams Gewest 1 / 1.9.1 1.9.1 Evaluatie doelstelling zelfdoding: -% in 1/1 Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers op 1.9.1 door: Heidi

Nadere informatie

SESSIE WERK (WERKEN, OOK AAN GEZONDHEID)

SESSIE WERK (WERKEN, OOK AAN GEZONDHEID) SESSIE WERK (WERKEN, OOK AAN GEZONDHEID) VLAAMSE GEZONDHEIDSDOELSTELLINGEN > Decreet van 21/11/2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid > Gezondheidsconferentie bespreekt voorstellen van: gezondheidsdoelstelling

Nadere informatie

Begeleiding bij een Gastric Bypass door Fysiotherapie

Begeleiding bij een Gastric Bypass door Fysiotherapie Begeleiding bij een Gastric Bypass door Fysiotherapie U krijgt deze folder om u voor te bereiden op uw gastric bypass operatie. Het bevat onder andere de uitleg van het triflo-ademapparaat dat u wordt

Nadere informatie

P4P indicatorenset Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2018 Versie 5 Status Gevalideerd door de werkgroep P4Q.

P4P indicatorenset Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2018 Versie 5 Status Gevalideerd door de werkgroep P4Q. INDICATORFICHE Patiëntenervaringen P4P indicatorenset 2018 Basisfiche Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2018 Versie 5 Status Gevalideerd door de werkgroep P4Q Het meten van patiëntenervaringen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Verbetering gezonde leefstijl stagneert

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Verbetering gezonde leefstijl stagneert Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-020 17 maart 2009 9.30 uur Verbetering gezonde leefstijl stagneert Percentage rokers blijft gelijk Licht dalende trend zware drinkers Ruim een op de

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Ommen? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Ommen? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Kampen Steenwijkerland Zwartewaterland Staphorst 961 inwoners deden mee Hardenberg Gezondheid In het verleden werd gezondheid

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 Geen heropleving van de arbeidsmarkt in 2013 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten 4.530.000 in België wonende personen zijn aan het werk in 2013. Hun aantal

Nadere informatie

SESSIE LOKALE GEMEENSCHAP (GEZONDE BUURTEN)

SESSIE LOKALE GEMEENSCHAP (GEZONDE BUURTEN) SESSIE LOKALE GEMEENSCHAP (GEZONDE BUURTEN) /// VLAAMSE GEZONDHEIDSDOELSTELLINGEN > Decreet van 21/11/2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid > Gezondheidsconferentie bespreekt voorstellen van:

Nadere informatie

/////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// / rapport OMGEVINGSANALYSE Uitgebreide samenvatting / 15.11.216 15.11.216 Omgevingsanalyse 1/55 Inhoudstafel Inhoudstafel 2 1 Gezondheidsdoelstellingen 3 1.1 Gezondheidsdoelstelling voor Tabak, Alcohol

Nadere informatie

De honden en katten van de Belgen

De honden en katten van de Belgen ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 31 juli 2007 De honden en katten van de Belgen Highlights Ons land telde in 2004 1.064.000 honden en 1.954.000 katten; In vergelijking

Nadere informatie