Leerdoel: Begrijpen hoe de positieve en negatieve magnetische polen duw- en trekkrachten kunnen aantonen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Leerdoel: Begrijpen hoe de positieve en negatieve magnetische polen duw- en trekkrachten kunnen aantonen."

Transcriptie

1 1 Magneetpolen Leerdoel: Begrijpen hoe de positieve en negatieve magnetische polen duw- en trekkrachten kunnen aantonen. 1. Noem vijf voorwerpen die een magneet aantrekt. Alle metalen voorwerpen. Geen aluminium. Voorbeelden: paperclip, metalen liniaal, metalen lepel, een nagel, een schroef, een hamer enz. 2. Hoe worden de uiteinden van een magneet genoemd? Polen. Noordpool en zuidpool. 1. Aan welk soort metaal zal een magneet zich hechten? IJzerhoudende materialen. 2. Wat gebeurt er als gelijke polen van een magneet dicht bij elkaar geplaatst worden? Ze stoten elkaar af of duwen zich van elkaar weg. 1. Aan welk soort metaal zal een magneet zich hechten? Ferrometalen. Deze bevatten ijzer. 2. Wat gebeurt er als gelijke polen van een magneet dicht bij elkaar geplaatst worden? Welke krachten worden gegenereerd? Ze stoten elkaar af. Er worden duwkrachten gegenereerd.

2 2 Een kompas maken Leerdoel: Een kompas kunnen maken en noord- en zuidpolen bepalen. 1. Noem twee dingen in je school die vanaf waar jij je nu staat/zit naar het noorden gericht zijn. (Gebruik een kompas en zoek voorwerpen in het klaslokaal of rond de school die naar het noorden gericht zijn). 2. Als je op de Noordpool zou zijn, op welk uiteinde van de aardmagneet zou je dan staan? Zuidpool. 1. Noem twee dingen in je school die zich vanaf waar jij je nu bevindt in noordelijke richting bevinden. Als je je naar een ander deel van de school verplaatst, bevinden deze dingen zich dan nog steeds in noordelijke richting van jou? (Gebruik een kompas en zoek voorwerpen in het klaslokaal of rond de school). De richting van de voorwerpen vanuit jouw positie zal veranderen als jij je rond de voorwerpen beweegt. Dit is omdat de noordelijke richting op het kompas constant blijft. 2. Als je op de Noordpool zou zijn, op welk uiteinde van de aardmagneet zou je dan staan? Kun je uitleggen waarom? Omdat tegengestelde polen elkaar aantrekken, betekent deze definitie dat de magnetische noordpool van de aarde eigenlijk een magnetische zuidpool is. 1. Gebruik het kompas om naar het noorden te kijken en maak een schets van je klaslokaal, als een kaart. 2. Waarom denk je dat twee balletjes samen gebruikt worden om het kompas te maken. De twee balletjes maken het mogelijk dat de wijzers van het kompas kunnen draaien. Ze hebben een klein contactoppervlak en daarom weinig wrijving.

3 3 Magnetische krachten in de balletjes Leerdoel: Begrijpen hoe de magnetische duw- en trekkrachten in de balletjes te verminderen. 1. Wat gebeurt er wanneer je twee sets met elk een waarde van -2 naast elkaar plaatst? Ze stoten elkaar af of duwen elkaar weg Wat gebeurt er als je twee sets, één met een waarde van +2 en de ander met een waarde van -2 naast elkaar plaatst? +2-2 Ze trekken elkaar aan of zullen aan elkaar plakken. 1. Wat gebeurt er wanneer je twee sets met elk een waarde van -2 naast elkaar plaatst? Verklaar je antwoord Ze stoten elkaar af of duwen zich van elkaar weg. De balletjes hebben hetzelfde teken en stoten elkaar daarom af. 2. Wat gebeurt er als je twee sets, één met een waarde van +2 en de ander met een waarde van -2 naast elkaar plaatst? Verklaar je antwoord Ze trekken elkaar aan of zullen aan elkaar plakken. De balletjes hebben tegenovergestelde tekens en trekken elkaar daarom aan. 1. Schrijf regels op om uit te leggen wat er met de sets gebeurd wanneer ze naast balletjes met verschillende waarden geplaatst worden. Als de balletjes een lading met een gelijk teken hebben (positief/positief of negatief/negatief), zullen ze elkaar afstoten. Als de balletjes een lading met een tegenovergesteld teken hebben (positief/negatief of negatief/positief), zullen ze elkaar aantrekken. Als een balletje geen lading heeft (waarde nul), zal het balletje zowel een positieve als een negatieve lading aantrekken. 2. Wat gebeurt er wanneer een balletje met een waarde van nul een andere bal met een waarde van nul raakt? Omdat de balletjes geen waarde en daarom geen krachten hebben, zullen de balletjes elkaar niet afstoten of aantrekken.

4 4 Magnetische levitatie Leerdoel: Begrijpen dat gelijke polen elkaar afstoten, en begrijpen wat magnetische levitatie inhoudt. 1. Wat is de afstand tussen de zwevende staven? Kun je een manier bedenken om dit te meten? Leg dit hieronder met een schema uit. Breng twee verbonden staven samen en meet de hoogte. Vergelijk dit met de hoogte van de staven in de buis. Het verschil is de zweefafstand. 1. Wat gebeurt er als je meer staven aan de buis toevoegt? De zweefafstand neemt toe. 2. Wat is de totale zweefafstand met drie staven? Kun je een manier bedenken om dit te meten? Leg dit hieronder met een schema uit. Breng de drie verbonden staven samen en meet de hoogte. Vergelijk dit met de hoogte van de staven in de buis. Het verschil is de zweefafstand. 1. Als 3 of meer staven worden toegevoegd, is de ruimte tussen elke twee staven dan gelijk? Kun je een manier bedenken om dit te meten en je theorie te bewijzen? Beschrijf dit hieronder. Vergelijk de afstand met twee en daarna met drie verbonden staven. Als de zweefafstand met drie staven groter is, toont dit aan dat de zweefafstand toeneemt als meer staven toegevoegd worden. 2. Kun je praktische toepassingen bedenken voor magnetische levitatie of veren? Zachte sluiting voor deuren en laden (keukens). Vering.

5 5 Toevoeging van polariteiten Leerdoel: Begrijpen van de effecten van het verhogen en verlagen van de magnetische krachten in de balletjes. 1. Wat gebeurt er als je de balletjes dicht bij elkaar plaatst? Ze trekken elkaar aan of zullen aan elkaar plakken Wat gebeurt er als je de balletjes dicht bij elkaar plaatst? Verklaar je antwoord. Ze trekken elkaar aan of zullen aan elkaar plakken Teken en beschrijf een soortgelijke set met slechts twee balletjes die elkaar afstoten of duwkrachten vertonen. De balletjes moeten hetzelfde teken hebben (positief/positief of negatief/negatief) Wat gebeurt er als je de balletjes dicht bij elkaar plaatst? Verklaar je antwoord. Hoe zou je de aantrekkingskracht tussen de balletjes verhogen of verlagen? Ze trekken elkaar aan of zullen aan elkaar plakken. Hoe groter het verschil in de waarden tussen de twee balletjes, des te groter de aantrekkingskracht Hoe kleiner het verschil, des te kleiner de aantrekkingskracht. 2. Hoe kun je er met meerdere staven voor zorgen dat twee balletjes elkaar afstoten? Teken je antwoord hieronder en geef een korte uitleg Balletjes met eenzelfde waarde zullen elkaar afstoten De balletjes moeten hetzelfde teken hebben. Hoe hoger of lager de waarde, hoe groter de afstotende duwkrachten.

6 6 Eenvoudige constructies Leerdoel: Het maken van eenvoudige constructies. 1. Leg uit waarom een vierkant een zwakke geometrische figuur is. De hoekpunten van een vierkant kunnen makkelijk buigen en zo de figuur vervormen. Het is geen vaste vorm. 1. Leg uit waarom een driehoek een sterke geometrische figuur is. De hoekpunten op een driehoek zijn vast. Het is een vaste vorm. Je kunt de vorm niet veranderen. 1. Leg (met schetsen) uit hoe je van een vierkant een veel sterkere figuur kunt maken. Dit versterkt het vierkant, maar de staven zijn niet lang genoeg. Een piramide met een vierkant grondvlak kan met behulp van balletjes en staven het vierkant versterken.

7 7 Regelmatige veelhoeken maken Leerdoel: Weten wat een regelmatige veelhoek is en hoe een reeks figuren te maken. 1. Teken 3-,4-,5- en 6-zijdige regelmatige veelhoeken en voorzie ze van een aanduiding. Gelijkzijdige driehoek Vierkant Vijfhoek Zeshoek 1. Teken 3-,4-,5- en 6-zijdige regelmatige veelhoeken en voorzie ze van een aanduiding. Als hierboven. 2. Teken 3-,4-,5- en 6-zijdige onregelmatige veelhoeken en voorzie ze van een aanduiding. Een 2D-figuur met een aantal zijden die verschillende lengten en hoeken kunnen hebben. 1. Teken 3-,4-,5- en 6-zijdige regelmatige veelhoeken en voorzie ze van een aanduiding. Voeg in elke figuur de binnenhoeken toe. Figuur Zijden Som van de binnenhoeken Vorm Elke hoek Driehoek Vierhoek Vijfhoek Zeshoek

8 8 3-dimensionale (3D) constructies Leerdoel: Begrijpen hoe met behulp van eenvoudige veelhoeken een constructie gevormd kan worden. 1. Leg uit wat een constructie is. Een structuur is een groep van elementen die op de een of andere manier met elkaar verbonden zijn om stabiel een bepaalde belasting te kunnen dragen. 1. Leg uit wat een constructie is. Een structuur is een groep van elementen die op de een of andere manier met elkaar verbonden zijn om stabiel een bepaalde belasting te kunnen dragen. 2. Teken hieronder een constructie. Voorzie een aantal eenvoudige figuren van een aanduiding. Voorbeeld: Een brug. Ook driehoeken kunnen van een aanduiding voorzien worden. Een huis met vierkanten en driehoeken. 1. Leg uit wat een constructie is. Een structuur is een groep van elementen die op de een of andere manier met elkaar verbonden zijn om stabiel een bepaalde belasting te kunnen dragen. 2. De kubus hieronder is geen sterke constructie. Hoe kun je deze constructie sterker maken? Tekenen je ideeën en leg uit waarom ze sterker gemaakt zijn. Verbinden of vormen van driehoeken op de zijden van de kubus maakt de kubus stijver.

9 9 Complexe 3D-constructies Leerdoel: Begrijpen hoe je 3D-figuren vormt. 1. Geef op de kubus hieronder de hoekpunten, ribben en vlakken aan en vermeld de totalen. Hoekpunten: 8 Vlakken: 6 Ribben: Geef op de piramide met een driehoekig grondvlak hieronder de hoekpunten, ribben en vlakken aan en vermeld de totalen.. Hoekpunten: 4 Vlakken: 4 Ribben: 6 1. Teken op het zeshoekige prisma hieronder de hoekpunten, ribben en vlakken, tel ze en voorzie ze van een aanduiding. Hoekpunten: 12 Vlakken: 8 Ribben: 18

10 10 Sterke constructies Leerdoel: Bouwen van een eenvoudige brugconstructie en begrijpen hoe een constructie sterker gemaakt kan worden. 1. Teken het zijaanzicht van de uiteindelijke brug waaruit duidelijk blijkt hoe je de rijbaan van de brug versterkt hebt. 1. Teken het zijaanzicht van de uiteindelijke brug waaruit duidelijk blijkt hoe je de rijbaan van de brug versterkt hebt. Vermeld de duw- en trekkrachten die je waarneemt. 1. Teken het zijaanzicht van de uiteindelijke brug waaruit duidelijk blijkt hoe je de rijbaan van de brug versterkt hebt. Geef ten minste twee staven aan die samengedrukt worden en twee die onder spanning staan. Samendrukking Spanning

11 11 Bundelbruggen Leerdoel: Begrijpen wat een bundelbrug is en het effect van triangulatie op constructies begrijpen. 1. Teken hieronder een bundelbrug. 2. Wat is de belangrijkste vorm in een bundelbrug? Een driehoek. 1. Teken hieronder een bundelbrug. Markeer een driehoek. 2. Leg uit waarom driehoeken zo belangrijk zijn. Een driehoek is een stijve vorm. Het vormen van driehoeken helpt om de brug te versterken en stijf te houden. 1. Teken hieronder een bundelbrug. Markeer een driehoek. 2. Welke materialen worden gebruikt voor de constructie van bundelbruggen? Staal wordt vaak gebruikt voor het geraamte van een bundelbrug. De stalen balken kunnen met bouten aan elkaar bevestigd worden om driehoeken te vormen, en zijn relatief licht in vergelijking met andere materialen zoals beton.

12 12 Gebruik maken van duw- en trekkrachten Leerdoel: Bouwen van een constructie om magnetische duw- en trekkrachten aan te tonen. 1. Kun je uitleggen waarom de kaak zich niet sluit? De uiteinden van de kaak stoten elkaar af. De waarde van het bovenste balletje is gelijk aan die van het onderste balletje. Gelijke polen zullen elkaar afstoten. 1. Kun je uitleggen waarom de kaak zich niet sluit? De uiteinden van de kaak stoten elkaar af. De waarde van het bovenste balletje is gelijk aan die van het onderste balletje. Gelijke polen zullen elkaar afstoten. 2. Hoe kun je de kaak met slechts één extra staaf laten sluiten? Teken je antwoord. Door een staaf te bevestigen aan het bovenste of onderste balletje met een tegengestelde polariteit neemt de afstotende kracht af. 1. Leg met behulp van de terminologie die je geleerd hebt uit waarom de kaak zich niet zal sluiten. De delen van de kaak stoten elkaar af of duwen elkaar weg omdat de waarden van de balletjes hetzelfde zijn en gelijke polen elkaar afstoten of wegduwen. 2. Hoe kun je ervoor zorgen dat de kaak zich meer opent? Daarvoor moet je de waarde op de balletjes verhogen door meer staven met dezelfde polariteit te bevestigen. Je kunt staven bevestigen aan het bovenste of onderste balletje, of aan allebei. Dit verhoogt de magnetische kracht die ervoor zorgt dat de delen van de kaak elkaar afstoten of wegduwen, en dus opent de kaak zich meer.

13 13 Oscillator Leerdoel: Begrijpen hoe duwkrachten te gebruiken om een heen en weer bewegende slinger te creëren. 1. Hoe lang blijft de middelste driehoek slingeren? Meet met behulp van een stopwatch de tijd in seconden. De leerlingen meten de tijd van het slingeren van de constructie. 1. Hoe lang blijft de middelste driehoek slingeren? Meet met behulp van een stopwatch de tijd in seconden. De leerlingen meten de tijd van het slingeren van de constructie. 2. Hoe denk je dat je deze tijd kunt verlengen? Verminder de wrijving, probeer de slingerboog te vergroten door de afmeting van de constructie of de plaats van de afstotende balletjes te veranderen. 1. Leg het begrip oscillatie uit. Kun je een voorwerp noemen dat heen en weer slingert? Gestaag, ononderbroken, naar voor en achter slingeren rond een centraal punt, een bewegingscyclus rond een centraal punt. Slinger van een staande klok, de slinger van een metronoom Geef in het onderstaande schema de verschillende betrokken krachten en de waarde van de magnetische krachten op de drie bovenste balletjes aan. -2 of +2-3 of +3-3 of +3

14 14 Draaiing en wrijving Leerdoel: Balletjes gebruiken voor verbindingen met lage wrijving. 1. Wat gebeurt er met het onderste deel als je de oranje constructie van het eerste model draait? Dan begint ook dit deel te draaien. 2. Wat zorgt ervoor dat de constructie langzamer gaat draaien en uiteindelijk tot stilstand komt? Het tegen elkaar wrijven van de balletjes. Dit wordt wrijving genoemd. 1. Draai de twee delen van het eerste model in tegengestelde richtingen. Wat gebeurt er uiteindelijk? Het oranje deel zal vertragen. Vervolgens verandert de richting in de richting van het onderste deel. 2. Wat zorgt ervoor dat de constructie uiteindelijk langzamer gaat draaien en tot stilstand komt? De wrijving tussen de balletjes. 1. Het draaien van de oranje constructie van het eerste model zorgt ervoor dat ook het onderste deel gaat draaien. Als je meer staven toevoegt om de polariteit van het bovenste balletje versterken, wordt het effect dan sterker of zwakker? Waarom? Sterker, omdat de balletjes harder tegen elkaar geduwd worden. 2. Zelfs als er tussen de balletjes helemaal geen wrijving zou zijn, zou het draaien uiteindelijk toch helemaal ophouden. Waarom? De luchtweerstand op deze draaiende delen.

15 15 Eenvoudige lagers Leerdoel: Begrijpen hoe eenvoudige lagers werken. 1. Leg uit waarom en hoe een eenvoudig lager werkt. Lagers verminderen de wrijving door gladde metalen kogels of rollen en een gladde binnen- en buitenkant waar de ballen tegenaan kunnen rollen. Deze ballen of rollen "dragen" de belasting waardoor het instrument soepel kan draaien. 1. Leg uit waarom en hoe een eenvoudig lager werkt. Als boven. 2. Waarom is de wrijving lager in een kogellager? De kogels in een kogellager rollen in plaats van dat ze glijden. Als dingen glijden, veroorzaakt de wrijving tussen hen een kracht die hen vertraagt. Als de twee vlakken over elkaar kunnen rollen, wordt de wrijving sterk verminderd. 1. Teken de onderdelen van een eenvoudig lager en voorzie ze van een aanduiding. 2. Wat zou er met de beweging van de constructie gebeuren als de wrijvingscoëfficiënt nul zou zijn? De beweging zou eeuwig door blijven gaan en nooit vertragen.

16 16 Druklagers Leerdoel: Begrijpen hoe een druklager werkt. 1. Welk soort belasting wordt gebruikt voor een druklager? Axiale belasting. Belasting in de richting van de as. 2. Zou dit lager geschikt zijn voor een draaimolen? Waarom? Ja. Een draaimolen heeft een verticale belasting die door het rotatiemiddelpunt van de draaimolen loopt. 1. Welk soort belasting wordt gebruikt voor een druklager? Axiale belasting. Belasting in de richting van de as. 2. Teken op de onderstaande draaimolen de richting van de axiale belasting. 1. Welk soort belasting wordt gebruikt voor een druklager? Axiale belasting. Belasting in de richting van de as. 2. Teken op de onderstaande draaimolen de richting van de axiale belasting. Waar worden druklagers nog meer voor gebruikt? Draaistoelen, graafmachine met een draaiende cabine, bouwkraan.

17 17 Toevoegen van een draaiende beweging Leerdoel: Begrijpen hoe een roterende beweging met magnetische druk- en trekkrachten te combineren. 1. Beschrijf wat er met de kaak gebeurt wanneer je het middelste deel draait. De kaak opent. 2. Geef met behulp van pijlen op de onderstaande afbeelding de draaibeweging aan. Welke magnetische kracht is aanwezig - magnetische duw- of trekkracht? Omdat de kaak opent en de delen van elkaar afgestoten worden, wordt een duwkracht gegenereerd. 1. Beschrijf welke bewegingen ontstaan wanneer je het middelste deel draait. De kaak opent zich als het middelste deel gedraaid wordt. De waarde van het balletje aan de uiteinden van de kaak en de waarde van het balletje aan het uiteinde van het roterende middengedeelte zijn allemaal gelijk. 2. Geef met behulp van pijlen op de onderstaande afbeelding de draaibeweging aan. Welke magnetische kracht is aanwezig - magnetische duw- of trekkracht? Hoe weet je dat? Omdat de kaak opent en de delen van elkaar afgestoten worden, wordt een duwkracht gegenereerd. 1. Beschrijf de beweging en de krachten die aanwezig zijn als je het middelste deel draait. Leg uit waarom dit gebeurt. Wanneer je het grondvlak draait, wordt een draaibeweging gegenereerd. Dit zorgt ervoor dat de kaak zich opent doordat de balletjes van het grondvlak in de buurt van de balletjes van de kaak komen. De balletjes stoten elkaar af waardoor een duwkracht gegenereerd wordt. 2. Geef op de onderstaande afbeelding de gegenereerde draaibeweging aan. Welke magnetische kracht is aanwezig - magnetische duw- of trekkracht? Hoe weet je dat? Omdat de kaak opent en de delen van elkaar afgestoten worden, wordt een duwkracht gegenereerd.

18 18 Stuwende beweging Leerdoel: Begrijpen hoe met behulp van magnetische duw- en trekkrachten een stuwende beweging gecreëerd kan worden. Het creëren van een draaiende beweging met behulp van eenvoudige lagers. 1. Beschrijf welke beweging ontstaat als je het bovenste gedeelte draait. Wanneer het bovenste gedeelte gedraaid wordt, genereert dit deel een slingerende beweging tussen de twee delen. Dit zorgt er echter ook voor dat door de onderlinge trek- of duwkrachten tussen de balletjes het onderste deel gaat draaien. 2. Waarom is er tussen de twee delen een lager nodig? Om de wrijving tussen de twee delen te verminderen en ervoor te zorgen dat bewegingen kunnen ontstaan. 1. Beschrijf welke beweging ontstaat als je het bovenste deel draait. Welke magnetische kracht veroorzaakt de beweging? Wanneer het bovenste deel gedraaid wordt, genereert dit deel een slingerende beweging tussen de twee delen. Dit zorgt er echter ook voor dat door de onderlinge trek- of duwkrachten tussen de balletjes het onderste deel gaat draaien. 2. Waarom is er tussen de twee delen een lager nodig? Om wrijving tussen de twee delen te verminderen en ervoor te zorgen dat bewegingen kunnen ontstaan. 1. Leg uit waarom de twee delen samen slingeren en draaien. Wanneer het bovenste deel gedraaid wordt, genereert dit deel een slingerende beweging tussen de twee delen. Dit zorgt er echter ook voor dat door de onderlinge trek- of duwkrachten tussen de balletjes het onderste deel gaat draaien. 2. Wat zou met de beweging gebeuren als er geen wrijving in de lagers zou zijn? Is dit mogelijk? Als er geen wrijving zou zijn, zou de constructie langer blijven bewegen. Alleen de luchtweerstand zou de beweging vertragen. Dit is niet mogelijk omdat alle elkaar rakende oppervlakken enige wrijving produceren.

19 19 Magnetische homopolaire motor Leerdoel: Begrijpen hoe een magnetische homopolaire motor gemaakt wordt. 1. Teken de onderdelen van een homopolaire motor en voorzie ze van een aanduiding. Batterij Koperdraad Magneet 2. Waarin lijkt deze motor op de kleine elektromotoren in speelgoedauto's? De onderdelen van de motoren zijn hetzelfde. Elke motor heeft een magneet en een koperdraad en wordt aangedreven door een batterij. 1. Teken de onderdelen van een homopolaire motor en voorzie ze van een aanduiding. Zie hierboven. 2. Wat zou er gebeuren als je een batterij met meer vermogen gebruikt? De draad zou sneller draaien. 1. Teken de onderdelen van een homopolaire motor en voorzie ze van een aanduiding. Zie hierboven. 2. Wat zou de draad sneller kunnen laten draaien? Door het vermogen van de batterij te verhogen en de magnetische kracht te vergroten zou de draad sneller gaan draaien.

Werkbladen voor leerlingen

Werkbladen voor leerlingen Magneetpolen Leerdoel: Begrijpen hoe de positieve en negatieve magnetische polen duw- en trekkrachten kunnen aantonen. 1 1. Noem vijf voorwerpen die een magneet aantrekt. 2. Hoe worden de uiteinden van

Nadere informatie

Thema 4 Techniek om je heen

Thema 4 Techniek om je heen Naut samenvatting groep 7 Mijn Malmberg Thema 4 Techniek om je heen Samenvatting Achtbanen Een achtbaan is een constructie: een bouwwerk waarbij de verschillende onderdelen een geheel vormen. Ook de manier

Nadere informatie

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten Samenvatting door F. 1363 woorden 30 januari 2016 4,1 5 keer beoordeeld Vak NaSk 1 Krachten Op een voorwerp kunnen krachten werken: Het voorwerp kan een snelheid krijgen

Nadere informatie

Begripsvragen: Elektrisch veld

Begripsvragen: Elektrisch veld Handboek natuurkundedidactiek Hoofdstuk 4: Leerstofdomeinen 4.2 Domeinspecifieke leerstofopbouw 4.2.4 Elektriciteit en magnetisme Begripsvragen: Elektrisch veld 1 Meerkeuzevragen Elektrisch veld 1 [V]

Nadere informatie

Mkv Magnetisme. Vraag 1 Twee lange, rechte stroomvoerende geleiders zijn opgehangen in hetzelfde verticale vlak, op een afstand d van elkaar.

Mkv Magnetisme. Vraag 1 Twee lange, rechte stroomvoerende geleiders zijn opgehangen in hetzelfde verticale vlak, op een afstand d van elkaar. Mkv Magnetisme Vraag 1 Twee lange, rechte stroomvoerende geleiders zijn opgehangen in hetzelfde verticale vlak, op een afstand d van elkaar. In een punt P op een afstand d/2 van de rechtse geleider is

Nadere informatie

Spijkermotor. Dit moet hem worden:

Spijkermotor. Dit moet hem worden: Spijkermotor Dit moet hem worden: Dit heb je nodig: materialen blok hout (15 bij 15 bij 1,8 cm) twee hoekijzers 18 m koperdraad (gelakt, 0,5) 4 spijkers (65 mm) 1 spijkers (90 mm) 2 spijkers (80 mm) 6

Nadere informatie

1 Wiskunde, zeker. 1, 2, 3, 5, 6, 7. 8, 10, 11, 12 en 13 eurocent. duimstok Timmerman Hoe lang iets is.

1 Wiskunde, zeker. 1, 2, 3, 5, 6, 7. 8, 10, 11, 12 en 13 eurocent. duimstok Timmerman Hoe lang iets is. 1 2 1 Wiskunde, zeker duimstok Timmerman Hoe lang iets is. Blokhaak: Timmerman Of een hoek haaks is. 1, 2, 3, 5, 6, 7. 8, 10, 11, 12 en 13 eurocent. Zeven munten: een van 1-eurocent, twee van 2-eurocent,

Nadere informatie

Sum of Us 2014: Topologische oppervlakken

Sum of Us 2014: Topologische oppervlakken Sum of Us 2014: Topologische oppervlakken Inleiding: topologische oppervlakken en origami Een topologisch oppervlak is, ruwweg gesproken, een tweedimensionaal meetkundig object. We zullen in deze tekst

Nadere informatie

de Leuke En Uitdagende Wiskunde VEELVLAKKEN SAMENSTELLING: H. de Leuw

de Leuke En Uitdagende Wiskunde VEELVLAKKEN SAMENSTELLING: H. de Leuw SAMENSTELLING: H. de Leuw 1. VEELHOEKEN. Een veelvlak is een lichaam dat wordt begrensd door vlakke veelhoeken. Zo zijn balken en piramides wel veelvlakken, maar cilinders en bollen niet. Een veelhoek

Nadere informatie

1. Ik kan vormen en figuren herkennen en gebruiken met bijbehorende wiskundige vaktaal.

1. Ik kan vormen en figuren herkennen en gebruiken met bijbehorende wiskundige vaktaal. LEERLIJN WISKUNDE VMBO-BKTG (Leerjaar 1-periode 1) VMBO BKTG LJ1 Vmbo BKTG Periode 1 Wat ga ik leren? Wanneer? Welke inhoud heb ik nodig? Wat ga ik doen om dit te leren? Hoe bewijs ik dat ik dit geleerd

Nadere informatie

Vragenlijst MAGNETISME. Universiteit Twente Faculteit Gedragswetenschappen

Vragenlijst MAGNETISME. Universiteit Twente Faculteit Gedragswetenschappen Vragenlijst MAGETSME Universiteit Twente Faculteit Gedragswetenschappen Antwoordeninstructie Je hebt een heel lesuur om de vragen te beantwoorden. Er zijn in totaal 19 vragen, waarvan 5 open vragen en

Nadere informatie

Herhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen

Herhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen Herhalingsles Meetkunde Weeroefeningen HB. MK Kruis aan wat juist is. Deze figuur is een vierhoek, maar geen vierkant. een vierkant, maar geen ruit. een ruit, maar geen vierkant. een vierkant en een ruit.

Nadere informatie

krukas of as) waar de kracht de machine ingaat.

krukas of as) waar de kracht de machine ingaat. We hebben geprobeerd om de woordenlijst zo begrijpelijk mogelijk te maken zonder ingewikkelde vergelijkingen en lange verklaringen. Voor een gedetailleerder beeld van ingewikkelde begrippen als Kracht,

Nadere informatie

Krachtpatsers. Primair Onderwijs. Oosterdok 2 1011 VX Amsterdam tel 0900 91 91 200 ( 0,10 p/min.) info www.e-nemo.nl e-mail info@e-nemo.

Krachtpatsers. Primair Onderwijs. Oosterdok 2 1011 VX Amsterdam tel 0900 91 91 200 ( 0,10 p/min.) info www.e-nemo.nl e-mail info@e-nemo. Krachtpatsers Primair Onderwijs ontdekkingsreis tussen fantasie en werkelijkheid Oosterdok 2 1011 VX Amsterdam tel 0900 91 91 200 ( 0,10 p/min.) info www.e-nemo.nl e-mail info@e-nemo.nl LESMATERIAAL KRACHTPATSERS

Nadere informatie

Deze toets bestaat uit 3 opgaven (34 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes!

Deze toets bestaat uit 3 opgaven (34 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes! NATUURKUNDE KLAS 5 PROEFWERK HOOFDSTUK OOFDSTUK 8 03/05/2010 Deze toets bestaat uit 3 opgaven (34 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes! Opgave 1: Eerste elektromotor

Nadere informatie

OntdekZelf - magnetisme

OntdekZelf - magnetisme Werkwijze Alle OntdekZelf experimenten zijn bedoeld voor de leerling om zelf te ontdekken. Laat de leerling vanaf het begin werken met zijn materialen en ontdekken hoe hij tot een antwoord of een werkende

Nadere informatie

Werkend model: elektromotor. Multiplex 1 8x80x80 bodemplaat 1 Magneet 1 Ø15x6 mm 2 Platte strook met 7

Werkend model: elektromotor. Multiplex 1 8x80x80 bodemplaat 1 Magneet 1 Ø15x6 mm 2 Platte strook met 7 is uniek 107.399 Werkend model: elektromotor Stuklijst Aantal Afmetingen (mm) Beschrijving Nummer Multiplex 1 8x80x80 bodemplaat 1 Magneet 1 Ø1x6 mm 2 Platte strook met 7 2 10x70 lagerblok 3 gaten Schroef

Nadere informatie

3HV H1 Krachten.notebook September 22, krachten. Krachten Hoofdstuk 1

3HV H1 Krachten.notebook September 22, krachten. Krachten Hoofdstuk 1 krachten Krachten Hoofdstuk 1 een kracht zelf kun je niet zien maar... Waaraan zie je dat er een kracht werkt: Plastische Vervorming (blijvend) Elastische Vervorming (tijdelijk) Bewegingsverandering/snelheidsverandering

Nadere informatie

Newton - HAVO. Elektromagnetisme. Samenvatting

Newton - HAVO. Elektromagnetisme. Samenvatting Newton - HAVO Elektromagnetisme Samenvatting Het magnetisch veld Een permanente magneet is een magneet waarvan de magnetische werking niet verandert Een draaibare kompasnaald draait met zijn noordpool

Nadere informatie

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN een rechte lijn A het punt A a de rechte a een kromme lijn of een kromme een gebroken lijn a A b a B het lijnstuk [AB] evenwijdige rechten a // b een plat oppervlak of een

Nadere informatie

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk Het magnetisch veld

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk Het magnetisch veld Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4 4.1 Het magnetisch veld Opgave 1 a Het koperen staafje is het staafje dat geen van de andere staafjes aantrekt en niet door de andere staafjes wordt aangetrokken. Het is

Nadere informatie

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN een rechte lijn A het punt A a de rechte a een kromme lijn of een kromme een gebroken lijn a A b a B het lijnstuk [AB] evenwijdige rechten a // b een plat oppervlak of een

Nadere informatie

A. Cooreman. 6 MV 3D volume, constructies en problemen

A. Cooreman. 6 MV 3D volume, constructies en problemen A. Cooreman Ink ijke xe mp la ar MV 3D volume, constructies en problemen Leerjaar kk Groep 2 Remediëring 1 3 2 3 Naam: D/201/13280/ ISBN 9 7892 18 i.s.m 7 8 Klas: digitaal Legende iconen Leer dit vanbuiten.

Nadere informatie

Efficientie in de ruimte - leerlingmateriaal

Efficientie in de ruimte - leerlingmateriaal Junior College Utrecht Efficientie in de ruimte - leerlingmateriaal Versie 2 September 2012 Een project (ruimte-)meetkunde voor vwo-leerlingen Geschreven voor het Koningin Wilhelmina College Culemborg

Nadere informatie

De startmotor. Student booklet

De startmotor. Student booklet De startmotor Student booklet De startmotor - INDEX - 2006-04-10-14:04 De startmotor De startmotor is een elektrische motor, en bij een elektrische motor draait het allemaal om magneten en magnetisme:

Nadere informatie

Lees eerst bij Uitleg leerlingen, proef 1 alles over de onderdelen van de elektrische kringloop. stroomkring 1 stroomkring 2

Lees eerst bij Uitleg leerlingen, proef 1 alles over de onderdelen van de elektrische kringloop. stroomkring 1 stroomkring 2 Lees eerst bij Uitleg leerlingen, proef 1 alles over de onderdelen van de elektrische kringloop. Bekijk de twee stroomkringen op de foto s hieronder. stroomkring 1 stroomkring 2 Noem voor beide stroomkringen

Nadere informatie

Naut. Natuur en techniek WERKBOEK

Naut. Natuur en techniek WERKBOEK 7 Naut Natuur en techniek WERKBOEK 7 Naut Natuur en techniek THEMA 4 WERKBOEK Leerlijnen: Ruud Emous Auteurs: Rianne van Boxtel, Erik Horn Eindredacteur: Marijke van Ooijen Verhalen: Sjoerd en Margje

Nadere informatie

Projectopdracht Bovenloopkraan

Projectopdracht Bovenloopkraan Projectopdracht Bovenloopkraan De opdrachten: Om op een veilige, en verantwoorde manier te kunnen werken, moet er in een werkplaats een bovenloopkraan met een loopkat worden gemonteerd. Een loopkat is

Nadere informatie

SUPER-MAGNETEN-SET D108993#1

SUPER-MAGNETEN-SET D108993#1 101.072 SUPER-MAGNETEN-SET 1 D1: Magnetische en niet-magnetische experimenten Informatie Alleen metaal kan worden aangetrokken door magneten. Sommige granen zijn verstevigd met ijzer en kunnen dus worden

Nadere informatie

IJkingstoets september 2015: statistisch rapport

IJkingstoets september 2015: statistisch rapport IJkingstoets burgerlijk ingenieur 4 september 05 - reeks - p. IJkingstoets september 05: statistisch rapport In totaal namen studenten deel aan deze toets. Hiervan waren er 06 geslaagd. Verdeling van de

Nadere informatie

We willen dat de magnetische inductie in het punt K gelijk aan rul zou worden. Daartoe moet men door de draad AB een stroom sturen die gelijk is aan

We willen dat de magnetische inductie in het punt K gelijk aan rul zou worden. Daartoe moet men door de draad AB een stroom sturen die gelijk is aan jaar: 1995 nummer: 28 Twee zeer lange draden zijn evenwijdig opgesteld. De stroom door de linkse draad ( zie figuur) is in grootte gelijk aan 30 A en de zin ervan wordt aangegeven door de pijl. We willen

Nadere informatie

Docentenhandleiding. Korte beschrijving van de opdracht: De doelstellingen van deze opdracht:

Docentenhandleiding. Korte beschrijving van de opdracht: De doelstellingen van deze opdracht: Docentenhandleiding Korte beschrijving van de opdracht: Bij deze opdracht gaan de leerlingen zelf een zonnewijzer maken. Dat is een klok die door zonlicht (schaduw) aangeeft hoe laat het ongeveer is. Er

Nadere informatie

IJkingstoets september 2015: statistisch rapport

IJkingstoets september 2015: statistisch rapport IJkingstoets burgerlijk ingenieur 4 september 05 - reeks - p. IJkingstoets september 05: statistisch rapport In totaal namen 33 studenten deel aan deze toets. Hiervan waren er 06 geslaagd. Verdeling van

Nadere informatie

IJkingstoets september 2015: statistisch rapport

IJkingstoets september 2015: statistisch rapport IJkingstoets burgerlijk ingenieur 4 september 05 - reeks 4 - p. IJkingstoets september 05: statistisch rapport In totaal namen 33 studenten deel aan deze toets. Hiervan waren er 06 geslaagd. Verdeling

Nadere informatie

Figuur 3 PYTHAGORAS SEPTEMBER 2016

Figuur 3 PYTHAGORAS SEPTEMBER 2016 In het juninummer zagen we hoe we met behulp van de piramidemethode en invarianten ruimtelijke figuren binnenstebuiten kunnen keren. Aan de invarianten stelden we voorwaarden, zoals dat alle vlakken zoveel

Nadere informatie

NATUURKUNDE 8 29/04/2011 KLAS 5 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK

NATUURKUNDE 8 29/04/2011 KLAS 5 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK NATUURKUNDE KLAS 5 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK 8 29/04/2011 Deze toets bestaat uit 3 opgaven (32 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes! Opgave 1: Afbuigen van geladen

Nadere informatie

Werkblad 2 Kracht is een vector -Thema 14 (NIVEAU BETA)

Werkblad 2 Kracht is een vector -Thema 14 (NIVEAU BETA) Werkblad 2 Kracht is een vector -Thema 14 (NIVEAU BETA) Practicum Bij een gedeelte van het practicum zijn minimaal 3 deelnemers nodig. Leerlingen die op niveau gevorderd, of basis werken kunnen je helpen

Nadere informatie

Wat is de som van de getallen binnen een cirkel? Geef alle mogelijke sommen!

Wat is de som van de getallen binnen een cirkel? Geef alle mogelijke sommen! Estafette-opgave 1 (20 punten, rest 480 punten) Zeven gebieden Drie cirkels omheinen zeven gebieden. We verdelen de getallen 1 tot en met 7 over de zeven gebieden, in elk gebied één getal. De getallen

Nadere informatie

Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden

Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden Deel 1 Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden 1. Bereken de inhoud van de volgende twee afgeknotte figuren. 2. Hiernaast zie je een afgeknot zeszijdig prisma. Het grondvlak is een regelmatige zeshoek met

Nadere informatie

3.1 Magneten en elektromagneten

3.1 Magneten en elektromagneten 3.1 Magneten en elektromagneten 1 a De punt van de magneet die naar het geografische noorden wijst, heet de magnetische noordpool van de magneet. Dat is afspraak. Hij wordt aangetrokken door een ongelijke

Nadere informatie

Opgave 2 Een kracht heeft een grootte, een richting en een aangrijpingspunt.

Opgave 2 Een kracht heeft een grootte, een richting en een aangrijpingspunt. Uitwerkingen 1 Opgave 1 Het aangrijpingspunt van een kracht is de plaats waar de kracht op het voorwerp werkt. De werklijn van een kracht is de denkbeeldige (rechte) lijn die samenvalt met de bijbehorende

Nadere informatie

1. C De derde zijde moet meer dan 5-2=3 zijn en minder dan 5+2=7 (anders heb je geen driehoek).

1. C De derde zijde moet meer dan 5-2=3 zijn en minder dan 5+2=7 (anders heb je geen driehoek). Uitwerkingen wizprof 08. C De derde zijde moet meer dan 5-=3 zijn en minder dan 5+=7 (anders heb je geen driehoek).. C De rode ringen zitten in elkaar, de groene liggen onder de rode ringen en zijn er

Nadere informatie

N 200.664 Elektromotor met permanente magneet

N 200.664 Elektromotor met permanente magneet Elektromotor met permanente magneet Naam: Groep/klas: Inhoud: enodigd gereedschap: 1 triplex 200 x 70 x 10 mm potlood, liniaal, passer 1 triplex 190 / 20 x 10 mm,, 2 x boormachine 1 latje 150 x 10 x 5

Nadere informatie

Energie. Jouw werkbladen. In de klas. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Naam: Klas: Energie Onderbouw havo/vwo Leerlingen In de klas versie 04-2014 1

Energie. Jouw werkbladen. In de klas. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Naam: Klas: Energie Onderbouw havo/vwo Leerlingen In de klas versie 04-2014 1 Energie Jouw werkbladen In de klas Naam: Klas: Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Energie Onderbouw havo/vwo Leerlingen In de klas versie 04-2014 1 Energie op aarde Energie, fossiele brandstoffen, groene

Nadere informatie

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30 TENTAMEN DYNAMICA (14030) 9 januari 010, 9:00-1:30 Verzoek: begin de beantwoording van een nieuwe vraag op een nieuwe pagina. En schrijf duidelijk: alleen leesbaar en verzorgd werk kan worden nagekeken.

Nadere informatie

Projectopdracht Bovenloopkraan

Projectopdracht Bovenloopkraan Projectopdracht Bovenloopkraan De opdrachten: Om op een veilige, en verantwoorde manier te kunnen werken, moet er in een werkplaats een bovenloopkraan met een loopkat worden gemonteerd. Een loopkat is

Nadere informatie

Magische Wetenschap. Klimmend aapje Een voorwerp in de vorm van een aapje kan bewegen tussen twee touwen. Hoe kan je het aapje laten klimmen?

Magische Wetenschap. Klimmend aapje Een voorwerp in de vorm van een aapje kan bewegen tussen twee touwen. Hoe kan je het aapje laten klimmen? Magische Wetenschap 1. Beweging Brachistochrone Twee knikkers rollen van punt A naar een lager gelegen punt B. Een eerste knikker volgt een rechte baan terwijl de tweede een gekromde baan volgt. Welke

Nadere informatie

Projectopdracht Bovenloopkraan

Projectopdracht Bovenloopkraan Projectopdracht Bovenloopkraan De opdrachten: Om op een veilige, en verantwoorde manier te kunnen werken, moet er in een werkplaats een bovenloopkraan met een loopkat worden gemonteerd. Een loopkat is

Nadere informatie

Les 2 Hoekpunten, ribben, vlakken

Les 2 Hoekpunten, ribben, vlakken ONTDEKKINGSTOCHT 2 Aanvullend op het artikel van Stephan Berendonk en Leon van den Broek hierbij het bijbehorende lesmateriaal. In dit document vindt u eerst het leelingmateriaal en verderop het materiaal

Nadere informatie

Begripsvragen: Cirkelbeweging

Begripsvragen: Cirkelbeweging Handboek natuurkundedidactiek Hoofdstuk 4: Leerstofdomeinen 4.2 Domeinspecifieke leerstofopbouw 4.2.1 Mechanica Begripsvragen: Cirkelbeweging 1 Meerkeuzevragen 1 [H/V] Een auto neemt een bocht met een

Nadere informatie

A 1 Welke vorm? tent tennisbal beker notitieblok ijshoorntje baksteen. Voorwerpen uit de omgeving

A 1 Welke vorm? tent tennisbal beker notitieblok ijshoorntje baksteen. Voorwerpen uit de omgeving A Welke vorm? ** Voorwerpen uit de omgeving ekijk de afgebeelde voorwerpen. Welke geometrische (meetkundige) vormen kun je ontdekken? Zet de juiste letters in de tabel. Welk woord ontstaat er? U U J K

Nadere informatie

Aanzichten en inhoud. vwo wiskunde C, domein G: Vorm en ruimte

Aanzichten en inhoud. vwo wiskunde C, domein G: Vorm en ruimte Aanzichten en inhoud vwo wiskunde C, domein G: Vorm en ruimte 1 Verantwoording 2015, SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Dit lesmateriaal is ontwikkeld in het kader van de nieuwe

Nadere informatie

percent = procent per cent betekent per 100.

percent = procent per cent betekent per 100. Taak na blok 4 les TAAK 5 Naam: Klas: Datum: Klasnummer: Tip! Percenten G/B 4 percent = procent per cent betekent per 00 45 % is 45 per 00 45 van de 00 45 op 00 45 00 00 % is geheel 50 % is de helft 5

Nadere informatie

Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde

Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde Erratum Meetkunde Je vindt hier de correcties voor Handig met getallen 4 (ISBN: 978 94 90681 005). Deze correcties zijn ook bedoeld voor het Rekenwerkboek

Nadere informatie

Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen)

Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen) Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen) Ga na of de onderstaande beweringen waar of niet waar zijn (invullen op antwoordblad). 1) De krachtwerking van een magneet is bij

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B vwo 2010 - I

Eindexamen wiskunde B vwo 2010 - I Gelijke oppervlakten De parabool met vergelijking y = 4x x2 en de x-as sluiten een vlakdeel V in. De lijn y = ax (met 0 a < 4) snijdt de parabool in de oorsprong O en in punt. Zie. y 4 3 2 1-1 O 1 2 3

Nadere informatie

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12 Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12 Opgaven 7.1 Magneten en elektromagneten 1 a Ongelijke polen trekken elkaar aan. De noordpool van een kompas wordt

Nadere informatie

K 1 Symmetrische figuren

K 1 Symmetrische figuren K Symmetrische figuren * Spiegel Plaats de spiegel zó, dat je twee gelijke figuren ziet. Plaats de spiegel nu zó op het plaatje, dat je dezelfde figuur precies éénmaal ziet. Lukt dat bij alle plaatjes?

Nadere informatie

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde 1 Junior Wiskunde Olympiade 2008-2009: eerste ronde 1 Hoeveel is 2 5 7? (A) 10 21 (B) 25 7 (C) 7 10 (D) 1 15 (E) 29 21 2 Welke van volgende sommen is gelijk aan 10? (A), + 5,555 (B) 2,222 + 6,666 (C),

Nadere informatie

les 5.8 A - inbraakalarm of spiegelverlichting lampje en/of zoemer fitting schroevendraaier schaar

les 5.8 A - inbraakalarm of spiegelverlichting lampje en/of zoemer fitting schroevendraaier schaar stroomkring A inbraakalarm of spiegelverlichting dik karton A3 aluminiumfolie batterij van 4,5 volt drie draden lampje en/of zoemer fitting schroevendraaier schaar liniaal plakband twee paperclips Voor

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Inhoud uitwerkingen

Hoofdstuk 6 Inhoud uitwerkingen Kern Prisma en cilinder a De inhoud is G h=,5 = 4,5cm. b Die inhoud is even groot. a De inhoud is G h= ( 4) 8 = 64 cm b Op iedere hoogte geldt dat de doorsnede van het rechte prisma dezelfde oppervlakte

Nadere informatie

Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift opgenomen.

Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift opgenomen. Examen VMBO-GL en TL 2018 tijdvak 1 dinsdag 15 mei 13.30-15.30 uur wiskunde CSE GL en TL Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift

Nadere informatie

Extra opgaven Aanzichten, oppervlakte en inhoud

Extra opgaven Aanzichten, oppervlakte en inhoud Piramide (bewerking van opgave uit CE vmbo-gtl wis 2009-II) Hierboven is een piramide getekend. Het grondvlak ABC is een gelijkzijdige driehoek met zijden van 6,5 cm. De top T van de piramide ligt recht

Nadere informatie

EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELUK ONDERWIJS IN 1979 , I. Dit examen bestaat uit 4 opgaven. " '"of) r.. I r. ',' t, J I i I.

EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELUK ONDERWIJS IN 1979 , I. Dit examen bestaat uit 4 opgaven.  'of) r.. I r. ',' t, J I i I. .o. EXAMEN VOORBEREDEND WETENSCHAPPELUK ONDERWJS N 1979 ' Vrijdag 8 juni, 9.00-12.00 uur NATUURKUNDE.,, Dit examen bestaat uit 4 opgaven ',", "t, ', ' " '"of) r.. r ',' t, J i.'" 'f 1 '.., o. 1 i Deze

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 2010 tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 18 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 84 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

Werkblad Cabri Jr. Translaties

Werkblad Cabri Jr. Translaties Werkblad Cabri Jr. Translaties Doel Kennismaken met het begrip vector en het begrip translatie (verschuiving) en de eigenschappen van een figuur en het beeld daarvan bij een translatie. De vragen vooraf

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 KENNISMAKEN 1.0 INTRO

Hoofdstuk 1 KENNISMAKEN 1.0 INTRO Hoofdstuk 1 KENNISMAKEN c 1.0 INTRO 1 a Door een kael te spannen en daar langs te rijden. Met een kael van de juiste lengte die je evestigt aan een punt in de grond (het middelpunt) c Met twee latten die

Nadere informatie

Leest hij eerst de eerste kolom van boven naar beneden, dan de tweede enzovoorts, dan hoor je

Leest hij eerst de eerste kolom van boven naar beneden, dan de tweede enzovoorts, dan hoor je Estafette-opgave 1 (20 punten, rest 580 punten) Vier bij vier. In een schema van vier maal vier vierkantjes schrijft iemand letters. In iedere rij en in iedere kolom komt zo één A, één B en één C, zodat

Nadere informatie

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l Opgave 1 Een kompasnaald staat horizontaal opgesteld en geeft de richting aan van de horizontale r component Bh van de magnetische veldsterkte van het aardmagnetische veld. Een spoel wordt r evenwijdig

Nadere informatie

Werkbladen In de klas. Energie. Naam. onderbouw havo/vwo School. Klas

Werkbladen In de klas. Energie. Naam. onderbouw havo/vwo School. Klas Werkbladen In de klas Energie Naam onderbouw havo/vwo School Klas Energie op aarde Energie, fossiele brandstoffen, groene stroom en duurzaamheid. Je hoort er vast wel eens iets over. Maar wat betekent

Nadere informatie

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten.

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Uitwerkingen 1 Opgave 1 IJzer, nikkel en kobalt. Opgave 2 ermanente magneten zijn blijvend magnetisch. Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Opgave 4 Weekijzer is

Nadere informatie

START WISKUNDE-ESTAFETTE RU 2007 Je hebt 60 minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 600.

START WISKUNDE-ESTAFETTE RU 2007 Je hebt 60 minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 600. START WISKUNDE-ESTAFETTE RU 2007 Je hebt 60 minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 600. Estafette-opgave 1 (20 punten, rest 580 punten) Vier bij vier. In een schema van vier maal

Nadere informatie

Uitwerkingen 1. ω = Opgave 1 a.

Uitwerkingen 1. ω = Opgave 1 a. Uitwerkingen Opgave π omtrek diameter Eén radiaal is de hoek, gemeten vanuit het middelpunt van een cirkel, waarbij de lengte van de boog gelijk is aan de straal. c. s ϕ r d. ϕ ω t Opgave π (dus ongeveer

Nadere informatie

Willem-Jan van der Zanden

Willem-Jan van der Zanden Enkele praktische zaken: Altijd meenemen een schrift met ruitjespapier (1 cm of 0,5 cm) of losse blaadjes in een map. Bij voorkeur een groot schrift (A4); Geodriehoek: Deze kun je kopen in de winkel. Koop

Nadere informatie

Aan de gang. Wiskunde B-dag 2015, vrijdag 13 november, 9:00u-16:00u

Aan de gang. Wiskunde B-dag 2015, vrijdag 13 november, 9:00u-16:00u Aan de gang Wiskunde B-dag 2015, vrijdag 13 november, 9:00u-16:00u Verkenning 1 (Piano) Je moet een zware piano verschuiven door een 1 meter brede gang met een rechte hoek er in. In de figuur hierboven

Nadere informatie

Een ander zijvlak is het regelmatige vijfhoek met aantal zijden P=5. Hierbij moeten Q=3 zijvlakken samenkomen in een hoekpunt van het veelvlak.

Een ander zijvlak is het regelmatige vijfhoek met aantal zijden P=5. Hierbij moeten Q=3 zijvlakken samenkomen in een hoekpunt van het veelvlak. Praktische-opdracht door een scholier 1498 woorden 6 juni 2003 6,5 134 keer beoordeeld Vak Wiskunde Deelvraag 1: Wat is de definitie van een Platonische Lichaam / Platonisch Veelvlak? De definitie: Een

Nadere informatie

Wiskunde D-dag Vrijeschool Zutphen VO donderdag 18 februari, 12:30u 16:30u. Aan de gang

Wiskunde D-dag Vrijeschool Zutphen VO donderdag 18 februari, 12:30u 16:30u. Aan de gang Wiskunde D-dag 2016 Vrijeschool Zutphen VO donderdag 18 februari, 12:30u 16:30u Aan de gang Verkenning 1 piano Je moet een zware piano verschuiven door een 1 meter brede gang met een rechte hoek er in.

Nadere informatie

Elektromotor Easy Benodigd gereedschap: liniaal. priem secondelijm steeksleutel schroevendraaier. potlood

Elektromotor Easy Benodigd gereedschap: liniaal. priem secondelijm steeksleutel schroevendraaier. potlood 116.301 Elektromotor Easy Benodigd gereedschap: priem secondelijm steeksleutel schroevendraaier liniaal Hinweis Bei den OPITEC Werkpackungen handelt es sich nach Fertigstellung nicht um Artikel mit Spielzeugcharakter

Nadere informatie

Werkblad Cabri Jr. Het parallellogram

Werkblad Cabri Jr. Het parallellogram Werkblad Cabri Jr. Het parallellogram Doel Constructie van een parallellogram op basis van puntspiegelingen. We introduceren daartoe allereerst het begrip puntspiegeling. Vervolgens bekijken we de Cabri

Nadere informatie

Werkblad 1 - Thema 14 (NIVEAU GEVORDERD)

Werkblad 1 - Thema 14 (NIVEAU GEVORDERD) Werkblad 1 - Thema 14 (NIVEAU GEVORDERD) Wat is een kracht? Tijdens het afwassen laat Jeroen een kopje vallen. Zoals te zien op de plaatjes valt het kopje kapot. Er moet dus een kracht werken op het kopje

Nadere informatie

Magneten en zo. 1 Heb je al een idee waardoor een kompas altijd naar het noorden wijst? ...

Magneten en zo. 1 Heb je al een idee waardoor een kompas altijd naar het noorden wijst? ... Hiernaast is een groot stuk magnetisch gesteente te zien. Dit gesteente heet magnetiet, het is een soort ijzerets. Omstreeks 400 v. Chr. was dit al in Griekenland bekend. De eerste kompassen weren hiervan

Nadere informatie

CURSUS ATELIERONDERSTEUNING WISKUNDE/WETENSCHAPPEN 5 INHOUD

CURSUS ATELIERONDERSTEUNING WISKUNDE/WETENSCHAPPEN 5 INHOUD CURSUS ATELIERONDERSTEUNING WISKUNDE/WETENSCHAPPEN 5 ARCHITECTURALE EN BINNENHUISKUNST 25 lesuren, 2009-2010 Bart Wuytens INHOUD DEEL 1: HOEKEN EN AFSTANDEN Hoofdstuk 1: hoeken en afstanden in rechthoekige

Nadere informatie

Sterrenwerk. Rekenen. voor 9-11 jaar. combineren en visualiseren 2

Sterrenwerk. Rekenen. voor 9-11 jaar. combineren en visualiseren 2 Sterrenwerk Rekenen voor 9-11 jaar combineren en visualiseren 2 2 Hexomino s 1 Die dekselse figuren van zes! Deze figuren bestaan uit zes vierkanten die elkaar met ten minste een zijde raken. Ze heten

Nadere informatie

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand:

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand: Lespakket wrijving Inleiding Wrijving is een natuurkundig begrip dat de weerstandskracht aanduidt, die ontstaat als twee oppervlakken langs elkaar schuiven, terwijl ze tegen elkaar aan gedrukt worden.

Nadere informatie

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4 Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4 4.4.1 Basis Lijnen en hoeken 1 Het assenstelsel met genoemde lijnen ziet er als volgt uit: 4 3 2 1 l k -4-3 -2-1 0 1 2 3 4-1 -2-3 n m -4 - Hieruit volgt: a Lijn k en

Nadere informatie

Oefenexamen wiskunde vmbo-tl Onderwerp: meetkunde H2 H6 H8 Antwoorden: achterin dit boekje

Oefenexamen wiskunde vmbo-tl Onderwerp: meetkunde H2 H6 H8 Antwoorden: achterin dit boekje Oefenexamen wiskunde vmbo-tl Onderwerp: meetkunde H2 H6 H8 Antwoorden: achterin dit boekje Indien van toepassing: schrijf je berekening op. Tekening altijd met geodriehoek en potlood. Omtrek rechthoek

Nadere informatie

ZESDE KLAS MEETKUNDE

ZESDE KLAS MEETKUNDE ZESDE KLAS MEETKUNDE maandag 1. Het vierkant. Eigenschappen. 2. Vierkanten tekenen met passer en lat vanuit zeshoek 3. Vierkanten tekenen met passer en lat binnen cirkel 4. Vierkanten tekenen met passer

Nadere informatie

wiskunde CSE GL en TL

wiskunde CSE GL en TL Examen VMBO-GL en TL 2014 tijdvak 2 dinsdag 17 juni 13.30-15.30 uur wiskunde CSE GL en TL Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 23 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 76 punten

Nadere informatie

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten.

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Uitwerkingen 1 Opgave 1 IJzer, nikkel en kobalt. Opgave 2 ermanente magneten zijn blijvend magnetisch. Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Opgave 4 Weekijzer is

Nadere informatie

ONDERZOEK METALEN 3. Welke metalen geleiden het best warmte en elektriciteit? Welke metalen worden aangetast door vocht?

ONDERZOEK METALEN 3. Welke metalen geleiden het best warmte en elektriciteit? Welke metalen worden aangetast door vocht? ONDERZOEK METALEN 3 Onderzoeksvraag Welke metalen geleiden het best warmte en elektriciteit? Welke metalen worden aangetast door vocht? Werkwijze Je leest aandachtig de vragen. Aan de hand hiervan los

Nadere informatie

Rakende cirkels. Oriëntatie. Keuzeopdracht voor wiskunde

Rakende cirkels. Oriëntatie. Keuzeopdracht voor wiskunde Rakende cirkels Keuzeopdracht voor wiskunde Verrijkende opdracht over construeren en redeneren in figuren Voorkennis: meetkunde: cirkels, raaklijn, loodrecht stand; sinus: waarden voor bekende hoeken als

Nadere informatie

113.185 B l i k s e m b o l Let op!. Benodigd gereedschap: Stuklijst Aantal Afm. (mm) Omschrijving Nr.

113.185 B l i k s e m b o l Let op!. Benodigd gereedschap: Stuklijst Aantal Afm. (mm) Omschrijving Nr. is uniek 113.185 Bliksembol Let op!. Opitec bouwpakketten zijn na afbouw geen speelgoed, maar leermiddelen als ondersteuning in het pedagogisch vakgebied.dit bouwpakket mag door kinderen en jongeren alleen

Nadere informatie

OOFDSTUK 8 9/1/2009. Deze toets bestaat uit 3 opgaven (31 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes!

OOFDSTUK 8 9/1/2009. Deze toets bestaat uit 3 opgaven (31 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes! NATUURKUNDE KLAS 5 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK OOFDSTUK 8 9/1/2009 Deze toets bestaat uit 3 opgaven (31 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes! Opgave 1: Afbuiging

Nadere informatie

Schaduwopgaven Verhoudingen

Schaduwopgaven Verhoudingen Schaduwopgaven Verhoudingen bij 5 Een vierkant wordt verknipt in zeven driehoeken, zoals hiernaast. Het grijze driehoekje gooien we weg. Wat is de verhouding van de oppervlakte van de andere zes? na 10

Nadere informatie

7-8. Frame. raa. Afbeelding 1: Damesfiets

7-8. Frame. raa. Afbeelding 1: Damesfiets 7-8 raa Frame Driehoeksconstructie Het frame is de basis van de fiets en het zorgt voor stevigheid. Je kunt het vergelijken met wat het skelet is voor je lichaam. Er bestaan twee verschillende constructies

Nadere informatie

lesbrieven avonturenpakket de uitvinders en de verdronken rivier leerlingen werkblad Lesbrief 2:

lesbrieven avonturenpakket de uitvinders en de verdronken rivier leerlingen werkblad Lesbrief 2: lesbrieven leerlingen werkblad Lesbrief 2: RAVIJN OVERSTEKEN Verhaal: De Uitvinders en De Verdronken Rivier (deel 2) Het ravijn Opdracht 1: Opdracht 2: Opdracht 3: Brainstorm ravijn oversteken Bruggen

Nadere informatie

3.3 Les 3: Het opstellen van een hypothese

3.3 Les 3: Het opstellen van een hypothese 3.3 Les 3: Het opstellen van een hypothese Doel: Lesinhoud De leerlingen formuleren hypotheses die beginnen met ik denk dat. De leerlingen weten dat ze bij een onderzoek ook het tegenovergestelde onderzoeken

Nadere informatie

Deel 4: Krachten. 4.1 De grootheid kracht. 4.1.1 Soorten krachten

Deel 4: Krachten. 4.1 De grootheid kracht. 4.1.1 Soorten krachten Deel 4: Krachten 4.1 De grootheid kracht 4.1.1 Soorten krachten We kennen krachten uit het dagelijks leven: vul in welke krachten werkzaam zijn: trekkracht, magneetkracht, spierkracht, veerkracht, waterkracht,

Nadere informatie

werkschrift driehoeken

werkschrift driehoeken werkschrift driehoeken 1 hoeken 11 Rangschik de hoeken van klein naar groot. 14 b Teken een lijn l met daarop een punt A. Teken met je geodriehoek een lijn die l loodrecht snijdt in A. c Kies een punt

Nadere informatie

5 De ruimte in = 10 kogels. A = 56 kogels M M N. 11 cm 11 cm. 1 : cm. 2 cm 2 cm. 3 cm. even lang!

5 De ruimte in = 10 kogels. A = 56 kogels M M N. 11 cm 11 cm. 1 : cm. 2 cm 2 cm. 3 cm. even lang! 31 32 1 2 5 e ruimte in 1 + 3 + 6 = 10 kogels N M M N A 1 + 36 + 10 + 15 + 21 = 56 kogels 11 cm 11 cm 1 : 150 4 cm 2 cm 2 cm 3 cm vooraanzicht bovenaanzicht even lang! vijfzijdig prisma wit Buitendiagonalen:

Nadere informatie