Opleidingsstatuut bacheloropleidingen HBO-ICT en CMD, studiejaar

Transcriptie

1 Opleidingsstatuut bacheloropleidingen HBO-ICT en CMD, studiejaar Deel 3E Beschrijving van Deeltijdproject, Stage en Afstudeerproject (integrale toets niveau 3) De inhoud van dit deel maakt onverkort deel uit van de Onderwijs- en examenregeling (OER) die in deel 2 van dit opleidingsstatuut is opgenomen.

2 Inhoudsopgave Deeltijd-project... 3 Stage... 7 Afstudeerproject (alleen studenten semestermodel)... 10

3 Deeltijdproject Opleiding Beroepstaak Product HBO-ICT, profielen Software Development (SD) en Information Management & Consultancy (IMC) CMD, profiel Interaction Design BIM, I, TI, CMD (semestermodel) Voer binnen een multidisciplinair team een gegeven projectopdracht uit, op een verantwoorde methodische en projectmatige wijze, binnen de gestelde projectgrenzen (tijd, geld en kwaliteit). Afhankelijk van de opdracht Algemene Omschrijving De hoofdfase van de deeltijdopleidingen bij ICA bevat naast drie semesters ook een project. In de semesters is het doel bepaalde beroepsgebonden competenties (domeincompetenties) te ontwikkelen. In dit project ligt de nadruk op: - leren samenwerken, communiceren en planmatig werken - leren een relatief open opdracht methodisch en projectmatig aan te pakken en tot het afgesproken eindresultaat te brengen - eerder opgedane kennis in een nieuwe situatie kunnen toepassen en zo nodig kunnen verdiepen. Als vehikel hiervoor gaan jullie met een projectgroep voor een reële opdrachtgever een multidisciplinaire projectopdracht uitwerken, ontwikkelen en realiseren. De opzet De drie genoemde lijnen vormen de rode draad in het project. Dat komt terug in de ondersteuning vanuit school en in de toetsing van het project. Het met een projectgroep uitvoeren van een opdracht leent zich bij uitstek om alle genoemde lijnen in hun onderlinge relatie te oefenen: - door als groep aan de opdracht te werken moet er worden samengewerkt en gecommuniceerd. In workshops en literatuurverwijzingen zal de nodige kennis over communiceren en samenwerken worden aangereikt. Vervolgens is er begeleiding bij het individueel toepassen van de opgedane kennis. - om een project als een project uit te kunnen voeren moet er planmatig en projectmatig gewerkt worden. De kennis hiervoor zal ook in workshops en leerstof worden aangereikt. In begeleidingsbijeenkomsten zal de groep worden begeleid in het toepassen van de kennis op het uit te voeren project; - om de opdracht te kunnen uitvoeren moet er gebruik gemaakt worden van de vakkennis uit diverse disciplines die in de projectgroep vertegenwoordigd zijn. Hiervoor zal tijdens het project geen nieuwe kennis worden aangereikt. Het is de bedoeling dat de student gebruik maakt van eerder opgedane kennis. Wel wordt er op beperkte schaal vakinhoudelijke begeleiding vanuit de diverse disciplines aangeboden. Hiermee zijn meteen de drie begeleidingsrollen geduid: - een docent begeleidt de student, waar mogelijk in groepsverband bij de ontwikkeling van zijn individuele vaardigheden op het vlak van communiceren en samenwerken; - een docent begeleidt de projectgroep bij het projectmatig en planmatig uitvoeren van het project; - een docent begeleidt de individuele studenten, waar mogelijk groepsgewijs, bij het kiezen van de juiste vakinhoudelijke aanpak van de diverse deelproducten van het project. NB. Als je zelf met een opdracht komt, dan doe je dat minimaal twee weken voor de start van het project. Je moet dan wel zelf voor een opdrachtgever zorgen. De opdracht wordt beoordeeld door de deskundigen van het docententeam. Een opdracht voor twee personen voldoet dus niet aan de voorwaarden.

4 Relatie met de eindkwalificaties Profiel Software Development SD-1 SD-2 SD-3 SD-4 SD-5 SD-6 SD-7 Project x x x x x x x Profiel Information Management and Consultancy IMC-1 IMC-2 IMC-3 IMC-4 IMC-5 IMC-6 IMC-7 IMC-8 IMC-9 Project x x x x x x x x x Profiel Interaction Design IxD-1 IxD-2 IxD-3 IxD-4 IxD-5 IxD-6 IxD-7 IxD-8 Project X X X X X X X X

5 Deeltijdproject Titel onderwijseenheid Deeltijdproject (I- PrSem) 1. Opleiding HBO-ICT, CMD 2. Doelgroep Studenten DT Hoofdfase profielen Software Development (SD), Information Management & Consultancy (IMC) Studenten DT Hoofdfase profiel Interaction Design Studenten DT Hoofdfase (semestermodel) 3. Beroepstaak Voer binnen een multidisciplinair team een gegeven projectopdracht uit, op een verantwoorde methodische en projectmatige wijze, binnen de gestelde projectgrenzen (tijd, geld en kwaliteit). 4. Beroepsproducten Afhankelijk van de opdracht 5. Studiepunten 22,5 6. Samenhang met andere OWE s Bouwt voort op eerdere semesters 7. Ingangseisen N.v.t. 8. Algemene omschrijving Doel van het project is drieledig: - leren samenwerken, communiceren en planmatig werken - leren een relatief open opdracht methodisch en projectmatig aan te pakken en tot het afgesproken eindresultaat te brengen - eerder opgedane kennis in een nieuwe situatie kunnen toepassen en zo nodig kunnen verdiepen. 9. Competenties & 10. Beoordelingscriteria 11. Tentaminering Gezien de variatie in door de studenten uit te voeren projectopdrachten is het onmogelijk op voorhand de exacte beoordelingscriteria aan te geven. De opdracht moet in ieder geval een deel van de competenties & beoordelingscriteria raken. We verwijzen daarom naar de OWE s van de betreffende basissemesters. Code tentamen ProfSkills Deeltentamen Professional Skills Toetsvorm Beroepsproduct /individueel Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 Weging 1 Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Code tentamen DomCom Deeltentamen Domeincompetenties (incl. methodisch werken) Toetsvorm Beroepsproduct / individueel Aantal examinatoren 1 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 Weging 1 Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt Code tentamen EindProd Deeltentamen Eindproduct (incl. projectmatig werken) Toetsvorm Beroepsproduct Aantal examinatoren 1

6 Beoordeling Cijfer Minimaal resultaat 5,5 Weging 1 Periode afname Zie toetsschema Compensatie Nvt 12. Verplichte literatuur Hilder, E., Peters, L. (2008). DSDM, een introductie. Zaltbommel: Van Haren Publishing BV. 13. Software N.v.t. 14. Overig materiaal N.v.t. 15. Activiteiten Workshops Zelfwerkzaamheid 16. Werkvormen Workshops Zelfwerkzaamheid 17. Les-/contacturen Geprogrammeerde contacttijd 18*4 = 72u Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamheid = 548u Tentaminering = 10u 18. Onderwijsperiode Elk semester, mits er voldoende deelnemers zijn 19. Maximum aantal deelnemers N.v.t.

7 Stage Titel onderwijseenheid Stage (I-Stage) 1. Opleiding HBO-ICT, BIM, CMD, I, TI 2. Doelgroep Alle studenten in de hoofdfase (VT en DT) 3. Beroepstaak Projecten uitvoeren in de beroepspraktijk 4. Beroepsproducten Stageplan, stagewerk, stageverslag (waarin reflectie), eindpresentatie 5. Studiepunten Samenhang met andere OWE s In de stage wordt voortgebouwd op de kennis en vaardigheden die de student heeft opgedaan tijdens de propedeuse en de hoofdfase. 7. Ingangseisen Afgeronde propedeuse Minimaal 37,5 studiepunten gehaald in de hoofdfase Door de praktijkcoördinator goedgekeurde stageplek 8. Algemene omschrijving Het doel van de stage is: - werkervaring opdoen in een beroepscontext die past binnen het opleidingsprofiel; - competentie-ontwikkeling door het uitvoeren van opdrachten / werkzaamheden met concrete beroepsproducten passend bij profiel van studie van de student; - organisatiedynamiek ervaren (onduidelijkheden, onvolledige en tegenstrijdige informatie, onverwachte situaties, etc.) en ermee om leren gaan; - inzicht en beeldvorming in het beroepenveld (actualiteit, methode, techniek); - initiële opbouw beroepsidentiteit (van bijbehorende beroepenveld). De meerwaarde van de stage is dat de student de praktijk van zijn studieprofiel leert kennen en zijn kennis en vaardigheden leert toepassen in de beroepspraktijk. De competenties voor de stage liggen daarom op het kunnen toepassen in de beroepspraktijk van de tot dan toe in de studie opgedane kennis en vaardigheden en het leren kennen van de beroepspraktijk. De student gaat daartoe in de stageverlenende organisatie werkzaamheden op (aspirant) hbo-niveau doen die passen binnen het profiel van zijn/haar opleidingsprofiel, bij voorkeur in de vorm van meewerken in enkele projecten. Om de competenties die voor de stage gelden te kunnen behalen, worden er eisen gesteld aan de stage verlenende organisatie: de organisatie biedt de mogelijkheid aan de stagiaire om praktijkervaring op te doen in het studieprofiel van de student; in de organisatie wordt gerealiseerd op basis van analyses en ontwerpen; de bedrijfsbegeleider heeft een opleiding op hbo-niveau in de ICT of CMD; de organisatie stelt minimaal 3 uur per week beschikbaar voor begeleiding van de stagiair en biedt de stagiair een bij het werk passende werkplek. Het is de verantwoordelijkheid van de student om tijdig een geschikte stageplek te vinden. 9. Competenties S-1. De student kan de op school opgedane kennis en vaardigheden toepassen in de beroepspraktijk. S-2. De student kan de overeenkomsten en/of verschillen benoemen en beschrijven in de aanpak van de werkzaamheden in de praktijk met de aanpak zoals geleerd in op school en kan daarover een persoonlijk en beargumenteerd oordeel geven. S-3. De student herkent en kan omgaan met onduidelijkheden, onvolledige en tegenstrijdige informatie, verschillende belangen en onverwachte situaties. S-4. De student kan reflecteren op, en lering trekken uit, de stage-ervaringen. 10. Beoordelingscriteria Competentie Beoordelingscriteria Tentamen

8 S-1 Geeft een overzicht van de projecten waaraan is meegewerkt en met name de eigen werkzaamheden daarbij of, als er meer een zelfstandige opdracht is uitgevoerd, de opdracht en de uitgevoerde werkzaamheden; Toont op basis van het overzicht van de werkzaamheden aan dat op HBO-niveau praktijkervaring is opgedaan met: o [profielenmodel] minimaal 1/3 van de competenties van de projecten van 2 semesters die hij heeft gevolgd in de hoofdfase van zijn studie; o [deeltijd] minimaal 1/3 van de competenties van 2 semesters die zijn gevolgd in de hoofdfase van zijn studie; o [semestermodel] minimaal 2 van de domein competenties van zijn studie. Toont aan de hand van producten die het resultaat zijn van zijn eigen werkzaamheden aan dat hij de op school opgedane kennis en vaardigheden kan toepassen in de praktijk. Hiertoe selecteert de student minimaal 3 en maximaal 7 (deel)producten die hij heeft gemaakt. Hierbij zit in ieder geval het (deel)product dat het minst goed is gelukt. De overige producten kiest de student zodanig dat de selectie een representatief beeld geeft van de breedte van zijn prestaties tijdens de stage. Het gaat dus om een representatief beeld van de opgeleverde producten en dus niet om alle opgeleverde producten. De gepresenteerde producten moeten gemiddeld minimaal het niveau hebben dat ook wordt gevraagd in de gevolgde semesters (vormbehoud). Alle schriftelijke producten zijn doel- en doelgroepgericht geschreven en de tekst voldoet aan de eisen van de ICA-controlekaart. S-2 Beschrijft de overeenkomsten en/of verschillen in de aanpak in de praktijk van de geselecteerde producten met de aanpak zoals geleerd in 2 van de gevolgde semesters in de hoofdfase. En dat zowel ten aanzien van de vakinhoudelijke als van de procesmatige en de professionele aanpak van de werkzaamheden. Als de aanpak overeenkomt: hoe is de aanpak in de praktijk gegaan en gedaan; als de aanpak anders is: wat zijn de overeenkomsten en wat de verschillen met zoals in de semesters geleerd? Uit deze analyse komt naar voren dat de student hetgeen hij in de semesters heeft geleerd kan plaatsen in de werkzaamheden van de beroepspraktijk; Geeft een persoonlijk en beargumenteerd oordeel over de gevonden overeenkomsten en/of verschillen. Alle schriftelijke producten zijn doel- en doelgroepgericht geschreven en de tekst voldoet aan de eisen van de ICA-controlekaart. S-3 Beschrijft minimaal 2 en maximaal 4 situaties waar voor hemzelf sprake was van onduidelijkheden, onvolledige en tegenstrijdige informatie, verschillende belangen en onverwachte situaties. De gepresenteerde situaties worden zodanig beschreven en geanalyseerd dat helder is wat er aan de hand was. Beschrijft hoe met de situatie is omgegaan en beargumenteert waarom dat wel of geen adequate manier van handelen was. Alle schriftelijke producten zijn doel- en doelgroepgericht geschreven en de tekst voldoet aan de eisen van de ICA-controlekaart. S-4 Beschrijft minimaal 3 zaken die goed gingen en ook minimaal 3 zaken die voor verbetering vatbaar zijn. De gepresenteerde situaties (minimaal 6) worden zodanig beschreven en geanalyseerd dat duidelijk is wat er aan de hand was. Geeft op basis van de beschrijving en analyse een overzicht van zijn sterkere en zwakkere punten. Geeft een gemotiveerd overzicht van wat hij hiervan leert voor de rest van zijn leven. Alle schriftelijke producten zijn doel- en doelgroepgericht geschreven en de tekst voldoet aan de eisen van de ICA-controlekaart. Stageverslag 2 1 Stageverslag 3 + Presentatie Stageverslag 2 Stageverslag 3 + Presentatie Stageverslag 3 + Presentatie Stageverslag 3 + Presentatie 11. Tentaminering Code tentamen VerslagTussen Deeltentamen Stageverslag 2 Toetsvorm Schriftelijk (Tussentijdsverslag) Aantal examinatoren 1 1 Stageverslag 1 wordt door de stagiair opgeleverd na 6 weken stage. Dat is versie 1 van het uiteindelijke Stageverslag 3, die (versie 1) alleen formatief wordt beoordeeld.

9 Beoordeling Individueel cijfer Minimaal resultaat Geen Weging 1 Periode afname Zie toetsschema Compensatie N.v.t. Code tentamen VerslagEind Deeltentamen Stageverslag 3 + presentatie Toetsvorm Schriftelijk (Stage eindverslag) Aantal examinatoren 1 Beoordeling Individueel cijfer Minimaal resultaat 5,5 Weging 4 Periode afname Zie toetsschema Compensatie N.v.t. 12. Verplichte literatuur Alle literatuur horende bij de gevolgde semesters. 13. Software Afhankelijk van de stagesituatie. 14. Overig materiaal Afhankelijk van de stagesituatie. 15. Activiteiten Meewerken met projecten in de stageverlenende organisatie of min of meer zelfstandig werkzaamheden uitvoeren. 16. Werkvormen Begeleiding op afstand. 17. Les-/contacturen Geprogrammeerde contacttijd: 4 * 2,5 = 10 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamheid: 825 uur Tentamentijd: 5 uur. 18. Onderwijsperiode Zie Opleidingsstatuut (deel 1) 19. Maximum aantal deelnemers N.v.t.

10 Afstudeerproject (alleen studenten semestermodel) Titel onderwijseenheid Afstudeerproject (I-AOD) en Integrale toets niveau 3 1. Opleiding BIM,CMD, I, TI 2. Doelgroep Studenten VT en DT Hoofdfase, Semestermodel 3. Beroepstaak Uitvoeren van een afstudeeropdracht 4. Beroepsproducten Afhankelijk van de opdracht, bijvoorbeeld: adviesrapport, requirements analyserapport, user interface, ontwerprapport, implementatierapport, testrapport, applicatie of systeem, motion graphics, audiovisuele applicatie, database, mobiele applicatie, web-applicatie, usabilityrapport. 5. Studiepunten 30 In ieder geval: onderzoeksplan en onderzoeksrapport 6. Samenhang met andere OWE s Afsluiting van de hoofdfase. Mag alleen gestart worden als alle overige studieonderdelen succesvol zijn afgerond. 7. Ingangseisen Propedeuse afgerond Stageopdracht afgerond Minor afgerond Voltijd: 3 hoofdfase semesters afgerond Deeltijd: 3 deeltijd-semesters en het deeltijdproject afgerond Door de praktijkcoördinator goedgekeurde opdracht 8. Algemene omschrijving Het doel van het afstudeerproject is een proeve van bekwaamheid af te leveren als zelfstandig, beginnend beroepsbeoefenaar. Het is de verantwoordelijkheid van de student tijdig een geschikte opdracht te zoeken. ICA stelt een aantal algemene eisen aan bedrijf en bedrijfsbegeleider. Daarnaast worden aan de opdracht een aantal eisen gesteld die afhankelijk zijn van de opleiding. Alle eisen zijn vastgelegd in de afstudeerhandleiding. De opdracht dient te worden goedgekeurd door de praktijkcoördinator van de betreffende opleiding. Bij de start van het afstudeerproject krijgt de student een docent toegewezen. Het project start in het eerste blok volgend op het realiseren van de ingangsvoorwaarden. Gedurende de uitvoering van de opdracht houdt de student contact met zijn afstudeerdocent, conform de beschrijving in de afstudeerhandleiding. De door de student geleverde prestatie wordt beoordeeld door een afstudeercommissie bestaande uit de afstudeerdocent, een assessor (een docent die de student niet bij zijn afstudeeropdracht heeft begeleid) en zo mogelijk een door de Examencommissie aangewezen externe examinator als externe deskundige uit het werkveld. Contactmomenten (alle contacten vinden plaats op initiatief van de student): Uitwerking opdracht (via mail, eventueel telefonisch) Plan van aanpak (via mail, eventueel telefonisch) Eerste bezoek docent aan afstudeerder bij het bedrijf Tweewekelijkse voortgangsverslagen (via mail) Mijlpaalproducten voor feedback (via mail) Eventueel tweede bezoek docent aan afstudeerder bij het bedrijf Concept-afstudeerverslag (via mail, eventueel telefonisch) Feedback op concept van docent aan student (via mail, eventueel telefonisch) Definitief afstudeerverslag en beroepsproducten (fysiek inleveren) Presentatie en verdediging (Evt. reparatie) 9. Competenties Minimaal twee domeincompetenties (Analyseren, Adviseren, Ontwerpen, Realiseren of Beheren), naar keuze van de student, passend bij de opleiding en de opdracht Onderzoeken Professioneel functioneren (communiceren, samenwerken, planmatig werken, zelfsturing) 10. Beoordelingscriteria Competentie Beoordelingscriteria Tentamen

11 Onderzoek Methoden, technieken en/gereedschappen: voldoende beschreven, keuze gemotiveerd, passend bij de opdracht en correct toegepast. De onderzoeksvragen zijn passend en aansluitend bij de probleemstelling. Som van de deelvragen komt overeen met de hoofdvraag. Kwaliteit van opgeleverd onderzoek: Onderzoeksvragen beantwoord en conclusies getrokken. Heldere rapportage vd resultaten en hoe die bereikt zijn. Heldere conclusies, aanbevelingen. Kwaliteit van het onderzoeksproces: volgens plan uitgevoerd, voldoende gedocumenteerd, tussentijds gecontroleerd of de uitvoering van het onderzoek voldoet aan oorspronkelijke vraagstelling en onderzoeksmethoden. Literatuurgebruik: relevant, actueel, voldoende onderbouwing gevend, met correcte verwijzingen, bronnenlijst ingedeeld en volgens APA. Analyseren Methoden, technieken en/gereedschappen: voldoende beschreven, keuze gemotiveerd, passend bij de opdracht en correct toegepast. De analyse is passend en aansluitend bij de opdracht. Kwaliteit van opgeleverd analyse: huidige situatie beschreven en gewenste situatie in kaart gebracht. Context geanalyseerd (doelgroep/gebruiker, content, bedrijf). Verkregen informatie voldoende en relevant voor het doel. Geïnterpreteerd vanuit de analysevragen. Heldere rapportage/presentatie vd resultaten en hoe die bereikt zijn. Heldere conclusies, aanbevelingen. Requirements opgesteld, gerubriceerd, voorzien van prioriteiten en afgestemd op de opdracht. Kwaliteit van het analyseproces: volgens plan uitgevoerd, voldoende gedocumenteerd. Tussentijds gecontroleerd of de uitvoering van de analyse voldoet aan oorspronkelijke vraagstelling. Adviseren Ontwerpen Realiseren Beheren Communiceren Methoden, technieken, gereedschappen: voldoende beschreven, alternatieven overwogen, keuze gemotiveerd, passend bij de opdracht en correct toegepast. Kwaliteit van het opgeleverde advies: gebaseerd op analyse/onderzoeksresultaten en passend bij probleemstelling, professioneel onderbouwd, helder en overtuigend gepresenteerd. Voorstellen gedaan voor een vervolgtraject. Kwaliteit van het adviesproces: volgens plan uitgevoerd, alternatieven afgewogen, haalbaarheid getoetst, draagvlak gecreëerd. Methoden, technieken, gereedschappen: voldoende beschreven, alternatieven overwogen, keuze gemotiveerd, passend bij de opdracht en correct toegepast. Kwaliteit van het ontwerp: voldaan aan eisen en wensen, consistent, in hoeverre innovatief. Voldoende gedocumenteerd en geschikt voor realisatie door derden. Functioneel ontwerp en/of overdrachtsdocument. Kwaliteit van het ontwerpproces: volgens plan uitgevoerd, professionele ontwerpkeuzes gemaakt, gemotiveerd en voldoende gedocumenteerd. Alternatieve ontwerpoplossingen onderzocht en afgewogen. Tussentijdse ontwerpen geëvalueerd in overleg met opdrachtgever en doelgroep. Methoden, technieken, gereedschappen: voldoende beschreven, keuze gemotiveerd, passend bij de opdracht en correct toegepast. Kwaliteit van de realisatie: product gerealiseerd conform ontwerp en geldende richtlijnen. Kwaliteitseisen gesteld en geborgd. Product ingevoerd. Product overdraagbaar. Kwaliteit van het realisatieproces: volgens plan uitgevoerd, professionele realisatiekeuzes gemaakt en gemotiveerd. Tussentijds gecontroleerd of product voldoet aan ontwerp, richtlijnen, eisen en wensen. Methoden, technieken, gereedschappen: beschreven, keuze gemotiveerd, passend bij de opdracht en correct toegepast. Kwaliteit van exploitatie en beheer: goed georganiseerd. Vereiste continuïteit gewaarborgd. Overdraagbaar: beheertaken en processen beschreven. Alle consequenties van wijzigingsvoorstellen voor exploitatie en continuïteit van het product beoordeeld. Kwaliteit van het proces: volgens plan uitgevoerd, professionele keuzes gemaakt en gemotiveerd. Tussentijds gecontroleerd of exploitatie- en beheerplan voldoet aan richtlijnen, eisen en wensen. Communiceert op correcte wijze zowel mondeling als schriftelijk. Doel- en doelgroepgericht. Structuur helder en compleet: correcte inleiding, inhoudsopgave en indeling in

12 Samenwerken Planmatig werken Zelfsturing hoofdstukken en paragrafen. Heldere samenvatting met beknopte vraagstelling, weergave van resultaten en conclusie en zelfstandig leesbaar. Taalgebruik: correcte zinsbouw en spelling, consequent in tijdsperspectief (gebruik tegenwoordige tijd - verleden tijd), zakelijke stijl. Lay-out helder en verzorgd: visuele hiërarchie, consequent kleurgebruik, passende illustraties. Maakt afspraken en komt deze na. Deelt kennis en ervaring met teamleden. Overlegt over taakverdeling. Voldoende zelfstandig, tijdige terugkoppeling. Levert inhoudelijke bijdragen in een overleg, doet zo nodig een beroep op anderen. Voorbereiding: aanpak concreet uitgewerkt, realistische planning, mijlpaalproducten helder gedefinieerd. Uitvoering: volgens PvA te werk gegaan, projectmethode daadwerkelijk gevolgd, mijlpaalproducten volgens plan gerealiseerd, voortgang bewaakt. Verslag: projectdefinitie helder, voldoende diepgaand beeld van aanpak,voldoende diepgaand beeld van resultaten, conclusies en evaluatie van het project: beschrijving producten, onderbouwing keuzes, terugkoppeling naar de probleemstelling. Projectevaluatie: levert onderbouwd oordeel over het project. Reflecteert op eigen professioneel handelen, beschrijft leereffect. Actief gezocht naar kennisbronnen en open voor andere inzichten. Persoonlijke reflectie: beschrijft persoonlijke ontwikkeling in relatie tot project. 11. Tentaminering Code tentamen Eindbd Deeltentamen Toetsvorm Presentatie en verdediging van afstudeeropdracht Aantal examinatoren Minimaal 2, zo mogelijk 3 (2 intern, 1 extern) Beoordeling Individueel cijfer Minimaal resultaat Alle onderdelen 5,5 Weging Zie hierna Periode afname Conform afstudeerrooster Compensatie N.v.t. Het eindcijfer wordt berekend als het gewogen gemiddelde van: 1. Afstudeerverslag (30%) 2. Afstudeerwerk (40%) 3. Eindpresentatie en verdediging (10%) 4. Professioneel functioneren (20%) Alle onderdelen moeten voldoende zijn om te slagen. 12. Verplichte literatuur Alle literatuur gebruikt tijdens de opleiding. 13. Software Afhankelijk van de opdracht. 14. Overig materiaal Afhankelijk van de opdracht. 15. Activiteiten Afhankelijk van de opdracht. 16. Werkvormen Begeleiding op afstand. 17. Les-/contacturen Geprogrammeerde contacttijd: 4 * 2,5 = 10 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfwerkzaamheid: 825 uur Tentamentijd: 5 uur. 18. Onderwijsperiode Zie Opleidingsstatuut (deel 1) en afstudeerrooster. 19. Maximum deelnemers n.v.t.