Versie definitief 23 februari Effectmonitor Top600

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Versie definitief 23 februari Effectmonitor Top600"

Transcriptie

1 definitief

2 Inhoudsopgave Samenvatting Het verminderen van de HIC recidive Het verbeteren van het toekomstperspectief Voorkomen van instroom broertjes en zusjes Bijlage 1: Kenmerken Top Bijlage 2: Inzet begeleiding en trajecten Interventieteam WPI

3 Samenvatting 1. Vermindering HIC-recidive De totale recidive van de Top600 daalde met 49%. De gemiddelde recidivevermindering op HIC-delicten betreft 60%. Hierbij is het van belang om dit uit te splitsen voor de twee groepen die we hierin meenemen: namelijk de Top600-personen die inmiddels zijn uitgestroomd (83% HIC) en de personen die op dit moment op de Top600-lijst staan (41% HIC). Ook is een aantal belangrijke toelichtingen van belang, daarover later in deze monitor meer (zie pagina 5). De aanpak lijkt een langdurig effect te hebben. Onder de 416 personen die reeds zijn uitgestroomd is de recidive voor HIC-delicten gedaald met 83% en voor niet-hic-delicten met 47%. Deze daling is aanzienlijk groter dan in (respectievelijk 62% en 32%). Er staan 191 personen al vanaf het begin van de aanpak op de Top600-lijst. We zien bij deze groep een recidivedaling van 32% voor HIC-delicten en 36% voor niet-hic delicten. Dit is vergelijkbaar met : 31% voor HIC-delicten en 39% voor de niet-hic delicten. Het aantal aanhoudingen van Top600-personen voor HIC-delicten is evenals in gedaald met 62%. Ook voor niet-hic-delicten is de daling nagenoeg vergelijkbaar met de vorige meting: 34% in ten opzichte van 32% in. Onder een steekproef van gedetineerden die vrijkwamen is de recidive vergeleken met vorig jaar. Een maand na vrijlating had 83% niet gerecidiveerd in vergelijking met 73% in. 2. Verbeteren toekomstperspectief Het aantal positief afgeronde reclasseringstoezichten is licht gedaald, van 65% in naar 62%. In 2013 was dit 64% en in %. Voor gedetineerden lukt het steeds beter om vanuit het programma Detentie en Terugkeer gecoördineerd acties in te zetten op verschillende leefgebieden (zoals huisvesting, zorg en financiën), waarmee de kans op recidive kleiner wordt. We zien het aandeel weigeraars om aan deze acties mee te doen, op alle leefgebieden afnemen in vergelijking met (op zorg is dit aandeel bijvoorbeeld afgenomen van 19% naar 12%). Bij 58% van de Top600-personen zien we, naast recidivevermindering, ook een verbetering in hun situatie en functioneren, gemeten op basis van de zogenaamde Zelfredzaamheid-Matrix. In was dit nog 55%. Steeds meer Top600-personen worden begeleid richting een dagbesteding (al dan niet met inkomen). In sloot WPI 19% van haar begeleidingen positief af omdat een persoon aan het werk ging (65%) of naar school (35%). In was dit nog 7%. 3. Voorkomen van instroom broertjes en zusjes Bij 84% van de broertjes en zusjes tot 8 jaar van Top600-personen die aangemeld zijn bij Vangnet Jeugd zien we 8 weken na afsluiting dat zij of goed in zorg zijn, of dat er op dat moment geen zorgen zijn. 3

4 Voor de broertjes en zusjes van Top600-personen die onder begeleiding zijn van het PIT, zien we vooruitgang op alle leefgebieden 6 en 12 maanden na aanvang van het PIT. We zien ook een afname in betrokkenheid bij strafbare feiten: voor aanvang van de inzet van het PIT was 14% van de jongeren geregistreerd als verdachte voor een misdrijf. Nadat het PIT gestart was, daalde dit naar 11%. In was 17% van de jongeren voor start van het PIT geregistreerd als verdachte en 13% erna. Conclusies We zien positieve resultaten op alle drie de doelstellingen: (1) het verminderen van high impact criminaliteit binnen de Top600, (2) het verbeteren van het perspectief van Top600-personen en (3) het verminderen en voorkomen van in- en doorstroom van de broertjes en zusjes. Opvallend is dat een aantal resultaten zich lijkt te stabiliseren in vergelijking met voorgaande jaren. Ook krijgen we steeds beter zicht op een aantal groepen, zoals personen die vanaf het begin van de aanpak op de lijst staan en gedetineerden. Top1000 Op 1 november is de eerste Top400-lijst samengesteld op basis van de vastgestelde strafrechtelijke criteria en zorgcriteria. De eerste lijst bestaat uit 105 personen tussen de 12 en 24 jaar (zie bijlage 1). Opvallende kenmerken zijn: Bijna alle Top400-personen (102) zijn het afgelopen jaar aangehouden voor een misdrijf; 89 personen hebben nu of in het verleden een justitiële maatregel (gehad), zoals een Maatregel Toezicht en Begeleiding; De gemiddelde leeftijd is 16 jaar, een meerderheid (86 personen) is tussen de jaar; 88 personen zijn al op jonge leeftijd (12-14 jaar) een keer aangehouden als verdachte; 16 personen waren bij het Preventief Interventie Team van de Top600 al bekend als broertje of zusje van een Top600-persoon; De stadsdelen Noord (25), Zuidoost (24) en Oost (21) huisvesten op dit moment de grootste populatie Top400-personen; Er staan op dit moment 11 meisjes op de Top400-lijst. In december zijn de eerste personen in regie genomen. In de volgende halfjaarmonitor zullen de resultaten worden weergegeven van de eerste 105 personen die in regie zijn genomen. De komende twee jaar wordt de lijst gefaseerd uitgebreid en worden in totaal 400 personen in regie genomen. 4

5 1 Het verminderen van de HIC recidive Een van de drie pijlers van de aanpak is het voeren van een lik-op-stukbeleid om high impact delicten (HIC) binnen de Top600 te verminderen. Recidive 1 De personen op de Top600-lijst 2 hadden, voordat ze in regie werden genomen 3629 ingestroomde gedagvaarde zaken bij het OM. Nadat zij in regie werden genomen, waren dit er Dit betekent een totale daling van 49% (figuur 1). Vorig jaar lag de recidivevermindering iets lager, op -45%. Uitgesplitst naar type delict zien we een recidivedaling van-60% voor HIC-delicten 3 en -49% voor niet-hic-delicten 4. Vorig jaar was er nog sprake van -52% recidivevermindering voor HIC. Figuur 1: recidive, en recidive (n=797) HIC niet-hic totaal -60% -43% -49% -52% -41% -45% : 1 mei '09-31 oktober '15 : 1 mei '09-30 september '14 overval inbraak woning geweld* straatroof moord/doodslag -76% -43% -49% -66% -49% -74% -31% -49% -63% -38% *openlijk geweld + zware mishandeling Voor de daling van de recidive is een belangrijke toelichting op zijn plaats. Hoewel de daling deels overeenkomt met de landelijke trend (waar al jaren sprake is van een daling in de geregistreerde criminaliteit), spelen er dit jaar twee belangrijke aspecten mee. Ten eerste is het aandeel uitstromers binnen het totaal waarop dit cijfer is gebaseerd, toegenomen in het afgelopen jaar. Dit gegeven heeft effect, aangezien de recidivevermindering fors verschilt per subgroep, zoals in de volgende paragraaf verder toegelicht wordt. Daarbij zijn er begin (tijdelijke) veranderingen geweest in het registratiesysteem van het OM, waardoor binnen het totaal de indeling naar HIC en niet-hic niet altijd gemaakt kan worden. Hierdoor is het verschil in HICrecidive tussen en mogelijk minder groot dan nu weergegeven. Voor twee groepen hebben we de recidive verder geanalyseerd, namelijk voor personen die uitgestroomd zijn omdat zij niet meer aan de criteria voldoen en de personen die juist vanaf het begin van de aanpak (mei 2011) op de lijst staan en nog steeds voldoen aan de criteria. 1 Voor de berekening van de recidive is de definitie van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) gehanteerd dat zich baseert op de analyse van alle door het OM gedagvaarde zaken en strafbeschikkingen, met uitzondering van sepots, nietigverklaringen, vrijspraken en overdrachten naar een ander parket. 2 Het gaat hier om personen die op de peildatum 31 oktober minimaal een jaar in regie zijn geweest. Het gaat zowel om personen die op dit moment op de Top600-lijst (381 personen) staan als personen die inmiddels zijn uitgestroomd (416 personen) zaken m.b.t. HIC-delicten voor regie versus 453 zaken na regie zaken m.b.t. niet-hic-delicten voor regie versus 1409 zaken na regie 5

6 Recidive na uitstroom De recidivevermindering voor uitstromers ligt fors hoger dan bij de totale onderzoeksgroep: in vergelijking met de periode voor regie zijn er 58% minder dagvaardingen geregistreerd, waarvan 83% minder specifiek voor HIC (figuur 2) 5. Ter vergelijking: voor alle overige personen die op dit moment op de Top600-lijst staan, gaat dit om een vermindering van HIC van 41%. Een mogelijke verklaring hiervoor ligt in het gegeven dat we (in overeenstemming met de WODCmethode om recidive te berekenen) nu een langere meetperiode kunnen nemen, zowel voor de in regie name als daarna 6. Hierin speelt mee dat de groep uitstromers in is toegenomen (van 255 personen vorig jaar naar 416 dit jaar). Figuur 2: recidive onder personen die zijn uitgestroomd, 2009-, recidive na uitstroom (n=416) HIC niet-hic totaal -83% -47% -62% -32% -39% -58% : 1 mei '09-31 oktober '15 : 1 mei '09-30 september '14 Recidive oorspronkelijke 600 De recidiveafname voor de oorspronkelijke Top600-personen die nu nog op de Top600-lijst staan (191 personen), ligt veel lager (figuur 3). Op het totaal is er sprake van een afname van -35% en op HIC -32%. In vergelijking met vorig jaar is vooral een minder grote afname te zien bij niet-hic delicten. Figuur 3: recidive onder personen die vanaf het begin van de aanpak op de Top600-lijst staan, 2009-, recidive oorspronkelijke 600 (n=191) HIC niet-hic totaal -32% -36% -35% -31% -39% -36% : 1 mei '09-31 oktober '15 : 1 mei '09-30 september '14 Aanhoudingen voor en na regie Niet elke aanhouding leidt tot een ingezonden proces-verbaal aan het OM en tot een dagvaarding. Daarom is het interessant om naast recidive gebaseerd op dagvaardingen bij het OM ook te kijken naar politieaanhoudingen voor en na regie. We zien, net zoals in, een daling van 62% als het gaat om HIC-aanhoudingen (figuur 4). In totaal is er sprake van 41% minder aanhoudingen, een 5 De uitstromers hadden, voordat ze in regie werden genomen 1717 ingestroomde gedagvaarde zaken bij het OM. Nadat zij in regie werden genomen, waren dit er Het is denkbaar dat de uitstromers in de toegevoegde jaren voor in regie name al crimineel actief waren, terwijl de langere periode daarna ook een periode toont waarin hun criminele activiteiten, met name met betrekking tot HIC, lager waren, op grond waarvan zij immers ook zijn uitgestroomd. 6

7 grotere recidivevermindering in vergelijking met. Dit is ook terug te zien bij de niet-hic delicten: -32% in en -34% in. Figuur 4: aanhoudingen onder (ex-)top600 personen, en aanhoudingen (n=829) HIC niet-hic totaal -62% -34% -41% -62% -32% -39% : 1 mei '09-31 oktober '15 : 1 mei '09-30 september '14 Recidive na detentie Voor het bepalen van de recidive nadat mensen vrijkomen uit detentie is gekeken in hoeverre een selecte groep Top600-gedetineerden die tussen 1 januari en 1 oktober vrijkwamen uit PI Amsterdam Over-Amstel (PIAOA) of PI Lelystad binnen een maand na detentie opnieuw met de politie in aanraking kwamen. Figuur 5 geeft aan of en hoe snel na detentie zij weer een politiecontact hadden. Deze resultaten zijn vergeleken met een vergelijkbare groep in. Figuur 5: Snelheid van recidive na uitstroom uit PI Amsterdam Over-Amstel en PI Lelystad (n=49) (n=58) wel recidive binnen 1 maand geen recidive binnen 1 maand Snelheid van recidive (aantallen) binnen 48 uur 0 0 binnen 1 week 3 3 binnen 2 weken 5 3 binnen 1 maand Uit dit figuur blijkt dat in in totaal 48 van de 58 Top600 gedetineerden (83%) binnen een maand na detentie niet opnieuw met de politie in aanraking kwamen. Tien van de 58 Top600 gedetineerden (17%) recidiveerden wel binnen een maand na detentie en pleegden 12 feiten, waarvan 1 x een HIC delict (een woninginbraak). Ter vergelijking: in recidiveerden 13 van de 49 Top60 gedetineerden (27%) binnen een maand na detentie. Van de 18 feiten die in binnen een maand na detentie werden gepleegd, betrof het 4 x een HIC-delict (2x een woninginbraak en 2x een straatroof). In is voor het eerst ook de recidive van alle Amsterdamse Top600- gedetineerden onderzocht. Binnen een maand na detentie waren 43 van de 203 Top600- gedetineerden (21%) in aanraking gekomen met de politie. Van de 55 feiten die in die periode werden gepleegd, betrof het 5x een HIC-delict (3x woninginbraak en 2x straatroof). De bevindingen van alle Top600-gedetineerden laten een vergelijkbaar beeld zien met de selecte groep die uit PIAOA of PI Lelystad vrijkwamen. Aanhoudingen en vervolgingen Sinds de start van de aanpak medio 2011 tot en met oktober zijn 5698 aanhoudingen verricht bij Top600-personen (figuur 6). We zien daarbij dat het aantal aanhoudingen de eerste twee jaar van de aanpak is gestegen, mogelijk door de integrale samenwerking tussen ketenpartners en het lik-op-stuk-beleid dat bij de aanpak hoort. De daling in de laatste twee jaar ten opzichte van de periode ervoor past bij de eerder genoemde landelijke trend die we zien in politieaanhoudingen. 7

8 Figuur 6: aanhoudingen in jaren van Top600-personen mei-dec jan-okt Van januari tot oktober zijn Top600-personen 1055 keer aangehouden, waarbij zij in 383 (36%) gevallen ook in verzekering zijn gesteld 7. In figuur 7 is te zien dat de politie, het OM en de reclasseringsorganisaties goed op elkaar aansluiten in het proces van aanhouding naar een voorgeleiding. Gestreefd wordt om de reclasseringsadviezen en de voorgeleidingen nog nauwer op elkaar te laten aansluiten. Figuur 7: aanhoudingen en vervolgingen Top600, jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt Detentie Figuur 8 laat per maand de in- en uitstroom uit detentie van Top600-personen zien. Het totaal aantal personen dat op een bepaald peilmoment vast zit, fluctueerde gedurende het jaar rond de 160 personen (ongeveer een kwart van de lijst). Met de nieuwe instroom op de lijst in oktober is het aantal Top600-gedetineerden sterk toegenomen. Een aanzienlijk deel (35%) van de nieuwe instroom zat op het moment van instroom namelijk gedetineerd. Figuur 8: in- en uitstroom detentie per maand, aanhoudingen in verzekering stellingen voorgeleidingen reclasseringsadviezen toename door nieuwe instroom lijst oktober uitstroom instroom totaal aantal op eind van de maand Van de personen die in vrijkwamen, kwam 15% uit een jeugdinrichting (t.o.v. 11% in ). Van de personen die uit Penitentiaire Inrichtingen (voor volwassenen) vrijkwamen, was 38% voorlopig gehecht en 62% afgestraft (t.o.v. 41% voorlopig gehecht en 59% afgestraft in ). 7 Overige personen worden bijvoorbeeld overgedragen aan het korps of heengezonden, omdat het vergrijp strafrechtelijk niet zwaar genoeg is om hen langer vast te kunnen houden, of omdat een openstaande boete betaald wordt. 8 In kwamen 254 unieke personen vrij uit detentie, 22% van de personen zat vaker dan 1x gedetineerd. Dit is vergelijkbaar met (250 unieke personen). 8

9 Leerplicht Personen die nog geen startkwalificatie hebben, vallen tot hun 18 de jaar onder leerplicht, wat inhoudt dat zij op school horen te zitten tot zij een startkwalificatie behalen. Op peildatum 1 oktober kent de Top600 in totaal 28 leerplichtige minderjarigen. Daarvan gaan 17 leerplichtigen naar school en doet het daar goed. Zes leerplichtigen gaan naar school, maar daar gaat het niet goed mee bijvoorbeeld omdat zij verzuimen of gedragsproblemen vertonen. Drie leerplichtigen zaten op 1 oktober vast. Tot slot had één leerplichtige op de peildatum geen school en verbleef één leerplichtige in het buitenland (figuur 9). Figuur 9: cijfers leerplicht op 1 oktober school en het gaat goed school en het gaat slecht in detentie 6 17 geen school verblijft in buitenland Om verzuim snel tegen te kunnen gaan en ervoor te zorgen dat leerplichtigen snel terugkeren naar school, zetten het OM, Bureau Leerplicht Plus, Jeugdbescherming en de William Schrikker Groep fors in om deze personen naar school te begeleiden en op school te houden. Een voorbeeld van deze inzet is de Fastlane Leerplicht. Hierin wordt het proces tussen verzuim en kantonrechter versneld, zodat zaken binnen een maand na een proces verbaal op (eerste) zitting komen bij de kantonrechter. Sinds het begin van de aanpak is 54 keer gebruik gemaakt van deze Fastlane voor 40 minderjarigen, waarbij 11 jongeren meer dan 1 keer zijn ingebracht op de Fastlane. In is tot nu toe 10 keer gebruik gemaakt van de Fastlane bij 8 minderjarigen. Een van deze zaken is gaandeweg ingetrokken. Van de overige 7 jongeren gaan er sinds de leerplicht zitting vier naar school, waarbij het in drie gevallen ook goed gaat op school. Eén jongere zit in detentie, één heeft geen school en van één jongere is het op de peildatum niet bekend of hij op school zit, maar is hij wel in zicht bij leerplicht. In zien we een daling in het aantal proces verbalen leerplicht (figuur 10) en daaropvolgend het aantal ingezette Fastlane Leerplicht zaken. Deze daling past bij de algemene trend waarbij het aantal proces verbalen over het schooljaar - met 38% is gedaald ten opzichte van het schooljaar Figuur 10: Aantal proces verbalen fastlane leerplicht, jan-okt 9 Deze algemene trend is te verklaren door een combinatie van factoren, zoals het starten van Ouderkindadviseurs op scholen en veranderingen in schoolbeleid bij eerste verzuim, waarbij eerst een Halt-afdoening ingezet wordt en pas daarna een proces verbaal. 9

10 2 Het verbeteren van het toekomstperspectief Binnen de Top600 is er veel aandacht voor de zorg die nodig is om een Top600-persoon aan te zetten tot duurzame gedragsverandering. Een belangrijk onderdeel hiervan is de inzet op het verbeteren van het perspectief van deze personen en zijn maatschappelijke kansen. Daar waar mogelijk en nodig wordt dit ondersteund vanuit een strafrechtelijk kader, bijvoorbeeld door zorg op te nemen in de bijzondere voorwaarden bij een vonnis of een schorsing. Zo wordt de Top600- persoon ook extrinsiek gemotiveerd om deel te nemen aan de benodigde zorg. Toezicht De inzet van reclasseringstoezicht is een belangrijk instrument voor de combinatie van straf en zorg. Binnen de Top600 wordt op dan ook ingezet op bijzondere voorwaarden, waar mogelijk gekoppeld aan de uitkomsten van de screeningen van de GGD. We zien dat sinds het begin van de aanpak in mei 2011 het percentage bijzondere voorwaarden bij eindvonnis is gestegen van gemiddeld 29% naar gemiddeld 43% over de periode van mei 2011 tot december (figuur 11). Figuur 11: aandeel bijzondere voorwaarden bij eindvonnis per half jaar 29% 43% 43% 35% 41% 47% 55% 52% 42% 43% periode periode periode periode periode periode -1 periode -2 periode -1 periode -2 mei dec Van januari tot november zijn 157 toezichten afgerond (ten opzichte van 103 in ), waarvan 62% positief 10 (figuur 12). De overige 38% zijn negatief afgerond, bijvoorbeeld omdat de Top600-persoon zich niet hield aan een van de standaard voorwaarden (zoals niet recidiveren) of zich niet hield aan een van de bijzondere voorwaarden. Figuur 12: afgeronde toezichten door 3RO, positieve uitstroom jan-nov '15 negatieve uitstroom jan-nov '15 Uitstroom toezichten januari-november 15 positief negatief voortijdig of 55 voorwaardelijke 24 i.v.m. einde termijn veroordeling schorsingstoezicht 32 opheffing schorsing 13 nazorg PIJ of PIJ FPT / STP 4 PP/ET terugplaatsing 0 Voorlopige Invrijheidsstelling 6 Voorlopige Invrijheidsstelling Ten UitvoerLegging 19 PIJ: (maatregel ) Plaatsing in Justitiële Jeugdinrichting PP: Penitentiair Programma FPT: Forensisch Psychiatrisch Toezicht ET: Elektronisch toezicht STP: Scholing- en Trainings Programma 4 10 Positief houdt in dat een persoon zich in de regel goed aan de bijzondere voorwaarden heeft gehouden en negatief het omgekeerde. 10

11 Gekeken naar de gehele periode sinds het begin van de aanpak, zien we dat het aandeel positief afgeronde reclasseringstoezichten in de loop der jaren redelijk stabiel blijft (figuur 13). Figuur 13: aandeel positief en negatief afgeronde reclasseringstoezichten in procenten, Positief Negatief * * kent als peildatum november en beslaat dus niet een heel jaar Screeningen/diagnoses Als onderdeel van de Top600 aanpak worden alle Top600-personen door de GGD Amsterdam benaderd voor een screening. Tijdens de screening neemt een verpleegkundige, psycholoog en/of psychiater een sociaal psychiatrisch interview af bij de Top600-persoon. Het doel hiervan is het in kaart brengen van (mogelijke) psychische problemen en indien van toepassing, het stellen van een voorlopige diagnose. Daarnaast wordt gekeken naar problemen op andere leefgebieden, zoals huisvesting en dagbesteding. Sinds de start van de aanpak in mei 2011 tot november zijn er 769 (ex)top600- personen gescreend. Van de 586 personen op de huidige Top600-lijst is bij 73% de screening succesvol afgerond. Figuur 14 toont de afgeronde screeningen en de pogingen 11 daartoe sinds het begin van de aanpak. Het aantal screeningen lijkt zich in te stabiliseren ten opzichte van. Ook zien we dat in en minder pogingen nodig zijn geweest om hetzelfde aantal afgeronde screeningen te bereiken in vergelijking met de jaren daarvoor. Figuur 14: Afgeronde screeningen (incl. pogingen), afgeronde screeningen van huidige lijst 73% poging tot screening afgeronde screening 11 Niet elke poging leidt tot een afgeronde screening. Niet gelukte pogingen betreffen weigeringen, uitgestelde screeningen, no-shows en (nog) niet gelukte screeningen. 11

12 Steekproef Indicatieoverleg Top600 Op basis van de GGD screening wordt een voorlopig advies opgesteld voor behandeling, begeleiding of nadere diagnostiek van Top600-personen. Dit wordt voorgelegd aan het Stedelijk Indicatie Overleg (SIO) 12. Het hieruit volgend indicatieadvies wordt teruggekoppeld aan de Top600-persoon en op hoofdlijnen aan de regisseur, waarna het proces van verwijzen, begeleiden en motiveren naar passende zorg kan starten. In het eerste kwartaal van zijn 65 Top600-personen besproken in het SIO. Voor deze personen is negen maanden later door de GGD en de betrokken zorgpartner geëvalueerd in hoeverre de adviezen vanuit het SIO zijn opgevolgd. In totaal werden 187 geformuleerde (sub)adviezen geteld, met een gemiddelde van 3 per persoon. Op basis van de inhoud van deze adviezen zijn deze onderverdeeld naar adviezen over (aanvullende) diagnostiek, behandeling, begeleiding en overige 13 (zie figuur 15). Figuur 15: aantal Top600 personen met minimaal 1 advies op een van deze gebieden, eerste kwartaal (n=150) begeleiding behandeling (aanvullende) diagnostiek overig 30 vd 32 (deels) verbeterde situatie bij zorg na 9 maanden In elke categorie blijkt tweederde van de adviezen (deels) opgevolgd te zijn. Van de 65 Top600- personen die in het eerste kwartaal zijn voorgelegd aan het SIO blijken in november nog 32 personen (54%) in zorg te zijn. Uit de evaluatie van betrokken zorgpartners blijkt dat van de personen die nog in zorg zijn, bij 30 personen hun situatie is (deels) verbeterd (94%). Van de 14 personen die niet (meer) in zorg waren, was bij zes personen de situatie verbeterd. Ter vergelijking: in was ten tijde van de evaluatie bij slechts 77% van de onderzochten de persoonlijke situatie (deels) verbeterd. ZRM Voor het meten van langdurige gedragsverandering wordt gebruik gemaakt van de Zelfredzaamheid-Matrix (ZRM) om de ontwikkeling van zelfredzaamheid 14 van Top600-personen in tijd te volgen. De ZRM brengt ook de sterke kanten van de Top600-persoon in beeld en kan de regisseur ondersteunen bij het verhelderen van de zorg- en ondersteuningsbehoeften van de Top600-persoon. 12 Het Sio wordt voorgezeten door de GGD en bestaat uit vertegenwoordigers van Arkin, de Bascule, GGZ InGeest, de Waag, Amsta, PI Overamstel, het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en MEE. 13 Zoals informatie opvragen over bestaande juridische kaders, mogelijkheden m.b.t. creëren van kaders in toekomst, bijv in kader van toezicht, jeugdbeschermingsmaatregel of ISD. Bij politie en justitie informeren over hoeveelheid delicten, mate van geweld bij meest recente delicten. Praktische zaken oppakken door regisseur. Subject onderbrengen bij andere zorgpaden in de stad (vb aanmelden instroomhuis, veldtafel ed). 14 Zelfredzaamheid is gedefinieerd als het zelf realiseren van een acceptabel niveau van functioneren op de belangrijke domeinen van het dagelijkse leven, indien nodig door het organiseren van de juiste hulp op het moment dat een daling van het functioneringsniveau dreigt plaats te vinden, die het individu niet zelf kan voorkomen of verhelpen. 12

13 Voor 395 Top600-personen is minstens tweemaal de ZRM gescoord 15. Voor deze personen is het mogelijk uitspraken te doen over de ontwikkeling in hun situatie op verschillende leefgebieden. Het aandeel personen met een vooruitgang in de zelfredzaamheid is licht toegenomen in vergelijking met, van 55% naar 58% (figuur 16). Figuur 16: ontwikkelingen ZRM, (n=176) en (n=395) 55% 58% vooral Financiën, Huisvesting en Dagbesteding 5% 6% 40% 36% vooruitgang op zelfredzaamheid zelfredzaamheid stabiel achteruitgang op zelfredzaamheid Na de eerste meting neemt het aandeel acute problematiek of niet zelfredzaam af voor de domeinen Financiën, Dagbesteding, Huisvesting en Verslaving en in mindere mate voor Geestelijke Gezondheid en Huiselijke relaties. De domeinen waar relatief het meeste vooruitgang geboekt wordt zijn Financiën, Huisvesting en Dagbesteding. Begeleiding naar werk en opleiding Voor de Top600 heeft WPI een speciaal multidisciplinair interventieteam ingericht dat pragmatisch werkt en maatwerk levert door middel van intensieve en persoonlijke begeleiding op de leefgebieden werk, inkomen, schulden en scholing. Het team begeleidt Top600-personen naar werk, een leerwerktraject of dagbesteding, om hun mogelijkheden op de arbeidsmarkt te vergroten. De begeleiding vanuit WPI is outreachend en proactief en start vaak al tijdens detentie, dat geldt ook voor de voorbereiding van een aanvraag van een uitkering. Doel is om het traject direct aan te laten sluiten na detentie en de Top600-persoon sneller van inkomen en perspectief te voorzien en zo een bijdrage te leveren het verminderen van recidive. Voor 61 subjecten was reeds sprake van begeleiding op het moment dat zij gedetineerd raakten, 78 subjecten zijn bezocht tijdens detentie en 17 maal is op verschillende wijzen geprobeerd om contact te krijgen met subject, maar is dit niet gelukt. In ontvingen gemiddeld 150 subjecten een uitkering en er worden nog 66 actief toe geleid naar WPI. Tijdens de begeleiding stemt de re-integratieconsulent de begeleiding en het traject af op de klant met het doel het toewerken naar een zelfstandig en legaal inkomen door toeleiding naar werk of school. Indien de afstand tot de arbeidsmarkt groot is, wordt gezocht naar een passend leerwerktraject of dagbesteding. De trajecten die het vaakst zijn ingezet zijn Finex 16, de Zeehoeve, dagbestedingstrajecten en de Ajax Challenge (zie bijlage 2). Daarnaast worden ook trajecten via ketenpartners ingezet. Ten opzichte van is het aantal ingezette trajecten gestegen met 14,3% (figuur 17). 15 Vermeld moet worden dat de twee metingen doorgaans niet door dezelfde persoon worden afgenomen, wat de score kan beïnvloeden. Voorts is het mogelijk dat de scores mede verschillen doordat ten tijde van de tweede meting meer bekend is over de Top600-persoon. 16 Het traject Fenix was eerder bekend als de Vinkenbrug. 13

14 Figuur 17: gemiddeld verloop klantenbestand WPI, en (aantallen) Caseload Uitkering Op traject Werk/school Vanaf de start van de aanpak (mei 2011) zijn in totaal 205 personen positief uitgestroomd (22%), waarvan 133 naar werk zijn begeleid en 72 naar school. Van begin zijn 63 subjecten positief uitgestroomd (38%), waarvan 46 naar werk zijn begeleid en 17 naar school. Ten opzichte van zien we daarmee een stijging in het aandeel positief afgeronde begeleidingstrajecten en een afname in het aandeel negatieve afrondingen. Het aandeel neutrale afrondingen, bijvoorbeeld als gevolg van (langdurige) detentie en verhuizing naar een plaats buiten de regio, zijn licht afgenomen (figuur 18). Figuur 18: soorten afrondingen WPI, (n=935), (n=206) en (n=167) 22% 46 naar werk 17 naar school 22% 38% 61% 60% 55% 17% 18% 7% mei 2011-okt jan-okt jan-okt positief neutraal negatief Actieve begeleiding WPI versus aanhoudingen In ontvingen 151 subjecten op enig moment actieve begeleiding vanuit WPI en ontvingen een uitkering. In figuur 19 is het aantal HIC-aanhoudingen weergegeven voor deze groep. Van de 151 Top600-personen in zijn 12 personen (8%) opnieuw aangehouden voor een HIC-delict. Figuur 19: Top600-personen in actieve begeleiding WPI en uitkering (n=151), 92% 8% aanhouding HIC-delict geen aanhouding HIC-delict 14

15 Personen die met hulp van WPI aan werk zijn gekomen of naar school zijn gegaan (de positieve uitstroom) worden beduidend minder aangehouden voor HIC-delicten dan personen waarbij dat niet is gelukt (de negatieve uitstroom), zie figuur 20. Van de 136 personen die tussen mei 2011 en november naar regulier werk of school zijn begeleid, zijn 12 personen (20%) opnieuw aangehouden voor een HIC-delict (vergelijkbaar met vorig jaar). Bij de personen die niet mee willen werken gaat dit om 12 (44%) van de 70 personen (52% t/m ). De groep die door WPI neutraal beëindigd wordt, zit er met 40% tussenin. Om inzicht te krijgen in de achterliggende factoren die deze kans op recidive na uitstroom bij WPI verklaren is vervolgonderzoek nodig naar de omstandigheden na uitstroom (zoals de ingezette vervolgacties (bijvoorbeeld bij detentie) van de ketenpartner bij een negatieve uitstroom). Figuur 20: HIC aanhoudingen door politie na uitstroom WPI, % 40% 52% 44% 21% 20% positieve uitstroom t/m (n=63) positieve uitstroom t/m (n=136) neutrale uitstroom t/m (n=205) neutrale uitstroom t/m (n=291) negatieve uitstroom t/m (n=56) negatieve uitstroom t/m (n=70) Als we inzoomen op HIC-aanhoudingen binnen de eerste zes maanden na uitstroom 18 valt op dat van de Top600-personen die worden aangehouden na uitstroom, de aanhouding voor een HICdelict relatief vaak binnen zes maanden na uitstroom plaatsvindt: Bij 11 (12%) van de 94 personen die positief zijn uitgestroomd vond de aanhouding voor een HIC-delict plaats binnen de eerste zes maanden na uitstroom. Bij 55 (22%) van de 246 personen die neutraal zijn uitgestroomd vond de aanhouding voor een HIC-delict plaats binnen de eerste zes maanden na uitstroom. Bij 11 (18%) van de 62 personen die negatief zijn uitgestroomd vond de aanhouding plaats binnen de eerste zes maanden. Schuldhulpverlening WPI heeft voor de Top600-personen schuldhulpverlening ingekocht bij Puurzuid. Vanaf de start in 2013 zijn er 260 personen aangemeld voor schuldhulpverlening. Hiervan zijn op peildatum 31 oktober 157 personen actief in begeleiding, waarvan 73 nieuw zijn aangemeld in. Er zijn sinds de start in totaal 161 plannen van aanpak opgesteld, 106 stabilisaties gerealiseerd, 79 regelingen getroffen en 6 saneringen tot stand gekomen. In waren dit er respectievelijk 129, 90 en Mei 2011 t/m 31 oktober. De resultaten t/m betreft de cumulatieve uitstroom van mei 2011 t/m 30 september, de resultaten t/m betreft de cumulatieve uitstroom van mei 2011 t/m 31 oktober. 18 In deze analyse zijn alle personen geselecteerd die minstens zes maanden de tijd hebben gehad om te recidiveren, dus minstens zes maanden geleden zijn uitgestroomd 15

16 CJIB Een groot deel van de personen die op de Top600-lijst staat, heeft openstaande boetes bij het CJIB. Variërend van enkele tientallen euro s tot ruim ,-. Voor Top600-personen blijken de bedragen van de boetes vaak niet te overzien. Zij blijven financieel in het verleden steken, waardoor zij in een vicieuze cirkel terechtkomen en hun plan van aanpak vaak stagneert, omdat ze bijvoorbeeld een vervangende hechtenis uit moet zitten of een gijzeling boven hun hoofd hangt waardoor ze ook een aantal dagen vast komen te zitten. In samenwerking met het team PersoonsGerichte Beoordeling (PGB) 19 binnen het CJIB wordt vanuit de Top600 op casusniveau per situatie bekeken wat nodig en mogelijk is. Dit kan bijvoorbeeld resulteren in het treffen van betalingsregelingen, het terugbrengen van een deel van de boetes naar het eerste initiële bedrag en het voorkomen van gijzelingen. Daarnaast wordt onderzocht of procedures ingekort of juist versneld kunnen worden als er bijvoorbeeld geen structureel inkomen is. Ook wordt gekeken of dwangmiddelen (zoals het vorderen van rijbewijs of voertuig) eerder ingezet kunnen worden om een persoon op die manier in beweging te krijgen. In enkele tientallen gevallen zijn er oplossingen gecreëerd op casusniveau. Verblijf Het hebben van een (stabiele) verblijfplaats is een belangrijke factor in het realiseren van langdurige gedragsverandering. Omdat deze niet altijd voorhanden is, hetzij vanwege een tekort aan beschikbare verblijfruimtes, hetzij omdat de beschikbare verblijfruimte niet past bij de (zorg)behoefte van de Top600-persoon, ondersteunt de Top600 in het organiseren van tijdelijk, passend verblijf. Een Top600-persoon die via deze weg een verblijfplek toegekend krijgt, gaat hiervoor een contract aan met de regisseur, de organisatie die de woonvoorziening levert en het AcV. In dit contract zijn voorwaarden opgenomen (bijvoorbeeld in het kader van behandeling) waaraan de Top600-persoon zich moet houden om de verblijfsplek te kunnen behouden. Over een steekproef van 26 wooncontracten is gekeken in hoeverre de Top600-personen zich aan dit contract hebben weten te houden. Van de 26 personen blijkt dat 14 hun woning langdurig weten te behouden. In 12 gevallen is het de Top600-personen niet gelukt de woning te behouden, ofwel omdat zij in detentie gingen (5x), ofwel omdat zij zich niet aan de voorwaarden hielden of de woning weigerden. 19 Voorheen het Ketenloket 16

17 Detentie & Terugkeer Om de kans op recidive na een detentieperiode zo klein mogelijk te maken en het perspectief te verbeteren, is het Programma Detentie en Terugkeer binnen de Top600 gericht op het regelen van de basisbehoeften op de leefgebieden: huisvesting, werk/inkomen & dagbesteding, zorg en de voorbereiding voor schuldhulpverlening. In nauwe samenwerking met de Penitentiaire Inrichting zorgen regisseurs tijdens detentie voor continuering van het plan van aanpak en geleidelijke terugkeer in de maatschappij. Gekeken is naar de 320 Top600-personen die in de periode van januari tot november vrijkwamen (figuur 21). Met name op de leefgebieden huisvesting, werk/inkomen/dagbesteding en zorg lukt het goed om het plan van aanpak tijdens detentie voort te zetten dan wel zaken te regelen; bij 75% van de personen die vrijkwamen was er huisvesting (geregeld), werd toegewerkt naar inkomen of dagbesteding na detentie en was toeleiding naar zorg in gang gezet of continuering van zorg geboden en. Schuldenproblematiek blijft het taaiste leefgebied als het gaat om het creëren van oplossingen. Bij ongeveer een derde van de personen zijn in zaken georganiseerd op dit leefgebied, zoals het in kaart brengen van schulden, maken van afspraken rond betalingsregelingen e.d. In lukte dit bij 41%. Wanneer we voor de andere leefgebieden de gegevens van vergelijken met die van dan valt op dat er in vaker succesvol acties zijn georganiseerd op het gebied van zorg. Verder is op alle leefgebieden het aantal weigeraars afgenomen. Figuur 21: inzet Programma Detentie & Terugkeer op verschillende leefgebieden, (n=318) en (n=320) 75% 2% 23% 71% 7% 22% 75% 7% 18% 72% 9% 19% 71% 12% 17% 53% 19% 28% 31% 5% 64% 41% 8% acties tbv leefgebied leefgebied (nog) niet geregeld/onbekend 51% hulp op leefgebied geweigerd 17

18 3 Voorkomen van instroom broertjes en zusjes De (minderjarige) broers en zussen van Top600-personen lopen een aanzienlijke kans zelf in crimineel gedrag te vervallen 20. Om dit te voorkomen zetten het Preventief Interventie Team en GGD Vangnet actief in op het begeleiden van minderjarigen broers en zussen 21. Vangnet (GGD) Als er sprake is van broertjes of zusjes van een Top600-persoon onder de 8 jaar krijgt de GGD hier een melding van en neem zij in alle gevallen contact op met de regisseur en indien van toepassing de gezinsmanager van JBRA of WSG of het PIT om af te stemmen of een huisbezoek wenselijk is. Belangrijk criterium voor het vervolg is of de gezinsmanager of begeleider voldoende zicht heeft op alle kinderen in het gezin. Veruit de meeste meldingen komen via deze weg binnen. Van januari tot november heeft GGD Vangnet 70 meldingen binnen gekregen. Op basis hiervan heeft de GGD 67 huisbezoeken succesvol uitgevoerd en 89 netwerkonderzoeken gedaan (n=89) 22. In totaal zijn 84 meldingen afgesloten 23, omdat het gezin reeds bekend was bij JBRA of WSG en de interventiepleger voldoende zicht had op alle kinderen, omdat bleek dat er geen zorgen waren of nadat de GGD het gezin heeft doorgeleid door middel van een zorgmelding (figuur 22). Figuur 22: aanmeldingen, gelukte huisbezoeken en afsluitingen over de jaren aanmeldingen huisbezoek: Gelukt aanmelding afgesloten verwijzing We zien in figuur 22 dat sinds 2013 het aantal aanmeldingen redelijk stabiel is gebleven. Het aantal geslaagde huisbezoeken is sinds het begin van de aanpak gestegen. We zien dat in meer verwijzingen zijn gedaan (n=18) dan in (n=11). Figuur 23 laat zien op welke gronden de aanmeldingen in zijn afgesloten. 20 Uit eerder onderzoek blijkt dat ongeveer driekwart van jongens met een zwaar criminele broer later zelf een veroordeling krijgt. 21 Minderjarigen tot 8 jaar worden begeleidt vanuit GGD Vangnet, vanaf 8 jaar worden deze begeleid door het PIT. 22 In sommige gevallen blijken meerdere netwerkonderzoeken nodig voor één melding. 23 Hiervan waren 14 personen reeds in aangemeld. 18

19 Figuur 23: verdeling afsluitingen in 3% 7% afgesloten: thuissituatie opgehelderd 7% afgesloten: reeds in zorg 10% 49% afgesloten: hulpverlening gecoordineerd afgesloten: weigeren 24% afgesloten: zorgmelding afgesloten: geen contact mogelijk Acht weken na afsluiting voert de GGD nog een nameting uit. In figuur 24 zien we dat in 63% nog goed in zorg was en bij 21% geen zorgen geconstateerd werden door de GGD, ten opzichte van 58% nog in zorg en 26% geen zorgen in. Figuur 24: resultaten nameting acht weken na afsluiting, en goed in zorg geen zorgen zorgen, opnieuw oppakken geen contact met Top600 63% 21% 8% 8% 58% 26% 11% 5% Preventief Interventie Team (PIT) Sinds de start van de aanpak Top600 zijn in totaal 653 brusjes uit 324 gezinnen in gestroomd bij het PIT, waarvan 158 brusjes uit 77 gezinnen zijn ingestroomd in. Per december zijn 236 brusjes uit 133 gezinnen actief in begeleiding. Problemen bij aanvang Bij aanvang bleek bijna 80% problemen te hebben op één of meerdere leefgebieden en dan met name op de gebieden: opvoeding (65%), vrije tijd (63%), motivatie (62%), gedrag op school (52%) en schoolresultaten (51%). Opvallend is dat slechts 40% problemen vertoonde in het gedrag thuis. Figuur 25: Aandeel brusjes die een probleem had op de verschillende leefgebieden, procenten één of meerdere leefgebieden (n=864) 80 motivatie (n=403) opvoeding (n=402) gedrag op school (n=534) gedrag thuis (n=537) vrije tijd (n=537) schoolverzuim (n=425) schoolresultaten (n=540)

20 Ontwikkeling leefgebieden na minsten een halfjaar begeleiding van het PIT Na 6 maanden begeleiding van het PIT is er op de verschillende leefgebieden vooruitgang waargenomen door de interventieplegers van het PIT: vrije tijd (55%), motivatie (53%), gedragsproblemen op school (53%), gedragsproblemen thuis (52%), schoolverzuim (48%), opvoedingscapaciteiten (46%) en schoolresultaten (46%), zie figuur 26. De positieve ontwikkeling van vooruitgang op de verschillende leefgebieden zet door na 12 maanden begeleiding van het PIT, vooral bij gedragsproblemen op school, vrije tijd en schoolverzuim. Figuur 26: ontwikkeling op de verschillende leefgebieden na aanvang PIT en die bij aanvang problemen hadden vrije tijd 6 maanden (n=126) 12 maanden (n=72) vooruitgang gelijk achteruitgang 55% 31% 14% 72% 19% 8% motivatie 6 maanden (n=109) 12 maanden (n=67) 53% 60% 39% 37% 7% 3% gedragsproblemen op school 6 maanden 12 maanden (n=58) 53% 59% 32% 29% 16% 12% gedragsproblemen thuis 6 maanden (n=71) 12 maanden (n=38) 52% 79% 35% 13% 18% 3% schoolverzuim 6 maanden (n=25) 12 maanden (n=13) 48% 62% 44% 23% 8% 15% opvoedingscapaciteiten 6 maanden (n=101) 12 maanden (n=63) 46% 52% 39% 30% 16% 17% schoolresultaten 6 maanden (n=113) 12 maanden (n=58) 46% 52% 38% 33% 16% 16% PIT en betrokkenheid strafbare feiten Van de 653 minderjarige broertjes en zusjes die het PIT in begeleiding heeft (gehad), waren 93 personen (14%) voor de start van het PIT geregistreerd als verdachten, waarvan 49 (8%) voor een HIC-delict. Na aanvang van het PIT worden 71 jongeren (11%) geregistreerd als verdachte, waarvan 28 (4%) voor een HIC-delict. In was dit nog 17% waarvan 9% voor een HIC-delict vóór PIT en 13%, waarvan 5% voor een HIC-delict na PIT. We zien daarmee zowel voor en na PIT in een afname in betrokkenheid bij strafbare feiten onder de brusjes van de Top600-personen. Figuur 27: betrokkenheid bij strafbare feiten voor en na aanvang PIT, en 17% 14% 11% 4% voor PIT geregistreerdna PIT geregistreerd als als verdachte verdachte 9% 8% voor PIT geregistreerd als verdachte HIC 5% 4% na PIT geregistreerd als verdachte voor HIC 20

21 Bijlage 1: Kenmerken Top400 21

22 Bijlage 2: Inzet begeleiding en trajecten Interventieteam WPI Het interventieteam van WPI zoekt zoveel mogelijk de aansluiting met de Top600-persoon om hem zo snel mogelijk richting werk, school, dagbesteding of zorg te leiden. Hierbij zijn de vaardigheden, mogelijkheden, motivatie en wil om te veranderen van belang. Het team biedt persoonlijke en intensieve begeleiding en levert maatwerk afgestemd op de persoon. Het interventieteam zet door middel van wekelijkse gesprekken in op het vinden van betaald werk of scholing voor de Top600-persoon, eventueel door het inzetten van een jobhunter die gericht voor de doelgroep banen zoekt. Daarnaast wordt de Top600-persoon gemotiveerd om deel te nemen aan interventies, zoals het stabiliseren van financiën door schuldhulpverlening of budgetbeheer, maar ook de GGD screening of de toeleiding naar een zorgpartij. WPI heeft twee werkcoaches aangetrokken voor klanten met een (licht) verstandelijke beperking, een psychische stoornis of middelenmisbruik. Deze werkcoaches kunnen onderzoek verrichten naar capaciteiten, interesses en het probleemoplossend vermogen van klanten. Door psychologische testen en gesprekken onderzoeken zij de mogelijkheden op het gebied van werk en scholing. De bevindingen van de werkcoach worden gebruikt voor een effectievere benadering van de klant door de re-integratieconsulenten en trajectuitvoerders. Indien de afstand tot de arbeidsmarkt (te) groot is, zoekt het interventieteam naar een passend leerwerktraject of dagbesteding. In steeg het aantal ingezette trajecten met 14,3% ten opzichte van. De volgende drie trajecten zet het WPI het meest in: 1. Fenix 24 Het traject Fenix richt zich op het begeleiden van Top600-personen met gedragsproblemen. Deelnemers worden in de ochtend opgehaald op een centrale locatie en vervoerd naar het traject. Daar krijgen de deelnemers een gevarieerd programma aangeboden met verschillende werkzaamheden gericht op gedragsverandering, zoals het aannemen van opdrachten, het erkennen van leiding en het afmaken van een taak waar je aan begonnen bent. Begeleiding vindt zowel in groepsverband als individueel plaats. De doelstelling is niet primair uitstroom naar regulier werk, maar resocialisatie, waarbij structuur en duidelijkheid bieden, positief werkt. 2. Ajax challenge De Ajax challenge is een leerwerktraject van 8 weken voor de doelgroep tot 27 jaar. Het traject is gericht op het aanleren van sociale- en werknemersvaardigheden door middel van voetbal op het Ajax-complex. Deelnemers formuleren hun ambities en praten in termen van winnen en succes, zoals dat bij Ajax ook het geval is. Op die manier wordt hun motivatie vergroot. 3. Dagbesteding Een groot deel van de Top600-personen kampt met psychische, verslavings- of verstandelijke problematiek,waardoor een traject richting werk of school (nog) niet haalbaar is. Het hebben van een dagbesteding biedt structuur en kan de bereidheid voor behandeling vergroten. Voor deze groep zet WPI in op arbeidsmatige dagbesteding. Het gaat hierbij om het bieden van een nuttige en laagdrempelige dagbesteding op verschillende niveaus. Zo wordt het bijvoorbeeld ingezet met als doel iemand van de straat te houden (bij bijvoorbeeld overlast), maar ook om iemand in een prikkelvrije omgeving met veel begeleiding te laten wennen aan werken. Denk aan inloophuizen, papierprikken, werken op een zorgboerderij of fietsen repareren. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met de wijkteams. 24 Het traject Fenix was eerder bekend als de Vinkenbrug. 22

Tweede halfjaarmonitor Top400

Tweede halfjaarmonitor Top400 Tweede halfjaarmonitor Top400 2016 Top400 Met de Top400-aanpak wordt ernaar gestreefd om te voorkomen dat de jongeren en jongvolwassenen op de lijst nieuwe politiecontacten krijgt en verder afglijden qua

Nadere informatie

Effectmonitor Top

Effectmonitor Top Effectmonitor Top600 Inhoud Top600... 3 Doelstelling 1. Verminderen (high impact) criminaliteit... 4 Doelstelling 2. Verbeteren perspectief... 10 Doelstelling 3. Beperken instroom broertjes en zusjes...

Nadere informatie

Directie Openbare Orde en Veiligheid

Directie Openbare Orde en Veiligheid Bezoekadres Stadhuis, Amstel 1 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 020 552 9111 Fax 020 552 3426 www.amsterdam.nl Directie Openbare Orde en Veiligheid Retouradres: BDA, Postbus 202,

Nadere informatie

Effectmonitor Top400. Resultaten en effecten van de Aanpak Top400 in 2017

Effectmonitor Top400. Resultaten en effecten van de Aanpak Top400 in 2017 Resultaten en effecten van de Aanpak Top400 in 2017 Met bijdragen van: Politie Eenheid Amsterdam Het Arrondissementsparket Amsterdam (OM) Reclassering Nederland (RN), het Leger des Heils (LdH) en Inforsa

Nadere informatie

Halfjaarmonitor Top600

Halfjaarmonitor Top600 januari-juni 2017 Met bijdragen van: Politie Eenheid Amsterdam Het Arrondissementsparket Amsterdam (OM) Reclassering Nederland (RN), het Leger des Heils (LdH) en Inforsa Geneeskundige en Gezondheidsdienst

Nadere informatie

Veiligheidshuis Regio Utrecht. Jaarverslag Veiligheidshuis Regio Utrecht

Veiligheidshuis Regio Utrecht. Jaarverslag Veiligheidshuis Regio Utrecht Veiligheidshuis Regio Utrecht Jaarverslag - 2016 Veiligheidshuis Regio Utrecht april 2017 Het Veiligheidshuis Regio Utrecht (VHRU) - dat zijn we samen - Het VHRU is een samenwerkingsverband waarin gemeenten,

Nadere informatie

Martijn Schippers, AcVZ. Ontwikkelplein informatiedeling (schakelteam verwarde personen) 28 juni 2017

Martijn Schippers, AcVZ. Ontwikkelplein informatiedeling (schakelteam verwarde personen) 28 juni 2017 Martijn Schippers, AcVZ Ontwikkelplein informatiedeling (schakelteam verwarde personen) 28 juni 2017 28 juni 2017 Inleiding (van Top600 naar AcVZ) Het regiemodel Rol van de regisseur ( poortwachter van

Nadere informatie

Samenvatting Jeugdinterventieprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef

Samenvatting Jeugdinterventieprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef Samenvatting Jeugdprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef Samenvatting Jeugdprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Amsterdam, 4 augustus 2011 Lotte Loef DSP groep BV Van Diemenstraat 374 1013 CR

Nadere informatie

BETREFT ZRM METING EN ANALYSE en METING MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT

BETREFT ZRM METING EN ANALYSE en METING MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT Bijlage 4 BETREFT ZRM METING EN ANALYSE en METING MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT Voor een deel van de verantwoording voor het eerste halfjaar van 2016 is gebruik gemaakt van de ZelfRedzaamheid Matrix. Hieronder

Nadere informatie

Samenvatting. Onderzoeksvragen

Samenvatting. Onderzoeksvragen Samenvatting Om de relatief hoge recidive onder (ex-)gedetineerden terug te dringen, wordt al tijdens detentie gewerkt aan re-integratie. Een belangrijk onderdeel van het re-integratiebeleid is het werken

Nadere informatie

Een stap verder in forensische en intensieve zorg

Een stap verder in forensische en intensieve zorg Een stap verder in forensische en intensieve zorg Palier bundelt intensieve en forensische zorg. Het is zorg die net een stapje verder gaat. Dat vraagt om een intensieve aanpak. Want onze doelgroep kampt

Nadere informatie

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak - 2017 Analyse op basis van het doelgroepregister en de polisadministratie 1 Inhoud Inleiding... 3 1: Werkzaam zijn en blijven... 4 1a: Werkzaam zijn en blijven

Nadere informatie

Samenvatting. Achtergrond, doel en onderzoeksvragen

Samenvatting. Achtergrond, doel en onderzoeksvragen Samenvatting Achtergrond, doel en onderzoeksvragen Eén van de manieren van het ministerie van Veiligheid en Justitie om de hoge recidive onder ex-gedetineerden omlaag te brengen is door al tijdens detentie

Nadere informatie

Samenvatting. Tabel a Onderzoeksaantallen recidivemetingen ex-pupillen JJI uitgesplitst naar wettelijk kader

Samenvatting. Tabel a Onderzoeksaantallen recidivemetingen ex-pupillen JJI uitgesplitst naar wettelijk kader Welke strafrechtelijke recidive volgt er op opnames in justitiële jeugdinrichtingen? In de justitiële jeugdinrichtingen (JJI s) vindt opvang plaats van jongeren in voorlopige hechtenis en wordt uitvoering

Nadere informatie

Samenvatting. Achtergrond, doel en onderzoeksvragen

Samenvatting. Achtergrond, doel en onderzoeksvragen Samenvatting Achtergrond, doel en onderzoeksvragen Voor de tweede keer heeft het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) de situatie van (ex-)gedetineerden op de gebieden identiteitsbewijs,

Nadere informatie

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld

Nadere informatie

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak 2017-2018 Analyse op basis van het doelgroepregister en de polisadministratie 1 Inhoud Inleiding...3 Aanleiding...3 Aanpak, perioden en meetmomenten...3 Samenvatting...4

Nadere informatie

Samenvatting. De onderzoeksgroep

Samenvatting. De onderzoeksgroep Samenvatting In 2002 is door het WODC een onderzoek uitgevoerd naar de praktijk van de jeugdreclassering (Kruissink & Verwers, 2002). Dat onderzoek richtte zich op een steekproef uit de groep jongeren

Nadere informatie

Vijf jaar Aanpak Top600: waar staan we nu?

Vijf jaar Aanpak Top600: waar staan we nu? 127 Vijf jaar Aanpak Top600: waar staan we nu? S. van Grinsven en A. Verwest * Het geheel is meer dan de som der delen. Interventies die los van elkaar ingezet worden, daar komen geen doorbraken van in

Nadere informatie

Samenvatting. Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Cahier

Samenvatting. Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Cahier Samenvatting Om de relatief hoge recidive onder ex-gedetineerden te verminderen, wordt in het kader van re-integratie al tijdens detentie begonnen met het werken aan de problematiek van gedetineerden.

Nadere informatie

Monitor 2013 Veelplegers Twente

Monitor 2013 Veelplegers Twente Monitor 213 Veelplegers Twente A. Kruize J. Snippe B. Bieleman 1. Inleiding Het thema veelplegers blijft actueel en is één van de speerpunten van beleid. Voor een goede beleidsvorming en -uitvoering voor

Nadere informatie

Wat is een Veiligheidshuis?

Wat is een Veiligheidshuis? Wat is een Veiligheidshuis? Uit landelijk Programmaplan (2011): Een Veiligheidshuis is een lokaal of regionaal samenwerkingsverband tussen verschillende partners gericht op integrale, operationele en persoons-

Nadere informatie

BIJLAGE: Overzicht aanpak jeugd in cijfers Overzicht totaal aantal meldingen jeugdoverlast Politie Jan Feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec Eindtotaal Centrum 15 17 11 16 18 22 25 19 26 17 7 17

Nadere informatie

Versie def Maart Evaluatie indicatieoverleg Top

Versie def Maart Evaluatie indicatieoverleg Top 2015 , maart 2016 Menno Segeren (E&G), Thijs Fassaert, Christel Grimbergen & Nettie Avontuur (MGGZ) in samenwerking met de screeners Top600 en de deelnemers van het Stedelijk Indicatie Overleg (SIO) Inhoud

Nadere informatie

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Inzet van Middelen. Zaaknummer: OWZDB28. nazorg ex-gedetineerden

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Inzet van Middelen. Zaaknummer: OWZDB28. nazorg ex-gedetineerden Zaaknummer: OWZDB28 Onderwerp nazorg ex-gedetineerden Collegevoorstel Inleiding In juni 2011 heeft u besloten voor een aantal taken aan te sluiten bij het Bureau Nazorg s-hertogenbosch voor de nazorg van

Nadere informatie

Pagina 1 van 10. Legenda voortgang. Resultaten Veilig Thuis NHN Datum 1 april 2019

Pagina 1 van 10. Legenda voortgang. Resultaten Veilig Thuis NHN Datum 1 april 2019 Inhoud Tabel 1: Wachtlijsten Grafiek 1: en prognose wachtlijst en werkvoorraad Grafiek 2: Begroting en realisatie instroom meldingen per maand Grafiek 3: Percentage triages binnen 5 dagen afgerond Grafiek

Nadere informatie

Nazorgproblematiek en recidive van kortgestrafte gedetineerden

Nazorgproblematiek en recidive van kortgestrafte gedetineerden Factsheet 2010-2 Nazorgproblematiek en recidive van kortgestrafte gedetineerden Auteurs: G. Weijters, P.A. More, S.M. Alma Juli 2010 Aanleiding Een aanzienlijk deel van de Nederlandse gedetineerden verblijft

Nadere informatie

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Aantal meldingen per gemeente, leeftijdscategorie, informatieverrijking, gerouteerd naar, risicotaxatie en doorlooptijd vanaf melding

Nadere informatie

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997 Welke recidive volgt er op de sancties die in Nederland worden opgelegd? Het Nederlandse strafrecht kent een uitgebreid pakket aan straffen en maatregelen, maar we weten niet goed welke uitstroomresultaten

Nadere informatie

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen 5 Vervolging M. Brouwers en A.Th.J. Eggen In 2012 werden 218.000 misdrijfzaken bij het Openbaar Ministerie (OM) ingeschreven. Dit is een daling van 18% ten opzichte van 2005. In 2010 was het aantal ingeschreven

Nadere informatie

Monitor Treiteraanpak 1 januari 2017

Monitor Treiteraanpak 1 januari 2017 Monitor Treiteraanpak 2016 Monitor Treiteraanpak 1 januari 2017 Uitvoering Treiteraanpak Definitie Onder treiteren, ofwel intimidatie in de woonomgeving, wordt verstaan: Herhaaldelijk terugkerend wangedrag

Nadere informatie

verwijzers Behandeling en begeleiding Forensische zorg voor mensen met een LVB

verwijzers Behandeling en begeleiding Forensische zorg voor mensen met een LVB verwijzers Behandeling en begeleiding Forensische zorg voor mensen met een LVB Forensische cliënten met een licht verstandelijke beperking (LVB) hebben na een delict strafrechtelijk zorg opgelegd gekregen.

Nadere informatie

Instructie cliëntprofielen

Instructie cliëntprofielen Bijlage 4 Instructie cliëntprofielen Dit document beschrijft: 1. Inleiding cliëntprofielen 2. Proces ontwikkeling cliëntprofielen 3. Definitie cliëntprofielen 4. De cliëntprofielen op hoofdlijnen 5. De

Nadere informatie

Feiten en Achtergronden. Sanctietoepassing voor volwassenen. Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg

Feiten en Achtergronden. Sanctietoepassing voor volwassenen. Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg Sanctietoepassing voor volwassenen Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg Oktober 2008 / F&A 8880 Ministerie van Justitie Directie Voorlichting Schedeldoekshaven 100 Postbus

Nadere informatie

FACT IDRIS. Idris is een onderdeel van de Amarant Groep

FACT IDRIS. Idris is een onderdeel van de Amarant Groep FACT IDRIS Idris is een onderdeel van de Amarant Groep Iedereen is Behandeling en begeleiding voor cliënten met een LVB in combinatie met complexe problematiek Specialistische behandeling Kinderen, jeugdigen

Nadere informatie

Directie Openbare Orde en Veiligheid Strategisch Team

Directie Openbare Orde en Veiligheid Strategisch Team Bezoekadres Stadhuis, Amstel 1 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 020 552 9111 Fax 020 552 3426 www.amsterdam.nl Directie Openbare Orde en Veiligheid Strategisch Team Retouradres:

Nadere informatie

Samenwerking tussen en in de Veiligheidshuizen

Samenwerking tussen en in de Veiligheidshuizen Samenwerking tussen en in de Veiligheidshuizen Factsheet s-hertogenbosch Mill en Sint Hubert Sint- Michielsgestel Sint Anthonis Voorwoord Een nieuwe fase is aangebroken voor de Veiligheidshuizen, zowel

Nadere informatie

SOCIALE IMPACT VAN CRE8

SOCIALE IMPACT VAN CRE8 SOCIALE IMPACT VAN CRE8 CRE8 richt zich samen met Streetcornerwork op kwetsbare jongeren in de leeftijd van 18 tot 27 jaar, met meervoudige problemen, vaak uitgevallen uit school en met meestal een grote

Nadere informatie

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving Aanpak: Bijzondere Zorg Team Namens de gemeente Deventer hebben drie netwerkpartners de vragenlijst gezamenlijk ingevuld. Dit zijn Dimence GGZ, Tactus verslavingszorg, en Iriszorg maatschappelijke opvang.

Nadere informatie

Halfjaarmonitor Top400 Januari tot en met juni 2017

Halfjaarmonitor Top400 Januari tot en met juni 2017 Halfjaarmonitor Top400 Januari tot en met juni 2017 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Doelstelling 1. Voorkomen en verminderen criminaliteit... 6 Doelstelling 2. Verbeteren perspectief...19 Doelstelling 3.

Nadere informatie

A. Gemeente Bloemendaal

A. Gemeente Bloemendaal A. Gemeente Bloemendaal Tabel A.1, aantal 5- tot 23-jarigen gemeente Bloemendaal Schooljaar 2015-2016 Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes 5-12 5-12 5-12 12-18 12-18 12-18 18-23 18-23 18-23

Nadere informatie

De uitvoering van het jeugdstrafrecht

De uitvoering van het jeugdstrafrecht Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet De uitvoering van het jeugdstrafrecht 1 De uitvoering van het jeugdstrafrecht 2 Inleiding Deze

Nadere informatie

Aanpak: Praktische gezinsondersteuning. Beschrijving

Aanpak: Praktische gezinsondersteuning. Beschrijving Aanpak: Praktische gezinsondersteuning De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door:

Nadere informatie

VEILIGHEIDSHUIS KERKRADE

VEILIGHEIDSHUIS KERKRADE VEILIGHEIDSHUIS KERKRADE toelichting op werkwijze en resultaten in 2010 ten behoeve van gemeente Gulpen-Wittem ronde tafel 17 maart 2011 inhoud van deze presentatie wat doet het Veiligheidshuis Kerkrade?

Nadere informatie

RESULTATEN VAN HET DISCUS TOP 600 BEGELEIDINGSTRAJECT IN EEN TIJDELIJKE SLOOPWONING PERIODE

RESULTATEN VAN HET DISCUS TOP 600 BEGELEIDINGSTRAJECT IN EEN TIJDELIJKE SLOOPWONING PERIODE RESULTATEN VAN HET DISCUS TOP 600 BEGELEIDINGSTRAJECT IN EEN TIJDELIJKE SLOOPWONING PERIODE 2014-2017 Discus Amsterdam Ondersteuning in wonen en leven Inhoud Samenvatting Samenvatting 2 Inleiding 3 Probleem

Nadere informatie

Aanpak: Interventieteam Gezinnen. Beschrijving

Aanpak: Interventieteam Gezinnen. Beschrijving Aanpak: Interventieteam Gezinnen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: Fier

Nadere informatie

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving Aanpak: Gezinscoaching De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: BJZ Flevoland

Nadere informatie

netwerkdag 28 november 2013

netwerkdag 28 november 2013 netwerkdag 28 november 2013 Bewoners Marconistraat Reclassering Nederland Bouman Reclassering HALT De Waag Stadsmarinier HIC VHRR: 19 gemeenten; 1,2 miljoen inwoners ZSM / ZSM-plus: Rotterdam-Rijnmond

Nadere informatie

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Aantal meldingen per gemeente, leeftijdscategorie, informatieverrijking, gerouteerd naar, risicotaxatie en doorlooptijd vanaf melding

Nadere informatie

Forensische Herstelsetting

Forensische Herstelsetting Forensische Herstelsetting Wij zijn er voor mensen die door (dreigend) delictgedrag in aanraking zijn of dreigen te komen met politie en justitie. 2 Forensische Herstelsetting De Forensische Herstelsetting

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 OKTOBER 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Dit memo heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

Aanpak: Casusregie en inzet gezinscoaching. Beschrijving

Aanpak: Casusregie en inzet gezinscoaching. Beschrijving Aanpak: Casusregie en inzet gezinscoaching De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld

Nadere informatie

Dreigende Energieafsluitingen Holland Rijnland 2012 2013

Dreigende Energieafsluitingen Holland Rijnland 2012 2013 Dreigende Energieafsluitingen Holland Rijnland 2012 2013 Het aantal energie afsluitingen neemt de laatste jaren toe. Dreigende energie afsluitingen zijn een signaal van problematische schulden en multiproblematiek.

Nadere informatie

Aanpak: Multiprobleemgezinnen. Beschrijving

Aanpak: Multiprobleemgezinnen. Beschrijving Aanpak: Multiprobleemgezinnen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: GGD

Nadere informatie

Analyse cijfers prioriteiten Veiligheid 2012 t/m 2016

Analyse cijfers prioriteiten Veiligheid 2012 t/m 2016 Analyse cijfers prioriteiten Veiligheid 2012 t/m 2016 Delict / periode 2012 2013 2014 2015 2016 Streefwaarde MJP 2018*** Burenruzie 83 77 83 83 86 Geen Stabiel Incidenten Huiselijke geweld* Opmerking/analyse

Nadere informatie

Resultaatgericht werken in het sociaal domein

Resultaatgericht werken in het sociaal domein Resultaatgericht werken in het sociaal domein Eigen kracht, schalen met de klant Bepalen van de eigen kracht -Gebruik eens een schaalvraag! Wat is een schaalvraag? Hoe zet je een schaalvraag in? Netwerk

Nadere informatie

WIE IS HET? LVB & Zelfredzaamheid: Een vergelijking tussen 010 & 020. Marie-Jolette Luijks & Leonie Harwig Symposium 2 juli 2015

WIE IS HET? LVB & Zelfredzaamheid: Een vergelijking tussen 010 & 020. Marie-Jolette Luijks & Leonie Harwig Symposium 2 juli 2015 WIE IS HET? LVB & Zelfredzaamheid: Een vergelijking tussen 010 & 020 Marie-Jolette Luijks & Leonie Harwig Symposium 2 juli 2015 Programma workshop Aanleiding onderzoek Doelgroep: Over wie hebben we het?

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Deze factsheet heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

(Forensische) ACT en FACT voor verslaafden

(Forensische) ACT en FACT voor verslaafden Improving Mental Health by Sharing Knowledge (Forensische) ACT en FACT voor verslaafden Congres sociale verslavingszorg 12 juni 2013 Laura Neijmeijer Doelgroep: mensen met langdurende of blijvende ernstige

Nadere informatie

Drs. Jur Botter, MPA. Wethouder Wmo, Welzijn, Volksgezondheid, Cultuur en Vastgoed. Retouradres Postbus 511, 2003 PB Haarlem

Drs. Jur Botter, MPA. Wethouder Wmo, Welzijn, Volksgezondheid, Cultuur en Vastgoed. Retouradres Postbus 511, 2003 PB Haarlem Gemeente Haarlem Haarlem Drs. Jur Botter, MPA. Wethouder Wmo, Welzijn, Volksgezondheid, Cultuur en Vastgoed Retouradres Postbus 511, 2003 PB Haarlem Aan de commissie Bestuur Datum Ons kenmerk Contactpersoon

Nadere informatie

Analyse overlast personen met verward gedrag

Analyse overlast personen met verward gedrag Analyse overlast personen met verward gedrag Hart van Brabant, 2018 Leeswijzer In deze tweede update van de analyse 'overlast van personen met verward gedrag' wordt de analyse uit 2016 aangevuld met de

Nadere informatie

Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen

Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen Rendementsanalyse Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen Basismonitor waarmee VH zelf hun effectiviteit kunnen (laten) meten - Stappenmeter om meer zicht te krijgen op de samenwerking

Nadere informatie

INKOMEN Ontwikkeling uitkeringenbestand

INKOMEN Ontwikkeling uitkeringenbestand Tussenrapportage Sociaal Domein januari - augustus 2018 Ridderkerk Eind 2017 is gestart met het ontwikkelen van een nieuwe tussenrapportage Sociaal Domein, die is gekoppeld aan de P&C-cyclus. Hierbij treft

Nadere informatie

MKBA Amsterdamse aanpak statushouders November 2017

MKBA Amsterdamse aanpak statushouders November 2017 MKBA Amsterdamse aanpak statushouders November 2017 Wat is een maatschappelijke kosten baten analyse (MKBA)? Een MKBA is een onderzoek dat in kaart brengt wat de effecten van een programma zijn op de welvaart

Nadere informatie

Expertise. Visie op problematiek

Expertise. Visie op problematiek Expertise Visie op problematiek De hulpverlening voor mensen met ASS is vaak langdurig en complex en strekt zich gelijktijdig uit over verschillende levensgebieden. Om mensen met deze complexe problematiek

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019 Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 19 JUNI 19 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid

Nadere informatie

Aanleiding. Probleemstelling en onderzoeksopzet. Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris

Aanleiding. Probleemstelling en onderzoeksopzet. Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris Aanleiding Het ministerie van Justitie en Veiligheid, onderdeel dienst Justitiële Inrichtingen, is eind 2016 gestart met de pilot doorzorgfunctionaris.

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid Groningen september tot december 18 JANUARI 19 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van

Nadere informatie

Wegingslijst adolescentenstrafrecht

Wegingslijst adolescentenstrafrecht Wegingslijst adolescentenstrafrecht Naam jongere Naam gebruiker Datum invullen Geboortedatum jongere Parketnummer Invulinstructies 1. Onder het kopje Info kunt u per uitspraak nagaan of er voldoende informatie

Nadere informatie

Evaluatierapport Groenproject gemeente Boxmeer

Evaluatierapport Groenproject gemeente Boxmeer Evaluatierapport Groenproject gemeente Boxmeer Inleiding Op 1 februari 2007 is de gemeente Boxmeer, in samenwerking met IBN Arbeidsintegratie gestart met het zogenaamde Groenproject. Dit project, waarbij

Nadere informatie

Over onze leerlingen 2017

Over onze leerlingen 2017 INHOUDELIJK JAARVERSLAG 2017 Over onze leerlingen 2017 Gedurende het jaar hebben 90 leerlingen een periode bij School2Care gezeten. 50 leerlingen zijn ingestroomd in 2017, 45 leerlingen zijn uitgestroomd.

Nadere informatie

FACTSHEET PLEEGZORG 2012

FACTSHEET PLEEGZORG 2012 FACTSHEET PLEEGZORG 2012 In Nederland worden veel kinderen door familieleden of bekenden opgevoed wanneer dat door omstandigheden in de thuissituatie niet mogelijk is. Bij deze informele zorg is geen jeugdzorg-

Nadere informatie

- Samenvatting - Kies voor Verandering

- Samenvatting - Kies voor Verandering - Samenvatting - Kies voor Verandering Evaluatie van de theoretische onderbouwing, de uitvoering en uitkomsten van de training voor volwassen gedetineerden Janine Plaisier Daniëlle Bouma Allard Feddes

Nadere informatie

Justitieel Complex Zaanstad

Justitieel Complex Zaanstad Justitieel Complex Zaanstad November 2016 Het begin.. 2 3 Feiten en cijfers bouw Gebouwencomplex van circa 68.000m2 4 tot 6 bouwkranen 4.162 heipalen zijn geslagen 667 prefab cellen geplaatst binnen 6

Nadere informatie

Forensisch Beschermd Wonen Het Hoogeland. informatie voor verwijzers

Forensisch Beschermd Wonen Het Hoogeland. informatie voor verwijzers Forensisch Beschermd Wonen Het Hoogeland informatie voor verwijzers Forensisch Beschermd Wonen Het Hoogeland Informatie voor verwijzers Forensisch Beschermd Wonen Het Hoogeland biedt in een open setting

Nadere informatie

Aanpak: OGGz. Beschrijving

Aanpak: OGGz. Beschrijving Aanpak: OGGz De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: OGGz Z.O. Drenthe GGD

Nadere informatie

- Veilig. Noord-Holland Noord. Resultaten Veilig Thuis NHN Datum 1 mei 2019

- Veilig. Noord-Holland Noord. Resultaten Veilig Thuis NHN Datum 1 mei 2019 - Veilig Noord-Holland Noord Inhoud Tabel 1: Wachtlijsten Grafiek 1: en prognose wachtlijst en werkvoorraad Grafiek 2: Begroting en realisatie instroom meldingen per maand Grafiek 3: Percentage triages

Nadere informatie

Rapportage resultaten van de pilot De bedoeling op 10 in 2017

Rapportage resultaten van de pilot De bedoeling op 10 in 2017 Rapportage resultaten van de pilot De bedoeling op 10 in 2017 Jeugdbescherming Regio Amsterdam Overschiestraat 57 1062 HN Amsterdam Contactpersoon: Silvana Bos s.bos@jeugdbescherming.nl Inhoudsopgave 1.

Nadere informatie

Aanpak: Bijzondere doelgroepen. Beschrijving

Aanpak: Bijzondere doelgroepen. Beschrijving Aanpak: Bijzondere doelgroepen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: Bureau

Nadere informatie

Trends in passend onderwijs

Trends in passend onderwijs DEFINITIEF Trends in passend onderwijs 2014-2017 DUO Informatieproducten Susan Borggreve, Daniël van Eck & Thijs Nielen 12 juni 2018 Inhoud 1 SAMENVATTING... 3 2 LEESWIJZER... 5 3 ONTWIKKELINGEN IN LEERLINGAANTALLEN...

Nadere informatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Samenvatting Op basis van de geactualiseerde gegevens van het CBS zien de samenwerkende inspecties binnen Toezicht Sociaal Domein

Nadere informatie

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Jaarverslag Leerplicht/RMC 2017-2018 S.A.W. Visser De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN (050) 367 54 66 1 19-12-2018 - Geachte heer, mevrouw, Hierbij presenteren wij u het jaarverslag

Nadere informatie

CMWW. Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum

CMWW. Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum CMWW Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum 2013 Inhoudsopgave 1. Inleiding Blz. 3 2. Uitvoering Blz. 3 3. Aanpak Blz. 4 4. Ontwikkelingen van het JPP Blz. 5 5. Conclusies en Aanbevelingen Blz. 6

Nadere informatie

december Totaal behandeld

december Totaal behandeld Schuldhulpverlening In 2015 is besloten om met ingang van 2015 geen afzonderlijk jaarverslag over schuldhulpverlening op te stellen, maar de resultaten in een bijlage op te nemen bij de Marap. In 2015

Nadere informatie

Plan van aanpak onderzoek Jeugdreclassering

Plan van aanpak onderzoek Jeugdreclassering Plan van aanpak onderzoek Jeugdreclassering 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Wat is jeugdreclassering 3 1.3 Afbakening 4 2 Onderzoeksopzet 6 2.1 Centrale vraagstelling 6 2.2 Onderzoeksvragen 6 2.3 Onderzoeksaanpak

Nadere informatie

Jaarverslag. schulddienstverlening 2013. Een goede start

Jaarverslag. schulddienstverlening 2013. Een goede start Jaarverslag schulddienstverlening 2013 Een goede start 1. Aanleiding In 2012 heeft u het beleidsplan schulddienstverlening: De kanteling van schuldhulpverlening naar schulddienstverlening vastgesteld.

Nadere informatie

Een paar nachtjes in de cel

Een paar nachtjes in de cel Een paar nachtjes in de cel Het VN-Kinderrechtenverdrag en het voorarrest van minderjarigen in politiecellen Maartje Berger Carrie van der Kroon JEUGDSTRAFRECHT Een paar nachtjes in de cel Het VN-Kinderrechtenverdrag

Nadere informatie

DE MAATREGEL INRICHTING STELSELMATIGE DADERS (ISD): MAATSCHAPPELIJKE KOSTEN-BATENANALYSE VAN EEN SAMENVATTING EVENTUELE VERLENGING

DE MAATREGEL INRICHTING STELSELMATIGE DADERS (ISD): MAATSCHAPPELIJKE KOSTEN-BATENANALYSE VAN EEN SAMENVATTING EVENTUELE VERLENGING DE MAATREGEL INRICHTING STELSELMATIGE DADERS (ISD): MAATSCHAPPELIJKE KOSTEN-BATENANALYSE VAN EEN EVENTUELE VERLENGING AUTEURS: FRANK VAN ZUTPHEN, MARJOLEIN GODERIE & JAN JANSSEN SAMENVATTING Aanleiding

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ?

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ? Samenvatting Het terugdringen van de jeugdcriminaliteit is een belangrijk thema van het beleid van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Met het beleidsprogramma Aanpak Jeugdcriminaliteit is de aanpak

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

Collegebesluit. Onderwerp Budgetondersteuning op maat loont Nummer 2019/ Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 3.

Collegebesluit. Onderwerp Budgetondersteuning op maat loont Nummer 2019/ Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 3. Collegebesluit Onderwerp Budgetondersteuning op maat loont Nummer 2019/146199 Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 3.3 Schulden Afdeling SMSR Auteur Visser, C.P. Telefoonnummer 023-5114196

Nadere informatie

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill.

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. secondant #2 april 2009 7 Geweldsdelicten tussen - Daling van geweld komt niet uit de verf Crimi-trends

Nadere informatie

gewoon meedoen! Ketenzorg met toekomst

gewoon meedoen! Ketenzorg met toekomst gewoon meedoen! Ketenzorg met toekomst De basis van In voor zorg! Voor wie is JeugdzorgPlus? Door een gebrek aan aansluitende zorg vielen voorheen veel jongeren tussen wal en schip. Dit verkleinde hun

Nadere informatie

Nieuwe dadergroep vraagt aandacht

Nieuwe dadergroep vraagt aandacht Er is een nieuwe groep van jonge, zeer actieve veelplegers die steeds vaker met de politie in aanraking komt / foto: Pallieter de Boer. Nieuwe dadergroep vraagt aandacht Jongere veelplegers roeren zich

Nadere informatie

Kwartaalrapportage CIZ 2017 Q1 t/m 2017 Q4 Indicatiestelling Wlz

Kwartaalrapportage CIZ 2017 Q1 t/m 2017 Q4 Indicatiestelling Wlz Kwartaalrapportage CIZ 2017 Q1 t/m 2017 Q4 Indicatiestelling Wlz De regels zijn gelijk. Toch is iedereen anders. Het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) beoordeelt met ingang van 2015 of mensen recht

Nadere informatie

Samenvatting Tabel a Enkele achtergronden van ex-gedetineerden uitgestroomd tussen 1996 en 1999

Samenvatting Tabel a Enkele achtergronden van ex-gedetineerden uitgestroomd tussen 1996 en 1999 Samenvatting Welke recidive volgt er op de gevangenisstraffen die in ons land worden opgelegd? Ondanks een forse toename van het aantal beschikbare plaatsen heeft het Nederlands gevangeniswezen moeite

Nadere informatie