Belasting van het oppervlaktewater door atmosferische depositie. Berekening van de directe depositie van 18 probleemstoffen naar water

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Belasting van het oppervlaktewater door atmosferische depositie. Berekening van de directe depositie van 18 probleemstoffen naar water"

Transcriptie

1 Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek / Netherlands Organisation for Applied Scientific Research Laan van Westenenk 501 Postbus AH Apeldoorn TNO-rapport R 2003/476 Belasting van het oppervlaktewater door atmosferische depositie T F info@mep.tno.nl Berekening van de directe depositie van 18 probleemstoffen naar water Datum november 2003 Auteurs A. Bleeker, M.Sc Dr. J.H. Duyzer Projectnummer Trefwoorden Bestemd voor Depositie Belasting Oppervlaktewater Ministerie van Verkeer en Waterstaat RWS/RIZA T.a.v. de heer Drs. R.J.M. Teunissen Postbus AA Lelystad Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van TNO. Indien dit rapport in opdracht werd uitgebracht, wordt voor de rechten en verplichtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer verwezen naar de Algemene Voorwaarden voor onderzoeksopdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partijen gesloten overeenkomst. Het ter inzage geven van het TNO-rapport aan direct belanghebbenden is toegestaan TNO

2 TNO-MEP R 2003/476 2 van 25 Samenvatting Atmosferische depositie is één van de routes waarlangs stoffen in het oppervlaktewater terechtkomen. De kennis over het belang van deze route is echter voor veel stoffen zeer beperkt. Dit hangt onder andere samen met het vrijwel ontbreken van meetgegevens. In een eerder onderzoek is door TNO-MEP een methode beschreven om de atmosferische depositie aan de hand van modelberekeningen te bepalen (Duyzer et al. 2002). De depositie wordt dan bepaald aan de hand van schattingen van de emissie naar de lucht van de stof in Nederland en het direct omringende buitenland, berekeningen van de verspreiding van de stof door de atmosfeer met een model en tenslotte berekening van de depositie naar het oppervlaktewater. In het hier beschreven onderzoek is deze methode toegepast voor 18 verschillende stoffen, weergegeven in de onderstaande tabel. Daarbij is de emissie zoveel mogelijk afgeleid uit bestaande gegevensbronnen zoals de Nederlandse Emissieregistratie en EMEP (European Monitoring and Evaluation Programme van de Verenigde Naties). Op basis van deze gegevens is ook de bijdrage van de verschillende doelgroepen geschat. In afwijking van eerder gemaakte schattingen zijn de hier gepresenteerde schattingen gebaseerd op zowel berekeningen als op meetgegevens. Daarvoor zijn meetgegevens uit het landelijk meetnet van het RIVM en een in 2000 en 2001 door TNO uitgevoerd onderzoek gebruikt. Door deze werkwijze wordt een veel realistischer beeld verkregen dan voorheen. Voor kwik, diuron, en isoproturon waren echter geen geschikte meetgegevens beschikbaar terwijl voor PCBS en HCB de afwijking tussen berekende en gemeten deposities zo groot was dat een betrouwbare correctie niet zinvol mogelijk is. Voor deze groep stoffen zijn de gemaakte schattingen dus minder betrouwbaar. De depositie is apart berekend voor elke afwateringseenheid en vervolgens geaggregeerd per waterkwaliteitsgebied en Nederland totaal. De depositie per afwateringseenheid is niet in dit rapport opgenomen. Deze zal alleen als digitaal bestand beschikbaar komen. Verder is de ontwikkeling van de depositie in de afgelopen jaren alleen geschat op basis van de ontwikkeling in de emissie. Er zijn daarvoor geen nieuwe modelberekeningen uitgevoerd. In de gemaakte schattingen is alleen de directe atmosferische depositie (droog + nat) op het oppervlaktewater opgenomen. De resultaat van deze schattingen is weergegeven in de onderstaande tabel. De indirecte depositie, die via afspoeling van verharde of niet verharde bodem in het oppervlaktewater terechtkomt, is niet meegenomen. Deze zou, teneinde de totale belasting via de atmosfeer te kunnen vaststellen, in een later stadium nog kunnen worden berekend.

3 TNO-MEP R 2003/476 3 van 25 Totale belasting (in kg) van de Nederlandse oppervlaktewateren (excl. Noordzee) ten gevolge van atmosferische depositie (nat + droog) voor de periode Stof Belasting Cadmium Koper Kwik Nikkel Lood Zink Stikstof (NO x en NH x ) Anthraceen Fenantreen Benzo[a]anthraceen Chloorprofam Chloorthalonil Dichloorvos Diuron Isoproturon TFT (Fentin) HCB 4,6 3,6 4 4 PCB 3,0 1,9 0,7 0,7

4 TNO-MEP R 2003/476 4 van 25 Inhoudsopgave Samenvatting Inleiding Berekening belasting oppervlaktewater Metingen versus modelresultaten Gebruikte meetgegevens Modelberekeningen Het OPS model Bewerking resultaten Verloop met de jaren Resultaten Afwateringseenheden (AE) Waterkwaliteitsbeheersgebieden (WKB) Nederland Opmerkingen Referenties Verantwoording...25 Bijlage I Beschikbare metingen Bijlage II Depositiesnelheid Bijlage III Gebruikte emissiegegevens Bijlage IV Belasting per WKB

5 TNO-MEP R 2003/476 5 van Inleiding Uit eerder onderzoek is gebleken dat de belasting van het oppervlaktewater vanuit de atmosfeer een belangrijke route kan vormen. Met name bij waterkwaliteitsbeheerders is er op dit moment behoefte aan meer inzicht in de aard en omvang van de atmosferische depositie van stoffen. Daarnaast moeten de regionale directies vanuit de Nota Tussendoelen en de Kaderrichtlijn Water (KRW) rapportages opstellen waarin de emissies in hun beheersgebied in kaart worden gebracht. Er zijn echter op dit moment geen éénduidige, consistente, periodiek geactualiseerde gegevens voor een groot aantal voor het waterbeheer van belang zijnde stoffen die via depositie in het oppervlaktewater terechtkomen. Zo zijn er binnen de Emissieregistratie sinds 1995 geen nieuwe berekeningen van de depositie meer gemaakt. Hierdoor is er bij de waterkwaliteitsbeheerders onvoldoende inzicht in de relatieve bijdrage van probleemstoffen via atmosferische depositie. RIZA heeft in dit kader TNO-MEP gevraagd om schattingen van de atmosferische depositie van een aantal schadelijke stoffen naar het oppervlaktewater te berekenen. De resultaten van deze schattingen dienen vervolgens gebruikt te kunnen worden door waterkwaliteitsbeheerders. In de onderstaande tabel is een overzicht gegevens van de stoffen waarvoor schattingen zijn gemaakt. Daarbij zijn de resultaten van de berekeningen voor stikstofoxide (NO x ) en ammoniumverbindingen (NH x ) samengevoegd tot N-totaal. Tabel 1 Overzicht van de stoffen waarnaar onderzoek is gedaan in het kader van deze studie. Stofgroep Stofnaam (zware) metalen Kwik Nikkel Cadmium Koper Lood Zink Bestrijdingsmiddelen Chloorprofam Diuron Chloorthalonil Isoproturon Dichloorvos Nutriënten N-Totaal (NO x en NH x ) PAK Anthraceen Benzo(a)anthraceen Fenantreen Overig PCB Trifenyltin (TFT; Fentin) HCB In een eerdere studie voor RIZA is door TNO-MEP een methodiek uitgewerkt om schattingen van de atmosferische depositie naar het oppervlaktewater te maken (Duyzer et al., 2002). De bepaling van de atmosferische depositie bestond, waar mogelijk, uit een combinatie van metingen met modelberekeningen. Dit wordt in het volgende hoofdstuk nader beschreven.

6 TNO-MEP R 2003/476 6 van 25 In Duyzer et al. (2002) werden een aantal transportroutes onderscheiden, waarlangs atmosferische depositie uiteindelijk het oppervlaktewater kan belasten. Figuur 1 geeft een overzicht van deze transportroutes. Atmosferische depositie directe belasting indirecte belasting via verhard indirecte belasting via onverhard via rioolwaterzuivering via regenwaterriool ongezuiverd gerioleerd via overstorten ongerioleerd Totale belasting t.g.v. atmosferische depositie Figuur 1 Overzicht van de verschillende transportroutes die bijdragen aan de belasting van het oppervlaktewater. In de huidige studie worden alleen schattingen gemaakt van de belasting van het oppervlaktewater via de directe belasting. In het volgende hoofdstuk wordt de gehanteerde werkwijze nader toegelicht. Hierbij wordt onder andere aandacht besteed aan het gebruikte verspreidingmodel, de emissies en de manier waarop uiteindelijk de modelberekeningen verwerkt worden. In Hoofdstuk 3 worden vervolgens de resultaten van de schattingen gepresenteerd. Een deel van de resultaten (de belasting van het oppervlaktewater per afwateringseenheid) is dermate omvangrijk, dat presentatie in deze rapportage niet mogelijk is. Deze zullen in digitale vorm ter beschikking gesteld worden aan de opdrachtgever en zijn daar opvraagbaar voor derden.

7 TNO-MEP R 2003/476 7 van Berekening belasting oppervlaktewater Bij de berekening van de belasting van het oppervlaktewater door atmosferische depositie zijn verschillende aspecten van belang. Deze worden in de volgende paragrafen nader beschreven. Allereerst volgt echter een uiteenzetting over het gebruik van meetresultaten versus modelresultaten, waarna verder ingegaan wordt op beide onderwerpen en de manier waarop ze in deze studie gehanteerd zijn. 2.1 Metingen versus modelresultaten Voor het bepalen van de actuele situatie met betrekking tot de atmosferische depositie van verontreinigende stoffen zijn metingen het meest geschikt. Door praktische en financiële beperkingen zijn slechts voor enkele stoffen metingen beschikbaar en is het moeilijk om met behulp van metingen alleen een compleet beeld van de actuele situatie te krijgen. In een poging om de verspreiding en depositie van de verschillende stoffen in beeld te brengen wordt derhalve vaak een beroep gedaan op modelberekeningen. Hierbij wordt, op basis van beschikbare kennis omtrent emissies, verspreidingskarakteristieken, meteorologische informatie, etc., de belasting van specifieke receptoren berekend. Dergelijke modelberekeningen kunnen echter niet meer zijn dan een versimpelde weergave van de werkelijkheid en daarom zal er, in meer of mindere mate, sprake zijn van afwijkingen van de uiteindelijke resultaten ten opzichte van de werkelijke, gemeten waarden. Hierbij kunnen twee soorten afwijkingen onderscheiden worden: a) afwijkingen in het ruimtelijke patroon van de berekende depositie en b) afwijkingen in de absolute waarde van de berekende depositie of concentratie. Wanneer gemeten concentraties of deposities vergeleken worden met gemodelleerde waarden, kan inzicht verkregen worden in de grootte van deze beide afwijkingen. Vaak blijkt de overeenkomst tussen het berekende en gemeten ruimtelijke patroon redelijk goed te zijn. Dit geeft dan aan dat de ligging van de bronnen goed bekend is en de verspreiding vanuit deze bronnen door de atmosfeer goed is te beschrijven. De afwijking in de berekende waarden van de depositie wordt dan waarschijnlijk veroorzaakt door een onjuiste schatting van de emissie. Deze situatie doet zich nogal eens voor omdat emissiefactoren horende bij bepaalde activiteiten vaak slecht bekend zijn. Voor het creëren van een gebiedsdekkend beeld van de verspreiding van verontreinigende stoffen kan in eerste instantie gebruik gemaakt worden van beschikbare metingen. Een inschatting van de situatie voor de gebieden tussen de meetpunten kan gemaakt worden op basis van verschillende interpolatietechnieken. Zonder additionele informatie kunnen dergelijke technieken grote afwijkingen laten zien ten opzichte van de werkelijkheid, met name in het geval het meetnet niet voldoende dekkend is in verhouding tot de ruimtelijke variatie van de verontreiniging.

8 TNO-MEP R 2003/476 8 van 25 Het inbrengen van deze additionele informatie kan door gebruik te maken van de modelberekeningen. Het ligt voor de hand in deze gevallen de sterke punten van beide benaderingen te combineren. De modellen worden dan gebruikt om tussen de meetstations te interpoleren, terwijl de meetresultaten worden gebruikt om de modelberekeningen te kalibreren. Hierdoor kan de ruimtelijk meer gedetailleerde informatie met betrekking tot emissies, meteorologie, landgebruik, etc. betrokken worden bij het construeren van een zo compleet en juist mogelijk beeld van de verontreiniging zowel in absolute als ruimtelijke zin. Opmerking Het hanteren van de beschreven methode is op zichzelf niet zonder gevaar. Impliciet wordt bij deze methode aangenomen dat de verdeling van de emissie van stoffen goed bekend is en dat alleen de emissiefactor onjuist is. Dit laatste zal met name het geval kunnen zijn wanneer een goede correlatie tussen de gemeten en berekende concentraties wordt vastgesteld. Het is echter niet altijd zeker dat dit de juiste verklaring is. Er kunnen andere oorzaken voor de gevonden verschillen tussen metingen en modelberekeningen zijn. In dat geval kan de gehanteerde procedure dus extra fouten introduceren. Voor stoffen met een ruimtelijk homogene verdeling van de bronnen over het gebied en een redelijk aantal meetstations leidt de gehanteerde methode echter waarschijnlijk tot een verbetering. Dit geldt bijvoorbeeld voor stoffen waarvan het verkeer een belangrijke bron vormt. 2.2 Gebruikte meetgegevens De berekening van de depositie vindt plaats op basis van zo goed mogelijke en formele schattingen van de emissie naar de lucht (zie ook Paragraaf 2.3). Daarom wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de Nederlandse emissieregistratie en refereerbare buitenlandse bronnen. Bij het gebruik van meetgegevens gelden vergelijkbare criteria. Belangrijk daarbij is uiteraard de kwaliteit en de documentatie daarvan. Bovendien is het belangrijk dat de metingen landsdekkend zijn uitgevoerd. In de praktijk is daarom vooral gebruik gemaakt van metingen uit het landelijk meetnet regenwater van het RIVM (Aben et al., 1995; Boschloo & Stolk, 1999; Stolk, 2001) Deze worden doorgaans op twee of vierwekelijkse basis uitgevoerd op 13 tot 15 plaatsen in het land. Voor pesticiden, PAK en PCB s is gebruik gemaakt van metingen uitgevoerd door TNO in de periode 1999 tot en met 2001 (Duyzer et al., 2002) Deze metingen werden op vierwekelijkse basis op 18 plaatsen in het land uitgevoerd voor pesticiden en op drie plaatsen voor PAK en PCB. In verband met de kwaliteit van de luchtmetingen (detectiegrens) is doorgaans de correctie gebaseerd op metingen in neerslag. Dit zou in principe niet tot grote afwijkingen moeten leiden (persoonlijke mededelingen Hans van Jaarsveld, RIVM)

9 TNO-MEP R 2003/476 9 van 25 In Bijlage I is een overzicht opgenomen van de beschikbare metingen voor de verschillende componenten. Naast metingen zijn ook modelresultaten nodig. Het tot stand komen van de modelresultaten wordt beschreven in de volgende (sub)paragrafen (Paragraaf 2.2). 2.3 Modelberekeningen Voor het bepalen van de concentratie- en depositieverdeling van de verschillende stoffen over Nederland wordt gebruik gemaakt van het door het RIVM ontwikkelde verspreidings- en depositiemodel OPS (Operationeel model Prioritaire Stoffen) Het OPS model Het OPS model berekent de concentratie van een stof in lucht en in neerslag op een bepaalde plaats als gevolg van een emissie op een andere plaats (Van Jaarsveld, 1995). Voor de huidige studie is Versie 4 van het OPS-model beschikbaar gesteld door het RIVM. De bijdragen aan de concentratie en depositie (zowel nat als droog) op een bepaalde plaats waarvoor de berekening uitgevoerd wordt (receptor), worden voor alle bronnen afzonderlijk berekend met behulp van zogenaamde terugwaartse trajectorieën. Deze trajectorieën beschrijven de weg die de lucht (met daarin de geëmitteerde stof) afgelegd heeft vanaf bron tot aan de receptor. De verspreiding wordt berekend met een wiskundige beschrijving van een pluim, de zogenaamde Gaussische pluim formulering. Het ruimtelijk oplossend vermogen van het model wordt grotendeels bepaald door de resolutie van de gebruikte emissiebestanden. Rondom een individuele puntbron kan het oplossend vermogen in de orde van 100x100 m zijn, op landelijke schaal is 5x5 km een praktische ondergrens. Voor het uitvoeren van de modelberekeningen zijn nog de volgende invoergegevens nodig: Meteorologische gegevens Bij de bovengenoemde berekeningen spelen meteorologische parameters, zoals de windrichting en windsnelheid, uiteraard een belangrijke rol. De hier gerapporteerde berekeningen zijn uitgevoerd op basis van langjarig gemiddelde meteorologische gegevens, teneinde mogelijke jaarafhankelijke meteo-effecten voor individuele jaren tot een minimum te beperken. Stofspecifieke gegevens Tijdens het transport door de atmosfeer kunnen stoffen worden afgebroken door reacties met ozon of hydroxilradicalen. Daarnaast treden verliezen op door bijvoorbeeld droge en natte depositie. Met de invloed van deze verliesprocessen wordt in het OPS model rekening gehouden. Het OPS bevat stofspecifieke parameters voor enkele stoffen (zoals zware metalen, NO x, NH 3 ). Voor andere stoffen zijn

10 TNO-MEP R 2003/ van 25 de gegevens ingevoerd die zijn afgeleid uit eerdere rapportages (bijv. anthraceen, benz(a)anthraceen, naftaleen). Voor het berekenen van de depositie van bestrijdingsmiddelen in deze studie zijn de stofspecifieke depositiesnelheden afgeleid m.b.v. het model SimpleBox (Van de Meent, 1993) en het twee film model voor de depositie naar water (Liss en Slater, 1974) (zie ook Bijlage II). Naast de depositie die plaatsvindt tijdens het transport onderweg van de bron tot aan de receptor, vindt uiteindelijk depositie plaats naar de oppervlaktewateren. Voor de verdere procedure is het daarom nodig om inzicht te hebben in stofspecifieke depositiesnelheden naar het oppervlaktewater. De droge depositie van de verschillende stoffen wordt voor een groot deel bepaald door het landgebruik dat in de berekeningen gehanteerd wordt. Veel oppervlaktewateren zijn echter dermate klein, dat een specifieke berekening voor deze wateren niet gemaakt kan worden. Daarom wordt uitgegaan van de concentraties, berekend met het OPS-model, die vervolgens vermenigvuldigd moeten worden met een specifieke depositiesnelheid naar water. Op deze manier kan de droge depositie naar het oppervlaktewater bepaald worden. Aangenomen wordt dat de natte depositie van de verschillende stoffen niet afhankelijk is van het betreffende landgebruik en daarom kan de, door het OPS-model, berekende natte depositie zonder meer gehanteerd worden. In Tabel 2 is een overzicht gegeven van depositiesnelheden naar water, zoals in deze studie gehanteerd ten behoeve van het berekenen van de droge depositie naar oppervlaktewateren. De droge depositie van ammoniak naar het oppervlaktewater is mede afhankelijk van de concentratie van ammoniak in het oppervlaktewater. Bij een hoge waterconcentratie zal het moeilijker kunnen worden opgenomen en in sommige gevallen zelfs kunnen emitteren. Omdat gegevens over de concentratie in water ten behoeve van deze studie niet zonder meer voorhanden waren, is er voor gekozen om de droge depositie volgens het OPS-model te gebruiken als basis voor de verdere bepaling van de oppervlaktewaterbelasting. Mogelijk dat in een vervolgtraject dergelijke informatie wel gebruikt kan worden om zodoende specifiekere depositiesnelheden af te kunnen leiden.

11 TNO-MEP R 2003/ van 25 Tabel 2 Depositiesnelheden (in cm/s) naar water voor de verschillende stoffen in deze studie. a b c d Stofgroep Stofnaam Depositiesnelheid (cm/s) (zware) metalen Kwik 0,15 a Cadmium 0,1 a Lood 0,1 a Nikkel 0,1 a Koper 0,1 a Zink 0,1 a bestrijdingsmiddelen Chloorprofam 0,44 b Chloorthalonil 0,12 b Dichloorvos 0,48 b Diuron 0,45 b Isoproturon 0,44 b Stikstof Ammoniak (NH x ) d Stikstofoxiden (NO y ) d PAK Anthraceen 0,36 c Fenantreen 0,38 c Benzo(a)anthraceen 0,47 c Overig PCB 0,11 b HCB 0,37 b TFT (Fentin) 0,40 b persoonlijke communicatie Van Jaarsveld (RIVM) volgens Liss & Slater (1974) Baart et al. (1995) Droge depositie volgens OPS; niet specifiek naar water 2.4 Bewerking resultaten De directe belasting van het oppervlaktewater door atmosferische depositie wordt rechtstreeks afgeleid uit de berekeningen met het OPS model en beschikbare metingen. De berekende deposities worden hierbij geschaald op basis van de vergelijking tussen meetresultaten en modelberekeningen per meetstation. Voor het opstellen van de vergelijking wordt over het algemeen de volgende formule gebruikt: Dmeting = a Dmodel + b Hierbij is D meting de depositie volgens de metingen en D model de depositie volgens de modelberekeningen. Een algemene afwijking in de gehanteerde emissiefactoren komt tot uitdrukking in de term a, terwijl b inzicht geeft in de mate waarin verschillende bronnen al dan niet meegenomen zijn in de emissieschattingen. Voor de meeste stoffen in deze studie is, daar waar mogelijk, de term a afgeleid uit de vergelijking. Hiermee wordt dus aangenomen dat verschillen tussen gemeten en berekende deposities alleen veroorzaakt worden door verschillende emissiefactoren en

12 TNO-MEP R 2003/ van 25 dat dit voor alle broncategorieën op dezelfde manier geldt. In dat geval wordt geen waarde voor b afgeleid. In Figuur 2 is als voorbeeld voor zink deze vergelijking weergegeven. Uit de vergelijking voor zink blijkt dat de emissies voor zink met een factor 2,95 onderschat zijn. Deze factor wordt nu gebruikt om de berekende deposities op een grid van 5x5 km over Nederland (incl. deel van de Noordzee) te schalen, zodat deze beter overeenkomen met de metingen. Door deze schaling is nu een beste schatting van de depositie voor een specifiek jaar verkregen. Zink 2000 y = x R 2 = Meting (kg/ha) Model (kg/ha) Figuur 2 Vergelijking tussen metingen en modelberekeningen voor zink voor de beschikbare meetstations. Voor een aantal stoffen is er echter geen duidelijke afwijking ten aanzien van de factor a (emissiefactoren) waargenomen, maar was er wel sprake van een afwijking op basis van de factor b (gemiste of additionele bronnen). In dat geval is de berekende depositie gecorrigeerd met deze factor b. In Tabel 3 is een overzicht gegeven van de beschikbare correctiefactoren voor het jaar 2000 voor de verschillende stoffen.

13 TNO-MEP R 2003/ van 25 Tabel 3 Overzicht van de gehanteerde correctiefactoren voor het jaar 2000 voor de verschillende stoffen. Stofgroep Stofnaam Correctiefactor Opmerking (zware) metalen Kwik niet voldoende metingen Cadmium 2,9 factor a Lood 1,6 factor a Nikkel 0,0035 factor b Koper 3,1 factor a Zink 2,2 factor a bestrijdingsmiddelen Chloorprofam 4,9 factor a Chloorthalonil 1,9 factor a Dichloorvos 0,6 factor a Diuron niet voldoende metingen Isoproturon niet voldoende metingen Stikstof Ammoniak (NH x ) 0,7 factor a Stikstofoxiden (NO y ) 5,86 factor b PAK Anthraceen 1,8 factor a Fenantreen 1,7 factor a Benzo(a)anthraceen 1,6 factor a Overig PCB niet voldoende metingen HCB niet voldoende metingen TFT (Fentin) niet voldoende metingen De berekende en geschaalde depositie kan nu aan de verschillende landgebruikscategorieën worden toegekend, waarbij de toekenning aan wateroppervlakken van belang is voor het bepalen van de directe belasting van oppervlaktewateren. Ten behoeve van de toekenning van de depositie aan de verschillende landgebruikscategorieën is gebruik gemaakt van de Statistiek van het Bodemgebruik 1996 van het CBS. De door het CBS onderscheiden categorieën zijn ten behoeve van deze studie geaggregeerd tot vijf klassen: Buitenland; Water; Verhard; Bodem; Grote wateren (Waddenzee, Eems, Dollard, Ooster- en Westerschelde en Noordzee). Figuur 3 geeft een beeld van het bodemgebruik volgens het CBS na de aggregatie in deze vijf klassen.

14 TNO-MEP R 2003/ van 25 Figuur 3 Statistiek van het bodemgebruik na aggregatie. In de Statistiek van het Bodemgebruik zijn alleen die wateren opgenomen die breder zijn dan 6 meter. Aangezien ook de smallere wateren rechtstreeks belast zullen worden via atmosferische depositie, is het waterareaal gecorrigeerd om te komen tot een volledig overzicht van alle oppervlaktewateren. Deze correctie heeft plaatsgevonden op het aggregatieniveau van een afwateringseenheid (AE, Figuur 4) en is gebaseerd op werk wat in 1993 is verricht ten behoeve van de Emissieregistratie in het kader van het project Data-acquisitie. De correctie komt er in de praktijk op neer dat het areaal water (volgens CBS) wordt opgehoogd met een percentage per afwateringseenheid, volgend uit het Data-acquisitie project.

15 TNO-MEP R 2003/ van 25 Figuur 4 De Afwaterings-Eenheden in Nederland. Ten behoeve van het bepalen van de directe belasting van het oppervlaktewater is de aangepaste bodem-gebruikskaart van het CBS (correctie voor kleine wateren) gecombineerd met de gegevens over de ligging van de afwateringseenheden en waterkwaliteitsbeheersgebieden (WKB s; zie Figuur 5). Deze kaart kan vervolgens worden gecombineerd met de depositie in kg/ha. Aldus kan de totale directe belasting van het oppervlaktewater per afwateringseenheid en per WKB worden afgeleid.

16 TNO-MEP R 2003/ van 25 Figuur 5 De WaterKwaliteitsBeheersgebieden in Nederland. 1 De Rijkswaterstaatdirecties Noord-Brabant en Noordzee zijn om figuurtechnische redenen niet weergegeven Verloop met de jaren De gedetailleerde berekeningen ten behoeve van de studie zijn uitgevoerd voor één jaar. Voor afzonderlijke stoffen kan het hierbij gaan om verschillende jaartallen, afhankelijk van de beschikbaarheid van de emissiegegevens. Om toch inzicht te krijgen in de belasting van het oppervlaktewater voor meerdere jaren is gekozen voor een methodiek waarbij de berekende belasting voor het basisjaar geschaald wordt op basis van beschikbare meetgegevens en in tweede instantie op basis van de emissietotalen voor de verschillende stoffen in andere jaren, waarbij in het ideale geval rekening gehouden wordt met de emissie per doelgroep. Dit laatste kan volgens de volgende vergelijking: B i E = Bb, j E i, j b, j waarbij B i : Totale belasting via atmosferische depositie voor jaar i B b,j : Belasting voor basisjaar door doelgroep j

17 TNO-MEP R 2003/ van 25 E i,j : E b,j : Emissie voor jaar i door doelgroep j Emissie voor basisjaar door doelgroep j Op deze wijze wordt dus gecorrigeerd voor het verloop van de emissie in de tijd door de verschillende doelgroepen. Echter, in veel gevallen was geen informatie per doelgroep voorhanden en is uitgegaan van de totale emissie voor Nederland. In het geval van het ontbreken van inzicht in de verandering van de emissies in het buitenland in de loop van de jaren, is uitgegaan van het meelopen van de buitenlandse emissies met de emissies in Nederland. Bijlage III bevat een overzicht van de emissies voor de verschillende stoffen voor een aantal jaren (waar mogelijk). De gerapporteerde jaren zijn: 1990, 1995, 2000 en Daarnaast is in Bijlage III aangegeven voor welk jaar de gedetailleerde berekening van de belasting uitgevoerd is. In Paragraaf 3.3 is bij de presentatie van de belastingen voor de verschillende jaren aangegeven op welke manier de schatting voor een bepaald jaar gemaakt is.

18 TNO-MEP R 2003/ van Resultaten In dit hoofdstuk worden de resultaten van de verschillende berekeningen gepresenteerd. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen de belasting op het niveau van afwateringseenheden, waterkwaliteitsbeheersgebieden en Nederland totaal. De trends zijn alleen berekend voor Nederland totaal. Dit hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal specifieke opmerkingen die van belang zijn bij het interpreteren van de hier gepresenteerde resultaten. 3.1 Afwateringseenheden (AE) De belasting via depositie van de afwateringseenheden kan hier slechts in globale zin gepresenteerd worden. In totaal gaat het hierbij om ca AE s, hetgeen het presenteren in tabelvorm onpraktisch maakt. De uiteindelijke resultaten op deze resolutie zullen echter wel in digitale vorm beschikbaar komen voor de opdrachtgever en daar opvraagbaar zijn voor derden. Ter illustratie van de resultaten wordt als voorbeeld in de onderstaande figuur een beeld gegeven van de totale belasting via atmosferische depositie van zink (in kg) van de verschillende AE s in Nederland (Figuur 6). Het ruimtelijke patroon wordt grotendeels bepaald door de aanwezigheid van oppervlaktewater in combinatie met het depositiepatroon van de betreffende stof. Vervolgens is in dezelfde figuur de verdeling van de gemiddelde belasting (in kg/ha water) weergegeven. In grote lijnen volgt uit deze figuur het patroon van de atmosferische depositie, zoals berekend met behulp van het OPS-model op basis van emissiegegevens.

19 TNO-MEP R 2003/ van 25 Figuur 6 Atmosferische belasting van het oppervlaktewater met zink. Links de totale belasting (in kg) per AE en rechts de gemiddelde belasting (in kg/ha water). 3.2 Waterkwaliteitsbeheersgebieden (WKB) De resultaten van de berekeningen voor de WKB s zijn in Bijlage IV in tabelvorm opgenomen voor het basisjaar Naast de totale belasting van het oppervlaktewater is ook de bijdrage van de verschillende doelgroepen opgenomen in deze tabellen. Ter illustratie geeft Figuur 7 de ruimtelijke verdeling van de gemiddelde atmosferische belasting op het oppervlaktewater per WKB weer voor 4 stoffen die een specifiek verspreidingspatroon vertonen, te weten: Chloorprofam, Fenantreen, Zink en Stikstof. In Figuur 7 is de gemiddelde belasting weergegeven (in kg/ha water), waardoor een beeld verkregen wordt van het depositiepatroon van de verschillende componenten. Voor Chloorprofam is een duidelijke verhoging van de belasting in Noord-West Nederland te zien, hetgeen samenhangt met het gebruik van deze stof in de bollenteelt. Fenantreen vertoont een egaler patroon over Nederland, hetgeen te begrijpen valt doordat deze stof met name geëmitteerd wordt door de doelgroepen Verkeer en Consumenten (zie Bijlage IV). De ruimtelijke verdeling van de zinkbelasting wordt

20 TNO-MEP R 2003/ van 25 met name veroorzaakt door een grote buitenlandse bijdrage in combinatie met meer regionale bijdrage vanuit de doelgroep Industrie. Voor stikstof is een duidelijke bijdrage vanuit de landbouwsector terug te zien in de ruimtelijke verdeling over Nederland. Figuur 7 Gemiddelde belasting via atmosferische depositie (in kg/ha) van het oppervlaktewater met respectievelijk Chloorprofam, Fenantreen, Zink en Stikstof. 3.3 Nederland De totale directe belasting van het Nederlandse oppervlaktewater via atmosferische depositie voor de verschillende componenten is weergegeven in Tabel 4. Hierbij is het Nederlandse oppervlaktewater gedefinieerd als alle oppervlaktewater in bijvoorbeeld Figuur 7 exclusief de Noordzee. Naast de belasting voor het jaar 2000 is hier ook, waar mogelijk, een inschatting gegeven van de belastingen voor de jaren 1990, 1995 en De manier waarop de waarden voor deze jaren afgeleid zijn, is afhankelijk van de beschikbaarheid van verschillende gegevens, te weten: metingen of emissies. In de tabel is middels een

21 TNO-MEP R 2003/ van 25 index aangegeven op basis van welke gegevens de waarde voor de overige jaren afgeleid is. Tabel 4 Totale belasting (in kg) van de Nederlandse oppervlaktewateren (excl. Noordzee) ten gevolge van atmosferische depositie voor de periode Stof Belasting Cadmium 820 a 910 a 600 a 1070 b Koper a a a b Kwik 2540 b 920 b 508 c 330 b Nikkel b b a b Lood a a a b Zink a a a b Stikstof (NO x en NH x ) b b a b Anthraceen 5320 b 3400 b 2664 a 1570 b Fenantreen b b a b Benzo[a]anthraceen 3830 b 2430 b 1910 a 1470 b Chloorprofam 1790 g 1790 d 2519 a 2519 f Chloorthalonil 740 g 740 d 2376 a 2376 f Dichloorvos 910 g 910 d 69 a 69 f Diuron g d 55 c 55 f Isoproturon 340 g 340 d 307 c 307 f TFT (Fentin) 2330 g 2330 d 428 c 428 f HCB 4,6 e 3,6 e 4 c 4 f PCB 3,0 e 1,9 e 0,7 c 0,7 f belasting o.b.v. schaling meting/model belasting o.b.v. schaling emissies Milieucompendium (2003) belasting o.b.v. modelberekeningen belasting o.b.v. schaling met CBS gebruikscijfers belasting o.b.v. schaling EMEP emissiecijfers belasting gelijk aan 2000 wegens ontbreken recentere gegevens t.b.v. schaling belasting gelijk aan 1995 wegens ontbreken gegevens t.b.v. schaling a b c d e f g 3.4 Opmerkingen Met betrekking tot de gepresenteerde berekeningen is het volgende nog van belang: De buitenlandse emissies van diuron, isoproturon en trifenyl tin zijn op dit moment, om verschillende redenen, niet meegenomen in de berekeningen. Uit eerder onderzoek (Duyzer & Vonk, 2002) is gebleken dat van de in Nederland gebruikte pesticiden de depositie voor het grootste gedeelte ook uit Nederland afkomstig is. De onderschatting van de depositie is voor genoemde pesticiden daardoor waarschijnlijk relatief beperkt. Daarnaast zijn de emissies van diuron als gevolg van niet-landbouw gerelateerde emissies niet opgenomen in de berekeningen. Op basis van gegevens over het gebruik (volgens CBS) van deze stof door de verschillende sectoren kan aangenomen worden dat de nietlandbouwkundige toepassing van diuron ongeveer even groot is als de land-

22 TNO-MEP R 2003/ van 25 bouwkundige toepassing. De belasting ten gevolge van de Nederlandse bronnen is dus waarschijnlijk een factor twee hoger. De onzekerheid in de geschatte depositie voor diuron, isoproturon en kwik wordt nog verder vergroot door het ontbreken van geschikte meetgegevens.. De kwaliteit van de schattingen van de emissies van HCB en PCB s is onbekend. Het verschil tussen de gemeten en berekende concentraties geeft aan dat de emissies waarschijnlijk sterk zijn onderschat. Uiteraard zou schaling deze verschillen kunnen verkleinen. De wetenschappelijke rechtvaardiging voor een dergelijke schaling is echter lastig te geven. Daarom is in deze studie er niet voor gekozen de schaling uit te voeren. De depositie van vluchtige stoffen zoals HCB en ammoniak wordt mogelijk geremd door de aanwezigheid van de stof in het oppervlaktewater. Voor dit effect is in de huidige berekeningen niet gecorrigeerd. De berekende depositie voor deze stoffen moet daarom gezien worden als een maximale waarde (afgezien van andere foutenbronnen). Op basis van het bovenstaande en eerder onderzoek (Baart et al., 1995) zou een indeling over de nauwkeurigheid van de gemaakte schattingen gemaakt kunnen worden (Tabel 5). Daarbij is de onzekerheid de factor waarmee de flux in het basisjaar van de werkelijke zou kunnen afwijken. Een factor één zou betekenen geen afwijking; een factor twee betekent dan dat de werkelijke flux twee keer zo hoog of twee keer zo laag zou kunnen zijn als de berekende flux. De onderstaande tabel moet daarbij worden gezien als een kwalitatieve indeling.

23 TNO-MEP R 2003/ van 25 Tabel 5 Indicatie van de onzekerheid in de geschatte jaargemiddelde flux in het basisjaar. Een factor één zou betekenen: geen onzekerheid Onzekerheidsfactor Schaling a.d.h.v. metingen Opmerking 1 Metalen (behalve kwik) Ja Contaminatie van metingen soms probleem Stikstofverbindingen Ja Reemissie 1 van ammoniak treedt mogelijk op. Daardoor mogelijk overschatting van de ammoniak droge depositie PCB, HCB, kwik? Nee Grootte afwijking tussen gemeten en berekende depositie en mogelijkheid van reëmissie PAK Ja Weinig metingen gedurende beperkte periode Chloorprofam, chlorthalonil, dichloorvos, trifenyltin Metingen in beperkte periode, onzekerheid in buitenlandse emissies Diuron, isoproturon Vrijwel geen metingen, geen schattingen van emissies in buitenland en andere sector Dankwoord Hans van Jaarsveld (RIVM) en Wim van der Hulst (GTD Oost-Brabant) worden bedankt voor hun commentaar op conceptversies van het rapport. 1 Met reëmissie wordt bedoeld het verschijnsel dat de concentratie van de stof in het wateroppervlak niet verwaarloosbaar klein is. Dat kan leiden tot een lagere droge depositiesnelheid en in extreme gevallen tot emissie van de stof uit de waterfase (reëmissie)

24 TNO-MEP R 2003/ van Referenties [1] Aben, J.M.M., Laan, J.G.H., Frantzen, A.J. & Van der Veer, P.J.M. (1995) Landelijk Meetnet Regenwaterkwaliteit: Meetresultaten RIVM rapport nr , Bilthoven. [2] Baart, A.C., Berdowski, J.J.M. & van Jaarsveld, J.A.(1995) Calculation of atmospheric deposition of contaminants on the North Sea.TNO rapport nr. R95/138*, Delft. [3] Boschloo, D.J. & Stolk, A.P. (1999) Landelijk Meetnet Regenwatersamenstelling: Meetresultaten RIVM rapport nr , Bilthoven. [4] Brandes, L.J., Den Hollander, H. & Van de Meent, D. (1996) Simplebox 2.0: A nested multimedia fate model for evaluating the environmental fate of chemicals. RIVM rapport nr , Bilthoven. [5] Duyzer, J.H. & Vonk, A.W. (2002) Atmosferische depositie van pesticiden, PAK en PCB s in Nederland. TNO-MEP rapport nr. R2002/606, Apeldoorn. [6] Duyzer, J.H., Plant, R.A.J. & Bleeker, A. (2002) Bepaling van emissies naar water door atmosferische depositie. TNO-MEP rapport nr. R2002/268, Apeldoorn. [7] Liss, P.S. & Slater, P.G. (1974) Flux of gases across the Air-Sea surface. Nature 247, pp [8] Stolk, A.P. (2001) Landelijk Meetnet Regenwatersamenstelling: Meetresultaten RIVM rapport nr , Bilthoven. [9] Van Jaarsveld, J.A. (1995) Modelling the long-term atmospheric behaviour of pollutants on various spatial scales. Proefschrift Universiteit van Utrecht.

25 TNO-MEP R 2003/ van Verantwoording Naam en adres van de opdrachtgever: RIZA Namen en functies van de projectmedewerkers: A. Bleeker, onderzoeker J. Duyzer, projectleider Namen van instellingen waaraan een deel van het onderzoek is uitbesteed: n.v.t. Datum waarop, of tijdsbestek waarin, het onderzoek heeft plaatsgehad: Oktober november 2003 Ondertekening: Goedgekeurd door: Dr. J.H. Duyzer projectleider Dr. M.P. Keuken afdelingshoofd

26 TNO-MEP R 2003/476 1 van 1 Bijlage I Bijlage I Beschikbare metingen In het onderstaande overzicht zijn de beschikbare metingen weergegeven, inclusief de herkomst van deze metingen. Ondanks het feit dat er voor 1985 regenwater metingen verricht zijn door het RIVM, zijn deze resultaten niet opgenomen in dit overzicht, aangezien de monsternemingsmethodiek in 1985 afwijkt van de overige jaren en daarom geen consistente reeks verkregen kan worden. Voor het jaar 2002 zijn nog geen gevalideerde gegevens beschikbaar en derhalve ook niet opgenomen in het overzicht.

27 TNO-MEP R 2003/476 1 van 2 Bijlage II Bijlage II Depositiesnelheid De droge depositiesnelheid van stoffen is sterk afhankelijk van meteorologische condities en de ondergrond waarop de depositie plaatsvindt. Uitwisseling naar het oppervlak vanuit de atmosfeer vindt eerst plaats via turbulente bewegingen, en dicht boven het oppervlak wordt de uitwisseling geregeld door moleculaire diffusie door een laminaire laag boven dit oppervlak. Dit proces is limiterend in de uitwisseling naar het oppervlak en verloopt verschillend voor water en bodem. Depositie naar oppervlaktewater Voor depositie naar water is de oplosbaarheid van een stof een belangrijke factor. Stoffen met een hoge oplosbaarheid deponeren gemakkelijk op wateroppervlakken. Opname in het water wordt dan vrijwel alleen gelimiteerd door de weerstand in de luchtlaag boven dat water. Depositiesnelheden zijn dan in de orde van 0,4 centimeter per seconde. Wanneer stoffen slecht oplosbaar zijn, belemmert dat de opname in water en neemt de depositiesnelheid af. Een stof als chloorthalonil is bijvoorbeeld slecht oplosbaar; er kan ongeveer 0,6 milligram van de stof oplossen per liter water. De Henrycoëfficient (H) van die stof, die benaderd kan worden door de ratio van de dampdruk (P l ) van die stof en de oplosbaarheid (S), is hoog. De berekende depositiesnelheid (V d ) van chloorthalonil naar een wateroppervlak ligt in de orde van 0,1 centimeter per seconde. Deze depositiesnelheid is berekend volgens Liss en Slater (1974). waarbij H Flux = Vd Cl Cw RT Vd = 1 k 1 H + RT 1 a k l Hierin stelt k a de uitwisselingscoëfficiënt naar lucht voor, k l de uitwisselingscoëfficiënt naar water, R de specifieke gasconstante en T de luchttemperatuur in Kelvin. Reëmissie De vergelijking laat zien hoe in het Liss en Slater model rekening wordt gehouden met de concentratie van een stof in het oppervlaktewater (Cw). In sommige gevallen kan, wanneer de concentratie in het oppervlaktewater hoog is de richting van de flux omkeren en zelfs (re-)emissie uit het wateroppervlak optreden. Het kan daarbij gaan om stoffen die met neerslag in het oppervlaktewater terecht zijn gekomen of om stoffen die op andere wijze daarin zijn terechtgekomen. Een goede inschatting van het belang van dit proces voor heel Nederland is pas mogelijk op basis van een

28 TNO-MEP R 2003/476 2 van 2 Bijlage II goed overzicht van de concentratie van stoffen in het oppervlaktewater. Dat overzicht ontbreekt op dit moment. De depositiesnelheid naar bodem en vegetatie De depositiesnelheid naar bodem voor de verschillende bestrijdingsmiddelen is berekend met het model SimpleBox (Brandes et al., 1996). In dit model wordt de verdeling van die stoffen tussen de compartimenten lucht, water, bodem en sediment berekend. Verder kan een stof gedeeltelijk gehecht aan aërosolen en gedeeltelijk in gasfase in de atmosfeer voorkomen, o.a. afhankelijk van de dampdruk van een stof en de heersende temperatuur. De depositiesnelheid van de aan aërosolen gebonden stoffen verschilt van de in gasfase voorkomende stof. Om die redenen wordt hier gesproken over een effectieve depositiesnelheid, waarin binding van een stof aan deeltjes is verdisconteerd. Belangrijke stofeigenschappen in dit model zijn: K ow octanol-water verdelingscoëfficiënt: maat voor affiniteit van een stof voor vet en organisch materiaal Oplosbaarheid in water Dampdruk Afbraaksnelheid van de stof in lucht, water, bodem en sediment Voor de in deze studie behandelde bestrijdingsmiddelen is in Tabel I.1 de depositiesnelheid opgenomen, evenals een aantal fysische stofeigenschappen. Tabel I.1 De droge depositiesnelheid van bestrijdingsmiddelen naar water en bodem, berekend volgens respectievelijk Liss en Slater (1974) en het SimpleBox model en volgens Baart et al. (1995). Daarnaast opgenomen de zogenaamde scavenging-ratio t.b.v. het bepalen van de natte depositie. Stofgroep Stofnaam Depositiesnelheid (cm/s) Scavengingratio Bestrijdingsmiddelen Chloorprofam a 0, Chloorthalonil a 0, Dichloorvos a 0, Diuron a 0, Isoproturon a 0, PAK Anthraceen b 0, Fenantreen b 0, Benzo(a)anthraceen b 0, Overig PCB a 0, HCB a 0, a Liss en Slater (1974) + Simplebox b Baart et al. (1995)

29 TNO-MEP R 2003/476 1 van 2 Bijlage III Bijlage III Gebruikte emissiegegevens In de onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de emissies naar lucht per component, zoals gebruikt in deze studie. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen de ruimtelijke bestanden en de emissietotalen voor de verschillende jaren. De ruimtelijke bestanden zijn gebruikt voor de depositieberekeningen met het OPSmodel en de emissietotalen zijn gebruikt voor het schalen van de uiteindelijke resultaten, teneinde een inschatting te kunnen maken van de belasting voor andere jaren. Omdat specifieke gegevens ontbraken voor de stoffen anthraceen, fenantreen en benzo[a]anthraceen is voor deze stoffen het ruimtelijke bestand voor de buitenlandse emissie van fluorantheen gebruikt als basis voor de berekeningen, evenals voor de Nederlandse emissietotalen voor de overige jaren. Uit eerder onderzoek van Duyzer & Vonk (2002) is gebleken dat de verhouding tussen deze componenten over Nederland vrij constant is. Op basis van deze informatie is een schalingsfactor voor de drie stoffen ten opzichte van fluorantheen afgeleid. Deze factoren zijn 0.11, 1.2 en 0.13 voor respectievelijk anthraceen, fenantreen en benzo[a]anthraceen.

30 TNO-MEP R 2003/476 2 van 2 Bijlage III N.B. Niet beschikbaar

31 TNO-MEP R 2003/476 1 van 19 Bijlage IV Bijlage IV Belasting per WKB In deze bijlage zijn tabellen opgenomen met de directe belasting van de Waterkwaliteitsbeheersgebieden ten gevolge van atmosferische depositie voor het basisjaar Naast de totale belasting van het oppervlaktewater met de betreffende stof is eveneens aangegeven wat de bijdrage is van de verschillende doelgroepen aan de belasting. Ook is de gemiddelde belasting per hectare water weergegeven voor de verschillende waterkwaliteitsbeheersgebieden.

32 TNO-MEP R 2003/476 2 van 19 Bijlage IV Cadmium (Cd) Landbouw Industrie Raffinaderij Energie Verkeer Consument HDO Overig Nederland Buitenland Tot. Bel. Gem. Bel. Nr Naam % % % % % % % % % % kg g/ha 02 Waterschap Friesland Waterschap Groot-Salland Waterschap Regge en Dinkel Waterschap Rijn en Ijssel Waterschap Veluwe Zuiveringsschap Rivierenland Waterschap Vallei en Eem Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht Hoogheemraadschap van de Uitwaterende sluizen Hoogheemraadschap van Rijnland Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden Hoogheemraadschap van Delfland Hoogheemraadschap van Schieland Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden Waterschap Zeeuwse Eilanden Waterschap Zeeuws-Vlaanderen Hoogheemraadschap West-Brabant Hoogheemraadschap Alm en Biesbosch Waterschap de Dommel Waterschap de AA Waterschap de Maaskant Zuiveringsschap Limburg Waterschap Hunze en AA s Waterschap Noorderzuilvest Waterschap Reest en Wieden Waterschap Velt en Vecht Waterschap Zuiderzeeland Rijkswaterstaat Directie Noord-Nederland Rijkswaterstaat Directie Utrecht Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland Rijkswaterstaat Directie Zeeland Rijkswaterstaat Directie Noord-Brabant Rijkswaterstaat Directie Limburg Rijkswaterstaat Directie IJsselmeergebied Rijkswaterstaat Directie Oost-Nederland Rijkswaterstaat Directie Zuid-Holland Rijkswaterstaat Directie Noordzee Totaal Nederland (excl. Noordzee)

33 TNO-MEP R 2003/476 3 van 19 Bijlage IV Koper (Cu) Landbouw Industrie Raffinaderij Energie Verkeer Consument HDO Overig Nederland Buitenland Tot. Bel. Gem. Bel. Nr Naam % % % % % % % % % % kg g/ha 02 Waterschap Friesland Waterschap Groot-Salland Waterschap Regge en Dinkel Waterschap Rijn en Ijssel Waterschap Veluwe Zuiveringsschap Rivierenland Waterschap Vallei en Eem Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht Hoogheemraadschap van de Uitwaterende sluizen Hoogheemraadschap van Rijnland Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden Hoogheemraadschap van Delfland Hoogheemraadschap van Schieland Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden Waterschap Zeeuwse Eilanden Waterschap Zeeuws-Vlaanderen Hoogheemraadschap West-Brabant Hoogheemraadschap Alm en Biesbosch Waterschap de Dommel Waterschap de AA Waterschap de Maaskant Zuiveringsschap Limburg Waterschap Hunze en AA s Waterschap Noorderzuilvest Waterschap Reest en Wieden Waterschap Velt en Vecht Waterschap Zuiderzeeland Rijkswaterstaat Directie Noord-Nederland Rijkswaterstaat Directie Utrecht Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland Rijkswaterstaat Directie Zeeland Rijkswaterstaat Directie Noord-Brabant Rijkswaterstaat Directie Limburg Rijkswaterstaat Directie IJsselmeergebied Rijkswaterstaat Directie Oost-Nederland Rijkswaterstaat Directie Zuid-Holland Rijkswaterstaat Directie Noordzee Totaal Nederland (excl. Noordzee)

Stroomgebiedsafstemming Rijnwest. ER in combinatie met meetgegevens

Stroomgebiedsafstemming Rijnwest. ER in combinatie met meetgegevens Stroomgebiedsafstemming Rijnwest ER in combinatie met meetgegevens Stroomgebiedsafstemming Rijn-West 2 Opdrachtgever: Rijn West Begeleidingsgroep / beoordelingsgroep: Provincies, RAO, KRW-Kernteam Rijn

Nadere informatie

Belasting per OWL met KRW-Verkenner. Nanette van Duijnhoven Christophe Thiange Gerlinde Roskam

Belasting per OWL met KRW-Verkenner. Nanette van Duijnhoven Christophe Thiange Gerlinde Roskam Belasting per OWL met KRW-Verkenner Nanette van Duijnhoven Christophe Thiange Gerlinde Roskam Doel Berekenen van de belasting per waterlichaam: - Actualisatie in tijd - KRW broncategorieën - Nederlandse

Nadere informatie

VLOPS+IFDM in IMPACT. IMPACT studiedag David Roet VMM, Dienst Lucht, Team MIR 31 januari 2017

VLOPS+IFDM in IMPACT. IMPACT studiedag David Roet VMM, Dienst Lucht, Team MIR 31 januari 2017 VLOPS+IFDM in IMPACT IMPACT studiedag David Roet VMM, Dienst Lucht, Team MIR 31 januari 2017 Inhoudstafel VLOPS modellering algemeen VLOPS modellering depositie Koppeling VLOPS+IFDM in IMPACT Referenties

Nadere informatie

Lozingen vanuit tandartspraktijken

Lozingen vanuit tandartspraktijken Emissieschattingen Diffuse bronnen EmissieRegistratie Lozingen vanuit tandartspraktijken Versie mei 2016 De gepresenteerde methode voor emissieberekening van de genoemde emissieoorzaken in deze factsheet

Nadere informatie

Inventarisatie verkiezingen tot 1 januari Herindelingsverkiezingen

Inventarisatie verkiezingen tot 1 januari Herindelingsverkiezingen Inventarisatie verkiezingen tot 1 januari 2008 leden van het Europees Parlement 10 juni 2004 leden van de gemeenteraden maart 2006 leden van de provinciale staten maart 2007 leden van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering,

Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering, Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering, 1990-2016 Indicator 1 oktober 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, 1990-2016 Indicator 27 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2016

Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2016 Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2016 Indicator 1 oktober 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2015

Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2015 Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2015 Indicator 2 oktober 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011 Ammonium in de Emissieregistratie?! Natuurlijke processen, antropogene bronnen en emissies in de ER Bert Bellert, Waterdienst Ammonium als stof ook in ER??: In kader welke prioritaire stoffen, probleemstoffen,

Nadere informatie

De KwalitOt bodeni in :

De KwalitOt bodeni in : De KwalitOt bodeni in : B' lag 1 1 :o e':.. I. I" 4 4117. a 1. 4'. Z Isied. i le :... til :....... ':.. : IWACO Auteurs F.P.J. Lamé G. Frapporti H. Leenaers H.M.C. Satijn De kwaliteit van de vaste bodem

Nadere informatie

Emissies naar lucht door de energievoorziening,

Emissies naar lucht door de energievoorziening, Indicator 1 mei 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van vrijwel alle belangrijke

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, 1990-2015 Indicator 2 oktober 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Emissies naar lucht door de energievoorziening,

Emissies naar lucht door de energievoorziening, Indicator 29 april 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van een aantal belangrijke

Nadere informatie

Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP. onderzoeksprogramma

Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP. onderzoeksprogramma Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP onderzoeksprogramma Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP onderzoeksprogramma

Nadere informatie

14 juli 2005 RIVM-MNP-TNO

14 juli 2005 RIVM-MNP-TNO Aanbeveling voor een voorlopige regeling voor de correctie van fijn stof (PM 10 ) concentraties voor de bijdrage van zeezout Ronald Hoogerbrugge a, Jan Matthijsen b, Hans van Jaarsveld b, Martijn Schaap

Nadere informatie

Samenvatting eindrapport Ammoniakmetingen in Noord-Brabant

Samenvatting eindrapport Ammoniakmetingen in Noord-Brabant Samenvatting eindrapport Ammoniakmetingen in Noord-Brabant 2007-2013 ECN-O--14-044 augustus 2014 Auteur: Bleeker, A. ECN Environment & Energy Engineering Postbus 1 1755 ZG Petten T: +31 88 515 4130 a.bleeker@ecn.nl

Nadere informatie

Hoe komen de annual air quality kaarten tot stand?

Hoe komen de annual air quality kaarten tot stand? Hoe komen de annual air quality kaarten tot stand? De annual air quality kaarten tonen het resultaat van een koppeling van twee gegevensbronnen: de interpolatie van luchtkwaliteitsmetingen (RIO-interpolatiemodel)

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, 1990-2008 Indicator 29 september 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Vermestende depositie,

Vermestende depositie, Indicator 4 juni 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De depositie van vermestende stoffen

Nadere informatie

Emissies naar lucht door huishoudens,

Emissies naar lucht door huishoudens, Indicator 25 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van kooldioxide (CO

Nadere informatie

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009 Gemeente Ridderkerk Rapportage Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Monitoring 3 1.2 Berekenen versus meten 3 1.3 NO 2 en PM 10 3 1.4 Tot slot 3 2 Berekende

Nadere informatie

Verzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC),

Verzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC), Verzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC), 1990-2009 Indicator 26 mei 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt

Nadere informatie

Emissies naar lucht door de industrie,

Emissies naar lucht door de industrie, Indicator 25 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De industrie levert voor alle

Nadere informatie

ACTUALISATIE BODEMKWALITEITSKAART

ACTUALISATIE BODEMKWALITEITSKAART GEMEENTE NUENEN C.A. ACTUALISATIE BODEMKWALITEITSKAART GEMEENTE NUENEN C.A. In opdracht van Gemeente Nuenen c.a. Opgesteld door Auteur Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant Keizer Karel V Singel 8 Postbus 8035

Nadere informatie

Illlllllllllllllllllll

Illlllllllllllllllllll Illlllllllllllllllllll 2IN00872 C VAN WATHRSCHAPPÜN Bezoekadres O. De leden-waterschappen t.a.v. het dagelijks bestuur fk. UI - ~ CK > > (MT A(N@EIM 0 MEI 202 Koningskade 40 29 AA Den Haag Postadres Postbus

Nadere informatie

Uitgangspunten depositieberekeningen

Uitgangspunten depositieberekeningen Passende Beoordeling Verruiming Vaarweg Eemshaven Noordzee 3 december 2013 Bijlage E. Uitgangspunten depositieberekeningen 177 van 181 Passende Beoordeling Verruiming Vaarweg Eemshaven Noordzee 3 december

Nadere informatie

Kenmerk 1204148-003-ZWS-0014. Doorkiesnummer +31 (0)6 10 39 95 34. Oplegnotitie 2: herberekening PAK effluenten EmissieRegistratie

Kenmerk 1204148-003-ZWS-0014. Doorkiesnummer +31 (0)6 10 39 95 34. Oplegnotitie 2: herberekening PAK effluenten EmissieRegistratie Memo Aan Rob Berbee Datum Van Nanette van Duijnhoven Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)6 10 39 95 34 Aantal pagina's 10 E-mail nanette.vanduijnhoven @deltares.nl Onderwerp PAK effluenten EmissieRegistratie

Nadere informatie

Inleiding. Oefeningen. Oefeningen workshop 1. Weergave grafieken. Emissie Symposium Water 11 april 2019

Inleiding. Oefeningen. Oefeningen workshop   1. Weergave grafieken. Emissie Symposium Water 11 april 2019 Oefeningen workshop www.emissieregistratie.nl Emissie Symposium Water 11 april 2019 Inleiding In deze korte cursus wordt vooral ingezoomd op het maken van grafieken, kaarten en het exporteren van gegevens.

Nadere informatie

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009 Indicator 6 maart 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De meeste waterlichamen voldoen

Nadere informatie

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010 Gemeente Ridderkerk Rapportage Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Monitoring 3 1.2 Berekenen versus meten 3 1.3 NO 2 en PM 10 3 1.4 Tot slot 3 2 Berekende

Nadere informatie

Erläuterung Maßnahmen pro Teilgebiet

Erläuterung Maßnahmen pro Teilgebiet Anlage P Erläuterung Maßnahmen pro Teilgebiet Rijn-Noord Tijdvak 2010-2015 Art. 11-3g aanpakken riooloverstorten m3 30 30 verminderen belasting RWZI stuks 6 6 afkoppelen verhard oppervlak ha 61 28 89 saneren

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater door huishoudens,

Belasting van het oppervlaktewater door huishoudens, Belasting van het oppervlaktewater door huishoudens, 1990-2016 Indicator 27 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Beoordeling Legionellaveiligheid StatiqCooling dauwpuntskoeler

Beoordeling Legionellaveiligheid StatiqCooling dauwpuntskoeler Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek / Netherlands Organisation for Applied Scientific Research Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn TNO-rapport 2007-A-R0544/B

Nadere informatie

Meten en modelleren: vaststellingen en toekomstperspectief. Bo Van den Bril en David Roet

Meten en modelleren: vaststellingen en toekomstperspectief. Bo Van den Bril en David Roet Meten en modelleren: vaststellingen en toekomstperspectief Bo Van den Bril en David Roet Overschrijding kritische last 2/05/2016 2 Afname vermestende deposities 50 45 Vermestende depostie (kg N/(ha.jaar)

Nadere informatie

Luchtkwaliteit en lozingen in de lucht in het Vlaamse Gewest Koen Toté

Luchtkwaliteit en lozingen in de lucht in het Vlaamse Gewest Koen Toté Luchtkwaliteit en lozingen in de lucht in het Vlaamse Gewest Koen Toté Overzicht presentatie Waarom luchtmetingen in Vlaanderen? Evolutie van de laatste decennia Toetsen van de luchtkwaliteit aan de heersende

Nadere informatie

Emissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw,

Emissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw, Emissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw, 1990-2009 Indicator 19 oktober 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven KvK Utrecht T

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven   KvK Utrecht T A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 info@rivm.nl Uw kenmerk Gevoeligheid van de gesommeerde depositiebijdrage onder 0,05

Nadere informatie

RBOI-Rotterdam B.V. Stikstofdepositieonderzoek. bedrijventerrein Oosteind

RBOI-Rotterdam B.V. Stikstofdepositieonderzoek. bedrijventerrein Oosteind RBOI-Rotterdam B.V. Stikstofdepositieonderzoek bedrijventerrein Oosteind INHOUDSOPGAVE blz. 1. ACHTERGROND 1 2. UITGANGSPUNTEN 3 2.1. Beoordelingsmethode 3 2.2. Beoordelingslocaties 5 3. RESULTATEN

Nadere informatie

- 1 - april mei juni juli augustus september maand

- 1 - april mei juni juli augustus september maand - 1 - ER Smog in zomer In dit bulletin wordt een overzicht gegeven van de smogsituatie in de periode april tot en met september voor de stoffen O 3, PM, SO 2, en NO 2. In de zomerperiode van zijn er 7

Nadere informatie

Emissies naar lucht door huishoudens,

Emissies naar lucht door huishoudens, Indicator 1 mei 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van kooldioxide, stikstofoxiden

Nadere informatie

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2011

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2011 TNO-rapport TNO-060-UT-12-01634 Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 11 Gebouwde Omgeving Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 80015 3508 TA Utrecht www.tno.nl

Nadere informatie

Emissie en luchtkwaliteit van NO 2 en fijn stof tengevolge van het scheepvaartverkeer bij Nijmegen

Emissie en luchtkwaliteit van NO 2 en fijn stof tengevolge van het scheepvaartverkeer bij Nijmegen Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek / Netherlands Organisation for Applied Scientific Research Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn TNO-rapport R 2004/533

Nadere informatie

De invloed van een verbeterde methode voor het berekenen van de depositiesnelheid op de N-depositie en de NO x -concentratie

De invloed van een verbeterde methode voor het berekenen van de depositiesnelheid op de N-depositie en de NO x -concentratie De invloed van een verbeterde methode voor het berekenen van de depositiesnelheid op de N-depositie en de NO x -concentratie Wilco de Vries, Jan Aben 26-05-204 Inleiding Voor het berekenen van de depositiesnelheid

Nadere informatie

Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam. Jaarrapportage 2016

Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam. Jaarrapportage 2016 Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam Jaarrapportage 2016 Colofon Raad van Accreditatie De DCMR Milieudienst Rijnmond is door de Raad voor Accreditatie geaccrediteerd voor de NEN-EN-ISO/IEC 17025:2005

Nadere informatie

Atmosferische Depositie op Nederland en Nederlands Continentaal Plat

Atmosferische Depositie op Nederland en Nederlands Continentaal Plat Emissieschattingen Diffuse bronnen Emissieregistratie Atmosferische Depositie op Nederland en Nederlands Continentaal Plat Versie juni 2018 In opdracht van RIJKSWATERSTAAT WVL Uitgevoerd door TNO DELTARES

Nadere informatie

Samenvatting van: Effecten van het Lozingenbesluit Open Teelt en Veehouderij (LOTV) op de waterkwaliteit.

Samenvatting van: Effecten van het Lozingenbesluit Open Teelt en Veehouderij (LOTV) op de waterkwaliteit. Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling/RIZA Samenvatting van: Effecten van het Lozingenbesluit

Nadere informatie

Fijn stof in IJmond. TNO-rapport 2007-A-R0955/B. Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn. www.tno.nl T 055 549 34 93 F 055 549 98 37

Fijn stof in IJmond. TNO-rapport 2007-A-R0955/B. Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn. www.tno.nl T 055 549 34 93 F 055 549 98 37 Laan van Westenenk 1 Postbus 342 73 AH Apeldoorn TNO-rapport 27-A-R/B Fijn stof in IJmond www.tno.nl T 49 34 93 F 49 98 37 Datum september 27 Auteur(s) Menno Keuken Sander Jonkers Projectnummer 34.7434

Nadere informatie

abcdefgh Rijkswaterstaat XV De waterkwaliteit voor stoffen afkomstig van diffuse bronnen

abcdefgh Rijkswaterstaat XV De waterkwaliteit voor stoffen afkomstig van diffuse bronnen abcdefgh Rijkswaterstaat XV De waterkwaliteit voor stoffen afkomstig van diffuse bronnen Contactpersoon: Peter Vermij December 2003 Inhoudsopgave........................................................................................

Nadere informatie

Zie Wijzigingsblad d.d. 1 januari 2013 bij de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten versie 3 september 2007.

Zie Wijzigingsblad d.d. 1 januari 2013 bij de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten versie 3 september 2007. Toelichting Deze notitie beschrijft de resultaten van de uitgevoerde actualisatie. Hiermee wordt voldaan aan de wettelijke verplichting voor de actualisatie van PCB s, daarnaast worden ook de consequenties

Nadere informatie

Vrijwaringsovereenkomst inzake de garantstellingsverplichting ex artikel 41 Gr HWH

Vrijwaringsovereenkomst inzake de garantstellingsverplichting ex artikel 41 Gr HWH Kenmerk: V0051/1988 Vrijwaringsovereenkomst inzake de garantstellingsverplichting ex artikel 41 Gr HWH ONDERGETEKENDEN 1. Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht, hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden,

Nadere informatie

onderzoek stikstofdepositie naar aanleiding van ophoging duin Neeltjesnol

onderzoek stikstofdepositie naar aanleiding van ophoging duin Neeltjesnol M+P MBBM groep Mensen met oplossingen www.mp.nl Visserstraat 50 Aalsmeer Postbus 344 1430 AH Aalsmeer MEMO Wolfskamerweg 47 Vught Postbus 2094 5260 CB Vught Aan T.a.v. Adviesburo Marcel Uriot BV Marcel

Nadere informatie

Temperatuur oppervlaktewater,

Temperatuur oppervlaktewater, Indicator 13 december 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De gemiddelde watertemperatuur

Nadere informatie

Emissies door de zeescheepvaart,

Emissies door de zeescheepvaart, Indicator 26 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het betreft hier de feitelijke

Nadere informatie

III IIIIIIIIII III IINil 15IN015993-08/05/2015

III IIIIIIIIII III IINil 15IN015993-08/05/2015 III IIIIIIIIII III IINil 15IN015993-08/05/2015 Ministerie van Infrastructuur en Milieu Waterschap Brabantse Delta T.a.v. Algemeen bestuur Postbus 5520 4801 DZ BREDA Datum 6 mei 2015 Betreft De BGT: ligt

Nadere informatie

Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer. parkeren Spoorzone

Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer. parkeren Spoorzone Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer parkeren Spoorzone te Winterswijk Versie 2 december 2008 opdrachtnummer 08-159lucht datum 2 december 2008 opdrachtgever Gemeente Winterswijk Postbus 101 7100 AC Winterswijk

Nadere informatie

Zware metalen in grondwater

Zware metalen in grondwater Zware metalen in grondwater Janneke Klein 1204148-003 Deltares, 2011 Inhoud 1 Inleiding 1 1.1 Probleemstelling 1 1.2 Doelstelling 1 2 Methode 2 2.1 Voorgaand onderzoek 2 2.2 Gebruikte dataset 2 2.3 Dataverwerking

Nadere informatie

Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur

Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur Berekening van de saliniteit uit de geleidendheid en de temperatuur Project: NAUTILUS Werkdocument: RIKZ/OS-98.145X Ministerie van Verkeer en Waterstaat In opdracht van: Directie Noordzee Directie Zuid-Holland

Nadere informatie

Emissies naar lucht door de land- en tuinbouw,

Emissies naar lucht door de land- en tuinbouw, Indicator 24 October 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De sector land- en tuinbouw

Nadere informatie

Onderzoek gezondheidsrisico s. stof rond Schiphol. Module 1 Resultaten meetcampagne. Subtitle. April 2018

Onderzoek gezondheidsrisico s. stof rond Schiphol. Module 1 Resultaten meetcampagne. Subtitle. April 2018 Onderzoek gezondheidsrisico s ultrafijn stof rond Schiphol Module 1 Resultaten meetcampagne taxiënde zhrhrwh45e vliegtuigen April 2018 Subtitle Campagne taxiënde vliegtuigen Doel: Onderzoek nut en noodzaak

Nadere informatie

Waterkwaliteit KRW, 2015

Waterkwaliteit KRW, 2015 Indicator 12 januari 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De meeste waterlichamen voldoen

Nadere informatie

Ter onderbouwing van het advies aan de minister van VWS zijn daarnaast de volgende specifieke vragen geformuleerd:

Ter onderbouwing van het advies aan de minister van VWS zijn daarnaast de volgende specifieke vragen geformuleerd: > Retouradres Postbus 43006 3540 AA Utrecht Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Advies van de directeur bureau Risicobeoordeling & Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540

Nadere informatie

Atmosferische Depositie op Nederland en Nederlands Continentaal Plat

Atmosferische Depositie op Nederland en Nederlands Continentaal Plat Emissieschattingen Diffuse bronnen Emissieregistratie Atmosferische Depositie op Nederland en Nederlands Continentaal Plat Versie mei 2016 In opdracht van RIJKSWATERSTAAT WVL Uitgevoerd door TNO, DELTARES

Nadere informatie

Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen,

Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen, Indicator 22 juni 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De afgelopen dertig jaar is voor

Nadere informatie

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2012

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2012 TNO-rapport TNO 2013 R11473 Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2012 Gebouwde Omgeving Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 80015 3508 TA Utrecht www.tno.nl

Nadere informatie

Luchtvervuiling in Nederland in kaart gebracht

Luchtvervuiling in Nederland in kaart gebracht Luchtvervuiling in Nederland in kaart Luchtvervuiling in Nederland in kaart gebracht Hoofdpunten uit de GCN/GDN-rapportage 2013 Luchtvervuiling in Nederland in kaart gebracht Hoofdpunten uit de GCN/GDN-rapportage

Nadere informatie

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015.

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015. Provincie Noord-Brabant Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015. Rapport no. 4257342, 8 maart 2016 Projectverantwoordelijke: J. van Loon Provincie Noord-Brabant Cluster

Nadere informatie

Corrosie roestvast staal industrie

Corrosie roestvast staal industrie Emissieschattingen Diffuse bronnen Emissieregistratie Corrosie roestvast staal industrie Versie april 2011 RIJKSWATERSTAAT WATERDIENST In samenwerking met DELTARES en TNO Corrosie roestvast staal industrie

Nadere informatie

WAAROM METEN WE ZO WEINIG ONZE STIKSTOFDEPOSITIE?

WAAROM METEN WE ZO WEINIG ONZE STIKSTOFDEPOSITIE? Metingen voor natte depositie worden uitgevoerd in de duingebieden rond Maasvlakte 2. 12 HOTSPOT OP DE EUROPESE STIKSTOFKAART WAAROM METEN WE ZO WEINIG ONZE STIKSTOFDEPOSITIE? De laatste tijd staan meten

Nadere informatie

European Pollutant Release and Transfer Register (E-PRTR) Gevolgen van deze nieuwe EU wetgeving. Nanette van Duijnhoven en Sacha de Rijk

European Pollutant Release and Transfer Register (E-PRTR) Gevolgen van deze nieuwe EU wetgeving. Nanette van Duijnhoven en Sacha de Rijk European Pollutant Release and Transfer Register (E-PRTR) Gevolgen van deze nieuwe EU wetgeving Nanette van Duijnhoven en Sacha de Rijk E-PRTR Verordening Per 1 januari 2007 in werking 65 bedrijfsactiviteiten

Nadere informatie

NO, NO2 en NOx in de buitenlucht. Michiel Roemer

NO, NO2 en NOx in de buitenlucht. Michiel Roemer NO, NO2 en NOx in de buitenlucht Michiel Roemer Inhoudsopgave Wat zijn NO, NO2 en NOx? Waar komt het vandaan? Welke bronnen dragen bij? Wat zijn de concentraties in de buitenlucht? Maatregelen Wat is NO2?

Nadere informatie

Update emissiekarakteristieken individueel 2013

Update emissiekarakteristieken individueel 2013 TNO-rapport TNO 2014 R10875 Update emissiekarakteristieken individueel 2013 Earth, Life & Social Sciences Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 80015 3508 TA Utrecht www.tno.nl T +31 88 866 42 56 Datum

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen, Indicator 18 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren en plassen

Nadere informatie

Luchtkwaliteit ontwikkeling. spoorzone te Winterswijk

Luchtkwaliteit ontwikkeling. spoorzone te Winterswijk Luchtkwaliteit ontwikkeling spoorzone te Winterswijk Versie 23 juni 2016 opdrachtnummer 16-106 datum 23 juni 2016 opdrachtgever Gemeente Winterswijk Postbus 101 7100 AC WInterswijk auteur drs. A.D. Postma

Nadere informatie

Overschrijding kritische stikstofdepositie op natuur, 2009

Overschrijding kritische stikstofdepositie op natuur, 2009 Indicator 8 april 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Circa 60 procent van het areaal

Nadere informatie

Corrosie waterleidingen kantoorgebouwen

Corrosie waterleidingen kantoorgebouwen Emissieschattingen Diffuse bronnen EmissieRegistratie Corrosie waterleidingen kantoorgebouwen Versie mei 2015 In opdracht van RIJKSWATERSTAAT - WVL Uitgevoerd door DELTARES in samenwerking met TNO Corrosie

Nadere informatie

14. OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE BRONNEN VAN

14. OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE BRONNEN VAN 1.Inleiding 14. OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE BRONNEN VAN WATERVERONTREINIGING IN HET BRUSSELS GEWEST Het Brussels Gewest ligt voor het grootste deel in het subbekken van de Zenne. Deze waterloop en zijn

Nadere informatie

Op grond van artikel 28 uit het Besluit luchtkwaliteit (Stb. 2001, 269) bieden wij U hierbij aan de provinciale rapportage Luchtkwaliteit 2003.

Op grond van artikel 28 uit het Besluit luchtkwaliteit (Stb. 2001, 269) bieden wij U hierbij aan de provinciale rapportage Luchtkwaliteit 2003. Bezoekadres Houtplein 33 Het Ministerie van Volksgezondheid, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer T.a.v. de Staatssecretaris P.L.B.A. van Geel Postbus 20951 2500 EX DEN HAAG Haarlem Postadres Postbus 3007

Nadere informatie

Validatie CO2-reductiemodel Nuon warmtenetten Publieke samenvatting. TNO-rapport TNO 2018 R10435

Validatie CO2-reductiemodel Nuon warmtenetten Publieke samenvatting. TNO-rapport TNO 2018 R10435 TNO-rapport TNO 2018 R10435 Validatie CO2-reductiemodel Nuon warmtenetten 2017 Leeghwaterstraat 44 2628 CA Delft Postbus 6012 2600 JA Delft www.tno.nl T +31 88 866 22 00 Publieke samenvatting Datum 19

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer,

Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer, Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer, 1990-2013 Indicator 7 oktober 2015 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Broeikasgasemissies in Nederland,

Broeikasgasemissies in Nederland, Indicator 8 september 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De totale uitstoot van broeikasgassen

Nadere informatie

EMU-saldo vanuit het perspectief van de waterschappen

EMU-saldo vanuit het perspectief van de waterschappen Bijlage 2 Bijlage EMU-saldo vanuit het perspectief van de waterschappen 1. Aanleiding Gegeven de huidige situatie van de overheidsfinanciën en het EMU-tekort van Nederland krijgt het EMU-saldo van de waterschappen

Nadere informatie

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit - april 2010 t/m maart 2011

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit - april 2010 t/m maart 2011 TNO-rapport TNO-060-UT-12-00111 Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit - april 10 t/m maart 11 Gebouwde Omgeving Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 80015

Nadere informatie

In de volgende figuur is het aandeel in de stikstofdepositie van verkeer en industrie rood omcirkeld.

In de volgende figuur is het aandeel in de stikstofdepositie van verkeer en industrie rood omcirkeld. Achtergrondinformatie voor achterbanberaad milieubeleid regio Eemsdelta Het milieubeleid omvat veel onderwerpen. Teveel om in één keer allemaal te behandelen. Op basis van onze ervaringen in de regio en

Nadere informatie

Conclusies. Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes. KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi.

Conclusies. Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes. KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi. Lotos-Euros v1.7: validatierapport voor 10 en bias-correctie Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi.nl Conclusies Bias-correctie:

Nadere informatie

Register van gemeenschappelijke regelingen als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr)

Register van gemeenschappelijke regelingen als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) Register van gemeenschappelijke regelingen als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) Toelichting Waterschappen onderling, dan wel waterschappen en provincies en/of waterschappen,

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer,

Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer, Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer, 1990-2016 Indicator 27 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Luchtkwaliteit aansluiting. 2 rotondes Hamelandweg

Luchtkwaliteit aansluiting. 2 rotondes Hamelandweg aansluiting 2 rotondes Hamelandweg te Lichtenvoorde Versie opdrachtgever Gemeente Oost Gelre Postbus 17 7130 AA Lichtenvoorde auteur drs. A.D. Postma INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... I SAMENVATTING... 1

Nadere informatie

Adviseurs voor bouw, industrie, verkeer, milieu en software. Rapport I R001v8 Coöperatie De Valk Wekerom, Lunteren

Adviseurs voor bouw, industrie, verkeer, milieu en software. Rapport I R001v8 Coöperatie De Valk Wekerom, Lunteren Rapport I.2007.5403.13.R001v8 Coöperatie De Valk Wekerom, Lunteren Berekening stikstofdepositie Status: DEFINITIEF (versie 8) Van Pallandtstraat 9-11 Casuariestraat 5 Lavendelheide 2 Geerweg 11 info@dgmr.nl

Nadere informatie

abcdefgh Rijkswaterstaat X Verkeer en vervoer zeescheepvaart

abcdefgh Rijkswaterstaat X Verkeer en vervoer zeescheepvaart abcdefgh Rijkswaterstaat X Verkeer en vervoer zeescheepvaart Contactpersoon: Joan Meijerink December 2003 Inhoudsopgave........................................................................................

Nadere informatie

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009 Indicator 2 maart 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De ecologische kwaliteit van het

Nadere informatie

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds Nieuwe verdeelmodel provinciefonds vertaling ijkpunten naar inclusief actualisering Eindrapport Cebeon, 24 mei 2011 I Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Bestuur... 4 3 Verkeer en vervoer... 6 4 Water en

Nadere informatie

Toelichting op technische aspecten en omrekeningen en correcties van milieukwaliteitsnormen voor bodem en water.

Toelichting op technische aspecten en omrekeningen en correcties van milieukwaliteitsnormen voor bodem en water. Toelichting op technische aspecten en omrekeningen en correcties van milieukwaliteitsnormen voor bodem en water. Normen voor metalen Bij de afleiding van de normen voor metalen is rekening gehouden met

Nadere informatie

Werkdocument Kd-waarden van zware metalen in zoetwatersediment[riza nr.96.180.x]

Werkdocument Kd-waarden van zware metalen in zoetwatersediment[riza nr.96.180.x] Ministerie van Verkeer en WalersUai Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling RIZA doorkiesnummer 0320 298498 Werkdocument Kd-waarden van

Nadere informatie

INGEKfìMFN ne NOV.?0Î5. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier T.a.v. Algemeen bestuur Postbus AG HEERHUGOWAARD

INGEKfìMFN ne NOV.?0Î5. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier T.a.v. Algemeen bestuur Postbus AG HEERHUGOWAARD INGEKfìMFN ne NOV.?0Î5 Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier T.a.v. Algemeen bestuur Postbus 250 1700 AG HEERHUGOWAARD Datum 5 november 2015 Betreft De BGT: is de finish voor u al in zicht? Geacht

Nadere informatie

Luchtkwaliteit langs de N208 bij Hillegom

Luchtkwaliteit langs de N208 bij Hillegom CE CE Oplossingen voor Oplossingen milieu, economie voor milieu, en technologie economie en technologie Oude Delft 180 Oude Delft 180 2611 HH Delft 2611 HH Delft tel: tel: 015 015 2 150 2 150 150 150 fax:

Nadere informatie

Wijzigingsblad d.d. 1 januari 2019 bij de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten versie 3 september 2007

Wijzigingsblad d.d. 1 januari 2019 bij de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten versie 3 september 2007 bij de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten versie 3 september 2007 De Richtlijn bodemkwaliteitskaarten versie 3 september 2007 wordt per 1 januari 2013 respectievelijk 1 januari 2014, 1 januari 2016 en 1

Nadere informatie

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer MJA-Sectorrapport 2015 Afvalwaterzuiveringsbeheer Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Afvalwaterzuiveringsbeheer Datum: 161017 Status: Kenmerk: Locatie: Contactpersoon: Definitief HVDK/156024

Nadere informatie

Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord

Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord 74100160-NMEA/PGR 11-0259 Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord Arnhem, 3 februari 2011 Auteurs Merih Cibis, Hans Cleijne In opdracht

Nadere informatie