Depressie: anti-epileptica 5042

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Depressie: anti-epileptica 5042"

Transcriptie

1 Depressie: anti-epileptica 5042 HR: hazard ratio, OR: odds ratio, RR: relatief risico, SSRI: selectieve serotonineheropnameremmer, BI: betrouwbaarheidsinterval Bron Bewijs Effect ref. 1 Arana A et Suicide-related n=38642 Gegevens werden geanalyseerd van depressiepatiënten zonder zelfmoord in de familie of een eerdere zelfmoordpoging, waarvan patiënten carbamazepine, gabapentine, lamotrigine, levetiracetam, events in patients treated with antiepileptic drugs. N Engl J Med 2010;363: oxcarbazepine, pregabaline, tiagabine, topiramaat, valproïnezuur en/of zonisamide gebruikten (7.870 voor epilepsie en voor andere indicaties). De gemiddelde follow-up was 6 jaar. OR s werden berekend uit aparte casecontrol-analyses. In de case-control-analyses konden niet aan alle casus controles worden toegekend. De incidentie van het aantal zelfmoord(poging)en voor de depressiepatiënten zonder epilepsie was 129,1 per persoonsjaren voor niet-gebruikers van anti-epileptica en 177,3 per persoonsjaren voor gebruikers van antiepileptica. Gebruik van anti-epileptica verhoogde het risico op een zelfmoord(poging) bij patiënten met depressie (OR = 1,65, 95% BI: 1,24-2,19). Het is niet bekend of het gebruik van anti-epileptica of de indicatie voor het antiepilepticagebruik, de oorzaak is van het toegenomen risico. De incidentie van het aantal zelfmoord(poging)en voor de depressiepatiënten met epilepsie was 171,2 per persoonsjaren voor niet-gebruikers van anti-epileptica en 249,7 per persoonsjaren voor gebruikers van antiepileptica. Gebruik van anti-epileptica leidde niet tot een significante verhoging van het risico op een zelfmoord(poging) bij patiënten met depressie en ref. 2 Andersohn F et Use of antiepileptic drugs in epilepsy and the risk of selfharm or suicidal behavior. Neurology 2010;75: n=6762 epilepsie: OR = 1,24 (95% BI: 0,56-2,72). In een case-control- met epilepsiepatiënten werden 453 casus met zelfbeschadigend of suïcidaal gedrag vergeleken met controles zonder dit gedrag. 280 van de casus en van de controles gebruikten anti-epileptica. Vier groepen anti-epileptica werden onderscheiden: barbituraten, klassieke antiepileptica, nieuwe anti-epileptica met een laag risico op depressie (lamotrigine, gabapentine, pregabaline, oxcarbazepine) en nieuwe anti-epileptica met een hoog risico op depressie (levetiracetam, tiagabine, topiramaat, vigabatrine). Bij de berekening van de OR s werd onder andere gecorrigeerd voor psychiatrische comorbiditeit voorafgaand aan het anti-epilepticumgebruik. Nieuwe anti-epileptica met een hoog risico verhoogden het risico op zelfbeschadigend/suïcidaal gedrag (OR = 3,08, 95% BI: 1,22-7,77) bij analyse van alleen epilepsiemonotherapiegebruikers; OR = 1,89, 95% BI: 1,18-3,03 bij analyse van alle gebruikers). Het risico was alleen verhoogd voor patiënten met psychiatrische comorbiditeit voorafgaand aan het anti-epilepticumgebruik (OR = 8,48,95% BI: 1,86-38,58 voor monotherapiegebruikers; OR = 2,34, 95% BI: 1,02-5,38 voor alle gebruikers). Er werd echter geen statische significantie gevonden voor interactie tussen anti-epilepticagebruik en geschiedenis van psychiatrische comorbiditeit. Bij analyse van de afzonderlijke anti-epileptica werd alleen een significant verhoogd risico gevonden voor levetiracetam (OR = 6,42, 95% BI: 1,24-33,36). Gebruik van de andere drie groepen anti-epileptica in het voorafgaande jaar verhoogde het risico op zelfbeschadigend/suïcidaal gedrag niet, ook niet bij patiënten met psychiatrische comorbiditeit voorafgaand aan het antiepilepticum-gebruik. 1

2 ref. 3 Patorno E et Anticonvulsant medications and the risk of suicide, attempted suicide, or violent death. JAMA 2010;303: ref. 4 Mula M et The role of titration schedule of topiramate for the development of depression in patients with epilepsy. Epilepsia. 2009;50: ref. 5 Fakhoury TA et Effects of lamotrigine on mood in older adults with epilepsy and comorbid depressive symptoms. Drugs Aging 2008;25: n= n = 423 n=40 Gegevens over zelfmoord(pogingen) na starten van anti-epileptica (n= , mediane follow-up 60 dagen) werden geanalyseerd. Onderzochte antiepileptica waren carbamazepine, ethosuximide, felbamaat, fenobarbital, fenytoïne, gabapentine, lamotrigine, levetiracetam, oxcarbazepine, pregabaline, primidon, topiramaat, valproïnezuur en zonisamide. Voor ethosuximide en felbamaat waren er geen gegevens. HR s werden gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht, kalender-jaar, comorbiditeiten en indicaties. Vergeleken met topiramaat verhoogden oxcarbazepine (HR = 2,07, 95% BI 1,52-2,80), lamotrigine (HR = 1,84, 95% BI 1,43-2,37), valproïnezuur (HR = 1,65, 95% BI 1,25-2,19) en gabapentine (HR = 1,42, 95% BI 1,11-1,80) het risico op zelfmoord(pogingen). Geen van de anti-epileptica verlaagde het risico ten opzichte van topiramaat. Een analyse met een betere correctie voor risicofactoren (high-dimension propensity score matching) en een analyse van het risico gedurende de eerste 180 dagen na start van het anti-epilepticum bevestigden het verhoogde risico voor gabapentine (RR = 1,99 (95% BI 1,45-2,73); HR = 1,68 (95% BI 1,12-2,52)), oxcarbazepine (RR = 1,49 (95% BI 1,01-2,20); HR = 2,79 (95% BI 1,70-4,55)) en lamotrigine (RR niet vermeld; HR = 2,45 (95 % BI 1,60-3,76)), maar niet voor valproïnezuur. Gabapentine en oxcarbazepine verhoogden het risico ook in een subgroep van patiënten met stemmingsstoornissen. Vergeleken met carbamazepine, dat in tegenstelling tot topiramaat vaak als eerste middel wordt voorgeschreven bij epilepsie, verhoogden gabapentine, lamotrigine en oxcarbazepine het risico op zelfmoord(pogingen). Gabapentine verhoogde het risico bij patiënten met epilepsie of insulten (RR = 13,92, 95% BI 1,82-106,38) en patiënten met stemmingsstoornissen. Lamotrigine, oxcarbazepine en valproïnezuur werden vaker toegepast bij patiënten met depressie, bipolaire stoornis of angststoornis. Gabapentine werd vaker toegepast bij patiënten met neuropathische pijn en pijnmedicatie. Gegevens werden geanalyseerd van 423 patiënten die sinds 2001 topiramaat kregen in de epilepsiekliniek van een neurologisch ziekenhuis. Alle patiënten zijn tenminste 1 jaar gevolgd. Er werd gekeken naar de invloed van een snelle titratie van topiramaat op het ontwikkelen van depressie. Hierbij wordt rekening gehouden met andere factoren voor depressie, zoals eerdere depressies, koortsstuipen en hippocampale sclerose (HS). Bij 73,8% van de patiënten werd het standaard titratieschema gebruikt: startdosis 25 mg, waarbij de dosering elke 1-2 weken met 25 mg werd verhoogd. Bij 26,2% van de patiënten was de startdosis 50 mg met een verhoging van 50 mg elke 1-2 weken. Bij 10,4% van de patiënten werd depressie gediagnosticeerd na het starten van topiramaat. De depressie trad eerder op bij patiënten met een snelle titratie dan bij patiënten met een standaardtitratie (na respectievelijk 60 en 95 dagen, p = 0,018), hoewel er geen verschil was in gemiddelde topiramaatdosis en dosisspreiding. Snelle titratie werd in verband gebracht met een 5 keer verhoogd risico op depressie. Daarnaast werd ook een associatie gevonden tussen het ontwikkelen van een depressie tijdens het gebruik van topiramaat en koortsstuipen en eerdere depressies. Analyse van de data van een prospectieve open label naar de effecten van lamotrigine op de stemming van volwassenen van 50 jaar en ouder met epilepsie en lichte tot matige depressieve symptomen. Patiënten met ernstige depressie en patiënten die antidepressiva gebruikten werden uitgesloten van de. Alle patiënten werden behandeld voor epilepsie (basis). De 36 weken durende bestond uit een basisfase en 4 behandelfases: 2 weken basisfase, 7 weken opbouwfase lamotrigine, 12 weken onderhoudsfase lamotrigine, 5 weken afbouwfase anti-epileptische basistherapie en 12 weken monotherapie met lamotrigine. Van de 40 geïncludeerde patiënten hebben 24 patiënten de onderhoudsfase met lamotrigine afgemaakt, waarvan 18 patiënten ook de monotherapiefase afgemaakt hebben. De afname van de scores op de verschillende depressieschalen (BDI-II, CES-D, NDDI-E en POMS) was resp. gemiddeld -4,8, -10,7, -2,3, -27,1 na de onderhoudsfase en resp. gemiddeld - 2

3 ref. 5, vervolg 10,5, -13,4, -3,9, -41,6 na de monotherapiefase (basiswaarden resp. 15,8, 24,3, 13,8, 57,7). De verandering in depressiescore was in alle gevallen statistisch significant (p < 0.01) in vergelijking met de basisfase, met uitzondering van BDI- II- en NDDI-E-scores na de onderhoudsfase. Voor zowel de toevoeging van lamotrigine aan de basistherapie als monotherapie met lamotrigine correleert de afname in BDI-II significant met een afname in het bijwerkingenprofiel. Veranderingen in humeur waren niet significant geassocieerd met veranderingen in aanvalsactiviteit. Volgens de auteurs toont de analyse aan dat bij een subgroep van oudere patiënten met epilepsie en lichte tot matige depressieve symptomatologie het toevoegen van lamotrigine aan een antiepileptische therapie antidepressieve activiteit laat zien. Bovendien suggereert het resultaat dat het antidepressieve effect van lamotrigine niet secundair is aan het anti-epileptische effect, omdat de veranderingen in stemming niet significant geassocieerd waren met de aanvalsactiviteit. ref. 6 Mula M et Antiepileptic drugs and suicidality: An expert consensus statement from the Task Force on Therapeutic Strategies of the ILAE Commission on Neuropsychobiology. Epilepsia 2013;54: ref. 7 Vigo DV et Anti-convulsants in the treatment of major depressive disorder: an overview. Harv Rev Psychiatry 2009;17: review review De auteurs concluderen dat, hoewel sommige anti-epileptica worden geassocieerd met psychiatrische problemen die kunnen leiden tot zelfmoordgedachten, het (nog vast te stellen) daadwerkelijke risico op zelfmoord erg laag lijkt. De FDA waarschuwt voor een verhoogd risico op zelfmoord voor alle anti-epileptica, hoewel statistische significantie alleen voor topiramaat en lamotrigine gevonden werd. Bovendien leidde het toevoegen van nog 3 s tot verlies van significantie voor lamotrigine. Het risico van stoppen of niet starten met een anti-epilepticum is groter en kan resulteren in ernstige schade voor de patiënt. Ook patiënten met zelfmoordrisico moeten anti-epileptica niet onthouden worden. Wanneer een aniti-epilepticum gestart wordt of er overgestapt wordt op een ander anti-epilepticum, moet patiënten geadviseerd worden elke verandering in stemming en zelfmoordgedachten te melden aan de behandelaar. Deze review geeft een overzicht van 40 s (12x carbamazepine, waarvan 3 geblindeerd en gecontroleerd; 11x valproïnezuur; 9x lamotrigine, waarvan 3 geblindeerd en gecontroleerd; 3x gabapentine; 3x topiramaat, waarvan 1 geblindeerd en gecontroleerd; 2x fenytoïne, beide geblindeerd en gecontroleerd) naar de behandeling van acute episodes en terugkeer van depressie met anti-epileptica. Studies met sedatieve anti-epileptica werden niet meegenomen. Enkele van de geblindeerde en gecontroleerde s, evenals 7 s van mindere kwaliteit, suggereren effectiviteit van carbamazepine, lamotrigine en valproïnezuur, vooral als toevoeging aan antidepressiva. 20 casus of s met minder dan 10 patiënten suggereren dat deze anti-epileptica nuttig kunnen zijn als toevoeging aan antidepressiva, vooral bij de behandeling van prikkelbaarheid en agitatie. Voor gabapentine, fenytoïne en topiramaat werd geen bewijs voor antidepressieve werking gevonden. Carbamazepine Carbamazepine toonde als comedicatie in een randomized controlled trial (n=59, waarvan 41 met unipolaire depressie) en als primaire behandeling in een geblindeerde cross-over (n=28, waarvan 24 met unipolaire depressie) een respons die niet significant verschilde van die van lithium. Als primaire behandeling in een geblindeerde cross-over (n=35, waarvan 11 met unipolaire depressie) werd een niet-significant verhoogde respons ten opzichte van placebo gevonden. Daarnaast werden 2 patiënten bij wie antidepressiva geen effect hadden succesvol behandeld met carbamazepinemonotherapie, verbeterde carbamazepine de effectiviteit van elektroconvulsietherapie bij 1 patiënt en leidde toevoeging van carbamazepine aan clomipramine tot effectiviteit bij 1 patiënt. Van 15 patiënten met gemiddeld 2,1 depressieve periodes per jaar, had 47% geen depressieve periodes meer gedurende 2 jaar carbamazepine-therapie, terwijl het aantal ziekenhuisopnamen met 67% afnam. Bij 16 therapieresistente patiënten verbeterde carbamazepine (monotherapie of als toevoeging) de klinische symptomen, maar moest 71% van de responders 3

4 ref. 7, vervolg ref. 8 Bell GS et Suicide and epilepsy. Curr Opin Neurol 2009;22: review de therapie staken vanwege bijwerkingen. Bij 1 patiënt met terugkerende depressie verdwenen de depressieve episodes gedurende 10 jaar behandeling met carbamazepine, maar keerden terug als de carbamazepine werd stopgezet. Lamotrigine Lamotrigine is geregistreerd voor behandeling van bipolaire depressie en lijkt hierbij vooral effect te hebben op de depressieve perioden. In een geblindeerde cross-over (n=31, waarvan 6 met unipolaire depressie) had lamotrigine als primaire behandeling een positief effect op de Hamilton Depression Rating Scale, maar niet op de Clinical Global Impression. In twee randomized controlled trials (n=40, waarvan 28 met unipolaire depressie en n=23, waarvan 15 met unipolaire depressie) was de effectiviteit van lamotrigine hoger dan placebo op de Clinical Global Impression, maar was er geen significant verschil op de Hamilton Depression Rating Scale. In twee open trials met antidepressivumresistente patiënten met unipolaire depressie waarin lamotrigine werd toegevoegd aan antidepressiva werd een verbetering van depressieve symtomen met 57% gezien bij 14 patiënten en een responspercentage van 53% bij 19 patiënten (vergeleken met 41% voor lithium). Lamotrigine toegevoegd aan antidepressiva leidde tot een responspercentage van 40% en 67% bij respectievelijk 37 en 25 patiënten en verminderde depressie, desinteresse, angst en prikkelbaarheid bij 34 therapieresistente depressiepatiënten gedurende een jaar, waarbij 20% afviel vanwege bijwerkingen. Twee sterk therapieresistente patiënten vertoonden klinische respons na toevoeging van laaggedoseerd lamotrigine (25-75 mg/dag). Valproïnezuur Valproïnezuur is geregistreerd voor behandeling van acute manie en gemengde episodes van bipolaire depressie. Vijf ongecontroleerde s suggereerden effectiviteit van valproïnezuur als primaire behandeling voor acute depressie of als aanvulling op antidepressiva. In een van deze s werd een respons gevonden bij 66% van 32 patiënten met acute unipolaire depressie. In een andere vertoonde 54% van 35 patiënten een sterke verbetering op de Clinical Global Impression bij toevoeging van anti-epileptica (valproïnezuur in 74% van de gevallen). Van 5 casusbeschrijvingen wezen 2 op een mogelijk profylactisch effect op de lange termijn van toevoeging van valproïnezuur. Bij 2 patiënten nam de depressie af gedurende de follow-up van 6-12 maanden en bij 2 andere patiënten nam de agitatie af gedurende 3 jaar. Bij 7 in het ziekenhuis opgenomen adolescenten leidde toevoeging van valproïnezuur tot een duidelijke verbetering van depressie en agressie. Bij twee patiënten met unipolaire depressie en psychotische kenmerken werd geen respons gevonden op toevoeging van valproïnezuur. De auteurs geven aan dat er verschillende mogelijke oorzaken zijn voor de toename van het aantal zelfmoorden en zelfmoordgedachten bij epilepsiepatiënten. Studies hebben aangetoond dat een geschiedenis van psychiatrische ziekte het risico op zelfmoord bij epilepsiepatiënten verhoogt, maar hebben ook laten zien dat het risico op zelfmoord is toegenomen bij epilepsiepatiënten in afwezigheid van een psychiatrische geschiedenis. Bij epilepsiepatiënten zijn ongediagnosticeerde en onbehandelde psychiatrische aandoeningen, waaronder depressie, waargenomen. Studies suggereren dat epileptische insulten en depressie en zelfmoord elkaar beïnvloeden. Niet alleen lijkt epilepsie het risico op depressie en zelfmoord te verhogen, maar zowel depressie als zelfmoordpogingen verhogen het risico op de ontwikkeling van insulten. Psychotische episoden die bij sommige epilepsiepatiënten optreden als ze aanvalsvrij worden of die bij patiënten met chronische epilepsie na insulten kunnen optreden, kunnen het risico op zelfmoord verhogen. Tenslotte zijn er aanwijzingen dat anti-epileptica het risico op zelfmoord(gedachten) kunnen verhogen. Met betrekking tot het effect van anti-epileptica op het risico op zelfmoordgedachten vermelden de auteurs drie s. In de van Mula et, 2007 ontwikkelde van 108 patiënten die zowel topiramaat als levetiracetam gebruikt 4

5 ref. 8, vervolg ref. 9 Morishita S. Clonazepam as a therapeutic adjunct to improve the management of depression: a brief review. Hum Psychopharmacol 2009;24: ref. 10 FDA Alert Suicidal behaviour and ideation and antiepileptic drugs. Updated review Persbericht hadden 8,3% psychiatrische bijwerkingen op beide middelen, 26% op een van beide middelen en 66% op geen van beide middelen. Een (familie)geschiedenis van psychiatrische aandoeningen en een geschiedenis van koortsstuipen verhoogden het risico op psychiatrische bijwerkingen. Bij patiënten die ofwel topiramaat ofwel levetiracetam gebruikten, hadden degenen die psychiatrische bijwerkingen ontwikkelden vergelijkbare klinische variabelen. Veel patiënten die bijwerkingen ontwikkelden, waren volledig insultvrij gedurende de periode van psychopathologie. Mula et suggereren dat de ontwikkeling van psychiatrische bijwerkingen meer afhangt van de patiëntkenmerken dan van het anti-epilepticum. In een casusbeschrijving van Mula et, 2007 hadden alle 4 patiënten die zelfmoordgedachten en depressie ontwikkelden na starten met levetiracetam, een significante afname van insulten en een geschiedenis van psychiatrische aandoeningen (maar zonder zelfmoordpoging). Zelfmoordgedachten en depressie verdwenen na verminderen of stoppen van levetiracetam. De derde was de meta-analyse van de FDA (zie ook hieronder). In deze meta-analyse werd een toename van het risico op zelfmoord(gedachten) gevonden voor gebruikers van alle anti-epileptica samen (OR = 1,8, 95% BI 1,24-2,66), gebruikers van lamotrigine en gebruikers van topiramaat. De OR was significant verhoogd bij gebruik van anti-epileptica voor de indicatie epilepsie (OR = 3,53, 95% BI 1,28-12,1), maar niet bij gebruik voor psychiatrische aandoeningen of aandoeningen anders dan epilepsie. 4 antiepilepticagebruikers en 0 placebo-gebruikers pleegden zelfmoord. Het FDArapport bevat geen informatie over de mate van insultcontrole. De auteurs geven aan dat voor epilepsiepatiënten met een verhoogd zelfmoordrisico carbamazepine en valproïnezuur de meest geschikte antiepileptica zijn, terwijl er aanwijzingen zijn dat topiramaat en levetiracetam vermeden moeten worden. Clonazepam wordt in toenemende mate gebruikt voor behandeling van stemmingsstoornissen. Het is bruikbaar voor behandeling van behandelingsresistente of langdurige depressie en voor het versnellen van de respons op antidepressiva en is effectiever voor unipolaire dan voor bipolaire depressie. Momenteel wordt gebruik in een dosering van 2,5-6,0 mg/dag in combinatie met SSRI s aanbevolen. Als clonazepam effectief is, treedt een effect op binnen 2-4 weken. Langetermijnbehandeling met een lage dosis clonazepam vermindert de terugkeer van depressie. In 16 casus en s met in totaal 691 patiënten is een antidepressief effect van clonazepam gevonden. In de s leidde clonazepam tot een respons bij 43-84% van de patiënten. Veel van de patiënten hadden een depressie die niet of onvoldoende reageerde op conventionele antidepressiva. In 14 van de casus en s werd clonazepam toegevoegd aan bestaande medicatie. De FDA heeft de eis gesteld dat alle fabrikanten van anti-epileptica een waarschuwing opnemen om te informeren over het verhoogde risico op zelfmoordgedachten en/of pogingen. Er zijn 199 klinische s van 11 antiepileptica als monotherapie of als combinatietherapie geanalyseerd. Patiënten die een of meerdere anti-epileptica kregen hadden een bijna tweemaal verhoogd risico op zelfmoord (0,43% vs. 0,24% bij placebo). Het risico was vergelijkbaar bij de 11 anti-epileptica en is waargenomen bij patiënten die behandeld werden voor epilepsie, psychiatrische stoornissen en andere aandoeningen. Het verhoogde risico werd al 1 week na de start van het antiepilepticum waargenomen en hield gedurende de hele observatieperiode aan. De gemiddelde duur was 12 weken, waarbij de meeste s niet langer dan 24 weken waren. Het risico na 24 weken is daarom niet vastgesteld. Alle patiënten die behandeld worden met anti-epileptica moeten gemonitoord worden op een verergering van depressie, suïcidale gedachten en andere ongewone veranderingen in het gedrag. Symptomen zoals angst, agitatie, agressie, vijandigheid, manie en slapeloosheid kunnen voortekenen zijn voor zelfmoordgedachten. 5

6 ref. 11 SPC Diamox (acetazolamide) ref. 12 SPC Tegretol (carbamazepine) ea.* ref. 13 SPC Rivotril (clonazepam) ref. 14 SPC Fenobarbital PCH ea.** ref. 15 SPC Lamictal Dispers (lamotrigine) Bw: Behandeling met acetazolamide kan oa. aanleiding geven tot depressie. Waarschuwing: Het optreden van suïcidale ideevorming en -gedrag is gemeld bij patiënten die behandeld werden met anti-epileptica bij verschillende indicaties. Een meta-analyse van gerandomiseerde placebogecontroleerde s met anti-epileptica laat ook een kleine toename van het risico zien op suïcidale ideevorming en gedrag. Het mechanisme achter dit risico is niet bekend en de beschikbare gegevens sluiten de mogelijkheid van een toegenomen risico voor Tegretol niet uit. Patiënten moeten daarom nauwkeurig gecontroleerd worden op tekenen van suïcidale ideevorming en gedrag en een geschikte behandeling dient te worden overwogen. Patiënten (en hun verzorgers) moeten erop gewezen worden dat indien er zich tekenen van suïcidale ideevorming of -gedrag voordoen er medisch advies ingewonnen moet worden. Bw: Psychische stoornissen: Zelden: depressie Waarschuwing: Het optreden van suïcidale ideevorming en - gedrag is gemeld bij patiënten die behandeld werden met anti-epileptica bij verschillende indicaties. Een meta-analyse van gerandomiseerde placebogecontroleerde s met anti-epileptica laat ook een kleine toename van het risico op suïcidale ideevorming en - gedrag zien. Het mechanisme achter dit risico is niet bekend en de beschikbare gegevens sluiten de mogelijkheid van een toegenomen risico voor Rivotril niet uit. Patiënten moeten daarom nauwkeurig gecontroleerd worden op tekenen van suïcidale ideevorming en - gedrag en een geschikte behandeling dient te worden overwogen. Patiënten (en hun verzorgers) moeten erop gewezen worden dat indien er zich tekenen van suïcidale ideevorming of gedrag voordoen er medisch advies ingewonnen moet worden. Patiënten met een voorgeschiedenis van depressie en/of zelfmoordpogingen dienen onder nauw toezicht te staan. Bw: Depressie kan voorkomen bij patiënten die behandeld worden met Rivotril, maar het kan ook geassocieerd zijn met het onderliggend ziektebeeld. Preexistente depressie kan manifest worden gedurende het gebruik van benzodiazepinen. Waarschuwing: Terughoudendheid is oa geboden bij depressieve en suïcidale patiënten. Het optreden van suïcidale ideevorming en - gedrag is gemeld bij patiënten die behandeld werden met anti-epileptica bij verschillende indicaties. Een meta-analyse van gerandomiseerde placebogecontroleerde s met anti-epileptica laat ook een kleine toename van het risico op suïcidale ideevorming en - gedrag zien. Het mechanisme achter dit risico is niet bekend en de beschikbare gegevens sluiten de mogelijkheid van een toegenomen risico voor Rivotril niet uit. Patiënten moeten daarom nauwkeurig gecontroleerd worden op tekenen van suïcidale ideevorming en - gedrag en een geschikte behandeling dient te worden overwogen. Patiënten (en hun verzorgers) moeten erop gewezen worden dat indien er zich tekenen van suïcidale ideevorming of gedrag voordoen er medisch advies ingewonnen moet worden. Therapeutische toepassing: Bipolaire aandoening Volwassenen van 18 jaar en ouder: Preventie van depressieve episodes bij patiënten met een bipolaire I aandoening die voornamelijk depressieve episodes ervaren. Waarschuwing: Het optreden van suïcidale ideevorming en - gedrag is gemeld bij patiënten die behandeld werden met anti-epileptica bij verschillende indicaties. Een meta-analyse van gerandomiseerde placebogecontroleerde s met anti-epileptica laat ook een kleine toename van het risico zien op suïcidale ideevorming en gedrag. Het mechanisme achter dit risico is niet bekend en de beschikbare gegevens sluiten de mogelijkheid van een toegenomen risico voor lamotrigine niet uit. Patiënten moeten daarom nauwkeurig gecontroleerd worden op tekenen van suïcidale ideevorming en gedrag en een geschikte behandeling dient te worden 6

7 ref 15, vervolg ref. 16 SPC Zonegran (zonisamide) ref. 17 SPC Sabril (vigabatrine) Levetiracetam en topiramaat ref. 18 Mowla A et n = 26 Topiramate overwogen. Patiënten (en hun verzorgers) moeten erop gewezen worden dat indien er zich tekenen van suïcidale ideevorming of gedrag voordoen, er medisch advies ingewonnen moet worden. Patiënten met een bipolaire aandoening kunnen een verergering van hun symptomen van depressie en/of het optreden van zelfmoordneiging ervaren, of ze nu medicatie gebruiken voor de bipolaire aandoening (inclusief Lambipol) of niet. Daarom moeten patiënten die Lambipol voor bipolaire aandoening krijgen, nauwkeurig gecontroleerd worden op klinische verergering (waaronder het ontwikkelen van nieuwe symptomen) en zelfmoordneiging, vooral in het begin van een behandeling, of als de dosering wordt gewijzigd. Bepaalde patiënten, zoals diegenen met een voorgeschiedenis van suïcidaal gedrag of - gedachten, jong volwassenen, en die patiënten die een significante mate van suïcidale ideevorming hebben voordat zij met de behandeling beginnen, lijken een groter risico te hebben op suïcidale gedachten of zelfmoordpogingen. Zij dienen tijdens de behandeling nauwkeurig gecontroleerd te worden. Men dient te overwegen om het therapeutische behandelschema te veranderen, of misschien het gebruik van het geneesmiddel te staken, bij patiënten die klinische verergering ervaren (waaronder het ontwikkelen van nieuwe symptomen) en/of bij het optreden van suïcidale ideevorming/-gedrag. Dit geldt in het bijzonder als deze symptomen ernstig zijn, abrupt starten of als ze geen deel uitmaakten van de eerste symptomen van de patiënt. Waarschuwingen: Suïcidale ideatie en suïcidaal gedrag zijn gerapporteerd bij patiënten die in verschillende indicaties werden behandeld met anti-epileptica. Een meta-analyse van gerandomiseerde placebo-gecontroleerde trials met antiepileptica heeft ook een licht verhoogd risico op suïcidale ideatie en suïcidaal gedrag laten zien. Het mechanisme van dit risico is niet bekend en de beschikbare gegevens sluiten de mogelijkheid van een verhoogd risico voor Zonegran niet uit. Daarom dienen patiënten opgevolgd te worden voor tekenen van suïcidale ideatie en suïcidaal gedrag en dient de aangepaste behandeling overwogen te worden. Deze patiënten (en verzorgers van deze patiënten) dienen de raad te krijgen om medisch advies te vragen indien er tekenen van suïcidale ideatie of suïcidaal gedrag optreden. Bw: Zeer vaak: depressie. Vaak: emotionele instabiliteit. Soms: suïcide-ideatie, zelfmoordpoging. Waarschuwing: Men dient terughoudend te zijn met het gebruik van vigabatrine in patiënten met een geschiedenis van psychose, depressie of gedragsproblemen. Psychiatrische problemen (opwinding, depressie, abnormale gedachten, paranoïde reacties) zijn gemeld tijdens het gebruik van vigabatrine. Dit kwam zowel voor bij patiënten met als zonder psychiatrische voorgeschiedenis en de symptomen waren meestal reversibel wanneer de vigabatrine doses werden verminderd of geleidelijk afgebouwd. Het optreden van suïcidale ideevorming en - gedrag is gemeld bij patiënten die behandeld werden met anti-epileptica bij verschillende indicaties. Een metaanalyse van gerandomiseerde placebogecontroleerde s met antiepileptica laat ook een kleine toename van het risico zien op suïcidale ideevorming en gedrag. Het mechanisme achter dit risico is niet bekend en de beschikbare gegevens sluiten de mogelijkheid van een toegenomen risico voor vigabatrine niet uit. Patiënten moeten daarom nauwkeurig gecontroleerd worden op tekenen van suïcidale ideevorming en gedrag en een geschikte behandeling dient te worden overwogen. Patiënten (en hun verzorgers) moeten erop gewezen worden dat indien er zich tekenen van suïcidale ideevorming of gedrag voordoen, er medisch advies ingewonnen moet worden. Bw: Vaak: depressie. Depressie was een veel voorkomende reactie in klinische onderzoeken, maar het bleek zelden nodig de vigabatrine therapie om deze reden te beëindigen. Zelden: zelfmoordpoging. In een gerandomiseerde, placebogecontroleerde, dubbelblinde werden 26 patiënten met ernstige depressie gedurende 8 weken behandeld met topiramaat en 27 met placebo, naast de actuele antidepressieve medicatie. De 7

8 augmentation in patients with resistant major depressive disorder: a double-blind placebocontrolled clinical tri Neuropsychophar macol Biol Psychiatry 2011;35: ref. 19 Mula M et The role of titration schedule of topiramate for the development of depression in patients with epilepsy. Epilepsia. 2009;50: ref. 20 Nickel C et Topiramate in the treatment of depressive and anger symptoms in female depressive patients: a randomized, double-blind, placebocontrolled study. J Affect Disord 2005;87: ref. 21 Carpenter LL et Do obese depressed patients respond to topiramate? A retrospective chart review. J Affect Disord 2002;69: n = 423 n=32 n=12 geselecteerde patiënten hadden onvoldoende gereageerd op tenminste 8 weken behandeling met een SSRI en ten minste 1 eerdere episode van depressie gehad. Gestart werd met 25 mg topiramaat per dag. Dit werd in stappen van 25 mg per week verhoogd tot gemiddeld 173,15 mg per dag in 2 doses. De gemiddelde daling van de HAM-D-score (Hamilton Depression Rating Scale) was voor de topiramaatgroep 32,0% en voor de placebogroep 5,5% (niet significant). 12 patiënten in de topiramaatgroep werden gerekend tot de responders versus 0 in de placebogroep. De tekortkomingen van de zijn volgens de auteurs de korte duur en het kleine aantal patiënten. Gegevens werden geanalyseerd van 423 patiënten die sinds 2001 topiramaat kregen in de epilepsiekliniek van een neurologisch ziekenhuis. Alle patiënten zijn tenminste 1 jaar gevolgd. Er werd gekeken naar de invloed van een snelle titratie van topiramaat op het ontwikkelen van depressie. Hierbij wordt rekening gehouden met andere factoren voor depressie, zoals eerdere depressies, koortsstuipen en hippocampale sclerose (HS). Bij 73,8% van de patiënten werd het standaard titratieschema gebruikt: startdosis 25 mg, waarbij de dosering elke 1-2 weken met 25 mg werd verhoogd. Bij 26,2% van de patiënten was de startdosis 50 mg met een verhoging van 50 mg elke 1-2 weken. Bij 10,4% van de patiënten werd depressie gediagnosticeerd na het starten van topiramaat. De depressie trad eerder op bij patiënten met een snelle titratie dan bij patiënten met een standaardtitratie (na respectievelijk 60 en 95 dagen, p = 0,018), hoewel er geen verschil was in gemiddelde topiramaatdosis en dosisspreiding. Snelle titratie werd in verband gebracht met een 5 keer verhoogd risico op depressie. Daarnaast werd ook een associatie gevonden tussen het ontwikkelen van een depressie tijdens het gebruik van topiramaat en koortsstuipen en eerdere depressies. 64 vrouwen, ouder dan 18 jaar, met terugkerende milde of matige episodes van depressie werden geselecteerd voor een gerandomiseerde, placebogecontroleerde, dubbelblinde. De patiënten werden gedurende 10 weken behandeld met topiramaat of placebo. Gestart werd met 50 mg topiramaat per dag. Dit werd verhoogd tot 200 mg per dag in de 5 e week. De mate van verandering tussen uitgangswaarde en eindwaarde was voor de topiramaatgroep op bijna alle schalen groter dan voor de placebogroep. Het verschil in verandering in score op de Hamilton Depression Scale was -4,0 (95% BI: -6,1;-1,9). Er werden geen ernstige bijwerkingen, inclusief psychotische symptomen en zelfmoordpogingen, gezien. De auteurs zien de kleine groep patiënten, het ontbreken van mannen en patiënten met ernstige episodes van depressie en de korte duur als beperkingen van de. Ze concluderen dat topiramaat nuttig en veilig lijkt voor behandeling van depressieve symptomen en boosheid bij vrouwen met milde of matige episodes van terugkerende depressie. In een restrospectief statusonderzoek werden gegevens geïncludeerd van 16 vrouwelijke patiënten met depressie en obesitas die. waren behandeld met topiramaat. De initiële dosis was mg per dag. Dit werd verhoogd tot maximaal 400 mg per dag in meerdere doses (gemiddeld 277±101 mg per dag). De medicatie die daarnaast gebruikt werd, werd voortgezet. De behandelduur was 1-40 weken, gemiddeld 17,7±13,4 weken. De IDS-SR (Inventory for Depressive Symptomatology-Self Report) liet een daling van de totale score zien (beginscore 44±15, eindscore 33±13), hoewel slechts bij 2 van de 11 patiënten (18%) de score 50% was gedaald. Ook de CGI-score (Clinical Global Impressions) verbeterde significant voor de acute fase (beginscore 4,0±0,6, eindscore 3,5±0,9) en de verlengde fase (beginscore 3,9±0,6, eindscore 3,3±1,0). Uiteindelijk was 44% (7/16) van de patiënten responder. Van de nonresponders werden 4 patiënten gerekend tot minimally worse en 1 tot very much worse. 8

9 ref. 22 Schmidt do Prado-Lima PA et Topiramate in treatmentresistant depression and binge-eating disorder. Bipolar Disord 2002;4: ref. 23 Klufas A et Topiramateinduced depression. Am J Psychiatry 2001;158:1736. ref. 24 Hagemann A et Quality of life, anxiety and depression in adult patients after add-on of levetiracetam and conversion to levetiracetam monotherapy. Epilepsy Res 2013;104: ref. 25 Mazza M et Effect of levetiracetam on depression and anxiety in adult epileptic patients. Prog Neuropsychophar macol Biol Psychiatry 2008;32: ref. 26 Ciesielski AS et Neuropsychologic al and psychiatric casus n=1 casus n=3 n=140 n=25 n=10 Een 32-jarige vrouw met depressie, binge-eating disorder, obesitas en borderline-persoonlijkheidsstoornis werd behandeld met topiramaat. Topiramaat werd gestart nadat verschillende therapieën niet tot het gewenste resultaat hadden geleid. Gestart werd met 25 mg per dag. Dit werd langzaam verhoogd naar 300 mg per dag. Risperidon werd afgebouwd en venlafaxine werd verlaagd naar 150 mg per dag nadat verbetering van de depressie was opgetreden. Ondanks klachten van slapeloosheid, voelde ze zich goed en begon ze gewicht te verliezen. 3 maanden na starten van topiramaat berichtte de patiënt dat ze zich nog nooit zo goed had gevoeld. Ook methylfenidaat werd daarna langzaam afgebouwd. 15 maanden na starten met topiramaat voelde de patiënt zich nog steeds goed, daarnaast waren haar binge-eating episodes afgenomen en was haar BMI gedaald van 34 naar 20. Een 24-jarige vrouw met prikkelbaarheid en milde depressie werd behandeld met topiramaat. Ze gebruikte gabapentine en zolpidem. Gestart werd met 25 mg topiramaat per dag en dit werd verhoogd naar 50 mg per dag. Na 2 dagen 50 mg te hebben genomen meldde ze een ernstige depressie en suïcidale gedachten. Een week nadat met topiramaat was gestopt voelde de patiënt zich niet langer wanhopig en had geen zelfmoordneigingen meer. Een 40-jarige vrouw gebruikte valproinezuur, risperidon en cetirizine. Ze had last van gedachtenvlucht maar had geen depressieve symptomen. Topiramaat werd gestart en binnen een week verhoogd naar 50 mg per dag. Een week later meldde ze een ernstige depressie met anergie en anhedonie. Verlagen van de dosering topiramaat leidde tot verlichting van de depressieve symptomen. Een 34-jarige vrouw gebruikte fluoxetine, thyroxine en valproinezuur. Ze werd gezien met prikkelbaarheid, gedachtenvlucht, psychomotorische agitatie en angst. Topiramaat werd gestart en binnen een week verhoogd naar 50 mg per dag. 2 weken later meldde ze ernstige depressie, vage zelfmoordgedachten en anhedonie. 3 dagen nadat topiramaat werd gestopt was de patiënt niet meer depressief. In een prospectieve open-label multicenter werden bij 140 patiënten levetiracetam toegevoegd aan de bestaande therapie in een dosering van 1000 tot 4000 mg per dag (doel was ten minste 2000 mg per dag). De 65 patiënten met 50% vermindering in aanvalsfrequentie werden na 16 weken overgezet op levetiracetam-monotherapie. De HADS-depressiescore verbeterde na toevoeging van levetiracetam. De score was gemiddeld 5,3±3,2 bij start van de, 3,8±3,3 na toevoeging van levetiracetam en 4,1±3,3 na overzetting op monotherapie met levetiracetam. Het verschil met de score bij start was in beide gevallen significant. Er was een verschil in depressiescore tussen responders en non-responders. Responders: 4,4±3,9 na toevoeging levetiracetam t.o.v. 5,6±3,2 bij start van de. Non-responders: 6,1±4,4 na toevoeging van levetiracetam t.o.v. 5,0±4,0 bij start van de. In een werden 25 patiënten, met niet onder controle zijnde partiële epileptische aanvallen en daarnaast symptomen van depressie die de kwaliteit van leven beïnvloedden, behandeld met levetiracetam. Gestart werd met 500 mg/dag. Dit werd verhoogd naar de maximaal getolereerde dosis of 5000 mg/dag. De gemiddelde dosering was 1525±873 mg/dag na 5 weken en 2176 ±853 mg/dag na 3 maanden. Gemiddeld daalde de aanvalsfrequentie gedurende de duur van 3 maanden met 38%. De scores op de verschillende depressieschalen waren zowel na 5 weken als na 3 maanden significant lager dan de score voor aanvang van de therapie. MADRS: 22,6 (baseline), 12,8 (5 weken) en 13,1 (3 maanden); HDRS: 21,6, 15,6 en 14,5; Z- SDS: 54,3, 39,6 en 37,4. Een lagere score op deze depressieschalen houdt een verbetering in (afname in ernst). In een open, niet-gerandomiseerde, prospectieve werden 10 epliepsiepatiënten behandeld met pregabaline en 10 patiënten met levetiracetam. De dosis werd opgetitreerd naar respectievelijk 300 en 1000 mg per dag. Patiënten met andere neurologische of psychiatrische aandoeningen werden uitgesloten van het onderzoek. Er werden geen veranderingen in 9

10 impact of add-on titration of pregabalin versus levetiracetam: a comparative short-term study. Epilepsy Behav 2006;9: ref. 27 Vande Griend JP et Probable levetiracetamassociated depression in the elderly: two case reports. Am J Geriatr Pharmacother 2009;7: ref. 28 Tamarelle C et Levetiracetaminduced depression in a 5- year-old child with partial epilepsy. Seizure 2009;18: ref. 29 Wier LM et Levetiracetaminduced depression in a healthy adult. J Clin Psycyiatry 2006;67: ref. 30 SPC Topamax (topiramaat) casus n=2 casus n=1 casus n=1 aanvalsfrequentie gevonden in beide groepen. Voor levetiracetam was de verbetering van de depressiescore significant, hierbij werd de score voor start van de behandeling vergeleken met de score 1 week na het bereiken van een dosering van 1000mg per dag. Een 73-jarige man met verminderde nierfunctie kreeg tweemaal daags 500mg levetiracetam tegen epileptische aanvallen. Daarnaast gebruikte hij levodopa/carbidopa, wat 4 weken later weer werd gestopt, diltiazem, furosemide, lisinopril, docusinezuur,doxazosine, ferrosulfaat, simvastatine en oxybutynine. 5 maanden na start met levetiracetam werden depressieve symptomen gemeld. 4 weken nadat levetiracetam werd gestopt waren de depressieve symptomen verminderd. Er was geen gebeurtenis opgetreden die de depressieve symptomen zou kunnen verklaren. Levetiracetam werd gezien als de waarschijnlijke oorzaak, Naranjoscore 6. Een 92-jarige vrouw met verminderde nierfunctie kreeg met eenmaal daags 500mg levetiracetam tegen partiële epileptische aanvallen. Daarnaast gebruikte zij metoprolol, amlodipine, clopidogrel, acetylsalicylzuur, esomeprazol, fexofenadine, nortriptyline en vitamine B-complex. De patiënt had gedurende de 6 jaar gebruik van nortiptyline geen depressieve symptomen gemeld. 4 weken later werden depressieve symptomen opgemerkt. 8 dagen na stoppen met levetiracetam en metoprolol was de stemming van de patiënt verbeterd. Er was geen gebeurtenis opgetreden die de depressieve symptomen zou kunnen verklaren. Levetiracetam werd gezien als de waarschijnlijke oorzaak, Naranjo score 6. Bij een 5-jarige jongen met epilepsie werd levetiracetam toegevoegd aan lamotrigine, nadat hij eerder valproinezuur en oxcarbazepine had gehad. Een opvallende afname in aanvallen werd gezien. 3 weken na start met levetiracetam traden depressieve symptomen op. 4 weken na het optreden van deze symptomen werd levetiracetam vervangen door clobazam. De depressieve symptomen verdwenen volledig binnen 2 weken. Er was geen gebeurtenis opgetreden die de depressieve symptomen zou kunnen verklaren. Een 28-jarige Zuid-Amerikaanse vrouw zonder relevante medische historie was vrijwilliger voor een geneesmiddel. Gestart werd met 2 maal per dag 250 mg levetiracetam. Dit werd na 1 week verhoogd naar 2 maal per dag 500 mg en daarna naar 2 maal per dag 750 mg. Na de laatste verhoging van de dosering traden depressieve symptomen op die erger werden gedurende de week behandeling met 1500 mg per dag. Nadat de dosis werd verlaagd trad snelle verlichting op van de depressieve symptomen. Uiteindelijk verdwenen de symptomen volledig nadat de dosis was verlaagd naar 2 maal per dag 500 mg. Waarschuwingen: Tijdens behandeling met topiramaat is een verhoogde incidentie van stemmingsstoornissen en depressie waargenomen. Suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag zijn gemeld bij patiënten die voor diverse indicaties met antiepileptica werden behandeld. Een meta-analyse van gerandomiseerde placebogecontroleerde s met antiepileptica heeft een licht verhoogd risico van suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag getoond. Het mechanisme van dit risico is niet bekend en de beschikbare gegevens sluiten de mogelijkheid van een verhoogd risico met topiramaat niet uit. Tijdens dubbelblinde klinische s kwamen suïcidegerelateerde gebeurtenissen (suïcidale gedachten, suïcidepogingen en suïcide) voor bij 0,5% van de patiënten die werden behandeld met topiramaat (46 van de 8652 behandelde patiënten). Deze incidentie is bijna driemaal zo hoog als in de placebogroep (0,2%; 8 van de 4045 behandelde patiënten). Patiënten dienen daarom te worden gecontroleerd op tekenen van suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag en geëigende behandeling dient te worden overwogen. Patiënten (en de verzorgers van patiënten) dient geadviseerd te 10

11 ref. 31 SPC Keppra (levetiracetam) worden medische hulp te vragen bij tekenen van suïcidale gedachten of suïcidaal gedrag. Bw: zeer vaak: depressie. Vaak: stemmingswisselingen, neerslachtige stemming. Soms: suïcidale gedachten, suïcidepoging. Waarschuwingen: Zelfmoord, zelfmoordpoging, zelfmoordgedachten en zelfmoordgedrag zijn gerapporteerd bij patiënten die behandeld werden met anti-epileptica (waaronder levetiracetam). Een meta-analyse van gerandomiseerde placebogecontroleerde onderzoeken met anti-epileptica heeft een klein toegenomen risico op zelfmoordgedachten en zelfmoordgedrag aangetoond. Het mechanisme van dit risico is niet bekend. Patiënten dienen derhalve gecontroleerd te worden op verschijnselen van depressie en/of zelfmoordgedachten en zelfmoordgedrag en een juiste behandeling dient te worden overwogen. Patiënten (en verzorgers van patiënten) moet worden geadviseerd medisch advies in te winnen wanneer zich verschijnselen van depressie en/of zelfmoordgedachten en zelfmoordgedrag voordoen. Bw: Vaak: depressie. Soms: zelfmoordpoging, zelfmoordgedachten, emotionele labiliteit / stemmingswisselingen. Zelden: zelfmoord, abnormaal denken. * SPC Ethymal (ethosuximide) , SPC Taloxa (felbamaat) , SPC Diphantoine-Z (fenytoine) , SPC Neurontin (gabapentine) , SPC Vimpat (lacosamide) , SPC Trileptal (oxcarbazepine) , SPC Lyrica (pregabaline) ** SPC Mysoline (primidon) , SPC Trobalt (retigabine) , SPC Inovelon (rufinamide) , SPC Depakine (valproïnezuur) Opmerkingen: - Alleen reviews en s met meer dan 250 patiënten van na 2008 zijn meegenomen, omdat de overige literatuur niet extra aan de informatie bijdraagt. Voor lamotrigine is ook een met minder patiënten opgenomen, omdat deze wel relevante extra informatie geeft (mogelijk antidepressief effect). - Gegevens over tiagabine zijn niet opgenomen in de samenvattingen, omdat dit middel niet meer wordt gebruikt in Nederland. - De SPC Fenobarbital injvlst en Diacomit (stiripentol) geeft geen informatie. - Werkgroep 22 mei 2015: het voordeel van anti-epileptica is duidelijk, het risico bij depressie onzeker. In de gevonden literatuur is sprake van confounding by indication. - Voor levetiracetam en topiramaat was in eerste instantie een aparte risicoanalyse opgesteld. De werkgroep heeft besloten dat ook voor deze middelen een nee/nee-bewaking geldt. Daarom heeft het GIC de risicoanalyses samengevoegd. Datum literatuursearch: Risicofactoren - Incidentie - Contra-indicatie Actie Datum Beslissing deskundigen Nee Nee

ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER

ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER Deze aanpassingen aan de SPC en bijsluiter zijn valide op het moment van de beschikking van de commissie. Na de beschikking

Nadere informatie

Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION NASCHOLING EPILEPSIE

Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION NASCHOLING EPILEPSIE Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION NASCHOLING EPILEPSIE Ilse Vosman verpleegkundig specialist SEIN Carly Jansen verpleegkundig specialist Kempenhaeghe 7 juni 2013 MEDICIJNEN, (BIJ) WERKINGEN

Nadere informatie

Behandeling epilepsie

Behandeling epilepsie Medicatie: werking en bijwerkingen Therapietrouw Eerste hulp bij aanvallen + couperen 13 juni 2014 Carly Jansen Marion van Ool Verpleegkundig specialisten Academisch Centrum voor Epileptologie Kempenhaeghe

Nadere informatie

Postdatum. Geachte Dokter,

Postdatum. Geachte Dokter, De Belgische gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel Quetiapine Krka 50 mg / 200 mg / 300 mg/400 mg tabletten met verlengde afgifte.

Nadere informatie

Lokale handreiking epilepsie voor de specialist ouderengeneeskunde regio Arnhem-Nijmegen

Lokale handreiking epilepsie voor de specialist ouderengeneeskunde regio Arnhem-Nijmegen Lokale handreiking epilepsie voor de specialist ouderengeneeskunde regio Arnhem-Nijmegen DEFINITIE Epilepsie is een ziekte van de hersenen waarbij er sprake is van twee nietgeprovoceerde epileptische aanvallen

Nadere informatie

Behandeling van oudere patiënt met epilepsie. C.L.P. Deckers SEIN Zwolle

Behandeling van oudere patiënt met epilepsie. C.L.P. Deckers SEIN Zwolle Behandeling van oudere patiënt met epilepsie C.L.P. Deckers SEIN Zwolle Incidentie van epilepsie nieuwe gevallen per 100.000 inwoners 160 140 120 100 80 60 40 20 0 0 10 20 30 40 50 60 70 80 leeftijd (jaren)

Nadere informatie

Lamotrigine in bipolar depression Loos, Marcus Lambertus Maria van der

Lamotrigine in bipolar depression Loos, Marcus Lambertus Maria van der Lamotrigine in bipolar depression Loos, Marcus Lambertus Maria van der IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the

Nadere informatie

Een update over epilepsie en veel gestelde vragen

Een update over epilepsie en veel gestelde vragen Figuren uit brochure epilepsie UZ Leuven nieuwe diagnose per jaar, per 100 000 personen Epilepsy across the spectrum National Academies Press Een update over epilepsie en veel gestelde vragen Dr Laura

Nadere informatie

Studie type Populatie Patiënten kenmerken Interventie Controle Dataverzameling

Studie type Populatie Patiënten kenmerken Interventie Controle Dataverzameling Evidence tabel bij ADHD in kinderen en adolescenten (studies naar adolescenten met ADHD en ) Auteurs, Gray et al., 2011 Thurstone et al., 2010 Mate van bewijs A2 A2 Studie type Populatie Patiënten kenmerken

Nadere informatie

, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis

, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 2015041635, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 5 Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 november 2017 van de registratiehouders die

Nadere informatie

Epilepsie. Dr Tom J Snijders Neuroloog, UMC Utrecht Voorzitter redactieraad Hersentumor.nl

Epilepsie. Dr Tom J Snijders Neuroloog, UMC Utrecht Voorzitter redactieraad Hersentumor.nl Epilepsie Dr Tom J Snijders Neuroloog, UMC Utrecht Voorzitter redactieraad Hersentumor.nl Epilepsie: symptoom van de tumor Medicatie Status epilepticus Rijgeschiktheid Nieuwe ontwikkelingen Epilepsie:

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology Relaties met een farmaceutisch bedrijf of sponsor Geen Antidepressivum, antipsychoticum

Nadere informatie

SAMENVATTING bijlage Hoofdstuk 1 104

SAMENVATTING bijlage Hoofdstuk 1 104 Samenvatting 103 De bipolaire stoornis, ook wel manisch depressieve stoornis genoemd, is gekenmerkt door extreme stemmingswisselingen, waarbij recidiverende episoden van depressie, manie en hypomanie,

Nadere informatie

19/02/2013. Marije aan het Rot. Rijksuniversiteit Groningen Afd. Klinische Psychologie

19/02/2013. Marije aan het Rot. Rijksuniversiteit Groningen Afd. Klinische Psychologie Rijksuniversiteit Groningen Afd. Klinische Psychologie Marije aan het Rot www.bluesclues.nl Angstig Blij Gefrustreerd Tevreden Boos Verdrietig Angstig Blij Gefrustreerd Tevreden Boos Verdrietig Hoe voelde

Nadere informatie

15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater

15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater 5:40 6:00 uur Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR Ouderenpsychiater % psychiatrische problemen bij Alzheimer 60 50 40 30 20 0 0 Zhao et al, J Affect Disord 205 Wanneer spreken van van een depressie?

Nadere informatie

Basiscursus Epilepsie Epilepsie & Slaap update 25 maart Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen

Basiscursus Epilepsie Epilepsie & Slaap update 25 maart Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen Basiscursus Epilepsie Epilepsie & Slaap update 25 maart 2010 Chronische effecten van anti-epileptica: bijwerkingen en tolerantie Dr. Harriëtte van Eibergen Santhagens - Verzijl, neuroloog 4 boodschappen

Nadere informatie

Schizofrenie/psychotische stoornis: MAO-remmers bij depressie 6558 PANSS: Positive and Negative Syndrome Scale

Schizofrenie/psychotische stoornis: MAO-remmers bij depressie 6558 PANSS: Positive and Negative Syndrome Scale Schizofrenie/psychotische stoornis: MAO-remmers bij depressie 6558 PANSS: Positive and Negative Syndrome Scale CONCLUSIE MAO-remmers kunnen de afbraak van dopamine remmen, waardoor er in theorie een verergering

Nadere informatie

Informatieavond Bipolaire stoornis. Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater

Informatieavond Bipolaire stoornis. Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater Informatieavond Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater Bipolaire Stoornis Bipolaire Stoornis = Manisch Depressieve Stoornis (MDS) Algemeen Ziekteverschijnselen Beloop

Nadere informatie

NeDerLANDse samenvatting

NeDerLANDse samenvatting CHAPTER 10 259 NEDERLANDSE SAMENVATTING Benzodiazepines zijn psychotrope middelen met anxiolytische, sederende, spierverslappende en hypnotische effecten. In de praktijk worden zij voornamelijk ingezet

Nadere informatie

Aanvalsvrijheid vergelijkbaar met carbamazepine CR

Aanvalsvrijheid vergelijkbaar met carbamazepine CR Indrukwekkende Aanvalsvrijheid vergelijkbaar met carbamazepine CR 100 80 % patiënten 60 40 73.0% 72.8% 20 0 Keppra 1000-3000mg/dag (173/237) Carbamazepine CR 400-1200mg/dag (171/235) Aanvalsvrijheid in

Nadere informatie

Appendix Hoofdstuk 13 Tabellen wetenschappelijke onderbouwing farmacotherapie van ouderen met een bipolaire stoornis

Appendix Hoofdstuk 13 Tabellen wetenschappelijke onderbouwing farmacotherapie van ouderen met een bipolaire stoornis 3 4 Appendix Hoofdstuk 3 Tabellen wetenschappelijke onderbouwing farmacotherapie van ouderen met een bipolaire stoornis Zoals beschreven in hoofdstuk 3.5. Tabel Lithium bij ouderen. N leeftijd (range)

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE WETENSCHAPPELIJKE BEOORDELING VAN GENEESMIDDELEN DIE VALPROÏNEZUUR/VALPROAAT BEVATTEN (zie bijlage I)

SAMENVATTING VAN DE WETENSCHAPPELIJKE BEOORDELING VAN GENEESMIDDELEN DIE VALPROÏNEZUUR/VALPROAAT BEVATTEN (zie bijlage I) BIJLAGE II WETENSCHAPPELIJKE CONCLUSIES EN REDENEN VOOR DE WIJZIGING VAN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITERS, OPGESTELD DOOR HET EUROPEES GENEESMIDDELENBUREAU 108 WETENSCHAPPELIJKE

Nadere informatie

De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie

De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie Samenvatting 163 De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie Lage rugpijn is een veelvuldig voorkomend probleem in geïndustrialiseerde landen. De kans dat iemand gedurende zijn leven een

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

HALDOL tabletten en drank

HALDOL tabletten en drank Een Direct Healthcare Professional Communication (DHPC) is een schrijven dat naar de gezondheidszorgbeoefenaars wordt gezonden door de farmaceutische firma s, om hen te informeren over mogelijke risico

Nadere informatie

Samenvatting en Discussie

Samenvatting en Discussie 101 102 Pregnancy-related thrombosis and fetal loss in women with thrombophilia Samenvatting Zwangerschap en puerperium zijn onafhankelijke risicofactoren voor veneuze trombose. Veneuze trombose is een

Nadere informatie

Anti-epileptica. Anti-epileptica. Anti - epileptica. Werkingsmechanismen anti-epileptica. farmacologie en - kinetiek. pré post

Anti-epileptica. Anti-epileptica. Anti - epileptica. Werkingsmechanismen anti-epileptica. farmacologie en - kinetiek. pré post Anti-epileptica farmacologie en - kinetiek Fred Schobben Divisie Laboratoria en Apotheek UMC Utrecht Dpt. Farmaceutische Wetenschappen, Bèta faculteit, Universiteit Utrecht Anti-epileptica Wat doen ze?

Nadere informatie

Symptomatische behandeling hersenmetastasen. Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013

Symptomatische behandeling hersenmetastasen. Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013 Symptomatische behandeling hersenmetastasen Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013 Zo maar een paar vragen: -Moeten patiënten met HM standaard met dexamethason

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De nadelige gezondheidsrisico s/gevolgen van roken en van depressie en angststoornissen zijn goed gedocumenteerd, en deze aandoeningen doen zich vaak tegelijkertijd voor. Het doel

Nadere informatie

Epilepsie heeft gevolgen, voor het kind en gezin

Epilepsie heeft gevolgen, voor het kind en gezin Epilepsie heeft gevolgen, voor het kind en gezin Mevr. van Broekhoven, moeder van Matthijs Mieke Daamen, verpleegkundig specialist Kempenhaeghe Netwerk Epilepsie Zorg Huidige situatie Medicatie: Lamictal

Nadere informatie

BIJLAGE III AMENDEMENTEN VAN RELEVANTE RUBRIEKEN VAN DE SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN BIJSLUITERS

BIJLAGE III AMENDEMENTEN VAN RELEVANTE RUBRIEKEN VAN DE SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN BIJSLUITERS BIJLAGE III AMENDEMENTEN VAN RELEVANTE RUBRIEKEN VAN DE SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN BIJSLUITERS NB: De amendementen van de samenvatting van de productkenmerken en bijsluiters moeten hierna

Nadere informatie

Behandeling epilepsie

Behandeling epilepsie Medicamenteuze behandeling en niet medicamenteuze behandeling 5 juni 2015 Annette Hospes Marion van Ool Verpleegkundig specialisten Behandeling epilepsie Medicatie (anti-epileptica = AED) Epilepsie chirurgie

Nadere informatie

Epilepsie op de SEH. P. van Vliet Fellow IC Lid werkgroep richtlijn Epilepsie. Source:

Epilepsie op de SEH. P. van Vliet Fellow IC Lid werkgroep richtlijn Epilepsie. Source: Epilepsie op de SEH P. van Vliet Fellow IC Lid werkgroep richtlijn Epilepsie Source: www.webmd.com Belangenconflict Geen belangenconflict te melden Indeling Introductie Definitie status epilepticus Epidemiologie

Nadere informatie

Wijzigingen in de Samenvatting van de Productkenmerken en Bijsluiter, voorgesteld door het Europees Geneesmiddelenbureau

Wijzigingen in de Samenvatting van de Productkenmerken en Bijsluiter, voorgesteld door het Europees Geneesmiddelenbureau BIJLAGE II Wijzigingen in de Samenvatting van de Productkenmerken en Bijsluiter, voorgesteld door het Europees Geneesmiddelenbureau Deze Samenvatting van de Productkenmerken en Bijsluiter zijn het resultaat

Nadere informatie

Tweede serie vragen:

Tweede serie vragen: Tweede serie vragen: Vraag van Argos: Er zijn goede resultaten met het afbouwen van venlafaxine via zogenaamde taperingstrips: hierbij gaat de patiënt in 4 of meer weken terug in dagelijks gebruik van

Nadere informatie

Risico minimalisatie materiaal betreffende Aripiprazol Sandoz (aripiprazol)

Risico minimalisatie materiaal betreffende Aripiprazol Sandoz (aripiprazol) Risico minimalisatie materiaal betreffende Aripiprazol Sandoz (aripiprazol) Dit risico materiaal is beoordeeld door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) en beschrijft aanbevelingen voor

Nadere informatie

2

2 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Vergelijkende studie om de effectiviteit van natuurlijke enzymen oraal versus injectiepreparaat en valproïnezuur te vergelijken in tonisch clonische aanvallen bij primaire systemische

Nadere informatie

Behandeling van epilepsie

Behandeling van epilepsie Behandeling van epilepsie 1 juni 2018 Annette Hospes, Master of Arts verpleegkundig specialist VU medisch centrum Netwerk Epilepsie Zorg Behandeling epilepsie Medicatie (anti-epileptica = AED) Epilepsie

Nadere informatie

Bijlage III Wijzigingen van de samenvattingen van productkenmerken en bijsluiters.

Bijlage III Wijzigingen van de samenvattingen van productkenmerken en bijsluiters. Bijlage III Wijzigingen van de samenvattingen van productkenmerken en bijsluiters. Opmerking: deze wijzigingen van de samenvatting van de productkenmerken en de bijsluiter waren geldig ten tijde van het

Nadere informatie

Door dwang gegijzeld. (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen. Roos C. van der Mast

Door dwang gegijzeld. (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen. Roos C. van der Mast Door dwang gegijzeld (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen Roos C. van der Mast OCS bij ouderen De obsessieve-compulsieve stoornis is een persisterende en stabiele diagnose die zelden

Nadere informatie

Schizofrenie/psychotische stoornis: amfetaminen 6555

Schizofrenie/psychotische stoornis: amfetaminen 6555 Schizofrenie/psychotische stoornis: amfetaminen 6555 ahr: adjusted Hazard Ratio, HR: Hazard Ratio, RR: Relatief Risico, NNH: number needed to harm CONCLUSIE De literatuur geeft geen eenduidig beeld of

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 121 Nederlandse samenvatting Patiënten met type 2 diabetes mellitus (T2DM) hebben een verhoogd risico op de ontwikkeling van microvasculaire en macrovasculaire complicaties. Echter,

Nadere informatie

PLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN

PLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN PLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN In dit artikel wordt de plaats van antidepressiva in de aanpak van depressie in de eerste lijn bij volwassenen besproken.

Nadere informatie

Bijwerkingen van psychotrope geneesmiddelen. Nikkie Aarts

Bijwerkingen van psychotrope geneesmiddelen. Nikkie Aarts Bijwerkingen van psychotrope geneesmiddelen Nikkie Aarts Afdeling Epidemiologie & Inwendige Geneeskunde 3 de Lustrum Farmacovigilantie Platform Nederland Dinsdag 19 mei 2015 Promotietraject In de dagelijkse

Nadere informatie

Immuun Activatie in Relatie tot Manische Symptomen in Depressieve Patiënten. Karlijn Becking MD-PhD student, UMCG

Immuun Activatie in Relatie tot Manische Symptomen in Depressieve Patiënten. Karlijn Becking MD-PhD student, UMCG Immuun Activatie in Relatie tot Manische Symptomen in Depressieve Patiënten Karlijn Becking MD-PhD student, UMCG Introductie Disbalans Pro-inflammatoire staat Destabilisatie Gevoeligheid voor stress Monocyt

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Het onderwerp van dit proefschrift is depressieve en angst symptomen in chronische dialyse patiënten en andere patiënten. Het proefschrift bestaat uit twee delen (deel A en deel

Nadere informatie

Chapter 9. Nederlandse samenvatting

Chapter 9. Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Centraal staat in dit proefschrift de efficacy, de doeltreffendheid van unilaterale electroconvulsietherapie (ECT) bij de depressieve stoornis. Het proefschrift is complementair

Nadere informatie

IBOM-2. Het effect van Medicatiereview en begeleiding van patiënten na verblijf in het ziekenhuis

IBOM-2. Het effect van Medicatiereview en begeleiding van patiënten na verblijf in het ziekenhuis IBOM-2 Het effect van Medicatiereview en begeleiding van patiënten na verblijf in het ziekenhuis Abeer Ahmad Ruth Mast Giel Nijpels Jacqueline Dekker Piet Kostense Jacqueline Hugtenburg Afdelingen Klinische

Nadere informatie

Medische Professionals

Medische Professionals ABILIFY (aripiprazol) Medische Professionals Brochure met veelgestelde vragen ABILIFY (aripiprazol) is geïndiceerd voor de behandeling gedurende maximaal 12 weken van matige tot ernstige manische episodes

Nadere informatie

pagina 1 van 6 Let op: Deze geprinte versie is 24 uur geldig. Epilepsie en zwangerschap Medische Werkinstructie Algemeen Inleidende gegevens Doel: Type: Handelingsclassificatie: Anatomische classificatie:

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 19 mei 2011 CIBG-BV-Farma juli 2011

Uw brief van Uw kenmerk Datum 19 mei 2011 CIBG-BV-Farma juli 2011 Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ s Gravenhage Uw brief van Uw kenmerk Datum 19 mei 2011 CIBG-BV-Farma-3065736 25 juli 2011 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Diagnostische instabiliteit van terugval bij angststoornissen en depressie

Diagnostische instabiliteit van terugval bij angststoornissen en depressie Diagnostische instabiliteit van terugval bij angststoornissen en depressie Willemijn Scholten NEDKAD 2015 Stelling In de DSM 6 zullen angst en depressie één stoornis zijn Achtergrond Waxing and waning

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P2729045 25 januari 2007

Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P2729045 25 januari 2007 Aan de ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P2729045 25 januari 2007 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Slaapstoornissen in de psychiatrie: het belang van behandeling

Slaapstoornissen in de psychiatrie: het belang van behandeling Slaapstoornissen in de psychiatrie: het belang van behandeling - Dr. Marike Lancel - Divisie Forensische Psychiatrie Slaapcentrum voor Psychiatrie Assen Het interactieve brein in slaap 12-10-2012 Slaapstoornissen

Nadere informatie

Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders

Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 juni 2017 van de registratiehouders die volgens de consultatieprocedure kunnen reageren Epilepsie Keuzemenu:

Nadere informatie

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology Relaties met een farmaceutisch bedrijf of sponsor Geen 3 Casus: 39-jarige man,

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Titel: Cognitieve Kwetsbaarheid voor Depressie: Genetische en Omgevingsinvloeden Het onderwerp van dit proefschrift is cognitieve kwetsbaarheid voor depressie en de wisselwerking

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/25815 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/25815 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/25815 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Jamal, Mumtaz Title: Smoking and the course of anxiety and depression Issue Date:

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/40073 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Schat, A. Title: Clinical epidemiology of commonly occurring anxiety disorders

Nadere informatie

Chapter 9 CHAPTER 9. Samenvatting

Chapter 9 CHAPTER 9. Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting 115 Kanker en behandelingen voor kanker kunnen grote invloed hebben op de lichamelijke gezondheid en het psychisch functioneren van mensen. Er is veel onderzoek gedaan naar de effectiviteit

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.

Nadere informatie

MAPROTILINE HCl 25-50 - 75 PCH tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 29 februari 2008 1.3.3 : Bijsluiter Bladzijde : 1

MAPROTILINE HCl 25-50 - 75 PCH tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 29 februari 2008 1.3.3 : Bijsluiter Bladzijde : 1 1.3.3 : Bijsluiter Bladzijde : 1 Pharmachemie B.V. Swensweg 5 Postbus 552 2003 RN Haarlem INFORMATIE VOOR DE PATIËNT SAMENSTELLING Per tablet: respectievelijk 25 mg, 50 mg en 75 mg maprotilinehydrochloride.

Nadere informatie

Kinderepilepsie: multidisciplinaire benadering. Lieven Lagae Kinderneurologie Universitaire Ziekenhuizen KULeuven

Kinderepilepsie: multidisciplinaire benadering. Lieven Lagae Kinderneurologie Universitaire Ziekenhuizen KULeuven Kinderepilepsie: multidisciplinaire benadering Lieven Lagae Kinderneurologie Universitaire Ziekenhuizen KULeuven Kinderepilepsie : totaal-concept Diagnostiek : Epilepsie als een symptoom Herhaalde anamnese

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift richt zich op statinetherapie in type 2 diabetespatiënten; hiervan zijn verschillende aspecten onderzocht. In Deel I worden de effecten van statines op LDLcholesterol en cardiovasculaire

Nadere informatie

Osteoporoseprofylaxe bij corticosteroïdgebruik

Osteoporoseprofylaxe bij corticosteroïdgebruik Osteoporoseprofylaxe bij corticosteroïdgebruik 101-106 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum 27 mei 2013

Nadere informatie

Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran

Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran Marcus Huibers, Latif Moradveisi, Fritz Renner, Modabber Arasteh & Arnoud Arntz Department of Clinical Psychological

Nadere informatie

Stemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson

Stemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson Stemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson Maastricht, 9 mei 2017 Dr. A.F.G. Leentjens, psychiater Afdeling Psychiatrie MUMC 1951-2014 1926-2002 Inhoud Depressieve klachten -wat is een depressie?

Nadere informatie

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Samenvatting Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Hoofdstuk 1 bevat de algemene inleiding van dit proefschrift. Dit hoofdstuk

Nadere informatie

MEDICATIEBEOORDELING bij patiënten met een verstandelijke beperking: HOE? drs. Marianne van den Berg Apotheker te Alphen aan den Rijn

MEDICATIEBEOORDELING bij patiënten met een verstandelijke beperking: HOE? drs. Marianne van den Berg Apotheker te Alphen aan den Rijn MEDICATIEBEOORDELING bij patiënten met een verstandelijke beperking: HOE? drs. Marianne van den Berg Apotheker te Alphen aan den Rijn Disclosure relevante belangen trainer Marianne van den Berg heeft geen

Nadere informatie

DE EFFECTIVITEIT VAN ONLINE EN OFFLINE COGNITIEVE GEDRAGSTHERAPIE VOOR SUÏCIDE PREVENTIE

DE EFFECTIVITEIT VAN ONLINE EN OFFLINE COGNITIEVE GEDRAGSTHERAPIE VOOR SUÏCIDE PREVENTIE DE EFFECTIVITEIT VAN ONLINE EN OFFLINE COGNITIEVE GEDRAGSTHERAPIE VOOR SUÏCIDE PREVENTIE SPREKER: JASPER WIEBENGA FUNCTIE: PROMOVENDUS & PSYCHOLOOG, AFDELING PSYCHIATRIE, GGZ INGEEST & VUMC VAN BLENDED

Nadere informatie

Ervaring Aantal ouderen bestudeerd in Randomized Controlled Trials (RCTs) 196 patiënten, gemiddelde leeftijd 67 jaar.(4)

Ervaring Aantal ouderen bestudeerd in Randomized Controlled Trials (RCTs) 196 patiënten, gemiddelde leeftijd 67 jaar.(4) Fosinopril C09AA09, januari 2018 Indicatie Hypertensie en hartfalen. Standpunt Ephor In het rapport over de ACE-remmers van december 2017 wordt fosinopril door Ephor als behandeling van hypertensie niet

Nadere informatie

Barnidipine C08CA12, december Indicatie Barnidipine is geregistreerd voor de indicatie hypertensie.

Barnidipine C08CA12, december Indicatie Barnidipine is geregistreerd voor de indicatie hypertensie. Barnidipine C08CA12, december 2017 Indicatie Barnidipine is geregistreerd voor de indicatie hypertensie. Standpunt Ephor In het rapport over de calciumantagonisten van april 2013 wordt barnidipine door

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Depressieve stoornissen zijn wijdverspreid, hebben nadelige gevolgen voor de kwaliteit van leven van patiënten en hun familieleden. Deze stoornissen worden geassocieerd

Nadere informatie

The Systematic Activation Method: a Nursing Intervention study for patients with Late Life Depression.

The Systematic Activation Method: a Nursing Intervention study for patients with Late Life Depression. The Systematic Activation Method: a Nursing Intervention study for patients with Late Life Depression. Samenvatting De prevalentie van een ernstige depressie op latere leeftijd varieert tussen de 1 en

Nadere informatie

Rationeel voorschrijven bij ontwikkelingsstoornissen. Pieter Hoekstra Kinder en Jeugdpsychiater UMCG en Accare

Rationeel voorschrijven bij ontwikkelingsstoornissen. Pieter Hoekstra Kinder en Jeugdpsychiater UMCG en Accare Rationeel voorschrijven bij ontwikkelingsstoornissen Pieter Hoekstra Kinder en Jeugdpsychiater UMCG en Accare Relaties met een farmaceutisch bedrijf of sponsor Unrestricted research grantshire In het verleden

Nadere informatie

Samenvatting 129. Samenvatting

Samenvatting 129. Samenvatting Samenvatting 128 Samenvatting 129 Samenvatting Het mammacarcinoom is de meest voorkomende maligniteit bij vrouwen, met wereldwijd een jaarlijkse incidentie van 1,67 miljoen. De prognose van patiënten met

Nadere informatie

Osteoporoseprofylaxe bij corticosteroïdgebruik

Osteoporoseprofylaxe bij corticosteroïdgebruik Osteoporoseprofylaxe bij corticosteroïdgebruik 101-106 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum 27 mei 2013

Nadere informatie

Summary & Samenvatting. Samenvatting

Summary & Samenvatting. Samenvatting Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische

Nadere informatie

APPENDIX I Nederlandse Samenvatting

APPENDIX I Nederlandse Samenvatting APPENDIX I Nederlandse Samenvatting DEPRESSIE Depressieve stoornissen zijn wereldwijd een groot probleem voor de volksgezondheid. Cijfers laten zien dat ongeveer 322 miljoen mensen (4.4% van de populatie)

Nadere informatie

Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie?

Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Rob Kok, psychiater, epidemioloog Parnassia Bavo Groep Den Haag Waarom rehabilitatie? Eerherstel van wie? Over welke ouderen hebben we het

Nadere informatie

Psychofarmacologie bij kinderen en jongeren voor niet-kinder- & jeugdpsychiaters: Is dit wel een goed idee? Dr. Daniel Neves Ramos ZNA UKJA

Psychofarmacologie bij kinderen en jongeren voor niet-kinder- & jeugdpsychiaters: Is dit wel een goed idee? Dr. Daniel Neves Ramos ZNA UKJA Psychofarmacologie bij kinderen en jongeren voor niet-kinder- & jeugdpsychiaters: Is dit wel een goed idee? Dr. Daniel Neves Ramos ZNA UKJA Casus 4 Op de wachtpost komt een oproep binnen van wanhopige

Nadere informatie

Risicotaxatie Suïcidaliteit. Suïcide en suïcidepogingen. Aantallen. 345 suïcidepogingen. Middel. Dr. Bert van Hemert, psychiater

Risicotaxatie Suïcidaliteit. Suïcide en suïcidepogingen. Aantallen. 345 suïcidepogingen. Middel. Dr. Bert van Hemert, psychiater Risicotaxatie Suïcidaliteit Dr. Bert van Hemert, psychiater Zorgservice Bureau 24 uurszorg Opleiding Sociale Psychiatrie 1/30 2/30 Aantallen Suïcide en suïcidepogingen Suïcidegedachten Suïcidepoging bevolking

Nadere informatie

INFORMATIEBROCHURE VOOR PATIËNTEN / VERZORGERS

INFORMATIEBROCHURE VOOR PATIËNTEN / VERZORGERS De Europese gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel ABILIFY. Het verplicht plan voor risicobeperking in België, waarvan deze informatie

Nadere informatie

Het protocol lichttherapie bij bipolaire stoornis

Het protocol lichttherapie bij bipolaire stoornis Het protocol lichttherapie bij bipolaire stoornis LOES KAARSGAREN, RAPHAEL SCHULTE, ANJA STEVENS, MARIEKE ELDERING, BENNO HAARMAN, DORIEN POSTMA, RIXT RIEMERSMA, LISETTE ROPS (KENBIS WERKGROEP CHRONOTHERAPIE)

Nadere informatie

Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten

Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten Marij Zuidersma Promotoren: Peter de Jonge, Johan Ormel, Henk Jan Conradi Interdisciplinary center for psychiatric epidemiology University

Nadere informatie

RELEVANTIE VROEGHERKENNING: AT RISK MENTAL STATE (ARMS)

RELEVANTIE VROEGHERKENNING: AT RISK MENTAL STATE (ARMS) THE COMPREHENSIVE ASSESSMENT OF AT-RISK MENTAL STATE CAARMS - TRAINING J e n n y v a n d e r W e r f P A R N A S S I A, D E N H A A G J u d i t h R i e t d i j k D I J K E N D U I N, Z A A N D A M No financial

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING Hoofdstuk 1 is de algemene introductie over de inhoud van dit proefschrift. Depressie en angststoornissen zijn de meest voorkomende psychische stoornissen en brengen een grote

Nadere informatie

Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108

Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108 Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum 04-03-2014 Doel Verlagen

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Chapter 11

Nederlandse samenvatting. Chapter 11 Nederlandse samenvatting Chapter 11 Chapter 11 Samenvatting Dit proefschrift beschrijft de resultaten van een groot vragenlijstonderzoek over de epidemiologie van chronisch frequente hoofdpijn in de Nederlandse

Nadere informatie

4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria

4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria 4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria Stappen 1 t/m 4 betreffen Depressie, stappen 5 en 6 betreffen Apathiesyndroom STAP 1. Bepaal of de volgende hoofdsymptomen voorkomen.

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Dutch summary)

Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Nederlandse samenvatting (Dutch summary) 125 Angststoornissen zijn veel voorkomende psychiatrische aandoeningen (ongeveer 1 op de 5 Nederlanders heeft, op enig moment in het leven een angststoornis). Onder

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Samenvatting 11 Samenvatting Bloedarmoede, vaak aangeduid als anemie, is een veelbesproken onderwerp in de medische literatuur. Clinici en onderzoekers buigen zich al vele jaren over de oorzaken en gevolgen

Nadere informatie

Een kwestie van maatwerk

Een kwestie van maatwerk Medicamenteuze interventies ter vermindering van agressief gedrag Een kwestie van maatwerk Dr Rob Heerdink Pharmacoepidemiology & Clinical Pharmacology Utrecht Institute for Pharmaceutical Sciences Universiteit

Nadere informatie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie DIAGNOSTIC INVENTORY FOR DEPRESSION (DID) Zimmerman, M., Sheeran, T., & Young, D. (2004). The Diagnostic Inventory for Depression: A self-report scale to diagnose DSM-IV Major Depressive Disorder. Journal

Nadere informatie

Epilepsie bij kinderen Voorstellen kind met aanvallen volgens de nieuwe classificatie en 1e stap in de behandeling. Symposium 2 juni 2018 sessie 1

Epilepsie bij kinderen Voorstellen kind met aanvallen volgens de nieuwe classificatie en 1e stap in de behandeling. Symposium 2 juni 2018 sessie 1 Epilepsie bij kinderen Voorstellen kind met aanvallen volgens de nieuwe classificatie en 1e stap in de behandeling. Symposium 2 juni 2018 sessie 1 Marleen Arends Epilepsieconsulent Martiniziekenhuis Groningen

Nadere informatie

Passages uit de notulen van de WAR-CG vergaderingen Product: Fycompa Besproken op: 28 oktober 2013 en 16 december 2013 Eerste bespreking 28 oktober 2013 perampanel (Fycompa ) Inleiding Het betreft de eerste

Nadere informatie

ARIPIPRAZOLE TEVA JOUW HANDLEIDING INFORMATIEBROCHURE VOOR PATIËNTEN / VERZORGERS. (door de arts af te geven aan elke patiënt/verzorger)

ARIPIPRAZOLE TEVA JOUW HANDLEIDING INFORMATIEBROCHURE VOOR PATIËNTEN / VERZORGERS. (door de arts af te geven aan elke patiënt/verzorger) De Belgische gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel ARIPIPRAZOLE TEVA. Het verplicht plan voor risicobeperking in België, waarvan

Nadere informatie

Chapter 10 Samenvatting

Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 De laatste jaren is de mortaliteit bij patiënten met psychotische aandoeningen gestegen terwijl deze in de algemene populatie per leeftijdscategorie is gedaald. Een belangrijke

Nadere informatie