Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders"

Transcriptie

1 Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 juni 2017 van de registratiehouders die volgens de consultatieprocedure kunnen reageren Epilepsie Keuzemenu: Aanvalsbehandeling (dreigende) status epilepticus Onderhoudsbehandeling epilepsie A. Onderhoudsbehandeling Epilepsie I Advies A. Focale (voorheen partiële) epilepsie Carbamazepine, lamotrigine en verder levetiracetam, oxcarbazepine en valproïnezuur zijn middelen van eerste keus als onderhoudsbehandeling bij alle vormen van focale (voorheen partiële) epilepsie. 1 B. Gegeneraliseerde epilepsie Lamotrigine, levetiracetam en valproïnezuur zijn middelen van eerste keus als onderhoudsbehandeling bij gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen zonder myoklonieën. Levetiracetam en valproïnezuur zijn middelen van eerste keus bij gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen met myoklonieën. Clobazam (alleen als add on ) en topiramaat zijn bij gegeneraliseerde epilepsie alternatieven bij contra-indicaties voor de eerstekeusmiddelen. C. Absences Bij kinderen met absences is ethosuximide het middel van eerste keus als onderhoudsbehandeling. Bij een verhoogde kans op gegeneraliseerde tonischklonische aanvallen bij kinderen heeft valproïnezuur de voorkeur. D. Juveniele myoklonus epilepsie Bij kinderen met juveniele myoklonus epilepsie is een lage dosis valproïnezuur het middel van eerste keus als onderhoudsbehandeling. Als valproïnezuur niet wordt verdragen, heeft monotherapie met lamotrigine, levetiracetam of topiramaat de voorkeur. Als valproïnezuur onvoldoende effect heeft kan het gecombineerd worden met levetiracetam. Aanvullingen op standaardadvies Middel Aanvullende zin brivaracetam A. Brivaracetam kan worden toegepast als adjuvans bij focale (voorheen partiële) epilepsie als de eerstekeusmiddelen vanwege bijwerkingen niet worden verdragen of onvoldoende werkzaam zijn. Gebruik als adjuvans bij behandeling met levetiracetam, dat een gelijk werkingsmechanisme heeft, is niet van voordeel gebleken. Het bijwerkingenprofiel lijkt op dat van levetiracetam maar kan nog niet definitief worden vastgesteld. De keuze voor een specifiek adjuvans bij de behandeling van refractaire focale epilepsie is afhankelijk van de individuele situatie. carbamazepine A. B.

2 Carbamazepine niet gebruiken bij gegeneraliseerde tonischklonische aanvallen met myoklonieën of absences, vanwege de kans op een averechts effect. Indien dosisafhankelijke bijwerkingen optreden kan voorschrijven van een deelbaar preparaat met gereguleerde afgifte worden overwogen. clobazam A. B. Clobazam heeft als adjuvans een plaats bij de behandeling van focale (voorheen partiële) epilepsie en bij primair gegeneraliseerde aanvallen en absences indien de middelen van eerste keus onvoldoende werkzaam zijn of vanwege bijwerkingen niet worden verdragen. clonazepam A. B. fenobarbital De toepassing van fenobarbital bij epilepsie komt pas in aanmerking indien met andere anti-epileptica onvoldoende resultaat wordt verkregen. Het gebruik is beperkt vanwege de bijwerkingen en mogelijke interacties. Fenobarbital is een eerstekeusmiddel voor status epilepticus bij neonaten/ prematuren. felbamaat Felbamaat is bij Lennox-Gastautsyndroom een van de laatste therapeutische opties omdat het minder veilig is en minder goed wordt verdragen dan andere anti-epileptica. Omdat niet voorspelbaar is bij wie en in welke mate reductie van de symptomen optreedt, wordt een zorgvuldige beoordeling van de werkzaamheid na twee à drie maanden behandeling geadviseerd. Gezien de mogelijk ernstige bijwerkingen bij onvoldoende effect het middel staken. Felbamaat is bij andere vormen van epilepsie niet geïndiceerd. fenytoïne A. B. Fenytoïne niet gebruiken bij gegeneraliseerde tonischklonische aanvallen met myoklonieën of absences, vanwege de kans op een averechts effect. A. gabapentine pregabaline lamotrigine A. A. B. C. Indien bij absences bij kinderen ethosuximide en valproïnezuur niet worden verdragen heeft lamotrigine monotherapie de voorkeur. Lamotrigine kan gebruikt worden als adjuvans bij Lennox- Gastautsyndroom. lacosamide A. levetiracetam A. B. D. oxcarbazepine A. perampanel A. B. Vergeleken met de andere als adjuvans toegepaste antiepileptica, heeft perampanel een matige werkzaamheid. Ook heeft het veel interacties. Perampanel heeft een nieuw werkingsmechanisme, dat kan leiden tot andere nog onbekende zeldzame ernstige bijwerkingen. primidon A. B. Primidon wordt in het lichaam grotendeels omgezet in

3 fenobarbital. retigabine rufinamide A Retigabine is als adjuvans een van de laatste therapeutische opties omdat het minder veilig is en minder goed wordt verdragen dan andere anti-epileptica. Het heeft relatief veel centrale bijwerkingen en kan pigmentverandering geven van huid en oculaire weefsels, wat kan leiden tot een verminderd zicht. Retigabine heeft een werkingsmechanisme dat kan leiden tot cardiale toxiciteit en andere nog onbekende zeldzame ernstige bijwerkingen. Bij de behandeling van Lennox-Gastautsyndroom heeft rufinamide een beperkte plaats, namelijk na falen van de eerste- en tweedekeusmiddelen en vóór de inzet van felbamaat als laatste redmiddel. Rufinamide is bij andere vormen van epilepsie niet geïndiceerd. topiramaat A. B. stiripentol valproïnezuur Stiripentol kan worden toegepast als adjuvans bij de behandeling van refractaire gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen bij SMEI/syndroom van Dravet, bij wie de aanvallen onvoldoende onder controle worden gebracht met clobazam en valproïnezuur. Valproïnezuur is bij focale (voorheen partiële) epilepsie, de idiopathische vorm van gegeneraliseerde epilepsie, myoklonieën en bij absences een middel van eerste keus, behalve bij meisjes en vrouwen in de vruchtbare leeftijd. Bij meisjes en vrouwen in de vruchtbare leeftijd komt valproïnezuur alleen in aanmerking als andere behandelingen niet effectief zijn of niet worden verdragen. Schrijf valproïnezuur bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd alleen voor in combinatie met effectieve anticonceptie en vermeld informed consent. vigabatrine Vigabatrine is als adjuvans bij focale (voorheen partiële) epilepsie een van de laatste therapeutische opties omdat het minder veilig is en minder goed wordt verdragen dan andere anti-epileptica. Het gebruik is beperkt vanwege de kans op (irreversibele) gezichtsvelddefecten en de gezichtsveldcontroles die nodig zijn voor en tijdens het gebruik. Ondanks de gezichtsvelddefecten wordt vigabatrine beschouwd als een eerstekeusmiddel bij het syndroom van West. Vigabatrine dient daarom slechts te worden voorgeschreven door of op aanwijzing van een gespecialiseerde arts met ervaring in het betreffend indicatiegebied en onder verantwoording van een oogarts. zonisamide A. Zonisamide kan leiden tot (ernstige) huidreacties. II Behandelplan De (onderhouds)behandeling van epilepsie gebeurt door de neuroloog. Focale (voorheen partiële) aanvallen:

4 Bij focale (voorheen partiële) aanvallen zijn carbamazepine, lamotrigine, levetiracetam, oxcarbazepine, en natriumvalproaat middelen van eerste keus. Als middelen van tweede keus worden clobazam (alleen in combinatie), gabapentine, lacosamide, perampanel, pregabaline, topiramaat en zonisamide (in alfabetische volgorde) aangemerkt. De richtlijn Epilepsie van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie (2016) adviseert om eerst twee anti-epileptica uit de groep eerstekeusmiddelen te proberen. Daarna kan eventueel worden overgegaan op combinatietherapie, waarbij ook tweedekeusmiddelen kunnen worden overwogen. Voor de tweedekeusmiddelen als adjuvans bij focale epilepsie is er geen voorkeursvolgorde. De keuze wordt gemaakt op grond van bijwerkingenprofiel, comorbiditeit, comedicatie, leeftijd, geslacht, leefpatroon of het gebruiksgemak. Gegeneraliseerde epilepsie en niet-classificeerbare epileptische aanvallen: Bij gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen zonder myoklonieën en bij nietclassificeerbare aanvallen zijn lamotrigine, levetiracetam en valproïnezuur middelen van eerste keus. Bij gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen met myoklonieën zijn levetiracetam en valproïnezuur middelen van eerste keus. Clobazam (als add on ) is een alternatief bij contra-indicaties voor één van de eerstekeusmiddelen. Topiramaat is een alternatief bij contra-indicaties voor de eerstekeusmiddelen. Als clobazam en topiramaat ineffectief of gecontra-indiceerd zijn komen als derde keus clonazepam en perampanel in aanmerking. Let op: Gebruik bij gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen met myoklonieën of absences geen carbamazepine, fenytoïne, gabapentine, oxcarbazepine en pregabaline (in alfabetische volgorde), omdat ze een averechts effect kunnen hebben bij deze typen aanvallen. Gebruik van anti-epileptica bij (wens tot) zwangerschap: - Probeer aanvallen geheel te voorkomen, zowel voor als tijdens de zwangerschap (met name bij vrouwen en meisjes met gegeneraliseerde tonisch-clonische aanvallen). - Streef naar monotherapie met een anti-epilepticum met een zo klein mogelijk risico van aangeboren afwijkingen (met bv. lamotrigine). Neem in alle gevallen de laagst mogelijke effectieve dosis anti-epilepticum. - Vermijd hogere doseringen valproïnezuur (> 700 mg/dag) en polytherapie vanwege een hogere kans op afwijkingen. Valproïnezuur komt alleen in aanmerking als andere behandelingen niet effectief zijn of niet worden verdragen. - Streef naar spreiding van de dosering over de dag, al dan niet met een preparaat met gereguleerde afgifte - Bepaal bij vrouwen die lamotrigine of oxcarbazepine gebruiken de serumspiegel vóór de zwangerschap. Controleer de serumspiegel bij deze vrouwen minimaal maandelijks tijdens de zwangerschap en ook post partum, met name de eerste twee weken. Pas de dosering bij te ver oplopende waardes of optreden van bijwerkingen aan. Bepaal ook bij vrouwen die fenytoïne gebruiken tijdens de zwangerschap regelmatig de serumspiegel (inclusief vrije fractie) en pas waar nodig de dosering aan. Controleer de serumspiegel (inclusief vrije fractie) tot 8 12 weken post partum om intoxicatie te voorkomen. Bepaal de serumspiegel van andere anti-epileptica alleen als het aantal epileptische aanvallen stijgt. - Adviseer vrouwen die anti-epileptica gebruiken en een actuele zwangerschapswens hebben de gangbare dosis foliumzuur van 0,4 of 0, mg per dag te gebruiken. Adviseer een hogere dosis foliumzuur ( mg/dag) alleen na een voorgaand kind met een neurale-buisdefect, bij een aangetoonde foliumzuurdeficiëntie of bij een foliumzuurafhankelijke aandoening zoals hyperhomocysteïnemie. Gebruik van anti-epileptica bij ouderen: Bij ouderen gaat de voorkeur uit naar een anti-epilepticum met zo min mogelijk relevante interacties, zoals lamotrigine, levetiracetam, en valproïnezuur van de eerste keusmiddelen; of

5 van de 2 e keus middelen eventueel pregabaline, topiramaat. Liever geen carbamazepine geven Kinderen met absences Bij kinderen met absences is ethosuximide het middel van eerste keus. Bij een verhoogde kans op gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen heeft valproïnezuur de voorkeur. Als ethosuximide en valproïnezuur niet worden verdragen, heeft lamotrigine monotherapie de voorkeur. Let op: Gebruik bij kinderen met een absence-epilepsie van de kinderleeftijd geen carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne, gabapentine, oxcarbazepine, pregabaline en vigabatrine. Deze middelen kunnen absences doen toenemen. Juveniele myoklonusepilepsie Bij kinderen met juveniele myoklonusepilepsie is een lage dosis valproïnezuur het middel van eerste keus. Als valproïnezuur niet wordt verdragen, heeft monotherapie met lamotrigine, levetiracetam of topiramaat de voorkeur. Als valproïnezuur onvoldoende effect heeft kan het gecombineerd worden met levetiracetam. Als deze combinatie niet voldoende werkt of niet wordt verdragen, kan lamotrigine of clobazam worden gecombineerd met valproïnezuur. Let op: Lamotrigine kan de frequentie van myoklonieën doen toenemen. Carbamazepine en oxcarbazepine niet gebruiken, omdat ze de frequentie van myoklonieën en/of absences doen toenemen. Fenytoïne, gabapentine, pregabaline en vigabatrine niet gebruiken, omdat ze de aanvalsfrequentie doen toenemen of de aanvallen verergeren. De richtlijn Epilepsie van NVN adviseert kinderen met (verdenking op) epileptische encefalopathiesyndromen, zoals het syndroom van West of Lennox-Gastaut, te verwijzen naar een expertisecentrum. III Achtergrond Definitie Epilepsie is een verzamelnaam voor aandoeningen waarbij herhaaldelijk insulten optreden, door veranderingen in de elektrische activiteit in de hersenen. Epilepsie is gedefinieerd door één van de volgende condities: minstens twee ongeprovoceerde (=zonder voorbijgaande prikkel) of minstens twee reflexinsulten (aanval opgewekt door een externe prikkel) met een interval tussen de aanvallen van meer dan 24 uur; één ongeprovoceerd insult of één reflexinsult met een kans op recidief gelijk aan het herhalingsrisico (minstens 60%) gedurende de komende jaar zoals in de situatie van twee ongeprovoceerde aanvallen; de diagnose van een epilepsiesyndroom. Een epileptische aanval is een abnormale ontlading in de hersenen, die tijdelijk de normale hersenfunctie onderbreekt. Epilepsie wordt onderverdeeld in: focale epilepsie (=lokalisatiegebonden of partiële epilepsie); gegeneraliseerde epilepsie; epilepsie waarvan niet vaststaat of zij lokalisatiegebonden of gegeneraliseerd is; speciale epilepsiesyndromen. Bij focale (voorheen partiële) epilepsie is de oorsprong in elk geval plaatselijk, in een deel van een hersenhemisfeer gelegen. Er is sprake van lokale hersenbeschadiging, dat wil zeggen een symptomatische vorm zoals na een CVA. Afhankelijk van waar zich de epileptische haard bevindt verschillen de aanvallen van karakter. De aanvallen bij focale epilepsie behoeven zich niet te beperken tot de disfunctie van één hersengebied, maar kunnen zich uitbreiden en zelfs leiden tot een secundair gegeneraliseerde tonisch-klonische aanval.

6 Bij gegeneraliseerde epilepsie kunnen zich bij eenzelfde patiënt één of verschillende gegeneraliseerde aanvalsvormen voordoen. Er kan sprake zijn van absences, myoklonische aanvallen, klonische aanvallen, tonische aanvallen, tonisch-klonische aanvallen, of valaanvallen. Welke aanvalstypen zich voordoen en op welke leeftijd de epilepsie debuteert, wordt bepaald door het type epilepsie of epilepsiesyndroom. Epileptische aanvallen worden vaak onderverdeeld naar oorzaak: acuut symptomatisch: met een acute oorzaak (< 1 week), dit is geen epilepsie; laat symptomatisch: met een aanwijsbare oorzaak, zoals een langer bestaande hersenbeschadiging; waarschijnlijk symptomatisch: van onbekende en/of verborgen oorsprong (dit heette vroeger cryptogeen); idiopatisch: zonder aanwijsbare oorzaak en mogelijk met een genetische achtergrond. Maligne kinderepilepsiesyndromen, zoals de syndromen van Dravet, West en van Lennox-Gastaut behoren tot de symptomatische vorm van secundaire gegeneraliseerde epilepsie. Deze syndromen zijn moeilijk behandelbaar en leiden bij een groot deel van de kinderen tot chronische epilepsie en blijvende ernstige (verstandelijke) functiestoornissen. De oorzaken voor deze maligne kinderepilepsiesyndromen zijn zeer divers en soms gaan syndromen met het voortschrijden van de leeftijd in elkaar over. Zie voor een beschrijving van genoemde syndromen de richtlijn Epilepsie, Nederlandse Vereniging voor Neurologie Symptomen Een epileptische aanval veroorzaakt meestal een veranderd bewustzijn, abnormale sensaties, focale onvrijwillige bewegingen, of convulsies (wijdverbreide krachtige onvrijwillige contracties van de willekeurige spieren). Focale aanvallen uiten zich als motorische, (somato)sensorische, autonome, of hogere-cerebrale-functie-/ psychische verschijnselen. Bij gegeneraliseerde aanvallen is er altijd een verstoring van het bewustzijn. Bij absences zijn er kortdurende aanvallen van bewustzijnsverlies. Bij myoklonische aanvallen zijn er met name spierschokken in de benen; klonische aanvallen beginnen gelijk met schokken in armen en benen; bij tonische aanvallen spierverkramping; bij tonisch-klonische aanvallen spierverkramping en schokken. Valaanvallen treden op door verslapping van spieren. Behandeldoel Het doel van de onderhoudsbehandeling van epilepsie is vermindering van het aantal epilepsie-aanvallen. 4 0 Uitgangspunten De keuze voor wel of niet starten met onderhoudsbehandeling gebeurt in overleg met de patiënt en zijn of haar familie of verzorgers. De keuze is afhankelijk van het type epilepsie of epilepsiesyndroom, de ernst en frequentie van de aanvallen, de prognose, het leefpatroon van de patiënt en de voor- en nadelen van medicamenteuze behandeling. Bij de start van onderhoudsbehandeling van epilepsie heeft monotherapie de voorkeur. Indien een eerste anti-epilepticum faalt vanwege bijwerkingen of onvoldoende aanvalscontrole, voeg dan een tweede anti-epilepticum toe. Dit wordt ingeslopen tot een adequate of maximaal verdraagbare dosis. Indien het tweede anti-epilepticum effectief is, het eerste anti-epilepticum geleidelijk afbouwen. Wanneer het tweede anti-epilepticum tijdens de insluipfase ook faalt, met een volgend anti-epilepticum starten. Vóór de start met een volgend anti-epilepticum, in principe óf het eerste óf het tweede anti-epilepticum geleidelijk afbouwen.

7 Ongeveer 60% van de patiënten met een nieuw gediagnosticeerde focale epilepsie wordt aanvalsvrij met monotherapie. Verder bereikt 20% dit door combinatie van meerder anti-epileptica. Ongeveer 30% van de patiënten met focale epilepsie is refractair voor behandeling. Deze patiënten met therapieresistente focale epilepsie blijven ondanks medicatie aanvallen houden en worden zelden aanvalsvrij. Vanwege de kans op ernstige bijwerkingen zijn felbamaat (bloeddyscrasieën en hepatotoxiciteit), retigabine (mogelijke pigmentveranderingen in huid, lippen, nagels en oculaire structuren) en vigabatrine (concentrische gezichtsveldbeperking) laatste medicamenteuze opties, zgn. derdekeusmiddelen. Tabel 1 : Overzicht van de meest gebruikte anti-epileptica en indicaties [1] Geneesmiddel Indicaties en plaats in richtlijn Barbituraten fenobarbital primidon Benzodiazepinen clonazepam diazepam clobazam nitrazepam midazolam Overige anti-epileptica brivaracetam carbamazepine ethosuximide felbamaat fenytoïne gabapentine pregabaline lamotrigine lacosamide levetiracetam oxcarbazepine perampanel retigabine (= ezogabine) 3 e keusmiddel voor gegeneraliseerde en focale epilepsie; bij pasgeborenen is fenobarbital 1 e keus bij neonatale convulsies status epilepticus/couperen aanvalsexacerbatie; 3 e keusmiddel voor focale en gegeneraliseerde epilepsie 1 e /2 e keus status epilepticus/couperen aanvalsexacerbatie 2 e keusmiddel voor focale en gegeneraliseerde epilepsie Syndroom van West en syndroom van Lennox 1 e keus status epilepticus/couperen aanvalsexacerbatie 'add on'-middel voor focale epilepsie 1 e keusmiddel voor focale epilepsie / 2 e keusmiddel voor primair GTKA* (behalve bij patiënten die ook last hebben van gegeneraliseerde absences of myoklonieën) 1 e keusmiddel bij kinderen met absences laatste keus 'add-on'-middel voor Lennox- Gastautsyndroom 2 e 3 e keusmiddel voor focale epilepsie 2 e keus 'add on'-middel voor focale epilepsie 2 e keus 'add on'-middel voor focale epilepsie 1 e keusmiddel voor focale epilepsie / 2 e keusmiddel voor gegeneraliseerde epilepsie; als adjuvans voor Lennox- Gastautsyndroom 2 e keus 'add on'-middel voor focale epilepsie 1 e keus focale epilepsie en GTKA* 1 e keusmiddel voor focale epilepsie en 2 e keus voor GTKA* (behalve bij patiënten die ook last hebben van gegeneraliseerde absences of myoklonieën) 2 e keus 'add on'-middel voor focale epilepsie laatstekeus 'add on'-middel voor focale epilepsie

8 Geneesmiddel rufinamide stiripentol topiramaat valproïnezuur vigabatrine zonisamide Indicaties en plaats in richtlijn 2 e 3 e keus 'add on'-middel voor Lennox- Gastautsyndroom als 'add on'-behandeling bij clobazam en valproïnezuur voor GTKA* bij ernstige juveniele myoklonische epilepsie (syndroom van Dravet) 2 e keusmiddel voor focale en gegeneraliseerde epilepsie en als adjuvans voor Lennox-Gastautsyndroom 1 e keusmiddel voor gegeneraliseerde en focale epilepsie (incl. absences) 1 e keusmiddel voor syndroom van West (in het bijzonder bij tubereuze sclerose), laatstekeusmiddel voor focale epilepsie 2 e keusmiddel voor focale epilepsie* * GTKA=gegeneraliseerde tonisch-klonische aanvallen IV Geneesmiddelen Groep Anti-epileptica Benzodiazepines Geneesmiddelen brivaracetam carbamazepine clonazepam ethosuximide felbamaat fenobarbital fenytoïne gabapentine lacosamide lamotrigine levetiracetam oxcarbazepine perampanel pregabaline primidon retigabine rufinamide stiripentol topiramaat valproïnezuur vigabatrine zonisamide clobazam V Literatuur [1] Nederlandse Vereniging voor Neurologie. Richtlijnen Epilepsie [2] FT rapport brivaracetam (Briviact )31 mei 2016 in GVS rapport 16/. 1 B. (Dreigende) status epilepticus

9 I Advies Geef bij een epileptisch insult dat langer dan vijf minuten duurt midazolam intramusculair, buccaal of nasaal. Herhaal dit wanneer er vijf minuten na toediening nog symptomen zijn en verwijs met spoed naar de tweedelijnszorg. Diazepam rectiole is tweedekeus, maar kan als noodmedicatie voor de thuissituatie ook een eerstekeusmiddel zijn. Aanvullingen op standaardadvies Middel Aanvullende zin chloralhydraat Chloralhydraat heeft geen plaats bij status epilepticus. clonazepam Clonazepam intraveneus is geen eerstekeus-benzodiazepine voor het couperen van een gegeneraliseerde convulsieve status epilepticus bij volwassenen, vanwege het ontbreken van gerandomiseerde studies II Behandelplan Epilepsie wordt behandeld door de neuroloog. De huisarts is vaak wel betrokken bij de acute aanvalsbehandeling van convulsies. Stappenplan behandeling (dreigende) status epilepticus bij volwassenen en kinderen > 1 maand*. Stap 1 Zorg voor stabilisatie van de vitale functies (ABC) en dien tegelijkertijd de eerste medicatie om de aanval te couperen toe: midazolam intramusculair, buccaal of nasaal; tweede keus en als noodmedicatie voor de thuissituatie soms ook eerste keus: diazepam rectiole. Let op Toelichting Medicamenteus ingrijpen is nodig bij een aanvalsduur vanaf minuten. Voor gebruik in het ziekenhuis (intramusculair, intraveneus, buccaal of nasaal) is midazolam een eerstekeusmiddel. Diazepam rectaal kan in de thuissituatie ook worden beschouwd als eerstekeusmiddel. Midazolam is wel effectiever dan diazepam, maar de nasale toedieningsvorm van midazolam is beperkt houdbaar en de buccale vorm is in Nederland nog niet verkrijgbaar. Met een hulpstuk (LMA MAD naaldvrije medicijntoediening)kan de injectievloeistof eventueel ook nasaal worden toegediend. En de intraveneuze vloeistof kan ook buccaal worden toegediend door de oplossing eerst uit de ampul op te zuigen en af te meten. Overweeg daarom in plaats van diazepam rectaal, midazolam voor buccale of nasale toediening te verstrekken aan ouders/verzorgers van kinderen, indien er een indicatie is voor noodmedicatie. Een bijkomend voordeel van midazolam buccaal of nasaal is dat deze toedieningsvorm eenvoudiger is en bovendien beter aanvaardbaar voor volwassenen en oudere kinderen dan diazepam rectaal 1. Stap 2 Herhaal stap 1 wanneer de aanval na minuten nog niet voorbij is en laat een ambulance komen. Let op Dien niet vaker dan twee keer noodmedicatie toe in verband met de verhoogde kans op ademdepressie. Zorg er bij de tweede dosering midazolam voor dat de totale hoeveelheid het maximum van 0, mg/kg of totaal mg niet overschrijdt, om intubatie en beademing te voorkómen.

10 Toelichting Alternatieven in de tweedelijnszorg Toelichting Opmerking Vervolg stap 3 in de tweedelijnszorg Wanneer een intraveneuze toegangsweg beschikbaar is, zijn zowel lorazepam als midazolam eerstekeusmiddelen voor het couperen van een gegeneraliseerde convulsieve status epilepticus bij volwassenen. Uit het beschikbare tweedelijnsonderzoek blijkt dat diazepam, lorazepam en midazolam effectief zijn om een status epilepticus te couperen. Clonazepam intraveneus is geen eerstekeus-benzodiazepine voor het couperen van een gegeneraliseerde convulsieve status epilepticus bij volwassenen, vanwege het ontbreken van gerandomiseerde studies 1. Gebruik fenytoïne, valproïnezuur of levetiracetam (alle intraveneus) om een voortdurende convulsieve status epilepticus te couperen. Toelichting Fenytoïne, valproïnezuur of levetiracetam (alle intraveneus) zijn alle 3 eerstekeusmiddelen om een voortdurende convulsieve status epilepticus te couperen en/of om recidief te voorkomen wanneer het benzodiazepine is uitgewerkt. Wanneer de convulsieve status epilepticus effectief is onderdrukt en men wel intraveneus wil opladen hebben valproïnezuur of levetiracetam de voorkeur omdat fenytoïne geen eerstekeus-middel is voor langdurende behandeling *De behandeling van voorkeur van neonatale convulsies is afwijkend; fenobarbital is daar eerste keus. Voor nadere informatie zie: de NVK-richtlijn Neonatale epileptische aanvallen; econvulsiesth.pdf. III Achtergrond Definitie Epileptische aanval: een abnormale ontlading in de hersenen, die tijdelijk de normale hersenfunctie onderbreekt. Status epilepticus of dreigende status epilepticus bij kinderen: een aanval die langer dan minuten duurt of twee of meer aanvallen zonder volledig herstel van bewustzijn. Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee vormen: De convulsieve status epilepticus. De non-convulsieve status epilepticus; te verdelen in: absence- en complex focale status. Symptomen Een epileptische aanval veroorzaakt meestal een veranderd bewustzijn, abnormale sensaties, focale onvrijwillige bewegingen, of convulsies (wijdverbreide krachtige onvrijwillige contracties van de willekeurige spieren). Behandeldoel Al buiten het ziekenhuis couperen van een status epilepticus/epileptisch insult beschermt tegen ademhalingsdepressie en andere complicaties, verlaagt de kans op Intensive Care-opname en verkort de duur van ziekenhuisopname. Uitgangspunten

11 Bij een aanvalsduur van vijf minuten of langer moet medicamenteus ingegrepen worden. Een epileptische aanval die al vijf minuten duurt, zal waarschijnlijk lang aanhouden omdat het natuurlijke inperkende mechanisme tekort schiet en de aanval op den duur therapieresistent wordt. De reden is dat tijdens een aanval het aantal postsynaptische GABAA-receptoren afneemt, terwijl het aantal glutamaatreceptoren juist toeneemt. Verwijs bovendien zo snel mogelijk naar de tweedelijnszorg voor verdere behandeling (zie Bij een patiënt die bekend is met epilepsie en bij wie de aanvallen altijd lang duren, kan direct een behandeling gestart worden om te couperen. IV Geneesmiddelen Groep Benzodiazepines Geneesmiddelen diazepam [midazolam] Anti-epileptica clonazepam chloralhydraat V Literatuur [1] Richtlijn Epilepsie, Nederlandse Vereniging voor Neurologie [2] Fraanje WL, Giesen PHJ, Knobbe K, et al. Farmacotherapeutische richtlijn Geneesmiddelen en zuurstof in spoedeisende situaties. Huisarts Wet 2012;: pdf. [3] Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde. Medische richtlijn Epileptische aanvallen/status epilepticus voor behandeling van kinderen > 1 maand Epileptische aanvallen/status epilepticus > 1 maand [4] NVK. Richtlijn: Neonatale epileptische aanvallen, diagnostiek en behandeling nataleconvulsiesth.pdf

Lokale handreiking epilepsie voor de specialist ouderengeneeskunde regio Arnhem-Nijmegen

Lokale handreiking epilepsie voor de specialist ouderengeneeskunde regio Arnhem-Nijmegen Lokale handreiking epilepsie voor de specialist ouderengeneeskunde regio Arnhem-Nijmegen DEFINITIE Epilepsie is een ziekte van de hersenen waarbij er sprake is van twee nietgeprovoceerde epileptische aanvallen

Nadere informatie

Status epilepticus bij kinderen 1 juni 2018

Status epilepticus bij kinderen 1 juni 2018 Status epilepticus bij kinderen 1 juni 2018 Marijke van Hees Epilepsieconsulent WKZ/UMCUtrecht Kinderverpleegkundige Netwerk Epilepsie Zorg Een status epilepticus geeft altijd schade? Je spreekt over een

Nadere informatie

Status epilepticus bij verstandelijk beperkten 1 juni 2018

Status epilepticus bij verstandelijk beperkten 1 juni 2018 Status epilepticus bij verstandelijk beperkten 1 juni 2018 Marijke van Hees Epilepsieconsulent WKZ/UMCUtrecht Kinderverpleegkundige Netwerk Epilepsie Zorg Een status epilepticus geeft altijd schade? Je

Nadere informatie

Epileptische aanvallen op de PICU

Epileptische aanvallen op de PICU Epileptische aanvallen op de PICU Astrid van der Heide Neuroloog/kinderneuroloog Inhoud Wat is epilepsie Status epilepticus Video s Take home message Wat is epilepsie? Wat is een epileptische aanval? Plotselinge

Nadere informatie

12 Langdurige epileptische aanvallen

12 Langdurige epileptische aanvallen 12 Langdurige epileptische aanvallen Definitie en etiologie Incidentie Anamnese Lichamelijk onderzoek Epileptische aanvallen duren van enkele seconden tot hooguit enkele minuten. In de literatuur wordt

Nadere informatie

Epilepsie op de SEH. P. van Vliet Fellow IC Lid werkgroep richtlijn Epilepsie. Source:

Epilepsie op de SEH. P. van Vliet Fellow IC Lid werkgroep richtlijn Epilepsie. Source: Epilepsie op de SEH P. van Vliet Fellow IC Lid werkgroep richtlijn Epilepsie Source: www.webmd.com Belangenconflict Geen belangenconflict te melden Indeling Introductie Definitie status epilepticus Epidemiologie

Nadere informatie

CONVULSIES BIJ KINDEREN: EEN GEWONE KOORTSSTUIP?

CONVULSIES BIJ KINDEREN: EEN GEWONE KOORTSSTUIP? CONVULSIES BIJ KINDEREN: EEN GEWONE KOORTSSTUIP? O. F. Brouwer Afdeling Neurologie Universitair Medisch Centrum Groningen EPILEPSIE Waarom ontstaat een epileptische aanval? Afwijkende prikkelbaarheid van

Nadere informatie

Een update over epilepsie en veel gestelde vragen

Een update over epilepsie en veel gestelde vragen Figuren uit brochure epilepsie UZ Leuven nieuwe diagnose per jaar, per 100 000 personen Epilepsy across the spectrum National Academies Press Een update over epilepsie en veel gestelde vragen Dr Laura

Nadere informatie

Koortsconvulsies: hoe zat het ook al weer? Oebo Brouwer, kinderneuroloog UMCG

Koortsconvulsies: hoe zat het ook al weer? Oebo Brouwer, kinderneuroloog UMCG Koortsconvulsies: hoe zat het ook al weer? Oebo Brouwer, kinderneuroloog UMCG Definitie (Epileptische) aanvallen bij koorts zonder infectie van het centrale zenuwstelsel of een andere specifieke oorzaak

Nadere informatie

Epilepsie bij kinderen Voorstellen kind met aanvallen volgens de nieuwe classificatie en 1e stap in de behandeling. Symposium 2 juni 2018 sessie 1

Epilepsie bij kinderen Voorstellen kind met aanvallen volgens de nieuwe classificatie en 1e stap in de behandeling. Symposium 2 juni 2018 sessie 1 Epilepsie bij kinderen Voorstellen kind met aanvallen volgens de nieuwe classificatie en 1e stap in de behandeling. Symposium 2 juni 2018 sessie 1 Marleen Arends Epilepsieconsulent Martiniziekenhuis Groningen

Nadere informatie

Anti-epileptica: therapiekeuze sinds de komst van nieuwe middelen

Anti-epileptica: therapiekeuze sinds de komst van nieuwe middelen Anti-epileptica: therapiekeuze sinds de komst van nieuwe middelen dr C.L.P. Deckers, prof. dr H. Meinardi Nr 5 2003 (37) Pagina 47-56 Thema-artikel Tags gegeneraliseerde epilepsie partiële epilepsie anti-epileptica

Nadere informatie

Behandeling epilepsie

Behandeling epilepsie Medicatie: werking en bijwerkingen Therapietrouw Eerste hulp bij aanvallen + couperen 13 juni 2014 Carly Jansen Marion van Ool Verpleegkundig specialisten Academisch Centrum voor Epileptologie Kempenhaeghe

Nadere informatie

Epilepsie in het verpleeghuis, een handreiking

Epilepsie in het verpleeghuis, een handreiking Home no. 5 November 2017 Congresnummer: Specialist ouderengeneeskunde in the lead Eerdere edities Verenso.nl Epilepsie in het verpleeghuis, een handreiking Bob van Gelder, Willem-Jan Hardon vangeldercals@gmail.com

Nadere informatie

Epilepsie in cijfers.

Epilepsie in cijfers. Acute aanpak van een epileptische aanval. Dr. A. Meurs Neurologie Referentiecentrum voor Refractaire Epilepsie (RCRE) UZ Gent Epilepsie in cijfers. prevalentie in Vlaanderen: 5 / 1000 aantal patiënten

Nadere informatie

ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER

ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER Deze aanpassingen aan de SPC en bijsluiter zijn valide op het moment van de beschikking van de commissie. Na de beschikking

Nadere informatie

Epilepsie. Dr Tom J Snijders Neuroloog, UMC Utrecht Voorzitter redactieraad Hersentumor.nl

Epilepsie. Dr Tom J Snijders Neuroloog, UMC Utrecht Voorzitter redactieraad Hersentumor.nl Epilepsie Dr Tom J Snijders Neuroloog, UMC Utrecht Voorzitter redactieraad Hersentumor.nl Epilepsie: symptoom van de tumor Medicatie Status epilepticus Rijgeschiktheid Nieuwe ontwikkelingen Epilepsie:

Nadere informatie

pagina 1 van 6 Let op: Deze geprinte versie is 24 uur geldig. Epilepsie en zwangerschap Medische Werkinstructie Algemeen Inleidende gegevens Doel: Type: Handelingsclassificatie: Anatomische classificatie:

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 19 mei 2011 CIBG-BV-Farma juli 2011

Uw brief van Uw kenmerk Datum 19 mei 2011 CIBG-BV-Farma juli 2011 Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ s Gravenhage Uw brief van Uw kenmerk Datum 19 mei 2011 CIBG-BV-Farma-3065736 25 juli 2011 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Epilepsie. Richtlijnen voor diagnostiek en behandeling

Epilepsie. Richtlijnen voor diagnostiek en behandeling Epilepsie Richtlijnen voor diagnostiek en behandeling Samengesteld door de Nederlandse Vereniging voor Neurologie en de Nederlandse Liga tegen Epilepsie Epilepsie Richtlijnen voor diagnostiek en behandeling

Nadere informatie

Een kind met een insult De stuipen op het lijf! Jolanda Schieving, kinderneuroloog Ties Eikendal, SEH arts

Een kind met een insult De stuipen op het lijf! Jolanda Schieving, kinderneuroloog Ties Eikendal, SEH arts Een kind met een insult De stuipen op het lijf! Jolanda Schieving, kinderneuroloog Ties Eikendal, SEH arts (potentiële) belangenverstrengeling Geen Disclosure belangenverstrengeling van de sprekers van

Nadere informatie

, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis

, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 2015041635, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 5 Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 november 2017 van de registratiehouders die

Nadere informatie

Richtlijnen Diagnostiek en Behandeling van Epilepsie

Richtlijnen Diagnostiek en Behandeling van Epilepsie 5 Richtlijnen Diagnostiek en Behandeling van Epilepsie Herziene, tweede versie: juni 2005 Nederlandse Vereniging voor Neurologie Werkgroep Richtlijnen Epilepsie 10 Leden: Prof.dr. C.A. van Donselaar, neuroloog

Nadere informatie

Behandelingsstrategie in de praktijk

Behandelingsstrategie in de praktijk Behandelingsstrategie in de praktijk Effectiviteit en bijwerkingen Paul Bouma Tergooiziekenhuizen Blaricum en Hilversum Onthulling Paul Bouma heeft geen zakelijke belangen, investeringen, of aandelen in

Nadere informatie

Opbouw presentatie. Korte kennisquiz. Kinder epilepsie syndromen. Korte kennisquiz 4 Casussen. Hebje vragen, stelzegerust!

Opbouw presentatie. Korte kennisquiz. Kinder epilepsie syndromen. Korte kennisquiz 4 Casussen. Hebje vragen, stelzegerust! Kinder epilepsie syndromen Joke Creemers en Mieke Daamen Verpleegkundig specialist Kempenhaeghe Korte kennisquiz 4 Casussen Opbouw presentatie Hebje vragen, stelzegerust! Korte kennisquiz 1 Hoe vaak komt

Nadere informatie

Een gewijzigde richtlijn voor de acute opvang van een epileptische aanval

Een gewijzigde richtlijn voor de acute opvang van een epileptische aanval Een gewijzigde richtlijn voor de acute opvang van een epileptische aanval Hans Stroink en Chris de Kruiff Dr. H. Stroink, kinderneuroloog, afdeling Neurologie, Canisius- Wilhelmina Ziekenhuis, Nijmegen

Nadere informatie

EPILEPSIE EN THERAPEUTIC DRUG MONITORING. A.CP. Mathot. In de meeste laboratoria van ziekenhuisapotheken. hebben of in een diepe slaap geraken.

EPILEPSIE EN THERAPEUTIC DRUG MONITORING. A.CP. Mathot. In de meeste laboratoria van ziekenhuisapotheken. hebben of in een diepe slaap geraken. EPILEPSIE EN THERAPEUTIC DRUG MONITORING A.CP. Mathot In de meeste laboratoria van ziekenhuisapotheken zullen bloedspiegels van antiepileptica bepaald worden. De redenen om bloedspiegels van anti-epileptica

Nadere informatie

Patiëntgerichte Zorg voor Epilepsie. 23 oktober 2012 Willem-Jan Hardon, Neuroloog

Patiëntgerichte Zorg voor Epilepsie. 23 oktober 2012 Willem-Jan Hardon, Neuroloog Patiëntgerichte Zorg voor Epilepsie 23 oktober 2012 Willem-Jan Hardon, Neuroloog Patiëntgerichte Zorg voor Epilepsie + Algemeen + Diagnostiek + Behandeling + StartPoliEpilepsie + Marjolein Kalse, Epilepsieconsulent

Nadere informatie

To stuip or not to stuip Neurologisch maar toch Praktisch

To stuip or not to stuip Neurologisch maar toch Praktisch To stuip or not to stuip Neurologisch maar toch Praktisch Jan Braakhekke en Katinke van Dijk Neuroloog en Kinderarts/kinderneuroloog Isala kliniek, Zwolle en Rijnstate Ziekenhuis, Arnhem Arts et al., 1999

Nadere informatie

Behandeling van oudere patiënt met epilepsie. C.L.P. Deckers SEIN Zwolle

Behandeling van oudere patiënt met epilepsie. C.L.P. Deckers SEIN Zwolle Behandeling van oudere patiënt met epilepsie C.L.P. Deckers SEIN Zwolle Incidentie van epilepsie nieuwe gevallen per 100.000 inwoners 160 140 120 100 80 60 40 20 0 0 10 20 30 40 50 60 70 80 leeftijd (jaren)

Nadere informatie

Anti-epileptica. Anti-epileptica. Anti - epileptica. Werkingsmechanismen anti-epileptica. farmacologie en - kinetiek. pré post

Anti-epileptica. Anti-epileptica. Anti - epileptica. Werkingsmechanismen anti-epileptica. farmacologie en - kinetiek. pré post Anti-epileptica farmacologie en - kinetiek Fred Schobben Divisie Laboratoria en Apotheek UMC Utrecht Dpt. Farmaceutische Wetenschappen, Bèta faculteit, Universiteit Utrecht Anti-epileptica Wat doen ze?

Nadere informatie

Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION NASCHOLING EPILEPSIE

Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION NASCHOLING EPILEPSIE Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION NASCHOLING EPILEPSIE Ilse Vosman verpleegkundig specialist SEIN Carly Jansen verpleegkundig specialist Kempenhaeghe 7 juni 2013 MEDICIJNEN, (BIJ) WERKINGEN

Nadere informatie

2

2 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Vergelijkende studie om de effectiviteit van natuurlijke enzymen oraal versus injectiepreparaat en valproïnezuur te vergelijken in tonisch clonische aanvallen bij primaire systemische

Nadere informatie

Alles over epilepsie. Epileptische aanval. Aanvallen: fokaal of gegeneraliseerd. Piekgolfcomplex. Rol van EEG 2-6-2013

Alles over epilepsie. Epileptische aanval. Aanvallen: fokaal of gegeneraliseerd. Piekgolfcomplex. Rol van EEG 2-6-2013 --0 Epileptische aanval Alles over epilepsie Oebo Brouwer Afdeling Neurologie Universitair Medisch Centrum Groningen Abnormaal gelijktijdig vuren van een grote groep hersencellen, leidend tot (voor patiënt

Nadere informatie

Kinder epilepsie syndromen. Mieke Daamen Verpleegkundig specialist Kempenhaeghe

Kinder epilepsie syndromen. Mieke Daamen Verpleegkundig specialist Kempenhaeghe Kinder epilepsie syndromen Mieke Daamen Verpleegkundig specialist Kempenhaeghe Opbouw presentatie Korte kennistoets 3 casus Heb je vragen, stel ze gerust! Korte kennistoets Hoe vaak komt epilepsie bij

Nadere informatie

Syndroom van Lennox-Gastaut

Syndroom van Lennox-Gastaut Syndroom van Lennox-Gastaut Wat is het syndroom van Lennox-Gastaut? Het syndroom van Lennox-Gastaut is een ernstig epilepsiesyndroom bij jonge kinderen wat gekenmerkt wordt door verschillende soorten epilepsie

Nadere informatie

Kinderepilepsie in beeld. Nynke Doornebal Kinderarts - kinderneuroloog

Kinderepilepsie in beeld. Nynke Doornebal Kinderarts - kinderneuroloog Kinderepilepsie in beeld Nynke Doornebal Kinderarts - kinderneuroloog Kenmerken van epilepsie: 1. Excessieve ontlading van populatie neuronen 2. Onwillekeurige, aanvalsgewijs optredende motorische, sensibele,

Nadere informatie

Eerste Hulp Bij Aanvallen

Eerste Hulp Bij Aanvallen Eerste Hulp Bij Aanvallen Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION M. van Buren MANP L. Rietveld J. Zwiers MSc MANP NASCHOLING EPILEPSIE Wat gaan we bespreken Terugblik epileptische aanvallen EHBA

Nadere informatie

E-learningcursus Omgaan met epileptische aanvallen

E-learningcursus Omgaan met epileptische aanvallen E-learningcursus Omgaan met epileptische aanvallen Verdiepingsinformatie bij de cases Onderwerp Bron Te vinden via 1. Prikkeloverdracht Epilepsiefonds http://www.epilepsie.nl/informatie zie Wilt u uitgebreide

Nadere informatie

Het zieke brein. Het epileptische brein & PNEA

Het zieke brein. Het epileptische brein & PNEA Het zieke brein Het epileptische brein & PNEA Geen Disclosures Epilepsie Wat is epilepsie? Epileptische aanvallen ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van het elektrisch evenwicht in de

Nadere informatie

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus EJ s GRAVENHAGE

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus EJ s GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen Zorginstituut Nederland Pakket Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ s GRAVENHAGE 0530.2016069202 Eekholt 4 1112 XH Diemen

Nadere informatie

Diagnostiek en behandeling van epilepsie bij volwassenen met een verstandelijke beperking

Diagnostiek en behandeling van epilepsie bij volwassenen met een verstandelijke beperking NVAVG-Standaard 4 Diagnostiek en behandeling van epilepsie bij volwassenen met een verstandelijke beperking S4 NVAVG juni 2008 WWW.NVAVG.NL Inhoudsopgave 1 Voorwoord 3 Geschiedenis en opdrachtformulering

Nadere informatie

Passages uit de notulen van de WAR-CG vergaderingen Product: Fycompa Besproken op: 28 oktober 2013 en 16 december 2013 Eerste bespreking 28 oktober 2013 perampanel (Fycompa ) Inleiding Het betreft de eerste

Nadere informatie

Ellen Peeters MANP Karin schlepers Stichting Epilepsie Instellingen Nederland

Ellen Peeters MANP Karin schlepers Stichting Epilepsie Instellingen Nederland Ellen Peeters MANP Karin schlepers Stichting Epilepsie Instellingen Nederland 1. Algemene informatie verstandelijke beperking 2. Oorzaken Verstandelijk beperking en epilepsie 3. Complexe zorg 4. Behandeling

Nadere informatie

Basiscursus Epilepsie Epilepsie & Slaap update 25 maart Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen

Basiscursus Epilepsie Epilepsie & Slaap update 25 maart Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen. Boodschappen Basiscursus Epilepsie Epilepsie & Slaap update 25 maart 2010 Chronische effecten van anti-epileptica: bijwerkingen en tolerantie Dr. Harriëtte van Eibergen Santhagens - Verzijl, neuroloog 4 boodschappen

Nadere informatie

Werkstuk door een scholier 1645 woorden 31 mei keer beoordeeld

Werkstuk door een scholier 1645 woorden 31 mei keer beoordeeld Werkstuk door een scholier 1645 woorden 31 mei 2005 5 31 keer beoordeeld Vak Biologie Hallo, mijn werkstuk gaat over epilepsie. Epilepsie is allen volgens mij wel bekend. Als ik aan epilepsie denk, denk

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. Epilepsie met voornamelijk tonisch clonische aanvallen

Kinderneurologie.eu.  Epilepsie met voornamelijk tonisch clonische aanvallen Epilepsie met voornamelijk tonisch clonische aanvallen Wat is epilepsie met voornamelijk tonisch clonische aanvallen? Epilepsie met voornamelijk tonisch clonische aanvallen is een verzamelnaam voor epilepsiesyndromen

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. Epilepsie. www.kinderneurologie.eu

Kinderneurologie.eu. Epilepsie. www.kinderneurologie.eu Epilepsie Wat is epilepsie? Epilepsie is een aandoening waarbij kinderen en volwassenen last hebben gehad van meer dan één epilepsie-aanval binnen één jaar. Het hebben van één enkele epilepsie-aanval is

Nadere informatie

Epileptische aanvallen / status epilepticus, leeftijd > 1 maand

Epileptische aanvallen / status epilepticus, leeftijd > 1 maand SAMENVATTING Epileptische aanvallen / status epilepticus, leeftijd > 1 maand richtlijn voor de opvang in het 1e uur Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) Autorisatie: 21 juni 2012 Nederlandse

Nadere informatie

Epilepsie komt bij kinderen veel voor. Voor

Epilepsie komt bij kinderen veel voor. Voor Epilepsie bij kinderen De behandeling van verschillende syndromen Bij de medicamenteuze behandeling van epilepsie bij kinderen moeten, meer nog dan bij volwassenen, de mogelijke bijwerkingen worden afgewogen

Nadere informatie

Datum 18 juni 2019 Betreft Definitief advies als bedoeld in artikel 114 Zorgverzekeringswet... Zaaknummer Onze referentie

Datum 18 juni 2019 Betreft Definitief advies als bedoeld in artikel 114 Zorgverzekeringswet... Zaaknummer Onze referentie 2o((S(J igb i > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen (SKGZ) T.a.v. de heer Postbus 291 3700 AG ZEIST Willem Dudokhof 1 1112 ZA Diemen Postbus 320 1110

Nadere informatie

huisartsennascholing 10 sept 2013

huisartsennascholing 10 sept 2013 huisartsennascholing 10 sept 2013 -polyneuropathie -restless legs syndrome Joost van Oostrom Afdeling Neurologie Rijnstate Programma (2x) WAAROM moeten we hier iets over weten WAT moeten we hierover weten

Nadere informatie

Epilepsie. Algemeen. Oorzaken

Epilepsie. Algemeen. Oorzaken Epilepsie Algemeen We spreken van epilepsie als er herhaald toevallen optreden. Tijdens een toeval is er sprake van abnormaal gedrag. Dit abnormale gedrag kan gegeneraliseerd zijn, dat wil zeggen dat er

Nadere informatie

Internationaal nieuws

Internationaal nieuws Internationaal nieuws Epikrant jg.34 nr.1 jan-feb-mrt 2017) Herwerkte CLASSIFICATIE VAN EPILEPSIE-AANVALSTYPES Versie 2017 ILAE, the International League Against Epilepsy (vertaling uit 2017 Reviced Classification

Nadere informatie

Zes - Traps Raket. Epidemiologie. Classificatie van aanvallen en epilepsiesyndromen. Epidemiologie. Epilepsie ja/nee

Zes - Traps Raket. Epidemiologie. Classificatie van aanvallen en epilepsiesyndromen. Epidemiologie. Epilepsie ja/nee Epidemiologie Classificatie van en epilepsiesyndromen Joost Nicolai Sepion 12 juni 2009 Incidentie epilepsie: 50 per 100.000 (NL 7.500 per jaar) Prevalentie epilepsie: 5-10 per 1.000 (NL: 75.000-150.000)

Nadere informatie

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast Palliatieve sedatie 12 november 2012 Carla Juffermans,kaderhuisarts PZ Palliatieve sedatie Proportionele toepassing van sedativa in de laatste levensfase om ondraaglijke klachten te bestrijden, waarvoor

Nadere informatie

Workshop 10 maart Kinderen: opgroeien met epilepsie. Epilepsie en een verstandelijke beperking

Workshop 10 maart Kinderen: opgroeien met epilepsie. Epilepsie en een verstandelijke beperking Epilepsie en een verstandelijke beperking Workshop 10 maart 2016 Kinderen: opgroeien met epilepsie Willeke van Blarikom, GZ- psycholoog Hilde Braakman, kinderneuroloog Jan 5 jaar Debuut epilepsie: 5 à

Nadere informatie

Epilepsie. bij kinderen

Epilepsie. bij kinderen Epilepsie bij kinderen Wat is epilepsie? Epilepsie is een stoornis die ongeveer 1 op de 150 à 250 personen treft. In België gaat het dus om meer dan 60.000 personen. Er bestaan trouwens verschillende vormen

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. Status epilepticus.

Kinderneurologie.eu. Status epilepticus. Status epilepticus Wat is een status epilepticus? Een status epilepticus is een lang durende epilepsieaanval (langer dan 5 minuten) of een telkens terugkerende epilepsieaanval die niet zonder behandeling

Nadere informatie

BIJSLUITER. Inhoud van deze bijsluiter:

BIJSLUITER. Inhoud van deze bijsluiter: BIJSLUITER Lees de hele bijsluiter aandachtig door, omdat er voor u belangrijke informatie in staat. Raadpleeg uw arts of apotheker als u aanvullende vragen heeft. Bewaar deze bijsluiter, misschien heeft

Nadere informatie

Aanvalsvrijheid vergelijkbaar met carbamazepine CR

Aanvalsvrijheid vergelijkbaar met carbamazepine CR Indrukwekkende Aanvalsvrijheid vergelijkbaar met carbamazepine CR 100 80 % patiënten 60 40 73.0% 72.8% 20 0 Keppra 1000-3000mg/dag (173/237) Carbamazepine CR 400-1200mg/dag (171/235) Aanvalsvrijheid in

Nadere informatie

Eline. Interactieve casus. Zelfstandig leven met epilepsie: Een kwestie van vallen en opstaan?

Eline. Interactieve casus. Zelfstandig leven met epilepsie: Een kwestie van vallen en opstaan? Zelfstandig leven met epilepsie: Een kwestie van vallen en opstaan? Carly Jansen Ruby Soekhoe Verpleegkundig specialisten epilepsie Kempenhaeghe Interactieve casus Eline - Leeftijd: 35 jaar - Gezin: gehuwd,

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 14 februari maart 2008

Uw brief van Uw kenmerk Datum 14 februari maart 2008 Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum 14 februari 2008 ---- 3 maart 2008 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer PAK/28017559

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. www.kinderneurologie.eu. Maligne migrerende partiële epilepsie op de kinderleeftijd.

Kinderneurologie.eu. www.kinderneurologie.eu. Maligne migrerende partiële epilepsie op de kinderleeftijd. Maligne migrerende partiële epilepsie op de kinderleeftijd. Wat is maligne migrerende partiële epilepsie op de kinderleeftijd.? Maligne migrerende partiële epilepsie op de kinderleeftijd is een ernstig

Nadere informatie

Flowchart: Diagnostiek. Richtlijn epilepsie volwassenen ErasmusMC, versie juli 2012 Pagina 1

Flowchart: Diagnostiek. Richtlijn epilepsie volwassenen ErasmusMC, versie juli 2012 Pagina 1 Flowchart: Diagnostiek Richtlijn epilepsie volwassenen ErasmusMC, versie juli 2012 Pagina 1 Pagina 2 Flowchart behandeling Pagina 3 Flowchart classificatie epilepsie Pagina 4 Patiënten karakteristieken

Nadere informatie

7. Wat is de hoogste opleiding die de vader van uw kind heeft afgerond?

7. Wat is de hoogste opleiding die de vader van uw kind heeft afgerond? INTERVIEW A (registratie zo vroeg mogelijk in de zwangerschap) 1. Op welke datum viel de eerste dag van uw laatste menstruatie? 2. Is epilepsie de reden van uw anti-epilepticagebruik?, namelijk 3. Heeft

Nadere informatie

PYRIDOXINI HYDROCHLORIDUM oplossing voor injectie. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 18 januari : Bijsluiter Bladzijde : 1

PYRIDOXINI HYDROCHLORIDUM oplossing voor injectie. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 18 januari : Bijsluiter Bladzijde : 1 1.3.1 : Bijsluiter Bladzijde : 1 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS Pyridoxini hydrochloridum, 50 mg/ml pyridoxinehydrochloride Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken

Nadere informatie

Epilepsie. bij 60-plussers

Epilepsie. bij 60-plussers Epilepsie bij 60-plussers Wat is epilepsie? Epilepsie is een stoornis die ongeveer 1 op de 150 à 250 personen treft. In België gaat het dus om meer dan 60.000 personen. Er bestaan trouwens verschillende

Nadere informatie

Epilepsie. bij vrouwen

Epilepsie. bij vrouwen Epilepsie bij vrouwen Wat is epilepsie? Epilepsie is een stoornis die ongeveer 1 op de 150 à 250 personen treft. In België gaat het dus om meer dan 60.000 personen. Er bestaan trouwens verschillende vormen

Nadere informatie

Cyclofosfamide. Cycloblastine, Endoxan. Sterk in beweging

Cyclofosfamide. Cycloblastine, Endoxan. Sterk in beweging Cyclofosfamide Cycloblastine, Endoxan Sterk in beweging Inhoudsopgave Inleiding 3 Wat is Cyclofosfamide 3 Wanneer krijgt u Cyclofosfamide? 3 Hoe krijgt u Cyclofosfamide? 3 Bijwerkingen 4 Korte termijn

Nadere informatie

Wat u moet weten. over koortsstuipen

Wat u moet weten. over koortsstuipen Wat u moet weten over koortsstuipen Beste ouders Kinderen die ziek zijn, maken soms één of meer koortsstuipen door. In deze brochure vindt u algemene informatie over de symptomen, oorzaken en behandeling

Nadere informatie

Epilepsie, zwangerschap en borstvoeding

Epilepsie, zwangerschap en borstvoeding Epilepsie, zwangerschap en borstvoeding Wat is epilepsie? Epilepsie is een stoornis die ongeveer 1 op de 150 à 250 personen treft. In België gaat het dus om meer dan 60.000 personen. Er bestaan trouwens

Nadere informatie

Symptomatische behandeling hersenmetastasen. Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013

Symptomatische behandeling hersenmetastasen. Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013 Symptomatische behandeling hersenmetastasen Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013 Zo maar een paar vragen: -Moeten patiënten met HM standaard met dexamethason

Nadere informatie

RVG / Version 2017_06 Page 1 of 5. ETHYMAL 125 mg, capsules, zacht ETHYMAL 250 mg, capsules, zacht Ethosuximide

RVG / Version 2017_06 Page 1 of 5. ETHYMAL 125 mg, capsules, zacht ETHYMAL 250 mg, capsules, zacht Ethosuximide Version 2017_06 Page 1 of 5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER ETHYMAL 125 mg, capsules, zacht ETHYMAL 250 mg, capsules, zacht Ethosuximide Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Clobazam 2 mg, capsule

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Clobazam 2 mg, capsule 1. Naam van het geneesmiddel Clobazam 1 mg, capsule Clobazam 1,5 mg, capsule Clobazam 2,5 mg, capsule 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling Bevat per capsule resp. 1, 1,5, 2 of 2,5 mg clobazam

Nadere informatie

Samenvatting richtlijn medicamenteuze behandeling van tuberculose NVALT

Samenvatting richtlijn medicamenteuze behandeling van tuberculose NVALT Samenvatting richtlijn medicamenteuze behandeling van tuberculose NVALT 2005 AANBEVELINGEN: Niveau 2 Het routinematig voorschrijven van pyridoxine bij isoniazide toediening is niet nodig. Pyridoxine suppletie

Nadere informatie

Behandeling epilepsie

Behandeling epilepsie Medicamenteuze behandeling en niet medicamenteuze behandeling 5 juni 2015 Annette Hospes Marion van Ool Verpleegkundig specialisten Behandeling epilepsie Medicatie (anti-epileptica = AED) Epilepsie chirurgie

Nadere informatie

HALDOL tabletten en drank

HALDOL tabletten en drank Een Direct Healthcare Professional Communication (DHPC) is een schrijven dat naar de gezondheidszorgbeoefenaars wordt gezonden door de farmaceutische firma s, om hen te informeren over mogelijke risico

Nadere informatie

Zie voor meer informatie over de beoordeling en onderbouwing de bijbehorende risicoanalyses op de KNMP Kennisbank.

Zie voor meer informatie over de beoordeling en onderbouwing de bijbehorende risicoanalyses op de KNMP Kennisbank. Geachte collega, Hierbij weer een overzicht van de wijzigingen van het G-Standaardbestand van november 2014. Deze maand zijn er wijzigingen op de volgende gebieden: Contra-indicaties Interacties Kinderwens,

Nadere informatie

Koortsstuipen bij kinderen

Koortsstuipen bij kinderen Koortsstuipen bij kinderen Afdeling kindergeneeskunde Jonge kinderen zijn bij koorts gevoelig voor stuipen. Ongeveer twee tot vijf procent van de kinderen tussen de drie maanden en vijf jaar heeft wel

Nadere informatie

Flowchart Diagnostiek

Flowchart Diagnostiek Pagina 1 Flowchart Diagnostiek Anamnestisch epileptische aanval Nee Overweeg andere diagnose 1 Ja Lab 2 Verklarende afwijking ( bv hyponatriëmie, hypoglykemie) Ja Gelegenheidsaanval 3 Nee Ja Provocerende

Nadere informatie

Inleiding Wat is Methotrexaat? Voor welke patiënten is Methotrexaat geschikt? Wanneer mag Methotrexaat niet gebruikt worden?

Inleiding Wat is Methotrexaat? Voor welke patiënten is Methotrexaat geschikt? Wanneer mag Methotrexaat niet gebruikt worden? METHOTREXAAT 1173 Inleiding In deze folder vindt u informatie over de werking en bijwerkingen van Methotrexaat. De folder is bedoeld voor psoriasispatiënten die behandeld worden met Methotrexaat. Wat is

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. De ziekte van Unverricht Lundborg

Kinderneurologie.eu.   De ziekte van Unverricht Lundborg De ziekte van Unverricht Lundborg Wat is de ziekte van Unverricht Lundborg? De ziekte van Unverricht Lundborg is een erfelijke vorm van epilepsie die gekenmerkt wordt door myocloniëen, kortdurende schokjes

Nadere informatie

Richtlijn Antipsychotica. Richtlijnenmiddag 2017

Richtlijn Antipsychotica. Richtlijnenmiddag 2017 Richtlijn Antipsychotica Richtlijnenmiddag 2017 Voor wie Daarvoor is de indeling volgens de DSM 5: 297.1 Waanstoornis 298.8 Kortdurende psychotische stoornis 295.40 Schizofreniforme stoornis 295.90 Schizofrenie

Nadere informatie

ETHYMAL 250 mg / 4 ml, siroop Ethosuximide

ETHYMAL 250 mg / 4 ml, siroop Ethosuximide Version 2014_02 Page 1 of 5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER ETHYMAL 250 mg / 4 ml, siroop Ethosuximide Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke

Nadere informatie

Globaal gezien zijn er twee vormen van epilepsie; primaire en secundaire epilepsie:

Globaal gezien zijn er twee vormen van epilepsie; primaire en secundaire epilepsie: Epilepsie bij honden Epilepsie bij de hond is een redelijk vaak voorkomend neurologisch probleem bij de hond. De aandoening gaat gepaard met min of meer heftige epileptiforme aanvallen. Deze aanvallen

Nadere informatie

BIJSLUITER 1. WAT IS DAFALGAN VOLWASSENEN 600 MG EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT?

BIJSLUITER 1. WAT IS DAFALGAN VOLWASSENEN 600 MG EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT? BIJSLUITER Lees de hele bijsluiter aandachtig door, omdat er voor u belangrijke informatie in staat. Raadpleeg uw arts of apotheker als u aanvullende vragen heeft. Bewaar deze bijsluiter, misschien heeft

Nadere informatie

Bijlage III. NB: Deze Samenvatting van de productkenmerken, etikettering en bijsluiter zijn het resultaat van de referral procedure.

Bijlage III. NB: Deze Samenvatting van de productkenmerken, etikettering en bijsluiter zijn het resultaat van de referral procedure. Bijlage III Wijzigingen in relevante rubrieken van de Samenvatting van de productkenmerken en de Bijsluiter NB: Deze Samenvatting van de productkenmerken, etikettering en bijsluiter zijn het resultaat

Nadere informatie

Samenstelling: serum: baclofen 2443 µg/l, diazepam 1634 µg/l, desmethyldiazepam 1460 µg/l, oxazepam 79 µg/l, temazepam 158 µg/l.

Samenstelling: serum: baclofen 2443 µg/l, diazepam 1634 µg/l, desmethyldiazepam 1460 µg/l, oxazepam 79 µg/l, temazepam 158 µg/l. TOXICOLOGIE Ronde 2017.1 Patiënt bekend met alcoholproblematiek en momenteel onder behandeling van verslavingszorg. Recent op de centrale spoedopvang geweest in verband met een eerste gegeneraliseerd tonischclonisch

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P2729045 25 januari 2007

Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P2729045 25 januari 2007 Aan de ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P2729045 25 januari 2007 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

prof.dr. E. Achten, MD, PhD, afdeling Neuroradiologie, Universiteit van Gent

prof.dr. E. Achten, MD, PhD, afdeling Neuroradiologie, Universiteit van Gent PERSONALIA prof.dr. E. Achten, MD, PhD, afdeling Neuroradiologie, Universiteit van Gent drs. J.J. Ardesch, neuroloog, Stichting Epilepsie Instellingen Nederland, Zwolle prof.dr. P. Boon, Dienst Neurologie,

Nadere informatie

Diazepam rectiole. (bij volwassenen) Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Diazepam rectiole. (bij volwassenen) Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Diazepam rectiole (bij volwassenen) U wordt behandeld voor epilepsie. Als u een aanval krijgt kan iemand in uw naaste omgeving een diazepam rectiole toedienen als dat nodig is. In deze folder leest u meer

Nadere informatie

Kwaliteitsproject: Aanhoudend schokken, hoe te handelen zonder brokken: Het coupeerbeleid epilepsie!

Kwaliteitsproject: Aanhoudend schokken, hoe te handelen zonder brokken: Het coupeerbeleid epilepsie! Kwaliteitsproject: Aanhoudend schokken, hoe te handelen zonder brokken: Het coupeerbeleid epilepsie! Ingrid Kuiper, AVG in opleiding te s Heerenloo Ermelo Maart 2018 Inleiding Epilepsie komt voor bij 16-25%

Nadere informatie

Epilepsie en levensfases. Hilde Braakman, kinderneuroloog Willeke van Blarikom, GZ- psycholoog

Epilepsie en levensfases. Hilde Braakman, kinderneuroloog Willeke van Blarikom, GZ- psycholoog Epilepsie en levensfases Hilde Braakman, kinderneuroloog Willeke van Blarikom, GZ- psycholoog Epilepsie in verschillende levensfases Baby-peuter-kleuter-schoolkindvolwassenen 18-18 + 50-50 + Syndroom van

Nadere informatie

PRIMAIRE ORTHOSTATISCHE TREMOR. Diepe hersenstimulatie? Fleur van Rootselaar, neuroloog AMC 12 mei 2017

PRIMAIRE ORTHOSTATISCHE TREMOR. Diepe hersenstimulatie? Fleur van Rootselaar, neuroloog AMC 12 mei 2017 PRIMAIRE ORTHOSTATISCHE TREMOR Diepe hersenstimulatie? Fleur van Rootselaar, neuroloog AMC 12 mei 2017 VROUW, 60 JAAR, PIJN BENEN EN MOE Pijn in de benen, vermoeidheid en niet kunnen staan - Al jaren last,

Nadere informatie

Paroxysmale kinesiogene chorea en paroxysmale kinesiogene dystonie zijn dus vormen van een paroxysmale kinesiogene dyskinesie.

Paroxysmale kinesiogene chorea en paroxysmale kinesiogene dystonie zijn dus vormen van een paroxysmale kinesiogene dyskinesie. Paroxysmale kinesiogene dyskinesie Wat is paroxysmale kinesiogene dyskinesie? Paroxysmale kinesiogene dyskinesie is een bewegingsstoornis waarbij een kind aanvallen heeft waarbij zijn/haar lichaam onbedoelde

Nadere informatie

Behandeling van epilepsie

Behandeling van epilepsie Behandeling van epilepsie 1 juni 2018 Annette Hospes, Master of Arts verpleegkundig specialist VU medisch centrum Netwerk Epilepsie Zorg Behandeling epilepsie Medicatie (anti-epileptica = AED) Epilepsie

Nadere informatie

Infuusbehandeling met Cyclofosfamide

Infuusbehandeling met Cyclofosfamide Infuusbehandeling met Cyclofosfamide Inhoud Inleiding 3 Wat is Cyclofosfamide 3 Wanneer krijgt u Cyclofosfamide? 3 De opname 3 Bijwerkingen 4 Korte termijn 4 Lange termijn 4 Zeldzame bijwerkingen 4 Zwangerschap

Nadere informatie

Koortsstuipen. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Koortsstuipen. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Koortsstuipen Jonge kinderen zijn bij koorts gevoelig voor stuipen. Ongeveer 5 procent van de kinderen tussen de drie maanden en zes jaar heeft weleens een koortsstuip. In deze folder leest u over de achtergrond

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 10 februari 2011 Farma-3050566 8 september 2011

Uw brief van Uw kenmerk Datum 10 februari 2011 Farma-3050566 8 september 2011 Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ Den Haag Uw brief van Uw kenmerk Datum 10 februari 2011 Farma3050566 8 september 2011 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

MODULE I: ALGEMENE GEGEVENS Datum : 8 april : Productinformatie Bladzijde : 1

MODULE I: ALGEMENE GEGEVENS Datum : 8 april : Productinformatie Bladzijde : 1 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Fenobarbital Teva 50 mg/ml,. Fenobarbital Teva 100 mg/ml,. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Fenobarbital Teva 50 mg/ml,, bevat

Nadere informatie