Pervasieve ontwikkelingsstoornissen bijkinderenenjeugdigenmeteen lichte verstandelijke beperking

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Pervasieve ontwikkelingsstoornissen bijkinderenenjeugdigenmeteen lichte verstandelijke beperking"

Transcriptie

1 kind en adolescent jaargang 28 (2007), nr. 3, p Pervasieve ontwikkelingsstoornissen bijkinderenenjeugdigenmeteen lichte verstandelijke beperking Annelies A. de Bildt en Dirk W. Kraijer. samenvatting Pervasieve ontwikkelingsstoornissen (pdd s) komen vaak voor bij kinderen met een lichte verstandelijke beperking (lvb): de recentste Nederlandse cijfers wijzen op bijna 1 op 10, ruim 15 maal hoger dan de 0,6% in de algemene populatie. Het hebben van een pdd naast een lvb heeft zeer beperkende gevolgen voor de ontwikkeling en het gedrag van het kind, en daarmee ook voor de sociale redzaamheid en indirect voor het haalbare schoolniveau. Vanwege de hoge prevalentie en de ernstige gevolgen van pdd bij een lvb is het van belang dat diagnostiek vroegtijdig en zorgvuldig wordt ingezet. Instrumenten als de avz-r, adi-r en ados kunnen hierbij behulpzaam zijn. Hoewel de aandacht voor pervasieve ontwikkelingsstoornissen (pervasive developmental disorders, pdd) tegenwoordig lijkt te verschuiven naar gemiddeld-normaal functionerende personen is dat niet helemaal terecht. Nog altijd heeft het merendeel van de personen met pdd tevens een verstandelijke beperking (vb; zie Kraijer, 2004; pp voor een bespreking hiervan). Ook binnen de populatie kinderen en jeugdigen met een lichte vb (lvb) is het belangrijk aandacht te hebben voor bijkomende pdd s. Dit alleen al vanwege de ernstige psychische en/of gedragsproblemen die de combinatie een lvb en een pdd veroorzaakt (zie voor een uitgebreid overzicht Kraijer, 2004). Het vroegtijdig signaleren en diagnosticeren van een pdd bij kinderen met een lvb draagt bij aan passende zorg, waarvan een kind in de ontwikkeling optimaal kan profiteren. In dit stuk worden de drie hoofdthema s besproken uit het zogenoemde Frieslandonderzoek, een onderzoek naar pdd onder alle kinderen en jeugdigen met een vb (alle niveaus) in de provincie Friesland, gerelateerd aan wetenschappelijke literatuur en geïllustreerd met bevindingen. Vooraf wordt het onderzoek kort beschreven, zodat Mevr. dr. A. A. de Bildt is psycholoog en werkzaam als onderzoeker bij Accare, Universitair Centrum voor Kinder- en Jeugdpsychiatrie. Dr. D. W. Kraijer is psycholoog-orthopedagoog en werkzaam bij de Stichting Ontwikkelingsbeperkingen te Assen en de Stichting Vanboeijen te Assen. Contactadres: mevr.dr.a.a.debildt,accare,uckjp, postbus 660, 9700 AR Groningen, a.de.bildt@accare.nl 171

2 kind en adolescent jaargang 28 (2007), nr. 3 verwijzingen verderop goed te plaatsen zijn. In het daaropvolgende deel bespreken we allereerst een aantal diagnostische instrumenten: welke bijdrage leveren ze aan het stellen van een diagnose pdd bijkinderenenjeugdigenmeteenlvb? Ten tweede komt de prevalentie vanpdd onder kinderen en jeugdigen met een lvb aan de orde: hoe vaak komt pdd voor, en wat betekent dat? Ten derde wordt ingegaan op de ernstige gevolgen van de combinatie pdd en lvb. Aansluitend bespreken we de betekenis en de implicaties voor de praktijk. In het gehele stuk wordt gesproken over pdd wanneer het gaat om autisme (autistic disorder, ad) en pdd-nos (PDD-Not Otherwise Specified) tezamen. Wanneer specifiek ad of pdd-nos wordt bedoeld wordt dit in de tekst als zodanig aangegeven. Het Friesland-onderzoek In het Friesland-onderzoek werden 460 kinderen met een lvb (iq tussen 51 en 70) van vijf tot achttien jaar gescreend op pdd. Zij werden benaderd via de instantie voor kinderen met een lvb waar zij bekend waren (scholen voor (z)mlk, kinderdagcentra (kdc) en zorginstellingen). Er werd niemand uitgesloten vanwege sensorische, motorische, emotionele of psychiatrische problemen. Alleen kinderen en jeugdigen uit families waar geen Nederlands of alleen Fries gesproken werd, werden geëxcludeerd. Op basis van de screening op pdd in deze hele groep met de avz-r (Kraijer, 1999) is een selectie van 63 kinderen verder onderzocht op pdd. Het vervolgonderzoek bij deze selectie gebeurde met de adi-r (Lord, Rutter, & Le Couteur, 1994) en de ados (Lord, Rutter, DiLavore, & Risi, 1999) om te komen tot een meer uitgebreide en empirisch onderbouwde instrumentele classificatie. Aangezien alleen een instrumentele classificatie een onvoldoende basis vormt voor een diagnose (Gillberg, 1990; Howlin, 2000; Volkmar, Cook Jr., Pomeroy, Realmuto, & Tanguay, 1999) werd tevens een klinische classificatie pdd volgens de dsm-iv-tr (American Psychiatric Association, 2000) gegeven, door een ervaren kinderpsychiater/gz-psycholoog. De kenmerken van de totale groep met een lvb en van de selectie voor het verdere onderzoek staan in tabel 1. Voor een uitgebreid overzicht van het Friesland-onderzoek, de samenstelling van de totale groep (inclusief de overige niveaus van vb) en de procedure, verwijzen wij naar De Bildt (2003) en De Bildt, Sytema, Kraijer en Minderaa (2005). In dit artikel beperken wij ons tot de gevonden resultaten onder kinderen en jeugdigen met een lvb en de selectie daaruit met pdd. Diagnostische instrumenten Het stellen van een diagnose pdd is niet eenvoudig, zeker niet in de populatie met een vb. Dit geldt ook voor de groep kinderen en jeugdigen met een lvb (zie De Bildt e.a., 2003; De Bildt e.a., 2004; Kraijer, 2004). De groep kinderen die valt onder de definitie pdd is immers breed. In het bijzonder kinderen met een diagnose pdd-nos zijn moeilijk te omschrijven als een homogene groep (Bailey, Philips, & Rutter, 1996; Buitelaar, Van der Gaag, Klin, & Volkmar, 1999; Luteijn e.a., 2000), maar zelfs binnen de diagnose ad, met veel strengere criteria (American Psychiatric Association, 2000) vertonen niet alle kinderen hetzelfde gedrag (Wing, 1997; Wing & Gould, 1979). 172

3 pervasieve ontwikkelingsstoornissen bij kinderen en jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking Tabel 1 Kenmerken van alle kinderen en jeugdigen met een lvb (Totaal) en de daaruit geselecteerde kinderen met een pdd (Selectie) Groep Jongen : meisje n (%): n (%) Instelling n (%) kdc n (%) Mlk n (%) Zmlk n (%) Leeftijd (bereik 5-18) Totaal (n = 460) 295 (64.1) : 165 (35.9) 5 (1.1) 5 (1.1) 196 (42.6) 254 (55.2) m 12.18, sd 3.45 Selectie (n = 63) 46 (73.0) : 14 (27.0) 0 2 (3.2) 35 (55.6) 26 (41.3) m 10.17, sd

4 kind en adolescent jaargang 28 (2007), nr. 3 Daarnaast bestaat er, aangezien lage mentale leeftijden op zichzelf een oorzaak kunnen zijn voor onderontwikkeld sociaal en communicatief gedrag (Wing, 1997), overlap in het gedrag tussen kinderen met een vb en kinderen met pdd (DiLavore, Lord, & Rutter, 1995). De diagnose moet daarom gebaseerd zijn op onderzoek waarin enerzijds uitgebreide informatie omtrent het kind wordt gevraagd aan de ouders, school en andere belangrijke informanten. Anderzijds wordt aanvullend met specifieke, betrouwbare en valide instrumenten op gestandaardiseerde wijze informatie over het gedrag van een kind verzameld. De uitkomsten uit beide informatiebronnen, ofwel de klinische en de instrumentele classificatie, leiden tezamen tot de uiteindelijke diagnose doordat de diagnosticus deze informatie naast elkaar legt, interpreteert en weegt (Kraijer, 2004). Drie instrumenten die kunnen bijdragen aan de diagnostiek van pdd bij kinderen en jeugdigen met een lvb zijn in het Friesland-onderzoek toegepast en onderzocht, overigens zonder de intentie te hebben hiermee uitputtend te zijn. Deze instrumenten worden hierna besproken. Autisme en Verwante stoornissen schaal- Z-Revisie (avz-r) De avz-r (Kraijer, 1999; Kraijer, 2007; Kraijer & De Bildt, 2005) is een Nederlands instrument gericht op het gehele pdd-spectrum.hetinstrumentisontwikkeldvoor kinderen en volwassenen met een vb en is uitgebreid onderzocht en in gebruik in Nederland en België. De schaal bestaat uit twaalf dichotome, gewogen items voor de drie aspecten van pdd, namelijk sociaal, communicatief en stereotiep gedrag, en wordt ingevuld door clinici. De maximale score is 19. De psychometrische kwaliteiten zijn goed, volgens de Commissie Testaangelegenheden (cotan) van het Nederlands Instituut van Psychologen. De totaalscore op de avz-r valt in één van drie groepen: pdd (score 10-19), Twijfel (score 7-9) en Niet-pdd (score 6 of lager). Autism Diagnostic Interview-Revised (adi-r) De adi-r (Rutter, Le Couteur, & Lord, 2003; Le Couteur e.a., 1989; Lord e.a., 1994) is een uitgebreid gestandaardiseerd interview met ouders of verzorgers over de ontwikkeling en het gedrag van het kind. Met behulp van de adi-r wordt onderscheid gemaakt tussen ad of geen ad, er is geen categorie voor pdd-nos. Deadi-r is gericht op de drie deelgebieden van ad zoals gedefinieerd in de classificatiesystemen dsm-iv en icd-10. De afname vindt plaats door een getrainde interviewer, die kennis van en ervaring met pdd heeft, en neemt ongeveer twee uur in beslag. Er zijn verschillende algoritmes beschikbaar, waarbij vooral gedrag van de leeftijd vier tot en met vijf jaar en ooit voorgekomen gedrag wordt gescoord, of juist het huidige gedrag. Autism Diagnostic Observation Schedule (ados) De ados is een semi-gestructureerd observatie-instrument (Lord e.a., 1999), ontwikkeld voor kinderen, jeugdigen en volwassenen bij wie mogelijk sprake is van pdd, gebaseerd op de dsm-iv. Op basis van de scores op de ados wordt onderscheid gemaakt tussen ad, pdd-nos of niet-pdd. De afname bestaat uit verschillende gestandaardiseerde situaties waarin bepaald gedrag (sociaal, communicatief, spel of stereotiep) 174

5 pervasieve ontwikkelingsstoornissen bij kinderen en jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking wordt uitgelokt en duurt 45 tot 60 minuten. De ados bestaat uit vier modules, elk toepasbaar voor kinderen, jeugdigen of volwassenen van een bepaald niveau van taal en ontwikkeling. De psychometrische kwaliteiten zijn goed (Lord e.a., 2000). De afname vindt plaats door een getrainde onderzoeker, die ervaring heeft met pdd. Vergelijking resultaten op verschillende diagnostische instrumenten avz-r De avz-r blijkt een instrument dat veel kinderen en jeugdigen met een lvb identificeert met een pdd, dieookdeclassificatiepdd krijgen op de ados (80,6%), adi-r (69,6%) of bij de klinische beoordeling met de dsm-iv (66,7%). Gecorrigeerd voor kans, met behulp van kappa, blijkt een redelijke overeenstemming in oordeel tussen avz-r en ados (kappa.513; p <.001), en slechts een minimale overeenstemming tussen avz-r en adi-r (kappa.195; ns) entussenavz-r en dsm-iv (kappa.158; ns). Met behulp van een roc-analyse is verder gekeken naar de samenhang tussen de avzr en de adi-r-, ados- en klinische classificatie. Hierbij wordt niet gekeken naar de samenhang tussen de classificaties op de verschillende instrumenten (op basis van hun cut-off-criteria), maar naar de sensitiviteit en specificiteit over het hele bereik van de totaalscores van een instrument in vergelijking met een criterium, bijvoorbeeld de klinische classificatie. Met andere woorden, er wordt gekeken naar de criteriumgerelateerde validiteit van een instrument: scoort een willekeurig kind dat pdd heeft volgens het criterium (bv. de adi-r, ados of klinische classificatie) hoger op het onderzochte instrument (hier de avz-r) dan een willekeurig kind dat geen pdd heeft volgens datzelfdecriterium?hoehogerdewaardearea under the Curve (AuC, tussen 0 en 1),des te beter de criteriumgerelateerde validiteit van het onderzochte instrument (hier de avz-r). Uit deze analyse komt, net als hierboven, naar voren dat de samenhang van de avz-r groter is met de classificatie van de ados (AuC.751) dan met de adi-r (AuC.671) en de dsm-classificatie (AuC.652). De samenhang met beide laatste criteria is echter beslist redelijk te noemen. Het verschil is niet zo vreemd, gelet op de onderliggende concepten van de verschillende instrumenten, en de informanten. Waar de ados en de avz-r beide gericht zijn op het hele spectrum van pdd, is de adi-r specifiek gericht op ad. Daarnaast zijn in het adi-r-interview ouders de informanten over de ontwikkeling van het kind. De avz-r en de ados worden gescoord door een externe professionele observator, met ervaring met pdd. adi-r/ados Wanneer de overeenstemming tussen scores op de adi-r en ados wordt weergegeven met kappa (gecontroleerd voor kans), dan heeft die de waarde.252 (p <.05). Dit geeft een matige overeenstemming aan. Wanneer gekeken wordt naar alleen het oordeel ad bij de ados dan neemt de overeenstemming zelfs nog af, zowel in percentage als uitgedrukt in kappa. De instrumenten komen in hun oordeel dus lang niet altijd overeen. Met Pearson r-correlaties is gekeken naar de samenhang tussen de totaalscores: scoren kinderen die hoger scoren op het ene instrument ook hoger op het andere? Dit blijkt niet het geval (r =.235;ns). Ook hier lijkt de verklaring weer te liggen in de verschillende informanten voor de verschillende instrumenten (nl. ouders versus ex- 175

6 kind en adolescent jaargang 28 (2007), nr. 3 terne observator), evenals de onderliggende concepten (nl. ad voor de adi-r versus pdd voor de ados) en de tijdsperiode waarover informatie wordt verzameld (ontwikkeling/ ooit voorgekomen in de adi-r versus huidig geobserveerd gedrag in de ados). Dit betekent dus dat de adi-r en ados beslist niet inwisselbaar zijn als diagnostisch instrument voor pdd. Naast de samenhang tussen de beide instrumenten onderling is de relatie tussen de instrumenten en de dsm-classificatie van belang. Immers de instrumenten zijn bedoeld als onderdeel van het diagnostisch proces dat bijdraagt aan en uitmondt in het stellen van een dsm-classificatie. Uit een roc-analyse van beide instrumenten, vergeleken met de dsm-classificatie, blijkt dat beide instrumenten redelijk samenhangen met de dsm-classificatie (adi-r AuC.695; ados AuC.613). Deze overeenstemming heeft te maken met het feit dat voor de dsm-classificatie niet alleen de observatie van het kind zelf, maar ook de informatie van ouders wordt meegewogen. Beide instrumenten hebben daarmee hun eigen, specifieke bijdrage. Overigens kan niet worden voorbijgegaan aan het feit dat elk instrument, dus ook de hier besproken drie, onterechte testuitslagen kent. Zo blijken de avz-r en ados eerder aan de inclusieve kant (ten onrechte classificeren van pdd), waar de adi-r veel specifieker is (met het risico op het onderclassificeren van kinderen met ad; De Bildt e.a., 2003; De Bildt e.a., 2004). Prevalentie Schattingen van het aantal kinderen met een pdddie ook een vb hebben lopen uiteen van 40% tot 75% (alle niveaus omvattend; Kraijer, 2004). Andersom blijkt uit onderzoek dat binnen de groep kinderen en jeugdigen met een vb comorbiditeit met een pdd regelmatig voorkomt (zie Kraijer (2004) en De Bildt en anderen (2005) voor overzichten van de verschillende onderzoeken). In de groep met een lvb ligt de prevalentie op basis van deze onderzoeken tussen 1,8% en 49%. De verschillen tussen deze cijfers zijn vooral te verklaren vanuit de verschillen tussen de bestudeerde concepten van pdd (alleen kernautisme, ofwel ad, of het gehele autismespectrum) en de samenstelling van de onderzoeksgroep (bv. alleen een klinische of een schoolpopulatie en/of een beperkt leeftijdsbereik). Inzicht in de prevalentie van pdd bij kinderen en jeugdigen met een lvb is van groot belang voor beleid, tijdige signalering en het bieden van specifieke begeleiding. Immers, het is bekend dat het samengaan van deze twee diagnoses veel bijkomende problematiek veroorzaakt (Bryson, 1996, 1997; Kraijer, 2004; Tsai, 1996; Volkmar e.a., 1987). Recente cijfers De meest recente en empirisch meest onderbouwde Nederlandse prevalentiecijfers van pdd in de populatie kinderen en jeugdigen met een lvb zijn die uit het Frieslandonderzoek (De Bildt e.a., 2005). Op basis van de klinische classificatie gebaseerd op de dsm-iv-tr (oordeel gegeven door ervaren clinici op basis van het bekijken van de video van de ados, zonderhet 176

7 pervasieve ontwikkelingsstoornissen bij kinderen en jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking oordeel van de ados te kennen) en ouderinformatie uit de adi-r (opnieuw zonder het oordeel van de adi-r te kennen) is de meest betrouwbare prevalentieschatting van pdd 9.3% (ad 3.0 % en pdd-nos 6.3%). Deze methode is geheel in overeenstemming met de aanbevelingen van Fombonne (2003a) die het belang van meerdere bronnen binnen epidemiologisch onderzoek benadrukt. Op deze manier is namelijk zowel informatie over de ontwikkeling als informatie over de huidige situatie in het eindoordeel meegewogen. Deze methode komt bovendien het dichtst bij het individueel diagnostisch onderzoek van een kind. Vergeleken met eerder verricht onderzoek is deze prevalentie eerder aan de lage dan aan de hoge kant. Zelfs als de prevalentie van 9.3% een onderschatting zou zijn, dan nog betekent dit dat er minstens bij bijna één opdetienà elf kinderen en jeugdigen met een lvb ook sprake is van pdd. Als we dit vergelijken met de totale bevolking, waarin tegenwoordig een prevalentie van 0.6% wordt aangehouden (Fombonne, 2003b), is de prevalentie in onze groep vijftien keer zo hoog. Bijkomende problematiek: sociale redzaamheid Zoals eerder aangegeven, heeft een pdd een ernstig belemmerende invloed op het functioneren. Een kind met een vb en daarnaast pdd is nog minder goed toegerust om te functioneren in het dagelijks leven dan een kind met alleen een vb. Dit betekent dat een dergelijk kind zich nog minder goed kan redden in het dagelijks leven, vooral in sociaal opzicht (gezin, school, groep, op straat enz.), met alle frustraties van dien. Het instrumenteel te beoordelen gebied waarop de hiervoor aangeduide gevolgen van een pdd naast een lvb duidelijk zichtbaar zijn is de sociale redzaamheid. In het handboek van de American Association on Mental Retardation (aamr, 2002)is de definitie hiervan de conceptuele, sociale en praktische vaardigheden die mensen nodig hebben om te kunnen functioneren in het dagelijks leven (p. 41). Het gaat hierbij om vaardigheden als taal, lezen/schrijven, inzicht in geld en dergelijke, om interpersoonlijke relaties en verantwoordelijkheden en om dagelijkse vaardigheden als persoonlijke verzorging en huishoudelijke vaardigheden. Hoewel sociale redzaamheid vanzelfsprekend gerelateerd is aan de leeftijd en het intelligentieniveau en tevens aan specifieke syndromen, spelen ook gedragsproblemen of psychiatrische problemen een rol in het niveau ervan, namelijk in beperkende zin. Bij kinderen die zowel een pdd als een lvb hebben wordt in de literatuur een specifiek profiel gevonden: niet alleen functioneren ze over het geheel lager, ook vallen vooral de sociale vaardigheden uit, terwijl er op het gebied van de dagelijkse vaardigheden nauwelijks effect waarneembaar is. Of er wat betreft communicatieve vaardigheden problemen zijn, is afhankelijk van de controlegroep. In vergelijking met kinderen met spraak/taalproblemen en kinderen met het syndroom van Down is er geen verschil, vergeleken met groepen met een vb zonder bijkomende problemen functioneren kinderen met pdd lager op communicatie; zie bijvoorbeeld Kraijer (2000, 2004) en Liss e.a. (2001). Uit verschillende onderzoeken blijkt dat zelfs bij gemiddeld intelligente kinderen het niveau van sociale redzaamheid voorspellend is voor het al dan niet behalen van een bepaald schoolniveau (Vander Stoep, Weiss, McKnight, Beresford, & Cohen, 2002; Vig & Jedrysek, 1995). Bij kinderen met een lvb blijkt dit eveneens het geval te zijn. Dit met de notitie dat hun 177

8 kind en adolescent jaargang 28 (2007), nr. 3 sociale redzaamheid per definitie lager ligt dan gemiddeld (aamr, 2002;American Psychiatric Association, 2000). De beperkingen van een pdd naast een lvb voor de sociale redzaamheid, en de gevolgen daarvan, is in het Friesland-onderzoek bestudeerd bij 186 kinderen van zes tot achttien jaar met een iq van 61 tot en met 70 (wat een deel van de totale groep kinderen en jeugdigen met een lvb betrof, immers het hele iq-bereik is gedefinieerd als 51-70). Op basis van de toelatingseisen zouden al deze kinderen op het speciaal basisonderwijs (voorheen mlk) moeten zitten. Bij kinderen met een lvb met een iq van boven de 60 is dat het aangewezen schooltype. Toch bleek dit slechts voor 121 kinderen het geval. De rest bleek, ondanks hun relatief hoge iq, onderwijs voor zeer moeilijk lerende kinderen (zmlk) te volgen (mlk iq in deze groep M =65,7;SD 2,7 en zmlk M = 65,3; SD 2,8). De vraag is natuurlijk welke factoren bepalen dat een kind met een dergelijk iq-niveau terechtkomt op het zmlk. Uit de analyses blijkt dat kinderen met een lvb op het zmlk een significant lagere sociale redzaamheid hebben, die vooral wordt bepaald door pdd-problemen. Tevens blijkt dat niet de pdd-problemen op zich een rechtstreeks effect hebben op het schoolniveau dat een kind volgt, maar dat deze effecten indirect zijn. pdd-problemen hebben een verlagende invloed op het niveau van sociale redzaamheid, wat weer een beperkende invloed heeft op het schoolniveau. De problemen op het gebied van pdd zijn zelfs zo beperkend voor de sociale redzaamheid dat het schoolniveau dat een kind kan behalen ernstig in gevaar komt (zie voor een uitgebreide weergave van het onderzoek De Bildt, Sytema, Kraijer, Sparrow, & Minderaa, 2005). Implicaties voor diagnostiek, begeleiding en beleid Omdat de diagnostiek van pdd bij kinderen en jeugdigen met een lvb ingewikkeld is, is het van belang te weten dat er instrumenten bestaan die waardevol zijn in het diagnostisch proces. Hoewel geen enkel instrument perfect is, kan een aantal uitspraken worden gedaan over de onderzochte instrumenten uit dit artikel. Allereerst blijkt de avz-r een instrument te zijn dat efficiënt is in te vullen en een redelijk goede samenhang vertoont met de ados-classificatie. De samenhang met de adi-r is lager, maar dit is te verklaren vanuit het verschil in informanten en het feit dat de avz-r gericht is op pdd, en de adi-r alleen op ad. Daarmee kan de avz-r worden beschouwd als een geschikt instrument voor het verder onderbouwen van eerste vermoedens van, of voor screening op pdd. Voor de uitgebreidere diagnostiek voorzien de ados en adi-r de onderzoeker van veel informatie op het gebied van sociaal, communicatief en stereotiep gedrag, ook bij kinderen en jeugdigen met een lvb. Dit blijkt uit de samenhang tussen beide instrumenten afzonderlijk en de dsm-iv-tr-classificatie door een ervaren clinicus. De instrumenten zijn niet inwisselbaar (ze zijn het onderling lang niet altijd eens) maar vullen elkaar aan, aangezien ze verschillende aspecten van pdd meten. In overeenstemming met wat de oorspronkelijke auteurs aangeven, worden ze daarom in combinatie aangeraden. Bovendien geldt: in de uiteindelijke, individuele diagnose hebben de adi-r en de ados echter nooit het laatste woord. Beide instrumenten zijn ontwikkeld 178

9 pervasieve ontwikkelingsstoornissen bij kinderen en jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking als hulpmiddel. Overigens is de beschikbaarheid van de adi-r en ados nu nog een punt: op dit moment wordt gewerkt aan de Nederlandse vertaling en uitgave van beide instrumenten. Het kunnen onderbouwen van vermoedens van pdd en de diagnostiek hieromtrent met instrumenten heeft als gevolg dat (tijdige) onderkenning en het stellen van de diagnose wordt vereenvoudigd en deugdelijker wordt. Dit is van groot belang aangezien we weten dat het samengaan van een pdd en een lvb veel extra beperkingen en problemen met zich meebrengt en een op jeugdige leeftijd gestarte juiste opvoeding, begeleiding en behandeling veel hiervan kan voorkomen (Sheinkopf & Siegel, 1998; Smith, Groen, & Wynn, 2000). Als we dan kijken naar de sociale redzaamheid, en het schoolniveau dat haalbaar is voor een kind met lvb, dan blijkt pdd op die gebieden direct en indirect grote negatieve gevolgen te hebben. Met andere woorden, er moet meer aandacht komen voor het verminderen of voorkomen van gedragsproblemen, en het (daarmee onlosmakelijk verbonden) verbeteren van de sociale redzaamheid. Hiermee zouden dergelijke verstrekkende gevolgen kunnen worden ingeperkt. De gevonden hoge prevalentie zou hulpverleners en anderen in de zorg aan kinderen en jeugdigen met een lvb er meer bewust van moeten maken dat pdd zo frequent voorkomt in deze groep. Zelfs in Nederland, met zijn hoogontwikkelde geestelijke gezondheidszorg, wordt pdd niet altijd herkend bij kinderen met lvb. Vanwege dit onderdiagnosticeren wordt de noodzakelijke en specifieke zorg niet verleend, terwijl we zoals gezegd langzamerhand weten dat die zorg vanaf het allereerste begin zo noodzakelijk is en dan ook zeer effectief kan zijn (zie Kraijer, 2004). Hoewel het absolute aantal kinderen die zowel een lvb als een pdd hebben misschien niet groot is, dit vanwege de betrekkelijke zeldzaamheid van vooral pdd in de algemene bevolking, maakt de dubbele diagnose de problemen vaak ook dubbel zwaar. Goede zorg kan hier alleen maar winst opleveren (Howlin, 2000, 2005). Literatuur American Association on Mental Retardation (2002). Mental retardation. Definition, classification, and systems of support, (10th edition). Washington, dc: American Association on Mental Retardation. American Psychiatric Association (2000). Diagnostic and statistical manual of mental disorders, 4th edition, text revision (DSM-IV-TR). Washington, dc: American Psychiatric Association. Bailey, A., Phillips, W., & Rutter, M. (1996). Autism: towards an integration of clinical, genetic, neuropsychological, and neurobiological perspectives. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 37, Bryson, S. E. (1996). Brief report: epidemiology of autism. Journal of Autism and Developmental Disorders, 26, Bryson, S. E. (1997). Epidemiology of autism: overview and issues outstanding. In D. J. Cohen, & F. Volkmar (Eds.), Handbook of autism and pervasive developmental disorders (pp ). New York: John Wiley & Sons, Inc. Buitelaar, J. K., Van der Gaag, R. J., Klin, A., & Volkmar, F. (1999). Exploring the boundaries of pervasive developmental disorder not otherwise specified: analyses of data from the dsm-iv Autistic Disorder Field Trial. Journal of Autism and Developmental Disorders, 29,

10 kind en adolescent jaargang 28 (2007), nr. 3 De Bildt, A. (2003). The Friesland Study. Pervasive Developmental Disorders in Mental Retardation. Academisch Proefschrift. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen. De Bildt, A., Sytema, S., Kraijer, D., Ketelaars, C., Volkmar, F., & Minderaa, R. (2003). Measuring pervasive developmental disorders in children and adolescents with mental retardation. Journal of Autism and Developmental Disorders, 33, De Bildt, A., Sytema, S., Ketelaars, C., Kraijer, D., Mulder, E., Volkmar, F. e.a. (2004). Interrelationship between Autism Diagnostic Observation Schedule-Generic (ados-g), Autism Diagnostic Interview-Revised (adi-r)andthediagnosticandstatisticalmanualofmentaldisorders(dsm-iv-tr) classification in children and adolescents with mental retardation. Journal of Autism and Developmental Disorders, 34, De Bildt, A., Sytema, S., Kraijer, D., & Minderaa, R. (2005). Prevalence of pervasive developmental disorders in children and adolescents with mental retardation. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 46, De Bildt, A., Sytema, S., Kraijer, D., Sparrow, S. S., & Minderaa, R. (2005). Adaptive behavior and behavior problems in relation to academic achievement in children and adolescents with id. Journal of Intellectual Disability Research, 49, DiLavore, P. C., Lord, C., & Rutter, M. (1995). The pre-linguistic autism diagnostic observation schedule. Journal of Autism and Developmental Disorders, 25, Fombonne, E. (2003a). The prevalence of autism. Journal of the American Medical Association, 289, Fombonne, E. (2003b). Epidemiological surveys of autism and other pervasive developmental disorders: An update. Journal of Autism and Developmental Disorders, 33, Gillberg, C. (1990). Autism and pervasive developmental disorders. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 31, Howlin, P. (2000). Autism and intellectual disability: Diagnostic and treatment issues. Journal of the Royal Society of Medicine, 93, Howlin, P. (2005). Outcomes in autism spectrum disorders. In F. R. Volkmar, R. Paul, A. Klin, & D. J. Cohen (Eds.), Handbook of autism and pervasive developmental disorders (pp ). Hoboken, nj: JohnWiley& Sons, Inc. Kraijer, D. W. (1999). Autisme- en Verwante stoornissenschaal-z-revisie. Handleiding. Derde, herziene en uitgebreide uitgave. Lisse: Swets & Zeitlinger. Kraijer, D. (2000). Review of adaptive behavior studies in mentally retarded persons with autism/pervasive developmental disorder. Journal of Autism and Developmental Disorders, 30, Kraijer, D. W. (2004). Handboek autismespectrumstoornissen en verstandelijke beperking. Ontwikkelingsstoornis en ontwikkelingstekort. Amsterdam: Harcourt Book Publishers. Kraijer, D. W. (2007). Autisme ook bij mensen met een verstandelijke beperking een universele stoornis. Nederlands Tijdschrift voor de Zorg aan mensen met verstandelijke beperkingen, 33, Kraijer, D. W., & De Bildt, A. (2005). The pdd-mrs: An instrument for identification of autism spectrum disorders in persons with intellectual disabilities. Journal of Autism and Developmental Disorders, 35, Le Couteur, A., Rutter, M., Lord, C., Rios, P., Robertson, S., Holdgrafer, M. e.a. (1989). Autism diagnostic interview: a standardized investigator-based instrument. Journal of Autism and Developmental Disorders, 19, Liss, M., Harel, B., Fein, D., Allen, D., Dunn, M., Feinstein, C. e.a. (2001). Predictors and correlates of adaptive functioning in children with developmental disorders. Journal of Autism and Developmental Disorders, 31, Lord, C., Risi, S., Lambrecht, L., Cook, E. H., Jr., Leventhal, B. L., DiLavore, P. C. e.a. (2000). The autism 180

11 pervasieve ontwikkelingsstoornissen bij kinderen en jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking diagnostic observation schedule-generic: a standard measure of social and communicative deficits associated with the spectrum of autism. Journal of Autism and Developmental Disorders, 30, Lord, C., Rutter, M., DiLavore, P. C., & Risi, S. (1999). ADOS. Autism Diagnostic Observation Schedule. Manual. Los Angeles: Western Psychological Services. Lord, C., Rutter, M., & Le Couteur, A. (1994). Autism Diagnostic Interview-Revised: A revised version of a diagnostic interview for caregivers of individuals with possible pervasive developmental disorders. Journal of Autism and Developmental Disorders, 24, Luteijn, E. F., Serra, M., Jackson, S., Steenhuis, M. P., Althaus, M., Volkmar, F. e.a. (2000). How unspecified are disorders of children with a pervasive developmental disorder not otherwise specified? European Child and Adolescent Psychiatry, 9, Rutter, M., Le Couteur, A., & Lord, C. (2003). ADI-R. Autism Diagnostic Interview Revised. Manual. Los Angeles: Western Psychological Services. Sheinkopf, S. J., & Siegel, B. (1998). Home-based behavioral treatment of young children with autism. Journal of Autism and Developmental Disorders, 28, Smith, T., Groen, A. D., & Wynn, J. W. (2000). Randomized trial of intensive early intervention for children with pervasive developmental disorder. American Journal on Mental Retardation, 105, Tsai, L. Y. (1996). Brief report: Comorbid psychiatric disorders of autistic disorder. Journal of Autism and Developmental Disorders, 26, Vander Stoep, A., Weiss, N. S., McKnight, B., Beresford, S. A. A., & Cohen, P. (2002). Which measure of adolescent psychiatric disorder diagnosis, number of symptoms, or adaptive functioning best predicts adverse young adult outcomes? Journal of Epidemiology and Community Health, 56, Vig, S., & Jedrysek, E. (1995). Adaptive behavior of young urban children with developmental disabilities. Mental Retardation, 33, Volkmar, F., Cook, E. H., Jr., Pomeroy, J., Realmuto, G., & Tanguay, P. (1999). Practice parameters for the assessment and treatment of children, adolescents, and adults with autism and other pervasive developmental disorders. American Academy of Child and Adolescent Psychiatry Working Group on Quality Issues. Journal of the American Academy of Child and Adolescent Psychiatry, 38, 32S-54S. Volkmar, F. R., Sparrow, S. S., Goudreau, D., Cicchetti, D. V., Paul, R., & Cohen, D. J. (1987). Social deficits in autism: an operational approach using the Vineland Adaptive Behavior Scales. Journal of the American Academy of Child and Adolescent Psychiatry, 26, Wing, L. (1997). Syndromes of autism and atypical development. In D. J. Cohen, & F. Volkmar (Eds.), Handbook of autism and pervasive developmental disorders (2nd ed., pp ). New York: John Wiley & Sons, Inc. Wing, L., & Gould, J. (1979). Severe impairments of social interaction and associated abnormalities in children: epidemiology and classification. Journal of Autism and Developmental Disorders, 9,

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Op grond van klinische ervaring en wetenschappelijk onderzoek, is bekend dat het gezamenlijk voorkomen van een pervasieve ontwikkelingsstoornis en een verstandelijke beperking tot veel bijkomende

Nadere informatie

University of Groningen. The Friesland study Bildt, Alida Anna de

University of Groningen. The Friesland study Bildt, Alida Anna de University of Groningen The Friesland study Bildt, Alida Anna de IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document

Nadere informatie

Ines Volders 3 de licentie orthopedagogiek 1

Ines Volders 3 de licentie orthopedagogiek 1 AUTISME Autisme is een ontwikkelingsstoornis die gekenmerkt wordt door problemen op het gebied van communicatie, sociale omgang, verbeelding en repetitief gedrag. Ongeveer 70% van de mensen met autisme

Nadere informatie

Publications. Publications

Publications. Publications Publications Publications Publications De Bildt, A., Mulder, E.J., Scheers, T., Minderaa, R.B., Tobi, H. (2006) PDD, behavior problems and psychotropic drug use in children and adolescents with MR, Pediatrics

Nadere informatie

Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen (VISK)

Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen (VISK) Instrument Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen (VISK) De VISK is ontwikkeld om sociaal probleemgedrag van kinderen met (mildere) varianten van pervasieve ontwikkelingsstoornissen

Nadere informatie

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme Deel VI Inleiding Wat zijn de mogelijkheden van EMDR voor cliënten met een verstandelijke beperking en voor cliënten met een autismespectrumstoornis (ASS)? De combinatie van deze twee in een en hetzelfde

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Mulder, E. J. (2006). The hyperserotonemia of autism spectrum disorders s.n.

Citation for published version (APA): Mulder, E. J. (2006). The hyperserotonemia of autism spectrum disorders s.n. University of Groningen The hyperserotonemia of autism spectrum disorders Mulder, Erik Joan IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from

Nadere informatie

Het enige middel dat je in het werken met mensen hebt, is jezelf.

Het enige middel dat je in het werken met mensen hebt, is jezelf. Het enige middel dat je in het werken met mensen hebt, is jezelf. I. Autisme en verstandelijke beperking Het verschil Peter Vermeulen zei ooit in een vorming (1999) dat een verstandelijke beperking gelijk

Nadere informatie

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB)

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Zwakzinnigheid (DSM-IV-TR) Code Omschrijving IQ-range Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Xavier Moonen Orthopedagoog/GZ-Psycholoog Onderzoeker Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Tot slot. 72 tot slot. M. Zeevalking, Autisme: hoe te verstaan, hoe te begeleiden?, DOI / , 2000 M.A. Zeevalking, Schiedam

Tot slot. 72 tot slot. M. Zeevalking, Autisme: hoe te verstaan, hoe te begeleiden?, DOI / , 2000 M.A. Zeevalking, Schiedam Tot slot Terwijl ik dit boekje over autisme en hulpverlening bij autisme schrijf, wordt me opnieuw duidelijk hoeveel er over dit onderwerp valt te vertellen en hoeveel er in dit bestek niet werd verteld.

Nadere informatie

faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB

faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB Datum 22-06-2015 1 Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB Opzet en eerste resultaten Linda Visser Annette van der Putten Gertruud Schalen Bieuwe van der Meulen

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

University of Groningen. The Friesland study Bildt, Alida Anna de

University of Groningen. The Friesland study Bildt, Alida Anna de University of Groningen The Friesland study Bildt, Alida Anna de IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19052 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Manti, Eirini Title: From Categories to dimensions to evaluations : assessment

Nadere informatie

Vroegdetectie van een autismespectrumstoornis bij jonge kinderen. Dr. Jo Wellens, kinder- en jeugdpsychiater TheA

Vroegdetectie van een autismespectrumstoornis bij jonge kinderen. Dr. Jo Wellens, kinder- en jeugdpsychiater TheA Vroegdetectie van een autismespectrumstoornis bij jonge kinderen Dr. Jo Wellens, kinder- en jeugdpsychiater TheA 7-12-2018 Inhoud Vroegdetectie in een relationeel perspectief Infant and Early Childhood

Nadere informatie

Autisme en de DSM-5 symposium autismenetwerk Zuid- Holland Zuid Autismeweek

Autisme en de DSM-5 symposium autismenetwerk Zuid- Holland Zuid Autismeweek Autisme en de DSM-5 symposium autismenetwerk Zuid- Holland Zuid Autismeweek Woensdag 2 april 2014 Ad van der Sijde, Yulius Autisme Paul Reijnen, BOBA Inhoud Presentatie Vragen Veranderingen DSM-5 autisme

Nadere informatie

Zwakbegaafdheid in de GGZ. Een explorerend onderzoek 1. Jannelien Wieland a,b & Frans Zitman c

Zwakbegaafdheid in de GGZ. Een explorerend onderzoek 1. Jannelien Wieland a,b & Frans Zitman c Zwakbegaafdheid in de GGZ. Een explorerend onderzoek 1 Jannelien Wieland a,b & Frans Zitman c a Poli +, psychiatrie + verstandelijke beperking, Ir. Driessenstraat 94-G, 2312 KZ, Leiden b Cordaan, Postbus

Nadere informatie

COMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS

COMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS COMORBIDITEIT BIJ DYSLEXIE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS NATIONALE DYSLEXIECONFERENTIE 3 APRIL 2013 Wilma Jongejan w.jongejan@vu.nl Onderwijscentrum VU (OCVU) DYSLEXIE: GEEN GEÏSOLEERD PROBLEEM Secundaire

Nadere informatie

Multidisciplinaire richtlijn diagnostiek en behandeling van Autisme-Spectrumstoornissen bij volwassenen

Multidisciplinaire richtlijn diagnostiek en behandeling van Autisme-Spectrumstoornissen bij volwassenen Oplossingen voor Autisme diagnostiek bij Ouderen Sylvia Heijnen-Kohl, psychotherapeut/gezondheidszorgpsycholoog i.o.t. klinisch psycholoog Mondriaan Ouderen Heerlen/Maastricht Diagnostiek van ASS Multidisciplinaire

Nadere informatie

JGZ-richtlijn Autismespectrumstoornissen Januari 2015

JGZ-richtlijn Autismespectrumstoornissen Januari 2015 JGZrichtlijn Autismespectrumstoornissen Bijlage Kenmerken van ASS specifieke instrumenten CBCL Gedrags Vragenlijst voor Kinderen / Child Behavior Checklist. Nieuwste versie 2003 De CBCL biedt geen diagnose,

Nadere informatie

EVB+ in beeld! Wat hebben mensen met een EVB+ nodig? Hoe kunnen we (toekomstige) professionals scholen? Hoe doen we inclusief onderzoek?

EVB+ in beeld! Wat hebben mensen met een EVB+ nodig? Hoe kunnen we (toekomstige) professionals scholen? Hoe doen we inclusief onderzoek? Wat hebben mensen met een EVB+ nodig? Kunnen we biofeedback gebruiken? Hoe kunnen we (toekomstige) professionals scholen? EVB+ in beeld! Wat is de invloed van spanning? Hoe doen we inclusief onderzoek?

Nadere informatie

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies.

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies. Geachte, Pearson start een onderzoek naar Innerview. Innerview is een beslissingsondersteunend instrument (BOI) voor doorverwijzing in de geestelijke gezondheidszorg en is uniek in zijn soort als het gaat

Nadere informatie

Logopedie in het cluster 2 onderwijs

Logopedie in het cluster 2 onderwijs Logopedie in het cluster 2 onderwijs mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement gaat over de logopedische

Nadere informatie

Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA)

Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA) Instrument Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA) De BSA is een screeningsinstrument waarmee het sociaal aanpassingsvermogen bij jeugdigen (4 t/m 23 jaar) in kaart kan worden gebracht. Met het instrument

Nadere informatie

Werkdocument wikidot. Fetije Shala 1BaTPB. Mevr. Neckebroek

Werkdocument wikidot. Fetije Shala 1BaTPB. Mevr. Neckebroek Werkdocument wikidot Fetije Shala 1BaTPB Mevr. Neckebroek 2012-2013 Inhoudsopgave 1.Informatie over artikel... 2 1.2 Vindplaats:... 2 1.3 Referentie:... 2 1.4 Vak tijdschrift:... 2 1.5 Samenvatting Artikel:...

Nadere informatie

Jeugdige zedendelinquenten een cohortstudie gedurende 12 jaar

Jeugdige zedendelinquenten een cohortstudie gedurende 12 jaar Kinder- en jeugdpsychiatrie Jeugdige zedendelinquenten een cohortstudie gedurende 12 jaar Lucres Nauta-Jansen Tom, 14 jaar 14 jaar Verdacht van plegen van ontuchtige handelingen met 6 jarig buurjongetje

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/28630 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Haan, Anna Marte de Title: Ethnic minority youth in youth mental health care :

Nadere informatie

Welke allochtonen komen er in de Jeugd-GGZ: toegankelijkheid en diagnostiek. Albert Boon & Anna de Haan

Welke allochtonen komen er in de Jeugd-GGZ: toegankelijkheid en diagnostiek. Albert Boon & Anna de Haan Welke allochtonen komen er in de Jeugd-GGZ: toegankelijkheid en diagnostiek. Albert Boon & Anna de Haan Iedereen met psychiatrische problemen Filter 1 Hulpzoekenden Filter 2 Herkende problemen Filter 3

Nadere informatie

Diagnostiek en behandeling van jonge kinderen met autisme. Hogrefe Congres Amersfoort 13-11-2O12 Ina van Berckelaer-Onnes Universiteit Leiden

Diagnostiek en behandeling van jonge kinderen met autisme. Hogrefe Congres Amersfoort 13-11-2O12 Ina van Berckelaer-Onnes Universiteit Leiden Diagnostiek en behandeling van jonge kinderen met autisme Hogrefe Congres Amersfoort 13-11-2O12 Ina van Berckelaer-Onnes Universiteit Leiden Inhoud Autisme * recente inzichten * vroege onderkenning * vroege

Nadere informatie

Twee zelfrapportagescreeningsvragenlijsten voor autismespectrumstoornissen bij volwassenen

Twee zelfrapportagescreeningsvragenlijsten voor autismespectrumstoornissen bij volwassenen o o r s p r o n k e l i j k a r t i k e l Twee zelfrapportagescreeningsvragenlijsten voor autismespectrumstoornissen bij volwassenen Een valideringsonderzoek e. h. h o r w i t z, s. s y t e m a, c. e.

Nadere informatie

Psychiatrie & Psychologie bij 22q11DS

Psychiatrie & Psychologie bij 22q11DS Studiedag Stichting 22Q11 19 november 2017 A.M. Fiksinski a.m.fiksinski@umcutrecht.nl Psycholoog & onderzoeker (PhD kandidaat) Department of Psychiatry, Rudolf Magnus Institute of Neuroscience, University

Nadere informatie

3.3 Delirium. herkend wordt. Onduidelijk is in hoeveel procent het delirium niet, of niet volgens de gangbare richtlijnen, behandeld wordt.

3.3 Delirium. herkend wordt. Onduidelijk is in hoeveel procent het delirium niet, of niet volgens de gangbare richtlijnen, behandeld wordt. 3.3 Delirium Delirium is waarschijnlijk de meest voorkomende neuropsychiatrische stoornis in het algemeen en academisch ziekenhuis, met een prevalentie van 15 tot 50 procent bij opgenomen oudere patiënten.

Nadere informatie

SRS-A. Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen bij volwassenen. HTS Report. Jeroen de Vries ID Datum

SRS-A. Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen bij volwassenen. HTS Report. Jeroen de Vries ID Datum HTS Report SRS-A Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen bij volwassenen ID 15890-3155 Datum 18.07.2017 Informantenversie Informant: Liesbeth Bakker Vriendin INLEIDING SRS-A 2/6 Inleiding De SRS-A

Nadere informatie

SRS-2. Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum

SRS-2. Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum SRS-2 Screeningslijst voor autismespectrumstoornissen HTS Report ID 15890-3156 Datum 18.07.2017 Informantenrapportage over 4- tot 18-jarigen Informant: Jeroen de Vries Vader INLEIDING SRS-2 2/7 Inleiding

Nadere informatie

Onderzoekers: diverse onderzoekers, in binnen- en buitenland onder leiding van Prof. Dr. C. Vlaskamp, Dr. A. van der Putten & Drs. P.

Onderzoekers: diverse onderzoekers, in binnen- en buitenland onder leiding van Prof. Dr. C. Vlaskamp, Dr. A. van der Putten & Drs. P. Alle projecten richten zich op personen met (zeer) ernstige verstandelijke en meervoudige beperkingen en staan onder leiding van Prof. Dr. C. Vlaskamp en/of Dr. A. van der Putten. Lopende projecten 1.

Nadere informatie

Instrument Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA)

Instrument Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA) Instrument Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA) Handleiding 2009 Lianne Lekkerkerker Ria Schouten Nederlands Jeugdinstituut Utrecht, februari 2009 2 Instrument Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen

Nadere informatie

Disclosure belangen Dyllis van Dijk

Disclosure belangen Dyllis van Dijk Disclosure belangen Dyllis van Dijk (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Geen Geen Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële)

Nadere informatie

Logopedie in het cluster 4 onderwijs

Logopedie in het cluster 4 onderwijs Logopedie in het cluster 4 onderwijs mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement richt zich op de

Nadere informatie

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken)

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) 101 102 Hoofdstuk 1. Algemene introductie Het belangrijkste doel van dit proefschrift was het ontwikkelen van de Interactieve Tekentest (IDT), een nieuwe test

Nadere informatie

Logopedie in het cluster 3 onderwijs

Logopedie in het cluster 3 onderwijs Logopedie in het cluster 3 onderwijs mw. M. Boersma (NVLF) mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement

Nadere informatie

Een triagetool: het Kompas Kinder- en Jeugdpsychiatrie. Frits Boer & Frank Verhulst 8 oktober 2015 Ede

Een triagetool: het Kompas Kinder- en Jeugdpsychiatrie. Frits Boer & Frank Verhulst 8 oktober 2015 Ede Een triagetool: het Kompas Kinder- en Jeugdpsychiatrie Frits Boer & Frank Verhulst 8 oktober 2015 Ede Bij vermoeden psychische stoornis is de vraag: Is het nodig Jeugd-GGz/KJP te betrekken? Is het nodig

Nadere informatie

Signaleren van verslikken bij mensen met een verstandelijke handicap. Annemarie Helder logopedist

Signaleren van verslikken bij mensen met een verstandelijke handicap. Annemarie Helder logopedist bij mensen met een verstandelijke handicap Annemarie Helder logopedist Even voorstellen. Annemarie Helder Ruim 25 jaar logopedist Werkervaring: speciaal onderwijs, revalidatie, zorg voor mensen met verstandelijke

Nadere informatie

Vroege Signalen en Herkenning van Autisme Spectrum Stoornissen

Vroege Signalen en Herkenning van Autisme Spectrum Stoornissen Vroege Signalen en Herkenning van Autisme Spectrum Stoornissen Rutger Jan van der Gaag & Iris Oosterling, gz-psycholoog 2006 Karakter pagina 1 Inhoud Autisme Vroege herkenning van autisme DIANE-project,

Nadere informatie

GENETIC SYNDROMES IN THE FAMILIY Child Characteristics and Parenting Stress in Angelman, CHARGE, Cornelia de Lange, Prader-Willi, and Rett Syndrome

GENETIC SYNDROMES IN THE FAMILIY Child Characteristics and Parenting Stress in Angelman, CHARGE, Cornelia de Lange, Prader-Willi, and Rett Syndrome GENETIC SYNDROMES IN THE FAMILIY Child Characteristics and Parenting Stress in Angelman, CHARGE, Cornelia de Lange, Prader-Willi, and Rett Syndrome Binnen de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking

Nadere informatie

Persoonlijke psychiatrie

Persoonlijke psychiatrie Persoonlijke psychiatrie 21 juni 2017 Intelligentie en psychiatrie Dr. Marianne C. Kasius Intelligentieverdeling Normaal = Optimaal? Importantie Mental and nervous disease is the most important group

Nadere informatie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie MAJOR DEPRESSION INVENTORY (MDI) Bech, P., Rasmussen, N.A., Olsen, R., Noerholm, V., & Abildgaard, W. (2001). The sensitivity and specificity of the Major Depression Inventory, using the Present State

Nadere informatie

Verdiepingssessie SCIL:

Verdiepingssessie SCIL: Studiedag Oog voor laag IQ 16-06-2017 Verdiepingssessie SCIL: Samenvatting prevalentie onderzoek in de algemene S-GGZ Korte presentatie van de SCIL Blik op de SCIL, instructie en SCIL uitslag: En nu? expertisecentrum

Nadere informatie

Jan Dirk van der Ploeg publicaties (4)

Jan Dirk van der Ploeg publicaties (4) Jan Dirk van der Ploeg publicaties (4) Artikelen in tijdschriften 2015 Effectieve interventies voor agressie bij kinderen. PsychoPraktijk, 6, 14-17. 2014 Scheiding en stress. PsychoPraktijk, 6, 22-26.

Nadere informatie

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor.

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor. Zoekstrategieën JGZ-richtlijn Taalontwikkeling oekstrategie Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken tot beantwoordbare vragen zijn deze eerst omgewerkt tot PICO uitgangsvragen.

Nadere informatie

Training in het gebruik, de scoring en interpretatie van de ADOS

Training in het gebruik, de scoring en interpretatie van de ADOS Training in het gebruik, de scoring en interpretatie van de ADOS ADOS-training Karakter organiseert een training in het gebruik, de scoring en interpretatie van de ADOS. Wat is ADOS? Het Autisme Diagnostisch

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Ben je voor of tegen?

Ben je voor of tegen? Waar zijn we met de DSM 5 Waar zijn we met de DSM 5 Ben je voor of ben je tegen Ben je voor of tegen (potentiële) Belangenverstrengeling Geen / Zie hieronder Prof dr Bert van Hemert, psyhiater Afdeling

Nadere informatie

7 Nederlandstalige Samenvatting

7 Nederlandstalige Samenvatting 7 Nederlandstalige Samenvatting Autisme is een ontwikkelingsstoornis, waarvan de symptomen zich in de kindertijd voor het eerst manifesteren en gedurende het gehele leven in verschillende vormen aanwezig

Nadere informatie

De verstandelijke beperking (verstandelijke-ontwikkelingsstoornis)

De verstandelijke beperking (verstandelijke-ontwikkelingsstoornis) whitepaper De verstandelijke beperking (verstandelijke-ontwikkelingsstoornis) in de DSM-5 Yaron Kaldenbach De classificatie van een verstandelijke beperking is in de vijfde editie van het Handboek voor

Nadere informatie

ADHD & ASD - probleem ADHD & ASD ADHD & ASD. ADHD & ASD gedeelde genen? Onderzoeksvragen. Classificatie issues:

ADHD & ASD - probleem ADHD & ASD ADHD & ASD. ADHD & ASD gedeelde genen? Onderzoeksvragen. Classificatie issues: ASD symptoms in children with ADHD ADHD & ASD - probleem Familial and genetic underpinnings Judith Nijmeijer Promotores: Ruud Minderaa, Jan Buitelaar Co-promotores: Catharina Hartman, Pieter Hoekstra Classificatie

Nadere informatie

Uit tabel 3 valt af te lezen dat de correlaties zoals gevonden in het huidige onderzoek sterk overeenkomen met de resultaten uit eerder onderzoek

Uit tabel 3 valt af te lezen dat de correlaties zoals gevonden in het huidige onderzoek sterk overeenkomen met de resultaten uit eerder onderzoek Uit tabel 3 valt af te lezen dat de correlaties zoals gevonden in het huidige onderzoek sterk overeenkomen met de resultaten uit eerder onderzoek (dat hoofdzakelijk onder de algemene bevolking is uitgevoerd).

Nadere informatie

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan Overzicht Klinische lessen Dominique Selviyan Voorwoord Geachte lezer, Dit is het overzicht van de studiestof voor Klinische Lessen. Het betreft een overzicht van de literatuur gegeven bij de hoorcolleges.

Nadere informatie

Adult ADHD Self-Report Scale-V1.1 (ASRS-V1.1) Symptoms Checklist from WHO Composite International Diagnostic Interview

Adult ADHD Self-Report Scale-V1.1 (ASRS-V1.1) Symptoms Checklist from WHO Composite International Diagnostic Interview Adult ADHD Self-Report Scale-V1.1 (ASRS-V1.1) Symptoms Checklist from WHO Composite International Diagnostic Interview World Health Organization 2009 All rights reserved. Based on the Composite International

Nadere informatie

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende

Nadere informatie

6 Forensische aspecten Aandachtspunten 134 Noten 134

6 Forensische aspecten Aandachtspunten 134 Noten 134 Inhoud Voorwoord Hoofdstuk 1 Psychiatrische stoornis en diagnostiek 13 1 Inleiding 13 2 Psychiatrische ziekte 13 3 De psychische functies 16 4 Doelen en onderdelen psychiatrische diagnostiek 17 5 Diagnose

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

Ontwikkelingsdysfasie en ASS 07/02/2013

Ontwikkelingsdysfasie en ASS 07/02/2013 ontwikkelingsdysfasie en ASS Joke Vandereet, logopediste Multidisciplinair Universitair Centrum voor Logopedie en Audiologie, UZ Leuven Expertisecentrum Autisme, UZ Leuven Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen,

Nadere informatie

Disclosure belangen Dyllis van Dijk

Disclosure belangen Dyllis van Dijk Disclosure belangen Dyllis van Dijk (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding

Nadere informatie

Autisme, wat weten we?

Autisme, wat weten we? Autisme, wat weten we? Matt van der Reijden, kinder- en jeugdpsychiater & geneesheer directeur Dr Leo Kannerhuis, Oosterbeek 1 autisme agenda autisme autisme en het brein: wat weten we? een beeld van autisme:

Nadere informatie

SCID-5-P. Gestructureerd klinisch interview voor DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen

SCID-5-P. Gestructureerd klinisch interview voor DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen SCID-5-P Gestructureerd klinisch interview voor DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen Michael B. First, Janet B.W. Williams, Lorna Smith Benjamin, Robert L. Spitzer Nederlandse vertaling Arnoud Arntz, Jan

Nadere informatie

Intelligentieprofielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD en de dubbele diagnose: een wezenlijk. verschil?

Intelligentieprofielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD en de dubbele diagnose: een wezenlijk. verschil? IQ-profielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD, dubbele diagnose 1 Intelligentieprofielen van kinderen met PDD-NOS, ADHD en de dubbele diagnose: een wezenlijk verschil? Liesbeth Timmers 908642 Masterthesis

Nadere informatie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie DIAGNOSTIC INVENTORY FOR DEPRESSION (DID) Zimmerman, M., Sheeran, T., & Young, D. (2004). The Diagnostic Inventory for Depression: A self-report scale to diagnose DSM-IV Major Depressive Disorder. Journal

Nadere informatie

Het Asperger-syndroom in de DSM-IV

Het Asperger-syndroom in de DSM-IV Het Asperger-syndroom in de DSM-IV door J.H. Jessurun en C. Verhagen-Redtenbacher Gepubliceerd in 1996, no. 8 Samenvatting In dit artikel worden de criteria van de DSM-IV voor de Stoornis van Asperger

Nadere informatie

Gehechtheidsproblematiek bij jongvolwassenen met lvb

Gehechtheidsproblematiek bij jongvolwassenen met lvb Gehechtheidsproblematiek bij jongvolwassenen met lvb Een interventieprogramma Monique Boon Ton van der Wiel Psychische en Gedragsproblemen Relatief vaak sprake van psychische en gedragsproblemen. onder

Nadere informatie

OVERZICHT INSTRUMENTEN ADAPTIEF GEDRAG Bea Maes, Ilse Noens en Jarymke Maljaars, KU Leuven, Onderzoekseenheid Gezins- en Orthopedagogiek Mei 2017

OVERZICHT INSTRUMENTEN ADAPTIEF GEDRAG Bea Maes, Ilse Noens en Jarymke Maljaars, KU Leuven, Onderzoekseenheid Gezins- en Orthopedagogiek Mei 2017 OVERZICHT INSTRUMENTEN ADAPTIEF GEDRAG Bea Maes, Ilse Noens en Jarymke Mals, KU Leuven, Onderzoekseenheid Gezins- en Orthopedagogiek Mei 2017 Aard van instrument Doelgroep Inhoud Lengte Vlaamse normen

Nadere informatie

OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1. Samenvatting

OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1. Samenvatting OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1 Samenvatting Door middel van optimale ondersteuning door de leerkracht (scaffolding), aangepast aan het niveau van de leerling kunnen kinderen

Nadere informatie

Autisme in het gezin. Geerte Slappendel, psycholoog en promovenda Jorieke Duvekot, psycholoog en promovenda

Autisme in het gezin. Geerte Slappendel, psycholoog en promovenda Jorieke Duvekot, psycholoog en promovenda Autisme in het gezin Geerte Slappendel, psycholoog en promovenda Jorieke Duvekot, psycholoog en promovenda Disclosure belangen spreker Achtergrond Problemen in de sociale ontwikkeling: belangrijk kenmerk

Nadere informatie

Overige (Overig, ongespecificeerd)

Overige (Overig, ongespecificeerd) Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Voice Related Quality of Life Measure (V-RQOL) 21 oktober 2011 Review 1: T. Dassen, K. v Nes, N. v Wersch Review 2: M. Jungen Invoer: E. Van Engelen 1 Algemene

Nadere informatie

Wanneer de vlag de lading niet meer dekt: over het gebruik van labels voor stoornissen

Wanneer de vlag de lading niet meer dekt: over het gebruik van labels voor stoornissen Wanneer de vlag de lading niet meer dekt: over het gebruik van labels voor stoornissen Het moeilijke kind stelt ons vragen: Wie is de volwassene is die hem of haar zo moeilijk vindt? Met welke ver(w)achtingen

Nadere informatie

Autisme bij Ouderen: Een vergeten differentiaal diagnose bij verdenking op dementie.!

Autisme bij Ouderen: Een vergeten differentiaal diagnose bij verdenking op dementie.! Autisme bij Ouderen: Een vergeten differentiaal diagnose bij verdenking op dementie.! 1) Dr. Amir Ahmed, klinisch geriater klinisch farmacoloog 2) Drs. Frédérique Geven, GZ-psycholoog en cognitief gedragstherapeut

Nadere informatie

CURRICULUM VITAE LIST OF PUBLICATIONS

CURRICULUM VITAE LIST OF PUBLICATIONS CURRICULUM VITAE LIST OF PUBLICATIONS Curriculum Vitae Curriculum Vitae Barbara Wilhelmina Cornelia Zwirs werd geboren op 3 oktober 1977 in Alphen aan den Rijn. Daar behaalde zij in 1995 haar Gymnasiumdiploma

Nadere informatie

Screening van gedragsproblemen en consequenties hiervan op effect van interventies. Walter Matthys

Screening van gedragsproblemen en consequenties hiervan op effect van interventies. Walter Matthys Screening van gedragsproblemen en consequenties hiervan op effect van interventies Walter Matthys Preventie en behandeling Wezenlijk verschillend? Voorbeeld: Coping Power (Minder boos en opstandig) bij

Nadere informatie

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI 10.1007/978-90-368-1003-6, 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media 50 neem de regie over je depressie Bijlage 1 Beloopstabel

Nadere informatie

The Functional Autonomy Measurement System (SMAF): Description and Validation of an Instrument for the Measurement of Handicaps."

The Functional Autonomy Measurement System (SMAF): Description and Validation of an Instrument for the Measurement of Handicaps. Système de mesure de l autonomie fonctionnelle (SMAF) Hébert R. (1988) The Functional Autonomy Measurement System (SMAF): Description and Validation of an Instrument for the Measurement of Handicaps."

Nadere informatie

Psychiatrisering en de terreur van het perfecte kind. Prof. Dr. Stijn Vanheule Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen

Psychiatrisering en de terreur van het perfecte kind. Prof. Dr. Stijn Vanheule Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Psychiatrisering en de terreur van het perfecte kind Psychiatriseren = Het moeilijke kind stelt de volwassene vragen: Wie is de volwassene is die hem of haar zo moeilijk vindt? Met welke ver(w)achtingen

Nadere informatie

Triage Risk Screening Tool (TRST)

Triage Risk Screening Tool (TRST) Triage Risk Screening Tool (TRST) Meldon (2003) Meetinstrument Triage Risk Screening Tool Afkorting TRST Auteur Meldon Onderwerp Functionele, mentale, psychosociale beoordeling Doelstellingen Meten van

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, overig, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, overig, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument McMaster Health Index Questionnaire (MHIQ) April 2011 Review: Thijs van Meulenbroek Invoer: Eveline van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Holwerda, A. (2013). Work outcome in young adults with disabilities Groningen: s.n.

Citation for published version (APA): Holwerda, A. (2013). Work outcome in young adults with disabilities Groningen: s.n. University of Groningen Work outcome in young adults with disabilities Holwerda, Anja IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Zedendelicten vormen een groot maatschappelijk probleem met ernstige gevolgen voor zowel het slachtoffer als voor de dader. Hoewel de meeste zedendelicten worden gepleegd door

Nadere informatie

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla

Nadere informatie

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Executive and social cognitive functioning of mentally

Nadere informatie

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent

Nadere informatie

Clinical Staging en Vroege Interventie voor Borderline Persoonlijkheidsstoornis

Clinical Staging en Vroege Interventie voor Borderline Persoonlijkheidsstoornis Clinical Staging en Vroege Interventie voor Borderline Persoonlijkheidsstoornis Christel Hessels Symposium, 16 maart 2017 Persoonlijkheidsstoornissen gedurende de levensloop Borderline persoonlijkheidsstoornis

Nadere informatie

HET GEBRUIK VAN DE YOUTH SELF-REPORT (YSR) BIJ JONGEREN MET EEN LICHT VERSTANDELIJKE BEPERKING. Jolanda Douma 1 Marielle Dekker 2 Hans Koot 3

HET GEBRUIK VAN DE YOUTH SELF-REPORT (YSR) BIJ JONGEREN MET EEN LICHT VERSTANDELIJKE BEPERKING. Jolanda Douma 1 Marielle Dekker 2 Hans Koot 3 HET GEBRUIK VAN DE YOUTH SELF-REPORT (YSR) BIJ JONGEREN MET EEN LICHT VERSTANDELIJKE BEPERKING Jolanda Douma 1 Marielle Dekker 2 Hans Koot 3 Voor de diagnostiek van emotionele en gedragsproblemen van jongeren

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd / hals Overige, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd / hals Overige, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument ComVoor Voorlopers in communicatie 31 oktober 2011 Review M. Jungen Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende

Nadere informatie

Autisme bij het fragiele X syndroom

Autisme bij het fragiele X syndroom Autisme bij het fragiele X syndroom Een continuüm van symptomen of een comorbide stoornis? Laura Wiewel Universiteit van Amsterdam Laura Wiewel 0580708 Bachelorthese juli 2009: Tweede versie Begeleider:

Nadere informatie

Autismespectrumstoornis bij volwassenen: een spectrum in diversiteit

Autismespectrumstoornis bij volwassenen: een spectrum in diversiteit Autismespectrumstoornis bij volwassenen: een spectrum in diversiteit Richard Vuijk Klinisch psycholoog Sarr Expertisecentrum Autisme Oudedijk 76 3062 AG BD Rotterdam, 088-3585500 www.sarr.nl r.vuijk@bavo-europoort.nl

Nadere informatie

De invloed van affectieve betrokkenheid op moeilijk verstaanbaar gedrag

De invloed van affectieve betrokkenheid op moeilijk verstaanbaar gedrag Date 14-10-2011 1 De invloed van affectieve betrokkenheid op moeilijk verstaanbaar gedrag Marga Martens Promovenda Rijksuniversiteit Groningen Consulent doofblindheid Koninklijke Kentalis Begeleiderscongres

Nadere informatie

ASS in de verzekeringsgeneeskundige praktijk

ASS in de verzekeringsgeneeskundige praktijk ASS in de verzekeringsgeneeskundige praktijk Dr. P. Remijnse, psychiater UWV Breda, 4-7-2017 Disclosure belangen spreker (Potentiële) belangenverstrengeling Voor deze bijeenkomst mogelijk relevante relaties

Nadere informatie

Vragenlijsten kwaliteit van leven

Vragenlijsten kwaliteit van leven Click for the English version Vragenlijsten kwaliteit van leven TNO heeft een aantal vragenlijsten ontwikkeld om de gezondheidsrelateerde kwaliteit van leven te meten van kinderen, jongeren en jong-volwassenen.

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen

Persoonlijkheidsstoornissen DSM-5 WHITEPAPER Persoonlijkheidsstoornissen Bij persoonlijkheidsstoornissen is sprake van manieren van over zichzelf en anderen denken en voelen die een aanzienlijke negatieve invloed hebben op het functioneren

Nadere informatie