De Embodied Land indicator

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De Embodied Land indicator"

Transcriptie

1 De Embodied Land indicator Achtergrond en onderbouwing 1

2 Introductie,MAXergy, and Embodied Land, een gecombineerde energie en materiaal benadering. Het begon met nadenken over een 0-energiewoning: als alle energie op of aan het gebouw zelf gegenereerd wordt, uit hernieuwbare bron, dan zijn materialen de enige en feitelijke milieubelasting (ook die voor energiewinning). Dus hoe zijn die energie en materialen samen te evalueren? Weegfactoren zijn subjectief en onderhandelbaar, en daardoor onbruikbaar. Ze moeten vermeden worden, en een absolute evaluatie van energie en materiaal samen is hard nodig. Ten derde, betrokkenheid in exergetische analyses van de gebouwde omgeving gaven het inzicht dat het uiteindelijk zonnestraling is (en de kennis om die te converteren in - voor mensen -bruikbare vorm), dat de enige waarde toevoeging aan ons systeem levert, en dus de gezamenlijke impact voor energie en materiaal meet. Op basis hiervan is een model en berekeningsmethode ontwikkeld, met als onderliggende aanname dat het binnen enkele tientallen jaren weer uitsluitend hernieuwbare bronnen zullen zijn waarop de samenleving zich dient te baseren, zowel voor energie als materialen, op basis dus van zonne-energie (en feitelijk ook voor voedsel en water). Om zonnestraling te converteren, is ruimte en tijd nodig: een m2 land voor de installatie van een zonnepaneel, om groente te kweken of een bos te beheren, alles met een bepaalde oogst per jaar. Dit leidt tot een methode, gebaseerd op de effectiviteit waarmee zonnestraling omgezet kan worden, met als indicator Embodied Land: de m2 per jaar geïncorporeerd in een product of gebouw nodig om de aan de vraag te voldoen, of beter: om in de functie te voorzien in de tijd. Alles teruggerekend naar zonnestraling conversie in ruimte en tijd, als volgt: Landbouwproductie voor materialen, in ton per hectare per jaar. (Eigen database ontwikkeling.) Dit is nodig om het totaal aantal hectare te berekenen voor bijv. bouwmaterialen, in ha-year. Vervolgens de energy nodig voor oogsten verwerken, transport in eindgebruik, ( embodied energy ) die is omgezet in de hoeveelheid zonne-energie benodigd in ha-jaar. We nemen een gemiddelde opbrengst voor onze regio voor de gekozen technologie (nu nog alleen PV) en gebruiken voorlopig de ICE database. En we nemen de operationele energy voor het gebouw, in kwh eindgebruik, en omgezet naar m2 jaar zonnestraling behoefte. Dit levert een totaal aan ha-jaar landbeslag, gekoppeld aan het gebouw (embodied Land). Land dat gereserveerd moet worden om aan productie of compensatie van de vraag te voldoen. Dit kan evt. over de levensduur verdeeld worden bijv. 50 jaar. In dat geval kan de EL gedeeld worden door 50, wat het 2

3 landbeslag reduceert maar de bezette tijd verlengd. Dit is de basis. Er zijn echter nog een aantal aanvullingen nodig. Er zijn secondaire effecten zoals de behoefte aan opslag bij gebruik van zonnepanelen, om 24 uur beschikbaar te zijn. Dit levert omzettingsverliezen (bijv. via waterstof) en vergt dus meer productie en embodied Land (dat kan tot een factor 4 oplopen). Andere conversie routes zijn mogelijk, maar zullen in tweede instantie worden uitgewerkt (zoals biomassa, dat inclusief opslag is, maar veel groter productiegebied vergt). Daarnaast is een gegeven dat voor het moment nog steeds een groot deel fossiel energie gebruikt wordt, en vele niet hernieuwbare materialen. En niet te vergeten: hoe om te gaan met recycling? Fossiele brandstoffen zij in feite hernieuwbare energie, via een lange geologische cyclus Dit kan berekend worden: van biomassa (oppervlak) via 60 miljoen jaar sedimenteren, koken en persen, naar olie, levert een tijdruimte relatie op. Dit leidt tot een effectieve productie van 0,0006 kwh-electrisch per year per hectare. (of 0,0017 kwh-e /ha-year, gemiddeld voor alle fossiele brandstoffen) Niet hernieuwbare materialen hebben ook een embodied energy factor, maar kennen in de meeste gevallen ook uitputting. Daarmee gaat exergie (potentie c.q. kwaliteit) verloren in het systeem, dat aangevuld c.q. hernieuwd moet worden om equilibrium te vermijden. Voor de meeste mineralen is een hernieuwbare route beschikbaar: zo kan kalksteen ook uit (aangroeide) zeeschelpen worden gehaald, en kan gips worden gewonnen door verdamping van zeewater (wat allebei een ruimte tijd relatie heeft). Voor metalen is iets meer vereist. De uiteindelijke staat van metalen zijn ionen opgelost in zeewater (oxidatie, uitspoeling naar rivieren, eindigend in zee). De reproductie van geconcentreerd metaal uit zeewater door elektrolyse geeft een maat voor de energie benodigd, voor de hernieuwing van de voorraad: retour of Return Energy die weer omgezet kan worden in een embodied land factor voor zonnestraling input. E1 energy demand in per year for all kwh /m2 ua 21 Recycling kan de embodied Land verlagen. Studie laat zien dat dit geen free ride is: Als het eerste gebruik niet is gecompenseerd (zoals hiervoor beschreven), is hergebruik of recycling ook niet vrij van belasting, ofwel gelijk aan nieuw. Al er wel compensatie heeft plaats gevonden, kan een correctiefactor worden toegepast, in ruimte tijd. operating end uses E2 the fraction of total annual operating energy provided by on-site renewable energy production. E3 embodied energy from the total of off-site materials used in construction ICE database kwh RE /m2 ua Berekening voor het 4e gebouw van de wijk van morgen Tabel boven: kpi volgens iisbe, onder de MAXergy berekening 21 kwh /m2 ua 929 M1 total weight per area of materials; kg/m2 ua 454 M2 Total weight of renewable materials M3 Total weight of re-used/recycled materials kg/ m2 ua 372 (82%) and % kg /m2 ua 0 let op: EL is in ha-jaar en Embodied energie en operationele energie cijfers in m2-jaar! EL totaal is 2508 ha-year. De fractie van 82 % hernieuwbaar materiaal telt slechts voor 21 ha-year. (0,08 hayear/m2floor) op een 50 jaar basis levert dit ongeveer 1 voetbalveld aan groeigebied voor 50 jaar lang op als compensatie (embodied Land) voor 266 m2 vloer. 3

4 MAXergy, and Embodied Land, English executive summary a energy and materials combined absolute assessment. It started thinking about energy and mass: in a 0-energy building (that produces all energy renewable on site) the materials are the only burden to society, in resources, CO2 etc. So how to evaluate energy and mass together? Secondly weighting factors are subjective, and negotiable. They should be avoided, and an absolute evaluation of energy and mass together is needed. Thirdly, involvement in exergy analyses led to the notion that in the end its Solar radiation (and the ability to convert it into useful resources) that is the joint factor. From there a calculation method has developed, at first assuming that in a few decades its only renewable resources that matter, whether for energy or materials, and based on solar radiation conversions (as well as for food and water in fact). To convert solar radiation, space and time is needed: a m2 land to install PV panels, to grow crops or manage forestry, with a certain production per year. (In a later stage non renewables are introduced.) This leads to a method, based on the effectivity of converting solar radiation, with a common indicator chosen as Embodied land: the m2-year embodied to a product/building to produce the demand, or better to provide the function (by materials, energy etc). Everything is based on solar radiation conversion and the space time involved, as follows: to grow renewable materials, in tons per hectare per year. (Own database development) this is used to calculate the total hectares needed to provide the construction materials, in ha-year Secondly the embodied energy to harvest, transport and process, in kwh, to be produced by Solar radiation m2 s. We use an average production per m2 (ha) per year for our region for the technology chosen panels, collectors) (and ICE database) Thirdly the operational energy, again in kwh, and transferred to ha-year need. This gives a total of ha-year, embodied to the building. Land to be reserved to produce or compensate the demand. This can be provided in one year or 50 years, depending lifetime commitment. In that case the hayear is divided by 50, reducing the land area, but enhancing the time occupied. 4

5 This is the basis. Now a few additions have to be made. 1 renewable energy needs storage, to be available 24 hours. We have calculated the extra land-production needed to secure continuous supply, including storage energy and materials demand (which increased land need for direct solar energy by a factor ~3). Other supply routes are under calculation, like biomass energy (which includes storage, but most likely increases Embodied Land in most cases). 2 For the moment we still have a lot of fossil fuels involved. Fossil fuels are in fact renewable energy, though with a long geological cycle. This can be calculated and the solar radiation-biomass-sedimentation-cooking and pressurizing route over 65 million years and global surface leads to a effective production of 0,0006 kwh-electric per year per hectare (or 0,0017 kwh-e /ha-year, average for fossil fuels). 3 non renewable materials: these have embodied energy as well, but also they are depleted. To restore the quality in the system, (compensate the loss of exergy) they have to be renewed as well. For most minerals a renewable route is available: the lime stone is produced by for instance seashells ( ) as the most effective roué known. Gypsum by evaporation from seawater ( ). For metals its more demanding. In the end exergy-loss leads to entropy, and for most metals this is the state of being dissolved in seawater (oxidation, runoff to rivers, end in sea). The reproduction of concentrated metals from seawater ( the energy involved) is used as the embodied return energy, translated again in (renewable energy) embodied land in ha-year. 4 Now recycling can reduce the embodied land. Studies show that this is not a free ride: if the first time use is not compensated with controlled re-growth or return-routes, the burden is still the same as new. If it s a renewable material, the time of previous use has to be known, in order to calculate previously compensated re-growth in time and land. E1 energy demand in per year for all kwh /m2 ua 21 operating end uses E2 the fraction of total annual kwh RE /m2 21 operating energy provided by on-site renewable energy production. ua E3 embodied energy from the total of kwh /m2 ua 929 off-site materials used in construction ICE database M1 total weight per area of materials; kg/m2 ua 454 M2 Total weight of renewable materials M3 Total weight of re-used/recycled materials Calculations of the 4 th building for the District Table 1/2 above: Key performance indicators iisbe, below: MAXergy calculation kg/ m2 ua 372 (82%) and % kg /m2 ua 0 Inhoud Note that EL total is in ha year, and embodied energy and operational energy is in m2 year! And: operational energy is per year and has to be multiplied if impact is averaged over more years. El total is 2508 ha-year. The 82 % renewable fraction only is 21 ha-year. (0,08 ha-year/m2floor) For the building, on a 50-year return basis, this leads to around 5000 m2 land to be reserved (productive in energy and mainly mass) for 50 years for 266 m2 building. 5

6 Samenvattende introductie 2 Executive summary 4 1 overwegingen energie kringlopen sluiten Exergy 8 2 MAXergy en Embodied Land tool Zon en Land ruimte tijd embodied land Andere tools 11 3 details en achtergronden functies en systeem oogsten systeemgrenzen en allocatie energie in MAXergy materialen in MAXergy recycling embodied energy operational energy het 50 jaar criterium 25 4 cases eenvoudige balk vergelijking MAXergy house Bamboe versus hout isoleren versus produceren 30 5 wat te verbeteren Vooruitblik, aanvullingen 32 In annex : 1 voedsel 34 2 maxergy house dwvm 34 3 literature 36 6

7 1 overwegingen 1.1 : 0-energie Het is inmiddels algemeen gedachtegoed dat we richting 0-energie gebouwen gaan: zowel in de nieuwbouw als in renovatie zijn de eerste projecten opgeleverd, en groeit de kennis. Ook formeel wordt die richting ingestuurd: De EU heeft al formeel beleid waarbij vanaf 2018 gebouwen near 0-energy dienen te zijn. En de ontwikkelingen op onder meer zonnecel gebied brengen dat ook financieel snel dichterbij. Maar dan rijst de vraag, wat is 0-energie eigenlijk en welke consequenties zijn daaruit te trekken: op de eerste plaats betekent 0-energie een balans tussen energie vraag en lokaal, op of aan het gebouw opgewekte *hernieuwbare) energie. Dus niet per definitie zwaar reduceren van de vraag. Dat kan, maar waar ligt dat optimum? Een tweede constatering is dat als een gebouw 0-energie is, dan is er feitelijk geen milieubelasting meer door energiegebruik, want lokaal en hernieuwbaar. De belasting die dan overblijft is die van de materialen, ingezet om die 0-balans te realiseren m.a.w.: veel materialen voor reductie, zoals isolatie, en veel materialen voor zonnecellen. Hoe kun je nu het optimum tussen energie en materialen bepalen? Tot nu toe is er geen methode waarbij materialen en energie zonder weegfactor met elkaar kunnen worden afgewogen. [1] 1.1 kringlopen sluiten, Uiteindelijk gaat het hier op aarde om het sluiten van kringlopen. De natuur doet dat zelf niet anders, en een volhoudbare samenleving zal dat ook moeten nastreven. Kringlopen sluiten betekent niet uitsluitend hergebruik van energie en materialen. Zolang de vraag het natuurlijke aanbod overstijgt, daalt de voorraad, en zeker wanneer fossiel brandstoffen worden uitgeput om die voorraad versneld te benutten, en zelf ook opraakt. Er zijn, in een wereld, waar 7 miljard mensen en groeiend, nog steeds naar grotere welvaart streven, vertaald in meer consumptieve goederen, extra stappen te maken: Naast het sluiten van de kringloop, waarbij alle gebruikte materiaal hernieuwd wordt, en weer terug in de kringloop komt, is het ook nodig dat het volume in de kringloop verkleind wordt, dat de snelheid waarmee goederen door die kringloop gaan omlaag gaat, en dat de energie om de kringloop te bedrijven zo laag mogelijk is. Een balans ontstaat wanneer de kringloop in volume en snelheid alleen nog extern gevoed wordt door hernieuwbare bronnen: hernieuwbare energie als aandrijving en hernieuwbare materialen als toevoeging, maar niet meer dan jaarlijkse aanwas/instroom. Met andere woorden, zowel hernieuwbare materialen als energie 7

8 zijn afhankelijk van de effectiviteit waarmee wij zonne straling benutten, met landoppervlak als gemene deler. [2] 1.2 Exergy In een recent 4-jarig project is onderzoek gedaan naar de relatie tussen exergie en ruimtelijke ordening. [3] Exergie 1 kijkt niet alleen naar de hoeveelheid energie, de kwh of Joules, maar ook naar de kwaliteit van de energie: olie en gas, warmte, biomassa bijvoorbeeld: met warm water is het lastig elektriciteit te maken, dat is een kwaliteitsverschil. Je kan dat nog wat verder trekken: als je een systeem definieert, een gebouw bijvoorbeeld, hoe kan dan daarbinnen de maximale arbeid uit energie gehaald worden. Een voorbeeld: zonnecellen leveren 12 Volt gelijkstroom, die wordt omgezet in 220 Volt dat uit het stopcontact komt, en de laptop maakt er weer 12 Volt (ongeveer) van. Je kan meer uit die elektriciteit halen, door direct die 12 Volt van het zonnepaneel in te zetten, i.p.v. 2 x omzetten met alle verliezen, ofwel, je hebt uiteindelijk minder zonnepaneel oppervlak nodig (in theorie, evt. nog opslag in rekening brengen). Dat kan je ook inde ruimtelijke ordening inzetten: energievraag daar creëren waar energieaanbod is bijvoorbeeld. Maar nog beter: energievraag c.q. activiteiten beperken tot wat er binnen locatie-systeem (gebouw, gebied) hernieuwbaar beschikbaar is: wat op basis van hernieuwbaarheid gegenereerd kan worden aan warmte en elektriciteit. Dat zou een ruimtelijke ordeningsprincipe kunnen/moeten zijn. Dat onderzoek leidde tot een aantal inzichten: dat energie en materiaal in feite dezelfde oorsprong hebben, namelijk zonne-energie: uiteindelijk is dat de enige bron die iets toevoegt aan een systeem: of dat nu een gebouw is of een stad, of de wereld: alles wat binnen het systeem benut wordt belast het vermogen van het systeem zelf, en de potentie wordt minder. Zonne-energie is de enig bron die het vermogen weer kan doen toenemen (zonder buursystemen te belasten). En die zonne-energie kan zowel worden ingezet om voedsel te genereren, of energie of materialen: in eerste instantie de winning en proces energie, maar in tweede instantie ook de groei en of aanvulling compensatie, zoals we later zullen zien. Om zonne-energie te benutten is land nodig: oppervlakte om die zonnestraling te onderscheppen om hem om te zetten, te converteren: land heeft dus een kwaliteit genererende potentie. En landinzet is dus een interessante indicator om te verkennen hoe we de kwaliteit in een systeem kunnen handhaven, of zo weinig mogelijk degraderen. Dat laatste moeten we in principe vermijden, want dan ontstaat geleidelijke uitputting en dus op termijn een dood gebied waarin niet te 1 het gaat er bij exergie min of meer om in hoeverre moleculen geconcentreerd aanwezig zijn: indien 8

9 overleven valt. Door alleen naar energie te kijken en niet naar materialen lijkt het of we slim bezig zijn (0-energiewoning) maar intussen graven we ons eigen graf. De conclusie uit het eerder aangehaalde onderzoek is, niet dat activiteiten daar gebracht moeten worden waar de energie aanwezig is, maar dat ieder stuk land of locatie, een max. vermogen kan leveren (uit zonne-energie), en dat activiteiten binnen die limiet moet blijven, ongeacht waar en wat. 2. MAXergy en Embodied Land tool 2.1 Zon en land Eigenlijk zorgt zonne-energie dus voor alles wat wij kunnen doen op aarde. Door zonne-energie is er leven. Er groeit eten en er groeien materialen. We kunnen ook zonne-energie winnen en het omzetten in warmte of elektriciteit. Van zonne-energie kan dus iets gemaakt worden. Om van zonneenergie iets te maken, is er dus land nodig. Het land kan (m.b.t. bronnen) maar voor één ding gebruikt worden, bijvoorbeeld of om voedsel op te laten groeien of om zonne-energie te winnen. Maar dit kan (meestal) niet allebei tegelijk op hetzelfde stuk land. Toch moet ervoor gezorgd worden dat er genoeg land is om alles te kunnen doen, zodat er genoeg van alles is. Land is dus de belangrijkste schakel m.b.t. ons bronnengebruik. Om te kunnen kijken hoeveel land er nodig is, moet er gekeken worden naar de hoeveelheid land die wordt gebruikt door de bovengenoemde onderdelen. Hiervoor is MAXergy-methode ontwikkeld: Maximum exergy, of materiaal en energie samen. Daarop gebaseerd is een rekenmethode, Embodied Land. In dit programma kunnen de verschillende onderdelen die groeien of opgewekt worden door de zon met elkaar vergeleken worden. Het programma zoals het hier beschreven wordt, kijkt naar de onderdelen energie en materialen uit het Concept of Zero. 2.2 Ruimte-tijd Om energie en materialen met elkaar te kunnen vergelijken, moeten deze eerst met elkaar vergelijkbaar zijn. Omdat er naar materialen wordt gekeken in kilogrammen en er voor energie de eenheid kw wordt gebruikt, was dit eerst niet het geval. Er moest dus gezocht worden naar een eenheid waarmee de verschillende onderdelen die groeien of opgewekt worden door de zon met elkaar vergeleken kunnen worden. Daarvoor worden alle onderdelen omgerekend naar vierkante meter landgebruik de gezamenlijke basis voor conversie. Er wordt dan dus gekeken naar het oppervlakte van het land dat wordt gebruikt voor het laten groeien van materialen of dat wordt gebruikt voor het opwekken van energie. Door te kijken naar het landgebruik is er automatisch een link gelegd tussen energie en materiaal. Maar met alleen het oppervlakte is er niet veel te vergelijken. Want hoeveel energie kan er op een bepaald aantal m² door de zon opgewekt worden? Om dat te kunnen bepalen is een bepaalde tijd nodig. Er moet dus ook naar de tijd gekeken worden. Bij energie is dit nog vrij eenvoudig, Maar bij materialen is dit een stuk lastiger. De basis van alle materialen die we gebruiken, komt uit de natuur. Voor hout is dit eenvoudig voor te stellen. Met behulp van de zon groeien er bomen, die worden gekapt, in balken of planken gezaagd en gebruikt in de bouw. De bomen hebben een bepaalde tijd nodig om te groeien. Dit is voor verschillende boomsoorten verschillend. Dit is bijvoorbeeld 50 jaar, of 200 jaar. Voor een bepaalde hoeveelheid hout dat voor een gebouw gebruikt wordt, moet er dus een bepaalde hoeveelheid bomen groeien in een bepaalde tijd. En die bomen hebben weer een bepaald oppervlakte nodig. Dit is logisch 9

10 en te overzien. Het is een stuk moeilijker voor te stellen dat dit ook zo werkt bij bijvoorbeeld metalen. Staal of Aluminium groeit niet net als bomen uit de grond. Hiervoor diende aan andere analyse methode gevonden te worden. Als volgt. Wanneer het maar lang genoeg duurt, spoelen metalen uiteindelijk via de rivier uit in zee. Na weer een lange tijd pakken deze metalen samen. Er worden dan metaalbollen gevormd op de bodem van de zee. Het is dus in theorie, en waarschijnlijk in de toekomst ook in de praktijk, mogelijk om metaalbollen uit de zee te oogsten. Door deze theorie is het mogelijk een bepaald oppervlakte aan metalen toe te kennen. Daarnaast is het hierdoor natuurlijk ook mogelijk een bepaalde tijd aan de hergroeibaarheid van metalen toe te kennen (her-verzamelen c.q. concentratie- van moleculen). Er is echter nog weinig bekend over de hoeveelheid mangaanbollen op de zeebodem, en de tijd die eroverheen gaat eer ze gevormd zijn. Een andere manier is om niet te wachten tot de bollen zich vormen, maar de metalen daarvoor al met een elektrolytisch proces uit zeewater te filteren. In dat geval kost het de nodige energie. Die dan weer berekend kan worden als hoeveel land er nodig is voor bijvoorbeeld zonnecellen om die energie op te wekken. Deze laatste methode wordt voorlopig in MAXergy gebruikt. In de MAXergy-tool worden energie en materialen dus met elkaar vergeleken in oppervlakte en tijd. Dat leidt automatisch naar de grootheid ruimte-tijd, in m²-jaar. Naar de tijd wordt in jaren gekeken omdat deze eenheid het best past bij het groeien van materialen en het opwekken van energie. De samenhang tussen ruimte en tijd is als volgt. Om in één jaar een bepaald materiaal te laten groeien of een bepaalde hoeveelheid energie op te wekken, is een bepaald oppervlakte nodig. Als het laten groeien van het materiaal of het opwekken van de energie over meerdere jaren verspreid wordt, wordt het oppervlakte dat hiervoor nodig is automatisch veel kleiner doordat het gedeeld kan worden door het aantal jaar dat het duurt. 2.3 Embodied Land De term Embodied Land is afgeleid van die ruimte-tijd. Het woord embodied is wellicht bekend van Embodied Energy, de energie die het kost om een product te maken. Embodied Land is in feite hetzelfde. Het is het land dat nodig is voor een bepaalde tijd om een product (of energievorm) te maken. De MAXergy-tool berekent de Embodied Land. Hoe kleiner de Embodied Land, hoe minder m²jaar er nodig is voor bijvoorbeeld de energie en materialen voor een gebouw. Voor de materialen en producten van een gebouw is Embodied Land op te delen in onderdelen. Als eerste natuurlijk zoals boven uitgelegd de Embodied Land nodig is om een materiaal te laten groeien. Maar een ander onderdeel dat ook bij Embodied Land opgeteld moet worden, is dat er energie nodig is om dit materiaal te oogsten en te verwerken, en te transporteren (de embodied energy). En voor het opwekken van deze energie is er ook weer land nodig. En bij o.a. metalen is dus nog energie nodig voor herstel van de uitputting, in de vorm van energie om de metalen uit het zeewater te halen (te noemen de retour energie ). En om die energie te produceren, is weer een bepaald aantal m²-jaar nodig. Embodied Land bestaat dus uit primair Embodied Land en secundair Embodied Land. Maar als er nog verder gekeken wordt, bijvoorbeeld naar de ruimte-tijd die nodig is voor het laten groeien van de materialen die gebruikt worden bij het oogsten, zoals een zaag, komt er nog tertiair Embodied Land bij. De fracties worden echter steeds kleiner (de zaag wordt voor meer klussen gebruikt) en daarom is er bij de MAXergy-tool voor gekozen alleen te rekenen met het primair en secundair Embodied Land. Uit de MAXergy-methode volgt meestal dat hoe minder materiaal er in bijvoorbeeld een gebouw wordt toegepast, hoe beter het is. Want hoe minder materiaal er wordt toegepast, hoe kleiner de ruimte-tijd zal zijn en hoe meer m²-jaar er voor andere doeleinden gebruikt kan worden. Het aantal 10

11 m²-jaar dat uit de berekening in de MAXergy-tool komt is dus eigenlijk de ruimte-tijd die nodig is om een gebouw te laten hergroeien. Elk gebouw kan op die manier een eigen tuin aanleggen van een bepaald aantal m² waarin in een bepaald aantal jaren hetzelfde gebouw weer kan groeien (feitelijk dan dus een 0-materiaal gebouw!). 2.4 andere tools Inventarisatie bestaande instrumenten Er zijn vele tools in omloop om de duurzaamheid van gebouwen en gebieden te analyseren, maar zelden meten ze de werkelijke verbetering van de impact op bronnen en het klimaat. Ze gebruiken bijna altijd subjectieve scoringsmethoden, zetten weegfactoren in die geforceerd verschillende elementen bij elkaar optellen en vergelijken dan vaak de nieuwe situatie met een ( slechte ) referentie uit het verleden. Daarnaast vinden we combinaties van bron en proces maatregelen, die samen gewogen worden. Studies wijzen uit dat tools erg kwetsbaar zijn wanneer verschillende indicatoren bij elkaar worden opgeteld om tot één score te komen [4, 5]. Veel tools zitten ook zo ingewikkeld in elkaar dat de berekeningen niet meer transparant zijn [4]. Wat we uiteindelijk willen, is meten of we ons daadwerkelijk bewegen richting een evenwichtig gebruik van bronnen op een fundamenteel niveau zodat het gebruik van deze bronnen nog voor vele generaties is gegarandeerd: duurzaam gebruik, ofwel volhoudbaar ( inde tijd). We zijn dus niet zozeer geïnteresseerd in het absolute gebruik van bronnen, maar of we dit gebruik binnen een bepaalde ruimte en voor een onbepaalde tijd kunnen continueren. Uiteindelijk willen we geen Life Cycle optimalisatie, maar een gesloten kringloop prestatie. Een kringloop die kan blijven stromen. 11

12 Een goed instrument dat de voortgang naar een gesloten kringloop bewaakt, zou moeten voldoen aan de volgende eisen: Prestatiegericht: alleen het daadwerkelijke gebruik van de bronnen meten. Door te kijken naar sociale, economische en organisatorische aspecten (zoals geluid, toegankelijkheid, sociale veiligheid, kosten) kan de werkelijke verduurzaming In de zin van belasting door brongebruik: volhoudbaarheid) uit het oog worden verloren. Al die ander aspecten hebben ook hun nut, maar als er geen bronnen meer zijn om te bouwen, heeft evalueren naar geluid of toegankelijkheid weinig zin. Het begint dus bij het bronnenbeheer. Realistische eenheid: de scoring vertegenwoordigt een fysische eenheid. Scoring via een verzonnen waarde is relatief en subjectief. Ongewogen: weegfactoren zijn subjectief en dienen vermeden te worden. Distance to Target : bekijk het vanuit de toekomst en meet de vooruitgang naar een duurzame eindsituatie in plaats van een relatieve verbetering ten opzichte van een /oude niet-duurzame beginsituatie (benchmark gebouw bijv.). (In Maxergy betekent dit dat een bepaalde functie een bepaalde land impact heeft: Als dat land niet is gereserveerd daarvoor, is er een verschil met de ideale situatie: de distance to target.) Oorzaak/gevolg: focus op oorzaak van effecten, niet op effecten zelf en end-of-pipe maatregelen, zodat het probleem ook wordt opgelost en niet in tijd of ruimte wordt afgeschoven. Kwantificerend: scoring middels absolute resultaten. Relatieve/kwalitatieve scores zorgen voor subjectiviteit, en verhullen degradatie van het systeem. Niet gecorrigeerd voor klimaat: In sommige rekenmethoden wordt een correctie toegepast voor de klimaat zone, bijvoorbeeld als graaddagen bij een gebouw. Dat doen we in Maxergie niet: de Embodied land is mede een gevolg van de locatie, die is inclusief. Niet gecorrigeerd voor gedrag: Uiteraard bepaalt het uiteindelijk gebruik van een functie wat de belasting zal zijn: s winters een raam open laten vergroot het energiegebruik van een woning. Gebruik is evenwel geen onderdeel van de functiebeoordeling: de ontwerper /producent kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor het openlaten van een raam. Het handhaven van de balans, de gereserveerde Embodied land versus het feitelijk gebruik ervan, zal onderdeel dienen te zijn van beleid bijvoorbeeld, niet van de initiële beoordeling/berekening van een gebouw bijvoorbeeld. Goede afbakening We hebben een aantal instrumenten getoetst aan deze criteria en de huidige tools voldoen hier niet aan (Annex). De Maxergie-methode doet een poging aan al deze eisen te voldoen. 12

13 Vergelijking met bestaande databases De opzet van de database voor Maxergie doet in het bijzonder denken aan twee andere benaderingen: LCA en Ecological Footprint. We zullen deze twee methoden daarom kort vergelijken met de Maxergieberekening. Embodied Land vs LCA Veel van de hierboven vermelde instrumenten gebruiken de database voor de LCA-berekeningen, zoals de lifecycle inventories van EcoInvent, SimaPro, MRPI, ICE, als input voor de analyse. In de LCA methode wordt de milieu-impact van alle processen in de keten van een product weergegeven voor 10 verschillende thema s. Met een wegingsfactor worden deze effecten gebundeld tot één score voor de totale impact van een product. Ook landgebruik wordt als impact meegenomen in de assessment, met name voor land- en bosbouwproducten (in m2a). Bezwaar tegen het gebruik van de LCA database is dat elke fase in de levenscyclus een foutmarge kent die zich bij elk proces verder opstapelt.(overigens ook een risico in de MAXergy benadering ). Bovendien zijn in LCA de wegingsfactoren een subjectieve en geforceerde manier om te komen tot 1 eindcijfer. Aan de andere kant zijn milieueffecten in de Maxergie-berekening niet direct meegenomen, zie onder Embodied Impact voor een uitleg. En: vele milieueffecten zijn een gevolg van bepaald primair bronnengebruik, en niet een oorzaak (dat kan tot dubbeltellingen leiden, zie verder onder embodied energy). Het grootste verschil is echter dat MAXergy niet een heel spectrum aan effecten beoordeelt, maar uitgaat van oorzaak c.q. input: die zal binnen een in kringloop te bedrijven brongebruik moeten passen. Effecten zijn dan minder relevant. (Natuurlijk komt er bij biomassa verbranden bijvoorbeeld CO2 vrij. Maar die is eerder vastgelegd door diezelfde biomassa groei. CO2 is dus niet relevant: wel of die biomassa weer aangroeit, m.a.w. of daar land voor is gereserveerd, zodat de voorraad niet uitput). Embodied Land vs Ecological Footprint De Maxergie-berekening en de berekeningen van de Ecologische Voetafdruk hebben enige overeenkomsten. Beide methodieken geven een eindresultaat in benodigde hectares, echter de een voor een product/dienst (Maxergie) de ander per persoon/land/stad/regio (Footprint, inclusief voedsel). Dat laatste koppelt dus feitelijke belasting aan gebruikersgedrag: dat zijn 2 geheel verschillende grootheden zoals hiervoor beschreven. ( Alhoewel het wel praktisch inzicht geeft in onze belasting, is het niet bruikbaar om de feitelijke functie te waarderen, zoals in ons geval bijv. een gebouw. Verder ontleden beide methoden de te onderzoeken eenheid in primaire materialen en gebruiken de termen embodied energy en embodied footprint cq embodied land: the embodied Footprint is measured as the number of global hectares required to make a tonne per year of a given product. Een verschil met de Maxergie-berekening is dat Footprint de consumptie in hectares afzet tegen de beschikbare grond in de wereld waardoor duidelijk wordt of we meer gebruiken dan er is of niet. Hierbij wordt ook rekening gehouden met de productiviteit van de grond. Ter vergelijking; bij Maxergie kijken we naar het conversierendement van zonne-energie tot een bruikbare bron, per locatie, niet gemiddeld. Verder kijkt Footprint niet alleen naar de productie en consumptie van bronnen, maar ook naar de productie van afval en het vermogen van ecosystemen om dat afval weer te verwerken zodat er geen 13

14 accumulatie van afval ontstaat (hiermee worden ook broeikasgassen bedoeld en de opname hiervan door oceanen en vegetatie). Maar dat is end of pipe effecten combineren met oorzaken, wat MAXergy juist wil vermijden. de Maxergie-berekening biedt een nieuwe insteek met andere toepassingsmogelijkheden: 1. De Footprint kijkt alleen naar hergroeibare bronnen die zichzelf kunnen regenereren/reorganiseren binnen een menselijke tijdschaal. Niet Hernieuwbare bronnen (en uitputting) worden niet in beschouwing genomen. Dat doet MAXergy wel. 2. Footprint geeft zelf al aan dat hun resultaten niet kunnen worden gezien als een indicator van hoe duurzaam een land of persoon is (met duurzaam wordt bedoeld het voorkomen van uitputten van bronnen), onder andere omdat ook de uitstoot van CO2-emissies wordt meegenomen als 'productie' naast het gebruik van bronnen zelf. Hierdoor verschuift de balans. Ook bekijken ze de resultaten niet per product, maar veelal per ruimtelijk systeem, waardoor import en export het beeld kunnen vertekenen. 3. Daarmee komen we tot het grootste verschil. Footprint kijkt naar end-of-pipe effecten zoals compensatie land voor CO2 uitstoot), Maxergie gaat uit van een gesloten kringloop en kijkt daarom naar de primaire belasting. CO2-emissies zijn bij Maxergie daarom niet relevant. 4. De uitkomst van een Footprint zijn geen absolute hectaren, maar 'global hectares', representatief voor de gemiddelde productie van een hectare in de wereld. De embodied Footprint is daarom gebaseerd op gemiddelden en niet op harde cijfers. Hectare-jaar gebruiken om de duurzaamheid van een product/dienst/gebouwvast te stellen zoals in Maxergie gebeurt is daarom wezenlijk anders dan de Footprint methode, ook al zijn ze in de basis vergelijkbaar. Maxergie is tevens geschikt om producten/ functies te evalueren, incl. zgn. niet hernieuwbare materialen. 14

15 3 details en achtergronden 3.1 Functie en systeem. MAXergy beschouwt in principe de impact van het voorzien in een functie, binnen een afgebakend systeem. De Functie is belangrijk om te definiëren,, want dat bepaalt in principe wat er gevraagd wordt of geleverd moet worden. Het gaat bijvoorbeeld om aantal m2 onderdak. Een vaker gebruikt voorbeeld is de functie: de was schoon krijgen. Door dat als uitgangspunt te nemen ontstaan er verschillende mogelijke oplossingen op verschillende schaalniveaus, waarvan de embodied land bepaalt kan worden. Zo kan je het wassen met een individuele wasmachine beschouwen, maar ook een wasserij voor een buurt met haal en brengservice: beiden met als resultaat dat de was schoon is. Maar welke heeft de laagste embodied Land? Of zoals een van de vraagstukken waarvoor MAXergy specifiek geschikt is: de afweging tussen meer isoleren (materialen) of meer (energie) produceren aan een woning, waarbij energie en materiaal gezamenlijk beschouwd worden: de functie is hier de warmtevoorziening ( binnen standaard comfortgrenzen), of dat met meer isoleren of meer zonnecellen gepaard gaat is in principe niet relevant, het gaat om de optimale balans (met de geringste m2-jaar). In een tweede fase, bij de feitelijke toepassing komt daar natuurlijk een tweede waardesysteem overheen, het monetaire met euro s als meeteenheid. Op basis daarvan kan een andere afweging gemaakt worden. Indien dat tot een andere keuze leidt, dan die van de laagste Embodied Land, klopt blijkbaar het monetaire systeem niet met het fysieke waarde systeem. Niet zo vreemd, het is daar ook geheel niet op gebaseerd en leidt vaak tot contraproductieve of niet optimale keuzes. We zijn niet voor niets in de problemen. MAXergy kan feitelijk voor elke systeem grootte toegepast worden, in feite bepaald echter MAXergy zelf de systeem grootte: wanneer een woning geëvalueerd wordt, kan de bouwplaats wellicht oppervlakte x hebben, maar waarschijnlijk zal de uitkomst van MAXergy laten zien dat die oppervlakte veel groter moet zijn. Dan is dus wel de impact van het gebouw systeem berekend, maar tevens de exergetisch belaste ruimte, ofwel hoe groot het feitelijk systeem kan zijn(zou moeten zijn). Andersom, er kan ook uitgerekend worden hoeveel van bepaalde functies binnen een gegeven oppervlak passen: bijvoorbeeld hoeveel woningen, met hun Embodied land op een hectare passen. De eerste resultaten van berekeningen laten zien dat dat ongeveer 2 eengezinswoningen zijn: In Limburg wonen gemiddeld 5,2 personen per hectare, dus dat zou ongeveer kunnen passen. Zij het dat dit de ruimte voor energie, materiaal en water is, maar exclusief voedsel, en eventuele culturele en sociale voorzieningen (gebouwen). En dan is er uitgegaan van een berekening op een 50 jarige levensduur en terugverdientijd voor het wonen. Als die periode opgerekt wordt naar 100 jaar (voor gebruik van de woning), is de ruimtevraag nog maar de helft en ontstaat er ruimte voor dat voedsel. Het geeft precies aan hoe met Embodied Land een helder beeld kan worden verkregen en juiste afwegingen kunnen worden gemaakt. En de kringloop gesloten, door tijd en volume mee te nemen. (De doorlooptijd in de kringloop wordt trager, waardoor ruimte ontstaat, ruimte-tijd). 15

16 Op een groter schaal niveau zoals een wijk of stad kan Maxergy ook worden gebruikt, maar dan in een breder perspectief: De Urban Harvest+ Methode is daarvoor ontwikkeld, die een integrale afweging maakt icm andere eisen, en vooral, die vanuit een bestaande belasting vertrekt (de ebstaande wijk bijv.), om te verkennen hoe de belasting daarvan is terug te brengen binnen de grenzen van het beschouwde systeem. Zie daarvoor andere documenten. 3.2 Oogsten De basis voor de embodied land berekening ligt in het bepalen van de oogst per hectare land. Dat is soms niet eenvoudig. Bij het vergelijken van hout met bamboe (beiden in een bewerkte vorm) bleek het zeer lastig om goede en betrouwbare cijfers te vinden. De bosbouwbedrijven houden hun cijfers liever geheim, of geven onvolledige informatie. De cijfers worden ook steeds anders gepresenteerd: gedroogd of nat, gezaagd of ruw, en onduidelijk is hoe er soms met kaalslag wordt omgegaan m.b.t.nieuwe aanplant. Over bamboe zijn gewoon nog te weinig cijfers bekend. Reden om ze recent zelf maar te gaan onderzoeken in de bossen in China (zie het betreffende onderzoek). Ook voor kurk werd de situatie ook pas duidelijk toen werd doorgevraagd bij kwekers zelf: dan blijkt dat de eerste 8 jaar een boom geen kurk levert, dat er daarna ook maar een bepaald deel van de bast in aanmerking komt etc. Uiteindelijk blijkt kurk dan gemiddeld over de levensduur van de boom maar zo n 125 kg per hajaar op te leveren. Belachelijk weinig, en wellicht genoeg voor een paar wijnkurken, maar niet als bulk bouwmateriaal. Met schapenwol is het overigens nog beroerder: Als men alleen schapen houdt voor de wol als isolatiemateriaal, levert dat zo n 25 kg per ha-jaar op... Voor de meeste cijfers echter kunnen we putten uit bestaande bronnen, vooral de bosbouw en landbouw. Overigens, die cijfers zijn steeds lokaal bepaald: de opbrengst van het land is sterk afhankelijk van het klimaat en de teelmethoden. Hetzelfde gebouw kan dus in een ander land een andere Embodied land opleveren. Waarschijnlijk zullen dan ook op diverse plaatsen andere keuzes gemaakt worden voor energie en materialen. Dat geeft ook gelijk aan dat MAXergy benadering vertrekt vanuit de lokaal aanwezige en te compenseren energie en materialen: dat is enerzijds de directe exergetische kwaliteit die aanwezig is en waarop keuzes gemaakt worden, anderzijds omdat ze uitgaat van eigen kwaliteit en niet vanaf het begin al afgewenteld wordt op een ander, niet beheerst, systeem. In principe dient ieder m2 productief te worden benut. Terugkomend op schapenwol: de vraag is natuurlijk of dat schaap alleen voor de wol wordt gehouden, of dat dat een bijproduct is van het schaap, dat feitelijk voor vlees of kaas wordt gehouden. Dat brengt ons op het vraagstuk van allocatie: dat deel van de hectare dat toegewezen wordt aan de grondstof voor de feitelijke toepassing: 16

17 3.3 Systeemgrenzen en Allocatie Een gevoeligheid in de berekening blijft enerzijds de opbrengst per hectare, daarover verschillen de gepubliceerde cijfers nog al eens (zie de database toelichting), en anderzijds vervolgens het rekenen met de opbrengst, die zelden volledig zal worden benut voor 1 product. Een gewas bestaat uit verschillende onderdelen die voor diverse producten kunnen worden ingezet. Soms zal slechts een deel worden gebruikt voor het berekende product. Dit fenomeen staat bekend als allocatie: hoeveel product wordt toegerekend aan hoeveel hectare land. Wat betreft allocatie zijn er In principe 4 mogelijkheden: 1 niet benutte deel blijft op land achter: de hele hectare wordt aan het product toegerekend, ondanks dat slechts deel van de oogst benut is (want de hectare is niet beschikbaar voor andere productie). 2 We rekenen alles toe aan 1 product, ook als deel van de opbrengst niet gebruikt wordt (als 1), tenzij duidelijk is dat restant (bewezen) wordt gebruikt (evt. door anderen): dan kan een reductiefactor in werking treden. 3 Veronderstellen (maar daar geen controle over hebben) dat alle opbrengst benut wordt, ook het niet zelf benodigde deel, maar dan door anderen, dan zou met x% van land gerekend kunnen worden wanneer x% van opbrengst direct wordt ingezet. 4 aannemen dat van restant energie geproduceerd wordt (en die wordt in eigen vergelijking meegenomen). In het onderzoek Duurzaamheid van Biobased producten *6] wordt allocatie bijvoorbeeld vermeden door te veronderstellen dat de co-producten ook worden geoogst en dat die worden omgezet in energie, in principe t.b.v. hetzelfde proces. Een combinatie van materiaal en energie input derhalve. De 1 e variant is helder, maar waarschijnlijk niet optimaal. Bovendien creëert het een optimalisatieprobleem. Het maakt dan niet meer uit of bijvoorbeeld van de ene bamboe 50% wordt ingezet (in y hoeveelheid product voor bepaalde functie), of van ander soort 75 %. Beiden krijgen dan evenveel hectare beslag. (Terwijl er in feite dus minder overblijft voor andere functie.) Als er meer benut kan worden bij gelijk producthoeveelheid, dan levert dat wel onderscheid op evenals met zelfde hoeveelheid meer product in hectare beslag Wel is dan de bruto en netto toerekening (naar gebruikt deel hectare, natuurlijk lager (als 3). De 2 e variant is een verbetering van 1, en kan tot een maximum, dat mogelijk begrensd wordt door minimaal benodigde hoeveelheid bodemorganische stof die achter dient te blijven. (Maar is vooralsnog onbekend, althans onberekend, zie verder). De 3 e optie is een netto landgebruik methode. Restant wordt verondersteld benut te worden (en benut te kunnen worden), maar leggen daar geen rekenschap voor af. 17

18 Ad 4: alhoewel een zeer charmante manier om de allocatie op te lossen, is dit exergetisch onverantwoord: de moeizaam gegenereerde kwaliteit wordt direct opgeofferd in verbranding bijvoorbeeld. De massa had eerste nog een tijdje als massa dienst kunnen doen, en dan alsnog verbrand worden waardoor er veel meer exergie in systeem blijft (doorloop snelheid kringloop vertragen). Het basis principe is: eens massa altijd massa, omdat: 1 energieproductie daarvan ineffectief is : er is zonne-energie benut voor massa productie, en dan zou die massa weer terug energie dienen te worden. Dat kan beter via een meer directe weg geregeld worden. 2 massa in rangorde meer en eerder nodig is dan externe energie : 3 massa op termijn altijd nog energie kan worden: na 100 jaar gebruik kan een plank nog steeds verbrand worden voor energie: en het materiaal heeft dan dus dubbel exergetisch effect: eerst als materiaal een x aantal jaren een functie vervuld en dan als bonus de nog steeds aanwezige energie door deze gelijk te verbranden wordt dus de potentieel exergetische waarde zwaar onderbenut 4 biomassa legt CO2 vast, door deze te verbranden komt die weer vrij en is netto resultaat 0. In principe kan alle gegenereerde biomassa voor product worden aangewend, in verschillende mate van hoog of laagwaardige kwaliteit (meer of minder energie-input. Een maat zou dus kunnen zijn welke fractie hoogwaardig wordt ingezet: bamboe als balk, tegenover bamboe-stof, van zagen bijvoorbeeld, als vulmateriaal of brandstof). Dat zou dan in tijd ruimte berekend moeten worden. Overigens kan blijken dat de embodied land van verschillende energieroutes in het voordeel zou kunnen zijn van biomassa energie, dat is onwaarschijnlijk, maar niet onmogelijk. Dat is echter nog niet berekend, en een van de gewenste (vervolg-)onderzoeken. Nutriëntenbalans, achterblijven bodemorganische stof Overigens laten alle opties nog onbeantwoord hoe de nutriënten balans van het land in stand blijft, wanneer geen restanten op het land achterblijven. In principe zal bij normale landbouw de hoeveelheid nutriënten aangevuld worden via de jaarlijkse natuurlijke toestroom aan water en stof. Dat is bij extensieve landbouw en gevarieerde gewasgroei. Bij intensive monoculturen is daarvoor aanvulling nodig, zoals kunstmest. Het gaat te ver daar hier uitgebreid op in te gaan, dat is een andere discipline. In MAXergy is ervoor gekozen aan te nemen dat er landbouw plaatsvindt waarbij een nutriëntenbalans gehandhaafd blijft. Evt. verder of aanvullend onderzoek naar de database kan daarin verandering brengen, en weelicht op termijn een onderscheidt maken naar opbrengst voor intensieve en extensieve teelt, en bijbehorende embodied land effecten. Allocatie kan vervolgens binnen MAXergy nog op twee manieren benaderd worden: : A vanuit de realisatie c.q. product/functie: dat vereist x ha land om de hoeveelheid materiaal te leveren, onafhankelijk van hoeveel er van de opbrengst gebruikt wordt, het is immers toch nodig, en dat er nog 18

19 wat overblijft voor een ander is meegenomen, maar die hele hectare was nodig voor dat deel van de opbrengst. (Een deel van de hectare had de gevraagde hoeveelheid niet kunnen leveren.) B Of vertrekken van land opbrengst: wat is de ideale producten combinatie om 100% opbrengst nuttig te kunnen maken? (los van er wat achter moet blijven voor grondbalans). Dit laatste zou wel eens tot een andere product keuze kunnen leiden( iets minder van 1 product om restant nuttiger te maken voor 2 e soort product). Die laatste is een ideale benadering maar tevens een complexe (eigenlijk integrale systeembenadering nodig, dan bepaalt het land je palet aan materialen ), maar die valt feitelijk buiten de hier gekozen aanpak. Daarom is er voor de MAXergy benadering gekozen voor de functie benadering i.c.m. leveren. Met andere woorden: de hele hectare wordt toegewezen aan het product (A) en dus de Embodied Land berekening. Wel in de vorm van variant 2, om in de toekomst, met meer onderzoek, evt. een reductiefactor te kunnen invoeren. In het Urban Harvest+ onderzoek ( gericht op bestaande gebieden) [7] is vastgesteld dat er ook een rangvolgorde is in bronnengebruik: voedsel komt voor materiaal: dus in geval het landgebruik kritisch wordt, zal voedsel voorrang krijgen en het verdient dus ook (nu al) de voorkeur om bouwmaterialen te produceren van restanten van voedselproductie: stro bijvoorbeeld van graanproductie. In dat geval zal er nader gekeken meten worden naar allocatie, omdat dan de hectare in principe aan voedsel is toegerekend, en het materiaal een extra is. (B) Wat voor materialen geldt, geldt in wezen ook voor energie: Een hectare zonnepanelen levert elektriciteit, maar er gaat ook warmte verloren: dus slechts deel potentie is benut. Dus we rekenen hele hectare toe aan die elektriciteitsproductie uit panelen. Wat niet wegneemt dat de energieproductiviteit van een hectare verhoogd kan worden, net zoals in landbouw. Het komt er op neer dat er in MAXergy 1.0 is gekozen voor de directe benadering van een hectare voor een hectare, waarbij de optimalisatie van het (productieve ) landgebruik voorlopig aan ander onderzoek wordt overgelaten: nieuwe resultaten zullen dan t.z.t. de database kunnen bijstellen, of leiden tot het anders rekenen met allocatie. MAXergy 2.0 bijvoorbeeld. 3.4 energie in MAXergy Zoals reeds hiervoor vastgesteld, is de aarde een systeem dat langzaam zijn entropie vergroot ( verlies van energie en/of kwaliteit) welke alleen wordt gecompenseerd oor de constante toevoer van zonneenergie. Dat geldt voor de aarde, maar ook voor een systeem op kleinere schaal, zoals een wijk of land. Uiteindelijk is het dus afhankelijk van de efficiëntie waarmee zonne-energie wordt ingezet, voor zowel energie, voedsel en materialen, dat bepaald hoe snel een systeem zichzelf uitput, of een evenwicht handhaaft of de kwaliteit zelfs vergroot. (Een natuurlijk /organisch systeem doet dat automatisch.) In MAXergy rekenen we dan ook vanuit zonnestraling naar de effectiviteit van de toepassing, via het oppervlak inde tijd nodig voor die functie. 19

20 Voor de behoefte aan kwaliteit in de vorm van energie is in eerste instantie ervoor gekozen dat energie geleverd wordt als elektriciteit via zonnecellen, meer speciaal: multi-kristallijn PV. Dat is vooral een praktische maar tegelijk arbitraire keuze, het kan op velerlei andere manieren (wind, waterkracht, biomassa), maar dat zal in de verdere ontwikkeling als optie dienen te worden onderzocht en berekend (of als voorkeur ingesteld als uit onderzoek blijkt dat de embodied land dan lager is). Voor de berekening van een gebouw speelt de operationele energie een grote rol. In de eerste plaats is er dus ook de directe berekening van het aantal zonnepanelen om in de eindvraag te voorzien ( met evt uitwisseling met het net) Dit is de vraag impact :VI Daarnaast is er de impact van de gebruikte materialen voor de productie van een m2 PV: dat is de EL berekend uit landgebruik voor primaire materiaalwinning, embodied energy en evt. return energy voor het paneel zelf (Return energy zal hieronder worden besproken). Tezamen te noemen paneelimpact, PI. Dan is er nog systeem impact, SI: de energie kan in geval zonnepanelen niet altijd direct gebruikt worden en moet deels worden opgeslagen: korte termijn(dag/nacht): via accu s, lange termijn (zomerwinter), via bijvoorbeeld de waterstof route. (Dat is de voorlopig gekozen optie, onderzoek kan wellicht andere opties doorrekenen met mogelijk effectiever landgebruik). De impact van energie komt achtereenvolgens aan bod bij het berekenen van Embodied land voor de operationele energie, maar uiteraard ook bij materialen, in de vorm van het leveren van de Embodied energy (en evt. return energy), zowel de PV materialen als de bouw of product materialen. Operationele energie Als basis wordt hier gerekend met de directe vraag, (aantal m2 paneel), maal de impact van de panelen zelf. Met betrekking tot operationele energie is een continue levering belangrijk, met ander woorden de tijdigheid van levering. Vandaar dat de naast de VI en de PI ook de SI berekend wordt ofwel: het primaire PV oppervlak, plus aanvullend oppervlak om opslagverliezen te compenseren, en weer maal de impact van het fysieke paneel. Een reden om opslag (SI) al mee te nemen, (en niet uit te gaan van netkoppeling) is dat enerzijds in de toekomst alles gebaseerd zal zijn op zonne-energie en opslag noodzakelijk zal zijn, anderzijds daarmee t.z.t. een eerlijke vergelijking met bijvoorbeeld een biomassa route kan worden gemaakt. (Waarbij opslag al inclusief is!) Uiteraard is er ook impact van de ingezette installaties, bijvoorbeeld voor opslag, zoals brandstofcellen en opslag tanks: die kunnen waarschijnlijk gedeeld worden met andere projecten, bijvoorbeeld voor waterstofproductie op wijkniveau. Deze zgn. derde orde effecten zijn buiten beschouwing gelaten. De installaties voor direct gebruik, zoals voor verwarming en verlichting, dienen wel mee geëvalueerd te worden. Het gaat dan om leidingen, apparatuur. Door gebrek aan goede cijfers zijn die in de voorbeelden nog niet meegenomen, maar zullen dat t.z.t. wel worden. 20

Homelab 2050, serie 4: Optimaal gebruik van beschikbare energiebronnen

Homelab 2050, serie 4: Optimaal gebruik van beschikbare energiebronnen Energie en exergie in de gebouwde omgeving Door Sabine Jansen (TU Delft) 7 April 2015 Homelab 2050, serie 4: Optimaal gebruik van beschikbare energiebronnen Exergie voor de gebouwde omgeving Statements

Nadere informatie

DE SLIMSTE MENS TER IS BETER KLAAR VOOR DE ENERGIETRANSITIE. WinVorm 11 juni Dominiek Vandewiele

DE SLIMSTE MENS TER IS BETER KLAAR VOOR DE ENERGIETRANSITIE. WinVorm 11 juni Dominiek Vandewiele DE SLIMSTE MENS TER WERELD IS BETER KLAAR VOOR DE ENERGIETRANSITIE WinVorm 11 juni 2013 Dominiek Vandewiele De energietransitie komt! De derde landschappelijke energierevolutie? Even praktisch De energietransitie

Nadere informatie

HOTCO2: alternatief voor de WKK en ketel in de tuinbouw

HOTCO2: alternatief voor de WKK en ketel in de tuinbouw HOTCO2: alternatief voor de WKK en ketel in de tuinbouw Inschatting van de potentie van efficiëntere productie van warmte en CO2 met het HOTCO2 systeem in de tuinbouwsector Erin Kimball (TNO), Ronald-Jan

Nadere informatie

Definitie. Wat is Duurzaamheid?

Definitie. Wat is Duurzaamheid? Duurzaamheid Definitie Wat is Duurzaamheid? Waarom is duurzaamheid belangrijk? Bevolkingsgroei 7naar 9Miljard Waarom is duurzaamheid belangrijk? Grondstofschaarste Waarom is duurzaamheid belangrijk? Ontbossing

Nadere informatie

Vermijden van verliezen bij het gebruik van industriële restwarmte

Vermijden van verliezen bij het gebruik van industriële restwarmte Vermijden van verliezen bij het gebruik van industriële restwarmte Exergie eenvoudig uitgelegd In opdracht van AgentschapNL Divisie NL Energie en Klimaat CCS B.V. Welle 36 7411 CC Deventer The Netherlands

Nadere informatie

Biomassa: brood of brandstof?

Biomassa: brood of brandstof? RUG3 Biomassa: brood of brandstof? Centrum voor Energie en Milieukunde dr ir Sanderine Nonhebel Dia 1 RUG3 To set the date: * >Insert >Date and Time * At Fixed: fill the date in format mm-dd-yy * >Apply

Nadere informatie

Duurzame bedrijventerreinen

Duurzame bedrijventerreinen Duurzame bedrijventerreinen Duurzaamheid: meer dan enkel energie Duurzaam bedrijventerrein Energie, water, afval, sociale aspecten, samenwerkingen, Wordt ingewikkelde oefening Gegevens? Project SIS (Sustainable

Nadere informatie

Stakeholdersbijeenkomst SBK Routekaart naar NMD 2.0

Stakeholdersbijeenkomst SBK Routekaart naar NMD 2.0 Stakeholdersbijeenkomst SBK Routekaart naar NMD 2.0 Ir. Piet van Luijk / min. BZK 03-12-2013 1 Waar staan we Bepalingsmethode die aansluit op Europese bepalingsmethoden Nationale MilieuDatabase die geschikt

Nadere informatie

Nederland importland. Landgebruik en emissies van grondstofstromen

Nederland importland. Landgebruik en emissies van grondstofstromen Nederland importland Landgebruik en emissies van grondstofstromen Vraagstelling en invulling Welke materiaalstromen naar en via Nederland veroorzaken wereldwijd de grootste milieudruk? Klimaat, toxische

Nadere informatie

Regionale voedselproductie en duurzaamheid. Jasper Scholten 24 september 2013

Regionale voedselproductie en duurzaamheid. Jasper Scholten 24 september 2013 Regionale voedselproductie en duurzaamheid Jasper Scholten 24 september 2013 Methodology and tools Sustainability performance LCA Sustainable nutrition Quiz Vraag 1: Heeft een aardbei die in de supermarkt

Nadere informatie

Add the standing fingers to get the tens and multiply the closed fingers to get the units.

Add the standing fingers to get the tens and multiply the closed fingers to get the units. Digit work Here's a useful system of finger reckoning from the Middle Ages. To multiply $6 \times 9$, hold up one finger to represent the difference between the five fingers on that hand and the first

Nadere informatie

Levenscyclusanalyse van groene wanden

Levenscyclusanalyse van groene wanden Groen Bouwen: Groene gevels voor duurzame gebouwen en steden Levenscyclusanalyse van groene wanden Inzicht in de milieu-impact van de verschillende onderdelen Lisa Wastiels, An Janssen WTCB 1 Mid-term

Nadere informatie

HET BOUWDEEL TUSSEN LEVENSDUUR EN KOSTEN VAN STICHTINGSKOSTEN NAAR EXPLOITATIEKOSTEN

HET BOUWDEEL TUSSEN LEVENSDUUR EN KOSTEN VAN STICHTINGSKOSTEN NAAR EXPLOITATIEKOSTEN HET BOUWDEEL TUSSEN LEVENSDUUR EN KOSTEN VAN STICHTINGSKOSTEN NAAR EXPLOITATIEKOSTEN Janssen REM Consulting INTRODUCTIE EN KENNISMAKING ONS AANBOD Uitvoeren van Levensduur analyses Het bieden van softwareoplossingen

Nadere informatie

Biomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie

Biomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie Biomassa Pilaar in de energietransitie en Uitgangspunt voor de biobased economie Klimaatverandering: onze uitdaging Onze opdracht om er snel en écht iets aan te gaan doen Overeenstemming: er moet wat gebeuren!

Nadere informatie

Groen gas. Duurzame energieopwekking. Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Welke keuzes en wat levert het op?

Groen gas. Duurzame energieopwekking. Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Welke keuzes en wat levert het op? Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Groen gas Welke keuzes en wat levert het op? Huidig beleid 100 miljoen m 3 groen gas. Opbrengst: 3 PJ. Extra inspanning 200 miljoen m 3 groen gas. Opbrengst: 6 PJ.

Nadere informatie

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug CONCEPT Omgevingsdienst regio Utrecht Mei 2015 opgesteld door Erwin Mikkers Duurzame energie per Kern in gemeente Utrechtse Heuvelrug

Nadere informatie

klimaatverandering en voedsel

klimaatverandering en voedsel klimaatverandering en voedsel Parijs; wat is er afgesproken en gaat het lukken? Wat betekent dit voor landbouw en voeding? Energie transitie als voorbeeld voor producent en consument Duurzaamheid als paradigma.

Nadere informatie

De rol van thermische opslag voor systeemintegratie en voor stedelijke energievoorziening

De rol van thermische opslag voor systeemintegratie en voor stedelijke energievoorziening De rol van thermische opslag voor systeemintegratie en voor stedelijke energievoorziening Wilfried Ivens (wilfried.ivens@ou.nl) Herman Eijdems (h.eijdems@mijnwater.com) René Verhoeven (r.verhoeven@mijnwater.com)

Nadere informatie

Aluminium, LCA en EPD

Aluminium, LCA en EPD Symposium Duurzaam Aluminium 5 februari 2015 Aluminium, LCA en EPD Harry van Ewijk IVAM UvA BV www.ivam.uva.nl IVAM UvA BV Opgericht in 1993 vanuit de Vakgroep Milieukunde UvA is enige aandeelhouder 15

Nadere informatie

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE Tentamen Analyse 6 januari 203, duur 3 uur. Voeg aan het antwoord van een opgave altijd het bewijs, de berekening of de argumentatie toe. Als je een onderdeel

Nadere informatie

Curaçao Carbon Footprint 2015

Curaçao Carbon Footprint 2015 Willemstad, March 2017 Inhoudsopgave Inleiding 2 Methode 2 Dataverzameling 3 Uitstoot CO2 in 2010 3 Uitstoot CO2 in 2015 4 Vergelijking met andere landen 5 Central Bureau of Statistics Curaçao 1 Inleiding

Nadere informatie

Duurzame biomassa. Een goede stap op weg naar een groene toekomst.

Duurzame biomassa. Een goede stap op weg naar een groene toekomst. Duurzame biomassa Een goede stap op weg naar een groene toekomst. Nuon Postbus 4190 9 DC Amsterdam, NL Spaklerweg 0 1096 BA Amsterdam, NL Tel: 0900-0808 www.nuon.nl Oktober 01 Het groene alternatief Biomassa

Nadere informatie

Nutriënten en organische stof stromen en voorraden op wereld en Europese schaal. Jan Peter Lesschen. Kimo van Dijk en Oene Oenema

Nutriënten en organische stof stromen en voorraden op wereld en Europese schaal. Jan Peter Lesschen. Kimo van Dijk en Oene Oenema Nutriënten en organische stof stromen en voorraden op wereld en Europese schaal Jan Peter Lesschen Kimo van Dijk en Oene Oenema Introductie Bodemvruchtbaarheid ongelijk verdeeld in de wereld Natuurlijke

Nadere informatie

Kernenergie. kernenergie01 (1 min, 22 sec)

Kernenergie. kernenergie01 (1 min, 22 sec) Kernenergie En dan is er nog de kernenergie! Kernenergie is energie opgewekt door kernreacties, de reacties waarbij atoomkernen zijn betrokken. In een kerncentrale splitst men uraniumkernen in kleinere

Nadere informatie

100% groene energie. uit eigen land

100% groene energie. uit eigen land 100% groene energie uit eigen land Sepa green wil Nederland op een verantwoorde en transparante wijze van energie voorzien. Dit doen wij door gebruik te maken van duurzame energieopwekking van Nederlandse

Nadere informatie

Geokunststoffen en de reductie van de CO2 footprint

Geokunststoffen en de reductie van de CO2 footprint Geokunststoffen en de reductie van de CO2 footprint M. Nods Nods Consultancy www.nods-consultancy.com m.nods@nods-consultancy.com Principes circulaire economie 2 NGO: algemene introductie 1 De Life Cycle

Nadere informatie

Triodos duurzaam bouwen. Onze visie en assessment methode voor duurzaam bouwen

Triodos duurzaam bouwen. Onze visie en assessment methode voor duurzaam bouwen Triodos duurzaam bouwen Onze visie en assessment methode voor duurzaam bouwen Overzicht 1. Inleiding 2. Criteria & vragen 1. Essentiële criteria 2. Project criteria 3. Context 2 Overzicht 1. Inleiding

Nadere informatie

Westvoorne CO 2 - uitstoot

Westvoorne CO 2 - uitstoot Westvoorne CO 2 - uitstoot De grafiek geeft de CO 2-uitstoot verdeeld over de hoofdsectoren over de jaren 2010 tot en met 2013. Cijfers zijn afkomstig uit de Klimaatmonitor van RWS. Cijfers over 2014 zijn

Nadere informatie

GER-waarden en milieu-impact scores hulpstoffen voor de afvalwaterzuivering. Heleen Pinkse

GER-waarden en milieu-impact scores hulpstoffen voor de afvalwaterzuivering. Heleen Pinkse GER-waarden en milieu-impact scores hulpstoffen voor de afvalwaterzuivering Heleen Pinkse Aanleiding Energiefabriek: Door toepassen van chemicaliën kan energiegebruik van de zuivering verminderen, maar..

Nadere informatie

Alliander Rol E- opslag

Alliander Rol E- opslag Alliander Rol E- opslag Vakbeurs energie 7 oktober 2015 Den Bosch Drs. J.H. Blom MBE Tuesday, 13 October 2015 1 Jos Blom Info Energy Life 5 juni 2012 Alliander Visie: Wij staan voor een energievoorziening

Nadere informatie

De club van Rome had toch gelijk!

De club van Rome had toch gelijk! De club van Rome had toch gelijk! Bernard Dam MECS, Chemical Engineering, Faculty of Applied Science, Delft University of Technology 11 november 2009 Delft University of Technology Challenge the future

Nadere informatie

Ontwikkelen en Testen Carbon- en Water Footprint Module voor MasterLink (49)

Ontwikkelen en Testen Carbon- en Water Footprint Module voor MasterLink (49) Ontwikkelen en Testen Carbon- en Water Footprint Module voor MasterLink (49) Programma Precisie Landbouw Verplichtingennr: 1400007552 Agrifirm Plant Maart 2012 INHOUD INLEIDING... 3 1. CARBON FOOTPRINT...

Nadere informatie

Energie en water de circulaire economie

Energie en water de circulaire economie Energie en water de circulaire economie Prof. Dr. Ad van Wijk 4-6-2014 28-5-2014 Delft University of Technology Challenge the future Circular Economy (EMF) 2 Six principles of the Circle Economy All materials

Nadere informatie

Notitie Betreft Power2Nijmegen Inleiding figuur 1: overzicht ecodorp Vraagstelling

Notitie Betreft Power2Nijmegen Inleiding figuur 1: overzicht ecodorp Vraagstelling Notitie Aan : Ad Vlems, Bert Lagerweij Van : Arjan van Bon Datum : 28 augustus 2012 Kopie : Anne Pronk Onze referentie : 9X3809.A2/N00001/110412/Nijm2 HASKONING NEDERLAND B.V. BUILDINGS Betreft : Power2Nijmegen

Nadere informatie

Tijdelijke duurzame energie

Tijdelijke duurzame energie Tijdelijke duurzame energie Tijdelijk Uitgewerkte businesscases voor windenergie, zonne-energie en biomassa Anders Bestemmen Tijdelijke duurzame energie Inleiding In het Corporate Innovatieprogramma van

Nadere informatie

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g S e v e n P h o t o s f o r O A S E K r i j n d e K o n i n g Even with the most fundamental of truths, we can have big questions. And especially truths that at first sight are concrete, tangible and proven

Nadere informatie

Tentamen Thermodynamica

Tentamen Thermodynamica Tentamen Thermodynamica 4B420 4B421 10 november 2008, 14.00 17.00 uur Dit tentamen bestaat uit 4 opeenvolgend genummerde opgaven. Indien er voor de beantwoording van een bepaalde opgave een tabel nodig

Nadere informatie

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010 FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010 Voeg aan het antwoord van een opgave altijd het bewijs, de berekening of de argumentatie toe. Als je een onderdeel

Nadere informatie

Waterstof. Hoe het kleinste element in het periodiek systeem een grote drijvende kracht vormt voor de energie- en chemische industrie transitie

Waterstof. Hoe het kleinste element in het periodiek systeem een grote drijvende kracht vormt voor de energie- en chemische industrie transitie Waterstof Hoe het kleinste element in het periodiek systeem een grote drijvende kracht vormt voor de energie- en chemische industrie transitie Jörg Gigler & Marcel Weeda TKI Nieuw Gas Waterstofbijeenkomst

Nadere informatie

Groep 8 - Les 4 Duurzaamheid

Groep 8 - Les 4 Duurzaamheid Leerkrachtinformatie Groep 8 - Les 4 Duurzaamheid Lesduur: 30 minuten (zelfstandig) DOEL De leerlingen weten wat de gevolgen zijn van energie verbruik. De leerlingen weten wat duurzaamheid is. De leerlingen

Nadere informatie

CO 2 wijzer voor Tuinen

CO 2 wijzer voor Tuinen CO 2 wijzer voor Tuinen Achtergrond Tuinen hebben van nature een groen imago en niemand denkt direct aan een bijdrage aan het klimaateffect, als men over tuinen spreekt. In de praktijk is het natuurlijk

Nadere informatie

Wat kunnen we in Pijnacker-Nootdorp doen tegen klimaatverandering? Richard Smokers

Wat kunnen we in Pijnacker-Nootdorp doen tegen klimaatverandering? Richard Smokers Wat kunnen we in Pijnacker-Nootdorp doen tegen klimaatverandering? Richard Smokers Hoeveel CO 2 -reductie is nodig? doel nieuwe kabinet: in 2020 30% minder CO 2 -uitstoot dan in 1990 UN-IPCC: stabilisatie

Nadere informatie

Ruimte voor Hernieuwbare Energie Bijeenkomst in het kader van project Tijdelijk Anders Bestemmen

Ruimte voor Hernieuwbare Energie Bijeenkomst in het kader van project Tijdelijk Anders Bestemmen Ruimte voor Hernieuwbare Energie Bijeenkomst in het kader van project Tijdelijk Anders Bestemmen 15 januari 2014 Roy Ellenbroek Sander Kooper Ter herinnering: handreiking vs. TAB-project Presentatie: kritieke

Nadere informatie

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate Van Non-Corporate naar Corporate In MyDHL+ is het mogelijk om meerdere gebruikers aan uw set-up toe te voegen. Wanneer er bijvoorbeeld meerdere collega s van dezelfde

Nadere informatie

Energie uit bintjes en bieten 1981 een doodlopende weg

Energie uit bintjes en bieten 1981 een doodlopende weg Energie uit bintjes en bieten 1981 een doodlopende weg Prof. dr ir R. Rabbinge Prov. Gelderland / Arnhem, 19 oktober 2015 1 Bio-fuel in historisch perspectief ethanol Energie uit Bieten en Bintjes, Chemisch

Nadere informatie

Duurzaamheidsanalyse, Hoe groen is groen?

Duurzaamheidsanalyse, Hoe groen is groen? Duurzaamheidsanalyse, Hoe groen is groen? Docentendag CBBE, Sustainable Transition & Sustainability Analysis in de Biobased Economy, 4 februari 2015 Dr ir Jerke W. de Vries w w w. h o g e s c h o o l v

Nadere informatie

Extra impuls gemeenten voor afvalpreventie en afvalscheiding huishoudelijk afval

Extra impuls gemeenten voor afvalpreventie en afvalscheiding huishoudelijk afval Extra impuls gemeenten voor afvalpreventie en afvalscheiding huishoudelijk afval Inhoud 1. Inleiding 3 2. Opzet plannen voor ondersteuning 4 3. Plannen voor verminderen huishoudelijk restafval 5 3.1 Eisen

Nadere informatie

Gas als zonnebrandstof. Verkenning rol gas als energiedrager voor hernieuwbare energie na 2030

Gas als zonnebrandstof. Verkenning rol gas als energiedrager voor hernieuwbare energie na 2030 Gas als zonnebrandstof Verkenning rol gas als energiedrager voor hernieuwbare energie na 2030 1 Inhoudsopgave 1 2 3 4 5 Introductie Meer hernieuwbare energie Extra hernieuwbare energie in Nederland? Verkennen

Nadere informatie

TKI-KIEM WP1 - Methode voor integrale Energie- en Milieuprestatie. Erik Alsema, David Anink, W/E adviseurs 1 april 2015

TKI-KIEM WP1 - Methode voor integrale Energie- en Milieuprestatie. Erik Alsema, David Anink, W/E adviseurs 1 april 2015 TKI-KIEM WP1 - Methode voor integrale Energie- en Milieuprestatie Erik Alsema, David Anink, W/E adviseurs 1 april 2015 Doel Ontwikkeling van integrale methodiek om de milieueffecten als gevolg van energiegebruik

Nadere informatie

Management samenvatting

Management samenvatting Management samenvatting Haalbaarheidsstudie - Bio-energie als duurzame oplossing voor het bereiken van energiedoelstellingen in de gemeente Ede 1. Introductie 1.1 Achtergrond Biomassa wordt over het algemeen

Nadere informatie

VERANDERENDE VERBINDINGEN ASSETMANAGEMENT VERBINDT NEDERLAND

VERANDERENDE VERBINDINGEN ASSETMANAGEMENT VERBINDT NEDERLAND VERANDERENDE VERBINDINGEN ASSETMANAGEMENT VERBINDT NEDERLAND Ing. Ed Smulders InterProAdvies Tilburg WATERWAYS Rijkswaterstaat, Provinces, Waterschappen (public) Value: EUR 10-100 bn RAILWAYS 1837 ProRail

Nadere informatie

Hoe voeden we 9 mrd mensen optimaal: lokaal of mondiaal? Aalt Dijkhuizen MVO

Hoe voeden we 9 mrd mensen optimaal: lokaal of mondiaal? Aalt Dijkhuizen MVO Hoe voeden we 9 mrd mensen optimaal: lokaal of mondiaal? Aalt Dijkhuizen MVO 12-03-2015 NL Agri & Food: oprecht een topsector! Tweede exporteur ter wereld Stevige pijler onder de economie 10% v/h BNP;

Nadere informatie

Toelichting infopaneel energie

Toelichting infopaneel energie Inleiding Waarom zouden we voor hernieuwbaar energie gaan? De 3 begrippen die bij transitie aan bod zijn gekomen sluiten volledig aan bij het gebruik van hernieuwbare energie. 1 Om ons milieu te sparen

Nadere informatie

transport grondstoffen verpakking water energie MANAGEMENT SUMMARY

transport grondstoffen verpakking water energie MANAGEMENT SUMMARY MANAGEMENT SUMMARY Aanleiding: De keuze voor het werken met disposable en versus de wasbare microvezel doeken in de professionele schoonmaak wordt vaak op basis van meerdere factoren gemaakt. Een van de

Nadere informatie

Ketenemissies hernieuwbare elektriciteit

Ketenemissies hernieuwbare elektriciteit Ketenemissies hernieuwbare elektriciteit Notitie Delft, april 2010 Opgesteld door: G.J. (Gerdien) van de Vreede M.I. (Margret) Groot 1 April 2010 3.150.1 Ketenemissies hernieuwbare elektriciteit 1 Inleiding

Nadere informatie

CO 2 footprint rapportage Uzin Utz

CO 2 footprint rapportage Uzin Utz CO 2 footprint rapportage 2018 Uzin Utz 1 januari 2018 t/m 31 december 2018 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding en samenvatting 1.1. Inleiding 1.2. Samenvatting 2. CO2 reductiebeleid 2.1. Visie 2.2.

Nadere informatie

Introductie in flowcharts

Introductie in flowcharts Introductie in flowcharts Flow Charts Een flow chart kan gebruikt worden om: Processen definieren en analyseren. Een beeld vormen van een proces voor analyse, discussie of communicatie. Het definieren,

Nadere informatie

Handleiding Zuludesk Parent

Handleiding Zuludesk Parent Handleiding Zuludesk Parent Handleiding Zuludesk Parent Met Zuludesk Parent kunt u buiten schooltijden de ipad van uw kind beheren. Hieronder vind u een korte handleiding met de mogelijkheden. Gebruik

Nadere informatie

Een robuust en onderzoeksondersteund pad naar energieneutraliteit

Een robuust en onderzoeksondersteund pad naar energieneutraliteit Een robuust en onderzoeksondersteund pad naar energieneutraliteit Michel De Paepe Overzicht Definitie van Nearly Zero Energy Building Technologische ontwikkeling Uitvoering, opvolging en commissioning

Nadere informatie

Auteurs: Martin Liebregts en Haico van Nunen

Auteurs: Martin Liebregts en Haico van Nunen 1 Auteurs: Martin Liebregts en Haico van Nunen V A N L E V E N S D U U R D E N K E N N A A R M I L I E U W A A R D E N A N A L Y S E ( M I W A ) Bij duurzaamheid gaat het om doen of laten. De praktijk

Nadere informatie

BUIKSLOTERHAM INTEGRATED ENERGY SYSTEM

BUIKSLOTERHAM INTEGRATED ENERGY SYSTEM BIES BUIKSLOTERHAM INTEGRATED ENERGY SYSTEM Naar een duurzaam en geïntegreerd energiesysteem voor een wijk in transitie Een onderzoek uitgevoerd door: Met ondersteuning van: Foto: AEROPHOTO-SCHIPHOL 1

Nadere informatie

1. Ecologische voetafdruk

1. Ecologische voetafdruk 2 VW0 THEMA 7 MENS EN MILIEU EXTRA OPDRACHTEN 1. Ecologische voetafdruk In de basisstoffen heb je geleerd dat we voedsel, zuurstof, water, energie en grondstoffen uit ons milieu halen. Ook gebruiken we

Nadere informatie

Designing climate proof urban districts

Designing climate proof urban districts Designing climate proof urban districts Presentation for Deltas in Times of Climate Change 2010 Jaap Kortman Laura van der Noort IVAM Maarten van Dongen Witteveen + Bos The Netherlands Presentation What

Nadere informatie

WAAR MOETEN WE VERSNELLEN?

WAAR MOETEN WE VERSNELLEN? WAAR MOETEN WE VERSNELLEN? Electriciteit Warmte Vervoeren Producten TOTAAL % EINDVBR Industrie 166 410 557 1133 46% 576 Huizen 80 339 419 17% 419 Gebouwen (diensten) 120 127 247 10% 247 Mobiliteit / transport

Nadere informatie

Samenvatting LCA Ioniqa. Screening carbon footprintanalyse

Samenvatting LCA Ioniqa. Screening carbon footprintanalyse Samenvatting LCA Ioniqa Screening carbon footprintanalyse Samenvatting LCA Ioniqa Screening carbon footprintanalyse Deze samevatting is geschreven door: Erik Roos Lindgreen Geert Bergsma Delft, CE Delft,

Nadere informatie

I.S.T.C. Intelligent Saving Temperature Controler

I.S.T.C. Intelligent Saving Temperature Controler MATEN & INFORMATIE I.S.T.C. Intelligent Saving Temperature Controler Deze unieke modulerende zender, als enige ter wereld, verlaagt het energieverbruik aanzienlijk. Het werkt in combinatie met de energy

Nadere informatie

Duorsume enerzjy yn Fryslân. Energiegebruik en productie van duurzame energie

Duorsume enerzjy yn Fryslân. Energiegebruik en productie van duurzame energie Duorsume enerzjy yn Fryslân Energiegebruik en productie van duurzame energie 1 15 11 oktober 1 Inhoud Management Essay...3 1 Management Essay De conclusies op één A4 De provincie Fryslân heeft hoge ambities

Nadere informatie

Energie voorziening op weg naar duurzaamheid: biomassa? Chris Westra.

Energie voorziening op weg naar duurzaamheid: biomassa? Chris Westra. Energie voorziening op weg naar duurzaamheid: biomassa? Chris Westra www.ecn.nl energiegebruik Alarmerende stijging energiegebruik klimaatproblemen duurzame energievoorziening noodzakelijk Ambitieus &

Nadere informatie

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation 2011-2012 CiTG, minor Mining and Resource Engineering College 1: Inleiding en Overzicht Dr.ir. Gerard P.J. Dijkema Energy & Industry Group December 12,

Nadere informatie

Technische onderbouwing themapagina s GasTerra Jaarverslag 2012. Gas. Gas. Volume (mrd. m 3 ) 83. Calorische waarde (Hi) (MJ/m 3 ) 31,65

Technische onderbouwing themapagina s GasTerra Jaarverslag 2012. Gas. Gas. Volume (mrd. m 3 ) 83. Calorische waarde (Hi) (MJ/m 3 ) 31,65 Technische onderbouwing themapagina s GasTerra Jaarverslag 2012 Gas Gas Volume (mrd. m 3 ) 83 Calorische waarde (Hi) (MJ/m 3 ) 31,65 Calorische waarde (Hs) (MJ/m 3 ) 35,17 Energie-inhoud op onderwaarde

Nadere informatie

Rapportage van broeikasgasemissies veroorzaakt door gekochte elektriciteit

Rapportage van broeikasgasemissies veroorzaakt door gekochte elektriciteit Rapportage van broeikasgasemissies veroorzaakt door gekochte elektriciteit Een samenvatting van de "Greenhouse Gas Protocol Scope 2 Guidance" Samengevat en vertaald door het EKOenergie-secretariaat, januari

Nadere informatie

De Kromme Rijnstreek Off Grid in Hoe kan dat eruit zien?

De Kromme Rijnstreek Off Grid in Hoe kan dat eruit zien? De Kromme Rijnstreek Off Grid in 00. Hoe kan dat eruit zien? De gemeenten Houten, Wijk bij Duurstede en Bunnik op weg naar energieneutraal in 00 Exact bepalen hoe het energiesysteem van de toekomst er uit

Nadere informatie

VISAFSLAG SCHEVENINGEN KLAAR VOOR EEN DUURZAME TOEKOMST

VISAFSLAG SCHEVENINGEN KLAAR VOOR EEN DUURZAME TOEKOMST VISAFSLAG SCHEVENINGEN KLAAR VOOR EEN DUURZAME TOEKOMST Afstudeer presentatie Johan Bogaart 2 Juli 2013 14:00-15:00 Faculteit bouwkunde Zaal A Welkom - Projectgebied - Fascinatie Slide 2 of 67 P5 presentatie

Nadere informatie

Kunststoffen: zegen of zorg?

Kunststoffen: zegen of zorg? No Waste into the Oceans Kunststoffen: zegen of zorg? Stuf Kaasenbrood Open Universiteit, 3 november 2012 Kunststoffen: zegen of zorg? Gebruik en Voordelen van kunststoffen Kunststofimago en Probleemthema

Nadere informatie

Masterclass LCA. Wat kan je met LCA-studies in afvalland? Geert Bergsma

Masterclass LCA. Wat kan je met LCA-studies in afvalland? Geert Bergsma Masterclass LCA Wat kan je met LCA-studies in afvalland? Geert Bergsma CE Delft sinds 1978 Onafhankelijk onderzoek en advies Milieu, economie, techniek en beleid Energie, transport, afval, biomassa, voedsel,

Nadere informatie

Lessuggesties energie Ter voorbereiding van GLOW. Groep 6, 7, 8

Lessuggesties energie Ter voorbereiding van GLOW. Groep 6, 7, 8 Lessuggesties energie Ter voorbereiding van GLOW Groep 6, 7, 8 Eindhoven, 8 september 2011 In het kort In deze lesbrief vind je een aantal uitgewerkte lessen waarvan je er één of meerdere kunt uitvoeren.

Nadere informatie

C - de totale constante kosten. N - de normale bezetting in stuks

C - de totale constante kosten. N - de normale bezetting in stuks STANDAARDKOSTPRIJS Een bedrijf moet een verkoopprijs bepalen om zijn producten te kunnen verkopen. De klant moet vooraf weten welke prijs betaald moet worden voor het aangeboden product. De standaardkostprijs

Nadere informatie

Overzicht lessenserie Energietransitie. Lessen Energietransitie - Thema s en onderwerpen per les.

Overzicht lessenserie Energietransitie. Lessen Energietransitie - Thema s en onderwerpen per les. 1 Lessen Energietransitie - Thema s en onderwerpen per les. 2 Colofon Dit is een uitgave van Quintel Intelligence in samenwerking met GasTerra en Uitleg & Tekst Meer informatie Kijk voor meer informatie

Nadere informatie

Energieverzorging Nederland

Energieverzorging Nederland Energieverzorging Nederland Naar een Duurzame Samenleving (VROM) Vanuit een internationaal geaccordeerde basis voor 2050 Standpunt Nederlandse overheid : 100% CO2 -reductie Standpunt van de G8: 80 % CO2

Nadere informatie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie 1 Keuzetwijfels in de Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze in Relatie tot Depressie Open Universiteit Nederland Masterscriptie (S58337) Naam: Ilse Meijer Datum: juli 2011

Nadere informatie

Energy Balance Assessment Tool

Energy Balance Assessment Tool Energy Balance Assessment Tool Energy Balance Assessment Tool (EBAT) Verbruik van verschillende soorten energie in de waterkringloop: een Excel tool Energy Balance Assessment Tool (EBAT) Waarom is EBAT

Nadere informatie

Reactie visiedocument: Duurzame bio-economie 2030

Reactie visiedocument: Duurzame bio-economie 2030 Reactie visiedocument: Duurzame bio-economie 2030 Prof. dr. M.B. Katan, Prof. dr ir R. Rabbinge & Prof. dr. L.E.M. Vet Bijeenkomst Commissie Corbey / Utrecht, 16 januari 2015 1 Light use efficiency: terrestrial

Nadere informatie

NWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS. NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans

NWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS. NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans NWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans NWA CIRCULAIRE ECONOMIE EN GRONDSTOFFENEFFICIËNTIE Een duurzame circulaire economie gaat uit van volledige herbruikbaarheid

Nadere informatie

TKI-KIEM WP1 - Methode voor integrale Energie- en Milieuprestatie. Erik Alsema, David Anink, W/E adviseurs 24 juni 2014

TKI-KIEM WP1 - Methode voor integrale Energie- en Milieuprestatie. Erik Alsema, David Anink, W/E adviseurs 24 juni 2014 TKI-KIEM WP1 - Methode voor integrale Energie- en Milieuprestatie Erik Alsema, David Anink, W/E adviseurs 24 juni 2014 Doel Ontwikkeling van integrale methodiek om de milieueffecten als gevolg van energiegebruik

Nadere informatie

ons bin zinnig feb 2019 made in zeeland

ons bin zinnig feb 2019 made in zeeland ons bin zinnig feb 2019 aanleiding klankbordgroep - duurzaam project - concreet én meetbaar - binnen 5 jaar te realiseren. - energie-balans energie-efficiëntie (duurzame bronnen/besparen) energie-efficiëntie

Nadere informatie

Energie in de provincie Utrecht. Een inventarisatie van het energiegebruik en het duurzaam energie potentieel

Energie in de provincie Utrecht. Een inventarisatie van het energiegebruik en het duurzaam energie potentieel Energie in de provincie Utrecht Een inventarisatie van het energiegebruik en het duurzaam energie potentieel Doel van Onderzoek Dit onderzoek dient om: 1. Een nieuw overzicht samen te stellen van het energiegebruik

Nadere informatie

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies Emissiekentallen elektriciteit Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies Notitie: Delft, januari 2015 Opgesteld door: M.B.J. (Matthijs) Otten M.R. (Maarten) Afman 2 Januari

Nadere informatie

Duurzame energie in balans

Duurzame energie in balans Duurzame energie in balans Duurzame energie produceren en leveren binnen Colruyt Group I. Globale energievraag staat onder druk II. Bewuste keuze van Colruyt Group III. Wat doet WE- Power? I. Globale energievraag

Nadere informatie

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA UPDATE 2016 SAMENVATTING STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA Opdrachtgever Gemeente Breda Afdeling Mobiliteit en Milieu Opdrachtnemer Evert

Nadere informatie

INDC Suriname : Renewable Energy

INDC Suriname : Renewable Energy INDC Suriname : Renewable Energy Mw. N. Plet Nationale Coördinatie Milieubeleid Kabinet van de President van de Republiek Suriname Donderdag 23 Juni 2016 Marriot Presentatie opbouw Waarom er is gekozen

Nadere informatie

Alternatieve energiebronnen

Alternatieve energiebronnen Alternatieve energiebronnen energie01 (1 min, 5 sec) energiebronnen01 (2 min, 12 sec) Windenergie Windmolens werden vroeger gebruikt om water te pompen of koren te malen. In het jaar 650 gebruikte de mensen

Nadere informatie

Klimaat-slim bosbeheer

Klimaat-slim bosbeheer Klimaat-slim bosbeheer Welke opties heb je als bosbeheerder? Mart-Jan Schelhaas 29 oktober 2018 Inhoud Achtergrond Wat is de relatie tussen koolstof en bos? Welke opties heb je als bosbeheerder? Wat doet

Nadere informatie

Milieu- en klimaatuitdagingen voor de 21ste eeuw: van Europese visie naar lokale betekenis en actie. Hans Bruyninckx, Mortsel, 9 oktober 2105

Milieu- en klimaatuitdagingen voor de 21ste eeuw: van Europese visie naar lokale betekenis en actie. Hans Bruyninckx, Mortsel, 9 oktober 2105 Milieu- en klimaatuitdagingen voor de 21ste eeuw: van Europese visie naar lokale betekenis en actie Hans Bruyninckx, Mortsel, 9 oktober 2105 Presentation by Dr. Hans Bruyninckx, Executive Director, EEA

Nadere informatie

Overleven met energie

Overleven met energie Overleven met energie Jo Hermans Universiteit Leiden Nationaal Congres Energie & Ruimte, TU Delft, 22 september 2011 Overleven met energie Een blijma in 5 bedrijven 1. Meest onderschatte wet 2. Meest onderschatte

Nadere informatie

Productie van hernieuwbare energie in de woning/wijk

Productie van hernieuwbare energie in de woning/wijk Productie van hernieuwbare energie in de woning/wijk Energiebehoefte van woningen/woonwijken Huidige gemiddelde energievraag van een woning 1. Warmte aardgas 1400 m3 2. Licht & kracht elektriciteit 3000

Nadere informatie

P. DE BOORDER & ZOON B.V.

P. DE BOORDER & ZOON B.V. Footprint 2013 Wapeningscentrale P. DE BOORDER & ZOON B.V. Dit document is opgesteld volgens ISO 14064-1 Datum Versie Opsteller Gezien 31 maart 2014 Definitief Dhr. S.G. Jonker Dhr. K. De Boorder 2 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Shell NL & Shell New Energies

Shell NL & Shell New Energies Shell NL & Shell New Energies An outlook towards a clean and renewable energy system Dr.-Ing. Peter Breithaupt September 2017 1 Contents New Energies Themes New Fuels Renewable Power Connected Customer

Nadere informatie

Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010. Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie

Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010. Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010 Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie Financieren Duurzame energie binnen Rabobank Groep Maatwerk Sustainability naast Food

Nadere informatie

Praktische opdracht ANW Biobased economy keuzekaart

Praktische opdracht ANW Biobased economy keuzekaart Praktische opdracht ANW Biobased economy k Praktische-opdracht door een scholier 1807 woorden 26 juni 2011 4,7 3 keer beoordeeld Vak ANW Keuzeopdracht ANW Jan H. 4V SGL 09-06-2011 Biobased Economy Het

Nadere informatie

Kwantificeren van Milieuprestatie. Mantijn van Leeuwen

Kwantificeren van Milieuprestatie. Mantijn van Leeuwen Kwantificeren van Milieuprestatie Mantijn van Leeuwen NIBE (Experts in Sustainability) Ondersteund door LCA gegevens, maakt u betere beslissingen NIBE speelt een centrale rol tussen producenten, ontwerpers,

Nadere informatie