Bijlage 2 bij besluitnota MODEL HSL. Gemeenten Haren Hoogezand-Sappemeer Slochteren. HSL-model; d.d. juli / CMO/BI

Transcriptie

1 Bijlage 2 bij besluitnota MDEL HSL Gemeenten Haren Hoogezand-Sappemeer Slochteren HSL-model; d.d. juli /7

2 Het HSL-model De Sluitende Aanpak Jongeren in Haren, Hoogezand/Sappemeer en Slochteren Status : concept voor bestuurlijk overleg; ter toetsing door de ontwikkelingsgroep Datum: vastgesteld op bestuurlijk overleg op 13 septeember Inleiding Voor de realisering van de sluitende aanpak jongeren naar startkwalificatie en werk zijn heldere processen en afspraken over taken en verantwoordelijkheden tussen de uitvoerende ketenpartners die (deel)taken hebben in de sluitende aanpak onontbeerlijk. In het logistiek uitvoeringsmodel worden deze op hoofdlijnen beschreven. Dit logistiek uitvoeringsmodel HSL heeft daarbij 2 functies: 1. Het dient voor bestuurlijke besluitvorming waarmee de kaders voor de uitvoering vastliggen; 2. Het biedt houvast voor verdere uitwerking (operationalisering) naar procesbeschrijvingen, taak- en verantwoordelijkheidsomschrijvingen. 2. Uitgangspunt en toetsingscriterium HSL-model Centraal in het model staat het volgende uitgangspunt: Alle jongeren (16-23 jaar), zonder startkwalificatie en/of werk woonachtig in de gemeenten Hoogezand-Sappemeer, Haren of Slochteren die in beeld komen bij het RMC, de Leerplichtambtenaar, het CWI, de GSD of het UWV worden gevolgd, begeleid en gefaciliteerd bij het realiseren van een startkwalificatie en/of werk. Het realiseren van een startkwalificatie gaat boven werk. Dit uitgangspunt vormt daarmee tevens het inhoudelijke toetsingskader voor het HSL-model. 3. Het HSL-model: de ketenlogistiek In het schema in de bijlage is de instroom-doorstroom-uitstroom van jongeren in de uitvoeringsketen schematisch weergegeven. In de instroomfase komen de jongeren in beeld voor de sluitende aanpak. In de doorstroomfase vinden activiteiten voor en met de jongeren plaats gericht op realisering van het resultaat: startkwalificatie en/of werk. In de uitstroomfase verlaten de jongeren de sluitende aanpak omdat het resultaat bereikt is of de jongere niet meer onder de doelgroep valt. 4. Beschrijving van de rol/taak van de ketenpartners In dit hoofdstuk worden de rollen/taken en verantwoordelijkheden van de betrokken ketenpartners beschreven voor zover deze van toepassing zijn op de uitvoering van de sluitende aanpak naar startkwalificatie en werk. verige taken en dienstverlening die hierop geen betrekking hebben zijn buiten beschouwing gelaten in deze beschrijving. 4.1 Instroomfase In de instroomfase komen jongeren in beeld die mogelijk vallen onder de sluitende aanpak jongeren naar startkwalificatie en werk. HSL-model; d.d. juli /7

3 Scholen De onderwijsinstellingen voor Voortgezet nderwijs (V) en de MB-instellingen (RC/AC) melden de jongere die de school voortijdig (= voortijdig schoolverlater= VSV=zonder startkwalificatie) verlaat (= uitschrijving of langdurig verzuim) aan het RMC (en eventueel rechtstreeks aan de leerplichtambtenaar van de gemeente). Regionale Meld- en Coördinatiepunten (RMC) Voor de regio Hoogezand-Sappemeer, Haren en Slochteren zijn er feitelijk 3 RMC s die leerlingen uit deze gemeente kunnen melden: Centraal-Groningen (stad); ost-groningen (Veendam); Noord-Groningen(Delfzijl). Centra voor Werk en Inkomen Het betreft de CWI s in Hoogezand-Sappemeer (gemeenten Hoogezand-Sappemeer en Delfzijl). Jongeren kunnen zich hier melden en in laten schrijven als werkzoekende wanneer de jongere hierom verzoekt. ok verloopt de aanvraag van een uitkering (WW of bijstand) via het CWI. Gemeentelijke sociale diensten en UWV Bij de start van het HSL-model brengen de sociale diensten van de betrokken gemeenten en UWV het bestand jongeren dat zij in behandeling hebben onder de sluitende aanpak. verig verige maatschappelijke dienstverleners (politie, Jeugdzorg, Welzijn), jongeren zelf of ouders kunnen jongeren aanmelden bij de jongerencoördinator. Jongerencoördinator In de instroomfase melden alle hierboven genoemde partijen de jongere aan bij de jongerencoördinator. Deze screent de jongere en onderzoekt: startkwalificatie ja/nee (inclusief onderzoek of jongere wellicht al weer onderwijs volgt); werk: ja /nee. p basis van beide uitkomsten bepaalt de jongerencoördinator de vervolgactie en door wie. De jongere komt dan in de doorstroomfase van de sluitende aanpak. Indien de jongere geen startkwalificatie heeft en de jongere van school komt wordt door de coördinator contact gelegd met de school van herkomst. In principe wordt de jongere weer overgedragen aan de school om met de jongere alsnog op korte termijn (binnen 1 maand) een herplaatsing in het onderwijs te realiseren. In dat geval wordt de actie afgesloten als een herplaatsing onderwijs en vinden er geen vervolgacties meer plaats 4.2. Doorstroomfase In de doorstroomfase wordt nagegaan wat de status van de jongere is; de jongeren worden door de jongerencoördinator gecategoriseerd. De volgende categorieën worden daarbij onderscheiden, waarbij tevens wordt aangegeven wie (eventueel volgordelijk) met de jongere aan de slag gaat om het beoogde doel (startkwalificatie en/of werk) te realiseren. HSL-model; d.d. juli /7

4 Categorie 1 Leerplichtige jongeren zonder startkwalificatie Deze jongeren (16 jaar en ouder) worden door de jongerencoördinator direct gemeld/overgedragen aan de leerplichtambtenaar. Deze draagt zorg voor de actie richting de jongere. hetzij de jongere gaat weer naar of blijft op school; hetzij de jongere krijgt een vrijstelling voor de leerplicht en wordt dan overgedragen aan de jongerencoördinator. Deze bepaalt dan het vervolg. Resultaat(verantwoordelijkheid): de leerplichtambtenaar is verantwoordelijk voor de herplaatsing van leerplichtige jongeren terug naar het reguliere onderwijs en rapporteert hierover aan de jongerencoördinator. Voortgang en resultaat worden aan de jongerencoördinator gerapporteerd. Categorie 2 Niet leerplichtige jongeren zonder startkwalificatie Voor deze jongeren is het primaire doel: behalen van een startkwalificatie. Dit kan het beste via het regulier onderwijs. m dit te realiseren zijn er 2 wegen: de jongerencoördinator neemt met de school van herkomst contact op en probeert de verantwoordelijkheid voor de herplaatsing over te dragen aan de school (instroomfase). Indien dit niet mogelijk is wordt de RMC-trajectbegeleider ingeschakeld (doorstroomfase) De RMC-trajectbegeleider heeft als doel de herplaatsing terug naar het reguliere onderwijs te realiseren tot het moment dat blijkt dat herplaatsing op korte termijn niet tot de mogelijkheden behoort. De termijn hiervoor bedraagt in principe maximaal 1 maand, tenzij de verwachting is dat er een reële kans op herplaatsing is na de periode van 1 maand. Resultaat(verantwoordelijkheid): De RMC-trajectbegeleider is verantwoordelijk voor de herplaatsing van jongeren zonder startkwalificatie terug naar het reguliere onderwijs en rapporteert hierover aan de jongerencoördinator. Voortgang en resultaat worden aan de jongerencoördinator gerapporteerd. Categorie 3. Niet leerplichtige jongeren zonder startkwalificatie niet herplaatsbaar in regulier onderwijs Binnen deze categorie zijn een aantal subcategorieën te onderscheiden. Categorie 3A. niet leerplichtige jongeren zonder startkwalificatie niet herplaatsbaar in het regulier onderwijs met of zonder een Bijstandsuitkering De gemeentelijke sociale dienst (GSD) bepaalt het traject voor deze jongeren waarbij het realiseren van een startkwalificatie beoogd wordt al dan niet in combinatie met werk (bv. via de BBL of scholing werkenden met EVC). De GSD schakelt hiervoor zonodig reïntegratiebedrijven in. Categorie 3B. niet leerplichtige jongeren zonder startkwalificatie niet herplaatsbaar in het regulier onderwijs met een WW-uitkering UWV bepaalt het traject voor deze jongeren waarbij het realiseren van een startkwalificatie beoogd wordt al dan niet in combinatie met werk (bv. via de BBL of scholing werkenden met EVC). Het UWV schakelt hiervoor zonodig reïntegratiebedrijven in. Categorie 3C. niet leerplichtige jongeren zonder startkwalificatie niet herplaatsbaar in het regulier onderwijs met een Wajong-uitkering van het UWV UWV bepaalt het traject voor deze Wajong-jongeren waarbij het realiseren van een arbeidsmarktkwalificatie beoogd wordt. Het kan leiden tot een (aangepast) opleidingstraject op assistentniveau (niveau 1) in het MB, dan wel maatwerktrajecten naar/met arbeid al dan niet gesubsidieerd. Het UWV schakelt hiervoor zonodig reïntegratiebedrijven in. De te behalen eindkwalificatie is maatwerk en wordt individueel bepaald (hoogst haalbare niveau). Het UWV draagt er zorg voor dat de jongeren die in aanmerking komen voor een Wajong-uitkering tijdig (vanaf 18-jarige leeftijd) begeleid worden. HSL-model; d.d. juli /7

5 Categorie 4. Niet leerplichtige jongeren met een startkwalificatie Binnen deze categorie zijn de volgende subcategorieën te onderscheiden. Categorie 4A Niet leerplichtige jongeren met een fase-1 indicering van het CWI Deze jongeren worden door het CWI begeleid naar werk voor de periode van maximaal 6 maanden. Indien hierbij niet het beoogde resultaat bereikt wordt, vindt na dit half jaar een kwalificerende intake (KWINT) plaats die leidt tot een fase 2, 3, of 4 indicering. Categorie 4B Niet leerplichtige jongeren met een fase-2, 3 of 4 indicering van het CWI zonder of met een bijstandsuitkering De gemeentelijke sociale dienst (GSD) bepaalt het traject voor deze jongeren waarbij het realiseren van betaald werk (minimaal 18 uren per week gedurende 6 maanden en geen (rest)uitkering) het te realiseren doel is. De GSD schakelt hiervoor zonodig reïntegratiebedrijven in. Categorie 4C Niet leerplichtige jongeren met een fase-2, 3 of 4 indicering van het CWI met een WWuitkering UWV bepaalt het traject voor deze jongeren waarbij het realiseren van betaald werk (minimaal 18 uren per week gedurende 6 maanden plus geen (rest)uitkering) het beoogde doel is. Het UWV schakelt hiervoor zonodig reïntegratiebedrijven in. 4.3 Uitstroomfase De uitstroom uit de sluitende aanpak wordt gerealiseerd wanneer: er sprake is van resultaat (startkwalificatie en werk); de jongere niet meer voldoet aan de doelgroepcriteria. In de volgende gevallen is hiervan sprake: de jongere gaat terug naar school; de jongere met startkwalificatie gaat aan het werk (minimaal 18 uren per week en 6 maanden) en maakt geen gebruik meer van een uitkering; de jongere wordt 23 jaar; de jongere is niet meer woonachtig in de gemeente (verhuisd). NB. Bij een jongere die zonder startkwalificatie aan het werk gaat is geen sprake van uitstroom en blijft vallen onder de sluitende aanpak. 5. Resultaat en resultaatverantwoordelijkheid Het resultaat van de sluitende aanpak is bereikt wanneer de jongere een startkwalificatie heeft en betaald (ongesubsidieerd) werk. Wanneer de jongere is herplaatst (ingeschreven als leerling) in het regulier onderwijs (bekostiging ministerie CW) valt de jongere niet (meer) onder de sluitende aanpak, omdat via het onderwijs gewerkt wordt aan de (start)kwalificatie. De ketenpartners dragen individueel en gezamenlijk verantwoordelijkheid voor het resultaat van de sluitende aanpak. Voor de onderscheiden partijen ziet dit er als volgt uit: Leerplichtambtenaar: herplaatsing in het onderwijs van de leerplichtige jongeren; RMC-trajectbegeleider: herplaatsing van jongeren zonder startkwalificatie binnen 1 maand in het reguliere onderwijs; CWI: plaatsing van fase-1 jongeren met startkwalificatie op werk binnen 6 maanden; HSL-model; d.d. juli /7

6 Gemeentelijke Sociale Dienst: realiseren van een startkwalificatie voor jongeren zonder startkwalificatie, zonder WWof Wajonguitkering, al dan niet in combinatie met werk wanneer herplaatsing naar het reguliere onderwijs niet mogelijk is; waarbij de de betrokken Dienst enkel formeel verantwoordelijk kan zijn indien de jongere is ingeschreven bij het CWI; realiseren van betaald werk voor jongeren met startkwalificatie met een fase 2-, 3- of 4- indicering door het CWI; UWV: realiseren van een startkwalificatie voor jongeren zonder startkwalificatie met een WWof Wajonguitkering al dan niet in combinatie met werk wanneer herplaatsing naar het reguliere onderwijs niet mogelijk is; realiseren van betaald werk voor jongeren met startkwalificatie met een fase 2, 3 of 4 indicering door het CWI De jongerencoördinator heeft geen resultaatverantwoordelijkheid. Deze functionaris draagt zorg voor de ketenlogistiek/distributie en de monitoring. m dit laatste mogelijk te maken melden de ketenpartners de nieuwe instroom en rapporteren de voortgang aan de jongerencoördinator. Taken jongerencoördinator: registreren de door de ketenpartners gemelde jongeren; controleren en registreren startkwalificatie (ja/nee); beoordelen van de in te zetten dienstverlener (resultaatverantwoordelijke) en registratie hiervan; overdragen jongere aan de dienstverlener (RMC-trajectbegeleider, Leerplichtambtenaar, CWI, GSD, WW, Wajong); registreren de resultaat- en bestandsgegevens van de resultaatverantwoordelijke ketenpartners. opstellen rapportage(gegevens) ten behoeve van monitoring en sturing sluitende aanpak jongeren. Het CWI is de overige ketenpartners behulpzaam bij het zoeken en vinden van BBL-plaatsen voor jongeren zonder startkwalificatie. HSL-model; d.d. juli /7

7 HSL-model schematisch weergegeven Scholen RMC CWI GSD WW Wajong verig Instroom D Jongerencoördinator R S T R Leerpl. ambtenaar CWI GSD Wajong RMC Trajectbegeleider WW M Reïnte -gratiebedrijf Reïnte -gratiebedrijf Reïnte -gratiebedrijf Uitstroom terug naar school (regulier onderwijs; BL/BBL/AV) werk met startkwalificatie + geen uitkering > = 23 jaar overig ; verhuizen etc. HSL-model; d.d. juli /7