Hoofdstuk 1 Werken of vrije tijd? 1.1 Geld verdienen om leuke spullen te kunnen kopen of voetballen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hoofdstuk 1 Werken of vrije tijd? 1.1 Geld verdienen om leuke spullen te kunnen kopen of voetballen."

Transcriptie

1 Hoofdstuk 1 Werken of vrije tijd? 1.1 Geld verdienen om leuke spullen te kunnen kopen of voetballen. 1.2 a. ( )/ % = -22,55% dus 22,6% minder per jaar. b /48 = 47,7 uur per week. c /48 = 28,7 uur per week. d. Het aantal vakantie- en verlofdagen kan per land verschillen. 1.3 a. Spanje. b. Nederland. c. Er werken 0, , = personen in deeltijd. Het totaal aantal werkenden is = personen. Dat is ( / ) 100% = 47,3%. 1.4 a. Voor een voltijdbaan (= arbeidsjaar) heb je meer dan een persoon nodig. b. De p/a-ratio zal dalen: per arbeidsjaar zijn er dan minder personen. 1.5 NL 72%, VS 74%, EU 67%. 1.6 a = personen. b personen. 1.7

2 1.8 ( )/ % = 71,8%. 1.9 a. A: = B: = C: = 482. D: = E: = b. 2000: 7.187/ % = 67%. 2005: 7.455/ % = 68%. 2010: 7.817/ % = 71%. c. De participatiegraad neemt toe omdat mensen minder vervroegd uittreden uit het arbeidsproces a. Amerikaan /1.700 = 26,47. Nederlander /1.300 = 26,92. b. Ahmed: Amerikaan beschikt over meer inkomen per jaar. c. Truus: Nederlanders hebben meer vrije tijd en een hoger inkomen per uur a. Europeanen kiezen ervoor minder uren te werken. Er is niets mis met die keuze. b. Hoe langer je werkt, hoe vermoeider je wordt. De laatste uren zijn dan veel minder productief.

3 Hoofdstuk 2 Moet de arbeidsparticipatie omhoog? 2.1 AOW is een uitkering voor iedereen vanaf de AOW gerechtigde leeftijd die deels wordt betaald door de sociale fondsen uit premies en deels door de overheid uit belastinggeld. Een bedrijfspensioen is alleen bestemd voor de mensen die zelf rechten hebben opgebouwd (premies hebben betaald) voor een toekomstige uitkering. 2.2 De hoogte van een pensioen is afhankelijk van de premie die betaald is en de opbrengst van de beleggingen door het pensioenfonds. 2.3 a. Dat neemt af. Het betreft vooral de personen van 20 tot de AOW gerechtigde leeftijd. b. Aan het percentage AOW-gerechtigden: dat neemt in de loop der jaren toe. c. De gemiddelde leeftijd stijgt, want het aandeel van ouderen wordt steeds groter. d. De zorgkosten zullen stijgen, omdat bejaarden relatief meer zorgkosten hebben. 2.4 a. In 2012 zijn er 14,7% = AOW-gerechtigden. In 2032 zijn er 23,9% = AOW-gerechtigden. Dat is een stijging van ( )/ % = 68,7%. b. Stijging van (82 69,5)/69,5 100% = 18,0%. 2.5 a. Gunstig, het aantal uitkeringsgerechtigden daalt ten opzichte van het aantal werkenden. Meer actieven dragen de last van minder inactieven. b. Door de kredietcrisis raken veel mensen hun baan kwijt. Hierdoor daalt het aantal actieven en stijgt het aantal inactieven met een uitkering. Door de toenemende vergrijzing. 2.6 a = b / % = 20%. c. 10 miljoen = 100 miljard. d. 100 miljoen/5 miljoen = e / % = 50%. f. 100 miljard/6 miljoen = g. Er moet dan 6 miljoen = 120 miljoen aan belasting en premies worden opgebracht. Per actieve is dat 120 miljoen/10 miljoen = h / % = 24%.

4 2.7 a. 600 miljard/8 miljoen = b. 75/100 8 miljoen = 6 miljoen. c. Belasting en premies = 1/3 deel van = Het netto-inkomen is = d. Inkomsten overheid bedragen 1/3 600 = 200 miljard. Dit wordt verdeeld over 6 miljoen inactieven. De gemiddelde uitkering bedraagt 200 miljard/6 miljoen = e. Uitkering wordt 200 miljard/6,8 miljoen = Scholing, technische ontwikkeling, betere organisatie van het arbeidsproces. 2.9 a. Aantal inactieven = 60/100 5 miljoen = 3 miljoen. b. Actieven dragen 30% van 400 miljard = 120 miljard af. Een gemiddelde uitkering is 120 miljard/3 miljoen = c. De toename van het aantal uren in procenten = {(36-32)/32} 100% = 12,5%. De toename van de productie bedraagt: 12,5% 400 miljard = 50 miljard. d. 120/( ) 100% = 26,7%. e. Er is in totaal 120 miljard nodig voor de uitkeringen. Het nieuwe nationaal inkomen is 1, = 420 miljard. Dat is 120/ % = 28,6% Kan gevolgen vergrijzing goed opvangen. Mensen die eerst met pensioen gingen moeten nu nog doorwerken en blijven dus nog actief. Het aantal inactieven daalt en het aantal actieven stijgt dus daalt de i/a-ratio. 2. Kan gevolgen vergrijzing goed opvangen. Dan kunnen vooral meer huisvrouwen/huismannen toetreden tot de arbeidsmarkt en stijgt het aantal actieven. De i/a-ratio daalt. 3. Kan vergrijzing een beetje opvangen. Verlenging van de werkweek leidt niet tot een verandering van de i/a ratio. Wel werken de actieven langer per week, hebben meer inkomen en dragen meer belasting en premie af, waardoor de uitkeringen gemakkelijker zijn op te brengen a. De i/a-ratio = (38,5 + 1, ,25)/ = 65,5. Dat betekent dat er 65,5 inactieven zijn op 100 actieven. b. De arbeidsparticipatie van jarigen neemt heel sterk af in Nederland. c. Als AOW ers zelf meebetalen aan hun uitkeringen wordt de belasting- en premiedruk voor de actieven kleiner.

5 2.12 a. Er zijn 15 slaapleden op 35 hooligans. Dat is een s/h-ratio van 15/ = 42,9. b. De gemiddelde activiteitentijd is 600/35 = 17,1 uur. c. De s/h-ratio wordt (15 + 5)/(35 5) = 20/ = 66,7. Een stijging van (66,7 42,9)/42,9 100% = 55,5%. d. Er zijn nu 35 5 = 30 hooligans actief. De gemiddelde tijd die een hooligan per jaar in FKV stopt is 600/30 = 20 uur. Dat is een stijging met (20 17,1)/17,1 100% = 17,0%. e. De totale kosten en opbrengsten waren = Er zijn nu 60 FKV ers waarvan 10 nieuwe gefortuneerden die dubbel contributie betalen en 50 oude FKV ers die enkel betalen. Noem de contributie C. Dan geldt: 10 2C + 50 C = C = C = 145. Een gefortuneerde betaalt 2x de contributie dus = 290 contributie per jaar aan FKV.

6 Hoofdstuk 3 Loonvorming 3.1 a. Peter werkt 8,5 0,5 = 8 uur per dag. Hij verdient dan 8 3,50 = 28 per dag. Dat is (28 23,66)/23,66 100% = 18,3% boven het minimumjeugdloon van een 16-jarige. b. (23,66/34,5) 100 = 68,58. c. Om een minimale levensstandaard te garanderen. 3.2 a. 31% van de werknemers in de bouwsector is vakbondslid. b. De organisatiegraad in de bouw is veel hoger. Dus hebben bouwvakkers meer deskundige bijstand en kunnen ze gemakkelijker een vuist maken, bijvoorbeeld door te staken. De schoonmakers kunnen moeilijker gezamenlijk optreden omdat hun organisatiegraad lager is. c. Eigen mening. 3.3 a. De cel linksonder: als anderen wel contributie betalen en Peter niet dan heeft hij daar het meeste profijt van ( 25). Hij betaalt niet terwijl toch een hoger loon tot stand komt omdat alle andere werknemers wel lid worden van een vakbond = 25 voordeel. b. 0. De cel rechtsonder. Niemand betaalt contributie; er zijn geen kosten maar ook geen hoger loon. c. Als Peter ervan uitgaat dat anderen lid worden van een vakbond kan hij beter geen lid worden. Dan heeft hij het meeste profijt. Dit zie je in de cel linksonder, daar is 25 voor Peter de hoogste uitkomst want als hij wel lid wordt is de opbrengst maar 10 (zie cel linksboven). d. Als Peter ervan uitgaat dat anderen geen lid worden van een vakbond, kan hij dat beter ook niet doen. Dit zie je in de cel rechtsonder, daar is 0 voor Peter de hoogste uitkomst want als hij wel lid wordt is zijn opbrengst - 15 (zie cel rechtsboven). e. Peter zal geen lid worden van de vakbond. Wat anderen ook doen, geen lid worden levert hem steeds de hoogste opbrengst. f. Als iedereen zijn eigen belang nastreeft, komt er geen vakbond. Dat is nadelig voor iedereen (cel rechtsonder met 0). Door samen te werken, komt er wel een vakbond wat voordelig is (cel linksboven met 10).

7 3.4 a. Als bij collectieve dwang de opbrengst van het lidmaatschap in de vorm van meer loon hoger is dan de contributie zijn de werknemers beter af. b. Loon- en inkomstenbelasting opleggen, zorgverzekering verplicht stellen, verkeersregels instellen, verplichte WA-verzekering, etc. c. Vakbondsleden worden minder snel aangenomen omdat ze voor de werkgever duurder zijn dan niet-vakbondsleden. Ook zullen vakbondsleden mogelijk eerder gaan staken. d. Betere beloning van vakbondsleden kan extra leden opleveren waardoor de macht van de vakbond groter wordt. 3.5 a. (45 40)/40 100% = 12,5%. b. (3 2,50)/2,50 100% = 20%. c. 1. Voor 40 zakgeld kon ze eerst 40/2,5 = 16 tijdschriften kopen. Nu kan ze voor 45 nog maar 45/3 = 15 tijdschriften kopen. Marleen kan één tijdschrift minder kopen. 2. Haar koopkracht is met 1/16 100% = 6,25% gedaald. 3.6 (100/2,50) 3 = a. (100/100) 100 = 100. b. (112,5/120) 100 = 93,75. c. 93, = -6,25% dus met 6,25% gedaald. 3.8 (106/103) 100 = 102,91. Zijn reëel inkomen is 2,91% gestegen. 3.9 (101,4/102,8) 100 = 98, ,64 = 1,36% koopkrachtverlies a. 1,5%. b. 3,8 1,5 = 2,3%. c. Koopkracht neemt toe want de lonen stijgen in procenten meer dan de prijzen % want 102/ = 100. De koopkracht van het loon blijft gelijk a. 50/40 = 1,25. b. 1) 55/42 = 1,31. 2) 52,50/44 = 1,19. 3) 52,50/42 = 1,25. c. Als het loon in procenten meer stijgt dan de arbeidsproductiviteit (105/98) 100 = 107,14. De loonkosten per product stijgen met 7,14%.

8 3.14 A 1,8 + 1,8 0,3 = 3,3. B (103,5/b) 100 = 103 b = 100, = 0,5. C (101,4/103,4) 100 = 98,1 98,1 100 = -1,9. D (102/96,9) 100 = 105,3 105,3 100 = 5,3. E (101,7/103,5) 100 = 98,3 98,3 100 = -1, Voor een laag loon willen mensen minder snel gevaarlijk werk doen. Er is dan te weinig aanbod van arbeid. Pas bij een hoger loon zijn vraag en aanbod op de arbeidsmarkt in evenwicht Leraar havo/vwo G Rector F Minimumloon E Topman Nuon D Minister-president C Medisch specialist B Vuilnisman A a. Hier is meeliftersgedrag mogelijk: het wijkcentrum is voor iedereen, maar of je iets geeft aan de collecte en hoeveel je geeft, is geheel vrij. Dus als jij niets geeft (je lift mee) en de anderen wel dan wordt het wijkcentrum toch wel opgeknapt. b. Hier is meeliftersgedrag niet mogelijk: iedereen moet contributie betalen. c. Hierbij is meeliftersgedrag goed mogelijk. Een leerling die er niets voor gedaan heeft en daardoor geen bijdrage levert aan het resultaat profiteert wel van de bijdragen van de anderen a. De regeling is anoniem en vrijwillig. Free ridergedrag wordt op geen enkele manier bestraft. b. De free riders worden nu bekend. Om te voorkomen dat ze als profiteurs worden beschouwd, zal een aantal betalen maar niet iedereen. c. Als je niet betaalt, mag je niet meedoen met de barbecue. Leerlingen zijn het daar mee eens.

9 Hoofdstuk 4 Flexibilisering van de arbeidsmarkt 4.1 Werknemers met een tijdelijk arbeidscontract, oproepkrachten, uitzendkrachten, freelancers. 4.2 a. 2001, 2006, 2007 en b. Bij hoogconjunctuur is het saldo van baancreatie en baanvernietiging positief, bij laagconjunctuur is het saldo van baancreatie en baanvernietiging negatief. 4.3 De EPL-index voor tijdelijke contracten is lager dan de EPL-index voor vaste banen. Tijdelijke contracten hebben een lagere ontslagbescherming dan vaste contracten. (De ontslagbescherming voor tijdelijke contracten bedraagt 1,2.) 4.4 Bij (1) gemakkelijker. Bij (2) verlaagd. Bij (3) verkort. Bij (4) dalen. Bij (5) verbetert. 4.5 a. Besparen op personeel door te zoeken naar arbeidsbesparende technieken. Meer investeren in kennis van personeel. Minder personeelsverloop dus ook minder kosten voor werving, selectie en opleiding. Meer betrokkenheid van het personeel. b. Minder productieve werknemers zijn, omdat hun positie zo goed beschermd is, misschien niet bereid hun kennis en vaardigheden te vergroten. 4.6 Uitzendkracht: een persoon die ingeschreven is bij een uitzendbureau en die met dat bureau een arbeidsverhouding is aangegaan tot het verrichten van werkzaamheden op tijdelijke basis ten behoeve van derden. Zzp er: een zelfstandige zonder personeel. Is niet in loondienst en wordt betaald per opdracht. Oproepkracht: werknemer die op oproep of afroep beschikbaar is voor het verrichten van werkzaamheden en met wie geen vaste arbeidsduur is overeengekomen. Freelancer: is vergelijkbaar met een zzp er. Wordt meestal gebruikt in de journalistiek, communicatie of vormgeving. Een freelancer is niet in loondienst, heeft meerder opdrachtgevers en wordt betaald per dienst.

10 4.7 a. Uitzendkrachten horen ook tot de categorie flexibele werknemers. b. De eigenaar van een eenmanszaak met een of enkele mensen in dienstverband. c = 2,5% Werkenden = 100% 100% = /2,5 = Beroepsbevolking = werkenden en werklozen = 100%. Werkenden = 100% 6,4% = 93,6% = Beroepsbevolking = /93,6 = als het slecht gaat met de onderneming, vlieg je er het eerste uit; - het loon is meestal lager in vergelijking met een vast contract; - weinig mogelijkheden tot het maken van promotie; - je komt nauwelijks of niet in aanmerking voor een hypotheeklening; - de kans op werkloosheid is groter; - je krijgt geen uitkering bij werkloosheid. 4.9 Werkgevers willen eerst weten wat jongeren kunnen en hoe hun inzet en motivatie is. Daarom bieden ze de jongeren een flexibele baan aan, zodat ze kunnen kijken hoe hij/zij presteert a = b. 10 1/ ½ = c /2 = 13,5 maanden. d = 38 jaar a. De kans dat een werknemer ziek of arbeidsongeschikt wordt, is voor beiden even groot. De kosten ervan zijn relatief veel groter voor een bedrijf met weinig personeel als één van de personeelsleden ziek of arbeidsongeschikt wordt. Door de grote aantallen personeel is het gemiddeld ziekteverzuim in een groot bedrijf stabiel. Omdat de kosten van het ziekteverzuim stabiel en dus bekend is, is verzekeren overbodig. b. Door het financiële risico bij de werkgever te leggen krijgt deze een prikkel om het ziekteverzuim terug te dringen, bijvoorbeeld door het scheppen van betere arbeidsomstandigheden. c. Meer. Bij uitbesteding worden de risico s volledig afgewenteld op de zzp ers. Bij ziekte of arbeidsongeschiktheid draait de zzp er voor alle kosten/inkomensderving op. d. Als werknemers baanzekerheid hebben zijn ze eerder bereid zich te scholen waardoor de arbeidsproductiviteit toeneemt. Werknemers met baanzekerheid zijn meer gemotiveerd hun best te doen en hierdoor kan de arbeidsproductiviteit toenemen.

11 4.12 a. Een toename van de werkloosheid leidt dan direct tot een neerwaartse aanpassing van de lonen, waardoor de vraag naar arbeid toeneemt ten opzichte van het aanbod en de werkloosheid minder wordt. b. Nederland. De prijsinflatie in Nederland heeft de kleinste loonstijging tot gevolg, waardoor de uiteindelijke reële loondaling het grootst is. c. Bij een stijging van de werkloosheid (+) zullen werknemers eerder met een lagere loonstijging ( ) genoegen nemen (omdat zij vrezen voor meer ontslagen). d. 2,3% 0,6 = 1,38%. e. (6,5 3,0) -1,1 = -3,85%. f. Een dempend effect. Door de verminderde macht van de vakbeweging ontstaat er meer concurrentie tussen de aanbieders van arbeid, zodat een groei van de werkloosheid een groter neerwaarts effect op de lonen heeft.

12 Hoofdstuk 5 Werkloosheid 5.1 a. 15,7% = % = ( /15,7) 100 = jongeren. b. 2,8% van = of Eind 2013 zijn er 0, = jongeren werkloos. Dat is een toename van = c. ( )/ % = 17,8% /( ) 100% = 8,5%. 5.3 a = personen. b = personen. c. Land A. Hier is de werkloosheid kortdurend omdat werkzoekenden gemakkelijk worden aangenomen en ontslagen. 5.4 Een bedrijf zal eerder een werkloze aannemen als het deze als werknemer ook weer gemakkelijk kan ontslaan als hij overbodig wordt of niet goed bevalt. 5.5 a ,995 1,01 = 602,97 miljard. b. 8,9 miljoen 0,065 = personen. c. De krimp van de wereldhandel waardoor onze export daalt. 5.6 a. Qa = Qv 2L 40 = -2L L + 2L = L = 140 L = 35 Het evenwichtsloon is b. Zie grafiek. c. Qv = Qa = 2L 40 Qa = Qa = 30 dus 3 miljoen arbeidsjaren. d. 3 miljoen (1665/1332) = personen. e. 2L 40 = 2L L = 120 L = 30 dus ( )/ % = 14,3%: de lonen moeten met 14,3% dalen. f. Zie grafiek (stippellijn). g. Qv = -2L + 80 Qv = Qv = 10 dus 1 miljoen. Qa = 2L 40 Qa = Qa = 30 Qa = 3 dus 3 miljoen. Qa Qv = 3 1 = 2 dus 2 miljoen arbeidsjaren. h. Zie grafiek.

13 5.7 a. De arbeidsproductiviteit groeit 21 jaar met 1,1% per jaar, dus is de totale groeifactor 1, = 1,258. Dat is een groei van 25,8%. b. De werkgelegenheid daalt 21 jaar met 0,8% per jaar, dus is de totale groeifactor 0, = 0,845. De werkgelegenheid in de industrie exclusief olie is gedaald met 15,5%. 5.8 a. Frictiewerkloosheid en structurele werkloosheid. b. Structurele veranderingen in de economie (inkrimpen van de werkgelegenheid in bepaalde sectoren) en regionale verschillen. c. In Groningen is de vraag naar docenten Frans groter dan het aanbod. Hierdoor stijgt het loon in Groningen. In Limburg is het aanbod van docenten Frans groter dan de vraag. Hierdoor daalt het loon. d. Bij een grotere arbeidsmobiliteit verhuizen werkloze docenten Frans van Limburg naar Groningen waar een grote vraag is naar docenten Frans. Hierdoor daalt de natuurlijke werkloosheid in Limburg. e. Als de arbeidsbemiddelaar, het UWV-WERKbedrijf, op de hoogte is van alle wensen van werkgevers en werklozen dan kunnen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt beter op elkaar aansluiten. 5.9 Door scholing stijgt de arbeidsproductiviteit waardoor de werknemer eerder rendabel is voor de werkgever.

14 Structuurwerkloosheid. 2. Structuurwerkloosheid. 3. Conjunctuurwerkloosheid. 4. Frictiewerkloosheid. 5. Conjunctuurwerkloosheid a. 10% 7 miljoen = b. 7,5% 7 miljoen = c. Bij hoogconjunctuur is de creatie van banen groter dan de destructie van banen. Bij laagconjunctuur is de destructie van banen groter dan de creatie van banen. d. Bij hoogconjunctuur is er sprake van netto groei van de werkgelegenheid. Bij laagconjunctuur is er sprake van netto verlies van werkgelegenheid a. De werkgevers vragen 4 miljoen arbeidskrachten bij een minimumloon van 40. b. Toename arbeidsaanbod = 9 6 = 3 miljoen. c. Afname werkgelegenheid = 6 4 = 2 miljoen. d. Werkloosheid = 9 4 = 5 miljoen Loon bestedingen productie werkgelegenheid (vraag naar arbeid) werkloosheid a. Veel machines en gebouwen zijn nog onbenut, dus zullen bedrijven daarin niet investeren. b. Door dalende bestedingen daalt de productie en daalt ook de vraag naar arbeid. c. Als de overheid meer geld uitgeeft aan onderwijs of wegenbouw zijn er meer leraren en bouwvakkers nodig a. 0,1P 0,5 = -0,05P + 2,5 0,15P = 3 P = 20 cent ( 0,20). Qa = 0,1P 0,5 0,1 20 0,5 = 1,5 miljoen liter. Is ook Qv. b. Zie grafiek, de Qa- en Qv-lijn. c. Door de prijsverhoging stijgt het aanbod en daalt de vraag. Dit resulteert in een aanbodoverschot. d. Qa = -0,5 + 0,1P -0,5 + 0,1 30 = 2,5 miljoen liter. Qv = 2,5 0,05P 2,5 0,05 30 = 1 miljoen liter. Qa Qv = 2,5 1 = 1,5 miljoen liter. Het aanbodoverschot is 1,5 miljoen liter. e. 1,5 miljoen 0,30 = f. Zie grafiek, het gearceerde blok rechtsonder. g. 1 = onjuist, 2 = onjuist, 3 = juist.

15

16 Hoofdstuk 6 Arbeidsmigratie 6.1 Een voordeel is dat ze openstaande vacatures kunnen vervullen. Een nadeel is dat ze Nederlandse werknemers verdringen ,1 + 66,5 = 87,6%. 6.3 Vergrijzing betekent dat een relatief groot deel van de bevolking AOW geniet. Om dit op te brengen moet de beroepsbevolking groeien, bijvoorbeeld door arbeidsimmigratie. 6.4 Dat grotere arbeidsimmigratie samengaat met grotere welvaart. 6.5 Flexibiliteit op de arbeidsmarkt betekent dat werknemers makkelijk aangenomen (en ontslagen) worden. Dit trekt arbeidsmigranten aan. 6.6 Als het loon onder het minimumloon ligt, maar duidelijk hoger dan het loon uit het land van herkomst zullen de werknemers niet te moeilijk doen over de ontduiking. 6.7 Hoogopgeleiden zijn vaak nogal productief. Als een land veel hoogopgeleiden ziet vertrekken daalt de welvaart. 6.8 Verdringing op de arbeidsmarkt betekent dat werknemers hun baan verliezen door de komst van nieuwe groepen op de arbeidsmarkt. 6.9 Een verzorgingsstaat met goede uitkeringen zal mensen lokken die een uitkering willen en relatief minder mensen die komen om te werken. Door het grotere beroep op uitkeringen zal de premiehoogte stijgen, waardoor werken minder aantrekkelijk wordt en arbeidsmigranten niet meer komen. Als alleen maar uitkeringsmigranten komen wordt het systeem onbetaalbaar a. 900/ = b. In de bijstand krijgt hij/zij Dus gaat hij/zij er 128 op vooruit Ze zijn niet verzekerd tegen werkloosheid en arbeidsongeschiktheid en ze kunnen makkelijker ontslagen worden Eigen keuze, als het maar goed toegelicht is.

Hoofdstuk 1 Werken of vrije tijd? 1.1 Geld verdienen om leuke spullen te kunnen kopen of voetballen.

Hoofdstuk 1 Werken of vrije tijd? 1.1 Geld verdienen om leuke spullen te kunnen kopen of voetballen. Hoofdstuk 1 Werken of vrije tijd? 1.1 Geld verdienen om leuke spullen te kunnen kopen of voetballen. 1.2 a. (1336 1798)/1798 100% = -25,7% dus 25,7% minder per jaar. b. 2.288/48 = 47,7 uur per week. c.

Nadere informatie

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken

Nadere informatie

Werken of vrije tijd?

Werken of vrije tijd? Samenvatting door Sophie 612 woorden 28 juni 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H1 Werken of vrije tijd? Je moet keuzes maken tussen vrije tijd en werken/ geld verdienen. Veel mensen werken

Nadere informatie

Samenvatting Werk & Werkloosheid

Samenvatting Werk & Werkloosheid Samenvatting door Guusje 1600 woorden 13 januari 2018 7,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting Werk & Werkloosheid H1 De welvaart wordt bepaald door hoe goed je behoeften met de beschikbare

Nadere informatie

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en arbeidsmarkt? (openstaande)vacatures. 2)Noem een ander woord voor Werkenden werkgelegenheid.

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en arbeidsmarkt? (openstaande)vacatures. 2)Noem een ander woord voor Werkenden werkgelegenheid. 1 1)Waaruit bestaat de vraag op de arbeidsmarkt? 2)Noem een ander woord voor werkgelegenheid. 3)Wie vragen arbeid? 4)Met welk woord wordt het aanbod van arbeid ook aangeduid? 5)Geef de omschrijving van

Nadere informatie

Samenvatting Economie Werk

Samenvatting Economie Werk Samenvatting Economie Werk Samenvatting door R. 2199 woorden 23 maart 2014 6,7 2 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Welvart = de mate waarin de behoeften met de beschikbare middelen kunnen worden

Nadere informatie

Arbeid = arbeiders = mensen

Arbeid = arbeiders = mensen Vraag van en aanbod naar arbeid Arbeid = arbeiders = mensen De vraag naar mensen = werkenden Het aanbod van mensen = beroepsbevolking Participatiegraad Beroepsbevolking / beroepsgeschikte bevolking * 100%

Nadere informatie

Werkboek Werk Ver 2. Week Opgaven Bijzonderheden 5 Toetsbespreking 1.1 t/m 1.12. Dit boekje elke les meenemen! 6 1.13 t/m 1.20 2.1 t/m 2.

Werkboek Werk Ver 2. Week Opgaven Bijzonderheden 5 Toetsbespreking 1.1 t/m 1.12. Dit boekje elke les meenemen! 6 1.13 t/m 1.20 2.1 t/m 2. Werkboek Werk Ver 2 Week Opgaven Bijzonderheden 5 Toetsbespreking 1.1 t/m 1.12 Dit boekje elke les meenemen! 6 1.13 t/m 1.20 2.1 t/m 2.9 7 2.10 t/m 2.14 Afmaken beleggen Inleveren handelingsdeel bij docent

Nadere informatie

2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd

2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd 2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd Mensen moeten steeds de keuze maken tussen werken en vrije tijd: 1. Werken * Je ontvangt loon in ruil voor je arbeid; * Langer werken geeft meer loon (en dus kun

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief werk H1 t/m 6

Samenvatting Economie Lesbrief werk H1 t/m 6 Samenvatting Economie Lesbrief werk H1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 1767 woorden 28 juni 2011 6,4 212 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie lesbrief Werk hoofdstuk 1 t/m 6. Hoofdstuk

Nadere informatie

Economie hoofdstuk 1:

Economie hoofdstuk 1: Samenvatting door een scholier 3074 woorden 23 oktober 2011 5,8 33 keer beoordeeld Vak Economie Economie hoofdstuk 1: De meesten mensen moeten een inkomen verdienen en om daar aan te komen moeten ze meestal

Nadere informatie

Beroepsbevolking: het aantal mensen tussen de 15 en 65 jaar, dat meer dan 12 uur per week wil en kan werken.

Beroepsbevolking: het aantal mensen tussen de 15 en 65 jaar, dat meer dan 12 uur per week wil en kan werken. Samenvatting door een scholier 1221 woorden 5 januari 2004 5,8 48 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Hoofdstuk 4: werk, werk, werk 4.1 Het aanbod van arbeid Beroepsbevolking: het aantal mensen

Nadere informatie

De beroepsbevolking bestaat uit werkende (zelfstandigen en werknemers) en werkelozen. aantal inactieven i/a-ratio = - x 100 aantal actieven

De beroepsbevolking bestaat uit werkende (zelfstandigen en werknemers) en werkelozen. aantal inactieven i/a-ratio = - x 100 aantal actieven Samenvatting door een scholier 1702 woorden 21 maart 2016 7,3 55 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Door deeltijdarbeid is er een verschil tussen de werkgelegenheid/werkloosheid uitgedrukt

Nadere informatie

6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven:

6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven: Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari 2016 6,9 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1 Actieven en inactieven: Actieven; mensen die betaald werk

Nadere informatie

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en (openstaande)vacatures. arbeidsmarkt? Werkenden 2)Noem een ander woord voor

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en (openstaande)vacatures. arbeidsmarkt? Werkenden 2)Noem een ander woord voor 1)Waaruit bestaat de vraag op de arbeidsmarkt? 2)Noem een ander woord voor werkgelegenheid. 3)Wat houdt het arbeidsvolume in? 4)Met welk woord wordt het aanbod van arbeid ook aangeduid? 5)Geef de omschrijving

Nadere informatie

Wat kun je verwachten?

Wat kun je verwachten? Economie V5 Economie 2 3 Wat kun je verwachten? Urenverdeling V5: 3 uur per week V6: 3 uur per week Overhoringen Minimaal 2 overhoringen per periode (weging varieert) Weging Proefwerk: 3-4x (in april:

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart 2011 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie Hoofdstuk 4 4.1 Het aanbod van arbeid Het aanbod van arbeid is gelijk aan de omvang van

Nadere informatie

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari 2002 7,5 813 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief: Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Concrete markt: een plek waar vragers en aanbieders

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1291 woorden 7 maart 2004 8,4 13 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief 'de Arbeidsmarkt' Hoofdstuk 1 Concrete markt: een vaste

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6 Samenvatting door een scholier 1377 woorden 29 maart 2010 7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie samenvatting Hoofdstuk 4 Beroepsbevolking

Nadere informatie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie 4.1 Werk je voor loon of voor winst? Werknemer Werkgever zzp = je werkt in loondienst in opdracht van een werkgever en je ontvangt loon = je werkt als zelfstandige met werknemers in dienst en de nettowinst

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I 4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 twee van de volgende voorbeelden

Nadere informatie

Geboorteoverschot: Bij een geboorteoverschot worden er per jaar meer mensen geboren dan er sterven.

Geboorteoverschot: Bij een geboorteoverschot worden er per jaar meer mensen geboren dan er sterven. Boekverslag door Een scholier 1354 woorden 17 december 2002 7.6 26 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie PW Hoofdstuk 4 4.1 Beroepsbevolking: Het aantal mensen tussen 15 en 65 jaar, dat

Nadere informatie

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1948 woorden 17 november 2009 7,2 12 keer beoordeeld Vak Economie Economie, arbeidsmarkt PTA 2 Hoofdstuk 1; De arbeidsmarkt op. 1.1 op

Nadere informatie

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken. Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar

Nadere informatie

Onderzoek naar motieven van werkgevers, werknemers en werkzoekenden

Onderzoek naar motieven van werkgevers, werknemers en werkzoekenden Onderzoek naar motieven van werkgevers, werknemers en werkzoekenden In Europa groeit flexwerk het snelst in Nederland, wat vooral te maken heeft met wet- en regelgeving in Nederland Het aandeel vaste

Nadere informatie

5.1 Wie is er werkloos?

5.1 Wie is er werkloos? 5.1 Wie is er werkloos? Volgens het CBS behoren mensen tot de werkloze beroepsbevolking als ze een leeftijd hebben van 15 tot en met 64 jaar, minder dan 12 uur werken, actief op zoek zijn naar betaald

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 1 Hoe verdelen we de zorgkosten? 1 maximumscore 2 Stel het bbp op 100 en het totaal van de zorgkosten op 9 9 1,035 24 = 9 2,283328 = 20,55 1 100 1,0132 24 = 136,99 20,55 136,99 100% = 15% (en dat

Nadere informatie

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo. Samenvatting door D. 1363 woorden 7 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Paragraaf 1; De werknemer Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te

Nadere informatie

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt lesbrief

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt lesbrief Samenvatting Economie Arbeidsmarkt lesbrief Samenvatting door een scholier 2498 woorden 14 jaar geleden 7,4 42 keer beoordeeld Vak Economie H1. De arbeidsmarkt op. - vragers en aanbieders (werkgevers en

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5, Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5, Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5, Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1500 woorden 30 mei 2006 6,8 66 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H1, de arbeidsmarkt op. Aanbod van arbeid

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie pilot 2013-I

Eindexamen vwo economie pilot 2013-I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 maximale winst als MO

Nadere informatie

8,2. Samenvatting door een scholier 1686 woorden 10 februari keer beoordeeld

8,2. Samenvatting door een scholier 1686 woorden 10 februari keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1686 woorden 10 februari 2003 8,2 97 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: Arbeidsmarkt: De wijze waarop vraag en aanbod zodanig bij elkaar komen dat er een prijs (=loon)

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 2065 woorden 18 juli keer beoordeeld. Hoofdstuk 1

Samenvatting door een scholier 2065 woorden 18 juli keer beoordeeld. Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 2065 woorden 18 juli 2015 9 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Arbeidsmarkt is een abstracte markt waar vragers naar arbeid (werkgevers, zelfstandigen,

Nadere informatie

arbeidsparticipatiegraad: de participatiegraad geeft aan welk percentage van de potentiële beroepsbevolking deelneemt aan het

arbeidsparticipatiegraad: de participatiegraad geeft aan welk percentage van de potentiële beroepsbevolking deelneemt aan het Samenvatting door C. 2040 woorden 29 mei 2016 4 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting Economie Arbeidsmarkt H.1 Een verkenning van de arbeidsmarkt Op de arbeidsmarkt ontmoeten vraag

Nadere informatie

Economie Pincode klas 3 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 5: Aan de slag! Exameneenheid: Arbeid en productie

Economie Pincode klas 3 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 5: Aan de slag! Exameneenheid: Arbeid en productie 5.1 Aan de slag! Arbeid = werk Vacature = een advertentie voor een baan geplaatst door een werkgever Solliciteren = jezelf voorstellen / presenteren aan een werkgever Sollicitatiebrief = jezelf voorstellen

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Vraag naar arbeid Werkgelegenheid Aanbod van arbeid: b Marktmechanisme Loonkosten per product

Arbeidsmarkt Vraag naar arbeid Werkgelegenheid Aanbod van arbeid: b Marktmechanisme Loonkosten per product Arbeidsmarkt Vraag naar arbeid = mensen Door werkgevers: bedrijven en overheid Werkgelegenheid Hoe lager het loon, hoe groter de vraag naar arbeid Aanbod van arbeid: beroepsbevolking (iedereen tussen de

Nadere informatie

keer beoordeeld 12 februari 2015

keer beoordeeld 12 februari 2015 0 Samenvatting door C. 919 woorden keer beoordeeld 12 februari 2015 Vak Economie Methode Economie in context Hoofdstuk 15 Markt en Welvaart Paragraaf 1 Arbeidsmarkt bestaat uit de totale vraag naar en

Nadere informatie

5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1

5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1 Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari 2016 5,7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode H4 4.1 Mensen hebben verschillende motieven om te werken. Behalve om geld te verdienen, werken

Nadere informatie

6,9. Samenvatting door een scholier 1762 woorden 21 februari keer beoordeeld. Arbeidsmarkt

6,9. Samenvatting door een scholier 1762 woorden 21 februari keer beoordeeld. Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1762 woorden 21 februari 2006 6,9 8 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Arbeidsmarkt 1: Het Aanbod van Arbeid Het aanbod bestaat uit alle mensen tussen de 15 en 64

Nadere informatie

Werken voor loon of voor winst? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 4 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 1.9 en 1.

Werken voor loon of voor winst? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 4 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 1.9 en 1. Werken voor loon of voor winst? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 4 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 1.9 en 1.10 Als jij een baan hebt naast je schoolwerk, ben je waarschijnlijk

Nadere informatie

Samenvatting Economie Samenvatting Economie: Arbeid

Samenvatting Economie Samenvatting Economie: Arbeid Samenvatting Economie Samenvatting Economie: Arbeid Samenvatting door Noor 1972 woorden 30 april 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting economie Arbeid, LWEO Hoofdstuk 1 Nederlandse

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 1424 Vragen van het lid

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo I

Eindexamen economie vwo I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Uit het antwoord moet

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-II

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-II Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 0,15 0,12 100% = 25%

Nadere informatie

Kortetermijnontwikkeling

Kortetermijnontwikkeling Artikel, donderdag 22 september 2011 9:30 Arbeidsmarkt in vogelvlucht Het aantal banen van werknemers en het aantal openstaande vacatures stijgt licht. De loonontwikkeling is gematigd. De stijging van

Nadere informatie

Arbeidsmarkt: begrippenlijst

Arbeidsmarkt: begrippenlijst Begrippenlijst door een scholier 2193 woorden 10 juni 2004 7,7 77 keer beoordeeld Vak Economie Arbeidsmarkt: begrippenlijst - Aanbod van arbeid = mensen die willen werken zijn de aanbieders van arbeid;

Nadere informatie

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 Cees Maas De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 laten geen gunstig beeld zien. De werkgelegenheid nam nog wel toe, maar de groei was veel kleiner dan in voorafgaande

Nadere informatie

5.2 Wie is er werkloos?

5.2 Wie is er werkloos? 5.2 Wie is er werkloos? Volgens het CBS behoren mensen tot de werkloze beroepsbevolking als ze een leeftijd hebben van 15 tot en met 64 jaar, minder dan 12 uur werken, actief op zoek zijn naar betaald

Nadere informatie

6,7. Begrippenlijst door een scholier 1879 woorden 29 oktober keer beoordeeld

6,7. Begrippenlijst door een scholier 1879 woorden 29 oktober keer beoordeeld Begrippenlijst door een scholier 1879 woorden 29 oktober 2002 6,7 96 keer beoordeeld Vak Economie Aanbod van arbeid -> de beroepsbevolking: werknemers en werklozen. Aandeelhouder -> de eigenaren van een

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door een scholier 977 woorden 10 maart 2004 7,8 10 keer beoordeeld Vak Economie Beroepsbevolking: aantal mensen tussen 15-65 jaar Werkzame beroepsbevolking:

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie 2014-I

Eindexamen vwo economie 2014-I Opgave 1 1 maximumscore 2 De kredietcrisis in de VS leidt ertoe dat Nederlandse banken verlies lijden op hun beleggingen in de VS en daardoor minder makkelijk krediet verstrekken aan bedrijven. Hierdoor

Nadere informatie

Stel je eens voor. Je hebt een bedrijf. Het bedrijf loopt goed. Je krijgt steeds meer werk aangeboden,

Stel je eens voor. Je hebt een bedrijf. Het bedrijf loopt goed. Je krijgt steeds meer werk aangeboden, Praktische-opdracht door een scholier 1669 woorden 26 maart 2003 8 22 keer beoordeeld Vak Economie Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. 1. Beschrijving van het onderzoek 1.1 Hoofdvraag 1.2 Deelvragen 3. 2. Gewenste

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 vwo 2008-I

Eindexamen economie 1 vwo 2008-I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vergemakkelijken van het ontslaan

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 1 1 maximumscore 2 Uit de uitleg moet blijken dat het tarief per keer legen de inwoners stimuleert om de containers minder vaak aan te bieden om daarmee lasten te besparen 1 het tarief per kilo

Nadere informatie

4,3. Samenvatting door een scholier 2003 woorden 31 oktober keer beoordeeld

4,3. Samenvatting door een scholier 2003 woorden 31 oktober keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 2003 woorden 31 oktober 2011 4,3 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting (zie ook bijlage, voor duidelijkere samenvatting met markering) Arbeidsmarkt

Nadere informatie

H2. indeling van de bevolking

H2. indeling van de bevolking H2. indeling van de bevolking Ieder land wordt bevolkt. Maar niet de hele bevolking werkt. Niet iedereen wil werken, en niet iedereen kan werken. Denk aan huisvrouwen of huismannen die bewust niet werken

Nadere informatie

Praktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro

Praktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro Praktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro Praktische-opdracht door een scholier 2050 woorden 10 jaar geleden 7,6 15 keer beoordeeld Vak Economie Voorwoord Het onderwerp dat we hebben

Nadere informatie

7,2. Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart keer beoordeeld

7,2. Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart 2003 7,2 8 keer beoordeeld Vak Economie 1 Veel jongeren kiezen voor een baantje naast school. Ook hebben veel jongeren vakantiewerk. Ze verdienen niet

Nadere informatie

UIT loonruimte en AIQ v1.1

UIT loonruimte en AIQ v1.1 Uitleg loonruimte en AIQ. 1. Wat is de AIQ? De AIQ is de arbeidsinkomensquote en geeft weer hoeveel procent van het Nationaal inkomen (totaal aan beloningen productiefactoren) uitgekeerd wordt aan arbeidsloon.

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

Opdracht Levensbeschouwing AOW-leeftijd

Opdracht Levensbeschouwing AOW-leeftijd Opdracht Levensbeschouwing AOW-leeftijd Opdracht door een scholier 2333 woorden 17 december 2009 6,4 14 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Inhoudsopgave Inleiding 3 Welke feiten spelen een rol? 4 +

Nadere informatie

4,8. Samenvatting door een scholier 1776 woorden 6 december keer beoordeeld

4,8. Samenvatting door een scholier 1776 woorden 6 december keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1776 woorden 6 december 2010 4,8 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 4.1 het aanbod van arbeid Arbeid is een productiefactor. De arbeidsmarkt is de abstracte

Nadere informatie

Eindexamen economie havo II

Eindexamen economie havo II Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 Voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat

Nadere informatie

Examen HAVO. Economie 1

Examen HAVO. Economie 1 Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet

Nadere informatie

Eindexamen economie havo I

Eindexamen economie havo I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 van het aanbod van arbeid

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 3053 woorden 11 jaar geleden 7,2 23 keer beoordeeld Vak Economie Economie samenvatting lesbrief arbeidsmarkt Hoofdstuk 1 Het aanbod

Nadere informatie

UIT de arbeidsmarkt

UIT de arbeidsmarkt Verandering van de werkloosheid. Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt zijn onderhevig aan continue veranderingen. Als gevolg daarvan verandert de omvang van de werkloosheid in een land ook continue. Werkloosheid

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 2364 woorden 29 januari 2006 6 14 keer beoordeeld Vak Economie H 1 De arbeidsmarkt op 1.2 Het aanbod van arbeid Aanbod van arbeid:

Nadere informatie

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord Waarom langer doorwerken? De levensverwachting stijgt Elke generatie leeft langer dan de vorige. Dat is al langer bekend, maar de stijging van de levensverwachting

Nadere informatie

3.2 De omvang van de werkgelegenheid

3.2 De omvang van de werkgelegenheid 3.2 De omvang van de werkgelegenheid Particuliere bedrijven en overheidsbedrijven nemen mensen in dienst. Collectieve sector = Semicollectieve sector = De overheden op landelijk, provinciaal en lokaal

Nadere informatie

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt hoofdstuk 1,2,3,4,5

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt hoofdstuk 1,2,3,4,5 Samenvatting Economie Arbeidsmarkt hoofdstuk 1,2,3,4,5 Samenvatting door een scholier 1751 woorden 23 januari 2008 7,1 21 keer beoordeeld Vak Economie ARBEIDSMARKT Hoofdstuk 1 De arbeidsmarkt op 1.1 Op

Nadere informatie

Eindexamen economie havo I

Eindexamen economie havo I Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 47,5 27,5 100% = 72,73% 27,5

Nadere informatie

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt 07 Arbeidsmarktmobiliteit geringer dan in voorgaande jaren Bijna miljoen mensen wisselen in 2008 van beroep of werkgever Afname werkzame door crisis

Nadere informatie

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen Het aantal mensen met werk is in de periode februari-april met gemiddeld 2 duizend per maand toegenomen. Vooral jongeren en 45-plussers gingen aan de slag.

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I 4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord

Nadere informatie

Samenvatting door Bobby 4868 woorden 3 maart keer beoordeeld. Voorkennis: arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1. Werken of vrije tijd?

Samenvatting door Bobby 4868 woorden 3 maart keer beoordeeld. Voorkennis: arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1. Werken of vrije tijd? Samenvatting door Bobby 4868 woorden 3 maart 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Voorkennis: arbeidsmarkt Markt: vraag en aanbod van productiefactor goederen en diensten -vraag naar goederen

Nadere informatie

Totaalbeeld arbeidsmarkt: werkloosheid in februari 6 procent

Totaalbeeld arbeidsmarkt: werkloosheid in februari 6 procent Arbeidsmarkt in vogelvlucht Gemiddeld over de afgelopen vier maanden is er een licht stijgende trend in de werkloosheid. Het aantal banen van werknemers stijgt licht en het aantal openstaande vacatures

Nadere informatie

Verdringing op de arbeidsmarkt: Wat is het en hoe meet je het?

Verdringing op de arbeidsmarkt: Wat is het en hoe meet je het? Verdringing op de arbeidsmarkt: Wat is het en hoe meet je het? Presentatie op studiemiddag NISZ Utrecht, 22 januari 2016 Arjan Heyma www.seo.nl - secretariaat@seo.nl - +31 20 525 1630 Relevante vragen

Nadere informatie

Een Werkende Arbeidsmarkt

Een Werkende Arbeidsmarkt Een Werkende Arbeidsmarkt Bas ter Weel 16 mei2014 Duurzame inzetbaarheid Doel Langer werken in goede gezondheid Beleid gericht op Binden: Gezondheid als voorwaarde voor deelname Ontbinden: Mobiliteit als

Nadere informatie

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die

Nadere informatie

Domein E: Concept Ruilen over de tijd

Domein E: Concept Ruilen over de tijd 1. Het bruto binnenlands product is gestegen met 0,9%. Het inflatiepercentage bedraagt 2,1%. Bereken de reële groei van het BBP. 2. Waarmee wordt het inflatiepercentage gemeten? 3. Lees de onderstaande

Nadere informatie

situatie febr 2010 Volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet 2 Algemene Nabestaandenwet 2 ANW Algemene kinderbijslagwet 2 AKW

situatie febr 2010 Volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet 2 Algemene Nabestaandenwet 2 ANW Algemene kinderbijslagwet 2 AKW situatie febr 2010 Sociale zekerheid te verdelen in twee stukken: Sociale verzekeringen Sociale voorzieningen Sociale verzekeringen worden beheerd/ uitgevoerd door de sociale verzekeringsfondsen (o.a.

Nadere informatie

7,9. Samenvatting door een scholier 1248 woorden 29 september keer beoordeeld. Economie Samenvatting; de arbeidsmarkt

7,9. Samenvatting door een scholier 1248 woorden 29 september keer beoordeeld. Economie Samenvatting; de arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1248 woorden 29 september 2004 7,9 28 keer beoordeeld Vak Economie Economie Samenvatting; de arbeidsmarkt Hoofdstuk 1. De arbeidsmarkt op. Een concrete arbeidsmarkt, is een

Nadere informatie

Een halve eeuw arbeidsmarkt. 14 december 2018 Paul de Beer, Wieteke Conen

Een halve eeuw arbeidsmarkt. 14 december 2018 Paul de Beer, Wieteke Conen Een halve eeuw arbeidsmarkt 14 december 2018 Paul de Beer, Wieteke Conen Een veranderende arbeidsmarkt sluiten instituties nog wel aan? 2 Mogelijke hervorming: basisinkomen Gegarandeerd onvoorwaardelijk

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een voorbeeld van een

Nadere informatie

5,7. Samenvatting door een scholier 1259 woorden 5 april keer beoordeeld. Economie hoofdstuk 1 van module 1

5,7. Samenvatting door een scholier 1259 woorden 5 april keer beoordeeld. Economie hoofdstuk 1 van module 1 Samenvatting door een scholier 1259 woorden 5 april 2004 5,7 24 keer beoordeeld Vak Economie Economie hoofdstuk 1 van module 1 Geef voordelen en nadelen van werken en werkeloosheid - werken: zwaar, vies,

Nadere informatie

3 Katern Actieven en inactieven

3 Katern Actieven en inactieven Vwo-katern 3 Actieven en inactieven hoofdstuk 1 De betaalbaarheid van de vergrijzing 3 Katern Actieven en inactieven hoofdstuk 1 De betaalbaarheid van de vergrijzing Opdracht 1 a (2.366 2.106) : 2.106

Nadere informatie

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting door een scholier 1239 woorden 30 oktober 2003 6,6 81 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1 Beroepsbevolking= werkgelegenheid

Nadere informatie

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt Samenvatting Economie Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1969 woorden 4 april 2006 6 2 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Aanbod van arbeid: alle mensen tussen de 15 en 65 die kunne, willen

Nadere informatie

drs. J.P.M. Blaas vwo economie Jouw beste voorbereiding op je examen in 2018

drs. J.P.M. Blaas vwo economie Jouw beste voorbereiding op je examen in 2018 2017 2018 drs. J.P.M. Blaas vwo economie Jouw beste voorbereiding op je examen in 2018 vwo economie Voorwoord Met deze examenbundel kun je je goed voorbereiden op het schoolexamen en het centraal examen

Nadere informatie

Economie. Arbeidsmarkt. Domein markt en domein goede tijden, slechte tijden

Economie. Arbeidsmarkt. Domein markt en domein goede tijden, slechte tijden Economie Arbeidsmarkt Domein markt en domein goede tijden, slechte tijden ETMF, STAI oktober 2014 Opgave 1 (havo 2002-1 ec1 opg 6) Kunnen de premies lager? Alle werknemers betalen verplicht premies voor

Nadere informatie

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M) 1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom

Nadere informatie

Monitor Economie 2018

Monitor Economie 2018 Monitor Economie 2018 Economische kerncijfers van de MVSgemeenten Augustus 2018 Inhoudsopgave Economische ontwikkeling 3 Werkgelegenheid 5 Arbeidsparticipatie 10 Inkomen en uitkeringen 13 Armoede en schuldhulpverlening

Nadere informatie

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord Waarom langer doorwerken? De levensverwachting stijgt Elke generatie leeft langer dan de vorige. Dat is al langer bekend, maar de stijging van de levensverwachting

Nadere informatie