ZWEMEISEN PER NIVEAU,STICKERVERDELING EN DIPLOMA EISEN

Transcriptie

1 NIVEAU 1 Sticker 1 t/m 4 Te water gaan: Met voetsprong van de bassinrand afspringen in diepwater meter Onder water: Onder of door een B.v. hoepel, flexi-beam of surfmat. Zink figuurtjes van de bodem halen.(kijken onderwater). Drijven: In heupdiep water: - 5 sec drijven op de buik met het gezicht in het water,armen gestrekt langs de oren en duimvast houden. - 5 sec drijven op de rug. De armhouding passief. Hierbij moeten de kinderen zelfstanding vanuit ligging kunnen opstaan. Survival: Met T- shirt aan zelfstandig te water en onder de lijn door gaan. Enk.v.rugslag: Aanleren enkelvoudige rugslag. Borstcrawl: Aanleren borstcrawl benen met ademhaling met gezicht in het water in lig steun. Rugcrawl: Aanleren rugcrawl benen in lig steun. Ademhaling: Bellen blazen door mond en neus onderwater. Sticker 1 deze wordt meegeven tijdens de kennismaking Sticker 2 Sticker 3 Sticker 4 deze wordt meegegeven na de eerste les beheersen drijven buik springen in waterdiepte van 0.80 cm voorwerpen van de bodem halen beheersen borstcrawl benen beheersen drijven rug springen in waterdiepte van 1.20 mrt. bij overgang naar niveau 2 beheersen rugcrawl benen DUUR MAXIMAAL 12 LESSEN NIVEAU 2 Sticker 5 Te water gaan: Met voetsprong van de bassinrand afspringen in 2 meter diep. Onder water Gaan door het kleine scherm (Kijken onder water). Drijven: In heupdiep water: - 5 sec drijven op de buik met het gezicht in het water armen gestrekt langs de oren. (duim vast). - 7 sec drijven op de rug met de handen achter het hoofd. Draaien: Drijven op de buik en zonder hulp een ½ draai om de lengteas.( De draai mag worden ondersteund door stuwing van de borstcrawl beenslag. De armen worden hierbij gestrekt langs het hoofd gehouden). Survival: Met T-shirt aan met beenslagstuwing onder een smalle mat zwemmen. Schoolslag: Vanuit drijven komen tot 3 technisch goede beenslagen. Benen moeten worden gestrekt. Armen gestrekt langs de oren (duim vast en gezicht in het water). Enk.v.rugslag: Vanuit drijven komen tot 5 technisch goede beenslagen. Benen moeten worden gestrekt. Armen vrij. Handen passief Borstcrawl: 3 meter borstcrawl benen. Rugcrawl: 5 meter rugcrawl benen. Ademhaling: Er moet een duidelijk zichtbare ademhaling te zien zijn bij alle slagen. Sticker 5 beheersen enkelvoudige rugslag bij overgang naar niveau 3 beheersen schoolslag benen DUUR MAXIMAAL 12 LESSEN DUUR

2 NIVEAU 3 sticker 6 Te water gaan: Met voetsprong van de bassinrand springen in diep water (2 mtr)+ een duik vanaf de mat. Onder water: Vanaf de kant te water en zwemmen door het kleine scherm.( Kijken onder water). Drijven: In borstdiep water: - 5 sec drijven op de buik met het gezicht in het water, armen gestrekt langs de oren.(duim vast). - 8 sec drijven op de rug armen passief. Watertrappen: 10 sec. watertrappen (de kikkerdans) in een waterdiepte van tenminste 1,20 mtr. Draaien: Drijven op de buik en met hulp een hele draai om de lengteas ( De draai mag worden ondersteund door stuwing van de borstcrawl beenslag. De armen worden hierbij gestrekt langs het hoofd gehouden). Survival: Met T-shirt aan met beenslagstuwing onder een smalle mat zwemmen en met T-shirt aan 6 meter enkelvoudige rugslag zwemmen in diepe bad. Schoolslag: Zwemmen vanaf de middenlijn naar het diepe gedeelte van het instructiebad (6 mtr.). Tussen de slagen moet een strekmoment en een juiste ademhaling waarneembaar zijn. Enk.v.rugslag: Breedte van het wedstrijdbad over kunnen zwemmen. Tussen de slagen moet een strekmoment/ uitdrijfmoment en een juiste ademhaling waarneembaar zijn. Borstcrawl: Zwemmen vanaf de middenlijn naar het diepe gedeelte van het instructiebad (6 mtr.). Bij de borstcrawl is het gezicht in het water. Ook moet een juiste armoverslag zichtbaar zijn. Rugcrawl: Zwemmen vanaf de middenlijn naar het diepe gedeelte van het instructiebad (6 mtr.). Hierbij moet een juiste armoverslag zichtbaar zijn. Ademhaling: Er moet een duidelijk zichtbare ademhaling te zien zijn bij alle slagen. Gelet dient te worden op het uitblazen onder water en het ademhalen boven water. Sticker 6 springen in waterdiepte van 2.00 mrt. 10 mrt. enkelvoudige rugslag in diep water bij overgang naar niveau 4 8 mrt. rugcrawl in diep water 8 mrt. borstcrawl in diep water DUUR MAXIMAAL 12 LESSEN NIVEAU 4 sticker 7 en 8 Te water gaan: Met voetsprong van de kant in een waterdiepte van 2.00 mtr.+ Duiken en door het duikscherm zwemmen welke zich op een afstand 3 mtr. uit de kant bevind. Onder water: Onder een loopmat (breedte 0.80 mtr.) doorzwemmen.(kijken onderwater). Drijven: In diep water -10 sec. drijven op de buik met het gezicht in het water, armen gestrekt langs de oren. (duim vast) -10 sec. drijven op de rug. Armen passief. Watertrappen: 45 sec. watertrappen (kikkerdans) met behulp van armen. Met een T-shirt aan 15 sec. Watertrappen (kikkerdans). Draaien: Drijven op de buik en zonder hulp een hele draai om de lengte-as maken.(armen worden hierbij gestrekt langs het hoofd gehouden). Survival: Met T-shirt de breedte van het diepte bad kunnen over zwemmen in de schoolslag en enkelvoudige rugslag en op de kant klimmen. Schoolslag: 50 mtr. schoolslag. Uitgevoerd met juiste strekmoment,drijfmoment en ademhaling. Enk.v.rugslag: 50 mtr. enk.v.rugslag. Uitgevoerd met juiste strekmoment, uitdrijfmoment en ademhaling. Borstcrawl: 8 mtr. borstcrawl. Hierbij is het gezicht in het water en dient er een juiste armoverslag en neerwaartse beenslag zichtbaar te zijn. Rugcrawl: 8 mtr. rugcrawl. Hierbij dient een juiste armoverslag en opwaartse beenslag zichtbaar te zijn. Ademhaling: Er moet een duidelijk zichtbare ademhaling te zien zijn bij alle slagen. Gelet dient te worden op het uitblazen onder water en het ademhalen boven water. De eindtermen worden uitgevoerd zonder drijf- of hulpmiddelen Sticker 7 beheersen 2 lengte banen ( 50 mrt.) enkelvoudige rugslag beheersen 2 lengte banen (50 mrt.) schoolslag combinatie 10 mrt. borstcrawl in diep water 10 mrt. rugcrawl in diep water Sticker 8 beheersen onderwater zwemmen door het gat bij overgang naar niveau 5 Rechtstandige sprong DUUR MAXIMAAL 8 LESSEN

3 NIVEAU 5 sticker 9,10 en 11 Te water gaan: Met voetsprong gekleed te water gaan (geheel onder water), armen langs lichaam. Onder water: Duiken en door het duikscherm zwemmen welke zich op een afstand 3 mtr. uit de kant bevind. Drijven: Zie eisen diploma A. Watertrappen: Zie eisen diploma A. Draaien: Zwemmen met schoolslag en onder een lijn doorzwemmen waarbij onderwater rugwaarts wordt gedraaid. Survival: Gekleed zwemmen volgens eisen diploma A. Schoolslag: Zie eisen diploma A. Enk.v.rugslag: Zie eisen diploma A Borstcrawl: 8 mtr. borstcrawl met gezicht in het water.(eventueel met ademhaling) Rug crawl: 10 mtr rug crawl. Ademhaling: Zie eisen diploma A. Sticker 9 beheersen watertrappen drijven buik 2x 5 seconden drijven rug 1 x 5 seconden en 1 x10 seconden Sticker 10 Sticker 11 beheersen gekleed zwemmen deze wordt meegegeven als kinderen mogen diploma zwemmen DUUR MAXIMAAL 4 tot 6 LESSEN Sticker 12 wordt meegegeven bij het behalen van diploma A Sticker 13 wordt meegegeven bij het behalen van diploma B Sticker 14 en 15 wordt meegegeven bij het behalen van diploma C Let op: - Voor alle niveaus geldt dat er zowel in ondiep als diep water gelest kan worden. - Bij de term technisch goed wordt uitgegaan van de normen zoals gesteld door het Nationaal Platform Zwembaden/ NRZ.

4 EXAMEN EISEN PER DIPLOMA Eisen Zwemdiploma A Gekleed: Vanaf enige hoogte te water gaan met een voetsprong voorwaarts; na het bovenkomen aansluitend 15 seconden watertrappen, gevolgd door 12,5 meter schoolslag, onder een lijn door duiken, een halve draai om de lengte-as en 12,5 meter enkelvoudige rugslag; proef afronden met 5zelfstandig uit het water op de kant klimmen. Badkleding: Van de kant te water gaan met een sprong (een kopsprong heeft de voorkeur), direct gevolgd door (zonder boven te komen) onder water zwemmen door een gat in een verticaal in het water hangend zeil dat zich op 3 meter van de (start-)kant bevindt. 50 meter schoolslag, proef afmaken met 50 meter enkelvoudige rugslag. In het water afzetten van de wand, direct gevolgd door 5 seconden uitdrijven op de borst, aansluitend enkele meters schoolslag, waarna 5 seconden drijven op de borst. In het water afzetten van de wand, direct gevolgd door 5 seconden uitdrijven op de rug, aansluitend enkele meters enkelvoudige rugslag, waarna 10 seconden drijven op de rug. In het water afzetten van de wand, aansluitend 5 meter borstcrawl. In het water afzetten van de wand, aansluitend 5 meter rugcrawl. Van de kant te water gaan met een sprong naar keuze, gevolgd door 60 seconden watertrappen met gebruik van armen en benen, waarin 2 keer, al watertrappend een hele draai om de lengte-as gemaakt wordt.

5 Eisen Zwemdiploma B Gekleed: Vanaf enige hoogte te water gaan met een voetsprong voorwaarts, onder water een halve draai om lengteas maken; na het boven komen aansluitend 15 seconden watertrappen, gevolgd door 25 meter schoolslag, onderbroken door 1 keer onder een vlot door zwemmen en 1 keer een hele draai om de lengte-as, en 25 meter enkelvoudige rugslag; proef afronden met zelfstandig uit het water op de kant klimmen. Badkleding: Van de kant te water gaan met een kopsprong, direct gevolgd door (zonder boven te komen) onder water zwemmen door een gat in een verticaal, in het water hangend zeil, dat zich op 6 meter van de (start-)kant bevindt. 75 meter schoolslag, onderbroken door 1 keer voetwaarts richting de bodem zakken; proef afmaken met 75 meter enkelvoudige rugslag. In het water afzetten van de wand, direct gevolgd door 5 seconden uitdrijven op de borst, aansluitend enkele meters schoolslag, waarna 7 seconden drijven op de borst. In het water afzetten van de wand, direct gevolgd door 5 seconden uitdrijven op de rug, aansluitend enkele meters enkelvoudige rugslag, waarna 15 seconden drijven op de rug. In het water afzetten van de wand, aansluitend 10 meter borstcrawl. In het water afzetten van de wand, aansluitend 10 meter rugcrawl. Van de kant te water gaan met een sprong naar keuze, gevolgd door 30 seconden watertrappen met gebruik van armen en benen, aansluitend 30 seconden watertrappen met de benen.

6 Eisen Zwemdiploma C Gekleed: Van de kant te water gaan met een rol voorover, aansluitend 15 seconden watertrappen, gevolgd door 30 seconden blijven drijven (HELP-houding) met gebruik van een hulpmiddel. Van de kant te water gaan met een sprong naar keuze, aansluitend 50 meter schoolslag, onderbroken door 1 keer onder een vlot door zwemmen en 1 keer over een vlot heen klimmen en 50 meter enkelvoudige rugslag; proef afronden met zelfstandig uit het water op de kant klimmen. Badkleding: Van de kant te water gaan met een kopsprong, direct gevolgd door (zonder boven te komen) onder water zwemmen door een gat in een verticaal in het water hangend zeil dat zich op 9 meter van de (start-)kant bevindt. 100 meter schoolslag, onderbroken door 1 keer koprol voorover en 1 keer een hoekduik richting bodem maken; proef afronden met 100 meter enkelvoudige rugslag. Van de kant te water gaan met een kopsprong (een startsprong heeft de voorkeur), direct gevolgd door 5 seconden uitdrijven op de borst, aansluitend enkele meters schoolslag, waarna 10 seconden drijven op de borst. In het water afzetten van de wand, direct gevolgd door 5 seconden uitdrijven op de rug, aansluitend enkele meters enkelvoudige rugslag, waarna 20 seconden drijven op de rug, gevolgd door 5 meter hoofdwaarts voortbewegen op de rug met gebruik van armen. In het water afzetten van de wand, aansluitend 15 meter borstcrawl. In het water afzetten van de wand, aansluitend 15 meter rugcrawl. 9. Van de kant te water gaan met een hurksprong, gevolgd door 30 seconden watertrappen met verplaatsen in meerdere richtingen, met gebruik van armen en benen, en 30 seconden (verticaal) blijven drijven met gebruik van armen.