JAARVERSLAG Welstands- en Monumentencommissie district MERGELLAND

Transcriptie

1 JAARVERSLAG 2008 Welstands- en Monumentencommissie district MERGELLAND INHOUD 1. Voorwoord 2. Inleiding 3. Commissie a. Opbouw district b. Samenstelling commissie c. Taakomschrijving d. Advisering e. Mandaat f. Vergaderingen g. Openbaarheid 4. Statistische gegevens: a. Aantal plannen per gemeente b. Onderwerpen 5. Conclusies en aanbevelingen

2 1.Voorwoord. Voor u ligt het jaarverslag 2008 van de Welstand-en Monumentencommissie district MERGELLAND. De commissie blikt met dit verslag terug op haar werkzaamheden in U krijgt daarmee inzicht in de werkwijze van de welstands-/monumentencommissie. De commissie voldoet hiermee aan de woningwet, zoals die per 1 januari 2003 in werking is getreden. In dit jaarverslag moet verantwoording worden afgelegd over de toepassing van het welstandsbeleid, zoals dat is vastgelegd in de welstandsnota. Het verslag zet uiteen hoe toepassing is gegeven aan de criteria zoals die zijn opgenomen in de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, behandelt de werkwijze van de commissie en geeft een indruk van de aard van de uitgebrachte adviezen. Vervolgens is per gemeente in een grafiek model een procentueel overzicht bijgevoegd en worden een aantal conclusies en aanbevelingen gedaan. De welstandscommissie is een van de middelen die worden ingezet ter bevordering en behoud van een goede ruimtelijke kwaliteit. Tenslotte dient te worden vermeld, dat het specifieke karakter van het Mergelland, t.w. een heuvelachtig gebied dat voor een groot deel nog gekenmerkt wordt door een bijzondere schoonheid, heel specifieke eisen stelt aan de wijze waarop daarin bebouwing kan plaatsvinden. Dit geldt met name voor verspreid liggende bebouwing waaronder in het bijzonder de agrarische bedrijfsbebouwing, voor randbebouwing van steden en dorpen en voor bouwsels die door hun omvang en / of hoogte effect hebben op een wijdere omgeving. De welstands- en monumentencommissie besteedt hieraan terecht dan ook veel zorg. 2.Inleiding Met de inwerkingtreding van de gewijzigde Woningwet per is de verplichting opgenomen dat de welstands- en monumentencommissie de gemeenteraad verslag doet van haar werkzaamheden. Verder dienen burgemeester en wethouders de raad te informeren over de wijze waarop zij met de uitgebrachte welstandsadviezen over het verslagjaar zijn omgegaan. 3.De Commissies a.opbouw District. Tot maakten de gemeenten Valkenburg aan de Geul en Gulpen- Wittem deel uit van het district Valkenburg - Houthem en waren als district aangesloten bij de Stichting Het Limburgs Welstandstoezicht ( opgericht in ). Per is deze stichting opgeheven. Een opschaling van het district heeft ertoe geleid dat per het district MERGELLAND is ontstaan, met als participerende partijen de gemeenten Eijsden, Gulpen- Wittem, Margraten, Vaals en Valkenburg aan de Geul. Het district heeft een eigen districtsbestuur waarin elke aangesloten gemeente met een collegelid is vertegenwoordigd. Vermeld dient te worden dat de Gemeente Gulpen-Wittem in 2008 besloten heeft om hun welstandsplannen door een dorpsbouwmeester te laten beoordelen. Omdat er echter nog geen uitsluitsel is over de wijze van invulling, leggen zij hun plannen nog voor aan de commissie. De gemeente blijft wel gebruik maken van de monumentencommissie. b.samenstelling: Voor het district zijn twee commissies ingesteld nl een welstandscommissie en een monumenten commissie. Tot 1 juli 2008 was elke commissie samengesteld uit 3 deskundige leden en een voorzitter. Vanaf 1 juli 2008 zijn er 4 deskundige leden. Hiervan zijn twee leden deskundig op het gebeid van welstand en 2 andere leden deskundig op het gebied van monumentenzorg. Voor de behandeling van welstandsplannen bestaat de commissie uit 2 leden van welstand en 1 monumentenzorg. Voor de behandeling van monumenten bestaat de commissie uit 2 deskundige leden voor monumentenzorg en 1 lid voor welstand. Het voorzitterschap wordt (als proef), ieder kwartaal wisselend, door een van de deskundige leden bekleedt. Aan beide commissies is een ambtelijk secretaris toegevoegd die tevens secretaris is van het districtbestuur.

3 De welstands- en monumentencommissies zijn in 2008 als volgt samengesteld: De heer H. Luijten, architect. (welstand) De heer M. van de Berg, architect. (welstand) Mw. I. Beckers, architect (monumenten) dhr. H. Janssen, architect (monumenten) De heer A. Peters heeft op 1 juli 2008 zijn werkzaamheden als voorzitter voor de commissie beëindigd. c.taakomschrijving De taak van de welstandscommissie is het uitbrengen van adviezen aan burgemeester en wethouders ten aanzien van de vraag of het uiterlijk of de plaatsing van een bouwwerk in strijd is met redelijke eisen van welstand. Het welstandsadvies is gebaseerd op de in de welstandsnota genoemde criteria die zowel stedenbouwkundige als architectonische aspecten omvatten. Los van het beoordelen van bouwplannen heeft de commissie ook adviezen uitgebracht inzake stedenbouwkundige initiatieven. d.advisering De gemiddelde kwaliteit van de ingediende plannen was het afgelopen jaar zeer redelijk. Er blijven echter nog negatieve uitschieters voor wat betreft het tekenwerk/presentatie. Het verdient aanbeveling de inzichtelijkheid van de aanvraag te verhogen door het aanleveren van duidelij ke bouwkundige tekeningen en foto s van de situatie en/ of belendende panden. Hierdoor kan een plan beter en sneller behandeld worden. Het is dan ook zaak om bij het in ontvangst nemen van de aanvraag aan het loket, meer aandacht te schenken aan de ingediende bescheiden. Daar waar een plan in deze opzichten tekort schiet, is dit als regel terug te voeren op gebrek aan kwaliteit bij de ontwerper dan wel onvoldoende begrip voor de betekenis van welstand bij de opdrachtgever. De behandeling van dergelijke plannen in de grote commissie vraagt dan ook meer dan evenredig veel tijd. Hier kan men alleen verbetering bereiken door het vooroverleg in de kleine commissie nog meer intensiveren. Het ligt dan ook voor de hand om het vooroverleg in de kleine commissie nog verder uit te breiden. De hoeveelheid ter beoordeling voorgelegde plannen per gemeente varieert zeer sterk, evenals de persoonlijke aanwezigheid van ontwerper en/of opdrachtgever. Naar waarneming heeft dit te maken met de per gemeente verschillende wijze van aanpak. Er zijn gemeenten met een strak intern voorbereidingsbeleid in de vorm van hantering van duidelijk vastgelegde randvoorwaarden en gecoördineerde planbehandeling vooraf. Hierdoor kan de beoordeling door de welstandscommissie zich geheel toespitsen op de vraag of plannen voldoen aan relevante beoordelingscriteria. Een goede interne voorbereiding en goed vooroverleg in de kleine commissie zijn essentieel. In de regel blijven daardoor de behandelingen beperkt tot 1 a 2 behandelingen. Anderzijds zijn er gemeenten die ten behoeve van haar burgers of andere belanghebbenden maximale medewerking verlenen in de vorm van nog te verlenen vrijstellingen of anderszins op voorwaarde dat er een positief advies van de welstandscommissie beschikbaar is of komt. In deze gevallen blijkt er als regel nog rek te zitten in de te stellen (stedenbouwkundige)randvoorwaarden en zijn veelal ook de belanghebbenden erin geïnteresseerd de discussie met de commissie te voeren. De commissie moet als gevolg hiervan dan standpunten innemen over stedenbouwkundige situaties, welke in een aantal gevallen achteraf gezien niet overeenkwamen met de visie van de betreffende gemeente. Het gevolg hiervan is extra beslag legt op de behandeltijd van het plan en vertraging in de afhandeling. De commissie constateert overigens dat door de welstandsnota steeds meer begrip is aan het ontstaan voor het belang van welstandstoezicht. Er is nl een stijgende toename waar te nemen dat menige aanvrager/ burger en architect een open gedachtewisseling met de commissie zeer op prijs stelt. Ook daar waar in eerste instantie een plan van een negatief advies moest worden voorzien, kon na aanpassing toch een kwaliteitsverbetering worden bereikt met een welbevinden van de aanvrager.

4 e. Mandaat Voor het beoordelen van kleine plannen is vanuit de welstandscommissie en monumentencommissie al zeer geruime tij d de zogenaamde kleine commissie werkzaam bestaande uit een afgevaardigd deskundig lid en een ambtelijke medewerker van de betreffende gemeente. Deze commissie is ingesteld en gemandateerd door het districtsbestuur. De praktijk wijst uit dat burgers en aanvragers het vooroverleg in deze commissie zeer op prijs stellen. Hierdoor krijgen aanvragers al in heel vroeg stadium inzicht in de haalbaarheid van hun plannen. De commissie constateert dat door de positieve werking van dat overleg, het aantal (vervolg)behandelingen in de grote commissie afneemt. f.vergaderingen. De welstandscommissie vergadert eenmaal per twee weken op donderdag om de ingediende bouwplannen te beoordelen. De vergaderingen zijn openbaar, waardoor planindieners, belanghebbenden alsook geïnteresseerden de vergaderingen kunnen bijwonen. Van elke vergadering wordt een verslag gemaakt. g.openbaarheid. Sinds 2003, bij de wijziging van de Woningwet, moeten de vergaderingen van de Welstandscommissie openbaar zijn. Aan het eind van elk jaar wordt het nieuwe vergaderschema voor het daarop volgend jaar opgesteld en gepubliceerd. In de verslagen wordt altijd aangegeven of de vergadering door belangstellenden bezocht zijn. Niet alleen aanvragers en/of architecten, maar alle geïnteresseerde burgers hebben gelegenheid om zichzelf op de hoogte te stellen van de werkwijze van de commissie en de beoordeling van de bouwplannen. Ook in 2008 is gebleken dat hier nauwelijks gebruik van is gemaakt. In 2007 hebben 5 personen een vergadering van de welstandscommissie bezocht en hebben 7 personen een vergadering van de monumentencommissie bijgewoond. In 2008 waren dat er 3 en 2. Er is een stijgende lijn waar te nemen dat planindieners en of ontwerpers bij de behandeling van hun plan aanwezig willen zijn. 4. Statische gegevens a.aantal plannen In bijlage 1 is een overzicht gegeven over het aantal plannen dat de welstands- en monumentencommissie behandeld. De tabel geeft informatie over het aantal behandelingen en de procentuele resultaten. De plannen die informeel zijn behandeld, betreffen plannen die in het kader van vooroverleg en klantvriendelijkheid voor een oriënterende oordeelsvorming aan de commissie zijn voorgelegd. De praktijk wijst uit dat de aanvragers en ontwerpers dit zeer op prijs stellen. Hierdoor krijgen ze, zonder veel kosten te maken,al vroegtijdig inzicht in de haalbaarheid van hun plannen dan wel op welke punten hun plan nog verbetering behoeft. b.onderwerpen Bij de commissie is het afgelopen jaar een scala aan onderwerpen de revue gepasseerd. In algemene zin betreffen het de navolgende thema s: - Stedenbouwkundige ontwikkelingen. - Woningbouwprojecten - Bouwen in het buitengebied - Bedrijfs- en utiliteitsgebouwen - Reclame-uitingen. - Verbouwingen - Legalisaties. - Kwaliteit van het Limburgse Landschap.

5 5. Conclusies en aanbevelingen a.conclusies. - de commissie is van mening dat zij het afgelopen jaar constructief met de gemeenten heeft kunnen samenwerken; - de in de vergaderruimte aanwezige audiovisuele middelen ondersteunen de openbaarheid en het goed kunnen beoordelen van de plannen; - de welstandscommissie opereert binnen de grenzen van haar opdracht zo klantvriendelijk en transparant mogelijk, hetgeen betekent dat, in samenhang met het openbaar zijn van de vergaderingen, naast advisering op basis van inzichten van de deskundige leden aanzienlijke ruimte wordt geboden voor overleg met aanvragers; - de commissie constateert dat door de welstandsnota steeds meer begrip is aan het ontstaan voor het belang van welstandstoezicht. b. Aanbevelingen - het is van belang om bij het in ontvangst nemen van de aanvraag aan het loket, meer aandacht te schenken aan de ingediende bescheiden; - er dient in een heel vroeg stadium vooroverleg plaats te vinden in de kleine commissie; - om de doorstroming van plannen in de kleine commissie nog optimaler te krijgen dient de mandatering van het afgevaardigd lid van commissie te worden uitgebreid; - regelmatig overleg met de wethouder en raadscommissie wordt op prijs gesteld. - het adhoc toevoegen van een burgerlid aan de commissie kan de betrokkenheid tussen gemeente en commissie vergroten; - een goed handhavingsbeleid is van wezenlijk belang om de ruimtelijke kwaliteit in stand te kunnen houden. Datum: 28 maart 2009 De welstands- en monumentencommissie district MERGELLAND De Secretaris De Plv. Voorzitter J.H.J.M. v.wissen M. v.d. Berg