Jan-Willem van Leussen Taalvariatie en verandering. Studiejaar , tweede semester Docenten: M. van Staden en L. Edelman Titel: Het
|
|
- Valentijn Dekker
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Jan-Willem van Leussen Taalvariatie en verandering. Studiejaar , tweede semester Docenten: M. van Staden en L. Edelman Titel: Het Nederlands van Turkse en Marokkaanse jongeren in Amsterdam. 5 juni 2006
2 . Inleiding In de tweede helft van de twintigste eeuw is er een grote instroom op gang gekomen van immigranten in de Nederlandse maatschappij. Niet zelden waren deze immigranten afkomstig uit een niet-westers land, en het verwerven van de Nederlandse taal en cultuur was vaak een groot obstakel voor hen. Inmiddels groeien de kinderen en zelfs kleinkinderen van deze mensen, die zich voor een groot gedeelte hebben gevestigd in de Randstad, in Nederland op. Deze allochtonen van de tweede en derde generatie komen al vanaf jonge leeftijd in aanraking met de Nederlandse taal en kunnen derhalve beschouwd worden als eerste-taalverwervers van het Nederlands. Veel van deze jongeren spreken echter een variant van het Nederlands die een onmiskenbare afwijking vertoont ten opzichte van de standaardtaal op het gebied van de uitspraak, zinsbouw, verbuiging en woordkeuze. De afgelopen jaren zijn deze varianten door verscheidene taalkundige auteurs onder de loep genomen. Ze worden vaak aangeduid met de termen Etnisch Nederlands, etnolect of straattaal. In deze nota zal ik de bevindingen van de auteurs over deze allochtone jongerenvariëteiten samenvatten, en deze vervolgens vergelijken met data die ik als stagiair heb verzameld voor een onderzoek naar etnolecten. Daarnaast zal ik kijken of er wellicht nog andere verschijnselen in de data zijn te vinden, die nog niet in eerdere onderzoeken zijn beschreven. Dit alles ondersteun ik aan de hand van citaten uit de onderzoeksdata. Het CBS definieert een allochtoon als een persoon waarvan tenminste één ouder niet in Nederland is geboren. In deze nota gebruik ik het woord dan ook in die zin. 2
3 2. Het onderzoek In januari 2005 is het Roots of Ethnolects -project van start gegaan aan de Radboud Universiteit Nijmegen en op het Meertens Instituut te Amsterdam. Dit ruim opgezette project zal tenminste vier jaar in beslag nemen. Het heeft als doelstelling de oorsprong, karakteristieken en verspreiding van de in Nederland gesproken etnolecten te achterhalen. Om dit te realiseren worden in zowel Amsterdam als Nijmegen audio-opnamen gemaakt van tientallen jongens van Turkse, Marokkaanse en Nederlandse afkomst. Het gaat om twee groepen jongens: 2-jarigen en 20-jarigen. De informanten worden eerst opgenomen tijdens spontane conversaties die zij met elkaar voeren. Later zullen zij ook eliciterende tests ondergaan waarin de linguïstische variabelen worden gemeten die specifiek zijn voor etnolecten. Van januari tot maart 2006 heb ik voor mijn bachelor Taalwetenschap stage gelopen bij het Meertens Instituut, onder begeleiding van dr. Wouter Kusters, één van de onderzoekers die het 'Roots of Ethnolects'-project uitvoeren. Mijn voornaamste taak was het transcriberen en op taalkundige variabelen analyseren van de opnamen die in Amsterdam waren gemaakt van een aantal 20-jarige informanten. De onderzoeksgroep bestond uit vier jongens met een Marokkaanse achtergrond, drie met een Turkse achtergrond, en één autochtone Nederlander. De data die ik hiermee heb verzameld besloegen uiteindelijk zo n 5 ½ uur aan materiaal. 3
4 3. Overzicht van eerder onderzoek De eerste die in Nederland wetenschappelijk onderzoek deed naar het specifieke taalgebruik van allochtone jongeren was Appel (999). In een verkennend onderzoek onderzocht hij het fenomeen dat veel allochtone jongeren een soort mengtaal leken te spreken met daarin veel lexicale elementen uit vreemde talen, met name het Sranan en het Engels. Appel noemde dit fenomeen straattaal, de benaming die door de sprekers zelf meestal werd gebruikt. Met behulp van een vragenlijst verzamelde hij een lijst veelgebruikte straattaalwoorden en achterhaalde hij de motivatie voor het gebruik en de culturele achtergrond van de sprekers. Appel benadrukt dat het om een register gaat, niet om verloederd Nederlands. Hij stelt juist dat straattaal minder wordt gebruikt door jongeren die het Nederlands slecht spreken. Nortier (200) gaat in het boekje Murks en straattaal verder in op enkele morfosyntactische aspecten van de straattaal. Ook onderzoekt ze het beeld dat bij autochtone jongeren bestaat over deze variant van het Nederlands. De autochtonen leken de straattaal vooral op een ironische, spottende manier te gebruiken. Dit verschijnsel noemt Nortier Murks. Een groot aantal artikelen over allochtone jongerentaal is gepubliceerd door Cornips, veelal in het kader van het project TCULT 2 (Talen en Culturen in het Utrechtse Lombok en Transvaal). In een uitgebreid artikel (Cornips 2002) analyseert zij het Nederlands van een groep allochtone jongeren in de Utrechtse wijk Lombok. Hierbij constateert zij dat het taalgebruik van deze jongeren ook invloeden uit het regionale Utrechts bevat. Ook heeft zij voor het boek Wereldnederlands een artikel geschreven over het Surinaams-Nederlands dat door enkele jongeren in Rotterdam wordt gesproken (Cornips 2005). In ditzelfde boek beschrijft een vijftal auteurs het Turks en Marokkaans Nederlands (Dorleijn et al. 2005). De twee varianten bevatten volgens de auteurs genoeg overeenkomsten om ze in hetzelfde stuk te behandelen. Dit lijkt te wijzen op het bestaan van een soort algemeen allochtoons etnolect dat zich ontwikkelt uit het Nederlands van verschillende groepen minderheden. Dorleijn en Nortier ontwikkelen deze constatering verder in een onderzoek naar het Marokkaanse accent, dat steeds meer terrein lijkt te winnen onder allochtonen die zelf niet van Marokkaanse afkomst zijn (Dorleijn & Nortier 2005). Van Krieken (2004) beschrijft het Nederlands van enkele Marokkanen in Nijmegen. Een belangrijk verschil met de eerder onderzochte Randstedelijke variëteiten is dat deze 2 Een overzicht van de aan TCULT gerelateerde publicaties is te vinden op 4
5 jongens minder straattaalwoorden gebruiken. Net als bij de Utrechtse jongeren is er een invloed vanuit de lokale taal waarneembaar. Van Lier (2004) bespreekt de moeilijkheden die bestaan met het definiëren van termen als straattaal, etnolect en mengtaal. Verder bespreekt zij de resultaten van een onderzoek naar straattaal dat zij heeft uitgevoerd. Haar data komen uit een aantal veldwerkonderzoekjes die in Rotterdam en Amsterdam zijn uitgevoerd, en van een aantal discussiefora op internet die worden gefrequenteerd door allochtone jongeren. De opsomming van onderzoeken naar allochtone jongerenvariëteiten hierboven is niet uitputtend. Ze geven samen wel een goed beeld van de algemene talige kenmerken die te vinden zijn in het Etnisch Nederlands. In het volgende hoofdstuk zal ik deze kenmerken vergelijken met de data die ik voor mijn stage heb verzameld. 5
6 4. Resultaten 4. Syntaxis en morfologie 4.. Grammaticaal geslacht Een kenmerk van de etnolecten dat door bijna alle auteurs wordt genoemd, is de overgeneralisatie van het mannelijk/vrouwelijk woordgeslacht ten koste van het onzijdig geslacht: Etnisch Nederlands wordt gekenmerkt door een overgeneralisatie van de. (Cornips 2002) In straattaal is sprake van overgeneralisatie van het niet-neuter geslacht (Van Lier 2004) Deze Rotterdamse jongeren gebruiken ook het lidwoord de in plaats van het (Cornips 2005) Dit uit zich in fouten bij de keuze van het lidwoord ( de en het ), aanwijzende voornaamwoorden ( deze/die en dit/dat ) en betrekkelijke voornaamwoorden ( die en dat ) en in een foutieve verbuiging van het bijvoeglijk naamwoord (bv. groot en grote ). Sommige auteurs beschrijven dit overigens soms alleen in termen van het lidwoord. Mijn onderzoeksresultaten lijken er echter op te wijzen dat de vier hierboven genoemde fouten bijna altijd in correlatie met elkaar zijn (Van Leussen 2006). De informanten verschillen sterk in de mate waarin zij het grammaticaal geslacht volgens de norm van het Standaardnederlands gebruiken. De enige die in alle gevallen het woordgeslacht correct interpreteert is de autochtone informant Thomas. De scores van de overige informanten lopen van 96,2 % (één overgeneralisatie) tot 9,2% (vrijwel alleen maar overgeneralisaties). De lager scorende informanten maken fouten met zeer frequente woorden, en markeren zelfs verkleinwoorden niet als onzijdig: Aydin (T) 3 : oh met die brilletje of niet? Adem (T): lekker eh uit onze dak gaan in het weekend he? Adem (T): ik wil echt heel dolgraag naar die land gaan. Youssef (M): ik was met een meisje die de eigenaar kende maar ja. Mehmet (T): ah eerst moet je een geschikte vrouwtje vinden en dan... Interessant in dit opzicht is dat enkele auteurs van mening zijn dat deze overgeneralisatie, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het gebruik van woorden uit het Sranan, niet zozeer onderdeel zijn van een stilistische variant die de jongeren hanteren maar een gefossiliseerd gevolg van een onvolledig taalverwervingsproces (zie bijvoorbeeld Cornips & De Rooij 2003). Er zijn in mijn onderzoeksdata echter aanwijzingen te vinden dat sprekers wel degelijk per situatie verschillen in hun gebruik van het grammaticaal geslacht, 3 De in deze nota gebruikte namen van informanten zijn pseudoniemen. De letters achter de namen van de informanten staan voor een (T)urkse, (M)arokkaanse of (NL) autochtoon-nederlandse achtergrond. Zie Bijlage voor een uitleg over de gebruikte transcriptiemethode. 6
7 wat zou kunnen wijzen op opzettelijke overgeneralisatie als marker van identiteit (Van Leussen 2006) Woordvolgorde Een ander veel genoemd kenmerk van het Nederlands van jonge allochtonen is het afwijken van de regels voor de woordvolgorde. In het Nederlands is, in stellende zinnen, de ongemarkeerde constituentenvolgorde Subject-Verbum-Object. In vraagzinnen, in bijzinnen en in combinatie met sommige bijwoordelijke bepalingen treedt echter inversie op en wordt de volgorde Subject-Object-Verbum. Veel van de in 3 genoemde onderzoeken melden echter dat deze inversie vaak niet optreedt in het Etnisch Nederlands, met als resultaat uitingen als deze: Hij denkt hij is in Moskou met zijn dikke kleding (Cornips 2005:43) Ik weet veel Surinamers lopen soms met een rode bandana (Van Lier 2004:20) Dit verschijnsel is overigens ook in Duitse etnolecten gesignaleerd: zie Auer (2003). De data van mijn onderzoek laten hetzelfde beeld zien. Vaak wordt door de informanten de SVO-volgorde gehandhaafd in bijzinnen of bij tijdsbepalingen: Aydin (T): twee weken later hij is ontslagen. Tarik (M): opeens Gomez ging naar links de bal ging naar rechts. Ali (M): maar eh ik heb gehoord je gaat VIP uit vanavond. Aydin (T): ja maar ik weet je hebt veel Marokkanen daar jongen. De laatste zin is echter een twijfelgeval. Zoals Cornips (2005) al opmerkt zijn deze zinnen niet noodzakelijk ongrammaticaal: dit is afhankelijk van de intonatie. Wanneer deze zin wordt uitgesproken met een korte pauze tussen de woorden weet en je, is er sprake van directe rede en hoeft er geen inversie op te treden. In mijn data ben ik veel van dergelijke zinnen tegengekomen. De informanten laten het onderschikkende voegwoord dat weg en lassen er een korte pauze voor in de plaats, zodat de uiting als het ware in tweeën wordt gesplitst. Een plausibele verklaring hiervoor is dat dit het gevolg is van een vermijdingsstrategie die tweede taal-leerders hanteren. Door de indirecte rede zoveel mogelijk te vermijden hoeven de (ingewikkelde) regels voor inversie in de bijzin niet te worden toegepast. Dit type zinnen is vervolgens weer door de allochtone T-leerders overgenomen. Overigens doen deze zinnen ook sterk denken aan het Engels, waar het onderschikkend voegwoord that ook vaak kan worden weggelaten. 7
8 4..3 Deletie Een onderwerp dat enigszins aan het voorgaande gerelateerd is, betreft de deletie van partikels of woorden die in de standaardtaal verplicht zijn, zoals dat in de uiting van Aydin hierboven. Dit verschijnsel is onder andere gesignaleerd door Dorleijn et al. (2005): de woorden er en het vaak worden weggelaten door informanten. In mijn onderzoeksdata gebeurt dit ook regelmatig: Farid (M): wat gebeurt er 4 in Almere? Youssef (M): Tarik (M): Youssef (M): Aydin (T): wij worden gehuurd voor de poort wij hebben er niks mee te maken... begrijp je? ik begrijp het. met wie heb je het hiervoor gedaan? Daarnaast is er vaak sprake van deletie van een direct en/of indirect object door de sprekers in uitingen waar het Standaardnederlands dit wel zou vereisen. De informanten maken eigenlijk sommige transitieve werkwoorden intransitief: Ali (M): als 'ie niet geeft... (deletie direct en indirect object) Aydin (T): Farid (M): Tarik (M): Farid (M): xxx gewoon cash daarom heeft 'ie veranderd ggg (deletie object bij veranderd ) heb je die wedstrijd gezien? ja man xxx... ik heb niet gezien. (deletie object bij gezien ) Zoals onder andere Van Lier (2004) al opmerkt wordt ook vaak het lidwoord weggelaten waar dit in de standaardtaal verplicht is: Tarik (M): Youssef (M): Adem (T): Aydin (T): ja ik weet niet ze hebben wel altijd een georganiseerde team. terwijl je ooit met hem als een broer was. ja dat ga ik echt doen wat denk je dat ik een grapjas ben of zo hiero? had ik brief geschreven naar de directeur. Over het algemeen gaat het hier vooral om de deletie van de kleine functiewoorden er, een, de en het. Een enkele keer worden ook verplichte voorzetsels weggelaten: Aydin (T): ze luisteren naar wat de leraar zegt. Aydin (T): kiezen. kun je je gelijk op het HBO inschrijven kun je een andere opleiding 4 Weggelaten elementen zijn ter verduidelijking in het zwart ingevoegd. 8
9 4..4 Niet-standaard gebruik van gaan Het hulpwerkwoord gaan wordt in het Standaardnederlands meestal uitgedrukt om toekomende tijd of intentie uit te drukken. Cornips (2005) en Van Lier (2004) merken op dat hun informanten vaak het hulpwerkwoord gaan gebruiken wanneer er noch van toekomende tijd, noch van intentionaliteit sprake is. Een enkele keer ben ik dit verschijnsel ook in mijn data tegengekomen. In onderstaande zinnen zou een spreker van het Standaardnederlands waarschijnlijk niet het werkwoord gaan gebruiken: Aydin (T): ik zeg tegen hem ga opdonderen. Youssef (M): ik ga denk ik volgend jaar hier komen. Dergelijke uitingen kwamen echter zelden voor. Vermoedelijk is dit non-standaard gebruik van gaan meer een kenmerk van het Surinaams-Nederlands dan een algemeen onderdeel van de Nederlandse etnolecten, en ben ik het daarom weinig tegengekomen bij de Turkse en Marokkaanse informanten uit mijn onderzoek. Van Lier (2004) meldt een vergelijkbaar gebruik van de werkwoorden komen en beginnen door haar informanten, maar dit ben ik bij deze Amsterdamse jongens niet tegengekomen Bijzinnen met ingesloten antecedent Een fenomeen dat bij mijn weten in eerdere onderzoeken naar jongerenvariëteiten nog niet naar voren is gekomen, is het vermijden van constructies als waarover en waarmee. De ANS (Algemene Nederlandse Spraakkunst), een descriptieve grammatica van het Nederlands, meldt het volgende over dit onderwerp: Ten slotte verdient nog vermelding dat een betrekkelijke bijzin met ingesloten antecedent niet met een voorzetsel kan beginnen; in de plaats daarvan gebruikt men een voornaamwoordelijk bijwoord; vergelijk [onderstaande:] (9a) Over wat jij piekert, interesseert mij niet. <<uitgesloten>> (9b) Datgene over wat jij piekert, interesseert me niet. <<uitgesloten>> (9c) Waar jij over piekert, interesseert me niet. (9d) Datgene waarover jij piekert, interesseert me niet. In de onderzoeksdata kom ik echter meermalen constructies van het type (9a) tegen, zoals in onderstaande uitingen: Aydin (T): als je ze hebt gehaald voor wat moet je ze nog een keer herkansen dan? Adem (T): Ali (M): voor wat is dat? voor wat heb ik dit dit moeite allemaal gedaan weet je wel? 9
10 Aydin (T): Mehmet (T): ik zeg tegen hem meester wat voor drie ik zeg tegen hem ik weet niet van waar die blaadje komt. wa*a over wat zullen we het hebben? Dit type fouten is hoogstwaarschijnlijk een gevolg van het taalverwervingsproces: de hierboven geciteerde regel uit de ANS is weinig transparant en is zal daarom door veel tweede-taalleerders niet verworven zijn. Dit heeft op zijn beurt gevolgen gehad voor de input van het Nederlands die deze jongens kregen. 4.2 Lexicon 4.2. Straattaalwoorden Het gebruik van de zogenaamde straattaal, in de definitie van Appel (999), wordt in de meeste onderzoeken naar allochtone jongerenvariëteiten besproken. De meeste auteurs zijn het er over eens dat de voornaamste functie van straattaal ligt in het in- of uitsluiten van groepen sprekers: de multi-etnische straattaal drukt solidariteit uit met de (vaak allochtone) in-group. Gebruik van straattaalwoorden door autochtone Nederlanders wordt niet op prijs gesteld, tenzij deze ook tot de in-group behoren (zie bijvoorbeeld Nortier 200, Cornips & Reizevoort 2005). Hoewel de mate van gebruik per persoon sterk verschilden, gebruikte bijna alle allochtone informanten in het onderzoek straattaalwoorden in hun interacties met elkaar. Enkele voorbeelden: Ali (M): ik weet niet niffo*x de dag is nog jong. [Sranan neef, hier vriend ] Farid (M) xxx wanneer krijgen we die negen donnies*n? [herkomst onbekend, tien euro ] Adem (T): gewoon een jonko alles? [Sranan joint ] Aydin (T): die twee leraren ook eh tezz*x ik ken ook een leraar Engels. (Arabisch shit (interjectie)] Mehmet (T): je bent dyompo*v. [Sranan sprong, hier stoned ] Wat betreft de herkomst van de woorden lijkt nog steeds Appels observatie uit 999 op te gaan, dat Surinaamse woorden het meest populair zijn in de straattaal. Wel lijkt het erop dat Marokkaanse lexicale invloeden terrein winnen: zo gebruikten de informanten (ook degenen van Turkse afkomst) woorden als kifesj wat?, sahbi vriend, drerie/drarie jongen en de interjectie wallah/wollah ik zweer het (bij Allah). Een opvallende tendens in mijn onderzoeksdata is dat de informanten die veel morfosyntactische afwijkingen van de standaardtaal vertonen de meeste straattaalwoorden lijken te gebruiken. Het omgekeerde is ook waar: Tarik, een van de 0
11 informanten die het hoogst scoort in het correct gebruik van het onzijdig woordgeslacht, gebruikt geen straattaalwoorden en lijkt er ook receptief niet zo bekend mee te zijn: Farid (M): fatoe-mensen. Tarik (M): oh? Tarik (M): en en en wat betekent dat? Farid (M): je weet niet wat fatoe-mensen zijn? Tarik (M): nee. Farid (M): dat zijn mensen die veel onzin vertellen. Deze observatie lijkt haaks te staan op Appels bewering dat straattaal juist gebruikt wordt door jongeren die het Nederlands goed beheersen. Een mogelijke verklaring voor deze tegenstrijdigheid is dat de jongeren die op morfosyntactisch gebied afwijken van het Standaardnederlands, dit niet altijd doen, maar alleen in informele situaties in de in-group. Net zoals sprekers hun Marokkaanse accent kunnen aandikken in bepaalde situaties (Dorleijn & Nortier 2005), gebruiken zij straattaal en afwijkende morfosyntaxis om hun identiteit uit te drukken (zie ook Van Leussen 2006). Om dit vermoeden te bevestigen zouden er echter meer opnamen beschikbaar moeten komen van deze jongeren, zodat hun taalgebruik in formele situaties of tegenover de out-group ook geanalyseerd kan worden Lokale invloeden Evenals in het onderzoek van van Krieken (2004) in Nijmegen en Cornips (2002) in Utrecht zijn ook in de Amsterdamse onderzoeksdata die ik hier bespreek invloeden uit het regionale dialect te merken. Veel informanten gebruiken hun in plaats van ze voor de derde persoon meervoud: Adem (T): hun komen meestal uit Rotterdam Den Haag... Aydin (T): Youssef (M): Thomas (NL): die hebben hun zelf verzonnen. zo is zo pakken hun het hier in Amsterdam aan. en hoe hun met elkaar omgaan... De laatste uiting laat zien dat dit verschijnsel waarschijnlijk zijn oorsprong heeft in de substandaardtaal van autochtone Nederlanders. Elders vinden we een ander kenmerk van de Randstedelijke variant, namelijk het gebruik van hij heb in plaats van hij heeft: Farid (M): nee maar hij heb hij heb me vier jaar hoofdpijn bezorgd die man Idioom De onderzoeksdata laten op het gebied van idiomatisch taalgebruik enkele interessante vondsten zien:
12 Adem (T): dan is het andere koek van deeg. Aydin (T): [dat] zal heel vies aankomen. Tarik (M): begrijp je het komt altijd in zwart daglicht door gewoon die paar rotte appels die het verpesten begrijp je? Mehmet (T): ik was van plan om hem even flink grazen te nemen maar... Sommige van deze uitspraken lijken te wijzen op een bewuste taalspeling, zoals een contaminatie van de uitdrukkingen andere koek en een koekje van eigen deeg. Interessant in dit opzicht is ook de volgende conversatie uit de opnamen over het Turkse schuttingwoord yarak : Mehmet (T): Onderzoeker: Adem (T): Adem (T): u moet naar een oude Turkse man gaan en zeggen hee yarak, wat betekent het? hee yarak Turk. nou dan ben je... dan ben je nog niet jarig. [uitgesproken als jarag ] De informant Adem speelt hier met de overeenkomst in klank tussen een Nederlands woord en een Turks woord. Een creatieve omgang met de Nederlandse taal kan de informanten in elk geval niet ontzegd worden. 4.4 Fonologie De onderzoeken naar de etnolecten van verschillende minderheden in Nederland bevatten meestal een sectie over de typerende fonologische kenmerken van deze varianten. Omdat ik voor dit onderzoek geen fonologische analyse heb uitgevoerd, zal ik mij beperken tot enkele observaties. Zoals gezegd vermoeden Dorleijn & Nortier (2005) dat er een algemeen allochtoons accent begint te ontstaan met het Marokkaans Nederlands als basis. Een aantal kenmerken van dit accent waren inderdaad te observeren bij zowel de Marokkaanse als de Turkse informanten. Een voorbeeld is het foneem /s/, dat wanneer het voorafgaat aan een andere medeklinker verandert in een sj : snel wordt uitgesproken als sjnel, school als sjchool. De g in woorden als gebied lijkt soms verder achterin de keel te worden uitgesproken dan gebruikelijk is in de standaarduitspraak. Ook de overdreven stemhebbende /z/, die afkomstig lijkt te zijn uit het Marokkaans Nederlands, was bij zowel Marokkaanse jongens als bij een Turkse jongen te horen. Een ander kenmerk vond ik alleen bij twee Turkse informanten, en wordt door Dorleijn et al. (2005) beschreven als een typisch kenmerk van het Nederlands dat door Turkse T-leerders wordt gesproken. Het gaat om voicing van stemloze medeklinkerclusters: straks wordt uitgesproken als stragz, kerstvakantie als kerzdvakantie. Vermoedelijk is hier dan ook geen sprake van een multi-etnisch accent. 2
13 4.5 Pragmatiek Een interessant pragmatisch verschijnsel deed zich voor bij een gesprek tussen twee Turkse informanten. Deze jongens, Adem en Mehmet, hebben de gewoonte elkaar met Turk aan te spreken: Adem (T): Maar hoe was het vandaag op school, Turk? Mehmet (T): Was rustig man. Alles gaat z'n gangetje... De onderzoeker vraagt door naar dit verschijnsel, en de jongens leggen uit dat deze aanspreekvorm niet door iedereen gebruikt kan worden: Adem (T): wij Turken onder mekaar noemen elkaar vaak Turk. [...] Adem (T): ja diegene moet zelf een Turk zijn. Adem (T): maar als een Hollander... Adem (T): een Hollander of... Onderzoeker: een Marokkaan? Adem (T): nee Marokkaan Marokkaan valt mee. Adem (T): maar een Hollander of een of andere Europese... Adem (T): Europe*a Europeaan zegt tegen een Turk 'hee Turk!' Adem (T): gaat 'ie zich net alsof 'ie zich aangevallen wordt. Adem (T): maar als ik tegen hem [Mehmet] zeg hee Turk waar ben je? Adem (T): dan weet 'ie gewoon dat is geen probleem. Dit laat zich vergelijken met het gebruik van het woord nigger/nigga in het Amerikaans- Engels. Er rust een zwaar taboe op het gebruik van dit N-word door niet-afro- Amerikaanse sprekers. Onder zwarte jongeren is het echter een populaire aanspreekvorm 5. Adems opmerking dat een Marokkaan hem wel als Turk zou mogen aanspreken is een aanwijzing voor de veronderstelling die onder andere door Dorleijn & Nortier (2005) is gemaakt, dat jongeren vanuit verschillende etnische minderhedenwellicht als reactie op discriminatie vanuit de autochtone populatie een gezamenlijke identiteit beginnen te vormen. 5 Zie 3
14 5. Discussie en conclusie Omdat het aantal informanten dat ik in deze nota beschrijf zeer gering is, kan ik niet zeggen in hoeverre de door mij beschreven talige kenmerken representatief zijn voor andere alllochtone jongens in Amsterdam, laat staan andere jongeren in Amsterdam of zelfs Nederland. Tevens gaat het in alle gevallen om min of meer spontane gesprekken waarin een informele sfeer heerst. Naarmate het Roots-of-Ethnolects-project verder vordert zal duidelijker worden welke van de beschreven verschijnselen vast onderdeel uitmaken van het Nederlands van allochtone jongeren, en welke slechts ingezet worden in een informele in-group sfeer. De onderzoeksresultaten weerspiegelen tot nu toe grotendeels de bevindingen van eerdere onderzoeken. Veel afwijkingen van de standaardtaal die gevonden zijn, komen zowel bij de Marokkaanse als de Turkse informanten voor. Dit lijkt te erop te wijzen dat problemen van tweede-taalverwervers een grotere invloed hebben gehad op het Nederlands van allochtone jongeren. Van interferentie vanuit de minderheidstaal is waarschijnlijk in veel mindere mate sprake. Verder ik heb ik enkele kenmerken beschreven die ik niet tegen ben gekomen in de literatuur, zoals de voorkeur voor frasen als over wat en voor wat boven Standaardnederlands waarover en waarvoor, en een tendens onder de informanten de voorkeur te geven aan de directe rede boven de indirecte rede. Ook deze kenmerken wijzen op een vereenvoudiging van grammaticale regels die typerend is voor het Nederlands van tweede-taalverwervers. Tenslotte heb ik ook geprobeerd enkele zaken aan het licht te brengen die lijken te wijzen op het ontstaan van een buitenlandse identiteit, zoals beschreven door Dorleijn & Nortier (2005). Het lijkt erop dat deze identiteit niet alleen gemarkeerd kan worden door middel van fonologie, maar ook door het gebruik van een niet-standaard morfologie en door middel van bepaalde exclusieve aanspreekvormen. 4
15 REFERENTIES Appel, R STRAATTAAL. De mengtaal van jongeren in Amsterdam. Toegepaste taalwetenschap in artikelen, 62 Auer, P 'Türkenslang'; Ein jugendsprachliger Ethnolekt des Deutschen und seine Transformationen. In: A. Häcki Buhofer (ed.): Spracherwerb und Lebensalter. Tübingen: Francke Cornips, L Etnisch Nederlands in Lombok (2002). In: Hans Bennis, Guus Extra, Pieter Muysken en Jacomine Nortier (red.), Een buurt in beweging.talen en Culturen in het Utrechtse Lombok en Transvaal.. Amsterdam: Stichting Beheer IISG Cornips, L Het Surinaams-Nederlands in Nederland, in N. van der Sijs (red.), Wereldnederlands. Oude en jonge variëteiten van het Nederlands, Den Haag: SDU. pp Cornips, L. & B. Reizevoort Taal en identiteiten: de dynamische aspecten van een urbane jongerenvariëteit. Cornips, L. & V. de Rooij Kijk, Levi s is een goeie merk: maar toch hadden ze m gedist van je schoenen doen m niet. Jongerenvariëteit heeft de toekomst, in J. Stroop (red), Het Nederlands van Nu en Straks. Waar gaat het Nederlands naar toe?, Amsterdam: Prometheus, 3-42 Dorleijn, M. & J. Nortier 2005 Het Marokkaanse accent in het Nederlands: marker of indicator? Toegepaste Taalwetenschap in Artikelen, Dorleijn, M., J.M. Nortier, A. El Aissati, L.P.C. Boumans & L. Cornips 2005.Turks- en Marokkaans-Nederlands. In N. van der Sijs (red.), Wereldnederlands. Oude en jonge variëteiten van het Nederlands Den Haag: SDU, Lier, E. van Straattaal: vormen en functies van een nieuwe Nederlandse jongerentaal. Manuscript, Meertens Instituut. Leussen, J.W. van Hun hebben echt die stad-accentje. Grammaticaal geslacht in het taalgebruik van Amsterdamse adolescenten. BA-scriptie, Universiteit van Amsterdam [in voorbereiding] Nortier, J Murks en straattaal. Vriendschap en taalgebruik onder jongeren. Amsterdam: Prometheus. 5
16 E-ANS. Webversie van de Algemene Nederlandse Spraakkunst. geraadpleegd op 5 juni 2006 Straattaalwoordenboek.nl, site met een lijst straattaalwoorden en hun vertaling. Verschillende malen geraadpleegd in februari en maart Wikipedia Nigger. Pagina over de geschiedenis van het woord nigger in het Engelse taalgebied. Laatst gewijzigd op 5 juni 2006, geraadpleegd op 5 juni
17 Bijlage : Transcriptiemethode De transcripties voor het onderzoek zijn gemaakt met behulp van het computerprogramma ELAN (EUDICO Linguistic ANnotator), dat ontwikkeld is door het Max Planck Instituut. ELAN maakt het mogelijk stukjes tekst aan 'chunks' van een geluids- of videofragment te koppelen. Iedere geannoteerde uiting krijgt een tijdscode, waardoor bepaalde fragmenten later gemakkelijk opgezocht en opnieuw beluisterd kunnen worden. Fig.: screenshot van ELAN Bij het transcriberen kreeg ik de opdracht mij te houden aan het Protocol voor Orthografische Transcriptie (zie voor een volledige versie). Hieronder een overzicht van de gebruikte codes: Xxx onverstaanbare eigennaam xxx onverstaanbaar ggg sprekergeluiden (bijvoorbeeld lachen) *x woord wellicht verkeerd verstaan *u weergave van uitspraak *a woord afgebroken *v woord in een vreemde taal *n neologisme / slang 7
Etnisch Nederlands in Lombok
Cornips, L. Etnisch Nederlands in Lombok (2002). In: Een buurt in beweging Talen en Culturen in het Utrechtse Lombok en Transvaal. Hans Bennis, Guus Extra, Pieter Muysken en Jacomine Nortier (red.). Amsterdam,
Nadere informatieA Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali. geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt
Summary 352 12. Samenvatting A Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt door de Idaksahak, een groep van ongeveer 30.000
Nadere informatieTo appear in: 2003. Het Nederlands van Nu en Straks.Waar gaat het Nederlands naar toe?(ed) Jan Stroop. Prometheus: Amsterdam
To appear in: 2003. Het Nederlands van Nu en Straks.Waar gaat het Nederlands naar toe?(ed) Jan Stroop. Prometheus: Amsterdam Kijk, Levi s is een goeie merk: maar toch hadden ze hem gedist van je schoenen
Nadere informatieTaalkundige onderbouwing voor docenten van het lespakket Taalvariatie
Taalkundige onderbouwing voor docenten van het lespakket Taalvariatie Les 1 Formeel en informeel taalgebruik De lessenserie begint met een les over formeel en informeel taalgebruik. Uitgangspunt hierbij
Nadere informatieEigen vaardigheid Taal
Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht
Nadere informatieEtnische variëteiten in het Nederlands
Etnische variëteiten in het Nederlands Leuk, opvallend, apart en andere indrukken uit het Nederlandse taalgebied Twee onderzoeken naar de indrukken die niet-linguïstisch geschoolden hebben van Turks- en
Nadere informatieWeet hoe taalonderwijs werkt!
Weet hoe taalonderwijs werkt! Taal en Identiteit Utrecht, 22 januari 2013 Roos Scharten r.scharten@expertisecentrumnederlands.nl 1. Taal als identiteit Inhoud 2. Jongerentaal: identiteit en register 3.
Nadere informatieInhoud. 1 Spelling 10
Inhoud 1 Spelling 10 1 geschiedenis van de friese spelling (stavering) in het kort 10 2 spellingregels 12 Hulpmiddelen 12 Klinkers en medeklinkers 12 Lettergrepen 13 Stemhebbend en stemloos 13 Basisregels
Nadere informatieZ I N S O N T L E D I N G
- 1 - Z I N S O N T L E D I N G Waarom is zinsontleding zo belangrijk? Elke scholier op de middelbare school maar ook de kinderen op de lagere school, komen veelvuldig met zinsontleding in aanraking, eigenlijk
Nadere informatieInhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv
Inhoud 1 Spelling 5 1 geschiedenis van de nederlandse spelling in vogelvlucht 11 2 spellingregels 13 Klinkers en medeklinkers 13 Spelling van werkwoorden 14 D De stam van een werkwoord 14 D Tegenwoordige
Nadere informatieAutochtone en allochtone jongeren: jongerentaal
Autochtone en allochtone jongeren: jongerentaal Leonie Cornips In Respons is al eerder geschreven 1 over het TCULT-project (TCULT staat voor Talen en Culturen in het Utrechtse Transvaal en Lombok). Een
Nadere informatieStraattaal lonkt naar Groene Boekje
pagina 1 van 5 Straattaal lonkt naar Groene Boekje Tekst: Mieke Zijlmans; foto's: Ben Salemans - 19/03/04 'Te gek' en 'onwijs gaaf' hebben afgedaan. Wie een beetje bij is, zegt nu 'cool' en 'flex'. Jongeren
Nadere informatieLees voor gebruik eerst de uitgebreide handleiding, deel 2: Werken met beoordelingsmodellen productieve vaardigheden.
Beoordelingsmodel Spreken 2F Toetsopdracht: opdrachtspecifiek Stap 1 Preconditie Verstaanbaarheid Niet beoordelen indien het spreekproduct niet of onvoldoende verstaanbaar is, omdat er bijvoorbeeld sprake
Nadere informatieFormuleren voor gevorderden
Formuleren voor gevorderden Het programma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden op het
Nadere informatie2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12
Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek
Nadere informatieFormuleren voor gevorderden
Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden
Nadere informatieTaalbeschouwelijke termen bao so 2010
1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan
Nadere informatieEwa, waar is die meisje?
Ewa, waar is die meisje? Een onderzoek naar het voorkomen van elementen uit immigrantentalen en het Engels in de taal van vmbo-jongeren in een plattelandsregio Bacheloreindwerkstuk Nederlandse Taal & Cultuur
Nadere informatieA1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde
Luisteren - kwalitatieve niveaucriteria en zinsbouw tempo en articulatie Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben o.a. betrekking op zeer betrekking op betrekking op betrekking
Nadere informatieFormuleren voor gevorderden
Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale
Nadere informatieProfiel Professionele Taalvaardigheid
Profiel Professionele Taalvaardigheid PPT Het Profiel Professionele Taalvaardigheid omvat de taalvaardigheid die nodig is om professioneel in het Nederlands te functioneren en is in de eerste plaats gericht
Nadere informatieFORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009
FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)
Nadere informatiePerson Markers in Spoken Spontaneous Israeli Hebrew. A Systematic Description and Analysis S. Cohen
Person Markers in Spoken Spontaneous Israeli Hebrew. A Systematic Description and Analysis S. Cohen Persoonsmarkeerders in het Spontaan Gesproken Israelisch Hebreeuws (Samenvatting) Het corpus-gebaseerde
Nadere informatieTransfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen
Samenvatting Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen Negen casestudies naar de verwerving van het Engels, Duits en Zweeds door volwassen moedertaalsprekers
Nadere informatieInformatie over de deelnemers
Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals
Nadere informatieEducatief Professioneel (EDUP) - C1
Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) die willen functioneren in een uitdagende kennis- of communicatiegerichte functie: in het hoger onderwijs, als docent
Nadere informatieSemantic Versus Lexical Gender M. Kraaikamp
Semantic Versus Lexical Gender M. Kraaikamp Samenvatting Semantisch versus lexicaal geslacht: synchrone en diachrone variatie in Germaanse geslachtscongruentie De meeste Germaanse talen, waaronder het
Nadere informatieCommunicatie- en informatiewetenschappen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen 4 juli 2011
Communicatie- en informatiewetenschappen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen 4 juli 2011 1615793 Scriptiebegeleider: dr. H. Mazeland Tweede lezer: prof. dr. C.M. de Glopper Voorwoord Soms
Nadere informatieTransparency in Language: A Typological Study S.C. Leufkens
Transparency in Language: A Typological Study S.C. Leufkens Transparency in language. A typological study Sterre Leufkens Een taal kun je zien als een verzameling vormen (woorden, zinnen, klanken, regels),
Nadere informatieVisuele Leerlijn Taal
Visuele Leerlijn Taal www.gynzy.com Versie: 05-09-2019 Taalbegrip Abstracties Probleem & oplossing Zender & ontvanger Functies van taal Discussie Standpunt & argument Feit & mening Illustratie (als voorbeeld)
Nadere informatieDe leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Duitse woordenschat.
A. LEER EN TOETSPLAN DUITS Onderwerp: Leesvaardigheid De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Duitse woordenschat. De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven
Nadere informatieOverzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I
Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I Grammatica I Rubriek Oefening Type Opgaven Uitleg Alle onderwerpen Totaaltoets Grammatica I (*) 42 1 Klanken/letters Deeltoets 1 (*) Naamwoorden Deeltoets 2
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing
Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp
Nadere informatiePDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/14506
Nadere informatieWis je da nie jonge? De regionale en etnische invloeden op de finale /t/ deletie in de woorden dat en niet.
Wis je da nie jonge? De regionale en etnische invloeden op de finale /t/ deletie in de woorden dat en niet. Door: Aaron Mirck Begeleidster: Jacomine Nortier Blok: 4 Datum: 07-07-2011 0 Inhoudsopgave 1.
Nadere informatieJAARGANG 8 / NUMMER 2 OKTOBER Mede mogelijk dankzij:
JAARGANG 8 / NUMMER 2 OKTOBER 2013 Partners: Mede mogelijk dankzij: VRAAG 1 Rappe troonrede Op Prinsjesdag sprak koning Willem-Alexander zijn eerste troonrede uit. Uiteraard vergeleken analisten deze direct
Nadere informatieVoordat ik je uitleg wat voornaamwoorden zijn, wil ik je vragen of je bij het lezen van de onderstaande zinnen een plaatje voor je ziet.
Voornaamwoorden Door Henk Wolf. Groningen, 2014. In dit artikeltje leer je wat voornaamwoorden zijn, welke soorten voornaamwoorden er bestaan en welke kenmerken elk van die soorten heeft. Wat zijn voornaamwoorden?
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing
Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde
Nadere informatieNieuwsbrief leren. leren en studeren op de basisschool. nummer 7 maart 2002. Lieven Coppens
België Finland Griekenland Japan Nigeria Noorwegen Polen Rusland Singapore Slovakije Tsjechië Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten Percentage Nieuwsbrief leren leren en studeren op de basisschool nummer
Nadere informatieN. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen.
ADHD Wachtkamerspecial Onderbehandeling van ADHD bij allochtonen: kinderen en volwassenen N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen. Inleiding
Nadere informatieszw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding
szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding Naar aanleiding van vragen over de hoge arbeidsongeschiktheidspercentages
Nadere informatieWoordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord
Woordsoorten Nederlands Aanwijzend voornaamwoord Betrekkelijk voornaamwoord Bezittelijk voornaamwoord Bijvoeglijk gebruikt werkwoord Bijvoeglijk naamwoord Bijwoord Bijzin Hoofdzin Hulpwerkwoord Koppelwerkwoord
Nadere informatieDe kandidaat benoemt een tweede aspect dat hij negatief vindt en geeft daarbij een toelichting, zie 4.
Beoordelingsmodel Instaptoets PRECONDITIE De prestatie is een adequate reactie op/uitwerking van de taak. De prestatie is niet herkenbaar als uitwerking van de taak (er is bijvoorbeeld geen prestatie,
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik
Nadere informatieThuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen
Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Jeroen Nieuweboer Allochtonen in, en voelen zich minder thuis in Nederland dan allochtonen elders in Nederland. Marokkanen, Antillianen
Nadere informatie* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven.
1.8 Nederlands formuleren Als je zuiver Nederlands schrijft, moet je net als een verzorgde spelling een verzorgde zinsbouw gebruiken. Veel voorkomende fouten moet je daarbij vermijden. Deze fouten vind
Nadere informatieCONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo
Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 h/v de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 h/v de betekenis
Nadere informatieBeknopte grammatica. voor. de cursus. Grieks van het Nieuwe Testament
Beknopte grammatica voor de cursus Grieks van het Nieuwe Testament versie 1.0 Menno Haaijman scripture4all.org Tijdens de try-out voor de cursus bleek dat veel, zo niet alle, toehoorders de Nederlandse
Nadere informatie1 Spelling en uitspraak
Inhoud 1 Spelling en uitspraak 1 de spellingregels 11 Klinkers en medeklinkers 12 Accenttekens 11 Apostrof ( ) en koppelteken (-) 12 Hoofdletters 13 Los of aan elkaar? 13 Afbreken 14 2 uitspraak 14 Medeklinkers
Nadere informatieDe richtprijs voor een lezing is 400,- excl. reiskosten. Voor een workshop zijn de kosten afhankelijk van de invulling van de workshop.
Lezingen Een lezing duurt 45 minuten tot een uur, gevolgd door de mogelijkheid om vragen te stellen en te discussiëren. De lezingen worden op locatie gegeven. Workshops Meer dan tijdens een lezing zijn
Nadere informatieCover Page. Author: Scholz, Franziska Title: Tone sandhi, prosodic phrasing, and focus marking in Wenzhou Chinese Issue Date:
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19983 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Scholz, Franziska Title: Tone sandhi, prosodic phrasing, and focus marking in
Nadere informatieStudiewijzer TaalCompetent
TaalCompetent - Studiewijzer 1 Studiewijzer TaalCompetent leer-/werkboek basisvaardigheden taalbeheersing Nederlands 1 Werken met TaalCompetent 2 Overzicht uitwerkingen 3 Taaltoetsen voor de pabo 4 Kennistrainingen
Nadere informatieEducatief Startbekwaam (STRT) - B2
Educatief Startbekwaam (STRT) - B2 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) of jongeren (16+) aan het einde van het secundair of voortgezet onderwijs in het buitenland die starten met een studie
Nadere informatieNieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen.
Vaktips Frans 1. D O E L S T E L L I N G E N De Franse taal leren verstaan, lezen, spreken en schrijven. Om dit te bereiken, moet je: Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en
Nadere informatieBasisbegrippen van de taalwetenschap: Variatielinguïstiek
Basisbegrippen van de taalwetenschap: Variatielinguïstiek Marc van Oostendorp M.van.Oostendorp@umail.LeidenUniv.NL 29 november 2004 Variatielinguïstiek Wat is variatielinguïstiek? De studie van taalvariatie
Nadere informatieProfiel Academische Taalvaardigheid PAT
Het Profiel Academische Taalvaardigheid omvat de taalvaardigheid die nodig is om op academisch niveau het Nederlands te functioneren en is de eerste plaats gericht op formele communicatie. Dit profiel
Nadere informatieSamenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders
Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtonen 1) Integratiecampagne
Nadere informatieJAARGANG 9 / NUMMER 8 APRIL Mede mogelijk dankzij:
JAARGANG 9 / NUMMER 8 APRIL 2015 Partners: Mede mogelijk dankzij: VRAAG 1 Maart roert zijn staart In maart kan het soms erg onstuimig weer zijn. Dat was ook dit jaar het geval: de laatste dag was er zelfs
Nadere informatieA1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde
Luisteren - kwalitatieve niveaucriteria en zinsbouw tempo en articulatie Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben o.a. betrekking op zeer betrekking op betrekking op betrekking
Nadere informatie5,6. Betoog door een scholier 2605 woorden 6 november keer beoordeeld. Nederlands. De taal van jongeren
Betoog door een scholier 2605 woorden 6 november 2004 5,6 78 keer beoordeeld Vak Nederlands De taal van jongeren Jongeren ontwikkelen een geheel eigen taal, dat hebben ze altijd al gedaan. De huidige jongerentaal
Nadere informatieInhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18
Inhoud Deel 1 Spelling 18 Inleiding 15 1 Grondbeginselen van de Nederlandse spelling 21 1.1 Verschil tussen klank en letter 22 1.2 Hoofdregels 22 1.3 Interactie tussen de regels 24 1.4 Belang van de regel
Nadere informatieZakelijk Professioneel (PROF) - B2
Zakelijk Professioneel (PROF) - B2 Voor wie? Voor hogeropgeleiden die hun taalvaardigheid in het Nederlands zullen moeten bewijzen op de werkvloer in Vlaanderen, Nederland of in een buitenlands bedrijf
Nadere informatieWat is er met motivatie aan de hand?
Wat is er met motivatie aan de hand? Hans Kuyper GION, mei 2011 Een op veel middelbare scholen voorkomend verschijnsel is dat de leerlingen aan het begin van de eerste klas behoorlijk gemotiveerd zijn
Nadere informatieZelfbeoordelingsinstrument Toetsing Tolken
Zelfbeoordelingsinstrument Toetsing Tolken - Gesprekstolken - Consecutief tolken - Vertaling à vue ten behoeve van het Register beëdigde tolken en vertalers (Rbtv) [In dit document wordt kortheidshalve
Nadere informatieAntwoorden Nederlands Ontleding
Antwoorden Nederlands Ontleding Antwoorden door een scholier 1587 woorden 27 april 2010 5,8 10 keer beoordeeld Vak Nederlands Taalkundig ontleden; Lidwoorden; Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig
Nadere informatieDe bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon
Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer
Nadere informatieuitzonderingen 8 Verkleinwoorden 9 Trappen van vergelijking 10Werkwoorden gebruik 11 Werkwoorden vorm 12 Bijzinnen en voegwoorden 13 Het woord er
Grammatica, een nieuwe kijk op grammatica didactiek. Grammatica gaat niet alleen over vormen, het gaat over wat vormen betekenen en wanneer en waarom ze gebruikt worden. Larsen-Freeman, Teaching grammar,
Nadere informatieAanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN?
Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1 Inleiding Dit is informatie over de Toets Gesproken Nederlands (of TGN) 1. De TGN maakt deel uit van het inburgeringsexamen buitenland. Moet u de TGN
Nadere informatieTAALDREMPELS OPLEIDINGSVLOER INFORMATICA
TAALDREMPELS OPLEIDINGSVLOER INFORMATICA Aan: Directie opleiding Informatica Van: Huis van het Nederlands 11/04/2012 Dit zijn talige eisen die alleen de opleiding stelt. Voor de werkvloer zijn ze niet
Nadere informatieStraattaal lonkt naar Groene Boekje
Straattaal lonkt naar Groene Boekje Tekst: Mieke Zijlmans; foto's: Ben Salemans Gepubliceerd in Taalschrift, maart 2004; zie: http://taalschrift.org/reportage/000485.html 'Te gek' en 'onwijs gaaf' hebben
Nadere informatieHet verschijnsel straattaal: een verkenning
Het verschijnsel straattaal: een verkenning Jolanda van den Braak Onderstaande beschrijving van straattaal is, zoals de aanhef vermeldt, een verkenning. Het geeft de bevindingen weer van de eerste stappen
Nadere informatieMogen we uit het hokje alsjeblieft?
44 ONDERWIJSBLAD ONDERWIJSACHTERSTAND TEKST JOËLLE POORTVLIET BEELD TYPETANK Mogen we uit het hokje alsjeblieft? Meiden met een migratie-achtergrond doen het goed in het onderwijs. Althans, ze halen steeds
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Grammatica zinsdelen 1F Grammaticale kennis: onderwerp, lijdend voorwerp, hoofdzin, bijzin, gezegde, persoonsvorm. 1E Grammaticale kennis: meewerkend voorwerp. 2E Grammaticale kennis: bijwoordelijke
Nadere informatiexxxxxxxxxxxxxxx 11/19/2010
Taalonderzoek bij meertalige volwassenen Gerda Bruinsma Paul scoord op de TvK zinsbouwprocutie test net gemiddeld.op de onderdelen TvK woordvoormproductie en TvK Woordenschatproductie 2 scoord hij gemiddeld.
Nadere informatieHet ORWELL project: hoe leren basisschoolleerlingen Engels
Het ORWELL project: hoe leren basisschoolleerlingen Engels Judith Rispens J.E.Rispens@uva.nl Margreet van Koert, Patrick Snellings, Nihayra Leona, Maurits van der Molen, & Jurgen Tijms Inhoud ORWELL-project
Nadere informatieEducatief Professioneel (EDUP) - C1
Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) die willen functioneren in een uitdagende kennis- of communicatiegerichte functie: in het hoger onderwijs, als docent
Nadere informatieONDERZOEK OVER EN MET STAP
ONDERZOEK OVER EN MET STAP Anne Baker STAP cursus april 2010 1 Inhoud van deze presentatie Achtergrond: gebruik van spontane taal analyses Het ontstaan van STAP : de verantwoording Verder onderzoek met
Nadere informatieGrammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.
9 789082 208306 van Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. Opzoekboekje voor leerlingen in klas 1 tot en met 3 in de onderbouw
Nadere informatieStraattaal. De bedreigende aspecten van een jongerentaal
Straattaal De bedreigende aspecten van een jongerentaal Culturele Antropologie en Niet-Westerse Sociologie Universiteit van Amsterdam Bachelorscriptie Semester 2, 2005-2006 Begeleider: V.A. de Rooij Datum:
Nadere informatiePDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/42365
Nadere informatieMeer dan grammatica!
Gramm@foon Meer dan grammatica! 1e druk 2011 ISBN: 9789490807061 Copyright: KleurRijker B.V., info@kleurrijker.nl Auteurs: Karine Jekel, Vika Lukina, Nynke Oosterhuis Redactie: Karine Jekel, Nynke Oosterhuis,
Nadere informatieZinsontleden en woordbenoemen groep 7/8
Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk
Nadere informatieDOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen.
DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen. STRUCTUUR De lesstof is ingedeeld in rubrieken (onderwerpen)
Nadere informatie2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) 2.5 a Werkcollege met werkstuk (en presentatie) datum:
2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) Die Arbeit mit dem Sprachtagebuch dient in den Seminaren Literatur- und Sprachwissenschaft zur Vertiefung und Erweiterung der erworbenen
Nadere informatieOnline cursus spelling en grammatica
Handleiding Online cursus spelling en grammatica Het hoofdmenu In het hoofdmenu kun je links op een niveau klikken. Daarnaast zie je een overzicht van de modules die bij dit niveau horen. Modules Rechts
Nadere informatie1 Inleiding. 1.1 Inleiding
1 Inleiding 1.1 Inleiding Huisartsen en patiënten voeren dagelijks gesprekken met elkaar zowel in spreekkamers van huisartspraktijken als bij patiënten thuis. Het werk van de huisarts bestaat, naast het
Nadere informatie8. Afasie [1/2] Bedenk tenminste drie verschillende problemen die je met taal zou kunnen hebben (drie soorten afasie).
8. Afasie [1/] 1 Afasie De term afasie wordt gebruikt om problemen met taal te beschrijven die het gevolg zijn van een hersenbeschadiging. Meestal is de oorzaak van afasie een beroerte. Het woord afasie
Nadere informatieSpoor je leerlingen dus aan om een verzorgde taal te hanteren tijdens en buiten de lessen. Je maakt hen enkel sterker!
Jongeren en chattaal geen probleem, standaardtaal is ook een must in ons systeem! September Aandacht voor Standaardnederlands Taal verbindt en maakt van een groep mensen een samenleving. Een rijke taal
Nadere informatieNota Deel 1. Rick Nouwen. 8 december 2009
1 Nota Deel 1 Rick Nouwen 8 december 2009 2 Algemene Richtlijnen Wees zuinig met papier: nieuwe secties hoeven niet op een nieuwe pagina; de titel e.d. hoeft ook niet op een nieuwe pagina; maak er gewoon
Nadere informatieNaam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8.
Naam: Mijn doelenboekje Grammatica Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8 www.gynzy.com Inhoud & Legenda In dit doelenboekje zijn de volgende Werelden te vinden: Taalkundige ontleding...3 Redekundige
Nadere informatieLESSTOF. Formuleren 1F
LESSTOF Formuleren 1F INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 6 Lesstof Formuleren 1F 2 INLEIDING Muiswerk-programma s zijn web-based programma s voor het onderwijs. Dat betekent dat gebruikers
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan
Nadere informatieTussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling
Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Praat in één-woordzinnen ( bal? betekent bijvoorbeeld: ik wil de bal hebben). 2. Kent de betekenis van ongeveer 70 3. Kan woorden
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20984 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hosono, Mayumi Title: Object shift in the Scandinavian languages : syntax, information
Nadere informatieSiméa Nienke Lam de Waal, MA Dr. Annette Scheper
Vertelvaardigheid: Kleuters versus kinderen met SLI Siméa 11-04-2013 Nienke Lam de Waal, MA Dr. Annette Scheper Inhoud Waar hebben we het over? Achtergrond Onderzoeksvragen Methode Resultaten Discussie
Nadere informatieAllochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010
FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Formuleren
Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting door een scholier 781 woorden 9 maart 2018 9 2 keer beoordeeld Vak Nederlands Nederlands Formuleren Misleidende tweelingen: als/dan Dan: vergrotende trap
Nadere informatieFact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,
Fact sheet nummer 1 maart 2004 Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, 1994-2003 Waar in Amsterdam wonen allochtone jongeren en ouderen? Allochtonen wonen vaker dan autochtonen in gezinsverband
Nadere informatieEen speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots?
Behavioural Science Institute Afdeling Sociale en Cultuurpsychologie Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots? Terugkoppeling onderzoeksresultaten mei-juni 2016 Sari Nijssen, promovenda
Nadere informatie