Third Party RIP. EasySIGN Third Party RIP. 1 Introductie

Transcriptie

1 Third Party RIP 1 Introductie EasySIGN workflow 2 3 De Print dialoog 15 4 Enkele algemene richtlijnen 17 5 Prints uitbesteden 21 6 Roland VersaWorks 24 7 Mimaki RasterLink 5 SG 24 8 ONYX Production House NC D Ho ld ing b.v. A ll rig hts re s e rv e d. 1

2 2 Third Party RIP Introductie Welkom bij de Third Party RIP ondersteuning De Third Party RIP ondersteuning biedt u de mogelijkheid om ongeacht het merk van uw RIP software of Printer, elk EasySIGN werkblad in uw workflow te kunnen gebruiken. Dit betekent dat zelfs wanneer u een andere printer en/of een andere RIP software aanschaft u nog steeds hetzelfde werkblad onveranderd kunt gebruiken voor uw Print, C ut en Print & C ut workflow. Dit is een enorme besparing in tijd, geld en leercurve, u hoeft nooit meer een nieuwe software te leren of bestaande werkbladen om te zetten. Indien u een Master licentie heeft dan heeft u de Third Party RIP ondersteuning voor elke ondersteunde RIP. Zit uw RIP er nog niet bij dan is de kans groot dat dit binnenkort wel het geval is en dan heeft u deze ondersteuning zonder een nieuwe licentie aan te hoeven schaffen. Indien u een Maintenance licentie heeft wordt namelijk elke nieuwe ondersteunde RIP automatisch aan uw arsenaal toegevoegd bij een volgende Maintenance Release. EasySIGN workflow De workflow De workflow in EasySIGN is voor elke ondersteunde RIP hetzelfde. Een werkblad wat u voor de ene RIP heeft gemaakt is ook geschikt voor een andere RIP. Instellingen U hoeft geen verplichte instellingen te maken. EasySIGN zoekt automatisch de installatie directory van uw RIP en de daarbij behorende Hot Folders. Wanneer de installatie directory niet gevonden kan worden, opent een blader dialoog waarmee u zelf de installatie directory kunt aanwijzen. In het geval dat de installatie directory niet gevonden wordt of wanneer u zelf wilt bepalen waar de Hot Folders zich bevinden (bijvoorbeeld bij een netwerk installatie), kunt u op de volgende manier deze instellingen maken. Selecteer het menu ' Be s ta n d > Alg e m e n e in s te llin g e n ' en het tabblad 'Third Party RIP'.

3 1 RIP Selecteer hier de naam van uw RIP software. 2 Laat de software beslissen (standaard) Dit is de standaard optie, alles wordt automatisch voor u geregeld. 3 Selecteer beschikbare Hot Folders Wanneer u deze optie aanvinkt worden de onderstaande elementen actief en kunt u een ongelimiteerd aantal Hot Folders toevoegen. 4 Hier worden de geselecteerde Hot Folders getoond. 5 Toevoegen... Met deze knop voegt u een Hot Folder aan de lijst toe. 6 Aanpassen... Met deze knop kunt u van een bestaande Hot Folder de naam en locatie wijzigen. 7 Verwijderen Met deze knop verwijdert u een Hot Folder uit de lijst. Een hotfolder toevoegen Klik op de knop 'Toevoegen...' (5), indien deze niet actief is selecteer eerst de optie 'Selecteer beschikbare Hot Folders.' (3). De volgende dialoog wordt geopend. 1 Voer hier de gewenste naam voor de Hot Folder in. 2 Klik op deze knop om de Hot Folder te selecteren. 3

4 4 In de dialoog die opent selecteer de gewenste Hot Folder en druk op 'OK'. 3 Wanneer u gereed bent zal de dialoog er ongeveer als volgt uitzien. Druk op de knop 'OK' om de Hot folder toe te voegen. 4 De Hot Folder is nu aan de lijst van de instellingen dialoog toegevoegd. Wanneer u gereed bent klik dan in de instellingen dialoog op 'OK' om de gemaakte instellingen toe te passen. Print Voor dat u uw eerste print verstuurd zorg ervoor dat uw RIP tenminste eenmaal is gestart en u de nodige instellingen heeft gemaakt. In de meeste RIPS worden de Hot Folder bepaald door de geïnstalleerde printers. Elk werkblad kan naar een RIP gestuurd worden. Dit is het eenvoudigst uit te leggen aan de hand van een voorbeeld. Open het werkblad 'ex_0005.es' uit de voorbeeld directory van EasySIGN, deze directory is te vinden op de volgende locatie: C :\Program Files (x86)\easysign\v06\examples.

5 5 Selecteer het menu ' Be s ta n d > Fu ll Co lo r P r in te n ', dit opent de volgende dialoog. Deze dialoog geeft u de mogelijkheid uw RIP te selecteren voordat de Print dialoog wordt geopend. 1 Selecteer hier de gewenste RIP. 2 Vink deze optie aan wanneer u deze dialoog niet meer wilt tonen. Elke keer deze dialoog tonen heeft alleen nut wanneer u meerdere RIP's in gebruik heeft. Indien u naderhand deze dialoog toch weer wilt tonen kunt u dit in de instellingen dialoog doen. Selecteer hiervoor het menu ' Be s ta n d > Alg e m e n e in s te llin g e n ' en open de tab 'Uitvoer'. Zet dan de optie 'Toon 'Full C olor Printer' keuze dialoog' (1) aan. 3 Met deze knop opent u de Print dialoog. 4 Deze knop is alleen actief wanneer een geselecteerde RIP eigen specifieke instellingen heeft. Druk op de knop 'Openen' (3) om de Print dialoog te openen.

6 6 We gaan later in detail in op de opties van deze dialoog, voor nu selecteer de gewenste Hot Folder (1) en druk op de knop 'Print'. Het werkblad is nu in de gewenste Hot Folder en indien uw RIP open staat wordt dit werkblad nu klaar gemaakt om te printen. Print & Cut Print & C ut kan op twee verschillende manieren. 1 2 U heeft een hybride RIP die zowel kan printen als snijden. Deze manier is ook weer verdeeld in verschillende manieren. A U print en snijd in dezelfde doorgang. B U print, voert dan een bewerking uit zoals lamineren, plaatst de print terug in de printer en snijd dan. Deze methode is praktisch hetzelfde als wanneer u geen Hybride machine zou hebben. U heeft een printer die alleen kan printen en uw snijwerk doet u met EasySIGN. Print & Cut met een Hybride Printer Dit gedeelte gaat er vanuit dat u een Hybride machine heeft die in dezelfde doorgang kan printen en snijden. Hiervoor gaan we verder met het werkblad uit het vorige hoofdstuk. We gaan aan het ontwerp een speciale lijn toevoegen, een Print en Snijlijn. Om een beetje ruimte op de pagina te creëren gaan we eerst het ontwerp iets kleiner maken. Selecteer het ontwerp en gebruik vervolgens de sneltoets 'ALT+F9', dit opent de volgende dialoog.

7 7 Neem de instellingen uit de afbeelding hierboven over en druk op 'Toepassen' en vervolgens op 'Sluiten'. Met het ontwerp nog steeds geselecteerd, selecteer het menu ' Effe cte n > Ou tlin e ', dit opent de volgende dialoog. Zorg ervoor dat bij 'Type Outline' (1) de optie 'Outline' is geselecteerd en bij (2) de optie 'Print en Snijlijn'. Neem de rest van de instellingen uit de afbeelding hierboven over en druk op 'Toepassen' en vervolgens op 'Sluiten'.

8 8 In de afbeelding hierboven hebben wij de Print en Snijlijn voor de duidelijkheid dikker gemaakt. Selecteer het menu ' Be s ta n d > Fu ll Co lo r P r in te n ', in de dialoog die opent selecteer de gewenste RIP en druk op de knop 'Openen'. Dit opent de Print dialoog. Zoals u kunt zien is er een nieuwe optie in de dialoog actief geworden (2).

9 1 Selecteer hier de gewenste Hot Folder. 2 Hier kunt u de in het werkblad aanwezige speciale lijnen uit en aan zetten. 9 Waar dat goed voor is? Stel u heeft twee printers, de eerste printer ondersteund speciale lijnen die uw tweede printer niet ondersteund. U kunt dan hier de niet ondersteunde lijn uitschakelen zodat deze niet meegestuurd word. De niet ondersteunde lijn zou anders geprint worden in de kleur die uw eerste printer als bijvoorbeeld een rillijn kleur zou zien. RIP's gebruiken speciale kleuren om een lijn zonder vulling als een speciale lijn te kunnen herkennen, deze speciale lijn wordt door de RIP niet geprint maar als bijvoorbeeld een snijlijn gebruikt. Zeker met een workflow waar een niet Hybride printer het printen verzorgt en EasySIGN het snijden, wilt u bij de print opdracht niet dat de speciale lijnen geprint worden. Druk op de knop 'Print'. Het werkblad is nu in de gewenste Hot Folder en indien uw RIP open staat wordt dit werkblad nu klaar gemaakt om te printen en te snijden. Print & Cut, printen met een printer en snijden met EasySIGN De hier volgende methode dient u ook te gebruiken wanneer u een hybride machine heeft, eerst print, vervolgens bijvoorbeeld lamineert en dan gaat snijden. Open het werkblad uit de vorige hoofdstukken. Om te kunnen printen en snijden op twee verschillende apparaten heeft de plotter een herkenning nodig om te weten waar bijvoorbeeld de snijlijn staat. Selecteer het menu ' Be e ld > In s te llin g e n ' en ga naar de tab 'Paskruizen'.

10 10 1 Activeer deze optie. 2 Selecteer uit deze lijst het positionering paskruis systeem van uw plotter. Druk op 'OK' om de wijzigingen toe te passen. Bij de grootte van dit voorbeeld werkblad valt de afstand tussen het ontwerp and de positionering paskruizen mee. Bij grotere werkbladen kan deze afstand echter behoorlijk groot zijn. Dit is eenvoudig aan te passen. Selecteer het ontwerp en vervolgens het menu ' Ex tr a > P a s kr u iz e n > Lij n p o s itio n e r in g p a s kr u iz e n o p s e le ctie u it', dit opent de volgende dialoog. Neem de instellingen uit bovenstaande afbeelding over en druk op 'OK'. Vergeet niet het werkblad af en toe op te slaan. Open nu de Print dialoog.

11 A Zorg dat de optie 'Print positionering paskruizen' (1) aan staat en dat er geen speciale lijnen zijn geselecteerd (2). Druk op de knop 'Print'. Het werkblad is nu in de gewenste Hot Folder en indien uw RIP open staat wordt dit werkblad nu klaar gemaakt om te printen. B Print nu via uw RIP het werkblad. Wanneer dit gebeurt is haal de print uit de printer en plaats deze in uw plotter. C Gebruik nu het positionering system van uw plotter om de print op de positionering paskruizen uit te lijnen. Dit is voor elke plotter anders dus verwijzen wij u hiervoor naar de handleiding van uw plotter. D Indien niet reeds geopend, open het werkblad in EasySIGN. E Selecteer het menu ' Be s ta n d > P lo tte n ', dit opent de volgende dialoog. 11

12 12 1 Selecteer hier de gewenste plotter. 2 Zorg ervoor dat 'Normale lijn' altijd is uitgeschakeld en dat alleen de speciale lijnen die u nu wilt gebruiken zijn ingeschakeld. Druk op de knop 'Plot'. Afhankelijk van de geselecteerde plotter kan er nog een positionering Wizard openen, indien dit gebeurt volg de stappen in deze Wizard. Print & Cut, een stap verder Verscheidene hybride machines en plotters kunnen meer verwerken dan alleen een Print en snijlijn. Bijvoorbeeld ook een Doorsnij-lijn. Indien niet reeds geopend, open het werkblad uit de vorige hoofdstukken. Tot nu toe hebben we alleen een Print en snijlijn toegevoegd, dit houdt in dat dit bestand geprint en vervolgens wordt gesneden zodat de sticker los gepeld kan worden van het vinyl. We gaan nu een Doorsnij-lijn toevoegen die ook nog eens het ontwerp uit het vinyl gaat snijden. A Selecteer het ontwerp en vervolgens het menu ' Effe cte n > Ou tlin e ', dit opent de volgende dialoog.

13 Zorg ervoor dat bij (1) de optie 'Outline' is geselecteerd en bij (2) de optie 'Doorsnij-lijn'. Neem de rest van de instellingen uit de afbeelding hierboven over en druk op 'Toepassen' en vervolgens op 'Sluiten'. B De positionering paskruizen staan nu te dicht bij het ontwerp. Selecteer het ontwerp en vervolgens het menu ' Ex tr a > P a s kr u iz e n > Lij n p o s itio n e r in g p a s kr u iz e n o p s e le ctie u it', dit opent de volgende dialoog. Neem de instellingen uit bovenstaande afbeelding over en druk op 'OK'. C Uw werkblad is nu gereed om de stappen uit de voorafgaande hoofdstukken te doorlopen maar nu met de extra 'Doorsnij-lijn'. 13

14 14 EasySIGN ondersteund verschillende speciale lijnen en u kunt ook nog eens eigen speciale lijnen toevoegen. De kans dat u met EasySIGN tegen een opdracht aanloopt die u niet kunt uitvoeren is daardoor uitermate gering.

15 De Print dialoog De Print dialoog heeft veel nuttige opties die we hieronder doornemen. 1 Hot Folder Hier kunt u de gewenste Hot Folder selecteren. U kunt zoveel Hot Folders in deze lijst hebben staan als automatisch wordt bepaald bij het openen van deze dialoog. U kunt ook zelf een ongelimiteerd aantal eigen Hot Folders toevoegen. 2 Zet kleuren om naar Met deze optie kunt u alle objecten in uw ontwerp omzetten naar dezelfde kleurruimte (RGB of C MYK). Het beste is echter dat u uw ontwerpen altijd in dezelfde kleurruimte uitvoert en dit niet pas tijdens het printen doet. Vooral met het gebruik van transparantie is het essentieel dat al uw objecten in het ontwerp in dezelfde kleurenruimte zijn gemaakt. 3 Behoud ondersteunde transparantie Wanneer van de RIP het uitwissel formaat PDF is, is deze optie actief. EasySIGN kan een aantal van zijn eigen transparante objecten naar het formaat van PDF omzetten. Dit is een grote winst in verwerkingstijd en bestandsgrootte bij bitmaps met een alfa kanaal en ontwerpen met veel transparantie. PDF is het enige uitwissel formaat dat transparantie ondersteund, bij alle andere formaten dient de transparantie eerst uitgerekend te worden en naar een bitmap te worden omgezet voor dat het werkelijk printen begint. Dit proces gebeurt allemaal tijdens het printen, u hoeft dus niets aan uw werkblad te veranderen. Gebruik deze optie alleen als uw RIP een goede PDF verwerking heeft die ook transparantie kan verwerken. 15

16 16 4 Behoud document overdruk In EasySIGN heeft u de mogelijkheid om overdruk aan vullingen en lijnstijlen toe te kennen. Indien u wilt dat deze eigenschappen aan de RIP worden doorgegeven dient u deze optie aan te vinken. 5 Gebruik kleurbeheer Deze optie kan het beste niet aan staan. In uw workflow kan het beste maar één onderdeel het kleurbeheer uitvoeren en dat is meestal de RIP. Kleurbeheer in EasySIGN is een manier om uw werkblad op het beeldscherm zoveel mogelijk op de uiteindelijke print te laten lijken. Dit doet u door hetzelfde profiel te gebruiken voor uw werkblad als dat u in uw RIP gebruikt. Wanneer u het kleurenbeheer van EasySIGN (of elke andere software) gebruikt tijdens het exporteren bent u eigenlijk kleurbeheer over kleurbeheer aan het toepassen. EasySIGN exporteert het bestand met kleurbeheer en vervolgens doet u RIP het nog een keer. Vooral in combinatie met de optie 'Zet kleuren om naar' kan dit afwijkingen in de kleuren geven die u liever niet heeft. In bovenstaande afbeelding heeft het vierkant met de 'R' een RGB vulling en het vierkant met de 'C ' een C MYK vulling. Zoals u hier al kunt zien is het geen goed idee om RGB en C MYK in hetzelfde werkblad te gebruiken (er is een licht verschil in kleur terwijl beide vol rood als vulling hebben). Nu printen we dit werkblad met de optie 'Gebruik kleurbeheer' aan en de optie 'Zet kleuren om naar' op 'C MYK', vervolgens importeren we dit bestand. Zoals u kunt zien lijken de kleuren nog steeds hetzelfde maar wanneer we de echte kleurwaarden opvragen (langs de objecten weergegeven) ziet u een behoorlijk verschil in kleurwaarden. Doen we hetzelfde maar schakelen nu de optie 'Gebruik kleurbeheer' uit krijgen we het onderstaande resultaat.

17 17 Nu kan het zorgvuldig gekalibreerde profiel in uw RIP pas echt zijn werk doen en elke keer een voorspelbaar resultaat geven. 6 Converteer spotkleuren naar proces kleuren Deze optie is alleen beschikbaar wanneer uw werkblad geen speciale lijnen bevat. Aangezien speciale lijnen bijna altijd spotkleuren zijn is het niet te adviseren om deze naar proces kleuren om te zetten omdat uw RIP deze lijnen dan niet meer herkent als een speciale lijn. 7 Alleen selectie Wanneer deze optie is aangevinkt wordt alleen de actieve selectie geprint. 8 Print positionering paskruizen Deze optie is alleen actief wanneer uw werkblad positionering paskruizen bevat. Wanneer de print ergens in uw workflow uit de printer gehaald wordt om later teruggeplaatst te worden om te snijden (of om te snijden op een ander apparaat) dan dient deze optie aangevinkt te zijn. Het apparaat dat het snijden verzorgt heeft herkenningspunten nodig om de snij opdracht op de correcte locatie te kunnen uitvoeren. 9 Speciale lijnen Hier kunt u het versturen van speciale lijnen per type lijn aan of uit zetten. 10 PDF Box grootte Wanneer van de RIP het uitwissel formaat PDF is, is deze optie actief. Standaard PDF afhandeling De PDF wordt aangemaakt met de voorgeschreven pagina en 'Box' formaten ('MediaBox', 'C ropbox', 'BleedBox', 'TrimBox' en 'ArtBox'). Stuur alleen werkblad als pagina grootte Alleen de pagina grootte wordt weggeschreven in het bestand. Stuur alleen ontwerp extends als pagina grootte De extends van de objecten worden gebruikt om de pagina grootte te bepalen. Dit heeft het voordeel dat de RIP denkt dat dit de werkelijke pagina grootte is en verwijderd daarmee de noodzaak om in de RIP het bestand te croppen. Enkele algemene richtlijnen Dit hoofdstuk bevat enkele nuttige richtlijnen voor het werken met een RIP en EasySIGN en verklaringen over enkele termen die gebruikt worden in deze handleiding. Belangrijk voor elke print workflow Werk altijd in dezelfde kleurruimte (C MYK of RGB). Zeker wanneer u transparantie gebruikt in uw ontwerp. Transparantie berekeningen gaan in elke software (dus ook uw RIP) fout wanneer twee verschillende kleur ruimten gebruikt zijn. Een klein voorbeeld zal dit verduidelijken.

18 18 In het bovenstaand voorbeeld is het object met de 'R' een RGB kleur en het transparante object met de 'C ' een C MYK kleur. Dit lijkt correct en zal in elke software correct lijken. Wat u ziet is namelijk een interpretatie binnen de mogelijkheden van de software en EasySIGN kan deze situatie verwerken. U bent echter bezig met uitvoer naar andere software, in dit geval een RIP. De RIP zal moeten werken met wat er aangeleverd wordt en voor de RIP is dit een bestand met een RGB kleurruimte en een C MYK kleurruimte, iets wat een RIP niet verwacht. De RIP kan nu niets meer doen dan er het beste van proberen te maken. De print van het bovenstaand ontwerp zal er dan ook als volgt uitzien. Let vooral op het gebied waar de objecten overlappen, daar wordt een andere kleur weergegeven als u verwacht zou hebben. Nu maken we van de RGB kleur een C MYK kleur zodat beide kleuren dezelfde kleurruimte hebben. Na printen zal nu het ontwerp er uitzien zoals u mag verwachten.

19 19 Synchroniseer werkblad kleurruimte en transparantie Heel erg belangrijk is de manier waarop transparantie wordt uitgerekend wanneer deze geëxporteerd of geprint wordt. Deze instelling kunt u maken in de instellingen dialoog. Selecteer het menu ' Be s ta n d > Alg e m e n e in s te llin g e n ' en ga naar de tab 'Uitvoer'. 1 Uitrekenen als Hier selecteert u de kleurruimte waarin de transparantie uitgerekend dient te worden. Wanneer u de keuze heeft gemaakt om uw werkblad in C MYK uit te voeren zorg er dan voor dat u hier C MYK heeft aan gevinkt. Werkblad kleurruimte en uitrekenen van transparantie dienen beide dezelfde kleurruimte te hebben. 2 Resolutie 300 DPI is de hoogste resolutie die u ooit nodig zult hebben. Voor de meeste prints zoals posters, spandoeken en reclame langs de weg is 72 DPI genoeg. 300 DPI gebruikt u alleen wanneer de print op een afstand van minder dan 50 cm afstand bekeken gaat worden of bij kleinere objecten zoals stickers. 3 Volledige intersectie als bitmap Deze optie kan het beste alleen gebruikt worden wanneer u een werkblad heeft met verschillende kleurruimten. Een situatie die beter vermeden kan worden. Wat doet deze optie? Deze optie zorgt ervoor dat RGB en C MYK (met transparantie) door elkaar heen gebruikt kan worden

20 20 maar heeft als nadeel dat uw bestanden onhandelbaar groot kunnen worden. Stel u heeft een werkblad zoals onderstaande afbeelding, een A2 werkblad met een RGB achtergrond en in de linkerbovenhoek een transparant C MYK object. Zet u deze optie aan wordt bij de transparantie berekening het hele oppervlak als een bitmap berekend wat een enorme bitmap oplevert. Zet u deze optie uit wordt de transparantie niet correct berekent doordat er twee kleurruimten door elkaar heen zijn gebruikt. Zet u deze optie uit en gebruikt in het werkblad en bij de transparantie betekening dezelfde kleurruimte is er niets aan de hand. 4 Ongekarteld (Anti-aliased) Deze optie kan het best altijd aanstaan. Dit verhoogt de rekentijd maar zorgt ervoor dat ook kleine letters leesbaar blijven en dat schuine lijnen er goed uitzien. Ik heb heel veel objecten hoe verander ik makkelijk de kleurruimte Selecteer de objecten die u om wilt zetten en selecteer het menu ' W e r kb la d > Co n v e r te e r kle u r e n n a a r ' en vervolgens ' R G B' of ' CM YK'. Wat is overdruk? In plaats van dat een kleur uit de onderliggende kleur wordt uitgespaard wordt deze kleur over de onderliggende kleur gedrukt. Dit procedé wordt vooral gebruikt bij zwarte tekst. Zwarte tekst over andere kleuren geprint zal een dieper zwart opleveren. Bo v e n s te r ij z o n d e r o v e r d r u k. A Het ontwerp.

21 B De cirkel wordt tijdens het printen uitgespaard uit de onderliggende kleur. C De cirkel wordt geprint in de uitsparing. D Het eindresultaat, de cirkel heeft zijn eigen kleur behouden. 21 On d e r s te r ij cir ke l m e t o v e r d r u k. A Het ontwerp. B De onderliggende kleur wordt in zijn geheel geprint. C De cirkel wordt over de onderliggende kleur geprint. D Het eindresultaat, de cirkel heeft een gedeelte van de onderliggende kleur overgenomen. Prints uitbesteden Zelfs indien u het printen uitbesteed kunt u de Third Party RIP ondersteuning gebruiken om de bestanden voor uw print leverancier aan te maken. We gaan er hier van uit dat u de rest van de handleiding ook heeft doorgenomen. Maak ergens op uw harde schijf een directory aan waar de bestanden naar toe geschreven moeten worden. Selecteer het menu ' Be s ta n d > Alg e m e n e in s te llin g e n ' en ga naar de tab 'Third Party RIP'. 1 Selecteer uit deze lijst de optie 'Eigen'. 2 Deze optie wordt automatisch aangevinkt en de bovenstaande optie wordt grijs gemaakt. 3 Gebruik deze knop om de zojuist aangemaakte directory toe te voegen (of meerdere directories indien gewenst). Druk op 'OK' wanneer u gereed bent. Stel dat uw print leverancier ook Print & C ut kan uitvoeren. U moet dan weten welke kleur de leverancier verwacht voor een 'Print en snijlijn'. Laten we er hiervan uitgaan dat dit een spotkleur is met de naam 'C utline' en de C MYK

22 22 kleur U dient dan eerst een spotkleur aan te maken met deze naam. Selecteer het menu ' Ex tr a > Kle u r e n > Vo e g s p o tkle u r to e '. 1 Selecteer de gewenste kleurruimte. 2 Meng de kleur. 3 Druk op de knop 'Toevoegen'. Voer de naam van de spotkleur exact in zoals deze aan u is doorgegeven en druk op de knop 'OK'. Open of maak een werkblad wat u wilt versturen. Selecteer het menu ' Be s ta n d > Fu ll Co lo r P r in te n '. Selecteer uit de lijst (1) de optie 'Eigen' en druk op de knop 'Openen' (2).

23 23 Druk op de knop 'Instellingen' (1) 1 Selecteer het gewenste bestandsformaat. 2 Selecteer de spot kleur die u zojuist heeft toegevoegd uit de lijst. Druk op de knop 'OK'. Vanaf hier is de workflow voortaan gelijk aan de workflow zoals in deze handleiding beschreven. Alleen wanneer u nu op 'Print' klikt zal het bestand in de directory terechtkomen die u aangemaakt heeft en u kunt vanuit die directory het

24 24 bestand naar uw leverancier sturen. Roland VersaWorks De workflow voor de Third Party RIP ondersteuning is voor elke RIP hetzelfde. U kunt de rest van de handleiding doornemen voor de te volgen workflow. Het enige wat per RIP anders kan zijn is de soort speciale lijnen die door de RIP ondersteund worden of extra functionaliteit ten opzichte van andere RIPS. Speciale lijnen De ondersteuningslijst hieronder geldt alleen voor Hybride apparaten. Indien u print met de RIP en snijd met EasySIGN hangt het van u plotter af welke lijnen ondersteund worden. Type in EasySIGN Eigenschap Print en snijlijn Snijd de lijn zodat het vinyl van de drager gepeld kan worden. Pounce-lijn Snijd stippellijnachtige lijnen. Doorsnij-lijn Snijd het ontwerp uit het vinyl. Ril-lijn Rilt een materiaal zodat dit eenvoudiger gevouwen kan worden. Ondersteun d JA NEE JA NEE Extra RIP specifieke functionaliteit Geen. Mimaki RasterLink 5 SG De workflow voor de Third Party RIP ondersteuning is voor elke RIP hetzelfde. U kunt de rest van de handleiding doornemen voor de te volgen workflow. Het enige wat per RIP anders kan zijn is de soort speciale lijnen die door de RIP ondersteund worden of extra functionaliteit ten opzichte van andere RIPS. Speciale lijnen De ondersteuningslijst hieronder geldt alleen voor Hybride apparaten. Indien u print met de RIP en snijd met EasySIGN hangt het van u plotter af welke lijnen ondersteund worden. Type in EasySIGN Eigenschap Print en snijlijn Snijd de lijn zodat het vinyl van de drager gepeld kan worden. Pounce-lijn Snijd stippellijnachtige lijnen. Doorsnij-lijn Snijd het ontwerp uit het vinyl. Ril-lijn Rilt een materiaal zodat dit eenvoudiger gevouwen kan worden. Extra RIP specifieke functionaliteit Ja. Instellingen Deze RIP heeft verscheidene instellingen die niet in de andere RIP's voorkomen. Selecteer het menu ' Be s ta n d > P r in t Fu ll Co lo r '. Ondersteun d JA NEE JA NEE

25 1 Selecteer uit deze lijst de optie 'Mimaki RasterLink 5 SG'. 2 Druk op de knop 'Instellingen'. 1 Vel grootte Geef hier de grootte van het materiaal in uw printer in. Deze velden worden gebruikt om te berekenen of u nog genoeg ruimte over heeft wanneer u de vermenigvuldigen optie (4) en (5) gebruikt. 2 Offset Hier kunt u de offset ingeven gerekend vanaf het nulpunt van uw werkblad. 3 Grootte van werkblad Deze velden tonen de grootte van de selectie op uw werkblad of bij geen selectie de grootte van alle objecten op uw werkblad. 4 Kopie aantal Hier kunt u het aantal kopieën opgeven wanneer u meerdere kopieën van hetzelfde ontwerp wilt laten uitvoeren. Deze functie is te vergelijken met de vermenigvuldig functie van EasySIGN. Het enige verschil is dat u bij bijvoorbeeld 10 kopieën niet 10 maal het ontwerp stuurt maar eenmaal. Het vermenigvuldigen vindt dan plaats in de RIP in plaats van in EasySIGN. 5 Kopie marge Hier kunt u de ruimte tussen de kopieën opgeven. 25

26 26 6 Uitvoer grootte Hier wordt de totale uitvoer grootte van de huidige opdracht weergegeven. Wanneer deze de grootte overschrijd die u bij (1) heeft opgegeven wordt de 'OK' knop gedeactiveerd. 7 Droogtijd Hier kunt u de gewenste droogtijd invullen. 8 Snij voorwaarden : Print en snijlijn Hier kunt u de snij voorwaarden van dit type lijn selecteren. Om deze snij voorwaarden in te stellen klik op de knop langs de combo box. Druk op de knop 'Toevoegen' om uw eigen voorwaarden toe te voegen. 1 Vul hier de naam van de snij voorwaarde in. 2 Selecteer hier het gewenste gereedschap. 3 Snelheid in cm/s. 4 Druk in gram. 5 Offset in mm. 9 Snij voorwaarden : Doorsnij lijn Zie (8). 10 Transformaties Hier kunt u de transformatie van de selectie op het werkblad ingeven. 11 Auto snijden Door de optie 'Aan' aan te vinken activeert u het auto snijden en de mogelijkheid om instellingen hiervoor te maken. 12 Knijp rol druk Door de optie 'Aan' aan te vinken activeert u instellingen die de instellingen op de machine overrulen.

27 27 13 Herstellen Stelt elke instelling in deze dialoog terug op de beginwaarden. ONYX Production House 10 De workflow voor de Third Party RIP ondersteuning is voor elke RIP hetzelfde. U kunt de rest van de handleiding doornemen voor de te volgen workflow. Het enige wat per RIP anders kan zijn is de soort speciale lijnen die door de RIP ondersteund worden of extra functionaliteit ten opzichte van andere RIPS. Speciale lijnen De ondersteuningslijst hieronder geldt alleen voor Hybride apparaten. Indien u print met de RIP en snijd met EasySIGN hangt het van u plotter af welke lijnen ondersteund worden. Type in EasySIGN Eigenschap Print en snijlijn Snijd de lijn zodat het vinyl van de drager gepeld kan worden. Pounce-lijn Snijd stippellijnachtige lijnen. NEE Doorsnij-lijn Snijd het ontwerp uit het vinyl. NEE Ril-lijn Rilt een materiaal zodat dit eenvoudiger gevouwen kan worden. NEE Extra RIP specifieke functionaliteit Nee. Instellingen Deze RIP heeft instellingen die u beter niet in de RIP wijzigt (ook door ONYX zelf geadviseerd). Ondersteun d JA

28 28 Wanneer u de naam 'C utc ontour' wijzigt zal het snij gedeelte van het proces niet meer werken.