Meten en verbeteren van opleiderskwaliteiten van klinisch opleiders met het SETQ-systeem

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Meten en verbeteren van opleiderskwaliteiten van klinisch opleiders met het SETQ-systeem"

Transcriptie

1 Onderzoek Meten en verbeteren van opleiderskwaliteiten van klinisch opleiders met het SETQ-systeem M.J.M.H. (Kiki) Lombarts, Onyebuchi A. Arah, Olivier R.C. Busch en Maas Jan Heineman Gerelateerde artikelen: Ned Tijdschr Geneeskd. 2010;154:A1578 en A1677 ONDERZOEK Doel Opzet Methoden Resultaten Conclusie Nagaan (a) of he t mo gelijk is om e en s ys te em van s ys tematische evaluatie van opleider sk waliteiten in te voeren in e en academisch ziekenhuis, (b) of de vragenlijsten die worden gebruikt voor het genereren van feedback van voldoende kwaliteit zijn en (c) hoe aiossen de opleiderskwaliteiten van stafleden en stafleden zichzelf beoordelen. Vragenlijstonderzoek Aiossen beoordeelden de opleiderskwaliteiten van stafleden en stafleden beoordeelden ook zichzelf. Voor beide beoordelingen werden vragenlijsten ontwikkeld binnen het Systematic evaluation of teaching qualities (SETQ)- systeem. De psychometrische kwaliteiten van de vragenlijsten werden onderzocht met behulp van explorerende factoranalyse en het berekenen van betrouwbaarheidscoëfficiënten van de schaalconstructen en de itemcorrelaties met de totale schaal. Het afdelingsresultaat werd uitgedrukt in gemiddelde, mediane scores en uiterste scores voor de verschillende opleidingsaspecten. In een jaar tijd introduceerden 16 opleidingen van het AMC het SETQ-systeem voor de evaluatie van hun stafleden. In totaal werden 398 stafleden en 314 aiossen uitgenodigd, de respons bedroeg 80,9% respectievelijk 73,6%. Aiossen voerden in totaal 2520 evaluaties uit. Factoranalyse resulteerde in 5 opleidingsaspecten: opleidingsklimaat, bejegening van de aios, communicatie over leerdoelen, toetsing van de aios en feedback aan de aios. Voor de aios-vragenlijst en de zelfevaluatie-vragenlijst waren de item-totaalcorrelaties hoog en was de betrouwbaarheid groot (cronbach-α: > 0,70), behalve voor het opleidingsaspect opleidingsklimaat voor de zelfevaluatievragenlijst (α: 0,67). Stafleden werden positief beoordeeld. Stafleden beoordeelden zichzelf iets minder positief. Aiossen en stafleden gaven de hoogste score aan het opleidingsaspect bejegening van de aios en de laagste score voor communicatie over leerdoelen. De SETQ was breed toepasbaar in een academisch ziekenhuis. De kwaliteit van het onderliggend instrumentarium was redelijk tot goed. Opleiders werden positief beoordeeld, maar daarin was verschil tussen de afdelingen. Academisch Medisch Centrum, Amsterdam. Afd. Kwaliteit en Proces Innovatie: dr. M.J.M.H. Lombarts, senior onderzoeker Afd. Heelkunde: dr. O.R.C. Busch, chirurg. Afd. Verloskunde en Gynaecologie: prof. dr. M.J. Heineman, gynaecoloog. Universiteit van Californie, Los Angeles, Verenigde Staten, afd. Epidemiologie: dr. O.A. Arah, epidemioloog. Contactpersoon: dr. M.J.M.H. Lombarts (m.j.lombarts@amc.uva.nl). De kwaliteit van de medische vervolgopleiding is een veel beschreven en besproken onderwerp. De meeste beschouwingen gaan over twee vragen: Wat bieden we artsenvan-de-toekomst om hen optimaal voor te bereiden op de praktijk-van-de-toekomst? en Hoe goed doen we dat? Het antwoord op de eerste vraag is gevonden in het competentiegericht opleiden. 1 Het antwoord op de tweede vraag kan pas worden gegeven als op betrouwbare wijze de kwaliteit van opleiding überhaupt kan worden gemeten. Inmiddels is duidelijk dat dit vooralsnog niet mogelijk is. De kwaliteit van de vervolgopleiding is een te complex begrip om in enkele eenvoudige en valide indicatoren te vangen. 2 Bovendien is het aantal wetenschappelijk verantwoorde meetinstrumenten beperkt. 3 Daarom is voorgesteld om per opleidingsziekenhuis te komen tot een systeem van interne kwaliteitszorg. 4 Eén relevant aspect daarvan is de kwaliteit van de leden van de opleidersgroep. In het Academisch Medisch Centrum (AMC) is de afgelopen jaren gewerkt aan de ontwikkeling van een systeem ( Systematic evaluation of teaching NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222 1

2 ONDERZOEK qualities (SETQ)) voor het meten en verbeteren van de kwaliteit van de individuele opleiders in dit artikel verstaan wij onder opleiders alle stafleden die bijdragen aan de opleiding van aiossen. Het SETQ-systeem kan worden toegevoegd aan het gewenste instrumentarium voor het meten van de kwaliteit van de vervolgopleidingen, indien de wetenschappelijke waarde alsmede het praktische gebruik ervan aangetoond kunnen worden. SETQ-systeem: feedback en zelfevaluatie De kern van het SETQ-systeem is het vergroten van het zelfinzicht van stafleden in hun rol van opleider ten behoeve van het zelfgestuurd leren en waar mogelijk verder verbeteren van hun opleiderskwaliteiten. Een beter zelfinzicht wordt binnen het SETQ-systeem verkregen doordat aiossen hun opleiders feedback geven op de verschillende opleiderskwaliteiten en stafleden ook hun eigen functioneren evalueren. Feedback en zelfevaluatie zijn beide methoden die effectief kunnen bijdragen aan de verbetering van het functioneren van artsen. 5-7 Dit effect is groter als de beoordeling wordt gevolgd door systematische reflectie en discussie. 8 Eerder rapporteerden wij, onder meer in dit tijdschrift, hoe SETQ is ontwikkeld op de afdeling Anesthesiologie. 9,10 Aansluitend op de positieve ervaringen van deze afdeling waren we geïnteresseerd in de vraag of SETQ ook bij andere specialismen kon worden geïntroduceerd voor evaluatie van en feedback aan individuele opleiders. Verder wilden we weten of de psychometrische kwaliteiten van de SETQ-vragenlijst bij ziekenhuisbreed gebruik voldoende zijn. Tot slot hebben we gekeken naar de mening van de aiossen van verschillende specialismen over hun opleiders. In dit artikel beantwoorden we deze drie vragen. Methoden Introductie op de afdelingen Voor de uitvoering van de SETQ-evaluaties werd een beveiligd webbased systeem ontwikkeld. De ziekenhuisbrede implementatie verliep vervolgens in twee fasen. In eerste aanleg (september 2008) werd het vernieuwde SETQ-systeem bestaande uit zelfevaluatie van de stafleden en evaluatie door de aiossen geïntroduceerd op 4 afdelingen: Heelkunde, Verloskunde en Gynaecologie, Inwendige Geneeskunde en (nogmaals) Anesthesiologie. Op basis van de opgedane ervaringen volgden nieuwe afdelingen in de periode meijuni Deelname was anoniem. Tussentijds werden herinneringen ( reminders ) gestuurd. Na afloop van de meetperiode werd voor alle geëvalueerde stafleden een feedbackrapport gegenereerd. Het rapport bevatte de resultaten van de zelfevaluatie, de evaluatie door de aiossen en de gemiddelde resultaten van de peer -groep. Voor de afdelingen met minimaal 15 stafleden werd voor het betreffende staflid per opleidingsaspect een ranking ten opzichte van collega-stafleden toegevoegd. Afdelingen bepaalden zelf of de individuele feedbackrapporten vertrouwelijk bleven voor de beoordeelde stafleden en of het feedbackrapport werd besproken met het afdelingshoofd. Ontwikkeling van de SETQ-vragenlijsten De SETQvragenlijsten zijn ontwikkeld op basis van de internationaal gebruikte en gevalideerde vragenlijst van de Stanford faculty development program 26 (SFDP26) De SFDP26 is gebaseerd op educatieve en psychologische theorieën over leren en op observaties van het klinisch opleiden. In eerdere studies werd deze lijst voor de Nederlandse situatie aangepast en getest en is hij van voldoende kwaliteit gebleken. 9,10 De SETQ-vragenlijsten bevatten 24 generieke items, die desgewenst aangevuld kunnen worden met specialismespecifieke vragen. De SETQ-vragenlijsten meten 5 opleidersaspecten: opleidingsklimaat, bejegening van de aios, communicatie over leerdoelen, toetsing van de aios en feedback aan de aios. Daarnaast bevat de lijst 2 algemene vragen betreffende de mate waarin een staflid een voorbeeldfiguur is voor de aios als toekomstig specialist en een samenvattende waardering voor het functioneren van het staflid in zijn of haar rol als opleider. De vragenlijsten voor zelfevaluatie bevatten identieke items. Aanvullend kunnen aiossen hun feedback als vrije tekst verwoorden. Alle items worden gescoord op een 5-punts-likertschaal oplopend van 1 = zeer mee oneens tot en met 5 = zeer mee eens. Voor de samenvattende vraag geldt een afwijkende betekenis: 1 = slecht, 2 = matig, 3 = gemiddeld, 4 = goed en 5 = uitstekend. Indien een vraag niet kon worden beantwoord kon dit worden aangegeven met niet beoordeelbaar. Statistische analyse Voor beantwoording van de eerste onderzoeksvraag gebruikten we beschrijvende statistieken om de SETQ-deelnemers en de respons in kaart te brengen. Voor de tweede onderzoeksvraag, de psychometrische kwaliteit van de SETQ-vragenlijsten, voerden we achtereenvolgens een explorerende factoranalyse uit, berekenden we de betrouwbaarheidscoëfficiënten per construct en tot slot de correlaties van de items met de totale schaal. Met factoranalyse kan men nagaan of de items in de vragenlijst onderling samenhangen en een of meer dimensies (constructen) vertegenwoordigen, in ons onderzoek ging dit om onderliggende opleidingsaspecten. Van de afzonderlijke items kan men de correlatiecoëfficiënt (factorlading) met de constructen bepalen. Voor de factoranalyse werd de principale-componenten-analyse met varimax-rotatie gebruikt om de samenstelling van de onderliggende opleidingsaspecten te onderzoeken. Voor elk gevonden construct werd vervolgens de interne consistentie berekend, uitgedrukt in cronbach-α. 2 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222

3 Een cronbach-α van minimaal 0,7 wordt in het algemeen bevredigend gevonden. 14 Om de homogeniteit van een construct te toetsen, werden de correlaties van de items met de totale schaal berekend, gecorrigeerd voor overlap tussen de items. Voor de laatste onderzoeksvraag, de mening van de aiossen over hun opleiders, berekenden we eerst per staflid de gemiddelde score per opleidingsaspect, die werd berekend indien alle itemscores beschikbaar waren of maximaal 1 item ontbrak (met uitzondering van het aspect opleidingsklimaat, daar gold: ten minste het maximaal aantal items minus 2). Op basis van de gemiddelde aspectscore per staflid werden de mediane waarden per opleiding berekend. Omdat de likertschaal een ordinale schaal is, waarvan niet vaststaat dat de intervallen tussen de 5 scores hetzelfde zijn, is het formeel niet juist om bijvoorbeeld gemiddelde scores te berekenen. Men gaat er echter van uit dat deze berekeningen desondanks een bruikbare benadering van de werkelijkheid geven. Resultaten Deelname en respons 16 afdelingen besloten SETQ te introduceren voor hun stafleden (tabel 1). Voor de verschillende disciplines werden specialismespecifieke vragenlijsten ontwikkeld; het aantal items per vragenlijst varieerde tussen specialismen van In totaal werden 398 stafleden en 314 aiossen/aniossen uitgenodigd. Van hen participeerden uiteindelijk 322 (80,9%) respectievelijk 231 (73,6%). De respons van beide groepen varieerde tussen de afdelingen van 66,7-100% voor de stafleden en van % voor de aiossen. In totaal vulden de aiossen 2520 evaluatieformulieren in voor 356 stafleden (zie tabel 1). Psychometrische kwaliteiten van de SETQ-vragenlijst Factoranalyse resulteerde in 5 opleidingsaspecten: opleidingsklimaat (7 items; items 1-7), bejegening van de aios (3 items; 8-10), communicatie over leerdoelen (4 items; 11-14), toetsing van de aios (4 items; 15-18) en feedback aan de aios (4 items; 19-22). De interne consistentie van deze aspecten was groot voor de aios-vragenlijst: cronbach-α = 0,87-0,96 (tabel 2). Voor de zelfevaluatielijst was de cronbach-α lager (α = 0,67-0,89), maar voldoende, met uitzondering van het aspect opleidingsklimaat (α = 0,67) (tabel 2). De itemcorrelaties met de totale schaal waren hoog voor de meeste items binnen de opleidingsaspecten en in alle gevallen hoger voor de aiosvragenlijst (0,59-0,88) dan voor de zelfevaluatielijst (0,23-0,80). 3 items binnen de zelfevaluatielijst bereikten niet de benedengrens van 0,40 factorlading die in het algemeen kan worden gehanteerd voor deze berekening. Beoordeling van de opleiders en zelfevaluatie De aiossen beoordeelden de opleiderskwaliteiten van de AMCstafleden positief (tabel 3). De scores varieerden tussen de ONDERZOEK TABEL 1 Deelname en respons van stafleden en aiossen in het Academisch Medisch Centrum, Amsterdam, in een onderzoek naar het verbeteren van opleiderskwaliteiten van individuele klinisch opleiders deelnemende afdelingen aantal items in stafleden aiossen aantallen aios-evaluaties de SETQ-vragenlijst aantal uitgenodigd respons aantal uitgenodigd respons totaal gemiddeld Anesthesiologie ,4 Heelkunde ,2 Gynaecologie ,7 Inwendige geneeskunde ,2 Kindergeneeskunde ,0 Longziekten ,8 Revalidatie-geneeskunde ,5 Neurologie ,2 Oogheelkunde ,8 Radiologie ,9 Maag-, Darm- en Leverziekten ,4 Cardiologie ,1 Neurochirurgie ,0 Plastisch chirurgie ,7 Radiotherapie ,7 Klinische Genetica ,4 totaal ,9 *SETQ = Systematic evaluation of teaching qualities, een systeem voor het ontvangen van feedback van arts-assistenten, zelfevaluatie en gestructureerde reflectie. NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222 3

4 ONDERZOEK afdelingen. Communicatie over leerdoelen was het laagst scorende opleidingsdomein (mediaan = 3,46) en bejegening van de aios behaalt de hoogste domeinscore (mediaan = 4,38). De stafleden geven zichzelf voor alle opleidingsaspecten een iets lagere score, met een hoogste score voor bejegening van de aios en feedback aan de aios (mediaan = 4,00) en een laagste waardering voor communicatie over leerdoelen (mediaan = 3,00). Ook de 2 algemene vragen, betreffende het zijn van een voorbeeldfiguur en een samenvattend oordeel over de opleiderskwaliteiten van een staflid, werden door zowel aiossen als de stafleden positief gewaardeerd, met een iets hogere score van stafleden voor het zijn van een rolmodel. Individuele feedbackrapporten en follow-up Van de stafleden ontving 89,4% (356/398) een feedbackrapport. Alle door de aiossen als vrije tekst geformuleerde feedback werd opgenomen in het individuele feedbackrapport. Enkele van deze opmerkingen zijn ter illustratie weergegeven in tabel 4. Van de 16 afdelingen spraken er 7 af dat de individuele feedbackrapporten beschikbaar zouden zijn voor bespreking met het afdelingshoofd. De overige afdelingen lieten de keuze om de feedback al dan niet te bespreken met afdelingshoofd of de formele opleider over aan de geëvalueerde stafleden. TABEL 2 Psychometrische kwaliteiten van zogenaamde SETQ-vragenlijsten in een onderzoek naar het verbeteren van opleiderskwaliteiten van individuele klinisch opleiders; het onderzoek werd uitgevoerd bij stafleden en aiossen van 16 klinische specialismen in het Academisch Medisch Centrum, Amsterdam item nr 5 constructen en items factorlading cronbach-α gecorrigeerde itemtotaal-correlatie aiossen stafleden aiossen stafleden aiossen stafleden opleidingsklimaat 0,89 0,67 1 staflid moedigt aiossen aan actief te participeren in discussies 0,619 0,527 0,72 0,44 2 staflid stimuleert aiossen om problemen in te brengen 0,620 0,612 0,73 0,51 3 staflid leert aiossen hun tijd te managen 0,458 0,147* 0,59 0,25 4 staflid houdt zich bij besprekingen aan het leerdoel; wijkt niet 0,527 0,182 0,61 0,23 onnodig af van het onderwerp 5 staflid motiveert aiossen tot verder studie 0,750 0,747 0,76 0,48 6 staflid stimuleert aiossen om de vakliteratuur bij te houden 0,764 0,767 0,69 0,48 7 staflid bereidt zich goed voor op onderwijspresentaties en besprekingen 0,628 0,046 0,63 0,31 bejegening van de aios 0,87 0,73 8 staflid luistert goed naar aiossen 0,807 0,764 0,77 0,58 9 staflid is respectvol naar aiossen 0,877 0,790 0,79 0,61 10 staflid is goed toegankelijk in de dienst 0,781 0,710 0,69 0,49 communicatie over leerdoelen 0,96 0,89 11 staflid formuleert leerdoelen duidelijk 0,826 0,815 0,88 0,74 12 staflid stelt relevante leerdoelen op 0,839 0,864 0,90 0,79 13 staflid prioriteert leerdoelen 0,846 0,828 0,89 0,77 14 staflid komt regelmatig terug op gestelde leerdoelen 0,836 0,775 0,88 0,70 toetsing van de aios 0,93 0,78 15 staflid toetst regelmatig de vakinhoudelijk kennis van aiossen 0,791 0,746 0,85 0,53 16 staflid toetst regelmatig het analytisch vermogen van aiossen 0,793 0,819 0,86 0,65 17 staflid toetst regelmatig de toepassing van medische kennis op 0,814 0,744 0,87 0,67 specifieke patiënten 18 staflid toetst regelmatig de medische vaardigheden van aiossen 0,727 0,483 0,75 0,48 feedback aan de aios 0,92 0,84 19 staflid geeft regelmatig positieve feedback aan aiossen 0,614 0,446 0,70 0,51 20 staflid geeft corrigerende feedback aan aiossen 0,805 0,793 0,81 0,66 21 staflid licht corrigerende feedback ook toe 0,827 0,838 0,88 0,80 22 staflid geeft suggesties voor verbetering 0,792 0,776 0,86 0,75 SETQ = Systematic evaluation of teaching qualities, een systeem voor het ontvangen van feedback van arts-assistenten, zelfevaluatie en gestructureerde reflectie. *Voor stafleden laadt item nummer 3 ook op de factor communicatie over leerdoelen (lading: 0,333). Voor stafleden laadt item nummer 4 ook op de factor communicatie over leerdoelen (lading: 0,267). Voor stafleden laadt item nummer 7 ook op de factor bejegening (lading: 0,326). Voor stafleden laadt item nummer 19 ook op de factor bejegening (lading: 0,589). 4 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222

5 TABEL 3 Resultaten van aios-evaluaties en zelfevaluaties van de opleiderskwaliteiten van klinisch opleiders op een 5-punts-likerschaal: kwartielscores (25%, 50%, 75%) voor 16 afdelingen voor 5 opleidingsaspecten (alleen generieke items) en 2 globale items afdeling beoordeling door aiossen zelfevaluaties nr OPK BJ COM T FB RM SO OPK BJ COM T FB RM SO ONDERZOEK 1 25% 3,55 3,70 3,12 3,48 3,54 3,17 3,28 3,43 4,00 3,00 3,25 3,31 3,00 3,00 50% 3,81 4,11 3,48 3,68 3,77 3,64 3,67 3,71 4,00 3,00 3,75 4,00 3,00 3,00 75% 4,03 4,55 3,67 4,04 4,13 3,95 4,00 3,96 4,67 3,75 4,00 4,19 4,00 4, % 3,39 4,00 3,00 3,56 3,58 3,50 3,50 3,29 3,92 2,31 3,19 3,44 3,00 3,00 50% 4,00 4,50 3,41 3,75 3,96 3,78 3,75 3,71 4,33 3,00 3,50 4,00 3,50 3,50 75% 4,08 4,83 3,86 4,00 4,29 4,27 4,00 3,89 4,75 3,44 4,00 4,00 4,00 4, % 3,60 3,83 3,35 3,42 3,58 3,50 3,46 3,43 3,67 3,00 3,50 3,25 3,00 3,00 50% 3,81 4,40 3,64 3,87 4,09 3,95 3,87 3,71 4,33 3,00 3,75 3,75 4,00 4,00 75% 4,21 4,57 3,90 4,06 4,34 4,28 4,19 4,00 4,67 3,25 4,00 4,00 4,00 4, % 3,77 3,94 3,50 3,74 3,74 3,00 3,33 3,57 3,67 3,00 3,25 3,50 3,00 3,00 50% 3,99 4,25 3,71 3,91 3,98 3,52 3,89 3,71 4,00 3,00 3,50 4,00 3,00 3,00 75% 4,28 4,50 4,12 4,16 4,27 4,13 4,14 3,86 4,33 3,25 3,75 4,00 4,00 4, % 3,58 3,96 3,00 3,18 3,25 3,11 3,40 3,43 4,00 2,50 3,00 3,50 3,00 3,00 50% 3,91 4,37 3,28 3,58 3,72 3,82 4,00 3,71 4,00 3,00 3,50 4,00 4,00 4,00 75% 4,25 4,63 3,88 3,90 4,15 4,17 4,25 4,00 4,67 3,25 4,00 4,00 4,00 4, % 3,50 3,89 2,81 3,29 3,50 3,67 3,10 3,50 4,00 2,75 3,00 3,50 3,00 3,00 50% 3,97 4,39 3,25 3,82 4,08 4,00 4,00 3,64 4,00 3,00 3,50 4,00 3,00 3,00 75% 4,21 4,83 3,75 4,22 4,41 4,50 4,45 3,96 4,33 3,25 3,75 4,00 4,00 4, % 3,38 3,78 2,25 3,05 3,26 3,24 3,00 3,43 4,00 2,50 3,00 3,50 3,00 3,00 50% 3,51 4,11 2,94 3,25 3,75 3,45 3,43 3,43 4,00 2,50 3,50 4,00 3,00 3,00 75% 3,74 4,28 3,50 3,52 4,00 3,75 3,81 3,86 4,00 3,00 3,75 4,00 4,00 4, % 3,51 3,77 2,89 3,57 4,06 3,25 3,75 3,25 4,08 2,17 3,25 4,00 3,00 3,00 50% 3,90 4,00 3,13 3,95 4,16 3,75 3,75 4,00 4,58 3,13 4,00 4,00 3,50 3,50 75% 4,18 4,27 3,59 4,05 4,24 4,36 4,24 4,36 4,67 3,25 4,44 4,00 4,00 4, % 3,67 4,48 3,48 3,90 4,21 3,73 3,81 3,29 4,00 2,75 3,00 3,75 3,00 3,00 50% 3,95 4,67 3,63 4,11 4,32 4,00 4,00 3,57 4,00 3,00 3,50 4,00 4,00 3,00 75% 4,18 4,83 4,02 4,36 4,50 4,33 4,28 3,57 4,67 3,56 3,75 4,25 4,00 4, % 3,93 4,67 3,81 3,81 4,00 4,00 4,00 3,32 4,25 1,88 3,19 4,19 3,75 3,75 50% 4,21 4,67 4,00 4,00 4,13 4,50 4,00 3,79 4,83 2,25 3,88 4,38 4,00 4,00 75% 4,29 5,00 4,38 4,31 4,81 5,00 4,50 4,00 5,00 3,13 4,06 4,75 4,25 4, % 3,76 4,51 2,93 3,13 3,50 3,53 3,67 3,50 4,00 2,00 3,00 3,25 3,00 3,00 50% 3,97 4,56 3,06 3,72 3,74 4,00 4,08 3,71 4,00 3,00 3,50 4,00 3,00 4,00 75% 4,21 4,60 3,35 3,93 4,04 4,44 4,25 3,86 4,33 3,25 3,75 4,00 4,00 4, % 3,33 4,00 2,91 3,13 3,50 3,00 3,00 3,57 3,67 2,50 3,00 3,25 3,00 3,00 50% 4,00 4,33 3,38 3,75 4,50 4,00 4,00 3,71 4,00 3,00 3,50 4,00 4,00 4,00 75% 4,43 5,00 4,00 4,13 5,00 4,50 4,50 4,14 4,67 3,75 4,00 4,75 4,00 4, % 3,59 4,41 3,30 3,98 3,98 3,85 3,93 3,43 4,17 2,75 3,88 3,88 3,00 3,00 50% 3,86 4,67 3,54 4,11 4,21 4,00 4,33 4,00 4,67 3,25 4,00 4,00 4,00 3,00 75% 4,38 4,72 3,89 4,39 4,44 4,57 4,50 4,14 5,00 3,75 4,13 4,50 4,00 4, % 3,49 3,97 3,13 3,38 3,58 3,33 3,39 3,29 4,00 3,00 3,31 3,50 3,00 3,00 50% 3,78 4,38 3,32 3,78 3,94 3,82 3,80 3,79 4,33 3,00 3,75 4,00 4,00 4,00 75% 4,07 4,56 3,77 4,15 4,17 4,22 4,19 4,14 4,92 4,00 4,19 4,19 4,00 4, % 3,62 4,25 2,91 3,57 3,88 3,50 3,67 3,61 4,00 3,00 3,06 3,56 4,00 3,25 50% 3,99 4,33 3,73 3,79 4,00 4,00 4,00 3,71 4,50 3,00 3,63 4,00 4,00 4,00 75% 4,11 4,50 4,00 4,00 4,00 4,00 4,00 3,96 4,67 3,69 3,75 4,00 4,00 4, % 3,17 3,67 3,25 3,00 3,25 3,00 3,00 3,14 4,00 2,50 3,25 3,25 3,00 3,00 50% 3,27 3,75 3,75 3,50 3,50 3,50 3,25 3,57 4,00 3,00 3,50 3,75 3,00 4,00 75% 3,67 4,50 3,88 3,69 3,67 3,75 3,67 3,86 5,00 3,75 4,00 4,00 4,00 4,00 totaal 25% 3,54 3,97 3,00 3,45 3,54 3,33 3,45 3,43 4,00 2,75 3,25 3,50 3,00 3,00 50% 3,88 4,38 3,46 3,75 4,00 3,88 4,00 3,71 4,00 3,00 3,50 4,00 4,00 4,00 75% ,67 3,83 4,08 4,25 4,35 4,20 4,00 4,67 3,27 4,00 4,00 4,00 4,00 OPK = opleidingsklimaat ; BJ = bejegening van de aios ; COM = communicatie over leerdoelen ; T = toetsing van de aios ; FB = feedback aan de aios ; RM = een rolmodel zijn voor aiossen als toekomstig specialist ; SO = samenvattend oordeel over opleiderskwaliteiten. NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222 5

6 ONDERZOEK TABEL 4 Enkele door aiossen geformuleerde sterke punten van en verbetersuggesties voor het functioneren van individuele stafledenopleiders van verschillende disciplines, in een onderzoek naar het verbeteren van opleiderskwaliteiten in het Academisch Medisch Centrum, Amsterdam geformuleerde sterke punten van het functioneren van stafleden als opleiders Zeer goede begeleiding op OK. Kan goed uitleggen. Rustig staflid. Kan goed aangeven waar het om gaat. Geeft goede kritische feedback. Zeer vriendelijk en daardoor beschermde leeromgeving. Goed en prettig staflid om mee te werken. Een van de weinigen die ook nog je kennis wil toetsen. Staflid is altijd bereid dingen uit te leggen. Neemt je serieus en onthoudt je overwegingen. Komt hier ook op terug. Begaan met patiënten. Uitstekende vaardigheden lichamelijk onderzoek. Prettig persoon. Zeer prettig staflid. Zeer aangenaam in de omgang. Onovertroffen kennis en zeer toegankelijk. Is enthousiast en enthousiasmeert. Mensenkennis met aandacht voor assistenten en inzicht in hun behoeften. Streng doch rechtvaardig. Multitasker die altijd nog wel een gaatje voor een afspraak heeft Zeer bevlogen om kennis en ervaring over te brengen. Toetst en stimuleert kennis opdoen. Zeer betrokken bij het onderwijzen van assistenten, o.a. evidence-based surgery. Aangenaam staflid. Naast serieus bezig zijn laat dit staflid ook zien dat je soms dingen met een knipoog kunt/mag doen. Dit staflid werkt zelf erg grondig en vertelt daar veel over aan de assistenten. Verwacht deze grondigheid ook van ons. Is veel op werkvloer aanwezig en erg goed benaderbaar. Absoluut gemotiveerd om veel kennis over te dragen. verbetersuggesties voor opleiders Heeft regelmatig een wat verwijtende ondertoon in feedback/communicatie. Alsof je iets al had moeten weten of kunnen en het dom/stom is dat je zoiets nog niet weet of kan. Jammer dat dit staflid zich zo bescheiden opstelt. Zou wat meer op de voorgrond mogen treden met al zijn ervaring. Van dit staflid is heel veel te leren. Is heel hulpvaardig. Maar soms op de afdeling iets te hulpvaardig. Zou dan iets meer kunnen superviseren dan participeren. Meer betrokkenheid op afdeling bij patiënten in overleg met zaalarts/assistent. Dit zijn allemaal leermomenten! En u kunt ons zoveel leren. Indien mogelijk meer kennis testen van assistenten. Minder uitloop tijdens besprekingen en iets meer leerdoelen concretiseren. mag wat meer feedback geven en de assistent meer aanzetten tot nadenken. Staflid is wel druk en geeft soms teveel opdrachten tegelijk, waardoor je niet netjes kan afmaken waar je mee bezig bent. Actief KKB s [korte klinische beoordelingen] voorstellen en ook afnemen. Maak van kleine problemen en situaties op de dag leerdoelen. Staat niet open voor inhoudelijke discussie. Doet daar vaak honend bij. Heeft negatieve invloed op sfeer bij ochtendoverdracht. Beschouwing Binnen de relatief korte tijd van een jaar werd in het AMC een systeem voor het meten van de individuele opleiderskwaliteiten van stafleden (SETQ) ontwikkeld en geïntroduceerd op 16 afdelingen. De respons was hoog voor zowel stafleden als aiossen en bijna 90% van de stafleden ontving een individueel feedbackrapport. Deze resultaten rechtvaardigen de conclusie dat ziekenhuisbrede toepassing van het SETQ-systeem mogelijk is. Hoewel SETQ inmiddels ook in andere opleidingsklinieken toepasbaar is gebleken, wijzen we erop dat succesvolle implementatie niet vanzelfsprekend is. In de literatuur zijn enkele tientallen determinanten voor effectieve implementatie beschreven. 15 Duidelijk is dat niet alleen de innovatie en de innovatiestrategie bepalen of iets werkt. Ook de gebruikers zelf, de politieke en organisatorische context beïnvloeden het succes van een goede implementatie. 16 De kwaliteit van de SETQ-instrumenten is op grond van deze en eerdere studies goed te noemen: er kunnen 5 stabiele, homogene opleidingsaspecten (factoren, constructen) worden onderscheiden en de betrouwbaarheid van deze factoren is groot. In de SETQ-zelfevaluatielijst is het opleidingsaspect opleidingsklimaat minder stabiel; de items 3, 4 en 7 hebben een lage lading op en correlaties met deze factor. Deze 3 items tonen iets meer samenhang met communicatie over leerdoelen of bejegening van de aios maar de samenhang is ook laag in vergelijking met andere items die op deze twee opleidingsaspecten laden (zie tabel 2). Dit kan op de ongeschiktheid van items 3, 4 en 7 in de zelfevaluatielijst wijzen. Dit zou ook kunnen betekenen dat stafleden en aiossen verschillende percepties hebben van het opleidingsklimaat. In de oorspronkelijke SFDP26 vragenlijst, waarop de SETQ-lijsten zijn gebaseerd, vormen de items 3 en 4 ook onderdeel van een separate schaal. In vervolgstudies, met name voor specialismenspecifieke vragenlijsten, moet de uniciteit van deze items voor stafleden opnieuw bestudeerd worden. Goede kwaliteit van het SETQ-instrumentarium is cruciaal. Echter, het uiteindelijke effect van SETQ zal worden bepaald door de combinatie en dus interactie van álle onderdelen van het SETQ-systeem. Het ontvangen van de feedback is niet het einde, maar het begin van een verbeterproces. Op individueel niveau is reflectie essentieel om te komen tot verbetering van het professioneel functioneren. 17 Idealiter bespreken stafleden hun feedbackrapport daarom met de formele opleider, een collega of een leidinggevende. In de academische setting ligt het voor de hand een koppeling te maken met het systeem van de jaarlijkse functioneringsgesprekken. In andere opleidingsklinieken zou bespreking van het SETQ-feedbackrapport een onderdeel kunnen zijn van de evaluatie van het Individueel functioneren van medisch specialisten (IFMS). 18,19 Doel en uitkomst van het reflectiegesprek zou kunnen zijn om gezamenlijk tot afspraken te komen over verdere ontwikkeling van de opleiderskwaliteiten van het staflid. Op afdelingsniveau levert SETQ stuurinformatie voor 6 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222

7 gerichte verbetering van de kwaliteit van de opleiding. In het AMC zijn er opleidingen die op basis van de ervaringen met SETQ prioriteit geven aan de verbetering van de door SETQ geïdentificeerde zwakke plekken. Hiervoor wordt door de centrale opleidingscommissie ondersteuning beschikbaar gesteld. De aiossen in onze studie waren overwegend positief over hun bazen als opleiders. Tegelijkertijd constateerden wij dat er variatie tussen de afdelingen was. Dit wil zeggen dat er waarschijnlijk ruimte voor verbetering is. Stafleden waarderen ook zichzelf positief, hoewel iets minder hoog dan aiossen hen beoordelen. Deze bevinding sluit aan bij andere studies waarin zelfevaluaties en 20, 21 evaluaties door anderen worden vergeleken. Implicaties voor onderzoek en beleid Het uiteindelijk doel van kwaliteitszorg is het verbeteren van alle vervolgopleidingen: de maatschappij heeft belang bij goed opgeleide specialisten en goede kwaliteit van huidige en toekomstige gezondheidszorg. SETQ kan worden ingezet om de verschillen binnen, en later ook tussen, de Nederlandse onderwijs- en opleidingsregio s (OOR s) te identificeren en te verkleinen. Verder onderzoek zal zich ons inziens moeten richten op continue validering van de instrumenten, het zoeken naar verklaringen voor goed en minder goed opleiderschap en het verbeteren van opleiderskwaliteiten. Tot slot is het noodzakelijk de veronderstelde relatie tussen de kwaliteit van de opleidingen en de kwaliteit van de patiëntenzorg aan te tonen. Leerpunten Feedback, zelfevaluatie en al dan niet begeleide reflectie dragen bij aan verbetering van het professioneel functioneren van artsen. Het Systematic evaluation of teaching qualities (SETQ)-systeem combineert deze 3 interventies. SETQ maakt gebruik van vragenlijsten die voor een aantal specialismen valide en betrouwbaar zijn gebleken. De psychometrische kwaliteit van de SETQ-vragenlijst is goed. De vragenlijst is betrouwbaar en bestaat uit 5 constructen of opleidingsaspecten: opleidingsklimaat, bejegening van de aios, communicatie over leerdoelen, toetsing van de aios en feedback aan de aios. Nadat SETQ eerder bruikbaar is gebleken op één afdeling, is de toepassing ervan nu onderzocht op 16 afdelingen van het Academisch Medisch Centrum, Amsterdam; er deden 231 aiossen en 322 stafleden mee. De ziekenhuisbrede implementatie van SETQ in dit academisch medisch centrum bleek haalbaar. Een hoge respons van stafleden en aiossen kon worden gerealiseerd. Aiossen beoordeelden de opleiders in het algemeen positief. De waardering varieerde tussen de verschillende stafleden en opleidingen. Belangenconflict: dr. Arah wordt financieel gesteund door het NWO (Veninummer: ). Aanvaard op 18 januari 2010 Citeer als: Ned Tijdschr Geneeskd. 2010;154:A1222 ONDERZOEK De ontwikkeling en uitvoering van het SETQ-systeem was niet mogelijk geweest zonder de medewerking van de AMC-stafleden en de arts-assistenten (aiossen). > Meer op Literatuur 1 Centraal College voor Medisch Specialisten. Kaderbesluit voor de medisch specialistische opleidingen. Utrecht: CCMS; Dijkstra, J. Indicatoren van kwaliteit in (Medisch) Hoger Onderwijs: Eindrapportage van een verkenning van de huidige stand van zaken. Maastricht: Vakgroep Onderwijsontwikkeling en -Research; Toolbox meetinstrumenten voor de kwaliteit van de vervolgopleidingen. In: College Beroepen en Opleidingen in de Gezondheidzorg (CBOG). Eindrapport projectgroep kwaliteitsindicatoren. Utrecht: CBOG; College Beroepen en Opleidingen in de Gezondheidzorg (CBOG). Eindrapport projectgroep kwaliteitsindicatoren. Utrecht: CBOG; Veloski J, Boex JR, Grasberger MJ, Evans A, Wolfson DB. Systematic review of the literature on assessment, feedback and physicians clinical performance: BEME Guide No. 7. Med Teach. 2006;28: Eva KW, Regehr G. Self-assessment in the health professions: a reformulation and research agenda. Acad Med. 2005;80(10 Suppl):S46-S54. 7 Duffy FD, Holmboe ES. Self-assessment in lifelong learning and improving performance in practice: physician know thyself. JAMA. 2006;296: Seifert CF, Yukl G, McDonald RA. Effects of multisource feedback and a feedback facilitator on the influence behavior of managers toward subordinates. J Appl Psychol. 2003;88: Lombarts MJMH, Bucx MJL, Rupp I, Keijzers PJ, Kokke SIM, Schlack W. Een instrument voor de evaluatie van opleiderskwaliteiten van stafleden. Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151; Lombarts KM, Bucx JL, Arah OA. Development of a system for the evaluation of the teaching qualities of anesthesiology faculty. Anesthesiology. 2009;111: Litzelman DK, Stratos GA, Marriott DJ, Skeff KM: Factorial validation of a widely disseminated educational framework for evaluating clinical teachers. Acad Med. 1998;73: NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222 7

8 ONDERZOEK 12 Litzelman DK, Westmoreland GR, Skeff KM, Stratos GA: Factorial validation of an educational framework using residents evaluations of clinician-educators. Acad Med. 1999;74:S25-S Williams BC, Litzelman DK, Babbott SF, Lubitz RM, Hofer TP: Validation of a global measure of faculty s clinical teaching performance. Acad Med. 2002;77: Streiner DL, Norman GR. Health measurement scales: a practical guide to their development and use. 4th ed. Oxford: Oxford University Press; Fleuren M. Determinants of innovations within health care organizations. Int J Quality Health Care. 2004;16;2; Rubenstein LV, Mittman BS, Yano EM, Mulrow CD. From understanding health care provider behavior to improving health care: the QUERI framework for quality improvement. Quality Enhancement Research Initiative. Med Care. 2000;38(6 Suppl 1):I Aukes L, Geertsma J, Cohen-Schotanus J, Zwierstra J, Rein P, Slaets J. The development of a scale to measure personal reflection in medical education and practice. Med Teach. 2007;29;2; Overeem K, Lombarts K, Driessen E, Arah OA, Wollersheim H, Grol R. Three methods of 360-degree feedback compared: A plea for narrative comments and co-workers perspectives. Med Teach (ter perse) 19 Overeem K, Wollersheim H, Driessen E, Lombarts K, Ven Geertje van de, Grol R, Arah O. Why doctors do (not) improve their performance after 360 degrees feedback: A qualitative study. Med Educ. 2009;43; Violato C, Lockyer J. Self and peer assessment of paediatricians, psychiatrists and medicine specialists: implications for self-directed learning. Adv Health Sci Educ Theory Pract. 2006;11: Claridge JA, Calland JF, Chandrasekhara V, Young JS, Sanfey H, Schirmer BD. Comparing resident measurements to attending surgeon selfperceptions of surgical educators. Am J Surg. 2003;185: NED TIJDSCHR GENEESKD. 2010;154:A1222

Evaluatie van Opleiders. SETQ: System for Evaluation of Teaching Qualities

Evaluatie van Opleiders. SETQ: System for Evaluation of Teaching Qualities Evaluatie van Opleiders SETQ: System for Evaluation of Teaching Qualities Dr Kiki Lombarts Renee van der Leeuw, arts Drs Benjamin Boerebach Irene Slootweg Doel van deze workshop Aan het einde van de workshop

Nadere informatie

Het bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de vervolgopleiding

Het bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de vervolgopleiding Onderzoek Het bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de vervolgopleiding De centrale opleidingscommissie als regisseur? M.J.M.H. (Kiki) Lombarts, Albert J.J.A. Scherpbier en Maas Jan Heineman Doel

Nadere informatie

Multi source feedback voor de aios

Multi source feedback voor de aios Multi source feedback voor de aios Multi source feedback voor de aios Voor artsen in opleiding tot specialist (aios) is het belangrijk dat zij kennis van het specialisme verwerven, specialistische vaardigheden

Nadere informatie

De opleider als rolmodel

De opleider als rolmodel De opleider als rolmodel De opleider als rolmodel programma 14.00 welkom 14.15 voorstelronde/verwachtingen 14.35 excellent teacher en excellent rolemodel 14.55 groepswerk 15.10 plenaire rapportage 15.35

Nadere informatie

Meten van kwaliteit; van goed naar beter

Meten van kwaliteit; van goed naar beter Meten van kwaliteit; van goed naar beter Prof.dr. Margreet Wieringa-de Waard Hoofd huisartsopleiding AMC-UvA Inhoud Voorgeschiedenis Projectgroep Interne kwaliteitszorg Meten van kwaliteit Domeinen Conclusie

Nadere informatie

Beoordeling en zelfbeoordeling van opleiders Sociale Geneeskunde (Maatschappij & Gezondheid)

Beoordeling en zelfbeoordeling van opleiders Sociale Geneeskunde (Maatschappij & Gezondheid) Tijdschrift voor Medisch Onderwijs, oktober Vol., nr., p. - Beoordeling en zelfbeoordeling van opleiders Sociale Geneeskunde (Maatschappij & Gezondheid) J.J. de Schipper, P.B.A. Smits Samenvatting Inleiding:

Nadere informatie

WORKSHOP KWALITEITSZORG VOOR KLEINE

WORKSHOP KWALITEITSZORG VOOR KLEINE WORKSHOP KWALITEITSZORG VOOR KLEINE OPLEIDINGSGROEPEN MEDISCHE VERVOLGOPLEIDINGEN Annet van Kuyk Marjolein Schouten Met dank aan Albert Scherpbier en Corry den Rooyen OPZET WORKSHOP Eigen situatie centraal

Nadere informatie

Voor meer informatie ga naar

Voor meer informatie ga naar Inhoudsopgave Jaarverslag 2011 Voorwoord Professional Performance op de kaart Professional Performance in de (opleidings)praktijk Professional Performance-onderzoek Even Voorstellen De onderzoeksgroep

Nadere informatie

OVERZICHT KWALITEITSINSTRUMENTEN MEDISCHE

OVERZICHT KWALITEITSINSTRUMENTEN MEDISCHE BIJLAGE 2 OVERZICHT KWALITEITSINSTRUMENTEN MEDISCHE Inhoudsopgave 1. Introductie 1.1. Meten 1.2. Feedback ontvangen 1.3. Reflecteren 1.4. Verbeteren 2. Meet- en evaluatie-instrumenten 2.1. Algemene zelfevaluatie

Nadere informatie

Achtergrond Aanvraag

Achtergrond Aanvraag Onderwerp Contactperso on Inleiding Uitvoering Electronisch afnemen en verwerken van vragenlijsten voor evaluatie van opleidingsklimaat en opleiders (2010) Prof. Dr. Paul Brand, kinderarts en hoofd medisch

Nadere informatie

Scherpbier 2.0. Hein Brackel Arno van Rooijen Martin Rutten Albert Scherpbier

Scherpbier 2.0. Hein Brackel Arno van Rooijen Martin Rutten Albert Scherpbier Scherpbier 2.0 Hein Brackel Arno van Rooijen Martin Rutten Albert Scherpbier Scherpbier 1.0 Interne QA Externe QA Continue QA monitoring gebaseerd op systematische verzameling in PDA cyclus Periodieke

Nadere informatie

Hoe hebben de Aios alle stafleden van de afdeling gemiddeld beoordeeld? (N= totaal aantal Aios-beoordelingen van alle stafleden van de afdeling)

Hoe hebben de Aios alle stafleden van de afdeling gemiddeld beoordeeld? (N= totaal aantal Aios-beoordelingen van alle stafleden van de afdeling) NAAM OPLEIDER/SUPERVISOR: Dr. A. DATUM EVALUATIE: DE GEGEVENS BETREFFEN PERIODE: : Aios-: : Groeps: Groeps: Hoe heeft u uzelf beoordeeld? Hoe hebben de Aios u gemiddeld beoordeeld? Standaarddeviatie van

Nadere informatie

Page 9 of 15 EVALUATION AND FEEDBACK FOR EFFECTIVE CLINICAL TEACHING De EFFECT is bedoeld om input te geven voor een gesprek tussen A(N)IOS en hun klinisch opleiders en supervisoren over hun kwaliteiten

Nadere informatie

2 januari 2015. Onderzoek: Effectiviteit van de zorg

2 januari 2015. Onderzoek: Effectiviteit van de zorg 2 januari 2015 Onderzoek: Effectiviteit van de zorg 1 Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 50.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online onderzoek.

Nadere informatie

NVMO werkgroep Praktijk van het Medisch Onderwijs. Nikkie Swarte-Houbolt, ASZ Marjan Govaerts, vakgroep O&O FHML-UM. werkgroep PMO

NVMO werkgroep Praktijk van het Medisch Onderwijs. Nikkie Swarte-Houbolt, ASZ Marjan Govaerts, vakgroep O&O FHML-UM. werkgroep PMO NVMO werkgroep Praktijk van het Medisch Onderwijs Beoordelen van co-assistenten Nikkie Swarte-Houbolt, ASZ Marjan Govaerts, vakgroep O&O FHML-UM Programma 14.00 Introductie, Monica vd Ridder 14.10 Beoordelen

Nadere informatie

Hoe krijg je als opleider feedback? Maas Jan Heineman. m.m.v. Kiki Lombarts Renée van der Leeuw Benjamin Boerebach Renée Scheepers Irene Slootweg

Hoe krijg je als opleider feedback? Maas Jan Heineman. m.m.v. Kiki Lombarts Renée van der Leeuw Benjamin Boerebach Renée Scheepers Irene Slootweg Hoe krijg je als opleider feedback? Maas Jan Heineman m.m.v. Kiki Lombarts Renée van der Leeuw Benjamin Boerebach Renée Scheepers Irene Slootweg Werkgroep Professional Performance Academisch Medisch Centrum

Nadere informatie

Marjo Maas: fysiotherapeut / docent / onderzoeker Peer assessment De impact van peer assessment op het klinische redeneren en het klinisch handelen van fysiotherapeuten in opleiding en fysiotherapeuten

Nadere informatie

Statistieken. enquete-telefonische-opname-gesprek-arts-patient. Enquête telefonische opname gesprek arts en patiënt. Schoonderwoerd, Sandra

Statistieken. enquete-telefonische-opname-gesprek-arts-patient. Enquête telefonische opname gesprek arts en patiënt. Schoonderwoerd, Sandra Statistieken Naam formulier enquete-telefonische-opname-gesprek-arts-patient Titel formulier Enquête telefonische opname gesprek arts en patiënt Gebruiker Schoonderwoerd, Sandra Aantal vragen 20 Totaal

Nadere informatie

Workshop kwaliteitszorg medische vervolgopleidingen

Workshop kwaliteitszorg medische vervolgopleidingen Workshop kwaliteitszorg medische vervolgopleidingen Albert Scherpbier Marjolein Schouten Corry den Rooyen Opzet workshop Eigen situatie centraal Inleiding kwaliteitszorg: wat doet het en wat vooral niet

Nadere informatie

Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst

Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst CENTRAAL COLLEGE MEDISCHE SPECIALISMEN BESLUIT CCMS no. 5-2000 OPLEIDINGSEISEN PATHOLOGIE 1 Het Centraal College Medische Specialismen,

Nadere informatie

2 januari 2015. Onderzoek: Effectiviteit van de zorg

2 januari 2015. Onderzoek: Effectiviteit van de zorg 2 januari 2015 Onderzoek: Effectiviteit van de zorg 1 Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 50.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online onderzoek.

Nadere informatie

Samen Beslissen: een effectief trainingsmodel

Samen Beslissen: een effectief trainingsmodel Samen Beslissen: een effectief trainingsmodel Trudy van der Weijden Angelique Timmerman Esther Giroldi Anouk Baghus Vakgroep Huisartsgeneeskunde, Universiteit Maastricht In samenwerking met: 1 Disclosure

Nadere informatie

Page 1 of 15 EVALUATION AND FEEDBACK FOR EFFECTIVE CLINICAL TEACHING Deze vragenlijst is bedoeld om klinisch opleiders en supervisoren feedback te geven op hun kwaliteiten als opleider/supervisor in de

Nadere informatie

Richtlijn multisource feedback voor de aios

Richtlijn multisource feedback voor de aios Tijdschrift voor Medisch Onderwijs, april 2010 Vol. 29, nr. 2, Suppl. 1, p. 1-52 Richtlijn multisource feedback voor de aios M.A. Horsman, Th.J. ten Cate Voorwoord De opdracht tot het ontwerpen van een

Nadere informatie

Onderzoeksrapport. Ouderengeneeskunde. Maartje Conijn. Henri Boersma

Onderzoeksrapport. Ouderengeneeskunde. Maartje Conijn. Henri Boersma Onderzoeksrapport Ouderengeneeskunde 1 Maartje Conijn Henri Boersma Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. KNMG Studentenplatform 3. Methode 4. Resultaten - Enquête algemeen - Enquête ouderengeneeskunde 5. Conclusie

Nadere informatie

Inleiding Klinimetrie Documenten 01 Inleiding Klinimetrie Nederlands Paraamedisch Instituut 2006 Pag. 2

Inleiding Klinimetrie Documenten 01 Inleiding Klinimetrie Nederlands Paraamedisch Instituut 2006 Pag. 2 Inleiding Klinimetrie 2006 1. Documenten 01 Inleiding Klinimetrie Nederlands Paraamedisch Instituut 2006 Pag. 2 Wanneer bij wie welk meetinstrument? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Inleiding Klinimetrie 2006

Nadere informatie

FORMATIEF TOETSEN IN DE KLAS: BEVORDERENDE EN BELEMMERENDE FACTOREN

FORMATIEF TOETSEN IN DE KLAS: BEVORDERENDE EN BELEMMERENDE FACTOREN FORMATIEF TOETSEN IN DE KLAS: BEVORDERENDE EN BELEMMERENDE FACTOREN ONDERWIJS RESEARCH DAGEN, ROTTERDAM, 26 MEI 2016 CHRISTEL H.D. WOLTERINCK WILMA B. KIPPERS KIM SCHILDKAMP CINDY L. POORTMAN FORMATIEF

Nadere informatie

Spitzer quality of life index

Spitzer quality of life index Spitzer Quality of life index Spitzer, W. O., Dobson, A. J., Hall, J., Chesterman, E., Levi, J., Shepherd, R. et al. (1981). Measuring the quality of life of cancer patients: a concise QL index for use

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 3 Introductie. 4 Procedure. 5 Voorbereiding. 7 Vraag & antwoord. 8 Informatie. 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie

Inhoudsopgave. 3 Introductie. 4 Procedure. 5 Voorbereiding. 7 Vraag & antwoord. 8 Informatie. 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie 2 Inhoudsopgave 3 Introductie 4 Procedure 5 Voorbereiding 7 Vraag & antwoord 8 Informatie 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie 3 Introductie : informatie voor aios Kwaliteit staat bij de medische

Nadere informatie

Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9. Samenvatting

Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9. Samenvatting Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting 155 Chapter 9 Samenvatting SAMENVATTING Richtlijnen en protocollen worden ontwikkeld om de variatie van professioneel handelen te reduceren, om kwaliteit van

Nadere informatie

16 augustus 2014. Onderzoek: Prijsplafonds in de zorg

16 augustus 2014. Onderzoek: Prijsplafonds in de zorg 16 augustus 2014 Onderzoek: Prijsplafonds in de zorg 1 Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 50.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online

Nadere informatie

Kwaliteit van opleiding

Kwaliteit van opleiding Bedoeling Card 1 Kwaliteit van opleiding De kwaliteit van de opleiding is ons primaire doel en een noodzakelijk onderdeel van onze professie. Aios hebben voldoende mogelijkheden nodig voor werkplekleren

Nadere informatie

Inhoudsopgave Jaarverslag 2012

Inhoudsopgave Jaarverslag 2012 Inhoudsopgave Jaarverslag 2012 Voorwoord Professional Performance volop in ontwikkeling Professional Performance in de (opleidings)praktijk Professional Performance onderzoek Even Voorstellen De onderzoeksgroep

Nadere informatie

Handleiding Kwaliteitszorg Medische Vervolgopleidingen

Handleiding Kwaliteitszorg Medische Vervolgopleidingen Handleiding Kwaliteitszorg Medische Vervolgopleidingen Martini Ziekenhuis Groningen/Van Swieten Instituut Ziekenhuisgroep Twente locatie Almelo en Hengelo/ZGT Academie 2013 1 Inleiding Ter bewaking van

Nadere informatie

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT EEN FEEDBACK INSTRUMENT VOOR DOCENTEN EEN FEEDBACK INSTRUMENT VOOR DOCENTEN CHRISTEL WOLTERINCK C.H.D.WOLTERINCK@UTWENTE.NL CHRISTEL C.H.D.WOLTERINCK@UTWENTE.NL

Nadere informatie

Achtergronden bij de Richtlijn voortgangsgesprek in de medische vervolgopleiding

Achtergronden bij de Richtlijn voortgangsgesprek in de medische vervolgopleiding Tijdschrift voor Medisch Onderwijs, december 2011 Vol. 30, nr. 6, Suppl. 3, p. 51-62 Achtergronden bij de Richtlijn voortgangsgesprek in de medische vervolgopleiding 1. Waarom een voortgangsgesprek? Het

Nadere informatie

Feedback middels formatief toetsen

Feedback middels formatief toetsen Feedback middels formatief toetsen Studiedag Mbo Taalacademie Kim Schildkamp Contact: k.schildkamp@utwente.nl Formatief toetsen en feedback Waar denkt u aan bij de termen formatief toetsen en feedback?

Nadere informatie

Werkplekleren: professionalisering van de opleiders in de artsenopleiding

Werkplekleren: professionalisering van de opleiders in de artsenopleiding Werkplekleren: professionalisering van de opleiders in de artsenopleiding Prof. dr. Lieve Van den Block Vakgroep Huisartsgeneeskunde Vakgroep Klinische Wetenschappen VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL (VUB) Centraal

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Self-Management Ability Scale-30 (SMAS-30) Mei 017 Review: Ilse Swinkels Invoer: Marsha Bokhorst 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op

Nadere informatie

Leiding geven aan de opleidersgroep

Leiding geven aan de opleidersgroep Leiding geven aan de opleidersgroep Dr Els Nieveen van Dijkum. Chirurg, plv opleider AMC dr. Irene Slootweg stafadviseur kwaliteit medische vervolgopleiding AMC Disclosure belangen spreker (potentiële)

Nadere informatie

Beoordelen van Beoor co co--assistenten assistenten Praktijk ve Praktijk v rsus theorie Marjan Govaerts

Beoordelen van Beoor co co--assistenten assistenten Praktijk ve Praktijk v rsus theorie Marjan Govaerts Beoordelen van co-assistenten Praktijk versus theorie Marjan Govaerts Waar hebben we het over? Why Bother? Frequente feedback, op basis van Frequente toetsing Oefening en follow-up Ericsson, Academic

Nadere informatie

SAMENVATTING hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2

SAMENVATTING hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Samenvatting 116 117 SAMENVATTING Co-assistenten en aios leren in een bepaalde context het vak van basisarts of specialist. Deze context is het klinisch opleidingsklimaat. Dit klimaat wordt algemeen erkend

Nadere informatie

Workshop THE SELF DIRECTED LEARNER

Workshop THE SELF DIRECTED LEARNER Workshop THE SELF DIRECTED LEARNER Wat willen JULLIE bereiken vandaag? Wat willen WIJ bereiken vandaag? Jullie hebben kennis en kunde om jullie eigen opleiding vorm te geven AIOS in the lead Input krijgen

Nadere informatie

ENTER. Ear Nose Throat Education Revised. De implementatie van een regionaal opleidingsplan

ENTER. Ear Nose Throat Education Revised. De implementatie van een regionaal opleidingsplan ENTER Ear Nose Throat Education Revised De implementatie van een regionaal opleidingsplan Prof.dr. Bernard van der Laan Afdelingshoofd KNO A-opleider OOR N&O Agenda ervaringen implementatie ENTER Waarom

Nadere informatie

SAMENVATTING. Samenvatting

SAMENVATTING. Samenvatting Samenvatting SAMENVATTING PSYCHOMETRISCHE EIGENSCHAPPEN VAN ADL- EN WERK- GERELATEERDE MEETINSTRUMENTEN VOOR HET METEN VAN BEPERKINGEN BIJ PATIËNTEN MET CHRONISCHE LAGE RUGPIJN. Chronische lage rugpijn

Nadere informatie

Enquète voor die opleiders met wie reeds gesproken is over de invoering van het schakeljaar

Enquète voor die opleiders met wie reeds gesproken is over de invoering van het schakeljaar Enquète voor die opleiders met wie reeds gesproken is over de invoering van het schakeljaar Premisse: OWIGEN en IOO gaan ervan uit dat u binnen uw OOR het aanspreekpunt bent voor de opleiding in uw discipline.

Nadere informatie

but no statistically significant differences

but no statistically significant differences but no statistically significant differences Astma is een chronische aandoening, die niet te genezen is. Met de passende zorg kunnen symptomen tot een minimum worden gereduceerd en zou een astma patiënt

Nadere informatie

Opleidingsscan nuttig instrument bij modernisering medische vervolgopleidingen

Opleidingsscan nuttig instrument bij modernisering medische vervolgopleidingen onderwijs Opleidingsscan nuttig instrument bij modernisering medische vervolgopleidingen Beatrijs J.A. de Leede, Agnes A.M. Kerckhoffs en Arnout Jan de Beaufort De modernisering van de vervolgopleidingen

Nadere informatie

LEOh. Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde. Naam huisartsopleider. Plaats praktijk. Opleidingsjaar. jaar 1. jaar 3. Moment van invullen

LEOh. Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde. Naam huisartsopleider. Plaats praktijk. Opleidingsjaar. jaar 1. jaar 3. Moment van invullen LEOh Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde VERSIE AIOS IN TE VULLEN DOOR DE AIOS Naam aios IN TE VULLEN DOOR DE OPLEIDER Datum gezien Groepsnummer aios BIG-nummer Naam huisartsopleider Paraaf

Nadere informatie

Wat wordt er van de opleiders verwacht? Noblesse oblige? Edith W.M.T. ter Braak, internist Hoogleraar medisch onderwijs

Wat wordt er van de opleiders verwacht? Noblesse oblige? Edith W.M.T. ter Braak, internist Hoogleraar medisch onderwijs Wat wordt er van de opleiders verwacht? Noblesse oblige? Edith W.M.T. ter Braak, internist Hoogleraar medisch onderwijs E.terBraak@umcutrecht.nl 1 reflectie MSF portfolio KPB logboek OSCE - KPB Reflectie

Nadere informatie

Leiding geven aan de opleidersgroep

Leiding geven aan de opleidersgroep Leiding geven aan de opleidersgroep Els Nieveen van Dijkum, chirurg en opleider Irene Slootweg, opleidingscoördinator Huisartsopleiding Disclosure belangen spreker (Potentiële) belangenverstrengeling Voor

Nadere informatie

samenvatting 127 Samenvatting

samenvatting 127 Samenvatting 127 Samenvatting 128 129 De ziekte van Bechterew, in het Latijn: Spondylitis Ankylopoëtica (SA), is een chronische, inflammatoire reumatische aandoening die zich vooral manifesteert in de onderrug en wervelkolom.

Nadere informatie

ISO-certficering stand van zaken juni 2016

ISO-certficering stand van zaken juni 2016 ISO-certficering stand van zaken juni 2016 Prof. dr. M.J.E. (Marian) Mourits voorzitter Centrale Opleidingscommissie Drs. K.M. (Ina) Bos stafmedewerker Centrale Opleidingscommissie ISO 9001 2012 RvB UMCG:

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Docenten in het hoger onderwijs zijn experts in wát zij doceren, maar niet noodzakelijk in hóe zij dit zouden moeten doen. Dit komt omdat zij vaak weinig tot geen training hebben gehad in het lesgeven.

Nadere informatie

Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak

Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak 1 Achtergrond van het onderzoek Bedrijven vertrouwen meer en meer op social media om klanten te betrekken

Nadere informatie

Innovatieve vormen van leren, wat betekent dat voor toetsen?

Innovatieve vormen van leren, wat betekent dat voor toetsen? Innovatieve vormen van leren, wat betekent dat voor toetsen? Dr. Mary Dankbaar programma manager e-learning, Erasmus MC Inhoud Ontwikkelen en beoordelen kennis Ontwikkelen en beoordelen van vaardigheden

Nadere informatie

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening. amenvatting Elk jaar krijgen in Nederland zo n 45.000 mensen een beroerte, ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd. Ongeveer 60% van hen keert na opname in het ziekenhuis of revalidatiecentrum

Nadere informatie

IDFA

IDFA IDFA 2016 https://vimeo.com/ondemand/burningout Gegevens medisch specialisten Ja. Burnout een probleem Begrip vanaf jaren 80 bekend. Richtlijn voor stress gerelateerde stoornissen Spanningsklachten maar

Nadere informatie

Betreft: beroepsgroep-brede invoering van zelfevaluatie gunstbetoon. Datum: 15 februari Geachte aanbieder van nascholing,

Betreft: beroepsgroep-brede invoering van zelfevaluatie gunstbetoon. Datum: 15 februari Geachte aanbieder van nascholing, Betreft: beroepsgroep-brede invoering van zelfevaluatie gunstbetoon Datum: 15 februari 2016 Geachte aanbieder van nascholing, Op 1 mei 2014 is de pilot zelfevaluatie gunstbetoon van start gegaan. De zelfevaluatie

Nadere informatie

evaluating the effectiveness of an e- learning based clinically integrated basic EBM course Sjors Coppus Ben Willem Mol

evaluating the effectiveness of an e- learning based clinically integrated basic EBM course Sjors Coppus Ben Willem Mol A cluster randomised controlled trial evaluating the effectiveness of an e- learning based clinically integrated basic EBM course Namens de EU-EBM EBM Unity Sjors Coppus Ben Willem Mol Vaardigheidstest

Nadere informatie

Publieksverslag CQ-index

Publieksverslag CQ-index Publieksverslag CQ-index Datum 17-10-2013 Ons kenmerk 13.8417/SB/AvD Voorwoord Weten wat patiënten ervaren en belangrijk vinden is essentieel voor het goed functioneren van universitair medische centra

Nadere informatie

MES-6 / 2 14. Informatie voor en over Coassistenten

MES-6 / 2 14. Informatie voor en over Coassistenten MES-6 / 2 14 A6 A6 Informatie voor en over Coassistenten A5 A5 A4 A4 Informatie voor en over Coassistenten Medisch Spectrum Twente Medisch Spectrum Twente (MST) behoort tot de grootste niet-academische

Nadere informatie

Projectplan overzicht (deel 1)

Projectplan overzicht (deel 1) Projectplan overzicht (deel 1) Naam umc Projectleider + email Titel activiteit Programmathema Werkplaats Draagt bij aan de volgende deliverables -zie programma- Algemeen VUmc Koen Neijenhuijs; k.i.neijenhuijs@vu.nl

Nadere informatie

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. Samenvatting Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. In 2007 is de Vereniging CultuurProfielScholen (VCPS) opgericht, het

Nadere informatie

Paul Brand Kinderarts Amalia kinderafdeling Isala klinieken Zwolle Hoogleraar klinisch onderwijs UMC Groningen 1

Paul Brand Kinderarts Amalia kinderafdeling Isala klinieken Zwolle Hoogleraar klinisch onderwijs UMC Groningen 1 Opleiden in de klinische praktijk Paul Brand Kinderarts Amalia kinderafdeling Isala klinieken Zwolle Hoogleraar klinisch onderwijs UMC Groningen 1 Leerdoelen Aan het einde van deze middag: Kent u de principes

Nadere informatie

HOVUmc-hao s scoren heel goed in landelijke NIVEL-enquête!

HOVUmc-hao s scoren heel goed in landelijke NIVEL-enquête! HOVUmc-hao s scoren heel goed in landelijke NIVEL-enquête! Zoals in de hao-provussioneel van maart 2015 aangekondigd, onderstaand een aantal tabellen uit de NIVEL aios-enquête 2014 (bronvermelding). Wij

Nadere informatie

Leiding geven aan de opleidersgroep

Leiding geven aan de opleidersgroep Leiding geven aan de opleidersgroep dr. Rudolf Poolman orthopedisch chirurg & opleider, OLVG Irene Slootweg stafadviseur TtT programma & PhD-student, AMC/MUMC+ Doelen van de workshop 1. Inzicht te verschaffen

Nadere informatie

Analyserapport. CQI Poliklinische ziekenhuiszorg Miletus Barneveld, 2 december 2011 Versie: 2.0 Auteur(s): Wijnand van Plaggenhoef

Analyserapport. CQI Poliklinische ziekenhuiszorg Miletus Barneveld, 2 december 2011 Versie: 2.0 Auteur(s): Wijnand van Plaggenhoef Analyserapport CQI Poliklinische ziekenhuiszorg 2011 Significant B.V. Thorbeckelaan 91 3771 ED Barneveld T 0342 40 52 40 KvK 39081506 info@significant.nl Miletus Barneveld, 2 december 2011 Versie: 2.0

Nadere informatie

Richtlijn multisource feedback voor de aios

Richtlijn multisource feedback voor de aios Tijdschrift voor Medisch Onderwijs, april 2010 Vol. 29, nr. 2, Suppl. 1, p. 1-52 Richtlijn multisource feedback voor de aios M.A. Horsman, Th.J. ten Cate Voorwoord De opdracht tot het ontwerpen van een

Nadere informatie

American Board of Internal Medicine Accreditation Council for Graduate Medical Education (USA) Arts in opleiding tot specialist

American Board of Internal Medicine Accreditation Council for Graduate Medical Education (USA) Arts in opleiding tot specialist Tijdschrift voor Medisch Onderwijs, oktober 2010 Vol. 29, nr. 5, Suppl. 4, p. 105-134 Bijlagen Bijlage I ABIM ACGME AIOS ABIM CanMEDS CAT CCMS CEX DOPS GRASIS ITER KPB MDO Mini-CEX MSRC NHG OCEX OOR OPRS

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA CENTRUM VOOR SENIOREN DE VIJVERS / Deel 1: Kwaliteit van leven bewoners zonder 26/10-30/10 / 2015 / 28-jan-16 Leeswijzer InterRAI - Quality

Nadere informatie

Ervaren tevredenheid over de geboorte

Ervaren tevredenheid over de geboorte Ervaren tevredenheid over de geboorte een meetinstrument voor moeders na de bevalling Introductie Inzicht krijgen in moeders ervaringen over de geboorte van haar kind kan worden gerealiseerd door gebruik

Nadere informatie

Christel Wolterinck (Marianum en Universiteit Twente), Kim Schildkamp (Universiteit Twente), Wilma Kippers (Universiteit Twente)

Christel Wolterinck (Marianum en Universiteit Twente), Kim Schildkamp (Universiteit Twente), Wilma Kippers (Universiteit Twente) Vragenlijst formatief toetsen - Docent Deze vragenlijst is ontwikkeld door de Universiteit Twente op basis van bestaande vragenlijsten* en heeft als doel te onderzoeken in welke mate de docenten en leerlingen

Nadere informatie

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG)

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Bowman, L. (2006) "Validation of a New Symptom Impact Questionnaire for Mild to Moderate Cognitive Impairment." Meetinstrument Patient-reported

Nadere informatie

R-factor Revised. Capaciteitsbehoefte aios in de Onderwijs- en OpleidingsRegio Noord & Oost Nederland

R-factor Revised. Capaciteitsbehoefte aios in de Onderwijs- en OpleidingsRegio Noord & Oost Nederland R-factor Revised Capaciteitsbehoefte aios in de Onderwijs- en OpleidingsRegio Noord & Oost Nederland 1 2 Colofon Dit onderzoek heeft plaatsgevonden in opdracht van het Bestuurlijk Overleg OOR N&O Nederland

Nadere informatie

Notitie deelnemers klankbordgroep DOT honorariumcomponent medisch specialisten. Definitieve verdeling FTE. 1. Inleiding

Notitie deelnemers klankbordgroep DOT honorariumcomponent medisch specialisten. Definitieve verdeling FTE. 1. Inleiding Notitie deelnemers klankbordgroep DOT honorariumcomponent medisch specialisten Definitieve verdeling FTE 1. Inleiding In dit memo beschrijft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de definitieve verdeling

Nadere informatie

Allerlei partijen beïnvloeden ons werk: verzekeraars, politiek, inspectie, farmaceuten, managers, patiëntenorganisaties. Er zijn grote belangen.

Allerlei partijen beïnvloeden ons werk: verzekeraars, politiek, inspectie, farmaceuten, managers, patiëntenorganisaties. Er zijn grote belangen. De uitdaging Er gebeurt ontzettend veel in de zorg. De technologische ontwikkelingen gaan razendsnel, de zorgvraag neemt alleen maar toe, budgetten staan onder druk en we komen steeds vaker bedden en handen

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA Woonzorgcentrum De Wending / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 26/10-30/10 / 2015 / 28-jan-16 Leeswijzer

Nadere informatie

De toekomst van de Radiologie

De toekomst van de Radiologie De toekomst van de Radiologie Matthieu Rutten Gerrit Jager Corry den Rooyen Het nieuwe opleiden: profiteren van voordelen en reduceren van nadelen Het nieuwe opleiden vraagt veel van medisch specialisten.

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA DE VOORZIENIGHEID / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 29/9-3/10 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA Melgeshof / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 10/11-14/11 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA Lozanahof / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 17/11-21/11 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

Implementatie van richtlijnen. Dr. Hester Vermeulen Afdeling Chirurgie, Academisch Medisch Centrum Amsterdam Amsterdam School of Health Professions

Implementatie van richtlijnen. Dr. Hester Vermeulen Afdeling Chirurgie, Academisch Medisch Centrum Amsterdam Amsterdam School of Health Professions Implementatie van richtlijnen Dr. Hester Vermeulen Afdeling Chirurgie, Academisch Medisch Centrum Amsterdam Amsterdam School of Health Professions Even voorstellen Dr. Hester Vermeulen Verpleegkundige

Nadere informatie

Onderzoek naar het functioneren van arts-assistenten in ziekenhuizen

Onderzoek naar het functioneren van arts-assistenten in ziekenhuizen Onderzoek naar het functioneren van arts-assistenten in ziekenhuizen BIJLAGE 1 Vragenlijst Vragen die betrekking hebben op de borging van de kwaliteit van de zorg. A. Algemeen Ik werk momenteel als arts

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA HEILIG HART / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 15/9-19/9 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

Cover Page. Author: Beuzekom, Martie van Title: Latent risk factors in operating theatres and intensive care units Issue Date:

Cover Page. Author: Beuzekom, Martie van Title: Latent risk factors in operating theatres and intensive care units Issue Date: Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19916 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Beuzekom, Martie van Title: Latent risk factors in operating theatres and intensive

Nadere informatie

P4P indicatorenset 2019

P4P indicatorenset 2019 INDICATORFICHE Patiëntenervaringen P4P indicatorenset 2019 Basisfiche Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2019 Versie 2 (2019) Status Gevalideerd door de Expertengroep Patiëntenervaringen

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA HET MEERLEHOF / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 17/11-21/11 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA DE DENNEN / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 6/10-10/10 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI -

Nadere informatie

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Aanwijzing van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 1 7 OKJ. 2013, op grond van artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg, inzake

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA HET PARK NEEROETEREN / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 12/10-16/10 / 2015 / 28-jan-16 Leeswijzer

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA WZC TER CAELE / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 13/10-17/10 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA DE VAEREN / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 15/9-19/9 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI -

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA HEILIG HART / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 24/11-28/11 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

Modernisering Medische Vervolgopleidingen OOR ZWN

Modernisering Medische Vervolgopleidingen OOR ZWN Versie Definitief Datum, dinsdag 21 juli 2009 Opdrachtgever Stuurgroep Projectleider Prof. dr. H.A.P. Pols, voorzitter OOR-ZWN, namens de instellingen van de OOR-ZWN Mw. dr. C.J. Kruijthof, Sint Franciscus

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA MEUNYCKENHOF / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 31/8-4/9 / 2015 / 28-jan-16 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA SINT LODEWIJK / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 1/9-5/9 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA BEVERSTHUIS / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 27/10-31/10 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA SINT ROCHUS / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 10/11-14/11 / 2014 / 22-jun-15 Leeswijzer InterRAI

Nadere informatie

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA / Feedbackrapport METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA Woon- en Zorgcentrum Vliedberg / Deel 2: Kwaliteit van leven bewoners met cognitieve problemen bevraagd via 4/5-8/5 / 2015 / 7-okt-15 Leeswijzer

Nadere informatie