DE V ERSPR EID IN G DER JO D EN OVER NEDERLAND *) E. BOEKMAN.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE V ERSPR EID IN G DER JO D EN OVER NEDERLAND *) 1830 1930 E. BOEKMAN."

Transcriptie

1 DE V ERSPR EID IN G DER JO D EN OVER NEDERLAND *) DOOR E. BOEKMAN. De verschijning der uitkom sten van deelen III en V der V olkstelling 1930 Kerkelijke Gezindte biedt de gelegenheid om trent een aantal gegevens een studie te m aken welke zich kan uitstrekken over een volle eeuw. In deze eeuw hebben zich verschuivingen voltrokken in de geografische verdeeling van den invloedssfeer der kerkgenootschappen, welke de aandacht verdienen van hen die zich bezighouden m et sociologische studie. Het onderzoek w aarvan ik hier de resultaten m ededeel, beperkt zich tot de Joden in N e d e rla n d 1). De sociologische literatuur over de Joden bevat voor h et buitenland m eer dan voldoende m ateriaal om te bewijzen, dat vrijwel overal hun verspreiding over stad en land een andere is dan die van de overige bevolking der landen w aartoe zij behoor e n 2). Het bijzondere karakter, dat deze verspreiding draagt, is voor een groot deel bepaald door oorzaken w aarop anderen m eer invloed hadden dan, de Joden zelf. Bepalen wij ons tot Nederland, dan zij er aan herinnerd, dat, afgezien van de M iddeleeuwen, toen het aantal hier te lande gevestigde Joden geen beteekenis had, zij e e rst in de zestiende en ach t tiende eeuw in beduidenden getale in Holland kwamen. Hoewel met het einde der Spaansche heerschappij ook een einde kwam aan de Jodenvervolging in Holland en de eerste M arranen zich in 1595 te A m sterdam vestigden, werd hun eerst in 1619 bij, Staatsresolutie officieel vrije uitoefening van hun godsdienst vergund. Vrijheid om *) Onder Joden versta ik hier hen die bij de Volkstellingen als Nederlandsch- of als Portugeesch-Israëliet wenschten te worden beschouwd en wier aantal in de resultaten dier tellingen wordt vermeld. Dat het aantal Joden in ruimeren zin thans grooter is, zij het niet in belangrijke mate, mag zeer waarschijnlijk worden geacht en blijkt uit bladzijde 191 van deze studie. a) Voor het bewerken van dit artikel maakte schrijver gebruik van een in 1926 verschenen opstel van zijn hand over hetzelfde onderwerp in het sindsdien opgeheven weekblad De Vrijdagavond. 2) Vgl. bijv. A. Ruppin, Soziologie der Juden, Deel I, blz. 100 v.v.

2 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 175 zich te vestigen w aar zij wenschten, bezaten zij echter niet. Naar aanleiding niet in navolging van de door Hugo de Groot op uitnoodiging van de S taten van Holland ontworpen Rem onstrantie nopende de orders, die in de landen van Holland en W est-frieslandt dient gesteld op de Joden, w erd bepaald, dat de steden vrij zouden zijn om de Joden al of niet bijeen te laten kom en 3). Algemeene vrijheid werd dus niet gegeven en dat een aantal steden gebruik m aakte van deze bepaling om de Joden te weren, staat vast *) In andere provinciën bestonden soortgelijke of scherper bepalingen. Nog in 1713 w erd h et in 1612 voor de stad U trecht gegeven verbod van binnenkomen, uitgebreid tot de provincie. In hetzelfde jaar trad eenzelfde verbod in w erking voor G e ld e rla n d 5). Een stad als. D eventer handhaafde de uitsluiting der Joden tot de kom st der Franschen in 1795e). In de kleine steden berustte de beslissing over de toelating der Joden'bij de m agistraat of bij den D rost van het kw artier; in hoogste instantie konden R idderschap en steden over deze aan gelegenheid beslissent). Nog minder dan vrijheid van vestiging bezaten de Joden in de zeventiende en achttiende eeuw vrijheid van bedrijf. Zelfs in A m sterdam, w aar, betrekkelijk gesproken, de Joden in de gunstigste conditie verkeeiden, mochten zij, volgens een resolutie van 1632, al w aren zij poorters, in het algem een geen poortersnering doen. Slechts enkele neringen en bedrijven stonden hun v rij: boekdrukkerij en boekhandel, slagerij, apothekerij, kleinhandel in kruidenierswaren, hoenders, slachtdieren, oude en nieuwe kleeren. Zij w aren echter van alle gilden uitgesloten8). O verziet m en de beperkingen w aaraan de Joden in de zeventiende en achttiende eeuw in hun bewegings- en bedrijfsvrijheid w aren gebonden, en w aarvan wij hier slechts die vermelden, welke voor ons onderw erp van belang zijn, dan moet men de juistheid der door Fockem a Andreae getrokken conclusie aanvaarden: De Staten- Generaal m ochten al tegenover vreem de mogendheden voor de Joden gelijke rechten als voor anderen hebben gevindiceerd en daarbij in 1657 v erk laard, dat deze w aarlijk onderdanen van de S tatena) H. J. Koenen, Geschiedenis der Joden in Nederland, 1843, blz ) Vgl. J. S. da Silva Rosa, Over de verhouding tusschen Joden en niet- Joden in de Republiek der Vereenigde Nederlanden gedurende de 17e en 18e eeuw ) S. J. Fockema Andreae, Het Oud-Nederlandsch Burgerlijk Recht, 1906, blz. 100 v.v. ) Helena Poppers, De Joden in Overijsel van hunne vestiging tot 1814, 1926, blz ) Ibidem, blz ) Fockema Andreae, t.a.p. blz Op dit punt zij ook verwezen naar h e t. oordeel van R. Fruin in Tien Jaren uit den Tachtigjarigen Oorlog. Uitgave 1906, blz. 231.

3 176 E. BOEKMAN. G eneraal en ingezetenen d e r V ereenigde N ederlanden w aren, binnenslands verbeterde de rechtstoestand der Joden wel, m aar tot gelijkstelling m et anderen konden zij, het niet bren g en. Het is duidelijk, dat deze beperkende bepalingen, ingegeven door economische en godsdienstige overwegingen, een vrije ontwikkeling van de verspreiding der Joden over Nederland onmogelijk m aakten. De beperkende gildebepalingen bevorderden bovendien, een verdeeling naar beroepen, welke eveneens m oest afwijken van die der overige bevolking. Deze andere verdeeling werd zelve een factor voor den a a rd d e r m igratie, toen, m et het verdw ijnen der gilden en de opheffing der verbodsbepalingen voor de vestiging in provinciën en steden, de Joden grootere bewegingsvrijheid verkregen. Bovendien konden de gevolgen der politiek, welke gedurende twee eeuwen jegens hen w as gevoerd, niet in eenige tientallen van jaren worden uitgewischt. In de cijfers van het eerste jaar, w aarop onze studie betrekking heeft, kunnen wij die gevolgen dan ook duidelijk onderkennen. A. De verspreiding der Joden over de provinciën. ÖQfl ö M o Ih 3 a a> TABEL I. Territoriale verspreiding der Joden (Ned. Isr. + Portug. Isr.) (mannen en vrouwen tezamen) Absolute cijfers Drente. Overijsel Utrecht. Het uitgangspunt van dit deel van ons onderzoek vorm t tabel I, die een sam envatting geeft van de absolute cijfers van het aantal Joden in elke provincie op de tijdstippen der onderscheidene V olkstellingen. Groningen. Friesland Gelderiand. Noord- Holland. Zuid- Holland Zeeland. Noord- Brabant Ten einde te doen zien in welke m ate de verspreiding der Joden over de verschillende provinciën zich onderscheidt van die der geheele bevolking, hebben wij tabel II sam engesteld. Im deze tabel is zoowel het cijfer der geheele bevolking als dat van het aan tal Joden Limburg Het Kijk i

4 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 177 per provincie in elk der in de tabel genoemde jaren op 100 gesteld. Daar de wijzigingen in de verspreiding slechts zeer geleidelijk plaats vonden, was het niet noodig in deze tabel alle jaren tusschen 1830 en 1930 op te nemen. De ontwikkeling kan voldoende worden gevolgd uit de gegevens voor elk der vijf vermelde tijdstippen. Omtrent de keuze der jaren zij nog opgemerkt, dat in de eerste helft der hier behandelde eeuw, tusschen 1830 en 1880, de verschuivingen in langzamer tempo plaats vonden dan in de volgende periode. Daarom zijn van deze periode eenige jaren der Volkstellingen, in het bijzonder de laatste, vermeld. TABEL II.,,... Sa- de geheele bevolking,...,,,,, Verspreiding van < b j 0(jen over de provinciën van het totaal. Provinciën a. De geheele bevolking b. Joden Groningen Friesland Drente Overijsel Gelderland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg öo 1Totaal i O o ' Bezien we in de eerste plaats de cijfers van het aanvangsjaar van ons onderzoek: Indien we bij onderlinge vergelijking der cijfers van kolommen 2 en 7 kleinere punten van overeenkomst en verschil ter zijde laten, vallen ons twee bijzonderheden op. In, de eerste plaats blijkt ons, dat de twee provinciën met de grootste percentages der geheele bevolking, Noord- en Zuid-Holland, ook de provinciën zijn met het grootste aantal Joden. Terwijl echter biji de bevolking Zuid- Holland het sterkst is bezet, is dit bij de Joden Noord-Holland. In beide Hollanden tezamen woont ruim eenderde der geheele bevolking, procent, van het Joodsche deel der bevolking woont er ruim twee derden procent. Alleen in Noord-Holland woonde in 1830 reeds ruim de helft van alle Joden in Nederland. In de tweede plaats treft het, dat de sterkste verschillen tusschen de cijfers van de geheele bevolking en van het Joodsche deel voor

5 178 E. BOEKMAN. de drie zuidelijke provinciën bestaan. Terwijl in deze provinciën tezam en in 1830 ruim een k w art der bevolking woonde procent, woonde er slechts 6 procent van de Nederlandsche Joden. Vergelijking der cijfers van kolommen 2 en 7 levert slechts voor deze provinciën verschillen van veel m eer dan vijftig procent op, met uitzondering van N oord-h olland, w aarbij ook zulk een verschil besta a t, doch juist in om gekeerde richting. In de halve eeuw tussohen 1830 en 1880 is in de cijfers om trent de geheele bevolking slechts weinig wijziging gekomen. Die om trent de Joden geven ook geen belangrijke wijzigingen te zien, behalve voor de provincie U trecht. Het cijfer dezer provincie immers blijkt m et bijna de helft te zijn achteruitgegaan. In de volgende periode zal bovendien blijken, dat de in deze jaren ingetreden achteruitgang in Friesland, Overijsel en in de zuidelijke provinciën, van sym ptom atische beteekenis is gew eest. Vergelijkt men de cijfers om trent de geheele bevolking van 1879 tot 1930 m et elkander, dan blijken deze slechts weinig te verschillen, behoudens enkele uitzonderingen, die bij een verloop van een halve eeuw, binnen welke zich geweldige veranderingen op elk gebied voltrokken, allerm inst schokkend m ogen worden genoemd, Anders is dit m et de cijfers om trent de Joden. In deze valt sinds 1879 m aar één regelm aat te ontdekken, nam elijk: d at, tot 1920, slechts van N oorden Zuid-Holland de percentages steeds grooter werden, terwijl die van alle overige provinciën een achteruitgang vertoonden. In 1930 was het cijfer van Noord-Holland iets gedaald. Op deze daling kom ik hieronder terug. Aan het einde der periode w aren de verhoudingen aldus geworden, dat van 100 Joden in Nederland 82 in deze beide provinciën woonden. 'Voor Noord-Holland alleen bedroeg dit aantal 62. Ter vergelijking zij er nog op gewezen, dat per 100 personen van de geheele bevolking 44 in beide provinciën woonden, w aarvan in N oord-h olland alleen 19. Tabellen I en II kunnen slechts een algemeen overzicht geven van de verspreiding der Joden over Nederland en over de ontwikkeling dier verspreiding. Om den quantitatieven grondslag dier ontwikkeling te leeren kennen, zijn nog andere cijfers noodig. Teneinde den groei, respectievelijk den achteruitgang te meten, is tabel III sam engesteld. In deze tabel, welke gebaseerd is op de cijfers van tabel I, is het aantal Joden, dat in elke provincie op 1 Januari 1830 woonde op 1000 gesteld, terwijl hetzelfde is geschied met de cijfers'om trent het totaal aantal Joden in het Rijk op denzelfden datum. S. De cijfers van tabel III toonen aan, dat het aantal Joden in de verschillende provinciën allerm inst gelijkm atig toe- of afgenom en is.

6 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 179 TABEL III = 1000 Jaren der volks tellingen. 1 k i S Drente. S 03 0> O h * 0)»Ö 2 qj ^ ö O ütre ht. Groningen. Noord- Holland. aa' 3 = H Zeeland. Noord- Brabant. 1 1 i-i Het Kijk , Tot 1860 steeg zij het niet overal in dezelfde m ate in alle provinciën het aantal Joden. Slechts Zeeland m aakt hierop een onbeteekénemde uitzondering. Na 1860 vangt voor eenige provinciën reeds een periode van achteruitgang of stilstand aan. Dit was het geval met Friesland, Overijsel, U trecht, Zeeland en Limburg. Voor de overige provinciën trad deze periode eerst later in, behalve voor Zuid-Holland, d at gedurende een eeuw een ononderbroken absolute en relatieve toenem ing vertoont. Vergelijken wij de ontwikkeling van het aantal Joden in het Rijk met die in de provinciën afzonderlijk, over de geheele periode , dan blijkt ons het volgende: 1. De beide provinciën w aarin reeds in 1830 het aantal Joden het grootst was Noord- en Zuid-Holland zijn de eenige, die, behoudens één uitzondering in 1930, in deze periode zonder onderbreking zijn gegroeid. Bovendien is deze groei in. béide provinciën zoowel absoluut als relatief sterker dan in het geheele Rijk, Van 1830 tot 1930 is het aantal Joden in het Rijk toegenomen m et 141 procent, in Noord-Holland met 187 procent, in Zuid-Holland met 197 procent. Zeer belangrijk is de groei in beide provinciën in de periode In Noord-Holland vond toen toch een toeneming met bijna een derde 31 procent plaats, in Zuid-Holland een toeneming met 16 procent. 2. In alle overige provinciën is de groei beneden het gemiddelde van het Rijk gebleven. 3. In enkele provinciën is de groei sinds 1830 van geringe beteekenis, in drie provinciën is het aantal Joden zelfs geringer dan in De onbelangrijke groei vond plaats in Utrecht en Noord- B rabant. Friesland, Zeeland en Lim burg zijn de provinciën welke een

7 180 E. BOEKMAN. absoluten achteruitgang vertoonen. In Friesland is 'het aantal Joden sinds 1830 afgenom en m et 42 procent, in Zeeland m et 58 procent. Stelt men tegenover elkander de provincie m et den sterksten groei en de provincie m et den sterksten achteruitgang, respectievelijk Noord-Holland en Zeeland, dan blijkt de eerstgenoem de provincie die te zijn welke altijd het grootste aantal Joden had, de laatste die m et het geringste aan tal Joden. M et uitzondering van de cijfers om trent Zuid-Holland en feitelijk m ogen ook die om trent N oord-h olland hierbij w orden gerekend kunnen de cijfers om trent de overige provinciën worden onderverdeeld in een periode van opgang en in een periode van neergang. De afscheiding tusschen beide perioden valt echter niet voor alle provinciën in denzelfden tijd. Voor de meeste valt ziji niettemin tusschen 1860 en D at in de eerste helft der hier behandelde eeuw de ontwikkeling in het verloop van het aantal Joden in de verschillende provinciën vrij regelm atig verliep en de afwijkingen van groote beteekenis eerst in de tweede helft optraden, hangt sam en m et en is het gevolg van de in die periode tot stand gekom en w ijzigingen in het m aatschappelijk leven, w aarop wij aan het einde dezer studie nog terugkomen. Op deze halve eeuw hebben de cijfers van tabel IV betrekking. In tabel IV is het aantal Joden, dat op 31 December 1879 in elke provincie aanwezig was op 1000 gesteld en naar dit cijfer zijn de uitkom sten der volkstellingen voor volgende ja re n berekend. H etzelfde gebeurde m et de cijfers van het Rijk. TABEL IV. Territoriale verspreiding der Joden (Ned. Isr. + Portug. Isr.) (mannen en vrouwen tezamen) 1879 = 1000 Drente. *5 m 'C 0> O Utrecht. Jaren der volkstellingen. Groningen Friesland. Gelderland. Noord- Holland. Zuid- Holland Zeeland Noord- Brabant. Limburg Het Kijk B Voor niet m inder dan zeven der elf provinciën wijzen de cijfers -van deze tabel een geringer aantal Joden aan in 1930 dan in In deze halve eeuw is het aantal Joden achteruitgegaan in Groningen, Friesland, D rente, Overijsel, Zeeland, N oord-b rabant en Limburg.

8 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 181 Om den aard van dit verschijnsel te leeren kennen, moet beteekenis w orden toegekend aan het feit, dat deze daling over het algemeen zonder onderbreking plaats vond. D aarnaast is van beteekenis de intensiteit der daling. Slechts voor één provincie Overijsel bedraagt de daling sinds 1879 ongeveer zeven procent. Voor alle overige provinciën, w aarin een daling te constateeren valt, varieert zij tusschen achttien en een en zestig procent. Tegenover deze daling staat een stijging van het aantal Joden in Noord-Holland, Zuid-Holland, U trecht en Gelderland. Sterker dan voor eenige andere provincie was deze stijging voor Noord-Holland, w aar zij bij elke volkstelling ver uitging boven het algemeene stijgingspercentage voor het geheele Rijk; het geringst was deze stijging voor G elderland. Overzien we de verkregen uitkom sten in het algemeen, dan blijkt het kenm erk der ontwikkeling van de verspreiding der Joden over de verschillende provinciën hierin te liggen, dat hun aantal in alle grensprovinciën achteruitgaat eni in de provinciën welke in of nabij het centrum van het land liggen, toeneemt. E r vindt dus een concer>tratie plaats. De zeer belangrijke toenem ing van het aan tal Joden in N oorden Zuid-H olland m aak t het moeilijk te gelooven, dat deze concentratie het gevolg is van grootere geboorte in deze dan, in andere provinciën. De ons bekende Joodsche geboortecijfers m aken dit zelfs onmogelijk. Evenmin kan de snelle afneming van het aantal Joden in de meeste provinciën het gevolg zijn van grootere sterfte onder hen dan van de elders w onende Joden. De geconstateerde concentratie in het centrum van het land eenerzijds en de snelle daling van het aantal Joden in de overige provinciën anderzijds, zijin dan ook beide geheel of voornamelijk het gevolg van één oorzaak: verhuizing. Er vond in deze periode een verhuizing plaats van Joden van provinciën m et overw egend platteland en kleine plaatsen naar. de provinciën m et de groote en grootste steden, die in economisch opzicht het hart van het land vormen. Dat deze verhuizing zich juist naar deze provinciën richt, zullen wij trouw ens bevestigd vinden in ons onderzoek om trent de verspreiding der Joden over de groepen van gem eenten. Tot nog toe spraken wij alleen over de Joden. Thans zullen wij nagaan, w at het aandeel der Joden is in de geheele bevolking van het Rijk en van elke provincie. H iertoe dient tabel V. Bij de beoordeeling der cijfers van deze tabel dient m en te bedenken, dat zij de resultaten zijn van twee afzonderlijk verloopende bewegingen: le. van den loop der geheele bevolking; 2e. van dien d er Joodsche bevolking.

9 182 E. BOEKMAN. TABEL V. Het aantal Joden per inwoners Jaren der yolkstellingen. Fries land. Drente Overijsel. Gelder land. Utrecht. Groningen. Noord- Holland Zuid- Holland. Zeeland Noord- Brabant. Limburg. Het Rijk Tot 1889 steeg de verhouding van het aantal Joden op de geheele bevolking. Na dat jaar veroorzaakten echter de lagere geboortecijfers der Joden, dat dit percentage in dertig jaren daalde tot een belangrijk lager peil dan in 1830 bestond. Beschouwing der cijfers van de afzonderlijke provinciën levert een zelfde resu lta a t op, zij 'het, d at de oorzaak bijt de m eeste provinciën afzonderlijk niet in de eerste plaats in de geboortecijfers, doch in de verhuizingen gezocht dient te worden. Met vijftig procent of m eer ging sinds 1830 het verhoudingscijfer achteruit in de provinciën Friesland, Drente, U trecht, Zeeland, N oord-brabant en Limburg. Gewezen zij nog op de verhoudingscijfers van Noord- en Zuid- Holland. Ondanks de geconstateerde buitengewone toeneming van het aantal Joden in deze provinciën door immigratie, ging hun aantal, gemeten aan de toeneming van de geheele bevolking, toch achteruit. Dit is echter eerst «inds het begin van de tw intigste eeuw het geval. Vóór dien w as het verhoudingscijfer hooger dan in D aar de tendenzen welke sinds verscheidene decennia in de geboortebeweging der Joodsche bevolking vallen w aar te nemen, voorloopig zeker niet zullen veranderen, m ag veilig w orden a a n genomen, dat ook al zouden de geboortecijfers der bevolking als geheel eveneens nog lager w o rd e n 9) niet slechts in de g ren s provinciën, m aar ook in de overige provinciën het aandeel der Joden op de geheele bevolking in de toekom st nog verder zal dalen. 9) Ook voor Nederland immers valt rekening te houden met het internationaal waar te nemen verschijnsel, dat Lestschinsky als volgt heeft omschreven: überall eilt die jüdische Bevölkerung der nichtjüdischen Bevölkerung um mehrere Jahrzehnte voraus, insbesondere in Bezug auf das Sinken der Geburtlichkeit, Metron, Revue internationale de Statistique, 1926, blz. 80.

10 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 183 B. De verspreiding der Joden over de groepen van gemeenten. Uit de voorgaande cijfers en beschouwingen is duidelijk gebleken, dat de verspreiding der Joden over de verschillende provinciën in belangrijke m ate afwijkt van die der geheele bevolking. In hoeverre hetzelfde verschijnsel valt w aar te nemen om trent hun verspreiding over de gemeenten van Nederland, kan uit de volgende gegevens blijken. V ooraf ga de opmerking, dat wij, dit gedeelte van onze studie niet kunnen doen aanvangen m et het jaar 1830, doch eerst met het jaar Dit vindt hierin zijn oorzaak, dat vóór de volkstelling van d at jaar een groepeering van de steden naar het aantal inwoners niet gem aakt werd. W el kenden de beide vóór het jaar 1849 gehouden volkstellingen reeds een verdeeling van de bevolking der gem eenten, naar den godsdienst, doch een samenvoeging der voor deze studie benoodigde cijfers naar de grootte der gem eenten zou een arbeid vorderen, w aarvan de omvang niet in evenredigheid staat tot zijn waarde. In de eerste plaats volgen in tabel VI de absolute cijfers om trent de aantallen Joden, die op de tijdstippen der volkstellingen in de vier grootte-groepen van N ederlandsche gem eenten woonden. TABEL VI. Aantal Joden in de verschillende groepen van gemeenten op het tijdstip der volkstellingen. Gemeenten m et: m eer dan inw m inder dan Het Rijk lll.917 In aansluiting aan deze tabel hebben wij tabel VII samengesteld, w aarin behalve het aantal Joden ook het cijfer der geheele bevolking in elk d er in de tabel verm elde jaren op 100 is gesteld. Deze tabel biedt dus de gelegenheid zoowel de veranderingen in de cijfers om trent de Joden afzonderlijk na te gaan als om deze te vergelijken m et die der geheele bevolking. Beschouwing van de cijfers van tabel VII leert, dat de wijzigingen in de verdeeling zoowel van de bevolking in haar geheel als die van de Joden over de verschillende categorieën van gemeenten, beheerscht w orden door eenzelfde tendenz, namelijk tot belangrijke concentratie d e r bevolking in de groote centra.

11 184 E. BOEKMAN. TABEL VII.,, ^ A. de geheele bevolking Verspreiding van: ^ j 0(jen over de groepen van gemeenten in procenten van het totaal. Gemeenten met: A. Geheele bevolking. meer dan inw minder dan Het Rijk Gemeenten met: B. Joden. meer dan inw minder dan Het Rijk D och welke belangrijke verschillen in die gelijksoortige ontw ikkeling overigens! Bezien wij eerst de cijfers om trent de geheele bevolking. Het blijkt dan, d a t van alle groepen het aandeel der vier grootste gem eenten het sterkst gestegen is, namelijk van procent in 1849 tot procent in Ook van de tweede groep van gemeenten, de kleinere steden, steeg tot 1920 het aandeel eveneens voortdurend, doch in geringere m ate, om in 1930 op dezelfde hoogte te blijven. Tegenover de stijging van het aandeel dezer groepen van gemeenten, staat de daling van het aandeel der beide andere, welke overigens allerm inst voor beide in hetzelfde tempo plaatsvond. W el is immers de derde groep, die der gem eenten m et een bevolking van inwoners, ook achteruitgegaan, doch lang niet in dezelfde m ate als die der kleinste gemeenten, welke een achteuitgang vertoont van procent in 1849 tot procent in De trek naar de grootere en grootste steden, welke in deze cijfers tot uiting komt, vinden wij in nog sterker m ate terug bij die om trent de Joden. Doch reeds bij het jaar van aanvang der vergelijking treft ons een groot verschil. Terwijl in 1849 toch van personen der geheele bevolking er 1420 in de grootste steden woonden, woonden er in d at jaar van Joden reeds 5583 in die gemeenten, dus m eer dan de helft. De duidelijk w aarneem bare tendenz in de m igratie der Joden blijkt het best uit de cijfers om trent de groep der grootste en om trent die der kleinste gem eenten, Bij de g rootste gem eenten zien wij. een

12 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 185 nu eens sterker, dan weder zwakker, doch in elk geval ononderbroken stijging van haar aandeel in het totaal aantali Joden. D aarentegen daalt, in de laatste decennia zelfs in een snel tempo, doch, eveneens ononderbroken, het aandeel van de gem eenten met m inder dan inwoners. Tusschen deze uitersten vindt de beweging der beide overige groepen plaats, w elke vóór 1870 nog een enkele, zij het geringe, stijging vertoont, doch eveneens aan het einde d er ontw ikkeling een lager percentage dan aan het begin. Beschouwing der absolute cijfers doet zien, dat het aantal Joden in elk der vier groepen van gem eenten in de periode is gestegen, respectievelijk gedaald m et de volgende percentages: Gem eenten m et: m eer dan inw oners procent m inder dan D aar de toeneming der gemeenten met inwoners zooveel geringer is dan van de g rootste gem eenten, kom t deze toeneming niet tot uitdrukking in haar aandeel in het totaal aantal Joden in Als algemeene uitkom st van tabel VII moet dan ook worden vastgesteld, dat alleen in de groep der grootste gemeenten van Nederland dit percentage is toegenomen en in alle overige groepen de percentages zijn g e d a ald 10). De beteekenis dier daling komt tot uitdrukking in het verhoudingscijfer w aarm ede het aandeel van elk dezer groepen van 1850 tot 1930 is gedaald. Deze daling bedraagt voor de gemeenten m et: inw oners 25 procent m inder d De daling dezer percentages is dus te sterker naarm ate de ge»- m eenten kleiner in zielental zijn. Nu wij de tendenz in de ontwikkeling der m igratie hebben nagegaan, zij thans aangegeven, welk percentage de Joden vorm en 10) In navolging van de indeeling der Volkstelling, beschouwen wij hier de gemeenten met meer dan inwoners als een groep. Dat de tot deze groep behoorende gemeenten ten aanzien van het aantal Joden allerminst als een homogene groep kunnen worden beschouwd, blijkt uit de volgende cijfers, die de aantallen Joodsche inwoners van elk dier gemeenten op 31 December 1879 en 1930 weergeven: Amsterdam Haarlem s-gravenhage Rotterdam Groningen Utrecht

13 186 E. BOEKMAN. van de totale bevolking van elk der groepen van gemeenten aan het einde der hier besproken eeuw. Groepen van gemeenten Percentage der Joden op het totaal der bevolking van elke groep Gemeenten met:, ' 500 en minder inwoners 0, , , , , , , ,78 meer dan ,19 De regelmatige stijging van het aandeel der Joden met het toenemen van de grootte der gemeenten, behoeft na het voorgaande geen toelichting meer. Teneinde de geschetste ontwikkeling duidelijker te doen spreken, hebben wij haar in de op de volgende bladzijde geplaatste grafische voorstelling in beeld gebracht. Ter toelichting dier voorstelling moge dienen, dat elke staaf het aantal Joden op het tijdstip der boven elke staaf vermelde volkstelling representeert. Dit aantal is steeds op 100 gesteld. In elke staaf vindt men de onderverdeeling in vier groepen van gemeenten terug. Bovendien is ter vergelijking aan begin en eind dezer voorstelling een staaf geplaatst, welke de overeenkomstige verdeeling geeft van de geheele Nederlandsche bevolking op 31 December van het jaar 1849, resp. van het jaar De in toenemende mate overheerschende positie der groep van de grootste steden in de verdeeling der Joden over Nederland, spreekt in deze voorstelling duidelijk. Zij spreekt te sterker, wanneer men let op het deel van de totale Nederlandsche bevolking, dat in deze steden woont en dat, ondanks den toch eveneens zeer snellen groei sinds 1850, nog slechts ruim een kwart bedraagt. Het aandeel der steden met tot inwoners is-ten aanzien van de geheele bevolking ook gegroeid, terwijl bij de Joden, ondanks een toeneming van het absolute aantal, toch ook van deze groep het aandeel in het totaal daalde, De achteruitgang van de kleine en kleinste gemeenten is nog van grooter beteekenis, daar zij betrekking heeft op dalende absolute cijfers. Terwijl van de geheele bevolking in deze beide groepen van gemeenten op 31 December 1930 nog meer dan de helft woonde, was dit voor de Joden nog slechts voor minder dan

14 Geheele Nederl. bevolking 1849 VERDEELING DER JODEN OVER NEDERLAND (in procenten) naar groepen van gemeenten op het tijdstip der volkstellingen in de jaren Hl INI IUI!L / / ta llll! llil Uijj'ü.3- _ H Geheele Nederl. bevolking 1980 Z! u o. K 'J l ==== lull lllil A3 B Gemeenten met meer dan inwoners. Gemeenten met inwoners. Gemeenten met inwoners. Gemeenten met minder dan inwoners.

15 188 E. BOEKMAN. een tiende het geval. In de kleinste plaatsen woont nog slechts anderhalf procent van alle Nederlandsche Joden. Men heeft dus rekening te houden m et het feit, dat in quantitatieven zin de Joden op het platteland feitelijk weinig beteekenis m eer hebben. Dit op zich zélve reeds ongunstige beeld van de verdeeling der Joden over de verschillende groepen van gem eenten zou nog iets ongunstiger zijn geweest, indien zich in de laatste halve eeuw niet een ontwikkeling in het stedenwezen had baan gebroken, welke voordien geen beteekenis had. W ij bedoelen het ontstaan der forensenplaatsen en der zoogenaam de voorsteden. Enkele cijfers mogem dit verduidelijken om trent eenige plaatsen welke rondom A m sterdam liggen en per trein of tram binnen een uur zijn te bereiken. Wij geven hiertoe de cijfers om trent het aantal Joden, dat in 1840, 1879 en 1930 in de navolgende plaatsen w oonde: Bloememdaal Bussum H ilversum Laren Zandvoort Feitelijk behooren deze getallen gerekend te worden tot de A m sterdam sche Joodsche bevolking. Am sterdam sche Joden zijn naar deze plaatsen getrokken, om, hun werkzaam heden te Am sterdam verrichtende, m et hun gezin in deze plaatsen te wonen. Het ligt dan ook volkomen in de lijn der algemeene ontwikkeling van de verspreiding der Joden over Nederland, dat, met uitzondering van Haarlem, alle overige plaatsen in Noord-Holland, in dezelfde periode, in aantal Joden zijn achteruitgegaan of zijn blijven stilstaan. Beperken wij ons tot de plaatsen w aar in 1840 m eer dan 50 Joden w oonden, dan krijgen wij de volgende cijfers: A lkm aar Beverwijk Edam H aarlem H elder Hoorn Medemblik N aarden P urm erend Schagen W eesp Zaandam

16 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 189 Een duidelijke taal spreken in deze reeks de cijfers om trent plaatsen als W eesp en Zaandam. Ook deze plaatsen immers liggen als het w are onder den rook van Am sterdam. Zij drageni echter niet het karakter van forensenplaatsen: dus deelden zij het lot van vrijfwel alle kleine steden. De vraag zou gesteld kunnen worden welk quantitatief aandeel de Joden hebben in de ontwikkeling van plaatsen in ons land, welke in de laatste halve eeuw een buitengewone industrieele ontwikkeling ondergingen. H et antw oord op deze v raa g vindt m en in onderstaande cijfers om trent het aantal Joden in de voornaam ste dier plaatsen Appingedam H oogezand Em m en Almelo Enschede Hengelo O ldenzaal R ijsen Eindhoven H eerlen Hier doet zich het m erkw aardige verschijnsel voor, dat in vrijwel al deze plaatsen juist in de eerste helft der hier behandelde eeuw een belangrijke toeneming van het aantal Joden heeft plaatsgevonden. Voor zoover deze plaatsen hun belangrijkheid ontleenen aan de textiel-industrie, zij er aan herinnerd, dat juist in die periode deze industrie een groote vlucht n a m 11). T en overvloede wellicht, vestigen wij er trouw ens nog de aan dacht op, dat deze cijfers slechts inzicht kunnen verschaffen in het quantitatieve aandeel, d at d e Joden hebben genom en in de ontw ikkeling dezer plaatsen en dus niets zeggen om trent hun aandeel in intellectueel, com m ercieel of industrieel opzicht. Reeds bij de bespreking der wijzigingen in de aantallen Joden in de verschillende provinciën, wezen wij op het belangrijke feit, dat sinds de jaren rond 1870 de onderlinge verschuivingen in belangrijk sneller tem po p laats vonden dan in de eerste helft d er hier behandelde eeuw. H etzelfde verschijnsel valt w aar te nem en bij de v e r ) De eerste stoomweverij welke Twente kreeg, in 1852, werd opgericht door de Almelosche firma <3. en H. Salomonson te Nijverdal. Vgl. C. T. Stork, De Twentsche Katoennijverheid, blz. 47.

17 190 E. BOEKMAN. spreiding der Joden over de verschillende groepen van gemeenten. Behalve uit de cijfers van tabellen VI en VII, kan dit ook nog op andere wijze blijken. Indien wij namelijk het aantal Joden, dat zich bij de volkstelling van 1849 in elke groep van gemeenten bevond, benevens het cijfer van alle Joden van dat jaar, op 100 stellen, dan v erkrijgt m en de volgende uitkom sten: Gemeenten met Jaren der minder dan meer dan volks Het telling inw. inw. inw. inw. Rijk Uit deze cijfers blijkt nog eens duidelijk, dat ook vóór 1880, toen het absolute aantal Joden op h et platteland dus nog geen ach teruitgang vertoonde, het stijigingspercentage dier groep belangrijk beneden het Rijksgemiddelde bleef. Na dit jaar vangt ook de absolute achteruitgang aan, in steeds sneller tem po. Na 1900 is de achteruitgang zeer sterk. Thans woont in de plaatsen m et m inder dan 5000 zielen nog slechts een kw art van het aantal van Bijide volgende groep neemt de achteruitgang, zij het in zeer veel langzam er tempo, ook in dezelfde periode een aanvang. Hier is het absolute aantal met een kw art gedaald. De bijzondere positie welke Am sterdam als centrum van het Nederlandsche Jodendom inneemt, verdient 'hier nog afzonderlijke bespreking. Het groote aandeel van de provincie Noord-Holland in het totale aantal Joden, evenals de bijzondere groei van dit aandeel, vallen geheel terug te voeren tot de ontwikkeling welke A m sterdam in dit opzicht vertoont. De op de volgende bladzijde opgenomen cijfers kunnen dit duidelijk m aken. Sinds een halve eeuw woont dus meer dan de helft van de Nederlandsche Joden in de hoofdstad, In 1930 woonde van de geheele bevolking 10 procent in Am sterdam, van de Nederlandsche Joden 59 procent. De overheerschende positie welke Am sterdam inneemt, heeft voor de statistiek d e r Joden een gevolg, w aarop hier dient te w orden

18 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 191 Van het totale aantal Joden in Nederland Groei van het aantal Jaren Aantal der Joden woonden te Joden te V olks te Amsterdam Amsterdam tellingen Amsterdam (in procenten) (1849 = 100) , , , , , , , a) , b) , , a) = vóór de annexatie, b) = na de annexatie gewezen, namelijk de achteruitgang van het totaal aantal Joden, welke uit tabel I bleek. H et verband w ordt duidelijk, w anneer men in het oog houdt, dat van 1920 op 1930 het totale aantal Joden is gedaald m et 3302, het aantal in Noord-Holland m et 2871 en het aantal in Am sterdam m et Reeds bij de volkstelling van 1920 verklaarden 445 personen te Am sterdam, door geboorte of besnijdenis tot de Israëlietische kerkelijke gezindte te behooren, doch daartoe niet meer gerekend te willen w orden, (voor 1930 is dit cijfer niet bekend), buiten degenen die eenvoudig geen godsdienst opgaven. De groote toeneming van de onkerkelijkheid bij de volkstelling van 1930 geeft ons reden dit cijfer thans hooger te stellen. Aangenomen m ag w orden, d a t op de daling in A m sterdam ook het lager geboortecijfer van invloed is, doch dit kan van de daling nog niet de voornaam ste reden zijn. W at voor A m sterdam geldt, geldt trouw ens, zij het in geringer m ate, ook voor de andere groote steden m et hun belangrijker percentages onkerkelijken d a n in de kleinere plaatsen. Uit de voorgaande tabellen kan inzicht verkregen w orden in de vraag w aar, in welke groepen van gemeenten, de Joden in Nederland wonen. Zij geven echter geen licht om trent andere vragen, als: in hoeveel N ederlandsche gemeenten wonen Joden en in welken getale wonen zij in elk dier gem eenten? De cijfers van tabel VIII, betrekking hebbende op den aanvang en het einde der jongste halve eeuw, geven ons in deze een aanwijzing.

19 192 E. BOEKMAN. TABEL VIII. Aantal gem eenten waarin Joden wonen. Aantal Gemeenten met een aantal Joodsche inwoners van: Provinciën 50 en m inder I l001, Totaal volgens de volkstellingen van: Groningen _ _ Friesland Drente _ Overijsel Gelderland Utrecht N.-Holland Z.-Holland Zeeland N.-Brabant Limburg Totaal Uit deze tabel blijkt, dat in ongeveer twee derden der Nederlandsche gemeenten geen Joden wonen; dat het aantal gemeenten waarin Joden wonen, in de laatste halve eeuw is gedaald van 464 tot 407; dat deze daling op het aantal gemeenten waarin 500 of meer Joden wonen geen invloed heeft gehad; dat deze daling in hoofdzaak de groepen van, gemeenten betreft met minder dan 200 Joden; dat de groep gemeenten waarin Joden wonen den sterksten achteuitgang vertoont; dat in 1880 van het aantal gemeenten waarin Joden woonden, driekwart, 50 of minder Joden telden; dat in 1930 dit percentage is gestegen tot rond tachtig procent. Wanneer men, voor 1930, naast de cijfers van deze tabel, de absolute, benevens de relatieve cijfers plaatst omtrent het aantal Joden, dat in elk der groepen van gemeenten woonde, dan verkrijgt men het volgende overzicht:

20 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 193 Amsterdam = 58,55 procent 6 overige gem. m. m. dan 1000 Joden = 23,66 6 gemeenten met = 4, = 3, = 1, = 3, = 1, minder dan = 3,37 Deze cijfers toonen aan, dat het gewicht van elk der groepen van gemeenschappen van Joden op het totaal afneemt naarmate die gemeenschappen grooter in aantal, maar kleiner van omvang worden: eenerzijds een sterke concentratie in een groep van betrekkelijk weinige gemeenten; anderzijds een versnippering over vele honderden gemeenten. Om de beteekenis van dit laatste gegeven, te demonstreeren, is in de laatste tabel, IX, een onderverdeeling gegeven van de gemeen^ schappen met 50 of minder Joden. TABEL IX. Gemeenten waarin 50 of minder Joden woonden (1930) P r o v i n c i ë n Totaal Groningen Overijsel Gelderland U tre ch t Noord-Holland Zuid-Holland Z e e la n d Noord-Brabant Limburg Totaal Teneinde te gedetailleerde cijfers en beschouwingen te voorkomen, welke van meer belang zouden zijn voor een studie over het aantal Joden in Nederland in het algemeen, dan voor een verdeeling van dit aantal over provinciën en gemeenten, is in geen der hier gegeven tabellen rekening gehouden met de verdeeling der Joodsche bevolking naar geslacht. Bij tabel IX echter zou dit gegeven een bijzondere beteekenis hebben gehad. Bedenkt men immers, dat naar Joodschen ritus eerst een tiental mannen een gemeente kan vormen in den Joodschen zin van het woord en slechts zulk een gemeente

21 194 E. BOEKMAN. godsdienstoefeningen kan. houden, dan blijkt uit deze tabel, dat in ongeveer 270 van de 325 hier verm elde gem eenten, Joodsch godsdienstig leven anders dan voorzoover dit individueel geleefd kan worden, feitelijk uitgesloten is. Buiten beschouwing kan hier blijven de vraag of en in hoeverre door verm inderden godsdienstzin ook in gemeenten m et m eer dan tien Joodsche m annen dit gemeenteleven niet mogelijk is, daar wij ons hier beperken tot de quantitatieve beteekenis van de verspreiding d er Joden. 'Vergelijking der cijfers van een aantal dezer minuscule gem eenschappen m et de cijfers van vorige volkstellingen toont aan, dat de m eeste vroeger grooter, soms zelfs belangrijk grooter waren. De daling is het gevolg van twee oorzaken: le. verhuizing naar grootere plaatsen; 2e. het ook op het platteland voorkomend verschijnsel d er geringere geboorte bij de Joden, in het bijzonder door late huwelijken. Een derde oorzaak, welke in Duitschland in de kleinste Joodsche gemeenschappen in belangrijke m ate is w aargenom en12), h eeft waarschijnlijk ook hier gew erkt: bet ongehuwd blijven van vele Joodsche vrouwen, hetzij door gebrek aan Joodsche mannen, hetzij d o o r het niet of gem engd huwen van dezen. Feitelijk zijn de Joden in plaatsen w aar zij in zóó geringen getale leven als uit deze tabel blijkt, afgesneden van de overige N ederlandsche Joodsche gemeenschap. Zeiden wij hierboven, dat de Joden op het platteland voor de Nederlandsche Joden als groep quantitatief weinig beteekenis m eer hebben, hier kan op grond van deze cijfers aan worden toegevoegd, dat deze beteekenis nog verder zal dalen, evenals die van de Joden, welke, niet wonende op het eigenlijke platteland, gevestigd zijn in grootere plaatsen, doch in kleine ge-» meensc'happen. De oorzaken van het hier geconstateerde verschijnsel, dat de m igratie der Joden in de negentiende eeuw niet een gelijken trek vertoont, doch zich zoo scherp in twee deelen, elk met een eigen karakter, laat verdeelen, zijn mijns inziens in hoofdzaak van econom ischen aard. Sinds 1870 neem t ook de kapitalistische ontwikkeling van Nederland een ander karakter aan en verloopt in sneller tempo dan vóór dien tijd. Niet slechts valt dit w aar te nemen in de steden en in de industrieele centra, doch ook op het platteland. U iteraard kunnen wij in het bestek van dit artikel zelfs geen bescheiden poging wagen deze ontwikkeling te schetsen. Slechts mogen wij, herinneren aan het o ntstaan eener groot-industrie sinds dien tijd; aan de ontwikkeling van, het bankwezen, m et zijn toenemende vestiging van filialen ook in de kleine plaatsen; aan de stichting der consum enten- 12) Vgl. S. Behr, Der Bevölkerungsrückgang der deutschen Juden, 1932,. biz. 71.

22 DE VERSPREIDING DER JODEN OVER NEDERLAND. 195 en producenten-, in het bijzonder der boerencoöperaties; aan de buitengewone uitbreiding van het handels- en landbouw onderw ijs. 'Van zeer groote beteekenis voor de m igratie der Joden in Nederland is in het bijzonder de ontwikkeling van het verkeer, welke in deze periode een aanvang neem t. Door de verbetering van het v e r keerswezen immers w ordt het platteland uit zijn isolement verlost. En w at dit voor Nederland beteekende, kan duidelijk w orden d oor de herinnering aan het feit, dat in 1860 nog slechts de volgende spoorlijnen bestonden: een ceintuurbaan U trecht A m sterdam Haarlem den H aag R otterdam Gouda Utrecht. Van U trecht ging de lijn: over Arnhem en Em merik naar Keulen. In het zuiden bestond nog het lijntje, dat de M oerdijk m et Antwerpen verbond, met een zijtak, van Roozendaal naar Breda. E erst door de groote spoorwegwet van 1860 werd de aanleg door den S taat verzekerd van de lijnen die de kern. van het hedendaagsche Nederlandsche spoorwegnet vormen. Sinds 1880 kreeg ook het stoom tram w egwezen groote beteekenis voor het platteland. D aarnaast ontstond de zoo belangrijk geworden stoom - binnenvaart, terwijl van een iets latere periode d ateert de ontw ikkeling van het rijwielverkeer en vooral in het laatste decennium het autom obiel- en autobusverkeer een ongedachte 'vlucht heeft genomen.- W at w aren de gevolgen dier ontwikkeling voor de Joden op het platteland? Om deze vraag te kunnen beantw oorden, moeten wij ons. eerst' voor oogen stellen, welke economisdhe functie zij op het platteland vervulden. De voornaam ste beroepen welke door hen werden uitgeoefendr waren die van kram er, van winkelier, van voorschotgever soms, en, vooral in de oostelijke provinciën die van slager, in het bijzonder van exportslager. De voornaam ste trek van deze beroepen, uitgeoefend op een vrij geïsoleerd en econom isch en sociaal nog achterlijk platteland is, dat zij de verbinding vorm en met de stad. In de behoeften der plattelanders, voorzoover deze niet bevredigd kunnen w orden door de productie van de eigen streek, w ordt voorzien door deze: Joodsche handelaars. Deze vorm en als het ware de verbinding van het platteland m et de stad: zij zijn de brug tusschen beide, hetgeen, zich ook hierin uit, dat zij veelal de producten verhandelen. Zij zijn dus door den loop der m aatschappelijke ontwikkeling als het w are voorposten van een kapitalistische productiewijze, welke in de steden vroeger, veel vroeger reeds een aanvang genomen had dan ophet platteland. Zij zijn in hun sociale functie niet kapitalisten, doch hun functie zelve is een kapitalistische. Met het doordringen van het kapitalisme op het platteland en de daarmede gepaard gaande verbetering der verbindingen, verliest deze sociale functie van brug met de steden aan beteekenis. D oor tweeërlei oorzaken. In de eerste plaats w ordt de brug, de tusschenschakel overbodig, doordat de plattelander zich eerder en gem ak

Verandering in de frequentie van het gemengde huwelijk

Verandering in de frequentie van het gemengde huwelijk Verandering in de frequentie van het gemengde huwelijk G. Dekker Aan het kerkelijk gemengde huwelijk wordt vanuit de sociale wetenschappen niet zo bijzonder veel aandacht geschonken. De belangstelling

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2010 en 2014 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties Deel 1: Gemiddelde leeftijd en leeftijdsopbouw Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen De se bevolkingskernen vertonen niet alleen een ongelijkmatig ruimtelijk spreidingspatroon, maar ook regionale verschillen

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2011 en 2015 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten Huishoudensprognose 26 2: belangrijkste uitkomsten Elma van Agtmaal-Wobma en Coen van Duin Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 26 tot 8,1 miljoen in 23. Daarna

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal Graydon kwartaal monitor Kwartaal 3 216 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht per branche 6 Vergelijking Q1-216, Q2 216 en Starters per branche 7 Opheffingen per branche 8 Faillissementen per branche

Nadere informatie

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Onderzoek Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale

Nadere informatie

Auteur: Onderzoek en statistiek gemeente Dronten Datum: 28 januari 2016 Voor vragen: Feiten en cijfers 2015 Bevolking

Auteur: Onderzoek en statistiek gemeente Dronten Datum: 28 januari 2016 Voor vragen: Feiten en cijfers 2015 Bevolking Auteur: Onderzoek en statistiek gemeente Dronten Datum: 28 januari 2016 Voor vragen: h.van.eijken@dronten.nl Feiten en cijfers 2015 Bevolking Inleiding Wat is Dronten feiten en cijfers Dit document is

Nadere informatie

Auteur: Gemeente Dronten Datum: 4 april 2017 Voor vragen: Feiten en cijfers 2016 Bevolking

Auteur: Gemeente Dronten Datum: 4 april 2017 Voor vragen: Feiten en cijfers 2016 Bevolking Auteur: Gemeente Dronten Datum: 4 april 2017 Voor vragen: h.van.eijken@dronten.nl Feiten en cijfers 2016 Bevolking Inleiding Wat is Dronten feiten en cijfers Dit document is een jaarlijks rapport met

Nadere informatie

Woningbouw in VINEX-bouwgemeenten: aantallen en bouwkosten

Woningbouw in VINEX-bouwgemeenten: aantallen en bouwkosten Auteur: Bert Bunschoten Centraal Bureau voor de Statistiek Telefoon: (070) 337 42 09 E-mail: bbnn@cbs.nl Woningbouw in VINEX-bouwgemeenten: aantallen en bouwkosten Geleidelijk worden er meer woningen gebouwd

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

Praktische opdracht Wiskunde C Bevolkingsgroei

Praktische opdracht Wiskunde C Bevolkingsgroei Praktische opdracht Wiskunde C Bevolkingsgroei Praktische-opdracht door een scholier 2048 woorden 22 april 2003 5,9 100 keer beoordeeld Vak Wiskunde C PRACTISCHE OPDRACHT WISKUNDE: BEVOLKING Inhoudsopgave:

Nadere informatie

Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2018 Voor vragen: Feiten en cijfers 2017 Bevolking

Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2018 Voor vragen: Feiten en cijfers 2017 Bevolking Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2018 Voor vragen: h.van.eijken@dronten.nl Feiten en cijfers 2017 Bevolking Inleiding Wat is Dronten feiten en cijfers Dit document is een jaarlijks rapport met

Nadere informatie

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006 Resultaten eindmeting, januari 2006 O&S Nijmegen januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de

Nadere informatie

Kerkbezoek met Pasen 2004

Kerkbezoek met Pasen 2004 Kerkbezoek met Pasen 2004 Memorandum nr. 330 september 2004 drs. Joris Kregting KASKI onderzoek en advies over religie en samenleving Toernooiveld 5 6525 ED Nijmegen Postbus 6656 6503 GD Nijmegen tel.

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2018

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2018 Graydon Kwartaal monitor 1 Voorwoord Inhoud De economie zit duidelijk in de lift. Na eerdere positieve berichten over de groeiende omvang van het Nederlandse bedrijfsleven, blijkt ook uit deze Graydon

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2016. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006 Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad, 1 mei 2007 (versie 2) In is het aantal dodelijke fietsongevallen flink gestegen. Om enig zicht te krijgen

Nadere informatie

Diversiteit in de Provinciale Staten

Diversiteit in de Provinciale Staten Onderzoek Diversiteit in de Provinciale Staten Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale Staten (PS) onderzocht. Het gaat

Nadere informatie

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Naar aanleiding van de 1 oktobertelling 2014 heeft VGS Adivio weer een korte analyse uitgevoerd waarbij onderzocht is in hoeverre de leerlingaantallen onderhevig

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. 1 In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de periode vanaf 1 januari tot 1 juli 2004.

Nadere informatie

Wonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen

Wonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen Arie de Graaf en Suzanne Loozen In 25 telde Nederland 4,2 miljoen personen van 18 jaar of ouder die zonder partner woonden. Eén op de drie volwassenen woont dus niet samen met een partner. Tussen 1995

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Arbeidsmarkt: verschil tussen Utrecht en Noorden van het land blijft groot

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Arbeidsmarkt: verschil tussen Utrecht en Noorden van het land blijft groot Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-145 29 juni 2000 9.30 uur Arbeidsmarkt: verschil tussen Utrecht en Noorden van het land blijft groot Door de gunstige ontwikkeling op de arbeidsmarkt

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 2002-2017. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer

Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O Research

Nadere informatie

Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007

Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007 Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007 24-06-2008, Bussum Etienne Lemmens, Orbis Inleiding Vergelijking Respons Regionale spreiding In de CAO voor de sector SW is opgenomen dat de verzuimbenchmark,

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 2011-2025

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 2011-2025 Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O Research

Nadere informatie

Concentratie allochtonen toegenomen

Concentratie allochtonen toegenomen Jan Latten 1), Han Nicolaas 2) en Karin Wittebrood 3) Niet-westerse wonen vanouds geconcentreerd in het westen van Nederland. Daarbinnen zijn ze geconcentreerd in de vier grote steden. In 4 bestond procent

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. De notitie is als volgt ingedeeld: 1. Samenvatting.

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O

Nadere informatie

Tabellen uit de positionpaper, opgesteld in opdracht min OCW, januari 2014

Tabellen uit de positionpaper, opgesteld in opdracht min OCW, januari 2014 1 Tabellen uit de positionpaper, opgesteld in opdracht min OCW, januari 2014 De meeste relevante tabellen met betrekking tot partneralimentatie zijn uit de positionpaper 1. Persoonlijk bruto inkomen Tabel

Nadere informatie

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-015 1 maart 2012 9.30 uur Gevoelens van onveiligheid iets verminderd Minder Nederlanders voelen zich onveilig Slachtofferschap veel voorkomende criminaliteit

Nadere informatie

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen Carel Harmsen en Joop Garssen Terwijl het aantal huishoudens met kinderen in de afgelopen vijf jaar vrijwel constant bleef, is het aantal eenouderhuishoudens sterk toegenomen. Vooral onder Turken en Marokkanen

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Drechterland

Demografische ontwikkeling Gemeente Drechterland Demografische ontwikkeling Gemeente Drechterland 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal Graydon kwartaal monitor Kwartaal 2 216 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht per branche 5 Vergelijking Q4-215, Q1 216 en Q2 216 Starters per branche 5 Opheffingen per branche 6 Faillissementen

Nadere informatie

Utrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN

Utrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN Utrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN 2001 CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN 2001 L. Hingstman R. Kenens November 2002 Aantal inwoners per full-time

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Koggenland

Demografische ontwikkeling Gemeente Koggenland Demografische ontwikkeling Gemeente Koggenland 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O

Nadere informatie

Bedrijfsleven optimistischer

Bedrijfsleven optimistischer Conjunctuurenquête Nederland tweede kwartaal 214: Bedrijfsleven optimistischer - Minder belemmeringen voor activiteiten - Ondernemers verwachten verbetering van economisch klimaat - Ondernemers minder

Nadere informatie

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen Ton Ferber In de jaren 1992 2001 was de gemiddelde looptijd van een WWuitkering elf maanden. Van de 4,3 miljoen beëindigde uitkeringen was de gemiddelde

Nadere informatie

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Nadere informatie

Huishoudensprognose : ontwikkelingen naar type en grootte

Huishoudensprognose : ontwikkelingen naar type en grootte Huishoudensprognose 5: ontwikkelingen naar type en grootte Andries de Jong Het aantal huishoudens neemt de komende decennia fors toe, van 6,9 miljoen in naar 8, miljoen in 5. Deze groei wordt vooral bepaald

Nadere informatie

Koopsom per maand, Nederland 2012-2013

Koopsom per maand, Nederland 2012-2013 Persbericht Woningmarktcijfers.nl, Heerlen 21-01-2014 Nederlandse woningmarkt stabiel in tweede halfjaar 2013 De gemiddelde koopsom van de door het Kadaster geregistreerde woningtransacties kwam in december

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

DE BEVOLKINGSDICHTHEID IN NEDERLANDSE GEMEENTEN GROTER DAN INWONERS. door. W. van Woerkom. augustus

DE BEVOLKINGSDICHTHEID IN NEDERLANDSE GEMEENTEN GROTER DAN INWONERS. door. W. van Woerkom. augustus W E R K D O C U M E N T DE BEVOLKNGSDCHTHED N NEDERLANDSE GEMEENTEN GROTER DAN 0.000 NWONERS door W. van Woerkom augustus M N S T E R E V A N V E R K E E R E N W A T E R S T A A T 830 J K S D E N S T V

Nadere informatie

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties Deel 2: Huishoudensgrootte

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties Deel 2: Huishoudensgrootte Deel 2: Huishoudensgrootte Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen Er bestaan soms aanzienlijke regionale verschillen in de grootte van huishoudens binnen hetzelfde type bevolkingsconcentratie. Het grootst

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de jaren 2002 en 2003. De notitie is als

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2017

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2017 Graydon kwartaal monitor 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Per branche Overzicht t.o.v. voorgaande kwartalen 6 Starters per branche 7 Faillissementen per branche 8 Opheffingen per branche 9 Netto-groei

Nadere informatie

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan Carel Harmsen en Liesbeth Steenhof In dit artikel wordt de levensloop gevolgd van jongeren die in 1995 het ouderlijk huis hebben verlaten. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de verschillen tussen herkomstgroeperingen.

Nadere informatie

Behoort bij schrijven no. 689.865

Behoort bij schrijven no. 689.865 Behoort bij schrijven no. 689.865 Ex. no.,2-c VERKIEZING TWEEDE KAMER 1963 - PSP Bij de ruim 70,000, door de PSP in maart 1962 gewonnen t.o.v. 1959» voegden zich op 15 mei jl. die van nog bijna 8.000 kiezers.

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor Q1 2018

Graydon Kwartaalmonitor Q1 2018 Graydon Kwartaal monitor 1 Voorwoord Inhoud Als u ooit een bedrijf heeft gestart, dan is de kans het grootst dat u dat in het eerste kwartaal van het jaar heeft gedaan. Veel ondernemers starten traditiegetrouw

Nadere informatie

Uit huis gaan van jongeren

Uit huis gaan van jongeren Arie de Graaf en Suzanne Loozen Jaarlijks verlaten bijna een kwart miljoen jongeren het ouderlijk huis. Een klein deel van hen is al vóór de achttiende verjaardag uit huis gegaan. De meeste jongeren gaan

Nadere informatie

Eerste helft 2018 & Q Graydon kwartaal monitor

Eerste helft 2018 & Q Graydon kwartaal monitor Eerste helft & Q2 Graydon kwartaal monitor Eerste helft & Q2 1 Eerste helft & Q2 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Faillissementen per branche 23 Opheffingen per branche 24 Netto-groei per branche 25 Overzicht

Nadere informatie

Vastgoedbericht juni 2010

Vastgoedbericht juni 2010 Vastgoedbericht juni 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex, het aantal verkochte

Nadere informatie

Langdurige werkloosheid in Nederland

Langdurige werkloosheid in Nederland Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.

Nadere informatie

Overzichtsrapport SER Gelderland

Overzichtsrapport SER Gelderland Overzichtsrapport SER Gelderland Bevolking en participatie In opdracht van SER Gelderland September 2008 Drs. J.D. Gardenier L.T. Schudde CAB Martinikerkhof 30 9712 JH Groningen 050-3115113 cab@cabgroningen.nl

Nadere informatie

Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2019 Voor vragen: Feiten en cijfers 2018 Bevolking

Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2019 Voor vragen: Feiten en cijfers 2018 Bevolking Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2019 Voor vragen: h.van.eijken@dronten.nl Feiten en cijfers 2018 Bevolking Inleiding Wat is Dronten feiten en cijfers Dit document is een jaarlijks rapport met

Nadere informatie

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van het Vervangingsfonds Frank Schoenmakers Rob Hoffius B3060 Leiden, 21 juni 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Verantwoording:

Nadere informatie

Graydon Kwartaal Monitor. Kwartaal

Graydon Kwartaal Monitor. Kwartaal Graydon kwartaal monitor Kwartaal 1 216 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht per branche 5 Vergelijking Q4-214, Q1 215 en Q2 215 Starters per branche 5 Opheffingen per branche 6 Faillissementen

Nadere informatie

Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025

Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Persbericht PB13 062 1 oktober 2013 9:30 uur Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Tussen 2012 en 2025 groeit de bevolking van Nederland met rond 650 duizend tot 17,4 miljoen

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de jaren 2003 en 2004. De notitie is als

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2014 een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Persbericht. Werkloosheid in alle provincies gedaald

Persbericht. Werkloosheid in alle provincies gedaald Persbericht PB99-191 28 juli 1999 9.30 uur Werkloosheid in alle provincies gedaald De gunstige ontwikkeling op de arbeidsmarkt in 1998 leidde in alle provincies tot een daling van de werkloosheid en een

Nadere informatie

Samenwoonrelaties stabieler

Samenwoonrelaties stabieler Anouschka van der Meulen en Arie de Graaf Op 1 januari 25 telde Nederland bijna 75 duizend paren die niet-gehuwd samenwonen. Ten opzichte van 1995 is dit aantal met bijna 45 procent toegenomen. Van de

Nadere informatie

Bedrijvigheid & werkgelegenheid in Zuidoost-Brabant. Tabellenboek Vestigingsregister 2014

Bedrijvigheid & werkgelegenheid in Zuidoost-Brabant. Tabellenboek Vestigingsregister 2014 Bedrijvigheid & werkgelegenheid in Zuidoost-Brabant Tabellenboek Vestigingsregister 2014 1 Bedrijvigheid en Werkgelegenheid in Zuidoost-Brabant Tabellen- en trendboek Vestigingenregister 2014 juni 2015

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal Graydon kwartaal monitor Kwartaal 1 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Per branche Overzicht Q3 216, Q4 216 en Q1 6 Starters per branche 7 Faillissementen per branche 8 Opheffingen per branche 9 Netto-groei

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-049 8 juli 2008 9.30 uur In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad Sterkste groei aan noordoostzijde Randstad Ook meer huishoudens in Noord-Brabant

Nadere informatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Mei 2007

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Mei 2007 Nieuwsflits Arbeidsmarkt Mei 2007 Amsterdam, juni 2007 Forse daling aantal niet-werkende werkzoekenden In 2007 daalde het aantal niet-werkende werkzoekenden (nww) met 13.500 (-2,6) naar 512.907. Dit is

Nadere informatie

Werkloosheid in oktober vrijwel onveranderd

Werkloosheid in oktober vrijwel onveranderd Persbericht Pb14-070 20 november 2014 09.30 uur Werkloosheid in oktober vrijwel onveranderd - Meer mensen aan het werk - Aantal WW-uitkeringen vrijwel onveranderd - WW-uitkeringen toegenomen vanuit seizoengevoelige

Nadere informatie

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003 R.J. Kenens L. Hingstman Februari 2004 NIVEL Postbus 1568, 3500 BN UTRECHT Telefoon: 030-27 29 700 www.nivel.nl Pagina 2 van 6 INLEIDING In

Nadere informatie

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald 7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van

Nadere informatie

Misdrijven en opsporing

Misdrijven en opsporing 4 Misdrijven en opsporing R.J. Kessels en W.T. Vissers In 2015 registreerde de politie 960.000 misdrijven, 4,6% minder dan in 2014. Sinds 2007 is de geregistreerde criminaliteit met ruim een kwart afgenomen.

Nadere informatie

Woningmarktrapport 4e kwartaal 2015. Gemeente Amsterdam

Woningmarktrapport 4e kwartaal 2015. Gemeente Amsterdam Woningmarktrapport 4e kwartaal 215 Gemeente Amsterdam Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 3 Aantal verkocht 25 2 15 1 5 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 1e kwartaal

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn Andijk Opmeer Medemblik Wervershoof Enkhuizen Stede Broec Koggenland Hoorn Drechterland Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2

Nadere informatie

Artikelen. Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten. Maarten Alders en Han Nicolaas

Artikelen. Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten. Maarten Alders en Han Nicolaas Artikelen Huishoudensprognose 2 25: belangrijkste uitkomsten Maarten Alders en Han Nicolaas Het aantal huishoudens neemt de komende jaren toe, van 7,1 miljoen in 25 tot 8,1 miljoen in 25. Dit blijkt uit

Nadere informatie

Demografische kenmerken van Tsjechen en Slowaken in Nederland

Demografische kenmerken van Tsjechen en Slowaken in Nederland Demografische kenmerken van Tsjechen en Slowaken in Nederland Lada Mulalic, Carel Harmsen en Ko Oudhof Sinds de toetreding van en tot de EU is het aantal Tsjechen en Slowaken in Nederland sterk toegenomen.

Nadere informatie

Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009

Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009 Aan: Van: Ashna Nakched Evert Pommer en Klarita Sadiraj Inlichtingen bij Evert Pommer e.pommer@scp.nl T 7947 kamer D-0608 Datum 24 januari 2010 Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009 Het ministerie van

Nadere informatie

BEROEPSBEVOLKING EN PENDEL PROVINCIE FLEVOLAND 2000 SAMENVATTING

BEROEPSBEVOLKING EN PENDEL PROVINCIE FLEVOLAND 2000 SAMENVATTING BEROEPSBEVOLKING EN PENDEL PROVINCIE FLEVOLAND 2000 SAMENVATTING Arbeidsmarkt Arbeidsparticipatie Van de 15 tot 65-jarige bevolking in Flevoland behoort 71% tot de beroepsbevolking (tabel 1) tegenover

Nadere informatie

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill.

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. secondant #2 april 2009 7 Geweldsdelicten tussen - Daling van geweld komt niet uit de verf Crimi-trends

Nadere informatie

*Inkomende post 3368 %PAGE%

*Inkomende post 3368 %PAGE% WISCAT-pabo inhoud Inleiding Afnames studiejaar 201 1-2012 Kandidaten studiejaar 201 1-2012 Trends tot en met 2 3 8 11 pagina 1 I 13 WISCAT-pabo. J Inleiding In deze rappodage zullen de toetsresultaten

Nadere informatie

Persoonlijke gegevens raadsleden

Persoonlijke gegevens raadsleden Persoonlijke gegevens raadsleden Dit document bevat de volgende gegevens van raadsleden: Aantal raadsleden naar gemeentegrootte 1998-2016. Aantal raadsleden naar politieke partij 1998-2016. Aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen April 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen blijven stijgen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor. incl Kwartaal 4

Graydon Kwartaalmonitor. incl Kwartaal 4 Graydon kwartaal monitor incl Kwartaal 4 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Per branche Overzicht Q2, Q3 en Q4 6 Starters per branche 7 Opheffingen per branche 8 Faillissementen per branche 9 Netto-Groei

Nadere informatie

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Factsheet Groothandel in Bloembollen 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 31 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer

Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Andijk Opmeer Medemblik Wervershoof Enkhuizen Stede Broec Koggenland Hoorn Drechterland Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1

Nadere informatie

Werkgelegenheidsonderzoek 2010

Werkgelegenheidsonderzoek 2010 2010 pr ov i nc i e g r oni ng e n Wer kgel egenhei dsonder zoek Eenanal ysevandeont wi kkel i ngen i ndewer kgel egenhei di nde pr ovi nci egr oni ngen Werkgelegenheidsonderzoek 2010 Werkgelegenheidsonderzoek

Nadere informatie

Allochtonen, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (http://www.clo.nl)

Allochtonen, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (http://www.clo.nl) Indicator 13 februari 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2012 woonden er in Nederland

Nadere informatie

Eerste helft 2017 & Q Graydon kwartaal monitor

Eerste helft 2017 & Q Graydon kwartaal monitor Eerste helft & Q2 Graydon kwartaal monitor Eerste helft & Q2 1 Eerste helft & Q2 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht eerste helft 6 Algemeen overzicht 7 Per branche Overzicht eerste helft 216 en

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Andijk Opmeer Medemblik Wervershoof Enkhuizen Stede Broec Koggenland Hoorn Drechterland Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners

Nadere informatie

Ruimtelijke verspreiding van bevolkingskernen in Nederland

Ruimtelijke verspreiding van bevolkingskernen in Nederland Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen Kleine en grote bevolkingskernen zijn ongelijkmatig over het Nederlandse grondgebied verspreid. Landelijke kernen treft men meer aan in de perifeer gelegen provincies,

Nadere informatie

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Zaak A 98/2 Campina Melkunie / Benelux-Merkenbureau

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Zaak A 98/2 Campina Melkunie / Benelux-Merkenbureau COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF Zaak A 98/2 Campina Melkunie / Benelux-Merkenbureau Nadere conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda (stuk A 98/2/17) GRIFFIE REGENTSCHAPSSTRAAT 39 1000 BRUSSEL

Nadere informatie

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet Publicatiedatum CBS-website: 16 juli 2007 Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet Centraal Bureau voor de Statistiek Samenvatting Op 1 januari 2006 is de nieuwe Zorgverzekeringswet inwerking getreden,

Nadere informatie

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen pagina 1 18 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 Documentnummer 20111098N van Daniella van der Veen datum 29 november 2011 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks

Nadere informatie

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen Juni 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting

Nadere informatie