Vermogensverlies, hoger brandstofverbruik, herhaalde regeneratie, foutmeldingen verstopt roetfilter.

Transcriptie

1 (1) Reinigingsset voor dieselpartikelfilters Niet-ontvlambare metaalvrije reiniger voor de reiniging van roet- en koolafzetting in dieselpartikelfilters. Het naspoelconcentraat zorgt voor een vlotte afvoer van de roetpartikels uit het filter. Reiniging is mogelijk zonder demontage van het roetfilter Eigenschappen Dieselpartikelfilterreiniger : maakt zeer efficient koolafzettingen los, vooral in partikelfilters, niet-ontvlambaar, metaalvrij. Naspoelconcentraat : bevordert de afvoer van roetpartikels, neutrale as- en metaalvrije formule. voor de behandeling na de behandeling Benodigdheden 1 x MP131/132 1 x MF983 1 x MP157 Klacht Vermogensverlies, hoger brandstofverbruik, herhaalde regeneratie, foutmeldingen verstopt roetfilter. Oorzaak Door verontreinigde motoronderdelen zoals inlaat, EGR, turbolader of dieselinjectoren veroorzaakt verhoogde roetvorming de verzadiging van het roetfilter. zie volgend blad >

2 Dieselpartikelfilter flowchart SI 131_1212 Ongunstig rijprofiel (korte ritten) Foutcodes met diagnose-apparaat uitlezen Verschildruk te hoog, DPF verstopt met teveel roet Aslading van het filter te hoog Gemeten data, bv. verschildruk of waarden voor correctie van het stationair toerental opslaan Onderdeeldiagnose Oorzaken voor de oververzadiging met roet opsporen Vervuilde injectoren, met als gevolg hoge roetvorming Ontbrekend motorvermogen Motorcontrolelampje brandt DPF controlelampje brandt of knippert Vervuild AGR/ EGR systeem, met als gevolg hoge roetvorming Verschildruk sensor defect of leidingen naar de sensor verstopt Opgelet: test-apparaat moet de verzadiging in de boordcomputer kunnen resetten, anders is een succesvolle reiniging niet mogelijk SYMPTOOM OORZAAK VINDEN DPF met MP 131 volgens SI 131 reinigen Injectorreiniging met MP 127 doorvoeren AGR/EGR met MP 129 en MP 138 reinigen Verschildruk sensor vervangen DPF met MP 131 volgens SI 131 reinigen Preventief regelmatig MP 184 inzetten Regelmatig langere ritten maken Onderdeeldiagnose, controleren of de fout opgelost is, foutcode resetten evt. injectoren vervangen, bij mechanisch defect DPF met MP 131 volgens SI 131 reinigen Preventief regelmatig MF 983 inzetten Onderdeeldiagnose, controleren of de fout opgelost is, foutcode resetten evt. AGR/ EGR systeem vervangen, bij elektrisch defect DPF met MP 131 volgens SI 131 reinigen Preventief regelmatig MF 983 inzetten Leiding naar de sensor met MP 129 reinigen Foutcode resetten Verzadiging in boordcomputer resetten (beslissing van de klant) Regeneratieproefrit doorvoeren. Verzadigingswaarden uitlezen en opslaan PROBLEEM OPLOSSEN PREVENTIE

3 SOPP Kaart SI 131_1212 Symptoom Oorzaak/maatregel Mogelijke probleemoplossers Preventie MP 127 MP 129 MP 131 MP 138 MP 983 MP 184 Vermogensverlies Verhoogd brandstofverbruik Motor controlelampje brandt Inlaatspruitstuk en/of turbocompressor controleren en evt. reinigen Verzadigingstoestand/verschildruk van het DPF controleren en evt. reinigen Inlaatspruitstuk controleren en evt. reinigen Inlaatspruitstuk controleren en evt. reinigen Luide dieselklop Onregelmatige stationaire loop Verzadigingstoestand/verschildruk van het DPF controleren en evt. reinigen Gasklep controleren en evt. reinigen Motor valt stil bij stationaire loop Rookontwikkeling (zwart) bij voertuigen zonder DPF Verstopte DPF DPF lampje brandt of knippert Slechte emissiewaarden Stotteren bij lastwissels Gasklep controleren en evt. reinigen AGR-/EGR-Ventil controleren en evt. reinigen Gasklep controleren en evt. reinigen DPF herhaaldelijk verstopt of frequente regeneratie Verzadigingstoestand/verschildruk van het DPF controleren en met MP 131 reinigen

4 (1) Reinigingsset voor dieselpartikelfilters Belangrijke opmerkingen: Bij partikelfilters die een mechanische beschadiging zoals bv. versmelting door oververhitting opgelopen hebben, moet het partikelfilter vervangen worden. Wanneer dieselpartikelfilters vervuild zijn kunnen deze met het systeem gereinigd worden. Tijdens de werkzaamheden geschikte kledij, beschermende handschoenen en veiligheidsbril/gezichtsbescherming dragen! De reiniging van het dieselpartikelfilter vervangt niet de constructeursvoorschriften m.b.t. de filterwissel. I ndien het voertuig door het verstopte dieselpartikelfilter niet meer start, mag de reiniging niet plaatsvinden! Voor de reinging de oorzaak van de verstopping van het partikelfilter opsporen. (zie blad foutmeldingen DPF) Indien dit niet te wijten is aan het rijprofiel van de klant, uitlaatgas-gerelateerde onderdelen (bv. AGR, injectoren) nakijken. Voor de reiniging het oliepeil nakijken! Wanneer dit te hoog is in ieder geval oliewissel doorvoeren (gevaar voor olieverdunning door diesel). Motor niet warm rijden! De temperatuur van het partikelfilter mag maximaal 50 C bedragen. Geen andere chemicaliën (bv. reiniger, was) met het DPF-reinigingspistool verwerken, de reiniger in het drukbekerpistool niet boven 30 C laten opwarmen, daar het gevaar bestaat van chemische reacties bestaat. De reiniger onmiddellijk na het vullen van het drukbekerpistool opgebruiken (uiterlijk na 30 min.). Na de reiniging moet het dieselpartikelfilter altijd met de spoeloplossing MP 132 nagespoeld worden! De leidingen voor de verschildruksensor moeten na de spoeling met perslucht doorgeblazen worden! Tijdens het blazen de leidingen van de sensor demonteren! Indien geen sondes of sensoren aanwezig zijn moet de uitlaatbuis gedemonteerd worden. De reiniging en spoeling is met de speciale sonde ook mogelijk door de katalysator. Daarna foutdiagnose lezen en eventuele fouten resetten. Indien tijdens de proefrit geen regeneratie plaatsgevonden heeft, moet deze manueel met de werkplaatstester geactiveerd worden. Tijdens de regeneratie in ieder geval de veiligheidsvoorschriften van de constructeur volgen! (Opgepast brandgevaar!) Aansluitende inwendige motorreiniger uitvoeren met MP157 inwendige motorreiniger. Vervolg zie volgend blad >

5 (1) Reinigingsset voor dieselpartikelfilters 1. Temperatuursensor of drukaansluiting voor het partikelfilter demonteren (zie afbeelding 1). 2. Sproeisonde in de ontstane opening, met sproeirichting partikelfilter, invoeren. Indien nodig de sonde lichtjes buigen. Opgelet: sonde niet meer dan 45 buigen! (zie afbeelding 2). 3. De reiniger MP 131 met intervallen (ca. 5s sproeien ca. 5s laten inwerken) in het partikelfilter sproeien (zie afbeelding 3). afbeelding 1 4. Na de reiniging altijd met de naspoeloplossing MP 132 het partikelfilter spoelen (zie afbeelding 4). 5. Vervolgens de temperatuursensor of drukaansluiting terug monteren en op dichtheid controleren. 6. Foutdiagnose lezen, indien nodig resetten, voertuig minstens 15 min. stilstaand laten draaien om het grootste deel van de vloeistof te verdampen (afzuiging aansluiten), Microflex 983 aan de tankinhoud toevoegen. Proefrit maken (min. 30 min., de daarbij optredende nevelvorming is slechts waterdamp), vervolgens indien nodig filterregeneratie manueel met de tester starten. Constructeursveiligheidsvoorschriften voor de regeneratie volgen! (zie afbeelding 5). afbeelding 2 7. Microflex 983 aan de tankinhoud toevoegen. 8. Proefrit maken van min 30 minuten. De daarbij optredende stoomvorming is slechts waterdamp. afbeelding 3 9. Indien nodig filterregeneratie manueel met de tester starten. 10. Inwendige motorreiniger uitvoeren met MP157. afbeelding 4 afbeelding 5

6 (2) Oorzaken van verontreiniging van het dieselpartikelfilter Indien de roetwaarden duidelijk verminderen is de reinigingsprocedure succesvol. Indien na de reiniging in korte tijd opnieuw een verzadiging van het roetfilter optreedt is de oorzaak hiervan eerst vast te stellen en te verhelpen. Luchtmassameter Dit onderdeel meet de hoeveelheid lucht en de temperatuur daarvan. Indien dit onderdeel niet goed functioneert of defect is ontvangen de injectoren een foutief signal waardoor sterke roetontwikkeling ontstaat. Deze vervuilen het uitlaatsysteem. Vervangen. EGR Dit onderdeel recirculeert uitlaatgassen naar de inlaat om deze opnieuw te verbranden en enigzins te zuiveren. intake, Indien de EGR vervuild of defect is zullen te sterk vervuilde uitlaatgassen veroorzaken roetvorming in het uitlaatsysteem. Bij vervuiling > in uitgeboude toestand reinigen met MP129 Bij defecten > vervangen Turboslang of intercooler Indien turboslangen of intercooler defect zijn of niet goed gemonteerd zijn ontsnapt er inlaatlucht. De luchtmassameter heeft lucht gemeten welke niet in de verbrandingkamer geraakt. De injectoren geven meer dieselbrandstof af dan de motor kan verbranden, de niet verbrande dieselbrandstof zal roetvorming veroorzaken in het uitlaatsysteem. Injectoren Deze onderdelen zorgen voor een exacte verstuiving van die-selbrandstof in de verbrandingsruimte. Indien de injectoren vervuild of defect zijn ontstaat er een slechte verstuiving, de dieselbrandstof verbrand onvolledig. Zwarte rook veroorzaakt roetvorming in het uitlaatsysteem. Turbocompressor De turbo verdraagt geen grote hoeveelheden vuil. De variabele geometrie kan blokkeren door roetvorming of verbranding / kristalisering van olie bij oudere motoren. Het is belangrijk te achterhalen of de oorzaak roet of olie is. Vervangen Bij vervuiling > reiniging met TUNAP MP 127 Bij defecten > vervangen Bij vervuiling > reiniging met TUNAP MP 129. Bij defecten > vervangen

7 (3) Voorbeeld van reinigingsresultaat dieselpartikelfilterreiniger Performed by René van der List Date Report Cleaning DPF Cleaning / treatment Motor oil system Cabrioletkap / Verdeck Diesel injection system X DPF Petrol injection system A/C Klima Cooling Kühlung Description complaint Foutcode DTC P242F Roetfilter verstopt ID vehicle Werkordernr Brand + Type Mazda CITD ID km stand? Warranty Kulantz? Yes Used Tunap products and duration Art Nr MP 131 Art Nr MP 132 Art Nr Total duration 1u00 Dealer Name Autobedrijf Noteboom Rotterdam B.V. Contact Martin Bijl / Edwin Bravenboer Adress Kamerlingh Onnesweg 32 Telnr: Postal Code 2991 XL Place Barendrecht Result + extra info Before % saturation DPF iddle % saturation DPF 3000 rpm difference Pressure DPF (with atmosphere) at iddle difference Pressure DPF 3000 rpm After Cleaning / no testdrive % saturation DPF iddle % saturation DPF 3000 rpm difference Pressure DPF iddle difference Pressure DPF 3000 rpm After Cleaning + testdrive (15km) + regeneration % saturation DPF iddle % saturation DPF 3000 rpm difference Pressure DPF iddle difference Pressure DPF 3000 rpm 6,63kpa 27,28kpa 0,80kpa 8,59kpa 0,50kpa 1,25kpa EXTRA INFO Statische regeneratie, geïnitieerd door diagnosecomputer