Samen leren, samen wijs.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samen leren, samen wijs."

Transcriptie

1 Samen leren, samen wijs. Verdieping in de huidige situatie omtrent het werken met of begeleiden van kinderen met een lichamelijke of verstandelijke beperking binnen het reguliere basisonderwijs in Nederland en een situatieschets van inclusief onderwijs in Europa Datum: Studenten: Begeleidster: Jomi Sahertian Lisanne de Jonge Hetty Tonneijck 1

2 Inhoudsopgave 1. Voorwoord Algemene Inleiding De stand van zaken binnen het regulier- en speciaal basisonderwijs Regulier- en speciaal basisonderwijs De groei in het speciaal basisonderwijs Inclusief onderwijs Mogelijke ontwikkelingen binnen het reguliere basisonderwijs voor kinderen met een beperking, schoolbesturen en leerkrachten Tips voor scholen en leerkrachten Korte samenvatting en visie Het overheidsbeleid en de wetgeving omtrent inclusief onderwijs Het overheidsbeleid door de jaren heen De wetgeving Wat is leerlinggebonden financiering Ervaringen van ouders met betrekking tot het overheidsbeleid Ervaringen van kinderen met een beperking binnen het reguliere basisonderwijs Korte samenvatting en visie Evaluatie van het huidige beleid en de nieuwe wetgeving Wat zijn de knelpunten in de huidige zorgstructuur Inhoud nieuwe wet Passend Onderwijs Ergotherapie en inclusief onderwijs Geschiedenis van de kinderergotherapie binnen het onderwijs in Nederland Kinderergotherapie en modellen in het basisonderwijs in Nederland Beschrijving van de ergotherapeut in samenwerking met het kind en zijn/haar omgeving Korte samenvatting en visie Huidige situatie in het buitenland Verdeling landen in categorieën van onderwijsaanbod Steun aan leerkrachten en scholen Opleiding voor het lesgeven aan kinderen met een beperking Conclusie en visie Overall conclusie Nawoord Bronnenlijst Bijlage Bijlage

3 1. Voorwoord Voor u ligt de afstudeerscriptie van Lisanne de Jonge en Jomi Sahertian. Wij zijn laatstejaars studenten van de Hogeschool van Amsterdam aan de opleiding Ergotherapie. We hebben als afstudeeropdracht gekozen voor een thema. Kenmerkend voor deze vorm van afstuderen is dat wij zelf een vraagstelling hebben mogen formuleren die voortkomt uit eigen belangstelling en perspectief in de beroepsuitoefening. Onze interesse gaat uit naar kinderen met een lichamelijke of verstandelijke beperking. Wij zijn op zoek gegaan naar onderwerpen die momenteel spelen binnen de Nederlandse maatschappij. Daaruit blijkt dat er momenteel veel aandacht wordt geschonken aan het inclusieve onderwijs. Deze scriptie is ontwikkeld naar aanleiding van een verdieping in de huidige situatie omtrent het werken met of begeleiden van kinderen met een lichamelijke of verstandelijke beperking binnen het reguliere basisonderwijs in Nederland. Een vergelijking met de situatie in Europa betreft inclusief onderwijs zal in deze scriptie ook aan bod komen, deze vergelijking hebben wij gebruikt om aanbevelingen op te stellen. Het lezen van deze scriptie biedt ouders van kinderen met een beperking, leerkrachten, ergotherapeuten, schoolbesturen en leerkrachten in opleiding de mogelijkheid meer duidelijkheid te verkrijgen over inclusief onderwijs. In dit verslag wordt concreet naar voren gebracht wat inclusief onderwijs is, hoe de wet- en regelgeving er uit ziet in Nederland, de rol van de ergotherapeut bij inclusief onderwijs en er wordt een korte situatieschets van inclusief onderwijs van 25 landen van Europa gegeven. Wij willen Hetty Tonneijck bedanken voor de ondersteuning en kritische blik tijdens de literatuurstudie en het schrijven van de scriptie. Veel leesplezier! 3

4 2. Algemene Inleiding Door onze interesse in het onderwerp: kinderen met een verstandelijke of lichamelijke beperking in het reguliere basisonderwijs in Nederland en door de verdieping in de verschillende literatuur en eerdere projecten zijn wij tot het volgende onderwerp voor de scriptie gekomen: Verdieping in de huidige situatie omtrent het werken met of begeleiden van kinderen met een lichamelijke of verstandelijke beperking binnen het reguliere basisonderwijs in Nederland en een situatieschets van inclusief onderwijs in Europa In het eerste hoofdstuk wordt de stand van zaken binnen het reguliere basisonderwijs en het speciale basisonderwijs beschreven. De groei van kinderen in het reguliere basis-, en speciaal onderwijs is in kaart gebracht. Daarnaast worden de voor- en nadelen van regulier basisonderwijs aan kinderen met een beperking beschreven. Tevens is er een vergelijking gemaakt tussen de voor en nadelen van regulier en speciaal basisonderwijs. Aan het eind van het hoofdstuk staan de conclusies beschreven en geven wij onze reactie op de conclusies. In het tweede hoofdstuk wordt er beschreven hoe het overheidsbeleid zich in de loop der jaren heeft ontwikkeld, de huidige wet- en regelgeving omtrent inclusief onderwijs in Nederland en hoe de toekomstige wet en regelgeving er uit komt te zien. Tevens worden in dit hoofdstuk de gevolgen en ervaringen van ouders van kinderen met een beperking die naar het reguliere basisonderwijs willen of hier aan deelnemen in kaart gebracht. Aan het eind van het hoofdstuk staan de conclusies beschreven en wordt er een reactie gegeven op deze conclusies. In het derde hoofdstuk wordt de evaluatie van het huidige beleid in Nederland beschreven. Verder staan de toekomstplannen van de Nederlandse overheid gericht op het beleid van inclusief onderwijs beschreven. In dit hoofdstuk wordt een evaluatie gegeven met betrekking tot leerlinggebonden financiering en het Weer Samen Naar School beleid. De huidige knelpunten komen aan bod en aan de hand van deze knelpunten komen de motieven en consequenties voor nieuwe wetgeving aan bod. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een conclusie en een beschrijving van onze visie. In het vierde hoofdstuk wordt de rol van de ergotherapie binnen het inclusieve onderwijs beschreven. De vaardigheden en handelingen van de ergotherapeut bij het werken met kinderen in het basisonderwijs komen aan bod. Knelpunten van de ergotherapie in het inclusief onderwijs zullen ook beschreven worden. Daarnaast staat er in dit hoofdstuk beschreven hoe de ergotherapeut zich meer zou kunnen profileren in het inclusief onderwijs. Aan het eind van het hoofdstuk wordt de conclusie en onze visie beschreven. In het vijfde hoofdstuk wordt de situatie omtrent inclusief onderwijs in het buitenland beschreven. De situatie in Nederland zal steeds kort beschreven worden in vergelijking met de situatie in het Buitenland. In dit hoofdstuk komt het percentage leerlingen met een beperking (op speciaal onderwijs), het beleid van de landen en de situatie van de leerkracht (in opleiding) aan bod komen. De informatie uit dit hoofdstuk komt van het Europese Agency en de daarbij aangesloten National Working Partners waaronder onder andere leden van het ministerie van onderwijs in ieder land. Aan het einde van deze scriptie wordt een overall conclusie met onze visie gegeven. 4

5 3. De stand van zaken binnen het regulier- en speciaal basisonderwijs Inleiding In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe het reguliere basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en inclusief basisonderwijs eruit ziet in Nederland. Tevens komt de groei van leerlingen op het speciaal- en regulierbasisonderwijs aan bod. Uit onderzoek blijkt dat er steeds meer kinderen met een beperking zijn die inclusief onderwijs gaan volgen (zie hoofdstuk 3.2.). Daarom is ervoor gekozen om in dit hoofdstuk de voor- en nadelen van inclusief onderwijs onder de loep te nemen. Daarnaast zijn er aan de hand van literatuur tips geschreven om inclusief onderwijs zo goed mogelijk te laten verlopen. Deze tips zijn gericht op scholen en leerkrachten, zodat zij hier mogelijk gebruik van kunnen maken binnen het inclusief onderwijs. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een complete samenvatting onze visie op dit hoofdstuk. 5

6 3.1. Regulier- en speciaal basisonderwijs Basisonderwijs In 1985 is de basisschool ontstaan in Nederland, in plaats van de kleuterschool en lagere school. Er zijn in Nederland ongeveer 7000 basisscholen die basisonderwijs aanbieden. Het basisonderwijs wil een bijdrage leveren aan de persoonsvorming van de leerlingen als deel van hun opvoeding, aan de vorming in maatschappelijke en culturele zin ter voorbereiding op toekomstig democratisch staatsburgerschap en verantwoordelijkheidsgevoel en daarnaast wil het basisonderwijs een bijdrage leveren aan de voorbereiding op de beroepsuitoefening en deelname aan de arbeidsmarkt. (Ahlers, J. Vreugdenhil, K., 2006) In Nederland ontvangen ouders meestal een brief wanneer hun kind drie geworden is. Dan hebben ze de mogelijkheid om hun kind in te schrijven bij een basisschool naar keuze. Vanaf hun vierde levensjaar hebben kinderen de mogelijkheid om naar school te gaan en vanaf hun vijfde levensjaar geldt de leerplicht. Deze wet is in 1901 ingevoerd in Nederland en heeft als doel dat kinderen vanaf hun vijfde jaar verplicht zijn om onderwijs te volgen. De basisschool is onderverdeeld in acht groepen. Groep 1 tot en met 4 behoren bij de onderbouw en de groepen 5 tot en met 8 behoren bij de bovenbouw. De indeling van de groepen verschilt per school. Sommige scholen plaatsen kinderen met verschillende leeftijden in een groep bij elkaar en andere scholen plaatsten kinderen met hetzelfde ontwikkelingsniveau bij elkaar. Hieruit blijkt dat scholen rekening houden met verschillen tussen kinderen. Speciaal onderwijs Sinds 1998 kan een kind met een beperking in Nederland ook naar een school voor speciaal basisonderwijs. Kinderen die het binnen het reguliere onderwijs niet redden door bijvoorbeeld een gedragsstoornis of doordat ze moeilijk kunnen leren, hebben de mogelijkheid om onderwijs te volgen op het speciaal basisonderwijs. Het speciaal basisonderwijs is bedoeld voor kinderen die extra zorg nodig hebben. Tot het speciaal onderwijs behoren: scholen voor dove kinderen, slechthorende kinderen, kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden, visueel gehandicapte kinderen, zeer moeilijk lerende kinderen en kinderen, kinderen met lichamelijke of verstandelijke beperking of met een chronische ziekte. Ook het speciaal basisonderwijs is onderverdeeld in acht groepen voor kinderen in de leeftijd van vier tot en met twaalf jaar. De groepen binnen het speciaal onderwijs zijn kleiner (gemiddeld vijftien leerlingen) dan binnen het reguliere onderwijs (gemiddeld 25 leerlingen). Hierdoor kunnen ze meer individuele begeleiding krijgen en houdt de leerkracht rekening met het tempo van iedere leerling. Ook zijn er binnen het speciaal onderwijs veel materialen en hulpmiddelen beschikbaar. ( Ahlers, J. Vreugdenhil, K., 2003) Het speciaal onderwijs is in vier clusters ingedeeld: Cluster 1: Scholen voor visueel gehandicapte kinderen (blind of slechtziend) Cluster 2: Scholen voor kinderen met gehoorproblemen Cluster 3: Scholen voor kinderen met een lichamelijke handicap of verstandelijk leerprobleem en voor kinderen met een chronische ziekte Cluster 4: Scholen voor kinderen met ernstige gedrag- of psychiatrische problemen. (Dijk, van B., Slabbertje, A., Maarschalkerweerd, A., 2007) 6

7 3.2. De groei in het speciaal basisonderwijs In dit hoofdstuk komt de groei van het aantal kinderen met een beperking binnen het speciaal onderwijs aan bod. Dit zal van invloed zijn op de huidige onderwijssituatie met betrekking tot inclusief onderwijs in Nederland. Tussen 2000 en 2005 is het aantal leerlingen in het speciaal onderwijs in Nederland sterk toegenomen en neemt nog steeds toe (zie tabel 1). Dit komt mede doordat de groei van het aantal kinderen toeneemt (bevolkingsgroei), kinderen eerder gediagnosticeerd worden als kinderen met een beperking (bijvoorbeeld ADHD) en steeds meer allochtone kinderen onderwijs gaan volgen. De kans is groter dat kinderen met een beperking deel gaan nemen aan het reguliere onderwijs aangezien ouders voor inclusief onderwijs (zie hoofdstuk 3.3) kunnen kiezen. Dit is mede mogelijk doordat er in Nederland steeds betere wet- en regelgeving is en er meer voorzieningen zijn voor een kind met een beperking. Het totale aantal kinderen in het regulier onderwijs (2004) bedraagt ruim 1,5 miljoen in basisscholen. Daarnaast zitten er ruim kinderen op een school voor speciaal onderwijs verdeeld over 332 scholen. Ongeveer 5% van het totale aantal kinderen gaat op dit moment naar speciaal onderwijs. Het is van groot belang dat scholen proberen aan te sluiten bij deze groei en maatregelen nemen om kinderen met een beperking te kunnen plaatsen op het reguliere onderwijs (Ahlers, J. Vreugdenhil, K., 2006). De groei van het aantal leerlingen in het speciaal onderwijs is in onderstaande tabel aangegeven. Tabel 1 Aantal leerlingen Speciaal onderwijs (SO) In onderstaande tabel worden de ontwikkelingen in absolute aantallen per cluster weergegeven van kinderen binnen het speciaal basisonderwijs. Tabel 4. Cluster Cluster 2 Cluster 2 Cluster 3 Cluster 3 Cluster 4 Cluster 4 Jaar Speciaal onderwijs Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Groei van het (voortgezet) speciaal onderwijs. 7

8 3.3. Inclusief onderwijs In 1994 heeft Nederland net als alle andere landen die lid zijn van United Nations Educational Scientific and Cultural Organisation (UNESCO) de Salamanca- verklaring ondertekend (zie bijlage 1). De landen hebben zich daarin tot doel gesteld het principe van inclusief onderwijs aan te nemen en de hoogste prioriteit te geven aan de verbetering van het onderwijs om dat mogelijk te maken. Voor de complete tekst van de Salamanca verklaring verwijzen wij naar de bijlage (Bolsenbroek, van Houten & Nossin, 2006). Kinderen moeten in staat gesteld worden om op te groeien als onafhankelijke, functionerende volwassenen. Het onderwijs heeft hier een groot aandeel in. Binnen Europa is men van mening dat inclusief onderwijs bijdraagt bij het verstrekken van gelijke kansen voor kinderen met een beperking. Het doel van inclusief is dat kinderen met- en zonder beperkingen samen naar dezelfde reguliere basisschool in de woonomgeving kunnen gaan. Steeds meer ouders willen inclusief onderwijs waar ieder kind aan kan deelnemen. Inclusief onderwijs gaat over 'mee doen' en 'erbij horen' (Meijer, 2004). Inclusief onderwijs kan alleen als er bepaalde randvoorwaarden aan gesteld worden, zoals bijvoorbeeld een individueel programma en een veilig en prettig klimaat voor kinderen die extra aandacht nodig hebben. Daarnaast moeten er voldoende mogelijkheden zijn binnen een school om deze kinderen te kunnen ondersteunen (Chronisch zieke en Gehandicapten Raad, november 2005). Wat de benodigdheden zijn om inclusief onderwijs aan te bieden wordt in het vervolg van dit hoofdstuk beschreven. 8

9 3.4. Mogelijke ontwikkelingen binnen het reguliere basisonderwijs voor kinderen met een beperking, schoolbesturen en leerkrachten. In dit hoofdstuk wordt beschreven wat de mogelijke ontwikkelingen binnen het reguliere basisonderwijs zijn voor kinderen met een beperking. Door verdieping in zowel de voor- en nadelen van het reguliere basisonderwijs voor kinderen met een beperking wordt de huidige situatie in Nederland beschreven. Onderstaand wordt beschreven wat de mogelijke voordelen van inclusief onderwijs kunnen zijn voor kinderen met een beperking, ouders, schoolbesturen en leerkrachten. Voordelen voor kinderen met een beperking Uit werkconferenties van de Stichting Perspectief (2005) over inclusief onderwijs komt naar voren dat kinderen met beperkingen op een reguliere school beter presteren dan kinderen in het speciaal onderwijs. Leerlingen met beperkingen zijn succesvoller en worden meer gestimuleerd in de omgeving van de reguliere school. Verder blijkt dat kinderen met een beperking op een reguliere school meer vrienden hebben en dat de kans op diploma s en betaald werk wordt vergroot. Daarnaast blijkt dat deze kinderen meer zelfvertrouwen krijgen (Bolsenbroek, A., Houten van, D., Nossin, M., 2006 ). Verschillende scholen in Nederland die met inclusief onderwijs werken ervaren dat ondanks dat er nog middelen en mogelijkheden (in de vorm van voorzieningen, lesmateriaal, voorlichting e.d.) ontbreken voor inclusief onderwijs ze toch steeds meer in staat zijn om problemen op te lossen omtrent het inclusief onderwijs. Zij geven aan dat de leerprestaties van kinderen met beperkingen verbeterd werden en dat deze kinderen een stimulans in hun sociale ontwikkeling hebben verkregen. Kinderen zonder beperkingen ervaren ook voordelen binnen het inclusieve onderwijs. De bevindingen zijn dat ze op hetzelfde niveau en soms zelfs op een hoger niveau, dan leerlingen die in een klas zitten zonder kinderen met een beperking, presteren. Dat zou kunnen komen doordat men vindt dat inclusief onderwijs het doel heeft om het leervermogen voor alle kinderen te optimaliseren, dus ook kinderen zonder beperkingen krijgen speciale aandacht. Wanneer zij deelnemen in een klas waar ook kinderen met een beperking zitten wordt er extra aandacht besteed voor het vermogen tot communicatie en probleemoplossend vermogen. Kinderen zijn minder bang voor verschillen en vertonen daarnaast verbeteringen in hun sociale ontwikkelingen (Bolsenbroek, A., et al 2006 ). Uit ervaringen van scholen die inclusief onderwijs al toepassen komt naar voren dat de kinderen met een beperking (eventueel met hulpmiddelen) de verwachtingen vaak overtreffen. De ervaring was dat kinderen waarvan niet verwacht werd dat ze konden rekenen, lezen of schrijven dit toch bleken te kunnen (Bolsenbroek, A., et al 2006). Leerlingen met een beperking zijn succesvoller en worden meer gestimuleerd in de omgeving van een reguliere school. Ze hebben meer vrienden en de kans op een betaalde baan en diploma s is groter. Bovendien blijken zij meer zelfvertrouwen te krijgen en zijn de verwachtingen die door henzelf of anderen aan hen gesteld worden hoger (Bolsenbroek, A., et al 2006). 9

10 Voordelen voor ouders: Ouders hebben de mogelijkheid om een reguliere basisschool te kiezen voor hun kind (Bolsenbroek et al, 2006 ). Dit ervaren ouders als een voordeel omdat ze hun kind nu in de woonomgeving naar school kunnen laten gaan. Daarnaast vinden ze het prettig om de mogelijkheid te hebben om te kunnen kiezen in plaats van dat ze scholen aangewezen krijgen. Voordelen voor schoolbesturen Scholen werken meer samen met het speciaal onderwijs waardoor hun expertise en kennis met betrekking tot kinderen met een beperking wordt vergroot. Ze gaan steeds meer samenwerkingsverbanden aan met speciale scholen om kinderen de mogelijkheid te bieden om door te stromen naar het reguliere onderwijs. Ook bieden scholen met speciaal onderwijs hun expertise aan voor de begeleiding van kinderen met beperkingen in een reguliere school. Scholen die kinderen met beperkingen includeren blijken even goed of zelfs beter te presteren in vergelijking met andere scholen (Bolsenbroek et al, 2006 ). Het positieve effect van inclusie is dat scholen hun grenzen durven te verleggen in wat ze denken aan te kunnen. Dit positieve gevoel komt naar voren nadat scholen ervaren dat het inclusief onderwijs beter verloopt dan ze voorafgaand hadden verwacht van zichzelf. Voordelen voor leerkrachten: Leerkrachten blijken zelf heel creatief te zijn in het bedenken van adequate oplossingen voor problemen waar ze op stuiten (Leeuwen van, Limpens, 2007). Als scholen en leraren er echt voor willen gaan, zijn ze tot meer in staat dan ze zelf voor mogelijk houden. In onderstaande tekst wordt beschreven wat de mogelijke nadelen van inclusief onderwijs kunnen zijn voor kinderen met een beperking, schoolbesturen en leerkrachten. De vier meest gehoorde bezwaren van inclusief onderwijs: - Kinderen die extra zorg nodig hebben komen te kort op een reguliere school - Er is een te grote belasting en een gebrek aan expertise van reguliere scholen - Er heerst angst voor verminderde schoolprestaties van kinderen zonder beperkingen - Kinderen met beperkingen kunnen niet goed genoeg communiceren met andere kinderen om goed met hen te kunnen samenleven op een reguliere school Nadelen voor kinderen met een beperking Sommige leerlingen met beperkingen zijn in het regulier onderwijs niet op hun plek. Bijvoorbeeld omdat ze zich er zelf niet prettig voelen, ofwel omdat ze in de setting van het regulier onderwijs een bedreiging vormen voor de overige leerlingen (Leeuwen van, Limpens, 2007). Nadelen voor ouders Ouders zijn bang dat de leerprestaties van hun kind zonder beperking zullen lijden onder het gedrag van kinderen met een beperking in de klas, omdat ze bang zijn dat hun kind minder aandacht zal krijgen van de leerkracht wanneer deze aandacht opgeëist zal worden door de kinderen met een beperking. 10

11 Nadelen voor schoolbesturen Ondanks dat schoolbesturen de zorgplicht opgelegd hebben gekregen en daarmee ook de verantwoordelijkheid om voor iedere leerling die zich bij een school aanmeldt inclusief onderwijs (of een alternatief) te bieden heeft het schoolbestuur de mogelijkheid om kinderen af te wijzen indien de school er niet op ingesteld is of nog niet voldoende voorzieningen heeft. Voor sommige leerlingen is het budget dat ze via de rugzak (zie hoofdstuk 4.4) ontvangen onvoldoende waardoor de school niet de juiste zorg kan bieden. Scholen ervaren dat dit budget niet de kosten van de zorg dekt die voor deze leerlingen nodig is en mede hierdoor kan de bereidheid van scholen beïnvloed worden bij het opnemen van kinderen met een beperking. Niet iedere reguliere school is in staat om de benodigde passende voorzieningen en aanpassingen aan te bieden waardoor de meeste basisscholen niet toegankelijk zijn voor kinderen met een beperking (Leeuwen van, Limpens, 2007). Nadelen voor leerkrachten De leraren hebben in hun eigen schooltijd en in hun loopbaan meestal geen ervaringen kunnen opdoen met de omgang met kinderen met een beperking in de klas. Daarnaast ervaren leraren al vaak een hoge werkdruk. Ook hebben de leerlingen weinig ervaring in het omgaan met kinderen met een beperking. Leerkrachten moeten ouders goed informeren over de kwaliteit van het onderwijs aangezien ouders zijn bang dat de leerprestaties van de andere kinderen zonder beperkingen er op achteruit gaan en dat deze kinderen teveel worden afgeleid door de kinderen met een beperking. Voor leerkrachten is het moeilijk om ouders hiervan te overtuigen (Bolsenbroek et al, 2006 pp 24-33) Veel leraren binnen reguliere basisscholen hebben de grootste moeite om de juiste omgang te vinden met leerlingen met een beperking (Leeuwen van, Limpens, 2007). Een leraar moet niet alleen basiskennis hebben van de handicapspecifieke kenmerken van een kind en de consequenties daarvan voor het leren en onderwijzen, maar hij moet vooral ook in staat zijn om daar naar te handelen. De leraar moet in staat zijn om de leerstof uitdagend te maken, zinvolle inhoud voor het onderwijs te bedenken, een passende didactiek te vinden en geschikt onderwijs leermateriaal te vinden of te ontwikkelen (Leeuwen van, Limpens, 2007). Niet alle leraren in het reguliere basisonderwijs zijn voldoende in staat om het onderwijs zo in te richten dat alle leerlingen maar met name de leerlingen met een beperking onderwijs op maat krijgen. De vaardigheden zoals communiceren, aanpassingsvermogen en verschillende benaderingswijze bij het omgaan met kinderen met een beperking zijn nog onvoldoende ontwikkeld. Daarnaast is er veel onduidelijkheid over de regie en de verantwoordelijkheid als het gaat om de plaatsing van leerlingen met een beperking. Ouders weten niet welke scholen ze moeten benaderen. Ook is er geen goede afstemming tussen leraren en de voorzieningen en zorgtrajecten voor kinderen met een beperking. 11

12 3.5. Tips voor scholen en leerkrachten Om inclusief onderwijs efficiënt te laten verlopen worden er in dit hoofdstuk mogelijke tips beschreven voor scholen en leerkrachten. Afkomstig uit recente literatuur zijn de volgende tips tot stand gekomen. De mogelijke tips zijn niet voor iedere leerkracht of school van toepassing maar zijn te gebruiken als ondersteuning. De tips hebben betrekking op: - communicatie - kennis van hulpmiddelen en voorzieningen - lesniveau van het onderwijs - samenwerking met zorgstructuren - benaderingswijze van leerkrachten tegenover het kind. Communicatie Een goede communicatie is een eerste stap om tot sociale interactie te komen. Niet alleen verbale maar ook non-verbale communicatie kan de sociale ontwikkeling van kinderen bevorderen maar ook belemmeren. Belangrijk is dat ieder kind in staat is om te kunnen communiceren op school. Voor kinderen met een beperking bestaan er hulpmiddelen (bijvoorbeeld een schrijfbord of spraakcomputer) om de communicatie te bevorderen. Als leerkracht kun je het goede voorbeeld geven door ook te communiceren met kinderen met bijvoorbeeld een spraakstoornis. Hierdoor is de drempel minder hoog voor de andere kinderen om dit over te nemen. Vaak worden leerlingen met een beperking onderschat qua cognitief inzicht. Dit kan te maken hebben met bijvoorbeeld een lichaam wat niet wil meewerken bij kinderen met een motorische beperking. Een school kan een communicatiespecialist inschakelen voor het aanbieden van hulpmiddelen zodat een leerling met een lichamelijke beperking mee kan komen in de klas. In de klas kan een assistent kinderen helpen en ondersteunen door bijvoorbeeld de bewegingen samen met het kind op te starten (Grooff, 2004 hoofdstuk 2, 3 en 4). Kennis van hulpmiddelen en voorzieningen Het regelen van hulpmiddelen of voorzieningen kan via de gemeente. Scholen kunnen overleg met de ouders en een zorgaanbieder besluiten welk(e) hulpmiddel/voorziening nodig is voor het kind om op school te kunnen functioneren. Deze hulpmiddelen/voorzieningen kunnen via de zorgverzekeraar (zie hoofdstuk 4.2) aangevraagd worden. Voor een leerkracht is het van belang dat hij/zij kennis heeft over de werking van het hulpmiddel of van de voorziening zodat hij/zij het kind kan helpen en ondersteunen bij het gebruik hiervan in de klas. Lesniveau van het onderwijs Probeer de verwachtingen met betrekking tot het lesniveau aan te laten sluiten bij het cognitieve en fysieke niveau van het kind. Hierdoor heeft het kind succeservaringen en minder het gevoel van mislukking. Door succeservaringen voelt het kind zich gemotiveerd om verder te gaan. Wanneer het lesniveau te laag ligt zal de uitdaging verdwijnen. Probeer hier een middenweg in te vinden (Grooff, 2004 hoofdstuk 2, 3 en 4). Bied een individueel lesprogramma aan voor kinderen met een beperking, zodat ze op hun eigen niveau kunnen functioneren (Chronisch zieken en Gehandicapten Raad, 2007). 12

13 Samenwerking met zorgstructuren Zorg voor de aanwezigheid van meerdere leerlingen met beperkingen waardoor kinderen niet in een uitzonderingspositie komen en zich niet speciaal/apart voelen (Chronisch zieken en Gehandicapten Raad, 2007). Benaderingswijze van leerkrachten tegenover het kind Voor het scheppen van een veilig pedagogisch klimaat is de leerkracht van groot belang. De leerkracht heeft een voorbeeldfunctie en als hij/zij normaal en met respect omgaat met een leerling met een beperking, nemen andere kinderen en ouders dit gedrag meestal vanzelf over. Probeer bij het aanbieden van de lesstof aan te sluiten bij de leerstijl van het kind. Zo kan er rekening gehouden worden met het feit dat sommige kinderen leren door beelden te zien en andere leren door het lezen van de leerstof. Het kan ook zijn dat een kind het beste leert door zijn/haar lichaam te gebruiken. Wanneer de leerkracht voor de groep staat is het handig dat hij/zij probeert de lesstof over te brengen op verschillende manieren zodat ieder kind het kan oppakken. Bijvoorbeeld een tekening op het bord maken met daarnaast een verhaal op schrift zodat ze kunnen meelezen. Wanneer kinderen moeite hebben met lesstof uit een boek leren kun je bijvoorbeeld opdrachten aanbieden waarbij ze zelf op zoek moeten gaan naar antwoorden. 13

14 3.6. Korte samenvatting en visie Er zijn momenteel twee soorten basisonderwijs in Nederland: Speciaal onderwijs en Regulier basisonderwijs. Speciaal onderwijs is er voor alle kinderen vanaf 4 jaar met een beperking. Dit betreft dove kinderen, slechthorende kinderen, kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden, visueel gehandicapte kinderen, zeer moeilijk lerende kinderen en kinderen, kinderen met lichamelijke of verstandelijke beperking of met een chronische ziekte. Kinderen zonder bovenstaande beperking zijn verplicht basisonderwijs te volgen. Het aantal kinderen in Nederland neemt toe waaronder ook het aantal kinderen met een beperking. Ouders van kinderen met een beperking kunnen in Nederland kiezen voor inclusief onderwijs. Dat houdt in dat het kind met een beperking deel kan nemen aan het reguliere basisonderwijs en niet per se geplaatst hoeft te worden op het speciale basisonderwijs. Wat betreft het inclusief onderwijs zijn de meningen verdeeld. Uit kwalitatief onderzoek komt naar voren dat er leerlingen met beperkingen zijn die succesvoller worden meer gestimuleerd worden in de omgeving van de reguliere school. De kans op diploma s is groter wanneer het kind met een beperking inclusief onderwijs volgt. Wanneer kinderen speciaal onderwijs volgen verlaat meer dan 5% van de leerlingen het speciaal onderwijs zonder diploma. Uit onderzoek komt naar voren dat nadelen van inclusief onderwijs kunnen zijn dat leraren in het reguliere basisonderwijs soms nog onvoldoende in staat zijn om het onderwijs zo in te richten dat alle leerlingen, maar voornamelijk de leerlingen met een beperking onderwijs op maat krijgen. Dit komt onder andere doordat de vaardigheden bij het omgaan met kinderen met een beperking nog onvoldoende zijn ontwikkeld bij leraren. Daarnaast is er veel onduidelijkheid over de regie en de verantwoordelijkheid als het gaat om de plaatsing van leerlingen met een beperking. Ouders weten niet welke scholen ze moeten benaderen. Ook is er geen goede afstemming tussen de voorzieningen en zorgtrajecten voor kinderen met een beperking. Om inclusief onderwijs op maat aan te bieden aan kinderen met een beperking zullen scholen een aantal tips kunnen gebruiken als ondersteuning. Op het gebied van communicatie, kennis van hulpmiddelen en voorzieningen, lesniveau van onderwijs, samenwerking met zorgstructuren en de benaderingswijze tegenover het kind valt er nog veel te verbeteren. Visie: Wij zijn van mening dat inclusief onderwijs een positieve bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling van het kind met een beperking. Echter beseffen wij dat inclusief onderwijs niet geschikt is voor ieder kind met een beperking. Dit heeft onder andere te maken met soms de geringe vaardigheden van de leerkrachten, de reguliere basisscholen beschikken over te weinig kennis en expertise om kinderen te kunnen plaatsen en de scholen zijn meestal nog niet toegankelijk voor kinderen met een beperking. Ook is het belangrijk om een individueel lesprogramma aan te bieden, een prettig en veilig klimaat te bieden voor kinderen die extra aandacht nodig hebben en de aanwezigheid van meerdere leerlingen met beperkingen waardoor kinderen niet in een uitzonderingspositie komen. Om goed inclusief onderwijs aan te bieden zal er volgens ons betere voorlichting moeten komen voor scholen en leerkrachten, zodat ze de vaardigheden, kennis, en expertise hebben om een kind met een beperking in de klas te kunnen begeleiden. Deze vaardigheden en kennis zouden bijvoorbeeld verkregen kunnen worden door workshops, trainingen, presentaties van mensen uit het werkveld met ervaring en door zelf literatuur te lezen. 14

15 4. Het overheidsbeleid en de wetgeving omtrent inclusief onderwijs Inleiding Het overheidsbeleid in Nederland bepaalt in grote mate welke rechten kinderen met beperkingen hebben binnen het onderwijs. De Nederlandse overheid wil kinderen met een beperking integreren binnen het reguliere onderwijs, dus zijn de wetten erg belangrijk met betrekking tot inclusief onderwijs. In dit hoofdstuk wordt het overheidsbeleid door de jaren heen, de huidige wet- en regelgeving en de ervaringen van ouders met een kind met beperkingen en de ervaringen van de kinderen zelf beschreven. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een complete samenvatting en onze visie op dit hoofdstuk. 15

16 4.1. Het overheidsbeleid door de jaren heen Enkele decennia geleden was men ervan overtuigd dat kinderen met beperkingen het best tot ontwikkeling kwamen als zij werden opgevangen in speciale scholen. In de jaren zestig ontstond er twijfel over dit standpunt en tegenwoordig gaan beleid, wetgeving, media en publiek er veelal van uit dat speciale scholen alleen als laatste redmiddel of noodgreep acceptabel zijn (Pijl, Nakken & Edelenbos, 1999). In de jaren tachtig vond de Nederlandse overheid dat er teveel kinderen speciaal onderwijs volgden. In de Wet Basis Onderwijs is daarom in 1985 opgenomen dat de zorgbreedte op de basisschool vergroot moest worden om zoveel mogelijk kinderen deel te kunnen laten nemen aan het reguliere basisonderwijs. In 1994 heeft Nederland net als alle andere landen die lid zijn van UNESCO de Salamanca- verklaring ondertekend (zie bijlage 1). De landen hebben zich daarin tot doel gesteld het principe van inclusief onderwijs aan te nemen en de hoogste prioriteit te geven aan de verbetering van het onderwijs om dat mogelijk te maken. In de jaren negentig is voor het speciaal basisonderwijs (SBaO) het zogenaamde Weer Samen Naar School- beleid ontwikkeld, wat erop gericht is de groei van het SbaO terug te dringen door te stimuleren dat kinderen, die tot nu toe naar dit type onderwijs verwezen werden, zo veel en zo lang mogelijk op de reguliere basisschool blijven. Dit beleid is inmiddels uitgebreid geëvalueerd (zie hoofdstuk 5). Op 1 augustus 2003 is de Wet leerlinggebonden financiering in werking getreden. Deze regeling geeft ouders van een kind met een beperking het recht om te bepalen op welk gebied extra zorg voor hun kind wordt gerealiseerd. Er kan een keuze gemaakt worden tussen extra zorg binnen het regulier onderwijs of binnen het speciaal onderwijs, afhankelijk van waar het kind naar school gaat (zie hoofdstuk 4.3). 16

17 4.2. De wetgeving In opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) zijn de volgende wetten ingevoerd met betrekking tot leerlingen met een beperking in het onderwijs. - Wet op Expertisecentra (Wec); - Wet op primair onderwijs (WPO); - Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ); - Persoons Gebonden Budget (PGB); - Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). In dit hoofdstuk zal beschreven worden wanneer de wet is ingegaan, wat het doel is van de wet en op welke manier de wet een bijdrage levert aan inclusief onderwijs: Wet op Expertisecentra (WEC) De Wet op Expertisecentra is in 2003 ingevoerd. Deze wet regelt onder andere de inrichting van en de toelating tot het speciaal onderwijs (Dijk van, Slabbertje, Maarschalkerweerd, 2007). Het beleid van de WEC leidt tot: optimale keuzevrijheid voor ouders van kinderen met een beperking; versterken van de positie van ouders als vragers van onderwijs; stimuleren van de integratie van leerlingen met een beperking in het reguliere onderwijs; objectivering van de toewijzing van speciale voorzieningen en middelen door een centraal indicatiebeleid; regelen dat de middelen de leerling volgen naar de plaats waar het feitelijk onderwijs wordt gegeven; behoud van de expertise in het (voortgezet) speciaal onderwijs; grotere doelmatigheid en bereikbaarheid van de speciale voorzieningen ( thuisnabij onderwijs ); onderlinge afstemming van onderwijs en zorg. De Wet op de Expertisecentra heeft geleid tot het oprichten van Regionale Expertisecentra (zie hoofdstuk 4.6.) en de bundeling van het onderwijsaanbod in vier clusters (Meihuizen-de Regt, de Moor, Mulders, 2003). Wet op primair onderwijs Op 1 augustus 1998 trad de Wet op het Primair Onderwijs in werking. Sindsdien zit elke school in een samenwerkingsverband met een of meer basisscholen en een of meer speciale scholen voor basisonderwijs. Dat samenwerkingsverband stelt zich ten doel een samenhangend geheel van zorgvoorzieningen te realiseren (Ahlers, Vreugdenhil, 2003). Basisscholen moeten volgens de Wet op primair onderwijs: - onderwijs afstemmen op de ontwikkeling van de kinderen; - onderwijs breed opzetten, zodat er aandacht is voor kennis en voor de creatieve, emotionele, sociale en lichamelijke ontwikkeling; - aandacht besteden aan de multiculturele samenleving; - individuele begeleiding bieden aan kinderen die dat nodig hebben; - leergebieden aanbieden zoals: rekenen, taal, aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, tekenen, muziek, lichamelijke oefening, spel en beweging, sociale redzaamheid en bevordering gezond gedrag ( 17

18 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Sinds 1 januari 1968 bestaat de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. De AWBZ is een volksverzekering. Dat betekent dat iedere Nederlander hier een beroep op kan doen wanneer hij of zij geconfronteerd wordt met ziekte, handicap of ouderdom. Sommige leerlingen of studenten met een beperking hebben op school aanvullende hulp nodig. AWBZzorg kan dan een uitkomst zijn. De AWBZ biedt hulp binnen zes categorieën: persoonlijke verzorging; verpleging; ondersteunende begeleiding; activerende begeleiding; behandeling; verblijf. De zes categorieën zijn echter niet allemaal mogelijk bij de AWBZ- zorg op school. Voor de AWBZ-zorg op school kan er gebruikt worden gemaakt van drie categorieën: persoonlijke verzorging; verpleging; ondersteunende begeleiding. Persoonlijke verzorging Persoonlijke verzorging is gericht op het ondersteunen bij of overnemen van lichaamsgebonden zorg. Het gaat om het stimuleren, aanleren en opheffen of compenseren van een tekort aan zelfredzaamheid op het gebied van algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL). Persoonlijke verzorging kan zowel thuis, in een instelling als elders worden aangeboden. Concreet gaat het op school over: 1. Persoonlijke verzorging, begeleiding en hygiëne van de individuele cliënt: Aan- en uitkleden bij bijvoorbeeld gym of zwemmen. Toiletgang, bijvoorbeeld urinaal aanleggen, incontinentiemateriaal verwisselen en hulp bij op het toilet gaan zitten. Handen wassen of douchen na het sporten. Eten en drinken: hulp bij het eten en drinken. 2. Hulp bij beweging en/of houding. 3. Algemene persoonlijke zorg, bijvoorbeeld verzorging van de haren, sieraden omdoen, mond- en gebitsverzorging, het aanbrengen en uitdoen van prothesen, bril opzetten en poetsen, supervisie of toezicht bij zelfzorgactiviteiten en het aanreiken van spullen zoals bril of hoortoestel. 4. Hulp bij niet-complex medicijngebruik. 18

19 Verpleging Verpleging gaat over het uitvoeren van verpleegkundige handelingen die zijn gericht op herstel van de gezondheid of het voorkomen dat een ziekte of aandoening erger wordt. Ook is verpleging gericht op verlichting van lijden en ongemak en op het observeren, herkennen, analyseren en controleren van gezondheidsproblemen. Voorlichting, advies, instructie en begeleiding horen hierbij. Concreet gaat het op school over: 1. Algemene, verpleegkundige handelingen: zoals verpleegtechnisch handelen, wonden/ of stomaverzorging, ondersteuning bij uitscheiding (katheter e.d.). 2. Gespecialiseerde handelingen: sondevoeding bij kinderen, uitzuigen trachea, beademing, specifieke voorlichting en instructie. 3. Voorlichting, informatie, advies, instructie: bijvoorbeeld als in chronische situaties de verpleegkundige in een beperkt aantal contacten uitlegt en adviseert hoe gezondheidsproblemen in de schoolsituatie in praktische zin kunnen worden aangepakt. Ondersteunende begeleiding Bij ondersteunende begeleiding gaat het om begeleiding bij activiteiten in verband met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap of een psychiatrisch probleem. De begeleiding is gericht op het bevorderen of op het behoud van de zelfredzaamheid en het bevorderen van de integratie in de samenleving. Concreet gaat het op school bij ondersteunende begeleiding om activiteiten die ondersteunen bij de dagindeling en de participatie op school. Kan de leerling niet met de groep mee, bemoeilijkt het gedrag van de leerling de omgang met anderen, dan is ondersteunende begeleiding mogelijk. Bijvoorbeeld het structureren van de dag, het geven van praktische hulp, begeleiding bij praktijklessen, het bieden van ondersteuning bij het voeren van de regie over het leven. Begeleiding: Bij wegloopgedrag. Bij niet, zonder begeleiding, kunnen deelnemen aan sport, spel, praktijklessen, pauze, leswisselingen e.d. op school. Bij een zeer beperkte concentratie. Bij allerlei andere situaties waarin een leerling afhankelijk is van begeleiding om optimaal van onderwijs te kunnen profiteren. Afhankelijk van de situatie kan de zorg zowel individueel als in groepsverband worden aangeboden. Het onderwijs is zelf verantwoordelijk voor de activerende begeleiding. De twee functies behandeling en verblijf zijn niet aan de orde in het onderwijs (Bruijn, 2008). 19

20 Wet Maatschappelijke Ondersteuning Sinds 1 januari 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) in werking getreden. In de Wmo zijn de Wet voorzieningen gehandicapten (WVG), de Welzijnswet en het onderdeel huishoudelijke verzorging uit de AWBZ samengebracht. Het doel van de Wmo is: iedereen kan meedoen in de maatschappij. Iedereen moet zo lang en zo zelfstandig mogelijk kunnen deelnemen aan de samenleving. De Wmo moet dus bijdragen aan het bevorderen en behouden van de zelfredzaamheid en de maatschappelijke participatie van burgers. De gemeente voert de Wmo uit. Ze zorgt ervoor dat iedereen zo goed mogelijk mee kan doen in de maatschappij. Hoe de gemeente dit doet, bepaalt de gemeente voor een belangrijk deel zelf. De gemeente zorgt ervoor dat mensen met een beperking de voorzieningen, hulp en ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. De voorzieningen op het gebied van maatschappelijke ondersteuning zijn erop gericht dat een persoon met een beperking in staat is: a. een huishouden te hebben/onderhouden; b. zich te verplaatsen in en om de woning; c. zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel; d. medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. Er zijn twee manieren waarop een voorziening kan worden verstrekt: in natura of in de vorm van een persoonsgebonden budget. Een voorziening in natura is een voorziening die niet bestaat uit geld, maar uit goederen of diensten. Als de gemeente een voorziening in natura aanbiedt, dan hoeft de persoon zelf niets te regelen. Wanneer een persoon bijvoorbeeld een rolstoel nodig heeft, dan krijgt hij/zij rechtstreeks een rolstoel en wanneer er huishoudelijke verzorging nodig is, komt er iemand de toegekende hulp geven. Persoonsgebonden budget Vanaf 1 januari 2007 bestaat het persoonsgebonden budget. Wanneer er een indicatie is voor een zorgfunctie van de AWBZ, kan er door de ouders gekozen worden voor een persoonsgebonden budget (PBG). Met het gemeentelijk persoonsgebonden budget kunnen bovenstaande voorzieningen (hulp in huishouden, woon- en vervoervoorzieningen, hulp bij opvoeding en rolstoelen) ingekocht worden. Het persoonsgebonden budget is een geldbedrag waarmee ouders zelf zorg, begeleiding en hulp kunnen inkopen. Daarbij kunnen ze zelf hulpverleners kiezen. Deze zorg mag overal ingezet worden, dus ook op school. Dit budget wordt vrijgegeven vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) en dus verstrekt door de gemeenten. Bijvoorbeeld: voorheen zat er in iedere gemeente een bepaalde rolstoel in het voorkeurspakket. Deze rolstoel heeft een vastgesteld bedrag. Met een persoonsgebonden budget krijg je het geld wat anders de voorkeursrolstoel van de gemeente gekost zou hebben. Met dit vrijgegeven bedrag kan de persoon zelf of de ouders van het kind met een beperking een andere rolstoel kan aanschaffen. Wanneer de school een deel van de zorg, hulp en begeleiding al op zich neemt, is er sprake van een voorliggende voorziening, dit betekent dat er voor dat deel geen extra hulp of begeleiding geïndiceerd wordt. Dit kan in situaties waarbij al zorg op school aanwezig is zoals vaak het geval is op het speciaal onderwijs. Er kan dan geen extra hulp ingekocht worden wanneer er op school al gebruik gemaakt wordt van deze hulp. 20

21 De regering in Nederland heeft besloten dat kinderen die via het PGB zorg op school willen ontvangen op het reguliere of speciale onderwijs, eerst een indicatie moeten aanvragen op speciaal onderwijs zodat het zeker is dat ze hulp/voorzieningen nodig hebben. Dit gaat ook op voor ouders die hun kind met een beperking naar het reguliere onderwijs willen laten gaan. Een indicatie voor het speciaal onderwijs kan aangevraagd worden bij het Regionaal Expertise Centrum (zie hoofdstuk 4.5). Een onafhankelijke Commissie van Indicatiestelling (zie hoofdstuk 4.4) beoordeelt of uw kind recht heeft op speciaal onderwijs. Als ouders moet er een indicatie aangevraagd worden bij het juiste cluster. Wanneer dit bij een verkeerd cluster gebeurt moet het indicatietraject opnieuw opgestart worden. Tevens kan er uit de indicatie naar voren komen dat het kind geen recht heeft op speciaal onderwijs. (Per saldo, 2005) 21

22 4.3. Leerlinggebonden financiering Op 1 augustus 2003 is de Wet leerlinggebonden financiering in werking getreden. Deze regeling geeft ouders van een kind met een beperking het recht om te bepalen op welk gebied extra zorg voor hun kind wordt gerealiseerd. Er kan een keuze gemaakt worden tussen extra zorg binnen het regulier onderwijs of binnen het speciaal onderwijs, afhankelijk van waar het kind naar school gaat. Het leerlinggebonden budget wordt op grond van een objectieve indicatiestelling toegewezen (zie hoofdstuk 4.4). De leerlinggebonden financiering wordt ook wel het rugzakje genoemd, omdat het geld gekoppeld is aan het kind, waarbij de ouders zeggenschap hebben over de besteding van de middelen. Uit de rugzak kunnen zaken bekostigd worden als onder andere: - ambulante begeleiding; (zie bijlage 2) - extra leerkrachten of onderwijs- assistenten; - aangepast (les) materiaal op scholen (Heeringa & Hermans, 2002). De middelen die uit de rugzak bekostigd kunnen worden, zullen onder aan deze pagina worden beschreven. Kinderen die in aanmerking komen voor de leerlinggebonden financiering Kinderen met een beperking die extra voorzieningen nodig hebben om regulier (basis- of voortgezet) onderwijs te kunnen volgen komen in aanmerking voor de rugzak. Deze financiering heeft betrekking op de handicaps: - visuele beperking; - auditieve en communicatieve; - verstandelijke of lichamelijk beperking; - langdurig zieke kinderen, kinderen met meervoudige beperkingen; - kinderen met gedragsstoornissen. De leerlinggebonden financiering kan ingezet worden op de gewone basisschool, de speciale basisschool voor basisonderwijs, het gewone voortgezet onderwijs, het leerwegondersteunend onderwijs en het praktijkonderwijs (Heeringa et al, 2002). Inhoud van de leerlinggebonden financiering De inhoud van de rugzak bestaat eigenlijk uit drie verschillende bedragen: 1. Een bedrag wat in uren uitgedrukt wordt in de vorm van formatie-uitbreiding, een klassenassistent, extra leerkracht of remedial teacher. Dit houdt in dat ieder kind ca. 3,5 uur extra ondersteuning per week per kind kan ontvangen. 2. Een bedrag voor ambulante begeleiding. Dit houdt in dat per kind ruim drie uur ambulante begeleiding ingeschakeld kan worden per week. 3. Daarnaast is er nog een vast bedrag beschikbaar voor de reguliere school wat gebruikt moet worden voor de materiële instandhouding. Hiervoor is 1.150,- beschikbaar. Dit kan onder andere worden besteed aan het aanpassen van lesmateriaal. De bedragen in de rugzak worden per handicap vastgesteld, maar komen voor de meeste kinderen op het bovenstaande neer. (Heeringa et al, 2002). 22

23 Indicatiestelling voor de rugzak De indicatiestelling wordt uitgevoerd door een onafhankelijk commissie. Deze Commissies voor Indicatiestelling (CvI) zoals ze officieel heten, maken deel uit van een Regionaal Expertise Centrum (REC) en beoordelen aan de hand van de landelijk vastgestelde criteria of het kind in aanmerking komt voor de rugzak en in welk cluster het wordt geplaatst. Wij zullen hieronder een uitleg geven over de stappen die doorlopen moeten worden om tot een indicatie te komen: 1. Het kind wordt door de ouders of verzorgers aangemeld bij een Commissie voor indicatiestelling (CvI). Zij vertegenwoordigen het cluster dat overeenkomt met de problematiek van het kind. Als er onduidelijkheden zijn bij welk cluster het kind het beste aangemeld kan worden, dan kunnen de ouders kostenloos hulp krijgen van het regionaal Expertisecentrum (REC). 2. Voordat de Commissie van Indicatiestelling de aanmelding in behandeling kan nemen, moet het dossier compleet zijn. Dat betekent dat alle benodigde onderzoeken en informatie over de stoornis, de onderwijsbeperking en de geboden zorg aanwezig moeten zijn. 3. Binnen acht weken besluit de CvI of het kind in aanmerking komt voor de leerlinggebonden financiering of een plaats op het speciaal onderwijs. Indien nodig kan de besluitvorming verlengd worden met acht weken. 4. Als de ouders het niet eens zijn met de beslissing van de CvI kunnen zij binnen zes weken een bezwaarschrift indienen bij de Commissie voor de Indicatiestelling (CvI). Indicatiecriteria De Commissie voor Indicatie (CvI) bepaalt op grond van landelijke, vastgestelde criteria welk kind een indicatie krijgt. Deze criteria zijn per onderwijscluster vastgesteld in thema s. In de criteria voor de indicatiestelling voor de speciale scholen of een rugzak gaat het om drie belangrijke thema s: 1. de ernst van de stoornissen en/of beperkingen; 2. de belemmering die de leerling daarvan bij het onderwijs ondervindt; 3. de mogelijkheden van de reguliere zorg uit het onderwijs of zorginstantie. Een voorbeeld van een benodigd onderzoek wat de Commissie van Indicatie nodig heeft zijn bijvoorbeeld voor kinderen met een auditieve beperking: - een audiologisch onderzoek en een onderwijskundig rapport. Bij kinderen met spraak- /taalmoeilijkheden wil de Commissie voor Indicatie een logopedisch onderzoek, psychodiagnotisch onderzoek en een onderwijskundig rapport. 23

Werkstuk Maatschappijleer Kind met handicap op school

Werkstuk Maatschappijleer Kind met handicap op school Werkstuk Maatschappijleer Kind met handicap op school Werkstuk door een scholier 2919 woorden 6 juli 2004 7 19 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Een kind met een handicap in de school Wanneer er een

Nadere informatie

Met de rugzak naar school

Met de rugzak naar school leerlinggebonden F I N A N C I E R I N G Publicatie van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen Productie directie Voorlichting, Leo Wijnhoven Vormgeving Maarten Balyon, grafische vormgeving,

Nadere informatie

AWBZ-zorg op school of opleiding?

AWBZ-zorg op school of opleiding? AWBZ-zorg op school of opleiding? Vernieuwde brochure voor (ouders van) leerlingen of studenten met een beperking Toelichting bij de vernieuwde versie van 2008: De voorgaande brochure AWBZ-zorg op school

Nadere informatie

AWBZ-zorg op school? Brochure voor ouders van kinderen met een beperking

AWBZ-zorg op school? Brochure voor ouders van kinderen met een beperking AWBZ-zorg op school? Brochure voor ouders van kinderen met een beperking 1 Colofon Uitgave: www.oudersenrugzak.nl Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland (CG-Raad) Postbus 169, 3500 AD Utrecht

Nadere informatie

TRIPLE T. Rapportage Passend onderwijs (uitwerking onderdeel Triple T)

TRIPLE T. Rapportage Passend onderwijs (uitwerking onderdeel Triple T) TRIPLE T Rapportage Passend onderwijs (uitwerking onderdeel Triple T) Passend onderwijs Een ontwikkeling die parallel loopt aan de transitie Jeugdzorg en die met name vanwege de sterk inhoudelijke samenhang

Nadere informatie

leerling gebonden financiering (LGF) toelating van leerlingen met een handicap in het kader van de leerlinggebonden financiering

leerling gebonden financiering (LGF) toelating van leerlingen met een handicap in het kader van de leerlinggebonden financiering leerling gebonden financiering (LGF) toelating van leerlingen met een handicap in het kader van de leerlinggebonden financiering instemming MR: 23 februari 2004 bijlage 1: najaar 2008 Doel van LGF Het

Nadere informatie

Figuur 1: Leerlingen in basisonderwijs (2010-2011)

Figuur 1: Leerlingen in basisonderwijs (2010-2011) Passend onderwijs U heeft er vast al wel over gehoord: passend onderwijs. Maar wat is het nu precies en wat betekent dat voor onze school? Waarom gingen op 6 maart 2012 50.000 mensen uit het onderwijs

Nadere informatie

Financiële bijdragen leerlingen in het primair - en voortgezet onderwijs.

Financiële bijdragen leerlingen in het primair - en voortgezet onderwijs. Financiële bijdragen leerlingen in het primair - en voortgezet onderwijs. Hier worden de geldstromen uitgewerkt, beschikbaar voor de leerlingen die het primair en voortgezet onderwijs bezoeken. De geldstromen

Nadere informatie

Passend onderwijs Bergen,Gennep en Mook Informatie voor alle ouders

Passend onderwijs Bergen,Gennep en Mook Informatie voor alle ouders Passend onderwijs Bergen,Gennep en Mook Informatie voor alle ouders Inhoudsopgave: Inleiding Hoofdstuk 1 Passend onderwijs in een notendop Hoofdstuk 2 Het ondersteuningsprofiel Hoofdstuk 3 Aanmelden Hoofdstuk

Nadere informatie

Teksten voor de nieuwe website van REC Zeeland t.a.v. INFORMATIE T.B.V. HET ONDERWIJS/ONDERWIJS(DES)KUNDIGEN.

Teksten voor de nieuwe website van REC Zeeland t.a.v. INFORMATIE T.B.V. HET ONDERWIJS/ONDERWIJS(DES)KUNDIGEN. Teksten voor de nieuwe website van REC Zeeland t.a.v. INFORMATIE T.B.V. HET ONDERWIJS/ONDERWIJS(DES)KUNDIGEN. Informatie m.b.t. indicatiestelling t.b.v. het onderwijs/onderwijs(des)kundigen In alle gevallen

Nadere informatie

Kinderen met Multipele Sclerose:

Kinderen met Multipele Sclerose: Deze brochure kwam tot stand met medewerking van Leven met Multipele Sclerose uitgave 9 mevrouw Anita van der Zwan. Anita is moeder van twee kinderen, zoon Barry en dochter Mikki. Bij Mikki is in de zomer

Nadere informatie

Algemene voorschriften voor het vaststellen van stoornis en beperking

Algemene voorschriften voor het vaststellen van stoornis en beperking CHECKLIST INDICATIESTELLING ONDERWIJSSOORTEN CLUSTER 3: onderwijssoorten: lichamelijk gehandicapte kinderen (LG) en langdurig zieke kinderen (LZK) m.i.v. 01-08-2008 Toelichting: deze checklist is gebaseerd

Nadere informatie

Stappenplan en zorgvisie De Vuurvlinder

Stappenplan en zorgvisie De Vuurvlinder Stappenplan en zorgvisie De Vuurvlinder Zorgprofiel en stappenplan tot plaatsing van zorgleerling van kbs de Vuurvlinder, Veenendaal. Zorgprofiel van de school: Onze school heeft de oprechte intentie in

Nadere informatie

Protocol Toelaatbaarheid Rugzakleerling

Protocol Toelaatbaarheid Rugzakleerling Protocol Toelaatbaarheid Rugzakleerling Stichting Openbaar Onderwijs Kampen PROTOCOL TOELAATBAARHEID RUGZAK LEERLING Leerling gebonden - financiering In het kader van de Wet op het Expertisecentra (WEC)

Nadere informatie

Bijlage 9: Leerling gebonden financiering (rugzakleerlingen).

Bijlage 9: Leerling gebonden financiering (rugzakleerlingen). Bijlage 9: Leerling gebonden financiering (rugzakleerlingen). WSNS SWV Meppel e.o. 407 Postbus 220, 7940 AE Meppel. j.slagter@wsnsmeppel.nl info@wsnsmeppel.nl 0522 278129 06 12643810 Industrieweg 1B1 7944

Nadere informatie

Passend onderwijs Voorblad 1: Foto Typ hier de titel

Passend onderwijs Voorblad 1: Foto Typ hier de titel Passend onderwijs Voorblad 1: Foto Typ hier de titel Opbouw presentatie Voorblad 2: Watermerk Typ hier de titel Voorblad 2: Watermerk Typ hier de titel Waarom passend onderwijs? Minder thuiszitters. Meer

Nadere informatie

Wet Passend Onderwijs Informatieblad Ieder(in) Mei 2014

Wet Passend Onderwijs Informatieblad Ieder(in) Mei 2014 Wet Passend Onderwijs Informatieblad Ieder(in) Mei 2014 Inhoud 1. Inleiding 3 2. Huidige situatie onderwijs 4 3. Wat verandert er met de invoering van de Wet passend onderwijs? 5 Samenwerkingsverbanden

Nadere informatie

Beleid leerlinggebonden financiering

Beleid leerlinggebonden financiering Beleid leerlinggebonden financiering 1. Schoolvisie De uitgangspunten van onze school staan beschreven in ons Schoolplan en zijn in verkorte vorm opgenomen in onze Schoolgids. De daarin opgenomen punten

Nadere informatie

Indicatiestelling en criteria

Indicatiestelling en criteria Indicatiestelling en criteria voor het speciaal onderwijs of een rugzak Brochure voor ouders Regeling van juli 2005 Indicatiestelling en criteria voor het speciaal onderwijs of een rugzak 1 1 Brochure

Nadere informatie

U heeft zorg nodig. Hoe regelt u dat?

U heeft zorg nodig. Hoe regelt u dat? U heeft zorg nodig. Hoe regelt u dat? U wilt zorg die betaald wordt uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). U kunt daar altijd een aanvraag voor doen. Het CIZ (Centrum indicatiestelling zorg)

Nadere informatie

Productbeschrijving Wmo contract 2016

Productbeschrijving Wmo contract 2016 Productbeschrijving Wmo contract 2016 In dit document worden de ingekochte producten beschreven. Het is bedoeld als handreiking bij de beoordeling van de in te zetten ondersteuning. Geen vaste criteria

Nadere informatie

!7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG

!7: ZORG 'EHANDICAPTENZORG !7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG )NKOOPBELEID,ANGDURIGE :ORG +LANTVERSIE De inkoop van gehandicaptenzorg in 2015 1 Als het nodig is heb je recht op langdurige zorg. Denk aan thuiszorg, verblijf in een verpleeg-

Nadere informatie

Passend Onderwijs. Regio 30-08

Passend Onderwijs. Regio 30-08 Passend Onderwijs Regio 30-08 SYSTEEM VAN DOORVERWIJZEN 4 16 jaar WSNS en LGF De aanleiding Nadelige effecten? Nog steeds vallen leerlingen tussen wal en schip Nog steeds moeten ouders zoeken naar een

Nadere informatie

Afkorting en uitleg begrippen Passend Onderwijs. Kernbegrippen

Afkorting en uitleg begrippen Passend Onderwijs. Kernbegrippen Afkorting en uitleg begrippen Passend Onderwijs Kernbegrippen Passend Onderwijs (PaOn) Het zorgdragen voor een passend onderwijsaanbod aan zowel leerlingen die extra zorg nodig hebben als leerlingen die

Nadere informatie

Begeleiding van een Zorgleerling

Begeleiding van een Zorgleerling Begeleiding van een Zorgleerling Schooljaar 2013-2014 1. Inleiding Als mentor ben je het eerste aanspreekpunt voor de leerlingen in je klas en voor de ouders van deze leerlingen. Soms heb je één of meer

Nadere informatie

Preventieve Ambulante Begeleiding

Preventieve Ambulante Begeleiding Preventieve Ambulante Begeleiding 1. Wat is Preventieve Ambulante Begeleiding Preventieve Ambulante Begeleiding is een kortdurende dienstverlening in de vorm van ondersteuning en advisering door een ambulant

Nadere informatie

Verklarende woordenlijst en lijst met afkortingen

Verklarende woordenlijst en lijst met afkortingen Verklarende woordenlijst en lijst met afkortingen Adaptief onderwijs Onderwijs dat zich aanpast aan de ontwikkelingsmogelijkheden en behoeften van elk (individueel) kind. Arrangement Extra onderwijsondersteuning

Nadere informatie

7 Passend onderwijs. 7.1 Algemeen. 7.2 Interne begeleiding. Schoolgids 2012-2013

7 Passend onderwijs. 7.1 Algemeen. 7.2 Interne begeleiding. Schoolgids 2012-2013 7 Passend onderwijs 7.1 Algemeen Kinderen zijn nieuwsgierig en willen graag leren. Deze eigenschap hoort bij het kind zijn. Alle kinderen verdienen aandacht en zorg, maar zeker ook diegenen die moeite

Nadere informatie

Inhoudsopgave Wet langdurige zorg... 2 De huisarts en de WLZ... 6

Inhoudsopgave Wet langdurige zorg... 2 De huisarts en de WLZ... 6 Inhoudsopgave Wet langdurige zorg... 2 Wat is de Wet langdurige zorg (Wlz)?... 2 Vanuit de Wlz worden de volgende zorg- en hulpvormen geregeld:... 2 Wlz aanvragen... 2 1. Aanvraag bij het CIZ... 4 2. CIZ

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Speciaal onderwijs en positionering van de school van onderzoek

Hoofdstuk 3 Speciaal onderwijs en positionering van de school van onderzoek 27 Hoofdstuk 3 Speciaal onderwijs en positionering van de school van onderzoek 3.1 Inleiding De afgelopen jaren is in Nederland een aantal wezenlijke wettelijke wijzingen doorgevoerd op het gebied van

Nadere informatie

De ambulant begeleider heeft als eerste zorg het welbevinden van de leerling binnen het regulier onderwijs

De ambulant begeleider heeft als eerste zorg het welbevinden van de leerling binnen het regulier onderwijs 1 Wat is ambulante begeleiding? Ambulante begeleiding is ondersteuning van het speciaal onderwijs aan het regulier onderwijs. Met ambulante begeleiding kunnen leerlingen met een cluster 4 indicatie regulier

Nadere informatie

Aannamebeleid Emile Weslyschool Maastricht

Aannamebeleid Emile Weslyschool Maastricht Aannamebeleid Emile Weslyschool Maastricht In werking vanaf 1 augustus 2014 Samen aan de slag voor de beste onderwijsplek voor uw kind! Aannamebeleid EWS, J.D. Pagina 1 Inleiding Vanaf 1 augustus 2014

Nadere informatie

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ: zorg bij ziekte, handicap of ouderdom Als u zorg wilt die wordt betaald uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), onderzoekt het Centrum indicatiestelling

Nadere informatie

Erratum bij de brochure Zelf aan zet in de AWBZ

Erratum bij de brochure Zelf aan zet in de AWBZ Erratum bij de brochure Zelf aan zet in de AWBZ 20 maart 2009 Vanwege de nieuwe maatregelen in de AWBZ per 1 januari 2009 is deze brochure op enkele punten achterhaald. Hieronder vindt u de wijzigingen

Nadere informatie

INFORMATIEBLAD 6. College voor de Rechten van de Mens. rubriek: Veel gebruikte termen en afkortingen

INFORMATIEBLAD 6. College voor de Rechten van de Mens. rubriek: Veel gebruikte termen en afkortingen rubriek: Veel gebruikte termen en afkortingen INFORMATIEBLAD 6 Ambulante begeleiding Basisondersteuning Clusteronderwijs College voor de Rechten van de Mens Hulp van leerkrachten uit het speciaal onderwijs

Nadere informatie

Voorlichting Passend Onderwijs juni 2013

Voorlichting Passend Onderwijs juni 2013 Voorlichting Passend Onderwijs juni 2013 Uw kind, is ons doel. Wat we ook doen, op welke laag van de organisatie dan ook. Het blijft gaan over uw kind! Doel van de bijeenkomst: Ik wil u uitleg geven over

Nadere informatie

Passend onderwijs. Lid van het dagelijks bestuur, Liesbeth Verheggen

Passend onderwijs. Lid van het dagelijks bestuur, Liesbeth Verheggen Passend onderwijs De AOb heeft zich uitgesproken vóór het behouden van zoveel mogelijk leerlingen binnen het reguliere onderwijs. Maar de AOb voegde daar altijd aan toe dat passend onderwijs dan wel op

Nadere informatie

Begeleiding Jeugdwet. Omschrijving voorzieningen. Ons kenmerk: Datum: Juni 2015 Contactpersoon: Contractbeheer E-mail: contractbeheer@regiogenv.

Begeleiding Jeugdwet. Omschrijving voorzieningen. Ons kenmerk: Datum: Juni 2015 Contactpersoon: Contractbeheer E-mail: contractbeheer@regiogenv. Begeleiding Omschrijving voorzieningen Ons kenmerk: Datum: Juni 2015 Contactpersoon: Contractbeheer E-mail: contractbeheer@regiogenv.nl INHOUD 1 33101 Begeleiding individueel... 3 2 33102 Module Ondersteuning

Nadere informatie

Het indicatiebesluit

Het indicatiebesluit Het indicatiebesluit Deze folder hoort bij het indicatiebesluit. Dat is de brief waarin staat dat u aanspraak kunt maken op zorg. We leggen hier uit wat de verschillende onderdelen van het indicatiebesluit

Nadere informatie

Bijlage 8 Begrippenlijst en afkortingen. Zorgplicht

Bijlage 8 Begrippenlijst en afkortingen. Zorgplicht Bijlage 8 Begrippenlijst en afkortingen Zorgplicht In de wetgeving m.b.t. passend onderwijs hebben de schoolbesturen zorgplicht gekregen. Deze zorgplicht geldt voor de leerlingen waarvan is vastgesteld

Nadere informatie

Schoolondersteuningsprofiel. 23 Dr. Theun De Vriesskoalle

Schoolondersteuningsprofiel. 23 Dr. Theun De Vriesskoalle Schoolondersteuningsprofiel 23 Dr. Theun De Vriesskoalle Inhoudsopgave Toelichting... 3 DEEL I INVENTARISATIE... 5 1 Typering van de school... 5 2 Basisondersteuning... 6 3 Deskundigheid voor ondersteuning...

Nadere informatie

Achtergronden van de wet ( knelpunten huidig systeem) en doelen van deze wet:

Achtergronden van de wet ( knelpunten huidig systeem) en doelen van deze wet: BIJLAGE 1 Hoofdpunten wet Passend Onderwijs Leeswijzer: Dit document geeft in het kort de inhoud en de consequenties van de nieuwe wet op het passend onderwijs weer. De wetgever is zeer ambitieus en optimistisch

Nadere informatie

Meer over De Vlinder

Meer over De Vlinder Meer over De Vlinder Regulier waar het kan, speciaal waar nodig! Uw kind komt naar De Vlinder. In deze brochure leest u meer over wie we zijn en wat we doen. De Vlinder is een Cluster 4-school. Dat betekent

Nadere informatie

Uitwerking producten Ondersteuning zelfredzaamheid (C1) en ondersteuning maatschappelijke deelname (C2)

Uitwerking producten Ondersteuning zelfredzaamheid (C1) en ondersteuning maatschappelijke deelname (C2) Uitwerking producten Ondersteuning zelfredzaamheid (C1) en ondersteuning maatschappelijke deelname (C2) Het betreft ondersteuning voor jeugdigen om weer maatschappelijk, op school en binnen het gezin zelfstandig

Nadere informatie

Budgetten en vergoedingen wat betreft zorgboerderijen

Budgetten en vergoedingen wat betreft zorgboerderijen Budgetten en vergoedingen wat betreft zorgboerderijen Deze notitie is bedoeld om meer inzicht te geven over de budgetten en vergoedingen die op zorgboerderijen betrekking kunnen hebben als het gaat om

Nadere informatie

69 Zorgzwaartepakketten

69 Zorgzwaartepakketten DC 69 Zorgzwaartepakketten verstandelijk gehandicapten 1 Inleiding Cliënten die zorg in het kader van de Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ) nodig hebben, kunnen aanspraak maken op een budget daarvoor.

Nadere informatie

Speciaal Gewoon overstappen van speciaal naar regulier onderwijs. Cees de Wit, Maartje Reitsma Schoolpsychologencongres 2014

Speciaal Gewoon overstappen van speciaal naar regulier onderwijs. Cees de Wit, Maartje Reitsma Schoolpsychologencongres 2014 Speciaal Gewoon overstappen van speciaal naar regulier onderwijs Cees de Wit, Maartje Reitsma Schoolpsychologencongres 2014 Wie zijn jullie? Wie zijn wij? Recht op onderwijs dat is gericht op: - de ontplooiing

Nadere informatie

Algemene voorschriften voor het vaststellen van stoornis en beperking. onderzoek is uitgevoerd door een daartoe bevoegde deskundige

Algemene voorschriften voor het vaststellen van stoornis en beperking. onderzoek is uitgevoerd door een daartoe bevoegde deskundige CHECKLIST TOELAATBAARHEIDSCRITERIA & NOODZAKELIJKE RAPPORTAGE m.b.t. INDICATIESTELLING VOOR HET ONDERWIJS AAN KINDEREN/DEELNEMERS MET EEN VERSTANDELIJKE HANDICAP (ZMLK) Toelichting: deze checklist is gebaseerd

Nadere informatie

BIJLAGE A BIJ BELEIDSPLAN voor het toelaten en verwijderen van leerlingen d.d. november 2003. Checklijst gericht op de mogelijke instroom

BIJLAGE A BIJ BELEIDSPLAN voor het toelaten en verwijderen van leerlingen d.d. november 2003. Checklijst gericht op de mogelijke instroom BIJLAGE A BIJ BELEIDSPLAN voor het toelaten en verwijderen van leerlingen d.d. november 2003 Checklijst gericht op de mogelijke instroom van LGF- of rugzakleerlingen (WEC = wet op de expertise centra)

Nadere informatie

U heeft zorg nodig. Hoe regelt u dat?

U heeft zorg nodig. Hoe regelt u dat? U heeft zorg nodig. Hoe regelt u dat? U wilt zorg die betaald wordt uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). U kunt daar altijd een aanvraag voor doen. Het CIZ (Centrum indicatiestelling zorg)

Nadere informatie

Zorg voor kinderen met een intensieve zorgvraag

Zorg voor kinderen met een intensieve zorgvraag Factsheet Zorg voor kinderen met een intensieve zorgvraag Nieuwe afbakening verzorging Jeugdwet - Zorgverzekeringswet Deze factsheet maakt onderdeel uit van een aantal factsheets dat betrekking heeft op

Nadere informatie

Besluit van 18 mei 2009 houdende vaststelling van kerndoelen voor het speciaal onderwijs (Besluit kerndoelen WEC)

Besluit van 18 mei 2009 houdende vaststelling van kerndoelen voor het speciaal onderwijs (Besluit kerndoelen WEC) 2009D30612 31 973 Besluit van 18 mei 2009 houdende vaststelling van kerndoelen voor het speciaal onderwijs (Besluit kerndoelen WEC) Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld d.d... Binnen de vaste

Nadere informatie

Blad 1. Bijlage 3. Nadere beschrijving productcodes en diensten Maatwerkvoorziening Begeleiding

Blad 1. Bijlage 3. Nadere beschrijving productcodes en diensten Maatwerkvoorziening Begeleiding Bijlage 3. Nadere beschrijving product en diensten Maatwerkvoorziening Begeleiding Op basis van de prestatiebeschrijvingen opgesteld door de Nza (2013). Nza F125 Dagactiviteit GGZ-LZA (p/u.) Toeleidingtraject

Nadere informatie

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ: zorg bij ziekte, handicap of ouderdom Als u zorg wilt die wordt betaald uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), onderzoekt het Centrum indicatiestelling

Nadere informatie

Adviesformulier VO Onderwijskundig Rapport t.b.v het schooladvies bij het verlaten van het primair onderwijs en t.b.v. LWOO/PrO-procedure.

Adviesformulier VO Onderwijskundig Rapport t.b.v het schooladvies bij het verlaten van het primair onderwijs en t.b.v. LWOO/PrO-procedure. Gemeente Arnhem Adviesformulier VO Onderwijskundig Rapport t.b.v het schooladvies bij het verlaten van het primair onderwijs en t.b.v. LWOO/PrO-procedure. Toelichting De Wet Eindtoets en de Overgang PO-VO

Nadere informatie

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ: zorg bij ziekte, handicap of ouderdom Als u zorg wilt die wordt betaald uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), onderzoekt het Centrum indicatiestelling

Nadere informatie

1 Wie zijn we en welk onderwijsaanbod is er op onze school?

1 Wie zijn we en welk onderwijsaanbod is er op onze school? Ondersteuningsprofiel 2015-2016 Stadslyceum (lyceum, atheneum, havo) Inleiding Onze school maakt deel uit van het Samenwerkingsverband VO 20.01. Samen met alle scholen voor voortgezet (speciaal) onderwijs

Nadere informatie

Zorg in april De zorg in 2015 en verder. »WMO (wet maatschappelijke ondersteuning)»jeugdwet. »Zorgverzekering

Zorg in april De zorg in 2015 en verder. »WMO (wet maatschappelijke ondersteuning)»jeugdwet. »Zorgverzekering De zorg in 2015 en verder. De zorg in 2015 en verder. AWBZ»WLZ (wet langdurige zorg)»wmo (wet maatschappelijke ondersteuning)»jeugdwet»zorgverzekering Hans de Bruijn 1 Wie Wet Waar Zorgverzekering: Grondslag:

Nadere informatie

Leerlinggebonden Financiering in het mbo

Leerlinggebonden Financiering in het mbo Leerlinggebonden Financiering in het mbo Brochure voor professionals Rugzak Subsidieregeling voor mbo Vanaf 1 januari 2006 wordt in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) de subsidieregeling van kracht,

Nadere informatie

Vastgesteld op [ ] Advies DR [ (1 e bespreking] Looptijd Schoolondersteuningsprofiel versie 1.2

Vastgesteld op [ ] Advies DR [ (1 e bespreking] Looptijd Schoolondersteuningsprofiel versie 1.2 Vastgesteld op [30-08-2016] Advies DR [15-12-2016 (1 e bespreking] Looptijd 2016-2020 Schoolondersteuningsprofiel versie 1.2 Schoolondersteuningsprofiel Wat is een schoolondersteuningsprofiel? Een school

Nadere informatie

SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL SCHOOLJAAR

SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL SCHOOLJAAR SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL SCHOOLJAAR 2015-2016 1 Voorwoord Voor u ligt het Schoolondersteuningsprofiel (SOP) van basisschool De Wieling. Iedere school stelt een SOP op, dit is een wettelijke verplichting.

Nadere informatie

Kerndoelen speciaal onderwijs (so)

Kerndoelen speciaal onderwijs (so) Voor het onderwijs Algemene informatie over het speciaal onderwijs Kinderen die het reguliere onderwijs niet kunnen volgen, kunnen terecht in het speciaal onderwijs of het speciaal basisonderwijs (sbo).

Nadere informatie

Vaststelling bedragen programma's van eisen voor basisscholen en de speciale scholen voor basisonderwijs

Vaststelling bedragen programma's van eisen voor basisscholen en de speciale scholen voor basisonderwijs Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 16 september 2009, nr. PO/FenV/ 151703, houdende de vaststelling van de bedragen voor de materiële instandhouding van het basisonderwijs,

Nadere informatie

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat? AWBZ: zorg bij ziekte, handicap of ouderdom Als u zorg wilt die wordt betaald uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), onderzoekt het Centrum indicatiestelling

Nadere informatie

Het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring, bij wie en door wie?

Het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring, bij wie en door wie? Het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring, bij wie en door wie? Een handreiking om te kunnen bepalen waar de TLV moet worden aangevraagd. Een samenvatting voor het toepassen van grensverkeer. Versie

Nadere informatie

Veranderingen in Onderwijs en Zorg September 2014

Veranderingen in Onderwijs en Zorg September 2014 Veranderingen in Onderwijs en Zorg September 2014 Veranderingen 1. Invoering Passend Onderwijs 1 augustus 2014 2. Nieuwe Jeugdwet 1 januari 2015 3. Decentralisatie van de AWBZ 1 januari 2015 4. Invoering

Nadere informatie

toegelaten wordt. Uiteraard zal er in overleg met de ouders altijd naar een oplossing worden gezocht.

toegelaten wordt. Uiteraard zal er in overleg met de ouders altijd naar een oplossing worden gezocht. De zorg voor onze leerlingen Zorgbreedte Op de Koningin Emmaschool streven we ernaar om alle kinderen zo goed mogelijk te begeleiden. Naast de normale zorg die de leerkrachten aan de kinderen besteden,

Nadere informatie

Unal College. Professionele zorg, aandacht voor culturele achtergrond

Unal College. Professionele zorg, aandacht voor culturele achtergrond Unal College Trainingen en werkbegeleiding aan (jong) volwassenen met een verstandelijke beperking Unal College Professionele ondersteuning en training met aandacht voor culturele achtergrond voor (jong)

Nadere informatie

2.10 Resultaten van het ITS onderzoek naar leerlingen met autisme in het primair en voortgezet onderwijs in het schooljaar

2.10 Resultaten van het ITS onderzoek naar leerlingen met autisme in het primair en voortgezet onderwijs in het schooljaar 2.10 Resultaten van het ITS onderzoek naar leerlingen met autisme in het primair en voortgezet onderwijs in het schooljaar 2003-2004 Samenvatting, conclusies en aandachtspunten 1 Autisme in het primair

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2008

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2008 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2008 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Factsheet AWBZ, 24 februari 2014. AWBZ naar Wmo: langdurige zorg per 1 januari 2015 naar gemeenten

Factsheet AWBZ, 24 februari 2014. AWBZ naar Wmo: langdurige zorg per 1 januari 2015 naar gemeenten Factsheet AWBZ, 24 februari 2014 AWBZ naar Wmo: langdurige zorg per 1 januari 2015 naar gemeenten Het Rijk draagt op 1 januari 2015 een deel van de zorg voor ouderen, chronisch zieken en gehandicapten

Nadere informatie

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. A. M. Dijksma,

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. A. M. Dijksma, Regeling van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2007, nr. PO/BenB/07 38.052, houdende het vaststellen van de bedragen voor het verstrekken van de bekostiging voor de materiële

Nadere informatie

Bijlage 4: Uitwerking compensatiemaatregel

Bijlage 4: Uitwerking compensatiemaatregel Bijlage 4: Uitwerking compensatiemaatregel AWBZ Auteur: N. Teeuwen e.a. 1 Versie Datum 02-06- 2014 Overzicht besluitvormingstraject Datum: Datum: 12 juni 2014 Projectbestuur PPO Rotterdam 25 juni 2014

Nadere informatie

HANDREIKING EVIDENT EN KENNELIJK STABIELE KINDKEMERKEN Algemene uitgangspunten

HANDREIKING EVIDENT EN KENNELIJK STABIELE KINDKEMERKEN Algemene uitgangspunten HANDREIKING EVIDENT EN KENNELIJK STABIELE KINDKEMERKEN Algemene uitgangspunten Het vaststellen van een stoornis bii (her-)indicatie. De toegang tot het speciaal onderwijs of leerlinggebonden financiering

Nadere informatie

ZZP-Productenboek Volledig Pakket Thuis (VPT)

ZZP-Productenboek Volledig Pakket Thuis (VPT) ZZP-Productenboek Volledig Pakket Thuis (VPT) Informatie over zorgproducten van Amerpoort voor mensen met een verstandelijke beperking die thuis wonen Een zorgzwaartepakket (ZZP) is een manier om aan te

Nadere informatie

Regeling indicatiecriteria en aanmeldingsformulier leerlinggebonden financiering

Regeling indicatiecriteria en aanmeldingsformulier leerlinggebonden financiering Regeling indicatiecriteria aanmeldingsformulier leerlinggebond financiering van 15 Juli 2005 De criteria schematisch weergegev. Schema s criteria per juli 2005 (versie 15 juli) 1 DOV Indicatiecriteria

Nadere informatie

Addendum gegevensuitwisseling tussen zorgaanbieders en Wmo loket

Addendum gegevensuitwisseling tussen zorgaanbieders en Wmo loket Addendum gegevensuitwisseling tussen zorgaanbieders en Wmo loket Aanleiding De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) bepaalt dat de gemeente bij een aanvraag onderzoek doet naar de mate waarin

Nadere informatie

Eigen bijdrage Zorg zonder Verblijf en Wmo INFORMATIE 2012

Eigen bijdrage Zorg zonder Verblijf en Wmo INFORMATIE 2012 Eigen bijdrage Zorg zonder Verblijf en Wmo INFORMATIE 2012 Voor wie is deze folder? Ontvangt u zorg thuis zoals verpleegkundige hulp? Maakt u gebruik van hulp bij het huishouden? Of heeft u een hulpmiddel

Nadere informatie

Hebt u zorg nodig? Informatie over de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en het aanvragen van zorg

Hebt u zorg nodig? Informatie over de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en het aanvragen van zorg Hebt u zorg nodig? Informatie over de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en het aanvragen van zorg JANUARI 2010 INHOUDSOPGAVE Waar gaat deze folder over? Welke zorg hoort bij de AWBZ? Vijf zorgfuncties

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg (CSLM) 5 2.3 gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden

Nadere informatie

Naar school gaan met een beperking of aandoening

Naar school gaan met een beperking of aandoening Onderwijs - visie Naar school gaan met een beperking of aandoening december 2018 10 randvoorwaarden Vooraf Elk kind heeft recht op onderwijs. Dat zegt het Internationale Verdrag voor de Rechten van het

Nadere informatie

Bezuinigingen passend onderwijs

Bezuinigingen passend onderwijs Bezuinigingen passend onderwijs Passend onderwijs en speciaal onderwijs worden bijna als synoniemen door elkaar gebruikt, terwijl er principiele verschillen zijn. Passend onderwijs Concept (Nog) niet vastgelegd

Nadere informatie

EEN NIEUW BEGIN OP EEN SPECIALE SCHOOL

EEN NIEUW BEGIN OP EEN SPECIALE SCHOOL speciaal onderwijs speciaal onderwijs EEN NIEUW BEGIN OP EEN SPECIALE SCHOOL Speciaal Onderwijs Entréa Een nieuw begin op een speciale school De meeste kinderen beginnen hun schoolcarrière op de basisschool.

Nadere informatie

d. De onderstaande bedragen zijn gebaseerd op prijspeil 2003 en voorschotpercentages 2004.

d. De onderstaande bedragen zijn gebaseerd op prijspeil 2003 en voorschotpercentages 2004. Bijlage 1 bij circulaire II/502/04/1c Tariefstructuur 1. ALGEMEEN a. Deze beleidsregel is van toepassing op de organen voor gezondheidszorg als vermeld in artikel 2, onder b van het Besluit werkingssfeer

Nadere informatie

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, - 1 - Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 14 september 2012, nr. WJZ/436633 (10181), houdende de vaststelling van de bedragen voor de materiële instandhouding van het basisonderwijs,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19282 26 september 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 14 september 2012, nr. WJZ/436633

Nadere informatie

De minister van onderwijs, cultuur en wetenschap,

De minister van onderwijs, cultuur en wetenschap, Regeling toelating tot praktijkonderwijs van LWOO-leerlingen en leerlingen met een indicatie voor (voortgezet) speciaal onderwijs in bijzondere gevallen. De minister van onderwijs, cultuur en wetenschap,

Nadere informatie

Factsheet Passend Onderwijs

Factsheet Passend Onderwijs Factsheet Passend Onderwijs November 2010 Inleiding Deze factsheet geeft feiten en cijfers over het passend onderwijs in Nederland. De factsheet is een vervolg op de Factsheet Passend onderwijs van januari

Nadere informatie

Thuiszorg Alerimus. Zorg om thuis te kunnen blijven wonen

Thuiszorg Alerimus. Zorg om thuis te kunnen blijven wonen Thuiszorg Alerimus Zorg om thuis te kunnen blijven wonen Alerimus biedt zorg op maat, niet alleen binnen de instelling maar ook in uw eigen woonomgeving. We willen allemaal zo lang mogelijk zelfstandig

Nadere informatie

Ambulante Onderwijskundige Begeleiding voor leerlingen en studenten met een visuele beperking

Ambulante Onderwijskundige Begeleiding voor leerlingen en studenten met een visuele beperking Ambulante Onderwijskundige Begeleiding voor leerlingen en studenten met een visuele beperking Gewoon naar school, mét begeleiding Wat ziet mijn leerling en wat niet? Zijn er aanpassingen nodig in de klas?

Nadere informatie

Richtlijnen Commissie Leerling Ondersteuning (CLO) Samenwerkingsverband De Liemers po

Richtlijnen Commissie Leerling Ondersteuning (CLO) Samenwerkingsverband De Liemers po Richtlijnen Commissie Leerling Ondersteuning (CLO) Samenwerkingsverband De Liemers po Minimaal noodzakelijk bij aanmelding voor alle leerlingen: Ondertekend aanmeldingsformulier Handelingsgericht Zorgformulier

Nadere informatie

Afbakening Wet langdurige zorg (Wlz) en samenwerking Centrum indicatiestelling zorg (CIZ)

Afbakening Wet langdurige zorg (Wlz) en samenwerking Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) Afbakening Wet langdurige zorg (Wlz) en samenwerking Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) Er is in de praktijk onduidelijkheid over de grens tussen de Wlz en de Wmo / Jeugdwet. Inhoud: - Aanspraak Wmo

Nadere informatie

Uitleg voorwaarden algemene tegemoetkoming Wtcg 2013

Uitleg voorwaarden algemene tegemoetkoming Wtcg 2013 Uitleg voorwaarden algemene tegemoetkoming Wtcg 2013 Voor de algemene tegemoetkoming vanuit de Wet chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) over 2013 zijn de voorwaarden voor zorggebruik gewijzigd. Daarnaast

Nadere informatie

Zelfstandig, Zelfredzaam, Zorgzaam Eén loket voor ondersteuning en voorzieningen

Zelfstandig, Zelfredzaam, Zorgzaam Eén loket voor ondersteuning en voorzieningen Servicepunt Z Almere Zelfstandig, Zelfredzaam, Zorgzaam Eén loket voor ondersteuning en voorzieningen Veel mensen willen zo lang mogelijk zelfstandig leven, wonen en meedoen in de samenleving. Dit geldt

Nadere informatie

Het indicatiebesluit

Het indicatiebesluit Het indicatiebesluit Deze folder hoort bij het indicatiebesluit. Dat is de brief die u van het CIZ heeft gekregen, waarin staat op welke zorg u aanspraak kunt maken. We leggen uit hoe u de zorg ontvangt,

Nadere informatie

Begeleiding individueel (laag)

Begeleiding individueel (laag) Begeleiding individueel (laag) Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid en die strekken tot voorkoming van opname in een instelling of verwaarlozing.

Nadere informatie

editie speciaal onderwijs Extra feb. 2009, jaargang 4, nr. 1

editie speciaal onderwijs Extra feb. 2009, jaargang 4, nr. 1 In de Werkgroep Onderwijs Kinderopvang participeren de werkgevers- en werknemersorganisaties vanuit het onderwijs en de kinderopvang en de ouderorganisaties. De werkgroep wil bijdragen aan een realistische

Nadere informatie

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling. Functieprofiel Leraar op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling. April 2018 Specifieke competenties teamlid OBS Het Toverkruid

Nadere informatie

NB. Dit beleid is ook van toepassing op leerlingen met een persoonsgebonden budget van de GGD.

NB. Dit beleid is ook van toepassing op leerlingen met een persoonsgebonden budget van de GGD. Aannamebeleid van leerlingen met een handicap op de scholen van SKOSO Kenm.: AZ/Beleid/001 Betreft: Beleid aanname gehandicapte leerlingen SKOSO Versie: 07-07-2003. 1. Referentie. - Wet Leerlinggebonden

Nadere informatie

Horizontaal rooster Op Bij de Bron wordt met een horizontaal

Horizontaal rooster Op Bij de Bron wordt met een horizontaal 4.4 De leerlingenzorg Kinderen hebben een natuurlijke behoefte om zich te ontwikkelen. Ieder kind is nieuwsgierig en in principe leergierig. Om de ontwikkelingen en leervorderingen van een kind te volgen,

Nadere informatie