Blijde Wei. Lesaanbod

Transcriptie

1 Lesaanbod Blijde Wei Les groep aug sept okt nov dec jan feb mrt apr mei juni juli Beestenboel 1/2 X X Kleine Beestjes 1/2 X X X In de sloot, uit de sloot 3/4 X X X Huisdieren 3/4 X X Amfibieën en Reptielen 5/6 X X Uitvogelen 5/6 X X X Leven van de natuur 7 X X X Leven(de) zee 7/8 X X Schooltuinieren* 5/6/7 X X X X X X X *Schooltuinieren loopt door tot oktober 2017 Let op: Iedere groep mag zich 1x inschrijven voor een les. Ieder kind mag in zijn basisschoolperiode 1x meedoen met een Schooltuinieren programma. Dit is naast het jaarlijks inschrijven voor een losse les.

2 van de lessen Beestenboel Groep 1 en 2 Periode Maart en april 2017 Kinderboerderij de Blijde Wei. De kinderen komen in contact met de meest bekende boerderijdieren (kip, geit, koe, schaap, paard, varken en konijn). Ze ervaren met hun zintuigen de verschillen tussen deze dieren wat betreft de vachten, snuiten, poten, uitwerpselen en het voer dat de dieren eten. Na een inleidend kringgesprek, waarbij een echt konijn (of lammetje) centraal staat, gaan de kinderen kennis maken met de andere boerderijdieren. Vanuit de beestenboelkar worden allerlei speelse opdrachten uitgevoerd: ze voelen de vachten, aaien, borstelen en voeren de dieren, ruiken hun uitwerpselen, speuren naar hun pootafdrukken en zoeken al puzzelend naar de juiste snuit bij het juiste dier. Aanwijzingen In verband met het werken in groepjes, is per 5 à 6 leerlingen een actieve begeleider nodig, die de opdrachten voorleest en de kinderen helpt bij de dieren. Er kunnen maximaal 6 groepjes gemaakt worden. Kleine beestjes Groep 1 en 2 Periode September, oktober 2016 Kinderboerderij de Blijde Wei. De kinderen leren over allerlei kleine beestjes die in ons dagelijks leven rondkruipen en gaan op zoek waar die beestjes graag leven. Met behulp van loeppotjes en zoekkaarten leren ze de meest voorkomende diertjes herkennen (en op naam brengen) en leren ze de onderlinge kenmerken van al die verschillende kleine beestjes. Na een algemene inleiding over het nut van kleine beestjes en de overeenkomsten en verschillen tussen de diertjes (o.a. door de bouw, de leefomstandigheden en ontwikkeling) te bespreken gaan de kinderen in kleinere groepjes buiten op zoek naar beestjes en gaan ze deze onderzoeken. Na afloop worden de diertjes netjes vrijgelaten en wordt in de nabespreking de belangrijkste kenmerken en eigenschappen nabesproken. Aanwijzingen Per 5 à 6 kinderen is een actieve begeleider noodzakelijk. Deze les is hoofdzakelijk buiten.

3 In de sloot, uit de sloot Groep 3 en 4 Periode Mei, juni en juli 2017 Te geven door Educatief medewerker. en sloten rondom de kinderboerderij. De leerlingen maken kennis met de grote verscheidenheid aan dierlijke levensvormen in de sloot. Na een kort inleidend kringgesprek gaan de kinderen (in tweetallen) met behulp van een schepnet diertjes vangen in de sloten rondom de kinderboerderij. De diertjes worden meegenomen naar het lokaal en in bakken gedaan, goed bekeken en eventueel op naam gebracht. Aanwijzingen Het is verstandig als de kinderen voor deze les kleren en schoenen dragen die vies mogen worden. Per 4 leerlingen is een volwassen begeleider nodig. Huisdieren Groep 3 en 4 Periode Januari en februari 2017 De leerlingen hebben de verantwoordelijkheden ervaren die het hebben van huisdieren met zich meebrengen. Zij leren met respect om te gaan met (huis)dieren. Na een inleidend verhaal gaan de leerlingen in groepjes enkele opdrachten uitvoeren. Ook wordt besproken welke dieren minder geschikt zijn als huisdier. Aanwijzingen In verband met het werken in groepjes is per 5 à 6 leerlingen een begeleider noodzakelijk. Er kunnen maximaal 6 groepjes gemaakt worden. Amfibieën en reptielen Groep 5 en 6 Periode November en december 2016 Na afloop van de les kunnen de kinderen: de belangrijkste kenmerken van amfibieën en reptielen benoemen; zijn de leerlingen vertrouwd met deze bijzondere diergroepen; weten de leerlingen waarom deze dieren minder geschikt zijn als huisdier; zijn er eventuele angsten voorkomen, verminderd en/of weggenomen. In het lokaal zijn verschillende soorten amfibieën en reptielen aanwezig. Tijdens het inleidende kringgesprek worden de verschillende kenmerken van deze dieren besproken. Ter illustratie zullen diverse dieren gehanteerd

4 Aanwijzingen worden. Dan volgt er een opdrachtencircuit waarbij de leerlingen de dieren kunnen observeren en tevens vragen kunnen beantwoorden middels een werkboek. Bij deze les is geen extra begeleiding nodig, maar zijn ouders natuurlijk welkom. Let er op dat ouders met angst voor deze dieren hun angst niet projecteren op de leerlingen. Uitvogelen Groep 5 en 6 Periode Mei, juni, juli minuten Na afloop van de les: hebben de leerlingen kennisgemaakt met de algemene vogels om ons heen; kunnen de leerlingen waardering en verwondering uiten over diezelfde stadsvogels; kunnen de leerlingen kenmerken benoemen van een vogel. Dagelijks zien we om ons heen vele vogelsoorten. Te denken valt aan de huismus, koolmees, spreeuw, merel en kauw. De les Uit vogelen laat de leerlingen door middel van opdrachten, waarbij beleving en ervaring centraal staan, kennismaken met aantal kenmerken van vogels. De opdrachten zijn gekoppeld aan vogels die hier in de omgeving voorkomen, zodat de leerlingen ze (kunnen gaan) herkennen. Leven van de natuur Groep 7 Periode September en oktober 2016 ca. 150 minuten Terrein op kinderboerderij de Blijde Wei Kinderen door middel van ervaringen de afhankelijkheid van natuurlijke bronnen laten beleven. Door middel van een spelsituatie belanden we zogenaamd in het Tatragebergte in Polen. Het kan wel drie dagen duren voordat er hulp is. Vandaar dat we ons grondig voorbereiden op een survival in de natuur. Aan de hand van een amulet, die vooraf op school is gemaakt, doorlopen de leerlingen een programma. Hierbij wordt een grote diversiteit aan kennis en vaardigheden opgedaan. Niet alleen cognitieve kennis en praktische vaardigheden komen aan bod, want er is juist veel te leren op sociaal gebied tijdens deze boeiende les. Aanwijzingen Deze buitenles gaat onder alle weersomstandigheden door. Zorg er dus voor dat de leerlingen en uzelf geschikte buitenkleding dragen die vies mag worden. Een extra hulp met survival mentaliteit is welkom tijdens deze les.

5 Leven(de) zee Groep 7 en 8 Periode Januari en februari 2017 Te geven door Educatief medewerker De leerlingen maken kennis met een groot aantal dieren dat in de (Noord)zee voorkomt. Ze (her)kennen een aantal zeedieren aan hun uiterlijk en gedrag. Leren dieren uit diverse diergroepen hanteren bij de voelbakken. Zien de invloed van de mens op het zeemilieu. Het leven onder water, dat meestal onzichtbaar blijft, is in aquaria en ondiepe bakken te zien. In een kringgesprek wordt de grote verscheidenheid en kwetsbaarheid van deze dieren besproken. Aanwijzingen Deze les biedt leerlingen een unieke kans om het leven uit de Nederlandse kustwateren van dichtbij te bekijken. In verband met het welzijn van de dieren is er geen verwarming aan in het lokaal. De temperatuur in het lokaal is hierdoor ongeveer 12 graden. Laat de leerlingen meerdere lagen kleding en dikke truien aantrekken, want de jassen worden wel uitgedaan. Schooltuinieren Groep 5, 6, 7 Periode Het betreft een programma dat meegroeit met de seizoenen en na de zomervakantie doorloopt tot en met de oogst. Variabel, ongeveer per les. Te geven door Educatief medewerker en de leerkracht samen Educatieve Tuinen Lieve de Key of Geelkruid en in de klas. De leerlingen onderhouden zelf een tuin. Zo leren ze waar hun voedsel vandaan komt, hoe ze hun producten kunnen bereiden en wat gezonde voeding is. De leerlingen gaan zelfstandig en samen aan de slag. Zij leren wat een plant nodig heeft om te groeien en bloemen en vruchten te maken. Ter informatie De educatief medewerker van de tuin bij u in de buurt neemt voor aanvang van het tuinprogramma contact met u op, om de mogelijkheden voor schooltuinieren door te nemen en het programma in te plannen.