Tussenrapportage en plan van aanpak van de verdiepende onderzoeksfase opvang vluchtelingen Hellevoetsluis

Transcriptie

1 Tussenrapportage en plan van aanpak van de verdiepende onderzoeksfase opvang vluchtelingen Hellevoetsluis Datum: juni 2016 Afdeling: Samenlevingszaken

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding Terugblik Stand van zaken van het onderzoek: locatiestudie Vervolg proces: plan van aanpak verdiepende onderzoeksfase Algemene planning onderzoek vluchtelingen Plan van aanpak van de verdiepende onderzoeksfase Besluitvormingsproces van de verdiepende onderzoeksfase Financiën

3 1. Inleiding Door de vele conflicten in en rond het Midden-Oosten en delen van Noord-Afrika is er sinds 2015 een grote vluchtelingenstroom richting Europa. Ook in Nederland is het aantal vluchtelingen dat asiel aanvraagt sterk toegenomen Zij zijn op de vlucht voor oorlog en zoeken een veilig heenkomen. Het COA (Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) is verantwoordelijk voor de opvang en de begeleiding van de vluchtelingenstroom in Nederland. Door de verhoogde instroom van vluchtelingen heeft het COA te maken met een aanhoudende stijging van de bezetting op de opvanglocaties. Maar ook de toename van het aantal vergunninghouders (asielzoekers met een verblijfsstatus) dat wacht op een woning binnen een Nederlandse gemeente en een toename in het aantal na-reizigers (familieleden van vergunninghouders die later naar Nederland afreizen) zorgt voor de toenemende bezetting op de opvang locaties. Daarom is het COA op zoek naar mogelijkheden voor nieuwe opvanglocaties. Ook Hellevoetsluis heeft een verantwoordelijkheid in de gezamenlijke taak die de gemeenten in Nederland hebben voor de opvang van vluchtelingen. Momenteel wordt, in vervolg op de raadsbrede motie, onderzocht of en hoe Hellevoetsluis kan bijdragen aan de opvang van vluchtelingen op een manier die aansluit bij onze mogelijkheden en het karakter van de stad. Deze notitie is een tussentijdse rapportage om de gemeenteraad te informeren over de stand van zaken van het onderzoek en het beoogde vervolgtraject. In deze tussenrapportage blikken we terug op wat er voorafgaande aan deze rapportage heeft plaatsgevonden (hoofdstuk 2). Daarnaast omvat de tussenrapportage de bevindingen van de locatiestudie en het onderzoek van deze locatie dat adviesbureau BRO, in opdracht van het COA, heeft verricht (hoofdstuk 3). In hoofdstuk 4 wordt de algemene planning, het plan van aanpak en het besluitvormingsproces voor de volgende fase in het onderzoek, de verdiepende fase, geschetst. Hoofdstuk 5 omvat de financiële consequenties in de verdiepende onderzoeksfase voor de gemeente. 3

4 2. Terugblik De aanleiding van dit onderzoek is de motie die unaniem door de gemeente raad is ingediend op 16 september 2016 waarin de gemeenteraad het college van B&W verzoekt te onderzoeken of aan de condities kan worden voldaan om vluchtelingen in Hellevoetsluis op te vangen. Naar aanleiding van deze motie heeft er een eerste inventarisatie plaatsgevonden naar de mogelijkheden. In januari 2016 is er door inwoners een burgerinitiatief ingediend waarin zij de gemeenteraad vragen het initiatief te nemen tot het houden van een referendum, voorafgaand aan een eventueel besluit over een asielzoekerscentrum. Tot slot is recentelijk door het college van B&W een communicatieplan vastgesteld waarin, afhankelijk van de fase van het onderzoek, de wijze van communicatie en participatie van inwoners wordt beschreven. Raadsbrede motie opvang vluchtelingen De Hellevoetse gemeenteraad heeft op 16 september 2015 een raadsbrede motie ingediend waarin zij aangeeft van mening te zijn dat ook Hellevoetsluis een verantwoordelijkheid heeft in de gezamenlijke taak die de gemeenten in Nederland hebben voor de opvang van vluchtelingen (bijlage 1). Zij heeft het college verzocht om: op korte termijn te onderzoeken of in Hellevoetsluis aan de condities kan worden voldaan om vluchtelingen in onze stad op te vangen; maatschappelijke partners zoals het Vluchtelingenwerk, de kerken, de moskee, en andere relevante partners te betrekken in het onderzoek; tijdens het onderzoek al in een vroeg stadium contact op te nemen met het COA; inzicht te geven in de financiële consequenties; de resultaten van dit onderzoek met de gemeenteraad te bespreken. Hierbij in acht nemend dat: het gaat om opvang van vluchtelingen en niet om extra huisvesting van statushouders; verdringing op de huizenmarkt daarom niet aan de orde is en mag zijn; de consequenties van de opvang van vluchtelingen op de korte en de lange termijn in zijn volle omvang eerst onderzocht moeten worden voordat we overgaan tot structurele opvang van vluchtelingen; het Rijk moet voorzien in een bijdrage voor de logistieke zaken die komen kijken bij de opvang; de maatschappelijke baten (middenstand etc.) hierbij ook worden meegenomen; de randvoorwaarden (zoals humane opvang, duidelijkheid in het aantal vluchtelingen, bij voorkeur gezinnen, sociaal-maatschappelijke inpassing, onderwijs, zorg, veiligheid, beheer, etc.) duidelijk en goed geregeld moeten zijn voordat we daadwerkelijk overgaan tot opvang van vluchtelingen. Notitie Inventarisatie mogelijkheden opvang vluchtelingen in Hellevoetsluis: 1 e fase onderzoek Tijdens haar vergadering op 22 september 2015 heeft het college van B&W besloten om voor de uitvoering van de motie in overleg te treden met het COA over de wenselijkheid van een opvanglocatie in de gemeente Hellevoetsluis. Ook heeft het college van B&W besloten de mogelijkheden en omstandigheden voor het realiseren van een (tijdelijke) opvangvoorziening nader uit te werken. Na dit college besluit is er een inventarisatie gemaakt van de verschillende mogelijkheden voor de opvang van vluchtelingen en de daarbij behorende gemeentelijke verantwoordelijkheden en gevolgen. Deze zijn verwerkt in de notitie "Inventarisatie mogelijkheden opvang vluchtelingen in Hellevoetsluis: 1e fase onderzoek (bijlage 2). Gebaseerd op de bevindingen van dit onderzoek heeft het college van B&W op 6 oktober 2016 ingestemd met het nader verkennen van de mogelijkheden voor een reguliere opvangvoorziening (asielzoekerscentrum) met een capaciteit van maximaal 350 plaatsen. Er is gekozen voor een reguliere opvangvoorziening omdat deze de 4

5 beste garantie biedt voor goede begeleiding van de bewoners van de opvangvoorziening en voor een goede leefbaarheid voor omwonenden. Burgerinitiatief en communicatieplan Door Hellevoetse inwoners is in januari 2016 een burgerinitiatief ingediend, waarin zij de gemeenteraad vragen het initiatief te nemen tot het houden van een referendum, voorafgaand aan een eventueel besluit over een asielzoekerscentrum. In reactie op dit burgerinitiatief heeft de gemeenteraad besloten om het college eerst te vragen met een communicatieaanpak te komen waarin duidelijk wordt hoe de gemeente inwoners wil betrekken bij de mogelijke komst van vluchtelingen naar Hellevoetsluis. Op 5 april 2016 heeft het college een communicatieplan vastgesteld. Dit plan beschrijft de verschillende fasen van het onderzoek, wat we met de communicatie en participatie van inwoners willen bereiken en welke aanpak we kiezen om daar vorm aan te geven. Tevens is aangegeven dat een besluit van de gemeenteraad over een asielzoekerscentrum pas plaatsvindt nadat inwoners inbreng hebben gehad. In de manier waarop de gemeente inwoners betrekt is gekozen voor zo kleinschalig en persoonlijk mogelijk, zodat er ruimte is voor een goed gesprek. 5

6 3. Stand van zaken van het onderzoek: locatiestudie De bevindingen in de notitie "Inventarisatie mogelijkheden opvang vluchtelingen in Hellevoetsluis: 1e fase onderzoek hebben geleid tot de conclusie dat de voorkeur wordt gegeven werd aan een reguliere opvangvoorziening (asielzoekerscentrum) voor maximaal 350 personen. Dit in acht nemend zijn potentiele locaties geïnventariseerd en is samen met het COA de meest geschikte locatie nader onderzocht op haalbaarheid. Hierbij is uitgegaan van een duur van 5 jaar, met de mogelijkheid van een verlenging tot maximaal 10 jaar. Inventarisatie geschikte locaties Uitgaande van een reguliere opvang voorziening (asielzoekerscentrum) met een capaciteit van maximaal 350 plaatsen en de door het COA en gemeente gestelde randvoorwaarden is een eerste inventarisatie gemaakt van potentiële locaties in Hellevoetsluis. In Hellevoetsluis zijn er geen leegstaande gebouwen die aan de gestelde randvoorwaarden voldoen. Daarom heeft het onderzoek zich beperkt tot percelen. Randvoorwaarden De randvoorwaarden die het COA stelt aan reguliere opvanglocaties staan beschreven in een programma van eisen. Belangrijke aspecten zijn globaal: Locatie ten opzichte van voorzieningen: de voorkeur van het COA gaat uit naar een te realiseren opvanglocatie in de nabijheid van voorzieningen (openbaar vervoer, winkels, onderwijsmogelijkheden voor BO en VO, dorps-/stadskern en dergelijke). Functie (in termen van het Bouwbesluit): bij herbestemming van een bestaand pand realiseert het COA een woonfunctie (of als alternatief eventueel een logiesfunctie). Kantoren genieten niet de voorkeur van het COA; transformeren naar wooneenheden kost veel tijd en de financiële investering is hoog. Wooneenheden: het COA streeft naar wonen in kleinere eenheden waarbij slaapkamers, woonruimte, sanitair en keuken tot de ruimten behoren. Soms kan koken ook buiten de eenheid in een gezamenlijke ruimte voor een beheersbaar aantal wooneenheden. Kamers: bij voorkeur mix van een- en tweepersoonsslaapkamers, aangevuld met kamers/eenheden waar families kunnen worden opgevangen. Kantoren t.b.v. de ondersteunende diensten dienen zoveel mogelijk bij elkaar gelegen te zijn, zodat er een duidelijk scheiding is tussen wonen en diensten. Terreinvoorzieningen: naast het wonen en de ondersteunende voorzieningen heeft het de voorkeur van het COA dat er op locatie mogelijkheden zijn voor o.a. buitensport, parkeerplaatsen, kinderspeelplaats, fietsenstalling. Een opvanglocatie voor personen past op een grondoppervlakte van circa 2 ha (nieuwbouw). Denk hierbij aan circa m2 BVO aan woonruimte en circa m2 BVO voor ondersteunende diensten. De gemeente Hellevoetsluis heeft zelf ook een aantal aspecten benoemd die van belang zijn voor het bepalen van de geschiktheid van een locatie. De belangrijkste daarvan zijn: Gemeentelijke eigendom: locatie bij voorkeur in eigendom van de gemeente; Passendheid bij de visie op strategische ontwikkelingen: geen mogelijke conflicten met beoogde strategische ontwikkelingen in Hellevoetsluis; Absorptievermogen van de omliggende woonwijk (mate van overlast, sociale cohesie en veiligheid van de wijk). Beoogde locatie: Hellevoetse Achterweg Allereerst is er gekeken naar potentiële locaties (percelen) die groot genoeg zijn voor een capaciteit van 350 personen (percelen van circa 2 hectare). De percelen die van voldoende omvang waren zijn getoetst aan bovengenoemde randvoorwaarden waarbij passendheid bij de visie op strategische ontwikkelingen, de nabijheid van voorzieningen en gemeentelijke eigendom de belangrijkste criteria 6

7 waren. Uit deze analyse is gebleken dat de Hellevoetse Achterweg, ten westen van verpleeghuis Grootenhoek de locatie met de meeste potentie is (zie figuur 1). Belangrijke aandachtspunten bij deze locatie zijn wel: De nabijheid van scholengemeenschappen en verpleeghuizen; Het bestemmingsplan van het perceel. Het perceel heeft momenteel een agrarische bestemming. Er zal zowel een omgevingsvergunning (voor tijdelijke planologische afwijking) en gebruiksvergunning moeten worden aangevraagd. Voor het aanvragen van een omgevingsvergunning geldt een termijn van maximaal 8 weken. Voor het aanvragen van een gebruiksvergunning geldt een termijn van maximaal 24 weken; Het perceel is in eigendom is van de gemeente maar wordt momenteel verpacht (jachtrecht) tot De pachtovereenkomst kan opgezegd worden als het gemeentebelang hier omvraagt. Beoogde locatie asielzoekerscentrum Fig. 1. Beoogde locatie asielzoekerscentrum Quickscan Hellevoetse Achterweg Het adviesbureau BRO heeft in opdracht van het COA een quickscan analyse verricht naar de mogelijke belemmeringen voor de vestiging van een tijdelijk opvangcentrum (asielzoekercentrum) voor maximaal 350 asielzoekers op het perceel aan de Hellevoetse Achterweg (bijlage 3). Hierbij hebben zij gekeken naar de beleidsaspecten, onderzoeksaspecten en de te volgen procedure om een tijdelijk opvangcentrum voor asielzoekers mogelijk te maken. Beleidsaspecten Adviesbureau BRO heeft gekeken naar het rijksbeleid, provinciaal beleid en gemeentelijk beleid. Met uitzondering van de strijdigheid met het geldende bestemmingsplan worden er vanuit beleidsaspecten geen belemmeringen verwacht. Volgens het geldende bestemmingsplan Buitengebied (vastgesteld 1 7

8 november 2012) geldt voor het projectgebied de bestemming Agrarisch. Binnen deze bestemming is gebruik en bebouwing ten behoeve van een opvangcentrum voor asielzoekers niet toegestaan. Onderzoeksaspecten Adviesbureau BRO heeft een negental aspecten geïnventariseerd: bodem, geluid, archeologie, externe veiligheid, luchtkwaliteit, bedrijven en milieuzonering, flora en fauna, verkeer en parkeren en water. Op basis van deze eerste inventarisatie worden vanuit onderzoeksaspecten geen onoverkomelijke belemmeringen verwacht. BRO beveelt wel aan om middels een zorgvuldige situering en inpassing van de diverse functies en voorzieningen ten behoeve van het opvangcentrum voor asielzoekers voor zover mogelijk, rekening te houden met de woning aan de oostzijde. Daarnaast dient er rekening gehouden te worden met mogelijke consequenties op het gebied van archeologie en geluid en dient er een goede oplossing voor de afwikkeling van het voetverkeer te worden gevonden. Hiervoor is reeds een voorstel gedaan. Procedure Daar binnen de huidige bestemming van het perceel, te weten Agrarisch, gebruik en bebouwing ten behoeve van een opvangcentrum voor asielzoekers niet is toegestaan heeft adviesbureau BRO gekeken naar de mogelijkheid en procedure om de huidige bestemming van het perceel te wijzigen. Bij de vestiging van een tijdelijk opvangcentrum voor asielzoekers kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bestemmingsplan (op grond van art 2.12, lid 1 onder a, sub 2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), voor gevallen die per Algemene maatregel van bestuur (AMvB) zijn aangewezen. Het gaat hierbij om de zogenaamde kruimelgevallen. Op basis van de lijst met kruimelgevallen (deze zijn in Bijlage II, artikel 4, lid 11, Besluit omgevingsrecht (Bor) opgenomen ), is het mogelijk om voor de duur van maximaal 10 jaar tijdelijk af te wijken van het bestemmingsplan. Voor dergelijke tijdelijke afwijkingen is de reguliere procedure van toepassing, met een beslistermijn van 8 weken. 8

9 4. Vervolg proces: plan van aanpak verdiepende onderzoeksfase 4.1 Algemene planning onderzoek vluchtelingen Het proces dat we in Hellevoetsluis doorlopen richting besluitvorming over en vervolgens realisatie (afhankelijk van besluitvorming) van een asielzoekerscentrum is opgedeeld in verschillende fasen (tabel 1). Deze proces is reeds benoemd in het communicatieplan vluchtelingen (bijlage 4). Met deze tussenrapportage is de eerste fase, de verkenningsfase, afgerond en starten we met fase 2, de verdiepende onderzoeksfase. Het besluitvormingsproces van de verdiepende onderzoeksfase is uitgewerkt in tabel 2. Tabel 1. Fasering project opvang vluchtelingen Hellevoetsluis met globale planning Fase Wat Start fase Einde fase 1.Verkenningsfase Verkennend onderzoek en locatieonderzoek (inclusief gesprekken COA) Motie raad Tussentijdse rapportage college over haalbaarheid wederzijdse voorwaarden (COA, gemeente) + besluit overgang fase 2 2. Verdiepende onderzoeksfase 3. Ontwerp- en voorbereidingsfase Onderzoek onder diverse doelgroepen Hellevoetsluis + verdiepend onderzoek op de locatie en andere aspecten in overleg met het COA Uitwerken plan in nauw overleg met omwonenden / belanghebbenden 4. Realisatiefase Bouwrijp maken, inrichten terrein, ontsluiten, realiseren, opleveren, openen Tussentijdse rapportage college van B&W juni 2016 Besluit gemeenteraad oktober 2016 Start vergunningprocedure november Beheerfase Ingebruikname centrum Opening centrum juni 2017 Besluit gemeente raad over komst, locatie, kredieten en andere uitgangspunten (Go / no go moment) Start vergunningprocedure (aanvraag COA, besluit college) Opening centrum Sluiting centrum na afloop afgesproken termijn 4.2 Plan van aanpak van de verdiepende onderzoeksfase In de verkenningsfase is onderzocht op welke manier er in Hellevoetsluis opvang kan worden geboden aan vluchtelingen. Hierbij is gekozen voor een reguliere opvangvoorziening (asielzoekerscentrum) met een capaciteit van maximaal 350 plaatsen, waarbij de locatie Hellevoetse Achterweg, ten westen van verpleeghuis Grootenhoek als beoogde locatie naar voren is gekomen. Voor een duur van 5 jaar met de mogelijkheid van een verlenging tot maximale 10 jaar. Om uiteindelijk een weloverwogen besluit te kunnen nemen zullen er in de verdiepende onderzoeksfase een vijftal aspecten nader worden uitgewerkt: 1. De wensen en zorgen van inwoners 2. Omgevingsanalyse (veiligheid) 3. Fysieke/ruimtelijke aspecten 4. Maatschappelijke aspecten 5. Financiële aspecten Uitwerking verdiepende onderzoeksfase (eindrapportage) De uitwerking van bovengenoemde aspecten wordt vastgelegd in een eindrapportage. In deze eindrapportage komen hiermee alle in de motie gevraagde onderzoeksaspecten aan bod. Concreet omvat de eindrapportage de volgende aspecten: 9

10 Wensen en zorgen inwoners Een belangrijk onderdeel van de verdiepende onderzoeksfase is het betrekken van de Hellevoetse inwoners (direct omwonenden, de wijk en heel Hellevoetsluis) en maatschappelijke organisaties, zoals is opgenomen in het communicatieplan vluchtelingen (bijlage 4). In de verdiepende onderzoeksfase gaan we uitgebreid met hen in gesprek over hun vragen, zorgen, bezwaren en ideeën over de mogelijke komst van een asielzoekerscentrum. Deze inbreng vertalen we, waar mogelijk, in concrete acties en maatregelen die we meenemen in de afspraken die we met het COA moeten maken over een mogelijk asielzoekerscentrum. Deze afspraken worden vastgelegd in een bestuursakkoord. De inbreng van de inwoners krijgt bovendien een zichtbare plek in de eindrapportage voor de gemeenteraad. Naast het in gesprek gaan met inwoners is het in deze fase belangrijk om hen zorgvuldig en transparant te informeren over dit traject. Daarvoor zetten we een breed palet aan communicatiemiddelen in. Omgevingsanalyse en veiligheidsplan Er wordt een omgevingsanalyse gemaakt met betrekking tot onder andere de veiligheidsaspecten in de wijk waar de beoogde locatie voor een asielzoekerscentrum zich bevindt. Ook wordt een veiligheidsplan opgesteld waarin alle aspecten aan bod komen die te maken hebben met de veiligheid in en rond het asielzoekerscentrum. Dit gaat over de beveiliging op het centrum, maar ook over verlichting op het asielzoekerscentrum of de omgeving daarvan en de rol van het COA en de politie daarin. Fysieke/ruimtelijke aspecten: inrichtingsplan In het inrichtingsplan wordt de precieze situering van het asielzoekerscentrum, de inrichting van het terrein en de omgeving daarvan, uitgewerkt, inclusief de ontsluiting. Hierbij wordt expliciet rekening gehouden met de ligging van het asielzoekerscentrum ten opzichte van de omwonenden. Ook het ontwerp/inrichting van onder andere de toegangsweg en watergang vallen hieronder. Het inrichtingsplan vormt de basis voor de uitwerking in een bestek voor de uitvoering van diverse (civieltechnische) werken. Het vormt tevens de basis voor de omgevingsvergunningaanvraag en eventueel noodzakelijke onderzoeken. Maatschappelijke aspecten Onderwijshuisvesting In overleg met de schoolbesturen wordt bepaald op welke wijze de kinderen die op het asielzoekerscentrum wonen onderwijs krijgen. Dit kan op het asielzoekerscentrum zelf of op één van de Hellevoetse scholen. Momenteel is er een lespunt voor anderstaligen gevestigd bij de basisschool in de wijk waar de beoogde locatie voor een asielzoekerscentrum zich bevindt. Overige maatschappelijke aspecten (verbinding asielzoekerscentrum met de Hellevoetse samenleving) We willen het asielzoekerscentrum volwaardig onderdeel laten uitmaken van de Hellevoetse samenleving. Projecten en ideeën om deze ambitie te realiseren willen we stimuleren. Omdat het asielzoekerscentrum eerst nog gebouwd moet worden is de verdiepende onderzoeksfase nog een te vroeg stadium om concrete afspraken te maken over projecten die een goede inpassing van het centrum en de integratie van de bewoners in de Hellevoetse samenleving bevorderen. In de verdiepende onderzoeksfase willen we wel al ideeën verzamelen en zo mogelijk procesafspraken maken met diverse maatschappelijke partners. 10

11 Realisering en vestiging van een asielzoekerscentrum kan ook voor het lokale bedrijfsleven interessant zijn. Kansen voor het lokale bedrijfsleven worden in beeld gebracht, uiteraard binnen de mogelijkheden van de aanbestedingsregels van de gemeente en het COA. Financiële aspecten Middels een business-case worden alle financiële aspecten van de realisatie en beheer van het asielzoekerscentrum in kaart gebracht. Deze wordt opgesteld door het COA. 4.3 Besluitvormingsproces van de verdiepende onderzoeksfase In de zomerperiode wordt de eindrapportage opgesteld. In aanvulling op de eindrapportage zullen er ook een aantal conceptdocumenten worden opgesteld: Conceptbestuursakkoord en - huurovereenkomst Gebaseerd op de eindrapportage zullen er afspraken met het COA worden gemaakt over een mogelijk asielzoekerscentrum. Deze afspraken worden vastgelegd in een bestuursakkoord. Ook worden er afspraken gemaakt over de verhuur van het azc-terrein. Deze worden in een huurovereenkomst vastgelegd. Conceptvergunningaanvraag en ruimtelijke onderbouwing Als de gemeenteraad in het najaar besluit tot het vestigen van een asielzoekerscentrum in Hellevoetsluis dient het COA een omgevingsvergunningaanvraag in. Hierbij hoort een ruimtelijke onderbouwing waarbij ruimtelijk relevante aspecten aan de orde komen. Het streven is om een concept van de vergunningaanvraag en ruimtelijke onderbouwing bij de eindrapportage te voegen. Of dit haalbaar is hangt af van de snelheid waarmee een definitief inrichtingsplan kan worden opgesteld. De vergunningaanvraag en ruimtelijke onderbouwing zijn de juridische vertaling van het inrichtingsplan. De eindrapportage en de concepten van de bestuursovereenkomst en huurovereenkomst zullen in september opiniërend worden besproken in de raadscommissie AZM. Tevens zal de eindrapportage ook worden voorgelegd aan de Adviesraad Sociaal Domein. Na deze opiniërende bespreking in de commissie AZM volgt een collegebesluit, een adviserende behandeling in de raadscommissie AZM en een raadsbesluit over wel of geen asielzoekerscentrum in Hellevoetsluis. Dit besluitvormingsproces is weergegeven in tabel 2. Tabel 2. Het besluitvormingsproces Wanneer Wat 6 juni 2016 Besluit B&W om kennis te nemen van tussenrapportage en de beoogde locatie vaststellen en openbaar maken. Dit ten behoeve van het starten van het communicatieproces met inwoners en maatschappelijke organisaties conform het opgestelde communicatieplan (het onderzoeken van vragen, zorgen, bezwaren en ideeën van inwoners over de mogelijke komst van een asielzoekerscentrum) 13 juni 2016 Presenteren communicatieproces aan gemeenteraad 29 juni 2016 Behandeling tussenrapportage in raadscommissie AZM (opiniërend) 23 augustus 2016 / 30 augustus 2016 Behandeling eindrapportage in college B&W - kennisnemen van eindrapportage - opiniërend voorleggen aan commissie AZM 15 september 2016 Eindrapportage in raadscommissie AZM (opiniërend) 27 september 2016 / 4 oktober 2016 Collegevoorstel over wel/niet asielzoekerscentrum in Hellevoetsluis te vestigen 20 oktober 2016 Behandeling in raadscommissie AZM (adviserend) 27 oktober 2016 Raadsbesluit over wel/niet asielzoekerscentrum in Hellevoetsluis te vestigen 11

12 5. Financiën In de verdiepende onderzoeksfase beperken de kosten voor de gemeente zich tot personele inzet en de kosten voor communicatie. De uitvoering van het onderzoek, de voorbereiding van de besluitvorming, de communicatie rondom de besluitvorming (waaronder de organisatie van informatie/inloopbijeenkomsten voor inwoners, bedrijven, scholen, winkeliers en medewerkers) en de coördinatie van al deze onderdelen vragen extra ambtelijke inzet. Om invulling te geven aan de extra inzet op communicatiegebied is reeds ,-- beschikbaar gesteld. Voor de verdiepende onderzoeksfase is aanvullende inzet noodzakelijk op projectleiding/beleidsadvisering. In de gesprekken en onderhandelingen met het COA zal ook een eventuele vergoeding voor de personele inzet van de ambtelijke organisatie besproken worden. Vooralsnog is het uitgangspunt dat na besluitvorming de kosten die een directe relatie hebben met de realisatie en exploitatie van een mogelijk asielzoekerscentrum voor rekening van het COA zijn. Dit zijn de kosten voor de bouw en vergunningen, huisvesting en beheer, veiligheid, zorg, onderwijs en begeleiding en dagbesteding van de bewoners. Deze kosten worden in de verdiepende onderzoeksfase nader in beeld gebracht de uitkomsten zullen verwerkt worden in de eindrapportage, voorafgaande aan de definitieve besluitvorming (door de gemeente raad) voor het wel/niet vestigen van een asielzoekerscentrum. 12