Bestuurdersaansprakelijkheid en de beschermingsmaatregelen die een bestuurder daartegen kan nemen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bestuurdersaansprakelijkheid en de beschermingsmaatregelen die een bestuurder daartegen kan nemen."

Transcriptie

1 Bestuurdersaansprakelijkheid en de beschermingsmaatregelen die een bestuurder daartegen kan nemen. Tilburg University Tilburg Law School, Department of Business Law Master Ondernemingsrecht Auteur: J.H. ten Ham ANR: Examencommissie: mr. dr. W.C.T. Weterings prof. dr. C.F. van der Elst Afstudeerdatum en -tijd: van

2 2

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding Bestuurdersaansprakelijkheid Functie bestuurdersaansprakelijkheidsrecht Interne bestuurdersaansprakelijkheid Interne bestuurdersaansprakelijkheid ex art. 2:9 BW Rechtspraak met betrekking tot de maatstaf ernstig verwijt Rechtsgeleerde opvattingen over de maatstaf ernstig verwijt Mogelijkheid tot disculpatie Hoe ver zou de bestuurdersaansprakelijkheid mogen strekken? Mogelijke alternatieven voor de huidige methode Conclusie interne aansprakelijkheid Externe bestuurdersaansprakelijkheid Externe bestuurdersaansprakelijkheid ex art. 6:162 BW Faillissementsaansprakelijkheid ex art. 2:138/248 BW Bestuurdersaansprakelijkheid bij misleiding ex art. 2:139 BW Bestuurdersaansprakelijkheid voor premie- en belastingschulden Bestuurdersaansprakelijkheid in de oprichtingsfase Conclusie externe aansprakelijkheid Beschermingsmaatregelen voor bestuurders De bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering De vennootschap en de D&O-verzekering Acceptatie, looptijd en verlenging van de D&O-verzekering Dekking in tijd (inloop/uitlooprisico) en bij faillissement Het verzekerd bedrag Dekking en uitsluitingen De Nederlandse verzekeringsmarkt Tussenconclusie Vrijtekening van interne aansprakelijkheid Vrijtekening door de vennootschap Reikwijdte vrijtekening Vrijwaring van externe aansprakelijkheid Vrijwaring door de vennootschap Reikwijdte vrijwaring Bevoegd orgaan tot afgeven vrijwaring/vrijtekening Decharge Decharge door de vennootschap Reikwijdte decharge Bevoegd orgaan tot afgeven decharge Verhouding beschermingsmaatregelen. 36 3

4 4. Beschermingsmaatregelen rechtseconomisch bezien en invloed maatregelen op de corporate governance Doel rechtseconomie en belang corporate governance Doel rechtseconomie Bestuurdersaansprakelijkheid rechtseconomisch bezien Belang corporate governance D&O-verzekering rechtseconomisch bezien en invloed op corporate governance Effecten van de D&O-verzekering op het gedrag van bestuurders Maatregelen van verzekeraars om aansprakelijkheidsrisico s te minimaliseren Invloed D&O-verzekering op corporate governance Verzekering (rechtseconomisch) wenselijk? Vrijwaring en vrijtekening rechtseconomisch bezien en belang corporate governance Effecten van vrijwaring/vrijtekening op het gedrag van bestuurders Mogelijke maatregelen om aansprakelijkheidsrisico s bij verregaande vrijwaring/vrijtekening te minimaliseren Verregaande vrijwaring/vrijtekening (rechtseconomisch) wenselijk? D&O-verzekering versus vrijwaring/vrijtekening Decharge rechtseconomisch bezien Conclusie 50 Literatuur- en jurisprudentielijst. 55 4

5 1. Inleiding Tegenwoordig staat het thema bestuurdersaansprakelijkheid behoorlijk in de schijnwerpers. Grote bestuursschandalen zoals Enron, WorldCom en in Nederland Ceteco en Ahold hebben veel publiciteit gekregen. Daarnaast komen, mede door de slechte economische situatie van de laatste jaren, veel ondernemingen in een faillissement terecht. 1 Bestuurders en commissarissen worden, door de vennootschap en/of derden, steeds vaker persoonlijk aansprakelijk gehouden voor de wijze waarop zij hun taak hebben vervuld. 2 De samenleving lijkt deze ontwikkeling toe te juichen. Vooral de hoge beloningen voor bestuurders in tijden van grote bezuinigingen leidt tot grote verontwaardiging binnen de maatschappij. 3 De claimbereidheid in Nederland is dan ook toegenomen en er kan inmiddels gesproken worden over een zogenaamde claimcultuur. 4 Toch kan afgevraagd worden of dit een welkome ontwikkeling is. Worden (potentiële) bestuurders niet te veel afgeschrikt door het vergrote risico op persoonlijke aansprakelijkheid, waardoor bijvoorbeeld de kans op risicomijdend indekgedrag toeneemt? Dienen loyale en bonafide bestuurders beter beschermd te worden, of worden zij al voldoende in bescherming genomen door de huidige wet- en regelgeving, alsmede de rechtspraak? Bestuurders hebben echter zelf ook de mogelijkheid om beschermings- /risicobeheersingsmaatregelen (hierna: beschermingsmaatregelen) te nemen om zodoende het risico op bestuurdersaansprakelijkheid te minimaliseren. Instrumenten die de bestuurder een zekere mate van bescherming kunnen bieden tegen bestuurdersaansprakelijkheid zijn de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering, vrijtekening van interne aansprakelijkheid, vrijwaring van externe aansprakelijkheid en decharge. De vraag die hierbij gesteld kan worden is in hoeverre deze maatregelen toelaatbaar zijn. In deze scriptie zal daarom eerst worden ingegaan op de bestuurdersaansprakelijkheid, daarna zullen de verschillende beschermingsmaatregelen aan de orde komen. Derhalve is de onderstaande onderzoeksvraag geformuleerd: Wanneer is er sprake van bestuurdersaansprakelijkheid, welke beschermingsmaatregelen kan een bestuurder daartegen nemen, hoe ver mogen deze maatregelen vanuit juridisch en rechtseconomisch oogpunt reiken en welke invloed hebben de maatregelen op de corporate governance van een onderneming? Om een antwoord te vinden op de centrale onderzoeksvraag zal zowel beschrijvend als explorerend onderzoek plaatsvinden. Er wordt een analyse gemaakt waarbij de huidige situatie ten aanzien van 1 < thema s bedrijven cijfers faillissementen. 2 Blom 2009, P Hendrikse & Van den Heuvel 2009, p De Kort-de Wolde & Potjewijd 2005, p

6 de bestuurdersaansprakelijkheid en de verschillende beschermingsmaatregelen wordt beschreven. Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar mogelijke verbeteringen met betrekking tot deze vraagstukken. De benodigde informatie wordt vergaard doormiddel van literatuur- en jurisprudentieonderzoek. Deze scriptie bestaat inclusief de inleiding uit een vijftal hoofdstukken. Eerst wordt in hoofdstuk 2 aan de hand van de wet, rechtspraak en literatuur onderzocht welk risico bestuurders daadwerkelijk lopen om persoonlijk aansprakelijk gesteld te worden. Daarbij komt tevens aan de orde hoe ver de bestuurdersaansprakelijkheid (volgens de literatuur) zou mogen strekken, ook zullen mogelijke alternatieven voor de huidige methode aangereikt worden. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op zowel de interne als externe aansprakelijkheid. Hierna komen in hoofdstuk 3 de verschillende beschermingsmaatregelen aan de orde. Het betreft de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering, vrijtekening, vrijwaring en decharge. Er wordt uitgezocht in hoeverre deze maatregelen de bestuurdersaansprakelijkheid in de weg kunnen staan. Bovendien wordt onderzocht hoe ver deze maatregelen volgens de literatuur mogen reiken, en wat daarbij het meest wenselijk is. Tevens zal worden nagegaan hoe deze maatregelen in verhouding tot elkaar staan. In hoofdstuk vier wordt vanuit een rechtseconomisch perspectief naar de beschermingsmaatregelen gekeken. Hoe ver zouden de verschillende beschermingsmaatregelen mogen strekken, gezien vanuit een rechtseconomisch oogpunt? Daarnaast heeft corporate governance de laatste jaren veel in de aandacht gestaan. Bij grote (beursgenoteerde) ondernemingen is corporate governance een wezenlijk onderdeel van het ondernemingsbeleid. Daarom wordt in dit hoofdstuk ook onderzocht of en welke invloed beschermingsmaatregelen op de corporate governance van een onderneming hebben. In het laatste hoofdstuk wordt afgesloten met een eindconclusie. 6

7 2. Bestuurdersaansprakelijkheid Zoals vermeld in de inleiding worden steeds meer bestuurders, door de vennootschap en/of derden, persoonlijk aansprakelijk gehouden voor de wijze waarop zij hun taak hebben vervuld. In dit hoofdstuk zal daarom ingegaan worden op de vraag welk risico bestuurders lopen om ook daadwerkelijk aansprakelijk gesteld te worden. Daarbij speelt ook de vraag hoe ver de bestuurdersaansprakelijkheid (volgens de literatuur) zou mogen reiken. Moeten bestuurders beter beschermd worden, of worden zij al voldoende in bescherming genomen? In de volgende paragrafen zullen zowel de interne als externe aansprakelijkheid aan de orde komen. Maar eerst wordt kort de functie van het bestuurdersaansprakelijkheidsrecht besproken Functie bestuurdersaansprakelijkheidsrecht Het bestuurdersaansprakelijkheidsrecht heeft een nuttige functie binnen het ondernemingsrecht. Het aansprakelijkheidsrecht kent daarbij twee functies. Ten eerste kan een schuldeiser die schade heeft geleden, te wijten aan ernstig verwijtbaar gedrag van de bestuurder, zijn schade verhalen op die bestuurder. 5 Daarbij moet wel aangetekend worden dat dit vaak maar een pleister op de wond zal zijn, veelal gaat het om hoge bedragen die bestuurders afzonderlijk niet kunnen opbrengen. Daarnaast heeft het aansprakelijkheidsrecht een normerende functie. Een gedragsnorm wordt gehandhaafd doordat er een sanctie wordt gesteld op de maatschappelijke norm die de bestuurder heeft geschonden. Daarmee wordt tegelijkertijd een signaal afgegeven aan andere bestuurders om hun gedrag aan te passen aan deze norm. 6 Toch kent het bestuurdersaansprakelijkheidsrecht ook een aantal negatieve bijwerkingen, daarover in de volgende paragrafen meer Interne bestuurdersaansprakelijkheid In deze paragraaf wordt besproken welk risico bestuurders lopen om aansprakelijk te worden gesteld op grond van interne aansprakelijkheid uit hoofde van art. 2:9 BW. Daarbij zal eveneens kritiek, vanuit de literatuur, op art. 2:9 BW en de daarop gebaseerde rechterlijke uitspraken worden meegenomen. Tevens zullen enkele opvattingen van rechtsgeleerden naar voren komen over hoe ver de interne aansprakelijkheid volgens hen zou mogen strekken. 5 Kroeze 2006, p Kroeze 2006, p. 4. 7

8 Interne aansprakelijkheid ex art. 2:9 BW De interne bestuurdersaansprakelijkheid is geregeld in artikel 9 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek (dwingend recht op grond van art. 2:25 BW). In dit artikel is het volgende bepaald: Elke bestuurder is tegenover de rechtspersoon gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuurders behoort, is ieder van hen voor het geheel aansprakelijk terzake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden. 7 Bij interne bestuurdersaansprakelijkheid gaat het om de bestuurder die persoonlijk aansprakelijk is ten opzichte van de vennootschap en/of de bijbehorende onderneming en organen. 8 Ook is het van belang dat het gaat om handelingen die de bestuurder primair in zijn hoedanigheid als bestuurder heeft verricht. De vraag die bij dit artikel kan worden gesteld, en die in de literatuur veelvuldig wordt en is besproken, is wat de wetgever verstaat onder de gedragsnorm behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Wanneer heeft een bestuurder zijn taak onbehoorlijk vervuld en in welke gevallen kan hij daarvoor aansprakelijk gesteld worden? Een andere vraag die aan de orde komt is wanneer een individuele bestuurder de mogelijkheid heeft om te disculperen. Omdat de wet geen duidelijk antwoord op deze vragen geeft, heeft de rechtspraak dit proberen in te vullen Rechtspraak met betrekking tot de maatstaf ernstig verwijt In 1997 heeft de Hoge Raad in het Staleman-arrest 9 een maatstaf vastgesteld die een rechter dient te hanteren bij de vraag, of een bestuurder op grond van art. 2:9 BW tegenover de vennootschap aansprakelijk is voor geleden schade. 10 Voor aansprakelijkheid op deze grond moet de bestuurder een ernstig verwijt te maken zijn. Of sprake is van een ernstig verwijt moet worden bepaald aan de hand van alle omstandigheden van het geval. Tot deze omstandigheden behoren, aldus de Hoge Raad, onder meer de aard van de door de rechtspersoon uitgeoefende activiteiten, de in het algemeen daaruit voorvloeiende risico s, de taakverdeling binnen het bestuur, de eventueel voor het bestuur geldende richtlijnen, de gegevens waarover het beschikte of behoorde te beschikken ten tijde van de aan hem verweten beslissingen of gedragingen, alsmede het inzicht en de zorgvuldigheid die mogen worden verwacht van een bestuurder die voor zijn taak berekend is en deze nauwgezet 7 In het nieuwe wetsvoorstel Bestuur en toezicht ondergaat art. 2:9 BW een wijziging. Dit wetsvoorstel is inmiddels aangenomen door de Tweede Kamer en ligt nu ter goedkeuring bij de Eerste Kamer. 8 Raaijmakers 2005, p HR 10 januari 1997 (Staleman/Van der Ven), NJ 1997, 360, r.o Assink & Olden 2005, p. 9. 8

9 vervult. 11 In het Schwandt-arrest heeft zij daar nog een component aan toegevoegd, indien een bestuurder handelt in strijd met statutaire bepalingen die de rechtspersoon beogen te beschermen, moet in dit verband als een zwaarwegende omstandigheid worden aangemerkt, die in beginsel de aansprakelijkheid van de bestuurder vestigt. 12 In navolging van het Staleman-arrest heeft de Hoge Raad in de arresten Van Dooren q.q./hendriks 13, Moonen/Prickartz q.q. 14, het hierboven genoemde Schwandt-arrest en Skipper Club Charter/Jaarsma 15 de vastgestelde maatstaf gevolgd. In de zaak van Dooren q.q./hendriks oordeelde het Hof dat op grond van de omstandigheden van het geval de bestuurder geen ernstig verwijt te maken viel. De bestuurder hoefde niet bedacht te zijn op de noodzaak de handelingen te verrichten waarvan hem verweten werd dat hij die achterwege had gelaten. De Hoge Raad oordeelde dat de beslissing van het Hof geen onjuiste was. 16 Uit deze uitspraak valt af te leiden dat de Hoge Raad niet al te snel een ernstig verwijt aanneemt. 17 In het daaropvolgende arrest Moonen/Prickartz q.q. maakte de Hoge Raad een duidelijk onderscheid tussen ernstig verwijt en opzet en bewuste roekeloosheid. Een bestuurder is aansprakelijk indien hem een ernstig verwijt te maken valt, een werknemer is enkel aansprakelijk bij opzet of bewuste roekeloosheid. 18 Dit betekent dat een bestuurder sneller aansprakelijk wordt gehouden voor zijn handelen of nalaten dan een werknemer. In het nakomende Schwandt-arrest oordeelde de Hoge Raad dat handelen in strijd met statutaire bepalingen, die de rechtspersoon beogen te beschermen, als zwaarwegende omstandigheid moet worden aangemerkt die in beginsel de aansprakelijkheid van de bestuurder vestigt. Echter, indien op grond van feiten en omstandigheden, waarvan zou kunnen worden aangenomen dat het gewraakte handelen in strijd met de statutaire bepalingen geen ernstig verwijt oplevert, dient de rechter deze feiten en omstandigheden uitdrukkelijk in zijn oordeel te betrekken. 19 Kortom, indien een bestuurder een rechtvaardigingsgrond voor zijn handelen kan aanvoeren, kan hij aansprakelijkheid voorkomen. In de zaak Skipper Club heeft het Hof geoordeeld, dat een op art. 2:9 BW gebaseerde aansprakelijkheid zoals door deze BV werd gesteld, slechts kan worden aangenomen in het geval de betrokken bestuurder als zodanig (en derhalve niet als aandeelhouder) zo onmiskenbaar en duidelijk in de vervulling van zijn taken is tekortgeschoten, dat daarover geen redelijk oordelend ondernemer 11 Raaijmakers 2006, p HR 29 november 2002 (Schwandt/Berghuizer Papierfabriek), NJ 2003, 455, r.o HR 11 juni 1999 (Van Dooren q.q./hendriks), NJ 1999, HR 10 december 1999 (Moonen/Prickartz q.q.), NJ 2000, HR 4 april 2003 (Skipper Club Charter/Jaarsma), NJ 2003, HR 11 juni 1999 (Van Dooren q.q./hendriks), NJ 1999, 586, r.o Assink & Olden, 2005, p HR 10 december 1999 (Moonen/Prickartz q.q.), NJ 2000, 6, r.o HR 29 november 2002 (Schwandt/Berghuizer Papierfabriek), NJ 2003, 455, r.o

10 zou kunnen twijfelen. De Hoge Raad gaat niet mee in deze gedachtegang en vindt dat het Hof een voor de bestuurder te beperkte maatstaf heeft opgelegd die niet in de context van art. 2:9 BW past. 20 Tot op heden houdt de Hoge Raad vast aan de maatstaf ernstig verwijt. In de literatuur is veel kritiek ontstaan op de door de Hoge Raad vastgestelde maatstaf. Het is onduidelijk wat de verhouding is tussen de gedragsnormen onbehoorlijke taakvervulling en ernstig verwijt. De Hoge Raad heeft in haar uitspraken deze vraag onbeantwoord gelaten. Kiest de Hoge Raad voor een integrale benadering of vormen deze gedragsnormen twee aparte pijlers? In welke gevallen van risicovol ondernemingsbeleid valt een bestuurder een ernstig verwijt te maken en kan hij gesanctioneerd worden? In de volgende subparagraaf zullen over deze kwesties enkele opvattingen uit de literatuur naar voren komen Rechtsgeleerde opvattingen over de maatstaf ernstig verwijt In de literatuur is de uitkomst van het Staleman-arrest veelvuldig besproken en zijn de meningen verdeeld. Maeijer is van mening dat de maatstaf ernstig verwijt aansluit bij de maatstaf bewuste roekeloosheid. Dat wil zeggen dat een bestuurder zich bewust had moeten zijn van zijn tekortschieten. 21 Volgens Schilfgaarde en Winter maakt het niet uit of een bestuurder zich bewust had moeten zijn van zijn falen. Zij menen, in mijn ogen terecht, dat een ernstig verwijt eerder tot aansprakelijkheid leidt dan opzet of bewuste roekeloosheid. Voor aansprakelijkheid is in hun ogen genoeg, dat een bestuurder het beter had kunnen en moeten weten. 22 Timmerman merkt uit het Staleman-arrest op, dat de maatstaf ernstig verwijt een aparte pijler vormt naast onbehoorlijke taakvervulling. 23 Assink en Olden gaan niet mee met deze gedachte, uit rechtspraak leiden zij niet af dat de Hoge Raad pas bij een ernstig verwijt bestuurdersaansprakelijkheid ex art. 2:9 BW aanneemt en daaruit concluderen ze dat deze schuldgraad geen aparte pijler vormt naast onbehoorlijke taakvervulling. 24 Ook Strik concludeert aan de hand van jurisprudentie met betrekking tot artikel 2:9 BW dat de Hoge Raad kiest voor een geïntegreerde aanpak. De Hoge Raad voegt alle omstandigheden van het geval samen, zowel de gedragsnorm als de toerekeningsmaatstaf worden via het begrip ernstig verwijt geïntegreerd en toegesneden op ieder concreet geval HR 4 april 2003 (Skipper Club Charter/Jaarsma), NJ 2003, 538, r.o Asser & Maeijer 2000, p Van Schilfgaarde & Winter 2003, p Timmerman 2003, p Assink & Olden 2005, p Strik 2010, p

11 Raaijmakers heeft kritiek op de door de Hoge Raad bij het Staleman-arrest toegevoegde (niet limitatieve) catalogus met de in aanmerking te nemen omstandigheden. Deze omstandigheden kunnen als ernstig verwijt worden aangemerkt, maar in zijn opinie geeft de Hoge Raad daarbij geen heldere maatstaf waardoor de uitkomst beter te voorspellen zal zijn. Raaijmakers bezwaar is dat de rechter per definitie achteraf oordeelt. De catalogus houdt een voorselectie van de feiten in, maar houdt geen rekening met het eigenlijke ondernemen waarbij de zogenaamde durffactor een rol speelt. 26 De rechter gaat achteraf de ondernemingsbeslissing van de bestuurder inhoudelijk toetsen. Het probleem hiervan is dat het voor een rechter vaak moeilijk is te beoordelen of de bestuurder een onverantwoord ondernemingsrisico heeft genomen. De inhoudelijke ex-post toetsing van de rechter brengt ook het gevaar van hindsight bias met zich mee. 27 Dit begrip houdt in dat mensen die moeten oordelen over een handeling waarvan de gevolgen al bekend zijn, deze gevolgen onbewust meenemen in hun beslissing. Dit geldt dus ook voor rechters. Kort samengevat, indien een bestuurder bijvoorbeeld wettelijke of statutaire bepalingen overtreedt die ter bescherming van de vennootschap dienen dan staat aansprakelijkheid in beginsel vast (zie schwandt-arrest). Maar wanneer bestuurders risicovolle ondernemingsbeslissingen nemen die verkeerd aflopen, dan is het moeilijker om te oordelen of en wanneer zij aansprakelijk zijn voor ernstig verwijtbaar handelen. Risico s nemen is namelijk inherent aan de taak als bestuurder. Voor bestuurders is het in die gevallen onduidelijk welk risico zij lopen om aansprakelijk te worden gesteld op grond van art. 2:9 BW, wat niet bevorderlijk is voor het ondernemingsbeleid. In de volgende subparagraaf zal bekeken worden welke mogelijkheid de individuele bestuurder heeft om te disculperen Mogelijkheid tot disculpatie Wanneer het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuurders behoort, is volgens art. 2:9 BW ieder van hen voor het geheel aansprakelijk terzake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden. Binnen de werkkring 28 gaat de wet gaat uit van collectieve aansprakelijkheid. Een werkkring kan bestaan uit het gehele bestuur, maar bijvoorbeeld ook uit een bepaald bestuursorgaan. Indien een van de bestuurders binnen de werkkring een ernstig verwijt valt te maken, zijn in beginsel de andere bestuurders ook hoofdelijk aansprakelijk voor de schade die daaruit voorvloeit. Een individuele bestuurder heeft wel de mogelijkheid om te 26 Raaijmakers 2006, p Hartkamp & Sieburgh 2006, P Werkkring wordt in het nieuwe wetsvoorstel Bestuur en toezicht veranderd in taakverdeling, omdat de term werkkring te onduidelijk werd bevonden. 11

12 disculperen. De bestuurder dient dan aan te tonen dat de aangelegenheid niet tot zijn werkkring behoorde, de tekortkoming niet aan hem te wijten is en dat hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden. Dit geldt overigens niet voor taken die (ondanks de taakverdeling) op het bestuur als collectief rusten In die zin speelt art. 2:10 BW een belangrijke rol. Op grond van lid 1 dient het collectieve bestuur op de hoogte te zijn van de vermogenstoestand van de rechtspersoon en dient het te beschikken over de vereiste financiële gegevens. Een individuele bestuurder kan zich dus met betrekking tot financiële aangelegenheden niet disculperen door een beroep te doen op de taakverdeling. 31 Derhalve zal een beroep op de disculpatiemogelijkheid van art. 2:9 BW niet vaak slagen, omdat een financiële aangelegenheid meestal de oorzaak is van een aansprakelijkheidsstelling. In de volgende subparagraaf wordt bekeken hoe ver de bestuurdersaansprakelijkheid zou mogen strekken, daarnaast worden enkele ideeën uit de literatuur aangedragen die als alternatief voor de huidige maatstaf zouden kunnen dienen Hoe ver zou de bestuurdersaansprakelijkheid mogen strekken? Naast de (eerder besproken) nuttige functie van het bestuurdersaansprakelijkheidsrecht zijn er wel enkele negatieve kanttekeningen te maken. In Nederland worden steeds meer bestuurders aansprakelijk gesteld, niet alleen fraudeurs en andere bedriegers maar ook goedwillende, redelijk handelende bestuurders. 32 Door onder andere de economische crisis lijkt de samenleving de persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders voor gemaakte fouten toe te juichen. 33 Er heerst tegenwoordig een zogenaamde claimcultuur. 34 Door het groeiend aantal faillissementen zijn het met name curatoren die bestuurders steeds vaker aansprakelijk stellen. Een nadelig gevolg van de toename van claims kan zijn dat bestuurders risicomijdend gedrag gaan vertonen. Bestuurders nemen minder risico s, kiezen voor een veiligere maar minder winstgevende weg, waardoor op het oog lucratieve besluiten niet doorgaan. 35 Dit terwijl een (doordacht) risico nemen inherent is aan bestuurdersschap. Er zijn aanwijzingen dat een kleine stijging van de kans op aansprakelijkheid al kan leiden tot onevenredige risicomijding. 36 Een ander ongewenst effect kan zijn dat bestuurders indekgedrag gaan vertonen. Bestuurders die bij ieder vraagstuk de hulp gaan inroepen van (externe) deskundigen om maar te laten zien dat zij hun beslissing weloverwogen hebben genomen. Daardoor 29 Van Schaik 2005, p In het nieuwe wetsvoorstel Bestuur en toezicht is bij art. 2:9 lid 2 BW toegevoegd dat elke bestuurder verantwoordelijkheid draagt voor de algemene gang van zaken. 31 Van Schaik 2005, p Kroeze 2006, p Hendrikse & Van den Heuvel 2009, p De Kort-de Wolde & Potjewijd 2005, p Kroeze 2006, p Zie hierover Bainbridge 2004, p. 124; McDonnel 2004, p

13 kan er onnodig lange tijd overheen gaan voor een besluit is genomen, terwijl snelheid van handelen gevergd is. Een bijgevolg kan zijn dat andere besluiten minder aandacht krijgen dan nodig is. 37 Ook kan het zijn dat in wezen goede bestuurders geen bestuursfunctie meer willen bezetten uit angst voor aansprakelijkheid en, ook zeker niet onbelangrijk, reputatieverlies. Daarbij gaan zij waarschijnlijk meer beloningen en zekerheden vragen voor het risico dat zij moeten nemen om de vennootschap te besturen, wat ook weer extra kosten met zich meebrengt. Bestuurders moeten (risicovolle) beslissingen kunnen nemen in het belang van de vennootschap zonder dat zij bijzonder bang hoeven te zijn voor aansprakelijkheid. Bestuurders zelf weten immers ook dat hun beslissingen vaak risicovol zijn en dat deze ook fout kunnen uitpakken, maar daarmee wil nog niet zeggen dat ze onverantwoord zijn genomen. In de ogen van Raaijmakers is er pas sprake van ernstige verwijtbaarheid indien een bestuurder zijn loyaliteitsverplichtingen, zoals machtsusurpatie en zelfverrijking, schendt. 40 Assink en Olden spreken over bestuurdersaansprakelijkheid als er sprake is van ernstig verwijtbaar bestuurlijk gedrag, naar hun mening is daar sprake van als er duidelijk, onmiskenbaar, evident, maar zonder redelijke twijfel sprake is van ernstig onzorgvuldig handelen of nalaten door de bestuurder, waarvan de bestuurder een verwijt te maken valt. 41 Uit de bovenstaande tekst valt op te maken dat bestuurders niet al te snel aansprakelijk moeten worden gehouden voor het nemen van risicovolle beslissingen, die zij in het belang van de onderneming genomen hebben. Toch blijft het lastig om te beoordelen of en wanneer een bestuurder zo onzorgvuldig en verwijtbaar heeft gehandeld dat hij aansprakelijk moet worden gesteld. Enkele rechtsgeleerden dragen daarom alternatieven aan voor de huidige methode Mogelijke alternatieven voor de huidige methode In de literatuur worden enkele oplossingen aangedragen als alternatief voor de huidige methode. Strik concludeert uit recente jurisprudentie dat art. 2:9 BW en art. 6:162 BW steeds meer convergeren. 42 Dat vindt zij een goede ontwikkeling en zij pleit dan ook voor een gelijkschakeling tussen ernstig verwijt en opzet en bewuste roekeloosheid, waarbij de laatste de norm moet worden. Zij is namelijk van mening dat de drempel voor bestuurdersaansprakelijkheid verhoogd moet worden. Het idee van Strik is om een duidelijk onderscheid te maken tussen de gedragsnorm (onbehoorlijke taakvervulling) en de toerekenbaarheid aan de bestuurder (ernstig verwijt). Volgens 37 Kroeze 2006, p Kroeze 2006, p Voor aanwijzingen en oorzaken dat Nederlandse bestuurders hun handelwijze laten beïnvloeden door de angst voor aansprakelijkheid en reputatieverlies verwijs ik naar het artikel van Kroeze. 40 Raaijmakers 2006, p Assink & Olden 2005, p Strik 2009, p

14 Strik kiest de Hoge Raad nu voor een geïntegreerde aanpak waarbij de maatstaf ernstig verwijt zowel de gedragsnorm als de toerekenbaarheid behelst. Zij is voorstander van een gestructureerder beslissingsmodel, waarbij de rechter eerst oordeelt of er sprake is van onbehoorlijke taakvervulling of een onrechtmatige daad van het gehele bestuur om vervolgens te kijken of deze toerekenbaar is aan de individuele bestuurder. 43 Voor aansprakelijkheid is dus vereist dat de schending van de gedragsnorm ook aan de bestuurder kan worden toegerekend. Door deze aanpak is er meer oog voor de positie van de individuele bestuurder en diens mogelijkheid tot disculpatie. Voor bestuurders wordt het zodoende duidelijker wanneer en op welke grond ze aansprakelijk worden gesteld voor hun handelen of nalaten. Hoekzema gaat mee in de gedachte van Strik om onderscheid te maken tussen de gedragsnorm en de toerekenbaarheid. Hij is het niet eens met haar opvatting dat de drempel voor bestuurdersaansprakelijkheid omhoog moet. Hij meent dat de rechter al terughoudend genoeg is bij het toetsen van bestuurshandelingen, waardoor in zijn ogen de drempel niet hoeft te worden verhoogd. 44 In die zin kan ook verwezen worden naar het arrest Willemsen/NOM, waarbij de rechter terughoudend oordeelt met betrekking tot de aansprakelijkheid van de bestuurder. 45 Hoekzema meent dat indien bestuurders pas aansprakelijk zijn voor schade als gevolg van opzet of bewuste roekeloosheid de preventieve en normatieve werking van 2:9 BW voor een groot deel verloren gaat. Daarbij geeft hij aan dat schuldeisers, door de hoge drempel opzet en bewuste roekeloosheid, feitelijk met lege handen staan en dat het bestuurders onvoldoende motiveert om hun bestuurstaken behoorlijk te vervullen. En dat is volgens hem niet wenselijk voor het bestuurdersaansprakelijkheidsrecht. In deze gedachte kan ik me wel vinden. Bestuurders die te goeder trouw handelen, maar zulke evidente, grote fouten hebben gemaakt die verstrekkende gevolgen hebben, moeten wel aansprakelijk gesteld kunnen worden. Bestuurders moeten een bepaald niveau bezitten, ze hebben namelijk een verantwoordelijkheid tegenover de vennootschap en derden. Een ander alternatief is, volgens een aantal rechtsgeleerden, om een soort Nederlandse vorm van de business judgement rule in te voeren, naar voorbeeld van het recht van de Amerikaanse staat Delaware. 46 Op grond van deze regel gaat de rechter bestuurshandelingen pas inhoudelijk toetsen indien de eisende partij kan aantonen dat de beslissing niet te goeder trouw en niet in het belang van de vennootschap is genomen. Bijvoorbeeld als een bestuurder bewust regelgeving overtreedt of als hij de vennootschap heeft benadeeld met het oog op eigen gewin. Ook kan de rechter een ondernemingsbeslissing inhoudelijk toetsen als deze gebaseerd is op inadequaat onderzoek, een 43 Strik 2009, p Hoekzema 2011, p HR 20 juni 2008 (Willemsen/NOM), NJ 2009, 21, r.o Zie hierover Kroeze 2006, p. 11; Assink & Olden 2005, p. 12; Raaijmakers 2006, p

15 ondoordachte besluitvorming en/of een ondeugdelijke belangenafweging. 47 Met deze methode is er geen sprake van het achteraf inhoudelijk toetsen van het ondernemingsbeleid, wat hindsight bias met zich mee kan brengen, maar van een objectievere ex-ante toetsing. De bestuurder wordt derhalve niet afgerekend op de keuzes die hij heeft gemaakt en de gevolgen daarvan, maar op zijn gedragingen vooraf. 48 De drempel van bestuurdersaansprakelijkheid zal hiermee omhoog gaan, tevens zullen bestuurders beter kunnen inschatten wat hun aansprakelijkheidsrisico is. In mijn ogen zou dit een goede oplossing kunnen zijn. Alleen onverklaarbaar gedrag van de bestuurder zal aansprakelijkheid met zich mee brengen Conclusie interne aansprakelijkheid Met de huidige structuur van art. 2:9 BW is het voor bestuurders onduidelijk welk risico zij lopen om aansprakelijk gesteld te worden op grond van interne bestuurdersaansprakelijkheid. Over het algemeen is de Hoge Raad terughoudend bij het aannemen van persoonlijke aansprakelijkheid, in tegenstelling tot de heersende gedachte in de samenleving dat een zwaardere sanctie wenst met betrekking tot bestuurdersaansprakelijkheid. Bestuurders kunnen onder meer door deze heersende gedachte angst hebben om aansprakelijk te worden gesteld, wat weer kan leiden tot onwenselijk risicomijdend indekgedrag. In de literatuur zijn de meningen verdeeld over hoe ver de interne bestuurdersaansprakelijkheid zou mogen reiken, een groot aantal deskundigen vindt dat de drempel voor interne aansprakelijkheid verhoogd moet worden. Zij komen ook met mogelijke alternatieven voor aanpassing van de huidige maatstaf. De kans is echter nihil dat deze alternatieven (op korte termijn) worden ingevoerd. Daarom kunnen bestuurders beter zelf beschermingsmaatregelen nemen, zodat zij het risico minimaliseren om in hun privévermogen te worden aangesproken. De beschermingsmaatregelen die een bestuurder ex-ante kan nemen tegen interne aansprakelijkheid is het aanschaffen van een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering en/of het laten vrijtekenen door de vennootschap. Daarnaast heeft de vennootschap de mogelijkheid een bestuurder ex-post te dechargeren. Deze beschermingsmaatregelen zullen in hoofdstuk 3 behandeld worden Externe bestuurdersaansprakelijkheid In deze paragraaf wordt nagegaan wanneer bestuurders aansprakelijk zijn op grond van externe bestuurdersaansprakelijkheid. In het geval van externe aansprakelijkheid stelt een derde een bestuurder persoonlijk aansprakelijk voor geleden schade. Externe aansprakelijkheid komt over het algemeen vaker voor dan interne aansprakelijkheid. 49 Voor externe aansprakelijkheid kan de 47 M.J. Kroeze 2006, p Assink & Olden 2005, p Franssen van de Putte 2004, p

16 grondslag een onrechtmatige daad zijn, maar het ondernemingsrecht zelf kent ook enkele aansprakelijkheidsgronden Externe bestuurdersaansprakelijkheid ex art. 6:162 BW Een derde (bijvoorbeeld een crediteur) kan een bestuurder op grond van een onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW persoonlijk aansprakelijk stellen voor geleden schade. Daarbij moet wel worden aangetekend dat in eerste instantie het handelen van een bestuurder aan de vennootschap moet worden toegerekend. 50 Dikwijls komt het voor dat een derde zijn geleden schade niet geheel kan terugvorderen van de vennootschap waardoor, naast of in plaats van de vennootschap, de bestuurder aansprakelijk wordt gesteld. 51 Voor aansprakelijkheid op grond van een onrechtmatige daad moet de bestuurder rechtstreeks onzorgvuldig gehandeld hebben tegenover een derde en moet hem een voldoende ernstig persoonlijk verwijt te maken zijn. 52 De schuldeiser dient te bewijzen dat er een verband is tussen de onrechtmatige daad en de door hem geleden schade. De individuele bestuurder wordt aansprakelijk gesteld en niet het bestuur als collectief. 53 Indien een bestuurder een voldoende ernstig persoonlijk verwijt te maken valt, betekent het dus niet dat de overige bestuurders ook hoofdelijk aansprakelijk zijn. De Hoge Raad heeft in het Beklamel-arrest de zogenaamde Beklamel-norm geïntroduceerd. 54 Volgens deze norm handelt een bestuurder onrechtmatig indien hij namens de vennootschap een verplichting aangaat, terwijl hij wist of redelijkerwijze behoorde te begrijpen dat de vennootschap niet, of niet binnen redelijke termijn, aan haar verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou kunnen bieden voor de schade die de schuldeiser op grond daarvan zou lijden. In het arrest Romme/Bakker heeft zij dit herhaald en een verruiming van de norm afgewezen. 55 Wanneer deze norm is overschreden heeft een bestuurder zodanig verwijtbaar gehandeld dat er in beginsel sprake is van persoonlijke aansprakelijkheid. Hij kan zijn handelen echter billijken door rechtvaardigende of verontschuldigende omstandigheden in te roepen. 56 Ook dient een bestuurder bij het aangaan van handelingen op de hoogte te zijn van de financiële toestand van de onderneming. Is dit niet het geval, dan mag hij geen belangrijke (financiële) handelingen verrichten met een derde partij. 57 In het arrest Sobi/Hurks is daar nog een waarschuwingsplicht aan toegevoegd. Een bestuurder dient de 50 Van den Broek 2003, p Van Maanen 2004, p HR 18 februari 2000 (New Holland Belgium), NJ 2000, 295, r.o Van Maanen 2004, p HR 6 oktober 1989 (Beklamel), NJ 1990, 286, r.o HR 10 juni 1994 (Romme / Bakker), NJ 1994, 766, r.o HR 18 februari 2000 (New Holland Belgium), NJ 2000, 295, r.o HR 27 november 1998 (Veenbrink/Baarsma), NJ 1999, 148, r.o

17 wederpartij te waarschuwen indien hij weet of redelijkerwijs behoorde te begrijpen dat de vennootschap niet meer aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen. 58 Een bestuurder pleegt ook een onrechtmatige daad indien hij de vennootschap beweegt om een aangegane verplichting niet na te komen, waardoor de vennootschap een wanprestatie levert. Een bestuurder kan eveneens aansprakelijk worden gesteld op grond van een onrechtmatige daad als er sprake is van selectieve betaling of betalingsonwil Faillissementsaansprakelijkheid ex art. 2:138/248 BW De faillissementsaansprakelijkheid is geregeld in art. 2:138/248 BW. In dit artikel is het volgende bepaald: In het geval van faillissement van de vennootschap is iedere bestuurder jegens de boedel hoofdelijk aansprakelijk voor het bedrag van de schulden voor zover deze niet door vereffening van de overige baten kunnen worden voldaan, indien het bestuur zijn taak kennelijk onbehoorlijk heeft vervuld en aannemelijk is dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement. De curator dient te bewijzen dat het bestuur haar taak kennelijk onbehoorlijk heeft vervuld, daarnaast moet hij aannemelijk maken dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement. Indien aansprakelijkheid vaststaat zijn alle bestuurders en andere feitelijke beleidsbepalers hoofdelijk aansprakelijk voor het tekort in de boedel. Dit tekort bestaat uit schulden en faillissementskosten, minus de door de curator gerealiseerde opbrengsten bij liquidatie. Uit het tweede lid van dit artikel volgt dat onbehoorlijke taakvervulling wordt vermoed indien het bestuur niet heeft voldaan aan haar verplichtingen uit art. 2:10 BW (schending boekhoudplicht) en/of art. 2:394 BW (schending publicatieplicht), en dat deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van het faillissement. In deze gevallen wordt de bewijslast omgekeerd en kan elke individuele bestuurder een beroep doen op de disculpatiegrond van artikel 2:138/248 BW lid 3, waarbij hij zal moeten bewijzen dat hij niet nalatig is geweest en het onbehoorlijk bestuur niet aan hem te wijten is. Kroeze is van mening dat schending van de boekhoudplicht terecht onbehoorlijke taakvervulling oplevert. Hij vindt daarentegen de sanctie die staat op het te laat openbaar maken van de jaarrekening te zwaar. Bij schending van art. 2:394 BW hoeft een bestuurder in zijn ogen niet ter kwader trouw gehandeld te hebben HR 21 december 2001 (Sobi/Hurks ll), JOR 2002, 38, r.o HR 3 april 1992 (Van Waning/Van der Vliet), NJ 1992, 411, r.o Kroeze 2006, p

18 De curator kan slechts een vordering instellen op deze grond in de periode van drie jaren voorafgaande aan het faillissement. Wezeman stelt dat de hoofdelijke aansprakelijkheid in beginsel (met uitzondering van een succesvol beroep op disculpatie) iedere bestuurder raakt die in de periode van drie jaren bestuurder is geweest, ook al heeft het kennelijk onbehoorlijk bestuur niet in zijn bestuurdersperiode voorgedaan. 61 Van Maanen gaat niet mee in deze gedachte en vindt dat enkel de bestuurders aansprakelijk zijn die deel uitmaakten van het bestuur in de periode dat het onbehoorlijk bestuur heeft plaatsgevonden. 62 Ik kan mij meer vinden in het standpunt van Van Maanen. Indien bestuurders al een tijd weg zijn en het onbehoorlijk bestuur niet aan hen te wijten is, zijn zij in mijn ogen niet aansprakelijk te houden. Op grond van lid 6 staat decharge van een bestuurder het instellen van een vordering door een derde niet in de weg. 63 In het Panmo-arrest heeft de Hoge Raad een maatstaf ingevoerd voor kennelijk onbehoorlijke taakvervulling ex art. 2:138/248 BW. Een bestuurder heeft zijn taak kennelijk onbehoorlijk vervuld als geen redelijk nadenkend bestuurder onder dezelfde omstandigheden zo zou hebben gehandeld. 64 De rechter zal zich dus moeten verplaatsen in de situatie van de bestuurder ten tijde van de verweten handelingen. 65 Van Maanen maakte uit dit arrest op dat ernstig verwijtbaar handelen van de bestuurder geen voldoende grond is om kennelijk onbehoorlijk bestuur aan te nemen. Voor faillissementaansprakelijkheid van bestuurders op grond van art 2:138/248 BW gold derhalve een zwaardere maatstaf dan voor de interne aansprakelijkheid van art 2:9 BW. 66 Uit recentere rechtspraak en literatuur is echter af te leiden dat deze maatstaven steeds meer convergeren met elkaar Bestuurdersaansprakelijkheid bij misleiding ex art. 2:139 BW Ingevolge art. 2:139 BW zijn bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor geleden schade tegenover derden indien door de jaarrekening, door tussentijdse cijfers of door het jaarverslag een misleidende voorstelling wordt gegeven van de toestand van de vennootschap. Hiervan kan sprake zijn indien deze financiële stukken niet waarheidsgetrouw, niet stelselmatig en/of onduidelijk zijn opgesteld. Tevens kan het ontbreken van bepaalde belangrijke stukken aansprakelijkheid opleveren. Deze actie kan alleen tegen de bestuurders van de vennootschap worden ingesteld, niet tegen de rechtspersoon zelf. Een nadeel voor schuldeisers is dat bestuurders doorgaans niet zo vermogend zijn dat zij de 61 Wezeman & Dolphijn 2003, p Van Maanen 2004, p Meer over decharge in hoofdstuk HR 8 juni 2001 (Panmo), NJ 2001, 454, r.o Van Maanen 2004, p Van Maanen 2004, p Strik 2010, p

19 geleden schade volledig kunnen vergoeden. 68 Uit art. 2:139 BW is op te maken dat bestuurders in beginsel aansprakelijk zijn, maar dat ook dit artikel een disculpatiegrond kent. Indien een individuele bestuurder kan aantonen dat deze misleidende voorstelling niet aan hem te wijten is, is hij niet aansprakelijk. Volgens Strik is het voor een bestuurder moeilijk om onder aansprakelijkheid uit te komen, omdat het collectieve bestuur verantwoordelijk is voor de financiële stukken. 69 Kroeze meent dan ook dat de disculpatiegrond van 2:139 BW niet de oplossing is voor de loyale en bonafide bestuurder. Hij ziet meer in aansprakelijkheidsverzekeringen en als aanvulling daarop, vrijwaringen. 70 Daarnaast constateert hij dat bestuurders van vooral grote ondernemingen afhankelijk zijn van stukken en rapportages die door anderen worden gemaakt en ingediend. Als iemand binnen de onderneming een misrekening maakt zijn de bestuurders hoofdelijk aansprakelijk. Volgens Kroeze is in deze situatie de persoonlijke aansprakelijkheid te zeer losgekoppeld van persoonlijke verwijtbaarheid Bestuurdersaansprakelijkheid voor premie- en belastingschulden Krachtens de Wet Bestuurdersaansprakelijkheid (WBA), oftewel de tweede anti-misbruikwet zijn bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor premie- en belastingschulden van de vennootschap, indien de vennootschap met betaling in gebreke is gebleven en aannemelijk is dat de niet-betaling aan een bestuurder te wijten is als gevolg van kennelijk onbehoorlijk bestuur in de afgelopen drie jaren. 72 Als de vennootschap niet kan voldoen aan haar premie- en/of belastingschulden dienen bestuurders dit binnen twee weken na de datum waarop de schulden moesten zijn betaald schriftelijk te melden aan het desbetreffende uitvoeringsorgaan (de belastingdienst of een andere uitvoeringsdienst). 73 Wanneer hier niet, of op onjuiste wijze aan is voldaan dan is er in beginsel sprake van kennelijk onbehoorlijk bestuur (dit begrip is aangesloten bij kennelijk onbehoorlijk bestuur van art. 2:138/248 BW 74 ). Een bestuurder dient om kennelijk onbehoorlijk bestuur te ontlopen aan te tonen dat er wel degelijk aan de meldingsplicht is voldaan, en tevens dient hij te bewijzen dat er geen sprake is van onbehoorlijk bestuur. Indien een bestuurder wel aan de aanmeldingsplicht heeft voldaan kan hij nog wel aansprakelijk worden gehouden op grond van kennelijk onbehoorlijk bestuur als de niet-betaling aan hem te wijten is. De bewijslast ligt dan echter niet bij hem, maar bij de belastingdienst of een andere uitvoeringsinstantie. 68 Raaijmakers 2006, p Strik 2005, p Kroeze 2006, p Kroeze 2006, p Keijser 2006, p Art. 7 lid 1 Uitvoeringsbesluit Iw. 74 Keijser 2006, p

20 Bestuurdersaansprakelijkheid in de oprichtingsfase De oprichtersaansprakelijkheid is geregeld in art. 2:93/203 lid 2 BW. Bestuurders die rechtshandelingen verrichten namens een op te richten vennootschap zijn daarvoor hoofdelijk aansprakelijk, totdat de vennootschap na haar oprichting de rechtshandeling heeft bekrachtigd. Naast de oprichtersaansprakelijkheid kent de wet ook de registratieaansprakelijkheid. Deze is opgenomen in art. 2:69/180 lid 2 BW. Dit artikel bepaald dat bestuurders naast de vennootschap hoofdelijk aansprakelijk zijn voor elke tijdens hun bestuur verrichte rechtshandeling, waardoor de vennootschap wordt verbonden in het tijdvak voordat (1) de opgave ter eerste inschrijving in het handelsregister, vergezeld van de neer te leggen afschriften, is geschied, (2) het gestorte deel van het kapitaal ten minste het bij de oprichting voorgeschreven minimumkapitaal bedraagt, en (3) op het bij de oprichting geplaatste kapitaal ten minste een vierde van het nominale bedrag is gestort Conclusie externe aansprakelijkheid Er zijn verschillende gronden van externe bestuurdersaansprakelijkheid waarop een bestuurder aansprakelijk gesteld kan worden. In de praktijk komt bestuurdersaansprakelijkheid het meest voor bij schending van de boekhoud- of publicatieplicht en/of in het geval van een faillissement. Daarom is het verstandig voor bestuurders om beschermingsmaatregelen te nemen tegen externe aansprakelijkheid. Naast de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering heeft de vennootschap de mogelijkheid om bestuurders in beginsel te vrijwaren voor aansprakelijkheid jegens derden. 20

21 3. Beschermingsmaatregelen voor bestuurders In het vorige hoofdstuk was reeds te lezen dat steeds meer bestuurders aansprakelijk worden gehouden voor de wijze waarop zij hun taak vervuld hebben. Hoewel het merendeel van de claims niet slaagt, zijn er wel degelijk risico s. Bestuurders kunnen zelf of in samenspraak met de vennootschap beschermingsmaatregelen nemen, zodat de kans dat zij in hun privévermogen worden aangesproken verkleind wordt. Deze beschermingsmaatregelen, die in dit hoofdstuk afzonderlijk besproken worden, zijn de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering, vrijtekening van interne aansprakelijkheid, vrijwaring van externe aansprakelijkheid en decharge De Bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering In deze paragraaf komt de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering, ook wel de D&O (Directors & Officers)-verzekering genoemd, ter sprake. Door onder meer de slechte economische situatie en de hoge beloningen voor (top)bestuurders is er tegenwoordig een verhoogde aandacht voor de aansprakelijkheid van bestuurders. 75 Het risico van claims is de laatste jaren toegenomen en deze lijn zal in de toekomst waarschijnlijk worden doorgezet. 76 Bestuurders kunnen er dan ook baat bij hebben om zich tegen de gevolgen van bestuurdersaansprakelijkheid te laten verzekeren. In de onderstaande subparagrafen worden de kenmerken en het (mogelijke) belang van de D&Overzekering besproken De vennootschap en de D&O-verzekering Het is de vennootschap die over het algemeen de D&O-verzekering afsluit en de bijbehorende premies betaald. De vennootschap geldt dan ook als de verzekeringnemer. De bestuurders 77 binnen de vennootschap worden aangemerkt als verzekerden, waardoor zij een rechtstreekse vordering op de verzekeraar hebben voor gedekte schade. 78 Bestuurders van dochterondernemingen en meerderheidsdeelnemingen (minimaal 50%) vallen in de regel ook onder de D&O-verzekering die de moedervennootschap heeft afgesloten. De Nederlandse D&O-verzekering voor bestuurders (side A dekking) kent geen eigen risico. De reden hiervoor is dat de verzekeraar vanaf het begin van de claim op de hoogte wil zijn van hetgeen zich daaromtrent afspeelt. 79 De vennootschap heeft naast side A dekking de mogelijkheid om company reimbursement dekking (Side B) af te sluiten, waardoor een 75 Hendrikse & Van den Heuvel 2009, p Weterings 2010, p Geldt in de regel ook voor oud en toekomstige bestuurders, commissarissen en feitelijk leidinggevenden. 78 Hendriksen & Kalff 2008, p Weterings 2010, p

22 door de vennootschap afgegeven vrijwaring ook onder de verzekering valt. 80 De D&O-verzekering biedt bestuurders tot op zekere hoogte bescherming tegen aanspraken van de vennootschap en/of aanspraken van derden voor fouten die zij hebben gemaakt in de uitoefening van hun taak als bestuurder. De D&O-verzekering is dus een vermogenschadeverzekering die zowel de interne als externe aansprakelijkheid dekt. Daarbij vergoedt zij de (eventueel) te betalen schadevergoeding en daarnaast vallen ook de verweer, advies- en proceskosten (hierna: verdedigingskosten) onder deze dekking. Deze laatste post is misschien nog wel belangrijker omdat deze kosten snel hoog op kunnen lopen, ook als de claim uiteindelijk niet tot aansprakelijkheid leidt Acceptatie, looptijd en verlenging van de D&O-verzekering Voordat een verzekeringnemer wordt geaccepteerd zal de verzekeraar eerst haar financiële gegevens beoordelen. De verzekeraar kijkt daarbij met name naar het jaarverslag en de balans van de desbetreffende onderneming. Indien de financiële situatie van de onderneming onder de maat is, zal de potentiële verzekeringnemer waarschijnlijk niet geaccepteerd worden. 82 Bij grote, en vaak beursgenoteerde ondernemingen wordt ook een oordeel geveld over de corporate governance. Heeft een onderneming dit beleid niet op orde, dan zal dat consequenties kunnen hebben voor de premiestelling en de dekkingsvoorwaarden. 83 Weterings concludeert, uit Amerikaanse literatuur, dat de D&O-verzekering functioneert als een soort monitoring pool. Ondernemingen met een deugdelijke corporate governance betalen in verhouding minder premie dan bedrijven die dit beleid minder op orde hebben. Uit deze gegevens kan een onderneming mede afleiden hoe haar corporate governance ervoor staat. Grote en doorgaans complexe ondernemingen moeten meer gegevens verstrekken dan kleinere ondernemingen. Het afwijzingspercentage van grote ondernemingen ligt daarentegen een stuk lager dan bij bedrijven uit het MKB-segment, waar het afwijzingspercentage bij sommige verzekeraars tegen de 50% aanligt. 86 Dit wekt geen verwondering aangezien vooral de laatste jaren veelal kleinere ondernemingen failliet zijn gegaan, waardoor het faillissementsrisico voor verzekeraars daar een stuk hoger ligt. Bestuurders hebben daardoor niet altijd de mogelijkheid om zich te verzekeren tegen bestuurdersaansprakelijkheid. Bestuurders doen er (via de vennootschap) verstandig aan om in financieel goede tijden een D&O-verzekering af te sluiten. Ook als bestuurders bij een nieuwe 80 Weterings 2010, p Franssen van de Putte 2004, p Weterings 2010, p Weterings 2010, p Weterings 2010, p In hoofdstuk 5 meer over de invloed van beschermingsmaatregelen op de corporate governance. 86 Weterings 2010, p

Het juridische lot van de Commissaris. Mr. David Dronkers 26 november 2009

Het juridische lot van de Commissaris. Mr. David Dronkers 26 november 2009 Het juridische lot van de Commissaris Mr. David Dronkers 26 november 2009 Amerikaanse toestanden? Rechtspersoon houder van rechten en plichten mythe van bestuurdersaansprakelijkheid Kentering: deep pocket-beginsel

Nadere informatie

Welkom namens. Bestuurdersaansprakelijkheid in incassozaken. Rob Beks

Welkom namens. Bestuurdersaansprakelijkheid in incassozaken. Rob Beks Welkom namens Bestuurdersaansprakelijkheid in incassozaken Rob Beks Onderwerpen Wat is bestuurdersaansprakelijkheid Soorten bestuurdersaansprakelijkheid Uitkeringstoets (nieuwe) BV-recht Vragen Wat is

Nadere informatie

Diverse civielrechtelijke aspecten van de aansprakelijkheid van bestuurders. Mijke Sinninghe Damsté & Irene Tax Ontbijtseminar 12 december 2013

Diverse civielrechtelijke aspecten van de aansprakelijkheid van bestuurders. Mijke Sinninghe Damsté & Irene Tax Ontbijtseminar 12 december 2013 Diverse civielrechtelijke aspecten van de aansprakelijkheid van bestuurders Mijke Sinninghe Damsté & Irene Tax Ontbijtseminar 12 december 2013 Programma I. Introductie II. Aansprakelijkheid Bestuurders

Nadere informatie

WIJZIGINGEN IN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID ALS GEVOLG VAN DE FLEX-WET EN HET WETSVOORSTEL BESTUUR EN TOEZICHT

WIJZIGINGEN IN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID ALS GEVOLG VAN DE FLEX-WET EN HET WETSVOORSTEL BESTUUR EN TOEZICHT Notariaat M&A - oktober 2012 WIJZIGINGEN IN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID ALS GEVOLG VAN DE FLEX-WET EN HET WETSVOORSTEL BESTUUR EN TOEZICHT In het wetsvoorstel Vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht

Nadere informatie

Juridisch Document ZORG

Juridisch Document ZORG Juridisch Document ZORG Wanneer ben je als bestuurder van een rechtspersoon in de zorg persoonlijk aansprakelijk? 14 maart 2014 Zorg Zaken Groep Mr. W. Wickering Mr. M.N. Minasian Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 3 februari 2015 Mr. P.J. Peters 1 HR 23 mei 2014, JOR 2014, 229 Kok/Maas q.q. Bestuurdersaansprakelijkheid/selectieve betaling Casus P. Kok ( Kok ) 100% bestuurder Kok

Nadere informatie

Aansprakelijkheid commissarissen

Aansprakelijkheid commissarissen 1 november 2012 Aansprakelijkheid commissarissen Suzan Winkels-Koerselman Turnaround Advocaten Een klein, modern en gespecialiseerd advocatenkantoor Digitaal dossier Wij bieden de inzet van ervaren onafhankelijke

Nadere informatie

MEMO. Bestuurdersaansprakelijkheid Datum: 12 februari Introductie

MEMO. Bestuurdersaansprakelijkheid Datum: 12 februari Introductie MEMO Onderwerp: Bestuurdersaansprakelijkheid Datum: 12 februari 2018 Referentie: White paper 1. Introductie Steeds meer mensen starten hun eigen onderneming. Dit brengt verschillende voordelen met zich

Nadere informatie

Het besturen van een vereniging en stichting

Het besturen van een vereniging en stichting Het besturen van een vereniging en stichting Roland van Mourik notaris Cursus Goed Bestuur Nijmegen 6 oktober 2009 Roland van Mourik 37 jaar 1990-1991 propaedeuse rechten te Leiden 1991-1996 notarieel

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten Onder Professoren Aansprakelijkheid van bestuurders 14 april 2015 VAAN Utrecht prof. mr. Claartje Bulten Aansprakelijkheid van bestuurders Onderwerpen Interne aansprakelijkheid Externe aansprakelijkheid

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid. Jaap van der Meer advocaat

Bestuurdersaansprakelijkheid. Jaap van der Meer advocaat Bestuurdersaansprakelijkheid Jaap van der Meer advocaat Turnaround Advocaten Turnaround Advocaten is een klein en modern gespecialiseerd advocaten kantoor. Digitaal dossier. Wij bieden de inzet van zeer

Nadere informatie

Welkom bij de workshop Governance en aansprakelijkheid

Welkom bij de workshop Governance en aansprakelijkheid Welkom bij de workshop Governance en aansprakelijkheid Matthijs van Rozen (notaris) Christian Huiskes (advocaat) Indeling Matthijs van Rozen (notaris) governance, organen, Wetsvoorstel bestuur en toezicht

Nadere informatie

progamma 19:30 Welkom 19:45 Bestuurdersaansprakelijkheid - intern 20:15 Pauze 20:30 Bestuurdersaansprakelijkheid extern en in geval van faillissement

progamma 19:30 Welkom 19:45 Bestuurdersaansprakelijkheid - intern 20:15 Pauze 20:30 Bestuurdersaansprakelijkheid extern en in geval van faillissement Welkom progamma 19:30 Welkom 19:45 Bestuurdersaansprakelijkheid - intern 20:15 Pauze 20:30 Bestuurdersaansprakelijkheid extern en in geval van faillissement 21:15 Vragen 21:30 Borrel en napraten 22:00

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid DOOR MR. JAN DOP

Bestuurdersaansprakelijkheid DOOR MR. JAN DOP Bestuurdersaansprakelijkheid DOOR MR. JAN DOP Inleiding Op 17 mei 2000 werd het handelshuis Ceteco, dat voornamelijk in wit- en bruingoed voor de Zuidamerikaanse markt handelde, failliet verklaard. Al

Nadere informatie

Klik om de s+jl te bewerken

Klik om de s+jl te bewerken Derde niveau Presenta+e Vierde niveau Mr D.E.A.F. Aertssen Masterclass NASH 22 mei 2013 6411 ET, Nederland 6221 BT, Nederland 1 Slide 1 Inleiding Aansprakelijkheid bestuurder wegens onjuiste toepassing

Nadere informatie

Allianz Nederland Schadeverzekering. Bestuurdersaansprakelijkheid

Allianz Nederland Schadeverzekering. Bestuurdersaansprakelijkheid Allianz Nederland Schadeverzekering Bestuurdersaansprakelijkheid Bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering, kunt u nog zonder? Als bestuurder, commissaris of toezichthouder neemt u dagelijks beslissingen.

Nadere informatie

Handreiking bestuurlijke aansprakelijkheid. Vereniging van toezichthouders in onderwijs en kinderopvang

Handreiking bestuurlijke aansprakelijkheid. Vereniging van toezichthouders in onderwijs en kinderopvang Handreiking bestuurlijke aansprakelijkheid Vereniging van toezichthouders in onderwijs en kinderopvang VTOI-NVTK, 2018 Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen

Nadere informatie

Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven'

Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven' Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven' 1 Toezicht op bestuur Op 31 mei 2011 is het wetsvoorstel bestuur en toezicht (het "Wetsvoorstel")

Nadere informatie

DE BESTE BESTUURDERS STAAN AAN WAL EN HOE ZIT HET MET CRUIJFF EN AJAX

DE BESTE BESTUURDERS STAAN AAN WAL EN HOE ZIT HET MET CRUIJFF EN AJAX BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID DE BESTE BESTUURDERS STAAN AAN WAL EN HOE ZIT HET MET CRUIJFF EN AJAX (Lezing aan boord van DFDS Seaways ) Uitgangspunt voor deze inleiding is om een onderwerp aan de orde

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Positiebepaling van de Hoge Raad bij het ontwikkelen van maatstaven voor bestuurdersaansprakelijkheid

Positiebepaling van de Hoge Raad bij het ontwikkelen van maatstaven voor bestuurdersaansprakelijkheid Positiebepaling van de Hoge Raad bij het ontwikkelen van maatstaven voor bestuurdersaansprakelijkheid Inleiding Vanaf het midden van de jaren tachtig zijn in Nederland vele honderden, mogelijk zelfs duizenden

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid. Door drs. Heske van Eyck van Heslinga Associate partner DeNieuweCommissaris Consult VTOI congres 17 april 2015

Bestuurdersaansprakelijkheid. Door drs. Heske van Eyck van Heslinga Associate partner DeNieuweCommissaris Consult VTOI congres 17 april 2015 Bestuurdersaansprakelijkheid Door drs. Heske van Eyck van Heslinga Associate partner DeNieuweCommissaris Consult VTOI congres 17 april 2015 Mijn achtergrond Associate partner DeNieuweCommissaris Opleiden

Nadere informatie

Hoe verzeker je besluitvaardigheid? De Bestuurders- en Commissarissenaansprakelijkheidsverzekering. van Nassau

Hoe verzeker je besluitvaardigheid? De Bestuurders- en Commissarissenaansprakelijkheidsverzekering. van Nassau Hoe verzeker je besluitvaardigheid? De Bestuurders- en Commissarissenaansprakelijkheidsverzekering van Nassau Als het ingewikkeld wordt, zijn wij op ons best. De BCA-verzekering houdt rekening met de complexe

Nadere informatie

Datum 8 juni 2011 Onderwerp De op het goed werkgeverschap gebaseerde verzekeringsplicht

Datum 8 juni 2011 Onderwerp De op het goed werkgeverschap gebaseerde verzekeringsplicht 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG sector privaatrecht Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus

Nadere informatie

Governance: uw risico en uw aansprakelijkheid

Governance: uw risico en uw aansprakelijkheid Governance: uw risico en uw aansprakelijkheid Dr. Arie Slottje MBA Associate Partner IPFOS Mr. drs Reinier Russell Partner Russell Advocaten Agenda Ontwikkeling pension fund governance Wat is besturen?

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid

Bestuurdersaansprakelijkheid Bestuurdersaansprakelijkheid Auteur: mr. J.P.D. van de Klift 1 In: Bb 2008, 52 1. Inleiding Nadat in een eerdere aflevering de doelstellingen, karakteristieken en hoofdrolspelers van het nieuwe Voorontwerp

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid

Bestuurdersaansprakelijkheid Bestuurdersaansprakelijkheid Overdreven of reëel risico? Robert Sluis CVAH Verzekeringsdienst 23 januari 2017 Onze doelstellingen voor vandaag Uitleg en handvatten Aan het einde van deze presentatie weet

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid

Bestuurdersaansprakelijkheid Bestuurdersaansprakelijkheid 7 oktober 2015 Mr. F.J.M.E. Koppenol 1 Wie ben ik? Introductie Onderwerpen Interne bestuurdersaansprakelijkheid Externe bestuurdersaansprakelijkheid tegenover een crediteur;

Nadere informatie

Artikel 2:9 BW, enkele observaties

Artikel 2:9 BW, enkele observaties Artikel 2:9 BW, enkele observaties prof. mr. J.B. Huizink 1. Het huidige art. 2:9 BW Het huidige art. 2:9 BW lijkt mij als volgt te moeten worden uitgelegd. In geval van een éénhoofdig bestuur is een bestuurder

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid. Christian Huiskes Arjen Westerdijk

Bestuurdersaansprakelijkheid. Christian Huiskes Arjen Westerdijk Bestuurdersaansprakelijkheid Christian Huiskes Arjen Westerdijk 8 april 2014 1 1. Inleiding Uitgangspunt: aansprakelijkheid slechts in uitzonderlijke gevallen Ernstige verwijtbaarheid Grenst aan opzet/bewuste

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid voor bestuurders van Duitse vennootschappen

Bestuurdersaansprakelijkheid voor bestuurders van Duitse vennootschappen Bestuurdersaansprakelijkheid voor bestuurders van Duitse vennootschappen Het Duitse en Nederlandse recht bepalen de bestuurders aansprakelijkheid vaak vanuit een verschillende invalshoek. Het is moeilijk

Nadere informatie

Hoe verzeker je besluitvaardigheid? De Bestuurders- en Toezichthoudersaansprakelijkheidsverzekering. van Nassau

Hoe verzeker je besluitvaardigheid? De Bestuurders- en Toezichthoudersaansprakelijkheidsverzekering. van Nassau Hoe verzeker je besluitvaardigheid? De Bestuurders- en Toezichthoudersaansprakelijkheidsverzekering van Nassau Als het ingewikkeld wordt, zijn wij op ons best. De BTA-verzekering houdt rekening met de

Nadere informatie

BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID. Interne aansprakelijkheid

BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID. Interne aansprakelijkheid BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID Interne aansprakelijkheid Als de bestuurder zijn taak onbehoorlijk heeft vervuld en hem daarvan een ernstig verwijt kan worden gemaakt, kan de bestuurder op grond van art.

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering & Corporate Governance

Bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering & Corporate Governance Bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering & Corporate Governance Disclosure van verzekeringsdetails in Nederland? Afstudeerscriptie Master Ondernemingsrecht Tilburg Law School Department Business Law L.J.T.

Nadere informatie

Actualiteiten rondom bestuurdersaansprakelijkheid. Christian Huiskes Advocaat

Actualiteiten rondom bestuurdersaansprakelijkheid. Christian Huiskes Advocaat 1 Actualiteiten rondom bestuurdersaansprakelijkheid Christian Huiskes Advocaat 2 Inleiding Uitgangspunt: bestuurdersaansprakelijkheid slechts in uitzonderlijke gevallen Ernstige verwijtbaarheid (gedrag

Nadere informatie

Corporate Governance. Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015

Corporate Governance. Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015 Corporate Governance Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015 Corporate governance Relevante bronnen van regelgeving (in volgorde van belangrijkheid) (Uitgangspunt

Nadere informatie

AANSPRAKELIJKHEID VAN BESTUURDERS

AANSPRAKELIJKHEID VAN BESTUURDERS AANSPRAKELIJKHEID VAN BESTUURDERS ONDERWERPEN PAGINA I. INLEIDING 3 1. Rechtspersonen 3 2. Bestuurders 3 3. Aansprakelijkheid van bestuurders 3 II. INTERNE AANSPRAKELIJKHEID 5 III. EXTERNE AANSPRAKELIJKHEID

Nadere informatie

STATUTAIRE INSTRUCTIEBEVOEGDHEID EN DE GEVOLGEN VOOR DE BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID EN BESTUURSAUTONOMIE

STATUTAIRE INSTRUCTIEBEVOEGDHEID EN DE GEVOLGEN VOOR DE BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID EN BESTUURSAUTONOMIE STATUTAIRE INSTRUCTIEBEVOEGDHEID EN DE GEVOLGEN VOOR DE BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID EN BESTUURSAUTONOMIE Een onderzoek naar de gevolgen van gebruikmaking van de statutaire instructiebevoegdheid conform

Nadere informatie

Corporate Alert: de 403-verklaring

Corporate Alert: de 403-verklaring Corporate Alert: de 403-verklaring Kort na elkaar heeft de Hoge Raad twee uitspraken gedaan over vragen waartoe de 403- verklaring aanleiding geeft. De meest in het oog springende beslissing (HR 20 maart

Nadere informatie

Laat je bestuurdersaansprakelijkheid verzekeren!!

Laat je bestuurdersaansprakelijkheid verzekeren!! Laat je bestuurdersaansprakelijkheid verzekeren!! Als bestuurder ben je voor veel meer aansprakelijk dan je denkt. Een verzekering bestuurdersaansprakelijkheid is een noodzaak en ook meer dan betaalbaar

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet in verband met het verbeteren van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij verenigingen en stichtingen alsmede de uniformering van enkele bepalingen

Nadere informatie

ONDERNEMINGSRECHT EN ZORG

ONDERNEMINGSRECHT EN ZORG ONDERNEMINGSRECHT EN ZORG Nieuwe regels voor bestuurders en toezichthouders 27/11/2014 1 Problemen in semi-publieke sector, ook in de zorg Vergoedingen staan onder druk Bezuinigingen en dreigende ontslagen

Nadere informatie

Laat je bestuurdersaansprakelijkheid verzekeren!!

Laat je bestuurdersaansprakelijkheid verzekeren!! Laat je bestuurdersaansprakelijkheid verzekeren!! Als bestuurder ben je voor veel meer aansprakelijk dan je denkt. Een verzekering bestuurdersaansprakelijkheid is een noodzaak en ook meer dan betaalbaar

Nadere informatie

5 De zorgvuldige bestuurder of commissaris van een NV of BV

5 De zorgvuldige bestuurder of commissaris van een NV of BV 5 De zorgvuldige bestuurder of commissaris van een NV of BV Y.L.L.A.M. Delfos-Roy 1 INLEIDING Een bestuurder staat tot de vennootschap 1 in een vennootschappelijke betrekking. Deze verhouding is tweeledig:

Nadere informatie

Hoge Raad 23 november 2012, LJN: BX5880: als twee vechten om een been, mag de WAM-verzekeraar van de medeschuldenaar er mee heen?

Hoge Raad 23 november 2012, LJN: BX5880: als twee vechten om een been, mag de WAM-verzekeraar van de medeschuldenaar er mee heen? Hoge Raad 23 november 2012, LJN: BX5880: als twee vechten om een been, mag de WAM-verzekeraar van de medeschuldenaar er mee heen? Feiten In 2007 vindt een ongeval plaats tussen twee auto s. De ene wordt

Nadere informatie

GRONDSLAGEN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID

GRONDSLAGEN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID GRONDSLAGEN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID EEN MAATPAK VOOR DE BOARD ROOM D.A.M.H.W. Strik Kluwer - Deventer - 2010 Inhoudsopgave Lijst van gebruikte afkortingen XIII Hoofdstuk 1 Inleiding 1 1.1 Ter introductie

Nadere informatie

Aansprakelijkheid binnen sportverenigingen

Aansprakelijkheid binnen sportverenigingen Aansprakelijkheid binnen sportverenigingen mr. Harold de Boer mr. Stephan de Vries 12 januari 2015 Sport Fryslân De Haan Advocaten & Notarissen PROGRAMMA 1. Inleiding 2. Bestuur en Taak - interne aansprakelijkheid

Nadere informatie

Het moet wel leuk blijven: verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en governance

Het moet wel leuk blijven: verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en governance Het moet wel leuk blijven:, aansprakelijkheid en governance De afgelopen maanden hebben we in dit magazine een aantal aspecten van het Wetsvoorstel governance behandeld, zoals de scheiding tussen bestuur

Nadere informatie

Actualiteiten beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Pieter Leerink 6 november 2015 ACIS-symposium

Actualiteiten beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Pieter Leerink 6 november 2015 ACIS-symposium Actualiteiten beroepsaansprakelijkheidsverzekering Pieter Leerink 6 november 2015 ACIS-symposium Persoonlijke aansprakelijkheid advocaat ECLI:NL:HR:2015:2745 Client vraagt advies (risico s afdekken) over

Nadere informatie

Goed bestuur in de zorg

Goed bestuur in de zorg Goed bestuur in de zorg Fenna van Dijk Puck Dinjens IVVU 26 mei 2015 Inhoud workshop i. Bestuur en toezicht: de stand van zaken ii. Hoe werkt toezicht in de zorg? iii. Vergrootte aansprakelijkheid bestuurder

Nadere informatie

Toelichting. Aansprakelijkheidsverzekering voor bestuurders en commissarissen

Toelichting. Aansprakelijkheidsverzekering voor bestuurders en commissarissen Bestuurders en commissarissen van privaatrechtelijke rechtspersonen (N.V., B.V., Vereniging en Stichting) nemen een bijzondere positie in. Deze positie brengt namelijk met zich mee dat zij persoonlijk

Nadere informatie

De gevolgen van de uitkeringstest voor tussenpersonen

De gevolgen van de uitkeringstest voor tussenpersonen De gevolgen van de uitkeringstest voor tussenpersonen M r. P. v a n d e r V e l d * Inleiding Op dit moment liggen ter behandeling bij de Eerste Kamer der Staten-Generaal het wetsvoorstel Vereenvoudiging

Nadere informatie

Bestuurder zijn is niet vrijblijvend.

Bestuurder zijn is niet vrijblijvend. Bestuurder zijn is niet vrijblijvend. Ook in België wordt de verantwoordelijkheid van bestuurders met de dag belangrijker. Nieuwe wetgeving en procedures verplichten bestuurders om meer dan ooit bewust

Nadere informatie

(Interne) aansprakelijkheid van bestuurders Mededingingsrechtelijke wetsovertredingen onbehoorlijk bestuur?

(Interne) aansprakelijkheid van bestuurders Mededingingsrechtelijke wetsovertredingen onbehoorlijk bestuur? (Interne) aansprakelijkheid van bestuurders Mededingingsrechtelijke wetsovertredingen onbehoorlijk bestuur? M. Santegoeds 24-1-2017 Ondernemingsrecht, Tilburg University ANR: 401297 Naam Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

C/13/555974 / HA ZA 13-1827 28 oktober 2015 8 oordeel dat met deze uitingen sprake was van misleidende publieke berichtgeving. VEB en de stichting stellen dat door deze uitingen de gedupeerde beleggers

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Dit artikel is gepubliceerd in het tijdschrift Juridisch up to Date, september 2008 Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Mr. dr. S. Parijs, CMS Derks Star Busmann

Nadere informatie

Hoge Raad 23 november 2012 LJN BX5881 Van de Riet / Hoffmann. Rekt Hoge Raad bestuurdersaansprakelijkheid op? Bart-Adriaan de Ruijter Femke Leopold

Hoge Raad 23 november 2012 LJN BX5881 Van de Riet / Hoffmann. Rekt Hoge Raad bestuurdersaansprakelijkheid op? Bart-Adriaan de Ruijter Femke Leopold 4 april 2013 Seminar Bestuurdersaansprakelijkheid Hoge Raad 23 november 2012 LJN BX5881 Van de Riet / Hoffmann Rekt Hoge Raad bestuurdersaansprakelijkheid op? Bart-Adriaan de Ruijter Femke Leopold Plan

Nadere informatie

Allianz Nederland Schadeverzekering. Bestuurdersaansprakelijkheid

Allianz Nederland Schadeverzekering. Bestuurdersaansprakelijkheid Allianz Nederland Schadeverzekering Bestuurdersaansprakelijkheid Hoe beschermt u uw bestuurders tegen de gevolgen van aanspraken? Uw bestuurders willen alleen het beste voor uw organisatie. Maar een besluit

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2011-346 d.d. 2 december 2011 (mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. B.F. Keulen en mr. A.W.H. Vink, leden, en mr.drs. D.J. Olthoff, secretaris)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:2561

ECLI:NL:RBROT:2017:2561 ECLI:NL:RBROT:2017:2561 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer C/10/510679 / FT EA 16/2324 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 41 d.d. 22 februari 2011 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, mw. mr. E.M. Dil-Stork en prof. mr. M.L. Hendrikse) Samenvatting Natura-uitvaartverzekering.

Nadere informatie

Aansprakelijkheid bestuurders & commissarissen Bij NV s, BV s, en verenigingen en stichtingen in het bijzonder de (semi-) publieke sector.

Aansprakelijkheid bestuurders & commissarissen Bij NV s, BV s, en verenigingen en stichtingen in het bijzonder de (semi-) publieke sector. 2011 Aansprakelijkheid bestuurders & commissarissen Bij NV s, BV s, en verenigingen en stichtingen in het bijzonder de (semi-) publieke sector. Rotterdam, februari 2011, 4e druk Onder eindredactie van

Nadere informatie

De ratio van de stel- en bewijsplicht van artikel 150 Rechtsvordering bij bestuurdersaansprakelijkheid

De ratio van de stel- en bewijsplicht van artikel 150 Rechtsvordering bij bestuurdersaansprakelijkheid De ratio van de stel- en bewijsplicht van artikel 150 Rechtsvordering bij bestuurdersaansprakelijkheid Waarom en in welke situaties wordt de curator dan wel de individuele crediteur hetzij door verlichting

Nadere informatie

Aansprakelijkheid nader belicht

Aansprakelijkheid nader belicht Een zorginstelling richt zich primair op het aanbieden van zorg. Dat ook binnen de zorg fouten worden gemaakt is evident. Het is daarom voor de zorginstelling van belang zich bewust te zijn van haar aansprakelijkheid

Nadere informatie

Allianz Global Corporate & Specialty Bestuurdersaansprakelijkheid. St. Michielsgestel, 2015

Allianz Global Corporate & Specialty Bestuurdersaansprakelijkheid. St. Michielsgestel, 2015 Allianz Global Corporate & Specialty Bestuurdersaansprakelijkheid St. Michielsgestel, 2015 Inhoud 1 Korte Introductie 2 Bestuurdersaansprakelijkheid - Het risico voor de ondernemer - Claimende partijen

Nadere informatie

Regeling melding misstand woningcorporaties

Regeling melding misstand woningcorporaties Regeling melding misstand woningcorporaties Regeling van de procedure voor het melden van een vermoeden van een misstand en van de (rechts)bescherming van de melder en de vertrouwenspersoon integriteit.

Nadere informatie

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Artikel 750 1. Aanneming van werk is de overeenkomst waarbij de ene partij, de aannemer, zich jegens

Nadere informatie

privé-vermogen Een bestuursfunctie kan een kosten

privé-vermogen Een bestuursfunctie kan een kosten Een bestuursfunctie kan een privé-vermogen kosten De bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering van Centraal Beheer Achmea voor directeuren, bestuurders, commissarissen en toezichthouders Een bestu een privé-

Nadere informatie

KWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR

KWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR KWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR Inleiding In artikel 16 AWR is bepaald dat een feit dat de inspecteur bekend was of redelijke wijs bekend had kunnen zijn geen grond voor

Nadere informatie

Rol en aansprakelijkheid van de trustee

Rol en aansprakelijkheid van de trustee ARTIKELEN Rol en aansprakelijkheid van de trustee Mr. K. Frielink * 1. Inleiding De regeling inzake de Curaçaose trust is op 1 januari 2012 in werking getreden. Vanuit de praktijk is de vraag opgekomen

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2005.0156 (004.05) ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Kluwer Online Research Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid

Kluwer Online Research Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid Auteur: Mr. T.L.C.W. Noordoven[1] Hoge Raad 23 maart 2012, JAR 2012/110 1.Inleiding Maakt het vanuit het oogpunt

Nadere informatie

Jubileumcongres Beursbengel

Jubileumcongres Beursbengel Workshop - Contracteren met de klant: omgaan met aansprakelijkheidsrisico's, exoneraties en verzekeringsdekking Jubileumcongres Beursbengel Erik van Orsouw erik.van.orsouw@kvdl.nl http://www.kvdl.nl/beursbengel/

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 050.01 ingediend door: hierna te noemen 'klaagster, tegen: hierna te noemen verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse

Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) De Brandverzekering en Risicoverzwaring: over primaire dekkingsbepalingen, risicoverzwaringsmededelingsclausules en preventieve garantieclausules Prof. mr.

Nadere informatie

BESTUURSREGLEMENT STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR CONTINUÏTEIT ABN AMRO GROUP

BESTUURSREGLEMENT STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR CONTINUÏTEIT ABN AMRO GROUP BESTUURSREGLEMENT STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR CONTINUÏTEIT ABN AMRO GROUP Vastgesteld op 9 november 2015 1 TOEPASSELIJKHEID 1.1.1 Dit reglement is van toepassing op een ieder die thans of in de toekomst

Nadere informatie

Help, ik ben bestuurder

Help, ik ben bestuurder Help, ik ben bestuurder Aansprakelijkheid van bestuurders Ine Schockaert 24 april 2014 Minervastraat 5 1930 ZAVENTEM T +32 (0)2 275 00 75 F +32 (0)2 275 00 70 www.contrast -law.be Inleiding Faillissementen

Nadere informatie

(Bestuurders)aansprakelijkheid bij Sportverenigingen. Michiel van Dijk michiel.vandijk@cms-dsb.com 12 december 2009

(Bestuurders)aansprakelijkheid bij Sportverenigingen. Michiel van Dijk michiel.vandijk@cms-dsb.com 12 december 2009 (Bestuurders)aansprakelijkheid bij Sportverenigingen Michiel van Dijk michiel.vandijk@cms-dsb.com 12 december 2009 Bestuur en taak Interne aansprakelijkheid Externe aansprakelijkheid Aansprakelijkheid

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid en de bevoegdheden van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

Bestuurdersaansprakelijkheid en de bevoegdheden van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Bestuurdersaansprakelijkheid en de bevoegdheden van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). drs. S. Lorello, september 2012 Dit essay behandelt de vraag of de bevoegdheid van de AFM om bestuurders van

Nadere informatie

De eisen die aan het functioneren van de

De eisen die aan het functioneren van de MR. O.L.M. HEUTS Vrijwaring, exoneratie, verzekering en decharge als bescherming tegen aansprakelijkheid De eisen die aan het functioneren van de commissaris gesteld worden nemen toe 1, het risico van

Nadere informatie

Het criterium van de redelijk handelend verzekeraar. Nu5g hulpmiddel of belemmering bij verzwijgingszaken?

Het criterium van de redelijk handelend verzekeraar. Nu5g hulpmiddel of belemmering bij verzwijgingszaken? Het criterium van de redelijk handelend verzekeraar. Nu5g hulpmiddel of belemmering bij verzwijgingszaken? K. Engel, LLM, BA ACIS Symposium 20 maart 2015 Inleiding (1/2) Inleiding verzwijging. Oud recht:

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid, een pot nat?

Bestuurdersaansprakelijkheid, een pot nat? J.B. Huizink 1 Inleiding Bij de verdediging van haar proefschrift Aansprakelijkheid van leidinggevenden 1 in de fraaie aula van het Groningse Academiegebouw werd mevr. De Valk geconfronteerd met een interessante

Nadere informatie

Samenvatting. Consument, ARAG SE, gevestigd te Leusden, hierna te noemen: Aangeslotene. 1. Procesverloop

Samenvatting. Consument, ARAG SE, gevestigd te Leusden, hierna te noemen: Aangeslotene. 1. Procesverloop Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-373 d.d. 9 oktober 2014 (mr. P.A. Offers, prof. mr. E.H. Hondius en drs. W. Dullemond, leden en mr. E.E. Ribbers, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

Rb. 's-gravenhage 6 juli 2012, LJN BX2021, JA 2012/183. Trefwoorden: Sommenverzekering, Voordeelstoerekening, Eigen schuld

Rb. 's-gravenhage 6 juli 2012, LJN BX2021, JA 2012/183. Trefwoorden: Sommenverzekering, Voordeelstoerekening, Eigen schuld Rb. 's-gravenhage 6 juli 2012, LJN BX2021, JA 2012/183 Trefwoorden: Sommenverzekering, Voordeelstoerekening, Eigen schuld Auteurs: mr. M. Verheijden en mr. L. Stevens Samenvatting In maart 2009 vindt een

Nadere informatie

Inleiding Wet Bestuur & Toezicht Rechtspersonen (WBTR) mr drs. J.J. Kramer

Inleiding Wet Bestuur & Toezicht Rechtspersonen (WBTR) mr drs. J.J. Kramer Inleiding Wet Bestuur & Toezicht Rechtspersonen (WBTR) mr drs. J.J. Kramer rechtsbeginselen rechtspraak Verdrag rechtsnormen INTERNE RECHTSORDE WET GEWOONTE 1. Burgerlijk Wetboek (BW2) 2. WFT, WTZi, WHW,

Nadere informatie

JIN 2014/107, Hoge Raad, , ECLI:NL:HR:2014:829, 13/01441, (annotatie)

JIN 2014/107, Hoge Raad, , ECLI:NL:HR:2014:829, 13/01441, (annotatie) JIN 2014/107 JIN 2014/107, Hoge Raad, 04-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:829, 13/01441, (annotatie) INHOUDSINDICATIE Bestuurdersaansprakelijkheid, Voldoende ernstig persoonlijk verwijt, Overdracht activa GA DIRECT

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen

Aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen Welkom Aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen Kasteel Terworm 21 april 2010 Michel Rompelberg Inleiding: kantoor RRA Advocaten N.V. Kerkstraat 4 6367 JE Ubachsberg 045-5620540 www.rra.nl Inleiding:

Nadere informatie

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190 Rapport Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190 2 Klacht Verzoekers klagen erover dat het regionale politiekorps Utrecht hun verzoek om vergoeding van de schade als gevolg van een politieonderzoek in

Nadere informatie

Jurisprudentie Ondernemingsrecht. Adriaan F.M. Dorresteijn september 2015

Jurisprudentie Ondernemingsrecht. Adriaan F.M. Dorresteijn september 2015 Jurisprudentie Ondernemingsrecht Adriaan F.M. Dorresteijn september 2015 Onderwerpen 1. Bestuurdersaansprakelijkheid a) Westenbroek/Olden in OR 2015/69/70 b) Rb R dam 26 aug 2015 (kennelijk onbehoorlijk

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-548 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. B.F. Keulen, mr. J.S.W. Holtrop, leden en mr. C.J.M. Veltmaat, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Dekkingsgebied Europa. Voor zakenreizen en voor de Nederlandse afvaardiging voor sportevenementen in het buitenland is er Werelddekking.

Dekkingsgebied Europa. Voor zakenreizen en voor de Nederlandse afvaardiging voor sportevenementen in het buitenland is er Werelddekking. POLISINFORMATIE COLLECTIEF PAKKET KNGU POLISINFORMATIE AANSPRAKELIJKHEIDSVERZEKERING Wie zijn verzekerd 1 De KNGU 2 De lokale verenigingen gelieerd aan de KNGU 3 Buitenlandse deelnemers inclusief trainers

Nadere informatie

BusinessGuard Aansprakelijkheidsverzekering voor Bestuurders en Commissarissen. A Force in Europe A MEMBER OF AMERICAN INTERNATIONAL GROUP, INC.

BusinessGuard Aansprakelijkheidsverzekering voor Bestuurders en Commissarissen. A Force in Europe A MEMBER OF AMERICAN INTERNATIONAL GROUP, INC. BusinessGuard Aansprakelijkheidsverzekering voor Bestuurders en Commissarissen A Force in Europe A MEMBER OF AMERICAN INTERNATIONAL GROUP, INC. Bestuurdersaansprakelijkheid De kern van de aansprakelijkheidsverzekering

Nadere informatie

TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN A. BONS BEHEER B.V. d.d. 18 juli 2013. : de besloten vennootschap A. Bons Beheer B.V.

TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN A. BONS BEHEER B.V. d.d. 18 juli 2013. : de besloten vennootschap A. Bons Beheer B.V. Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgedaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de hoofdstukken reeds afgesloten en wordt voor informatie verwezen naar

Nadere informatie

BESTUURDERSAANPRAKELIJKHEID BIJ DE VVE EN DE C(F)V

BESTUURDERSAANPRAKELIJKHEID BIJ DE VVE EN DE C(F)V BESTUURDERSAANPRAKELIJKHEID BIJ DE VVE EN DE C(F)V In het themanummer: Functies en bevoegdheden bij de Vereniging van Eigenaars werd stilgestaan bij de vraag, welke bevoegdheden met name de bestuurder

Nadere informatie

Lezing LWV. Ondernemen via een rechtspersoon: (schijn)veilig? Roermond, 7 juni 2012

Lezing LWV. Ondernemen via een rechtspersoon: (schijn)veilig? Roermond, 7 juni 2012 Lezing LWV Ondernemen via een rechtspersoon: (schijn)veilig? Roermond, 7 juni 2012 Casus 1: Een bestuurder van een BV beseft, dat het faillissement van de BV onvermijdelijk is. Hij laat de BV nog enkele

Nadere informatie

Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse

Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) Eigen schuld en bereddingsplicht bij zorgverzekeringen Prof. mr. drs. M.L. Hendrikse Algemene opmerkingen (1) De zorgverzekeringsovereenkomst bestaat niet:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:1248

ECLI:NL:RBGEL:2017:1248 ECLI:NL:RBGEL:2017:1248 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 01-03-2017 Datum publicatie 09-03-2017 Zaaknummer 5244223 CV EXPL 16-4412 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

VOORBEELD MODELOVEREENKOMST ALGEMEEN TUSSENKOMST Opgesteld door de Belastingdienst nr. 9015550000-09 19 10 2015

VOORBEELD MODELOVEREENKOMST ALGEMEEN TUSSENKOMST Opgesteld door de Belastingdienst nr. 9015550000-09 19 10 2015 VOORBEELD MODELOVEREENKOMST ALGEMEEN TUSSENKOMST Opgesteld door de Belastingdienst nr. 9015550000-09 19 10 2015 Beoordeling overeenkomst Algemeen tussenkomst De Belastingdienst heeft, in samenwerking met

Nadere informatie

DE ZORGPLICHT VAN DE VERZEKERAAR

DE ZORGPLICHT VAN DE VERZEKERAAR DE ZORGPLICHT VAN DE VERZEKERAAR Aruba, 10 oktober 2018 1. TER INGELEIDE Op 11 september 2018 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden een interessant arrest gewezen waarbij de zorgplicht van de verzekeraar

Nadere informatie