Overeenkomst tot samenwerking Open én slim energienet Zaanstad

Transcriptie

1 Ondergetekenden: 1. Gemeente Zaanstad, gevestigd en kantoor houdende Stadhuisplein 100 te, ten deze vertegenwoordigd door de heer R.J. Linnekamp verder te noemen gemeente Zaanstad. 2. Provincie Noord-Holland, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen PNH. 3. Alliander Duurzame Gebiedsontwikkeling B.V., gevestigd en kantoor houdende Utrechtseweg 68 te Arnhem, ten deze vertegenwoordigd door de heer D.R. Potters verder te noemen Alliander. 4. Liander, gevestigd en kantoor houdend te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Liander. 5. Zaans Medisch Centrum, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen ZMC. 6. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen HHNK. 7. HVC, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen HVC. 8. Bioforte, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Bioforte. 9. Afval Energiebedrijf Amsterdam, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen AEB. 10. Cofely, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Cofely. 11. Tate & Lyle, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Tate & Lyle. 12. Dalkia, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Dalkia. 13. Rochdale, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Rochdale. 14. Parteon, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Parteon. 15. se Volkshuisvesting, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen ZVH. 16. EVEAN, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen EVEAN. 17. Goglio North Europe, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen Goglio. 18. Westpoort Warmte, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen WPW.

2 19. United Biscuits, gevestigd en kantoor houdende te, ten deze vertegenwoordigd door verder te noemen United Biscuits. 20. En overige partijen welke op een later moment de samenwerkingsovereenkomst hebben ondertekend zoals opgenomen in de bijlagen. gezamenlijk te noemen: Partijen. Overwegende dat: Energie algemeen a) Een lokale, betaalbare, duurzame energievoorziening een bijdrage levert aan de leefbaarheid in, en de concurrentiepositie van de regio. b) De ontwikkeling van een slim energiesysteem een middel is om hier concreet vorm aan te geven. Hierbij worden de verschillende energiemodaliteiten (elektriciteit, gas en warmte) met een open, niet discriminerende netwerkstructuur gekoppeld. c) Er nu een momentum is bereikt waarop Partijen enthousiast zijn en over willen gaan tot slimme energieoplossingen die op een kosteneffectieve wijze bijdragen aan zowel de klimaat- als economische doelstellingen van Partijen. Voorbeelden hiervan zijn de nieuwbouw van het Zaans Medisch Centrum en de ontwikkelingen in het Rosariumgebied. Warmte d) Er een overschot aan industriewarmte is in de gemeente Zaanstad dat nu onbenut in de lucht of het oppervlaktewater verdwijnt, en dat deze industriewarmte middels een warmtenet benut kan worden voor ruimteverwarming en tapwater in woningen, bedrijven en voorzieningen. e) De gemeente Zaanstad zich in het Integraal Klimaatprogramma ten doel heeft gesteld een warmteleveringssysteem van industriële bronnen naar de gebouwde omgeving te realiseren en daarbij tevens gebruik wil maken van lokale biomassastromen eventueel aangevuld met stromen van buiten de gemeente Zaanstad. f) Het College van B&W van de gemeente Zaanstad d.d. 27 september 2011 heeft besloten om de regierol hiertoe op te pakken. g) Uit onderzoek van de Provincie Noord-Holland, tezamen met de gemeenten binnen de Metropoolregio Amsterdam, blijkt dat een regionaal warmtenetwerk kansrijk is en dat de Provincie Noord-Holland een programmatische aanpak ondersteunt. h) Een dergelijk warmtenetwerk: a. bijdraagt aan de gemeentelijke doelstelling om klimaatneutraal te worden. b. leidt tot een verbetering van de lokale leefomgeving. c. een invulling zou kunnen vormen van de MJA-doelstellingen van Zaanse industriële partijen. d. bijdraagt aan een verbeterd vestigingsklimaat door een goede goedkope energievoorziening voor bedrijven en een kans biedt om geld te verdienen. e. mogelijk een bijdrage levert aan een beter energielabel voor (huur)woningen f. leidt tot lagere energiekosten voor afnemers. g. een lokale doorwerking is van het recent gesloten SER-Energieakkoord. h. past binnen de energieambities van de provincie Noord-Holland, Nederland en Europa.

3 Elektriciteit i) De gemeente Zaanstad heeft met het internationale project E-harbours de afgelopen jaren direct toepasbare kennis, ervaring en netwerk opgebouwd op het gebied van slimme netten en flexibilisering van energiegebruik (het in de tijd kunnen verplaatsen van het energiegebruik waardoor bijvoorbeeld van laag tarief gebruik gemaakt kan worden in plaats van hoog tarief). j) Flexibiliteit in het energiegebruik waarde heeft en de invoering van duurzame bronnen kan versnellen, en dat daarbij slimme en open netten noodzakelijk zijn. k) Samenwerking van lokale Partijen de opschaling van de energiepositie kan bewerkstelligen waardoor op eenvoudiger wijze ingespeeld kan worden op aanboden prijsfluctuaties. l) De realisatie van een warmte- en koudenet de mogelijkheid biedt om de business case voor flexibilisering verder te concretiseren. Gas m) Het gebruik van (meer en meer geïmporteerd) gas ten behoeve van ruimteverwarming afneemt bij het treffen van energiebesparende maatregelen en het verdringen van gas voor ruimteverwarming door duurzame warmtelevering gaat plaatsvinden bij de realisatie van een warmte- en koudenet. n) Gas steeds vaker lokaal en groen wordt geproduceerd en daarmee een plek kan hebben binnen een lokaal open en slim energiesysteem. Komen overeen als volgt: Artikel 1: Doel van de overeenkomst tot samenwerking 1.1 Doel van de samenwerkingsovereenkomst is dat Partijen gezamenlijk een visie met onderliggende uitgewerkte business cases uitwerken voor de realisatie van een open en slim energienet in Zaanstad, met de mogelijkheid tot verdere uitrol in de Metropoolregio Amsterdam. Het open en slim energienet kan bestaan uit een: warmte- en koudenet waarbij wordt uitgegaan van een open en niet discriminerende netwerkstructuur zodat elke producent, leverancier en afnemer gebruik kan maken van het transportnetwerk. slim en open elektriciteits- en gasnet. Om hiertoe te komen, wordt een visie opgesteld, met een daaraan gekoppeld uitvoeringsplan, allen worden beschikbaar gesteld aan Partijen. 1.2 Partijen verkennen hun mogelijke rol in het te realiseren open en slimme energienet Artikel 2: Inspanningsverplichtingen Algemeen 2.1 Partijen zetten een project op om de in artikel 1.1 en 1.2 genoemde doelen te realiseren. 2.2 Partijen richten een bestuurdersplatform in met daarin een goede vertegenwoordiging van elke partij ter borging van de afspraken. 2.3 Partijen richten een werkgroep in. De werkgroep stuurt een onafhankelijk procesmanager aan, waar het gaat over de activiteiten die deze vanuit een programmatische aanpak voor de Metropoolregio Amsterdam uitvoert voor Zaanstad, en bereid voorstellen voor ter behandeling in het bestuurdersplatform.

4 2.4 Partijen zullen aanwezig zijn bij het bestuurdersplatform en eventuele project- en werkgroepbijeenkomsten voor zover zij daarin zitting hebben. 2.5 Na ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst zullen Partijen zich inspannen om middelen te verkrijgen ten behoeve van de uitvoering van de in Artikel 1 genoemde doelen. Warmte 2.6 Nagaan welke rollen Partijen in kunnen nemen (producent/transporteur/leverancier/ afnemer) en de fysieke en financiële haalbaarheid van het warmte- en koudenet verder onderzoeken in lokale business cases. 2.7 Indien de uitgewerkte visie en lokale business cases op basis van de genoemde rollen een kansrijke opzet bieden voor de uitrol van een gemeentebreed warmte- en koudenet hebben Partijen de ambitie om een aparte realisatie overeenkomst op te stellen. Partijen streven ernaar om daar medio februari 2014 duidelijkheid over te hebben. 2.8 Van Partijen wordt verwacht dat zij: In samenspraak met alle Partijen komen tot een meerjarenvisie op het totale Zaanse, en aangrenzende energiesysteem. als potentiële producent: o Aangeven hoeveel, van welke kwaliteit, wanneer en voor welke duur zij (rest)warmte kunnen leveren, tegen welke kosten die warmte uit te koppelen is en, indien mogelijk, voor welke prijs. o Medewerking verlenen om te komen tot een investeringsraming. als potentiële transporteur: o In samenspraak met leverancier, afnemer en gemeente een leidingtracé voor het transportnet bepalen. o In samenspraak met producent, leverancier en afnemer komen tot een voorontwerp voor het netwerk, waarin temperatuurniveaus, leidingdiameters, toekomstige kansen en een mogelijke fasering voor de realisatie zijn benoemd. o Medewerking verlenen om te komen tot een investeringsraming van het transportnet. als potentiële leverancier: o In samenspraak met transporteur en afnemer het gewenste leidingtracé tot aan de afnemer bepalen. o Medewerking verlenen om te komen tot een raming van het businessmodel voor de rol van leverancier. als potentiële afnemer: o Aangeven wat de referentiekosten in onderhoud, investering en zo mogelijk gebruik zijn voor de huidige of voorziene warmte/koudevoorziening. o Aangeven wat de ouderdom is van de huidige of wat de voorziene warmte/koudevoorziening is. Elektriciteit 2.9 Onderzoeken of er mogelijkheden te ontwikkelen zijn om op het gebied van flexibilisering van het elektriciteitsgebruik, door het flexibiliseren van bedrijfsprocessen, geld te besparen Nagaan welke regelgeving al dan niet belemmerend kan zijn om met flexibilisering van het elektriciteitsgebruik geld te verdienen Van Partijen wordt verwacht dat zij:

5 Nagaan in hoeverre er mogelijkheden zijn om bedrijfsprocessen te verschuiven in de tijd en bepalen wat het elektriciteitsgebruik is van deze bedrijfsprocessen. Aangeven wat de referentiekosten zijn van het elektriciteitsgebruik. Gas 2.12 Nagaan wat de invloed is van de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van warmte zijn op de huidige gasnetten en de daarvoor geplande investeringen en uitbreidingen Verkennen of in de regio substantiële potentie is voor de biogasproductie eenheden en welke bijdrage die kunnen leveren aan het open en slimme energie in de vorm van warmteproductie, zelfstandige biogasnetten of invoeden in het gasnet. Artikel 3: Principes van samenwerking 3.1 De procesmanager krijgt van de werkgroep de opdracht tot het uitwerken van een plan van aanpak om de gestelde doelen te realiseren. Daarin is een taakverdeling opgenomen en wordt de positionering van de Zaanse samenwerkingsovereenkomst ten opzichte van de programmatische aanpak binnen de Metropoolregio Amsterdam aangegeven. Partijen nemen daarbij verantwoordelijkheid voor het verder uitwerken van de rollen die in het toekomstige energiesysteem moeten worden vervuld. 3.2 Wederzijds vertrouwen, open communicatie en transparantie zijn essentiële bouwstenen in het komen tot een slim en open energiesysteem. 3.3 Elke partij kan deze samenwerkingsovereenkomst schriftelijk zonder opgave van redenen beëindigen zonder inachtneming van een opzegtermijn. 3.4 Met het ondertekenen van deze samenwerkingsovereenkomst worden door Partijen geen exclusieve rechten verkregen. Dit geldt tevens indien uit deze samenwerkingsovereenkomst overheidsopdrachten voortkomen. Partijen onderkennen daarbij dat de mogelijkheid bestaat dat de realisatie van een open en slim energienet wordt aanbesteed. 3.5 De samenwerkingsovereenkomst staat open voor ondertekening door partijen binnen de gemeente Zaanstad en/of de Metropoolregio Amsterdam op een later moment. 3.6 Indien voortvloeiend uit deze samenwerkingsovereenkomst een overheidsopdracht voortkomt, zullen Partijen bij gunning van deze opdracht op geen enkele wijze worden bevoordeeld. 3.7 Komt een overeenkomst tot realisatie van het warmte- en koudenet of enig andere overeenkomst welke aansluit op de activiteiten omschreven in artikel 2 niet tot stand, dan heeft geen van Partijen een aanspraak op schadevergoeding jegens de ander of een aanspraak op vergoeding van gemaakte kosten, ongeacht door welke oorzaak deze overeenkomsten niet tot stand komt en onder aanvaarding van het recht van iedere Partij om haar moverende redenen tot het moment van ondertekening van de beoogde overeenkomsten af te zien. 3.8 Indien geen overeenkomst zoals bedoeld in artikel 3.7 tot stand komt, zal geen der Partijen gehouden zijn verder over deze transactie te onderhandelen en zullen er tussen Partijen geen andere verplichtingen bestaan. 3.9 Partijen streven met erkenning van elkaars belangen en verantwoordelijkheden naar uitwerking van deze samenwerkingsovereenkomst; zij zullen zich onthouden van acties, besluiten of uitspraken die van nadelige invloed zijn op het gezamenlijk na te streven doel.

6 Artikel 4: Kosten 4.1 Partijen komen overeen aan elkaar geen kosten in rekening te brengen welke gemaakt worden gedurende de looptijd van deze samenwerkingsovereenkomst. 4.2 De onafhankelijk procesmanager maakt een globale investeringsraming (30% onnauwkeurigheidsbegroting) van de benodigde uitkoppelingsinstallatie voor restwarmte bij alle Zaanse industrieën die deze samenwerkingsovereenkomst tekenen. Er worden hiervoor geen kosten in rekening gebracht. Als blijkt dat een uitkoppeling kansrijk is en haalbaar lijkt zal in gezamenlijkheid met Partijen bezien worden op welke wijze de kosten hiervan kunnen worden gedragen. Artikel 5: Communicatie 5.1 De gemeente Zaanstad zal namens de uitvoering van de in Artikel 2 genoemde activiteiten als woordvoerder fungeren. Voor de programmatische aanpak op het niveau van de Metropoolregio Amsterdam zal de Provincie Noord-Holland als woordvoerder fungeren. 5.2 Partijen komen overeen communicatie-uitingen over werkzaamheden die binnen deze samenwerkingsovereenkomst plaatsvinden in onderling overleg vorm te geven en slechts na afstemming met de woordvoerder te publiceren. 5.3 Een plan van aanpak voor bewonerstrajecten inclusief -communicatie en imago is een separaat onderdeel van de haalbaarheidsstudie. Hierbij kunnen ook bewoners als ambassadeurs betrokken worden. Artikel 6: Vertrouwelijkheid en gegevensbeveiliging 6.1 Partijen garanderen dat alle van elkaar ontvangen gegevens geheim blijven, tenzij een wettelijke plicht openbaarmaking van die gegevens gebiedt. Bedrijfsgevoelige informatie van Partijen valt niet onder deze openbaarmakingplicht. Gegevens worden in ieder geval als vertrouwelijk beschouwd indien deze door Partijen als zodanig zijn aangeduid. Artikel 7: Looptijd en beëindiging 7.1 Deze samenwerkingsovereenkomst zal op 1 januari 2015 van rechtswege eindigen, tenzij Partijen besluiten om deze samenwerkingsovereenkomst te verlengen. 7.2 In mei 2014 zullen de Partijen de onderlinge samenwerking evalueren waarbij de Partijen in onderling overleg en alle redelijkheid zullen bepalen of de samenwerkingsovereenkomst dient te worden aangepast. Artikel 8: Reikwijdte samenwerkingsovereenkomst, geschillen en toepasselijk recht 8.1 Indien zich zaken voordoen die aan de samenwerkingsovereenkomst gerelateerd zijn maar waarin deze samenwerkingsovereenkomst niet voorziet, zullen de Partijen in redelijkheid en billijkheid tot een oplossing proberen te komen;

7 8.2 Geschillen die voortvloeien uit deze samenwerkingsovereenkomst zullen in eerste instantie worden voorgelegd aan een in onderling overleg te bepalen mediator. Indien mediation niet tot een oplossing leidt zal de zaak worden voorgelegd aan de bevoegde Nederlandse rechter; 8.3 Op deze samenwerkingsovereenkomst is Nederlands recht van toepassing. Aldus overeengekomen en voor akkoord getekend op 10 oktober 2013: Gemeente Zaanstad Provincie Noord- Holland Alliander Duurzame Gebiedsontwikkeling B.V Liander R.J. Linnekamp Roelof Potters Wethouder Milieu Zaans Medisch Centrum Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier HVC Bioforte Hans van Os D.A. van Steensel Bestuurder Directeur strategie & business ontwikkeling Afval Energiebedrijf Amsterdam Cofely Tate & Lyle Dalkia T. Reitsma J. Lenstra Plantmanager COO Dalkia Rochdale ZVH Parteon