Verslag aan de Provincieraad

Transcriptie

1 departement Interne Organisatie dienst Juridische Aangelegenheden & Bestuurszaken dossiernummer: Verslag aan de Provincieraad betreft Interwaas algemene vergadering 28 mei 2014 mandatering provinciale vertegenwoordigers - statutenwijziging - jaarrekening en jaarverslag 2013 verslaggever Alexander Vercamer Mevrouwen en mijne Heren, Uitnodiging De algemene vergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband Interwaas vindt plaats op woensdag 28 mei 2014 om uur in de burelen van Interwaas aan de Lamstraat 113 te Sint-Niklaas. Agenda 1. Statutenwijziging 2. Jaarverslag en jaarrekening over Verslag van de commissaris-revisor betreffende het boekjaar Goedkeuring van het jaarverslag en van de jaarrekening over het boekjaar 2013, inclusief de bestemming van het resultaat 5. Kwijting aan de bestuurders en aan de commissaris-revisor betreffende de vervulling van hun mandaat over het boekjaar Bevestiging van de aanduiding van een lasthebber voor de algemene vergadering van de Maatschappij Linkerscheldeoever van 26 maart 2014 en vaststelling van diens mandaat 7. Aanduiding van een lasthebber voor de algemene vergadering van de Maatschappij Linkerscheldeoever van 11 juni 2014 en vaststelling van diens mandaat 8. Vervanging van leden van de raad van bestuur Als bijlagen gaan: - Uitnodiging (bijlage 01) - Ontwerp van statutenwijziging (bijlage 02)

2 - Verslag van de raad van bestuur van 26 februari 2014 met duiding van de statutenwijziging (bijlage 03) - Verslag van het directiecomité van 3 juli 2013, met duiding van de statutenwijziging (bijlage 04) - Jaarverslag 2013 (bijlage 05) - Jaarrekening 2013 (bijlage 06) - Verslag van de commissaris-revisor (bijlage 07) - Brief aan Interwaas van 17 april 2014 (bijlage 08) Bespreking Agendapunt 1 statutenwijziging De wijziging van de statuten is in hoofdzaak ingegeven door: 1 de wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking (hierna: het DIS) bij decreet van 18 januari 2013 (B.S. 15 februari 2013; in werking 1 mei 2013); 2 de geplande toetreding van de gemeenten Moerbeke en Zwijndrecht en eventueel andere Wase gemeenten. Verder worden enkele correcties en verduidelijkingen doorgevoerd, die de statuten niet inhoudelijk wijzigen. Deze werden wel niet in het rood aangegeven door Interwaas. In de artikelsgewijze bespreking van de voorgestelde statutenwijziging die volgt, wordt enkel op de inhoudelijke wijzigingen ingegaan. Hierbij wordt voorafgaandelijk opgemerkt dat een aantal voorstellen in strijd zijn met het Decreet Intergemeentelijke Samenwerking. Dit gegeven is niet van aard om, in de hoedanigheid van deelnemer aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband, de goedkeuring te onthouden, temeer daar het goedkeuringstoezicht berust bij de bevoegde Vlaamse minister, tenzij de rechten van de Provincie in het gedrang komen of worden geschonden. Ook bij praktische werkwijzen, die ingegeven zijn door de wens het aantal statutenwijzigingen te beperken, kunnen juridische kanttekeningen worden gemaakt. Deze kanttekeningen verantwoorden evenwel niet het onthouden van de goedkeuring. Wat voor de Provincie essentieel is, is de vaststelling dat gemeenten die thans en naar de toekomst toetreden dit doen aan nominale waarde en dit terwijl het aandeel vele malen meer waard is. We komen daar in wat volgt nog op terug. Artikel 8 (onder HOOFDSTUK II Maatschappelijk kapitaal) toetreding gemeenten beperkt tot Wase gemeenten Het laatste lid van dit artikel, dat voorschrijft dat bij toetreding van andere niet- Wase gemeenten de algemene vergadering A-aandelen kan toekennen aan deze gemeenten en dat deze gemeenten in dat geval voor de toepassing van

3 de statuten volledig gelijkgesteld worden met de Wase gemeenten, wordt geschrapt. Aldus kunnen niet-wase gemeenten niet deel uitmaken van het intergemeentelijk samenwerkingsverband. Deze wijziging is ingegeven door de vaststelling van de raad van bestuur dat toetreding van niet-wase gemeenten strijdig zou zijn met het in artikel 3 van de statuten omschreven doel van het samenwerkingsverband, met name de streekontwikkeling in de bij haar aangesloten gemeenten van het Waasland. Artikel 10 (onder HOOFDSTUK II Maatschappelijk kapitaal) percentage volstorting van het vast gedeelte van het geplaatst kapitaal en modaliteiten opvraging resterend gedeelte strijdigheid met artikel 63, lid 1 DIS respectievelijk potentieel nadelig voor het provinciaal budget Waar voorheen bepaald was dat de deelnemers-openbare besturen bij toetreding één derde van het vast gedeelte van het geplaatst kapitaal moesten volstorten (zoals opgelegd door artikel 63, lid 1 DIS) en dat het overige gedeelte door de raad van bestuur kon worden opgeëist a rato van maximum één vierde van het onderschreven kapitaal per jaar, wordt nu bepaald dat deze deelnemers vier vijfden van het geplaatst kapitaal moeten hebben volstort en dat het overige deel op ieder ogenblik en zonder beperking door de raad van bestuur kan worden opgeëist. Verder wordt een nieuwe, laatste alinea ingevoegd, volgens dewelke nieuwe deelnemers bij toetreding eveneens vier vijfden van het geplaatst kapitaal moeten volstorten. Hierbij wordt verduidelijkt dat het om de gemeenten Zwijndrecht en Moerbeke gaat. Er wordt een nieuw minimum bepaald voor het gedeelte van het kapitaal dat moet worden volstort voor nieuwe, toetredende deelnemers. Dit minimum is hoger dan het voorheen geldende minimum en dan het minimum bepaald bij artikel 63, lid 1 DIS. De raad van bestuur licht deze wijziging niet verder toe in het verslag. Commentaar Onverminderd het feit dat statuten moeten gelden voor alle deelnemers en dat het dus in deze optiek strijdig is met het gelijkheidsbeginsel en bovendien aanleiding kan gegeven tot misinterpretatie bepaalde gemeenten nominatim in de statuten te vermelden, moet worden vastgesteld dat de voorgestelde statutenwijziging formeel in strijd is met artikel 63, lid 1 DIS, a fortiori nu het voorstel zwaardere eisen oplegt dan decretaal bepaald. Tweede aspect: de onmiddellijke opeising op ieder ogenblik van het nog niet volstort gedeelte kan strikt juridisch wel, overeenkomstig het Wetboek van Vennootschappen, vermits de statutaire vrijheid geldt op dit punt, maar de bepaling kan potentieel nadelig zijn voor de Provincie in die zin dat een dergelijke vraag het provinciaal budget zou kunnen bezwaren op een ogenblik dat dit beleidsmatig niet wenselijk is. Actueel is er echter nog geen vraag in die zin. Geen bezwaar voor beide aspecten.

4 Artikel 11 (onder HOOFDSTUK II Maatschappelijk kapitaal) aanpassen van het aantal aandelen aan het bevolkingscijfer toetreding van de gemeente Moerbeke en van de gemeente Zwijndrecht gevolgen voor de Provincie Het aantal aandelen van de deelnemende gemeenten wordt, volgens de notulen van de raad van bestuur van 26 februari 2014, aangepast in functie van de nieuwe bevolkingscijfers. Eveneens wordt het aantal aandelen van de gemeenten Zwijndrecht en Moerbeke bepaald, beide onder voorbehoud van toetreding van deze gemeenten (zie artikel 14). De aandelen van de reeds deelnemende gemeenten Artikel 9 van de statuten legt het kapitaalsaandeel van de deelnemende gemeenten vast in functie van hun respectievelijke inwonersaantal (12,50 EUR per inwoner, ofwel 1 aandeel per 2 inwoners, gezien elk aandeel een nominale waarde van 25,00 EUR heeft). Het zelfde artikel bepaalt eveneens dat dit kapitaalsaandeel wordt vastgesteld volgens de meest recente officiële opgave, en dat dit aandeel wordt aangepast bij elke bevolkingsaangroei met 5%. Interwaas geeft aan dat er met de voorgestelde statutenwijziging qua aandelenaantal eigenlijk niets verandert voor deze gemeenten, gezien de aanpassing van het aandelenaantal aan het bevolkingsaantal blijkbaar reeds de voorbije jaren werd doorgevoerd en dat dit terug te vinden is in de verslagen van de raad van bestuur en de algemene vergadering. De statutenwijziging is volgens Interwaas dan ook niets anders dan de statutaire bevestiging van de op heden reeds bestaande toestand. Na navraag bij Interwaas blijkt dat de bijkomende aandelen door de reeds deelnemende gemeenten worden verworven aan nominale waarde. Interwaas hanteert voor wat betreft de aanpassing van het aantal aandelen van de gemeenten in functie van het bevolkingsaantal een methode waarbij, wanneer vastgesteld wordt dat het bevolkingsaantal van een gemeente dermate gestegen is dat een aanpassing van het aandelenaantal zich aandient, deze gemeente wordt aangeschreven met de melding dat zij x aantal bijkomende aandelen dienen te verwerven (aan nominale waarde) en met de vraag 80% daarvan te volstorten. Een statutaire aanpassing wordt pas daarna en op een later tijdstip, desgevallend met andere wijzigingen, doorgevoerd. Aldus kan het voorkomen dat gestemd wordt op basis van de feitelijke toestand en niet op basis van de dan actuele statutaire toestand, hoewel artikel 44 DIS voorschrijft dat het aantal stemmen waarover iedere deelnemer beschikt statutair bepaald is. Deze bijzondere werkwijze werd en wordt niet onder de aandacht gebracht van de deelnemers maar is, voor zover wij dit konden nagaan, niet nieuw en reeds geruime tijd van toepassing. De aandelen van de mogelijk toetredende gemeenten Moerbeke en Zwijndrecht Het aantal aandelen van de mogelijk toetredende gemeenten Zwijndrecht en Moerbeke, lijkt eveneens bepaald te zijn aan de hand van hun respectievelijke bevolkingscijfers, volgens dezelfde formule als deze die geldt voor de deelnemers-gemeenten (1 aandeel per 2 inwoners).

5 Na navraag bij Interwaas blijkt dat men zich bij het bepalen van het aantal aan deze gemeenten toekomende aandelen effectief gebaseerd heeft op de bevolkingscijfers van de FOD Economie voor deze gemeenten. Luidens artikel 9, lid 2 van de statuten wordt bij latere toetreding deze berekeningsbasis aangepast door de algemene vergadering, rekening houdende met de werkelijke waarde van het netto-actief en de in functie van het algemeen belang reeds toegestane uitgaven. In het directiecomité van 3 juli 2013 werd evenwel afgesproken dat voor de toetreding van de gemeente Moerbeke een voorstel zal worden uitgewerkt waarbij aan nominale waarde wordt ingestapt, en dus niet met een uitgiftepremie wordt gewerkt, waartegenover een trapsgewijze deelname in de winst staat. Dit moet samen gelezen worden met artikel 44, dat een en ander concretiseert. We komen hierop terug in de verdere bespreking. We moeten dus vaststellen dat de gemaakte afspraken in strijd zijn met de statuten wat de waardebepaling van de aandelen bij toetreding betreft. De situatie van de Provincie De situatie van de Provincie blijft in se ongewijzigd: zij blijft houder van aandelen, en het kapitaalsaandeel blijft vastgesteld op euro. a) Wat het aantal aandelen betreft: Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal aandelen van de verschillende deelnemers in Interwaas. Aandelen Provincie Aandelen gemeenten Totaal aantal aandelen % Provincie 30,23 28,87 28,37 27,40 26,94 Kolom 1 geeft de actuele statutaire toestand weer. Kolom 2 geeft de situatie weer na (de volgens Interwaas reeds doorgevoerde) aanpassing van het aandelenaantal van de deelnemers-gemeenten aan hun respectievelijke bevolkingscijfers. Kolom 3 geeft de situatie weer na toetreding van de gemeente Moerbeke (waarbij eveneens rekening gehouden is met de aanpassing van het aandelenaantal aan het bevolkingscijfer van de reeds deelnemende gemeenten). Kolom 4 geeft de situatie weer na toetreding van de gemeente Zwijndrecht (waarbij eveneens rekening gehouden is met de aanpassing aan het bevolkingscijfer). Kolom 5, tot slot, geeft de situatie weer na toetreding van zowel de gemeente Moerbeke als de gemeente Zwijndrecht dit laatste is nog niet zeker, de gemeenteraad van Moerbeke heeft reeds ingestemd en eveneens rekening houdende met de aanpassing aan de bevolkingscijfers.

6 Doordat het totaal aantal aandelen stijgt enerzijds door de verhoging van het aandelenaantal van de deelnemende gemeenten in functie van de stijging van hun respectievelijke bevolkingscijfers, en anderzijds door de geplande toetreding van de gemeenten Moerbeke en Zwijndrecht terwijl het aantal aandelen van de Provincie gelijk blijft, daalt het relatief aantal aandelen van de Provincie. In principe zou dit een daling van het relatief aantal stemmen en dus de zeggenschap van de Provincie in de algemene vergadering met zich meebrengen. Gezien artikel 63 van het DIS het maximaal aantal stemmen van de Provincie echter vastlegt op 25%, en het percentage van de aandelen van de Provincie in elk van de scenario's meer dan 25% bedraagt, heeft de voorgestelde statutenwijziging echter geen invloed op de zeggenschap van de Provincie in de algemene vergadering. b) Wat het aandeel in het kapitaal betreft: Hoewel dit niet als dusdanig blijkt uit het voorstel tot wijziging van de statuten dat nu voorligt, blijkt, na navraag daaromtrent, dat alle nieuwe aandelen zowel de bijkomende van de reeds deelnemende gemeenten als de aandelen van de nieuwe gemeenten (toch minstens voor Moerbeke) verworven werden of zullen worden aan nominale waarde. Voor de nieuw toetredende gemeente, althans voor Moerbeke (voor Zwijndrecht is daar nog geen zekerheid over), wordt dit gecompenseerd door trapsgewijze deelname in de winst (zie verder, bij de bespreking van artikel 44). Voor de reeds deelnemende gemeenten wordt dit niet gecompenseerd, ook niet door bijvoorbeeld een uitgiftepremie. Dit heeft een negatieve invloed op het aandeel van de Provincie in het kapitaal en schendt daarenboven het principe van de gelijkheid van de aandeelhouders. Commentaar Indien de Provincie niet akkoord gaat met de verwerving van bijkomende aandelen aan nominale waarde door de reeds deelnemende gemeenten en met de instap van nieuwe gemeenten aan nominale waarde en indien zij op dit punt maximaal haar rechten wenst te vrijwaren, kan het niet anders dan dat aan die artikelen, die gestalte geven aan het nieuwe "instapsysteem", de goedkeuring wordt onthouden, zelfs al blijkt dit niet met zoveel woorden uit de tekst van de artikelen. Het zou dan in concreto artikel 11 betreffen en ook artikel 44 (zie verder). Voorstel: niet goedkeuren Artikel 14 (onder HOOFDSTUK III Toetreding, uitsluiting) toetreding van de gemeenten Moerbeke en Zwijndrecht Aan dit artikel wordt een nieuw, tweede lid toegevoegd, dat bepaalt dat het voorbehoud, geformuleerd voor de gemeenten Zwijndrecht en Moerbeke in de artikelen van de statuten die het aantal aandelen (nieuw artikel 11) en het aantal mandaten in de raad van bestuur (nieuw artikel 16) per gemeente bepalen, vervalt wanneer, cumulatief: - de respectievelijke gemeenteraden beslissen toe te treden; - de respectievelijke gemeenteraden de statuten goedkeuren; - vier vijfden van het respectievelijk geplaatst kapitaal volstort is (cfr. het voorstel van het nieuwe, laatste lid van artikel 10 van de statuten).

7 Tot slot bepaalt het nieuwe, laatste lid van dit artikel dat de raad van bestuur akte neemt van de toetreding door elke nieuwe deelnemer. Deze bepaling moet worden samen gelezen met het voorstel tot wijziging van artikel 10. Commentaar De voorwaarde dat 4/5 van het geplaatst kapitaal moet gestort zijn, wil de toetreding tussen partijen effect ressorteren, is in strijd met artikel 63, lid 1 DIS. Het artikel miskent bovendien de bevoegdheid van de algemene vergadering om toetredingen te aanvaarden (artikel 32, laatste lid DIS) en is intern tegenstrijdig, vermits in het eerste lid expliciet wordt verwezen naar artikel 32. Geen bezwaar (zie hoger). Artikel 16 (onder HOOFDSTUK IV Bestuur, toezicht en algemene vergadering, punt A. Raad van bestuur) aantal en verdeling van de gemeentelijke mandaten; nieuwe kandidaat-bestuurder als waarnemer in de raad van bestuur tot eerstvolgende algemene vergadering Vooreerst wordt het maximum aantal leden van de raad van bestuur van 47 naar 51 gebracht (het minimum aantal leden blijft ongewijzigd (36)). Deze verhoging met 4 leden wordt in de notulen van de raad van bestuur van 26 februari 2014 verantwoord door de (toekomstige) toetreding van de gemeenten Zwijndrecht en Moerbeke. Aan deze gemeenten worden immers, onder voorbehoud van hun toetreding, respectievelijk 3 en 1 mandaten in de raad van bestuur toegekend. Het aantal mandaten dat toekomt aan de andere deelnemers-gemeenten blijft ongewijzigd. Het maximum aantal mandaten van de Provincie (6) de enige aandeelhouder B in de raad van bestuur blijft ongewijzigd. Aan deze bepaling wordt een nieuwe zin toegevoegd, volgens dewelke dit aantal mandaten in ieder geval nooit meer mag bedragen dan één vierde van het aantal bestuurders dat op voordracht van de houders van A-aandelen (i.e. de deelnemers-gemeenten) wordt benoemd. Deze zinsnede is niets minder dan een statutaire verankering van hetgeen in artikel 47, lid 2 DIS daaromtrent bepaald is. Doordat, na toetreding van de gemeenten Zwijndrecht en Moerbeke, het aantal mandaten dat toekomt aan de gemeenten zal stijgen (van 36 naar 40) terwijl het aantal mandaten dat toekomt aan de Provincie ongewijzigd blijft, zal het relatief aandeel van de mandaten van de Provincie dalen. Tot slot wordt een bepaling ingevoerd die stelt dat wanneer een nieuwe kandidaat-bestuurder wordt voorgedragen nadat een aanvankelijk voorgedragen kandidaat geen meerderheid behaalde in de algemene vergadering, deze nieuwe kandidaat de vergaderingen van de raad van bestuur bijwoont als waarnemer, tot de eerstvolgende algemene vergadering waaraan zijn benoeming wordt voorgelegd. Dit vormt een statutaire verankering van de bepalingen van artikel 46, lid 3 DIS. Opmerking: deze wijziging werd niet als dusdanig in het rood aangeduid.

8 Artikel 17 (onder HOOFDSTUK IV Bestuur, toezicht en algemene vergadering, punt A. Raad van bestuur) leden met raadgevende stem uitsluitend gemeenten Dit artikel betreft de leden met raadgevende stem van de raad van bestuur, die enkel door de deelnemende gemeenten en dus niet door de Provincie kunnen worden afgevaardigd. Voortaan zullen ten hoogste vijf leden met raadgevende stem kunnen worden afgevaardigd (voorheen waren dit er ten hoogste vier). Dit aantal is in overeenstemming met artikel 52, laatste lid DIS, dat het maximum aantal leden met raadgevende stem vastlegt op vijf. Voorheen was het zo dat twee van deze leden werden aangeduid door de gemeenten met meer dan inwoners (de grote gemeenten) en twee van deze leden werden aangeduid door gemeenten met minder van inwoners (de kleine gemeenten). Nu er twee nieuwe gemeenten mogelijk zullen toetreden, die beide minder dan inwoners tellen, wordt bepaald dat 2 leden worden aangeduid door de grote gemeenten en 2, 2,5 of 3 leden door de kleine gemeenten, naargelang deze groep uit 4, 5 of 6 gemeenten bestaat. Het concept is zo opgevat dat sommige leden slechts een halve legislatuur zullen zetelen. Ook wordt een verdeelsleutel vastgelegd voor de verdeling van deze afgevaardigden onder de gemeenten. Artikel 18 (onder HOOFDSTUK IV Bestuur, toezicht en algemene vergadering, punt A. Raad van bestuur) tijdelijke vacature in de raad van bestuur vervanger, aan te duiden door de raad van bestuur, moet niet meer van dezelfde aandeelhoudersgroep zijn In dit artikel wordt de bepaling weggelaten die stipuleert dat de plaatsvervanger waarin door de raad van bestuur voorzien wordt wanneer een mandaat van bestuurder openvalt, dezelfde deelnemer moet vertegenwoordigen als zijn voorganger. De notulen van de raad van bestuur geven geen nadere verklaring voor deze wijziging. Deze werd ook niet in het rood aangegeven. Voor de zekerheid hebben we de publicatie van de statuten in het B.S. nagekeken. In deze publicatie kwam de tijdelijke vervanging door iemand van dezelfde aandeelhoudersgroep wel voor. De plaatsvervanger kan voortaan dus een andere deelnemer vertegenwoordigen dan zijn voorganger. Deze bepaling kan er concreet toe leiden dat bij tijdelijke vacature van een provinciaal mandaat dit wordt ingevuld door een gemeentemandataris. Gezien de stemverhoudingen in de raad van bestuur is deze situatie niet ondenkbaar. Commentaar

9 Een mandataris die optreedt namens de Provincie moet steeds beschikken over een provinciaal mandaat. Het voorstel van statutenwijziging is strijdig met artikel 46 DIS en miskent bovendien de rechten van de Provincie. Voorstel: niet goedkeuren Artikel 28 (onder HOOFDSTUK IV Bestuur, toezicht en algemene vergadering, punt A. Raad van bestuur) directiecomité maximum aantal leden bevoegdheden afschaffing functie gedelegeerd bestuurder Voorheen werd het maximumaantal directieleden vastgesteld op "16 of een derde" van het aantal leden van de raad van bestuur. Thans wordt "16" geschrapt. Dit heeft te maken met de toetreding van de gemeenten Moerbeke en Zwijndrecht. Waar het directiecomité voorheen enkel belast was met het treffen van de spoedeisende maatregelen, wordt het nu belast met het dagelijks bestuur. Artikel 54 DIS voorziet in deze mogelijkheid. Verder wordt het begrip (rechts)handelingen van dagelijks bestuur gedefinieerd: alle handelingen die dag aan dag moeten worden verricht om de normale gang van zaken van de vereniging te verzekeren of die wegens hun geringe belang of wegens de noodzakelijkheid een onverwijlde beslissing te nemen, het optreden van de raad van bestuur niet vereisen of niet wenselijk maken. Deze definitie is conform de heersende rechtspraak over het begrip dagelijks bestuur (zie ondermeer Cass. 17 september 1968, Pas. 1969, I, 61). De mogelijkheid voor de raad van bestuur om een gedelegeerd bestuurder te benoemen, wordt afgeschaft. Artikel 31 (onder HOOFDSTUK IV Bestuur, toezicht en algemene vergadering, punt A. Raad van bestuur) vertegenwoordiging in en buiten rechte Dit artikel regelt de organieke vertegenwoordiging van de vereniging, zowel in als buiten rechte. De vereniging wordt voortaan bij alle akten en/of rechtshandelingen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur en een bestuurder. Voor handelingen die kaderen binnen het dagelijks bestuur, kan de vereniging door de voorzitter van de raad van bestuur worden vertegenwoordigd. In de vorige versie werd enkel gesproken over de ondertekening van akten, niet over het stellen van rechtshandelingen. Juridisch gezien is dit een niet onbelangrijke nuance. Voorheen was enkel het systeem van volmachten voor specifieke rechtshandelingen voorzien. Dit blijft behouden. Commentaar

10 Het voorstel is in strijd met artikel 49, lid 2 DIS, dat bepaalt dat de (voltallige) raad van bestuur de vereniging jegens derden en in rechte vertegenwoordigt. Geen bezwaar: zie hoger. Artikel 34 (onder HOOFDSTUK IV Bestuur, toezicht en algemene vergadering, punt C. Algemene vergadering) aanduiding van de vertegenwoordigers in de algemene vergadering In het artikel 34 worden de laatste zin van het eerste lid, en het tweede lid, waarin bepaald werd dat de aangesloten gemeenten van het Waasland steeds over de meerderheid van stemmen in de algemene vergadering moeten beschikken en dat te dien einde zo nodig de stemmen van de andere deelnemers in verhouding tot het door hen geplaatst kapitaal verminderd worden, geschrapt. Deze bepalingen waren inderdaad zinloos, gezien artikel 44, lid 5 DIS bepaalt dat de deelnemende gemeenten hoe dan ook over de meerderheid van de stemmen in de algemene vergadering moeten beschikken. Verder wordt het derde lid vervangen. Waar voorheen bepaald werd dat de lasthebbers van de gemeenten voor elke algemene vergadering door de gemeenteraden van elke gemeente werden aangewezen, luidt het voortaan dat de vertegenwoordigers van de gemeenten voor de volledige duur van de legislatuur kunnen worden aangewezen door hun gemeenteraden. Daarbij wordt evenwel verduidelijkt dat de vaststelling van het mandaat wel voor elke algemene vergadering afzonderlijk moet worden genomen door de gemeenteraden. Met deze wijziging worden de statuten aangepast aan de wijziging van artikel 44, lid 3 DIS, die werd ingevoerd door artikel 8 van het decreet van 18 januari 2013 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het DIS, dat in werking trad op 1 mei We stellen vast dat het artikel in de redactie geen rekening houdt met de Provincie als deelnemer. Ongewijzigd blijft dat in elke gemeente de vertegenwoordigers van de gemeenten worden aangeduid onder de raadsleden, de burgemeester en de schepenen van de gemeente. Voorstel: amenderen Nieuwe tekst, lid 2 als volgt: "De vertegenwoordigers van de deelnemers kunnen voor de volledige duur van de legislatuur door de gemeenteraden van elke gemeente, respectievelijk de provincieraad aangewezen worden uit hun leden. De vaststelling van het mandaat moet wel voor elke algemene vergadering afzonderlijk worden genomen." Artikel 44 (onder HOOFDSTUK V Inventaris, jaarrekening Bestemming van het resultaat) specifieke regeling voor nieuwe toetreding getrapte regeling dividend schrapping van elk interimdividend

11 Er wordt in een overgangsregeling voorzien voor de uitkering van dividenden aan deelnemers die toetreden "na de datum van huidige statuten". Het dividend van deze deelnemers wordt de eerste vijf boekjaren beperkt. Meerbepaald wordt het eerste jaar niets uitgekeerd en wordt in het tweede, derde, vierde en vijfde boekjaar slechts respectievelijk 20%, 40%, 60% en 80% van een volwaardig dividend uitgekeerd. Het saldo wordt dan toegevoegd aan het dividend van de andere aandeelhouders. Vanaf het zesde boekjaar wordt aan de nieuw toegetreden deelnemers een volwaardig dividend uitbetaald. Bedoeling is, zo blijkt uit de notulen van de raad van bestuur van 26 februari 2014, om voor de gemeenten Zwijndrecht en Moerbeke met een getrapte instap te werken ("80% volstorten = onmiddellijk gebruik van de diensten van Interwaas, dividend na 5 jaar, reserves na 10 jaar", aldus voormelde notulen). Verder wordt de beperking afgeschaft die voorheen gold voor de eventuele uitkering van een tweede dividend, waartoe beslist wordt door de algemene vergadering op voorstel van de raad van bestuur. Voorheen was bepaald dat dit tweede dividend 20% van de totale winst of het bedrag van een eventueel reeds uitgekeerd interimdividend niet mag overschrijden. De overgangsregeling die wordt ingevoerd voor nieuwe deelnemers, geldt ook voor dit tweede dividend. De afschaffing van de beperkingen die gelden voor de uitkering van een tweede dividend, hangt samen met de afschaffing van de mogelijkheid voor de raad van bestuur om te besluiten interimdividenden uit te keren. Voor een goed begrip van de zaak moet wordt teruggegrepen naar de beslissing van het directiecomité van 3 juli Onder punt 9 van het verslag wordt het volgende gesteld: "Het Directiecomité en de Raad van Bestuur stemden eerder principieel in met een toetreding van Moerbeke tot Interwaas. Knelpunt bleek de waarde van een aandeel van Interwaas te zijn: de netto waarde overschrijdt meerdere malen de nominale waarde. Er werd afgesproken een voorstel uit te werken waarbij aan nominale waarde wordt ingestapt, maar een eventuele deelname in de winst op termijn gebeurt. [ ] Op 29 juni 2013 had een gesprek plaats met de burgemeester en secretaris van Moerbeke. Moerbeke telt inwoners ( ). Dit betekent aandelen aan 25 euro = euro. De aandelen zijn 80% volstort bij alle deelnemers, wat neerkomt op euro. [ ] Er is een principieel akkoord om niet meteen ten volle te genieten van de eventuele dividenden of het Waas fonds. Voorgesteld wordt een parcours van vijf jaar (tot einde legislatuur) af te leggen en in stappen van 20% te verhogen: Over het boekjaar 2013: nihil Over het boekjaar 2014: 20% van wat aan Moerbeke verhoudingsgewijs zou worden toegekend Over het boekjaar 2015: 40% Over het boekjaar 2016: 60% Over het boekjaar 2017: 80% Over het boekjaar 2018: 100% Het saldo wordt dan toegevoegd aan de delen van de andere deelnemers. Aangaande eventuele deelname in de reserves kan dezelfde redenering worden opgebouwd: geleidelijke participatie in de reserves, voor zoveel als van toepassing. Een vergelijkbaar verhaal kan gelden in negatieve zin: bij afbouw van aandelen of participatie in verlies geldt dezelfde opbouw/afbouw."

12 Commentaar Hoger werd reeds de aandacht gevestigd op het feit dat een nieuwe toetreding moet aanvaard worden door de algemene vergadering. In dit opzicht is de bepaling "na datum van de huidige statuten" weinig duidelijk. De inhoudelijke bezwaren zijn echter diepgaander en bovendien principieel. We stellen vast dat het directiecomité, respectievelijk de raad van bestuur bepaald heeft dat door nieuw toetredende Wase gemeenten (en alleszins door Moerbeke) wordt ingestapt aan nominale waarde, en dus zonder dat een uitgiftepremie moet worden betaald, hetgeen gecompenseerd wordt door een trapsgewijze deelname in de winst. Deze instap aan nominale waarde is in strijd met artikel 9 van de statuten, dat bepaalt dat bij latere toetreding de berekeningsbasis voor het kapitaalsaandeel van nieuwe toetreders door de algemene vergadering wordt aangepast, rekening houdend met de werkelijke waarde van het netto-actief en de in functie van het algemeen belang reeds toegestane uitgaven. Daarenboven laat het zich aanzien dat een beperking op het dividend niet in realiteit zal worden omgezet, omdat er eenvoudigweg geen dividend meer zal worden uitgekeerd, toch niet op korte en wellicht ook niet op middellange termijn. Er zijn immers zeer sterke aanwijzingen dat, in de huidige stand van zaken, alle winst hetzij naar de reserves, hetzij naar het Waas fonds zal gaan. De beperkingen op de deelname in de reserves en in het Waas fonds, die wel in realiteit kunnen worden omgezet, worden daarentegen niet statutair verankerd. We vestigen er nogmaals de aandacht op dat de constructie van het Waas fonds geen enkele statutaire grondslag heeft. De afschaffing van elk interimdividend vormt een bijkomende aanwijzing dat de focus ligt op het Waas fonds. Een gewoon of interimdividend heeft meteen een gunstige financiële impact op de provinciale financiën. De projecten van het Waas fonds moeten worden voorbereid, ingediend en goedgekeurd door de raad van bestuur. Indien de Provincie niet akkoord gaat met de instap van nieuwe gemeenten aan nominale waarde en indien zij op dit punt maximaal haar rechten wenst te vrijwaren, kan het niet anders dan dat aan die artikelen die gestalte geven aan het nieuwe "instapsysteem" (dit artikel en artikel 11), de goedkeuring wordt onthouden, zelfs al blijkt de toetreding aan nominale waarde niet met zoveel woorden uit de tekst van deze artikelen. Voorstel: niet goedkeuren Agendapunten 2 en 4 goedkeuring van het jaarverslag en van de jaarrekening over het boekjaar 2013, inclusief bestemming van het resultaat Het boekjaar 2013 sluit af met een winst van EUR. Naast de eigenlijke bedrijfswinst, ten bedrage van EUR, bestaat de winst verder uit financiële opbrengsten ( EUR, waarvan het grootste deel bestaat uit het dividend van de Maatschappij Linkerscheldeoever) en uitzonderlijke opbrengsten ( EUR, hoofdzakelijk vergoedingen met betrekking tot meerwaarden bij vervroegde doorverkopen van bedrijfspanden).

13 De raad van bestuur wijst erop dat deze winst uitzonderlijk te noemen valt en dat deze verklaarbaar is door de door het grote aantal verkopen in 2013 gerealiseerde bedrijfswinst. Daarnaast is er nog de overgedragen winst van de vorige boekjaren ten bedrage van EUR waarover beslist werd dit bedrag voor het Waas fonds te voorzien. Aan dit fonds werd immers bij beslissing van de raad van bestuur van 26 september 2012 over het boekjaar 2011 een bedrag van EUR en bij beslissing van de algemene vergadering van 29 mei 2013 een bedrag van EUR toegewezen. De raad van bestuur stelt in haar financieel verslag (blz. 46 van het jaarverslag, bijlage 02) voor om: over het boekjaar 2013 geen dividend uit te keren; 60% van de winst over te dragen naar de beschikbare reserve, zodat deze verhoogt met EUR; 40% van de winst over te dragen naar het Waas fonds (= overgedragen winst), waardoor het aangroeit met een bedrag van EUR tot EUR; binnen dit deel wordt 60% voor lokale projecten en 40% voor bovenlokale projecten voorzien. Het voorstel van de raad van bestuur is ingegeven door volgende omstandigheden: de zware investeringen over 2014 en de te overwegen aankopen voor dat jaar en de komende jaren; het beperkt zijn van dividenden vanuit de Maatschappij Linkerscheldeoever over 2012; de beslissing van de raad van bestuur over het Waas fonds, waarbij eerder EUR aan het fonds werd toegewezen; de vraag het eigen vermogen op peil te houden. Commentaar Wij stellen vast dat er nog steeds onduidelijkheid bestaat over de vraag of en voor welk bedrag de Provincie kan putten uit het Waas fonds. Nadat de heer Jo De Cuyper, afgevaardigde van de Provincie in het directiecomité, zoals in het verleden reeds herhaaldelijk gebeurde, dit probleem aankaartte in het directiecomité, antwoordde de commissaris-revisor daarop dat wanneer de Provincie een project indient voor het Waas fonds dat wordt goedgekeurd door de raad van bestuur, het bedrag waarop de Provincie recht heeft uit de bovenlokale pot gehaald wordt, die, gezien de bepaling van het inwonersaantal, verdeeld werd over de 8 gemeenten, maar dat dit "puur om een boekhoudkundige verrekening" gaat. In het ontwerp van jaarverslag 2013 stellen wij evenwel vast dat de middelen voor bovenlokale projecten worden verdeeld aan de hand van "trekkingsrechten" voor de gemeenten en dat geen middelen voorzien zijn voor door de Provincie voorgestelde bovenlokale projecten. De Provincie beschikt met andere woorden op heden enkel over een principiële toezegging dat ze projecten kan indienen, zonder dat bepaald is over welk bedrag zij zou beschikken en dat voor haar gereserveerd werd. Verder blijkt enkel dat uit de middelen voor bovenlokale projecten zal worden geput, maar verdere specificaties ontbreken.

14 De vraag klemt des te meer nu de raad van bestuur blijkbaar niet geneigd is enig dividend uit te keren maar het merendeel van de winst voor het Waas fonds te bestemmen. Per brief van 17 april 2014 werd Interwaas door het Provinciebestuur aangeschreven met de vraag om verduidelijking hieromtrent. Tot op heden mochten wij geen reactie ontvangen op deze brief. Bij gebrek aan bevredigend antwoord, wordt dan ook voorgesteld om zowel het jaarverslag als de jaarrekening niet goed te keuren. Voorstel: niet goedkeuren Agendapunt 3 verslag van de commissaris-revisor Het verslag van de commissaris-revisor met betrekking tot de jaarrekening is zonder voorbehoud. De jaarrekening afgesloten op 31 december 2013 geeft een getrouw beeld van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van de vennootschap, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel. Agendapunt 5 kwijting aan de bestuurders en aan de commissarisrevisor Geen opmerkingen. Agendapunten 6 en 7 bevestiging van aanduiding lasthebber en van vaststelling van diens mandaat, en aanduiding lasthebber en vaststelling van dienst mandaat voor de respectievelijke algemene vergaderingen van 26 maart 2014 en 11 juni 2014 van de Maatschappij Linkerscheldeoever Geen opmerkingen. Agendapunt 8 vervanging leden raad van bestuur Dit betreft o.a. de vervanging in de raad van bestuur van de heer Georges Anthuenis door mevrouw Sylvia Van Meirvenne als één der provinciale mandatarissen in de raad van bestuur. Vertegenwoordiging Bij provincieraadsbesluit van 23 januari 2013 (herbevestigd door het besluit van 22 mei 2013) werd de provinciale vertegenwoordiging voor de algemene vergaderingen geregeld. Provincieraadslid Leentje Grillaert werd aangeduid als effectief vertegenwoordiger, provincieraadslid Phaedra Van Keymolen als plaatsvervanger.

15 Artikel 44 van het DIS werd gewijzigd (bij decreet van 18 januari 2013 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, BS 15 februari 2013). Specifiek voor wat betreft de vertegenwoordiging in de algemene vergadering vervalt de hernieuwde mandatering naar aanleiding van elke algemene vergadering met ingang van 1 mei Dit betekent concreet dat als juridische basis kan worden teruggevallen op de provincieraadsbesluiten waarbij de diverse mandaten werden hernieuwd naar aanleiding van de nieuwe legislatuur. In dit dossier gaat het over het provincieraadsbesluit van 23 januari Juridisch is dus nu geen mandatering meer nodig. Om redenen van praktische aard is er evenwel voor geopteerd in het provincieraadsbesluit te verwijzen naar het eerdere aanstellingsbesluit en de namen van de effectieve vertegenwoordiger en van de plaatsvervanger te vermelden. Op die manier zijn de zaken duidelijk voor iedereen. Verslaggeving Conform artikel 53 DIS moeten de op voordracht van de Provincie benoemde bestuurders minstens tweemaal per jaar tijdens een openbare vergadering van de provincieraad die hen heeft voorgedragen, verslag uitbrengen over de uitoefening van hun mandaat en toelichting verstrekken bij het beleid van het intergemeentelijk samenwerkingsverband. De omzendbrief van 11 januari 2002 bij de toepassing van het DIS stelt de verslaggeving verplicht wanneer beslissingen van de algemene vergadering deelnemers ertoe nopen het mandaat van hun vertegenwoordigers te bepalen. Dat is onder meer het geval wanneer de raad van bestuur de jaarrekening heeft opgemaakt of de begroting heeft vastgesteld, wanneer hij belangrijke statutenwijzigingen voorstelt (waaronder doelwijziging, het afsluiten van langlopende contracten of leningen) of de deelneming in andere rechtspersonen voorbereidt, kortom telkens wanneer hij beslissingen neemt met een onmiskenbare weerslag op de verbintenissen en inbrengen van de deelnemers. Wij hebben dan ook de eer, Mevrouwen, Mijne Heren, U te verzoeken: 1. Kennis te willen nemen van het verslag uitgebracht door de provinciale bestuurders. De facto komen voor het intergemeentelijk samenwerkingsverband Interwaas gedeputeerde Peter Hertog en provincieraadsleden Nicole Van Duyse, Luc Maes, Jo De Cuyper, Sylvia Van Meirvenne en Goedele De Cock hiervoor in aanmerking. 2. Op basis van het verslag van de provinciale vertegenwoordiger in de raad van bestuur en op grond van de stukken van het intergemeentelijk samenwerkingsverband in het dossier de provinciale vertegenwoordiger in de algemene vergadering van 28 mei 2014 te mandateren als volgt:

16 - Agendapunt 1: statutenwijziging Niet goed te keuren: Artikel 11 van de statutenwijziging Reden: Hoewel er principieel geen bezwaar is tegen de toetreding van de gemeenten Moerbeke en Zwijndrecht, is er wel bezwaar tegen hun toetreding aan nominale waarde en tegen de verwerving van bijkomende aandelen door de reeds deelnemende gemeenten aan nominale waarde. Hoewel dit niet met zoveel woorden uit de tekst van dit artikel blijkt, kan dit artikel niet worden goedgekeurd, wil men maximaal de belangen van de Provincie vrijwaren. Artikel 18 van de statutenwijziging Reden: Er moet vermeden worden dat wanneer een provinciaal mandaat openvalt in de raad van bestuur, dit mandaat tijdelijk wordt ingevuld door een door een of meerdere gemeenten gemandateerde, die niet over een provinciaal mandaat beschikt. Artikel 44 van de statutenwijziging Reden: Hoewel er principieel geen bezwaar is tegen de toetreding van de gemeenten Moerbeke en Zwijndrecht, is er wel bezwaar tegen de toetreding aan nominale waarde. Deze toetreding aan nominale waarde wordt gecompenseerd door en is dus hoewel dit niet met zoveel woorden uit de tekst van het artikel blijkt onlosmakelijk verboden met de trapsgewijze deelname in de winst, die voorgesteld wordt in dit artikel. Om de belangen van de Provincie maximaal te vrijwaren, kan dit artikel niet worden goedgekeurd. Te amenderen: Artikel 34 van de statutenwijziging en het tweede lid van dit artikel aan te passen als volgt: "De vertegenwoordigers van de deelnemers kunnen voor de volledige duur van de legislatuur door de gemeenteraden van elke gemeente, respectievelijk de provincieraad aangewezen worden uit hun leden. De vaststelling van het mandaat moet wel voor elke algemene vergadering afzonderlijk worden genomen." Reden: het voorstel van wijziging van dit artikel houdt in de redactie enkel rekening met de gemeenten als deelnemers en niet met de Provincie. Goed te keuren: alle overige artikelen van de statutenwijziging. - Agendapunten 2 en 4 niet goed te keuren Bij gebrek aan (bevredigend) antwoord op de aan Interwaas gerichte brief van 17 april 2014, waarin duiding gevraagd werd over de besteding van de middelen van het Waas fonds, het jaarverslag en de jaarrekening over 2013 niet goedkeuren. - Agendapunt 5 goed te keuren Kwijting te verlenen aan de bestuurders en aan de commissaris-revisor betreffende de vervulling van hun mandaat over het boekjaar 2013.

17 - Agendapunt 6 goed te keuren - Agendapunt 7 goed te keuren - Agendapunt 8 goed te keuren Gent,. namens de Deputatie: de provinciegriffier, Albert De Smet de bevoegde gedeputeerde, Alexander Vercamer