PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 februari 2014 (OR. en) 17583/1/13 REV 1 LIMITE PV/CONS 63 SOC 1028 SAN 516 CONSOM 221

Transcriptie

1 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 februari 2014 (OR. en) ONTWERPNOTULEN 1 Betreft: 17583/1/13 REV 1 LIMITE PUBLIC PV/CONS 63 SOC 1028 SAN 516 CONSOM e zitting van de Raad van de Europese Unie (WERKGELEGENHEID, SOCIAAL BELEID, VOLKSGEZONDHEID EN CONSUMENTENZAKEN) gehouden te Brussel op 9 en 10 december Informatie over wetgevingsberaadslagingen van de Raad, andere openbare beraadslagingen van de Raad en openbare debatten staat in addendum 1 bij deze notulen /1/13 REV 1 GRA/mt 1

2 INHOUDSOPGAVE Bladzijde 1. Goedkeuring van de voorlopige agenda... 4 NIET-WETGEVINGSWERKZAAMHEDEN 2. Goedkeuring van de lijst van A-punten [eerste lezing]... 4 WETGEVINGSBERAADSLAGINGEN 3. Goedkeuring van de lijst van A-punten Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake de verbetering van de man-vrouwverhouding bij niet-uitvoerende bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen en daarmee samenhangende maatregelen [eerste lezing] Voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid [eerste lezing] Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende nauwere samenwerking tussen openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA's) [eerste lezing] Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handhaving van Richtlijn 96/71/EG betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten [eerste lezing]... 5 NIET-WETGEVINGSWERKZAAMHEDEN 8. Ontwerpconclusies van de Raad getiteld "De doeltreffendheid van institutionele regelingen ter verbetering van de positie van vrouwen en gendergelijkheid" Voorstel voor een aanbeveling van de Raad over doeltreffende maatregelen voor integratie van de Roma in de lidstaten Jaarlijkse groeianalyse 2014, ontwerp van gezamenlijk verslag over de werkgelegenheid en waarschuwingsmechanismeverslag Werkgelegenheid voor jongeren /1/13 REV 1 GRA/mt 2

3 WETGEVINGSBERAADSLAGINGEN 12. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG, Verordening (EG) nr. 178/2002 en Verordening (EG) nr. 1223/2009 Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek... 8 NIET-WETGEVINGSWERKZAAMHEDEN 13. Ontwerpconclusies van de Raad getiteld "Reflectie over moderne, responsieve en houdbare gezondheidszorgstelsels" Diversen... 9 a) Nieuwe initiatieven van de Commissie b) Lopende vraagstukken c) Lopende vraagstukken d) Resultaten en conferenties van het Litouwse voorzitterschap e) de Groep volksgezondheid op hoog niveau f) Omzetting van Richtlijn 2011/24/EU betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg g) Gezamenlijke aankoop betreffende medische tegenmaatregelen h) In sommige lidstaten aanbevolen "hybride" systeem voor voedingswaarde-etikettering i) Werkprogramma van het aantredende voorzitterschap BIJLAGE Verklaringen voor de Raadsnotulen * * * 17583/1/13 REV 1 GRA/mt 3

4 1. Goedkeuring van de agenda 17143/13 OJ CONS 63 SOC 1003 SAN 496 CONSOM 212 De Raad heeft bovengenoemde agenda goedgekeurd. NIET-WETGEVINGSWERKZAAMHEDEN 2. Goedkeuring van de lijst van A-punten 17242/13 PTS A 85 De Raad heeft de lijst van A-punten in document 17242/13 goedgekeurd. Verklaringen bij deze punten zijn opgenomen in de bijlage. WETGEVINGSBERAADSLAGINGEN (Openbare beraadslaging overeenkomstig artikel 16, lid 8, van het Verdrag betreffende de Europese Unie) 3. Goedkeuring van de lijst van A-punten 17296/13 PTS A 86 De Raad heeft de lijst van A-punten in document 17296/13 goedgekeurd. WERKGELEGENHEID EN SOCIAAL BELEID 4. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake de verbetering van de man-vrouwverhouding bij niet-uitvoerende bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen en daarmee samenhangende maatregelen [eerste lezing] Interinstitutioneel dossier: 2012/0299 (COD) Voortgangsverslag 16433/12 SOC 943 COMPET 708 DRS 130 CODEC /13 SOC 956 EGC 24 ECOFIN 1034 DRS 202 CODEC COR 1 De Raad heeft nota genomen van het voortgangsverslag in document 16437/13 + COR Voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid [eerste lezing] Interinstitutioneel dossier: 2008/0140 (COD) Voortgangsverslag 11531/08 SOC 411 JAI 368 MI /13 SOC 957 EGC 25 JAI 1025 MI 1045 FREMP 187 De Raad heeft nota genomen van het voortgangsverslag in document 16438/ /1/13 REV 1 GRA/mt 4

5 6. Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende nauwere samenwerking tussen openbare diensten voor arbeidsvoorziening (oda's) [eerste lezing] Interinstitutioneel dossier: 2013/0202 (COD) Algemene oriëntatie 11474/13 SOC 534 MI 579 CODEC REV 1 (pl) 17001/13 SOC 996 MI 1101 CODEC /13 SOC 999 MI 1106 CODEC 2776 De Raad heeft een algemene oriëntatie bereikt met betrekking tot de tekst van het voorzitterschap (17071/13). Hij kwam overeen om in de Raadsnotulen een "verklaring van de Raad van de Europese Unie en de lidstaten van de Europese Unie over de oprichting van een netwerk van oda's op te nemen (17001/13, zie bijlage). 7. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handhaving van Richtlijn 96/71/EG betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten [eerste lezing] Interinstitutioneel dossier: 2012/0061 (COD) Algemene oriëntatie 8040/12 SOC 224 MI 193 COMPET 168 CODEC COR /13 SOC 1000 MI 1107 COMPET 881 CODEC ADD1 De Raad is tot een algemene oriëntatie gekomen ten aanzien van de tekst van de ontwerprichtlijn in document 17611/13 en kwam overeen de in het addendum vervatte verklaring op te nemen in de Raadsnotulen. NIET-WETGEVINGSWERKZAAMHEDEN (Openbaar debat overeenkomstig artikel 8, lid 2, van het reglement van orde van de Raad [voorgesteld door het voorzitterschap] voor de punten 8 tot en met 11) 8. Ontwerpconclusies van de Raad getiteld "De doeltreffendheid van institutionele regelingen ter verbetering van de positie van vrouwen en gendergelijkheid" Aanneming 15905/13 SOC 913 EGC 18 De Raad heeft de conclusies in bovengenoemd document aangenomen. De definitieve tekst staat in document 17605/ /1/13 REV 1 GRA/mt 5

6 9. Voorstel voor een aanbeveling van de Raad over doeltreffende maatregelen voor integratie van de Roma in de lidstaten Aanneming 11738/13 SOC 552 POLGEN 128 JAI 577 EDUC 281 FREMP 99 COHOM 143 FSTR 67 FC 34 REGIO /13 SOC 982 EGC 27 POLGEN 238 JAI 1063 EDUC 447 FREMP 196 COHOM 264 FSTR 156 FC 90 REGIO /13 SOC 981 EGC 26 POLGEN 237 JAI 1061 EDUC 446 FREMP 195 COHOM 263 FSTR 155 FC 89 REGIO 280 De Raad heeft de aanbeveling in document 16790/13 goedgekeurd. 10. Jaarlijkse groeianalyse 2014, ontwerp van gezamenlijk verslag over de werkgelegenheid en waarschuwingsmechanismeverslag Presentatie door de Commissie Gedachtewisseling 15803/13 ECOFIN 984 SOC 904 COMPET 781 EDUC 425 ENV 1025 RECH 509 ENER 502 FISC 214 JAI COR /13 SOC 953 EMPL 19 ECOFIN 1030 EDUC 442 JEUN /13 UEM 376 ECOFIN 985 SOC COR 1 (en) 16843/13 SOC 983 EMPL 21 ECOFIN 1071 EDUC ADD 1 a) Scorebord voor werkgelegenheids- en sociale indicatoren hoofdstuk 3 van het gezamenlijk verslag over de werkgelegenheid Goedkeuring van het scorebord 16844/13 SOC 984 EMPL 22 ECOFIN 1072 EDUC 450 JEUN 116 b) Monitor van de werkgelegenheidsprestatie en benchmarks Goedkeuring van het geactualiseerde verslag van het Comité voor de werkgelegenheid (EMCO) 16845/13 SOC 985 EMPL 23 ECOFIN 1073 EDUC COR 1 c) Werkzaamheden van het Comité voor sociale bescherming (SPC) inzake de coördinatie vooraf van belangrijke hervormingen van het sociaal beleid Verslag van het voorzitterschap 16890/13 SOC 989 ECOFIN 1102 Na een presentatie door de Commissie heeft de Raad van gedachten gewisseld over de jaarlijkse groeianalyse, het ontwerp van gezamenlijk verslag over de werkgelegenheid en het waarschuwingsmechanismeverslag. De delegaties toonden zich ingenomen met de analyse van de Commissie in de jaarlijkse groeianalyse en waren het grotendeels eens met de voortzetting van de beleidsprioriteiten voor Zij onderkenden dat de werkgelegenheidssituatie zorgwekkend blijft en dat de economische groei banenrijk moet zijn, wil het prille herstel tastbare resultaten hebben op de arbeidsmarkt. Voorts werd benadrukt dat de aandacht moet uitgaan naar doelgroepen zoals jongeren /1/13 REV 1 GRA/mt 6

7 De Raad hechtte zijn goedkeuring aan het nieuwe scorebord voor werkgelegenheids- en sociale indicatoren (16844/13), dat in het gezamenlijk verslag over de werkgelegenheid wordt gepresenteerd, maar wees erop dat het instrument verder moet worden verfijnd en moet worden geïntegreerd in het bestaande kader voor werkgelegenheid en sociale governance, teneinde het potentieel ervan maximaal te kunnen benutten. De Raad keurde de monitor van de werkgelegenheidsprestatie goed (16845/13). 11. Werkgelegenheid voor jongeren i) Voorstel van de Commissie voor een aanbeveling van de Raad inzake een "kwaliteitskader voor stages" Presentatie door de Commissie 17367/13 SOC 1017 EMPL 25 ECOFIN 1111 EDUC 458 JEUN 119 ii) Uitvoering van de jongerengarantie /het jongerenwerkgelegenheidsinitiatief Stand van zaken De Commissie heeft haar voorstel voor een aanbeveling van de Raad inzake een "kwaliteitskader voor stages" gepresenteerd (17367/13), dat door de delegaties gunstig werd onthaald als een extra bijdrage tot de bestrijding van de jeugdwerkloosheid. Tijdens hun gedachtewisseling waren de lidstaten het eens over de ernst van de jeugdwerkloosheid in de EU. Er werd beklemtoond dat het opzetten van een jongerengarantieregeling een complexe aangelegenheid is, waarbij alle actoren in het proces op elkaar moeten worden afgestemd. Naar aanleiding van een door de Spaanse delegatie verspreide nota (17191/13), werd gewezen op de moeilijkheden bij het financieren van het jongerenwerkgelegenheidsinitiatief, en met name op het vraagstuk van de voorschotten uit het Europees Sociaal Fonds. De lidstaten drongen aan op eenvoudiger en transparante procedures voor het ter beschikking stellen van financiële middelen. Er werd ook dieper ingegaan op de vraag of de begrotingsinspanningen die voor de jongerengarantieregeling moeten worden geleverd, verenigbaar zijn met de doelstellingen inzake begrotingstekorten. De Raad sprak zijn tevredenheid uit over de lopende werkzaamheden van het Comité voor de werkgelegenheid inzake het toezicht op de jongerengarantie en de jongerengerelateerde landenspecifieke aanbevelingen /1/13 REV 1 GRA/mt 7

8 Zitting van 10 december 2013 VOLKSGEZONDHEID WETGEVINGSBERAADSLAGINGEN (Openbare beraadslaging overeenkomstig artikel 16, lid 8, van het Verdrag betreffende de Europese Unie) 12. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG, Verordening (EG) nr. 178/2002 en Verordening (EG) nr. 1223/2009 [eerste lezing] Interinstitutioneel dossier: 2012/0266 (COD) en Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek [eerste lezing] Interinstitutioneel dossier: 2012/0267 (COD) Voortgangsverslag Gedachtewisseling 16609/13 PHARM 67 SAN 465 MI 1061 COMPET 862 CODEC /13 PHARM 68 SAN 466 MI 1062 COMPET 863 CODEC 2673 De Raad heeft nota genomen van het voortgangsverslag in document 16609/13. Hij wisselde van gedachten over bovengenoemde wetgevingsdossiers op basis van de vragen in document 16610/13. Delegaties namen het woord om te bevestigen dat de toezichtsmaatregelen moeten worden versterkt om incidenten te vermijden en het consumentenvertrouwen te herstellen. Dat doel kan volgens sommige delegaties onder meer worden bereikt door de voorschriften voor aangemelde instanties aan te scherpen en medische hulpmiddelen met een hoog risico aan een controlemechanisme te onderwerpen en ervoor te zorgen dat implanteerbare medische hulpmiddelen traceerbaar zijn teneinde de veiligheid ervan te helpen waarborgen. De delegaties steunden de aanpak van de Commissie met betrekking tot de voorgestelde bepalingen over het herverwerken van medische hulpmiddelen: de herverwerker moet aan de verplichtingen van de fabrikant worden onderworpen. De lidstaten willen evenwel de mogelijkheid behouden om het gebruik van herverwerkte medische hulpmiddelen op hun grondgebied te verbieden /1/13 REV 1 GRA/mt 8

9 NIET-WETGEVINGSWERKZAAMHEDEN (Openbaar debat, overeenkomstig artikel 8, lid 2, van het reglement van orde van de Raad [voorstel van het voorzitterschap]) 13. Ontwerpconclusies van de Raad, getiteld "Reflectie over moderne, responsieve en houdbare gezondheidszorgstelsels" Aanneming 16570/13 SAN 462 De Raad heeft de conclusies in document 16570/13 aangenomen. De tekst van de conclusies zal in het Publicatieblad van de EU worden bekendgemaakt. 14. Diversen Werkgelegenheid en Sociaal Beleid a) Nieuwe initiatieven van de Commissie i) Mededeling van de Commissie over het vrije verkeer 16930/13 JAI 1074 FREMP 198 MI 1083 POLGEN 240 SOC 995 ii) Zeevarenden 16472/13 SOC 960 MAR 180 CODEC 2641 Presentatie door de Commissie De Raad heeft nota genomen van de presentatie door de Commissie. b) Lopende vraagstukken Informatie van het voorzitterschap De Raad heeft nota genomen van de informatie van het voorzitterschap. Volksgezondheid c) Lopende vraagstukken i) Tabak ii) Klinische proeven iii) EMA-vergoedingen Informatie van het voorzitterschap De Raad heeft nota genomen van de informatie van het voorzitterschap. d) Resultaten en conferenties van het Litouwse voorzitterschap Informatie van het voorzitterschap 16572/13 SAN 463 De Raad heeft nota genomen van de informatie van het voorzitterschap /1/13 REV 1 GRA/mt 9

10 e) Groep volksgezondheid op hoog niveau Informatie van het voorzitterschap 16661/13 SAN 471 SOC 972 De Raad heeft nota genomen van de informatie van het voorzitterschap. f) Omzetting van Richtlijn 2011/24/EU betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg Informatie van de Commissie 16632/13 SAN 468 SOC 970 De Raad heeft nota genomen van de presentatie van de Commissie. g) Gezamenlijke aankoop betreffende medische tegenmaatregelen Informatie van de Commissie 16631/13 SAN 467 PHARM 69 MI 1065 ENT 320 COMPET 865 De Raad heeft nota genomen van de presentatie van de Commissie. h) In sommige lidstaten aanbevolen "hybride" systeem voor voedingswaardeetikettering Informatie van de Italiaanse delegatie 16575/13 DENLEG 133 AGRI 768 SAN 464 COMPET 860 MI 1070 CONSOM 203 De Raad heeft nota genomen van de informatie van de Italiaanse delegatie, die gesteund werd door SK, LU, ES, CY, PT, SI, FR, RO en EL. De Commissie zal een verslag indienen over de analyse van het voor de voedingswaarde aanbevolen systeem. º º º i) Werkprogramma van het aantredende voorzitterschap Informatie van de Griekse delegatie De Raad heeft nota genomen van de informatie van het aantredende Griekse voorzitterschap over zijn werkprogramma. ************ 17583/1/13 REV 1 GRA/mt 10

11 BIJLAGE Ad A-punt 2: VERKLARINGEN VOOR DE RAADSNOTULEN Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de bekrachtiging van, of de toetreding tot, het Internationaal Verdrag van Hongkong voor het veilig en milieuverantwoord recyclen van schepen (2009) door de lidstaten in het belang van de Europese Unie - Verzoek van de Raad om goedkeuring door het Europees Parlement VERKLARING VAN ROEMENIË "Het voorstel voor een besluit van de Raad waarbij de lidstaten ertoe worden verplicht het Internationaal Verdrag van Hongkong voor het veilig en milieuvriendelijk recyclen van schepen (2009) te ratificeren of er partij bij te worden, in het belang van de Europese Unie, verwijst naar artikel 192, lid 1, en artikel 218, lid 6, punt a), onder v), en lid 8, eerste alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), als rechtsgrondslag. Roemenië maakt bezwaar tegen het gebruik van artikel 218 VWEU als rechtsgrondslag. Roemenië wenst te onderstrepen dat artikel 218 VWEU de procedurele basis vormt voor de sluiting van een internationale overeenkomst waarbij de EU partij is (lid 1: "[ ] overeenkomsten tussen de Unie en derde landen of internationale organisaties [ ]"). In het onderhavige geval zijn de bepalingen van artikel 218 VWEU niet van toepassing, aangezien enkel staten partij kunnen zijn bij het Internationaal Verdrag van Hongkong voor het veilig en milieuvriendelijk recyclen van schepen." VERKLARING VAN OOSTENRIJK, TSJECHIË, HONGARIJE EN SLOVENIË "Wat betreft artikel 1, verklaren Oostenrijk, Tsjechië, Hongarije en Slovenië dat deze bepaling in hun opvatting, mede in het licht van artikel 32, lid 4, van Verordening (EU) nr. XX/ van het Europees Parlement en de Raad inzake scheepsrecycling, enkel verduidelijkt dat de lidstaten die het Verdrag van Hongkong willen ratificeren, daar bij deze toe gemachtigd worden. Volgens hen kan uit artikel 1 geen verplichting worden afgeleid om het Verdrag te ratificeren." VERKLARING VAN DE SLOWAAKSE REPUBLIEK "Slowakije maakt bezwaar tegen het gebruik van artikel 218, lid 6, punt a), onder v), VWEU en artikel 218, lid 8, eerste alinea, VWEU als rechtsgrondslag voor het besluit van de Raad betreffende de bekrachtiging van, of de toetreding tot, het Internationaal Verdrag van Hongkong voor het veilig en milieuvriendelijk recyclen van schepen (2009) door de lidstaten in het belang van de Europese Unie. Volgens Slowakije is artikel 218 VWEU enkel van toepassing op internationale overeenkomsten die door de Europese Unie worden gesloten. In artikel 218, lid 1, VWEU, is bepaald dat "bij het onderhandelen over en het sluiten van overeenkomsten tussen de Unie en derde landen of internationale organisaties de volgende procedure gevolgd" wordt. De formulering "de volgende procedure" heeft betrekking op alle leden van artikel 218 VWEU /1/13 REV 1 GRA/mt 11

12 Onverminderd zijn voorbehoud bij het gebruik van artikel 218 VWEU als rechtsgrondslag, stemt Slowakije in met het besluit van de Raad betreffende de bekrachtiging van, of de toetreding tot, het Internationaal Verdrag van Hongkong voor het veilig en milieuvriendelijk recyclen van schepen (2009) door de lidstaten, in het belang van de Europese Unie." VERKLARING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN NEDERLAND "Het Verenigd Koninkrijk en Nederland zijn sterke voorstanders van het Verdrag van Hongkong. Niettemin kan geen van beide staten de vaststelling van dit besluit steunen. De EU is geen partij bij het Verdrag van Hongkong. Wij nemen er nota van dat de EU op het punt staat een verordening vast te stellen om bepaalde delen van het Verdrag toe te passen. De voorgestelde verordening bepaalt evenwel slechts minimumnormen, en dergelijke regels geven naar het oordeel van het Hof van Justitie geen aanleiding tot exclusieve bevoegdheid van de Unie. Derhalve achten wij het niet passend dat de EU ernaar streeft de lidstaten te machtigen om het Verdrag te ratificeren en is het voorgestelde besluit zonder voorwerp." VERKLARING VAN DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND "Duitsland staat achter het doel van bekrachtiging van het Verdrag van Hongkong door de lidstaten van de EU. Duitsland kan het besluitvoorstel echter niet steunen aangezien er geen exclusieve bevoegdheid van de Unie lijkt te bestaan die tot een uitdrukkelijke machtiging van de lidstaten tot ondertekening zou nopen. Bovendien stoelt het besluit op een onjuiste rechtsgrondslag. Artikel 218, lid 6, punt a), onder v), en lid 8, eerste alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) zijn uitsluitend van toepassing in gevallen waarin de Unie zelf partij bij een overeenkomst of lid van een internationale organisatie is, en dat is hier niet het geval. Daarom zou de juiste rechtsgrondslag worden gevormd door artikel 2, lid 1, VWEU. Duitsland heeft die rechtsopvatting uitvoerig toegelicht in zijn beroep tegen de Raad in Zaak C-399/12 (Internationale Organisatie voor Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV))." Ad A-punt 6: Aanneming van een besluit van de Raad betreffende de ondertekening namens de Europese Unie van het Protocol betreffende de uitbanning van illegale handel in tabaksproducten bij het Kaderverdrag van de Wereldgezondheidsorganisatie inzake tabaksontmoediging, wat betreft de bepalingen ervan inzake verplichtingen in verband met justitiële samenwerking in strafzaken, de definitie van strafbare feiten, en politiële samenwerking VERKLARING VAN DE DELEGATIES VAN BE, BG, CZ, DK, DE, EE, EL, ES, HR, IT, CY, LV, LT, LU, HU, MT, NL, AT, PL, PT, RO, SI, SK, FI EN UK "De bovengenoemde delegaties wensen de aandacht te vestigen op de uitvoering van het aan het WHO-kaderverdrag inzake tabaksontmoediging gehechte protocol ter uitbanning van de illegale handel in tabaksproducten, en verzoeken de Commissie alles in het werk te stellen om onevenredige administratieve rompslomp, zowel voor de overheid als voor het bedrijfsleven te beperken." 17583/1/13 REV 1 GRA/mt 12

13 VERKLARING VAN DE DELEGATIES VAN BE, BG, CZ, DK, DE, EE, IE, EL, ES, FR, HR, IT, CY, LV, LT, LU, HU, MT, NL, AT, PL, PT, RO, SI, SK, FI EN UK "Krachtens artikel 44, lid 3, van het aan het kaderverdrag inzake tabaksontmoediging gehechte protocol ter uitbanning van de illegale handel in tabaksproducten, moet de Unie aangeven hoever haar bevoegdheid ten aanzien van de in het protocol geregelde aangelegenheden reikt. De bovengenoemde delegaties bevestigen hierbij dat in de bevoegde instanties van de Raad een grondig debat over de bevoegdheid zal worden gevoerd, en dat, overeenkomstig het reglement van orde, een volledige, gedetailleerde lijst van bevoegdheden zal worden overeengekomen als onderdeel van het besluit inzake de sluiting van het protocol." VERKLARING VAN DE DELEGATIES VAN BE, BG, CZ, DK, DE, EE, IE, EL, HR, IT, CY, LV, LT, LU, HU, NL, AT, PT, RO, SI EN FI "Aangezien het belangrijk was binnen een redelijke termijn een akkoord te bereiken over het besluit betreffende de ondertekening van het aan het WHO-kaderverdrag inzake tabaksontmoediging gehechte protocol ter uitbanning van de illegale handel in tabaksproducten, heeft de Raad besloten de bepalingen van dit protocol die voor de partijen verplichtingen inhouden inzake justitiële samenwerking in strafzaken, de omschrijving van strafbare feiten, en politiële samenwerking, in de ondertekeningsfase niet in detail vast te leggen. Op het eerste zicht gaat het hier om de artikelen 14, 16, 19, 23, 26, 27, 29 en 30 van het protocol, maar de Raad neemt zich voor een en ander nader te bestuderen teneinde over een lijst te beschikken wanneer het besluit inzake de sluiting van het protocol wordt vastgesteld." VERKLARING VAN OOSTENRIJK EN ROEMENIË "De bovengenoemde delegaties zijn van oordeel dat besluiten van de Raad op grond van artikel 218 VWEU altijd betrekking hebben op een overeenkomst in haar geheel. Opsplitsing in verscheidene besluiten die elk betrekking hebben op afzonderlijke artikelen van een overeenkomst is juridisch niet haalbaar." VERKLARING VAN ITALIË, POLEN, PORTUGAL, SLOWAKIJE EN ROEMENIË "De bovengenoemde delegaties zijn in het bijzonder ingenomen met de in artikel 8 van het protocol ter uitbanning van de illegale handel in tabaksproducten opgenomen bepalingen inzake volgen en traceren. Deze delegaties verzoeken de Commissie dan ook ervoor te zorgen dat eventuele maatregelen in verband met volgen en traceren waarin het voorstel tot herziening van "Richtlijn 2001/37EG betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaksproducten" voorziet, stroken met die van het protocol." VERKLARING VAN DE DELEGATIES VAN BG, CZ, DK, DE, EL, ES, FR, HR, IT, CY, LV, LU, HU, MT, NL, AT, PL, PT, RO, SK, SE, FI EN UK "Het in artikel 8, lid 1 en leden 8 en 9, genoemde wereldwijd steunpunt voor het doorgeven van informatie, mag geen wereldwijd gegevensbanksysteem zijn. De bovengenoemde delegaties gaan ervan uit dat de bepaling inzake de toegang tot de gegevensbank van een tabaksproducent door de in diens rechtsgebied bevoegde autoriteit, wordt geacht te voldoen aan de vereisten van het wereldwijd steunpunt voor het doorgeven van informatie." 17583/1/13 REV 1 GRA/mt 13

14 VERKLARING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK "Uit hoofde van artikel 4, VWEU, is de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht een gebied van gedeelde bevoegdheid. Aangezien het protocol de werkingssfeer van bestaande interne EU-regels op dat gebied niet beïnvloedt of verandert, heeft de EU geen exclusieve externe bevoegdheid verworven krachtens artikel 3, lid 2, VWEU, en blijft dat gebied derhalve een gebied van gedeelde bevoegdheid. Het Verenigd Koninkrijk is bijgevolg van oordeel dat het in deze bijzondere omstandigheden niet noodzakelijk is een afzonderlijk besluit van de Raad vast te stellen waarbij de EU zou worden gemachtigd het protocol te ondertekenen met betrekking tot de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht." VERKLARING VAN DE RAAD "Artikel 6 van het protocol zal in de EU worden toegepast door middel van het in Richtlijn 2008/118/EG vastgelegde systeem, voor zover het tabak in de zin van Richtlijn 2011/64/EU (sigaretten, sigaren, cigarillo's en rooktabak) betreft." VERKLARINGEN VAN DE COMMISSIE "1. Volgens de Commissie is het in het onderhavige geval niet gerechtvaardigd dat het ondertekeningsbesluit van de Raad beperkt wordt tot aangelegenheden waarvoor de Unie exclusief bevoegd is. De onder de exclusieve bevoegdheid vallende aangelegenheden in het protocol zijn van wezenlijk belang en kunnen niet worden gescheiden van de delen die onder gedeelde bevoegdheid vallen. Naar het oordeel van de Commissie moet de ondertekening door de Unie worden beschouwd als blijk van haar voornemen om de sluiting van het volledige protocol in overweging te nemen, los van de lidstaten, die handelen op basis van wederkerigheid in de zin van artikel 4, lid 3, VEU." "2. "Volgens de Commissie is het in principe veel te vroeg en onnodig dat in de ondertekeningsfase een verklaring over de uitvoering van het protocol wordt opgenomen. Meer in het bijzonder refereert één verklaring van een aantal lidstaten aan aangelegenheden die nog niet helemaal zijn uitgekristalliseerd en waarvan nog niet bekend is hoe zij zullen functioneren of worden uitgevoerd. Een definitief EU-standpunt over deze aangelegenheden, bijvoorbeeld wat betreft de uitvoering van het protocol op het punt van gegevensbeheer met het wereldwijd steunpunt voor het doorgeven van informatie, bedoeld in artikel 8, lid 8, van het protocol, kan bijgevolg pas worden bepaald wanneer de EU en de lidstaten kennis hebben van alle beschikbare technische en administratieve opties." ***** Ad B-punt 6: Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende nauwere samenwerking tussen openbare diensten voor arbeidsvoorziening (oda's) [eerste lezing] VERKLARING VAN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE LIDSTATEN VAN DE EUROPESE UNIE over de oprichting van een netwerk van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (oda's) "De Raad van de Europese Unie: 1. IS INGENOMEN MET het voorstel van de Commissie voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende verbeterde samenwerking tussen ODA's als een bijkomend instrument dat een positieve bijdrage kan leveren aan de bredere lopende inspanningen om de bestaande structuren doeltreffender te maken bij het bestrijden van de werkloosheid; 17583/1/13 REV 1 GRA/mt 14

15 2. BENADRUKT de relevantie van versterking van de samenwerking tussen de ODA's via formalisering van het huidige Europees netwerk van hoofden van ODA's (HoPES). 3. MEMOREERT dat artikel 149 VWEU bepaalt dat het Europees Parlement en de Raad stimuleringsmaatregelen kunnen aannemen die erop gericht de samenwerking tussen de lidstaten aan te moedigen; 4. ONDERKENT dat de echte toegevoegde waarde van het netwerk ligt in de deelname van alle lidstaten, en dat aldus de ontwikkeling en uitvoering van benchmarkingsystemen en wederzijds-lerenactiviteiten mogelijk wordt gemaakt met het oog op de uitwerking van een passend benchlearningproces. In het licht van het bovenstaande verklaren de lidstaten van de Europese Unie dat zij vastbesloten zijn een dergelijk netwerk op te richten, en dat zij voornemens zijn om aan een dergelijk netwerk deel te nemen, opdat het doeltreffend kan functioneren en echte toegevoegde waarde oplevert." 17583/1/13 REV 1 GRA/mt 15