Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid INHOUDSTAFEL
|
|
- Norbert van den Broek
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid INHOUDSTAFEL Inleiding Integriteit en integriteitsbeleid Waarom een integriteitsbeleid? Integriteitsbeleid als antwoord op recente uitdagingen Mogelijke tegenwerpingen tegen een integriteitsbeleid Twee uitdagingen voor een modern integriteitsbeleid De organisatie van het ambtelijke integriteitsbeleid Instrumenten van een ambtelijk integriteitsbeleid Deontologische codes Onderdelen van een deontologische code Waarom deontologische codes? Vier vragen bij het opstellen van een code Mogelijke aanvullende codes Het proces van invoering van een deontologische code Vorming, training en opleiding: dilemmatrainingen Voorbereiding van de training Inleiding van de training Deel I: Voorstelling van het waarden- en normenkader Deel II: Toepassen van het waardenkader, een model voor ethische besluitvorming Vervolgtraject van de training De rol van de trainer Ter afronding Integriteitsbeleid integreren in het personeelsbeleid Werving, selectie en introductie Functiebeschrijving en functionerings- en evaluatiegesprekken Jeroen Maesschalck 1
2 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen Competentiemanagement Risicoanalyse en structurele maatregelen Risicoanalyses en integriteitsaudits Structurele maatregelen Voorbeeldgedrag en steun van het management Een vangnet voor het melden van integriteitsschendingen of klokkenluidersregeling Aanbevelingen aan de Vlaamse overheid De organisatie van het Vlaamse integriteitsbeleid Centrale aansturing Decentrale aansturing Ter afronding De instrumenten van een Vlaams integriteitsbeleid en hun invoering Deontologische code Vorming, training en opleiding Integriteitsbeleid integreren in het personeelsbeleid Risicoanalyse en structurele maatregelen Voorbeeldgedrag en steun van het management Een vangnet voor het melden van integriteitsschendingen of klokkenluidersregeling Algemene voorwaarden voor een succesvol integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid Bijlagen Bijlage 1. Referenties Bijlage 2. Nuttige websites Bijlage 3. Gebruikte afkortingen B-project 2004
3 Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid INLEIDING De jongste jaren en vooral sinds de Visa-perikelen in de stad Antwerpen in maart 2003 is er een sterk groeiende interesse voor ambtelijke integriteit en integriteitsbeleid in Vlaanderen. Het besef groeit dat het traditionele instrumentarium (in essentie: de wet- en regelgeving en strafrechterlijke en tuchtrechterlijke procedures) niet meer volstaat om ambtelijke integriteit te garanderen en te stimuleren. Steeds meer ambtelijke en politieke verantwoordelijken voelen de druk om iets te doen rond integriteit. Daarbij rijzen enkele terechte vragen. Wat is integriteitsbeleid eigenlijk? Wat zijn de benaderingen, de fundamentele keuzes die men moet maken bij het ontwikkelen van een integriteitsbeleid? Waarom is zo een ambtelijk integriteitsbeleid noodzakelijk? Waarom zou dit belangrijker zijn dan de talrijke andere managementtrends die de jongste jaren furore hebben gemaakt in de overheid (en vaak even snel zijn verdwenen voor een opvolger die nog blitser leek)? Wat zijn de belangrijkste instrumenten van het integriteitsbeleid? Welke vorm kunnen ze concreet aannemen in een Vlaamse overheidscontext? Hoe wordt het integriteitsbeleid best georganiseerd? Wie neemt best welke taken op zich? Het B-project van het Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen wilde enkele eerste antwoorden bieden op deze vragen. Gezien de beperkte tijd en het feit dat nog maar heel weinig ontwikkeld is rond dit thema in de Vlaamse context, werd ervoor gekozen om een inleidend rapport te schrijven, met een algemene visie op integriteitsbeleid en een overzicht van de belangrijkste instrumenten, eerder dan de rapportering van een diepgaand onderzoek over een beperkt aantal instrumenten. Het B-project is dan ook vooral gebaseerd op de prescriptieve literatuur (vooral Nederlands en Amerikaans, zie de bibliografie), op informele gesprekken met ambtenaren en experts en op ervaringen van de auteur in het kader van trainingssessies voor ambtenaren van de verschillende bestuursniveaus. Het is geen rapportering van systematisch wetenschappelijk onderzoek (al wordt hier en daar wel verwezen naar bestaand wetenschappelijk onderzoek). Het is dan ook evident dat voorliggend rapport nog maar een eerste stap is in het beleidsondersteunend onderzoek naar integriteitsbeleid in een Vlaamse context. Volgende stappen zijn bvb. de systematische analyse van goede (of eventuele slechte) praktijken of het ontwikkelen van instrumenten (bvb. een survey) voor het meten van integriteit in een organisatie en het identificeren van Jeroen Maesschalck 3
4 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen probleemterreinen waar beleid noodzakelijk is. Het B-project genereerde twee documenten: de pocket Een integriteitsbeleid in uw lokaal bestuur: een handleiding (Maesschalck Jeroen en Suykens Mark, uitgegeven bij Politeia in het kader van de VVSG-reeks pockets lokale besturen en verschenen in april 2004) en het eindrapport dat voor u ligt. Voorliggend eindrapport is opgevat als een aangepaste en uitgebreide versie van de pocket. 1 De belangrijkste aanpassingen en aanvullingen zijn de volgende: De bespreking werd, soms vrij grondig, aangepast aan en aangevuld met inzichten uit de wetenschappelijke en de prescriptieve literatuur. Ook opmerkingen en feedback op de pocket (bvb. in het kader van trainingen) werden verwerkt in de tekst. De tekst werd zo aangepast dat hij ook relevant wordt voor andere dan lokale besturen. De organisatie van het integriteitsbeleid wordt uitgebreider besproken (hoofdstuk 4). Er werd een uitgebreide beschrijving van een aanpak van dilemmatrainingen (paragraaf 5.2) toegevoegd. Een uitgebreid hoofdstuk (6) met aanbevelingen aan de Vlaamse overheid werd toegevoegd. In vergelijking met de pocket is voorliggend rapport dus vooral een uitbreiding. Hierop is er één belangrijke uitzondering. Daar waar de pocket uitgebreid ingaat op de principes en regels betreffende politieke integriteit, beperkt het voorliggende rapport zich tot ambtelijke integriteit om zo het project in tijd beheersbaar te houden. Dit betekent uiteraard niet dat politieke integriteit niet noodzakelijk is. Zoals herhaaldelijk zal benadrukt worden in dit rapport is politieke integriteit een essentieel doel op zich (het raakt aan de fundamenten van de rechtstaat), maar is het daarnaast ook een belangrijke randvoorwaarde voor ambtelijke integriteit. Politici hebben, zowel door hun expliciete steun aan het integriteitsbeleid als door hun eigen voorbeeldgedrag, een cruciale invloed op het slagen van het integriteitsbeleid. In het besluit van dit rapport wordt heel kort ingegaan op enkele instrumenten om politieke integriteit te stimuleren, maar het is evident dat dit een belangrijk terrein is voor verder 1 De auteur dankt Mark Suykens voor de toelating om gebruik te mogen maken van de inhoud van de pocket voor dit B-project. B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 4
5 Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid onderzoek. De aandacht voor het integriteitsbeleid binnen de Vlaamse overheid is sterk geëvolueerd in de periode gedurende welke dit rapport werd voorbereid. Daar waar de aandacht begin 2004 nog beperkt was tot enkele geïnteresseerde ambtenaren binnen een aantal diensten, kreeg het thema voor het eerst ook expliciete steun 2 van de politieke top door de beslissing van de Vlaamse regering van 28 mei om een actief en preventief integriteitsbeleid te voeren en de entiteit Interne Audit te belasten met het ontwikkelen en uitwerken van zo een beleid. Deze trend werd nog versterkt door de beleidsnota van de nieuwe minister van Bestuurszaken, Geert Bourgeois. In de nota wordt onder de titel Integriteit als sluitstuk voor een beter beleid een visie uitgewerkt over integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid en worden enkele concrete maatregelen voorgesteld, zoals het aanwerven van een integriteitscoördinator, het oprichten van een integriteitscommissie en een lijst met concrete maatregelen over de integratie van het integriteitsbeleid in het personeelsbeleid. 3 Kortom, bij het afsluiten van voorliggend rapport in december 2004, wijst alles erop dat er voldoende politiek en ambtelijk engagement is om een systematisch, modern integriteitsbeleid te ontwikkelen voor de Vlaamse overheid en het is de hoop dat dit rapport daartoe een bijdrage kan leveren. De structuur van het rapport is als volgt. In het eerste hoofdstuk worden de begrippen integriteit en integriteitsbeleid gedefinieerd en worden twee benaderingen van integriteitsbeleid besproken. Het tweede hoofdstuk beantwoordt de vraag waarom een integriteitsbeleid noodzakelijk is. Daarbij wordt getracht enkele mogelijke tegenwerpingen tegen integriteitsbeleid te weerleggen. Het derde hoofdstuk gaat in op twee centrale stellingen die zullen weerklinken in de rest van dit rapport: twee uitdagingen voor een modern integriteitsbeleid. Hoofdstuk 4 bespreekt de organisatie van het integriteitsbeleid: wie heeft welke verantwoordelijkheid? Hoofdstuk 5 gaat vervolgens in op de inhoud van het 2 Het thema ambtelijke integriteit is, zij het onder andere bewoordingen, uiteraard altijd al een aandachtspunt geweest. Hier hebben we het enkel over de aandacht voor integriteitsbeleid, waarbij dit laatste beschouwd wordt als een specifiek beleidsdomein met eigen (zowel controlerende als stimulerende, cf. infra) instrumenten. 3 Voor de beleidsnota, zie: Jeroen Maesschalck 5
6 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen integriteitsbeleid door een overzicht te presenteren van enkele belangrijke instrumenten van integriteitsbeleid. Het uitgebreide slothoofdstuk (6) formuleert aanbevelingen aan de Vlaamse overheid. Daarin worden de algemene aanbevelingen uit hoofdstuk 4 (organisatie van het integriteitsbeleid) en hoofdstuk 5 (inhoud van het integriteitsbeleid) toegepast op de Vlaamse overheid. Het hoofdstuk en dus ook het rapport ronden af met een opsomming van enkele algemene voorwaarden voor een succesvol integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid. B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 6
7 Hoofdstuk 1: Integriteit en integriteitsbeleid 1. INTEGRITEIT EN INTEGRITEITSBELEID In onze juridische ambtenarencultuur wordt bij integriteit vaak gedacht aan de afwezigheid van corruptie, fraude en andere vormen van illegaal gedrag. Dat is natuurlijk een essentiële voorwaarde om van integriteit te kunnen spreken, maar het begrip is veel ruimer. Het begrip integriteit komt uit het Latijn en betekent letterlijk niet (in) aanraken (tangere) (Nieuwenburgh, 2002). Het verwijst dus naar iets of iemand dat/die onbesmet, ongekreukt of ongeschonden is. Heel algemeen betekent integer "in overeenstemming met de geldende waarden en normen en de daarmee samenhangende regels." (van den Heuvel en Huberts, 2003: 19). Integer handelen is dus het toepassen van algemene, ethisch geladen, 4 waarden, normen en regels in de dagelijkse praktijk. De vraag is dan natuurlijk wat die waarden en normen zijn. Doorgaans maakt men een onderscheid tussen waarden die plaats- en tijdspecifiek zijn en meer fundamentele waarden die zouden moeten nagestreefd worden door iedereen. Terwijl bvb. de zwijgplicht voor ambtenaren in belang afneemt en het belang van klantgerichtheid toeneemt, blijven een aantal fundamentele waarden en normen algemeen gelden. Van den Heuvel en Huberts omschrijven deze tijdsloze richtlijnen als volgt. "Bestuurlijke integriteit (...) houdt in dat politici, bestuurders en ambtenaren zich in hun ambt, taak of functie laten leiden door zorgvuldig handelen, onkreukbaarheid en openheid, dat zij in hun functie geen privé-belangen nastreven, loyaliteit, objectiviteit en rechtschapenheid betrachten, op zorgvuldige wijze belangen afwegen en controleerbaarheid, rechtvaardigheid en onpartijdigheid in praktijk brengen" (van den Heuvel en Huberts, 2003: 20). Een integriteitsbeleid is dan het geheel van beleidsinstrumenten dat erop gericht is de integriteit van de overheid in haar geheel en het integere optreden van de individuele ambtenaren afzonderlijk te bevorderen (Maesschalck, 2001: 28). De ultieme doelstelling van een organisationeel integriteitsbeleid is om integriteit te integreren in de processen, en aldus het dagelijks handelen van de leden van de organisatie te beïnvloeden. Een integriteitsbeleid 4 Het gaat dus om waarden die een ethische relevantie hebben en bvb. niet om esthetische waarden. Jeroen Maesschalck 7
8 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen dat zich beperkt tot een beleidsnota en een louter papieren code zal deze doelstelling niet bereiken en is dan ook ruim onvoldoende. Traditioneel wordt een onderscheid gemaakt tussen twee benaderingen van integriteitsbeleid. De eerste wordt de controlerende benadering genoemd omdat ze er vooral op gericht is het gedrag van ambtenaren te controleren. Bij deze benadering gaat men uit van een negatief mensbeeld: mensen zijn niet van nature geneigd om het ethisch goede te doen, maar willen vooral hun eigenbelang nastreven. Het komt er dus op aan om de organisatie zo in te richten dat de mensen wel het goede doen, ook als ze hun eigenbelang nastreven. Dit gebeurt dan door de discretionaire beslissingsruimte van ambtenaren zoveel mogelijk in te perken door een integriteitsbeleid dat vooral de nadruk legt op wat verboden is. Typische instrumenten van een controlerende benadering zijn strikte regelgeving (bvb. het tuchtrecht), stevig uitgewerkte procedures (bvb. voor het aankopen van goederen of het indienen van onkostennota's), en controle-instanties (interne of externe audit, inspectie van financiën) die deze regels en procedures afdwingen. 5 De stimulerende benadering beoogt geen beperking van de discretionaire ruimte, maar wil integendeel de ambtenaren ondersteunen in het omgaan met die beslissingsvrijheid. Men vertrek dus van het positieve beeld dat mensen van nature wel geneigd zijn om het goede te doen. De taak van de organisatie bestaat er dan in om hen daarin te ondersteunen. Eerder dan het opsommen van wat verboden is, zal een stimulerend integriteitsbeleid de klemtoon leggen op ethische aspiraties, bijvoorbeeld in ethische codes die de belangrijkste waarden opsommen. Trainingen in ethische besluitvorming kunnen ambtenaren dan bvb. ondersteunen in het omgaan met conflicten tussen die algemene waarden en vertrouwenspersonen kunnen verdere hulp bieden in ethisch moeilijke aangelegenheden. Uiteraard gaat het in de praktijk nooit om een of/of-keuze tussen beide benaderingen. Elke benadering heeft haar eigen finaliteit, die even belangrijk is. Enerzijds is de controlerende benadering nodig om integriteitsschendingen te voorkomen. 5 Dit onderscheid "controlerend"-"stimulerend" valt niet helemaal samen met het onderscheid "repressief"- "preventief." Hoewel de controlerende benadering van integriteitsbeleid heel wat repressieve instrumenten omvat (bvb. het tuchtrecht) hebben sommige controlerende instrumenten (bvb. regelgeving) of actoren (bvb. interne audit) ook een belangrijke preventieve finaliteit. B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 8
9 Hoofdstuk 1: Integriteit en integriteitsbeleid Huberts en Van den Heuvel (1999: 19-23; van den Heuvel en Huberts, 2003: 30-34) geven een interessante classificatie van integriteitsschendingen. Corruptie vindt volgens Huberts plaats als ambtenaren of politici in hun functie iets doen of nalaten om daarmee persoonlijk financiële of andere gunsten te verwerven van derden." (Huberts, 1994: 2). Het gaat dus om een illegale transactie tussen een ambtenaar en een externe partij. Fraude, diefstal en verduistering doen zich voor als politici of ambtenaren profiteren ten koste van de overheid, zonder dat derden er voordeel bij hebben. Dubieuze beloften of giften verwijzen naar giften en beloften van private actoren aan ambtenaren of politici, zonder dat het duidelijk is of er een tegenprestatie is of zal volgen. Het gaat hier dus bvb. om problematische relatiegeschenken (zie ook verder). Onverenigbare functies en bindingen doen zich voor wanneer de ambtenaar of politicus naast zijn ambt belangen heeft die daar (mogelijk) in strijd mee zijn. Het gaat dan bvb. om functionarissen die privé-belangen hebben in particuliere organisaties (bedrijven, vzw s) waarover ze vanuit hun publieke functie moeten oordelen. De onverenigbaarheid kan ook bestaan tussen publieke mandaten onderling. In bepaalde gevallen mogen de mandatarissen bvb. niet aanwezig bij de bespreking en de beslissing over punten waar ze een belang bij hebben. Van misbruik van bevoegdheden is sprake wanneer men juiste doelen probeert te bereiken via laakbare middelen. Dit gebeurt bvb. wanneer de politie de misdaad wil bestrijden door onwettige afluisterpraktijken of wanneer een gemeente bvb. een subsidievraag antedateert en zo de Vlaamse of federale overheid bedriegt. Misbruik en manipulatie van informatie impliceren dat men opzettelijk onjuiste informatie verspreidt (liegen en bedriegen) of vertrouwelijke informatie lekt. Verspilling en wanprestatie worden door Huberts en van den Heuvel gedefinieerd als respectievelijk het nalatig, onoplettend of onverschillig gebruiken van tijd, overheidsmateriaal en financiën en het met opzet niet (zo) effectief en efficiënt functioneren als binnen het bereik van de mogelijkheden ligt (van den Heuvel en Huberts, 2003: 33). Men vervult zijn functie dus niet zoals het hoort. Ongewenste omgangsvormen met publiek of met collega s bestaan o.m. in de vorm van discriminatie, pesten, of ongewenst seksueel gedrag. Jeroen Maesschalck 9
10 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen Ernstige misdragingen in de vrije tijd kunnen ook relevant zijn en zelfs tot tuchtsancties leiden indien zij de waardigheid van het ambt in het gedrang brengen. 6 Anderzijds is ook de stimulerende benadering nodig. Deze wil niet zozeer integriteitsschendingen voorkomen, maar heeft een meer positieve doelstelling: het stimuleren van integer handelen, door ambtenaren te ondersteunen in het omgaan met ethische dilemma's, i.e. situaties waarbij het niet meteen duidelijk is wat de ambtenaar moet doen wil hij echt integer handelen. We geven twee voorbeelden van dergelijke dilemma's. U bent ambtenaar in een kleine gemeente en verantwoordelijk voor de aankoop van drie nieuwe kopieermachines. Een erg invloedrijke schepen laat u informeel maar erg nadrukkelijk weten dat hij verwacht dat het order zal gaan naar leverancier X, die een goede vriend is van hem. Naast leverancier X is er één andere valabele kandidaat, leverancier Y, die een aanbod heeft gedaan dat iets beter is qua prijs-kwaliteit verhouding, maar niet veel. Zult u de schepen gehoorzamen? Zult u misschien integendeel zijn ongeoorloofd verzoek rapporteren? Aan wie zou u dat doen? Hebt u nog andere mogelijkheden? Uw organisatie moet bezuinigen en is van plan een grote groep contractuelen te ontslaan. U bent directeur van de personeelsdienst en bent aldus op de hoogte van die hoogst vertrouwelijke plannen. Een heel goede medewerker van u, die behoort tot de groep die ontslagen zal worden, vraagt een onderhoud. Hij deelt u mee dat hij een heel erg interessant aanbod gehad heeft voor een nieuwe job bij een consultingbedrijf. Hij is echter niet van plan op dat aanbod in te gaan omdat, zo zegt hij, hij een sterke loyauteit voelt tegenover uw dienst waar hij heel veel geleerd heeft en goed samenwerkt met de collega's. Omdat hij in de krant gelezen had dat uw organisatie overweegt om te bezuinigen wou hij toch eerst eens met u checken of hij wel een redelijke kans maakt om te blijven de komende jaren. Anders zou hij natuurlijk wel ingaan op dat aanbod, zeker gezien de slechte economische situatie en het feit dat hij net een grote hypotheeklening is aangegaan. Gezien uw appreciatie voor uw medewerker bent u heel sterk geneigd om hem in vertrouwen te informeren over de plannen om hem te ontslaan. Op de directievergadering is echter een heel strikte geheimhouding afgesproken. Bovendien zou het inlichten van deze medewerker onfair zijn tegenover andere goede medewerkers die ongetwijfeld ook in de problemen zullen komen door hun ontslag. Wat zult u doen? In dit soort situaties zal een controlerend instrumentarium maar van beperkt nut zijn. Het geeft alleen aan wat manifest niet geoorloofd is, maar biedt weinig ondersteuning in de afweging van wat nu wel de juiste keuze is. Stimulerende ethische codes, dilemmatrainingen, bespreken 6 Voor een bespreking en enkele voorbeelden, zie het overzicht van Opdebeeck (2002: 39-41). B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 10
11 Hoofdstuk 1: Integriteit en integriteitsbeleid van ethische kwesties bij het werkoverleg of een vertrouwenspersoon kunnen hier veel meer ondersteuning bieden. Aangezien een modern integriteitsbeleid zowel integriteitsschendingen wil voorkomen als integer handelen stimuleren, komt het er dus op aan de controlerende en de stimulerende benadering te combineren. Het controlerende gedeelte zorgt dan voor het elementair wettelijk kader en garandeert de stok achter de deur die onvermijdelijk blijft om een minimaal integer gedrag te garanderen, terwijl het stimulerende gedeelte ervoor zorgt dat men op ethisch vlak ambitieuzer is dan dit moreel minimum. Wat de precieze verhouding tussen beide benaderingen moet zijn hangt af van de concrete omstandigheden. En hoe de afweging tussen beide benaderingen precies moet gebeuren is één van de centrale opdrachten van het integriteitsbeleid en zal dan ook geregeld aan bod komen in dit rapport. Alvorens dit hoofdstuk af te ronden, maken we eerst nog een korte zijsprong naar het wetenschappelijk onderzoek. Wat wordt daar geschreven over de controlerende en de stimulerende benadering? Het analytische onderscheid tussen beide is één van de meest voorkomende thema s in de prescriptieve literatuur betreffende ambtelijke ethiek en bedrijfsethiek 7 en het advies om beide te combineren (eerder dan enkel de controlerende benadering te volgen) is de aanbeveling waarover in die literatuur zowat het meeste eensgezindheid bestaat. Ondanks (of misschien precies door) die eensgezindheid in de prescriptieve literatuur is het wetenschappelijk onderzoek naar deze aanbeveling nog eerder beperkt. Het beperkte onderzoek dat werd gedaan lijkt de aanbeveling echter te bevestigen. We vermelden drie onderzoeken bij wijze van voorbeeld. 7 Lynn Sharp Paine (1994) spreekt bvb. over compliance vs. integrity, John Rohr (1978) over low road vs. high road en Uhr (1999) over de verification vs. the values set of integrity institutions. Voor een overzicht en evaluatie van deze literatuur, zie bvb. Maesschalck (2005). Jeroen Maesschalck 11
12 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen 1. Een ophefmakend onderzoek was de studie van Frank Anechiarico en James Jacobs: The Pursuit of Absolute Integrity (1996). In dit boek geven de auteurs een uitgebreide beschrijving van en grondige kritiek op wat ze de panopticon visie op corruptie-controle noemen. Deze visie benadrukt wetten en regels en ook uitgebreide procedures van controle en inspectie. Ze gaan uitgebreid in op de tekorten en indirecte kosten van deze sterk controlerende instrumenten: vertraging in besluitvorming, overcentralisatie, defensief management, lage beroepsmoraal, barrières t.a.v. tussenorganisationele samenwerking en adaptieve strategieën zoals het creëren van verzelfstandigde organen (bvb. gemeentelijke vzw s bij ons) om de bureaucratie te omzeilen. Bij wijze van oplossing stellen ze een meer stimulerende benadering voor, die meer verantwoordelijkheid geeft aan ambtenaren en meer beroep doet op hun professionaliteit. 2. Trevino en Weaver (2003: ) hebben een grootschalig onderzoek gedaan naar integriteit onder ongeveer respondenten in 6 bedrijven uit verschillende sectoren. Hoewel het onderzoek dus niet in de overheidssector plaatsvond geven de resultaten toch een idee van de impact van integriteitsbeleid op de integriteit van de leden van een organisatie. Globaal stelden Trevino en Weaver vast dat zowel de controlerende als de stimulerende benadering een positieve impact kunnen hebben op integer gedrag, maar dat het effect van de stimulerende benadering sterker is. Ze analyseerden ook de impact van de concrete instrumenten van resp. de stimulerende en de controlerende aanpak. Wat deze laatste betreft, stelden zij negatieve effecten vast van een te grote nadruk op controlerende instrumenten. Zo constateerden ze dat daar waar medewerkers percipiëren dat van hen een onvoorwaardelijke gehoorzaamheid wordt verwacht, dit een negatieve impact had op hun integriteit. Een te sterk doorgedreven controlerende benadering leidt dus niet enkel tot indirecte kosten, zoals Anechiarico en Jacobs aantoonden. Het is ook contraproductief aangezien het ook een negatieve impact heeft op de integriteit. Anderzijds stelden ze een positieve impact vast van stimulerende instrumenten, zoals de praktijk om open over integriteit te spreken in de organisatie of om integer gedrag te belonen (Trevino en Weaver, 2003: ). 3. Ook in ons eigen onderzoek (Maesschalck, 2004c) stelden we negatieve en contraproductieve effecten vast van een te sterke nadruk op de controlerende benadering. B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 12
13 Hoofdstuk 1: Integriteit en integriteitsbeleid In een onderzoek in drie Belgische/Vlaamse inspectiediensten werd vastgesteld dat een overdaad aan regels en procedures minstens drie negatieve effecten heeft. Ten eerste werkt het voortdurend inperken van beslissingsruimte vaak demotiverend. Ten tweede kan een accumulatie van regels leiden tot een daling van de kwaliteit van de beslissingen van ambtenaren. Inspecteurs (bvb. sociale inspecteurs of milieu-inspecteurs) moeten uiteraard in de eerste plaats de wet toepassen en in de meeste gevallen zal het ook duidelijk zijn wat dit betekent in de praktijk. Soms worden de inspecteurs echter met complexere situaties geconfronteerd, waar er bvb. overtuigende verzachtende of verzwarende omstandigheden zijn of waar er sprake is van een lacune in de wet. In dergelijke situaties moeten de inspecteurs een zekere ruimte hebben om de geest van de wet te kunnen interpreteren vanuit hun ervaring en hun gedetailleerde kennis van het concrete geval. Te veel regels zullen ertoe leiden dat in dergelijke gevallen op een al te rigide manier met het dilemma wordt omgegaan. Tot slot kunnen een overdaad aan regels en de demotivatie die er vaak mee gepaard gaat, er zelfs toe leiden dat ambtenaren zich manifest onethisch gedragen, bvb. door zich te onttrekken aan werk. Op die manier werkt het beleid uiteraard helemaal contraproductief. De regels die als doel hadden om integer gedrag te stimuleren lokken dan zelf onethisch gedrag uit. Jeroen Maesschalck 13
14 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 14
15 Hoofdstuk 2: Waarom een integriteitsbeleid? 2. WAAROM EEN INTEGRITEITSBELEID? 2.1. INTEGRITEITSBELEID ALS ANTWOORD OP RECENTE UITDAGINGEN Het Antwerpse Visa-schandaal van het voorjaar van 2003 heeft geleid tot een sterke toename van de interesse in ambtelijke en politieke integriteit en het management ervan. Maar het zou te eenvoudig zijn om die interesse enkel aan schandalen toe te schrijven. De blijvende belangstelling voor het thema suggereert dat er diepere ontwikkelingen zijn die de behoefte aan een modern integriteitsbeleid doen toenemen. Ook het feit dat landen als Nederland, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk al jaren met allerlei instrumenten van integriteitsbeleid experimenteren, laat vermoeden dat er meer aan de hand is dan wat ontspoorde praktijken in een Vlaamse stad. Verschillende ontwikkelingen binnen de openbare besturen en in de ruimere samenleving zetten de klassieke ambtelijke deontologie, waarin de rol van de ambtenaar in essentie werd beperkt tot neutrale uitvoering van politieke beslissingen, onder druk. De burger wordt mondiger en steeds meer een kritische consument van openbare diensten. Dat resulteerde o.m. in een uitgebreide regelgeving over openbaarheid van bestuur en een evolutie van zwijgplicht over spreekrecht naar, in sommige gevallen, spreekplicht. Die evoluties leiden tot nieuwe ethische dilemma's waar de klassieke deontologie weinig ondersteuning biedt. Hoeveel informatie mag een ambtenaar geven? Hoe kan hij vermijden dat meer assertieve burgers meer en betere informatie krijgen dan minder mondige burgers? De rol van ambtenaar is geëvolueerd van louter uitvoerder naar medespeler in het beleidsproces. Van verschillende ambtenaren wordt tegenwoordig verwacht dat ze actief meewerken aan beleidsvoorbereiding en bijvoorbeeld beleidsnota's schrijven. Om een goede nota te schrijven moet je een zekere politieke feeling hebben, moet je contacten hebben met politici en kabinetsleden, maar ook met belangengroepen en allerlei andere actoren uit het beleidsveld. Dat leidt ook tot nieuwe ethische dilemma's en de klassieke deontologie biedt daarin maar een beperkte ondersteuning. Integendeel, de kans is klein dat je een goede nota zal schrijven als je je heel strikt aan de neutraliteitsethiek houdt. Ondersteuning in de vorm van een goed integriteitsbeleid kan hier erg nuttig zijn. De Vlaamse administratie werd opgericht met de ambitie een moderne administratie te Jeroen Maesschalck 15
16 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen zijn en ondergaat op dit moment opnieuw een fundamentele reorganisatie in de vorm van het project Beter Bestuurlijk Beleid. De jongste jaren hebben ook heel wat lokale besturen, al dan niet onder impuls van de toezichthoudende overheid (bvb. via de richtlijnen Kelchtermans of de nieuwe OCMW-boekhouding) hun administratie gemoderniseerd. Daarmee sluiten zowel de Vlaamse als de lokale administraties zich aan bij de internationale ontwikkelingen in de richting van een new public management of nieuw overheidsmanagement. Echter, ook deze innovaties leiden tot nieuwe integriteitsvragen en dilemma's waarvoor de klassieke ambtelijke deontologie weinig houvast biedt. We geven hieronder enkele voorbeelden. Het is belangrijk te benadrukken dat we hiermee absoluut geen pleidooi willen houden tegen deze innovaties. Integendeel, over het algemeen leiden ze tot kwalitatieve verbeteringen in het overheidsbeleid en zijn ze bijgevolg erg wenselijk. We willen er wel op wijzen dat deze ontwikkelingen voor nieuwe integriteitsproblemen kunnen zorgen en dat de invoering ervan bijgevolg gepaard moet gaan met de invoering van een modern integriteitsbeleid dat ambtenaren ondersteunt in het omgaan met die nieuwe problemen. o Sturen op meetbare indicatoren Zowel binnen de Vlaamse administratie als op lokaal niveau wordt steeds meer nadruk gelegd op indicatoren. Deze zijn erg nuttig als instrumenten voor het voeren van een goed geïnformeerd beleid. Sturen op indicatoren kan echter ook een belangrijke impact hebben op de ambtelijke integriteit omdat hierdoor de aandacht kan verslappen voor wat niet wordt gemeten. Vooral wanneer het om output-indicatoren gaat kan dit de integriteit negatief beïnvloeden. Het gevaar bestaat namelijk dat men focust op de output en minder belang hecht aan de waarden betreffende het proces waarlangs deze output tot stand is gekomen: legaliteit, rechtvaardigheid, gelijkwaardigheid, objectiviteit, rechten van de verdediging, etc. Hoewel deze een effectieve realisatie van de output soms kunnen vertragen of zelfs verhinderen, betreffen ze over het algemeen wel fundamenten van de rechtstaat en is het erg gevaarlijk om deze over boord te gooien vanuit een logica dat het doel de middelen zou heiligen. Dit gevaar wordt uiteraard kleiner als ook processuele indicatoren worden toegevoegd. Het probleem blijft echter dat men niet alles kan meten en een risico van bias ten nadele van wat niet gemeten is blijft bestaan. Het is bijgevolg noodzakelijk om een integriteitsbeleid te voeren dat ambtenaren sensibiliseert voor de B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 16
17 Hoofdstuk 2: Waarom een integriteitsbeleid? spanning tussen de druk om te focussen op indicatoren enerzijds en de plicht tot integer handelen anderzijds en dat hen bovendien ondersteunt in het omgaan met deze spanning. o Kwaliteitsmanagement Kwaliteitsmanagement komt uit de particuliere sector en plaatst de klant centraal. Ook in een overheidscontext kan kwaliteitsmanagement erg nuttig zijn, vooral daar waar rechtstreeks aan de burger diensten worden geleverd. Maar ook hier rijzen nieuwe vragen over integriteit. Hoe kan een ambtenaar diensten leveren à la tête du client en toch tegelijkertijd het gelijkheidsbeginsel respecteren? Wat betekent het voor een inspecteur om klantgericht te werken? o Verzelfstandiging en privatisering Eén van de paradepaardjes van het nieuw overheidsmanagement is de verzelfstandiging van organisatieonderdelen. Deze krijgen dan een zekere autonomie, maar moeten wel verantwoording afleggen over resultaten. Het oprichten van intern verzelfstandigde agentschappen (IVA s) en extern verzelfstandigde agentschappen (EVA s) is één van de belangrijkste elementen van het project Beter Bestuurlijk Beleid en ook op lokaal niveau wordt verzelfstandigd, bvb. in de vorm van gemeentelijke VZW s of gemeentebedrijven. Hier rijst de vraag in hoeverre de ambtelijke deontologie (zowel de inhoudelijke deontologie als het instrumentarium om deze af te dwingen en te stimuleren) nog van toepassing is in dergelijke entiteiten. Daar waar bijvoorbeeld het geven van geschenken aan goede klanten heel normaal is in de particuliere sector, wordt dit als heel wat problematischer beschouwd in de publieke sector. Wat betekent dit dan voor verzelfstandigde agentschappen die als actieve actoren op een markt opereren? o Meer uitwisseling met de particuliere sector Er is een steeds intensievere uitwisseling tussen de publieke en de private sector, uiteraard door allerlei vormen van de modieuze publiek-private samenwerking (PPS) maar ook bvb. door het aanwerven van personeel uit de particuliere sector in de publieke sector. Dit leidt tot een vermenging van de waardepatronen uit beide sectoren, met opnieuw integriteitsvraagstukken als gevolg. Dit alles gebeurt tegen een achtergrond van evoluerende maatschappelijke normen. Bepaalde integriteitsschendingen (vriendjespolitiek, slechte dienstverlening, niet respecteren van werktijden,...) die vroeger oogluikend geaccepteerd werden, kunnen Jeroen Maesschalck 17
18 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen tegenwoordig op veel minder begrip rekenen van pers en publiek MOGELIJKE TEGENWERPINGEN TEGEN EEN INTEGRITEITSBELEID In de vorige paragraaf werd aangetoond dat er veel goede redenen zijn om een integriteitsbeleid uit te werken dat verder gaat dan de bestaande instrumenten (het hoofdstuk rechten en plichten in het statuut of het arbeidsreglement, het tuchtrecht en het klassieke controle-instrumentarium). Toch blijken er ook wat vragen en barrières te zijn, die beleidsverantwoordelijken er soms van weerhouden om instrumenten van een integriteitsbeleid in te voeren of een project integriteitsbeleid te lanceren. In deze subparagraaf gaan we hier kort op in. 8 Eerst bespreken we twee vragen naar de fundamentele zin van integriteitsbeleid. 1. Waarom zouden we geld en energie investeren in integriteitsbeleid, terwijl problemen als armoede, onveiligheid en luchtvervuiling om een doordacht beleid met voldoende middelen schreeuwen? Gaat het hier niet gewoon om nog maar eens een nieuwe trend in het overheidsmanagement die wel zal overwaaien? Dit kan in twee stappen weerlegd worden. In de eerste plaats zijn er de hoger geschetste ontwikkelingen in het overheidsmanagement en in de samenleving die een modern integriteitsbeleid noodzakelijk maken. Los van die directe aanleiding, is er daarnaast een nog veel fundamentelere reden waarom een aangepast integriteitsbeleid noodzakelijk is. Deze is meesterlijk verwoord door Dennis Thompson, een topexpert in het domein van professionele ethiek: "omdat andere thema's belangrijker zijn dan ethiek, is ethiek belangrijker dan om het even welk ander thema" (Thompson, 1992). Ethiek is op zich geen primair beleidsdomein van de overheid zoals landsverdediging, milieubescherming of welzijn. Het is echter wel een noodzakelijke randvoorwaarde voor een rechtvaardig en kwaliteitsvol overheidsbeleid in die primaire domeinen. Thompson haalt hiervoor twee redenen aan. Vooreerst verhoogt een degelijk integriteitsbeleid de kans dat ambtenaren, van de top tot het uitvoerende niveau, beslissingen zullen nemen op basis van de pro's en contra's van de beslissingsalternatieven en niet op basis van het eigenbelang of dat van (politieke) vrienden. Ten tweede helpt een 8 Deze bespreking is gedeeltelijk gebaseerd op Maesschalck (2001). B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 18
19 Hoofdstuk 2: Waarom een integriteitsbeleid? integriteitsbeleid om het vertrouwen in de overheid te ondersteunen. Dat dit vertrouwen spectaculair zal stijgen na de lancering van zo een beleid is weinig waarschijnlijk, maar een substantiële versterking van het vertrouwen is heel onwaarschijnlijk als de burgers regelmatig geconfronteerd worden met gedrag van ambtenaren waarrond gerede morele twijfel bestaat. Zelfs al is dergelijk niet-integer gedrag in hun onmiddellijk voordeel, uiteindelijk versterkt het enkel een cynische vorm van vertrouwen in de individuele ambtenaar, geen fundamenteel vertrouwen in de instellingen. Kortom, "voorkomen is beter dan genezen" kan gelden als de eenvoudige versie van Thompsons paradox. Als we bij voorbaat voldoende aandacht besteden aan ambtelijke integriteit dan zullen we achteraf geen veelvoud van dat bedrag moeten investeren in het vervolgen en herstellen van onrechtvaardige beslissingen of in vertrouwenwekkende maatregelen. 2. Waarom moeten we een nieuw beleidsdomein met een eigen label ( integriteitsbeleid ) creëren? Kunnen we niet gewoon de klassieke instrumenten analyseren en waar nodig aanpassen? Deze vraag sluit aan bij de vorige in de zin dat ook hier impliciet een kritiek in schuilt op het trendgevoelige karakter van overheidsmanagement: is het echt nodig om alles nu plots integriteitsbeleid te noemen? Een eerste antwoord hierop is dat de beleidswetenschap leert dat labels nu eenmaal belangrijk zijn omdat ze helpen bij het plaatsen van een thema op de publieke agenda en een ruim gamma aan verschillende instrumenten kunnen samenbrengen onder één noemer. Er is echter ook een wat rationeler argument dat uit de meer praktijkgeoriënteerde beleidsanalyse komt. Daar wordt voortdurend gehamerd op het belang van een expliciete en systematische formulering van beleidsdoelstellingen en van de wijze waarop de instrumenten, in hun onderlinge samenhang, daartoe kunnen bijdragen. Een dergelijke expliciete beleidsvoorbereiding moet ervoor zorgen dat instrumenten elkaar versterken, eerder dan elkaar tegenwerken, wat nogal eens gebeurt in een domein dat zo complex en subtiel is als ambtelijke integriteit. Aangezien er tot voor kort in de Belgische/Vlaamse context nog geen sprake was van het domein integriteitsbeleid, was het bijgevolg onmogelijk om hierrond een systematische en geïntegreerde beleidsvoorbereiding te organiseren. Er bestonden wel wat instrumenten naast elkaar, elk in hun eigen deeldomein, maar zonder systematische Jeroen Maesschalck 19
20 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen coördinatie: het tuchtrecht in de hoek van het personeelsstatuut, zwijgplicht en spreekrecht in de hoek van de wetgeving op de openbaarheid van bestuur, ambtelijke corruptie in strafrechtelijke hoek, de deontologische code meer in de managementhoek, etc. Door deze verschillende instrumenten uit hun, hoofdzakelijk juridische, hoek te halen en naast elkaar te plaatsen als verschillende instrumenten van een overkoepelend integriteitsbeleid dat ook uit niet-juridische instrumenten kan bestaan, wordt een veel systematischere beleidsanalyse mogelijk. Dit idee van het integriteitsbeleid als een apart beleidsdomein met een eigen identiteit is trouwens perfect consistent met het idee dat integriteitsbeleid een inclusief beleidsdomein is, dat maar succesvol is als het geïntegreerd is in andere beleidsdomeinen zoals bvb. financiën of personeel. Om dit toe te lichten kan het nuttig zijn een onderscheid te maken tussen de kerninstrumenten van het integriteitsbeleid enerzijds en wat we de perifere instrumenten zouden kunnen noemen anderzijds. De kerninstrumenten van het integriteitsbeleid hebben als belangrijkste doelstelling het stimuleren van integriteit en voorkomen van integriteitsschendingen. Zij vormen de kern van het integriteitsbeleid en de ontwikkeling en opvolging (maar niet de implementatie) ervan zijn in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de organisationele integriteitsfunctionaris of integriteitscommissie, uiteraard in samenwerking met andere horizontale diensten en met het lijnmanagement. Voorbeelden hiervan zijn de deontologische code, dilemmatrainingen, integriteitsaudits, het vangnet voor het melden van integriteitsschendingen, etc. De, vanuit het standpunt van het integriteitsbeleid, perifere instrumenten hebben het stimuleren van integriteit niet als primaire doelstelling, maar zijn wel belangrijk voor het bereiken van die doelstelling. Vaak zijn het instrumenten van andere horizontale beleidsdomeinen zoals personeel of financiën: functiebeschrijvingen, aanwervingprocedures, evaluatieprocedures, procedures voor aankopen van goederen, Deze instrumenten vallen onder de bevoegdheid van de respectievelijke diensten, maar de ontwikkeling ervan gebeurt wel in overleg met de integriteitsfunctionaris of commissie en rekening houdend met de doelstellingen van het integriteitsbeleid. Beide soorten instrumenten vallen dus onder het label integriteitsbeleid in de zin dat ze op elkaar moeten afgestemd zijn en moeten bijdragen tot het realiseren van de globale visie op B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 20
21 Hoofdstuk 2: Waarom een integriteitsbeleid? het integriteitsbeleid. Alleen verschillen ze in wat hun primaire doelstelling is en wie de primaire verantwoordelijke is voor de ontwikkeling ervan. Dit onderscheid tussen beide soorten instrumenten is zeker niet haarfijn en er zullen zeker randgevallen zijn, maar het heeft wel een zekere analytische waarde en het helpt wel om aan te tonen dat er een kern is van instrumenten die duidelijk als instrumenten van integriteitsbeleid kunnen geïdentificeerd worden en die een eigen eindverantwoordelijke verdienen. Nu gaan we in op drie klassieke mentale barrières die politici of ambtelijke leidinggevenden er soms van weerhouden om een integriteitsbeleid te lanceren in hun organisatie. 1. "Er zijn nauwelijks integriteitsproblemen in onze organisatie." Het is natuurlijk mogelijk dat er weinig integriteitsschendingen zijn, maar de vraag is hoe men dat zo zeker kan weten. Enkel door een goed controle-instrumentarium kan men met een redelijke zekerheid inschatten in hoeverre er integriteitsschendingen zijn. Maar zelfs al zouden er geen ernstige integriteitsschendingen zijn, dan nog blijven er de ontwikkelingen die net beschreven zijn. Die evoluties, en de ethische dilemma's die eruit voortvloeien, zijn relevant voor alle overheidsorganisaties. Bovendien zijn er altijd al, zelfs voor deze ontwikkelingen, ethische problemen en dilemma s geweest. De loketbediende die de vraag krijgt van een burger om een formulier dat wegens ziekte 1 dag te laat is ingediend toch te aanvaarden, de beleidsmedewerker die een telefoontje met subtiele druk krijgt vanuit een kabinet, de gemeentesecretaris die een goede vriend moet ontslaan: ambtenaren van alle niveau s hebben altijd al een zekere discretionaire ruimte gehad die hen voor dilemma s kan plaatsen. Vanuit dit perspectief is de vraag niet of er ethische problemen en dilemma s zijn; het is immers duidelijk dat die er in elke overheidsorganisatie zijn. De vraag is hoe men een integriteitsbeleid ontwikkelt dat ondersteuning biedt bij het omgaan met die dilemma's. Vanuit een dergelijke invalshoek ziet men dilemma s niet meer als vervelende problemen die moeten verdrukt worden, maar als uitdagingen waar elke organisatie hoe dan ook mee geconfronteerd wordt. Jeroen Maesschalck 21
22 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen 2. "Door een integriteitsbeleid zullen we de schandaalsfeer en het wantrouwen in de administratie en de politiek nog aanwakkeren." Deze stelling is de tegenhanger van de voorgaande. Hier vermoedt men dat er wel integriteitsschendingen zijn, en vreest men juist dat deze aan het licht zouden komen door een integriteitsbeleid. In de eerste plaats willen we beklemtonen dat het niet zozeer de bedoeling van het integriteitsbeleid is om integriteitsschendingen aan het licht te brengen, maar vooral om toekomstige schendingen te voorkomen. Toch is het niet onmogelijk dat, door het verbeteren van de controlerende structuur op korte termijn meer integriteitsschendingen aan het licht komen. Maar dan nog blijft deze stelling fel bekritiseerbaar. Ze getuigt van een korte termijnvisie en een sterke onderschatting van de burgers. Door mogelijke integriteitsschendingen op korte termijn te negeren, vergroot de kans dat de problemen in een nog veel sterkere vorm naar boven komen in de toekomst. Door integriteitsschendingen oogluikend toe te laten geeft men immers een belangrijk impliciet signaal en creëert men een omgeving waarin de malversaties zich steeds verder kunnen uitbreiden en de cultuur verzieken. Deze stelling getuigt ook van weinig vertrouwen in de bevolking. Als mensen zien dat de schendingen aan het licht zijn gebracht in het kader van een integriteitsbeleid en dat het de politieke en ambtelijke top menens is om verdere schendingen in de toekomst te voorkomen zal dit precies het vertrouwen versterken. 3. "De medewerkers zullen zich aangevallen voelen als we zo een beleid introduceren. Het is alsof we ze ervan beschuldigen niet integer te zijn." Hier vreest men niet zozeer de reacties van de publieke opinie maar van de ambtenaren zelf. Van alle tegenwerpingen, lijkt dit ons nog de meest gegronde. Maar toch is ze niet voldoende als reden om dan maar geen integriteitsbeleid te ontwikkelen. Integriteitsbeleid heeft immers, zoals verder zal worden toegelicht, niet alleen een controlerende, maar ook een ondersteunende, stimulerende dimensie. Als die ondersteunende dimensie en het bijhorende instrumentarium (dilemmatrainingen, coaching, ambitieuze ethische codes, enz.) voldoende aandacht krijgen, dan geeft men juist een positief signaal aan de medewerkers. Een dilemmatraining bijvoorbeeld, gaat juist uit van de verantwoordelijkheid van de medewerkers en wil hen ondersteunen in het omgaan met die verantwoordelijkheid, eerder dan ze in te perken. Als men een zekere weerstand vanuit de administratie vreest dient men dus vooral op B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 22
23 Hoofdstuk 2: Waarom een integriteitsbeleid? dit stimulerende aspect de nadruk te leggen. Met deze bedenkingen willen we de bezwaren en twijfels zeker niet zomaar van tafel vegen. Integriteit is en blijft een gevoelig terrein en een integriteitsbeleid kan ongewenste effecten hebben, zeker als het niet goed wordt ingevoerd. We hebben wel willen aantonen dat deze bezwaren geen voldoende reden zijn om dan maar meteen geen integriteitsbeleid in te voeren. Een modern en stimulerend integriteitsbeleid kan een aangepast en positief antwoord bieden op de net geschetste nieuwe uitdagingen. Met dit rapport willen we enkele aanbevelingen formuleren over hoe zo een integriteitsbeleid best wordt ingevoerd, als het deze gunstige effecten wil bereiken. Jeroen Maesschalck 23
24 Steunpunt beleidsrelevant onderzoek - bestuurlijke organisatie Vlaanderen B-project 2004: Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid 24
25 Hoofdstuk 3: Twee uitdagingen voor een modern integriteitsbeleid 3. TWEE UITDAGINGEN VOOR EEN MODERN INTEGRITEITSBELEID Alvorens we ingaan op de concrete organisatie en instrumenten van integriteitsbeleid, benadrukken we, bij wijze van samenvatting van de twee voorafgaande inleidende hoofdstukken, nog eens wat o.i. dé twee grote uitdagingen zijn bij de invoering van een integriteitsbeleid. Beide zullen dan ook extra benadrukt worden in de rest van dit rapport. 1. Integriteitsbeleid heeft als ultiem doel het daadwerkelijk beïnvloeden van gedrag van de organisatieleden. Integriteit en integriteitsbeleid zijn bij uitstek thema s die zich lenen tot holle frasen en ambitieuze intentieverklaringen, zonder veel concrete implementatie. Toch is implementatie van de voorgenomen maatregelen essentieel. Het integriteitsbeleid heeft immers maar effect als het geïntegreerd is in de dagelijkse processen en integriteit daadwerkelijk ingesleten wordt in de dagelijkse routines. De Nederlandse ervaring met de invoering van een integriteitsbeleid en de eerste ervaringen in de Vlaamse context leren dat dit vaak een zwak punt is. Het thema van ambtelijk integriteitsbeleid werd in Nederland hoog op de agenda gezet door een redevoering van toenmalig (en in 1994 overleden) minister van binnenlandse zaken Ien Dales voor de Nederlandse Vereniging van Gemeenten in 1992: Een beetje integer kan niet. In de jaren volgend op deze rede namen verschillende actoren (o.m. de ministeries van binnenlandse zaken en van financiën en de Algemene Rekenkamer) initiatieven om een integriteitsbeleid te lanceren. Ongeveer een decennium later stellen verschillende observatoren echter vast dat integriteit wel een stevige plaats heeft gekregen op de agenda en dat er wel veel codes en beleidsnota s zijn geschreven, maar dat het nog ontbreekt aan echte implementatie. In een evaluatie van het integriteitsbeleid in de Nederlandse gemeenten vragen Van den Heuvel en Huberts zich bvb. af of het integriteitsbeleid ook werkelijk in de gemeenten leeft. De vraag stellen is haar beantwoorden. Het thema integriteit maakt nog geen integraal deel uit van de gemeentelijke cultuur, ofschoon het toch bij uitstek geschikt is om het gezicht, het image van de gemeente te bepalen en de missie inhoud te geven. Nog te veel wordt het integriteitsbeleid gerekend tot administratieve procedures die simpelweg in acht moeten genomen worden (van den Heuvel en Huberts, 2003: 69). Ook in Vlaanderen werden al enkele eerste stappen in de richting van een integriteitsbeleid gezet, maar tot voor kort nog Jeroen Maesschalck 25
Dansen op een slappe koord. Deontologie van de jeugdambtenaar
Dansen op een slappe koord Deontologie van de jeugdambtenaar Prof. Dr. Jeroen Maesschalck Marijke Roosen Leuvens Instituut voor Criminologie K.U.Leuven 1 Overzicht Inleiding Niveau van de organisatie:
Nadere informatieIntegriteit en integriteitsbeleid in de politie Studiedag Politieonderzoek 8 december 2009 Kim Loyens Annelies De Schrijver Overzicht Inleiding Stimulerend en controlerend integriteitsbeleid Integrity
Nadere informatieMVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Intern MVO-management. Verbetering van motivatie, performance en integriteit
MVO-Control Panel Instrumenten voor integraal MVO-management Intern MVO-management Verbetering van motivatie, performance en integriteit Inhoudsopgave Inleiding...3 1 Regels, codes en integrale verantwoordelijkheid...4
Nadere informatieVoorwoord 13. Inleiding 15
Voorwoord 13 Inleiding 15 Antoinette Verhage 1. Deontologie en integriteitsbewaking 15 2. Scandal & reform 17 3. Integriteit, ethiek, moraal, en integritisme 19 4. Waarom is dit belangrijk voor een criminoloog?
Nadere informatieRegeling melden van vermoeden van integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad 2018
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zaanstad Nr. 142070 4 juli 2018 Regeling melden van vermoeden van integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad 2018 Inleiding Aandacht voor integriteit
Nadere informatieIntegriteit en Integritisme. Integriteit en Integritisme
Integriteit en Integritisme 28 november 2017 Leo Huberts Quality of Governance VU University Amsterdam Integriteit en Integritisme - Wat betekent integriteit? - Integriteit en goed besturen? - Integriteit
Nadere informatieISSAI 30 Ethische code
ISSAI 30 Ethische code Vertaling ISSAI 30VERTALING REKENHOF, MEI 2017 / 2 INHOUD Hoofdstuk 1 - Inleiding 4 Concept, achtergrond en doel van de ethische code 4 Vertrouwen en geloofwaardigheid 5 Hoofdstuk
Nadere informatieDeontologische code personeel
Deontologische code personeel De kernwaarden van het intergemeentelijk samenwerkingsverband zijn: In vertrouwen/integer In samenwerking Complementariteit Resultaatsgericht/concreet Deze waarden nemen een
Nadere informatieCommissie Integriteit VvG
Een beetje ambtenaar bestaat niet Commissie Integriteit VvG Bureau BING Peter Schokker Peter Schokker / 17 juni 2015 Een stelling Binnen mijn organisatie leidt integriteit soms tot verkramping. Eens, of
Nadere informatieINTEGRITEITSCODE WONINGVERENIGING NEDERWEERT 2018
INTEGRITEITSCODE WONINGVERENIGING NEDERWEERT 2018 Als kleine woningcorporatie zijn we goed geworteld in ons werkgebied Nederweert. Wij staan midden in de samenleving en zijn oprecht betrokken bij het wel
Nadere informatieDemocratische Politie
Democratische Politie ADV Tania Roers Diensthoofd HRM Politiezone Gent 4 stellingen 1.Analyses van klachten/meldingen, functioneringsgesprekken, de evaluatiecyclus en tuchtzijn instrumenten die kunnen
Nadere informatieGedrag om trots op te zijn
Gedrag om trots op te zijn Oversluizen Thermal Engineering B.V. geeft aandacht aan de belangen van haar klanten, medewerkers, zakenpartners en onze omgeving. Door dit uitgangspunt altijd voor ogen te houden
Nadere informatieGedragscode voor raadsleden van de stad Antwerpen
Gedragscode voor raadsleden van de stad Antwerpen Raadsleden 1 mogen het vertrouwen dat zij van hun kiezers hebben gekregen, niet schaden. Ze zijn voortdurend in een dubbele positie: aan de ene kant dienen
Nadere informatieGedragswijzer Integriteit
Gedragswijzer Integriteit juli 2014 1 Inleiding Wij zijn Velison Wonen, een woningcorporatie met ambities in Velsen. We willen waarborgen en versterken wat we al zijn: een maatschappelijk betrokken, daadkrachtige
Nadere informatieCDA Nijmegen. Initiatiefvoorstel Bestuurlijke Integriteit
110/2003 CDA Nijmegen Initiatiefvoorstel Bestuurlijke Integriteit 1. Inleiding Met het aanvaarden van de wetsvoorstellen tot dualisering van het gemeentebestuur wordt de aanwezigheid van een gedragscode
Nadere informatieFunctiebeschrijving CLUSTERVERANTWOORDELIJKE NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B4-B5
Beschrijving doel en visie Binnen de eengemaakte organisatie, stad en OCMW, staat de burger centraal. Om dit te realiseren zijn er 3 klantgerichte sectoren: dienstverlening, samenleving en stadsontwikkeling
Nadere informatieBedrijfscode Haag Wonen
Bedrijfscode Haag Wonen Bedrijfscode Haag Wonen 1 Dit is de bedrijfscode van woningcorporatie Haag Wonen. In deze code benoemen we onze uitgangspunten voor eerlijk en integer samen werken. Wij handelen
Nadere informatieDeontologische code van het personeel van de gemeente Kortemark
Deontologische code van het personeel van de gemeente Kortemark 1 Krachtens het gemeentedecreet is het verplicht om een deontologische code op te maken voor de personeelsleden. Integriteit is echter in
Nadere informatieDEONTOLOGISCHE CODE VOOR PERSONEELSLEDEN
DEONTOLOGISCHE CODE VOOR PERSONEELSLEDEN Grote Markt 27 3300 Tienen Opgemaakt door CC Consult CVBA INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 2 INLEIDING... 3 MOTIVATIE EN BETROKKENHEID... 3 KLANTGERICHTHEID... 4 SAMENWERKEN...
Nadere informatieGedragscode voor collegeleden van de stad Antwerpen
Gedragscode voor collegeleden van de stad Antwerpen Collegeleden 1 mogen het vertrouwen dat zij van hun kiezers hebben gekregen, niet schaden. Collegeleden zijn voortdurend in een dubbele positie: aan
Nadere informatieMVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. MVO en reorganisatie. Een model voor verantwoorde en succesvolle reorganisatie
MVO-Control Panel Instrumenten voor integraal MVO-management MVO en reorganisatie Een model voor verantwoorde en succesvolle reorganisatie 1 Inhoudsopgave Mvo en reorganisatie Verantwoord en succesvol
Nadere informatieThema Integriteit Werkconferentie Gemeente Den Helder 19 januari 2012
Thema Integriteit Werkconferentie Gemeente Den Helder 19 januari 2012 Integriteit Begripsbepaling Juridisch toetsingskader Naar een gedragscode Dilemma s en morele oordeelsvorming Vragen voor de raad
Nadere informatieHet Wie, Wat en Hoe vanwelzorg in 2012
Het Wie, Wat en Hoe vanwelzorg in 2012 En hoe de puzzelstukjes Of hoe de puzzelstukjes precies in elkaar precies passen in elkaar passen Onze Visie Wie we willen zijn in 2012 1 1 Als marktleider in het
Nadere informatieINTEGRITEITSCODE GOED WONEN ZEDERIK
INTEGRITEITSCODE GOED WONEN ZEDERIK Vastgesteld door het MT op 14 oktober 2008 1 Integriteitscode Goed Wonen Zederik werkt met maatschappelijk kapitaal aan de realisatie van belangrijke maatschappelijke
Nadere informatieMelden van integriteitsschendingen in een beschermde omgeving
Melden van integriteitsschendingen in een beschermde omgeving Dr. Gudrun Vande Walle Forensic auditor Centrum Integriteit bij de federale Ombudsman CPS-studiedag: Accountability en politie 11 maart 2016
Nadere informatieINTEGRITEITSCODE 2019
INTEGRITEITSCODE 2019 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 2.0. Kaders van beleid... 3 3.0. Uitgangspunten van gedrag... 4 4.0. De 13 basisprincipes... 5 5.0. De integriteitscode in de praktijk... 7 1 1. INLEIDING
Nadere informatieGedragslijn integriteit Haarlemmermeer
Voorwoord Voor u ligt de gedragslijn integriteit van de gemeenteraad van Haarlemmermeer. Deze gedragslijn is een akkoord dat berust op commitment en betrokkenheid van raadsleden. De gedragslijn dient ter
Nadere informatieLEIDEN NAAR INTEGRITEIT Onderzoek naar de invloed van leiderschap op integriteit
LEIDEN NAAR INTEGRITEIT Onderzoek naar de invloed van leiderschap op integriteit Drs. Karin Lasthuizen k.lasthuizen@fsw.vu.nl VU Onderzoeksgroep Integriteit van Bestuur www.fsw.vu.nl/integriteit Centrale
Nadere informatieToezichtvisie van de Raad van Toezicht
Toezichtvisie van de Raad van Toezicht Aldus vastgesteld door de Raad van Toezicht d.d.14 december 2015 Toezichtvisie 2015-2022 Tegen de achtergrond van het discussiestuk van de Nederlandse Vereniging
Nadere informatieFUNCTIEBESCHRIJVING. Het afdelingshoofd Technische Zaken staat in voor de algemene leiding van de afdeling technische zaken.
FUNCTIEBESCHRIJVING Functie Graadnaam: AFDELINGSHOOFD Afdeling TECHNISCHE ZAKEN Functienaam: AFDELINGSHOOFD Dienst TECHNISCHE ZAKEN Functionele loopbaan: A4a A4b Omschrijving van de afdeling en dienst
Nadere informatieIntegriteit: spannender dan security
Integriteit: spannender dan security Security Congres Jaap ten Wolde 13 oktober 2010 Over de inleider KPMG 33 jaar. Oprichter van KPMG Forensic Oprichter en directeur van BING (Bureau Integriteit Nederlandse
Nadere informatieIntegriteitscode. Integriteitscode van de Stichting voor PC Voortgezet Onderwijs in de Noordoostpolder e.o
Integriteitscode Het college van bestuur van Stichting voor PC Voortgezet Onderwijs in de Noordoostpolder e.o. besluit gelet op richtlijn 9 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 tot vaststelling
Nadere informatieHet integriteitsbeleid van R&B Wonen
Het integriteitsbeleid van R&B Wonen Het integriteitsbeleid van R&B Wonen richt zich op vier hoofdgebieden: 1 Verdeling van schaars goed Hoe gaan we om met de verdeling van huur- en koopwoningen? 2 Zakelijk
Nadere informatieGEDRAGSCODE STAD ANTWERPEN WERKEN BIJ DE STAD ANTWERPEN WAT WORDT ER VAN ONS VERWACHT?
GEDRAGSCODE STAD ANTWERPEN WERKEN BIJ DE STAD ANTWERPEN WAT WORDT ER VAN ONS VERWACHT? Wij werken met 7 800 ambtenaren bij de stad Antwerpen. De burgers en de politici, de bedrijven en de bezoekers, iedereen
Nadere informatieFunctiebeschrijving TEAMVERANTWOORDELIJKE CULTUURCENTRUM A1a2a3a
Beschrijving doel en visie Binnen de eengemaakte organisatie, stad en OCMW, staat de burger centraal. Om dit te realiseren zijn er 3 klantgerichte sectoren: dienstverlening, samenleving en stadsontwikkeling
Nadere informatieProvincieraadsbesluit
1e Directie Dienst 12 Werving en Loopbaan Provincieraadsbesluit betreft verslaggever DEONTOLOGISCHE CODE PROVINCIEPERSONEEL mevrouw Carina Van Cauter De Provincieraad, Gelet op artikel 108 van het provinciedecreet;
Nadere informatieAuditchArter VAn het AGentSchAp Audit VLAAnderen 1 / 9
Auditcharter Van HET AGENTSChap AUDIT VLAANDEREN 1 / 9 Inhoudsopgave MISSIE VAN HET AGENTSCHAP AUDIT VLAANDEREN... 3 ONAFHANKELIJKHEID... 4 OBJECTIVITEIT EN BEKWAAMHEID... 5 KWALITEIT VAN DE AUDITWERKZAAMHEDEN...
Nadere informatieOpzet onderzoek. Overzicht presentatie. Overzicht presentatie. Ethiek en integriteit. Belang van integriteit bij de politie
Opzet onderzoek Implementatiestrategieën voor de deontologische code van de Belgische politiediensten: een toolbox voor een modern integriteitsbeleid Evi Devis Jeroen Maesschalck Frank Hutsebaut Leuvens
Nadere informatieDE VERENIGINGSCULTUUR VAN NATUURPUNT DE WAARDEN EN DEONTOLOGIE VAN DE MEDEWERKERS VAN NATUURPUNT VOORAFGAANDE TOELICHTING EN PROCEDURE
DE VERENIGINGSCULTUUR VAN NATUURPUNT DE WAARDEN EN DEONTOLOGIE VAN DE MEDEWERKERS VAN NATUURPUNT VOORAFGAANDE TOELICHTING EN PROCEDURE Situering In mei 2007 werd een specifieke deontologische code voor
Nadere informatieBeleidsnota Misbruik en Oneigenlijk gebruik. Gemeente Velsen
Beleidsnota Misbruik en Oneigenlijk gebruik Gemeente Velsen 2 Inhoudsopgave Inleiding blz. 4 Definities blz. 5 Kader gemeente Velsen blz. 7 Beleidsuitgangspunten blz. 7 Aandachtspunten voor de uitvoering
Nadere informatieADVIES 84 OPRICHTING VAN HET INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP INSTITUUT VOOR INNOVATIE DOOR WETENSCHAP EN TECHNOLOGIE
ADVIES 84 OPRICHTING VAN HET INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP INSTITUUT VOOR INNOVATIE DOOR WETENSCHAP EN TECHNOLOGIE 22 januari 2004 Inhoud 1. Situering... 3 2. Advies...3 ADVIES BIJ HET VOORONTWERP
Nadere informatiePvdA Amsterdam, 7 mei 2012
PvdA Amsterdam, 7 mei 2012 Ten geleide Voor de Partij van de Arbeid geldt wet en regel én onze eigen moraal van soberheid en dienstbaarheid. In ons dagelijks politiek handelen laten wij ons daar door leiden.
Nadere informatieHuishoudelijk reglement van het remuneratiecomité van de Vlaamse overheid
Huishoudelijk reglement van het remuneratiecomité van de Vlaamse overheid Opdracht en algemene werkingsregels 1 - Het remuneratiecomité heeft aandacht voor het strategische beleid en neemt hierin een adviserende
Nadere informatieDEONTOLOGISCHE CODE BINNENLANDSE ZAKEN. dienstuitoefening externe relaties. verticale relaties. interne relaties. basiswaarden
DEONTOLOGISCHE CODE dienstuitoefening externe relaties interne relaties verticale relaties basiswaarden FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN De maatschappij is de laatste jaren sterk geëvolueerd
Nadere informatie1. De raad van bestuur doet ertoe
1. De raad van bestuur doet ertoe Het is belangrijk om periodiek en preventief de inrichting van de raad van bestuur van het ziekenhuis te bespreken. Toch gebeurt dit weinig. Deze waarneming wordt gedeeld
Nadere informatieAdvies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking
Brussel, 5 juli 2006 050706_Advies_kaderdecreet_Vlaamse_ontwikkelingssamenwerking Advies over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking 1. Inleiding Op 24 mei 2006 heeft Vlaams minister
Nadere informatieVLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2014/3 naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan
VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2014/3 naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan 2015-2020 Vlaamse Ouderenraad vzw 5 november 2014 Koloniënstraat 18-24 bus 7 1000 Brussel Advies 2014/3 naar aanleiding
Nadere informatieGedragscode VolkerWessels
Gedragscode Gedragscode VolkerWessels 3 Voorwoord door de Raad van Bestuur VolkerWessels bouwt al 150 jaar met zorg aan projecten voor diverse opdrachtgevers. Onze nuchtere en verantwoordelijke aanpak
Nadere informatieIntegriteitsrisico s
Integriteitsrisico s Inspelen op kwetsbaarheden voor bestuurders, organisaties en ambtenaren Samenwerking tussen publieke organisaties en marktpartijen Integritisme en media-aandacht Moderne ambtenaar
Nadere informatieMartine Verluyten Voorzitter van het Auditcomité van de Vlaamse Administratie
1 Publieke versus private audit Gelijkenissen en verschillen een persoonlijke-ervaringsgebaseerde toelichting Martine Verluyten Voorzitter van het Auditcomité van de Vlaamse Administratie 2 2 1 Context
Nadere informatieProgramma. Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector (BIOS) 5/24/2013. Integriteit verankeren. Introductie. Over BIOS. Wat is integriteit?
Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector (BIOS) Integriteit verankeren Marijntje Zweegers, Hoofd BIOS 23 mei 2013 1 Programma Introductie Over BIOS Wat is integriteit? Visie op integriteit Verankeren
Nadere informatieDeontologische code voor de lokale mandatarissen van de Stad/OCMW Roeselare
Deontologische code voor de lokale mandatarissen van de Stad/OCMW Roeselare Deontologische code voor de mandatarissen van de stad/ocmw Roeselare Gekozen mandatarissen mogen het vertrouwen dat zij van hun
Nadere informatieKlokkenluidersregeling
REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND HOOFDSTUK 1. DEFINITIES Artikel 1. Definities In deze regeling worden de volgende definities gebruikt: betrokkene: degene die al dan niet in
Nadere informatieInformatie & Beroepsgeheim
Informatie & Beroepsgeheim Duffel 1 december 2009 Axel Liégeois, Waarden in dialoog, hoofdstuk 7, p. 147-181. Inleiding Afbakening onderwerp Alle gegevens over zorgvrager in zijn of haar leefwereld Mondeling
Nadere informatieTaakafbakening tussen een heilige Drievuldigheid : Departement, Agentschap en Minister. Henny De Baets Administrateur-generaal
Taakafbakening tussen een heilige Drievuldigheid : Departement, Agentschap en Minister Henny De Baets Administrateur-generaal 07.05.2009 Visie op het thema What s the problem? : focus Trends breken of
Nadere informatieVereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Rotterdam en omgeving De Wet op het voortgezet onderwijs.
Definitieve versie, 7-11-2017 De raad van bestuur van Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Rotterdam en omgeving besluit gelet op richtlijn 9 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO tot vaststelling
Nadere informatieMEDEDELING AAN DE VLAAMSE REGERING
De minister president van de Vlaamse Regering Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed en Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en armoedebestrijding
Nadere informatieAanwervingsprocedure voor de functie van deskundige personeel (B1- B3) (m/v) ten behoeve van de personeelsdienst voltijds contractueel bepaalde duur
Aanwervingsprocedure voor de functie van deskundige personeel (B1- B3) (m/v) ten behoeve van de personeelsdienst voltijds contractueel bepaalde duur + samenstelling wervingsreserve 1 jaar Het vast bureau
Nadere informatieAudit Vlaanderen & de Leidraad Organisatiebeheersing
Wat u zeker moet weten over Audit Vlaanderen & de Leidraad Organisatiebeheersing VOOR LOKALE BESTUREN AUDIT VLAANDEREN www.auditvlaanderen.be 1 Inhoud AUDIT VLAANDEREN 5 INTERNE CONTROLE OF ORGANISATIEBEHEERSING?
Nadere informatieProcesaudit Integriteit Verantwoordingsdocument
Procesaudit Integriteit Verantwoordingsdocument Datum 1 december 2017 Auteur Trudi Seedorf Naam document verantwoordingsdocument Status definitief 1 1. Beleid Het gemeentebrede Integriteitsplan 2014-2018
Nadere informatieFunctiebeschrijving DESKUNDIGE TEWERKSTELLING EN SOCIALE ECONOMIE B1-B3
Beschrijving doel en visie Binnen de eengemaakte organisatie, stad en OCMW, staat de burger centraal. Om dit te realiseren zijn er 3 klantgerichte sectoren: dienstverlening, samenleving en stadsontwikkeling
Nadere informatieZelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties
Zelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties Het gaat om de volgende zeven verandercompetenties. De competenties worden eerst toegelicht en vervolgens in een vragenlijst verwerkt. Veranderkundige
Nadere informatieOfschoon de invulling ervan verschilt, gelden zowel voor een gemeentepersoneelslid als voor een gemeenteraadslid volgende basisideeën:
DEONTOLOGISCHE CODE VOOR GEMEENTEPERSONEEL 1. Inleiding De gemeente Zulte heeft het volste vertrouwen in haar personeelsleden. Dit neemt niet weg dat men als personeelslid van de gemeente Zulte soms geconfronteerd
Nadere informatieSPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL
SPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL Bij werken, zowel betaald als vrijwillig, hoort leiding krijgen of leiding geven. De vraag wat effectief leiderschap is houdt dan ook veel mensen bezig. De meningen hierover
Nadere informatieII. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING
II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING 2. VERSTEVIGING VAN RISICOMANAGEMENT Van belang is een goed samenspel tussen het bestuur, de raad van commissarissen en de auditcommissie, evenals goede communicatie met
Nadere informatieVerslag sessie geïntegreerde integriteit door Gerda Serbuyns
Verslag sessie geïntegreerde integriteit door Gerda Serbuyns Sessie gaat over geïntegreerde integriteit en de vraag hoe in de praktijk uit te voeren? Inhoud 1. Hoe integriteitsbeleid uitrollen en integreren?
Nadere informatiePortefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)
Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der
Nadere informatieIntegriteit en integriteitsbeleid
Integriteit en integriteitsbeleid 27 oktober 2016 Jeroen Maesschalck Leuvens Instituut voor Criminologie KU Leuven Jeroen.Maesschalck@kuleuven.be Heidi Paesen Leuvens Instituut voor Criminologie KU Leuven
Nadere informatieWERKPLUS WAREGEM FUNCTIE- EN COMPETENTIEPROFIEL ADJUNCT - DIRECTEUR
WERKPLUS WAREGEM FUNCTIE- EN COMPETENTIEPROFIEL ADJUNCT - DIRECTEUR 2/6 FUNCTIEBESCHRIJVING: Adjunct - Directeur Datum opmaak: 22-01-2012 Door: Nancy Cantens (Mentor consult) Datum bijwerking: Door: Reden
Nadere informatieCleanLease International Business principles: onze normen en waarden
Versie definitief Datum, 21 december 2011 CleanLease International Business principles: onze normen en waarden Inhoud 1 Inleiding CleanLease normen en waarden 2 Normen en waarden: medewerkers 3 Normen
Nadere informatieHoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)
Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012) De Hoge Raad voor Vrijwilligers (HRV) kijkt relatief tevreden terug op 2011, het Europees Jaar voor het Vrijwilligerswerk.
Nadere informatiePostNL Business Principles
3 december 2014 PostNL N.V. PostNL Business Principles Raad van Bestuur Auteur Director Audit & Security Titel PostNL Business Principles Versie 1.1 Dit document is een vertaling van de Engelstalige versie.
Nadere informatieBeroepscode OND. Verpleging en verzorging
Beroepscode OND Verpleging en verzorging Inleiding Wat is een beroepscode? Een beroepscode bevat ethische en praktische normen en waarden van het beroep. Omdat verpleegkundigen en verzorgenden een belangrijke
Nadere informatieRegeling Klokkenluiden
Regeling Klokkenluiden Doelgroep Deze regeling is van toepassing op alle medewerkers van Van Lanschot. Gepubliceerd door Compliance Vervangt Beleid d.d. 1 april 2015 Instemming verleend door De ondernemingsraad
Nadere informatieBeleidsplan Integriteit
Beleidsplan Integriteit Datum 8 september 2009 Versie Versie 1.0 Ambtelijk opdrachtgever: Opdrachtnemer: Onderzoeksteam: Tjeerd van der Zwan Concern control Marije Lamsma 2 1. Inleiding Waarom is integriteit
Nadere informatieIntegriteitscode. Stichting Scholengroep Leonardo da Vinci;
Integriteitscode Stichting Scholengroep Leonardo da Vinci Het college van bestuur van Stichting Scholengroep Leonardo da Vinci besluit d.d. 19 mei 2016 gelet op richtlijn 9 van de Code Goed Onderwijsbestuur
Nadere informatieKlantgericht Betrouwbaar Veilig Efficiënt Doeltreffend Integraal Wendbaar Open Digitaal Inclusief Duurzaam
Overzicht basisprincipes Klantgericht Betrouwbaar Veilig Efficiënt Doeltreffend Integraal Wendbaar Open Digitaal Inclusief Duurzaam De klant staat centraal in alles wat we doen. We zijn betrouwbaar voor
Nadere informatieDertien nr 44. Personeel. Ik bied een extra kans om uw zaak te herbekijken. Vlaams ombudsman is er ook voor ons. door Filip De Maesschalck
Dertien nr 44 Personeel Vlaams ombudsman is er ook voor ons Ik bied een extra kans om uw zaak te herbekijken door Filip De Maesschalck Ik ben niet de opperklachtenbehandelaar, de ultieme beschermheer tegen
Nadere informatieDe waterschappen als publieke opdrachtgever
De waterschappen als publieke opdrachtgever (periode 2014-2016) Voor iedereen die met de waterschappen te maken krijgt als opdrachtgever voor de realisatie van, of het beheer en onderhoud aan, (waterschaps)werken,
Nadere informatieMVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Extern MVO-management. MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie
MVO-Control Panel Instrumenten voor integraal MVO-management Extern MVO-management MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie Inhoudsopgave Inleiding... 3 1 Duurzame ontwikkeling... 4 1.1 Duurzame
Nadere informatieRapportage Competenties. Bea het Voorbeeld. support@meurshrm.nl. Naam: Datum: 16.06.2015. Email:
Rapportage Competenties Naam: Bea het Voorbeeld Datum: 16.06.2015 Email: support@meurshrm.nl Bea het Voorbeeld / 16.06.2015 / Competenties (QPN) 2 Inleiding In dit rapport wordt ingegaan op de competenties
Nadere informatieFunctiebeschrijving DESKUNDIGE NOODPLANNING B1-B3
Beschrijving doel en visie Binnen de eengemaakte organisatie, stad en OCMW, staat de burger centraal. Om dit te realiseren zijn er 3 klantgerichte sectoren: dienstverlening, samenleving en stadsontwikkeling
Nadere informatieDoelstellingenmanagement en monitoring vanuit de auditbril. Eddy Guilliams 1 april 2014
Doelstellingenmanagement en monitoring vanuit de auditbril Eddy Guilliams 1 april 2014 Agenda Interne controle/ organisatiebeheersing en audit Wie zijn we? Doelstellingen en monitoring in de leidraad organisatiebeheersing
Nadere informatieCommissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
vergadering C234 OPE18 zittingsjaar 2010-2011 Handelingen Commissievergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken van 12 mei 2011 2 Commissievergadering nr. C234 OPE18 (2010-2011) 12 mei 2011
Nadere informatieCentrale thema s vandaag. integriteit in perspectief goed besturen; integritisme integriteit? centrale dilemma s / thema s wat te doen: wie, wat?
INTEGRITEIT VAN BESTUREN Waar het om gaat, wat mis gaat en wat beter kan 8 april 2015 Leo Huberts VU GOED EN INTEGER BESTUREN Centrale thema s vandaag integriteit in perspectief goed besturen; integritisme
Nadere informatieKlokkenluidersregeling
Meldingsregeling overtredingen of misstanden Group Compliance Document informatie Titel Klokkenluidersregeling Auteur Group Compliance Versie 2.0 Datum 1 januari 2014 Inhoud 1. Inleiding... 2 1.1 Doel
Nadere informatieKeuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137
Keuzedeel mbo Zorg en technologie gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo Code K0137 Penvoerder: Sectorkamer zorg, welzijn en sport Gevalideerd door: Sectorkamer Zorg, welzijn en sport Op: 26-11-2015
Nadere informatieADVIES 159 FWO-SAMENWERKINGS- OVEREENKOMST EN BELEIDSPLAN JUNI 2011
ADVIES 159 FWO-SAMENWERKINGS- OVEREENKOMST EN BELEIDSPLAN 2012-2016 30 JUNI 2011 ADVIES 159 30 juni 2011 FWO-OVEREENKOMST EN BELEIDSPLAN 2012-2016 2/6 INHOUD SITUERING ADVIES 1. ALGEMEEN 2. EEN SPECIFIEK
Nadere informatieAdvies. Voorontwerp van decreet houdende wijziging van decretale bepalingen inzake wonen als gevolg van het bestuurlijk beleid
Brussel, 9 november 2005 091105_ Advies Voorontwerp van decreet houdende wijziging van decretale bepalingen inzake wonen als gevolg van het bestuurlijk beleid Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding... 3 2. Advies...
Nadere informatieGelezen het voorstel van de wethouder van Middelen en Sport van 4 juni 2003, P&O nr. 03/2314;
Regeling melden Integriteitschendingen Burgemeester en Wethouders van Rotterdam, Gelezen het voorstel van de wethouder van Middelen en Sport van 4 juni 2003, P&O nr. 03/2314; Gelet op artikel 125, derde
Nadere informatieSO/ Griffie. Gedragscode voor politiek ambtsdragers van de gemeente Hengelo
SAMENVATTING RAADSVOORSTEL ZAAKNUMMER BEHANDELEND AMBTENAAR SECTOR PORT. HOUDER SO/ Griffie AGENDANUMMER SAMENVATTING De gedragscode integriteit raadsleden werd oktober 2005 voor het laatst herzien. Als
Nadere informatieIntegriteit en de vertrouwenspersoon
Integriteit en de vertrouwenspersoon Contactbijeenkomst Integriteit Instituut voor Integriteitsmanagement en BedrijfsEthiek Sacha Spoor 2 juli 2015 Leadership Entrepreneurship Stewardship s.spoor@nyenrode.nl
Nadere informatiePRO EMMEN INTEGRITEITSCODE JUNI Bestuursverslag. PRO Emmen I N F PRO- E M M E N. NL
PRO EMMEN Bestuursverslag PRO Emmen INTEGRITEITSCODE JUNI 2017 2006. I N F O @ PRO- E M M E N. NL INLEIDING Integriteitscode Voor u ligt de Gedrags- en Integriteitscode zoals deze geldt voor Stichting
Nadere informatieBeleid Anti-omkoping Belfius. Compliance
Beleid Anti-omkoping Belfius Compliance Anti-omkoping beleid van Belfius Inleiding Belfius stelt alles in het werk om haar integriteit te waarborgen en haar reputatie ten aanzien van haar klanten, andere
Nadere informatieFunctiebeschrijving. Werkt onder de directe leiding van en rapporteert aan de algemeen directeur.
Functie Graadnaam: beleidsmedewerker Functienaam: beleidsmedewerker Afdeling: Beleidsondersteuning Dienst: Beleidsondersteuning Functionele loopbaan: A1a A3a Doel van de entiteit De beleidsmedewerker ondersteunt
Nadere informatieDEONTOLOGISCHE CODE LOYALITEIT
DEONTOLOGISCHE CODE Artikel 112 van het gemeentedecreet stelt dat de gemeenteraad een deontologische code vaststelt voor het gemeentepersoneel. In deze deontologische code dienen artikels 107 t.e.m. 111
Nadere informatieNN statement of Living our Values
NN statement of Living our Values Onze doelstelling Onze geschiedenis gaat terug tot 1845. Sindsdien is ons bedrijf gefuseerd, gegroeid en veranderd, maar de kern van wie wij zijn is hetzelfde gebleven:
Nadere informatieBrussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen
Brussel, 10 september 2003 091003_AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen Advies Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding...3 2. Krachtlijnen van het advies... 3 3. Advies...4 3.1.
Nadere informatieINHOUDSOPGAVE INTEGRITEITSCODE SPVOZN
Integriteitscode Stichting Primair en Voortgezet Onderwijs Zuid-Nederland Vastgesteld op 17 februari 2014 1 INHOUDSOPGAVE INTEGRITEITSCODE SPVOZN 1 Inleiding... 3 2 Wie vallen er onder de code?... 3 3
Nadere informatieCommissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 27 oktober 2014 ADVIES 2014-85 met betrekking tot de weigering om een kopie te verstrekken van de
Nadere informatie