UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar ZOMERECZEEM BIJ PAARDEN EN PONY S: MOGELIJKE BEHANDELINGSWIJZEN.
|
|
- Oscar de Croon
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar ZOMERECZEEM BIJ PAARDEN EN PONY S: MOGELIJKE BEHANDELINGSWIJZEN door Michèle CLARYSSE Promotor: Prof. Dr. P. De Backer Literatuurstudie in het kader van de Masterproef
2 De auteur en de promotor geven de toelating deze literatuurstudie voor consultatie beschikbaar te stellen en delen hiervan te kopiëren voor persoonlijk gebruik. Elk ander gebruik valt onder de beperkingen van het auteursrecht, in het bijzonder met betrekking tot de verplichting de bron uitdrukkelijk te vermelden bij het aanhalen van gegevens uit deze studie. Het auteursrecht betreffende de gegevens vermeld in deze literatuurstudie berust bij de promotor. De auteur en de promotor zijn niet verantwoordelijk voor de behandelingen en eventuele doseringen die in deze studie geciteerd en beschreven zijn.
3 WOORD VOORAF Graag wil ik van de gelegenheid gebruik maken om enkele mensen te bedanken die meegeholpen hebben om dit werk tot een goed einde te brengen. Hierbij denk ik in eerste instantie aan mijn promotor Prof. Dr. De Backer, die ik wil bedanken voor alle tijd en energie die hij in deze literatuurstudie geïnvesteerd heeft. Bij hem kon ik steeds terecht voor het nauwkeurig nalezen van mijn werk en nuttige tips. Ook wil ik mijn ouders bedanken voor de hulp bij de lay-out van deze literatuurstudie en in het bijzonder voor de steun die ik van hen kreeg bij het uitvoeren van mijn studie de afgelopen vier jaar.
4 INHOUDSTAFEL SAMENVATTING INLEIDING LITERATUURSTUDIE DEFINITIE SYMPTOMEN Algemeen Beschrijving van de letsels Macroscopisch Microscopisch OORZAAK EN PATHOGENESE Culicoides spp Levenswijze Biologische cyclus Soorten betrokken bij zomereczeem Immuunrespons Overgevoeligheidsreactie Type 1 overgevoeligheidsreactie Type 4 overgevoeligheidsreactie BIJKOMENDE FACTOREN EN INVLOEDEN Ras, grootte en vachtkleur Leeftijd en geslacht Voeder Huisvesting Land van geboorte Erfelijkheid BEHANDELINGEN Contact met Culicoides vermijden Opstallen en eczeemdekens Muggenwerende middelen Immuunmodulatie Desensibilisatie Hyposensibilisatie Antihistaminica Glucocorticoïden Vaccin tegen dermatofytose Eigenbloedtherapie Para-immunisatie Alternatieve behandelingen Kruiden Acupunctuur Homeopathie Toedienen van vrije vetzuren Injecties met vitamine C Methylsulfonylmethaan BESPREKING LITERATUURLIJST... 20
5 SAMENVATTING Zomereczeem is een seizoensgebonden erg jeukende dermatitis die veroorzaakt wordt door een allergische reactie tegen het speeksel van Culicoides muggen. Door de jeuk gaan de dieren zich voortdurend schuren, met het beschadigen van de huid tot gevolg waardoor secundaire bacteriële infecties kunnen ontstaan. De letsels die zich vooral lokaliseren ter hoogte van de manen, staartbasis, hoofd en oren kunnen variëren van kleine papulae en rechtopstaande haren tot lichenificatie van de huid in het chronisch stadium (Kleider en Lees, 1984). De symptomen komen het meest voor in de warmere maanden van het jaar (Heidmann, 2006). De Culicoides mugjes, waarbij er verschillende soorten van belang zijn, zijn vooral actief in de late namiddag en in de schemering (Vercruysse, 2006). Ze zullen ook meer steken bij warm weer en weinig wind (Rosenkrantz, 2003). De vrouwelijke muggen steken de paarden omdat ze het bloed nodig hebben voor de eiproductie. De muggen komen vooral voor in moerasachtige gebieden en in de nabijheid van stilstaande wateren zoals vijvers. Een belangrijk gegeven in het ontstaan van zomereczeem is, dat er steeds sensibilisatie met de speekselantigenen moet gebeuren (Rüsbüldt, 2007). Deze sensibilisatie houdt in dat het dier steeds in contact moet komen met het antigeen om er gevoeligheid voor te ontwikkelen. Tegen deze antigenen kan het dier al dan niet allergisch reageren. De types 1 en types 4 overgevoeligheidsreacties zijn de belangrijkste types van allergie die voorkomen bij zomereczeem. Zomereczeem is een multifactoriële ziekte. Meerdere factoren zoals ras, voeder, huisvesting, land van geboorte en erfelijkheid zullen van belang zijn bij het tot stand komen van de allergie. Leeftijd, grootte, vachtkleur en geslacht zouden geen invloed hebben op het ontstaan van de ziekte. De behandeling van zomereczeem is een complexe aangelegenheid en zal niet in alle gevallen verbetering teweeg brengen. De behandeling bestaat vooral uit reductie van het allergeencontact en het verzorgen van de klinische symptomen. Om het contact met Culicoides (de allergenen) te vermijden kan men de paarden opstallen, eczeemdekens opleggen of gebruik maken van muggenwerende middelen. Immuunmodulatie (stimuleren van het immuunsysteem) kan ook een rol spelen in de therapie. Hieronder verstaat men desensibilisatie- en hyposensibilisatietherapieën, het toedienen van antihistaminica, glucocorticoïden of vaccins tegen dermatofytose, maar ook eigenbloedtherapie en para-immunisatie horen thuis onder immuunmodulatie. Verder kan men ook zijn toevlucht zoeken in alternatieve behandelingen. Genezing bestaat tot nu toe nog niet, welke behandeling men ook toepast. Verdere onderzoeken in de toekomst zullen dus noodzakelijk zijn om een ideale behandeling tegen deze allergie te vinden. 1
6 1. INLEIDING Zomereczeem is een vervelende ziekte die een groot probleem vormt bij paarden, maar vooral bij pony s. De aandoening komt steeds meer voor en is niet meer beperkt tot enkele rassen, maar tast nu wereldwijd talrijke rassen aan. De paarden gaan zich vooral schuren in de warmere periodes van het jaar, namelijk in de lente en zomer met alle gevolgen van dien. Door het schuren ontstaan schaafwonden, die kunnen ontsteken of waarin secundaire bacteriële infecties de overhand kunnen nemen. Door de constante jeuk kunnen de wonden niet genezen omdat ze telkens terug opengeschuurd worden. Hierdoor wordt de levenskwaliteit van de door zomereczeem getroffen paarden flink aangetast. Bovendien gaan de prestaties van het paard achteruit en zijn deze paarden niet zo geliefd in de handel omdat ze extra verzorging nodig hebben. Eigenaars zijn dan ook vaak uren in de weer om hun paard te beschermen tegen de jeuk en vaak tevergeefs omdat zomereczeem een heel complexe en multifactoriële aandoening is. Helaas is er tot op de dag van vandaag nog steeds geen afdoende behandeling en is er ook nog geen doeltreffende behandeling die bij elk paard voor een reductie van de ergste symptomen zorgt (Rüsbüldt, 2007). Gegevens over de mogelijke oorzaken en behandeling van zomereczeem lopen in de literatuur dan ook erg uiteen. In deze literatuurstudie wordt het begrip zomereczeem nader gedefinieerd en worden de letsels en symptomen uitvoerig beschreven. De onderliggende oorzaken, alsook de immuunrespons van het dier die aan de basis van de aandoening ligt, zullen worden nagegaan. Tot slot wordt er ook voldoende aandacht besteed aan de mogelijke behandelingswijzen, hoewel voor deze aandoening geen doelmatige therapie bekend is. Het is duidelijk dat zomereczeem bij het paard nog steeds een ernstig probleem vormt en onderzoek in de toekomst zal misschien een oplossing bieden voor de talrijke paarden die aan deze aandoening lijden. 2
7 2. LITERATUURSTUDIE 2.1 DEFINITIE Zomereczeem is een seizoensgebonden, jaarlijks wederkerende jeuk gepaard gaande met dermatitis ten gevolge van een allergie voor het speeksel van bepaalde muggen. Verschillende types muggen kunnen hiervoor verantwoordelijk zijn, afhankelijk van de regio waarin het paard zich bevindt. Meestal zullen het muggen zijn behorende tot de Culicoides vorm (Rüsbüldt, 2007). Het is één van de meest voorkomende huidallergieën bij paarden (Pascoe en Knottenbelt, 1999) en kan het paard zwaar aantasten. Zo kan het zijn dat ze minder geschikt worden om mee te werken door de erge jeuk bij het zweten of dat ze geen zadel kunnen dragen (Kleider en Lees, 1984). Synoniemen voor de term zomereczeem die terug te vinden zijn in de literatuur zijn: dhobi itch, sweet itch, kasen, Queensland itch, summer sores, allergic dermatitis of mange (Pascoe en Knottenbelt, 1994). 2.2 SYMPTOMEN Algemeen Het meest voorkomende en belangrijkste symptoom is jeuk. Ten gevolge daarvan ontstaat sterke onrust en gaan de dieren zich voortdurend schuren op talrijke plaatsen. De manen, staartbasis, hoofd en oren worden aangetast. Volgens Kleider en Lees (1984) komen er ook letsels voor ter hoogte van de ventrale middellijn, de schouders, de borst en de tuber coxae. De paarden vertonen één van de drie patronen van huidziekten: ofwel een dorsale distributie van de oren tot de staart, ofwel een ventrale distributie, ofwel een combinatie van beiden (Knottenbelt en Pascoe, 1994). De symptomen komen het meest voor in de warmere maanden van het jaar, namelijk in de zomer en in de vroege herfst. In tropische tot subtropische gebieden kunnen deze zelfs tot tien maanden aanhouden (Heidmann, 2006). In het begin zijn de klinische tekenen mild, maar ze worden progressief ernstiger en elk jaar wordt de periode waarin ze voorkomen langer (Kleider en Lees, 1984). Door het schuren ondergaat de onderliggende huid ernstige pathologische veranderingen en kunnen de paarden zichzelf verwonden hetgeen kan leiden tot secundaire bacteriële infecties. Staphylococcusinfecties komen algemeen voor en kunnen de jeuk nog verergeren (Anthony, 2005). Rüsbuldt (2007) deelt zomereczeem in vijf stadia op : (1) Voorloper- of prodromale stadium, (2) Eerste of papuleuze stadium, (3) Schuur- of excoriatiestadium, (4) Secundair geïnfecteerd of ulcererend stadium, (5) Genezings- of regeneratiestadium Beschrijving van de letsels Macroscopisch In het begin worden de letsels gekarakteriseerd door kleine papulae en rechtopstaande haren. Door het schuren komt er immers serum vrij uit de huid en dit leidt tot rechtopstaande haren ( Colin, 2003). De jeuk veroorzaakt schuren gepaard gaande met schaafwonden. Dit leidt tot sereuze uitvloei, 3
8 gelokaliseerde alopecia en het ontwikkelen van verscheidene secundaire letsels (Anderson et al., 1988). Kale plekken en korstvorming komen voor. In het chronisch stadium treedt er lichenificatie op van de huid. Deze huidverdikking komt volgens Kleider en Lees (1984) erg vaak voor, vooral aan de ventrale middellijn. De gebieden met alopecia worden bedekt met haarstukjes van verschillende lengte (Kleider en Lees, 1984). Herhaalde blootstelling leidt tot hyperkeratose, kaalheid en verdikking van de huid met plooivorming (Anderson et al., 1988) Microscopisch Subepidermaal kan er oedeem, stuwing en perivasculaire cuffing teruggevonden worden (Anderson et al., 1988). Ten gevolge van de veroorzaakte ontstekingsreactie infiltreren eosinofielen. Mastcellen, macrofagen en langerhanscellen kunnen ook geïdentificeerd worden (Rüsbuldt, 2007). In de afgeschuurde epidermis komt acanthose (woekering van epidermale cellen) en parakeratose (abnormale verhoorning) voor (Anderson et al., 1988). De huid vertoont op bepaalde plaatsen sterkere pigmentatie en er zijn haarzakjes terug te vinden die niet meer actief zijn (Rüsbuldt, 2007). Kleider en Lees (1984) vermelden dat er ook locale necrose van de huid kan terug te vinden zijn. 2.3 OORZAAK EN PATHOGENESE Aangezien zomereczeem veroorzaakt wordt door een allergische reactie tegen het speeksel van de Culicoidesmuggen, wordt achtereenvolgens de levenswijze van de mug besproken evenals de overgevoeligheidsreacties die het mugje veroorzaakt Culicoides spp Levenswijze Culicoides behoren tot de orde van de Diptera (vliegen en muggen) en tot het genus Ceratopogonidae. Ze zijn echter ook bekend onder de namen: no-see-ums, biting midges, punkies (Rosenkrantz, 2003) of in het Nederlands: zandmuggen. Culicoides is een van de omvangrijkste en betekenisvolste soorten onder de Ceratopogonidae. Ze zijn slechts 5 tot 10 mm groot en erg slank (Rüsbuldt, 2007). De monddelen hebben de vorm van een steeksnuit, die de vrouwelijke muggen gebruiken om bloed te zuigen nodig voor de eiproductie. Elk species heeft een specifiek voedingsgebied op het lichaam van het paard dat gecorreleerd kan worden met de klinische symptomen (Rosenkrantz, 2003). Mannelijke muggen voeden zich echter met nectar (Van Grevenhof et al., 2007). De muggen zijn vooral actief in de late namiddag en in de schemering (Vercruysse, 2006). Ze zijn ook actiever bij warm weer en weinig wind (Rosenkrantz, 2003). De meeste soorten zijn exofiel en steken de dieren zelden op stal (Vercruysse, 2006), wat van belang kan zijn naar bestrijding toe (zie verder). Er zijn ongeveer 700 species geïdentificeerd waarvan er 130 bijtend zijn. Ze verschillen echter ook in geografische verspreiding. Om als oorzaak voor zomereczeem te worden aangeduid, moeten de mugjes aan verschillende voorwaarden voldoen. Ze moeten èn overvloedig aanwezig zijn in de omgeving van het paard, èn al aanwezig zijn voordat de overgevoeligheid begon èn in het juiste seizoen wanneer de ziekte 4
9 voorkomt. Bovendien moeten ze zich voeden met het bloed van de paarden en moeten ze zich voeden waar de letsels zich primair ontwikkelen (Greiner, 1995). Culicoides spp. worden niet enkel in verband gebracht met zomereczeem, het zijn ook vectoren voor het Bluetongue-virus en African horse sickness (Van Grevenhof et al., 2007) Biologische cyclus Aangezien de mugjes vooral voorkomen in moerasachtige gebieden leggen ze hun eieren vooral af in grote tot kleine oppervlakte wateren. Ook scheuren en holen in bomen waar een gematigd klimaat heerst, het donker is en 100% vochtig kunnen dienen als afzetplaatsen (Georgi, 1985). Het natuurlijk of kunstmatig zijn van het water speelt geen rol en ook de waterkwaliteit is niet van doorslaggevende betekenis bij de keuze van de afzetplaatsen (Rüsbüldt, 2007). De ontwikkeling van de eieren speelt zich zowel in zoet als in brak water en zelfs in zout water af (Anderson et al., 1988). Zoals hierboven reeds vermeld, gaan de drachtige wijfjes eerst bloed zuigen vooraleer ze hun eieren afleggen. Ze kunnen tot 400 eieren produceren. Deze eieren gaan via vier larvenstadia over naar één poppenstadium. De ontwikkeling duurt zo n twee tot vijf weken afhankelijk van de watertemperatuur (Rüsbüldt, 2007). Er zijn twee pieken in de vermeerderingscyclus: in april mei en in september oktober, als de broedplaatsen weer vochtig worden (Rüsbüldt, 2007) Soorten betrokken bij zomereczeem De soorten Culicoidesmugjes die verantwoordelijk zijn voor het fenomeen zomereczeem verschillen van land tot land en van continent tot continent. Bovendien kan deze allergie ook door Tabanus spp. (dazen), Stomoxys spp. (stalvliegen) en Haematobia spp. (steekvliegen) veroorzaakt worden (Knottenbelt en Pascoe, 1999). Rüsbüldt (2007) vermeldt echter ook dat Simulium spp. (kriebelmuggen) kunnen bijdragen tot de symptomen. Om te weten welke groep van insecten verantwoordelijk is voor de allergische reactie moet men nagaan welke insecten er precies aanwezig zijn op het juiste tijdstip en welke van deze zich effectief voeden met het bloed van de paarden. Zo zal men moeten kijken welke muggen er aanwezig zijn voor het optreden van de klinische symptomen, tijdens het aantreden van de symptomen en na het wegebben van de symptomen (Greiner, 1995). Men kan hiervoor op verschillende manieren te werk gaan. Zo kan men de betrokken species proberen te vangen op stal of in de omgeving waarin het paard zich bevindt of kan men intradermale huidtesten toepassen waarop verder niet ingegaan zal worden. Het aanzuigen met speciale apparatuur van de muggen die de paarden aanvallen is een tijdsrovende bezigheid, maar de enige methode waarbij men ook de plaats kan vaststellen waar de mug zich voedt op het paard. (Greiner, 1995). Gelijkaardige studies eveneens vermeld door Greiner (1995), werden gedaan in Engeland (Mellor en McCaig, 1974), Ierland (Townley et al., 1984) en Israël (Braverman, 1988). Volgens Kleider en Lees (1984) is C.obsoletus echter de meest voorkomende soort die teruggevonden kan worden in de buurt van paarden. Deze soort voedt zich vooral aan de ventrale middellijn. Deze vaststelling wordt ook bevestigd door Van der Rijt et al. (2008) die met een studie 5
10 nagingen welke soorten mugjes de paarden in Nederland parasiteren. Zij bekwamen de volgende resultaten: Total number control C. obsoletus C. pulicaris Other Total number hypersensitive C. Obsoletus C. pulicaris Other Sessions Sunset Afternoon Sunrise Night Total Tabel 1 : Aantal en soorten Culicoides spp. per tijdstip van de dag bij gezonde en geinfecteerde paarden. Ook hier vertegenwoordigt C. obsoletus het grootste aandeel met ongeveer 94.1%, gevolgd door C. pulicaris met 5.81%. C. stigma en C. vexans maken slechts een klein deel uit van het gevangen percentage, respectievelijk 0.06% en 0.03% (Van der Rijt et al., 2008) Immuunrespons Overgevoeligheidsreactie Zoals reeds vermeld is zomereczeem een allergische reactie. Dit betekent dat het immuunsysteem een overreactie gaat vertonen tegen allergenen. In dit geval bevinden de allergenen zich in het speeksel van de mug. De exacte allergenen zijn nog niet eerder geïdentificeerd, maar waarschijnlijk zijn de overvloedige proteïnen aanwezig in het speeksel hiervoor verantwoordelijk. Deze proteïnen zouden anticoagulerende en verteringseigenschappen vertonen die helpen bij de bloedvertering (Wilson et al., 2008). Van vele proteïnen zou de functie echter nog niet bekend zijn (Hellberg et al., 2006). In recentere studies, namelijk van Wilson et al. (2008) tracht men de allergenen in het speeksel te identificeren en na te gaan welke reageren met IgE in het serum van allergische paarden. Hellberg et al. (2006) trachtten het aantal en het moleculair gewicht te identificeren van speekselextract proteïnes afgeleid van C.nubeculosus die in staat waren om aan IgE antilichamen te binden in het serum van allergische paarden. Ook Wagner et al. (2008) probeerden via histaminevrijstellingsproeven de sensibilisatie tegen Culicoidesantigenen op te helderen. Belangrijk om te weten is dat er steeds sensibilisatie moet zijn tegen de insectenantigenen om zomereczeem te veroorzaken (Rüsbuldt, 2007). Dit wil zeggen dat het dier steeds in contact moet komen met het antigeen om er gevoeligheid voor te ontwikkelen. Een gesensibiliseerd paard kan symptomen van zomereczeem ontwikkelen, maar dit is niet strikt noodzakelijk (Rüsbuldt, 2007). Er bestaan verschillende types van overgevoeligheidsreacties. Het meest voorkomende type is het type 1 of de onmiddellijke overgevoeligheid, maar de allergie kan ook het gevolg zijn van een type 4 overgevoeligheidsreactie. Deze reactie wordt ook wel delayed type of hypersensitivity genoemd (Goddeeris en Cox, 2004). De tijd nodig om een respons op gang te brengen na contact met een Culicoidesantigeen is met andere woorden de determinerende factor om zomereczeem toe te wijzen aan een type 1 of een type 4 reactie. Naast het type 1 en het type 4 overgevoeligheid, bestaat er ook nog een type 2 en een type 3 overgevoeligheid, waar zomereczeem niet onder geclassificeerd kan worden. Type 2 overgevoeligheidsreacties worden veroorzaakt door een massale antistoffen- 6
11 afhankelijke complement-gemedieerde cellyse (voorbeeld: lyse van rode bloedcellen tijdens een bloedtransfusie). Het type 3 overgevoeligheid wordt echter veroorzaakt door een overmaat aan immuuncomplexen op een bepaalde plaats (Goddeeris en Cox, 2004). In verband met het begin, de intensiteit en de duur van de reactie werden vier verschillende reactiepatronen vastgesteld (Halldorsdottir en Larsen, 1989). Vooreerst zag men een zeer zwakke respons die toenam om een maximum te bereiken na vier uur. De reactie nam hierna af en was niet meer detecteerbaar na 24 uur. De tweede reactie was een goed merkbare vroege respons die toenam en een maximum bereikte na vier uur. De reactie nam hierna af en was ook niet meer waarneembaar na 24 uur. De derde reactie was een duidelijke vroege respons die toenam en een maximum bereikte na 4 tot 24 uur. Na 48 uur werd geen reactie meer vastgesteld. De vierde en laatste reactie bestond uit een zwakke of duidelijk waarneembare vroege respons die toenam om na 24 uur een maximum te bereiken. De reactie was nog steeds merkbaar na 48 uur. Een reactie na 4 uur zou wijzen op een late-fase respons van het onmiddellijke type (type 1). Omdat ook nog een reactie kan ontstaan na 24 en 48 uur kan er ook een reactie van het uitgestelde type ontstaan (type 2) Type 1 overgevoeligheidsreactie Algemeen Dit is een ontstekingsreactie gemedieerd door het IgE immunoglobuline-isotype die zich bindt aan mastcellen en basofielen. Deze reactie resulteert in het loslaten van farmacologisch actieve factoren door deze cellen. Andere benamingen voor deze overgevoeligheidsreactie zijn: onmiddellijke overgevoeligheid, zo genoemd omwille van de vlugge ontwikkeling na blootstellen aan het antigeen en atopische allergie, zo genoemd omdat de meest belangrijke factoren die de vorming van allergieën beïnvloeden genetisch zijn. Men spreekt dan van atopische individuen. Atopie betekent ook een hoger dan normale tendens om een IgE respons te geven (Goddeeris en Cox, 2004). Het is niet juist geweten waarom IgE (die de reactie induceert) en niet IgG geproduceerd wordt tegenover bepaalde antigenen. Bij de mens brengen immers niet alleen immunoglobulinen van het type E een allergie tot stand, maar zijn de immunoglobulinen van het type G ook belangrijk (Rüsbüldt, 2007). Er is wel aangetoond dat de antigenen van insecten bij voorkeur T- helper 2 cellen stimuleren. De type 1 overgevoeligheidsreacties ontstaan waarschijnlijk door een belangrijk IgE regulerende locus en via T- cel gemedieerde reacties. Er zou ook een bepaalde associatie zijn met bepaalde Major Histocompatibility Complex- haplotypes (Goddeeris en Cox, 2004). De antigeenrespons van mastcellen en basofielen Mastcellen bevinden zich verspreid in het cytoplasma en bevatten grote granules. IgE, dat geproduceerd wordt door plasmacellen nabij epitheliale oppervlakten, is specifiek voor individuele antigenen (Perris, 1995). De mastcellen binden vrije IgE moleculen op hun Fc epsilon receptor. Wanneer echter antigeen aan deze membraangebonden IgE bindt en wanneer twee IgE moleculen door antigeen overbrugd worden, zullen de mastcellen geactiveerd worden. Dit resulteert in het uitstorten van hun granules. Deze respons is heel snel, binnen de seconde na antigeen contact (Goddeeris en Cox, 2004). 7
12 De voorgevormde granules bevatten verscheidene stoffen: Histamine en serotine Trypsine of chymotrypsine-achtige neutrale proteasen Kallikreïnes Twee vooraf gevormde peptiden Proteoglycanen zoals heparine voor bindweefsel macrofagen en chondroïtinesulfaat voor mucosale mastcellen Belangrijke mediatoren van ontsteking. Vernietigen de dichtstbijzijnde cellen en activeren de complementcomponenten C3 en C5 tot anafylatoxines. Zetten kininogenen om in kinines: zoals bradykinine, een sterke vasodilatator. Chemotactisch voor eosinofielen en neutrofielen. Heparine is een antistollingsfactor en heeft antiontstekingsactiviteit. Tabel 2 : Functie van de stoffen in de voorgevormde granules. Na activatie vormen de mastcellen ook PAF (platelet activating factor) wat de bloedplaatjes en neutrofielen ageert. De antigeen-antistofbinding activeert de celmembraan fosfolipasen, waardoor arachidonzuur vrijgesteld wordt. Arachidonzuur dient dan als precursor van tromboxanen en leukotrieën. De leukotrieën zijn chemotactisch voor neutrofielen en monocyten en zorgen voor een verhoogde permeabiliteit van de capilairen (Goddeeris en Cox, 2004). Deze vaso-actieve substanties leiden bijgevolg tot erytheem ten gevolge van de capilaire vasodilatatie en tot oedeem veroorzaakt door de stijgende permeabiliteit (Perris, 1995) Type 4 overgevoeligheidsreactie In tegenstelling tot type 1 overgevoeligheidsreacties waar een onmiddellijke respons bekomen wordt, duurt het hier verschillende uren voordat zich een type 4 reactie zal ontwikkelen. Vandaar ook de naam delayed type of hypersensitivity. Deze reactie ontstaat ten gevolge van de interactie van antigenen met T cellen via antigeenpresenterende cellen zoals dendritische cellen of macrofagen. Het antigeen wordt gepresenteerd aan T cellen die hierdoor op hun beurt geactiveerd worden en een aantal lymfokines zoals IFN-γ, MIF, MCF, IL-2 en TNF-ß zal vrijstellen. Deze lymfokines zullen de macrofagen activeren tot verhoogde fagocytose met hogere concentraties van lysosomale enzymen. Deze enzymen zullen echter uitlekken in de omgevende weefsels en leiden tot weefseldestructie. Klinisch zal erytheem en verharding opgemerkt worden (Goddeeris en Cox, 2004). 2.4 BIJKOMENDE FACTOREN EN INVLOEDEN Ras, grootte en vachtkleur Ras In principe zijn alle paardenrassen gevoelig voor allergieën en daardoor ook voor zomereczeem, toch is de IJslander met een gemiddeld aandeel van 18% paarden met zomereczeem zeker een van de ergst getroffen rassen (Rüsbüldt, 2007). Enkele cijfers: in Zweden is 15 % van de IJslanders aangetast, in West- Duitsland 14,4 % en in Denemarken 10 tot 15 % (Broström en Larsson, 1987). Ongeveer 50% van de IJslanders ontwikkelt zomereczeem na export vanuit IJsland naar het Europese continent (Björnsdottir et al., 2006). Het land van geboorte zou hier dus eventueel een invloed kunnen hebben (zie verder). Ook bij Arabieren en Friezen komt zomereczeem bij een groot deel van de populatie voor (Rüsbüldt, 2007). Uit een Nederlandse studie (Van Grevenhof et al., 2007) waar 8
13 Shetlanders en Friezen onderzocht werden, bleken Shetlanders minder kans te hebben om zomereczeem te ontwikkelen in vergelijking met Friezen. In de Verenigde Staten ziet men het fenomeen ook dikwijls bij Quarter horses, Paints en Appaloosa s (Rüsbüldt, 2007). In een recente studie (Steinman et al., 2003) bleek de prevalentie het hoogst bij pony s en het laagst bij warmbloedpaarden. Er is dus een duidelijke rasgebondenheid voor wat betreft het voorkomen van zomereczeem. Grootte en vachtkleur De grootte en de vachtkleur zouden geen invloed hebben op het ontstaan van zomereczeem. In de reeds geciteerde Nederlandse studie (Van Grevenhof et al., 2007) met Shetlanders en Friezen had de schofthoogte geen invloed Leeftijd en geslacht Leeftijd Broström en Larsson (1987) deelden de onderzochte paarden op in twee groepen, jonger en ouder dan 7 jaar. Men stelde vast dat de prevalentie van zomereczeem duidelijk lager was bij paarden jonger dan 7 jaar dan bij paarden ouder dan 7 jaar. Dit was vooral het gevolg van een langere blootstelling aan risicofactoren. Jonge paarden zijn dikwijls minder aangetast. De leeftijd op zich is niet zo belangrijk, veel belangrijker is het aantal graasseizoenen (Van Grevenhof et al., 2007). Geslacht In dezelfde studie vonden Bronström en Larsson (1987) geen significant verschil tussen het aantal aangetaste hengsten (4,6%) en het aantal aangetaste merries (5,9%) en ruinen (4,4%) in de groep jonger dan 7 jaar. In de groep ouder dan 7 jaar was de prevalentie echter lager bij de hengsten. Maar ook dit verschil was statistisch niet significant. Rüsbüldt (2007) vermeldt dat de gevoeligheid voor eczeem bij merries verandert tijdens de hengstigheid, in de drachtigheid en in de lactatiefase. Vermoedelijk is dit hormonaal bepaald Voeder Over het algemeen zou het soort voeder en de manier van voederen geen effect hebben op het voorkomen van zomereczeem. Toch zou overgewicht en tekorten aan mineralen en sporenelementen de gezondheid van de huid bedreigen. Interessant voor een paard met zomereczeem zijn het calciumgehalte, de calcium-fosforverhouding, het koper-, zink- en seleniumgehalte en de verhouding van deze sporenelementen ten opzichte van elkaar omdat deze verhoudingen kunnen afnemen tot zelfs een gebrek vertonen wanneer het paard verhaart. Een te hoog eiwitgehalte in de voeding zou ook een negatieve invloed op allergieën kunnen hebben (Rüsbüldt, 2007) Huisvesting Bij paarden die aanleg hebben voor zomereczeem en op onverzorgde, vochtige weiden worden gehouden, zal het ziektebeeld drastisch verergeren (Rüsbüldt, 2007). Van Grevenhof et al. (2007) bestudeerden het effect van huisvesting door Shetlanders en Friezen ad random te verdelen over de volgende huisvestingsmogelijkheden: continu op de weide, part time op stal en continu op stal. Volgende resultaten werden bekomen: 100% van de aangetaste Shetlanders bevonden zich continu op de weide. Het percentage Shetlanders met symptomen die part time op stal of continu op stal verbleven werd bijgevolg nul. Bij de Friezen waren de gegevens als volgt: 53,40% 9
14 van de aangetaste paarden stond continu op de weide, 44,93% ervan verbleef part time op stal en 1,67% werd continu op stal gehouden. De meest ernstige symptomen komen dus voor bij paarden die continu op de weide staan. Paarden continu op stal houden lijkt dus de beste manier van huisvesting. De stal moet echter adequaat worden afgesloten zodat Culicoidesmugjes niet binnen kunnen, wat echter meestal niet haalbaar is Land van geboorte Culicoides spp. komen voor in droge en warme gebieden, dikwijls in de nabijheid van beken, bossen en vijvers. In koude gebieden zoals IJsland komen ze echter niet voor. IJslanders geboren in IJsland zullen dus niet gesensibiliseerd zijn tegenover het Culicoidesantigeen. Als deze paarden geëxporteerd worden naar landen met andere klimatologische omstandigheden, zullen ze echter wel een allergie ontwikkelen. In een Zweedse studie (Bröström en Larsson, 1987) waarbij 441 IJslanders onderzocht werden, vond men dat 17% van de paarden zomereczeem vertoonden. In de volgende tabel wordt de prevalentie van zomereczeem bij IJslanders ten opzichte van hun geboorteland weergegeven. Geboorteland : Zweden IJsland Andere Totaal Aantal paarden Aantal aangetaste paarden % aangetaste paarden ,7 26,2 10,0 16,6 Tabel 3 : Prevalentie van zomereczeem bij IJslanders ten opzichte van hun geboorteland. Gelijkaardige resultaten werden gevonden voor IJslanders in Noorwegen, Denemarken en Duitsland (Björnsdottir et al., 2006). Het land van geboorte heeft dus wel degelijk een invloed op het al dan niet ontwikkelen van zomereczeem en de ernst van de symptomen Erfelijkheid Gezien de hoge frequentie van voorkomen van zomereczeem in bepaalde bloedlijnen van verschillende rassen wordt een erfelijke basis vooropgesteld. Hengsten en merries geven hun eczeem niet even sterk door aan hun nakomelingen. De invloed van de moeder is groter (Rüsbüldt, 2007). 2.5 BEHANDELINGEN Aangezien zomereczeem een zeer complexe aandoening is, zal het vaak moeilijk zijn om de juiste behandelingswijze te vinden. Bovendien lopen de meningen over de mogelijke behandelingen in de literatuur sterk uiteen. Een behandeling die bij het éne paard aanslaat, zal daarom niet altijd een verbetering teweeg brengen bij het andere paard. Een efficiënte behandeling werd nog niet gevonden. In principe geldt voor elke behandeling van zomereczeem het volgende: - Er is nog steeds geen enkele therapie waardoor een paard de aanleg voor overgevoeligheid verliest. - De eczeembehandeling helpt het best als er in april mee wordt begonnen. - Iedere methode moet consequent volgehouden worden (Rüsbüldt, 2007). 10
15 2.5.1 Contact met Culicoides vermijden Opstallen en eczeemdekens Opstallen Preventief kan men de paarden opstallen tijdens piekmomenten, dit wil zeggen op het moment dat de insecten zich gaan voeden ( s ochtends en na vier uur) (Perris., 1995). Kleider en Lees (1984) raden aan gedurende het muggenseizoen de paarden op te stallen drie uur voor het schemeren tot twee uur na het schemeren. Dit is waneer de meeste Culicoidessoorten zich voeden, hoewel sommige zich zelfs voeden gedurende gans de dag. Het zou ook ideaal zijn de staldeuren en vensters af te schermen met een zeer fijn net (Kleider en Lees, 1984). Dat het opstallen een effectieve maatregel kan zijn, werd bewezen door Mellor en McCaig (1974) die zes verdachte pony s in twee groepen verdeelden. De eerste groep werd de ganse dag op stal gezet en enkel gevoed met vers gras. Deze groep vertoonde geen symptomen. De tweede groep werd buiten gezet en vertoonde wel de klassieke symptomen van zomereczeem. Daarna wisselde men de beide groepen van plaats. De groep met de symptomen werd dus op stal gezet en de groep zonder symptomen buiten. Bij de groep op stal verdwenen de symptomen binnen de drie weken, de groep op de wei vertoonde letsels binnen de acht dagen. Plaatsen waar larven zich ontwikkelen zoals compost en stilstaand water (vijvers) dienen best gemeden te worden (Perris, 1995). Het verhuizen van de paarden naar winderige gebieden ver van rivieren en bossen zou ook een goede maatregel zijn aangezien de meeste muggen windsnelheden van tien kilometer per uur niet verdragen (Pascoe en Knottenbelt, 1999). Hierbij zullen de symptomen wel verdwijnen, toch de gevoeligheid niet. Eczeemdekens Aangezien opstallen vaak door vele eigenaars als een moeilijk te verwezenlijken maatregel ervaren wordt, zijn eczeemdekens een goed alternatief. De paarden kunnen dan immers dag en nacht buiten staan, terwijl ze toch beschermd zijn tegen de muggen. Deze dekens bestaan uit een speciaal net met mazen van heel kleine afmeting. Het deken beschermt ook meestal de hals en de buik. Bij sommige paarden kan zelfs een hoofdkap nuttig zijn. De dekens zijn commercieel beschikbaar, toch moet men er op letten dat ze goed passen, voldoende elastisch en ademend zijn (Rüsbüldt, 2007) Muggenwerende middelen Permethrine Permethrine is een plantaardig insecticide dat behoort tot de pyrethroïden- groep. Afhankelijk van de actieve bestanddelen en de farmacologische vorm worden ze gebruikt tegen diptera, mijten, luizen, vlooien en teken en kunnen dus bijgevolg aangewend worden voor de bestrijding van zomereczeem (Gustin et al., 2008). Volgens Vercruysse (2006) is de controle van de mugjes moeilijk. Er zijn namelijk geen insecticiden met een lang remanent effect. Toch vermeldt hij ook het gebruik van pyrethroïden. Deze kunnen aangewend worden als spray (permethrine) of als sput-on (deltametrine). Hun werking is echter steeds topicaal. Als ze op de huid aangebracht worden, zullen ze nauwelijks geresorbeerd worden en zich vlug verdelen over het lichaamsoppervlak. Worden ze (accidenteel) oraal opgenomen, dan zullen ze snel gemetaboliseerd worden door esterasen die bij zoogdieren zeer actief zijn (Gustin et al., 2008). Het gebruik van oormerken met pyrethroïden (gebruikt bij runderen) aangebracht t.h.v. de manen en de staart zou ook zinvol zijn (Vercruysse, 2006). 11
16 De werking van pyrethroïden berust op een neurotroop effect (Gustin et al., 2008). Sterke excitatie van het nerveuze systeem van het insect en blokkade van de sodiumbeweging in de zenuwcellen door de inhibitie van adenosine trifosfaat, acetylcholinesterase en de γ-aminoboterzuurreceptor leiden tot paralyse (De Raat et al., 2008). Een Engelse studie gaf ongeveer 86% controle met een 4%-ige cis-permethrine oplossing aangebracht dorsaal op het paard onder de vorm van pour-on. De oplossing dient hiertoe één tot drie keer per week aangebracht te worden (Stevens et al., 1988). In een recenter onderzoek beschreven door De Raat et al. (2008) werd het effect nagegaan van een plaatselijk aangebracht insecticide dat permethrine (3,6%) bevat op het aantal Culicoidesmuggen gevangen bij paarden met en zonder staart- en maneneczeem in Nederland. Men gebruikte in dit experiment veertien IJslanders: tien paarden (vijf paren) waren overgevoelig voor de insectenbeten en vier paarden (twee paren) waren dit niet. Gedurende twee opeenvolgende avonden werden de Culicoidesmugjes die op de paarden afkwamen gevangen door middel van een tentconstructie. Op de eerste avond waren beide paarden van ieder paar onbehandeld. Na de eerste vangsessie werd één van de paarden behandeld met twintig ml van het insecticide, door deze aan te brengen op de dorsale middellijn vanaf de oren tot de staart. Het behandelde en onbehandelde paard werden afzonderlijk gehouden, zodat de permethrine niet overgedragen kon worden door fysiek contact. Daarna werd de vangsessie op de tweede avond herhaald. Het aantal Culicoides, het percentage Culidoides obsoletus volgezogen met bloed en het totale aantal insecten aangetrokken tot de paarden 24 uur na behandeling was lager dan voor de behandeling, maar de verschillen waren niet statistisch significant (De Raat et al., 2008). Hoewel pyrethroïdes gekend zijn voor hun lage toxiciteit, kunnen ze na orale opname toch toxische verschijnselen teweegbrengen zoals: hypersalivatie, braken, ataxie, diarree, hyper- of hypothermie en erythreem. Fasciculaties van spieren en convulsies kunnen optreden. De dood kan intreden, dit meestal als gevolg van respiratoire problemen (Gustin et al., 2008). Benzylbenzoaat en propyleenglycol Deze insecticiden geven soms goede resultaten indien ze frequent aangebracht worden op de aangetaste huiddelen (Vercruysse, 2006). Mellor en McCaig (1984) beschrijven dat benzylbenzoaat het best werkt wanneer men het iedere dag aanbrengt om vier uur in de namiddag. Indien dit irritaties teweeg brengt, maakt men best een mengsel van benzylbenzoaat en een andere olie zoals lijnzaadolie of levertraan, dit in gelijke hoeveelheden van beide bestanddelen. Olieachtige middelen Oliën en vetten kunnen eveneens aangewend worden om de muggen op afstand te houden. Ze worden gebruikt om het ongemak te verlichten, maar zijn vaak niet effectief genoeg. Toch creëren ze een fysieke en afstotelijke barrière waardoor het insect niet kan penetreren (Anderson et al., 1988). De vetten laten immers een laagje op de huid achter waar het insect niet door kan steken. Men moet er rekening mee houden dat bij veelvuldig gebruik de poriën van de huid kunnen verstoppen, zodat men het paard op regelmatige basis zal moeten wassen (Rüsbüldt, 2007). Het toebrengen van een lichte olie op de rug van het paard kan wat verlichting bieden. Hiervoor is 200 ml van 0,5% fenvaleraat (200g/l) of als alternatief één liter van 0,1% fenvaleraat (200g/l) geschikt. Dit wordt om de zeven dagen aangebracht. Deze lichte olie zou ook helpen om de jeuk tegen te gaan en de haargroei te stimuleren. Hiervoor zouden minsten vier applicaties nodig zijn (Pascoe en Knottenbelt, 1999). 12
17 Rüsbüldt (2007) vermeldt het gebruik van verscheidene oliën die hier ter volledigheid kort besproken zullen worden in de onderstaande tabel. Ballistol Oorspronkelijk gebruikt als wapenolie. Neemt de jeuk weg, waardoor de huid snel kan genezen. Heeft een hele scherpe geur die de muggen weghoudt. Tea tree olie Olie afkomstig van theebomen in Australië. Bevordert de wondgenezing, neemt de jeuk weg en verdrijft de insecten. Neemolie Olie afkomstig van de neemboom, een tropische plant. Ze bevat onverzadigde vetzuren, etherische oliën en azadirachtine. De neemolie heeft een genezende, desinfecterende en muggenwerende werking. Leovet bio huidolie Leovet bio huidolie bevat hoogwaardige oliën, sint-janskruid, wortel en goudsbloem. De olie heeft een helende werking voor kleine wondjes en vermindert de jeuk. AE (Aegidienberger) Bestaat uit een mengsel van hoogwaardige oliën. De olie versterkt de huid, geeft de Emulsion vacht een glanzende kleur, verdrijft de muggen en neemt de jeuk weg. De olie is niet giftig en volledig biologisch afbreekbaar. Kruidnagelolie Wordt meestal gemengd met vliegenlotions om de werkingsduur te verlengen en allergische reacties te vermijden. De olie houdt de muggen goed op afstand. Wiemerskamper Dit product bevat etherische en verzorgende oliën die de huid goed herstellen, de jeuk Pflegeöl verminderen en de muggen afweren. Uiercrème Zeer geschikt voor het aanbrengen op aangetaste plaatsen. Het bevordert de wondheling. De crème bevat onder meer petrolatum, paraffinum liquidum, lanoline, triclosan en cymbopogon nardus. Paraffineolie Door de olie aan te brengen ontstaat een dikke vetlaag die de muggen weert. Paraffineolie kan als draagstof aangewend worden. Lanoline Lanoline is een wolvet en dient vooral gebruikt te worden als draagstof. Nivea Door de geur zal dit product de muggen afweren. Cederolie Deze olie verdrijft heel goed de muggen maar irriteert als het op open wondjes terecht komt en dient dus aangebracht te worden vooraleer zomereczeem uitbreekt (april). Hoefolie Geeft in tegenstelling tot de andere oliën een heel goed resultaat. Waarschijnlijk komt dit door dat deze olie teer bevat die antiseptische werking heeft. Levertraan Bevat vitamine A. Werkt de genezing van wondjes in de hand. Gemengd met honing geeft het ook goede resultaten. Tabel 4 : Het gebruik van de verschillende oliën ter preventie van zomereczeem Immuunmodulatie Immuunmodulatie of stimuleren van het afweersysteem moet de oorzaak van zomereczeem, namelijk de allergische aanleg van het paard voor het speeksel van de mug verminderen Desensibilisatie Volgens Rüsbüldt (2007) zou desensibilisatie of toebereiding van eigen bloed een effectieve manier zijn van immuunmodulatie. Men gaat op de volgende manier te werk: eerst wordt er bloed afgenomen van het allergische paard en worden de vrije antilichamen geïsoleerd. Deze antilichamen worden aangevuld met serumactivatoren zoals bijvoorbeeld aluminiumhydroxide. Dit complex wordt daarna weer in het lichaam geïnjecteerd. Doordat dit complex (met eigen antilichamen) in het lichaam als vreemd wordt beschouwd, zal het lichaam hierop reageren door antistoffen aan te maken tegen dit complex (anti- 13
18 antilichamen). Indien het paard nu in contact komt met een antigeen (epitopen in het speeksel van de mug) en hierop allergisch reageert zodat er heel veel antilichamen in het paard ontstaan, dan kunnen de anti-antilichamen (aangemaakt in de bovenstaande reactie) hiermee reageren en de antilichamen vernietigen en zodoende de overgevoeligheidsreactie indijken. Één injectie zal niet voldoende zijn en er zal elke dag een verdunde injectie van het bloed nodig zijn om ongeveer na zes weken voldoende weerstand te bieden. Één van de nadelen van deze therapie is dat ze werkt met vrije antilichamen in het bloed, maar dit zijn echter niet de antilichamen die een allergische reactie veroorzaken in tegenstelling tot celgebonden antilichamen die wel verantwoordelijk zijn voor de overgevoeligheid. De therapie kan dus in enkele gevallen falen en geeft voorlopig nog onvoldoende resultaten (Vercruysse, 2006). Een ander nadeel van deze methode is dat het een autotherapie is, omdat de bereiding van het verdunde bloed gebaseerd is op wat er op het moment van de bloedafname bij het paard in het bloed zit. De verdunde bloedoplossing kan dus niet bij andere paarden geïnjecteerd worden (Rüsbüldt, 2007) Hyposensibilisatie Hyposensibilisatie is een vorm van immunotherapie waarbij men het paard progressief vaccineert met hogere dosissen van allergeen. De injecties moeten zo gepland zijn dat ze een voldoende hoge dosis bevatten op het moment van verhoogde blootstelling namelijk in het voorjaar (Perris, 1995). Het injectieschema gaat als volgt: in het begin krijgt het paard elke week een injectie, daarna om de twee tot vier weken. De totale therapie duurt dikwijls een aantal jaren, vaak is levenslange behandeling noodzakelijk (Rüsbüldt, 2007). Het exacte mechanisme van de therapie waarbij de gastheerreactie afneemt is nog niet gekend. Verschillende hypotheses worden vooropgesteld: de afname van de IgE niveaus, de verlaagde activiteit van mastcellen en basofielen, de inductie van geblokkeerde antigenen, een generatie van allergeen specifieke suppressorcellen of een combinatie al deze. Als de paarden na twaalf maanden nog geen beterschap vertonen, dan zal de hyposensibilisatie hoogstwaarschijnlijk niet werken (Perris, 1995). Hyposensibilisatie werd geprobeerd met whole body extract van Culicoides. Anderson et al. (1996) merkten hierbij een vermindering van de klinische symptomen op. Dit in tegenstelling tot twee andere studies, de één uitgevoerd door Perris (1995) waarbij men geen verschil zag tussen de paarden behandeld met whole body extract van Culicoides en diegene behandeld met placebo en een andere studie gemaakt door Barbet et al. (1990) waarbij men de paarden injecteerde met extracten afkomstig van C.varripennis en men ook geen verbetering van de klinische symptomen waarnam. De slechte resultaten tot nu toe bekomen door hyposensibilisatie berusten hoogstwaarschijnlijk op het feit dat ieder paard een uniek patroon van antistofbinding vertoont met allergenen. Allergenen die de overgevoeligheidsreactie veroorzaken verschillen van paard tot paard. Wil men dus betere resultaten bekomen dan zal men vooraf een allergietest moeten doen. De resultaten van deze test zullen helpen bij het welslagen van de immunotherapie (Hellberg et al., 1996) Antihistaminica Antihistaminica blokkeren de histamine-1 receptor en kunnen gebruikt worden als behandeling voor zomereczeem, aangezien histamine een grote rol speelt bij het tot stand komen van een allergische 14
19 reactie (Rüsbüldt, 2007). Ze beletten echter niet de uitstorting en synthese van histamine (De Backer, 2008), maar gaan in competitie met histamine voor de histaminereceptoren ter hoogte van de effectorcellen (Gustin et al., 2008). Daarnaast nemen antihistaminica ook de jeuk weg, gaan ze urticaria tegen door de mastcellen te stabiliseren en hebben ze een antiserotinerge en anticholinerge werking (Rosenkrantz, 2003). De meest aangewende antihistaminica ter bestrijding van zomereczeem zijn de volgende (Anthony, 2005; Rosenkrantz, 2003): - pyrilamine-maleaat (1 mg/kg) - hydroxyzine hydrochloride (1 tot 1,5 mg/kg): dit product werkt beter in gevallen van urticaria dan van jeuk. - diphenhydramine (0,75 tot 1 mg/kg) - doxepin hydrochloride (0,5 tot 0,75 mg/kg) - chlorpheniramine (0,25 mg/kg) Antihistaminica worden best niet gebruikt als er tekenen zijn van prostaathypertrofie, obstructies ter hoogte van de blaashals, ernstige hartinsufficiëntie, gesloten hoekglaucoom en gastro-intestinale obstructies (Gustin et al., 2008). Bijwerkingen zijn afhankelijk van individuele factoren (leeftijd, geslacht, diersoort, enz.), het type en de dosis van het gebruikte antihistaminica. Ze bestaan meestal uit slaperigheid, gastro-intestinale en parasympaticolytische symptomen. Soms zullen er allergische reacties of teratogene effecten waargenomen worden (Gustin et al., 2008). Karakterveranderingen komen voor als het geneesmiddel ondergedoseerd wordt of niet op regelmatige basis wordt toegediend. Antihistaminica hebben vaak minder neveneffecten dan corticoïden, maar zijn vaak ook minder effectief (Rosenkrantz, 2003) Glucocorticoïden Synthetische glucocorticoïden, chemische derivaten van het natuurlijke cortison, kunnen gebruikt worden om de allergische reactie in het lichaam van het paard te onderdrukken. Dit kan zowel onder de vorm van injecties, het aanbrengen van zalven of het oraal toedienen (Rüsbüldt, 2007). Zalven genieten echter de voorkeur, aangezien er een minder groot risico voor bijwerkingen bestaat. Naast het onderdrukken van de allergische reactie zullen ze ook de jeuk verminderen. Volgende glucocorticoïden worden aangewend (Anthony, 2005): Prednisone en prednisolone Prednisone wordt in het lichaam omgezet tot prednisolone, hoewel nieuw onderzoek heeft uitgewezen dat dit niet in alle paarden gebeurt en men dus best prednisolone toedient (Rosenkrantz, 2003). Eerst wordt gestart met een dosis van 0,5 tot 1,5 mg/kg/dag gedurende zeven tot veertien dagen, daarna daalt de dosis van 0,2 tot 0,5 mg/kg elke 48 uur gedurende twee tot vijf weken. Dexamethasone De initiële injecteerbare dosis bedraagt 0,02 tot 0,1mg/kg. Gevolgd door een orale dosis die 0,01 tot 0,02 mg/kg elke 48 tot 72 uur bedraagt. Dexamethasone wordt aangeraden bij hardnekkige en zware gevallen van zomereczeem. 15
20 De glucocorticoïden werken ter hoogte van elk systeem in het lichaam en zullen dus invloed hebben op een groot aantal fysiologische functies. Dit zal naast een therapeutisch effect ook een aantal bijwerkingen tot gevolg hebben (Gustin et al., 2008). Daarom zal men een precieze diagnose moeten stellen en zal elk paard individueel behandeld moeten worden (Rosenkrantz, 2003). Het bepalen van de laagste effectieve dosis is hierbij heel belangrijk (Gustin et al., 2008). Neveneffecten treden vaak op bij ongecontroleerd gebruik van glucocorticoïden, vaak wanneer de fysiologische dosis wordt overschreden of wanneer er een langere behandeling wordt ingesteld. Volgende symptomen kunnen voorkomen (Gustin et al., 2008): - Hyperglycemie, met diabetus mellitus tot gevolg. - Redistributie van vetten - Polyurie, polydipsie, polyphagie - Osteoporose en verzwakking van ligamenten en pezen - Cornea-ulcera - Vertraagde littekenvorming - Vasoconstrictie in de bloedvaten van de hoef wat leidt tot laminitis (Anderson et al., 1988). - Immunosuppressie en veranderingen in het bloedbeeld, wat kan leiden tot secundaire infecties (Anderson et al., 1988). - Maagulcera - Glaucoom - Spieratrofie door hun katabole effect - Verwerpen - Inhibitie van hypothalamus-hypofysebijnier-as, wat kan leiden tot bijnierschorsinsufficiëntie. Om dit te verkomen dient men de dosis geleidelijk af te bouwen. - Huidatrofie - Natriumretentie - Spierzwakte en hartritmestoornissen veroorzaakt door hypokalemie Vaccin tegen dermatofytose Vaccins tegen dermatofytose of huidschimmel bij paarden kunnen echter ook toegediend worden ter behandeling van zomereczeem (Rüsbüldt, 2007). Het vaccin is bekend onder de merknaam Insol en is ontwikkeld door de firma Boehringer. Het heeft een immuunmodulerend effect. Het geïnactiveerde vaccin bevat Trichophyton equinum, T verrucosum, T.mentagrophytes, Microsporum canis en M.gypseum. Dit zijn schimmels die allen bij het paard kunnen voorkomen (Gustin et al., 2008). Het vaccinatieschema bij de bestrijding van zomereczeem verschilt echter van dat van de bestrijding tegen schimmels. Men vaccineert driemaal met een dubbele dosis om de veertien dagen, in tegenstelling tot twee injecties ter preventie van dermatofytose. Indien men het paard vaccineert moet men er op letten dat het de dag ervoor en drie dagen na de vaccinatie niet aan stress blootgesteld wordt, dat het paard op de dag van de injectie gezond is en met niet te veel endoparasieten belast is. Andere injecties tijdens de vaccinatieperiode worden best niet toegediend (Rüsbüldt, 2007). Soms kan het vaccin een pijnlijke zwelling veroorzaken ter hoogte van de injectieplaats. Algemene ziektetekens na inenten treden zelden op (Gustin et al., 2008) Eigenbloedtherapie Hierbij wordt bloed afgenomen van de halsslagader en onder de huid terug ingespoten ter hoogte van de borst of de hals. Dit bloed wordt buiten de bloedvaten als een vreemd eiwit beschouwd en afgebroken. Men vermoedt dat het immuunsysteem hierdoor kortstondig anders wordt belast, zodat er 16
Zomereczeem. Wat is zomereczeem?
Zomereczeem Wat is zomereczeem? Zomereczeem is een chronische seizoensgebonden en elk jaar terugkerende dermatitis. Paarden over de hele wereld zijn aangetast, met een globale prevalentie in alle paardenrassen
Nadere informatieStaart- en maneneczeem
Staart- en maneneczeem Dr. Robin van den Boom Dept. Gezondheidszorg Paard Faculteit Diergeneeskunde Universiteit Utrecht wat is het? hoe ziet het er uit? oorzaak diagnostiek therapie preventie toekomst
Nadere informatieChapter 10. Samenvatting
Chapter 10 Samenvatting 123 Samenvatting Samenvatting De term atopische dermatitis (AD) is voor de kat in 1982 geïntroduceerd door Reedy, die bij een groep katten met recidiverende jeuk en huidproblemen
Nadere informatie03 - Informatie over de sublinguale immonutherapie
03 - Informatie over de sublinguale immonutherapie Inhoud Wat is een allergie eigenlijk?... 1 Waarom is een behandeling nodig?... 1 Welke behandelingsvormen zijn mogelijk?... 2 Wat betekent 'specifieke
Nadere informatieSAMENVATTING IN HET NEDERLANDS
SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS Allergisch astma Allergisch astma is een veel voorkomende ziekte waarbij mensen benauwd worden wanneer ze de stof inademen waar ze allergisch voor zijn geworden. Daarnaast
Nadere informatiePENICILLINE-ALLERGIE
PENICILLINE-ALLERGIE PENICILLINE-ALLERGIE Penicillines maken deel uit van een grotere groep antibiotica die vaak gebruikt worden om bacteriële infecties te behandelen. Dit kan via pillen, injecties of
Nadere informatieDeficiëntie van de IL-1-Receptorantagonist (DIRA)
www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Deficiëntie van de IL-1-Receptorantagonist (DIRA) Versie 2016 1. WAT IS DIRA 1.1 Wat is het? Deficiëntie van de IL-1-receptorantagonist (DIRA) is een zeldzame
Nadere informatieDe genetische basis van zomereczeem of insect bite hypersensitivity Liesbet M. Peeters
De genetische basis van zomereczeem of insect bite hypersensitivity Liesbet M. Peeters Onderzoeksgroep Huisdierengenetica Promotoren prof. Nadine Buys, prof. Bruno Goddeeris, dr. Steven Janssens Zomereczeem
Nadere informatieSublinguale immunotherapie. Handboek voor de patiënt
Sublinguale immunotherapie Handboek voor de patiënt Inleiding De behandeling van allergische ademhalingsziekten (rinitis, astma) is gebaseerd op de controle van de omgeving, het vermijden van allergenen,
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het immuunsysteem Ons immuunsysteem beschermt ons tegen allerlei ziekteverwekkers, zoals bacteriën, parasieten en virussen, die ons lichaam binnen dringen.
Nadere informatieZiekteverwekkende micro-organismen dringen via lichaamsopeningen het lichaam binnen:
IMMUNITEIT 1 Immuniteit Het lichaam van mens en dier wordt constant belaagd door organismen die het lichaam ziek kunnen maken. Veel van deze ziekteverwekkers zijn erg klein, zoals virussen en bacteriën.
Nadere informatieNederlandse samenvatting. (voor iedereen dus )
(voor iedereen dus ) Iedere dag staan we bloot aan ontelbare schadelijke micro-organismen en stoffen. Om te overleven is het immuunsysteem constant in actie om deze factoren in ons lichaam te bestrijden.
Nadere informatiePatiëntenvoorlichting Urticaria en Angio-oedeem
Patiëntenvoorlichting Urticaria en Angio-oedeem Wat zijn urticaria en angio-oedeem? Urticaria Urticaria zijn hevig jeukende verheven rode vlekken op de huid met een centrale bleke opheldering. Is er sprake
Nadere informatieImmunologie. Afweer. Wij leven als levende organismen in evenwicht met onze omgeving
Immunologie Afweer 1 Wij leven als levende organismen in evenwicht met onze omgeving Verstoring van het evenwicht tussen organisme en omgeving kan ertoe leiden dat ons lichaam door indringers uit de omgeving
Nadere informatieInterne Geneeskunde Allergologie. Immunotherapie voor insectenallergie bij mastocytose
Interne Geneeskunde Allergologie Immunotherapie voor insectenallergie bij mastocytose Interne Geneeskunde Allergologie Wat is mastocytose? Mastocytose is de naam voor een zeldzame ziekte, die het gevolg
Nadere informatie01 - Informatie over de behandeling van allergieën
01 - Informatie over de behandeling van allergieën Inhoud Wat is een allergie eigenlijk?... 1 Waarom is een behandeling nodig?... 1 Welke behandelingsvormen zijn mogelijk?... 2 Wat betekent 'specifieke
Nadere informatieChapter. Nederlandse samenvatting
Chapter Nederlandse samenvatting 10 Allergische ziekten van de luchtwegen, zoals hooikoorts (allergische rhinoconjunctivitis) en allergisch astma zijn chronische ontstekingsziekten met klachten zoals tranende
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Het mucosale immuunsysteem Het afweersysteem beschermt het lichaam tegen infecties met bacteriën, virussen, schimmels en parasieten. De huid en de mucosale weefsels zoals bijvoorbeeld
Nadere informatieNRLP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts
www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro NRLP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts Versie 2016 1. WAT IS NRLP-12 GERELATEERDE TERUGKERENDE KOORTS 1.1 Wat is het? NRLP-12 gerelateerde terugkerende
Nadere informatieNederlandse samenvatting. Inleiding
Nederlandse samenvatting 157 Inleiding Het immuunsysteem (afweersysteem) is een systeem in het lichaam dat werkt om infecties en ziekten af te weren. Het Latijnse woord immunis betekent vrijgesteld, een
Nadere informatieUstekinumab. (Stelara) Dermatologie
Ustekinumab (Stelara) Dermatologie Inhoudsopgave Inleiding 4 1. Hoe werkt Ustekinumab (Stelara) 4 2. Wat moet u weten voordat u Ustekinumab (Stelara) gebruikt 5 Gebruik Ustekinumab (Stelara) niet 5 Wees
Nadere informatieDESENSIBILISATIE VOOR BIJEN- EN WESPENGIF
DESENSIBILISATIE VOOR BIJEN- EN WESPENGIF Dr. R. van Puijenbroek - Dr. D. Degraeve Hoe verloopt desensibilisatie voor bijen- en wespengif? Mensen die na een bijen- of wespensteek een ernstige veralgemeende
Nadere informatieSamenvatting SAMENVATTING
SAMENVATTING Een karakteristieke eigenschap van astma is ontsteking van de luchtwegen. Deze ontsteking wordt gekenmerkt door een toename van ontstekingscellen in het longweefsel. De overgrote meerderheid
Nadere informatieAppendix. Nederlandse Samenvatting
Appendix Nederlandse Samenvatting Nederlandse samenvatting INLEIDING Cooperia oncophora is de voornaamste dunne darm nematode bij runderen in streken met een gematigd klimaat, zoals West Europa. Dieren
Nadere informatieGenetische analyse van de gevoeligheid voor zomereczeem bij Belgische warmbloed paarden
3 de Vlaamse fokkerijdag 26 oktober 2011 Genetische analyse van de gevoeligheid voor zomereczeem bij Belgische warmbloed paarden LIESBET PEETERS Onderzoeksgroep Huisdierengenetica Departement Biosystemen
Nadere informatieSchimmelinfectie van de huid ("ringworm," dermatofytose) bij honden en katten
Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Dermatofytose is de medische term voor een schimmelinfectie van de oppervlakkige laag van de huid, nagels of haren. De infecties
Nadere informatieDemodex mijt (puppyschurft) bij de hond
Demodex mijt (puppyschurft) bij de hond Bij uw hond is aangetoond dat er Demodex mijten aanwezig zijn in/op de huid. Hoe komt uw hond hieraan en hoe komt uw hond er weer vanaf? Kunt u zelf verschijnselen
Nadere informatieSamenvatting. Nederlandse samenvatting
Page 143 Samenvatting Onder normale omstandigheden inhaleert een volwassen menselijke long zo n 11.000 liter lucht per dag. Naast deze normale lucht worden er ook potentieel toxische stoffen en micro-organismen,
Nadere informatieImmunotherapie. KNO-heelkunde. Beter voor elkaar
Immunotherapie KNO-heelkunde Beter voor elkaar 2 Immunotherapie Wat is Immunotherapie? Immunotherapie, ook wel hyposensibilisatie genoemd, is een behandeling die erop is gericht het eigen afweersysteem
Nadere informatieStaart- en maneneczeem steeds verder ontrafeld!
Staart- en maneneczeem steeds verder ontrafeld! Staart- en maneneczeem is een veel voorkomende allergische aandoening bij paarden en pony s en veroorzaakt veel leed. De afgelopen jaren hebben onderzoekers
Nadere informatieMEER DAN EEN HUIDPROBLEEM
ROYAL CANIN DIEETVOEDINGEN HELPEN UW HUISDIER WEER LEKKER IN ZIJN VEL TE LATEN ZITTEN SOMS IS EEN PROBLEEMHUID MEER DAN EEN HUIDPROBLEEM Wanneer de oorzaak van de huidproblemen gediagnosticeerd is, kan
Nadere informatieSAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Actief bestanddeel: Mucopolysaccharide-polysulfaat 300 mg per 100 g.
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Hirudoid 300 mg/100 g crème Hirudoid 300 mg/100 g gel 2. KWALITATIVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Actief bestanddeel: Mucopolysaccharide-polysulfaat
Nadere informatieBIJSLUITER. EQUIOXX 8.2 mg/g orale pasta voor paarden
BIJSLUITER EQUIOXX 8.2 mg/g orale pasta voor paarden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE Houder van de vergunning
Nadere informatie1 Epidemiologie van multipel myeloom en de ziekte van Waldenström
1 Epidemiologie van multipel myeloom en de ziekte van Waldenström Dr. S.A.M. van de Schans, S. Oerlemans, MSc. en prof. dr. J.W.W. Coebergh Inleiding Epidemiologie is de wetenschap die eenvoudig gezegd
Nadere informatieNieuwsbrief Paard Juni 2017
Nieuwsbrief Paard Juni 2017 Het is weer tijd voor een nieuwe nieuwsbrief. Lees verder voor tips, trics en nieuws rond zomereczeem. En: wat je altijd al wilde weten over vitaminen bij paarden. Krijgt jouw
Nadere informatieDermatologie. Urticaria. Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep
Dermatologie Urticaria Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep Wat is urticaria? Urticaria (urtica = brandnetel) is de medische naam voor netelroos of
Nadere informatieGeneesmiddelenallergie
Geneesmiddelenallergie Geneesmiddelovergevoeligheid Uw arts heeft u verwezen naar de polikliniek van de allergoloog omdat u mogelijk klachten heeft gekregen als het gevolg van medicatiegebruik. In deze
Nadere informatieECZEEM BIJ KINDEREN A1002
ECZEEM BIJ KINDEREN A1002 Inleiding Er bestaan veel verschillende soorten eczeem. Bij jonge kinderen is er vooral sprake van constitutioneel eczeem, ook wel atopisch eczeem of dauwworm genoemd. Dit is
Nadere informatieNederlandse samenvatting
171 172 Nederlandse samenvatting NEDERLANDSE SAMENVATTING Met vaccinaties kunnen veel ziektes voorkomen worden, zoals de mazelen, de rode hond en de griep. Echter een vaccin voor het voorkomen van kanker
Nadere informatieCollege 15 Allergie
College 15 Allergie 13-11-2013 Dit college gaat over allergie. Wat is precies een allergie? Welke immunologische mechanismen steken hier achter? Waarom ontstaat een atopie? Zijn er middelen om een allergie
Nadere informatieWerkstuk door een scholier 1620 woorden 6 maart keer beoordeeld. Wat is CPLD?
Werkstuk door een scholier 1620 woorden 6 maart 2003 5 10 keer beoordeeld Vak ANW Wat is CPLD? CPLD is de afkorting voor Chronische Polymorfe Licht Dermatose. Het is een huidaandoening waarbij de huid
Nadere informatieVerdiepingsmodule. Astma bij volwassenen: Aanvullende diagnostiek allergietest (Toets)
1. Toelichting Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard van oktober 2007 (tweede herziening) Allergie speelt een belangrijke rol in de pathofysiologie van astma: klachten en symptomen kunnen erdoor
Nadere informatieederlandse samenvatting
ederlandse samenvatting In hoofdstuk 1 wordt algemene achtergrond informatie gegeven over de diagnose, histologie, pathogenese en behandeling van constitutioneel eczeem (CE). CE is een veel voorkomende
Nadere informatieNederlandse Samenva ing
Nederlandse Samenva ing Nederlandse Samenva ing De ziekte van Crohn en colitis ulcerosa zijn de meest voorkomende vormen van chronische ontstekingen van het maag-darm-kanaal. In het engels wordt deze groep
Nadere informatieDermatologie. Urticaria. Slingeland Ziekenhuis
Dermatologie Urticaria i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Wat is urticaria? Urticaria (urtica = brandnetel) is de medische naam voor netelroos of galbulten. Het is een huiduitslag die vaak heftig
Nadere informatiedagziekenhuis inwendige geneeskunde Zoledroninezuur
dagziekenhuis inwendige geneeskunde Zoledroninezuur Inhoud Zoledroninezuur 3 Voorbereiding 3 Rijvaardigheid en gebruik van machines 3 Gebruik bij ouderen 4 Uitzonderingen bij gebruik 4 Combinatie met andere
Nadere informatieFamiliaire Mediterrane Koorts
https://www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Familiaire Mediterrane Koorts Versie 2016 2. DIAGNOSE EN BEHANDELING 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? Over het algemeen wordt de volgende aanpak
Nadere informatieDierenkliniek Goeree Overflakkee
Dierenkliniek Goeree Overflakkee De teksten van onze artikelen worden geschreven aan de hand van wetenschappelijke literatuur, maar ook op basis van onze eigen inzichten en ervaringen. Daarom kan de informatie
Nadere informatieDierenkliniek Goeree Overflakkee
Dierenkliniek Goeree Overflakkee De teksten van onze artikelen worden geschreven aan de hand van wetenschappelijke literatuur, maar ook op basis van onze eigen inzichten en ervaringen. Daarom kan de informatie
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Chapter 9 Inleiding Het dengue virus (DENV) en het West Nijl virus (WNV) behoren tot de Flaviviridae, een familie van kleine sferische virussen met een positief-strengs RNA genoom.
Nadere informatieSUIKERZIEKTE? Herken de symptomen! Informatie over veelvoorkomende symptomen en risicofactoren. www.dierensuikerziekte.nl
SUIKERZIEKTE? Herken de symptomen! Informatie over veelvoorkomende symptomen en risicofactoren Wat is suikerziekte? Suikerziekte - ofwel diabetes mellitus, de medische naam voor suikerziekte - is een aandoening
Nadere informatieVlooien zijn parasieten die leven van het bloed van een groot aantal warmbloedige dieren.
Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Vlooien zijn insecten die zich voeden door bloed op te zuigen van een gastdier. Vlooien hebben geen vleugels, maar hebben sterke
Nadere informatieWat is een allergie? Afweersysteem
De allergie survivalgids 15 Hoofdstuk 1 Wat is een allergie? Afweersysteem Voordat we uitleggen wat een allergie is, is het handig dat je eerst weet wat een afweersysteem is. Het afweersysteem van je lichaam
Nadere informatieMevalonaat Kinase Deficientië (MKD) (of Hyper IgD syndroom)
www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Mevalonaat Kinase Deficientië (MKD) (of Hyper IgD syndroom) Versie 2016 1. WAT IS MKD 1.1 Wat is het? Mevanolaat kinase deficiëntie is een genetische aandoening.
Nadere informatieSamenvatting. Figuur 1. Een T cel gemedieerde immuun response. APC: antigen presenterende cel; Ag: antigen; TCR: T cel receptor.
Samenvatting Het immuunsysteem Het menselijke lichaam bevat een uniek systeem, het immuunsysteem, wat ons beschermt tegen ongewenste en schadelijk indringers (ook wel lichaamsvreemde substanties of pathogenen
Nadere informatie12. Urticaria. Dermatologie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
12. Urticaria Dermatologie Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Wat is urticaria? Urticaria (urtica = brandnetel) is de medische naam voor netelroos of galbulten. Het is een huiduitslag
Nadere informatieImmunotherapie met inhalatie-allergenen
Immunotherapie met inhalatie-allergenen Interne Geneeskunde Allergologie Inleiding U reageert allergisch op stuifmeel, huisstofmijt en/of huidschilfers van katten. Deze stoffen die in de lucht voorkomen,
Nadere informatieBIJSLUITER. COXEVAC, suspensie voor injectie voor runderen en geiten
BIJSLUITER COXEVAC, suspensie voor injectie voor runderen en geiten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN
Nadere informatiePatiënten informatie polikliniek Allergologie. Geneesmiddelovergevoeligheid Juni 2011 vakgroep Allergologie
Patiënten informatie polikliniek Allergologie Geneesmiddelovergevoeligheid Juni 2011 vakgroep Allergologie Geneesmiddelovergevoeligheid Uw arts heeft u verwezen naar de polikliniek van de allergoloog omdat
Nadere informatieUrticaria en angio-oedeem
Urticaria en angio-oedeem URTICARIA EN ANGIO-OEDEEM Urticaria Urticaria zijn hevig jeukende verheven rode vlekken op de huid met een centrale bleke opheldering. Is er sprake van één bult of vlek dan spreekt
Nadere informatieWat is allergie? Wat is hooikoorts?
K.N.O. Allergie Deze folder heeft tot doel u informatie te geven over allergie en de daarbij behorende klachten. Als u recent bij de KNO-arts bent geweest, die u heeft verteld dat allergie één van de
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Samenvatting Schistosomen en het immuunsysteem van de gastheer De parasieten van de schistosoma familie zoals Schistosoma mansoni en Schistosoma haematobium veroorzaken de ziekte schistosomiasis, ook wel
Nadere informatieImmuunreactie tegen virussen
Samenvatting Gedurende de laatste eeuwen hebben wereldwijde uitbraken van virussen zoals pokken, influenza en HIV vele levens gekost. Echter, vooral in de westerse wereld zijn de hoge sterftecijfers en
Nadere informatieAllergisch contacteczeem
Dermatologie Allergisch contacteczeem i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Wat is allergisch contacteczeem? De term eczeem wordt gebruikt voor huidafwijkingen, die gepaard kunnen gaan met jeuk,
Nadere informatieSeborr hoïsch ecze em
Seborrhoïsch eczeem Wat is seborrhoïsch eczeem Seborrhoïsch eczeem is een huidaandoening die wordt gekenmerkt door roodheid en schilfering, die vooral voorkomt in het gezicht en op het behaarde hoofd.
Nadere informatieNederlandse samenvatting Liesbeth van rensen
Nederlandse samenvatting Liesbeth van rensen Wat is astma? Patiënten met astma hebben het regelmatig benauwd. Kenmerkend voor de ziekte is dat de benauwdheid gepaard gaat met een piepende ademhaling, hoesten
Nadere informatieBIJSLUITER Activyl Tick Plus spot-on oplossing voor honden
BIJSLUITER Activyl Tick Plus spot-on oplossing voor honden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Nadere informatieAllergie. A27/ Allergie bij kinderen
Allergie Wat is een allergie? Een allergie is een overdreven reactie (overgevoeligheidsreactie) van het afweersysteem op, in het algemeen niet-schadelijke stoffen, zoals: stuifmeel, huidschilfers van huisdieren,
Nadere informatieInleiding. Chapter 11. Achtergrond en doel van het onderzoek
Chapter 11 Inleiding Achtergrond en doel van het onderzoek Kanker is na hart en vaatziekten de belangrijkste doodsoorzaak in Nederland. Per jaar wordt in Nederland bij ongeveer 70.000 mensen kanker vastgesteld
Nadere informatiePatiënteninformatie over ernstige primaire IGF-1-deficiëntie en hoe Increlex daarbij kan helpen
Ipsen Endocrinologie Increlex (injectie met mecasermine [rdna-herkomst]) Patiënteninformatie over ernstige primaire IGF-1-deficiëntie en hoe Increlex daarbij kan helpen Voorlichtingsfolder zoals beschreven
Nadere informatieUW BEHANDELING MET MABTHERA FLUDARABINE CYCLOFOSFAMIDE
UW BEHANDELING MET MABTHERA FLUDARABINE CYCLOFOSFAMIDE KANKERCENTRUM UZ GENT Onco_hemato_009 INHOUDSTAFEL 01 Welke chemotherapie (= behandeling met cytostatica) krijgt u? 3 02 Hoe verloopt uw behandeling?
Nadere informatieFamiliaire Mediterrane Koorts
www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Familiaire Mediterrane Koorts Versie 2016 2. DIAGNOSE EN BEHANDELING 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? Over het algemeen wordt de volgende aanpak gehanteerd:
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Faaij, Claudia Margaretha Johanna Maria Title: Cellular trafficking in haematological
Nadere informatie, v16; FK Achtergrondinformatie Contacteczeem Pagina 1 van 5
2016127797, v16; FK Achtergrondinformatie Contacteczeem Pagina 1 van Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 april 2017 van de registratiehouders die
Nadere informatieBijsluiter NL versie B. BIJSLUITER 1/5
B. BIJSLUITER 1/5 BIJSLUITER GALASTOP, oplossing voor orale toediening voor honden en katten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK
Nadere informatie29/04/2013. hyposensibilisatie: werkt niet? Atopische dermatitis. atopische dermatitis. Jacqueline Sinke Mieke Leistra
MANAGEMENT VAN ATOPISCHE DERMATITIS MANAGEMENT VAN ATOPISCHE DERMATITIS BIJ BIJ DE DE HOND HOND hyposensibilisatie: werkt niet? onderzoek: 60-70% kans op succes Jacqueline Sinke Jacqueline Mieke Leistra
Nadere informatieAllergische rhinitis bij kinderen
Allergische rhinitis bij kinderen Dr. Jurjan R. de Boer KNO heelkunde Martini Ziekenhuis Epidemiologie Prevalentie allergische en niet allergische rhinitis in Nederland: 150 200 per 1000 personen/jaar
Nadere informatiewww.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Majeed Versie 2016 1. WAT IS MAJEED 1.1 Wat is het? Het Majeed syndroom is een zeldzame genetische aandoening. Kinderen met dit syndroom lijden aan chronische
Nadere informatieUrticaria en angio-oedeem. Sophia Kinderziekenhuis
Urticaria en angio-oedeem Sophia Kinderziekenhuis In deze folder vindt u informatie over de huidaandoeningen urticaria en angio-oedeem. Wij willen u vragen deze folder goed door te lezen, zodat wij u en
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/24600 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Mariman, Rob Title: Probiotic bacteria and the immune system : mechanistic insights
Nadere informatieBIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT
BIJSLUITER 1 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT PURETHAL Pollen, suspensie voor injectie voor subcutaan gebruik Gezuiverde allergenen uit een mengsel van 10 grassen Lees goed de hele bijsluiter voordat
Nadere informatieAllergie (allergische rhinitis)
Keel-, Neus- en Oorheelkunde Allergie (allergische rhinitis) www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Wat is allergie?... 3 Hooikoorts... 3 De belangrijkste allergenen... 3 Wat gebeurt er bij een allergieaanval?...
Nadere informatieSAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL MERILYM 3, suspensie voor injectie voor honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Samenstelling van één dosis (1 ml): Werkzame
Nadere informatieOvermatig drinken en plassen is een vaak voorkomend symptoom bij de. hond. Het kan veroorzaakt worden door verschillende ziekten in het
SUIKERZIEKTE Overmatig drinken en plassen is een vaak voorkomend symptoom bij de hond. Het kan veroorzaakt worden door verschillende ziekten in het lichaam. U kunt hierbij denken aan slecht functionerende
Nadere informatieZeldzame Juveniele Primaire Systemische Vasculitis
www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Zeldzame Juveniele Primaire Systemische Vasculitis Versie 2016 2. DIAGNOSE EN THERAPIE 2.1 Wat voor types vasculitis zijn er? Hoe wordt vasculitis geclassificeerd?
Nadere informatieWAT IS ORENCIA (ABATACEPT)?
WAT IS ORENCIA (ABATACEPT)? Wat is ORENCIA? Wat is ORENCIA? 3 Waarom heb ik ORENCIA voorgeschreven gekregen? 4 Wat kan ik verwachten van de behandeling met ORENCIA? 4 Hoe werkt ORENCIA? 4 Hoe neem ik ORENCIA?
Nadere informatieDermatologie AZ Maria Middelares Dr Linda Temmerman Dr Els Van Autryve Dr Veerle Dhondt Dr Jolien Veramme Dr Sam Dekeyser
10 09 2016 Urticaria bij kinderen, praktische aanpak in 2016 Dermatologie AZ Maria Middelares Dr Linda Temmerman Dr Els Van Autryve Dr Veerle Dhondt Dr Jolien Veramme Dr Sam Dekeyser Wat is urticaria?
Nadere informatiePeriodieke Koorts met Afteuze Faryngitis en Adenitis (PFAPA)
www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Periodieke Koorts met Afteuze Faryngitis en Adenitis (PFAPA) Versie 2016 1. WAT IS PFAPA 1.1 Wat is het? PFAPA staat voor Periodic Fever Adenitis Pharyngitis
Nadere informatieBIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIENT. Aciclovir Teva labialis 50 mg/g crème Aciclovir
BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIENT Aciclovir Teva labialis 50 mg/g crème Aciclovir Lees goed de hele bijsluiter, voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie in voor
Nadere informatieUrticaria en angio-oedeem
Urticaria en angio-oedeem Informatie afkomstig van de Nederlandse Vereniging voor Allergologie (juni 2011) In deze folder vindt u informatie over urticaria en angio-oedeem. Wat zijn urticaria en angio-oedeem?
Nadere informatieEén op de vijf kinderen heeft een ernstige allergie.
Allergieën Eén op de vijf kinderen heeft een ernstige allergie. Een allergie is een overreactie in het lichaam op een gewoonlijk onschadelijke stof die een allergeen wordt genoemd. De meest voorkomende
Nadere informatie8 maanden bescherming* tegen
Aanhoudende doeltreffendheid Gegarandeerde gemoedsrust voor uzelf! 8 maanden bescherming* tegen Biedt hun tot zijn spinachtigen, die zich vasthaken bij honden en katten (en soms ook bij de mens!) om hun
Nadere informatieKwantitatief onderzoek van zomereczeem bij BWP-paarden in Vlaanderen
Industriële en biowetenschappen - Geel Master in de biowetenschappen: landbouwkunde Animal life Kwantitatief onderzoek van zomereczeem bij BWP-paarden in Vlaanderen CAMPUS Geel Tine Verlinden Academiejaar
Nadere informatieZeldzame juveniele primaire systemische vasculitis
https://www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Zeldzame juveniele primaire systemische vasculitis Versie 2016 2. DIAGNOSE EN THERAPIE 2.1 Wat voor types vasculitis zijn er? Hoe wordt vasculitis
Nadere informatieSAMEN ME VAT A T T I T N I G
SAMENVATTING 186 Inleiding Het renine-angiotensine-aldosteron-systeem (RAAS) is een hormonaal systeem dat in belangrijke mate betrokken is bij de regulatie van bloeddruk en nierfunctie. Het RAAS is een
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Respiratoir syncytieel virus Het respiratoir syncytieel virus (RSV) is een veroorzaker van luchtweginfectiesvan de mens. Het komt bij de mens met name in het winterseizoen voor.
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Samenvatting Introductie Wat zijn T cellen? T cellen zijn witte bloedcellen die een cruciale rol spelen bij het beschermen tegen ziekteverwekkers zoals virussen en bacteriën. Dit doen zij door middel van
Nadere informatiewww.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Majeed Versie 2016 1. WAT IS MAJEED 1.1 Wat is het? Het Majeed syndroom is een zeldzame genetische aandoening. Kinderen met dit syndroom lijden aan chronische
Nadere informatieAllergie. Allergische rhinitis: een loopneus of verstopte neus
Allergie Allergische rhinitis: een loopneus of verstopte neus 2 Deze folder geeft u informatie over wat de KNO-arts in het CWZ met u bespreekt, zodat u zich kunt voorbereiden op het gesprek of na het gesprek
Nadere informatieNieuws van TerraLife. TerraLife nieuwsbrief. Geachte klant,
Nieuws van TerraLife Geachte klant, Wij zijn erg verheugd u hierbij onze eerste nieuwsbrief te mogen toesturen. In de nieuwsbrief van TerraLife willen we u graag informeren over actuele gezondheidsklachten,
Nadere informatie