WebEx-gebruikershandleiding voor sitebeheer

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "WebEx-gebruikershandleiding voor sitebeheer"

Transcriptie

1 Eerste publicatie: 14 juni 2015 Laatste wijziging: 15 september 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA USA Tel: NETS (6387) Fax:

2 THE SPECIFICATIONS AND INFORMATION REGARDING THE PRODUCTS IN THIS MANUAL ARE SUBJECT TO CHANGE WITHOUT NOTICE. ALL STATEMENTS, INFORMATION, AND RECOMMENDATIONS IN THIS MANUAL ARE BELIEVED TO BE ACCURATE BUT ARE PRESENTED WITHOUT WARRANTY OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED. USERS MUST TAKE FULL RESPONSIBILITY FOR THEIR APPLICATION OF ANY PRODUCTS. THE SOFTWARE LICENSE AND LIMITED WARRANTY FOR THE ACCOMPANYING PRODUCT ARE SET FORTH IN THE INFORMATION PACKET THAT SHIPPED WITH THE PRODUCT AND ARE INCORPORATED HEREIN BY THIS REFERENCE. IF YOU ARE UNABLE TO LOCATE THE SOFTWARE LICENSE OR LIMITED WARRANTY, CONTACT YOUR CISCO REPRESENTATIVE FOR A COPY. The Cisco implementation of TCP header compression is an adaptation of a program developed by the University of California, Berkeley (UCB) as part of UCB's public domain version of the UNIX operating system. All rights reserved. Copyright 1981, Regents of the University of California. NOTWITHSTANDING ANY OTHER WARRANTY HEREIN, ALL DOCUMENT FILES AND SOFTWARE OF THESE SUPPLIERS ARE PROVIDED AS IS" WITH ALL FAULTS. CISCO AND THE ABOVE-NAMED SUPPLIERS DISCLAIM ALL WARRANTIES, EXPRESSED OR IMPLIED, INCLUDING, WITHOUT LIMITATION, THOSE OF MERCHANTABILITY, FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE AND NONINFRINGEMENT OR ARISING FROM A COURSE OF DEALING, USAGE, OR TRADE PRACTICE. IN NO EVENT SHALL CISCO OR ITS SUPPLIERS BE LIABLE FOR ANY INDIRECT, SPECIAL, CONSEQUENTIAL, OR INCIDENTAL DAMAGES, INCLUDING, WITHOUT LIMITATION, LOST PROFITS OR LOSS OR DAMAGE TO DATA ARISING OUT OF THE USE OR INABILITY TO USE THIS MANUAL, EVEN IF CISCO OR ITS SUPPLIERS HAVE BEEN ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGES. Any Internet Protocol (IP) addresses and phone numbers used in this document are not intended to be actual addresses and phone numbers. Any examples, command display output, network topology diagrams, and other figures included in the document are shown for illustrative purposes only. Any use of actual IP addresses or phone numbers in illustrative content is unintentional and coincidental. Cisco and the Cisco logo are trademarks or registered trademarks of Cisco and/or its affiliates in the U.S. and other countries. To view a list of Cisco trademarks, go to this URL: Third-party trademarks mentioned are the property of their respective owners. The use of the word partner does not imply a partnership relationship between Cisco and any other company. (1110R) 2016 Cisco Systems, Inc. All rights reserved.

3 INHOUD Uw site configureren 1 Wijzigen wat gebruikers zien 1 Disclaimers instellen 1 Een disclaimer verwijderen 2 Een disclaimer uitschakelen 2 Een disclaimer inschakelen 3 Een standaardservice en -pagina voor uw site opgeven 3 De standaardpagina wijzigen 3 Standaard paginaopties 4 Een standaardtijdzone opgeven 5 Het aantal items in een lijst opgeven 6 De standaardvergaderingplanner instellen 6 Het venster met vergaderinggegevens wijzigen 7 De bovenste navigatiebalk wijzigen 7 De koppelingen van de linkernavigatiebalk voor Mijn WebEx aanpassen 8 De koppelingen van de linkernavigatiebalk voor alle services aanpassen 9 Planningssjablonen beheren 9 De standaard planningssjabloon wijzigen 10 Planningssjablonen weergeven of verbergen 10 Planningsjablonen verwijderen 10 Promotionele inhoud in WebEx verbergen 11 Aangepaste beperkingen voor gratis bellen weergeven 11 Persoonlijke ruimte inschakelen 12 Spark-interoperabiliteit inschakelen of uitschakelen 13 Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen 13 HD-video voor uw site inschakelen 14 Contactpersonen aan het adresboek van het bedrijf toevoegen 14 Eén contactpersoon toevoegen 14 Contactpersonen uit een CSV-bestand importeren 15 iii

4 Inhoud Contactgegevens bewerken 15 Contactgegevens verwijderen 16 Distributielijsten gebruiken 16 Wijzigen wat gebruikers kunnen doen 16 De standaardopties voor teleconferenties instellen 16 De standaardopties voor technische ondersteuning voor audio instellen 18 Standaardinbelnummers toewijzen 18 Maken en bewerken van TSP-audioaccounts toestaan 19 Teleconferentie met intern terugbellen inschakelen 19 Gebruikers toestaan interne deelnemers te identificeren 20 Gebruikers toestaan om sessiegegevens aan agenda's toe te voegen 20 Teleconferentierechten wijzigen voor alle gebruikers 21 Gebruikers toestaan extra services aan te vragen 21 Opties voor serviceaanvragen 22 Cisco Unified MeetingPlace-gebruikers toestaan om deel te nemen aan externe vergaderingen 23 Gebruikers toestaan om WebEx Connect of AIM Pro te downloaden 24 Gebruikers toestaan om sms-berichten te gebruiken 24 Gebruikers toestaan om integratie met IP-telefoons van Cisco te gebruiken 24 Gebruikers toestaan om een alternatieve host te gebruiken 24 Gebruikers toestaan om vergaderingen voor andere gebruikers te plannen 25 Gebruikers toestaan om hun persoonlijke vergaderruimte te personaliseren 25 Gebruikers toestaan het bestand dat wordt gedeeld af te drukken of op te slaan 26 De optie Inhoud delen met externe integraties inschakelen 26 De Bibliotheek met chatzinnen configureren voor Remote Support 27 Veelgebruikte zinnen en groepen maken 27 Groepen met zinnen aan agenten en wachtrijen koppelen 28 Gebruikers toestaan om WebEx-productiviteitstools te downloaden 28 De site-instellingen voor Productiviteitstools configureren 28 De opties voor Sitebeheer wijzigen 30 Een waarschuwing ontvangen wanneer de opslagcapaciteit van de site wordt overschreden 30 Gebruikers beheren 31 Over gebruikersaccounts 31 Gebruikers toestaan om accounts aan te vragen vanaf de site 32 iv

5 Inhoud Opties voor serviceaanvragen 33 Aanmeldingsaanvragen verwerken 33 Nieuwe gebruikersaccounts toevoegen 34 Gebruikersrechten 35 Wachtrijen voor WebACD selecteren 36 Pagina Gebruikers 37 Over het bewerken van gebruikersaccounts 37 Eén gebruikersaccount bewerken 38 Een Persoonlijke ruimte voor een gebruiker inschakelen 38 De URL voor de persoonlijke ruimte van een gebruiker wijzigen 39 Eén contactpersoon toevoegen 40 Gebruikersaccounts activeren en deactiveren 40 NBR-opnamen opnieuw toewijzen 40 NBR-opnamen uit een account verwijderen 41 Gebruikersaccountrechten instellen 41 Rechten voor afzonderlijke accounts instellen 42 Rechten voor afzonderlijke accounts 42 Rechten voor alle gebruikersaccounts instellen 43 Wachtwoordaanvragen verwerken 44 Serviceaanvragen verwerken 44 berichten naar alle gebruikers verzenden 45 Over het gebruik van traceercodes 45 Geef traceercodes op 46 Traceercodewaarden importeren 47 Opties voor batch-import en -export van gebruikers 47 Accounts importeren voor Cisco Unified MeetingPlace-gebruikers 47 gebruikersaccounts importeren 48 gebruikersaccounts bewerken 49 Status van uw import- of exportbewerking 50 Event Center beheren 51 De site-instellingen voor Event Center bijwerken 51 Site-opties 52 Overzicht Event Center-planningssjablonen 53 Event Center-planningssjablonen weergeven of verbergen 54 De standaard Event Center-planningssjabloon instellen 54 v

6 Inhoud Event Center-planningssjablonen verwijderen 54 Een gebeurtenis aan een andere host toewijzen 55 Het registratieformulier voor Event Center aanpassen 55 Mijn aangepaste opties 56 Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen 58 Meeting Center configureren 59 De pagina voor het einde van vergadering wijzigen 59 Site-opties 60 Over het gebruik van WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten 61 WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten inschakelen 61 Overzicht Meeting Center-planningssjablonen 62 Meeting Center-planningssjablonen weergeven of verbergen 62 De standaard Meeting Center-planningssjabloon instellen 63 Meeting Center-planningssjablonen verwijderen 63 Maximumbandbreedte voor video instellen 63 Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen 64 HD-video voor uw site inschakelen 64 De opties voor Remote Support instellen 65 De downloadopties voor Remote Support instellen 65 Klanten toestaan om agenten te kiezen 66 De videofeed voor Remote Support configureren 66 Remote Support-sessieformulieren 67 Items op pre- en post-sessieformulier aanpassen 67 Het pre-sessieformulier insluiten 68 Het venster voor de Remote Support-sessie aanpassen 69 Tabbladen met nieuwe stijl 70 Opties instellen voor het delen van CSR-toepassingen 71 Documenten en webinhoud delen 72 CSR-sessies automatisch opnemen 73 Schakelen tussen ontvangers op basis van context toestaan 73 Inactieve sessies automatisch beëindigen 74 De instructies voor ondersteuningsmedewerkers aanpassen 74 De opties voor Training Center instellen 77 Training Center e-commerce 77 Uw gegevens voor PayPal Payflow Pro invoeren 78 vi

7 Inhoud Configuratie-items: PayPal Payflow Pro 78 Uw gegevens voor PayPal Express Checkout (Canada) invoeren 79 Configuratie-items: PayPal Express Checkout (Canada) 79 Uw betalingsgegevens voor PayPal Express Checkout (VS) invoeren 80 Configuratie-items: PayPal Express Checkout (VS) 80 Uw betalingsgegevens voor PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) invoeren 81 Instellingen PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) 81 Schakelen tussen de test- en productiemodus 82 Kortingsbonnen toevoegen en verwijderen 82 Verloopdatum van kortingsbonnen verlengen 83 Uw bedrijfsgegevens invoeren 83 De pagina Creditcard aanpassen 84 De opties voor Training Center instellen 84 sjablonen beheren 85 sjablonen 85 sjablonen aanpassen 85 De standaard sjabloon herstellen 86 Hybride CMR-sjablonen begrijpen 86 Sitebeveiliging beheren 89 Beveiligingsopties instellen 89 Beveiligingsopties 90 Configuratie voor Eenmalige aanmelding opgeven 94 Door partner gedelegeerde verificatie inschakelen 95 Certificaten weergeven 95 Criteria voor sterke wachtwoorden opgeven 95 Specifieke tekens in uw wachtwoorden gebruiken 96 Opties voor sterke vergaderwachtwoordcriteria 97 Digitale certificaten (PKI) inschakelen 98 Het hoofdcertificaat beheren 98 Een certificaat aan een sessietype toewijzen 99 Sessietypen beheren 101 Over sessietypen 101 Uitleg van verschillende sessietypen 102 Aangepaste sessietypen maken 105 Een CUVC-sessietype (Cisco Unified Videoconferencing) maken 106 vii

8 Inhoud Een sessietype voor een hostaccount inschakelen 107 Een sessietype voor alle nieuwe gebruikers inschakelen 107 Een aangepast sessietype wijzigen 107 Een aangepast sessietype inschakelen of uitschakelen 108 De opties voor Remote Access instellen 109 Over Remote Access-opties 109 Computer instellen voor Remote Access 110 De Remote Access Agent instellen voor uw proxyserver 110 De standaardinstallatieopties instellen 111 Standaardinstallatiewaarden 111 De koppeling naar het installatieprogramma voor Remote Access naar gebruikers verzenden 113 Het installatieprogramma voor de Remote Access Agent downloaden 113 Een programma voor stille installatie om Remote Access te installeren 114 Een programma voor stille installatie gebruiken voor de installatie van Remote Access 115 De beveiligingsopties voor Remote Access opgeven 116 De toegangscode- of telefoonverificatieopties voor Remote Access-groepen wijzigen 117 De toegangscode of telefoonverificatieopties voor Remote Access-computers wijzigen 117 De beschrijving of alias voor en externe computer wijzigen 118 Groepen van Remote Access-computers beheren 118 Remote Access-groepen maken 118 Remote Access-computers en -groepen aan ondersteuningsmedewerkers toewijzen 119 De groepsnaam of beschrijving wijzigen 119 Computers of groepen opnieuw rangschikken 119 Een computer of groep verwijderen 120 Remote Access-sessies monitoren 120 De standaardweergave en -kleuren opgeven voor Remote Access 120 Weergave- en kleurinstellingen 121 De opties voor Access Anywhere instellen 123 Goedkeuring vereisen voor het installeren van Access Anywhere 123 Access Anywhere-aanvragen verwerken 124 Een lijst met externe Access Anywhere-computers weergeven 124 De Access Anywhere-sessie van een gebruiker beëindigen 125 Een externe computer uit het account van een gebruiker verwijderen 125 WebACD beheren 127 viii

9 Inhoud Een nieuwe wachtrij maken 127 Opties op het tabblad Configuratie 128 Opties op het tabblad Gebruikers 130 Opties op het tabblad Invoerformulier 131 Opties op het tabblad Invoerkoppeling 132 Opties op het tabblad Regels 132 Routeringsregels gebruiken 133 Toewijzingsregels gebruiken 134 Opties voor regels 134 Opties voor externe routering 136 Een wachtrij bewerken 137 Nieuwe velden aan het invoerformulier toevoegen 137 De volgorde van de velden op het invoerformulier wijzigen 138 Over de persoonlijke wachtrij 138 De persoonlijke wachtrij bewerken 138 De opties op het tabblad Configuratie (Persoonlijke wachtrij) 139 Formulieren voor het achterlaten van een bericht beheren 140 Overzicht formulier Bericht achterlaten 140 Een nieuw formulier Bericht achterlaten maken 141 Nieuwe velden aan het formulier Bericht achterlaten toevoegen 141 De volgorde van de velden op het formulier Bericht achterlaten wijzigen 142 De opties op de pagina Nieuw formulier maken 142 De opties op de pagina Formulier bewerken 143 De opties voor het wijzigen van de volgorde 143 Opties voor tekstvakken 143 Opties voor selectievakjes 144 Opties voor keuzerondjes 144 Opties voor vervolgkeuzelijsten 145 Een formulier Bericht achterlaten toewijzen aan een wachtrij 145 Rapporten genereren 147 Rapportenoverzicht 147 De pagina Rapport weergeven 147 Gebruiksrapporten weergeven 149 Een gebruiksrapport van de opnameopslag weergeven 149 Rapporten voor het opslaggebruik per gebruiker weergeven 150 ix

10 Inhoud Dashboardrapporten van Event Center weergeven 150 Support Center-rapporten weergeven 151 Training Center-rapporten weergeven 151 Remote Access-rapporten weergeven 152 Access Anywhere-rapporten weergeven 152 WebACD-rapporten weergeven 152 Rapport Vergaderingen bezig weergeven 153 Rapporten voor Event Center beheren 153 Dashboardrapporten van Event Center aanpassen 153 Een nieuw Event Center-rapport maken 154 Een opgeslagen Event Center-rapport openen 154 Event Center-rapporten downloaden 155 Een opgeslagen Event Center-rapport bewerken 155 Event Center-rapporten verwijderen 156 Beveiligde HTML-tags en -kenmerken gebruiken 157 HTML-tags en -kenmerken beveiligen 157 CSV-bestandsindelingreferentie 159 CSV-bestandsindeling voor gebruikersaccounts 159 Een CSV-bestandssjabloon maken 160 Accountgegevensvelden 161 CSV-bestandsindeling voor contactpersonen 182 Een CSV-bestandssjabloon maken 184 Contactgegevensvelden 184 CSV-bestandsindeling voor traceercodewaarden 186 Tijdzones 187 Variabelen in sjablonen 191 sjabloonvariabelen voor Meeting Center 191 sjabloonvariabelen voor Enterprise 196 x

11 HOOFDSTUK 1 Uw site configureren Wijzigen wat gebruikers zien, pagina 1 Wijzigen wat gebruikers kunnen doen, pagina 16 De opties voor Sitebeheer wijzigen, pagina 30 Wijzigen wat gebruikers zien Disclaimers instellen Wijzig de instellingen voor uw site om een aangepaste WebEx-ervaring te bieden. Kies instellingen die het waardevolst zijn voor uw gebruikers. Stel uw eigen aangepaste disclaimers in die worden weergegeven, elke keer als Een host een vergadering start Een deelnemer deelneemt aan een vergadering Viewers een opgenomen WebEx-sessie starten U kunt elk type disclaimer afzonderlijk instellen en beheren. Als deze optie is ingeschakeld, moeten gebruikers deze disclaimers accepteren om een vergadering te starten of eraan deel te nemen; of om deel te nemen aan een sessie of een sessieopname te bekijken. Gebruik een teksteditor om een disclaimerbestand te maken en sla het bestand op. De volgende bestandstypen worden ondersteund: HTML, HML en TXT. Maak een disclaimerbestand voor elk type disclaimer, en voor elke taal die uw site ondersteunt. 1

12 Disclaimers instellen Uw site configureren Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Disclaimers. Selecteer de optie Disclaimer uploaden op de pagina Disclaimers. Ga in het venster Bestand uploaden naar de bestandslocatie op uw computer en selecteer het bestand. Selecteer Openen. Als de upload is voltooid, wordt het disclaimerbestand weergegeven in de lijst met geüploade bestanden. Selecteer in de kolom Type in de lijst het betreffende type voor de disclaimer. Selecteer in de kolom Taal in de lijst de betreffende taal voor de disclaimer. Schakel in de kolom Toepassen op Center(s) de selectievakjes voor de services in waarvoor u de disclaimer wilt weergeven. MC - Meeting Center EC - Event Center TC - Training Center SC - Support Center Stap 9 0 (Optioneel) Als u een voorbeeld van de disclaimer wilt bekijken, selecteert u de bestandsnaam. U kunt ook in de kolom Acties de betreffende knop Meer selecteren en vervolgens Voorbeeld selecteren. De disclaimer wordt geopend in een nieuw browservenster. Selecteer Opslaan. Een disclaimer verwijderen Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Disclaimers. Selecteer in de kolom Acties de betreffende knop Meer en selecteer Verwijderen. Klik op OK om het bestand te verwijderen. Een disclaimer uitschakelen Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Disclaimers. Selecteer in de kolom Acties de betreffende knop Meer en selecteer vervolgens Uitschakelen. De disclaimer en daaraan gekoppelde configuratieopties zijn pas beschikbaar als u de disclaimer inschakelt. 2

13 Uw site configureren Een standaardservice en -pagina voor uw site opgeven Een disclaimer inschakelen Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Disclaimers. Selecteer in de kolom Acties de betreffende knop Meer en selecteer Inschakelen. Een standaardservice en -pagina voor uw site opgeven Deze procedure is alleen beschikbaar voor Enterprise-sites. U kunt aangeven welke service (bijvoorbeeld Meeting Center of Event Center) en pagina het eerst worden weergegeven wanneer een gebruiker uw site bezoekt. Stap 5 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar het gedeelte Siteopties. Als u een standaardservice wilt opgeven, selecteert u een service in de vervolgkeuzelijst Deze service standaard weergeven voor alle gebruikers. Als u een standaardpagina wilt opgeven, selecteert u een pagina in de vervolgkeuzelijst Standaardpagina voor. Selecteer Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. De standaardpagina wijzigen U kunt de pagina opgeven die wordt weergegeven als gebruikers zich aanmelden. Gebruikers kunnen uw instellingen overschrijven en een andere standaardpagina selecteren in hun Mijn WebEx-profielen. Selecteer een van de volgende opties op de linkernavigatiebalk: Configuratie > Meeting Center Configuratie > Event Center > Opties 3

14 De standaardpagina wijzigen Uw site configureren Configuratie > Training Center Selecteer in het gedeelte Standaardopties de standaardpagina die moet worden weergegeven uit de lijst Standaardpagina voor Mijn WebEx. Selecteer Bijwerken. Standaard paginaopties Standaard paginaopties Event Center Optie Lijst met gebeurtenissen Gebeurtenisopnamen Zoeken Een gebeurtenis plannen Sitegebeurtenissen Geeft een lijst met geplande gebeurtenissen weer. Geeft een lijst met gebeurtenisopnamen weer. Geeft een pagina weer waarop gebruikers naar gebeurtenissen kunnen zoeken. Geeft de pagina met de gebeurtenisplanner weer. Geeft alle gebeurtenissen weer die op uw site zijn gepland. Standaard paginaopties voor Meeting Center Optie Bladeren door vergaderingen: dagweergave Bladeren door vergaderingen: weergave van vandaag Bladeren door vergaderingen: weekweergave Bladeren door vergaderingen: maandweergave Deelnemen aan een niet-weergegeven vergadering Geeft een lijst weer met geplande vergaderingen, gesorteerd op datum. Geeft een lijst weer met de geplande vergaderingen voor de desbetreffende dag. Geeft een lijst weer met de geplande vergaderingen voor de huidige week. Geeft een lijst weer met de geplande vergaderingen voor de huidige maand. Geeft een pagina weer waarop deelnemers kunnen deelnemen aan de niet-weergegeven vergaderingen. 4

15 Uw site configureren Een standaardtijdzone opgeven Optie Mijn geplande vergaderingen Een directe vergadering starten Geeft een lijst weer met alleen die vergaderingen die door de gebruiker zijn gepland. Een pagina weergeven waarmee gebruikers één-klik-vergaderingen kunnen starten. Standaard paginaopties voor Training Center Optie Bladeren door vergaderingen: weergave van vandaag Bladeren door vergaderingen: weergave aankomend Bladeren door vergaderingen: dagweergave Bladeren door vergaderingen: weekweergave Bladeren door vergaderingen: maandweergave Opgenomen sessies Deelnemen aan een niet-weergegeven sessie Onmiddellijk een sessie starten Geeft een lijst weer met de geplande trainingssessies voor de dag. Geeft een lijst weer met alle aankomende trainingssessies. Geeft een lijst met geplande trainingssessies weer, gesorteerd op datum. Geeft een lijst weer met de geplande trainingssessies voor de week. Geeft een lijst weer met de geplande trainingssessies voor de maand. Geeft een pagina weer met een lijst van geüploade trainingssessies. Geeft een pagina weer waarop deelnemers kunnen deelnemen aan de niet-weergegeven trainingssessies. Geeft een pagina weer waarop een host een directe trainingssessie kan starten. Een standaardtijdzone opgeven Stel een standaardtijdzone voor uw WebEx-servicesite in. Alle tijden, inclusief de start- en eindtijden voor vergaderingen, verschijnen in de tijdzone die u selecteert. Gebruikers kunnen deze instelling overschrijven door hun eigen tijdzone te selecteren als ze een account aanvragen, of op de pagina Mijn profiel in Mijn WebEx. 5

16 Het aantal items in een lijst opgeven Uw site configureren Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer een tijdzone in de vervolgkeuzelijst Tijdzone in het gedeelte Siteopties. Om het verschil ten opzichte van de GMT voor tijdzones weer te geven in s en op webpagina's, schakelt u het selectievakje GMT-verschil weergeven voor tijdzones in berichten en op webpagina's in. Selecteer Bijwerken. Het aantal items in een lijst opgeven Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Voer in het gedeelte Siteopties het aantal items in dat in het vak Aantal vermeldingen per pagina moet worden weergegeven. Selecteer Bijwerken. De standaardvergaderingplanner instellen Deze procedure is alleen beschikbaar voor Meeting Center-sites. WebEx biedt twee vergaderingplanners: De Snelle planner: een planner van één pagina met basisopties. De Geavanceerde planner: een planner die meer geavanceerde opties bevat. Met het instellen van een standaard vergaderingplanner kunt u niet voorkomen dat hosts vergaderingen plannen via Outlook of Lotus Notes. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer een van de volgende opties in het gedeelte Accountbeheerinstellingen: Snelle planner is standaard (bevat ook een koppeling naar Geavanceerde planner, alleen MC) Geavanceerde planner is standaard (alleen MC) Selecteer Bijwerken. 6

17 Uw site configureren Het venster met vergaderinggegevens wijzigen Het venster met vergaderinggegevens wijzigen Opmerking Deze procedure is alleen van toepassing op Meeting Center. Tijdens de vergadering wordt in het venster algemene informatie weergegeven over de vergadering, zoals het onderwerp, de naam van de host en teleconferentiegegevens. Als u een nieuwe sjabloon wilt maken, kunt u Microsoft PowerPoint gebruiken om de standaardsjabloon te bewerken. U kunt aanvullende informatie en afbeeldingen opgeven of het kleurenschema wijzigen. Hosts kunnen het nieuwe ontwerp van uw pagina (ook wel een sjabloon genoemd) selecteren wanneer ze een vergadering plannen. Wijzig of verwijder geen bestaande vergaderinggegevens of agenda in de standaardsjabloon. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Stap 9 0 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar het gedeelte Siteopties. Selecteer Sjabloon maken onder Info tabbladgerelateerd. Selecteer Openen om het bestand in PowerPoint te openen. Wijzig indien nodig de sjabloon en sla deze op. Zodra u alle bewerkingen in Sitebeheer hebt uitgevoerd, selecteert u Sjabloon toevoegen. Blader naar de sjabloon die u hebt gemaakt en selecteer Openen. Selecteer Uploaden om de nieuwe sjabloon toe te voegen aan uw lijst met sjablonen in de site-instellingen op de pagina Algemeen. Alle sjablonen die hier worden weergegeven, worden toegevoegd aan de keuzelijst van de host op het Informatietabblad in de planner. Stel de volgorde in waarin de sjablonen worden weergegeven voor de host door deze omhoog of omlaag te verplaatsen. U kunt sjablonen verwijderen met de knop Verwijderen. Selecteer Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. De bovenste navigatiebalk wijzigen Opmerking Deze procedure is alleen voor Enterprise Edition-sites. U kunt de volgorde wijzigen waarin de knoppen worden weergegeven op de navigatiebalk boven aan uw WebEx Enterprise Edition-site. 7

18 De koppelingen van de linkernavigatiebalk voor Mijn WebEx aanpassen Uw site configureren Stap 5 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar het gedeelte Configuratie bovenste navigatiebalk. Als een service niet beschikbaar is op uw site, wordt deze weergegeven tussen haakjes (). Als u services wilt opnemen die in de lijst niet zijn ingeschakeld voor de site, schakelt u het selectievakje Services weergeven die niet zijn ingeschakeld voor deze site in. Sitebeheer is alleen zichtbaar voor hosts met rechten voor sitebeheer. Selecteer een service en klik vervolgens op de knop Omhoog of Omlaag om de volgorde van de knoppen op de navigatiebalk te wijzigen. Selecteer Bijwerken. De koppelingen van de linkernavigatiebalk voor Mijn WebEx aanpassen Stap 5 Stap 6 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar het gedeelte Aanpassing linkernavigatiebalk voor Mijn WebEx. Kies het gedeelte dat overeenkomt met het type koppeling (aangepast, partner of ondersteuning en training) dat u wilt toevoegen. Voer in het veld Naam van menu-item een naam voor de koppeling op. Voer de URL in die moet worden weergegeven wanneer gebruikers op de koppeling klikken. " is niet vereist in de URL. Kies in de lijst Doelvenster hoe u wilt dat de webpagina of het document wordt geopend. Nieuw venster: de pagina in een nieuw browservenster openen. Hoofd: de pagina in het hoofdframe van een webpagina met frames openen. Bovenliggend: de pagina in het bovenliggende frame van een webpagina met frames openen. Bovenste: de pagina in het bovenste frame van een webpagina met frames openen. Stap 7 Stap 8 (Optioneel) Als u voor aangepaste of partnerkoppelingen een afbeelding waarop kan worden geklikt wilt weergeven in plaats van de koppeling, selecteert u Bladeren en selecteert u een afbeeldingsbestand op uw computer. Het afbeeldingsbestand kan maximaal 25x25 pixels zijn. Selecteer Bijwerken. 8

19 Uw site configureren De koppelingen van de linkernavigatiebalk voor alle services aanpassen De koppelingen van de linkernavigatiebalk voor alle services aanpassen Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar het gedeelte Aanpassing linkernavigatiebalk voor alle services. Kies het gedeelte dat overeenkomt met het type koppeling (aangepast of ondersteuning en training) dat u wilt toevoegen. (Optioneel) Als u aangepaste koppelingen wilt toevoegen aan een nieuwe groep, voert u een Groepslabel voor aanpaste koppelingen in. Voer in het veld Naam van menu-item een naam voor de koppeling op. Voer de URL in die moet worden weergegeven wanneer gebruikers op de koppeling klikken. " is niet vereist in de URL. Kies in de lijst Doelvenster hoe u wilt dat de webpagina of het document wordt geopend. Nieuw venster: de pagina in een nieuw browservenster openen. Hoofd: de pagina in het hoofdframe van een webpagina met frames openen. Bovenliggend: de pagina in het bovenliggende frame van een webpagina met frames openen. Bovenste: de pagina in het bovenste frame van een webpagina met frames openen. Stap 8 Selecteer Bijwerken. Planningssjablonen beheren Hosts die regelmatig WebEx-sessies plannen met dezelfde informatie (zoals de traceercode, deelnemers enz.) kunnen planningssjablonen gebruiken om deze instellingen op te slaan, zodat ze voortaan snel sessies kunnen maken. WebEx beschikt over standaardsjablonen voor planning waar alle hosts gebruik van kunnen maken. Hosts kunnen er echter ook voor kiezen om persoonlijke sjablonen te maken bij het plannen van vergaderingen, sessies of gebeurtenissen. Hosts die beheerdersrechten voor hun site hebben, kunnen hun sjablonen ook beschikbaar stellen voor al hun gebruikers. Als sitebeheerder kunt u: Een voorgedefinieerde sjabloon instellen als standaardsjabloon. Planningssjablonen weergeven of verbergen. Standaardsjablonen verwijderen. 9

20 Planningssjablonen beheren Uw site configureren De standaard planningssjabloon wijzigen Selecteer een van de volgende opties op de linkernavigatiebalk: Configuratie > Meeting Center Configuratie > Event Center > Opties Configuratie > Training Center Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Selecteer de sjabloon die u als standaardsjabloon wilt instellen in de kolom Instellen als standaard. Selecteer Site-instellingen bijwerken. Planningssjablonen weergeven of verbergen Selecteer een van de volgende opties op de linkernavigatiebalk: Configuratie > Meeting Center Configuratie > Event Center > Opties Configuratie > Training Center Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Schakel het selectievakje Zichtbaar maken naast de desbetreffende sjabloon in of uit. Selecteer Site-instellingen bijwerken. Planningsjablonen verwijderen Opmerking U kunt de standaardsjabloon niet verwijderen. Selecteer een van de volgende opties op de linkernavigatiebalk: 10

21 Uw site configureren Promotionele inhoud in WebEx verbergen Configuratie > Meeting Center Configuratie > Event Center > Opties Configuratie > Training Center Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Schakel het selectievakje links van een of meer sjablonen die u wilt verwijderen in. Selecteer Sjabloon/Sjablonen verwijderen. Promotionele inhoud in WebEx verbergen Deze procedure is alleen voor Meeting Center, Event Center, Training Center en Remote Support. Bepaalde pagina's, zoals de standaard WebEx-pagina's voor het einde van een sessie (bestemmingspagina's), de deelnamepagina's en de uitnodigingsberichten bevatten berichten waarin WebEx-functies worden geïntroduceerd. U kunt deze procedure gebruiken om deze promotionele inhoud op dergelijke pagina's te verbergen. Selecteer een van de volgende opties op de linkernavigatiebalk: Configuratie > Meeting Center Configuratie > Event Center > Opties Configuratie > Training Center Schakel in het gedeelte Siteopties voor elk item waarvoor u promotionele inhoud wilt verbergen, het selectievakje Promotionele inhoud weergeven uit. (Alleen voor Event Center) Als u de promotionele pagina van Event Center wilt wijzigen, bladert u omlaag naar het gedeelte Promotie en geeft u bij URL promotionele pagina een nieuwe URL voor de pagina op. Selecteer Bijwerken. Aangepaste beperkingen voor gratis bellen weergeven CCA-klanten en -partners (Cloud Connected Audio) kunnen een aangepast document Beperkingen voor gratis bellen bieden. 11

22 Persoonlijke ruimte inschakelen Uw site configureren Stap 5 Stap 6 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer in het gedeelte Siteopties in de lijst Beperkingen voor gratis bellen de optie Beperkingen voor gratis bellen voor klanten. Als u aangepaste beperkingen voor gratis bellen wilt weergeven, selecteert u Ja. Als u het document op een webpagina wilt bieden, selecteert u URL en voert u de URL in het betreffende veld in. Als u een PDF-versie van het document wilt bieden, selecteert u PDF-bestand en vervolgens Uploaden. a) Blader naar de bestandslocatie en selecteer het bestand. b) Selecteer Openen. Selecteer Bijwerken. Persoonlijke ruimte inschakelen Nadat u de functie Persoonlijke ruimte voor uw site hebt ingeschakeld, kunt u de methode voor het maken van id's voor Persoonlijke ruimten voor nieuwe gebruikers opgeven. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje Persoonlijke ruimte inschakelen (als dit is ingeschakeld, kunt u dit voor afzonderlijke gebruikers in- of uitschakelen) in het gedeelte Siteopties in. Configureer de volgende optionele instellingen: Deelnemers verplichten om een account te hebben op deze website om aan deze vergadering deel te kunnen nemen Gebruiker toestaan URL van persoonlijke ruimte te wijzigen Deelnemers toestaan om bij de host te melden dat ze in de lobby van de persoonlijke ruimte wachten Voor de instelling Id van Persoonlijke ruimte genereren voor nieuwe gebruikers met: Kiest u een van de volgende opties: Voorvoegsel van adres Voorletter, achternaam 'pr' plus vergaderingnummer van Persoonlijke ruimte Stap 5 Selecteer Bijwerken. 12

23 Uw site configureren Spark-interoperabiliteit inschakelen of uitschakelen Spark-interoperabiliteit inschakelen of uitschakelen Schakel Spark-interoperabiliteit in om WebEx-hosts een eenvoudige manier te geven om automatisch een Spark-ruimte aan hun vergadering toe te voegen. Spark-ruimten worden van tevoren ingevuld met de vergaderingdeelnemers en de vergaderingtitel. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar het gedeelte Siteopties. Als u Spark-interoperabiliteit wilt inschakelen, schakelt u het selectievakje Spark-interoperabiliteit inschakelen in. Als u deze functie wilt uitschakelen, schakelt u het selectievakje Spark-interoperabiliteit inschakelen uit. Selecteer Bijwerken. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Meeting Center. Als u Spark-interoperabiliteit wilt inschakelen, selecteert u in het gedeelte Siteopties de optie Standaard WebEx-merkpagina gebruiken en schakelt u het selectievakje Promotionele inhoud weergeven in. Als u deze functie wilt uitschakelen, schakelt u het selectievakje Promotionele inhoud weergeven uit. Selecteer Site-instellingen bijwerken. Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen Opmerking Video van hoge kwaliteit moet voor uw site zijn ingeschakeld om HD-video te kunnen gebruiken. Video van hoge kwaliteit is een optionele functie die voor uw site moet zijn ingesteld. U kunt video van hoge kwaliteit ook inschakelen in het gedeelte Standaardopties voor planner. Selecteer in de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje Video van hoge kwaliteit inschakelen (360p) (MC, TC, EC en SC) in het gedeelte Siteopties in. Selecteer Bijwerken. 13

24 HD-video voor uw site inschakelen Uw site configureren HD-video voor uw site inschakelen Opmerking Video van hoge kwaliteit moet voor uw site zijn ingeschakeld om HD-video te kunnen gebruiken. Video van hoge kwaliteit is een optionele functie die voor uw site moet zijn ingesteld. U kunt video van hoge kwaliteit en HD-video ook inschakelen in het gedeelte Standaardopties voor planner. Selecteer in de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel in het gedeelte Siteopties de optie Maximumbandbreedte voor video instellen op Selecteer Bijwerken. Contactpersonen aan het adresboek van het bedrijf toevoegen U kunt Sitebeheer gebruiken om een lijst met contactpersonen van uw organisatie bij te houden. Hosts van WebEx-sessies kunnen namen selecteren als ze deelnemers uitnodigen voor een vergadering. Als u contactpersonen aan het adresboek van het bedrijf wilt toevoegen, kunt u contactpersonen een voor een toevoegen of meerdere contactpersonen vanuit een CSV-bestand importeren. Eén contactpersoon toevoegen Gebruik deze procedure om nieuwe contactpersonen toe te voegen aan het bedrijfsadresboek voor uw WebEx-servicesite. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Bedrijfsadressen. Selecteer Een contactpersoon toevoegen. Als u een distributielijst wilt toevoegen, selecteert u Distributielijst toevoegen. Als u meerdere contactpersonen wilt toevoegen, selecteert u Importeren. Voer de gegevens van de contactpersoon in. Selecteer Toevoegen. 14

25 Uw site configureren Contactpersonen aan het adresboek van het bedrijf toevoegen Contactpersonen uit een CSV-bestand importeren contactpersonen via een CSV-bestand (comma-separated values) met de desbetreffende contactgegevens toevoegen aan de WebEx-service van uw bedrijf. Opmerking Wanneer u een gebruiker importeert, moeten de gebruikers-id en het adres uniek zijn. Deze kunnen worden gewijzigd, maar moeten nog steeds uniek zijn. Als u bepaalde contactpersonen verkeerd hebt opgegeven, genereert Sitebeheer een lijst met records voor de contactpersonen die niet konden worden gemaakt, inclusief de oorzaak van de fout. U kunt het bestand dat deze records bevat, ter referentie downloaden naar uw computer of gebruiken om de fouten rechtstreeks in het desbetreffende bestand te corrigeren. Als u de fouten rechtstreeks corrigeert in het bestand dat door Sitebeheer wordt gemaakt, kunt u de laatste kolom, de kolom 'Opmerkingen', verwijderen voordat u het bestand weer uploadt. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Selecteer Configuratie > Algemene site-instellingen > Bedrijfsadressen. Selecteer Importeren. Selecteer bij Scheidingsteken de optie Tab of Komma voor de indeling van het bestand dat u importeert. Selecteer Bladeren. Ga naar het CSV-bestand (.csv) dat de gegevens over het gebruikersaccount bevat, selecteer het bestand en klik op Openen. Selecteer Importeren. Bekijk de invoeren op de pagina Voorbeeld bedrijfsadresboek om te controleren of ze juist zijn. Selecteer Verzenden. Contactgegevens bewerken Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Bedrijfsadressen. Zoek de contactpersoon. Selecteer de naam van de contactpersoon. Wijzig de gewenste gegevens en selecteer Bijwerken. 15

26 Wijzigen wat gebruikers kunnen doen Uw site configureren Contactgegevens verwijderen Selecteer op de navigatiebalk Site beheren > Bedrijfsadressen. Zoek de contactpersoon. Schakel het selectievakje naast de contactpersonen in en klik op Verwijderen. Distributielijsten gebruiken U kunt een distributielijst met een groep contactpersonen aan uw bedrijfsadresboek toevoegen. Wanneer een host een sessie plant, kan deze een uitnodiging naar iedereen in de distributielijst verzenden en hoeven er dus geen afzonderlijke uitnodigingen naar de contactpersonen worden verzonden. Selecteer op de navigatiebalk Site beheren > Bedrijfsadressen. Als u een nieuwe distributielijst wilt toevoegen, selecteert u Distributielijst toevoegen. Als u een distributielijst wilt bewerken, klikt u op de lijst en selecteert u vervolgens de contactpersonen die u aan de lijst wilt toevoegen. Selecteer Toevoegen of Bijwerken. Wijzigen wat gebruikers kunnen doen U kunt verschillende opties selecteren om het standaardgedrag van uw WebEx-servicesite te wijzigen. De standaardopties voor teleconferenties instellen Opmerking Deze procedure is alleen van toepassing op Meeting Center, Event Center en Training Center. U kunt de standaard audio-opties opgeven die beschikbaar zijn op uw site. Deze opties worden vervolgens weergegeven als de standaardselectie op planningspagina's van WebEx, de Microsoft Outlook-planner en de instellingenwizard van Eén-klik. U kunt ook instellen of gebruikers automatisch kunnen deelnemen aan een terugbelconferentie zonder dat ze op toets '1' op de telefoon hoeven te drukken. Deze optie is handig wanneer deelnemers zich in een Europees land bevinden waar het telefoonsysteem geen toetstonen kan verzenden. 16

27 Uw site configureren De standaardopties voor teleconferenties instellen Als u de WebEx Audio-optie gebruikt, kunt u WebEx een geluid laten afspelen op het moment dat deelnemers deelnemen aan de audioconferentie of de audioconferentie verlaten. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar Telefoontoon bij aanmelden en afsluiten en selecteer een van de volgende opties voor de services: Piep: WebEx speelt een simpele toon af als een deelnemer deelneemt of weggaat. Naam aankondigen: WebEx vraagt elke deelnemer om zijn of haar naam op te geven wanneer hij of zij aan de vergadering wil deelnemen, en kondigt de naam van de deelnemer aan. Geen toon: WebEx speelt geen geluid af als een deelnemer deelneemt of weggaat. Als u gebruikers de mogelijkheid wilt geven deel te nemen aan teleconferenties met terugbellen zonder op '1' te hoeven drukken, selecteert u Aan naast Deelnemen aan teleconferentie zonder op '1' te drukken. Selecteer een van de volgende standaardopties in het gedeelte Standaardaudio-opties voor site. Geïntegreerde VoIP: selecteer deze optie om VoIP (Voice over IP) te gebruiken zodat het audiogedeelte van de sessie via internet in plaats van de telefoon wordt verzonden. Geen: selecteer deze optie om audioconferenties uit te sluiten voor uw site. WebEx-teleconferentie: selecteer deze optie om de telefoon voor het audiogedeelte van de sessie te gebruiken. Selecteer een van de volgende opties: Betaald of Gratis: om deelnemers de mogelijkheid te bieden om in te bellen, selecteert u een van deze opties om een betaald of gratis inbelnummer te verstrekken. Toegang tot teleconferentie toestaan via wereldwijde inbelnummers: selecteer deze optie om een lokaal telefoonnummer voor deelnemers in andere landen op te geven dat ze kunnen gebruiken om in te bellen in WebEx-sessies. Welke lokale nummers beschikbaar zijn, is afhankelijk van hoe uw WebEx-site is geconfigureerd. Deze optie is alleen beschikbaar voor Event Center. Teleconferentie met inbellen: selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat gebruikers inbellen om deel te nemen aan sessies. Deze optie is alleen beschikbaar voor Event Center. Teleconferentie met terugbellen: selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat WebEx gebruikers belt als ze deelnemen aan sessies. Deze optie is alleen beschikbaar voor Event Center. Andere teleconferentieservice: Als u een andere teleconferentieservice hebt ingesteld voor gebruik in combinatie met WebEx-sessies, kunt u de desbetreffende optie selecteren. Uw selecties bepalen alleen de standaardinstellingen. Gebruikers kunnen andere opties selecteren als ze sessies plannen. Sommige opties zijn mogelijk niet beschikbaar voor uw site. Stap 5 Scrol omlaag naar de onderkant van de pagina en klik op Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. 17

28 De standaardopties voor technische ondersteuning voor audio instellen Uw site configureren De standaardopties voor technische ondersteuning voor audio instellen Deze procedure is alleen voor Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar Standaardopties voor planner en schakel de volgende selectievakjes voor Opties voor technische ondersteuning voor audio in of uit. Directe Help Deelnemer toegang geven tot directe hulp Selecteer Bijwerken. Standaardinbelnummers toewijzen Opmerking Deze procedure is alleen van toepassing op Meeting Center en Training Center. U kunt de optie inschakelen om de standaardinbelnummers toe te wijzen voor alle gebruikers op uw site. Kies de twee standaardnummers van de nummers die voor uw site zijn ingeschakeld. U kunt bovendien vergadering- en sessiehosts de mogelijkheid geven om de standaardinbelnummers voor hun deelnemers in te stellen. Als u deze opties inschakelt, hebt u standaard toegang tot de teleconferentie via de wereldwijde inbelnummers. Stap 5 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar Siteopties en schakel het selectievakje Standaardinbelnummers toewijzen in. Als u liever hebt dat hosts hun eigen standaardnummers kiezen, schakelt u het selectievakje Gebruiker toestaan standaardinbelnummers in te stellen in. Selecteer een inbeloptie uit de lijst aan de linkerkant en selecteer Toevoegen. U kunt twee opties selecteren uit de beschikbare opties op uw site. Selecteer een van de door u gekozen opties en verplaats deze omhoog of omlaag om te bepalen in welke volgorde de opties op uw site worden weergegeven. Selecteer Bijwerken. 18

29 Uw site configureren Maken en bewerken van TSP-audioaccounts toestaan Maken en bewerken van TSP-audioaccounts toestaan Sta gebruikers toe TSP-audioaccounts te maken of te bewerken. Als dit is ingeschakeld, kunnen gebruikers TSP-audioaccounts instellen, beheren en toevoegen vanuit het gedeelte Voorkeuren van uw vergaderingsite. TSP-accounts zijn dan beschikbaar als u vergaderingen plant Voordat u begint TSP-audio is een optionele functie die door WebEx voor uw site moet worden ingeschakeld. Neem contact op met de WebEx-klantenservice voor meer informatie. Gebruik uw TSP om accountinformatie en hulp bij het instellen van TSP-audio voor uw site op te halen. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje Maken of bewerken van TSP-account toestaan in het gedeelte Standaardopties voor Planner in. Selecteer Bijwerken. Opmerking Hybride CMR (WebEx-geactiveerde TelePresence) vereist aanvullende instellingen voor TSP-audio. Raadpleeg de Configuratiehandleiding voor Cisco hybride samenwerkingsvergaderruimten (CMR) voor meer informatie. Voor hybride CMR- en CMR Cloud-vergaderingen waarvoor TSP-audio wordt gebruikt, moeten hosts twee verschillende TSP-audioaccounts met verschillende hosttoegangscodes hebben zodat ze aansluitende of overlappende vergaderingen kunnen beheren. Als een host twee opeenvolgende vergaderingen heeft (een tweede vergadering start meteen nadat de eerste vergadering zou moeten eindigen) en de eerste vergadering loopt uit, wordt met het gebruik van afzonderlijke TSP-audioaccounts ervoor gezorgd dat mogelijk overlappende vergaderingen niet automatisch worden beëindigd. Teleconferentie met intern terugbellen inschakelen Opmerking Deze instelling is alleen van toepassing op Event Center. Wanneer dit is ingeschakeld voor uw site, kunt u de optie inschakelen waarmee u deelnemers aan vergaderingen toestaat om oproepen te ontvangen op een intern telefoonnummer binnen dezelfde bedrijfssite. U kunt ook het label bewerken dat wordt weergegeven in het dialoogvenster Audioconferentie wanneer deelnemers zich aanmelden voor de audioconferentie. 19

30 Gebruikers toestaan interne deelnemers te identificeren Uw site configureren Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Blader naar het gedeelte Standaard audio-opties voor site en schakel het selectievakje Interne teleconferentie met terugbellen inschakelen in. Geef in het veld Optielabel voor intern terugbellen een omschrijvende tekst of zinsnede op voor het identificeren van een optie voor intern terugbellen. Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan interne deelnemers te identificeren Wanneer dit is ingeschakeld voor uw site, kunt u de optie inschakelen om interne deelnemers van vergaderingen te identificeren of te labelen. Interne deelnemers zijn deelnemers die bij een organisatie horen. Deelnemers die met SSO (single sign-on) zijn geverifieerd, worden beschouwd als interne deelnemers. Wanneer ingeschakeld, wordt '(intern)' weergegeven naast de naam van iedere interne deelnemer in het deelvenster Deelnemers, evenals op alle andere plekken waar de naam wordt weergegeven in de vergadering en in rapporten. Deze functie is alleen beschikbaar voor organisaties die SSO inschakelen. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje Label voor interne gebruikers weergeven in deelnemerslijst in het gedeelte Siteopties in. Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan om sessiegegevens aan agenda's toe te voegen Deze procedure is alleen voor Meeting Center, Training Center en Event Center. Gebruik deze procedure om de icalendar-functie op uw site in te schakelen en om de knop Toevoegen aan Mijn agenda weer te geven op de informatiepagina van de WebEx-sessie. icalendar is een standaard agenda-indeling. Met icalendar kunnen gebruikers agendagegevens delen en hun planning automatisch bijwerken. 20

31 Uw site configureren Teleconferentierechten wijzigen voor alle gebruikers Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje icalendar (Toevoegen aan Mijn agenda voor EC, MC en TC weergeven) in het gedeelte Siteopties in. Selecteer Bijwerken. Teleconferentierechten wijzigen voor alle gebruikers Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Gebruikersrechten. Kies voor elke teleconferentieoptie een van de volgende instellingen: Alles inschakelen Alles uitschakelen Niet wijzigen Selecteer Verzenden. Gebruikers toestaan extra services aan te vragen Opmerking Deze procedure is alleen van toepassing op Enterprise Edition-sites. Als u niet alle WebEx-services op uw Enterprise Edition-site hebt ingeschakeld, kunt u gebruikers toestaan om aanvullende services en rechten voor de site aan te vragen. Wanneer deze optie is ingeschakeld: Een gebruiker kan het tabblad voor een service waarvoor hij of zij nog geen hostrechten heeft, weergeven en selecteren. WebEx geeft een aanmeldingspagina weer. De aanvraag wordt vervolgens in een wachtrij weergegeven, zodat u de aanvraag kunt goedkeuren of afwijzen. 21

32 Opties voor serviceaanvragen Uw site configureren Stap 5 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar Instellingen serviceaanvraag en schakel het selectievakje Gebruikers toestaan extra services aan te vragen in. Als u alle aanvragen automatisch wilt goedkeuren, selecteert u Automatisch alle serviceaanvragen goedkeuren. Als u wilt dat aanvragen in een wachtrij worden geplaatst voor goedkeuring, selecteert u Sitebeheerder keurt handmatig serviceaanvragen goed... Selecteer Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. Opties voor serviceaanvragen Optie Aanvragen van deze domeinen goedkeuren Aanvragen afwijzen die niet van deze domeinen afkomstig zijn Alle sitebeheerders Gebruik deze optie om automatisch aanvragen van een domein te accepteren. Voer hier een URL in met de volgende indeling: webex.com U kunt een asterisk gebruiken om aan te geven dat deze kan worden vervangen door elke willekeurige tekenreeks in de domeinnaam: *.webex.net Als u meerdere domeinen wilt opgeven, scheidt u de domeinen door middel van een komma (zonder spaties). webex.com,*.webex.net,webex.org Gebruik deze optie om aanvragen die niet afkomstig zijn van een bepaald domein, automatisch af te wijzen. Voer het domein in waarvoor u aanvragen met deze indeling accepteert: webex.com U kunt een asterisk gebruiken om aan te geven dat deze kan worden vervangen door elke willekeurige tekenreeks in de domeinnaam: *.webex.net Als u meerdere domeinen wilt opgeven, scheidt u de domeinen door middel van een komma (zonder spaties). webex.com,*.webex.net,webex.org Selecteer deze optie om alle aanvragen die automatisch worden afgewezen ter overweging door te sturen naar alle sitebeheerders. 22

33 Uw site configureren Cisco Unified MeetingPlace-gebruikers toestaan om deel te nemen aan externe vergaderingen Optie Geselecteerde sitebeheerders Selecteer deze optie om alle aanvragen die automatisch worden afgewezen ter overweging door te sturen naar bepaalde sitebeheerders. Voer vervolgens in het vak het adres van de desbetreffende sitebeheerder in. Cisco Unified MeetingPlace-gebruikers toestaan om deel te nemen aan externe vergaderingen Deze procedure is alleen voor Meeting Center. U kunt in de vergaderingplanner en Productiviteitstools-planner instellen of deelnemers die zich op het openbare web bevinden, mogen deelnemen aan een vergadering. De optie moet eerst worden ingeschakeld voor de host van een vergadering om deelnemers toe te staan deel te nemen aan een vergadering. Als de instelling niet in de planner is geselecteerd, kunnen alleen deelnemers binnen hetzelfde interne netwerk deelnemen aan een vergadering. Voordat u begint Deze optie is alleen beschikbaar als uw WebEx-site is voorzien van het volgende: De integratie-opties voor Cisco Unified MeetingPlace Het WebEx-knooppunt voor de MCS-optie Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Als u een nieuwe gebruiker wilt instellen, selecteert u op de linkernavigatiebalk Gebruikers > Gebruiker toevoegen. Als u een bestaand gebruikersaccount wilt bijwerken, selecteert u Gebruikers > Gebruiker bewerken, en vervolgens selecteert u een gebruiker. Scrol omlaag naar het gedeelte Rechten. Selecteer naast Meeting Center de optie Externe deelnemers toestaan. Selecteer Toevoegen of Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen. Scrol omlaag naar Integratie-instellingen Cisco Unified MeetingPlace. Om externe deelnemers toe te laten, schakelt u het selectievakje Standaard externe MP-deelnemers in. Selecteer Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. 23

34 Gebruikers toestaan om WebEx Connect of AIM Pro te downloaden Uw site configureren Gebruikers toestaan om WebEx Connect of AIM Pro te downloaden Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel bij Siteopties het selectievakje Aanwezigheidsintegratie in. Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan om sms-berichten te gebruiken Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel bij Siteopties het selectievakje Sms-berichten inschakelen (sms) in. Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan om integratie met IP-telefoons van Cisco te gebruiken Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Productiviteitstools. Schakel het selectievakje IP-telefoon van Cisco in het gedeelte Integraties in. Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan om een alternatieve host te gebruiken Deze procedure is alleen voor Meeting Center en Event Center. U kunt hosts toestaan om iemand anders aan te wijzen als de 'alternatieve host' voor een WebEx-sessie. Een gebruiker kan dit bijvoorbeeld doen als deze een vergadering heeft gepland, maar hij of zij zelf pas later kan deelnemen aan de vergadering en de alternatieve host de vergadering moet starten en uitvoeren. De alternatieve host moet ook over een WebEx-hostaccount beschikken. 24

35 Uw site configureren Gebruikers toestaan om vergaderingen voor andere gebruikers te plannen Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer de optie Bij het plannen van een vergadering kunnen gebruikers een alternatieve host kiezen in het gedeelte Instellingen accountbeheer. Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan om vergaderingen voor andere gebruikers te plannen Deze procedure is alleen voor Meeting Center en Event Center. Voordat u begint Gebruikers die vergaderingen plannen, moeten een WebEx-hostaccount hebben. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje Gebruikers kunnen andere gebruikers toestaan namens hen vergaderingen te plannen in het gedeelte Instellingen accountbeheer in. Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan om hun persoonlijke vergaderruimte te personaliseren Wanneer u gebruikers de mogelijkheid biedt om de koptekst van hun persoonlijke vergaderruimte aan te passen, wordt voor elke gebruiker de optie Merk van koptekstgebied aanpassen weergegeven op de pagina Mijn profiel. Als u later de locatie van de koptekstafbeelding wijzigt, maar een gebruiker al een andere afbeelding heeft geüpload, wordt de afbeelding verplaatst naar de nieuwe locatie die u hebt opgegeven. Een gebruiker kan altijd een welkomstbericht en een afbeelding toevoegen aan de pagina Persoonlijke vergaderruimte, ongeacht of u deze optie selecteert. Deze optie biedt gebruikers de mogelijkheid om een bannerafbeelding boven aan de pagina toe te voegen. 25

36 Gebruikers toestaan het bestand dat wordt gedeeld af te drukken of op te slaan Uw site configureren Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer de optie Host toestaan merknaam persoonlijke vergaderruimte aan te passen in het gedeelte Siteopties. Geef in de vervolgkeuzelijst aan waar de aangepaste koptekst moet worden weergegeven op de pagina Persoonlijke vergaderruimte (vervangen, boven of onder de bestaande koptekst). Selecteer Bijwerken. Gebruikers toestaan het bestand dat wordt gedeeld af te drukken of op te slaan Deze procedure is alleen voor Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje Afdrukken/opslaan toestaan in documenten delen in het gedeelte Mobiele ondersteuning in. Selecteer Bijwerken. Schakel deze optie uit om te voorkomen dat een bestand tijdens het delen door deelnemers wordt afgedrukt of gedownload. De optie Inhoud delen met externe integraties inschakelen U kunt ipad-inhoud delen inschakelen en kiezen of u de cache Onlangs gedeeld voor gebruikers automatisch wilt leegmaken. Het selectievakje is standaard niet ingeschakeld; gebruikers kunnen kiezen of ze onlangs gedeelde bestanden willen wissen. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer de optie Inhoud delen met externe integraties inschakelen in het gedeelte Siteopties. Schakel de betreffende selectievakjes voor elke externe integratie in waarvoor u inhoud delen wilt inschakelen. Dropbox Box 26

37 Uw site configureren De Bibliotheek met chatzinnen configureren voor Remote Support Google Drive (Optioneel) Als u de cache Onlangs gedeeld automatisch wilt leegmaken, schakelt u het selectievakje Inhoud delen: automatisch bestanden wissen na elke vergadering in. De Bibliotheek met chatzinnen configureren voor Remote Support Deze procedure is alleen voor Remote Support. U kunt veelgebruikte berichten of vragen maken of opslaan voor Remote Support-agenten, zodat ze deze tijdens chatsessies met klanten kunnen gebruiken. U kunt groepen met zinnen maken, die kunnen worden gekoppeld aan bepaalde agenten of wachtrijen. Selecteer Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer de koppeling Bibliotheek met chatzinnen in het gedeelte Chatvoorkeuren. Veelgebruikte zinnen en groepen maken. Groepen met zinnen aan agenten en wachtrijen koppelen. Veelgebruikte zinnen en groepen maken U kunt een groep met veelgebruikte zinnen maken die een agent kan gebruiken tijdens een Remote Support-sessie. U kunt op elk gewenst moment nieuwe groepen of zinnen toevoegen. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Klik op Nieuwe groep toevoegen om nieuwe groepen toe te voegen. Voer op het tabblad Groepen en zinnen een groepsnaam in. Klik op Nieuwe zin toevoegen in het gedeelte Veelgebruikte zin om een zinnengroep toe te voegen. Geef in het venster Veelgebruikte zin toevoegen een naam voor de zin op. Geef in het veld Zin de inhoud van de zin op. U kunt verschillende opties in het vervolgkeuzemenu selecteren om uw zin in te voeren. Klik op Kopiëren van... om een veelgebruikte zin te kopiëren. Selecteer de zin en bewerk deze om een nieuwe zin te maken. Selecteer Opslaan. 27

38 Gebruikers toestaan om WebEx-productiviteitstools te downloaden Uw site configureren Groepen met zinnen aan agenten en wachtrijen koppelen Zodra u groepen met veelgebruikte zinnen hebt gemaakt, kunt u ze koppelen aan bepaalde agenten of aan bepaalde wachtrijen voor externe sessies. U kunt aan zowel de agenten als de wachtrijen meerdere groepen met veelgebruikte zinnen toewijzen. Stap 5 Selecteer het tabblad Gekoppelde agenten en wachtrijen. Als u uw groep wilt koppelen aan alle agenten en wachtrijen, schakelt u het selectievakje in. Markeer in het veld Agenten de agenten die u aan de groep wilt koppelen en selecteer vervolgens Toevoegen. Markeer in het veld Wachtrijen de wachtrijen die u aan de groep wilt koppelen en selecteer vervolgens Toevoegen. Selecteer Opslaan. Gebruikers toestaan om WebEx-productiviteitstools te downloaden U kunt de pagina Productiviteitstools weergeven wanneer hosts zich aanmelden bij uw WebEx-site. Op deze pagina staat informatie voor de host over extra tools die op uw site beschikbaar zijn. De tools die worden weergegeven, zijn afhankelijk van de opties die voor uw WebEx-site werden ingeschakeld. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Productiviteitstools. Schakel het selectievakje De pagina installatie Productiviteitstools weergeven als de host zich aanmeldt bij de site onder Installatieopties in. Als u WebEx-productiviteitstools automatisch wilt bijwerken, schakelt u het selectievakje Productiviteitstools automatisch bijwerken wanneer er een nieuwe versie beschikbaar is in. Selecteer Bijwerken. De site-instellingen voor Productiviteitstools configureren Op de pagina Productiviteitstools kunt u de volgende instellingen configureren: Installatieopties, Integraties, Tips voor een beter begrip van Productiviteitstools, Nu vergaderen, Chatintegraties en Sjablonen. Installatieopties U hebt de volgende opties: Productiviteitstools installeren weergeven wanneer hosts zich bij de website aanmelden. Productiviteitstools automatisch bijwerken wanneer er een nieuwe versie beschikbaar is. 28

39 Uw site configureren De site-instellingen voor Productiviteitstools configureren Integratie U kunt de integratie van Productiviteitstools inschakelen voor de volgende programma's en systemen: Microsoft Outlook (Windows en Mac) IBM Lotus Notes Integratie met Microsoft Office Microsoft Internet Explorer Microsoft Windows Explorer-menu onder de rechtermuisknop De volgende chattoepassingen: AOL Instant Messenger (AIM) Google Talk Lotus Sametime Skype Windows Messenger Yahoo Messenger Mozilla Firefox Integratie met Access Anywhere Opmerking Individuele functies en instellingen binnen de geïntegreerde programma's en functies kunnen niet worden geconfigureerd of verborgen. Wanneer bijvoorbeeld de integratie van Productiviteitstools met Microsoft Outlook is ingeschakeld, kunt u niet wijzigen of verbergen welke vergaderingopties verschijnen voor hosts wanneer ze vergaderingen plannen. De hybride CMR-functie wordt alleen ondersteund voor de Microsoft Outlook-integratie voor Windows. Momenteel wordt hybride CMR niet ondersteund door een andere integratie van Productiviteitstools. Tips voor een beter begrip van Productiviteitstools U kunt ervoor kiezen om tips weer te geven op pagina's van WebEx-productiviteitstools en de servicecenterpagina's. Er worden standaardberichten weergegeven voor verschillende services. U kunt een bericht maken of het standaardbericht herstellen. U kunt zelfs een koppeling in uw bericht opnemen. Wanneer u zich op een bepaalde site bevindt, bijvoorbeeld Meeting Center, wordt de tip boven aan de pagina weergegeven. Nu vergaderen U kunt de volgende instellingen wijzigen: Gebruikers toestaan deel te nemen aan niet-weergegeven vergaderingen 29

40 De opties voor Sitebeheer wijzigen Uw site configureren Hosts verplichten elke gebruiker goed te keuren die Eén-klik gebruikt om zonder een wachtwoord aan vergaderingen deel te nemen Traceercodes verifiëren en instellen Sjablonen Deze instelling biedt een host de mogelijkheid om sjablonen te gebruiken voor het plannen van vergaderingen met de WebEx-productiviteitstools. De opties voor Sitebeheer wijzigen U kunt verschillende opties voor het beheren van een site aanpassen, zoals de opslagruimte die aan gebruikers is toegekend en de instellingen voor de host van de gebeurtenis. Een waarschuwing ontvangen wanneer de opslagcapaciteit van de site wordt overschreden Uw WebEx-servicesite biedt een beperkte hoeveelheid opslagruimte voor bestanden en opnamen van gebruikers. WebEx slaat deze bestanden op in het gedeelte Mijn bestanden van Mijn WebEx. Als de capaciteit voor uw site wordt overschreden, kunnen gebruikers geen bestanden meer op de site opslaan. U kunt deze optie instellen zodat u de volgende keer dat u zich aanmeldt bij Sitebeheer een waarschuwingsbericht ontvangt over de opslagcapaciteit. Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Selecteer de optie Waarschuw de sitebeheerder als het gebruik van de bestandsopslag meer dan % van de totale capaciteit bedraagt in het gedeelte Siteopties. Geef op bij welk percentage van de totale toegewezen ruimte u een waarschuwingsbericht wilt ontvangen. Selecteer Bijwerken. 30

41 HOOFDSTUK 2 Gebruikers beheren Over gebruikersaccounts, pagina 31 Gebruikers toestaan om accounts aan te vragen vanaf de site, pagina 32 Aanmeldingsaanvragen verwerken, pagina 33 Nieuwe gebruikersaccounts toevoegen, pagina 34 Pagina Gebruikers, pagina 37 Eén gebruikersaccount bewerken, pagina 38 Een Persoonlijke ruimte voor een gebruiker inschakelen, pagina 38 De URL voor de persoonlijke ruimte van een gebruiker wijzigen, pagina 39 Eén contactpersoon toevoegen, pagina 40 Gebruikersaccounts activeren en deactiveren, pagina 40 NBR-opnamen opnieuw toewijzen, pagina 40 NBR-opnamen uit een account verwijderen, pagina 41 Gebruikersaccountrechten instellen, pagina 41 Wachtwoordaanvragen verwerken, pagina 44 Serviceaanvragen verwerken, pagina 44 berichten naar alle gebruikers verzenden, pagina 45 Geef traceercodes op, pagina 46 Opties voor batch-import en -export van gebruikers, pagina 47 Over gebruikersaccounts Er is een aantal typen gebruikersaccounts en elk type biedt de gebruiker verschillende mogelijkheden: Type gebruikersaccount Host Biedt gebruikers de mogelijkheid om WebEx-sessies te hosten. 31

42 Gebruikers toestaan om accounts aan te vragen vanaf de site Gebruikers beheren Type gebruikersaccount Sitebeheerder Sitebeheerder - alleen weergeven Alleen deelnemer Biedt gebruikers de mogelijkheid om sessies te hosten en Sitebeheer te gebruiken. Biedt gebruikers de mogelijkheid om de gegevens in Sitebeheer weer te geven. De gegevens kunnen niet worden gewijzigd. Biedt gebruikers de mogelijkheid om zich aan te melden bij uw WebEx om deel te nemen aan vergaderingen, een persoonlijk profiel bij te houden en de lijst met vergaderingen weer te geven. Opmerking: Deelnemers hebben geen deelnemersaccounts nodig om WebEx-sessies bij te wonen, tenzij de host eist dat ze een account hebben. Als uw WebEx-contract voorziet in de gelijktijdige licentieoptie, kunt u elk gewenst aantal gebruikersaccounts toevoegen, maar uw contract bevat een beperking met betrekking tot het aantal gebruikers dat tegelijkertijd een sessie kan hosten of aan een sessie kan deelnemen. Als u vragen hebt over gelijktijdige licenties, kunt u contact opnemen met uw WebEx-accountmanager. Als uw organisatie de accountaanmeldingsopties heeft ingeschakeld, kunnen gebruikers nieuwe accounts aanvragen door een accountaanmeldingsformulier op uw WebEx-servicesite in te vullen. Als u de functie inschakelt, kunnen gebruikers accounts aanvragen via uw WebEx-site. U kunt ook individuele of meerdere gebruikersaccounts toevoegen via Sitebeheer. Gebruikers toestaan om accounts aan te vragen vanaf de site Gebruik deze procedure om een accountaanmeldingsformulier op uw site weer te geven, zodat gebruikers deelnemersaccounts kunnen aanvragen. U kunt opties selecteren om voor het volgende te zorgen: De sitebeheerder moet alle accountaanvragen goedkeuren (alle aanvragen worden in een wachtrij geplaatst, zodat u de aanvraag kunt accepteren of afwijzen). Aanmeldingsaanvragen van bepaalde internetdomeinen worden automatisch geaccepteerd of afgewezen. Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar Instellingen serviceaanvraag en selecteer Gebruikers toestaan extra services aan te vragen. Als u alle aanvragen automatisch wilt goedkeuren, selecteert u Automatisch alle hostaccountaanvragen goedkeuren. Als u wilt dat aanvragen in een wachtrij voor goedkeuring worden geplaatst, selecteert u Sitebeheerder keurt handmatig hostaccountaanvragen goed. Selecteer bij Verplichten bij inschrijving account het type informatie dat gebruikers moeten verstrekken om het accountaanmeldingsformulier te verzenden. Selecteer Bijwerken. 32

43 Gebruikers beheren Opties voor serviceaanvragen Opties voor serviceaanvragen Optie Aanvragen van deze domeinen goedkeuren Aanvragen afwijzen die niet van deze domeinen afkomstig zijn Alle sitebeheerders Geselecteerde sitebeheerders Gebruik deze optie om automatisch aanvragen van een domein te accepteren. Voer hier een URL in met de volgende indeling: webex.com U kunt een asterisk gebruiken om aan te geven dat deze kan worden vervangen door elke willekeurige tekenreeks in de domeinnaam: *.webex.net Als u meerdere domeinen wilt opgeven, scheidt u de domeinen door middel van een komma (zonder spaties). webex.com,*.webex.net,webex.org Gebruik deze optie om aanvragen die niet afkomstig zijn van een bepaald domein, automatisch af te wijzen. Voer het domein in waarvoor u aanvragen met deze indeling accepteert: webex.com U kunt een asterisk gebruiken om aan te geven dat deze kan worden vervangen door elke willekeurige tekenreeks in de domeinnaam: *.webex.net Als u meerdere domeinen wilt opgeven, scheidt u de domeinen door middel van een komma (zonder spaties). webex.com,*.webex.net,webex.org Selecteer deze optie om alle aanvragen die automatisch worden afgewezen ter overweging door te sturen naar alle sitebeheerders. Selecteer deze optie om alle aanvragen die automatisch worden afgewezen ter overweging door te sturen naar bepaalde sitebeheerders. Voer vervolgens in het vak het adres van de desbetreffende sitebeheerder in. Aanmeldingsaanvragen verwerken Als de WebEx-servicesite van uw organisatie de accountaanmeldingsfunctie bevat, gebruikt u deze procedure om accountaanvragen te accepteren of af te wijzen. Wanneer een gebruiker een nieuw account aanvraagt, kan het twee dagen duren voordat de gebruiker toegang heeft tot uw site. Als de gebruiker onmiddellijk toegang moet hebben nadat u de aanmeldingsaanvraag hebt geaccepteerd, bewerkt u het gebruikersaccount, geeft u een wachtwoord op en verstrekt u deze informatie aan de gebruiker. 33

44 Nieuwe gebruikersaccounts toevoegen Gebruikers beheren Selecteer op de linkernavigatiebalk Sitegegevens. Selecteer op de pagina Sitegegevens de nieuwe hostaccount-aanvraagkoppeling, of de nieuwe gebruikersaccount-aanvraagkoppeling. Deze koppelingen worden alleen weergegeven als een of meer gebruikers een account (host of deelnemer) op uw site hebben aangevraagd. Als u een of meer aanmeldingsaanvragen wilt accepteren, schakelt u voor elke aanvraag die u wilt accepteren, het selectievakje in. Klik vervolgens op Accepteren. Als u een of meer aanmeldingsaanvragen wilt afwijzen, schakelt u voor elke aanvraag die u wilt afwijzen, het selectievakje in. Klik vervolgens op Afwijzen. Sitebeheer verzendt een bericht naar de persoon die een account heeft aangevraagd. Hierin wordt vermeld of de aanvraag is geaccepteerd of afgewezen. Nieuwe gebruikersaccounts toevoegen Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruiker toevoegen. Selecteer het type account dat u wilt maken op de pagina Gebruiker toevoegen: Host: gebruikers kunnen WebEx-sessies hosten. Sitebeheerder: gebruikers kunnen sessies hosten en Sitebeheer gebruiken. Sitebeheerder - alleen weergeven: gebruikers kunnen gegevens in Sitebeheer weergeven, maar niet wijzigen. Alleen deelnemer: gebruikers kunnen zich aanmelden bij uw WebEx om deel te nemen aan vergaderingen, een persoonlijk profiel bij te houden en de lijst met vergaderingen weer te geven. Opmerking Deelnemers hebben geen deelnemersaccounts nodig om WebEx-sessies bij te wonen, tenzij de host eist dat ze een account hebben. Geef in het gedeelte Accountgegevens de naam en het adres van de gebruiker op. Maak een wachtwoord dat voldoet aan de wachtwoordcriteria voor de site en voer dit in. Selecteer een standaardtaal en -tijdzone voor de gebruiker. Selecteer de rechten die u voor de gebruiker wilt inschakelen. Geef in het gedeelte Contactgegevens het nummer op kantoor, het mobiele telefoonnummer, een alternatief telefoonnummer en de adresgegevens op. a) Schakel het selectievakje Terugbellen in om te zorgen dat elk telefoonnummer wordt teruggebeld. b) Selecteer Inbelverificatie om ervoor te zorgen dat de deelnemers die inbellen worden geverifieerd. Selecteer Toevoegen. 34

45 Gebruikers beheren Gebruikersrechten Gebruikersrechten Recht Service Sessietype toegestaan Beveiliging Opname-editor Video van hoge kwaliteit Samenwerkingsvergaderruimte (CMR) (alleen Meeting Center) Meeting Center Training Center Event Center Telefonierecht Webcast Mijn WebEx WebEx-services als Meeting Center, Training Center enzovoort. Een vooraf gedefinieerde bundel van functies en opties. Raadpleeg Over sessietypen voor meer informatie over het maken van servicetypen. Stel voorwaarden in voor het herstellen van het wachtwoord en het blokkeren van het account. Selecteer deze optie om gebruikers toe te staan de opnamen van een Cisco WebEx-sessie te bewerken. Schakel video-instellingen in. Video van hoge kwaliteit moet zijn ingeschakeld om HD-video te kunnen inschakelen. Schakel Samenwerkingsvergaderruimte (CMR) in als dit beschikbaar is op de site. Als CMR is ingeschakeld voor de gebruiker, kan er ook een Persoonlijke ruimte worden ingeschakeld. Opmerking Als u een CMR-vergadering instelt en deelnemers nemen deel via niet-versleutelde TelePresence-apparaten, is de bijbehorende WebEx-vergadering ook niet versleuteld. Als zowel de optie voor de integratie van Cisco Unified MeetingPlace als de optie WebEx-knooppunt voor MCS beschikbaar zijn voor uw site, selecteert u Externe deelnemers toestaan om deze gebruiker de mogelijkheid te bieden om bij het plannen van een vergadering deelnemers uit te nodigen die zich op het openbare web bevinden. Als u deze optie niet selecteert, kan er alleen aan de vergadering worden deelgenomen door deelnemers die zich op hetzelfde interne netwerk bevinden. Als u Training Center voor deze gebruiker hebt ingeschakeld en de optie Praktijklab is ingeschakeld voor uw site, selecteert u Beheer Praktijklab om van de gebruiker de labbeheerder te maken. Als u Event Center voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, klikt u op Bandbreedte optimaliseren... om de bandbreedte voor deelnemers in hetzelfde netwerk te optimaliseren. Selecteer de typen teleconferentieopties die de gebruiker mag selecteren voor het plannen van sessies, waaronder inbel- en terugbelconferenties en geïntegreerde VoIP. Selecteer het type webcast dat u wilt inschakelen, Basis- en Sitebeheerdersrechten. Selecteer elk type Mijn WebEx-pagina dat u voor deze gebruiker wilt inschakelen. Voer tevens de hoeveelheid opslagruimte in voor bestanden en opnamen, en het aantal extra computers op dat u aan deze gebruiker wilt toewijzen. 35

46 Wachtrijen voor WebACD selecteren Gebruikers beheren Recht Remote Support Als u Remote Support voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, moet u het volgende opgeven: De standaardweergave en -kleuren voor de console van deze gebruiker. Of u de sessie van de gebruiker automatisch wilt opnemen. Kies Opname via het netwerk (NBR) of Opname op lokale computer opslaan en geef een locatie op. Remote Access Als u Remote Access voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, moet u het volgende opgeven: De computers die aan de gebruiker zijn toegewezen. De standaardweergave en -kleuren voor de console van deze gebruiker. Of u de sessie van de gebruiker automatisch wilt opnemen. Kies Opname via het netwerk (NBR) of Opname op lokale computer opslaan en geef een locatie op. System Management Service Desk WebACD-voorkeuren System Management inschakelen, weergeven en profielen bewerken. Service Desk inschakelen, weergeven en rollen bewerken. Als u WebACD voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, geeft u aan of de gebruiker een agent, manager of beide is. Als deze gebruiker een wachtrij voor Bel me terug wil gebruiken, moet deze over telefoonrechten beschikken. Selecteer Wachtrijen selecteren om de wachtrijen te selecteren die u aan de gebruiker wilt toewijzen. Een agent en het aantal sessies dat de agent tegelijkertijd kan verwerken. Een agent kan inkomende Remote Support-aanvragen accepteren. Een agent kan automatisch alle of bepaalde Remote Support-wachtrijen toewijzen. Een manager en welke agenten en wachtrijen de manager kan monitoren. Een manager kan automatisch alle of bepaalde Remote Support-wachtrijen toewijzen. Een manager kan automatisch alle Remote Support-agenten toewijzen. Wachtrijen voor WebACD selecteren Opmerking U kunt ook wachtrijen voor WebACD selecteren op de pagina Gebruiker toevoegen, onder WebACD-voorkeuren. 36

47 Gebruikers beheren Pagina Gebruikers Stap 5 Selecteer op de linkernavigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Scrol omlaag naar WebACD-voorkeuren en schakel de selectievakjes in om aan te geven of de gebruiker een agent of manager, of beide is. Selecteer Wachtrijen selecteren en schakel vervolgens het selectievakje in voor elke wachtrij die u wilt toewijzen. Als u alle wachtrijen wilt toewijzen, kunt u ook het selectievakje Automatisch alle Meeting Center-wachtrijen toewijzen inschakelen. Als u Remote Support-wachtrijen wilt toewijzen, selecteert u Wachtrijen selecteren en schakelt u vervolgens het selectievakje in voor elke wachtrij die u wilt toewijzen. Als u alle wachtrijen wilt toewijzen, kunt u ook het selectievakje Automatisch alle Remote Support-wachtrijen toewijzen inschakelen. Als u agenten aan managers wilt toewijzen, selecteert u Agenten selecteren en schakelt u het selectievakje in naast elke agent die u wilt toewijzen. U kunt ook een van de volgende selectievakjes, of beide, inschakelen: Alle Meeting Center-agenten automatisch toewijzen. Alle Remote Support-agenten automatisch toewijzen. Stap 6 Selecteer Bijwerken. Pagina Gebruikers Gebruik deze pagina om de volgende taken voor gebruikersbeheer uit te voeren: Registreren voor een gebruikersaccount met id of adres Zoeken naar gebruiker met behulp van de functie Index De resultaten filteren om alleen actieve accounts weer te geven De resultaten filteren op accounttype De resultaten sorteren De vergaderingstypen selecteren die de gebruiker kan hosten Std of Pro Mijn WebEx opgeven voor een gebruiker Een gebruikersaccount selecteren om weer te geven en te wijzigen Over het bewerken van gebruikersaccounts U kunt bepaalde of alle van de volgende accountgegevens wijzigen, afhankelijk van het type account: Voornaam en achternaam Gebruikersnaam en wachtwoord URL van persoonlijke ruimte 37

48 Eén gebruikersaccount bewerken Gebruikers beheren adres Taal: de taal waarin de tekst op uw WebEx-servicesite verschijnt Vergaderrechten: de vergaderingstypen die de gebruiker kan hosten Hostrechten: of de gebruiker vergaderingen kan hosten, Sitebeheer kan gebruiken of alleen aan vergaderingen kan deelnemen Mijn WebEx-service: de gebruikersaccountopties die de gebruiker kan gebruiken in het gedeelte Mijn WebEx op uw site, inclusief een adresboek, de bestandsopslag, een gebruikersprofiel, de lijst met geplande vergaderingen, rapporten, de opnameopslag, Access Anywhere en de pagina Persoonlijke vergaderingen Telefonierechten: de typen teleconferentieservices die een gebruiker kan gebruiken bij het hosten van een vergadering of trainingssessie. Bijvoorbeeld inbellen, terugbellen, geïntegreerde VoIP enzovoort WebEx-opname-editorrechten: of de gebruiker de WebEx-opname-editor kan downloaden om opnamen te bewerken die zijn gemaakt met WebEx-recorder Telefoonnummers en adresgegevens Of het gebruikersaccount actief of inactief is Voorkeuren voor Webcast, Mijn WebEx, Remote Support, Remote Access, System Management, Service Desk en WebACD U kunt de gebruikersaccounts afzonderlijk bewerken, maar u kun ook meerdere gebruikersaccounts tegelijkertijd bewerken door gebruikers te importeren/exporteren. Eén gebruikersaccount bewerken Voor Cisco Unified MeetingPlace-gebruikers geldt dat wanneer de integratie met de directoryservice is ingeschakeld, ze geen gebruikersaccounts moeten bijwerken. Volg alle instructies die zijn verstrekt voor uw implementatie. Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Gebruik de functie Zoeken of Index om het gebruikersaccount te zoeken. (Optioneel) Als u een gebruikersaccount wilt inschakelen of uitschakelen, schakelt u het selectievakje Actief naast het account in of uit en selecteert u Verzenden. (Optioneel) Als u de vergaderingstypen wilt wijzigen die een gebruiker kan hosten, schakelt u in de kolom Sessietype het selectievakje naast het account in of uit en klikt u vervolgens op Verzenden. Klik op de accountnaam om gegevens van het gebruikersaccount te bewerken. Wijzig de accountgegevens of -instellingen op de pagina Gebruiker bewerken en selecteer Bijwerken. Een Persoonlijke ruimte voor een gebruiker inschakelen Deze procedure is alleen voor Meeting Center. 38

49 Gebruikers beheren De URL voor de persoonlijke ruimte van een gebruiker wijzigen Opmerking Samenwerkingsvergaderruimten (Collaboration Meeting Rooms, CMR) moeten zijn ingeschakeld voor uw site om beschikbaar te zijn voor afzonderlijke gebruikers. Een Persoonlijke ruimte kan ook voor een gebruiker worden ingeschakeld wanneer er een account wordt gemaakt. End-to-end-codering en PKI-codering worden niet ondersteund voor CMR-vergaderingen. Als u een CMR-vergadering instelt en deelnemers nemen deel via niet-versleutelde TelePresence-apparaten, is de bijbehorende WebEx-vergadering ook niet versleuteld. Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Zoek naar de gebruiker of gebruik de Index om de gebruiker te zoeken. Klik op de accountnaam om gegevens van het gebruikersaccount te bewerken. Schakel bij Rechten het selectievakje Samenwerkingsvergaderruimte (CMR) in. Schakel het selectievakje Persoonlijke ruimte in. (Optioneel) Als u vermoedt dat er ongebruikelijke activiteit in het account plaatsvindt, selecteert u Opschorten zodat de Persoonlijke ruimte niet toegankelijk is totdat de hostpincode opnieuw wordt ingesteld door de gebruiker. Selecteer Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. De URL voor de persoonlijke ruimte van een gebruiker wijzigen U kunt de URL voor de persoonlijke ruimte van een gebruiker wijzigen. Stap 5 Selecteer op de linkernavigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Zoek naar de gebruiker of gebruik de Index om de gebruikersnaam te zoeken. Selecteer de gebruikersnaam uit de zoekresultaten. Voer op de pagina Gebruiker bewerken in het veld URL van persoonlijke ruimte: de wijziging voor de URL in. Selecteer Bijwerken. 39

50 Eén contactpersoon toevoegen Gebruikers beheren Eén contactpersoon toevoegen Gebruik deze procedure om nieuwe contactpersonen toe te voegen aan het bedrijfsadresboek voor uw WebEx-servicesite. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Bedrijfsadressen. Selecteer Een contactpersoon toevoegen. Als u een distributielijst wilt toevoegen, selecteert u Distributielijst toevoegen. Als u meerdere contactpersonen wilt toevoegen, selecteert u Importeren. Voer de gegevens van de contactpersoon in. Selecteer Toevoegen. Gebruikersaccounts activeren en deactiveren U kunt gebruikersaccounts tijdelijk deactiveren en deze op elk moment opnieuw activeren. Zolang het account is gedeactiveerd, kan de gebruiker geen WebEx-sessies hosten. Sessies van een gedeactiveerde host kunnen niet worden gestart. U kunt geen gebruikersaccount van uw WebEx-servicesite verwijderen via Sitebeheer. U kunt echter wel de accountgegevens wijzigen, inclusief de gebruikersnaam en het wachtwoord, en het account aan iemand anders toewijzen. Selecteer op de linkernavigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Zoek het gebruikersaccount. Als u een gebruikersaccount wilt inschakelen of uitschakelen, schakelt u het selectievakje Actief naast het account in of uit en selecteert u Verzenden. Selecteer Verzenden. NBR-opnamen opnieuw toewijzen U kunt netwerkgebaseerde opnamen opnieuw toewijzen van de ene gebruiker aan de andere. Dit kan nodig zijn wanneer een gebruikersaccount met belangrijke opnamen wordt gedeactiveerd. 40

51 Gebruikers beheren NBR-opnamen uit een account verwijderen Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Stap 5 Stap 6 Zoek het gebruikersaccount en selecteer de bijbehorende koppeling. Scrol omlaag naar het gedeelte Mijn WebEx. Selecteer NBR-opnamen opnieuw toewijzen. Selecteer op de pagina NBR-opnamen opnieuw toewijzen het gebruikersaccount dat de opnamen ontvangt en bevestig de nieuwe toewijzing. Selecteer Bijwerken. NBR-opnamen uit een account verwijderen Stap 5 Stap 6 Selecteer op de linkernavigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Zoek het gebruikersaccount en selecteer de bijbehorende koppeling. Scrol omlaag naar het gedeelte Mijn WebEx. Selecteer NBR-opnamen verwijderen. Bevestig dat u de NBR-opnamen wilt verwijderen. Selecteer Bijwerken. Gebruikersaccountrechten instellen U kunt op elk gewenst moment de rechten aan een gebruikersaccount toewijzen door het volgende te specificeren: De vergaderingstypen die een gebruiker kan hosten op uw WebEx-servicesite. Het vergaderingstype bepaalt welke functie een gebruiker op uw site kan gebruiken. Of een gebruiker Mijn WebEx Standaard- of Mijn WebEx Pro-functies kan gebruiken. De teleconferentieservices die een gebruiker tijdens een vergadering of een trainingssessie kan gebruiken. U kunt de rechten voor alle gebruikersaccounts tegelijkertijd wijzigen, maar u kunt ook alleen bepaalde gebruikersaccounts wijzigen. 41

52 Rechten voor afzonderlijke accounts instellen Gebruikers beheren Rechten voor afzonderlijke accounts instellen Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Zoek het gebruikersaccount en selecteer de bijbehorende koppeling. Selecteer op de pagina Gebruiker bewerken in het gedeelte Rechten de rechten die u wilt inschakelen voor de gebruiker. Selecteer Bijwerken. Rechten voor afzonderlijke accounts Recht Service Sessietype toegestaan Beveiliging Opname-editor Meeting Center Training Center Event Center Telefonierecht Webcast WebEx-services als Meeting Center, Training Center enzovoort. Een vooraf gedefinieerde bundel van functies en opties. Voor meer informatie over het maken van servicetypen. Stel voorwaarden in voor het herstellen van het wachtwoord en het blokkeren van het account. Selecteer de optie om gebruikers toe te staan de opnamen van een WebEx-sessie te bewerken. Als u Meeting Center voor deze gebruiker hebt ingeschakeld en de optie voor de integratie van Cisco Unified MeetingPlace ook is ingeschakeld voor uw site, schakelt u het selectievakje Externe deelnemers toestaan in, om deze gebruiker bij het plannen van een vergadering de mogelijkheid te bieden om deelnemers uit te nodigen die zich op het openbare web bevinden. De gebruiker kan er voor kiezen deze optie niet in te schakelen. In dat geval kunnen alleen deelnemers die zich op hetzelfde interne netwerk bevinden, deelnemen aan de vergadering. Als u Training Center voor deze gebruiker hebt ingeschakeld en de optie Praktijklab is ingeschakeld voor uw site, klikt u op Beheer Praktijklab om van de gebruiker de labbeheerder te maken. Als u Event Center voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, klikt u op Bandbreedte optimaliseren... om de bandbreedte voor deelnemers in hetzelfde netwerk te optimaliseren. Selecteer de typen teleconferentieopties die de gebruiker mag selecteren voor het plannen van sessies, waaronder inbel- en terugbelconferenties en geïntegreerde VoIP. Selecteer het type webcast dat u wilt inschakelen, Basis- en Sitebeheerdersrechten. 42

53 Gebruikers beheren Rechten voor alle gebruikersaccounts instellen Recht Mijn WebEx Remote Support Selecteer elk type Mijn WebEx-pagina dat u voor deze gebruiker wilt inschakelen. Voer ook de hoeveelheid opslagruimte voor bestanden en opnamen in, en het aantal extra computers dat u aan deze gebruiker wilt toewijzen. Als u Remote Support voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, moet u het volgende opgeven: De standaardweergave en -kleuren voor de console van deze gebruiker. Of u de sessie van de gebruiker automatisch wilt opnemen. Kies Opname via het netwerk (NBR) of Opname op lokale computer opslaan en geef een locatie op. Remote Access Als u Remote Access voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, moet u het volgende opgeven: De computers die aan de gebruiker zijn toegewezen. De standaardweergave en -kleuren voor de console van deze gebruiker. Of u de sessie van de gebruiker automatisch wilt opnemen. Kies Opname via het netwerk (NBR) of Opname op lokale computer opslaan en geef een locatie op. System Management Service Desk WebACD-voorkeuren System Management inschakelen, weergeven en profielen bewerken. Service Desk inschakelen, weergeven en rollen bewerken. Als u WebACD voor deze gebruiker hebt ingeschakeld, moet u de volgende informatie over de gebruiker verstrekken: Een agent en het aantal sessies dat de agent tegelijkertijd kan verwerken. Een agent kan automatisch alle of bepaalde Remote Support-wachtrijen toewijzen. Een manager en welke agenten en wachtrijen de manager kan monitoren. Een manager kan automatisch alle of bepaalde Remote Support-wachtrijen toewijzen. Een manager kan automatisch alle Remote Support-agenten toewijzen. Rechten voor alle gebruikersaccounts instellen Opmerking Dit batchproces is van invloed op alle gebruikersaccounts op uw website. 43

54 Wachtwoordaanvragen verwerken Gebruikers beheren Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Gebruikersrechten. Selecteer op de pagina Rechten bewerken in het gedeelte Vergaderingrechten wijzigen voor alle gebruikers de rechten die u voor alle gebruikers wilt in- of uitschakelen. Selecteer in het gedeelte Mijn WebEx-rechten wijzigen voor alle gebruiker de rechten die u voor alle gebruikers wilt in- of uitschakelen. Selecteer in het gedeelte Vergaderingrechten wijzigen voor alle gebruikers de audioconferentieopties die u voor alle gebruikers wilt inschakelen. Selecteer Verzenden. Wachtwoordaanvragen verwerken Als gebruikers hun wachtwoord vergeten en u de optie Aanmeldondersteuning hebt ingeschakeld, kunnen ze het wachtwoord opvragen via de aanmeldingspagina. Gebruik deze procedure om wachtwoordaanvragen te accepteren of af te wijzen. Selecteer op de linkernavigatiebalk Sitegegevens. Selecteer de koppeling Nieuwe wachtwoordaanvragen op de pagina Sitegegevens. Deze koppeling wordt alleen weergegeven als een of meer gebruikers een wachtwoord hebben aangevraagd. Schakel het selectievakje naast de aanvraag in en klik vervolgens op Accepteren of Afwijzen. Tip Als u gedetailleerde informatie wilt weergeven over een gebruiker die een wachtwoord aanvraagt, klikt u op de gebruikersnaam. Voor elke wachtwoordaanvraag verzendt Sitebeheer een bericht met de aanvraagstatus naar de persoon die het wachtwoord heeft aangevraagd. Serviceaanvragen verwerken Deze procedure is alleen voor Enterprise Edition-sites. Als u de optie hebt ingeschakeld die gebruikers de mogelijkheid biedt om meer services aan te vragen, gebruikt u deze procedure om de serviceaanvragen goed te keuren of af te wijzen. Selecteer op de linkernavigatiebalk Sitegegevens. Selecteer de koppeling Nieuwe rechtenaanvraag op de pagina Sitegegevens. 44

55 Gebruikers beheren berichten naar alle gebruikers verzenden Deze koppeling wordt alleen weergegeven als een of meer gebruikers met een account op uw site hostrechten voor een aanvullende service hebben aangevraagd. Schakel in het gedeelte Service aangevraagd voor elke serviceaanvraag die u wilt verwerken, het selectievakje in. Selecteer Accepteren of Afwijzen. Sitebeheer verzendt een bericht naar de persoon die de service heeft aangevraagd. Hierin wordt vermeld of de aanvraag is geaccepteerd of afgewezen. berichten naar alle gebruikers verzenden Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > > naar iedereen verzenden. Uw naam en adres worden weergegeven in het gedeelte met informatie over de afzender. Typ uw bericht en klik op Verzenden. Neem in uw bericht naar alle gebruikers geen variabelen op uit de sjablonen voor uw WebEx-service. Over het gebruik van traceercodes Traceercodes zijn alfanumerieke codes waarmee categorieën gebruikers op een WebEx-servicesite worden geïdentificeerd, zodat u het gebruik door de verschillende groepen binnen een organisatie kunt analyseren, bijvoorbeeld Afdeling en Divisie. U kunt gebruikers verplichten om als onderdeel van hun gebruikersprofiel een traceercode op te geven wanneer ze zich aanmelden voor een account of voor het plannen van een vergadering of trainingssessie. De traceercodes die gebruikers verstrekken, worden weergegeven in een gebruiksrapport dat u voor uw WebEx-servicesite kunt maken, als onderdeel van de informatie over een gebruiker. U kunt de gegevens in deze rapporten vervolgens gebruiken voor het berekenen van de kosten of voor interne factureringsprocessen. Wanneer u een traceercode opgeeft, kunt u gebruikers verplichten een of meer van de volgende handelingen uit te voeren: Een codewaarde opgeven in hun gebruikersprofiel. Een codewaarde opgeven bij het plannen van een vergadering of trainingssessie. Een codewaarde selecteren in een lijst met door u opgegeven waarden. U kunt een lijst met codewaarden maken door de waarden in een lijst te typen of door deze te importeren uit een CSV-bestand (comma-separated value) dat u maakt. U kunt eventueel ook nog codewaarden opgeven in een gebruikersprofiel wanneer u een gebruikersaccount toevoegt of bewerkt in Sitebeheer. Gebruikers hoeven dus geen codewaarden voor hun profielen te typen of te selecteren of wanneer ze een vergadering of trainingssessie plannen. 45

56 Geef traceercodes op Gebruikers beheren Geef traceercodes op U kunt traceercodes opgeven waarmee u het gebruik van uw WebEx-servicesite kunt controleren. U kunt bijvoorbeeld de traceercodes Project, Divisie en Afdeling opgeven en gebruikers vervolgens verplichten om codewaarden op te geven wanneer ze een vergadering of trainingssessie plannen. U kunt eventueel een of meer codewaarden opgeven die gebruikers kunnen selecteren voor elk label. De labels voor de traceercodes, of de groepsnamen, die u opgeeft, kunnen op elk van de volgende pagina's op uw WebEx-servicesite worden weergegeven: De pagina Mijn profiel: Een pagina die persoonlijke informatie over elke gebruiker met een account bevat. Een gebruiker kan zijn of haar persoonlijke gegevens op deze pagina bijhouden. De wizard Een vergadering plannen: Op Meeting Center-sites is dit de pagina waarop gebruikers informatie opgeven wanneer ze een vergadering plannen. De pagina Trainingssessie plannen: Op Training Center-sites is dit de pagina waarop gebruikers informatie opgeven wanneer ze een trainingssessie plannen. De pagina Een gebeurtenis plannen: Op Event Center-sites is dit de pagina waarop gebruikers informatie opgeven wanneer ze een gebeurtenis plannen. Stap 5 Stap 6 Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Traceercodes. Geef in het vak Traceercodegroep het type label of de groepsnaam voor een traceercode op. Gebruik de vervolgkeuzelijst Hostprofiel om aan te geven of de traceercode verplicht is voor het gebruikersprofiel van gebruikers. Gebruik de vervolgkeuzelijst Vergadering plannen om aan te geven of gebruikers een waarde voor de traceercode moeten opgeven wanneer ze een vergadering plannen. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Invoermodus een optie om aan te geven hoe gebruikers een codewaarde kunnen opgeven. (Optioneel) Voer een van de volgende handelingen uit wanneer u wilt dat gebruikers een traceercode in een lijst met waarden moeten selecteren in plaats van een waarde op te geven: Als u een lijst met codewaarden wilt opgeven, klikt u op Toevoegen/bewerken om de pagina Traceercodelijst te openen. Vervolgens geeft u de codewaarden op. De pagina Traceercodelijst wordt weergegeven. Als u een lijst met codewaarden wilt maken door deze te importeren vanuit een CSV-bestand (comma-separated values), klikt u op Batch toevoegen. Stap 7 Stap 8 Stap 9 (Optioneel) Geef meer traceercodes op. Geef op de pagina Plannen/startpagina aan voor welke services de pagina moet worden weergegeven. Zodra u de traceercodes hebt opgegeven, klikt u op Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. 46

57 Gebruikers beheren Traceercodewaarden importeren Traceercodewaarden importeren Als u labels voor traceercodes hebt opgegeven, kunt u traceercodewaarden via de pagina Traceercodelijst importeren zodat u de waarden niet handmatig hoeft in te voeren. Als u dit proces wilt gebruiken, moet u eerst een CSV-bestand (comma-separated values) maken dat de traceercodewaarden bevat. Deze optie is handig als uw organisatie vele traceercodes gebruikt en u de lijst met waarden wilt bijhouden buiten Sitebeheer. Opmerking Als u een verkeerde codewaarde opgeeft, kan Sitebeheer deze waarde niet aan de lijst toevoegen. In dat geval genereert Sitebeheer een lijst met records voor de waarden die niet konden worden toegevoegd, inclusief de oorzaak van elke fout. U kunt het bestand dat deze records bevat, ter referentie downloaden naar uw computer of gebruiken om de fouten rechtstreeks in het desbetreffende bestand te corrigeren. Als u de fouten rechtstreeks corrigeert in het bestand dat door Sitebeheer wordt gemaakt, kunt u de laatste kolom, de kolom Opmerkingen, verwijderen voordat u het bestand uploadt om de overige codewaarden te maken. Als u na het uploaden van een CSV-bestand de informatie wilt wijzigen die u hebt opgegeven voor een of meer codewaarden, kunt u de waarden afzonderlijk bewerken op de pagina Traceercodelijst. U kunt voor ondersteuning ook contact opnemen met uw WebEx-accountmanager. Opties voor batch-import en -export van gebruikers U kunt meerdere gebruikersaccounts tegelijkertijd toevoegen of wijzigen door een spreadsheetbestand met een CSV-indeling (comma-separated values) te gebruiken. Optie Importeren Exporteren Afbreken Nadat u een CSV-bestand hebt geselecteerd, klikt u op deze knop om het bestand te uploaden naar Sitebeheer. Sitebeheer gebruikt de informatie in het bestand om gebruikersaccounts te maken. Klik op deze knop om gebruikers van Sitebeheer te exporteren. U ontvangt een melding zodra de aanvraag is voltooid. Klik op deze knop om de import- of exporttaak te beëindigen. Accounts importeren voor Cisco Unified MeetingPlace-gebruikers Uw Cisco Unified MeetingPlace-implementatie bevat mogelijk een integratie met een directoryservice. In dat geval kunnen de gebruikers van MeetingPlace zich via een MeetingPlace-site aanmelden bij uw WebEx-site via een single sign-on. Er hoeven geen gebruikersaccounts te worden geïmporteerd voor de integratie met een directoryservice. 47

58 gebruikersaccounts importeren Gebruikers beheren Als de integratie met een directoryservice is ingeschakeld voor uw site, moet u geen gebruikersaccounts maken of bijwerken. Volg alle instructies die zijn verstrekt voor uw implementatie. Voor sites waarvoor de integratie met de directoryservice niet is ingeschakeld, kunt u MeetingPlace-gebruikersaccounts importeren naar uw Cisco Unified MeetingPlace-site. U kunt gebruikersaccounts importeren zodra u de MeetingPlace-accounts hebt geëxporteerd naar een TXT- (tekstbestand) of CSV-bestand (comma-separated values). gebruikersaccounts importeren U kunt een batchproces gebruiken om meerdere gebruikersaccounts toe te voegen. Gebruik eerst een spreadsheetprogramma zoals Microsoft Excel om een CSV-bestand (comma-separated values) te maken. Dit bestand moet de gegevens van het gebruikersaccount bevatten die u in WebEx wilt importeren. Voor Cisco Unified MeetingPlace-gebruikers kunt u ook een tekstbestand (.txt) met geëxporteerde MeetingPlace-gegevens gebruiken. Opmerking Als u een gebruikersaccount verkeerd opgeeft, kan Sitebeheer het desbetreffende account niet maken. Sitebeheer genereert een lijst met accounts die niet konden worden gemaakt en geeft voor elk account de oorzaak van de fout weer. Als Sitebeheer fouten rapporteert, downloadt u het bestand naar uw computer, corrigeert u de fouten, verwijdert u de laatste kolom, de kolom Opmerkingen en uploadt u het bestand opnieuw. Nadat u het CSV-bestand hebt geüpload, kunt u de informatie wijzigen door de accounts in Sitebeheer te bewerken. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruikers importeren/exporteren. Selecteer bij Scheidingsteken de optie Tab of Komma voor de indeling van het bestand dat u importeert. Selecteer Importeren. (Optioneel) Voor gedetailleerde instructies over het maken van een CSV-bestand selecteert u CSV-bestandsindeling voor gebruikersaccounts. Dit onderwerp bevat opties waarmee u verschillende gebruikersaccounts tegelijkertijd aan uw WebEx-servicesite kunt toevoegen. Klik op Bladeren, selecteer het CSV-bestand (.csv) dat de gegevens over het gebruikersaccount bevat, en klik op Openen. Selecteer Importeren. U ontvangt een melding zodra de aanvraag is voltooid. Klik op de koppeling in de melding en lees en controleer de informatie nauwkeurig. 48

59 Gebruikers beheren gebruikersaccounts bewerken gebruikersaccounts bewerken U kunt een CSV-bestand (comma-separated values) met nieuwe accountgegevens importeren om meerdere gebruikersaccounts tegelijkertijd te bewerken. U exporteert de gegevens van het gebruikersaccount naar een CSV-bestand en gebruikt vervolgens een spreadsheetprogramma zoals Microsoft Excel om de gegevens te bewerken. Nadat u alle wijzigingen hebt voltooid, importeert u het CSV-bestand weer in WebEx. Opmerking Als u een gebruikersaccount verkeerd opgeeft, kan Sitebeheer het desbetreffende account niet maken. Sitebeheer genereert een lijst met accounts die niet konden worden gemaakt en geeft voor elk account de oorzaak van de fout weer. Als Sitebeheer fouten rapporteert, downloadt u het bestand naar uw computer, corrigeert u de fouten, verwijdert u de laatste kolom, de kolom Opmerkingen en uploadt u het bestand opnieuw. Nadat u het CSV-bestand hebt geüpload, kunt u de informatie wijzigen door de accounts in Sitebeheer te bewerken. Als u nieuwe gebruikers maakt via het importproces, kunt u '****' gebruiken om een nieuw willekeurig wachtwoord te genereren of een geldig wachtwoord gebruiken. Wachtwoorden moeten voldoen aan de wachtwoordcriteria en wachtwoordopties in de site-instellingen. U mag het veld voor het wachtwoord niet leeg laten. Als u '****' gebruikt, moeten gebruikers het willekeurige wachtwoord wijzigen wanneer ze zich voor de eerste keer aanmelden. Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruikers importeren/exporteren. Selecteer Exporteren. De pagina wordt vernieuwd met het bericht dat uw aanvraag voor een batch-export is ontvangen. U ontvangt een melding zodra de aanvraag is voltooid. Kies OK. De pagina wordt vernieuwd en toont de status van uw exporttaak en het aanvraagnummer voor de taak. U kunt de export stoppen door Stoppen te selecteren. 49

60 Status van uw import- of exportbewerking Gebruikers beheren Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Stap Selecteer op de pagina Gebruikers importeren/exporteren of in de melding Geëxporteerd CSV-bestand downloaden en selecteer vervolgens Opslaan. Blader naar de locatie waar u het bestand wilt opslaan, voer een naam voor het bestand in en selecteer vervolgens Opslaan. Als de download is voltooid, selecteert u in het venster Een CSV-bestand downloaden de optie Venster sluiten. Gebruik een spreadsheetprogramma, zoals Microsoft Excel, om het bestand te bewerken. Selecteer de optie Importeren op de pagina Gebruikers importeren/exporteren. Selecteer Bladeren, blader naar het CSV-bestand en selecteer Openen. Selecteer het type Scheidingsteken. Selecteer Importeren. Controleer de informatie in de tabel goed, om er zeker van te zijn dat u de informatie goed hebt opgegeven en klik vervolgens op OK. Status van uw import- of exportbewerking Het kan aanzienlijk wat tijd vergen om een batch te importeren of exporteren. Er is een overzichtspagina over het importeren en exporteren beschikbaar, waarop de status van de import- of exportbewerking wordt weergegeven. Batchtaken worden in een wachtrij geplaatst en worden ongeveer elke vijf minuten uitgevoerd. De pagina wordt weergegeven nadat de export- of importopdracht is geselecteerd en er een bestand is gekozen. Als u de statuspagina wilt vernieuwen, klikt u op de koppeling Gebruikers importeren/exporteren op de navigatiebalk. Wanneer een exporttaak is voltooid, wordt op de statuspagina een koppeling weergegeven waarmee het geëxporteerde bestand kan worden gedownload. Zodra de taak is voltooid, wordt er ook een bericht verstuurd naar de persoon die de batchtaak heeft aangevraagd. Het bericht bevat onder andere de volgende belangrijke informatie: Een bericht dat uw export- of importaanvraag is voltooid. Een overzicht van de resultaten. Een koppeling om het geëxporteerde of geïmporteerde CSV-bestand te downloaden, als de bewerking is geslaagd. Een koppeling om het foutenlogboek weer te geven voor de taak, indien van toepassing. Opmerking Als de export- of importaanvraag is voltooid, maar het geëxporteerde CVS-bestand of foutenlogbestand nog niet klaar is, wordt een bericht weergegeven dat het downloaden van uw bestand niet is voltooid. De downloadkoppeling wordt niet weergegeven. Batch-imports en -exports worden mogelijk niet voltooid in de volgorde waarin ze zijn uitgevoerd. 50

61 HOOFDSTUK 3 Event Center beheren De site-instellingen voor Event Center bijwerken, pagina 51 Overzicht Event Center-planningssjablonen, pagina 53 Een gebeurtenis aan een andere host toewijzen, pagina 55 Het registratieformulier voor Event Center aanpassen, pagina 55 Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen, pagina 58 De site-instellingen voor Event Center bijwerken Selecteer Configuratie > Event Center > Opties. Geef de opties in het gedeelte Siteopties op. Selecteer Bijwerken. 51

62 Site-opties Event Center beheren Site-opties Optie Standaard bestemmingspagina host Hiermee wordt bepaald welke pagina wordt weergegeven voor vergaderinghosts wanneer een vergadering wordt beëindigd. U kunt kiezen uit de volgende opties: Standaard WebEx-merkpagina gebruiken: de standaard WebEx-pagina wordt weergegeven. Als u ook promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx wilt weergeven, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Aangepaste pagina gebruiken: voer de URL van een andere pagina in die moet worden weergegeven voor hosts wanneer een vergadering wordt beëindigd. Opmerking U hoeft het gedeelte ' niet in te voeren voor de URL. Standaard bestemmingspagina deelnemer Hiermee wordt bepaald welke pagina wordt weergegeven voor de deelnemers aan de vergadering wanneer een vergadering wordt beëindigd. U kunt kiezen uit de volgende opties: Standaard WebEx-merkpagina gebruiken: de standaard WebEx-pagina wordt weergegeven. Als u ook promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx wilt weergeven, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Aangepaste pagina gebruiken: Voer de URL van een andere pagina in die moet worden weergegeven voor deelnemers wanneer een vergadering wordt beëindigd. Opmerking U hoeft het gedeelte ' niet in te voeren voor de URL. Deelnemen aan pagina Uitnodigingsbericht Toegang opname icalendar Opties voor deelname aan gebeurtenis Als u ook promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx op de pagina wilt weergeven die hosts en deelnemers gebruiken om deel te nemen aan vergaderingen, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Als u promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx wilt weergeven in uitnodigingsberichten, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Als u het mini-infoformulier voor toegang tot de opname wilt overslaan, klikt u op Het mini-infoformulier voor gebruikers overslaan. Geeft aan of u berichten over geaccepteerde, voorlopige en geweigerde vergaderingen van Microsoft Outlook wilt ontvangen van deelnemers. Deelnemers kunnen deelnemen via Flash: geeft aan of u deelnemers wilt toestaan met Flash-technologie deel te nemen aan een vergadering. Selecteer of u Flash het Eerst of het Laatst wilt proberen. 52

63 Event Center beheren Overzicht Event Center-planningssjablonen Optie Opties tijdens gebeurtenis Automatisch opnemen: Geeft aan of u automatisch alle sessies met Network Based Recording (NBR) wilt opnemen. melding verzenden: geeft aan of u een naar de host wilt verzenden wanneer de opname van de gebeurtenis is voltooid. Aandacht bijhouden inschakelen: geef aan of u de functie voor het bijhouden van de aandacht voor vergaderingen wilt inschakelen. Opmerking De functie Automatisch opnemen is alleen beschikbaar als de opnameoptie beschikbaar is op uw site. Standaardopties Selecteer de standaardpagina die voor gebruikers wordt weergegeven. Deze opties worden als standaardinstellingen toegepast op de site, maar individuele gebruikers kunnen deze wijzigen. Overzicht Event Center-planningssjablonen Een planningssjabloon definieert een groot deel van de instellingen voor een geplande gebeurtenis. Als hosts vaak dezelfde instellingen gebruiken voor hun gebeurtenissen, kunt u deze instellingen opslaan in een sjabloon. Bij het plannen van een gebeurtenis kan een host de sjabloon selecteren, zodat niet telkens dezelfde opties hoeven worden ingesteld voor gebeurtenissen. Er zijn twee typen planningssjablonen: Standaard planningssjablonen: beschikbaar voor alle hosts. Uw WebEx-service bevat een aantal standaardsjablonen. U kunt ook de persoonlijke sjablonen van hosts beschikbaar maken als standaardsjablonen. Persoonlijke planningsjablonen: een sjabloon die door een host wordt ingesteld en die alleen beschikbaar is voor de desbetreffende host. Een host kan een persoonlijke sjabloon maken in de gebeurtenisplanner door gebruik te maken van de optie Opslaan als sjabloon. Wanneer de host een sjabloon opslaat, heeft deze ook de mogelijkheid om de sjabloon op te slaan als een standaardsjabloon door Opslaan als standaardsjabloon te selecteren. De sjabloon wordt vervolgens weergegeven in de lijst met standaardsjablonen in Sitebeheer. In de lijst met standaardsjablonen voor uw Event Center-service kunt u: Elke standaardsjabloon weergeven of verbergen, inclusief de sjablonen die de host heeft gemaakt en opgeslagen als een standaardsjabloon. Een standaardsjabloon naar keuze gebruiken als de standaardsjabloon voor Event Center Een standaardsjabloon van uw WebEx-site verwijderen 53

64 Event Center-planningssjablonen weergeven of verbergen Event Center beheren Event Center-planningssjablonen weergeven of verbergen Selecteer Configuratie > Event Center > Opties. Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Voer in de kolom Zichtbaar maken een van de volgende handelingen uit: Schakel het selectievakje in om een sjabloon weer te geven. Schakel het selectievakje uit om een sjabloon te verbergen. Selecteer Bijwerken. De standaard Event Center-planningssjabloon instellen Selecteer Configuratie > Event Center > Opties. Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Selecteer de sjabloon die u als standaardsjabloon wilt instellen in de kolom Instellen als standaard. Selecteer Bijwerken. Event Center-planningssjablonen verwijderen Selecteer Configuratie > Event Center > Opties. Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Schakel de selectievakjes in links van de naam van de sjablonen die u wilt verwijderen. Selecteer Sjabloon/Sjablonen verwijderen. 54

65 Event Center beheren Een gebeurtenis aan een andere host toewijzen Een gebeurtenis aan een andere host toewijzen U kunt een gebeurtenis opnieuw toewijzen aan een andere Event Center-host. De gebeurtenis wordt vervolgens verwijderd van de pagina Mijn vergaderingen van de oorspronkelijke host en wordt weergegeven op de pagina Mijn vergaderingen van de nieuwe host. De nieuwe host kan de gebeurtenis bewerken en de gegevens naar wens wijzigen, inclusief het wachtwoord. Stap 5 Selecteer Configuratie > Event Center > Nieuwe host toewijzen. Zoek naar de gebeurtenis in de lijst die wordt weergegeven. U kunt ook naar de gebeurtenis zoeken door een Gebruikersnaam, Gebeurtenisnummer of Gebeurtenisdatum te selecteren en vervolgens de betreffende criteria in te voeren in het vak Trefwoorden. Selecteer de koppeling Opnieuw toewijzen voor de gebeurtenis die u opnieuw wilt toewijzen. Zoek naar de nieuwe host in de lijst die wordt weergegeven. U kunt ook naar de gebeurtenis zoeken door een Gebruikersnaam, Naam of adres te selecteren. Voer vervolgens de juiste criteria in het veld Trefwoorden in om de lijst te verfijnen. Selecteer de nieuwe host en klik op Opnieuw toewijzen. Het registratieformulier voor Event Center aanpassen U kunt het registratieformulier waarop registranten informatie voor een bepaalde gebeurtenis opgeven, aanpassen. Wanneer u het formulier aanpast, kunt u aangeven welke standaardopties op het formulier moeten worden opgenomen. De host van een gebeurtenis kan tijdens het plannen van een gebeurtenis op de pagina Registratievragen aanpassen de informatie aanpassen die op het standaardinschrijfformulier wordt weergegeven. Selecteer Configuratie > Event Center > Verplichte velden. Selecteer bij Standaardopties de opties die verplicht moeten worden ingevuld op het formulier. (Optioneel) Voeg in het gedeelte Mijn aangepaste opties aangepaste opties aan het formulier toe door de volgende items te selecteren: Tekstvak: hiermee opent u de pagina Tekstvak toevoegen, waarop u kunt aangeven welke tekstvakken op het inschrijfformulier moeten worden weergegeven. Selectievakjes: hiermee opent u de pagina Selectievakjes toevoegen, waarop u kunt aangeven welke selectievakjes op het inschrijfformulier moeten worden weergegeven. Keuzerondjes: hiermee opent u de pagina Keuzerondjes toevoegen, waarop u kunt aangeven welke keuzerondjes op het inschrijfformulier moeten worden weergegeven. 55

66 Mijn aangepaste opties Event Center beheren Vervolgkeuzelijst: hiermee opent u de pagina Vervolgkeuzelijst toevoegen, waarop u een vervolgkeuzelijst kunt opgeven die op het inschrijfformulier moet worden weergegeven. Registratievragen: hiermee opent u de pagina Toevoegen vanuit Mijn registratievragen, waarop u de vragen kunt selecteren die op het registratieformulier worden weergegeven. Stap 5 Schakel het selectievakje in voor de opties op het formulier die verplicht moeten worden gesteld. Gebruik de pijl-omhoog of de pijl-omlaag onder Volgorde wijzigen om de volgorde van de opties te wijzigen. Selecteer Opslaan. Mijn aangepaste opties Tekstvak Optie Label tekstvak Type Breedte Hoogte Opslaan Sluiten Geeft de tekst aan die links van het tekstvak wordt weergegeven. Een tekstvaklabel kan maximaal 256 tekens lang zijn. Geeft aan of het tekstvak een of meer regels bevat waar een klant tekst kan typen. Als u regels selecteert, moet u bij Breedte het aantal tekens en in het vak Hoogte het aantal regels opgeven. De breedte van het tekstvak in tekens. De waarde die u opgeeft, bepaalt hoe het tekstvak wordt weergegeven op het registratieformulier. De waarde is echter niet van invloed op het aantal tekens dat in het tekstvak kan worden getypt. Een tekstvak kan maximaal 256 tekens bevatten. Geeft het aantal regels aan dat het tekstvak bevat. Als u verschillende regels wilt opgeven, selecteert u eerst regels onder Type. Als u geen verschillende regels opgeeft, gebruikt Sitebeheer de standaardhoogte van één regel. Sla de wijzigingen op naar het formulier. Het venster wordt gesloten zonder dat uw wijzigingen worden opgeslagen. Selectievakjes Optie Type Groepslabel voor selectievakjes Geeft aan welk type optie u wilt toevoegen of bewerken. De optie Selectievakjes is standaard geselecteerd. Als u een ander type wilt opgeven, selecteert u een optie in de vervolgkeuzelijst. Geeft aan welke tekst er wordt weergegeven links naast een groep selectievakjes die u aan het formulier toevoegt. Als u een groepslabel wilt opgeven, typt u dat in het vak. Als u slechts één selectievakje toevoegt en u geen groepslabel wilt gebruiken, laat u dit vak leeg. 56

67 Event Center beheren Mijn aangepaste opties Optie Selectievakje... Extra selectievakjes toevoegen Opslaan Sluiten Geeft aan welk tekstlabel rechts van het selectievakje moet worden weergegeven en of het selectievakje op het formulier standaard is in- of uitgeschakeld. Als u een selectievakje aan het formulier wilt toevoegen, geeft u het label in het vak op en kiest u in de bijbehorende vervolgkeuzelijst vervolgens Gewist of Geselecteerd. Opmerking Alleen de selectievakjes waarvoor u een label hebt opgegeven, worden weergegeven op het formulier. Als u selectievakjes wilt toevoegen, selecteert u in de vervolgkeuzelijst het juiste aantal. Opmerking U kunt maximaal 99 selectievakjes toevoegen. Zodra u 99 selectievakjes hebt toegevoegd, is de optie Extra selectievakjes toevoegen niet meer beschikbaar. Uw wijzigingen worden opgeslagen naar het inschrijfformulier. Het venster wordt gesloten zonder dat uw wijzigingen worden opgeslagen. Vervolgkeuzelijst Optie Type Groepslabel voor keuzerondjes Standaardkeuze Keuze... Extra keuzemogelijkheden toevoegen Opslaan Sluiten Geeft aan welk type optie u wilt toevoegen of bewerken. De optie Keuzerondjes is standaard geselecteerd. Als u een ander type wilt opgeven, selecteert u een optie in de vervolgkeuzelijst. Geeft aan welke tekst er wordt weergegeven links naast een groep keuzerondjes die u aan het formulier toevoegt. Als u een groepslabel wilt opgeven, typt u dat in het vak. Geeft aan welke keuzerondjes op het formulier standaard zijn geselecteerd. Als u een standaardkeuze wilt opgeven, moet u labels voor de keuzerondjes specificeren. Selecteer vervolgens in de vervolgkeuzelijst het nummer van het gewenste keuzerondje. Geeft aan welk tekstlabel rechts van het keuzerondje wordt weergegeven. Als u een keuzerondje wilt toevoegen aan het formulier, typt u het label van het keuzerondje in het vak. Als u keuzerondjes wilt toevoegen, selecteert u in de vervolgkeuzelijst het juiste aantal. Opmerking U kunt maximaal 99 keuzerondjes toevoegen. Zodra u 99 keuzerondjes hebt toegevoegd, is de optie Extra keuzemogelijkheden toevoegen niet meer beschikbaar. Uw wijzigingen worden opgeslagen naar het inschrijfformulier. Het venster wordt gesloten zonder dat uw wijzigingen worden opgeslagen. 57

68 Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen Event Center beheren Registratievragen Optie Vragen Type (Selectievakje) Toevoegen Sluiten De aangepaste vragen die u hebt gemaakt. Schakel het selectievakje naast een opgeslagen vraag in om de vraag aan het standaard inschrijfformulier toe te voegen. Geeft het type vraag aan: tekstvak, selectievakje, vervolgkeuzelijst of optie (keuzerondje). Met dit selectievakje geeft u aan of een vraag moet worden toegevoegd aan het inschrijfformulier. Voegt geselecteerde vragen toe aan het inschrijfformulier. Het venster wordt gesloten zonder dat de geselecteerde vragen aan het inschrijfformulier worden toegevoegd. Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen U kunt video van hoge kwaliteit alleen voor Meeting Center, Training Center en Event Center inschakelen. Opmerking Video van hoge kwaliteit is een optionele functie die voor uw site moet zijn ingesteld. Op de pagina Site-instellingen > Algemeen kunt u op twee plaatsen video van hoge kwaliteit inschakelen voor uw site: Schakel in Siteopties > Maximumbandbreedte voor video instellen op het selectievakje Video van hoge kwaliteit inschakelen in. Als u bij het plannen van vergaderingen of trainingssessies video van hoge kwaliteit als een optie wilt inschakelen, schakelt u in Standaard Planner-opties > Video-opties zowel Video als Video van hoge kwaliteit inschakelen in. 58

69 HOOFDSTUK 4 Meeting Center configureren De pagina voor het einde van vergadering wijzigen, pagina 59 Over het gebruik van WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten, pagina 61 Overzicht Meeting Center-planningssjablonen, pagina 62 Maximumbandbreedte voor video instellen, pagina 63 Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen, pagina 64 HD-video voor uw site inschakelen, pagina 64 De pagina voor het einde van vergadering wijzigen Selecteer Configuratie > Meeting Center. Geef de opties in het gedeelte Siteopties op. Selecteer Site-instellingen bijwerken. 59

70 Site-opties Meeting Center configureren Site-opties Optie Standaard bestemmingspagina host Hiermee wordt bepaald welke pagina wordt weergegeven voor vergaderinghosts wanneer een vergadering wordt beëindigd. U kunt kiezen uit de volgende opties: Standaard WebEx-merkpagina gebruiken: de standaard WebEx-pagina wordt weergegeven. Als u ook promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx wilt weergeven, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Aangepaste pagina gebruiken: voer de URL van een andere pagina in die moet worden weergegeven voor hosts wanneer een vergadering wordt beëindigd. Opmerking U hoeft het gedeelte ' niet op te geven voor de URL. Standaard bestemmingspagina deelnemer Hiermee wordt bepaald welke pagina wordt weergegeven voor de deelnemers aan de vergadering wanneer een vergadering wordt beëindigd. U kunt kiezen uit de volgende opties: Standaard WebEx-merkpagina gebruiken: de standaard WebEx-pagina wordt weergegeven. Als u ook promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx wilt weergeven, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Aangepaste pagina gebruiken: Voer de URL van een andere pagina in die moet worden weergegeven voor deelnemers wanneer een vergadering wordt beëindigd. Opmerking U hoeft het gedeelte ' niet op te geven voor de URL. Deelnemen aan pagina Uitnodigingsbericht Tabblad Info in vergadering Automatisch opnemen... melding verzenden... Continue verbinding met teleconferentie inschakelen Als u ook promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx op de pagina wilt weergeven die hosts en deelnemers gebruiken om deel te nemen aan vergaderingen, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Als u promotionele inhoud voor gratis proefversies van WebEx wilt weergeven in uitnodigingsberichten, klikt u op Promotionele inhoud weergeven. Geeft aan of u een 'groen' bericht met de tekst 'Bedankt voor uw groene manier van werken door online te vergaderen' wilt weergeven. Geeft aan of u automatisch alle sessies met Network Based Recording (NBR) wilt opnemen. Opmerking Deze functie is alleen beschikbaar als de opnameoptie beschikbaar is op uw site. Geeft aan of u een melding naar de host wilt verzenden wanneer de opname van de vergadering is voltooid. Dit wordt niet aanbevolen wanneer de optie Alle sessies automatisch opnemen is ingeschakeld. Geeft aan of de teleconferentie mag worden voortgezet nadat de host de vergadering heeft beëindigd. 60

71 Meeting Center configureren Over het gebruik van WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten Optie iphone WebEx-toepassing Standaardinstelling Standaardpagina Geeft aan of u de iphone-integratie met Meeting Center wilt inschakelen. De standaardwaarde voor Continue verbinding met teleconferentie in- of uitschakelen. De weergave van de standaardpagina die wordt gebruikt zodra een gebruiker Meeting Center op uw site opent. Als u de standaardpagina wilt opgeven, selecteert u deze in de vervolgkeuzelijst. Over het gebruik van WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten U kunt WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten gebruiken om vergaderingen weer te geven, eraan deel te nemen en vergaderingen te beëindigen, net als op een computer. U hebt geen webbrowser nodig. In plaats daarvan wordt een WebEx-vergaderingtoepassing op uw apparaat geïnstalleerd die de meeste vergaderingsfuncties biedt. WebEx Meetings werkt op iphone, Android, Windows Phone en BlackBerry. Zie products/web-conferencing/mobile.html voor informatie over of uw apparaat wordt ondersteund voor de Meeting Center-, Event Center- en Training Center-app. WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten inschakelen U kunt ondersteuning voor de integratie van WebEx-vergaderingen op mobiele apparaten inschakelen. Wanneer de integratie is voltooid, bevat elk uitnodigingsbericht dat een deelnemer ontvangt, de volgende informatie: Instructies om deel te nemen aan de vergadering Een koppeling om deel te nemen aan de vergadering Een koppeling om de WebEx-toepassing te downloaden wanneer de genodigde de toepassing nog niet heeft geïnstalleerd. Selecteer Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Scrol omlaag naar het gedeelte Siteopties. Schakel onder Mobiele ondersteuning voor de selectievakjes in van de apparaten die u wilt inschakelen. 61

72 Overzicht Meeting Center-planningssjablonen Meeting Center configureren Overzicht Meeting Center-planningssjablonen Een planningssjabloon definieert een groot deel van de instellingen voor een geplande vergadering. Als hosts vaak dezelfde instellingen gebruiken voor hun vergaderingen, kunt u deze instellingen opslaan in een sjabloon. Bij het plannen van een vergadering kan een host de sjabloon selecteren, zodat niet telkens dezelfde opties hoeven worden ingesteld voor elke vergadering. Er zijn twee typen planningssjablonen: Standaard planningssjablonen: beschikbaar voor alle hosts. Uw WebEx-service bevat een aantal standaardsjablonen. U kunt ook de persoonlijke sjablonen van hosts beschikbaar maken als standaardsjablonen. Persoonlijke planningsjablonen: een sjabloon die door een host wordt ingesteld en die alleen beschikbaar is voor de desbetreffende host. Een host kan een persoonlijke sjabloon maken in de vergaderingplanner door gebruik te maken van de optie Opslaan als sjabloon. Wanneer de host een sjabloon opslaat, heeft deze ook de mogelijkheid om de sjabloon op te slaan als een standaardsjabloon door Opslaan als standaardsjabloon te selecteren. De sjabloon wordt vervolgens weergegeven in de lijst met standaardsjablonen in Sitebeheer. In de lijst met standaardsjablonen voor uw Meeting Center-service kunt u: Elke standaardsjabloon weergeven of verbergen, inclusief de sjablonen die de host heeft gemaakt en opgeslagen als een standaardsjabloon. Elke standaardsjabloon gebruiken als de standaardsjabloon voor Meeting Center. Een standaardsjabloon van uw WebEx-site verwijderen. Meeting Center-planningssjablonen weergeven of verbergen Selecteer Configuratie > Meeting Center. Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Voer in de kolom Zichtbaar maken een van de volgende handelingen uit: Schakel het selectievakje in om een sjabloon weer te geven. Schakel het selectievakje uit om een sjabloon te verbergen. Selecteer Site-instellingen bijwerken. 62

73 Meeting Center configureren De standaard Meeting Center-planningssjabloon instellen De standaard Meeting Center-planningssjabloon instellen Selecteer Configuratie > Meeting Center. Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Selecteer de sjabloon die u als standaardsjabloon wilt instellen in de kolom Instellen als standaard. Selecteer Site-instellingen bijwerken. Meeting Center-planningssjablonen verwijderen Opmerking U kunt de standaard Meeting Center-sjabloon niet verwijderen. Selecteer Configuratie > Meeting Center. Scrol omlaag naar Standaard planningsjablonen. Schakel het selectievakje in links van de naam van de sjabloon die u wilt verwijderen. Selecteer Sjabloon/Sjablonen verwijderen. Maximumbandbreedte voor video instellen U kunt de maximale videoframesnelheid voor video in vergaderingen wijzigen; de standaard is 15 fps. Deze optie is alleen beschikbaar voor Meeting Center-sites. Selecteer in de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Kies in het gedeelte Siteopties in de lijst Maximumbandbreedte voor video instellen op een van de volgende instellingen: Laag (5 fps, gemiddelde resolutie) Gemiddeld (15 fps, hoge resolutie) 63

74 Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen Meeting Center configureren Hoog (30 fps, hoge resolutie) Selecteer Bijwerken. Video van hoge kwaliteit voor uw site inschakelen Opmerking Video van hoge kwaliteit moet voor uw site zijn ingeschakeld om HD-video te kunnen gebruiken. Video van hoge kwaliteit is een optionele functie die voor uw site moet zijn ingesteld. U kunt video van hoge kwaliteit ook inschakelen in het gedeelte Standaardopties voor planner. Selecteer in de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel het selectievakje Video van hoge kwaliteit inschakelen (360p) (MC, TC, EC en SC) in het gedeelte Siteopties in. Selecteer Bijwerken. HD-video voor uw site inschakelen Opmerking Video van hoge kwaliteit moet voor uw site zijn ingeschakeld om HD-video te kunnen gebruiken. Video van hoge kwaliteit is een optionele functie die voor uw site moet zijn ingesteld. U kunt video van hoge kwaliteit en HD-video ook inschakelen in het gedeelte Standaardopties voor planner. Selecteer in de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Schakel in het gedeelte Siteopties de optie Maximumbandbreedte voor video instellen op Selecteer Bijwerken. 64

75 HOOFDSTUK 5 De opties voor Remote Support instellen De downloadopties voor Remote Support instellen, pagina 65 Klanten toestaan om agenten te kiezen, pagina 66 De videofeed voor Remote Support configureren, pagina 66 Remote Support-sessieformulieren, pagina 67 Het venster voor de Remote Support-sessie aanpassen, pagina 69 Tabbladen met nieuwe stijl, pagina 70 Opties instellen voor het delen van CSR-toepassingen, pagina 71 Documenten en webinhoud delen, pagina 72 CSR-sessies automatisch opnemen, pagina 73 Schakelen tussen ontvangers op basis van context toestaan, pagina 73 Inactieve sessies automatisch beëindigen, pagina 74 De instructies voor ondersteuningsmedewerkers aanpassen, pagina 74 De downloadopties voor Remote Support instellen Uw gebruikers moeten WebEx-ondersteuningsbeheer downloaden, installeren en configureren om Remote Support te kunnen gebruiken. De toepassing wordt standaard geïnstalleerd en bijgewerkt wanneer gebruikers Remote Support openen. U kunt zo nodig ook instellen dat gebruikers de toepassing handmatig moeten downloaden en installeren. U kunt kiezen of u de gebruikers ActiveX of Java laat gebruiken om de Remote Support-client te downloaden. Als u kiest voor: Java: Remote Support wordt uitgevoerd in een zelfstandige client. Active X: Remote Support wordt uitgevoerd in een webbrowser. U kunt gebruikers ook toestaan om een Active X-gebaseerde zelfstandige client te downloaden en te gebruiken. Temporary Folder Solution (TFS): gebruik deze optie als uw bedrijf geen ActiveX- en Java-downloads toestaat 65

76 Klanten toestaan om agenten te kiezen De opties voor Remote Support instellen Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer in het gedeelte CSR-voorkeuren een van de volgende opties: ActiveX Java-client Temporary Folder Solution (TFS) Als u Active X hebt geselecteerd en u de zelfstandige client wilt inschakelen, selecteert u Zelfstandige client. Selecteer Bijwerken. Klanten toestaan om agenten te kiezen Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer in Klanten toestaan deel te nemen aan een sessie door in een lijst met beschikbare agenten te klikken in het gedeelte Klantvoorkeuren. Geef aan of de agenten moeten worden vermeld onder hun voornaam of hun volledige naam. Selecteer Bijwerken. De videofeed voor Remote Support configureren Stel deze functie in zodat agenten kunnen toestaan dat klanten live videofeeds versturen tijdens hun chatsessies. Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Schakel het selectievakje Klant toestaan webcamvideofeed te verzenden in het gedeelte Klantvoorkeuren in. 66

77 De opties voor Remote Support instellen Remote Support-sessieformulieren Remote Support-sessieformulieren Voorafgaand en na afloop van sessies kunt u gebruikers via Remote Support vragen om informatie te verstrekken. U kunt bijvoorbeeld gebruikmaken van: Pre-sessieformulieren die klanten kunnen gebruiken om contactgegevens op te geven of om vragen te stellen voorafgaand aan hun deelname aan een sessie. Post-sessieformulieren die klanten kunnen gebruiken om opmerkingen over de service te maken wanneer ze een sessie verlaten. Items op pre- en post-sessieformulier aanpassen Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Selecteer Configuratie > Support Center > Formulieren. Selecteer het type formulier dat u wilt aanpassen (Pre-sessie of Post-sessie). Schakel voor elk item dat op het formulier moet worden weergegeven, het selectievakje in de eerste kolom in. Schakel voor elk item op het formulier dat verplicht moet worden ingevuld, het selectievakje in de tweede kolom in. Als u een nieuw item aan het formulier wilt toevoegen, selecteert u Nieuwe toevoegen. U kunt als volgt een tekstvak toevoegen waarin gebruiker informatie kunnen invoeren: a) Selecteer Tekstvak. b) Als u een tekstvak wilt maken dat uit meerdere regels bestaat, selecteert u regels. c) Voer bij Tekstvaklabel de naam in die naast het vak moet worden weergegeven. d) Voer bij Breedte de breedte in voor elke regel in het vak. e) Selecteer Opslaan. U kunt als volgt een keuzerondje toevoegen waarmee gebruikers één optie kunnen selecteren: a) Selecteer Selectievakjes. b) Voer bij Groepslabel de tekst in die voor de opties moet worden weergegeven. c) Voer bij Selectievakjes de naam in die moet worden weergegeven voor elke optie die gebruikers kunnen selecteren. d) Als een bepaalde optie standaard moet worden geselecteerd, kiest u in de lijst aan de linkerkant de optie Geselecteerd. e) Herhaal stap c en d voor elke extra optie die u op het formulier wilt weergeven. Als u meer opties wilt toevoegen, selecteert u in de vervolgkeuzelijst Toevoegen het aantal opties dat u wilt toevoegen. f) Selecteer Opslaan. U kunt als volgt een selectievakje toevoegen dat gebruikers kunnen gebruiken om een of meer opties te selecteren: a) Selecteer Keuzerondjes. b) Voer bij Groepslabel de tekst in die voor de opties moet worden weergegeven. c) Voer bij Keuze de naam in die moet worden weergegeven voor elke optie die gebruikers kunnen selecteren. 67

78 Het pre-sessieformulier insluiten De opties voor Remote Support instellen d) Als een bepaalde optie standaard moet worden geselecteerd, kiest u in de lijst aan de linkerkant de optie Geselecteerd. e) Als u een van de keuzemogelijkheden wilt instellen als standaardoptie, selecteert u de optie in de vervolgkeuzelijst Standaardkeuze. f) Herhaal stap c en d voor elke extra optie die u op het formulier wilt weergeven. Als u meer opties wilt toevoegen, selecteert u in de vervolgkeuzelijst Toevoegen het aantal opties dat u wilt toevoegen. g) Selecteer Opslaan. Stap U kunt als volgt een vervolgkeuzelijst toevoegen waarin gebruikers één optie kunnen selecteren: a) Selecteer Vervolgkeuzelijst. b) Voer bij Groepslabel de tekst in die voor de opties moet worden weergegeven. c) Voer bij Keuze de naam in die moet worden weergegeven voor elke optie die gebruikers kunnen selecteren. d) Als een bepaalde optie standaard moet worden geselecteerd, kiest u in de lijst aan de linkerkant de optie Geselecteerd. e) Als u een van de keuzemogelijkheden wilt instellen als standaardoptie, selecteert u de optie in de vervolgkeuzelijst Standaardkeuze. f) Herhaal stap c en d voor elke extra optie die u op het formulier wilt weergeven. Als u meer opties wilt toevoegen, selecteert u in de vervolgkeuzelijst Toevoegen het aantal opties dat u wilt toevoegen. g) Selecteer Opslaan. U kunt als volgt de volgorde van de items in de lijst van de formulierpagina wijzigen: a) Selecteer Volgorde wijzigen. b) Selecteer het item dat u wilt verplaatsen en gebruik de pijl-omhoog en pijl-omlaag om het item te verplaatsen. c) Selecteer Opslaan. Selecteer Opslaan. Het pre-sessieformulier insluiten Gebruik deze procedure om HTML-code te genereren die u kunt gebruiken om het pre-sessieformulier of een knop met een koppeling naar het formulier in te voegen in uw webpagina. U kunt uit verschillende typen knoppen kiezen waarop gebruikers kunnen klikken om het pre-sessieformulier weer te geven. Selecteer Configuratie > Support Center > Formulieren. Selecteer Pre-sessie. Klik op het tabblad Formulier insluiten. Selecteer een van de volgende opties: Het formulier insluiten in uw webpagina's: om de HTML-code voor het pre-sessieformulier te genereren 68

79 De opties voor Remote Support instellen Het venster voor de Remote Support-sessie aanpassen Een knopkoppeling naar een formulier insluiten in uw webpagina: om de HTML-code voor een koppeling naar het pre-sessieformulier te genereren Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Als u een knop maakt, selecteert u in het gedeelte Standaardknoppen het type knop dat u wilt maken. Selecteer HTML genereren om de HTML-code in het tekstvak weer te geven. Klik op Voorbeeld om het pre-sessieformulier of de door u geselecteerde knop weer te geven. Selecteer Terug of het tabblad Formulieren en selecteer vervolgens Opslaan. Opmerking Het pre-sessieformulier bevat altijd een ondersteuningssessienummer. Remote Support maakt voor elke ondersteuningssessie automatisch een nummer. U kunt dit nummer niet van het formulier verwijderen. De informatie die u via een pre- of post-sessieformulier ontvangt, wordt opgeslagen in het logboek voor de ondersteuningssessie. U kunt het logboek weergeven en de gegevens exporteren naar een bestand dat u kunt openen in een spreadsheet- of databaseprogramma. Het venster voor de Remote Support-sessie aanpassen U kunt het venster van de Remote Support-sessie (dashboard) wijzigen dat klanten gebruiken om berichten in te voeren. U kunt voor de formulieren elke gewenste kleur, afbeelding en lettertype gebruiken, de tekst van statusberichten wijzigen of een foto toevoegen. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Stap 9 Selecteer Configuratie > Support Center > Merken. Selecteer Nieuwe stijl maken. Voer een naam in voor deze nieuwe stijl. U kunt maximaal 40 tekens invoeren. De volgende tekens zijn niet toegestaan in de naam: % # ^ { } / \ *? : Als u wilt wijzigen welke afbeeldingen in het venster worden weergegeven, selecteert u het tabblad Afbeeldingen. Als u de koptekst wilt wijzigen, selecteert u het tabblad Koptekst. Als u de statusberichten wilt wijzigen die op het dashboard worden weergegeven, selecteert u het tabblad Berichten en wijzigt u de tekst in het vak Tekstbericht. Als u het lettertype en de kleuren wilt wijzigen, selecteert u het tabblad Lettertypen en kleuren. Selecteer Voorbeeld om de resultaten te bekijken. Selecteer Opslaan. 69

80 Tabbladen met nieuwe stijl De opties voor Remote Support instellen Tabbladen met nieuwe stijl Tabblad Afbeeldingen Wijzigen Het WebEx-logo De foto van de CSR Een algemene foto Optie Schakel het selectievakje naast het WebEx-logo in. Schakel het selectievakje naast Foto agent in. De foto die de CSR op de pagina Mijn profiel heeft opgeslagen, wordt weergegeven wanneer deze optie is geselecteerd. Schakel het selectievakje naast Algemene foto in. De foto die de CSR op de pagina Mijn profiel heeft opgeslagen, wordt weergegeven wanneer deze optie is geselecteerd. Klik in het gedeelte CSR-foto op Bladeren, selecteer een foto en klik vervolgens op Bestand uploaden om een andere foto van uw computer te uploaden. Opmerking De foto die u uploadt, mag niet groter zijn dan 130 x 130 pixels. Tabblad Koptekst Wijzigen De titel de koptekst De hoogte van de koptekst Het type koptekst De koptekstafbeelding Een koptekst met uw eigen HTML en afbeeldingen Optie Geef bij Titel koptekst de naam op (maximaal 50 tekens) die moet worden weergegeven in het koptekstgebied van het venster. Tip Zie stap 9 als u de kleur van de tekst wilt wijzigen. Geef bij Kopteksthoogte het gewenste aantal pixels op. Selecteer bij Type koptekst de optie Standaard of Aangepast. Als u Aangepast selecteert, geeft u uw HTML-code op in het vak en klikt u in het vak Aangepaste afbeeldingen op Nieuwe afbeeldingen uploaden. Selecteer het pictogram Uploaden om een afbeelding te uploaden. Klik bij Type koptekst op Aangepast en voer vervolgens de volgende handelingen uit: Voer de HTML-code in het vak in. Klik op Nieuwe afbeeldingen uploaden om de afbeeldingen te uploaden waarnaar in uw HTML-code wordt verwezen. Tabblad Lettertypen en kleuren Wijzigen Achtergrondkleur koptekst Optie Geef bij Achtergrondkleur koptekst de hexwaarde voor de kleur op of klik op de kleurenkiezer en selecteer een kleur. 70

81 De opties voor Remote Support instellen Opties instellen voor het delen van CSR-toepassingen Wijzigen Randkleur koptekst Randbreedte koptekst Titelkleur koptekst Lettertype koptekst Achtergrondkleur Tekstkleuren Optie Geef bij Randkleur koptekst de hexwaarde voor de kleur op of klik op de kleurenkiezer en selecteer een kleur. Geef bij Randbreedte de breedte van de lijn op waarbinnen de koptekst wordt weergegeven (geef '0' op om geen rand weer te geven). Geef bij Titelkleur koptekst de hexwaarde voor de kleur op of klik op de kleurenkiezer en selecteer een kleur. Geef bij Lettertype de HTML-code op om het standaard en alternatieve lettertype, het tekengewicht en de tekengrootte op te geven. Voorbeeld: font-family: verdana; font-size: 12px; font-weight: bold; padding-right: 12px; padding-top: 12px; Geef bij Achtergrondkleur (dashboard) en Achtergrondkleur (internetpagina) de kleur op die u voor het dashboard en de webpagina wilt gebruiken; geef een hexwaarde voor een kleur op of klik op de kleurenkiezer en selecteer een kleur. Geef bij Tekstkleur (dashboard) en Tekstkleur (internetpagina) de kleur op die u voor het dashboard en de webpagina wilt gebruiken; geef een hexwaarde voor een kleur op of klik op de kleurenkiezer en selecteer een kleur. Opties instellen voor het delen van CSR-toepassingen U kunt deze opties voor individuele ondersteuningsmedewerkers overschrijven door hun account te bewerken. Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer de koppeling Aanpassing CSR-dashboard in het gedeelte CSR-voorkeuren. Selecteer een van de volgende opties om te bepalen hoe de gedeelde toepassingen worden weergegeven: Passend maken op volledig scherm: weergeven in de volledige schermweergave Volledig scherm: alle beschikbare ruimte gebruiken om gedeelde toepassingen of bureaubladen weer te geven. Passend maken op venster: uitvouwen om het venster te vullen. Venster: geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in een venster op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt echter niet uitgebreid om het venster te vullen. Als u de kwaliteit van de kleur voor het weergeven de gedeelde toepassingen wilt opgeven, selecteert u een van de volgende opties: 71

82 Documenten en webinhoud delen De opties voor Remote Support instellen 256 kleuren: geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven met 256 kleuren. Deze optie vergt minder bandbreedte voor het delen van toepassingen of bureaubladen dan de optie Hoge kleuren. Daarom is deze optie nuttig als een klant deelneemt aan de ondersteuningssessie via een inbelverbinding. Opmerking Als deze optie wordt geselecteerd, selecteert u de weergavemodus Schermsampling als de standaardmodus voor uw site. Een ondersteuningsmedewerker kan de weergavemodus tijdens een ondersteuningssessie wijzigen door op het tabblad Sessie op het CSR-dashboard en vervolgens op Sessieopties te klikken. Hoge kleuren (16-bits): geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven in 16-bits kleuren. Deze optie vergt meer bandbreedte dan de optie 256 kleuren, maar biedt een betere beeldkwaliteit. Stap 5 Selecteer Opslaan. Documenten en webinhoud delen U kunt opgeven hoe documenten en webinhoud moeten worden gedeeld tijdens ondersteuningssessies: Documenten delen: gebruikers kunnen uw documenten (handouts van presentatie, training en vergadering) bekijken. Webinhoud delen: gebruikers kunnen uw inhoud (audio en video) bekijken. Extern afdrukken: u kunt een document dat zich op de computer van een gebruiker bevindt, afdrukken op uw lokale printer. Extern afdrukken is niet beschikbaar bij het delen van inhoud en documenten. Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer de koppeling Aanpassing CSR-dashboard in het gedeelte CSR-voorkeuren. U kunt bij het specificeren van het delen van inhoud, kiezen uit de volgende opties: Webinhoud delen: schakel dit selectievakje in om webinhoud te delen. Als u deze optie inschakelt, wordt de optie 'Extern afdrukken' uitgeschakeld. De standaardwaarde is ingeschakeld. Documenten delen: schakel dit selectievakje in om documenten en presentaties te delen. Als u deze optie inschakelt, wordt de optie 'Extern afdrukken' uitgeschakeld. De standaardwaarde is ingeschakeld. Extern afdrukken: schakel dit selectievakje in om documentatie van de computer van een gebruiker af te drukken op uw printer. Als u deze optie inschakelt, worden de opties 'Documenten delen' en 'Webinhoud delen' uitgeschakeld. De standaardwaarde is uitgeschakeld. Selecteer Opslaan. 72

83 De opties voor Remote Support instellen CSR-sessies automatisch opnemen CSR-sessies automatisch opnemen Wanneer een sessie wordt beëindigd, slaat Remote Support de opname op naar een locatie die u hebt opgegeven. Het sessienummer wordt toegevoegd aan de bestandsnaam: Sessienummer.wrf. Als u deze optie hebt ingeschakeld, kunnen CSR's de WebEx-recorder niet handmatig starten tijdens een ondersteuningssessie. Stap 5 Stap 6 Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer de koppeling Aanpassing CSR-dashboard in het gedeelte CSR-voorkeuren. Schakel het selectievakje Opname automatisch afdwingen wanneer vergadering begint in om de opname automatisch te starten wanneer de vergadering begint. Selecteer Opname via het netwerk (NBR) of Opname op lokale computer opslaan. Geef de locatie op waar u de sessieopnamen wilt opslaan. Selecteer Opslaan. Schakelen tussen ontvangers op basis van context toestaan Deze functie is alleen beschikbaar als de opnameoptie beschikbaar is op uw site. De standaardinstelling is uitgeschakeld. Voor sessies van Remote Support met maar twee deelnemers (host en deelnemer) kunt u de instelling activeren die de specifieke naam opgeeft van de deelnemer die een chatbericht ontvangt: Het label Verzenden naar verandert van 'Alle deelnemers' naar de naam van de specifieke host of deelnemer. Verzonden chatberichten worden voorafgegaan door '...aan [naam_deelnemer]' in plaats van '...aan alle deelnemers'. Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer de koppeling Aanpassing CSR-dashboard in het gedeelte CSR-voorkeuren. Schakel het selectievakje Schakelen tussen ontvangers op basis van context toestaan in om 'Alle deelnemers' te vervangen met de naam van de deelnemer die de chatberichten ontvangt. Selecteer Opslaan. 73

84 Inactieve sessies automatisch beëindigen De opties voor Remote Support instellen Inactieve sessies automatisch beëindigen Als een ondersteuningsmedewerker een bepaalde periode inactief is tijdens een sessie, kan Remote Support de sessie automatisch beëindigen. Voordat de sessie wordt beëindigd, kan Remote Support de CSR waarschuwen dat de sessie automatisch wordt beëindigd tenzij de CSR een aanvraag indient om de sessie voort te zetten. Stap 5 Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer de koppeling Aanpassing CSR-dashboard in het gedeelte CSR-voorkeuren. Selecteer de optie De agent waarschuwen als de ondersteuningssessie langer inactief is dan in het gedeelte Functies. Voer vervolgens in hoeveel minuten er moet worden gewacht voordat de sessie wordt beëindigd. Als u de sessie wilt beëindigen wanneer de CSR niet reageert, selecteert u Automatisch sessie beëindigen als agent niet reageert op waarschuwing na. Voer vervolgens in hoeveel minuten er moet worden gewacht. Selecteer Opslaan. De instructies voor ondersteuningsmedewerkers aanpassen Remote Support biedt instructies die een ondersteuningsmedewerker kan volgen om een klant te helpen bij het deelnemen aan een ondersteuningssessie en het gebruik van de ondersteuningsopties. CSR's kunnen deze instructies weergeven door op de koppeling Instructies op het CSR-dashboard te klikken. U kunt uw platte tekst of HTML-bestand met instructies voorbereiden in een andere toepassingen, de instructies kopiëren en deze vervolgens in het vak op deze pagina plakken. Selecteer Configuratie > Support Center > Opties. Selecteer de koppeling Aanpassing CSR-dashboard in het gedeelte CSR-voorkeuren. Selecteer de optie Aangepaste instructies in het gedeelte Instructies. Selecteer een van de volgende opties: Platte tekst: de instructies zijn niet opgemaakt. U kunt maximaal 2000 tekens invoeren. HTML: u kunt de instructies opmaken om genummerde lijsten en opsommingstekens toe te voegen, de tekst uit te lijnen, horizontale lijnen en achtergronden toe te voegen en ander HTML-opmaakmogelijkheden toe te passen. U kunt maximaal 4000 tekens invoeren. De standaardinstructies bevatten de variabele %SessionID%. Remote Support vervangt deze variabele automatisch door het ondersteuningssessienummer. Als u deze variabele uit het bericht verwijdert, 74

85 De opties voor Remote Support instellen De instructies voor ondersteuningsmedewerkers aanpassen moeten gebruikers de sessie-id invoeren voordat ze aan een sessie kunnen deelnemen. Daarom raden we u aan deze variabele op te nemen in uw aangepaste instructies. Stap 5 Stap 6 Voer uw instructies in het vak in. Selecteer Opslaan. 75

86 De instructies voor ondersteuningsmedewerkers aanpassen De opties voor Remote Support instellen 76

87 HOOFDSTUK 6 De opties voor Training Center instellen Training Center e-commerce, pagina 77 Uw gegevens voor PayPal Payflow Pro invoeren, pagina 78 Uw gegevens voor PayPal Express Checkout (Canada) invoeren, pagina 79 Uw betalingsgegevens voor PayPal Express Checkout (VS) invoeren, pagina 80 Uw betalingsgegevens voor PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) invoeren, pagina 81 Schakelen tussen de test- en productiemodus, pagina 82 Kortingsbonnen toevoegen en verwijderen, pagina 82 Verloopdatum van kortingsbonnen verlengen, pagina 83 Uw bedrijfsgegevens invoeren, pagina 83 De pagina Creditcard aanpassen, pagina 84 De opties voor Training Center instellen, pagina 84 Training Center e-commerce Als u de ecommerce-optie voor Training Center inschakelt, kunnen hosts creditcardbetalingen verplichten voor toegang tot hun geplande sessies en gepubliceerde opnamen. Nadat u de gegevens over uw online betalingsprovider hebt opgegeven, kunt u creditcardtransacties via uw Training Center-site verwerken. Training Center ondersteunt de services voor het verwerken van betalingen PayPal Payflow Pro, PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) en PayPal Express Checkout (VS en Canada). Tip Als de optie e-commerce deelnemer is ingeschakeld voor uw site, worden de e-commerce-opties weergegeven in het gedeelte Siteopties van de pagina Site-instellingen Training Center. 77

88 Uw gegevens voor PayPal Payflow Pro invoeren De opties voor Training Center instellen Uw gegevens voor PayPal Payflow Pro invoeren Als u deze procedure wilt uitvoeren, moet u over de juiste PayPal-configuratiegegevens beschikken. Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. Klik op Providers opgeven in het gedeelte Algemene parameters e-commerce. Selecteer PayPal Payflow Pro in de lijst Providers en voer de vereiste informatie in. Selecteer Bijwerken. Configuratie-items: PayPal Payflow Pro Veld Configuratie-items: Partner-id Aanmeldings-id leverancier/verkoper Gebruikers-id Wachtwoord Voer het id-nummer of de gebruikersnaam in voor uw online betalingsservice. Voor de productiemodus gebruikt u de id die u van uw online betalingsservice hebt ontvangen. Voer de leveranciers-id of -naam in die uw site gebruikt voor de aanmelding bij de server voor het verwerken van betalingen. Voer de gebruikers-id of -naam in die uw site gebruikt voor de aanmelding bij de server voor het verwerken van betalingen. Voer het wachtwoord in dat uw site gebruikt voor de aanmelding bij de server voor het verwerken van betalingen. Selecteer een PayPal-accounttype: Website Payments Pro PayPal Payments Pro of Website Payments Pro Payflow Edition Selecteer deze optie om betalingen te beheren met behulp van de pagina PayPal Express Checkout Account Optional (ECAO) Payflow Pro. Het veld voor selectie van een creditcard of bankpas wordt niet weergegeven. Selecteer deze optie om het selectieveld voor een creditcard of bankpas in te schakelen, waarbij de gebruiker kan kiezen uit Visa, MasterCard, AMEX en Discover. 78

89 De opties voor Training Center instellen Uw gegevens voor PayPal Express Checkout (Canada) invoeren Veld Payflow Pro Selecteer deze optie om het selectieveld voor een creditcard of bankpas in te schakelen, waarbij de gebruiker kan kiezen uit Visa, MasterCard, AMEX, Discover, Diners Club en JCB. Selectievakje Express Checkout: klik hierop om de optie Express Checkout in te schakelen, waarmee kopers het betalingsproces op de site van de verkoper kunnen starten en beëindigen. Deze optie brengt een koppeling tot stand met de aanmeldpagina van het PayPal-account. Creditcards/bankpassen die worden ondersteund voor uw site: Kaartselectievakjes Klik op de creditcards en bankpassen die door uw site worden ondersteund. Afhankelijk van de selectie bij Een PayPal-accounttype selecteren wordt dit veld al dan niet weergegeven of worden er uiteenlopende kaartopties weergeven zoals hierboven beschreven. Valutasymbool weergegeven op uw website: Valutasymbool Het valutasymbool dat wordt weergegeven op uw website. PayPal Payflow Pro ondersteunt alleen USD $ (Amerikaanse dollar). Uw gegevens voor PayPal Express Checkout (Canada) invoeren Als u deze procedure wilt uitvoeren, moet u over de juiste PayPal Express Checkout-configuratiegegevens beschikken. Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. Klik op Providers opgeven in het gedeelte Algemene parameters e-commerce. Selecteer PayPal Express Checkout (Canada) in de lijst Providers en voer de vereiste informatie in. Selecteer Bijwerken. Configuratie-items: PayPal Express Checkout (Canada) Veld adres voor de aanmelding bij PayPal API-machtiging verlenen voor WebEx Voer het adres in om u aan te melden bij het PayPal-account. Klik op de koppeling en volg de weergegeven instructies. Dit is vereist als WebEx de transactie namens u moet uitvoeren. 79

90 Uw betalingsgegevens voor PayPal Express Checkout (VS) invoeren De opties voor Training Center instellen Veld Valutasymbool... Klik op Wijzigen om het valutasymbool te wijzigen dat op uw site wordt weergegeven. PayPal Express Checkout (Canada) ondersteunt CAD C$ (Canadese dollar) als de standaardvaluta. Uw betalingsgegevens voor PayPal Express Checkout (VS) invoeren Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. Klik op Providers opgeven in het gedeelte Algemene parameters e-commerce. Selecteer PayPal Express Checkout (VS) in de lijst Providers en voer de vereiste informatie in. Selecteer Bijwerken. Configuratie-items: PayPal Express Checkout (VS) Veld adres voor de aanmelding bij PayPal API-machtiging verlenen voor WebEx Valutasymbool... Voer het adres in om u aan te melden bij het PayPal-account. Klik op de koppeling en volg de weergegeven instructies. Dit is vereist als WebEx de transactie namens u moet uitvoeren. Klik op Wijzigen om het valutasymbool in te voeren dat op uw site moet worden weergegeven. PayPal Express Checkout (VS) ondersteunt USD $ (Amerikaanse dollar als de standaardvaluta. 80

91 De opties voor Training Center instellen Uw betalingsgegevens voor PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) invoeren Uw betalingsgegevens voor PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) invoeren Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. Klik op Providers opgeven in het gedeelte Algemene parameters e-commerce. Selecteer PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) in de lijst Providers en voer de vereiste informatie in. Selecteer Bijwerken. Instellingen PayPal Website Payments Pro (Verenigd Koninkrijk) Veld Configuratie-items: Partner-id Aanmeldings-id leverancier/verkoper Gebruikers-id Wachtwoord Voer het id-nummer of de gebruikersnaam in voor uw online betalingsservice. Voor de productiemodus gebruikt u de id die u van uw online betalingsservice hebt ontvangen. Voer de leveranciers-id of -naam in die uw site gebruikt voor de aanmelding bij de server voor het verwerken van betalingen. Voer de gebruikers-id of -naam in die uw site gebruikt voor de aanmelding bij de server voor het verwerken van betalingen. Voer het wachtwoord in dat uw site gebruikt voor de aanmelding bij de server voor het verwerken van betalingen. Selecteer een PayPal-accounttype: Website Payments Pro Website Payments Pro Payflow Edition Selecteer deze optie om betalingen te beheren met behulp van de pagina PayPal Express Checkout Account Optional (ECAO) Payflow Pro. Het veld voor selectie van een creditcard of bankpas wordt niet weergegeven. Selecteer deze optie om het selectieveld voor een creditcard of bankpas in te schakelen, waarbij de gebruiker kan kiezen uit Visa, Debit, Electron en MasterCard. Creditcards/bankpassen die worden ondersteund voor uw site: 81

92 Schakelen tussen de test- en productiemodus De opties voor Training Center instellen Veld Kaartselectievakjes Klik op de creditcards en bankpassen die door uw site worden ondersteund. Afhankelijk van de selectie bij Een PayPal-accounttype selecteren wordt dit veld al dan niet weergegeven of worden er uiteenlopende kaartopties weergeven zoals hierboven beschreven. Valutasymbool weergegeven op uw website: Valutasymbool Klik op Wijzigen om het valutasymbool in te voeren dat op uw site moet worden weergegeven. Schakelen tussen de test- en productiemodus Wanneer u de e-commerce-opties configureert, kunt u de 'testmodus' inschakelen om uw wijzigingen te testen zonder een echte transactie uit te voeren. Zodra u de e-commerce-opties hebt geconfigureerd, kunt u de modus wijzigen in 'productie', zodat gebruikers de door u geteste wijzigingen voor hun transacties kunnen gebruiken. Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. Kies voor Bedrijfsmodus de optie Productie of Test. Selecteer Bijwerken. Kortingsbonnen toevoegen en verwijderen Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. Selecteer de knop Inschakelen of Uitschakelen voor de bonnen in het gedeelte Algemene e-commerceparameters. Als u een bon wilt maken, moet u ervoor zorgen dat de bonnen zijn ingeschakeld en klikt u op de knop Bonnen. Als u een bon wilt verwijderen, schakelt u het selectievakje naast de naam van de bon in en klikt u op Bonnen verwijderen. Als u een nieuwe bon wilt maken, klikt u op Bonnen maken. Voer op de pagina Bonnen maken de volgende gegevens in. Lengte boncode: voer de lengte van de boncode in. 82

93 De opties voor Training Center instellen Verloopdatum van kortingsbonnen verlengen Bedrijf of persoon: voer de naam van het bedrijf of de persoon in waarnaar u de bon wilt versturen. adres: voer het adres in. Aantal bonnen: voer het aantal bonnen in. Prijs (USD$): voer het kortingsbedrag in (in Amerikaanse dollars). Verlopen over: voer het aantal dagen in dat de kortingsbonnen geldig zijn. Hoofdkortingsbonnen: als u hoofdbonnen wilt maken, schakelt u het selectievakje Hoofdbonnen in. Stap 9 Selecteer Maken en sluit de pagina Bonnen maken. Verloopdatum van kortingsbonnen verlengen Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. Selecteer de knop Inschakelen of Uitschakelen voor de bonnen in het gedeelte Algemene e-commerceparameters. Als u een bondatum wilt verlengen, zorgt u ervoor dat de bonnen zijn ingeschakeld en selecteert u de knop Bonnen. Schakel het selectievakje naast de naam van de bon die u wilt verlengen in en selecteer Bondatum verlengen. Voer het aantal dagen in waarmee u de bon vanaf de datum van vandaag wilt verlengen. Selecteer Bijwerken en sluit de pagina Bondatum verlengen. Uw bedrijfsgegevens invoeren Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. In het gedeelte Algemene parameters e-commerce: Voor Naam leverancier voert u de naam in die moet worden weergegeven voor uw bedrijf of organisatie. 83

94 De pagina Creditcard aanpassen De opties voor Training Center instellen Voor Ondersteuningsinfo voert u een adres of telefoonnummer in dat deelnemers kunnen gebruiken voor ondersteuning bij uw online betalingstransactie. Stap 5 Scrol omlaag naar de onderkant van de pagina en klik op Bijwerken. De pagina Creditcard aanpassen Hosts kunnen sessies plannen of opnamen op uw site publiceren waarvoor moet worden betaald. Deelnemers geven op de pagina Creditcard hun creditcardgegevens op. U kunt de koptekst en voettekst voor de pagina wijzigen. U kunt bijvoorbeeld aanvullende informatie of instructies in de koptekst plaatsen of de algemene voorwaarden van uw organisatie in de voettekst weergeven. Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer het selectievakje E-commerce deelnemer in het gedeelte Siteopties. Selecteer Instellingen. In het gedeelte Tekst voor betalingspagina van deelnemer aanpassen kunt u de koptekst (bovenaan) of de voettekst (onderaan) van de pagina wijzigen of tekst toevoegen. Selecteer Bijwerken. De opties voor Training Center instellen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Training Center. Selecteer onder Standaardopties voor Standaard opties de berichten die u wilt verzenden. Als u wilt dat WebEx melding verzendt voor aanvang van de sessie, geeft u bij Herinnering op naar wie (deelnemers, hosts of beide) en hoe ver voor aanvang van de sessie de berichten moeten worden verzonden. Selecteer Site-instellingen bijwerken. 84

95 HOOFDSTUK 7 sjablonen beheren sjablonen, pagina 85 sjablonen aanpassen, pagina 85 De standaard sjabloon herstellen, pagina 86 Hybride CMR-sjablonen begrijpen, pagina 86 sjablonen Uw WebEx-site bevat aanpasbare sjablonen in HTML-indeling en in een indeling met platte tekst. De pagina sjablonen geeft aan of een versie met HTML-indeling van een sjabloon beschikbaar is. Als u een tekstgebaseerde sjabloon hebt aangepast, is de HTML-versie niet beschikbaar. Een HTML-versie is beschikbaar als u teruggaat naar de standaardsjabloon. sjablonen aanpassen Uw WebEx-service verstuurt automatisch berichten, bijvoorbeeld wanneer een host een sessie plant of wijzigt. Als uw site over de optie beschikt, kunt u de sjablonen wijzigen waarmee deze berichten worden gedefinieerd. U kunt voor elke sjabloon de standaardstatus herstellen. Opmerking Neem contact op met uw WebEx-accountmanager voor meer informatie over het inschakelen van de sjablonen. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > > sjablonen. 85

96 De standaard sjabloon herstellen sjablonen beheren Er wordt een lijst met beschikbare sjablonen weergegeven. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Bestaande sjablonen voor de service waarvoor u sjablonen wilt aanpassen. Selecteer de sjabloon die u wilt wijzigen. Wijzig de tekst en verwijder of herschik indien nodig de variabelen. Belangrijk U kunt variabelen binnen een sjabloon verplaatsen, maar u kunt de namen niet wijzigen. U kunt variabelen binnen een sjabloon verplaatsen, maar u kunt de namen niet wijzigen. Elke sjabloon bevat een eigen set variabelen. Kopiëren van variabelen van de ene sjabloon naar de andere wordt niet ondersteund. De namen van variabelen worden weergegeven tussen procenttekens (%). Stap 5 Stap 6 Nadat u een HTML- sjabloon hebt aangepast, selecteert u Voorbeeld weergeven van HTML om ervoor te zorgen dat uw sjabloon eruit ziet zoals verwacht. Selecteer Bijwerken. De standaard sjabloon herstellen Als u een sjabloon aanpast, kunt u deze sjabloon herstellen naar de oorspronkelijke staat. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > > sjablonen. Schakel het selectievakje in naast de sjabloon die u wilt herstellen. Selecteer Terugzetten naar standaard onder aan de pagina. Er wordt een bericht weergegeven waarin u wordt gevraagd te bevestigen dat u de standaardstatus van de sjabloon wilt herstellen. Kies OK. Hybride CMR-sjablonen begrijpen Beschikbare sjablonen worden weergegeven op de pagina Configuratie > > sjablonen. Selecteer Meeting Center in de vervolgkeuzelijst Bestaande sjablonen voor. Enkele van deze sjablonen zijn specifiek voor de deelnemers of de hosts van de vergadering. De hostsjablonen bevatten belangrijke informatie, zoals de hostsleutel en de hosttoegangscode. Het aantal sjablonen voor hosts en deelnemers voor uw site kan variëren afhankelijk van uw WebEx-siteversie: 86

97 sjablonen beheren Hybride CMR-sjablonen begrijpen Beschikbare sjablonen WebEx-siteversie Vergaderingstype Deelnemersversies Hostversies Mac-gebruikers op alle versies Alleen WebEx of alleen audio Opgenomen Niet opgenomen Hybride CMR Opgenomen Niet opgenomen WBS28.9-WBS (met hybride CMR niet ingeschakeld op de site) Alleen WebEx of alleen audio Opgenomen Opgenomen WBS28.9-WBS (met hybride CMR ingeschakeld op de site) Alleen WebEx of alleen audio Opgenomen Niet opgenomen WBS28.9-WBS (met hybride CMR ingeschakeld op de site) Hybride CMR Opgenomen Niet opgenomen WBS29.11-WBS Alleen WebEx of alleen audio Opgenomen Niet opgenomen Hybride CMR Opgenomen Niet opgenomen WBS Alleen WebEx of alleen audio Opgenomen Opgenomen Hybride CMR Opgenomen Niet opgenomen 87

98 Hybride CMR-sjablonen begrijpen sjablonen beheren 88

99 HOOFDSTUK 8 Sitebeveiliging beheren Beveiligingsopties instellen, pagina 89 Configuratie voor Eenmalige aanmelding opgeven, pagina 94 Door partner gedelegeerde verificatie inschakelen, pagina 95 Certificaten weergeven, pagina 95 Criteria voor sterke wachtwoorden opgeven, pagina 95 Digitale certificaten (PKI) inschakelen, pagina 98 Beveiligingsopties instellen Sitebeheer biedt verschillende methoden om ongeoorloofde toegang tot uw WebEx-servicesite te voorkomen. U kunt het volgende doen: Geef strikte wachtwoordcriteria op om ervoor te zorgen dat wachtwoorden moeilijk kunnen worden geraden Verplicht de deelnemers aan een vergadering om een wachtwoord op te geven, om ongeoorloofde toegang tot een WebEx-sessie te voorkomen Beoordeel alle aanvragen voor vergeten wachtwoorden Sta het gebruik van Access Anywhere toe Selecteer op de linkernavigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Configureer in het gedeelte Beveiligingsopties de opties voor uw site. Selecteer Bijwerken. 89

100 Beveiligingsopties Sitebeveiliging beheren Beveiligingsopties Optie Het gedeelte Accountbeheer Gebruiker toestaan gebruikersnaam te wijzigen Bevestiging is vereist voor de gebruiker om adres bij te werken Account vergrendelen na [N] mislukte aanmeldingspogingen Automatisch account ontgrendelen na [N] minuten Account deactiveren na [N] dagen inactiviteit Gebruiker toestaan wachtwoord te wijzigen, ook als API's voor automatisch aanmelden zijn ingeschakeld Gebruikersaccounts beheren via API's Selecteer deze optie zodat gebruikers hun gebruikersnaam kunnen wijzigen door hun gebruikersprofiel te bewerken. Deze optie is niet beschikbaar als de optie Automatisch aanmelden is ingeschakeld voor uw site. Als Accountaanvragen van hosts controleren in het gedeelte Instellingen accountbeheer is geselecteerd, vereist deze instelling de goedkeuring door een sitebeheerder voor de aanvraag van een host om het adres bij te werken. Selecteer deze optie en geef vervolgens aan hoeveel aanmeldingspogingen mogen worden uitgevoerd voordat een gebruiker contact met u moet opnemen voor ondersteuning. U kunt er ook voor kiezen om de sitebeheerder op de hoogte te stellen wanneer een account wordt vergrendeld. Selecteer deze optie om accounts automatisch te ontgrendelen na het aantal minuten dat u hebt opgegeven. Selecteer deze optie om aan te geven hoeveel dagen een account inactief kan zijn voordat het account wordt gedeactiveerd. Een account is 'actief' wanneer een gebruiker zich heeft aangemeld. De timer wordt gestart wanneer de optie is geactiveerd. Belangrijk De gebruiker ontvangt geen bericht van de sitebeheerder dat het account is gedeactiveerd. Selecteer deze optie zodat gebruikers het wachtwoord kunnen wijzigen, zelfs wanneer de API's voor automatisch aanmelden zijn ingeschakeld. Selecteer deze optie om URL- of XML-API's te gebruiken voor het maken of wijzigen van gebruikersaccounts. 90

101 Sitebeveiliging beheren Beveiligingsopties Optie Wachtwoord vergeten Geef aan welke opties moeten worden weergegeven wanneer een gebruiker zijn of haar wachtwoord vergeet: Geef aan dat de sitebeheerders de wachtwoordaanvragen moeten ontvangen. Selecteer met de koppeling voor het wijzigen van het wachtwoord verzenden als u een bericht met het wachtwoord wilt verzenden. Geef daarnaast aan of de aanvraag moet worden goedgekeurd door een sitebeheerder. Voor niet-sso-sites wordt standaard de optie met de koppeling voor het wijzigen van het wachtwoord verzenden geselecteerd. Selecteer Merktekst weergeven als u uw eigen bericht met informatie over het herstellen van het wachtwoord wilt maken. Voor SSO-sites is deze optie standaard geselecteerd. Opmerking Als de optie Gebruikersaccounts beheren via API's wordt geselecteerd, is alleen de optie Merktekst weergeven beschikbaar. Het gedeelte Accountaanmelding Bevestiging is vereist voor nieuwe accounts Selecteer deze optie om gebruikers te verplichten de accountaanmelding te bevestigen. Daarnaast kunt u opgeven hoeveel dagen de bevestigingskoppeling actief is. Als het account niet binnen de desbetreffende periode wordt geactiveerd, verloopt de koppeling. Alle sitebeheerders waarschuwen wanneer er een nieuw account wordt gemaakt Selecteer deze optie om alle sitebeheerders op de hoogte te stellen dat er een nieuw gebruikersaccount is gemaakt. Beveiligingscontrole weergeven op inschrijfformulier Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat nieuwe gebruikers de letters of cijfers in de vervormde afbeelding moeten opgeven die voor extra beveiliging op het scherm wordt weergegeven. Het gedeelte Wachtwoordbeheer Sterke wachtwoorden voor nieuwe gebruikersaccounts verplichten Gebruiker toestaan accountwachtwoord op te slaan in cookies Opnieuw gebruiken van de laatste [N] wachtwoorden niet toestaan Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat alle nieuwe en gewijzigde wachtwoorden voldoen aan de wachtwoordcriteria die u hebt opgegeven. Voor meer informatie over criteria voor strikte wachtwoorden. Selecteer deze optie om gebruikers toe te staan de wachtwoordgegevens op te slaan in een browsercookie, zodat ze niet telkens het wachtwoord hoeven op te geven wanneer ze dezelfde computer gebruiken om zich aan te melden. Selecteer deze optie, ook wel de 'cyclische wachtwoordoptie' genoemd, om te voorkomen dat gebruikers hetzelfde wachtwoord weer selecteren totdat ze een bepaald aantal unieke wachtwoorden hebben geselecteerd. 91

102 Beveiligingsopties Sitebeveiliging beheren Optie Geen wachtwoorden opnemen in berichten... Toegang tot wachtwoordpagina slechts één keer toestaan Selecteer deze optie om te voorkomen dat er wachtwoordgegevens worden opgenomen in het bericht dat gebruikers ontvangen wanneer ze hun wachtwoord herstellen. In plaats daarvan bevat het bericht een koppeling naar een met SSL beveiligde webpagina die het wachtwoord bevat. Met de volgende optie kunnen gebruikers de pagina slechts één keer weergeven. Wanneer de bovenstaande optie wordt geselecteerd, gebruikt u deze optie om ervoor te zorgen dat gebruikers slechts eenmalig toegang hebben tot de wachtwoordpagina. Het gedeelte Wachtwoord herstellen Aantal dagen voordat het tijdelijke wachtwoord moet worden gewijzigd Selecteer deze optie om de geldigheidsduur van tijdelijke wachtwoorden te beperken. Het gedeelte Veroudering van wachtwoord Alle gebruikers dwingen het wachtwoord te wijzigen elke [N] dagen Alle gebruikers dwingen het wachtwoord te wijzigen bij de volgende aanmelding Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat gebruikers het wachtwoord moeten wijzigen na het aantal dagen dat u hebt opgegeven. Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat gebruikers het wachtwoord moeten wijzigen wanneer ze zich de volgende keer weer aanmelden. Het gedeelte Centers Alle vergaderingen moeten niet worden weergegeven Alle vergaderingen moeten een wachtwoord hebben Wachtwoord uitsluiten van uitnodiging Vereisen dat gebruikers een account hebben bij telefonische deelname Wachtwoord van vergadering forceren bij deelname via telefoon Afzonderlijke opties voor Meeting Center, Event Center en Training Center. Schakel deze optie in om te vereisen dat geen enkele WebEx-sessie op de siteagenda mag worden weergegeven. Afzonderlijke opties voor Meeting Center, Event Center en Training Center. Schakel deze optie in om te vereisen dat gebruikers voor alle geplande WebEx-sessies een geldig wachtwoord moeten opgeven. Belangrijk De optie Alle vergaderingen moeten een wachtwoord hebben is standaard ingeschakeld. Wij raden u met klem aan om deze optie ingeschakeld te houden, met het oog op de beveiliging van uw vergaderingen op uw site. Alleen van toepassing op Meeting Center. Selecteer deze optie om te voorkomen dat het wachtwoord in de uitnodigings wordt verzonden. Alleen voor Meeting Center en Training Center. (Niet van toepassing als uw site TSP-audio heeft) Selecteer deze optie om deelnemers te verplichten zich aan te melden vanaf hun telefoon, als de host aanmelden verplicht. Deelnemers moeten een telefoonnummer en pincode hebben toegevoegd aan hun profielinstellingen om dit te kunnen doen. Afzonderlijke opties voor Meeting Center, Event Center en Training Center. (Dit is niet van toepassing als uw site TSP-audio bevat) Selecteer deze optie om te verplichten dat deelnemers het numerieke vergaderwachtwoord invoeren als ze deelnemen via de telefoon. 92

103 Sitebeveiliging beheren Beveiligingsopties Optie Vergaderwachtwoorden afdwingen bij deelname vanuit videoconferentiesystemen Afzonderlijke opties voor Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer deze optie om te verplichten dat deelnemers het numerieke vergaderwachtwoord invoeren als ze deelnemen via een videoconferentiesysteem. Als aanmelding vereist is om deel te nemen aan een vergadering, worden videoconferentiesystemen: Afzonderlijke opties voor Meeting Center, Event Center en Training Center; als een vergaderwachtwoord vereist is bij deelname vanuit videoconferentiesystemen. Selecteer Geblokkeerd of Toegestaan. Bij blokkering kunnen gebruikers van het videoconferentiesysteem geen vergaderingen starten en niet deelnemen aan vergaderingen waarvoor aanmelding is vereist. Dit geldt ook voor persoonlijke ruimten waarvoor verplichte aanmelding is ingesteld. Het bekijken van opnamen voor aangemelde gebruikers beperken Downloads van opnamen voorkomen Aanmelden van deelnemers of panelleden vóór host toestaan De eerste bezoeker die deelneemt, is de presentator Aanmelden van deelnemers of panelleden bij teleconferentie vóór host toestaan Sterke wachtwoorden voor vergaderingen verplichten Afzonderlijke opties voor Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer deze optie om te verplichten dat gebruikers zich aanmelden om opnamen te bekijken. Als u de toegang tot opnamen niet beperkt, kunnen hosts hun eigen beveiligingsinstellingen toepassen. Afzonderlijke opties voor Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer deze optie om te voorkomen dat gebruikers opnamen downloaden. Als u de toegang tot opnamen niet beperkt, kunnen hosts hun eigen beveiligingsinstellingen toepassen. Alleen van toepassing op Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer deze optie om deelnemers of panelleden de mogelijkheid te bieden om zich voor de sessie aan te melden voordat de host zich aanmeldt. Alleen van toepassing op Meeting Center. Selecteer deze optie om de eerste deelnemer die deelneemt aan de vergadering vóór de host aan te wijzen als presentator. Deze deelnemer heeft de bal en kan inhoud binnen de vergadering delen. De optie om deel te nemen aan de sessie vóór de host moet eerst worden ingeschakeld. Alleen van toepassing op Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer deze optie om deelnemers of panelleden de mogelijkheid te bieden om zich voor de sessie aan te melden voordat de host zich aanmeldt. De optie om deel te nemen aan de sessie vóór de host moet eerst worden ingeschakeld. Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat alle wachtwoorden voor een WebEx-sessie voldoen aan de strikte wachtwoordcriteria die u hebt opgegeven. Voor meer informatie over criteria voor strikte wachtwoorden. Informatie over teleconferentie weergeven op het tabblad Info en in het venster Informatie van de vergadering Met deze optie bepaalt u hoe de teleconferentiegegevens worden weergegeven wanneer de nummers van persoonlijke conferenties worden gebruikt voor telefonie. De informatie voor de toegangscode van een abonnee kan ook worden weergegeven met een suboptie. De opties zijn standaard ingeschakeld, maar kunnen met het oog op de beveiliging worden uitgeschakeld. Automatisch vergaderingen beëindigen als er slechts één deelnemer is Alleen van toepassing op Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer deze optie om de WebEx-sessies na een bepaalde periode van inactiviteit automatisch te beëindigen. U kunt instellen dat de sessiehosts een aantal minuten voor het einde van een vergadering worden gewaarschuwd, zodat ze kunnen voorkomen dat de vergadering automatisch wordt beëindigd. 93

104 Configuratie voor Eenmalige aanmelding opgeven Sitebeveiliging beheren Optie Hostsleutel opnemen in vergaderings s van host Alleen van toepassing op Meeting Center, Event Center en Training Center. Selecteer deze optie om automatisch de hostsleutel in de vergaderings s van de host op te nemen. Het gedeelte Mappen delen Hosts kunnen geen mappen delen Hosts kunnen mappen delen Alle gedeelde mappen moeten een wachtwoord hebben Sterke wachtwoorden toepassen: Selecteer deze optie om te voorkomen dat gebruikers y-bestanden en -mappen via de pagina Mijn bestanden kunnen delen. Selecteer deze optie om gebruikers toe te staan bestanden en mappen van de pagina Mijn bestanden weer te geven op de pagina Persoonlijke vergaderruimte. Selecteer in de vervolgkeuzelijst vervolgens met wie de gebruikers de bestanden mogen delen. Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat gebruikers een wachtwoord moeten opgeven voor anderen die hun gedeelde mappen willen openen. Wanneer u de bovenstaande optie selecteert, verplicht u de gebruikers een wachtwoord voor gedeelde mappen te selecteren dat voldoet aan uw vereisten voor sterke wachtwoorden. Voor meer informatie over criteria voor strikte wachtwoorden. Ander gedeelte Aanmelding verplichten voor sitetoegang adres van de deelnemer verplichten Voor alle Access Anywhere-sessies moet een strikte toegangscode worden gebruikt Gebruiker toestaan persoonlijke gegevens voor het deelnemen aan vergaderingen en terugbelteleconferenties op te slaan Individuele hosts toestaan de opnamen opnieuw toe te wijzen Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat alle gebruikers een account moeten hebben en zich moeten aanmelden bij uw WebEx-servicesite om WebEx-sessies te kunnen hosten of eraan deel te kunnen nemen. Alleen voor Meeting Center en Training Center. Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat deelnemers een adres moeten opgeven om deel te kunnen nemen aan de WebEx-sessies. Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat gebruikers een Access Anywhere-wachtwoord moeten opgeven dat voldoet aan uw strikte wachtwoordcriteria. Voor meer informatie over criteria voor strikte wachtwoorden. Selecteer deze optie om gebruikers toe te staan om persoonlijke gegevens op te slaan en weer te geven, zoals de naam, het adres en de registratie. U kunt deze optie gebruiken om eerdere en veelgebruikte nummers te onthouden wanneer u het dialoogvenster Deelnemen aan teleconferentie gebruikt. Selecteer deze optie om een host toe te staan de eigendomsrechten van een netwerkopnamebestand over te dragen aan een andere gebruiker. Configuratie voor Eenmalige aanmelding opgeven U kunt SSO-configuratie en toegang met SAML-partnerverificatie instellen. Alleen X.509-certificaten worden ondersteund. 94

105 Sitebeveiliging beheren Door partner gedelegeerde verificatie inschakelen Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Eenmalige aanmelding. Klik boven aan de pagina op de koppeling Beheerder sitecertificaat. Klik bij Uw certificaat importeren op Bladeren om een certificaat naar uw site te importeren. Voer de map en bestandsnaam voor uw certificaat in en selecteer Openen. Klik op OK, Sluiten om Certificaatbeheer te sluiten. Door partner gedelegeerde verificatie inschakelen U kunt toegang met SAML-partnerverificatie instellen indien dit voor uw site is ingeschakeld. Alleen X.509-certificaten worden ondersteund. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Partnerverificatie. Zorg ervoor dat onder Toegang met SAML-partnerverificatie Host en Sitebeheer zijn ingeschakeld voor het gewenste certificaat en klik vervolgens op Bijwerken. Certificaten weergeven Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Eenmalige aanmelding of Configuratie > Algemene site-instellingen > Partnerverificatie. Klik onder Toegang met SAML-partnerverificatie op Gegevens weergeven rechts van het certificaat dat u wilt weergeven. Selecteer Sluiten. Criteria voor sterke wachtwoorden opgeven U kunt verplicht stellen dat de wachtwoorden voldoen aan de wachtwoordindeling die u opgeeft. U beschikt over verschillende opties om een bepaalde wachtwoordindeling verplicht te stellen. Doorgaans gaat het hierbij om de volgende eisen: Het wachtwoord moet een minimum aantal letters, cijfers en speciale tekens bevatten 95

106 Specifieke tekens in uw wachtwoorden gebruiken Sitebeveiliging beheren Het wachtwoord moet zowel hoofdletters als kleine letters bevatten Het wachtwoord mag niet de URL van de site, de hostnaam, het onderwerp van de WebEx-sessie of bepaalde woorden bevatten Beperkte wachtwoordtekens Het wachtwoord voor een account wordt automatisch gegenereerd wanneer de gebruiker zich aanmeldt voor een nieuw account, het wachtwoord herstelt of accountgegevens uit een CSV-bestand importeert. In dergelijke gevallen kunt u de volgende tekens niet gebruiken in het (automatisch gegenereerde) wachtwoord: ` (accent grave, het teken op de tildetoets) L (hoofdletter L) l (kleine letter L) 1 (het cijfer één) O (hoofdletter O) o (kleine letter o) 0 (het cijfer nul) Deze beperking wordt genegeerd wanneer de beveiligingsinstellingen voor de site het gebruik van speciale tekens verplichten. Specifieke tekens in uw wachtwoorden gebruiken Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. (Optioneel) Als u de typen wachtwoorden wilt opgeven waarvoor strikte wachtwoordcriteria moeten worden gebruikt, selecteert u in het gedeelte Beveiligingsopties naar wens de volgende opties: Gebruikersaccounts: sterke wachtwoorden voor gebruikersaccounts verplichten. Opmerking Het is verplicht om sterke wachtwoordcriteria op te geven voor gebruikersaccounts. Dit selectievakje wordt standaard ingeschakeld en kan niet worden uitgeschakeld. Vergaderingen en andere typen WebEx-sessies: sterke wachtwoorden voor vergaderingen verplichten. Gedeelde mappen: criteria voor sterk vergaderingwachtwoord toepassen Access Anywhere-sessies: voor alle Access Anywhere-sessies moeten criteria voor sterke vergaderwachtwoorden worden gebruikt voor de toegangscode. Selecteer de Sterke vergaderwachtwoordcriteria die moeten worden gebruikt. Selecteer Bijwerken. 96

107 Sitebeveiliging beheren Opties voor sterke vergaderwachtwoordcriteria Opties voor sterke vergaderwachtwoordcriteria Optie Combinatie van hoofdletters en kleine letters verplichten Minimumlengte Minimumaantal numeriek Minimumaantal alfa Minimumaantal speciale tekens Dynamische webpaginatekst niet toestaan voor vergaderingwachtwoorden Selecteer deze optie om ervoor te zorgen dat alle wachtwoorden hoofdletters en kleine letters bevatten. Opmerking Wachtwoorden moeten minimaal één hoofdletter en één kleine letter bevatten. Geef het minimale aantal tekens op (letters, cijfers en speciale tekens) waaruit een wachtwoord moet bestaan. Geef het minimale aantal cijfers op dat een wachtwoord moet bevatten. Geef het minimale aantal letters op dat een wachtwoord moet bevatten. Geef het minimale aantal speciale tekens op dat een wachtwoord moet bevatten. Tip We raden u aan bepaalde speciale tekens niet te gebruiken voor uw wachtwoordcriteria. Hierbij gaat het onder andere om de volgende tekens: ' (accent grave) " (dubbele aanhalingstekens) # - Door deze speciale tekens te vermijden, wordt voorkomen dat gebruikers fouten maken wanneer ze zich aanmelden via hun mobiele telefoon, aangezien deze tekens moeilijk zijn te vinden of tot verwarring leiden bij het invoeren. Selecteer deze optie om te voorkomen dat gebruikers wachtwoorden opgeven die de volgende inhoud bevatten: De URL voor de site waarop deze vergadering, gebeurtenis of sessie plaatsvindt, bijvoorbeeld uw_bedrijf.webex.com De eigen naam van de host De naam van het onderwerp Als de naam van de host bijvoorbeeld 'Wendy Smit' is, kunnen de volgende wachtwoorden niet worden gebruikt: Wendy, Smith, WendySmith, wendy, wendysmith, wendysmeeting, vergaderingmetwendy enzovoort. Niet toestaan dat een teken drie keer of vaker wordt herhaald Selecteer deze optie om te voorkomen dat gebruikers bepaalde tekens drie keer of vaker herhalen. Dynamische webpaginatekst niet toestaan voor accountwachtwoorden (sitenaam, hostnaam, gebruikersnaam) Selecteer deze optie om te voorkomen dat gebruikers een accountwachtwoord opgeven dat de naam van de site of de host, de gebruikersnaam of het onderwerp bevat. 97

108 Digitale certificaten (PKI) inschakelen Sitebeveiliging beheren Optie Accountwachtwoorden van deze lijst niet toestaan Selecteer deze optie om te voorkomen dat gebruikers een wachtwoord voor de WebEx-sessie opgeven dat de door u opgegeven tekst bevat. Klik vervolgens op Lijst bewerken, geef de tekst op die niet mag worden opgegeven en klik vervolgens op Lijst opslaan. Digitale certificaten (PKI) inschakelen Gebruik digitale certificaten om de WebEx-sessiegegevens te coderen en ongeoorloofde toegang tijdens het verzenden van de gegevens via internet te voorkomen. Als sitebeheerder beheert u het hoofdcertificaat dat wordt gebruikt om alle certificaten die binnen uw organisatie worden gebruikt te valideren. U kunt het volgende doen: Importeer maximaal tien hoofdcertificaten, verwijder deze, of bekijk informatie over het certificaat. Wijs certificaten toe aan een bepaald type WebEx-sessie. Een geldig digitaal certificaat is vereist voor toegang tot een WebEx-sessie. Een deelnemer zonder een geldig digitaal certificaat ontvangt een melding dat hij of zij de uitnodiging voor de vergadering moet controleren voor meer informatie over het ophalen van een geldig certificaat. U kunt het bericht bewerken dat in het bericht wordt weergegeven. Het hoofdcertificaat beheren Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Opties. Klik op boven aan de pagina op Hoofdcertificaten. Raadpleeg de lijst met digitale certificaten en de certificerende instantie. Een nieuw certificaat importeren: Selecteer Hoofdcertificaat importeren. Als u een certificaat van een lokale schijf wilt selecteren, klikt u op Bladeren en selecteert u het certificaat. Certificaatbestanden hebben de bestandsextensie '.crt' of '.cer'. Als u de inhoud van een certificaatbestand wilt opgeven, voert u deze in het tekstvak in. Selecteer Importeren. Als u een certificaat wilt verwijderen, schakelt u het selectievakje naast het certificaat in en klikt u op Verwijderen. Selecteer Bijwerken. 98

109 Sitebeveiliging beheren Een certificaat aan een sessietype toewijzen Een certificaat aan een sessietype toewijzen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Lijst met sessietypen. Selecteer de koppeling van het gewenste sessietype. Scrol naar beneden naar PKI-versleuteling en schakel het selectievakje ernaast in. Selecteer Bijwerken. 99

110 Een certificaat aan een sessietype toewijzen Sitebeveiliging beheren 100

111 HOOFDSTUK 9 Sessietypen beheren Over sessietypen, pagina 101 Uitleg van verschillende sessietypen, pagina 102 Aangepaste sessietypen maken, pagina 105 Een CUVC-sessietype (Cisco Unified Videoconferencing) maken, pagina 106 Een sessietype voor een hostaccount inschakelen, pagina 107 Een sessietype voor alle nieuwe gebruikers inschakelen, pagina 107 Een aangepast sessietype wijzigen, pagina 107 Een aangepast sessietype inschakelen of uitschakelen, pagina 108 Over sessietypen Sessietypen definiëren de functies en opties die beschikbaar zijn voor geplande sessies. Als u aangepaste sessietypen wilt maken, moet voor uw WebEx-service de optie Aangepaste sessietypen zijn ingeschakeld. U kunt maximaal vier aangepaste sessietypen maken voor elk primair sessietype dat is opgenomen in uw service. De primaire sessietypen voor uw WebEx-service worden weergegeven op de startpagina van Sitebeheer, in het gedeelte Sessietype. Als uw WebEx-service bijvoorbeeld het sessietype Meeting Center Pro bevat, kunt u vier extra 'Pro'-sessietypen maken. Elk sessietype kan een verschillende set functies en opties bieden. Nadat u een aangepast sessietype hebt gemaakt, kunt u dit toewijzen aan bepaalde gebruikers om de beveiliging, het bandbreedtegebruik of ander soortgelijke beheeractiviteiten uit te voeren. U kunt bijvoorbeeld sessietypen gebruiken om te voorkomen dat bepaalde gebruikers de optie 'extern beheer' gebruiken tijdens scherm delen. Dit sessietype voorkomt dat anderen buiten uw organisatie bestanden op de computers van werknemers of op netwerkservers kunnen openen. Maak een aangepast sessietype dat de optie extern beheer niet bevat, en wijs vervolgens alleen dit sessietype toe aan bepaalde gebruikers. Afhankelijk van uw WebEx-prijsmodel is het mogelijk dat sommige benoemde hostaccounts aan elk sessietype worden gekoppeld. Hiermee bepaalt u hoeveel mensen in uw organisatie vergaderingen kunnen hosten. 101

112 Uitleg van verschillende sessietypen Sessietypen beheren Uitleg van verschillende sessietypen De volgende functies zijn voor een aangepast Meeting Center PRO-sessietype, maar zijn kenmerkend voor alle WebEx-services. Sommige WebEx-functies die in de gebruikersinterface worden vermeld, zijn gemarkeerd als 'Niet beschikbaar' als deze niet zijn ingesteld voor uw site. Functies die niet beschikbaar zijn voor Meeting Center, worden hier vermeld. Functies Waarschuwing: knipperend Waarschuwing: geluid Notitietools Toepassingen delen Toepassingen delen: extern beheer Deelsessies Aangepaste scripts Chatten Ondertiteling Document en presentatie delen Bureaublad delen Een oranje waarschuwing weergeven wanneer het deelvenster van een deelnemer wordt samengevouwen of gesloten en dit aandacht vereist (bijvoorbeeld op het moment dat iemand begint met deelnemen aan de vergadering, een enquête wordt geopend of een chatbericht wordt ontvangen). De waarschuwing blijft knipperen tot de deelnemer deze opent en de wijziging weergeeft. Een geluid afspelen wanneer een bepaalde vergadergebeurtenis zich voordoet (bijvoorbeeld op het moment dat iemand begint met deelnemen aan de vergadering of deze verlaat, wanneer een deelnemer het pictogram Hand opsteken selecteert of wanneer een chatbericht wordt ontvangen). Deelnemers toestaan te annoteren, markeren, uitleggen of informatie aan te wijzen op gedeelde inhoud. Presentatoren toestaan een of meer toepassingen weer te geven om software te demonstreren of documenten te bewerken. Deelnemers toestaan extern beheer aan te vragen voor de toepassing die door de presentator wordt gedeeld. Niet beschikbaar voor Meeting Center Niet beschikbaar voor Meeting Center Bepalen of de chatfunctie beschikbaar is. Als dat het geval is, bepaalt u of het chatdeelvenster bij het begin van een vergadering standaard voor deelnemers is geopend, geminimaliseerd of gesloten. Bepalen of de ondertitelingsfunctie beschikbaar is. Als dat het geval is, bepaalt u of het ondertitelingsdeelvenster bij het begin van een vergadering standaard voor deelnemers is geopend, geminimaliseerd of gesloten. Presentatoren toestaan tijdens de vergadering documenten of presentaties te delen die niet hoeven te worden bewerkt. Opmerking Als dit niet is ingeschakeld, zijn tabbladelementen voor bestanden delen, witbord en snel starten niet beschikbaar op uw site. Presentatoren toestaan de gehele inhoud van hun computer te delen, inclusief toepassingen, vensters, bestandsmappen en muisbewegingen. 102

113 Sessietypen beheren Uitleg van verschillende sessietypen Functies Bureaublad delen: extern beheer Bureaublad/ toepassing/webbrowser delen: ondersteuning ware kleuren Feedback Bestandsoverdracht Deelnemers toestaan extern beheer aan te vragen voor het bureaublad van de presentator. Presentatoren toestaan inhoud te delen met presentatoren in de modus Ware kleuren. De modus Ware kleuren biedt meer gedetailleerde kleuren, met opties voor een beter beeld of betere prestaties. Niet beschikbaar voor Meeting Center Deelnemers toestaan bestanden aan elkaar over te dragen tijdens een vergadering. U kunt ervoor kiezen toegewezen netwerkstations op te nemen als bestandslocaties. Praktijkdemo Praktijklab Niet beschikbaar voor Meeting Center Niet beschikbaar voor Meeting Center Door bestanden bladeren Niet beschikbaar voor Meeting Center Lokale toegewezen netwerkstations weergeven Niet beschikbaar voor Meeting Center Externe toegewezen netwerkstations weergeven Niet beschikbaar voor Meeting Center Aanmelden als een andere gebruiker Kijken wie er spreekt Afschrift van vergadering Aantekeningen Outlook- en Lotus Notes-integratie Lijst met deelnemers Niet beschikbaar voor Meeting Center De deelnemer die momenteel aan het woord is, herkenbaar maken door een knipperend pictogram naast de naam van de deelnemer. Hosts toestaan algemene vergaderinggegevens en bestanden in een bericht naar deelnemers te verzenden. Bepalen of de aantekeningenfunctie beschikbaar is. Als dat het geval is, bepaalt u of het deelvenster Aantekeningen bij het begin van een vergadering standaard voor deelnemers is geopend, geminimaliseerd of gesloten. Gebruikers toestaan vergaderingen te plannen met Microsoft Outlook of IBM Lotus Notes. Bepalen of de functie Lijst met deelnemers beschikbaar is. Als dat het geval is, bepaalt u of het deelvenster Deelnemers bij het begin van een vergadering standaard voor deelnemers is geopend, geminimaliseerd of gesloten. 103

114 Uitleg van verschillende sessietypen Sessietypen beheren Functies Enquêteren Bepalen of de enquêtefunctie beschikbaar is. Als dat het geval is, bepaalt u of het deelvenster Enquêteren bij het begin van een vergadering standaard voor deelnemers is geopend, geminimaliseerd of gesloten. Deze besturingselementen voor enquêtes inschakelen: Afzonderlijke resultaten weergeven enquêteresultaten anoniem delen met deelnemer Afzonderlijke resultaten opslaan antwoorden van elke deelnemer opslaan in een.txt-bestand Testen en scoren Niet beschikbaar voor Meeting Center Geen antwoord opnemen vragen met korte antwoorden toestaan Aantal reacties weergeven aantal reacties van deelnemer vermelden in de enquêtestatus End-to-end-codering PKI-versleuteling Oefensessie (alleen Event Center) Vraag en antwoord Deelnemer kan presentatorrol op zich nemen Opnemen client-zijde Opnemen via netwerk Externe computer delen Extern afdrukken Webinhoud delen Snel starten weergeven voor host en presentator Alle WebEx-sessiegegevens coderen. Digitale certificaten (PKI) gebruiken om WebEx-sessiegegevens te coderen. Niet beschikbaar voor Meeting Center Niet beschikbaar voor Meeting Center Deelnemers toestaan de presentatorrol rechtstreeks van een andere deelnemer over te nemen, zodat ze inhoud kunnen delen tijdens de vergadering. Hosts toestaan vergaderingen op te nemen op hun lokale stations. Hosts toestaan vergaderingen op te nemen op de netwerkserver. Presentatoren toestaan inhoud te delen die zich op een externe computer bevindt. Presentatoren toestaan inhoud af te drukken die in een vergadering wordt gedeeld. Presentatoren toestaan hun webbrowser te delen. Niet beschikbaar voor Meeting Center als optie - standaard voor alle hosts en presentatoren Snel starten ook weergeven voor alle deelnemers - Niet beschikbaar voor Meeting Center en Training Center Video Bepalen of de videofunctie beschikbaar is. Als dat het geval is, bepaalt u of het deelvenster Video bij het begin van een vergadering standaard voor deelnemers is geopend, geminimaliseerd of gesloten. 104

115 Sessietypen beheren Aangepaste sessietypen maken Functies WebEx-video Video van hoge kwaliteit toestaan voor vergaderingen op uw site. Multi-pointvideo (alleen $C) Niet beschikbaar voor Meeting Center of Training Center Cisco Unified Videoconferencing (CUVC) toestaan Het invoeren van een CUVC-vergadering-ID in de vergaderingplanner toestaan Webbrowser delen Webbrowser delen - extern beheer Online testen Witbord Presentatoren toestaan webbrowsers en gerelateerde webinhoud te delen tijdens de vergadering. Deelnemers toestaan webbrowsers en gerelateerde webinhoud te delen tijdens de vergadering. Niet beschikbaar voor Meeting Center Presentatoren toestaan objecten te tekenen en tekst te typen die voor alle deelnemers in hun inhoudviewer wordt weergegeven. Aangepaste sessietypen maken U kunt maximaal vier aangepaste sessietypen maken voor elk primair sessietype dat is opgenomen in uw WebEx-service. U moet de optie voor aangepaste sessietypen hebben ingeschakeld om ervoor te zorgen dat de optie Sessietypen op de navigatiebalk wordt weergegeven. Neem contact op met uw WebEx-medewerker voor meer informatie of als Sessietypen niet wordt weergegeven op de navigatiebalk. Opmerking Zodra u een nieuw sessietype hebt gemaakt, kunt u dit niet meer verwijderen. U kunt het sessietype echter wel aanpassen of uitschakelen. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Lijst met sessietypen. Zoek in de kolom Sessiecode naar het primaire sessietype waarvoor u een aangepast sessietype wilt maken. Selecteer de koppeling Nieuw aangepast sessietype toevoegen voor<session type>. Voer een naam voor het aangepaste sessietype in. Selecteer de functies die u wilt opnemen in het sessietype. Als u gebruikers wilt toestaan UCF-bestanden te gebruiken, schakelt u in het UCF-gedeelte het selectievakje UCF-rich-media in en voert u de maximale toegestane bestandsgrootte in. Selecteer Toevoegen. Opmerking Als u hosts de mogelijkheid wilt bieden om sessies met een aangepast sessietype te hosten dat u hebt gemaakt, schakelt u het sessietype voor het gebruikersaccount van de host in. 105

116 Een CUVC-sessietype (Cisco Unified Videoconferencing) maken Sessietypen beheren Een CUVC-sessietype (Cisco Unified Videoconferencing) maken Met het CUVC-sessietype (Cisco Unified Videoconferencing) kunt u WebEx-services integreren in videoconferentiesessies op het CUVC-systeem. Een vergadering-id helpt om deze integratie te bereiken. Voordat u WebEx-services kunt integreren met het CUVC-systeem, moet u zorgen voor het volgende: De CUVC-optie is niet beschikbaar voor deze WebEx-site. U hebt de CUVC-optie op de instellingenpagina ingeschakeld. Opmerking: als de CUVC-optie is ingeschakeld, wordt WebEx-video tijdens een sessie vervangen door het CUVC-bureaublad. U kunt de CUVC-integratie configureren door gebruik te maken van een dynamische CUVC-vergadering-id of een aangepast CUVC-vergadering-id. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Stap 9 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Lijst met sessietypen. Zoek in de kolom Sessiecode naar het primaire sessietype waarvoor u een aangepast sessietype wilt maken. Selecteer de koppeling Nieuw aangepast sessietype toevoegen voor<session type>. Geef op de pagina Aangepast sessietype toevoegen in het vak Sessienaam een naam voor het sessietype op. Scrol omlaag om de optie Cisco Unified Videoconferencing (CUVC) weer te geven. Opmerking Als de optie Cisco Unified Videoconferencing (CUVC) niet wordt weergegeven, is deze mogelijk niet voor uw site ingesteld. Selecteer Cisco Unified Videoconferencing (CUVC) en geef de CUVC-URL op om de CUVC-integratie met de geselecteerde WebEx-service in te schakelen. Als u de CUVC-URL niet opgeeft, wordt er een foutbericht weergegeven wanneer u het sessietype probeert toe te voegen. (Optioneel) Configureer de CUVC-integratie door aangepaste CUVC-vergadering-id of de dynamische CUVC-vergadering-id op te geven. Als u de aangepaste CUVC-vergadering-id wilt opgeven, selecteert u in de vergaderingplanner de optie Het invoeren van een CUVC-vergadering-id in de vergaderingplanner toestaan. In dit geval wordt het vak CUVC-vergadering-id weergegeven in de Geavanceerde planner in Meeting Center, zoals in de volgende voorbeeldafbeelding. Als u een dynamische CUVC-vergadering-id wilt opgeven, selecteert u in de vergaderingplanner de optie Het invoeren van een CUVC-vergadering-id in de vergaderingplanner toestaan. Het WebEx-vergaderingnummer staat voor de CUVC-vergadering-id wanneer u een vergadering plant. U moet ook een 'serviceprefix' opgeven in de variabele %MeetingID% voor de CUVC-URL. Bijvoorbeeld Het invoeren van een CUVC-vergadering-id in de vergaderingplanner toestaan is standaard niet ingeschakeld. (Optioneel) Selecteer Voorbeeld-URL om het Help-onderwerp voor de CUVC-configuratie weer te geven. Selecteer Toevoegen om het CUVC-sessietype te maken. 106

117 Sessietypen beheren Een sessietype voor een hostaccount inschakelen Een sessietype voor een hostaccount inschakelen Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Gebruikers > Gebruiker bewerken. Zoek de gebruiker met de functie Zoeken, of met de functie Index waarmee u de gebruiker in de lijst zoekt. Selecteer de koppeling voor het gebruikersaccount. Schakel in het gedeelte Sessietype het selectievakje voor het gewenste sessietype in. Selecteer Verzenden. Een sessietype voor alle nieuwe gebruikers inschakelen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Lijst met sessietypen. Schakel in de kolom Standaard voor nieuwe gebruikers het selectievakje voor het gewenste sessietype in. Selecteer Bijwerken. Een aangepast sessietype wijzigen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Lijst met sessietypen. Zoek in de kolom Sessiecode het primaire sessietype en klik vervolgens op de koppeling voor het aangepaste sessietype dat u wilt bewerken. Wijzig de functie-instellingen voor het sessietype. Selecteer Bijwerken. 107

118 Een aangepast sessietype inschakelen of uitschakelen Sessietypen beheren Een aangepast sessietype inschakelen of uitschakelen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Algemene site-instellingen > Lijst met sessietypen. Schakel in de kolom Actief het betreffende selectievakje in of uit om het sessietype in of uit te schakelen. Selecteer Bijwerken. 108

119 HOOFDSTUK 10 De opties voor Remote Access instellen Over Remote Access-opties, pagina 109 Computer instellen voor Remote Access, pagina 110 De beveiligingsopties voor Remote Access opgeven, pagina 116 De beschrijving of alias voor en externe computer wijzigen, pagina 118 Groepen van Remote Access-computers beheren, pagina 118 Remote Access-sessies monitoren, pagina 120 De standaardweergave en -kleuren opgeven voor Remote Access, pagina 120 Over Remote Access-opties U kunt Remote Access beheren door de volgende handelingen uit te voeren: Configureer de standaard installatie-instellingen voor de Remote Access-computers op uw Support Center-site. Geef de standaard weergave- en kleurinstellingen op voor het delen van toepassingen of bureaubladen tijdens een Remote Access-sessie. Geef de beveiligingsopties voor Remote Access-sessies op uw site op, zoals: De toegang tot de Remote Access-computers via het IP-adres beperken De toegangscode opgeven voor verbinding met de Remote Access-computers De toegang tot de Remote Access-computers via telefoonverificatie verifiëren Installeer de Remote Access Agent op externe computers Beheer de Remote Access-computers en -groepen op uw Support Center-site, inclusief: Het toevoegen, verwijderen en herschikken van computers en groepen Het bewerken van beschrijvende informatie over computers en groepen Het aanpassen van de beveiligingsinstellingen voor individuele computers of groepen 109

120 Computer instellen voor Remote Access De opties voor Remote Access instellen Computer instellen voor Remote Access U kunt in elke groep die u hebt gemaakt, een computer instellen voor externe toegang. Als u niet weet aan welke groep u de computer moet toewijzen, kunt u de computer instellen in de hoofdgroep en later aan een andere groep toewijzen. Als u een computer zodanig wilt instellen dat deze extern toegankelijk is, moet u of de klant eerst de Remote Access Agent op de externe computer installeren. Om een Remote Access-sessie te starten, meldt een ondersteuningsmedewerker zich via een computer, ook wel de lokale computer genoemd, aan bij uw WebEx-servicesite en wordt er een verbinding tot stand gebracht met de externe computer. U kunt de Remote Access Agent pas installeren als u er zeker van bent dat zowel de externe als de lokale computer voldoen aan de minimale systeemvereisten. Er zijn drie manieren om de Remote Access Agent te installeren: De installatiewizard Remote Access: volg de instructies in de wizard om de installatie te voltooien. Handmatig installatieprogramma: voer het handmatige installatieprogramma van Remote Access uit en volg de instructies in de installatiewizard Remote Access om de installatie te voltooien. Opmerking De optie voor een handmatige installatie is met name handig wanneer u het installatieprogramma via een cd-rom wilt distribueren of wanneer uw systeem of netwerk u niet toestaat om de Remote Access Agent rechtstreeks via de installatiewizard Remote Access te installeren. Stille installatie: met deze optie kunt u de Remote Access Agent zonder interactie (bijvoorbeeld het opgeven van opties in een wizard) installeren. De Remote Access Agent instellen voor uw proxyserver De installatiewizard Remote Access detecteert de proxyserver automatisch en geeft een dialoogvenster weer waarin u de benodigde informatie over de proxyserver kunt opgeven. U kunt pas doorgaan naar het deelvenster Opties van de wizard Remote Access instellen als u de benodigde gegevens hebt ingevoerd in het dialoogvenster Wachtwoord proxyserver invoeren: Voer uw gebruikers-id en wachtwoord in de desbetreffende vakken in en selecteer OK. Selecteer Volgende in het deelvenster Accountgegevens. U kunt doorgaan met de installatie van de Remote Access Agent. 110

121 De opties voor Remote Access instellen De standaardinstallatieopties instellen De standaardinstallatieopties instellen De standaardwaarden voor installatie van Remote Access op uw Support Center-site, die hier zijn opgegeven, voor installatie op een externe computer. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Opties. Geef de opties in het gedeelte Standaard installatiewaarden op. Selecteer Bijwerken. Standaardinstallatiewaarden Optie Computernaam URL Beveiligingssleutel Goedkeuring vragen voordat een sessie start Deze computer vergrendelen aan het einde van de sessie Toetsenbord en muis van deze computer uitschakelen Wanneer de Remote Access Agent op een externe computer wordt geïnstalleerd, geeft dit item aan of de naam van de Remote Access-computer overeenkomt met de computernaam van de externe computer. Gebruikers kunnen de naam van de Remote Access-computer later wijzigen. Geeft de site-url aan waarmee de Remote Access Agent verbinding maakt. Als u een URL wilt opgeven, typt u deze in het vak. Wijziging niet toestaan: als deze optie is geselecteerd, wordt de URL-optie in de Remote Access Agent uitgeschakeld tijdens de installatie. Bevat een beveiligingssleutel die is samengesteld uit letters en cijfers en die tussen de 6 en 16 tekens bevat. Geeft aan of een CSR de goedkeuring van een klant moet krijgen voordat de CSR een Remote Access-sessie met de klant kan starten. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Geeft aan of de externe computer wordt vergrendeld nadat een Remote Access-sessie wordt beëindigd. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Geeft aan of het toetsenbord en de muis van een externe computer worden uitgeschakeld wanneer via de externe computer wordt deelgenomen aan Remote Access-sessie. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. 111

122 Standaardinstallatiewaarden De opties voor Remote Access instellen Optie Scherm van deze computer leegmaken tijdens de sessie Gehele bureaublad openen Na toegang tot de computer een verzenden naar Sessie beëindigen na minuten van inactiviteit Sessielogboeken bewaren in deze lokale map Sessielogboeken verzenden naar het volgende adres/de volgende adressen Blokkeren van computer toestaan Remote Access verbergen? Geeft aan of het scherm van een externe computer wordt leeggemaakt wanneer via de externe computer wordt deelgenomen aan Remote Access-sessie. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Geeft aan of het gehele bureaublad met de CSR wordt gedeeld tijdens een Remote Access-sessie. De klant kan naast het gehele bureaublad ook bepaalde toepassingen delen. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Hier kunt u een adres opgeven waarnaar een melding wordt verstuurd wanneer de Remote Access-sessie start. Als u een adres wilt opgeven, typt u dat in het vak. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Hier kunt u een adres opgeven waarnaar een melding wordt verstuurd wanneer de Remote Access-sessie eindigt. Als u een adres wilt opgeven, typt u dat in het vak. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Hier kunt u een lokale map op de externe computer opgeven waarin de sessielogboeken van Remote Access worden opgeslagen. Als u een map wilt opgeven, typt u deze in het vak. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Hier kunt u een adres opgeven waarnaar het sessielogboek wordt verstuurd wanneer de Remote Access-sessie eindigt. Wijziging niet toestaan: als deze optie wordt geselecteerd, wordt de bijbehorende optie in Remote Access Agent uitgeschakeld. Geeft aan of de opdracht Deze computer blokkeren in Remote Access Agent is ingeschakeld. Geeft aan of het Remote Access Agent-pictogram wordt weergegeven op de externe computer. Als u Ja selecteert, wordt niet alleen het agentpictogram op de taakbalk verborgen, maar ook de Remote Access Agent-opties in het menu Start > Programma's op de computer. 112

123 De opties voor Remote Access instellen De koppeling naar het installatieprogramma voor Remote Access naar gebruikers verzenden De koppeling naar het installatieprogramma voor Remote Access naar gebruikers verzenden Gebruik deze optie als de klant toegang heeft tot de op de externe computer. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Groepen beheren. Als u de huidige groep (Groepsadres) wilt wijzigen, selecteert u het pictogram Andere groep weergeven. Selecteer het pictogram Uitnodiging per verzenden. Het venster Uitnodiging per verzenden wordt weergegeven. Dit venster bevat een uitnodiging om externe toegang in te stellen op een computer en een koppeling waarop de klant op de externe computer moet klikken om de installatiewizard voor Remote Acces te starten. Typ in het vak Aan een adres van de klant op de externe computer en klik vervolgens op Verzenden. Het installatieprogramma voor de Remote Access Agent downloaden Stap 5 De klant op de externe computer gaat naar uw WebEx-servicesite. De klant selecteert op de navigatiebalk Assistentie > Ondersteuning. Op de pagina Ondersteuning gaat de klant naar het gedeelte Downloads en selecteert de koppeling Installatieprogramma van Remote Access voor Windows downloaden. De klant downloadt de wizard InstallShield voor WebEx Remote Access en voert deze uit. De installatiewizard Remote Access wordt weergegeven. In deze wizard geeft de klant de vereiste informatie en de gewenste opties op via de volgende deelvensters: Accountgegevens: typ een computernaam en de URL voor uw WebEx-servicesite. Selecteer vervolgens Volgende. Als u de Remote Access Agent installeert op een server waarop proxyserververificatie is ingeschakeld, detecteert de installatiewizard Remote Access automatisch de proxyserver. Er wordt vervolgens een dialoogvenster weergegeven waarin u de informatie met betrekking tot de proxyserver moet opgeven. Opties: geef de opties op voor de computer die u extern wilt benaderen. Selecteer vervolgens Volgende. Toegang: selecteer de toepassingen die u op de externe computer wilt openen of selecteer het gehele bureaublad van de computer. Selecteer vervolgens Volgende. Stap 6 De klant klikt in het deelvenster Installatie voltooid op Voltooien om de installatie van de Remote Access Agent te voltooien. De Remote Access Agent meldt de externe computer aan bij het Remote Access-netwerk. 113

124 Een programma voor stille installatie om Remote Access te installeren De opties voor Remote Access instellen Het pictogram WebEx Remote Access - Beschikbaar wordt weergegeven op de taakbalk van de externe computer. De computer, die wordt aangeduid met het computerpictogram op de pagina Groepen beheren, wordt weergegeven in de hoofdgroep. De computer kan nu extern worden benaderd. Een programma voor stille installatie om Remote Access te installeren Met de optie voor een stille installatie kunt u de Remote Access Agent op meerdere computers installeren zonder interventie van de gebruikers. Uw registersleutelbestand bevat variabelen die worden gebruikt wanneer u de opdracht voor het installeren van de Remote Access Agent uitvoert. Voordat u de stille installatie van de Remote Access Agent uitvoert, moet u de variabelen in het registersleutelbestand vervangen door de juiste informatie op uw WebEx-servicesite. In de volgende tabel wordt beschreven hoe u de juiste syntaxis voor elke sleutel kunt verstrekken. Sleutel "SilentSiteURL"="yourcompanywebsite" "GroupID"="0" "Name"="nameofcomputer" "Alias"="aliasofcomputer" "ProxyUser"="Proxyserverusername" De URL voor uw WebEx-servicesite. Vervang yourcompanywebsite door de URL van uw WebEx-servicesite. De syntaxis kan als volgt zijn: "SilentSiteURL"="xyz.webex.com" De id voor de groep waarin u Remote Access-computers wilt instellen. U kunt de groeps-id in een uitnodigingsbericht zoeken voor de desbetreffende groep. Als u de groeps-id wilt verkrijgen, gaat u naar de pagina Groepen beheren en klikt u vervolgens op het pictogram uitnodiging verzenden voor de groep. De URL in het uitnodigingsbericht bevat de groeps-id. De groeps-id voor de uitnodigings-url is bijvoorbeeld Als u geen groeps-id opgeeft, is de standaardgroeps-id 0; de computer wordt in dat geval toegevoegd aan de hoofdgroep. Naam van de computer. Vervang de naam van de computer door de naam die u de computer wilt geven. Als u geen naam opgeeft, wordt standaard de gebruikersnaam voor de externe computer gebruikt. Alias van de computer. Als u dit veld leeg laat, heeft de computer geen alias. De gebruikersnaam voor de verificatie van uw proxyserver. Als u proxyserververificatie gebruikt, vervangt u Proxyserverusername door de gebruikersnaam voor de proxyserver. 114

125 De opties voor Remote Access instellen Een programma voor stille installatie gebruiken voor de installatie van Remote Access Sleutel "ProxyPassword"="Proxyserverpassword" "SystemTrayIcon"="0" Het wachtwoord voor de verificatie van uw proxyserver. Als u proxyserververificatie gebruikt, vervangt u Proxyserverpassword door het wachtwoord voor de proxyserver. Bepaalt of het pictogram Remote Access Agent wordt weergegeven op de taakbalk van de computer. Als u het pictogram Remote Access Agent verbergt, worden de opties voor Remote Access Agent ook niet weergegeven in het menu Start > Programma's op het bureaublad. Als u de waarde 0 opgeeft, wordt het pictogram Remote Access Agent weergegeven. Als u de waarde 1 opgeeft, wordt het pictogram Remote Access Agent niet weergegeven. De standaardwaarde is 0. Een programma voor stille installatie gebruiken voor de installatie van Remote Access Ga naar de pagina Remote Access instellen. Uitnodigings s bevatten de koppeling naar deze pagina. Selecteer de koppeling Het installatieprogramma voor MSI. Sla het handmatige installatieprogramma voor Remote Access op naar de computer. De bestandsnaam is atsmt.msi. Gebruik uw softwaredistributieoplossing om de volgende handelingen uit te voeren: a) Download het bestand atsmt.msi. b) Maak de volgende registersleutel: [HKEY_LOCAL_MACHINE\SOFTWARE\WebExSilentInstaller] SilentSiteURL"="yourcompanywebsite GroupID=0 Name=nameofcomputer Alias=aliasofcomputer ProxyUser=Proxyserverusername ProxyPassword=Proxyserverpassword SystemTrayIcon=0 c) Ga via de opdrachtprompt naar de map waarnaar het bestand atsmt.msi is gedownload en voer de volgende opdracht uit: msiexec /i atsmt.msi /qb 115

126 De beveiligingsopties voor Remote Access opgeven De opties voor Remote Access instellen De Remote Access Agent meldt de externe computers aan bij het Remote Access-netwerk. Het pictogram WebEx Remote Access - Beschikbaar wordt weergegeven op de taakbalk van elke externe computer. De computers, die worden aangeduid met het computerpictogram op de pagina Groepen beheren, worden weergegeven in de hoofdgroep en zijn extern toegankelijk. De beveiligingsopties voor Remote Access opgeven De ondersteuningsmedewerker (CSR) gebruikt een toegangscode om een verbinding met de externe computer van de klant tot stand te brengen. U kunt opgeven of telefoonverificatie moet worden toegevoegd aan het verificatieproces voor de Remote Access-sessie. Als de optie voor de telefoonverificatie is ingeschakeld, ontvangt een ondersteuningsmedewerker (CSR) een oproep wanneer hij of zij een verbinding met de externe computer tot stand wil brengen. De CSR moet de telefonische toegangscode opgeven voor toegang tot de Remote Access-sessie. U kunt maximaal drie bereiken voor IP-adressen definiëren die de WebEx-site toestaat om Remote Access-computers te benaderen. Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Opties. Geef onder Toegangscode de relevante opties op en klik op Toepassen op alles om deze instellingen toe te passen voor alle groepen en computers op de site. Geef onder Telefoonverificatie de relevante opties op en klik op Toepassen op alles om deze instellingen toe te passen voor alle groepen en computers op de site. Geef bij Toegang via IP-adres beperken het IP-bereik op door het eerste en laatste IP-adres in de vakken Tussen op te geven. Selecteer Bijwerken. 116

127 De opties voor Remote Access instellen De toegangscode- of telefoonverificatieopties voor Remote Access-groepen wijzigen De toegangscode- of telefoonverificatieopties voor Remote Access-groepen wijzigen Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Groepen beheren. Zoek de computer waarvoor u de opties wilt wijzigen. Selecteer in de kolom Acties het pictogram voor de groep. Geef op opties voor de toegangscode of telefoonverificatie op in het gedeelte Toegangscode of Telefoonverificatie. Als u dezelfde instellingen voor de toegangscode wilt toepassen op alle onderliggende groepen en computers binnen de groep, selecteert u Toepassen op lagere niveaus. Als u wilt voorkomen dat de instellingen voor de toegangscode kunnen worden gewijzigd, selecteert u Wijziging niet toestaan voor alle groepen en computers op lagere niveaus. Selecteer Bijwerken om uw instellingen op te slaan. De toegangscode of telefoonverificatieopties voor Remote Access-computers wijzigen Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Groepen beheren. Zoek de computer waarvoor u de opties wilt wijzigen. Selecteer de koppeling voor de computer. Geef op opties voor de toegangscode of telefoonverificatie op in het gedeelte Toegangscode of Telefoonverificatie. Selecteer Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. 117

128 De beschrijving of alias voor en externe computer wijzigen De opties voor Remote Access instellen De beschrijving of alias voor en externe computer wijzigen Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Groepen beheren. Zoek de computer waarvoor u de gegevens wilt bewerken. Selecteer de koppeling voor de computer. Het venster Computer bewerken wordt weergegeven. Breng de wijzigingen aan in het venster. Selecteer Bijwerken om uw wijzigingen op te slaan. Als de vakken Toegangscode en Wachtwoord verloopt over niet beschikbaar zijn, betekent dit dat u eerder de wijzigingen aan de toegangscode voor dit niveau hebt geblokkeerd. U kunt een Remote Access-computer de volgende namen geven: Computernaam: wanneer de Remote Access Agent op een externe computer via de installatiewizard Remote Access instellen, kunt u of de klant deze naam opgeven in het deelvenster Accountgegevens. In het tekstvak Computernaam wordt standaard de naam weergegeven die door de netwerkbeheerder op de externe locatie aan de computer is gegeven. Zodra een externe computer zodanig is ingesteld dat deze extern toegankelijk is, kan de klant via de Remote Acces Agent op de externe computer de computernaam wijzigen. Alias: u kunt de naam op elk gewenst moment opgeven en bewerken via de pagina Groepen beheren. Als u een computer deze twee namen geeft, wordt de computernaam tussen haakjes weergegeven, na de alias, op de pagina Groepen beheren en op de pagina Remote Access van de ondersteuningsmedewerker. Groepen van Remote Access-computers beheren In Sitebeheer kunt u een lijst met alle externe computers weergeven die een klant heeft ingesteld voor Remote Access. U kunt ook een Remote Access-groep maken om dezelfde beveiligingsinstellingen op alle Remote Access-computers in de groep toe te passen. Remote Access-groepen maken Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Groepen beheren. Selecteer in de kolom Acties het pictogram voor de Hoofdgroep. Het venster Groep maken wordt weergegeven. Geef hier groepsnaam en eventueel een beschrijving op. Kies OK. 118

129 De opties voor Remote Access instellen Remote Access-computers en -groepen aan ondersteuningsmedewerkers toewijzen U kunt op dezelfde manier een subgroep binnen een groep op het eerste niveau maken. Remote Access-computers en -groepen aan ondersteuningsmedewerkers toewijzen U kunt Remote Access-computers en -groepen toewijzen aan een ondersteuningsmedewerker (CSR) wanneer u een hostaccount voor Support Center toevoegt of bijwerkt. De groepsnaam of beschrijving wijzigen Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Groepen beheren. Zoek de groep waarvoor u de gegevens wilt wijzigen. Selecteer in de kolom Acties het pictogram voor de Hoofdgroep. Breng uw wijzigingen in de vakken Groepsnaam of Groepsbeschrijving in het gedeelte Algemeen aan. Selecteer Bijwerken. Computers of groepen opnieuw rangschikken Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Groepen beheren. Schakel het selectievakje in voor de computer of de groep die u wilt verplaatsen, en klik vervolgens op Verplaatsen. U kunt meerdere computers of groepen tegelijkertijd naar dezelfde groep verplaatsen. U kunt een hele groep het snelst verplaatsen door dit selectievakje in te schakelen. U selecteert dan automatisch alle subgroepen en computers. Selecteer in de lijst met groepen die wordt weergegeven een bestemmingsgroep en klik vervolgens op OK. Wanneer u computers of groepen naar een andere bestemmingsgroep verplaatst, wordt de oorspronkelijke hiërarchie verwijderd. U kunt indien nodig de hiërarchie wijzigen. 119

130 Een computer of groep verwijderen De opties voor Remote Access instellen Een computer of groep verwijderen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Opties. Schakel het selectievakje in voor de desbetreffende computer of groep. Selecteer Verwijderen. Remote Access-sessies monitoren Als u de Remote Access-sessies van een medewerker wilt monitoren, kunt u de functie voor automatisch opnemen inschakelen. Als de functie voor automatisch opnemen is ingeschakeld, wordt er een opname gestart zodra de Remote Access-sessie begint en wordt de opname gestopt wanneer de sessie wordt beëindigd. De ondersteuningsmedewerker kan de functie voor automatisch opnemen niet uitschakelen tijdens een sessie. De opnamen worden opgeslagen naar een lokaal pad dat u hebt opgegeven. Deze bestanden hebben de extensie.wrf. Als u de functie voor automatisch opnemen wilt inschakelen voor een ondersteuningsmedewerker, bewerkt u het gebruikersaccount van de desbetreffende ondersteuningsmedewerker. De standaardweergave en -kleuren opgeven voor Remote Access Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Remote Access > Opties. Geef bij Weergave- en kleurinstellingen de gewenste opties op. Selecteer Bijwerken. 120

131 De opties voor Remote Access instellen Weergave- en kleurinstellingen Weergave- en kleurinstellingen Optie Weergeven Geeft aan hoe een gedeelde toepassing of een bureaublad wordt weergegeven op het scherm van een medewerker en klant. Als een klant bijvoorbeeld een toepassing deelt, bepaalt deze optie hoe de gedeelde toepassing wordt weergegeven in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker. Passend maken op volledig scherm: geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven op het volledige scherm van de ondersteuningsmedewerker of de klant. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt dus aangepast aan de grootte van het scherm. Volledig scherm: geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven op het volledige scherm van de ondersteuningsmedewerker of de klant, maar dat de grootte van de toepassing of het bureaublad niet volledig wordt aangepast aan de grootte van het scherm. Passend maken op venster: geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven in een venster op het scherm van de medewerker of de klant. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt aangepast aan de volledige grootte van het venster. Passend maken op volledig scherm: geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven op het volledige scherm van de ondersteuningsmedewerker of de klant. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt dus aangepast aan de grootte van het scherm. Venster: geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven in een venster op het scherm van de medewerker of de klant, maar dat de grootte van de toepassing of het bureaublad niet wordt aangepast aan de grootte van het scherm. Kleur Bepaalt de kleurinstellingen voor een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad die of dat wordt weergegeven op het scherm van een ondersteuningsmedewerker of een klant. Als een klant bijvoorbeeld een toepassing deelt, bepaalt deze optie met welke kleurinstellingen de gedeelde toepassing wordt weergegeven in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker. 256 kleuren: geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven met 256 kleuren. Deze optie vergt minder bandbreedte voor het delen van toepassingen of bureaubladen dan de optie Hoge kleuren. Daarom is deze optie nuttig als een klant deelneemt aan de ondersteuningssessie via een inbelverbinding. Hoge kleuren (16-bits): geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven in 16-bits kleuren. Deze optie vergt meer bandbreedte dan de optie 256 kleuren, maar biedt een betere beeldkwaliteit. 121

132 Weergave- en kleurinstellingen De opties voor Remote Access instellen 122

133 HOOFDSTUK 11 De opties voor Access Anywhere instellen Goedkeuring vereisen voor het installeren van Access Anywhere, pagina 123 Access Anywhere-aanvragen verwerken, pagina 124 Een lijst met externe Access Anywhere-computers weergeven, pagina 124 De Access Anywhere-sessie van een gebruiker beëindigen, pagina 125 Een externe computer uit het account van een gebruiker verwijderen, pagina 125 Goedkeuring vereisen voor het installeren van Access Anywhere U kunt ervoor zorgen dat gebruikers toestemming moeten vragen voor elke externe computer die ze willen instellen voor Access Anywhere. Als u deze optie selecteert en de gebruiker Access Anywhere Agent op een externe computer installeert, ontvangt de gebruiker een bericht dat de externe computer niet beschikbaar is totdat de sitebeheerder de installatieaanvraag heeft goedgekeurd. U kunt de aanvraag via Sitebeheer accepteren of afwijzen. Sitebeheer kan eventueel elke instelaanvraag naar een adres sturen dat u hebt opgegeven. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Access Anywhere > Opties. Schakel het selectievakje Goedkeuring vereisen voor installatie Access Anywhere op computer in. (Optioneel) Geef in het vak Access Anywhere-aanvragen doorsturen naar het adres op waarnaar Sitebeheer alle installatieaanvragen voor Access Anywhere moet doorsturen. Selecteer Bijwerken. 123

134 Access Anywhere-aanvragen verwerken De opties voor Access Anywhere instellen Access Anywhere-aanvragen verwerken Als u eist dat de aanvraag van de gebruiker om een externe computer in te stellen voor Access Anywhere moet worden goedgekeurd, plaatst Sitebeheer alle aanvragen in een wachtrij die u kunt weergeven, en wordt er een bericht met de aanvraag gestuurd naar het adres dat u hebt opgegeven. U kunt elke instelaanvraag accepteren of weigeren. Selecteer op de navigatiebalk Sitegegevens. Selecteer de koppeling Nieuwe Access Anywhere-aanvragen. Deze koppeling wordt alleen weergegeven als er een of meer gebruikers een aanvraag hebben ingediend om een externe computer voor uw site in te stellen. De pagina Access Anywhere-aanvragen goedkeuren wordt weergegeven. Schakel het selectievakje voor elke installatieaanvraag in en klik op Accepteren om een of meer installatieaanvragen te accepteren. Voor elke geaccepteerde installatieaanvraag zal Sitebeheer automatisch: Een bevestigingsbericht versturen naar de gebruiker die de aanvraag heeft ingediend, waarin staat dat de aanvraag is geaccepteerd. De computer toevoegen aan de lijst met externe computers op de pagina Externe computers in Sitebeheer. Schakel het selectievakje voor elke installatieaanvraag in en klik op Afwijzen om een of meer installatieaanvragen af te wijzen. Voor elke afgewezen registratieaanvraag verstuurt Sitebeheer automatisch een bericht naar de gebruiker die de aanvraag heeft ingediend, waarin staat dat de aanvraag is afgewezen. Als u gedetailleerde informatie wilt weergeven over een gebruiker die de installatie op een externe computer heeft aangevraagd, klikt u in de kolom Gebruikersnaam op de pagina Access Anywhere-aanvragen goedkeuren op de gebruikersnaam van de gebruiker. Een lijst met externe Access Anywhere-computers weergeven Als uw WebEx-servicesite over de optie Access Anywhere beschikt, kunt u een lijst met alle externe computers weergeven die gebruikers voor Access Anywhere hebben geïnstalleerd. De lijst geeft aan Welke computers momenteel zijn aangemeld bij de Access Anywhere-server en wanneer de gebruiker de computer heeft aangemeld. Welke computers momenteel extern door gebruikers worden beheerd en wanneer de gebruiker de Access Anywhere-sessie is gestart. 124

135 De opties voor Access Anywhere instellen De Access Anywhere-sessie van een gebruiker beëindigen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Access Anywhere > Externe computers. De pagina Externe computers wordt weergegeven. Deze pagina bevat een lijst met externe computers die gebruikers hebben ingesteld voor Access Anywhere. Als u de pagina met de meest actuele informatie wilt bijwerken, klikt u op Vernieuwen. Als u een lijst met gebruikers wilt weergeven waarvan de naam met een bepaalde letter begint, selecteert u de letter. De Access Anywhere-sessie van een gebruiker beëindigen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Access Anywhere > Externe computers. Zoek de gebruiker in de lijst. Als een gebruiker zich momenteel toegang tot een externe computer heeft verschaft, worden in de kolom Sessie is begonnen de datum en tijd weergegeven waarop de gebruiker de sessie heeft gestart. Schakel het selectievakje in voor de sessie die u wilt beëindigen en selecteer Verbinding verbreken > OK. Een externe computer uit het account van een gebruiker verwijderen Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > Access Anywhere > Externe computers. Zoek in de kolom Computer de computer die u wilt verwijderen. Schakel het selectievakje in voor de computer die u wilt verwijderen en selecteer Verwijderen > OK. 125

136 Een externe computer uit het account van een gebruiker verwijderen De opties voor Access Anywhere instellen 126

137 HOOFDSTUK 12 WebACD beheren Een nieuwe wachtrij maken, pagina 127 Een wachtrij bewerken, pagina 137 Over de persoonlijke wachtrij, pagina 138 Formulieren voor het achterlaten van een bericht beheren, pagina 140 Een nieuwe wachtrij maken Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Wachtrijen. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Een nieuwe wachtrij maken voor de optie Remote Support of Meeting Center. Selecteer Maken. Selecteer het tabblad Configuratie en voer de vereiste gegevens in. Stap 5 Klik onder aan de pagina op Volgende of klik op het tabblad Gebruikers. Stap 6 Voer in het tabblad Gebruikers de vereiste gegevens in. Stap 7 Klik onder aan de pagina op Volgende of klik op het tabblad Invoerformulier. Stap 8 Voer in het tabblad Invoerformulier de vereiste gegevens in. Stap 9 Klik onder aan de pagina op Volgende of klik op het tabblad Invoerkoppeling. 0 Selecteer een knop die moet worden weergegeven als de wachtrij is geopend, en een knop die moet worden weergegeven als de wachtrij is gesloten. 1 Klik onder aan de pagina op Volgende of klik op het tabblad Regels. 2 Selecteer Ja als u regels wilt instellen. Als u dit niet wilt doen, selecteert u Nee, misschien later en selecteert u Voltooien. 127

138 Opties op het tabblad Configuratie WebACD beheren Opties op het tabblad Configuratie Optie Wachtrijgegevens Service Naam WebACD geeft de naam van de WebEx-service voor u weer Voer een beschrijvende naam voor deze wachtrij in. De naam wordt weergegeven in de lijst met wachtrijen. Voer een korte beschrijving van de wachtrij in. Wachtrij-instellingen Functies Aanvragen van klant als de sessie start Selecteer in de lijst toepassing delen of bureaublad delen, co-browsen: volledig beheer of alleen weergeven. Open de volgende URL als de sessie begint Als u tijd wilt besparen, kunt u WebACD een website naar keuze laten weergeven wanneer de sessie start. Voer hier de desbetreffende URL in. Spraakoproep (VoIP) voor deze wachtrij automatisch starten Start automatisch een spraakoproep voor deze wachtrij. Functies voor technische ondersteuning inschakelen Functies voor Systeeminformatie, Klantscripts, Opnieuw opstarten en Aanmelden als andere gebruiker opnemen voor klanten in deze wachtrij. Selectievakje uitschakelen om een configuratie met alleen klantenservice te gebruiken voor deze wachtrij. Terwijl de klant wacht. De positie van de klant in de wachtrij in het chatvenster weergeven De positie van de klant in de wachtrij in het chatvenster weergeven. Geschatte wachttijd voor de klant in het chatvenster weergeven Geschatte wachttijd voor deze klant in de wachtrij weergeven Kantooruren Open Open op Tijdzone wachtrij De wachtrij is zodanig vooraf ingesteld dat deze 24 uur per dag aanvragen accepteert. Als u de optie 'Laat mij uren opgeven' selecteert, kunt u selecteren op welke dagen en uren de wachtrij is geopend. Uw chatberichten gebruiken deze tijdzone voor tijdstempels. 128

139 WebACD beheren Opties op het tabblad Configuratie Optie Distributie aanvragen Distributie aanvragen Escalatiedrempel Iedereen: geen vooraf gedefinieerde volgorde voor het aannemen van oproepen Langst inactief: de persoon met de langste periode van inactiviteit ontvangt de volgende aanvraag Round Robin: de oproepen worden naar gebruikers gedistribueerd op basis van een vooraf gedefinieerde volgorde. Voor alle typen wachtrijen: U kunt instellen na hoeveel seconden de oproep beschikbaar is voor alle agenten. 60 seconden is de vooraf ingestelde duur. U kunt een langere of kortere periode invoeren (van 30 tot 999 seconden). Opties Schakel het selectievakje in: 'Gebruikers toestaan specifieke klanten in de wachtrij te kiezen' om agenten de mogelijkheid te bieden om een bepaalde beller in de lijst met wachtende klanten te kiezen. Wachtmelding Wachtdrempel U kunt het aantal minuten opgeven dat een klant moet wachten voordat de agenten een melding ontvangen (per of telefonisch). 2 minuten is de vooraf ingestelde wachttijd. U kunt een langere of kortere periode invoeren (van 1 tot 99 minuten). Meldingsopties verzenden naar: Voer de adressen in van diegenen die een melding moeten ontvangen. Als u tijd wilt besparen, kunt u op de knop Lijst met gebruikers klikken en adressen in de lijst selecteren. Drempelwaarde voor bericht achterlaten Formulier Bericht achterlaten Wachtdrempel Selecteer het formulier dat klanten moeten gebruiken om een bericht voor uw team achter te laten. U kunt instellen na hoeveel minuten het bericht wordt verzonden naar de door u geselecteerde lijst met agenten. 5 minuten is de vooraf ingestelde wachttijd. U kunt een langere of kortere periode invoeren (van 1 tot 99 minuten). De wachttijd die u instelt, wordt ook gebruikt als interval voor time-outs. Meldingsopties verzenden naar: Voer de adressen in van de personen die u een melding wilt sturen wanneer de klant een formulier stuurt. Als u tijd wilt besparen, kunt u op de knop Lijst met gebruikers klikken en adressen in de lijst selecteren. 129

140 Opties op het tabblad Gebruikers WebACD beheren Optie Formulier doorsturen Ingevulde formulieren verzenden naar: Voer de adressen in van diegenen die een melding moeten ontvangen. Om tijd te besparen, kunt u op de knop Lijst met gebruikers klikken en adressen in de lijst selecteren. Drempelwaarde voor afsluiten U kunt opgeven hoeveel klanten de wachtrij maximaal mag bevatten voordat de wachtrij wordt gesloten. 200 is de standaardwaarde voor het aantal wachtende klanten. U kunt een hoger of lager getal invoeren (van 50 tot 999) Onbeschikbaarheidsdrempel U kunt instellen na hoeveel seconden WebACD een agent verzoekt om de status 'Niet beschikbaar' in te stellen. 30 seconden is de standaard wachttijd. U kunt een langere of kortere periode invoeren (van 30 tot 120 seconden). Opties op het tabblad Gebruikers Gebruikers toevoegen aan of verwijderen uit de lijst met agenten die aan deze wachtrij zijn toegewezen. Optie Zoeken Alles weergeven Toewijzen Verwijderen Alle selecteren Andere optie instellen Als u een bepaalde gebruiker wilt zoeken, geeft u het adres of de naam (of een gedeelte van de naam) op in het vak. De resultaten worden weergegeven in het vak Zoekresultaten. U kunt ook op het adres zoeken. Als u de namen van alle gebruikers wilt weergeven, selecteert u Alles weergeven. Selecteer in het vak met zoekresultaten een naam en selecteer Toewijzen om deze gebruiker toe te voegen aan de lijst met gebruikers die aan deze wachtrij is toegewezen. Gebruik CTRL + klikken om meerdere namen tegelijkertijd te selecteren. Selecteer in het vak Toegewezen aan wachtrij een naam en klik op Verwijderen om deze gebruiker te verwijderen uit de lijst met agenten die aan deze wachtrij zijn toegewezen. Gebruik CTRL + klikken om meerdere namen tegelijkertijd te selecteren. Als u alle gebruikers wilt selecteren, kunt u tijd besparen door het selectievakje Alles selecteren in te schakelen. Als u automatisch alle gebruikers aan deze wachtrij wilt toewijzen, schakelt u het selectievakje Automatisch alle gebruikers toewijzen aan deze wachtrij in. 130

141 WebACD beheren Opties op het tabblad Invoerformulier Opties op het tabblad Invoerformulier De velden die u op het tabblad Invoerformulier selecteert of toevoegt, worden weergegeven op de formulieren die klanten verzenden wanneer ze ondersteuning aanvragen. WebACD biedt de volgende velden op het tabblad Invoerformulier: Voornaam Achternaam adres Telefoonnummer WebACD verplicht de klant om zijn of haar voornaam, achternaam en adres op te geven. Mogelijk hebt u deze (en andere) gegevens van de klant al opgeslagen in een profiel. Als u deze informatie over de klant kunt opgeven in de HTML die u naar de server verstuurt, hoeft u deze velden niet weer te geven en hoeft de klant deze niet in te vullen. Geef de juiste parameters voor WebACD op. U kunt deze veldnamen later opnieuw gebruiken, als u regels voor routeringsaanvragen wilt opstellen. Stel regels in om aanvragen op basis van de informatie die de klant op dit formulier verstrekt om te leiden naar bepaalde agenten. Later kunt u rapporten maken om door de klant gemelde problemen en de reacties van leden van uw ondersteuningsorganisatie te traceren. Voorbeeld: uw ondersteuningsgroep ondersteunt klanten van Bay City Software. U handelt algemene oproepen af over de aanmelding, problemen met accounts enzovoort. De groep handelt ook vragen af over de drie services in de Enterprise-versie van de softwaresuite: Human resources Financiën Research U kunt velden aan het invoerformulier toevoegen die de klant helpen om zijn of haar probleem af te bakenen. U selecteert hoe deze keuzen in WebACD worden weergegeven: In een tekstvak Als selectievakjes Als keuzerondjes In een vervolgkeuzelijst Tip Plan vooruit en selecteer de velden zorgvuldig. 131

142 Opties op het tabblad Invoerkoppeling WebACD beheren Opties op het tabblad Invoerkoppeling Optie Knop selecteren voor weergave wanneer wachtrij is geopend Knop selecteren voor weergave wanneer wachtrij is gesloten HTML-code Selecteer de knopstijl voor de ondersteuningskoppeling op uw webpagina wanneer de wachtrij is geopend. Selecteer de knopstijl voor de ondersteuningskoppeling op uw webpagina wanneer de wachtrij is gesloten. Kopieer de code en plak deze in uw website. Deze code bevat onder meer de afbeeldingen die u voor de knoppen hebt geselecteerd. Als u knoppen met het logo of merk van uw bedrijf wilt gebruiken, kunt u de verwijzingen naar de afbeeldingsbestanden in de HTML-code verwijderen en deze vervangen door de namen van uw afbeeldingen. Opties op het tabblad Regels U kunt agenten toewijzen om vragen over een bepaalde service of een reeks functies te beantwoorden. De vragen in de ondersteuningsteamvelden hebben bijvoorbeeld betrekking op de volgende onderwerpen: Algemene problemen met accounts Human resources Financiën U kunt alle agenten toewijzen om algemene vragen over problemen met accounts af te handelen, een select aantal agenten toewijzen om vragen over uw service human resources te beantwoorden en een andere groep toewijzen om vragen te beantwoorden over de financiële service, enzovoort. U stelt regels in om de klantaanvragen om te leiden naar de meest geschikte agenten of wachtrijen. U kunt twee typen regels instellen: Routeringsregels: Regels voor het routeren van aanvragen naar specifieke agenten Toewijzingsregels: Regels voor het routeren van aanvragen naar andere wachtrijen Routeringsregels en toewijzingsregels zijn elkaar uitsluitende regels; wanneer u een routeringsregel voor een wachtrij opgeeft, kunt u geen toewijzingsregel voor dezelfde wachtrij opgeven. Optie Ja Nee Selecteer Ja voor nieuwe wachtrijen om een of meer regels toe te voegen. Selecteer Nee voor nieuwe wachtrijen als u niet nu regels wilt instellen. 132

143 WebACD beheren Routeringsregels gebruiken Optie Nieuwe regel maken Regel bewerken Toewijzingsregel maken Selecteer Nieuwe regel maken voor bestaande wachtrijen om een nieuwe regel toe te voegen. Selecteer Regel bewerken voor bestaande wachtrijen om een bestaande regel te bewerken. Selecteer deze optie om een nieuwe toewijzingsregel toe te voegen. Routeringsregels gebruiken Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Wachtrijen. Selecteer in de kolom Naam van wachtrij de koppeling voor de wachtrij waarvoor u routeringsregels wilt instellen. Selecteer het tabblad Regels. Klik op Nieuwe regel maken of selecteer een regel in een bestaande wachtrij die u wilt bewerken. Een 'ALS'-instructie opstellen. a) Selecteer een woord of zin in de vervolgkeuzelijst. De lijst bevat alle velden die worden weergegeven op het invoerformulier (bijvoorbeeld voornaam, achternaam, telefoonnummer en alle velden die u zelf hebt gemaakt). b) Selecteer in de tweede vervolgkeuzelijst een voorwaarde (bijvoorbeeld bevat, kleiner dan of groter dan). c) Voer in de derde vervolgkeuzelijst tekst in om deze 'ALS'-instructie te voltooien. d) Maak een selectie in de lijst en voer hier de tekst in. (Optioneel) Klik op de knop Plus om meer 'ALS'-instructies toe te voegen. Stel de instructie 'DAN toewijzen aan' in. Als u een bepaalde agent wilt toewijzen, geeft u het adres op of gebruikt u het adresboek om het adres te zoeken. Als u agenten aan alle wachtrijen wilt toewijzen, selecteert u in de vervolgkeuzelijst de optie Wachtrij. Stap 8 Stap 9 0 (Optioneel) Stel een 'ANDERS ALS'-instructie op door de knop ANDERS ALS-voorwaarde toevoegen te selecteren. Selecteer de voorwaarden en andere elementen, net als voor de 'ALS'-instructies. Nadat u alle instructies en voorwaarden hebt ingesteld, klikt u op Opslaan. WebACD levert de laatste 'Anders'-instructie, die van toepassing is op alle agenten die aan de wachtrij zijn toegewezen. 133

144 Toewijzingsregels gebruiken WebACD beheren Toewijzingsregels gebruiken Via toewijzingsregels worden de klantaanvragen automatisch gedistribueerd naar bepaalde wachtrijen. De wachtrijen die zijn opgegeven voor deze aanvragen, worden 'subwachtrijen' genoemd. U kunt deze velden op het tabblad Regels gebruiken om klantaanvragen naar bepaalde subwachtrijen om te leiden. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Wachtrijen. Selecteer in de kolom Naam van wachtrij de koppeling voor de wachtrij waarvoor u toewijzingsregels wilt gebruiken. Selecteer het tabblad Regels. Klik op Nieuwe toewijzingsregel maken of klik op Bewerken om de bestaande toewijzingsregel te wijzigen. (Optioneel) Schakel het selectievakje bij Voorkeur voor nieuwe toewijzing in als u aanvragen naar een bepaalde subwachtrij aan een andere subwachtrij wilt toewijzen wanneer de oorspronkelijke wachtrij niet beschikbaar is. (Optioneel) Geef een aantal minuten op dat een aanvraag in een subwachtrij kan wachten voordat deze wordt toegewezen aan een andere subwachtrij. De toewijzing van aanvragen aan beschikbare wachtrijen opgeven. U kunt alle (100%) aanvragen toewijzen aan één wachtrij of verdelen over een aantal wachtrijen, bijvoorbeeld 30% aan één wachtrij, 30% aan een tweede wachtrij en 40% aan een derde wachtrij. De Totale toewijzing moet 100% zijn. Opties voor regels Optie Routeringsregels Koppeling Toewijzingsregel maken Selecteer deze optie om de weergave van het tabblad Regels te wijzigen, om toewijzingsregels in te stellen. ALS (woord of zin) vervolgkeuzelijst (voorwaarde) vervolgkeuzelijst tekstveld Selecteer het woord of de woorden in de veldnamen die worden weergegeven op het invoerformulier (bijvoorbeeld voornaam, achternaam, telefoonnummer en alle velden die u zelf hebt gemaakt). Selecteer een voorwaarde (bijvoorbeeld bevat, kleiner dan of groter dan) Geef de tekst op om de 'ALS'-instructie te voltooien 134

145 WebACD beheren Opties voor regels Optie Plus-pictogram Minus-pictogram Selecteer de knop Toevoegen om meer 'ALS'-instructies toe te voegen. De eerste 'ware' ALS-instructie wordt uitgevoerd. Selecteer de knop Verwijderen om meer 'ALS'-instructies te verwijderen. DAN toewijzen aan CSR is geselecteerd in de vervolgkeuzelijst Wachtrij is geselecteerd in de vervolgkeuzelijst Knop Adresboek Als u een bepaalde agent wilt toewijzen, geeft u het adres op of klikt u op de knop Adresboek om het adres te zoeken Als u agenten aan alle wachtrijen wilt toewijzen, selecteert u in de vervolgkeuzelijst de optie Wachtrij. Selecteer voor CSR de knop Adresboek om de pagina Selecteer gebruikers te openen. Selecteer voor wachtrijen de knop Adresboek om de pagina Selecteer wachtrijen te openen. ANDERS ALS-voorwaarde toevoegen Stel een 'ANDERS ALS'-instructie op door de knop ANDERS ALS-voorwaarde toevoegen te selecteren. Selecteer de voorwaarden en andere elementen, net als voor de 'ALS'-instructies Toewijzingsregels Koppeling Routeringsregel maken Selecteer deze optie de weergave van het tabblad Regels te wijzigen, om routeringsregels in te stellen. Voorkeur voor nieuwe toewijzing Selectievakje wachttijd Wachtrijnaam Als u dit selectievakje inschakelt, worden de aanvragen verplaatst naar andere subwachtrijen die in de toewijzingsregel zijn opgegeven als de huidige subwachtrij niet beschikbaar is Wanneer u een wachttijd opgeeft, kan een aanvraag opnieuw worden toegewezen aan een andere subwachtrij wanneer de opgegeven responstijd voor de aanvraag de opgegeven tijdsinterval overschrijdt. Bevat een lijst met beschikbare wachtrijen voor het ontvangen van aanvragen Geef een toewijzingsregel op Toewijzing (%) Totaal Geef het percentage aanvragen op (maximaal 100%) dat kan worden toegewezen aan de benoemde wachtrij. U kunt 100% aan één wachtrij toewijzen of de toewijzing verdelen over twee of meer wachtrijen. De som van de toewijzingsregel mag niet groter of kleiner zijn dan 100%. 135

146 Opties voor externe routering WebACD beheren Opties voor het selecteren van wachtrijen Optie Wachtrij Agenten Service Knop Selecteren Selecteren naar welke wachtrij de klant moet worden omgeleid Het aantal agenten in de wachtrij selecteren De beschrijving van de wachtrij Geeft de Remote Support-wachtrij aan Klik hierop om de gekozen wachtrij te selecteren Opties voor externe routering Routeringstrigger moet voor uw WebEx-site zijn ingesteld om externe routering van variabelen in te schakelen. Optie Externe routering inschakelen Alle variabelen weergeven Routerings-URL URL voor annulering routering Drempelwaarde voor bericht achterlaten Schakel de optie in om externe routering van variabelen toe te staan in plaats van WebACD-routering. Selecteer deze koppeling als u een venster wilt openen met een lijst van variabelen en beschrijvingen voor het invoerformulier. Toont de URL voor het uitvoeren van de routeringstrigger. Toont de URL voor het annuleren van de routeringstrigger. Hiermee kan de gebruiker aangeven hoe lang er moet worden gewacht op een CSR totdat het formulier voor het achterlaten van een bericht wordt weergegeven. Stuur melding met routeringfouten naar de volgende ontvanger(s) Schakel deze optie in als u een melding wilt ontvangen voor routeringsfouten. Als deze optie is ingeschakeld, voert u de adressen van ontvangers in, gescheiden door een puntkomma (;). 136

147 WebACD beheren Een wachtrij bewerken Een wachtrij bewerken Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Stap Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Wachtrijen. Selecteer in de kolom Naam van wachtrij de koppeling voor de wachtrij die u wilt wijzigen. Breng op het tabblad Configuratie uw wijzigingen aan en selecteer Opslaan. Selecteer het tabblad Gebruikers. Breng op het tabblad Gebruikers uw wijzigingen aan en selecteer Opslaan. Selecteer het tabblad Invoerformulier. Breng op het tabblad Invoerformulier uw wijzigingen aan en selecteer Opslaan. Selecteer het tabblad Invoerkoppeling. Breng op het tabblad Invoerkoppeling uw wijzigingen aan en selecteer Opslaan. Selecteer het tabblad Regels. Breng op het tabblad Regels uw wijzigingen aan en selecteer Opslaan. Nieuwe velden aan het invoerformulier toevoegen U kunt het invoerformulier aanpassen om exact die informatie vast te leggen die u nodig hebt. U kunt klanten informatie laten opgeven over de problemen met uw product of service. U kunt de berichtformulieren omleiden naar de persoon die de oproep het best kan afhandelen. Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Wachtrijen. Selecteer in de kolom Naam van wachtrij de wachtrij waarvoor u het invoerformulier wilt wijzigen. Selecteer het tabblad Invoerformulier. Als u een nieuw veld wilt toevoegen, selecteert u Nieuwe toevoegen. Geef het type veld en andere instellingen op en selecteer Opslaan. 137

148 De volgorde van de velden op het invoerformulier wijzigen WebACD beheren De volgorde van de velden op het invoerformulier wijzigen Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Wachtrijen. Selecteer in de kolom Naam van wachtrij de koppeling voor de wachtrij die u wilt bijwerken. Selecteer het tabblad Invoerformulier. Selecteer Volgorde wijzigen. Selecteer op de pagina Volgorde wijzigen het veld dat u wilt verplaatsen. Gebruik de pijlen om het veld omhoog of omlaag te verplaatsen. Selecteer Opslaan. Over de persoonlijke wachtrij Iedere agent heeft een persoonlijke wachtrij. De agent kan de klant de URL van deze persoonlijke wachtrij geven om onopgeloste problemen op te volgen. De persoonlijke wachtrij heeft de volgende functies: Alle persoonlijke wachtrijen delen hetzelfde invoerformulier Wijzigingen in dit invoerformulier zijn van invloed op alle agenten Net als voor andere invoerformulieren kunt u voor het invoerformulier voor de persoonlijke wachtrij velden toevoegen en verwijderen De beheerder en de agent kunnen de persoonlijke wachtrij niet verwijderen. De wachtrij wordt altijd weergegeven in de lijst met wachtrijen Het Postvak In van WebACD genereert een unieke URL voor alle persoonlijke wachtrijen van agenten De persoonlijke wachtrij bewerken Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Wachtrijen. Selecteer in de kolom Naam van wachtrij de optie Persoonlijke wachtrij. Breng op het tabblad Configuratie uw wijzigingen aan en selecteer Opslaan. Selecteer het tabblad Invoerformulier. Breng op het tabblad Invoerformulier uw wijzigingen aan en selecteer Opslaan. 138

149 WebACD beheren De opties op het tabblad Configuratie (Persoonlijke wachtrij) De opties op het tabblad Configuratie (Persoonlijke wachtrij) Opmerking U kunt de volgende opties niet wijzigen: Wachtrijnaam: de naam is 'Persoonlijke wachtrij'. Wachtrijbeschrijving: de beschrijving is 'Persoonlijke wachtrij'. Start- en eindtijd: deze wachtrij is 24 uur per dag beschikbaar (7:30 uur tot 7:30 uur). Tijdzone: de tijdzone is Pacific Standard Time. Optie Wachtrij-instellingen Functies VoIP: WebACD controleert uw configuratie en selecteert VoIP als deze optie geschikt is. Telefonie: WebACD controleert uw configuratie en selecteert VoIP als deze optie geschikt is Aanvragen van klant als de sessie start Selecteer in de lijst toepassing delen of bureaublad delen, co-browsen: volledig beheer of alleen weergeven. Open de volgende URL als de sessie begint Als u tijd wilt besparen, kunt u WebACD een website naar keuze laten weergeven wanneer de sessie start. Voer hier de desbetreffende URL in. Spraakoproep (VoIP) voor deze wachtrij automatisch starten Start automatisch een spraakoproep voor deze wachtrij. Bel me terug inschakelen Toestaan dat de klant kan worden teruggebeld door een ondersteuningsagent. Kantooruren Open Open op Tijdzone wachtrij De wachtrij is zodanig vooraf ingesteld dat deze 24 uur per dag aanvragen accepteert. Als u de optie 'Laat mij uren opgeven' selecteert, kunt u selecteren op welke dagen en uren de wachtrij is geopend. Uw chatberichten gebruiken deze tijdzone voor tijdstempels. Drempelwaarde voor bericht achterlaten Formulier Bericht achterlaten Selecteer het formulier dat klanten moeten gebruiken om een bericht voor uw team achter te laten. 139

150 Formulieren voor het achterlaten van een bericht beheren WebACD beheren Optie Wachtdrempel U kunt instellen na hoeveel minuten het bericht wordt verzonden naar de door u geselecteerde lijst met agenten. 5 minuten is de vooraf ingestelde wachttijd. U kunt een langere of kortere periode invoeren (van 1 tot 99 minuten). De wachttijd die u instelt, wordt ook gebruikt als interval voor time-outs. Meldingsopties Formulier doorsturen Drempelwaarde voor afsluiten verzenden naar: Voer de adressen in van de personen die u een melding wilt sturen wanneer de klant een formulier stuurt. Als u tijd wilt besparen, kunt u op de knop Lijst met gebruikers klikken en adressen in de lijst selecteren. Voer de adressen in van diegenen die een melding moeten ontvangen. Als u tijd wilt besparen, kunt u op de knop Lijst met gebruikers klikken en adressen in de lijst selecteren. U kunt opgeven hoeveel klanten de wachtrij maximaal mag bevatten voordat de wachtrij wordt gesloten. 200 is de standaardwaarde voor het aantal wachtende klanten. U kunt een hoger of lager getal invoeren (van 50 tot 999) Onbeschikbaarheidsdrempel U kunt de gebruikersstatus Niet beschikbaar wijzigen als er geen reactie wordt ontvangen binnen de hieronder opgegeven tijd. Formulieren voor het achterlaten van een bericht beheren Overzicht formulier Bericht achterlaten WebACD geeft het formulier Bericht achterlaten voor klanten in een wachtrij weer: Wanneer de wachtrij is gesloten (buiten kantoortijd) Wanneer niemand beschikbaar is om de aanvraag in de wachtrij te monitoren en af te handelen Wanneer er een time-out voor een aanvraag optreedt WebACD biedt een standaardformulier dat u kunt bijwerken of bewerken. Dit formulier is altijd beschikbaar en wordt automatisch toegewezen aan een wachtrij waaraan u geen formulier hebt toegewezen. WebACD verplicht de klant om zijn of haar voornaam, achternaam en adres op te geven. Mogelijk hebt u deze (en andere) gegevens van de klant al opgeslagen in een profiel. Als u deze informatie over de klant kunt opgeven in de HTML die u naar de server verstuurt, hoeft u deze velden niet weer te geven en hoeft de klant deze niet in te vullen. Geef de juiste parameters voor WebACD op. 140

151 WebACD beheren Een nieuw formulier Bericht achterlaten maken Een nieuw formulier Bericht achterlaten maken Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Formulier Bericht achterlaten. Selecteer Nieuw formulier maken. Voer in het veld Naam van formulier een naam in voor het nieuwe formulier. Schakel de selectievakjes in voor de velden die op het formulier moeten worden weergegeven. Schakel vervolgens de selectievakjes in voor de velden die verplicht zijn op het formulier. (Optioneel) Als u een nieuw veld wilt toevoegen, selecteert u Nieuwe toevoegen. (Optioneel) Als u de volgorde van de velden op het formulier wilt wijzigen, selecteert u Volgorde wijzigen. Nieuwe velden aan het formulier Bericht achterlaten toevoegen U kunt het formulier Bericht achterlaten aanpassen om exact die informatie vast te leggen die u nodig hebt. U kunt klanten informatie laten opgeven over de problemen met uw product of service. U kunt de berichtformulieren omleiden naar de persoon die de oproep het best kan afhandelen. Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Formulier Bericht achterlaten. Selecteer in de kolom Naam van formulier de koppeling voor het formulier dat u wilt bijwerken. Voeg een of meer nieuwe velden toe. U kunt nieuwe velden toevoegen in de vorm van Tekstvakken Selectievakjes Keuzerondjes Vervolgkeuzelijsten Selecteer Opslaan. 141

152 De volgorde van de velden op het formulier Bericht achterlaten wijzigen WebACD beheren De volgorde van de velden op het formulier Bericht achterlaten wijzigen Stap 5 Stap 6 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Formulier Bericht achterlaten. Selecteer in de kolom Naam van formulier de koppeling voor het formulier dat u wilt bijwerken. Selecteer Volgorde wijzigen. Selecteer op de pagina Volgorde wijzigen het veld dat u wilt verplaatsen. Gebruik de pijlen om het veld omhoog of omlaag te verplaatsen. Selecteer Opslaan. De opties op de pagina Nieuw formulier maken Optie Naam van formulier Selectievakje R (Vereist) Velden De naam van het formulier invoeren of bewerken Selecteer het selectievakje om het veld weer te geven op het formulier. Selecteer het selectievakje om ervoor te zorgen dat het veld op het formulier verplicht moet worden ingevuld. Voer de volgende verplichte informatie in: Voornaam Achternaam adres Telefoonnummer Knop Nieuwe toevoegen Knop Volgorde wijzigen Knop Opslaan Selecteer deze knop om de pagina te openen waarmee u nieuwe velden aan het formulier kunt toevoegen. Selecteer deze knop om de volgorde van de velden op het formulier te wijzigen. Selecteer deze knop om het formulier op te slaan. 142

153 WebACD beheren De opties op de pagina Formulier bewerken De opties op de pagina Formulier bewerken Optie Naam van formulier Selectievakje R (Vereist) Velden De naam van het formulier invoeren of bewerken Selecteer het selectievakje om het veld weer te geven op het formulier. Selecteer het selectievakje om ervoor te zorgen dat het veld op het formulier verplicht moet worden ingevuld. Voer de volgende verplichte informatie in: Voornaam Achternaam adres Telefoonnummer Knop Nieuwe toevoegen Knop Volgorde wijzigen Knop Opslaan Selecteer deze knop om de pagina te openen waarmee u nieuwe velden aan het formulier kunt toevoegen. Selecteer deze knop om de volgorde van de velden op het formulier te wijzigen. Selecteer deze knop om het formulier op te slaan. De opties voor het wijzigen van de volgorde Optie Formuliervelden Pijl omhoog Pijl omlaag Knop Opslaan Markeer het veld dat u wilt verplaatsen. Het gemarkeerde veld op het formulier omhoog verplaatsen. Het gemarkeerde veld op het formulier omlaag verplaatsen. Klik om de volgorde op te slaan. Opties voor tekstvakken Klanten kunnen zelf een beschrijving invoeren van het probleem waarmee ze worden geconfronteerd. 143

154 Opties voor selectievakjes WebACD beheren Optie Enkele lijn regels Label tekstvak Breedte Hoogte Knop Opslaan Selecteer deze optie om de klant één regel voor het invoeren van de informatie te bieden. Selecteer deze optie om de klant meer dan één regel voor het invoeren van de informatie te bieden. Voer een frase ter inleiding van het tekstvak in. Voorbeeld: u wilt dat klanten de service of het product opgeven waarvoor ze contact met u opnemen. Voer deze tekst in als het label: typ de naam van het product waarvoor u ondersteuning nodig hebt. Geef op hoeveel tekens klanten in het tekstvak mogen invoeren. Geef op hoeveel regels tekst klanten in het tekstvak mogen invoeren. Klik hierop om de optie op te slaan. Opties voor selectievakjes Klanten kunnen een of meer selectievakjes inschakelen in de lijst met selectievakjes die u hier instelt. Optie Groepslabel Selectievakje Extra selectievakjes toevoegen Knop Opslaan Geef een beschrijving voor de lijst met selectievakjes op Voorbeeld: u wilt dat klanten de service of het product opgeven waarvoor ze contact met u opnemen. Voer deze tekst in als het label: typ de naam van het product waarvoor u ondersteuning nodig hebt. Voor elk selectievakje dat wilt toevoegen, geeft u een beschrijving op en selecteert u of het desbetreffende selectievakje standaard wilt inschakelen (aangevinkt) of uitschakelen (leeg). Als u meer dan negen selectievakjes aan het invoerformulier wilt toevoegen, selecteert u het aantal selectievakjes dat u nog nodig hebt. Klik hierop om de optie op te slaan. Opties voor keuzerondjes Klanten selecteren één optie in de lijst met opties die u hier maakt. Optie Groepslabel Standaardkeuze Geef een beschrijving voor de lijst met opties op Voorbeeld: u wilt dat klanten de service of het product opgeven waarvoor ze contact met u opnemen. Voer deze tekst in als het label: typ de naam van het product waarvoor u ondersteuning nodig hebt. Selecteer één optie die standaard wordt ingesteld. 144

155 WebACD beheren Opties voor vervolgkeuzelijsten Optie Keuze Extra keuzemogelijkheden toevoegen Knop Opslaan Voor elke optie die u wilt toevoegen, geeft u een beschrijving op. Als u meer dan negen opties aan het invoerformulier wilt toevoegen, selecteert u het aantal opties dat u nog nodig hebt. Klik hierop om de optie op te slaan. Opties voor vervolgkeuzelijsten Klanten selecteren één item in de vervolgkeuzelijst die u hier instelt Optie Groepslabel Standaardkeuze Keuze Extra keuzemogelijkheden toevoegen Knop Opslaan Voer een omschrijving in voor de items in de vervolgkeuzelijst. Voorbeeld: u wilt dat klanten de service of het product opgeven waarvoor ze contact met u opnemen. Voer deze tekst in als het label: typ de naam van het product waarvoor u ondersteuning nodig hebt. Selecteer één item in de lijst die vooraf wordt ingesteld. Voor elk item dat wilt toevoegen, geeft u een beschrijving op. Als u meer dan negen opties aan het invoerformulier wilt toevoegen, selecteert u het aantal opties dat u nog nodig hebt. Klik hierop om de optie op te slaan. Een formulier Bericht achterlaten toewijzen aan een wachtrij Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Configuratie > WebACD > Formulier Bericht achterlaten. Klik op het tabblad Toewijzing. Zoek in de kolom Naam van wachtrij de wachtrij die u wilt bijwerken. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Formulier Bericht achterlaten het formulier dat u aan de wachtrij wilt toewijzen. Selecteer Opslaan. 145

156 Een formulier Bericht achterlaten toewijzen aan een wachtrij WebACD beheren 146

157 HOOFDSTUK 13 Rapporten genereren Rapportenoverzicht, pagina 147 Rapporten voor Event Center beheren, pagina 153 Rapportenoverzicht U kunt de volgende typen rapporten genereren en bekijken: Algemeen (voor de hele site) Event Center Support Center Training Center Remote Access Access Anywhere WebACD In ieder rapport wordt de tijdstempel weergegeven met GMT (Greenwich Mean Time) als tijdzone. Veel rapporten kunnen worden uitgevoerd met intervallen van 15, 30 en 60 minuten. De pagina Rapport weergeven Op de pagina Rapport weergeven kunt u: Een overzicht weergeven van trainingssessies die voldoen aan uw zoekcriteria. Een sessieoverzichtsrapport downloaden van alle trainingssessies die aan uw zoekcriteria voldoen. Naar het rapport met sessiedetails voor een trainingssessie navigeren. 147

158 De pagina Rapport weergeven Rapporten genereren Velden op deze pagina Optie Onderwerp [Traceercode] Gebruikersnaam Datum Starttijd Duur Uitgenodigd Geregistreerd Deelgenomen Afwezig Tele Het onderwerp van een trainingssessie. Selecteer de bijbehorende koppeling om het Rapport met sessiedetails voor de sessie weer te geven. De traceercodewaarden voor de trainingssessie. Als er voor de trainingssessie meerdere traceercodes worden gebruikt, wordt elke naam voor een traceercode weergegeven als een kolomkop. De gebruikersnaam van de host van een trainingssessie. Selecteer de naam van de koppeling om de pagina Gebruiker bewerken weer te geven voor de host in Sitebeheer. De datum waarop de trainingssessie heeft plaatsgevonden. De tijd waarop de host de trainingssessie heeft gestart. De duur van de trainingssessie, in minuten. Het totaal aantal deelnemers dat de host voor de trainingssessie heeft uitgenodigd via de pagina voor het plannen van de sessie. Het maximale aantal deelnemers dat zich voor de trainingssessie heeft geregistreerd. Als de host geen registratieverplichting voor de sessie heeft ingesteld, wordt de tekst N.v.t. weergegeven in de kolom. Het totaal aantal deelnemers in de trainingssessie, inclusief de host. Het aantal deelnemers dat zich voor de trainingssessie heeft geregistreerd, maar niet heeft deelgenomen aan de sessie. Geeft aan of de host een van de volgende geïntegreerde WebEx-spraakconferentieservices heeft gebruikt: internettelefoon, inbelteleconferentie, terugbelteleconferentie, teleconferentie met gratis inbellen of internationale teleconferentie met gratis inbellen. Opties op deze pagina Optie Opnieuw zoeken Printervriendelijke indeling Exportrapport Deze koppeling geeft de querypagina Gebruiksrapport voor Training Center weer, zodat u opnieuw kunt zoeken. Het rapport wordt weergegeven in een indeling die u kunt afdrukken. Hiermee downloadt u een CSV-bestand (comma-separated values) met gedetailleerde informatie over alle trainingssessies die worden weergegeven op de pagina Gebruiksrapport Training Center. 148

159 Rapporten genereren Gebruiksrapporten weergeven Gebruiksrapporten weergeven Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Algemeen > Gebruik. Kies in de vervolgkeuzelijst Service een service of kies Alle. (Optioneel) Als u een rapport wilt uitvoeren over de vergaderingen die een bepaalde gebruiker heeft gehost, voert u in het veld Gebruikersnaam de gebruikersnaam van de gebruiker in. Selecteer de begin- en einddatum voor het rapport. Er zijn alleen rapportgegevens beschikbaar voor sessies die tot maximaal drie maanden voor de datum van vandaag zijn gehouden. (Optioneel) Als u een rapport wilt weergeven voor bepaalde sessieonderwerpen, voert u in het vak Onderwerp de onderwerpnaam of een gedeelte van de onderwerpnaam in. U kunt jokertekens als? of * gebruiken wanneer u een tekenreeks opgeeft. Als u het rapport wilt sorteren op de datum, het onderwerp, de gebruikersnaam of starttijd, selecteert u in de vervolgkeuzelijst Resultaten sorteren de gewenste sorteercriteria. Selecteer Rapport weergeven. Als u het rapport wilt exporteren naar een CSV-indeling, zodat u het kunt importeren in een spreadsheetprogramma of ander programma voert u bij CSV-rapporten exporteren voert u één van de volgende of beide handelingen uit: Als u het Gebruikssamenvattingsrapport wilt exporteren naar een CSV-bestand, klikt u op Samenvatting van sessie. Als u het Rapport met gedetailleerde deelnemersinformatie voor alle sessies op de pagina Gebruikssamenvattingsrapport naar een CSV-bestand wilt exporteren, klikt u op Deelnemersdetails. Een gebruiksrapport van de opnameopslag weergeven Selecteer op de navigatiebalk Rapporten > Algemeen > Gebruiksrapport van de opnameopslag (Opnamen en Upload). Selecteer de begin- en einddatum voor het rapport. (Optioneel) Als u een rapport van een bepaalde opname wilt weergeven, voert u in de veld Naam van opname de hele of een deel van de naam van het onderwerp in. U kunt jokertekens als? of * gebruiken wanneer u een tekenreeks opgeeft. (Optioneel) Als u een rapport wilt uitvoeren over de vergaderingen die een bepaalde gebruiker heeft gehost, geeft u bij Hostgebruikersnaam de gebruikersnaam van de gebruiker op. 149

160 Rapporten voor het opslaggebruik per gebruiker weergeven Rapporten genereren Er zijn alleen rapportgegevens beschikbaar voor sessies die tot maximaal drie maanden voor de datum van vandaag zijn gehouden. Stap 5 Stap 6 Stap 7 Als u het rapport wilt sorteren op de datum, het onderwerp, de gebruikersnaam of starttijd, selecteert u in de vervolgkeuzelijst Resultaten sorteren de gewenste sorteercriteria. Selecteer Rapport weergeven. Als u het rapport wilt exporteren naar een CSV-indeling, zodat u het kunt importeren in een spreadsheetprogramma of ander programma voert u bij CSV-rapporten exporteren voert u één van de volgende of beide handelingen uit: Als u het Gebruikssamenvattingsrapport wilt exporteren naar een CSV-bestand, klikt u op Samenvatting van sessie. Als u het Rapport met gedetailleerde deelnemersinformatie voor alle sessies op de pagina Gebruikssamenvattingsrapport naar een CSV-bestand wilt exporteren, klikt u op Deelnemersdetails. Rapporten voor het opslaggebruik per gebruiker weergeven Selecteer op de navigatiebalk Rapporten > Algemeen > Rapport voor het opslaggebruik per gebruiker (Alleen downloaden - Excel-indeling). Als u het rapport in CSV-indeling wilt openen, selecteert u Openen. Als u het rapport op uw computer wilt opslaan, selecteert u Opslaan. Dashboardrapporten van Event Center weergeven Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Event Center. Kies een van de volgende dashboards: Samenvatting programma's, gebeurtenissen, opnamen Dashboard geplande gebeurtenissen Voltooide gebeurtenissen, dashboard voor opnamedownloads 150

161 Rapporten genereren Support Center-rapporten weergeven Support Center-rapporten weergeven Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Support Center en selecteer vervolgens een van de volgende rapporten: Sessiequerytool Gesprekvolume CSR-activiteit URL-verwijzing Toewijzingswachtrij Geef de zoekcriteria op en klik vervolgens op Rapport weergeven. Training Center-rapporten weergeven Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Training Center en selecteer vervolgens een van de volgende rapporten: Gebruiksrapport: gebruiksgegevens van alle sessies weergeven. Registratierapport: alle registratiegegevens voor alle geplande en afgeronde sessies weergeven. Rapport toegang opgenomen sessie: alle gevallen van toegang tot opgenomen sessies van alle opgenomen sessies weergeven. Bonrapport: gegevens weergeven van uitgegeven en gebruikte kortingsbonnen. Trainingsrapport per deelnemer: trainingsgegevens weergeven van alle sessies waaraan iemand heeft deelgenomen of waarvoor iemand zich heeft geregistreerd. Geef de zoekcriteria op en klik vervolgens op Rapport weergeven. 151

162 Remote Access-rapporten weergeven Rapporten genereren Remote Access-rapporten weergeven Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Remote Access en selecteer vervolgens een van de volgende rapporten: Gebruiksrapport - computer Gebruiksrapport - CSR's Traceerrapport - computer Geef de zoekcriteria op en klik vervolgens op Rapport weergeven. Access Anywhere-rapporten weergeven Stap 5 Selecteer op de navigatiebalk Rapporten > Access Anywhere. Selecteer de begin- en einddatum voor het rapport. Er zijn alleen rapportgegevens beschikbaar voor sessies die tot maximaal drie maanden voor de datum van vandaag zijn gehouden. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Resultaten sorteren op de gewenste sorteercriteria voor het rapport. U kunt de sessies sorteren op de computernaam, het IP-adres van de client, de datum, de starttijd van de sessie, de eindtijd van de sessie of de duur van de sessie. Selecteer Rapport weergeven. Als u het rapport wilt exporteren naar een CSV-indeling, zodat u het kunt importeren in een spreadsheetprogramma of ander programma, klikt u op Rapport exporteren. Als u het rapport wilt afdrukken, klikt u op Printervriendelijke indeling. WebACD-rapporten weergeven Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > WebACD en selecteer vervolgens een van de volgende rapporten: Sessiequerytool 152

163 Rapporten genereren Rapport Vergaderingen bezig weergeven Gesprekvolume CSR-activiteit URL-verwijzing Toewijzingswachtrij Geef de zoekcriteria op en klik vervolgens op Rapport weergeven. Rapport Vergaderingen bezig weergeven Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Vergaderingen bezig. Rapporten voor Event Center beheren Dashboardrapporten van Event Center aanpassen Stap 5 Stap 6 Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Event Center en vervolgens Rapportsjablonen. Selecteer in de kolom Actie de optie Bewerken voor de rapportsjabloon die u wilt aanpassen. Indien van toepassing selecteert u het Subtype voor het rapport. De vervolgkeuzelijst Subtype wordt alleen weergegeven voor rapporten in de categorie Geregistreerde/Deelnemer/Opname downloaden. Selecteer de gewenste velden op basis van het type rapport dat u maakt en selecteer vervolgens Volgende. Verwijder onnodige velden uit dashboardrapportsjablonen om de prestaties te verbeteren. (Optioneel) Wijzig de volgorde waarin de velden in het rapport worden weergegeven. a) Selecteer in het vak Volgorde van velden een veld dat u wilt verplaatsen. Het vak Volgorde van velden bevat alle velden, met uitzondering van de velden die u hebt geselecteerd in de vervolgkeuzelijst Sorteren op. b) Als u een veld links van een ander veld in het rapport wilt weergeven, klikt u op Omhoog. Als u een veld rechts van een ander veld in het rapport wilt weergeven, klikt u op Omlaag. Selecteer Opslaan. 153

164 Een nieuw Event Center-rapport maken Rapporten genereren Een nieuw Event Center-rapport maken Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8 Stap Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Event Center. Selecteer Nieuw rapport maken. Voer in het veld Rapportnaam een naam voor het nieuwe rapport in. Voer in het veld een beschrijving voor het nieuwe rapport in. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Rapportcategorie het type rapport. Als u kiest voor het type Geregistreerde/Deelnemer/Opname downloaden wordt de vervolgkeuzelijst Subtype weergegeven. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Subtype een subtype voor het rapport. Selecteer het type gebeurtenissen dat moet worden weergegeven: Geplande gebeurtenissen of Voltooide gebeurtenissen. Schakel de selectievakjes in voor de velden die u wilt weergeven in het rapport en selecteer Volgende. Kies in de vervolgkeuzelijst Sorteren op de sorteermethode voor het rapport. (Optioneel) Wijzig de volgorde waarin de velden in het rapport worden weergegeven. a) Selecteer in het vak Volgorde van velden een veld dat u wilt verplaatsen. Het vak Volgorde van velden bevat alle velden, met uitzondering van de velden die u hebt geselecteerd in de vervolgkeuzelijst Sorteren op. b) Als u een veld links van een ander veld in het rapport wilt weergeven, klikt u op Omhoog. Als u een veld rechts van een ander veld in het rapport wilt weergeven, klikt u op Omlaag. (Optioneel) Naar een specifiek exemplaar zoeken dat u wilt opnemen in uw rapport. a) Voer een Gebeurtenisnaam of een Programmanaam in. b) Voer een Gebruikersnaam in. c) Geef een datumbereik op. Selecteer Opslaan. Een opgeslagen Event Center-rapport openen Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Event Center. Selecteer in het gedeelte Opgeslagen rapporten in de kolom Rapportnaam de koppeling van het rapport dat u wilt weergeven. 154

165 Rapporten genereren Event Center-rapporten downloaden Event Center-rapporten downloaden Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Event Center. Selecteer in het gedeelte Opgeslagen rapporten in de kolom Rapportnamen de naam van het rapport dat u wilt downloaden. Vervolgkeuzelijst Indeling: Selecteer in de vervolgkeuzelijst Indeling een van de volgende opties: CSV XML Stap 5 Stap 6 Selecteer Rapport downloaden. A wordt weergegeven. Selecteer in het dialoogvenster Bestand downloaden de optie Dit bestand opslaan op schijf en selecteer vervolgens OK. Geef in het dialoogvenster Opslaan als een opslaglocatie voor het rapport op en klik vervolgens op Opslaan. Een opgeslagen Event Center-rapport bewerken Stap 5 Stap 6 Stap 7 Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Event Center. Zoek in het gedeelte Opgeslagen rapporten in de kolom Rapportnaam het rapport dat u wilt bewerken. Klik in de kolom Actie op Bewerken. Breng de gewenste wijzigingen aan en selecteer Volgende. Verwijder onnodige velden uit dashboardrapportsjablonen om de prestaties te verbeteren. (Optioneel) Wijzig de volgorde waarin de velden in het rapport worden weergegeven. a) Selecteer in het vak Volgorde van velden een veld dat u wilt verplaatsen. Het vak Volgorde van velden bevat alle velden, met uitzondering van de velden die u hebt geselecteerd in de vervolgkeuzelijst Sorteren op. b) Als u een veld links van een ander veld in het rapport wilt weergeven, klikt u op Omhoog. Als u een veld rechts van een ander veld in het rapport wilt weergeven, klikt u op Omlaag. Selecteer Volgende. (Optioneel) Naar een specifiek exemplaar zoeken dat u wilt opnemen in uw rapport. a) Voer een Gebeurtenisnaam of een Programmanaam in. b) Voer een Gebruikersnaam in. 155

166 Event Center-rapporten verwijderen Rapporten genereren c) Geef een datumbereik op. Stap 8 Selecteer Opslaan. Event Center-rapporten verwijderen Selecteer in de navigatiebalk Rapporten > Event Center. Schakel in het gedeelte Opgeslagen rapporten in de kolom Rapportnaam het selectievakje in van het rapport dat u wilt verwijderen. Als u alle rapporten wilt verwijderen, selecteert u Alles selecteren. Selecteer Verwijderen. Selecteer OK om te bevestigen dat u het opgeslagen rapport wilt verwijderen. 156

167 HOOFDSTUK 14 Beveiligde HTML-tags en -kenmerken gebruiken HTML-tags en -kenmerken beveiligen, pagina 157 HTML-tags en -kenmerken beveiligen Met Cisco WebEx kunt u HTML-code gebruiken om branding aan te passen. Bijvoorbeeld voor het aanpassen van de linkernavigatiebalk van uw site, sjablonen, etc. Onbeveiligde HTML-tags en -kenmerken en JavaScript-code worden niet ondersteund. HTML-code ondersteunt alleen de volgende beveiligde HTML-tags, -kenmerken en CSS-eigenschappen. Bovendien kunnen alleen geldige URL's die de onderstaande ondersteunde protocollen gebruiken, in URL-velden worden opgegeven. HTML-type Labels Kenmerken Ondersteunde elementen a, b, big, blockquote, body, br, button, center, cite, code, col, colgroup, dd, div, dl, dt, em, fieldset, font, form, frame, frameset, h1, h2, h3, h4, h5, h6, head, hr, html, i, iframe, img, input, label, legend, li, link, noscript, ol, option, p, pre, samp, script, select, small, span, strike, strong, style, sub, sup, table, tbody, td, textarea, tfoot, th, thead, tr, u, ul abbr, accesskey, align, alt, autocomplete, axis, background, bgcolor, border, cellpadding, cellspacing, char, charoff, class, cols, colspan, disabled, headers, height, href, id, lang, leftmargin, marginheight, marginwidth, media, name, nowrap, onblur, onclick, ondblclick, onfocus, onmousedown, onmouseover, onmouseup, readonly, rows, rowspan, scope, shape, size, style, title, topmargin, valign, width 157

168 HTML-tags en -kenmerken beveiligen Beveiligde HTML-tags en -kenmerken gebruiken HTML-type CSS-eigenschappen URL-protocollen Ondersteunde elementen _moz_resizing, azimuth, background, background-attachment, background-color, background-image, background-position, background-repeat, border, border-bottom, border-bottom-color, border-bottom-left-radius, border-bottom-right-radius, border-bottom-style, border-bottom-width, border-collapse, border-color, border-left, border-left-color, border-left-style, border-left-width, border-radius, border-right, border-right-color, border-right-style, border-right-width, border-spacing, border-style, border-top, border-top-color, border-top-left-radius, border-top-right-radius, border-top-style, border-top-width, border-width, bottom, caption-side, clear, clip, color, counter-increment, cue, cue-after, cue-before, cursor, direction, display, elevation, empty-cells, float, font, font-color, font-family, font-size, font-size-adjust, font-stretch, font-style, font-variant, font-weight, height, left, letter-spacing, line-height, list-style, list-style-image, list-style-position, list-style-type, margin, margin-bottom, margin-left, margin-right, margin-top, marker-offset, marks, max-height, max-width, min-height, min-width, mso-spacerun, orphans, outline, outline-color, outline-style, outline-width, overflow, padding, padding-bottom, padding-left, padding-right, padding-top, page, page-break-after, page-break-before, page-break-inside, pause, pause-after, pause-before, pitch, pitch-range, play-during, position, richness, right, size, speak, speak-header, speak-numeral, speak-punctuation, speech-rate, stress, table-layout, text-align, text-decoration, text-indent, text-shadow, text-transform, top, unicode-bidi, vertical-align, visibility, voice-family, volume, white-space, widows, width, word-break, word-spacing, word-wrap https, http, ftp, tftp, ftps, sftp, mailto 158

169 HOOFDSTUK 15 CSV-bestandsindelingreferentie CSV-bestandsindeling voor gebruikersaccounts, pagina 159 CSV-bestandsindeling voor contactpersonen, pagina 182 CSV-bestandsindeling voor traceercodewaarden, pagina 186 Tijdzones, pagina 187 CSV-bestandsindeling voor gebruikersaccounts De volgende afbeelding toont u een voorbeeld van een CSV-bestand (comma-separated values) dat is opgemaakt in Microsoft Excel. Dit voorbeeld bevat niet alle mogelijke velden waarvoor u waarden moet opgeven. U moet uw eigen bedrijfsspecifieke sjabloon voor CSV-bestanden maken. Opmerkingen en overwegingen Voordat u gebruikersaccountgegevens importeert naar een CSV-bestand, kunt u het beste een back-upbestand van uw bestaande gebruikersaccounts maken door de accountgegevens te exporteren. Alle items die u exporteert (rapporten, gebruikers, contactpersonen), worden geëxporteerd naar een UTF-16LE-indeling (door tabs gescheiden Unicode-tekst). Alle importbestanden ondersteunen CSV (alleen voor Engelstalige gegevens) en door tabs gescheiden Unicode-tekst (voor niet-engelstalige gegevens en gegevens in verschillende talen). Een CSV-bestand moet kolomkoppen bevatten boven aan het bestand. Wanneer u een spreadsheetprogramma, zoals Microsoft Excel, gebruikt om een CSV-bestand te maken, moet u ervoor zorgen dat de kolomkoppen zich in de eerste rij van een spreadsheet bevinden. De kolomkoppen moeten op exact dezelfde manier worden weergegeven als in de Accountgegevensvelden hieronder. Bepaalde gebruikersaccountgegevens zijn verplicht, zoals in de Accountgegevensvelden hieronder wordt gespecificeerd. U moet voor alle verplichte velden de kolomkop opnemen. Opmerking Cisco adviseert u om voorafgaand aan het importeren geen velden uit het CSV-bestand te verwijderen. Als een veld niet hoeft te worden gewijzigd, laat u het leeg zodat de bestaande waarden blijven behouden. 159

170 Een CSV-bestandssjabloon maken CSV-bestandsindelingreferentie WebEx raadt u met klem aan om een CSV-bestandssjabloon te maken om ervoor te zorgen dat uw CSV-bestand alle benodigde kolomkoppen bevat met de juiste indeling. De accountgegevensvelden in een CSV-bestand zijn niet hoofdlettergevoelig. U kunt de waarden dus opgeven in zowel kleine letters als hoofdletters of een combinatie van beide. De waarden die in het profiel van de gebruiker op uw site worden weergegeven, zoals de naam van de gebruiker, worden echter exact zo weergegeven als u ze in het CSV-bestand hebt opgegeven. Gebruikers moeten hun standaardwachtwoord exact zo opgeven als in het CSV-bestand om zich aan te kunnen melden bij hun account. Zie Accountgegevensvelden hieronder voor de juiste indeling voor gebruikersaccountgegevens. Zodra u alle accountgegevens hebt opgegeven, slaat u de spreadsheet op als CSV-bestand. Als u onjuiste gegevens voor een gebruikersaccount opgeeft, kan Sitebeheer het desbetreffende account niet maken. In dat geval genereert Sitebeheer een lijst met records voor de accounts die niet konden worden toegevoegd, inclusief de oorzaak van elke fout. U kunt het bestand dat deze records bevat, ter referentie downloaden naar uw computer of gebruiken om de fouten rechtstreeks in het desbetreffende bestand te corrigeren. Als u na het uploaden van een CSV-bestand de informatie wilt wijzigen die u voor een of meer gebruikersaccounts hebt opgegeven, kunt u de waarden afzonderlijk bewerken op de pagina Sitebeheer > Gebruikerslijst bewerken. U kunt voor ondersteuning ook contact opnemen met uw WebEx-accountmanager. Een CSV-bestandssjabloon maken Klik op Gebruikers importeren/exporteren onder Gebruikers beheren in de navigatiebalk. Klik op Exporteren op de pagina Gebruikers als batch importeren/exporteren. Er wordt een bericht weergegeven dat uw aanvraag is ontvangen. U ontvangt een bericht zodra het exportproces is voltooid. Gebruik de koppeling in het bericht om het bestand met de gegevens die u naar een spreadsheetprogramma, bijvoorbeeld Excel, hebt geëxporteerd, te openen. Als u alleen nieuwe gebruikersaccounts wilt toevoegen, verwijdert u de accountgegevens die het geëxporteerde bestand bevat. Als u deze gegevens verwijdert, heeft dit geen gevolgen voor de bestaande accounts wanneer u het CSV-bestand uploadt naar Sitebeheer. 160

171 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Accountgegevensvelden Veld UserID Active (Vereist) Het id-nummer dat automatisch door WebEx-database voor Sitebeheer voor het account wordt gegenereerd. Belangrijk Als u een nieuw account toevoegt, geeft u geen informatie in deze kolom op. Sitebeheer genereert dit nummer nadat u het CSV-bestand hebt geüpload. Om ervoor te zorgen dat Sitebeheer een nieuw account kan maken, moet dit veld leeg zijn. Als u een bestaand account bewerkt, moet u dit nummer niet verwijderen of bewerken. Als u het nummer voor een bestaand account wijzigt, maakt Sitebeheer een nieuw gebruikersaccount op basis van de accountgegevens in de desbetreffende rij. Als uw site echter al beschikt over verplichte accountgegevens zoals de gebruikersnaam of het adres, kan Sitebeheer het nieuwe account niet maken. Als dit veld leeg blijft, wordt er een nieuwe gebruiker toegevoegd en wordt er automatisch een gebruikers-id gegenereerd. (Vereist) Geeft aan of een gebruikersaccount actief of inactief is, oftewel of de gebruiker WebEx-vergaderingen, -trainingssessies, -ondersteuningssessies of -gebeurtenissen kan hosten, afhankelijk van uw type site. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: het gebruikersaccount is actief. N: het gebruikersaccount is niet actief. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. FirstName LastName Username (Vereist) De voornaam van de gebruiker die eigenaar is van dit account. Als dit veld leeg blijft, wordt naar de voornaam gevraagd. (Vereist) De achternaam van de gebruiker die eigenaar is van dit account. Als dit veld leeg blijft, wordt naar de achternaam gevraagd. (Vereist) De id die de eigenaar van dit account gebruikt om zich aan te melden bij de WebEx-service van uw organisatie. Gebruikersnamen: Moeten uniek zijn Kunnen uit maximaal 64 tekens bestaan Belangrijk WebEx raadt u aan geen gebruikersnamen te maken die spaties of interpunctietekens bevatten, met uitzondering van onderstrepingstekens, koppeltekens en punten. Als dit veld leeg blijft, wordt naar de gebruikersnaam gevraagd. 161

172 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld Password (Vereist) Het wachtwoord voor het account. Wachtwoorden: Moeten minimaal vier tekens bevatten Kunnen uit maximaal 32 tekens bestaan Zijn hoofdlettergevoelig, oftewel de gebruikers moeten het wachtwoord exact zo typen zoals u het in dit veld hebt opgegeven Kan '****' zijn, waarmee wordt aangegeven dat de sitebeheerder het wachtwoord voor een bestaand account niet moet wijzigen. Maak een nieuw, willekeurig wachtwoord voor een nieuw account. Als u in dit geval de optie 'Sterk wachtwoord verplichten...' gebruikt, voldoet het nieuwe wachtwoord niet aan de wachtwoordcriteria en moet de gebruiker het wachtwoord wijzigen zodra hij of zij zich aanmeldt. Belangrijk Als u op de pagina Site-instellingen voor algemeen de optie Sterke wachtwoord voor nieuwe gebruikersaccounts verplichten hebt geselecteerd en u een CSV-bestand deelt om nieuwe gebruikersaccounts te maken, moet u een standaardwachtwoord opgeven voor elk account dat voldoet aan de strikte wachtwoordcriteria die u hebt opgegeven. Als de juiste wachtwoordcriteria zijn opgegeven voor de opties met betrekking tot de beveiliging van de site, kunnen de wachtwoorden die naar een CSV-bestand zijn geïmporteerd, worden gewijzigd. Als dit veld leeg blijft, wordt er automatisch een tijdelijk wachtwoord gegenereerd. (Vereist) Het adres van de gebruiker. Het adres van een gebruiker moet uniek zijn. Als dit veld leeg blijft, wordt er om een adres gevraagd. 162

173 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld Language (Optioneel) Geeft aan weke taal standaard is geselecteerd voor de pagina Voorkeuren van de gebruiker. Deze optie bepaalt in welke taal de tekst voor de gebruiker wordt weergegeven op de website van uw vergaderingservice. Afhankelijk van de talen die door uw site worden ondersteund, bevat dit veld een van de volgende numerieke waarden, die elk corresponderen met een bepaalde taal. De afkorting wordt weergegeven naast de taal. Als dit veld leeg blijft, wordt de standaardtaal van de site gebruikt. Landinstelling - id Verenigde Staten -2 Australië - 3 Canada - 4 Frans Canada - 5 China - 6 Frankrijk - 7 Duitsland - 8 Hongkong - 9 Italië - 10 Japan - 11 Korea - 12 Nieuw-Zeeland - 13 Spanje - 14 Zweden - 15 Zwitserland - 16 Taiwan - 17 Verenigd Koninkrijk - 18 Mexico - 19 Argentinië - 20 Chili - 21 Colombia - 22 Venezuela - 23 Brazilië - 24 Portugal

174 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld Taal - id Engels - en-us Vereenvoudigd Chinees - zh-cn Traditioneel Chinees - zh-tw Japans - jp Koreaans - ko Frans - fr Duits - de Italiaans - it Spaans (Castiliaans) - es-me Spaans (Latijns-Amerikaans) - es-sp Zweeds - sw Nederlands - nl Portugees - pt-br Russisch - ru 164

175 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld HostPrivilege (Optioneel) Geeft aan welk type account de gebruiker heeft. Dit veld kan de volgende accounttypen bevatten: HOST: Geeft aan dat de gebruiker een hostaccount heeft. De gebruiker kan zich aanmelden bij de WebEx-service van uw organisatie om vergaderingen te hosten. ADMN: Geeft aan dat de gebruiker een sitebeheerdersaccount heeft. De gebruiker kan zich aanmelden bij de WebEx-service van uw organisatie om vergaderingen te hosten. Daarnaast kan hij of zij Sitebeheer gebruiken om uw WebEx-service te beheren. Belangrijk Belangrijk Een sitebeheerder kan gebruikersaccounts beheren, registratieaanvragen verwerken en voorkeuren voor de WebEx-service van uw organisatie opgeven. Daarom adviseert WebEx slechts één of twee sitebeheerdersaccounts voor uw organisatie te gebruiken. ADMV: Geeft aan dat de gebruiker een sitebeheerdersaccount met alleen weergaverechten heeft. De gebruiker kan zich aanmelden bij de WebEx-service van uw organisatie om vergaderingen te hosten. Daarnaast kan hij of zij Sitebeheer gebruiken om gebruikersaccountgegevens, registratieaanvragen, de WebEx-configuratie en -voorkeuren en gebruiksrapporten van vergaderingen weer te geven. Een sitebeheerder die alleen over de weergaverechten beschikt, kan echter geen gebruikersaccountgegevens of instellingen voor de WebEx-service van uw organisatie wijzigen. ATTND: Geeft aan dat de gebruiker een deelnemersaccount heeft. De gebruiker kan zich aanmelden bij uw WebEx-service om een lijst met vergaderingen weer te geven waarvoor hij of zij is uitgenodigd en om deel te nemen aan vergaderingen waarvoor er een account op uw site is vereist. De gebruiker kan ook een gebruikersprofiel bijhouden. De gebruiker kan echter geen vergaderingen op uw site hosten. Opmerking: De volgende informatie in het CSV-bestand is van toepassing op deelnemersaccounts. Alle overige informatie die u in het CSV-bestand opgeeft, wordt door Sitebeheer genegeerd. Of het gebruikersaccount actief of inactief is Voornaam Achternaam Wachtwoord adres Als dit veld leeg blijft, wordt standaard HOST gebruikt. 165

176 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld MeetingPrivilege (Optioneel) Geeft aan welke vergaderingstype de gebruiker kan hosten. Dit veld kan een of meer codes van maximaal drie cijfers bevatten. Met deze code wordt aangegeven welke vergaderingstypen een gebruiker kan hosten. Opmerking Als u een geldige waarde voor dit veld wilt verkrijgen, raadpleegt u de indexwaarden onder Index voor de sessietypen die worden vermeld op de startpagina van Sitebeheer. Als uw site echter over het vergaderingstype Access Anywhere beschikt, typt u de code van deze vergadering niet in dit veld. Als een code voorloopnullen bevat, hoeft u deze niet op te geven. Als uw vergaderingstypecode bijvoorbeeld 004 is, geeft u alleen het cijfer 4 op in dit veld. U kunt meerdere vergaderingstypen voor een gebruikersaccount opgeven als uw organisatie over de desbetreffende licenties beschikt. Als u meerdere servicetypen wilt opgeven, gebruikt u de komma als scheidingsteken en geeft u geen spaties op, bijvoorbeeld: 15,120 Als u vragen hebt over de vergaderingstypen die uw organisatie heeft aangeschaft, kunt u contact opnemen met uw WebEx-accountmanager. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. 166

177 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld TelephonyPrivilege 167

178 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld (Optioneel) Geeft weer welke typen teleconferentieservices de gebruiker kan gebruiken voor het hosten van een sessie. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten voor een account, afhankelijk van de teleconferentieservices die de WebEx-service van uw organisatie ondersteunt: CLIN: teleconferentie met inbellen. Geeft aan dat de gebruiker sessies kan hosten waarbij de deelnemers een telefoonnummer kunnen bellen om deel te nemen aan de teleconferentie. TOLL: teleconferentie met gratis inbellen. Geeft aan dat de gebruiker sessies kan hosten waarbij de deelnemers een gratis telefoonnummer kunnen bellen om deel te nemen aan de teleconferentie. CLBK: teleconferentie met terugbellen. Geeft aan dat de gebruiker sessies kan hosten waarbij de deelnemers een oproep ontvangen om deel te nemen aan de teleconferentie. Iedere deelnemer belt eerst een telefoonnummer en hangt vervolgens op. De service belt vervolgens het telefoonnummer van de deelnemer. INTL: internationale teleconferentie met terugbellen. Geeft aan dat de gebruiker vergaderingen of trainingssessies kan hosten waarbij deelnemers een internationale oproep van de WebEx-service ontvangen om deel te nemen aan de teleconferentie. VoIP: internettelefoon. Geeft aan dat de gebruiker sessies kan hosten waarbij gebruik wordt gemaakt van een conferentie via internettelefoon (Voice over IP). ILCI: internationale inbelnummers. Geeft aan dat de gebruiker sessies kan hosten waarbij de deelnemers in andere landen een lokaal telefoonnummer kunnen bellen om deel te nemen aan de teleconferentie. SELT: teleconferentielocatie. Geeft aan dat de gebruiker de locatie van de telefoonbridge kan selecteren die voor een teleconferentie wordt gebruikt. Alleen beschikbaar wanneer uw WebEx-service over meerdere bridgelocaties beschikt. MPCLIN: inbellen voor teleconferentie voor Cisco Unified MeetingPlace (gebruikt om MeetingPlace-audiorechten bij te werken). Geeft aan dat de gebruiker sessies kan hosten waarbij de deelnemers een telefoonnummer kunnen bellen om deel te nemen aan de teleconferentie. MPCLBK: terugbellen voor teleconferentie voor Cisco Unified MeetingPlace (gebruikt om MeetingPlace-audiorechten bij te werken). Geeft aan dat de gebruiker sessies kan hosten waarbij de deelnemers een oproep ontvangen om deel te nemen aan de teleconferentie. Iedere deelnemer belt eerst een telefoonnummer en hangt vervolgens op. De service belt vervolgens het telefoonnummer van de deelnemer. Als MPCLBK wordt ondersteund, moet MPCLIN worden ondersteund. MPINTL: internationale teleconferentie met terugbellen voor Cisco Unified MeetingPlace (gebruikt om MeetingPlace-audiorechten bij te werken). Geeft aan dat de gebruiker vergaderingen of trainingssessies kan hosten waarbij deelnemers een internationale oproep van de WebEx-service ontvangen om deel te nemen aan de teleconferentie. Opmerking U kunt meerdere teleconferentietypen voor een gebruikersaccount opgeven als uw organisatie de desbetreffende opties heeft aangeschaft. Als u meerdere teleconferentietypen wilt opgeven, gebruikt u de komma als scheidingsteken en geeft u geen spaties op, bijvoorbeeld: CLIN, CLBK, VOIP Als u het veld TelephonyPrivilege leeg laat, worden alle telefoonrechten ingeschakeld. 168

179 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld GeneralPriv EditorPrivilege TCPrivilege SaCPrivilege SaCProducts SaCSJMEDesc SaCSIsMgr SCOptions Raadpleeg de startpagina van Sitebeheer om te bepalen welke teleconferentieservices uw organisatie ondersteunt. Als dit veld leeg blijft, worden alle telefoonrechten die door de site worden ondersteund, toegewezen aan de gebruiker. (Optioneel) Geeft aan over welke algemene rechten de gebruiker op uw WebEx-servicesite beschikt. Dit veld kan de volgende waarden bevatten: BADM: geeft aan dat de gebruiker een factureringsbeheerder is. De gebruiker heeft via Mijn WebEx toegang tot de factuurrapporten in WebEx. Allen van toepassing op WebEx-servicesites die over de optie Factureringsbeheerder beschikken. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. Dit wordt niet meer ondersteund. Dit veld moet leeg blijven en worden genegeerd in het exportbestand. (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Training Center-sites. Geeft aan over welke rechten de gebruiker voor Training Center beschikt. Dit veld kan de volgende waarden bevatten: HOLA: geeft aan dat de gebruiker de optie Praktijklab voor trainingssessies kan gebruiken. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. Dit wordt niet meer ondersteund. Dit veld moet leeg blijven en worden genegeerd in het exportbestand. Dit wordt niet meer ondersteund. Dit veld moet leeg blijven en worden genegeerd in het exportbestand. Dit wordt niet meer ondersteund. Dit veld moet leeg blijven en worden genegeerd in het exportbestand. Dit wordt niet meer ondersteund. Dit veld moet leeg blijven en worden genegeerd in het exportbestand. (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites. Geeft aan welke Remote Support-opties een gebruiker kan gebruiken. U kunt de volgende waarden opgeven in dit veld: AREC: Automatisch opnemen. Geeft aan dat Remote Support automatisch de ondersteuningssessies opneemt die de gebruiker uitvoert. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. 169

180 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld SCShareView (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites. Geeft voor een Remote Support-sessie aan hoe een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad standaard op het scherm van een medewerker of klant wordt weergegeven. U kunt de volgende waarden opgeven voor dit veld: FSSF: passend maken op volledig scherm. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven op het volledige scherm van de ondersteuningsmedewerker of de klant. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt dus aangepast aan de grootte van het scherm. FS: volledig scherm. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven op het volledige scherm van de ondersteuningsmedewerker of de klant, maar dat de grootte van de toepassing of het bureaublad niet volledig wordt aangepast aan de grootte van het scherm. WSF: passend maken op venster. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven in een venster op het scherm van de medewerker of de klant. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt aangepast aan de volledige grootte van het venster. WIN: venster. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven in een venster op het scherm van de medewerker of de klant, maar dat de grootte van de toepassing of het bureaublad niet wordt aangepast aan de grootte van het scherm. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard FS gebruikt. SCShareColor (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites. Bepaalt de kleurinstelling voor een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad die standaard op het scherm van een ondersteuningsmedewerker of een klant wordt weergegeven tijdens een Remote Support-sessie. U kunt de volgende waarden opgeven voor dit veld: 256: 256 kleuren. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven met 256 kleuren. Deze optie gebruikt minder bandbreedte voor gedeelde bureaubladen of toepassingen dan de optie Hoge kleuren (16-bits), maar biedt een lagere beeldkwaliteit. 16B: Hoge kleuren (16 bits). Geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven in 16-bits kleuren. Deze optie vergt meer bandbreedte dan de optie 256 kleuren, maar biedt een betere beeldkwaliteit. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard 16B gebruikt. 170

181 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld SCSaveLoc STOptions (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites. Is alleen van toepassing als u de Automatisch opnemen (AREC) voor SCOptions hebt ingesteld voor de gebruiker. De locatie waarop de WebEx-recorder de opnamebestanden opslaat voor een Remote Support-sessie. De WebEx-recorder slaat alle opnamebestanden standaard op naar de volgende locatie op de computer van de ondersteuningsmedewerker: C:\My Recorded Sessions U kunt echter elke locatie op de computer van een ondersteuningsmedewerker of een andere computer in uw netwerk opgeven, bijvoorbeeld: C:\RemoteAccess_Recordings. Als de standaardlocatie of de door u opgegeven locatie niet bestaat, maakt Support Center de benodigde mappen. Belangrijk Als u een locatie op een computer in uw netwerk opgeeft, zorg dan voor het volgende: De computer van de ondersteuningsmedewerker is gekoppeld aan het juiste netwerkstation. Het netwerkaccount van de ondersteuningsmedewerker biedt toegang tot de locatie. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites met de Remote Access-optie. Is alleen van toepassing als u de Automatisch opnemen (AREC) voor STOptions hebt ingesteld voor de gebruiker. Geeft aan welke Remote Access-opties een gebruiker kan gebruiken. U kunt de volgende waarden opgeven in dit veld: AREC: Automatisch opnemen. Geeft aan dat Remote Access automatisch de externe ondersteuningssessies opneemt die de gebruiker uitvoert. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. 171

182 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld STShareView (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites. Is alleen van toepassing als u de Automatisch opnemen (AREC) voor STOptions hebt ingesteld voor de gebruiker. Geeft voor een Remote Support-sessie aan hoe een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad standaard op het scherm van een medewerker of klant wordt weergegeven. U kunt de volgende waarden opgeven voor dit veld: FSSF: passend maken op volledig scherm. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven op het volledige scherm van de ondersteuningsmedewerker of de klant. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt dus aangepast aan de grootte van het scherm. FS: volledig scherm. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven op het volledige scherm van de ondersteuningsmedewerker of de klant, maar dat de grootte van de toepassing of het bureaublad niet volledig wordt aangepast aan de grootte van het scherm. WSF: passend maken op venster. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven in een venster op het scherm van de medewerker of de klant. De grootte van de toepassing of het bureaublad wordt aangepast aan de volledige grootte van het venster. WIN: venster. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad wordt weergegeven in een venster op het scherm van de medewerker of de klant, maar dat de grootte van de toepassing of het bureaublad niet wordt aangepast aan de grootte van het scherm. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard FS gebruikt. STShareColor (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites. Is alleen van toepassing als u de Automatisch opnemen (AREC) voor STOptions hebt ingesteld voor de gebruiker. Bepaalt de kleurinstelling voor een gedeelde toepassing of gedeeld bureaublad die standaard op het scherm van een ondersteuningsmedewerker of een klant wordt weergegeven tijdens een Remote Support-sessie. U kunt de volgende waarden opgeven voor dit veld: 256: 256 kleuren. Geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven met 256 kleuren. Deze optie gebruikt minder bandbreedte voor gedeelde bureaubladen of toepassingen dan de optie Hoge kleuren (16-bits), maar biedt een lagere beeldkwaliteit. 16B: Hoge kleuren (16 bits). Geeft aan dat een gedeelde toepassing of een gedeeld bureaublad in de viewer of op het scherm van de ondersteuningsmedewerker of klant wordt weergegeven in 16-bits kleuren. Deze optie vergt meer bandbreedte dan de optie 256 kleuren, maar biedt een betere beeldkwaliteit. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard 16B gebruikt. 172

183 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld STComputers STLocations TimeZone PhoneCntry PhoneLocal (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites met de Remote Access-optie. Is alleen van toepassing als u de Automatisch opnemen (AREC) voor STOptions hebt ingesteld voor de gebruiker. De computers die via Remote Access extern toegankelijk zijn voor de gebruiker. De computers voor Remote Access moeten al zijn gedefinieerd in Sitebeheer. Typ de computernamen exact zoals deze worden weergegeven in Sitebeheer. Opmerking U kunt meerdere computers voor een gebruikersaccount opgeven. Als u meerdere computers wilt opgeven, gebruikt u de komma als scheidingsteken en geeft u geen spaties op, bijvoorbeeld: Computer 1, Computer 2 Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Alleen beschikbaar voor Support Center-sites met de Remote Access-optie. Is alleen van toepassing als u de Automatisch opnemen (AREC) voor STOptions hebt ingesteld voor de gebruiker. De locatie waarop de WebEx-recorder opnamebestanden opslaat. De WebEx-recorder slaat alle opnamebestanden standaard op naar de volgende locatie op de computer van de ondersteuningsmedewerker: C:\My Recorded Sessions U kunt echter elke locatie op de computer van een ondersteuningsmedewerker of een andere computer in uw netwerk opgeven, bijvoorbeeld: C:\RemoteAccess_Recordings. Als de standaardlocatie of de door u opgegeven locatie niet bestaat, maakt Remote Access de benodigde mappen. Belangrijk Als u een locatie op een computer in uw netwerk opgeeft, zorg dan voor het volgende: De computer van de ondersteuningsmedewerker is gekoppeld aan het juiste netwerkstation. Het netwerkaccount van de ondersteuningsmedewerker biedt toegang tot de locatie. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het indexnummer voor de tijdzone waarin de gebruiker zich bevindt. Als u geen tijdzone opgeeft, stelt Sitebeheer de tijdzone voor het gebruikersaccount in die wordt gebruikt voor de website van uw vergaderingservice. Zie Tijdzones, op pagina 187 voor een lijst van de tijdzones en de bijbehorende indexnummers. Als dit veld leeg blijft, wordt de standaard tijdzone van de site gebruikt. (Optioneel) Het nummer dat u moet kiezen als de contactpersoon in een ander land woont. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard 1 gebruikt. (Optioneel) Het telefoonnummer van de gebruiker. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Gebruik geen interpunctietekens, zoals gedachtestreepjes of punten. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. 173

184 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld PhoneCallin PhoneCallback CellCntry CellLocal CellCallin CellCallback AP1Cntry, AP2Cntry AP1Local, AP2Local AP1Callin, AP2Callin AP1Callback, AP2Callback PIN Address1 Address2 (Optioneel) Het nummer dat de gebruiker moet gebruiken om in te bellen. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) Het nummer waarop de gebruiker wil worden gebeld. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) Het nummer dat u moet kiezen als de contactpersoon in een ander land woont. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard 1 gebruikt. (Optioneel) Het mobiele nummer van de gebruiker dat hij of zij moet gebruiken om in te bellen. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het mobiele telefoonnummer waarop de gebruiker wil worden gebeld. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) Het toestelnummer van het mobiele nummer van de gebruiker. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) Het nummer dat u moet kiezen als de contactpersoon in een ander land woont. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard 1 gebruikt. (Optioneel) Het semafoonnummer van de gebruiker. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Gebruik geen interpunctietekens, zoals gedachtestreepjes of punten. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het semafoonnummer dat de gebruiker moet gebruiken om in te bellen. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) Het semafoonnummer waarop de gebruiker wil worden gebeld. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) De pincode van de gebruiker. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het postadres van de gebruiker. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Aanvullende informatie over het postadres van de gebruiker indien nodig. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. 174

185 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld City State/Province Zip/Postal Country/Region MyWebEx (Optioneel) De plaats waar de gebruiker woont. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) De staat of provincie waar de gebruiker woont. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) De postcode van het postadres van de gebruiker. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het land of de regio waar de gebruiker woont. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Als uw site de optie Mijn WebEx bevat, wordt hier aangegeven welk type Mijn WebEx-recht aan het account is toegewezen. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: STD: geeft aan dat het gebruikersaccount over het recht Mijn WebEx Standaard beschikt. PRO: geeft aan dat het gebruikersaccount over het recht Mijn WebEx Pro beschikt. N: als de optie Mijn WebEx niet beschikbaar is op uw site, geeft u deze waarde op voor elk gebruikersaccount. Opmerking Voor hoeveel accounts u de waarde PRO kunt opgeven, is afhankelijk van het aantal beschikbare Mijn WebEx Pro-licenties voor uw site. Zie de pagina Gebruiker toevoegen of Gebruiker bewerken in Sitebeheer om te bepalen hoeveel Mijn WebEx Pro-licenties beschikbaar zijn voor toewijzing aan gebruikersaccounts. Als u bij het opgeven van de Mijn WebEx-rechten het aantal licenties voor uw site overschrijdt, kan Sitebeheer niet alle accounts waarvoor PRO is opgegeven, bijwerken of maken. Als er bijvoorbeeld 10 Mijn WebEx Pro-licenties voor uw site beschikbaar zijn en u voor 20 accounts de waarde PRO opgeeft, importeert Sitebeheer alleen de accountgegevens voor de eerste 10 accounts waarvoor u PRO hebt opgegeven. Als de optie Mijn WebEx beschikbaar is op uw site, moet u ervoor zorgen dat u STD of PRO opgeeft voor elk account. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard PRO gebruikt. 175

186 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld MyContacts (Optioneel) Als de optie Mijn WebEx beschikbaar is op uw site, kunt u hier opgeven of de gebruiker een adresboek kan openen en onderhouden via het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker op uw site. Het adresboek bevat het adresboek van uw bedrijf, indien aanwezig, en biedt de gebruiker de mogelijkheid om een lijst met persoonlijke contacten bij te houden. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat Mijn contactpersonen beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker een persoonlijk adresboek kan openen en onderhouden. N: geeft aan dat Mijn contactpersonen niet beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker. De gebruiker heeft echter nog wel toegang tot zijn of haar persoonlijke adresboek via de opties op de pagina Een vergadering plannen. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. MyProfile (Optioneel) Als de optie Mijn WebEx beschikbaar is op uw site, kunt u hier opgeven of de gebruiker zijn of haar gebruikersprofiel kan openen en onderhouden via het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker op uw site. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat Mijn profiel beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker zijn of haar profiel kan openen en onderhouden. N: geeft aan dat Mijn profiel niet beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker. De gebruiker kan zijn of haar profiel echter nog altijd openen door op de koppeling Mijn profiel op de navigatiebalk te klikken. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. MyMeetings (Optioneel) Als de optie Mijn WebEx beschikbaar is op uw site, kunt u hier opgeven of de gebruiker zijn of haar Mijn WebEx-gebied op uw site kan gebruiken om een lijst met vergaderingen die hij of zij heeft gepland, te openen en te onderhouden. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat Mijn vergaderingen beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker een lijst met geplande vergaderingen kan openen en onderhouden. N: geeft aan dat Mijn vergaderingen niet beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker. De gebruiker kan echter nog steeds een lijst met geplande vergaderingen openen en bijhouden door op de koppeling Mijn vergaderingen op de navigatiebalk te klikken. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. MyWorkspaces (Optioneel) Bepaalt het gebruik van Mijn werkruimte in Mijn WebEx. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. 176

187 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld MyRecordings (Optioneel) Is alleen van toepassing op accounts op een Training Center-site en waarvoor u in het veld MyWebEx de waarde PRO hebt opgegeven. Geeft aan of de gebruiker opgenomen trainingssessies op uw site kan publiceren. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat Mijn opnamen of Mijn trainingsopnamen (voor Enterprise Edition) beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker opnamen op uw site kan publiceren. N: geeft aan dat Mijn opnamen of Mijn trainingsopnamen (voor Enterprise Edition) niet beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, waardoor de gebruiker geen opnamen op uw site kan publiceren. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. MyFolders (Optioneel) Als de optie Mijn WebEx beschikbaar is op uw site, kunt u hier opgeven of de gebruiker bestanden in persoonlijke mappen op uw site kan opslaan. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat de knop Mijn mappen wordt weergegeven in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker bestanden op uw site kan opslaan. N: geeft aan dat de knop Mijn mappen niet wordt weergegeven in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, waardoor de gebruiker geen bestanden op uw site kan opslaan. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. MyReports (Optioneel) Is alleen van toepassing op accounts op een Training Center-site en waarvoor u in het veld MyWebEx de waarde PRO hebt opgegeven. Geeft aan of de gebruiker rapporten kan genereren met informatie over de trainingssessies die de gebruiker heeft gehost en informatie over de computers die de gebruiker extern heeft benaderd met Access Anywhere. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat Mijn rapporten beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker rapporten op uw site kan genereren. N: geeft aan dat Mijn rapporten niet beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, waardoor de gebruiker geen rapporten op uw site kan genereren. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. AccessAnywhere (Optioneel) Is alleen van toepassing op accounts waarvoor u in het veld MyWebEx de waarde PRO hebt opgegeven. Geeft aan of de gebruiker externe computers kan instellen en benaderen via Access Anywhere. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat Mijn computers beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker externe computers via uw site kan instellen en benaderen. N: geeft aan dat Mijn computers niet beschikbaar is in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, waardoor de gebruiker geen externe computers via uw site kan instellen en benaderen. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. 177

188 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld WebcastVideo WebcastAdmin WebcastBasic DefaultTPSessionType MeetingAssist SupportCET SupportCMR SupportPR SupportHQV SupportHDV SupportCascading (Optioneel) Staat Event Center-gebruikers toe video te streamen. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Bepaalt of de huidige gebruiker een WebCast-beheerder of -presentator is. Als deze optie is ingeschakeld, is de gebruiker een beheerder. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Staat Event Center-gebruikers toe onlinepresentaties en audio uit te zenden. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft het standaard TelePresence-sessietype aan zoals is ingesteld op de pagina Voorkeuren gebruiker. Als dit veld leeg blijft, is de waarde het sessietype dat TelePresence ondersteunt met de minimale id van het vergaderingstype. (Optioneel) Geeft aan of er Meeting Assist-services beschikbaar zijn voor uw gebruikers. Als dit veld leeg blijft, is de waarde 0. Dit wordt niet meer ondersteund. Dit veld moet leeg blijven en worden genegeerd in het exportbestand. (Optioneel) Geeft aan of de optie Samenwerkingsvergaderruimten (CMR Cloud) beschikbaar is voor uw gebruikers (alleen in Meeting Center). Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft aan of de optie Persoonlijke ruimte beschikbaar is voor uw gebruikers (alleen in Meeting Center). Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft aan of video van hoge kwaliteit beschikbaar is voor uw gebruikers (alleen in Meeting Center, Event Center en Training Center). Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. (Optioneel) Geeft aan of HD-video beschikbaar is voor uw gebruikers (alleen in Meeting Center en Training Center). Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. (Optioneel) Geeft aan of het downloaden van bandbreedteoptimalisatie is ingeschakeld voor uw Event Center-gebruikers. Met bandbreedteoptimalisatie kan verkeer worden doorgestuurd naar andere clients op hetzelfde subnet. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. 178

189 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld Custom1-10 MyPMR (Optioneel) Als traceercodes op uw site zijn ingeschakeld, kan de naam van velden worden gewijzigd om informatie te traceren. De naam van de eerste vier velden is standaard Groep, Afdeling, Project en Overige. De eerste traceercode wordt gebruikt voor facturering. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Is alleen van toepassing op accounts waarvoor u in het veld MyWebEx de waarde PRO hebt opgegeven. Geeft aan of een gebruiker de pagina Persoonlijke vergaderruimte ontvangt op uw site. Deze pagina bevat een overzicht van de geplande vergaderingen van de gebruiker en biedt deelnemers de mogelijkheid om via deze pagina deel te nemen aan de vergaderingen van de gebruiker. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat de gebruiker de pagina Persoonlijke vergaderruimte ontvangt. N: geeft aan dat de gebruiker de pagina Persoonlijke vergaderruimte niet ontvangt. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. OneClickSetup AdditionalStorage (Optioneel) Geeft aan of de gebruiker Eén-klik kan gebruiken. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) Is alleen van toepassing op accounts waarvoor u in het veld MyWebEx de waarde PRO en in het veld MyFolders de waarde J hebt opgegeven. Geeft aan hoeveel MB (megabyte) aan extra opslagruimte u aan de gebruiker wilt toewijzen voor het opslaan van bestanden op uw site. U kunt alleen cijfers opgeven in dit veld. Als u geen extra opslagruimte aan een gebruikersaccount wilt toewijzen, laat u dit veld leeg. Opmerking De totale hoeveelheid extra opslagruimte wordt bepaald door het vergaderingservicecontract van uw organisatie. Zie de pagina Gebruiker toevoegen of Gebruiker bewerken in Sitebeheer om te bepalen hoeveel opslagruimte er nog kan worden toegewezen aan gebruikersaccounts. Als u de totale hoeveelheid extra opslagruimte voor uw site overschrijdt, is het, afhankelijk van hoe WebEx uw site heeft geconfigureerd, mogelijk dat Sitebeheer niet alle accounts kan maken of bijwerken waaraan u extra opslagruimte hebt toegewezen. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard 0 gebruikt. 179

190 Accountgegevensvelden CSV-bestandsindelingreferentie Veld AdditionalComputers EventDocument (Optioneel) Is alleen van toepassing op accounts waarvoor u in het veld MyWebEx de waarde PRO en in het veld AccessAnywhere de waarde J hebt opgegeven. Geeft aan hoeveel extra computers de gebruiker op uw site mag instellen voor Access Anywhere. U kunt alleen cijfers opgeven in dit veld. Als u geen extra computers aan een gebruikersaccount wilt toewijzen, laat u dit veld leeg. Opmerking Het totaal aantal extra computers wordt bepaald door het vergaderingservicecontract van uw organisatie. Zie de pagina Gebruiker toevoegen of Gebruiker bewerken in Sitebeheer om te bepalen hoeveel computers er nog kunnen worden toegewezen aan gebruikersaccounts. Als u het totaal aantal extra computers voor uw site overschrijdt, is het, afhankelijk van hoe WebEx uw site heeft geconfigureerd, mogelijk dat Sitebeheer niet alle accounts kan maken of bijwerken waaraan u extra computers hebt toegewezen. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard 0 gebruikt. (Optioneel) Voor Enterprise Edition-sites met Event Center. Geeft aan of de gebruiker opgenomen gebeurtenissen op uw site kan opslaan. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat de pagina Opgenomen gebeurtenissen wordt weergegeven in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, zodat de gebruiker opgenomen gebeurtenissen op uw site kan opslaan. N: geeft aan dat de pagina Opgenomen gebeurtenissen niet wordt weergegeven in het Mijn WebEx-gebied van de gebruiker, waardoor de gebruiker geen opgenomen gebeurtenissen op uw site kan opslaan. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. TeleAcct1 - TeleAcct3 TeleconLocation (Optioneel) Deze velden bevatten alleen gegevens wanneer uw site gebruikers via de WebEx Telephony API of de optie voor teleconferentieaccounts voorziet van accounts voor persoonlijke teleconferenties. Voorzichtig Voeg geen gegevens aan deze velden toe en bewerk de gegevens niet. Als u gebruikersaccountgegevens exporteert, worden in deze velden automatisch de teleconferentienummers uit de account voor persoonlijke teleconferenties van de gebruiker ingevuld. De gebruiker ontvangt deze nummers van de telefonieserver wanneer hij of zij een account voor persoonlijke teleconferenties toevoegt via de pagina Mijn profiel. Als dit veld leeg blijft, blijft alle informatie behouden. (Optioneel) Gereserveerd voor providerpartners van WebEx-teleconferentieservice. Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. 180

191 CSV-bestandsindelingreferentie Accountgegevensvelden Veld SendWelcome (Optioneel) Geeft aan of uw site automatisch een welkomstbericht naar de gebruiker verstuurt zodra u het account hebt gemaakt. Als de optie voor sjablonen beschikbaar is op uw site, kunt u de sjabloon voor het welkomstbericht bewerken dat door uw WebEx-service naar gebruikers wordt verzonden. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat de gebruiker een welkomstbericht ontvangt. N: geeft aan dat de gebruiker geen welkomstbericht ontvangt. Opmerking Deze optie is voor de meeste WebEx-sites standaard uitgeschakeld. Als deze optie is uitgeschakeld en u een waarde opgeeft in dit veld, heeft dit geen enkel effect. Neem contact op met uw WebEx-accountmanager als u deze functie wilt inschakelen. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Y gebruikt. LabAdmin SchedulePermission PCNAcc1AutoGenerate (Optioneel) Is alleen van toepassing op Training Center. Geeft Training Center-recht als beheerder van Praktijklab weer. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard N gebruikt. (Optioneel) Is alleen van toepassing op Meeting Center-, Training Center- en Event Center-sites. Geeft aan welke gebruikers sessies namens deze gebruiker kunnen plannen. U kunt alleen die gebruikers opgeven die een account hebben op dezelfde WebEx-servicesite als deze gebruiker. Als u een gebruiker wilt opgeven, geeft u het adres van de gebruiker exact zo op als dit wordt weergeven in het account. U kunt meerdere adressen opgeven door deze te scheiden met komma's, zonder spaties. Bijvoorbeeld: jsmith@anyco.com,mbartel@anyco.com Als dit veld leeg blijft, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft aan of u automatisch een toegangscode genereert. Dit veld kan een van de volgende waarden bevatten: Y: geeft aan dat de toegangscode automatisch wordt gegenereerd. N: geeft aan dat de toegangscode niet automatisch wordt gegenereerd. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. PCNAcc1TollFreeCallinNum PCNAcc1TollCallinNum (Optioneel) Het gratis inbelnummer. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het betaalde terugbelnummer. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. 181

192 CSV-bestandsindeling voor contactpersonen CSV-bestandsindelingreferentie Veld PCNAcc1ILNum PCNAcc2AutoGenerate PCNAcc2TollFreeCallinNum PCNAcc2TollCallinNum PCNAcc2ILNum PCNAcc3AutoGenerate PCNAcc3TollFreeCallinNum PCNAcc3TollCallinNum PCNAcc3ILNum (Optioneel) Geeft aan dat PCN-account internationaal inbellen ondersteunt. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft aan of u automatisch een toegangscode genereert. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het gratis inbelnummer. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het betaalde inbelnummer. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft aan dat PCN-account internationaal inbellen ondersteunt. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft aan of u automatisch een toegangscode genereert. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard (Optioneel) Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het gratis inbelnummer. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Het betaalde terugbelnummer. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. (Optioneel) Geeft aan dat PCN-account internationaal inbellen ondersteunt. Als dit veld leeg blijft, wordt standaard Beschikbaar gebruikt. Als PCN niet is ingeschakeld, wordt de waarde leeg gelaten. CSV-bestandsindeling voor contactpersonen De volgende afbeelding toont u een voorbeeld van een CSV-bestand (comma-separated values) dat is opgemaakt in Microsoft Excel. U moet uw eigen bedrijfsspecifieke sjabloon voor CSV-bestanden maken. 182

193 CSV-bestandsindelingreferentie CSV-bestandsindeling voor contactpersonen Opmerkingen en overwegingen Voordat u contactgegevens naar een CSV-bestand importeert, maakt u een back-upbestand van uw contactgegevens, indien aanwezig, door de gegevens te exporteren. Alle items die u exporteert (rapporten, gebruikers, contactpersonen), worden geëxporteerd naar een UTF-16LE-indeling (door tabs gescheiden Unicode-tekst). Alle importbestanden ondersteunen CSV (alleen voor Engelstalige gegevens) en door tabs gescheiden Unicode-tekst (voor niet-engelstalige gegevens en gegevens in verschillende talen). Een CSV-bestand moet kolomkoppen bevatten boven aan het bestand. Wanneer u een spreadsheetprogramma, zoals Microsoft Excel, gebruikt om een CSV-bestand te maken, moet u ervoor zorgen dat de kolomkoppen zich in de eerste rij van een spreadsheet bevinden. De kolomkoppen moeten op exact dezelfde manier worden weergegeven als in de Contactgegevensvelden hieronder. Bepaalde contactgegevens zijn verplicht, zoals in de Contactgegevensvelden hieronder wordt gespecificeerd. U moet voor alle verplichte velden dus de kolomkop opnemen. Voor de optionele velden moet u kolomkoppen opnemen wanneer u geen contactgegevens verstrekt. WebEx raadt u met klem aan om een CSV-bestandssjabloon te maken om ervoor te zorgen dat uw CSV-bestand alle benodigde kolomkoppen bevat met de juiste indeling. De contactgegevensvelden in een CSV-bestand zijn niet hoofdlettergevoelig. U kunt de waarden dus opgeven in zowel kleine letters als hoofdletters of een combinatie van beide. De waarden die op uw site worden weergegeven in de gegevens van de contactpersoon, zoals de naam van de contactpersoon, worden echter exact zo weergegeven als u ze in het CSV-bestand hebt opgegeven. Zie Contactgegevensvelden hieronder voor de juiste indeling voor de contactgegevens. Zodra u alle contactgegevens hebt opgegeven, slaat u de spreadsheet op als CSV-bestand. Wanneer u een CSV-bestand uploadt, geeft Sitebeheer een tabel weer met de gegevens die u in het bestand hebt opgegeven. Bekijk de gegevens en controleer goed of de gegevens kloppen voordat u bevestigt dat u het bestand wilt uploaden. Als u onjuiste gegevens voor een contactpersoon opgeeft, kan Sitebeheer de desbetreffende contactpersoon niet maken. In dat geval genereert Sitebeheer een lijst met records voor de contactpersonen die niet konden worden toegevoegd, inclusief de oorzaak van elke fout. U kunt het bestand dat deze records bevat, ter referentie downloaden naar uw computer of gebruiken om de fouten rechtstreeks in het desbetreffende bestand te corrigeren. Als u fouten rechtstreeks corrigeert in het bestand dat door Sitebeheer wordt gemaakt, kunt u de laatste kolom, de kolom Opmerkingen, verwijderen voordat u het bestand uploadt om de overige contactpersonen te maken. Als u na het uploaden van een CSV-bestand de informatie wilt wijzigen die u hebt opgegeven voor een of meer contactpersonen, kunt u de contactpersonen afzonderlijk in Sitebeheer bewerken. U kunt voor ondersteuning ook contact opnemen met uw WebEx-accountmanager. 183

194 Een CSV-bestandssjabloon maken CSV-bestandsindelingreferentie Een CSV-bestandssjabloon maken Stap 5 Als er momenteel geen contactpersonen op uw site bestaan, moet u handmatig minimaal één contactpersoon toevoegen. Klik op Bedrijfsadressen onder Site beheren in de navigatiebalk. Klik op Exporteren op de pagina Bedrijfsadresboek. Open het bestand met de gegevens die u naar een spreadsheetprogramma, zoals Excel, hebt geëxporteerd. Als u alleen nieuwe contactpersonen wilt toevoegen, verwijdert u de contactgegevens die het geëxporteerde bestand bevat. Als u deze gegevens verwijdert, heeft dit geen gevolgen voor de bestaande contactpersonen wanneer u het CSV-bestand uploadt naar Sitebeheer. Contactgegevensvelden Optie UUID Het id-nummer dat Sitebeheer automatisch voor de contactpersoon genereert. Belangrijk Als u een nieuwe contactpersoon toevoegt, geeft u geen informatie in deze kolom op. Sitebeheer genereert dit nummer zodra u het CSV-bestand hebt geüpload. Dit veld moet leeg zijn om ervoor te zorgen dat Sitebeheer een nieuwe contactpersoon kan maken. Als u een bestaande contactpersoon bewerkt, moet u dit nummer niet verwijderen of wijzigen. Als u het nummer voor een bestaande contactpersoon wijzigt, maakt Sitebeheer een nieuwe contactpersoon op basis van de gegevens in de desbetreffende rij. Als de verplichte contactgegevens al beschikbaar zijn voor een contactpersoon op uw site, zoals het adres, kan Sitebeheer de nieuwe contactpersoon niet maken. DUID Name Company JobTitle URL OffCntry Het id-nummer dat Sitebeheer automatisch voor distributieleden genereert. (Vereist) De voor- en achternaam van de contactpersoon. (Vereist) Het adres van de contactpersoon. (Optioneel) De organisatie waarvoor de contactpersoon werkt. (Optioneel) De functie of positie van de contactpersoon binnen de organisatie. (Optioneel) Het webadres van de contactpersoon of zijn of haar organisatie. (Optioneel) Het nummer dat u moet kiezen om een contactpersoon te bellen die in een ander land woont. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. 184

195 CSV-bestandsindelingreferentie Contactgegevensvelden Optie OffLocal CellCntry Celllocal FaxCntry Faxlocal Address1 Address2 City State/Province Zip/Postal Country Time Zone Language Locale UserName (Optioneel) Het telefoonnummer van de contactpersoon. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Gebruik geen interpunctietekens, zoals gedachtestreepjes of punten. (Optioneel) Het nummer dat u moet kiezen om een contactpersoon te bellen die in een ander land woont. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. (Optioneel) Het mobiele telefoonnummer van de contactpersoon. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Gebruik geen interpunctietekens, zoals gedachtestreepjes of punten. (Optioneel) Het nummer dat u moet kiezen om een faxapparaat in een ander land te bellen. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. (Optioneel) Het faxnummer van de contactpersoon. Dit veld mag alleen cijfers bevatten. Gebruik geen interpunctietekens, zoals gedachtestreepjes of punten. (Optioneel) Het postadres van de contactpersoon. (Optioneel) Bevat indien nodig aanvullende informatie over het postadres van de contactpersoon. (Optioneel) De woonplaats van de contactpersoon. (Optioneel) De staat of provincie waar de contactpersoon woont. (Optioneel) De postcode van het postadres van de contactpersoon. (Optioneel) Het land waarin de contactpersoon woont. De tijdzone waar de contactpersoon woont. De taal die de contactpersoon gebruikt. De landinstelling van de taal die de contactpersoon gebruikt. (Optioneel) Als deze contactpersoon een account voor uw WebEx-service heeft, kunt u in dit veld de gebruikersnaam van de contactpersoon opgeven. Gebruikersnamen Kunnen geen spaties of interpunctietekens bevatten, met uitzondering van onderstrepingstekens, koppeltekens en punten Kunnen uit maximaal 64 tekens bestaan Notes (Optioneel) Bevat alle extra informatie over de contactpersoon. 185

196 CSV-bestandsindeling voor traceercodewaarden CSV-bestandsindelingreferentie CSV-bestandsindeling voor traceercodewaarden Het volgende is een voorbeeld van door komma's gescheiden (CSV) inhoud. U moet uw eigen bedrijfsspecifieke sjabloon voor CSV-bestanden maken. Opmerkingen en overwegingen Een CSV-bestand moet kolomkoppen bevatten boven aan het bestand. Wanneer u een spreadsheetprogramma, zoals Microsoft Excel, gebruikt om een CSV-bestand te maken, moet u ervoor zorgen dat de kolomkoppen zich in de eerste rij van een spreadsheet bevinden. De kolomkoppen moeten op exact dezelfde manier worden weergegeven als in de Gegevensvelden voor codewaarden hieronder. Bepaalde traceercodegegevens zijn verplicht, zoals in de Gegevensvelden voor codewaarden hieronder wordt gespecificeerd. U moet echter alle kolomkoppen opnemen, ongeacht of de informatie optioneel is. Daarnaast moet de indeling exact overeenkomen met de gespecificeerde indeling. De gegevensvelden voor codewaarden in een CSV-bestand zijn niet hoofdlettergevoelig. U kunt de waarden dus opgeven in zowel kleine letters als hoofdletters of een combinatie van beide. De waarden in de lijst met traceercodewaarden op uw site worden echter op exact dezelfde manier weergegeven als u ze in het CSV-bestand hebt getypt. Zodra u alle codewaarden hebt opgegeven, slaat u de spreadsheet op als CSV-bestand, dat de extensie.csv heeft. Wanneer u een CSV-bestand uploadt, geeft Sitebeheer een tabel weer met de gegevens die u in het bestand hebt opgegeven. Bekijk de gegevens en controleer goed of de gegevens kloppen voordat u bevestigt dat u het bestand wilt uploaden. Als u een verkeerde codewaarde opgeeft, kan Sitebeheer deze waarde niet aan de lijst toevoegen. In dat geval genereert Sitebeheer een lijst met records voor de waarden die niet konden worden toegevoegd, inclusief de oorzaak van elke fout. U kunt het bestand dat deze records bevat, ter referentie downloaden naar uw computer of gebruiken om de fouten rechtstreeks in het desbetreffende bestand te corrigeren. Als u de fouten rechtstreeks corrigeert in het bestand dat door Sitebeheer wordt gemaakt, kunt u de laatste kolom, de kolom Opmerkingen, verwijderen voordat u het bestand uploadt om de overige codewaarden te maken. Als u na het uploaden van een CSV-bestand de informatie wilt wijzigen die u hebt opgegeven voor een of meer codewaarden, kunt u de waarden afzonderlijk bewerken op de pagina Traceercodelijst. U kunt voor ondersteuning ook contact opnemen met uw WebEx-accountmanager. Gegevensvelden voor codewaarden Optie Index Active (Optioneel) De database-id van de traceercodewaarde. Een indexnummer moet een uniek nummer tussen de 1 en 500 zijn. U kunt deze kolom leeg laten om te voorkomen dat er fouten optreden die worden veroorzaakt door dubbele indexnummers. Als de kolom Index geen waarden bevat, voegt Sitebeheer de opeenvolgende codewaarden toe op de pagina Traceercodelijst. (Optioneel) De status van de traceercodewaarde. Een waarde moet Yes of No zijn. Als u deze waarde leeg laat, wordt standaard de status Yes gebruikt. 186

197 CSV-bestandsindelingreferentie Tijdzones Optie Code (Vereist) De waarde van de traceercode. Een waarde mag maximaal 128 tekens lang zijn en mag zowel letters, cijfers als speciale tekens bevatten. Tijdzones Tijdzones worden weergegeven in een indeling die makkelijk te lezen is. De menu-items worden verschillend weergegeven, afhankelijk van de zomertijd (DST; Daylight Savings Time) voor de tijdzones. Het tijdzonemenu gebruikt de volgende indeling: Locatie (<Time zone name> <DST label> 'Tijd', <GMT offset>) Een voorbeeld van een tijdzone zoals deze wordt weergegeven, is: San Francisco (Pacific Standard Time), GMT-08:00 Hieronder vindt u een overzicht van de details voor de tijdzone. Index GMT Naam Locatie Standaard DST 0-12 uur Dateline Marshalleilanden 1-11 uur Samoa Samoa 2-10 uur Hawaii Honolulu Standaard Zomertijd 3-9 uur Alaska Anchorage Standaard Zomertijd 4-8 uur Pacific San Francisco Standaard Zomertijd 5-7 uur Mountain Arizona 6-7 uur Mountain Denver Standaard Zomertijd 7-6 uur Central Chicago Standaard Zomertijd 8-6 uur Mexico Central Mexico-Stad Standaard Zomertijd 9-6 uur Central Saskatchewan 10-5 uur S. American Pacific Bogota 11-5 uur Eastern New York Standaard Zomertijd 12-5 uur Eastern Indiana Standaard Zomertijd 13-4 uur Atlantic Halifax Standaard Zomertijd 14-4 uur S. American Western Caracas 187

198 Tijdzones CSV-bestandsindelingreferentie Index GMT Naam Locatie Standaard DST 15-3,5 uur Newfoundland Newfoundland Standaard Zomertijd 16-3 uur S. American Eastern Brasilia Standaard Zomertijd 17-3 uur S. American Eastern Buenos Aires 18-2 uur Mid-Atlantic Mid-Atlantic Standaard Zomertijd 19-1 uur Azores Azores Zomertijd 20 0 uur Greenwich Casablanca 21 0 uur Greenwich Mean Londen Zomertijd 22 1 uur Central European Amsterdam Zomertijd 23 1 uur Central European Parijs Zomertijd 25 1 uur Central European Berlijn Zomertijd 26 2 uur Eastern European Athene Zomertijd 28 2 uur Egypt Caïro Standaard Zomertijd 29 2 uur South Africa Pretoria 30 2 uur Eastern European Helsinki Zomertijd 31 2 uur Israel Tel Aviv Standaard Zomertijd 32 3 uur Saudi Arabia Riyadh 33 3 uur Russia Moskou Standaard Zomertijd 34 3 uur Nairobi Nairobi 35 3,5 uur Iran Teheran 36 4 uur Arabian Abu Dhabi 37 4 uur Baku Baku Standaard Zomertijd 38 4,5 uur Afghanistan Kaboel 39 5 uur West Asia Ekaterinburg 40 5 uur West Asia Islamabad 188

199 CSV-bestandsindelingreferentie Tijdzones Index GMT Naam Locatie Standaard DST 41 5,5 uur India Bombay 42 5,5 uur Columbo Columbo 43 6 uur Central Asia Almaty 44 7 uur Bangkok Bangkok 45 8 uur China Beijing 46 8 uur Australia Western Perth Standaard Zomertijd 47 8 uur Singapore Singapore 48 8 uur Taipei Taipei 49 9 uur Japan Tokio 50 9 uur Korea Seoul 51 9 uur Yakutsk Yakutsk 52 9,5 uur Australia Central Adelaide Standaard Zomertijd 53 9,5 uur Australia Central Darwin uur Australia Eastern Brisbane uur Australia Eastern Sydney Standaard Zomertijd uur West Pacific Guam uur Tasmania Hobart Standaard Zomertijd uur Vladivostok Vladivostok Standaard Zomertijd uur Central Pacific Salomonseilanden uur New Zealand Wellington Standaard Zomertijd uur Fiji Fiji uur Central European Stockholm Zomertijd uur Mexico Pacific Tijuana Standaard Zomertijd uur Mexico Mountain Chihuahua Standaard Zomertijd 189

200 Tijdzones CSV-bestandsindelingreferentie Index GMT Naam Locatie Standaard DST 133-4,5 uur S. America Western Caracas Standaard Zomertijd uur Malaysia Kuala Lumpur Standaard Zomertijd 190

201 HOOFDSTUK 16 Variabelen in sjablonen sjabloonvariabelen voor Meeting Center, pagina 191 sjabloonvariabelen voor Enterprise, pagina 196 sjabloonvariabelen voor Meeting Center De volgende tabel bevat een overzicht en alle definities van de variabelen die in de sjablonen van Meeting Center worden gebruikt. Voor meer informatie over afzonderlijke variabelen die in elke sjabloon worden gebruikt, raadpleegt u het Overzicht van variabelen in sjablonen van Meeting Center. Belangrijk Hoewel sommige variabelen in meerdere sjablonen verschijnen, is elke variabele uniek voor de eigen sjabloon. Variabelen worden niet met andere sjablonen gedeeld. Elke sjabloon bevat een eigen set variabelen. Kopiëren van variabelen tussen het onderwerp en de tekst van het bericht, of van de ene sjabloon naar de andere, wordt niet ondersteund. Variabele %Host % %ForwardSubjectDesc% %Topic% %ForwardDesc% %HostName% %Host Name% Het adres van de gebruiker. Tekst in de regel Onderwerp van de vergaderings Onderwerp van de vergadering Tekst met een beschrijving van de vergadering Volledige naam van de host van de vergadering Volledige naam van de host van de vergadering Gebruikte sjablonen Invitation to Register for a meeting Invitation to Register for a meeting 191

Praktijklab-beheer. Het beheer van Praktijklab. Aanmelden. Eerste publicatie: 20 augustus 2015

Praktijklab-beheer. Het beheer van Praktijklab. Aanmelden. Eerste publicatie: 20 augustus 2015 Eerste publicatie: 20 augustus 2015 Met WebEx kunt u de labs en computers voor Praktijklab-sessies instellen en onderhouden. Met het kunt u het volgende: Nieuwe labs maken Bestaande labs bewerken Labs

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx Remote Access (WBS30, WBS31)

Gebruikershandleiding WebEx Remote Access (WBS30, WBS31) Eerste publicatie: 18 maart 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800 553-NETS (6387) Fax: 408 527-0883

Nadere informatie

Optimale werkwijzen van Cisco WebEx voor veilige vergaderingen voor hosts

Optimale werkwijzen van Cisco WebEx voor veilige vergaderingen voor hosts Optimale werkwijzen van Cisco WebEx voor veilige vergaderingen voor hosts Eerste publicatie: 15 maart 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Mac

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Mac Eerste publicatie: 19 augustus 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800 553-NETS (6387) Fax: 408 527-0883

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Mac (WBS31)

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Mac (WBS31) Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Mac (WBS31) Eerste publicatie: 15 maart 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com

Nadere informatie

Gebruikershandleiding voor de integratie van WebEx en TelePresence met Outlook voor Windows

Gebruikershandleiding voor de integratie van WebEx en TelePresence met Outlook voor Windows Gebruikershandleiding voor de integratie van WebEx en TelePresence met Outlook voor Windows Eerste publicatie: 19 augustus 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose,

Nadere informatie

Gebruikershandleiding voor Cisco WebEx-sitebeheer (WBS31)

Gebruikershandleiding voor Cisco WebEx-sitebeheer (WBS31) Eerste publicatie: 23 maart 2016 Laatste wijziging: 21 april 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Remote Support

Gebruikershandleiding Remote Support Eerste publicatie: 5 augustus 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800 553-NETS (6387) Fax: 408 527-0883

Nadere informatie

Snel aan de slag met Cisco Unity Connection Postvak IN Web (versie 9.x)

Snel aan de slag met Cisco Unity Connection Postvak IN Web (versie 9.x) Snel aan de slag Snel aan de slag met Cisco Unity Connection Postvak IN Web (versie 9.x) Cisco Unity Connection Postvak IN Web (versie 9.x) 2 Cisco Unity Connection Postvak IN Web 2 Opties in Postvak IN

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimten (CMR Cloud)

Gebruikershandleiding WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimten (CMR Cloud) Gebruikershandleiding WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimten (CMR Cloud) Eerste publicatie: 1 augustus 2014 Laatste wijziging: 1 augustus 2014 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx Event Center (WBS31)

Gebruikershandleiding WebEx Event Center (WBS31) Eerste publicatie: 5 april 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800 553-NETS (6387) Fax: 408 527-0883

Nadere informatie

Optimale werkwijzen voor Cisco WebEx voor veilige vergaderingen voor sitebeheerders en hosts

Optimale werkwijzen voor Cisco WebEx voor veilige vergaderingen voor sitebeheerders en hosts Optimale werkwijzen voor Cisco WebEx voor veilige vergaderingen voor sitebeheerders en hosts Eerste publicatie: 15 maart 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA

Nadere informatie

Orbis. Partnerportal. Orbis Software

Orbis. Partnerportal. Orbis Software Orbis Software Orbis Partnerportal Deze handleiding geeft u meer informatie over de gebruikersinstellingen in de Orbis Partnerportal van Orbis Software Benelux BV. Orbis Partnerportal Handleiding Alle

Nadere informatie

Klantenservicebericht

Klantenservicebericht Cisco WebEx: Standaardpatch wordt toegepast Dit bericht wordt door Cisco WebEx naar belangrijke zakelijke contacten verzonden. Cisco gaat een Standaardpatch toepassen in de volgende WebEx-services: Cisco

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Cisco WebEx Training Center

Gebruikershandleiding Cisco WebEx Training Center Eerste publicatie: 8 oktober 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800 553-NETS (6387) Fax: 408 527-0883

Nadere informatie

Klantenservicebericht

Klantenservicebericht Beste klant van Cisco WebEx, Cisco gaat een Standaardpatch toepassen in de volgende WebEx-services: Cisco WebEx Meeting Center Cisco WebEx Training Center Cisco WebEx Event Center Cisco WebEx Support Center

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimten (CMR Cloud)

Gebruikershandleiding WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimten (CMR Cloud) Gebruikershandleiding WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimten (CMR Cloud) Eerste publicatie: 1 augustus 2014 Laatste wijziging: 10 oktober 2014 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170

Nadere informatie

Gebruikershandleiding voor de integratie van WebEx en TelePresence met Outlook voor Windows (WBS31)

Gebruikershandleiding voor de integratie van WebEx en TelePresence met Outlook voor Windows (WBS31) Gebruikershandleiding voor de integratie van WebEx en TelePresence met Outlook voor Windows (WBS31) Eerste publicatie: 23 maart 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San

Nadere informatie

vergaderen voor systeembeheerders en hosts Cisco WebEx Optimale werkwijzen voor veilig Overzicht van WebEx-privacy WebExsitebeheer Functie Voordelen

vergaderen voor systeembeheerders en hosts Cisco WebEx Optimale werkwijzen voor veilig Overzicht van WebEx-privacy WebExsitebeheer Functie Voordelen Overzicht van WebEx-privacy Met online WebEx-oplossingen van Cisco kunnen medewerkers en virtuele teams van over de hele wereld in realtime samenkomen en met elkaar samenwerken alsof ze zich in dezelfde

Nadere informatie

Help bij WebEx-integratie met Outlook voor de Mac

Help bij WebEx-integratie met Outlook voor de Mac Help bij WebEx-integratie met Outlook voor de Mac Gebruikershandleiding WBS29.13 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding tot WebEx-integratie met Outlook voor de Mac... 5 Over de WebEx-integratie met Outlook

Nadere informatie

Gebruikershandleiding bij WebEx Event Center

Gebruikershandleiding bij WebEx Event Center Gebruikershandleiding bij WebEx Event Center Copyright 1997 2012 Cisco and/or its affiliates. Alle rechten voorbehouden. WEBEX, CISCO, Cisco WebEx, het CISCO-logo en het Cisco WebEx-logo zijn handelsmerken

Nadere informatie

Installatiehandleiding Office 365 Exchange Online. Microsoft Outlook 2007, 2010, 2013, Mac OS X Mail, Android, ios, BlackBerry

Installatiehandleiding Office 365 Exchange Online. Microsoft Outlook 2007, 2010, 2013, Mac OS X Mail, Android, ios, BlackBerry Installatiehandleiding Office 365 Exchange Online Microsoft Outlook 2007, 2010, 2013, Mac OS X Mail, Android, ios, BlackBerry Netvibes B.V. versie 1.0 E- mail: support@netvibes.nl Telefoon: +31 (0)20-205

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Lotus Notes voor Windows (WBS31)

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Lotus Notes voor Windows (WBS31) Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Lotus Notes voor Windows (WBS31) Eerste publicatie: 23 maart 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA

Nadere informatie

OFFICE 365. Start Handleiding Leerlingen

OFFICE 365. Start Handleiding Leerlingen OFFICE 365 Start Handleiding Leerlingen Meer info: Naast deze handleiding is er zeer veel informatie reeds voorhanden op het internet of door op het vraagteken te klikken in de Office 365 omgeving. Ook

Nadere informatie

Manager. Doro Experience. voor Doro PhoneEasy 740. Nederlands

Manager. Doro Experience. voor Doro PhoneEasy 740. Nederlands Doro Experience voor Doro PhoneEasy 740 Nederlands Manager Inleiding Gebruik Doro Experience Manager om toepassingen op een Doro Experience -apparaat te installeren en te beheren met behulp van elk type

Nadere informatie

SwyxIt! Handset P280. Design en functionaliteit perfect gecombineerd. Versie: augustus 2012

SwyxIt! Handset P280. Design en functionaliteit perfect gecombineerd. Versie: augustus 2012 Design en functionaliteit perfect gecombineerd Versie: augustus 2012 2000-2012 Swyx. All rights reserved. Legal Information Whilst Swyx attempt to convey accurate and current information relative to the

Nadere informatie

Agenda. Snelstartgids

Agenda. Snelstartgids Agenda Snelstartgids Een Lync-vergadering plannen Plan een persoonlijke vergadering of plan een online vergadering met Lync 2013 en bespaar uzelf een reis. Schakelen tussen weergaven Gebruik de agendaweergave

Nadere informatie

Handleiding Nero ImageDrive

Handleiding Nero ImageDrive Handleiding Nero ImageDrive Nero AG Informatie over copyright en handelsmerken De handleiding van Nero ImageDrive en de volledige inhoud van de handleiding zijn auteursrechtelijk beschermd en zijn eigendom

Nadere informatie

Systeemvereisten voor Cisco WebEx Meetings Server

Systeemvereisten voor Cisco WebEx Meetings Server Eerste publicatie: 21 oktober 2012 Laatste wijziging: 21 oktober 2012 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 8 526-00 800

Nadere informatie

Gebruikershandleiding voor Cisco Unified Communications Self Care Portal, versie 10.5(1)

Gebruikershandleiding voor Cisco Unified Communications Self Care Portal, versie 10.5(1) Gebruikershandleiding voor Cisco Unified Communications Self Care Portal, versie 10.5(1) Unified Communications Self Care Portal 2 Unified Communications Self Care-instellingen 2 Telefoons 4 Extra instellingen

Nadere informatie

Gebruikershandleiding 3.0 voor WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimte (CMR Cloud)

Gebruikershandleiding 3.0 voor WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimte (CMR Cloud) Gebruikershandleiding 3.0 voor WebEx Meeting Center met samenwerkingsvergaderruimte (CMR Cloud) Eerste publicatie: 1 augustus 2014 Laatste wijziging: 21 augustus 2015 Americas Headquarters Cisco Systems,

Nadere informatie

Orbis Software. Orbis. Klantenportal. Deze handleiding geeft u meer informatie over het Orbis Klantenportal van Orbis Software Benelux BV.

Orbis Software. Orbis. Klantenportal. Deze handleiding geeft u meer informatie over het Orbis Klantenportal van Orbis Software Benelux BV. Orbis Software Orbis Klantenportal Deze handleiding geeft u meer informatie over het Orbis Klantenportal van Orbis Software Benelux BV. Orbis Klantenportal Handleiding Alle informatie overzichtelijk in

Nadere informatie

COLOR LASERJET ENTERPRISE CM4540 MFP-SERIE. Naslaggids

COLOR LASERJET ENTERPRISE CM4540 MFP-SERIE. Naslaggids COLOR LASERJET ENTERPRISE CM4540 MFP-SERIE Naslaggids HP Color LaserJet Enterprise CM4540 MFP-serie Naslaggids Inhoudsopgave Naslaggids... 1 Kopieën verkleinen of vergroten... 2 Kopieertaken sorteren...

Nadere informatie

Google Agenda: Plannen, uitnodigingen, bijlagen en afdrukken

Google Agenda: Plannen, uitnodigingen, bijlagen en afdrukken Ziet Google Agenda er bij u anders uit dan zoals hier weergegeven? U lost dit op door over te schakelen op de nieuwe stijl! Google Agenda: Plannen, uitnodigingen, bijlagen en afdrukken De agendaweergave

Nadere informatie

Release-opmerkingen Cisco WebEx Support Center (WBS30)

Release-opmerkingen Cisco WebEx Support Center (WBS30) Release-opmerkingen Cisco WebEx Support Center (WBS0) Eerste publicatie: 14 augustus 2015 Laatste wijziging: 20 augustus 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA

Nadere informatie

Handleiding Remote Engineer Portal

Handleiding Remote Engineer Portal Handleiding Remote Engineer Portal http://www.remoteengineer.eu/ Inhoudsopgave Blz. 1. Algemeen 3 2. RemoteEngineer webportal 4 3. Beschikbare opties 5 4. Inloggen 5 5. Gebruikers 6 6. Machine sjablonen

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 2014 web2work Pagina 1 van 16

Inhoudsopgave. 2014 web2work Pagina 1 van 16 Inhoudsopgave Aanmelden bij Office 365... 2 Office 365 voor het eerste gebruiken... 2 Persoonlijke instellingen Office 365... 3 Wijzigen wachtwoord... 4 Instellen voorkeurstaal... 4 Office Professional

Nadere informatie

Orbis Software. Ship4U. Whitepaper. Deze whitepaper geeft u meer informatie over ons standaardproduct Ship4U van Orbis Software Benelux BV.

Orbis Software. Ship4U. Whitepaper. Deze whitepaper geeft u meer informatie over ons standaardproduct Ship4U van Orbis Software Benelux BV. Orbis Software Whitepaper Deze whitepaper geeft u meer informatie over ons standaardproduct van Orbis Software Benelux BV Orbis Standaard Product Automatische verzendetiketten Handmatig aanmaken van verzendetiketten

Nadere informatie

Met een mailing of massaverzending kunt u een groot aantal documenten verzenden naar gebruikelijke adressen, die in een gegevensbestand staan.

Met een mailing of massaverzending kunt u een groot aantal documenten verzenden naar gebruikelijke adressen, die in een gegevensbestand staan. Een mailing verzorgen Met een mailing of massaverzending kunt u een groot aantal documenten verzenden naar gebruikelijke adressen, die in een gegevensbestand staan. Voor deze techniek zijn twee bestanden

Nadere informatie

Je nieuwe e-mailadres gebruiken Om je mail te lezen ga je naar de site: https://login.microsoftonline.com Je ziet dan onderstaand inlogscherm:

Je nieuwe e-mailadres gebruiken Om je mail te lezen ga je naar de site: https://login.microsoftonline.com Je ziet dan onderstaand inlogscherm: Je nieuwe e-mailadres gebruiken Om je mail te lezen ga je naar de site: https://login.microsoftonline.com Je ziet dan onderstaand inlogscherm: Log in met je e-mailadres en het wachtwoord dat je hebt gekregen.

Nadere informatie

Veelgestelde vragen over Event Center (versie WBS30)

Veelgestelde vragen over Event Center (versie WBS30) Eerste publicatie: 16 september 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800 553-NETS (6387) Fax: 408 527-0883

Nadere informatie

OrgPublishergebruikershandleiding. voor diagrammen in meerdere browsers

OrgPublishergebruikershandleiding. voor diagrammen in meerdere browsers OrgPublishergebruikershandleiding voor diagrammen in meerdere browsers Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Zelfstudies weergeven voor diagrammen die in meerdere browsers zijn gepubliceerd... 3 Zoeken in een

Nadere informatie

Altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen.

Altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Beheer Webredactie dashboard Het webredactie dashboard geeft u in één oogopslag een overzicht van de beheersmogelijkheden van uw website. Daarnaast blijft u via het dashboard gemakkelijk op de hoogte van

Nadere informatie

Nieuwsbrieven versturen met MailPoet

Nieuwsbrieven versturen met MailPoet Nieuwsbrieven versturen met MailPoet Een nieuwe nieuwsbrief maken Om een nieuwe nieuwsbrief te maken klik je op de button nieuwe nieuwsbrief (2). Je kunt ook een reeds bestaande nieuwsbrief dupliceren

Nadere informatie

PUBLICATIE INFORMATIE TRIMBLE ACCESS SOFTWARE. Versie 2013.41 Revisie A December 2013

PUBLICATIE INFORMATIE TRIMBLE ACCESS SOFTWARE. Versie 2013.41 Revisie A December 2013 PUBLICATIE INFORMATIE TRIMBLE ACCESS SOFTWARE 1 Versie 2013.41 Revisie A December 2013 Legal Information Trimble Navigation Limited Engineering Construction Group 935 Stewart Drive Sunnyvale, California

Nadere informatie

Klantenservicebericht

Klantenservicebericht Cisco WebEx: Service Pack wordt toegepast op [[DATE]] voor [[WEBEXURL]] Beste klant van Cisco WebEx, Cisco WebEx stuurt dit bericht naar belangrijke zakelijke contacten via https://[[webexurl]]. Van zaterdag

Nadere informatie

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom Windows NT 4.x In dit onderwerp wordt het volgende besproken: "Voorbereidende stappen" op pagina 3-24 "Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom" op pagina 3-24 "Andere installatiemethoden" op pagina

Nadere informatie

Gebruikershandleiding voor Cisco Unified Communications Self Care Portal, versie 12.0(1)

Gebruikershandleiding voor Cisco Unified Communications Self Care Portal, versie 12.0(1) Gebruikershandleiding voor Cisco Unified Communications Self Care Portal, versie 12.0(1) Eerste publicatie: 2017-08-17 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706

Nadere informatie

Klantenservicebericht

Klantenservicebericht Cisco WebEx: Service-upgrade naar de nieuwe versie WBS30 Cisco gaat uw WebEx-services upgraden naar de nieuwe versie WBS30. Het gaat om de volgende services: Cisco WebEx Meeting Center Cisco WebEx Training

Nadere informatie

Handleiding Office 2013 en Office 365. voor thuisgebruik

Handleiding Office 2013 en Office 365. voor thuisgebruik Handleiding Office 2013 en Office 365 voor thuisgebruik Versie: augustus 2015 1 Inhoudsopgave 1. Wat is Office 365 en wat kun je ermee?... 3 2. Wat je moet weten voordat je gaat installeren?.... 13 3.

Nadere informatie

Gebruikershandleiding voor het webhulpmiddel Cisco Unity Connection Persoonlijke Doorschakelregels voor gesprekken

Gebruikershandleiding voor het webhulpmiddel Cisco Unity Connection Persoonlijke Doorschakelregels voor gesprekken Gebruikershandleiding voor het webhulpmiddel Cisco Unity Connection Persoonlijke Doorschakelregels voor gesprekken Versie 7.x Uitgegeven 25 augustus, 2008 Hoofdkantoor Amerika Cisco Systems, Inc. 170 West

Nadere informatie

Qlik Sense Cloud. Qlik Sense 2.0.2 Copyright 1993-2015 QlikTech International AB. Alle rechten voorbehouden.

Qlik Sense Cloud. Qlik Sense 2.0.2 Copyright 1993-2015 QlikTech International AB. Alle rechten voorbehouden. Qlik Sense Cloud Qlik Sense 2.0.2 Copyright 1993-2015 QlikTech International AB. Alle rechten voorbehouden. Copyright 1993-2015 QlikTech International AB. Alle rechten voorbehouden. Qlik, QlikTech, Qlik

Nadere informatie

PayCheckout Magento module

PayCheckout Magento module PayCheckout Magento module 1 Inhoudsopgave Installatie... 3 Compatibiliteit... 3 Best practice... 3 Installeren van de module... 3 Configuratie... 4 Webshop... 4 Webshop toevoegen... 4 Webshop Identifier

Nadere informatie

PersonalSign 3 Pro. Handleiding voor het aanvragen en installeren van certificaten

PersonalSign 3 Pro. Handleiding voor het aanvragen en installeren van certificaten Technische bronnen PersonalSign 3 Pro Handleiding voor het aanvragen en installeren van certificaten Inhoud... 2 Uw certificaat bestellen... 3 Uw GlobalSign-account instellen... 3 Online aanvraag... 4

Nadere informatie

Formulieren en favorieten

Formulieren en favorieten Formulieren en favorieten Versie 5.1 Beheerdershandleiding Juli 2016 www.lexmark.com Inhoud 2 Inhoud Wijzigingsgeschiedenis...3 Overzicht... 4 Toepassing configureren... 5 De Embedded Web Server openen...5

Nadere informatie

Office 365 gebruiken op uw iphone of ipad

Office 365 gebruiken op uw iphone of ipad Office 365 gebruiken op uw iphone of ipad Snelstartgids E-mail controleren U kunt uw iphone of ipad instellen voor het versturen en ontvangen van e-mail van uw Office 365-account. Altijd toegang tot uw

Nadere informatie

Handleiding CMS VOORKANT

Handleiding CMS VOORKANT Handleiding CMS VOORKANT Inhoudsopgave Pagina 1. Toegang tot het CMS... 3 2. Artikel toevoegen... 4 3. Artikel bewerken... 5 4. Artikel kopiëren of verwijderen... 6 5. Afbeelding, link of tabel invoegen...

Nadere informatie

Snel aan de slag met Cisco ViewMail voor Microsoft Outlook (versie 8.5 en later)

Snel aan de slag met Cisco ViewMail voor Microsoft Outlook (versie 8.5 en later) Snel aan de slag Snel aan de slag met Cisco ViewMail voor Microsoft Outlook (versie 8. en later) Cisco ViewMail voor Microsoft Outlook (versie 8. en later) 2 Cisco ViewMail voor Microsoft Outlook 2 ViewMail

Nadere informatie

ACT! link XL voor SnelStart handleiding

ACT! link XL voor SnelStart handleiding ACT! link XL voor SnelStart handleiding Installatie ACT! link XL voor SnelStart... 2 Instellen:... 3 Relatiecode:... 6 Ordernummer... 6 Notitie... 6 Ordersjabloon... 7 Bedrijven... 8 Een volgende administratie

Nadere informatie

Instructies Microsoft Outlook Express Pagina 1

Instructies Microsoft Outlook Express Pagina 1 Instructies Microsoft Outlook Express Pagina 1 Instructies Microsoft Outlook Express Deze handleiding gaat er vanuit dat u al een e-mail account geconfigureerd heeft in Outlook Express en we laten zien

Nadere informatie

Handleiding Versie 2.0.01-27-01-2014

Handleiding Versie 2.0.01-27-01-2014 Versie 2.0.01-27-01-2014 The information provided in this document contains proprietary and confidential information that is the property of M&I Broadcast Services B.V. Distribution of any information

Nadere informatie

Opleiding: Webmail outlook 2007

Opleiding: Webmail outlook 2007 Opleiding: Webmail outlook 2007 1. Inloggen Via de website: 1. http://webmail.hostedexchange.be of via 2. http://www.mpcterbank.be/personeel e-mailadres = voornaam.achternaam@mpcterbank.be wachtwoord:

Nadere informatie

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Windows (WBS31)

Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Windows (WBS31) Gebruikershandleiding WebEx-integratie met Outlook voor Windows (WBS31) Eerste publicatie: 23 maart 2016 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com

Nadere informatie

Inventus Software. Antum Secured Mail / Message System. Gebruikershandleiding

Inventus Software. Antum Secured Mail / Message System. Gebruikershandleiding Inventus Software Antum Secured Mail / Message System Gebruikershandleiding 1 Hoe begin ik? 3 2 Wat is er zoal aanwezig in het hoofdprogramma? 3 3 Hoe decoder ik e-mails of tekstberichten? 4 3.1 Decoderen

Nadere informatie

UPS CampusShip Snelstartgids Juli 2010

UPS CampusShip Snelstartgids Juli 2010 2010 United Parcel Service of America, Inc. UPS, de merknaam UPS en de kleur bruin zijn geregistreerde handelsmerken van United Parcel Service of America, Inc. Alle rechten voorbehouden. UPS CampusShip

Nadere informatie

Veelgestelde vragen over Training Center (versie WBS30)

Veelgestelde vragen over Training Center (versie WBS30) Eerste publicatie: 16 september 2015 Americas Headquarters Cisco Systems, Inc. 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 USA http://www.cisco.com Tel: 408 526-4000 800 553-NETS (6387) Fax: 408 527-0883

Nadere informatie

Handleiding cliënt Online Samenwerken 2.0

Handleiding cliënt Online Samenwerken 2.0 Handleiding cliënt Online Samenwerken 2.0 Unit4 N.V. Telefoon +31 88 247 17 77 Papendorpseweg 100 Supportlijn +31 88 247 24 72 Postbus 500 Self Service https://my.unit4.com 3502 JA Utrecht Internet www.unit4.nl

Nadere informatie

Webredactie dashboard

Webredactie dashboard Beheer Webredactie dashboard Het webredactie dashboard geeft u in één oogopslag een overzicht van de beheermogelijkheden van uw website. Daarnaast blijft u via het dashboard gemakkelijk op de hoogte van

Nadere informatie

Studio Visual Steps Een formulier maken

Studio Visual Steps Een formulier maken Studio Visual Steps Een formulier maken Aanvullend PDF-bestand bij het boek Websites bouwen met Web Easy Een formulier maken 2 Een formulier maken Een bijzonder onderdeel van een website is het formulier.

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING GEBRUIKERSHANDLEIDING INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE........................... 2 INLEIDING................................. 3 Twig PC Tools............................ 3 Hoofdvenster............................

Nadere informatie

SportCTM 2.0 Startscherm trainer

SportCTM 2.0 Startscherm trainer SportCTM 2.0 Startscherm trainer Inloggen Webapplicatie Via inlog.dotcomsport.com kun je in inloggen op de webapplicatie van het SportCTM. Wij adviseren onderstaande browsers Windows: Internet Explorer,

Nadere informatie

OUTLOOK - 2010 ACCOUNTS POSTVAKKEN SORTEERREGELS HANDTEKENINGEN

OUTLOOK - 2010 ACCOUNTS POSTVAKKEN SORTEERREGELS HANDTEKENINGEN OUTLOOK - 2010 ACCOUNTS POSTVAKKEN SORTEERREGELS HANDTEKENINGEN Als je verschillende e-mailadressen hebt, is het interessant om bij ieder e-mailtje te kunnen kiezen om een van deze adressen als afzender

Nadere informatie

Business Communications Manager en CallPilot 100/150

Business Communications Manager en CallPilot 100/150 Updates voor de Desktop Messaging gebruikershandleidingen Business Communications Manager en CallPilot 100/150 Deze handleiding is een aanvulling op de CallPilot 5.0 Desktop Messaging gebruikershandleidingen.

Nadere informatie

HANDLEIDING HVZ FLUVIA MAIL

HANDLEIDING HVZ FLUVIA MAIL HANDLEIDING HVZ FLUVIA MAIL RDS (Remote Desktop Services) Inloggen Surf naar https://mail.hvzfluvia.be/owa Druk op enter Dit scherm verschijnt: Vul in het vak domein\gebruiker je log-in gegevens in. Dit

Nadere informatie

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR LAPTOPS EN DESKTOPS MET WINDOWS PRO GEBRUIKERSHANDLEIDING

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR LAPTOPS EN DESKTOPS MET WINDOWS PRO GEBRUIKERSHANDLEIDING cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR LAPTOPS EN DESKTOPS MET WINDOWS PRO GEBRUIKERSHANDLEIDING Inleiding cbox is een applicatie die u eenvoudig op uw computer kunt installeren. Na installatie wordt in de

Nadere informatie

Email2Act! handleiding. Email2Act! Handleiding. Versie 1.1 25-3-2015. Onderdeel van TendenZ ICT Product van Afd. (Web)Development

Email2Act! handleiding. Email2Act! Handleiding. Versie 1.1 25-3-2015. Onderdeel van TendenZ ICT Product van Afd. (Web)Development Email2Act! Handleiding Versie 1.1 25-3-2015 Inleiding Met de standaardfunctionaliteit van Act! kunt u alleen een e-mail koppelen aan een contact. Met Email2Act! kunt u ook uitgaande en binnenkomende e-mails

Nadere informatie

Outlook 2010 tips & trucs

Outlook 2010 tips & trucs Outlook 2010 tips & trucs I N H O U D S O P G A V E 1 Algemeen... 1 1.1 Werkbalk snelle toegang... 1 1.2 Snelle stappen... 1 2 E-mail... 2 2.1 Regels... 2 2.2 CC mail onderscheiden... 2 2.3 Verwijderde

Nadere informatie

Quarantainenet Qdetect Tester

Quarantainenet Qdetect Tester A : Auke Vleerstraat 6D (vloer 4) I : www.quarantainenet.nl 7521 PG Enschede E : info@quarantainenet.nl T : 053-7503070 B : Rabobank 31.72.86.714 F : 053-7503071 KvK : 08135536 Quarantainenet Qdetect Tester

Nadere informatie

ResponseCard AnyWhere Desktop Gebruiksaanwijzing

ResponseCard AnyWhere Desktop Gebruiksaanwijzing ResponseCard AnyWhere Desktop Gebruiksaanwijzing Systeemvereisten o Intel of AMD 600 MHz processor (1 GHz of hoger aanbevolen) o 256 MB RAM-geheugen (256 MB of meer beschikbaar geheugen aanbevolen) o 60

Nadere informatie

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR SMARTPHONES EN TABLETS MET HET ios BESTURINGSSYSTEEM GEBRUIKERSHANDLEIDING

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR SMARTPHONES EN TABLETS MET HET ios BESTURINGSSYSTEEM GEBRUIKERSHANDLEIDING cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR SMARTPHONES EN TABLETS MET HET ios BESTURINGSSYSTEEM GEBRUIKERSHANDLEIDING Inleiding cbox is een applicatie die u eenvoudig op uw computer kunt installeren. Na installatie

Nadere informatie

Novell Vibe-invoegtoepassing

Novell Vibe-invoegtoepassing Novell Vibe-invoegtoepassing 5 juni 2012 Novell Snel aan de slag Met behulp van de Novell Vibe-invoegtoepassing voor Microsoft Office kunt u werken met documenten op de Vibe-site zonder dat u Microsoft

Nadere informatie

Handleiding ATA-Nederland

Handleiding ATA-Nederland Handleiding ATA-Nederland Inhoudsopagve 1. Start 1 1.1. Toegang tot ATA-Nederland en Aanmelding 1 2. Carnet-ATA aanvragen 3 2.1. Inloggen in ATA-Nederland 3 2.2. Nieuw Carnet-ATA aanvragen 4 2.2.1 Stap

Nadere informatie

WebHare Professional en Enterprise

WebHare Professional en Enterprise WebHare Professional en Enterprise Publicatie module Site inrichting handleiding Datum 19 november 2002 Aantal pagina s: 31 Versie: 2.01 Doelgroep Sysops Gebruikers met site aanmaak rechten Gebruikers

Nadere informatie

Outlook Web App (OWA)

Outlook Web App (OWA) Outlook Web App (OWA) Aanvullingen op Klik & Weet Inhoud Maken en toevoegen van een e-mailhandtekening...1 Bijlagen...3 Afwezigheidsbericht...5 Zoeken...6 Geavanceerde zoekopdrachten...6 Een ander postvak

Nadere informatie

Handleiding NarrowCasting

Handleiding NarrowCasting Handleiding NarrowCasting http://portal.vebe-narrowcasting.nl september 2013 1 Inhoud Inloggen 3 Dia overzicht 4 Nieuwe dia toevoegen 5 Dia bewerken 9 Dia exporteren naar toonbankkaart 11 Presentatie exporteren

Nadere informatie

In het CMS is het mogelijk om formulieren aan te maken. Voorafgaand een belangrijke tip:

In het CMS is het mogelijk om formulieren aan te maken. Voorafgaand een belangrijke tip: FORMULIEREN In het CMS is het mogelijk om formulieren aan te maken. Voorafgaand een belangrijke tip: belangrijk Importeer formulierdata uit een CSV-bestand precies zoals verderop beschreven. 1. Gedrag

Nadere informatie

Het beheren van mijn Tungsten Network Portal account NL 1 Manage my Tungsten Network Portal account EN 14

Het beheren van mijn Tungsten Network Portal account NL 1 Manage my Tungsten Network Portal account EN 14 QUICK GUIDE C Het beheren van mijn Tungsten Network Portal account NL 1 Manage my Tungsten Network Portal account EN 14 Version 0.9 (June 2014) Per May 2014 OB10 has changed its name to Tungsten Network

Nadere informatie

Jabra SPEAK410 / SPEAK410 - FOR PC

Jabra SPEAK410 / SPEAK410 - FOR PC Jabra SPEAK410 / SPEAK410 - FOR PC Gebruikershandleiding www.jabra.com Inhoud WELKOM...3 Productoverzicht...3 Installatie...4 AANSLUITEN...4 INSTALLATIE...4 GESPREKSFUNCTIES...4 Hulp inschakelen...6 2

Nadere informatie

In dit artikel zullen we u uitleggen hoe u uw e-mail in moet stellen in Microsoft Outlook (2013).

In dit artikel zullen we u uitleggen hoe u uw e-mail in moet stellen in Microsoft Outlook (2013). Auteur: Evert Jan Steenvoorden Datum: 23-12-2014 E-mail instellen in Outlook (2013) In dit artikel zullen we u uitleggen hoe u uw e-mail in moet stellen in Microsoft Outlook (2013). Stap 1 Configuratiescherm

Nadere informatie

CLOUD & CLEAR. MiCollab Client (desktop) gebruiken

CLOUD & CLEAR. MiCollab Client (desktop) gebruiken CLOUD & CLEAR MiCollab Client (desktop) gebruiken 1. MICOLLAB CLIENT VOOR DESKTOP GEBRUIKEN De MiCollab Client Desktop Applicatie kunt u gebruiken voor chat, presence, persoonlijke oproepdoorschakeling

Nadere informatie

Handleiding. Outlook Web App 2010 - CLOUD. Versie: 22 oktober 2012. Toegang tot uw e-mailberichten via internet

Handleiding. Outlook Web App 2010 - CLOUD. Versie: 22 oktober 2012. Toegang tot uw e-mailberichten via internet Handleiding Outlook Web App 2010 - CLOUD Versie: 22 oktober 2012 Toegang tot uw e-mailberichten via internet Handleiding Multrix Outlook Web App 2010 - CLOUD Voorblad Inhoudsopgave 1 Inleiding...3 2 Inloggen...4

Nadere informatie

Handleiding gebruik Citymail

Handleiding gebruik Citymail Handleiding gebruik Citymail Versie : 4.0.1 Jaar : 2014 Auteur : Citymail BV / Charly Traarbach Citymail BV Copyright 1 Citymail BV, Nederland 2014 Niets uit dit document mag worden vermenigvuldigd en/of

Nadere informatie

De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh

De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh 13 De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh Op de cd-rom met gebruikerssoftware bevinden zich softwareinstallatieprogramma s voor Fiery Link. Fiery-hulpprogrammasoftware wordt ondersteund

Nadere informatie

Zeg gewoon JA. Lees verder.

Zeg gewoon JA. Lees verder. Zeg gewoon JA PartSmart Internet Updating Service is Sneller dan Ooit We zijn verheugd bekend te kunnen maken, dat de PartSmart Internet Updating Service vanaf nu beschikbaar is. Het PartSmart-team heeft

Nadere informatie

Novell Vibe 4.0. Maart 2015. Snel aan de slag. Novell Vibe starten. Kennismaken met de interface en functies van Novell Vibe

Novell Vibe 4.0. Maart 2015. Snel aan de slag. Novell Vibe starten. Kennismaken met de interface en functies van Novell Vibe Novell Vibe 4.0 Maart 2015 Snel aan de slag Wanneer u voor het eerst gaat werken met Novell Vibe is het raadzaam om te beginnen met het configureren van uw persoonlijke workspace en het maken van een workspace

Nadere informatie

Zakelijk Office 365. Installatie handleiding. Versie 2.0

Zakelijk Office 365. Installatie handleiding. Versie 2.0 Zakelijk Office 365 Installatie handleiding Versie 2.0 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Licenties selecteren en gebruikers aanmaken... 4 Stap 1 Inloggen in Zelfservice ICT diensten... 4 Stap 2 Abonnement

Nadere informatie

Toegang tot uw e-mailberichten via internet

Toegang tot uw e-mailberichten via internet Basishandleiding Multrix Outlook Web App 2010 Versie: 24 februari 2011 Toegang tot uw e-mailberichten via internet Handleiding Multrix Outlook Web Access 2010 Voorblad Inhoudsopgave 1 Inloggen...3 2 Veelgebruikte

Nadere informatie

Outlook 2013 (N/N) : Texte en néerlandais sur la version néerlandaise du logiciel

Outlook 2013 (N/N) : Texte en néerlandais sur la version néerlandaise du logiciel Werkomgeving Wat is Microsoft Outlook? 7 Outlook 2013 opstarten/afsluiten 7 Het mappenvenster 8 De navigatiebalk gebruiken 9 De compacte navigatie gebruiken 11 De takenbalk 12 Het leesvenster 13 Het deelvenster

Nadere informatie

HANDLEIDING DOIT BEHEER SYSTEEM

HANDLEIDING DOIT BEHEER SYSTEEM HANDLEIDING DOIT BEHEER SYSTEEM ALGEMENE INFORMATIE Het Doit beheer systeem is een modulair opgebouwd systeem waarin modules makkelijk kunnen worden toegevoegd of aangepast, niet iedere gebruiker zal dezelfde

Nadere informatie

Windows Live Family Safety

Windows Live Family Safety 1 Windows Live Family Safety Met Windows Live Family Safety kunt u toezicht houden op het internetgebruik van uw (klein)kinderen. U kunt specifieke websites blokkeren of toestaan, maar u kunt ook webinhoud

Nadere informatie