10 Bijlage Relatie met OVG 94-95

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "10 Bijlage Relatie met OVG 94-95"

Transcriptie

1 10 Bijlage 10.1 Relatie met OVG We verwijzen naar onze algemene opmerking inzake de vergelijking tussen OVG en het huidige OVG op bladzijde 15 van dit rapport. Hier gaan we allereerst dieper in op de methodologische aspecten. De toegepaste methodiek voor dit soort van onderzoek kan op verschillende vlakken verschillend zijn. De belangrijkste zijn: de recruteringswijze van de gezinnen, de datacleaning en de vraagstelling. 1) De recruteringswijze van de gezinnen De recruteringswijze van de gezinnen heeft allereerst betrekking op het steekproefkader (d.i.het kader waaruit de steekproef getrokken is). Dit kader was voor beide onderzoeken (OVG94-95 en OVG ) identiek. Het steekproefkader bestond uit de ganse populatie zoals die uit het Rijksregister blijkt. Een tweede element in de recruteringswijze is de benaderingswijze van de gezinnen en de personen. De wijze waarop dit diende te gebeuren werd vrij nauwkeurig bepaald in de overeenkomst met de opdrachtgever die het veldwerk heeft verricht. In beide onderzoeken was deze identiek. We hebben wèl vastgesteld dat in OVG meer inspanningen werden geleverd dan contractueel voorzien om de response zo hoog mogelijk te krijgen. Vermits het veldwerk en de controle/analyse van het vorige OVG evenwel door anderen zijn gebeurd en er toen niet met een optimaal logboek werd gewerkt, is er op dit ogenblik geen zicht in hoeverre dat de vorige keer al dan niet ook gebeurd is. Vermits de groep gecontacteerden die wat moeilijker "over de streep te trekken zijn" niet noodzakelijk overeenstemt met de anderen die wel gemakkelijker deelnemen aan het onderzoek, kan dit consequenties hebben voor het onderzoek. Op zich hoeven dit geen zware consequenties te zijn, maar in principe moet men ervan uitgaan dat dit toch een (eventueel beperkt) globaal effect kan hebben op de onderzoeksresultaten. 2) Wijziging van de datacleaning en de weging. Datacleaning bestaat erin de teruggekomen formulieren die niet perfect ingevuld zijn, zo goed mogelijk aan te vullen of aan te passen. Met "zo goed mogelijk" wordt bedoeld: zo methodisch mogelijk, zo veel mogelijk en zo zeker mogelijk. In de loop van de uitvoering van de verschillende OVG's tussen '94-'95 en nu (OVG94-95, OVG Antwerpen, OVG Hasselt-Genk, OVG Gent, OVG en OVG Vlaams-Brabant) werd een "datacleaningsdocument" opgesteld en verder verfijnd die de richtlijnen bevat over hoe gecleand moet worden. Vermits het veldwerk en de controle/analyse van het vorige OVG94-95 evenwel door anderen zijn gebeurd, is er op dit ogenblik geen zicht op welke wijze toen gecleand werd. Een wijziging in de datacleaning hoeft niet per se een globaal effect te hebben. Het effect kan immers beperkt blijven tot die variabele(n) waarvoor de cleaning gewijzigd is. Gelet op het hierboven gestelde gaan we toch voorzichtigheidshalve uit van een globaal effect alhoewel dit voor de meer éénvoudige vragen misschien een streng standpunt is, maar in de gegeven omstandigheden toch wel aan te raden. Ook de weging is lichtjes aangepast hetgeen een, evenwel beperkte, invloed heeft uitgeoefend. 3) Wijziging van de vraagstelling. T.o.v. OVG94-95 werden verschillende vraagstellingen aangepast. Dit hoeft eveneens niet per se een globaal effect te hebben: het effect blijft immers beperkt tot de desbetreffende vraag 27. Het effect hoeft voor elke vraag ook niet altijd even groot te zijn. 27 Alhoewel men hier ook voorzichtig moet zijn: het al dan niet stellen van een bepaalde vraag of de plaats van een bepaalde vraag kan het antwoord op een andere vraag beïnvloeden. Dit is evenwel vooral van toepassing voor attitudevragen en niet zozeer voor gedragsonderzoek zoals hier het geval is. 200 OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

2 Algemeen beschouwd kunnen we dan het volgende stellen: 1. Indien de vraagstelling niet gewijzigd is en er is geen statistische significantie 28, dan is het best om hier - gelet op de 3 hierboven vermelde punten - geen definitieve besluiten te trekken. De gevonden relatieve stabiliteit zou als een aandachtspunt beschouwd kunnen worden. 2. Indien de vraagstelling niet gewijzigd is en er is wèl een statistische significantie, dan is het best om hier - gelet op de 3 hierboven vermelde punten - geen definitieve besluiten te trekken. De gevonden wijziging zou als een aandachtspunt beschouwd kunnen worden. 3. Indien een vraagstelling wel gewijzigd is dan kan dit algemeen op 2 manieren: op ingrijpende en op niet-ingrijpende wijze. - wanneer de wijziging eerder ingrijpend is, dan is er geen directe reden om de significantietoets uit te voeren en werd dit ook niet gedaan. - wanneer de wijziging eerder niet ingrijpend is, dan werd er wel een statistische significantie berekend en zijn globaal beschouwd de bepalingen onder 1 en 2 van toepassing, doch steeds rekening houdend met het feit dat de vraagstelling, zij het beperkt, gewijzigd is. De frequentieverdelingen worden als verdeling getest door middel van een 'X²-test'(chi-kwadraattest). Dit wil zeggen dat nagegaan wordt in hoeverre de waarden van de categorieën van een bepaalde frequentietabel van OVG94-95 al dan niet significant afwijkt van de waarden van de categorieën van dezelfde frequentietabel van OVG in zijn geheel (verder "verdeling" genoemd). Vervolgens wordt een "paarsgewijze" test uitgevoerd via een z-test voor proporties (verder 'proporties' genoemd). Dit wil zeggen dat nagegaan wordt in hoeverre de waarde van een bepaalde categorie van een bepaalde frequentietabel van OVG94-95 al dan niet significant afwijkt van de waarde van dezelfde categorie van dezelfde frequentietabel van OVG We kunnen dit ook anders uitdrukken: als we een significant verschil merken als verdeling (X²-test), aan welke categorie(ën) kan dat verschil dan toegeschreven worden (z-test) 29. De gemiddelden worden getest met een 't-test'. "ns"betekent: niet significant; indien een P-waarde vermeld wordt is het verschil wel statistisch significant (de P-waarde drukt dan de mate van betrouwbaarheid uit: P<0,05 betekent dan dat de kans dat het verschil niet te wijten is aan het toeval > 95% hetgeen als een klassieke betrouwbaarheidsgrens wordt beschouwd in de sociale wetenschappen). We overlopen dan nu een aantal vergelijkingen. Verdeling van rijbewijsbezit volgens geslacht (cf. tabel 2): Vraagstelling lichtjes gewijzigd (in OVG wordt uitdrukkelijk verwezen naar een rijbewijs om een auto te besturen) RIJBEWIJSBEZIT Man 75,47 % 75,73 % ns Vrouw 57,06 % 60,13 % P< Voor een nadere toelichting van dit begrip: zie deel 1, bladzijde Niettemin is het soms mogelijk dat de verdeling als zodanig statistisch niet significant is en een bepaalde paarsgewijze vergelijking binnen de verdeling wel. OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST 201

3 Verdeling van personen volgens autogebruik (cf. tabel 10): Vraagstelling gewijzigd (categorie 'nooit' werd naar voren geplaatst waardoor de kans dat 'nooit' wordt aangeduid, vergroot). AUTOGEBRUIK Dagelijks 52,7% 50,6% 1 tot x keer per week 33,6% 33,9% 1 tot x keer per maand 6,0% 4,5% 1 tot x keer per jaar 1,9% 1,5% Nooit 5,7% 9,4% Significantie niet getest. Verdeling van personen volgens fietsgebruik (cf. tabel 11): Vraagstelling gewijzigd (categorie 'nooit' werd naar voren geplaatst waardoor de kans dat 'nooit' wordt aangeduid, vergroot). FIETSGEBRUIK dagelijks 28,4% 25,3% 1 tot x keer per week 16,7% 24,5% 1 tot x keer per maand 16,1% 18,6% 1 tot x keer per jaar 17,2% 16,0% nooit 11,6% 15,6% Significantie niet getest. Verdeling van personen volgens BTM-gebruik (cf. tabel 12): Vraagstelling gewijzigd (categorie 'nooit' werd naar voren geplaatst waardoor de kans dat 'nooit' wordt aangeduid, vergroot). BTM-GEBRUIK dagelijks 6,6% 4,5% 1 tot x keer per week 6,1% 6,6% 1 tot x keer per maand 10,2% 10,6% 1 tot x keer per jaar 28,2% 32,5% nooit 48,8% 45,9% Significantie niet getest. Verdeling van personen volgens treingebruik (cf. tabel 13): Vraagstelling gewijzigd (categorie 'nooit' werd naar voren geplaatst waardoor de kans dat 'nooit' wordt aangeduid, vergroot). Vermits de daling van de categorie "nooit' hier zo sterk is, werd toch een significantietest uitgevoerd. Verdeling: statistisch significant verschillend ( P<0,01). TREINGEBRUIK dagelijks 4,1% 3,1% P<0,01 1 tot x keer per week 2,7% 2,6% ns 202 OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

4 1 tot x keer per maand 4,0% 5,5% P<0,01 1 tot x keer per jaar 35,6% 49,2% P<0,01 nooit 53,7% 39,6% P<0,01 Verdeling van beroepsactieven volgens hoofdvervoerswijze woon-werkverkeer (cf. tabel 24): Vraagstelling gewijzigd (categorieën "snor-bromfiets en "motor" in OVG2000 bijkomend voorzien; categorie "bus" in OVG2000 gewijzigd in "lijnbus"; in OVG2000 "bedrijfs-of schoolvervoer" geplaatst voor de categorie "lijnbus"); Geen significantietest uitgevoerd wegens te sterke wijziging in de vraagstelling. Gemiddeld afgelegde afstand thuisadres-werkadres (cf. tabel 28): Vraagstelling ongewijzigd. Stijging van 16,98 naar 19,05 km. Statistisch significant (P<0.01) Verdeling van studerenden volgens hoofdvervoerswijze woon-schoolverkeer (cf. tabel 50): Vraagstelling gewijzigd (categorieën "snor-bromfiets" en "motor" in OVG bijkomend voorzien; categorie "bus" in OVG gewijzigd in "lijnbus"; in OVG "bedrijfs-of schoolvervoer" geplaatst voor de categorie "lijnbus"; in OVG94-95 werd niet verwezen naar "schoolvervoer", alleen naar "bedrijfsvervoer"). Geen significantietest uitgevoerd wegens te sterke wijziging in de vraagstelling. Gemiddeld afgelegde afstand thuis/kotadres tot de school (cf. tabel 53): Vraagstelling gewijzigd (in OVG werd aangegeven dat de studenten de afstand tot hun kot moesten aangeven). Daling van 9,5 km naar 8,3 km. Statistisch significant (P<0.01). Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag (gavppd) (cf. tabel 84): Daling van 2,8 naar 2,6 (rekening houdend met beide hieronder vermelde herrekeningen). In OVG94-95 zijn alle berekeningen gebeurd op basis van twee invuldagen. De belangrijkste referentiecijfers werden herrekend op basis van 1 invuldag. Het cijfer van OVG94-95 dat hier vermeld staat, is dan ook niet gelijk aan het cijfer van het eindrapport van OVG94-95 uit In OVG94-95 konden er slechts 6 verplaatsingen per persoon ingevuld worden. In 2000 kon men er 10 invullen. Van de personen die verplaatsingen maken, maakt 7.5% inderdaad meer dan 6 verplaatsingen. Dit is geen verwaarloosbaar aantal. Hierdoor ontstaat, in vergelijking met OVG94-95, voor OVG een systematische verhoging van het gemiddeld aantal verplaatsingen (en het gemiddeld aantal kilometer per persoon per dag). De cijfers werden daarom herrekend waardoor de verplaatsingsgegevens van OVG werden beperkt tot de ingevulde 6 verplaatsingen i.p.v. de ingevulde 10 verplaatsingen. Het cijfer dat hier vermeld staat, is dan ook niet gelijk aan het cijfer dat eerder in dit rapport werd opgenomen vermits daar het cijfer gebaseerd is op 10 verplaatsingen. Statistisch significant verschil (P<0.01). OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST 203

5 Vergelijking verdeling gavppd volgens hoofdvervoerswijze (in percentages) (cf. tabel 85) Vraagstelling gewijzigd (categorie "bus" gewijzigd in "lijnbus" waardoor eveneens effect op categorie "andere"). Verdeling: statistisch significant verschillend ( P<0,01). GAVPPPD Autobestuurder 43,3% 44,2% ns Autopassagier 18,7% 17,6% P<0,01 Motor 0,3% 0,3% ns BTM 2,6% 2,0% niet getest Trein 1,7% 1,6% ns brom-snorfiets 1,0% 1,1% ns Fiets 15,6% 14,6% P<0,01 te voet 14,0% 11,1% P<0,01 Andere 0,7% 1,1% niet getest Onbepaald 2,0% 6,3% P<0,01 Het percentage "onbepaald" is verdrievoudigd (van 2 % naar 6.3%, een significant verschil). Indien we ervan uitgaan dat dit verschil verspreid is over alle andere vervoermiddelen (hetgeen betekent dat het verschil niet direct kan toegewezen worden aan één of andere antwoordcategorie(ën)), en we als gevolg hiervan de vergelijking opnieuw maken maar dan zonder deze categorie "onbepaald" dan bekomen we volgende tabel. Vergelijking verdeling gavppd volgens hoofdvervoerswijze (in percentages) zonder de categorie "onbepaald"(cf. tabel 85) Verdeling: statistisch significant verschillend ( P<0,01). GAVPPD autobestuurder 44,2% 47,2% P<0,01 autopassagier 19,1% 18,8% ns motor 0,3% 0,4% ns BTM 2,7% 2,2% niet getest trein 1,8% 1,7% ns brom-snorfiets 1,0% 1,2% ns fiets 15,9% 15,6% ns te voet 14,3% 11,8% P<0,01 andere 0,8% 1,2% niet getest Verdeling van het gavppd per motief (cf. tabel 86): Vraagstelling gewijzigd (iets/iemand gaan halen/brengen, ontspanning, sport & cultuur en diensten als uitdrukkelijke categorieën voorzien in OVG ; instructies notities van zakelijk verkeer verstrengd) In OVG werd na het ingeven van de vragenlijsten een uitgebreide controle gedaan van de opgegeven verplaatsingsdoelen. Voor alle verplaatsingen binnen de restklasse werd nagegaan wat de mensen als andere hadden ingevuld. Hieruit bleek dat het brengen en halen van personen een te belangrijke categorie was binnen de restcategorie. Voor de verdere analyse werden verplaatsingen met dit doel dan ook in een aparte motiefklasse ondergebracht. Dit geldt ook voor de categorieen 'ontspanning, sport en cultuur' en 'diensten'. Voor OVG werd dus het brengen en halen van iemand/iets als een aparte antwoordmogelijkheid toegevoegd. Dit geeft in principe een extra stimulans om indien nodig deze 204 OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

6 Niet getest wegens te sterke wijziging in de vraagstelling. Verdeling gavppd volgens geslacht (cf. tabel 96): GAVPPD Man 2,9 2,7 P<0.05 Vrouw 2,7 2,5 P<0.05 Dezelfde opmerking als onder gavppd geldt hier ook. Gemiddeld aantal afgelegde kilometers per persoon per dag (gaakppd) (cf. tabel 114): Daling van 35,5 km naar 31,6 km (rekening houdend met beide hieronder vermelde herrekeningen). In OVG94-95 zijn alle berekeningen gebeurd op basis van twee invuldagen. De belangrijkste referentiecijfers werden herrekend op basis van 1 invuldag. Het cijfer van OVG94-95 dat hier vermeld staat, is dan ook niet gelijk aan het cijfer van het eindrapport van OVG94-95 uit In OVG94-95 konden er slechts 6 verplaatsingen per persoon ingevuld worden. In 2000 kon men er 10 invullen. Van de personen die verplaatsingen maken, maakt 7.5% inderdaad meer dan 6 verplaatsingen. Dit is geen verwaarloosbaar aantal Hierdoor ontstaat, in vergelijking met OVG94-95, voor OVG een systematische verhoging van het gemiddeld aantal verplaatsingen (en het gemiddeld aantal kilometer per persoon per dag). De cijfers werden daarom herrekend waardoor de verplaatsingsgegevens van OVG werden beperkt tot de ingevulde 6 verplaatsingen i.p.v. de ingevulde 10 verplaatsingen. Het cijfer dat hier vermeld staat, is dan ook niet gelijk aan het cijfer dat eerder in dit rapport werd opgenomen vermits daar het cijfer gebaseerd is op 10 verplaatsingen. Statistisch significant verschil (P<0.01). Verdeling van het gaakppd volgens motief (cf. tabel 116): Vraagstelling gewijzigd (iets/iemand gaan halen/brengen, onstspanning, sport & cultuur en diensten als uitdrukkelijke categorieën voorzien in OVG2000; instructies notities van zakelijk verkeer verstrengd) 31 Niet getest wegens te sterke wijziging in de vraagstelling. Gaakppd volgens geslacht (cf. tabel 121): GAAKPPD Man 41,6 km 38,6 km P<0.05 Vrouw 27,1 km 24,9 km ns Dezelfde opmerking als onder gaakppd geldt hier ook. antwoordmogelijkheid aan te duiden. Hoewel een stijging van 6.3% naar 10% groot lijkt, blijkt uit onderzoek dat zelfs nog grotere stijgingen mogelijk zijn, enkel door de antwoordmogelijkheid expliciet te vermelden (Schuman & Presser 1979). 31 Zie voetnoot 30 OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST 205

7 10.2 Lijst met de variabelennamen in de regressies INTERCPT constante die er steeds bijgeteld moet worden VROUW vrouw RYBEWYSC bezit een rijbewijs LFT0612 leeftijd tussen 6 en 12 jaar LFT1315 leeftijd tussen 13 en 15 jaar LFT1618 leeftijd tussen 16 en 18 jaar LFT1924 leeftijd tussen 19 en 24 jaar LFT5564 leeftijd tussen 55 en 64 jaar LFT6599 leeftijd ouder dan 65 NIETVAST geen vaste werkuren PARKENIG enige parkeerproblemen bij het werk/de school PARKVEEL veel parkeerproblemen bij het werk / de school PARKIETS veel of enige parkeerproblemen VASTKMC aantal km van thuis tot aan vaste werkplaats WEDUW weduwe / weduwnaar ONGEHUW ongehuwd GNDIPL geen diploma LODIPL hoogst behaalde diploma: lager onderwijs LMDIPL hoogst behaalde diploma: lager middelbaar onderwijs HMDIPL hoogst behaalde diploma: hoger middelbaar onderwijs ZELFST zelfstandige ARBEIDER arbeider GZARBEID gezinshoofd arbeider GZZELFST gezinshoofd zelfstandige TOTINK4P totaal netto gezinsinkomen > BEF/ maand TOTINK7M totaal netto gezinsinkomen < BEF/ maand TOTINK07 totaal netto gezinsinkomen tussen en BEF/ maand ATRE10m Treinstation bij het werk / de school < 1 km ATRE20M Treinstation bij het werk / de school < 2 km ATREH05M Treinstation thuis < 500 m ATREH20M Treinstation thuis < 2 km ABUS05M bushalte bij het werk / de school < 500 m ABUS10M bushalte bij het werk / de school < 1 km ABUS20M bushalte bij het werk / de school < 2 km ABUSH20M bushalte thuis < 2 km WAG0_05 Het aantal wagens per gezinslid is groter dan 0, maar kleiner dan 0. ATOTKM aantal km van thuis tot aan werkplaats van die dag 206 OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

8 TREIN BUS FIETS AUTV1618 BUSKM BROMKM FIETSKM PRKVLAU PRKEGAU VR1924 VR6599 VRKMC VEELKMC IETSKMC TRE1MKMC KM0612 KM1924 TI4P612 trein als hoofdvervoermiddel bus als hoofdvervoermiddel fiets als hoofdvervoermiddel auto als hoofdvervoermiddel en vertrek tussen en uur aantal km van thuis tot aan werkplaats van die dag en bus als hoofdvervoermiddel aantal km van thuis tot aan werkplaats van die dag en brommer/snorfiets als hoofdvervoermiddel aantal km van thuis tot aan werkplaats van die dag en fiets als hoofdvervoermiddel veel parkeerproblemen bij het werk en auto als hoofdvervoermiddel enige parkeerproblemen bij het werk en auto als hoofdvervoermiddel vrouw tussen 19 en 24 jaar vrouw > 65 jaar aantal km naar het vast werk voor een vrouw aantal km tot aan het werk / de school voor iemand met veel parkeerproblemen bij het werk / de school aantal km tot aan het werk / de school voor iemand met enige of veel parkeerproblemen bij het werk / de school aantal km tot aan het werk / de school voor iemand met treinstation minder dan 1 km van het werk aantal km tot aan de school voor kind tussen 6 en 12 jaar aantal km tot aan de school voor jongere tussen 19 en 24 jaar kind van 6-12 jaar uit een gezin met gezinsinkomen > BEF OVG VLAANDEREN 2 (januari 2000-januari 2001): DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST 207

7 Bijlage. 7.1 Relatie met OVG

7 Bijlage. 7.1 Relatie met OVG 7 Bijlage 7.1 Relatie met OVG 1994-1995 We verwijzen naar onze algemene opmerking inzake de vergelijking tussen OVG 94-95 en het huidige OVG op bladzijde 6 van dit rapport. Hier gaan we allereerst dieper

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS - BRABANT (DECEMBER DECEMBER 2001)

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS - BRABANT (DECEMBER DECEMBER 2001) P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS - BRABANT (DECEMBER 2000 - DECEMBER 2001) DEEL 3A: ANALYSE

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN (januari 2000 - januari 2001) DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

Nadere informatie

Tabel 71. Verdeling van personen die al dan niet carpoolen (beroepsactieven en studerenden)

Tabel 71. Verdeling van personen die al dan niet carpoolen (beroepsactieven en studerenden) 7 Carpooling Tabel 71. Verdeling van personen die al dan niet carpoolen (beroepsactieven en studerenden) CARPOOL Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST HASSELT-GENk (april april 2000) DEEL 3 A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST HASSELT-GENk (april april 2000) DEEL 3 A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR EN BEELDENDE KUNST ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST HASSELT-GENk (april 1999- april 2000) DEEL 3 A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST Onderzoek

Nadere informatie

Tabel 72. Verdeling van personen die al dan niet carpoolen (beroepsactieven en studerenden)

Tabel 72. Verdeling van personen die al dan niet carpoolen (beroepsactieven en studerenden) 7 Carpooling Tabel 72. Verdeling van personen die al dan niet carpoolen (beroepsactieven en studerenden) CARPOOL Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ

Nadere informatie

Een Vlaming maakt in 2000 gemiddeld 2,8 (2,76) verplaatsingen per dag en legt hierbij gemiddeld 33 (32,7) km af.

Een Vlaming maakt in 2000 gemiddeld 2,8 (2,76) verplaatsingen per dag en legt hierbij gemiddeld 33 (32,7) km af. 9 Samenvatting 9.1 Schets van de steekproef Van januari 2000 tot januari 2001 werd bij 3.028 Vlaamse gezinnen een onderzoek naar het verplaatsingsgedrag uitgevoerd. Hierbij werd gevraagd een huishoudenvragenlijst

Nadere informatie

5 Bij de analyse maken we geen gebruik meer van de 2 e invuldag

5 Bij de analyse maken we geen gebruik meer van de 2 e invuldag 5 Bij de analyse maken we geen gebruik meer van de 2 e invuldag Bij alle tot op heden uitgevoerde OVG s in Vlaanderen (Vlaanderen april 1994-april 1995, Vlaanderen januari 2000-januari 2001, de stadsgewesten

Nadere informatie

Gemiddeld rijdt een auto in Gent kilometer per jaar. Dat is een kleine kilometer per jaar meer dan het gemiddelde voor Vlaanderen.

Gemiddeld rijdt een auto in Gent kilometer per jaar. Dat is een kleine kilometer per jaar meer dan het gemiddelde voor Vlaanderen. 9 Samenvatting 9.1 Schets van de steekproef Van januari 2000 tot januari 2001 werd bij 2.500 gezinnen een onderzoek naar het verplaatsingsgedrag uitgevoerd. Hierbij werd gevraagd een huishoudenvragenlijst

Nadere informatie

Tabel 7. Gewichten die aan de dagen en maanden zijn toegekend om de steekproef representatiever te maken

Tabel 7. Gewichten die aan de dagen en maanden zijn toegekend om de steekproef representatiever te maken 3.3 Effectief gebruikte gewichten verplaatsingen Tabel 7. Gewichten die aan de dagen en maanden zijn toegekend om de steekproef representatiever te maken Dag fi Maand fl maandag dinsdag woensdag donderdag

Nadere informatie

In het Antwerpse stadsgewest heeft 26,2% van de huishoudens geen wagen. 15,1% van de huishoudens in het Antwerpse stadsgewest heeft twee wagens.

In het Antwerpse stadsgewest heeft 26,2% van de huishoudens geen wagen. 15,1% van de huishoudens in het Antwerpse stadsgewest heeft twee wagens. 9 Samenvatting 9.1 Schets van de steekproef Van januari 2000 tot januari 2001 werd bij 2500 gezinnen in het stadfsgewest Antwerpen een onderzoek naar het verplaatsingsgedrag uitgevoerd. Hierbij werd gevraagd

Nadere informatie

Het is ook deze volgorde die we gebruiken voor deze samenvatting.

Het is ook deze volgorde die we gebruiken voor deze samenvatting. 9 Samenvatting 9.1 Schets van de steekproef Van januari 2000 tot januari 2001 werd bij 2500 gezinnen in het stadfsgewest Hasselt-Genk een onderzoek naar het verplaatsingsgedrag uitgevoerd. Hierbij werd

Nadere informatie

6 Woon - schoolverkeer

6 Woon - schoolverkeer 6 Woon - schoolverkeer De gegevens onder deze hoofding zijn gebaseerd op de gegevens van de vragen 21 tot en met 30 van de personenvragenlijst die over het woon-schoolverkeer handelen en dus niet op basis

Nadere informatie

Tabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt.

Tabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt. 2.2 Gavpppd en socio-economische kenmerken Iedereen die mobiliteit en verplaatsingsgedrag bestudeert, heeft wellicht al wel eens van een studie gehoord waarin socio-economische kenmerken gebruikt worden

Nadere informatie

10 SAMENVATTING 23. 10.1 Schets van de steekproef. 10.2 Kencijfers huishoudens. 10.3 Kencijfers personen

10 SAMENVATTING 23. 10.1 Schets van de steekproef. 10.2 Kencijfers huishoudens. 10.3 Kencijfers personen 10 SAMENVATTING 23 10.1 Schets van de steekproef Van december 2000 tot december 2001 werd er in Vlaams-Brabant een onderzoek naar het verplaatsingsgedrag uitgevoerd. Het onderzoeksgebied Vlaams-Brabant

Nadere informatie

Tabel 25. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze woon-werkverkeer

Tabel 25. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze woon-werkverkeer 5 Woon-werkverkeer De gegevens onder deze hoofding zijn gebaseerd op de gegevens van de vragen 21 tot en met 30 van de personenvragenlijst die over het woon-werkverkeer handelen en dus niet op basis van

Nadere informatie

Tabel 50. Verdeling van personen (studerenden) volgens hoofdvervoerswijze woon-schoolverkeer

Tabel 50. Verdeling van personen (studerenden) volgens hoofdvervoerswijze woon-schoolverkeer 6 Woon-schoolverkeer De gegevens onder deze hoofding zijn gebaseerd op de gegevens van de vragen 21 tot en met 30 van de personenvragenlijst die over het woon-schoolverkeer handelen en dus niet op basis

Nadere informatie

DEEL 4: ANALYSE DEELGEBIEDEN

DEEL 4: ANALYSE DEELGEBIEDEN P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS - BRABANT (DECEMBER 2000 - DECEMBER 2001) DEEL 4: ANALYSE

Nadere informatie

Verdeling van personen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing. Totaal aantal verplaatsingen (gemiddeld per dag) (populatieniveau)

Verdeling van personen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing. Totaal aantal verplaatsingen (gemiddeld per dag) (populatieniveau) 7 Verplaatsingen De gegevens die hieronder verzameld werden, zijn gebaseerd op het verplaatsingenluik van de personenvragenlijst. Het is dus gebaseerd op de reëel genoteerde verplaatsingen gedurende 2

Nadere informatie

Verdeling van pers onen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing. Totaal aantal verplaatsingen (gemiddeld per dag) (populatieniveau)

Verdeling van pers onen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing. Totaal aantal verplaatsingen (gemiddeld per dag) (populatieniveau) 7 Verplaatsingen De gegevens die hieronder verzameld werden, zijn gebaseerd op het verplaatsingenluik van de personenvragenlijst. Het is dus gebaseerd op de reëel genoteerde verplaatsingen gedurende 2

Nadere informatie

Tabel 25. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze woonwerkverkeer

Tabel 25. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze woonwerkverkeer 5 Woon werkverkeer De resultaten onder deze hoofding zijn hoofdzakelijk gebaseerd op de gegevens van de vragen 21 tot en met 30 van de personenvragenlijst die over het woon-werkverkeer handelen en dus

Nadere informatie

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen (2016-2017) Analyserapport 1 INLEIDING Sinds 1994 voert de Vlaamse Overheid onderzoek uit naar het verplaatsingsgedrag van Vlamingen. Dit onderzoek wordt het Onderzoek

Nadere informatie

2 GEMIDDELD AANTAL VERPLAATSINGEN PER PERSOON PER DAG (GAVPPPD)

2 GEMIDDELD AANTAL VERPLAATSINGEN PER PERSOON PER DAG (GAVPPPD) 2 GEMIDDELD AANTAL VERPLAATSINGEN PER PERSOON PER DAG (GAVPPPD) 2.1 Algemeen Tabel 52: Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag (gavpppd) (respondentenniveau) 2,84211 Tabel 53: Gemiddeld aantal

Nadere informatie

4 Verdeling van gezinnen volgens bezit van vervoermiddelen

4 Verdeling van gezinnen volgens bezit van vervoermiddelen Ook hier wijzen we erop dat de cijfers subjectieve waarnemingen zijn. Een gelijkaardig onderzoek naar schattingen van de afstand woonplaats-treinstation werd door ons niet uitgevoerd. 13,8% van de Vlamingen

Nadere informatie

Tabel 27. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze woonwerkverkeer

Tabel 27. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze woonwerkverkeer 5 Woon werkverkeer De resultaten onder deze hoofding zijn gebaseerd op de gegevens van de vragen 21 tot en met 30 van de personenvragenlijst die over het woon-werkverkeer handelen en dus niet op basis

Nadere informatie

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen (2017-2018) Analyserapport 1 INLEIDING Sinds 1994 voert de Vlaamse Overheid onderzoek uit naar het verplaatsingsgedrag van Vlamingen. Dit onderzoek wordt het Onderzoek

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST ANTWERPEN (april april 2000) DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST ANTWERPEN (april april 2000) DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR EN BEELDENDE KUNST ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST ANTWERPEN (april 1999 - april 2000) DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST Onderzoek

Nadere informatie

Tabel 24. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze 8 woon-werkverkeer

Tabel 24. Verdeling van personen (beroepsactieven) volgens hoofdvervoerswijze 8 woon-werkverkeer 5 Woon-werkverkeer De gegevens onder deze hoofding zijn gebaseerd op de gegevens van de vragen 21 tot en met 30 van de personenvragenlijst die over het woon-werkverkeer handelen en dus niet op basis van

Nadere informatie

Tabel 80. Verdeling van personen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing

Tabel 80. Verdeling van personen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing 8 De verplaatsingen De gegevens die hieronder verzameld werden zijn gebaseerd op het verplaatsingenluik van de personenvragenlijst. Ze zijn gebaseerd op de reëel genoteerde verplaatsingen van de respondenten.

Nadere informatie

7 WOON-SCHOOLVERKEER TABEL 40 VERDELING VAN PERSONEN (STUDERENDEN) VOLGENS HOOFDVERVOERSWIJZE WOON- SCHOOLVERKEER

7 WOON-SCHOOLVERKEER TABEL 40 VERDELING VAN PERSONEN (STUDERENDEN) VOLGENS HOOFDVERVOERSWIJZE WOON- SCHOOLVERKEER 7 WOON-SCHOOLVERKEER Ook de tabellen in dit hoofdstuk zijn gebaseerd op de gegevens van de personenvragenlijst die over het woon-schoolverkeer handelen (vragen 21 tot en met 30, zie punt 8.4 van deel 1)

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. Personenvragenlijst 1 (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen)

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. Personenvragenlijst 1 (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) ID NUMMER: - VOORN. RESP:... ENQUETEURSNUMMER: ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN Personenvragenlijst 1 (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) De vragen worden op verschillende manieren

Nadere informatie

Dit maakt het (iets) eenvoudiger om de getallen te interpreteren.

Dit maakt het (iets) eenvoudiger om de getallen te interpreteren. 7. Bijlage In de appendix leggen we uit hoe de regressietabellen geïnterpeteerd moeten worden. Daarnaast geven we ook een aantal tabellen die vanwege hun beperkt belang niet besproken werden en een lijst

Nadere informatie

Onderzoek verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport

Onderzoek verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport Onderzoek verplaatsingsgedrag Vlaanderen (2015-2016) Analyserapport 1 INLEIDING Sinds 1994 voert de Vlaamse Overheid onderzoek uit naar het verplaatsingsgedrag van Vlamingen. Dit onderzoek wordt het Onderzoek

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT DECEMBER 2000-DECEMBER 2001 DEEL 1: METHODOLOGISCHE

Nadere informatie

2 GEMIDDELD AANTAL VERPLAATSINGEN PER PERSOON PER DAG (GAVPPPD)

2 GEMIDDELD AANTAL VERPLAATSINGEN PER PERSOON PER DAG (GAVPPPD) 2 GEMIDDELD AANTAL VERPLAATSINGEN PER PERSOON PER DAG (GAVPPPD) 2.1 Algemeen Tabel 52: Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag (gavpppd) (respondentenniveau) gavpppd 1 3.14453 1 Tabel 53: Gemiddeld

Nadere informatie

3 Gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag (gaakpppd)

3 Gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag (gaakpppd) 3 Gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag (gaakpppd) 3.1 Algemeen Het gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag bedraagt anno 2008 41,6 km 1. Ook voor deze indicator beschikken

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN (januari 2000 - januari 2001) DEEL 3A: ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

Nadere informatie

1.1 Verplaatsingskilometers

1.1 Verplaatsingskilometers 1.1 Verplaatsingskilometers 1.1.1 Verplaatsingskilometers Gemiddeld aantal afgelegde kilometers per persoon per dag OVG 3 OVG 4.1 OVG 4.2 OVG 4.3 OVG 4.4 OVG 4.5 OVG 5.1 algemeen gemiddelde algemeen gemiddelde

Nadere informatie

Dit maakt het (iets) eenvoudiger om de getallen te interpreteren.

Dit maakt het (iets) eenvoudiger om de getallen te interpreteren. 7. Bijlage In de bijlage leggen we uit hoe de regressietabellen geïnterpeteerd moeten worden. Daarnaast geven we ook een aantal niet-becommentarieerde tabellen en een lijst met de betekenis van de variabelennamen

Nadere informatie

LEESWIJZER. Afstand. Beweging. Algemeen

LEESWIJZER. Afstand. Beweging. Algemeen Algemeen LEESWIJZER 1. Voor algemene achtergrondinformatie i.v.m. de methodologie van dit onderzoek kan men de appendix van dit rapport ( Methodologische toelichting ) raadplegen; 2. Vele tabellen in deze

Nadere informatie

TABEL 26 VERDELING VAN PERSONEN (BEROEPSACTIEVEN) VOLGENS HOOFDVERVOERSWIJZE WOON- WERKVERKEER EN BEROEPSSTATUUT

TABEL 26 VERDELING VAN PERSONEN (BEROEPSACTIEVEN) VOLGENS HOOFDVERVOERSWIJZE WOON- WERKVERKEER EN BEROEPSSTATUUT 6 WOON-WERKVERKEER De gegevens onder deze hoofding zijn hoofdzakelijk gebaseerd op de gegevens van de vragen 21 tot en met 30 van de personenvragenlijst (zie punt 8.4 in deel 1) die over het woon-werkverkeer

Nadere informatie

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS HET AL DAN NIET MAKEN VAN EEN VERPLAATSING

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS HET AL DAN NIET MAKEN VAN EEN VERPLAATSING 9 DE VERPLAATSINGEN De gegevens die hieronder verzameld werden, zijn gebaseerd op het verplaatsingenluik van de personenvragenlijst. Ze zijn gebaseerd op de reëel genoteerde verplaatsingen van de respondenten.

Nadere informatie

Leeswijzer. Algemeen. 1 Indien er een verband waargenomen wordt tussen de variabele A (bv. autogebruik) en de variabele B (bv.

Leeswijzer. Algemeen. 1 Indien er een verband waargenomen wordt tussen de variabele A (bv. autogebruik) en de variabele B (bv. Leeswijzer Algemeen 1. Voor algemene achtergrondinformatie i.v.m. de methodologie van dit onderzoek kan men de appendix van dit rapport ( Methodologische toelichting ) raadplegen. 2. Heel wat tabellen

Nadere informatie

Het tweede (hierna) vermelde cijfer is de relatieve frequentie ( Percent ) van bovenvermeld absoluut cijfer t.o.v. de totale frequentie.

Het tweede (hierna) vermelde cijfer is de relatieve frequentie ( Percent ) van bovenvermeld absoluut cijfer t.o.v. de totale frequentie. Leeswijzer Algemeen 1. Voor algemene achtergrondinformatie i.v.m. de methodologie van dit onderzoek kan men Appendix 1 van dit rapport ( Methodologische toelichting ) raadplegen. 2. Heel wat tabellen in

Nadere informatie

Carpoolen: exploratieve analyses op OVG Vlaanderen 2000

Carpoolen: exploratieve analyses op OVG Vlaanderen 2000 Carpoolen: exploratieve analyses op OVG Vlaanderen 2000 ONDERZOEK IN OPDRACHT VAN HET VLAAMS MINISTERIE VAN MOBILITEIT EN OPENBARE WERKEN DEPARTEMENT MOBILITEIT EN OPENBARE WERKEN AFDELING BELEID MOBILITEIT

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL APRIL 2000)

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL APRIL 2000) ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL 1999 - APRIL 2000) De verplaatsingen Gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag (gaakppd) TABEL 102 VERDELING VAN HET GAAKPPD VOLGENS HOOFDVERVOERSWIJZE

Nadere informatie

Tabel 1: Verdeling van gezinnen volgens bezit van personenwagens. 26. Tabel 2: Verdeling van gezinnen volgens bezit van bestelwagens.

Tabel 1: Verdeling van gezinnen volgens bezit van personenwagens. 26. Tabel 2: Verdeling van gezinnen volgens bezit van bestelwagens. LIJST VAN TABELLEN A. GEGEVENS OVER VERVOERMIDDELEN HET BEZIT VAN VERVOERMIDDELEN Tabel 1: Verdeling van gezinnen volgens bezit van personenwagens. 26 Tabel 2: Verdeling van gezinnen volgens bezit van

Nadere informatie

4 Gebruik van openbaar vervoer

4 Gebruik van openbaar vervoer 4 Gebruik van openbaar vervoer Tabel 19. Verdeling van personen volgens afstand thuisadres/dichtstbijzijnde BTMhalte en BTM-gebruik ABTMH(Kortste afstand thuis - bus,tram,metro) GBTM2(Meest gebruikte van

Nadere informatie

3 Verdeling van gezinnen volgens bezit van vervoermiddelen

3 Verdeling van gezinnen volgens bezit van vervoermiddelen 3 Verdeling van gezinnen volgens bezit van vervoermiddelen Tabel 3. Verdeling van gezinnen volgens het bezit van personenwagens PERSWAGA Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. Personenvragenlijst 1 (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen)

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. Personenvragenlijst 1 (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN Personenvragenlijst 1 (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) De vragen worden op verschillende manieren beantwoord: 1. Er staan een aantal antwoordmogelijkheden

Nadere informatie

Tabel 28. Fictief voorbeeld van een logistische regressie om de begrippen uit te leggen. Afhankelijke variabele is rijbewijsbezit.

Tabel 28. Fictief voorbeeld van een logistische regressie om de begrippen uit te leggen. Afhankelijke variabele is rijbewijsbezit. 7 Bijlage 7.1 Interpretatie van de regressies Bij een lineaire regressie drukken we een bepaalde variabele die veel getalwaarden kan aannemen, bijvoorbeeld aantal dagen carpoolen per jaar uit als een lineaire

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL APRIL 2000)

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL APRIL 2000) ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL 1999 - APRIL 2000) De verplaatsingen Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag (gavppd) Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen TABEL 91 VERDELING

Nadere informatie

3. Verdeling van de gezinnen volgens bezit van vervoermiddelen

3. Verdeling van de gezinnen volgens bezit van vervoermiddelen Tabel 3. Afstand woning tot het dichtstbijzijnde station ATREIN Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ 0-249m 39.20413 1.4 39.20413 1.4 250-499

Nadere informatie

Huishoudenvragenlijst

Huishoudenvragenlijst ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG HASSELT- GENK Huishoudenvragenlijst in te vullen door het gezinshoofd of de partner van het gezinshoofd In deze vragenlijst vragen we naar een aantal gegevens over uw. De

Nadere informatie

Huishoudenvragenlijst

Huishoudenvragenlijst ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN Huishoudenvragenlijst in te vullen door het gezinshoofd of de partner van het gezinshoofd In deze vragenlijst vragen we naar een aantal gegevens over uw. De vragen

Nadere informatie

3.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons)

3.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) 3 NON-RESPONS 3.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) Een aantal huishoudens weigerden mee te doen aan de enquête of stuurden onvoldoende formulieren terug. In Tabel 1 geven

Nadere informatie

4 BEPALEN VAN GEWICHTEN

4 BEPALEN VAN GEWICHTEN 4 BEPALEN VAN GEWICHTEN Van het totaal aantal huishoudens die uit het Rijksregister geselecteerd waren (zgn. bruto-steekproef), hebben er een aantal niet meegewerkt aan de enquête. Zulke non-respons veroorzaakt

Nadere informatie

1.1 Achtergrond. 1.2 Doelstelling van het onderzoek

1.1 Achtergrond. 1.2 Doelstelling van het onderzoek 1.1 Achtergrond Sinds 1994 voert de Vlaamse Overheid onderzoek uit naar het verplaatsingsgedrag van Vlamingen. Dit onderzoek wordt het Onderzoek VerplaatsingsGedrag of OVG genoemd. In het OVG worden een

Nadere informatie

6 VERGELIJKING TELEFONISCH/POSTAAL BEVRAAGDEN EN ENKEL

6 VERGELIJKING TELEFONISCH/POSTAAL BEVRAAGDEN EN ENKEL 6 VERGELIJKING TELEFONISCH/POSTAAL BEVRAAGDEN EN ENKEL POSTAAL BEVRAAGDEN Er zijn minstens drie groepen van mensen die, wegens eigenschappen van het huishouden zelf, enkel postaal bevraagd zijn: (1) Huishoudens

Nadere informatie

Huishoudenvragenlijst

Huishoudenvragenlijst ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT (Aalst en Mechelen) Huishoudenvragenlijst in te vullen door het gezinshoofd of de partner van het gezinshoofd In deze vragenlijst vragen we naar een aantal

Nadere informatie

Geslacht sexe Frequency mannelijk vrouwelijk

Geslacht sexe Frequency mannelijk vrouwelijk 3.2 Gaakpppd en socio-economische kenmerken Tabel 13: Gaakpppd volgens geslacht Geslacht sexe mannelijk 49.29611 vrouwelijk 34.28252 Opvallend is het grote verschil in de gemiddelde afgelegde afstand dag

Nadere informatie

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 ( )

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 ( ) Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 (27-28) Tabellenrapport betreffende het verplaatsingsgedrag van de West-Vlamingen M. Cools, D. Janssens Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 (27-28) Tabellenrapport

Nadere informatie

Gemiddeld aantal verplaatsingen per person per dag OVG 3 OVG 4.1 OVG 4.2 OVG 4.3 OVG 4.4 OVG 4.5 OVG 5.1 3,14 2,84 2,88 2,78 2,72 2,76 2,74

Gemiddeld aantal verplaatsingen per person per dag OVG 3 OVG 4.1 OVG 4.2 OVG 4.3 OVG 4.4 OVG 4.5 OVG 5.1 3,14 2,84 2,88 2,78 2,72 2,76 2,74 1.1 Verplaatsingen 1.1.1 Aantal verplaatsingen Gemiddeld aantal verplaatsingen per person per dag OVG 3 OVG 4.1 OVG 4.2 OVG 4.3 OVG 4.4 OVG 4.5 OVG 5.1 3,14 2,84 2,88 2,78 2,72 2,76 2,74 Respondentenniveau

Nadere informatie

2. Het gebruik van vervoermiddelen

2. Het gebruik van vervoermiddelen 2. Het gebruik van vervoermiddelen In de onderstaande tabellen wordt een overzicht gegeven van het algemeen gebruik van vervoermiddelen, dit wil zeggen onafgezien van het feit of het vervoermiddel al dan

Nadere informatie

Personenvragenlijst :

Personenvragenlijst : ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT (Aalst en Mechelen) Personenvragenlijst : in te vullen door iedereen in het huishouden vanaf 6 jaar (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) Deze

Nadere informatie

P H L. ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST HASSELT-GENK (april 1999-april 2000) DEEL 3 B: BIJLAGEN VAN DE ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

P H L. ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST HASSELT-GENK (april 1999-april 2000) DEEL 3 B: BIJLAGEN VAN DE ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR EN BEELDENDE KUNST ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST HASSELT-GENK (april 1999-april 2000) DEEL 3 B: BIJLAGEN VAN DE ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL APRIL 2000)

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL APRIL 2000) ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN (APRIL 1999 - APRIL 2000) Woon-werkverkeer TABEL 29 VERDELING VAN PERSONEN (BEROEPSACTIEVEN) VOLGENS AFSTAND THUISADRES/WERKADRES EN HOOFDVERVOERSWIJZE VASTKMKL(Afstand

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN 2 (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 1: METHODOLOGISCHE ANALYSE

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN 2 (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 1: METHODOLOGISCHE ANALYSE P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN 2 (januari 2000 - januari 2001) DEEL 1: METHODOLOGISCHE

Nadere informatie

5 GEBRUIK VAN OPENBAAR VERVOER

5 GEBRUIK VAN OPENBAAR VERVOER 5 GEBRUIK VAN OPENBAAR VERVOER TABEL 20 VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS AFSTAND THUISADRES/DICHTSTBIJZIJNDE BTM-HALTE EN BTM-GEBRUIK 10 ABTMH(Afstand BTM-halte thuis) GBTM2(Meest gebruikte van bus, tram

Nadere informatie

P H L. ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STASSGEWEST ANTWERPEN (april 1999-april 2000) DEEL 3 B: BIJLAGEN VAN DE ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

P H L. ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STASSGEWEST ANTWERPEN (april 1999-april 2000) DEEL 3 B: BIJLAGEN VAN DE ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR EN BEELDENDE KUNST ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STASSGEWEST ANTWERPEN (april 1999-april 2000) DEEL 3 B: BIJLAGEN VAN DE ANALYSE PERSONENVRAGENLIJST

Nadere informatie

Doelstelling 5: duurzaam en efficiënt verplaatsings en vervoersgedrag

Doelstelling 5: duurzaam en efficiënt verplaatsings en vervoersgedrag BELEIDSDOELSTELLING MOBILITEITSPLAN VLAANDEREN 2030 D5 Duurzaam en efficiënt verplaatsingsen vervoersgedrag We verplaatsen ons en vervoeren goederen op een duurzame en efficiënte manier. Op die manier

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT DECEMBER 2000-DECEMBER 2001 DEEL 1: METHODOLOGISCHE

Nadere informatie

4 Gebruik van openbaar vervoer

4 Gebruik van openbaar vervoer 4 Gebruik van openbaar vervoer In dit deel zoomen we wat dieper in op een aantal aspecten van het gebruik van openbaar vervoer. In deze tabel en alle volgende tabellen waarin een afstandscategorie wordt

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN. Personenvragenlijst:

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN. Personenvragenlijst: ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG ANTWERPEN Personenvragenlijst: in te vullen door iedereen in het huishouden vanaf 6 jaar (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) Deze personenvragenlijst bestaat

Nadere informatie

2.5 De verplaatsingen

2.5 De verplaatsingen 2.5 De verplaatsingen 2.5.1 Algemeen Tabel 12. Verdeling van personen (niet-verplaatsers) volgens het motief van niet-verplaatsing Cumulative Cumulative REDEND1 Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ

Nadere informatie

Tabel 81. Verdeling van personen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing

Tabel 81. Verdeling van personen volgens het al dan niet maken van een verplaatsing Gezinnen met een netto-inkomen tussen 30.000 en 75.000 BEF per maand carpoolen minder. Gezinnen waarbij er minder dan één wagen per twee gezinsleden is, carpoolen meer. 8 De verplaatsingen Voor een correcte

Nadere informatie

Nota MORA-secretariaat

Nota MORA-secretariaat Nota MORA-secretariaat Vaststellingen m.b.t. het Vlaams Gewest over de werkgeverstegemoetkomingen in de kosten van het woon-werkverkeer van loontrekkenden uit de privésector Aanvullende nota van het MORA-secretariaat

Nadere informatie

5 Technische aspecten i.v.m. de statistische verwerking

5 Technische aspecten i.v.m. de statistische verwerking 5 Technische aspecten i.v.m. de statistische verwerking 5.1 Gebruikte technieken: frequentietabellen en regressie De bekomen data werden uitgezuiverd aan de hand van strikte regels (Nuyts & Zwerts 2001b),

Nadere informatie

1. Verplaatsingskilometers

1. Verplaatsingskilometers 1. Verplaatsingskilometers 1.1 Verplaatsingskilometers OVG 3 OVG 4.1 OVG 4.2 OVG 4.3 OVG 4.4 algemeen gemiddelde 41,64 38,23 36,98 42,12 41,46 algemeen gemiddelde waarbij outliers werden weggelaten 38,4

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST GENT (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST GENT (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST GENT (januari 2000 - januari 2001) DEEL 3 B: BIJLAGE

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST GENT (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 1: METHODOLOGISCHE ANALYSE

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST GENT (januari januari 2001) A rchitectuur M obiliteit O mgeving DEEL 1: METHODOLOGISCHE ANALYSE P H L PROVINCIALE HOGESCHOOL LIMBURG DEPARTEMENT ARCHITECTUUR ONDERZOEKSCEL A rchitectuur M obiliteit O mgeving ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG STADSGEWEST GENT (januari 2000 - januari 2001) DEEL 1: METHODOLOGISCHE

Nadere informatie

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR)

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR) 3 RIJBEWIJSBEZIT TABEL 1 VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR) Cumulative Cumulative RYBEWYS Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ

Nadere informatie

7 BIJLAGEN. 1. Gezinsvragenlijst 2. Persoonsvragenlijst 3. Verplaatsingsboekje 4. Protocoldocument. Instituut voor Mobiliteit (IMOB) 38

7 BIJLAGEN. 1. Gezinsvragenlijst 2. Persoonsvragenlijst 3. Verplaatsingsboekje 4. Protocoldocument. Instituut voor Mobiliteit (IMOB) 38 7 BIJLAGEN 1. Gezinsvragenlijst 2. Persoonsvragenlijst 3. Verplaatsingsboekje 4. Protocoldocument Instituut voor Mobiliteit (IMOB) 38 Bijlage 1 Gezinsvragenlijst GEZINSVRAGENLIJST ID NUMMER: - VOORN. RESP:...

Nadere informatie

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011)

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Verkeerskundige interpretatie van de belangrijkste tabellen (Analyserapport) D. Janssens, S. Reumers, K. Declercq, G. Wets Contact: Prof. dr. Davy

Nadere informatie

2.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons)

2.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) 2 Non-respons 2.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) Een aantal huishoudens weigerden mee te doen aan de enquête, of stuurden onvoldoende formulieren terug. In Tabel 1 geven

Nadere informatie

8 BIJLAGE: NIET-BECOMMENTARIEERDE TABELLEN

8 BIJLAGE: NIET-BECOMMENTARIEERDE TABELLEN 8 BIJLAGE: NIET-BECOMMENTARIEERDE TABELLEN 8.1 Verdeling van gezinnen volgens socio-demografische kenmerken TABEL 25 AANTAL LEDEN IN HET GEZIN Aantal leden in huishouden LEDENA Frequency Percent Frequency

Nadere informatie

BIJLAGE 1: Frequentietabellen

BIJLAGE 1: Frequentietabellen BIJLAGE 1: Frequentietabellen UW VERVOERMIDDELEN 1. Geef aan hoe vaak u de volgende vervoermiddelen gebruikt. 1.1 Auto als bestuurder Aantal Gewogen Nooit of minder dan één keer per jaar 1.144 8,8 9,1

Nadere informatie

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN 5.3 ( )

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN 5.3 ( ) www.uhasselt.be/imob Instituut voor Mobiliteit Universiteit Hasselt Wetenschapspark 5 bus 6 359 Diepenbeek T +32 ()11 26 91 11 E-mail: imob@uhasselt.be ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN 5.3 (217-218)

Nadere informatie

6 VERDELING VAN WAGENS VOLGENS VERSCHILLENDE KENMERKEN

6 VERDELING VAN WAGENS VOLGENS VERSCHILLENDE KENMERKEN 6 VERDELING VAN WAGENS VOLGENS VERSCHILLENDE KENMERKEN TABEL 13 VERDELING VAN DE WAGENS VOLGENS DE WIJZE WAAROP ZE IN HET BEZIT GEKOMEN ZIJN 10 Cumulative Cumulative BEZIT Frequency Percent Frequency Percent

Nadere informatie

VOORN. RESP:... ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. Verplaatsingsboekje (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen)

VOORN. RESP:... ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. Verplaatsingsboekje (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) ID NUMMER: - VOORN. RESP:... ENQUETEURSNUMMER: ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN Verplaatsingsboekje (ouders mogen hun kinderen helpen bij het invullen) Op de bladzijden 4 tot 13 vult u per bladzijde

Nadere informatie

Appendix 2: Lijst van achterliggende tabellen bij figuren van het analyserapport

Appendix 2: Lijst van achterliggende tabellen bij figuren van het analyserapport Appendix 2: Lijst van achterliggende tabellen bij figuren van het analyserapport Tabel 1: Verdeling van het gavpppd volgens hoofdvervoerswijze... 4 Tabel 2: Verdeling van ritten volgens vervoerswijze (ritten

Nadere informatie

sessie 1 Gents leefbaarheidsonderzoek: de kip en het ei. Mobiliteit in Gent Begga Van Cauwenberge Stad Gent Mobiliteitsbedrijf Afdeling Strategie

sessie 1 Gents leefbaarheidsonderzoek: de kip en het ei. Mobiliteit in Gent Begga Van Cauwenberge Stad Gent Mobiliteitsbedrijf Afdeling Strategie sessie 1 Gents leefbaarheidsonderzoek: de kip en het ei. Mobiliteit in Gent Begga Van Cauwenberge Stad Gent Mobiliteitsbedrijf Afdeling Strategie Doelstelling Verkrijgen van representatief inzicht in het

Nadere informatie

2 WIJZIGINGEN VAN METHODIEK VAN DE DATAVERZAMELING T.O.V.

2 WIJZIGINGEN VAN METHODIEK VAN DE DATAVERZAMELING T.O.V. 2 WIJZIGINGEN VAN METHODIEK VAN DE DATAVERZAMELING T.O.V. DE VORIGE OVG S In vergelijking met de vorige OVG s zijn er een aantal belangrijke wijzigingen in methodiek van dataverzameling en in de inhoud

Nadere informatie

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 ( )

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 ( ) Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 (27-28) Tabellenrapport E. Moons Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 3 (27-28) Tabellenrapport E. Moons Documentbeschrijving Titel Onderzoek Verplaatsingsgedrag

Nadere informatie

2 Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag (gavpppd)

2 Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag (gavpppd) 2 Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag (gavpppd) De meeste hiernavolgende tabellen werden opgebouwd rond het begrip hoofdvervoerswijze omdat dit handig is voor de analyse van een verplaatsing.

Nadere informatie

8 Verplaatsingen volgens geografische kenmerken

8 Verplaatsingen volgens geografische kenmerken 8 Verplaatsingen volgens geografische kenmerken In dit onderdeel bekijken we het verplaatsingspatroon van de inwoners van het Antwerpse stadsgewest volgens geografische kenmerken. Allereerst bekijken we

Nadere informatie

HANDLEIDING DATA-CLEANING OVG (versie mei 2007)

HANDLEIDING DATA-CLEANING OVG (versie mei 2007) HANDLEIDING DATA-CLEANING OVG (versie mei 2007) Gebruikte afkortingen: NR = non respons (R): cleaning Gezinsvragenlijst Eerste vraag: Aantal voertuigen: - indien niet ingevuld: 0 toevoegen bij "aantal"

Nadere informatie

5. Verdeling van de wagens volgens verschillende kenmerken

5. Verdeling van de wagens volgens verschillende kenmerken 5. Verdeling van de wagens volgens verschillende kenmerken Tabel 19. Verdeling van wagens volgens de wijze waarop ze in bezit gekomen zijn Cumulative Cumulative BEZIT Frequency Percent Frequency Percent

Nadere informatie

Huishoudnummer : Respondentnummer : ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. VRAGENLIJST PERSONEN: In te vullen door elk lid van het huishouden

Huishoudnummer : Respondentnummer : ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN. VRAGENLIJST PERSONEN: In te vullen door elk lid van het huishouden Huishoudnummer : Respondentnummer : ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAANDEREN Geachte Mevrouw, Geachte Heer, VRAGENLIJST PERSONEN: In te vullen door elk lid van het huishouden MET DIT ONDERZOEK WILLEN WE

Nadere informatie

1.1 Inleiding. vervoermiddel enz.

1.1 Inleiding. vervoermiddel enz. 1.1 Inleiding Het begrip verplaatsing staat centraal in dit onderzoek aangezien het als doelstelling heeft om de feitelijke verplaatsingen van Vlamingen zo goed mogelijk in kaart te brengen. Dit is echter

Nadere informatie