Samenvatting Frans Grammatica

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Frans Grammatica"

Transcriptie

1 Samenvatting Frans Grammatica Samenvatting door een scholier 3050 woorden 11 oktober ,2 213 keer beoordeeld Vak Methode Frans D'accord! Grammatica Frans eerste jaar 1. Het lidwoord: L article défini (bepaald lidwoord) en lárticle indéfini (onbepaald lidwoord) Mannelijk Vrouwelijk un une In het Frans kunnen zelfstandige naamwoorden mannelijk of vrouwelijk zijn. Bij elk zelfstandig naamwoord moet je er un of une bij leren om dit te weten. mannelijk vrouwelijk klinker of stomme h onbepaald een un cartable une terasse un ami une ami enkelvoud de/het le poster ( le woorden) la table (la woorden) l armoire de ma tante ( l woorden) meervoud de les posters les tables les armoires de ma tante geen lidwoord des cartables des cartables des amis/des amies 2. Werkwoorden zijn en hebben être= zijn avoir = hebben je suis ik ben j ai Ik heb tu es jij bent tu as jij hebt il est hij is il a hij heeft elle est zij is elle a Zij heeft nous sommes wij zijn nous avons wij hebben vous êtes jullie zijn vous avez jullie zijn ils sont zij zijn (m) ils ont zij zijn (m) elles sont zij zijn (v) elles ont zij zijn (v) De e van je verdwijnt als hij wordt gevolgd door een klinker. Ervoor in de plaats komt apostrof ( komma in de lucht) Meervoudsvromen zijn in het Nederlands gelijk aan het hele werkwoord. In het Frans zijn ze verschillend. 3. Telwoorden (les nombres) Tellen van 1 tot en met Pagina 1 van 13

2 4. Rangtelwoorden In het Frans vorm je een rangtelwoord door ième achter het hoofdtelwoord te zetten. Behalve eerste dat wordt premier. Let goed op bij de schrijfwijze van: vierde quatrième, vijfde cinquième, negende neuvième 5. Voorzetsels (la préposition) op sur in dans onder sous voor devant achter derrière 6. Bijvoeglijk naamwoord ( l adjectif) mannelijk enkelvoud Le lit est petit ( Het bed is klein) vrouwelijk enkelvoud La table est petite ( de tafel is klein) Bij vrouwelijke bijvoegelijke naamwoorden komt er een e achter de mannelijke vorm. Het onderwerp vervangen: Mannelijke enkelvoud: il Voilà le lit. Il est rouge ( Daar is het bed. Het is rood) Vrouwelijk enkelvoud: elle Voici la table. Elle est jaune. ( Hier is de tafel. Die is geel.) Personen of voorwerpen vervangen door il en elle, ils en elles (persoonlijk voornaamwoord= le pronom personnel) 7. Regelmatige werkwoorden die eindigen op er ( les verbes) Aimer en jouer hebben dezelfde uitgang. Ze eindigen op er. Ze zijn regelmatig. Dit betekent dat ze op dezelfde wijze worden vervoegd als de meeste andere werkwoorden die eindigen op er. Andere regelmatige werkwoorden: désirer = wensen donner = geven chanter = zingen parler = praten aimer = houden van j aim e ik houd van tu aim es jij houdt van il aim e hij houdt van elle aim e zij houdt van on aim e men houdt van, we houden van nous aim ons wij houden van vous aim ez jullie houden van, u houdt van ils aim ent zij houden van elles aim ent zijn houden van ( meervoud, vrouwelijk) De vetgedukte lettergrepen hoor je niet bij de uitspraak Pagina 2 van 13

3 Aimer + bepaald lidwoord+ zelfstandig naamwoord. j aime le foot j aime la musique j aime l internet j aime les films Aimer + infinitief j aime jouer au football ( ik houd van voetballen) j aime bavarder ( ik houd van kletsen) 8. De ontkenning ( la négation) Ik speel je joue Ik speel niet je ne joue pas Als je een zin ontkennend maakt dan zet je ne / n voor de persoonsvorm en pas achter de persoonsvorm. Let op: Als de persoonsvorm met een klinker of stomme h begint zeg / schrijf je n. 9. Zelfstandige naamwoorden schema voor de meeste zelfstandige naamwoorden mannelijk vrouwelijk enkelvoud - e meervoud s es (ami- amie amis- amies) 10. De vorm van het bijvoeglijk naamwoord (l adjectif) mannelijk enkelvoud vrouwelijk enkelvoud regelmatig + e content contante bijvoegelijk naamwoord op eux x wordt -se heureux heureuse bijv. nw op e b-e blijft e Aziz est triste Valerié est triste De vorm van het bijvoeglijk naamwoord past zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort. 11. Het bezittelijk voornaamwoord (le pronom possessif) mannelijk enkelvoud vrouwelijk enkelvoud meervoud mijn mon frère ma soeur mes parents jouw ton frère ta soeur tes parents zijn / haar son frère sa soeur ses parents 1 vorm voor mannelijk en vrouwelijk onze/ons notre notre votre votre leur leur nos jullie/uw vos Pagina 3 van 13

4 hun leurs Toi et ta soeur = jij en je (jouw) zus Let op!als het vrouwelijke enkelvoud begint met een klinker of een stomme h dan is het niet ma,ta, sa, maar mon, ton, son. Let op bij: son sa ses Caro et son frère= Caro en haar broer-( broer is mannelijk) Aziz et sa mère = Aziz en zijn moeder ( moeder is vrouwlijk) In het Nederlands ben je gewend om het bezittelijk voornaamwoord aan te passen aan de bezitter In het Frans moet je kijken naar het bezit, of anders gezegd: het zelfstandig naamwoord dat direct volgt op het bezittelijk voornaamwoord. Bezittelijk voornaamwoord past zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort. 12. Vraag en antwoord Als je een vraag beantwoord moet je het onderwerp van de zin op een goede manier aanpassen Vraag Antwoord voorbeeld Je Je ( vraag aan jezelf gesteld) Tu ( vraag aan ander gesteld) J aim mon classeur? = Qui, j ai mon classeur ( multomap) Aziz, j ai mon classeur = Qui tu as ton classeur Tu Je Tu as ton classeur? = Qui, j ai mon classeur Il ll Il a son classeur? = Qui, il a son classeur Elle Elle Elle a son classeur? = Qui elle a son classeur Nous Nous ( vraag aan jullie zelf) Vous ( vraag aan anderen) Nous avons des classeurs? = Qui, nous avons des classeurs Nous avons des classeurs? = Qui, voes avez des classeurs Vous Nous Je Vous avez des classeurs?= Qui, nous avons des classeurs Vous avez des classeurs? = Qui, j ai des classeurs Vous is één persoon tegen wie je beleefd bent Ils Ils Ils ont des classeurs? = Qui, ils ont des classeurs Elles Elles Elles ont des classeurs? = Qui, elles ont des classeurs 13. Onregelmatig werkwoord Aller = gaan je vais nous allons tu vas vous allez il, elle, est va ils,elles vont 14. Onregelmatig werkwoord prendre = nemen je prends nous prenons tu prends vous prenez il, elle, est prend ils,elles prennent 15. Het delend lidwoord ( l article partitif) het delend lidwoord gebruik je als er in het Nederlands geen lidwoord staat Voorbeeld un coca een cola le coca de cola Pagina 4 van 13

5 du coca cola des cocas cola s les cocas de cola s mannelijk enkelvoud du saucisson vrouwelijk enkelvoud de la confiture enkelvoud voor klinker of stomme h de l eau de l huile meervoud des asperges 16. A+ le/la/ l Let op!! à + le au au marche à + la à la à la boulangerie à + l à l je vas à l hypermarché (voor stomme klinker/ stomme h) je vas à l ecole à+ les aux (meervoud) On va aux magasins 17. Hoeveelheidswoorden Na een hoeveelheidswoord volgt de of d Behalve! na een telwoord deux bouteilles hoeveelheidswoorden( denk aan de of d ): un kilo d asperges un pot de confiture une bouteille d eau cent grammes de roquefort beaucoup de carambars un paquet de chips Vous voulez combien de saucisson? 18. Werkwoord komen (onregelmatig werkwoord je viens tu viens il/elle/on vient nous venons vous venez ils/elles viennent 19. De kloktijden: kwartieren en minuten Quelle heure est-il? Il est quatre heures cinq. Het is vijf over vier. Il est quatre heures dix. Het is tien over vier. Il est quatre heures et quart. Het is kwart over vier. II est quatre heures vingt. Het is twintig over vier. Il est quatre heures vingt-cinq. Het is vijf voor half vijf Let op: bij het eerste halfuur tel je de minuten op bij het dichtstbijzijnde uur dat voorafgaat. In de voorbeeldzinnen is dat vier uur. Il est cinq heures moins cinq. Het is vijf voor vijf Il est cinq heures moins dix. Het is tien voor vijf. Pagina 5 van 13

6 Il es' cinq heures moins le quart. Het is kwart voor vijf II est cinq heures moins vingt. Het is tien over half vijf II est cinq heures moins vingt-cinq. Het is vijf over half vijf. Let op: bij het tweede halfuur trek je de minuten of van het dichtstbijzijnde uur dat volgt. In de voorbeeldzinnen is dat vijf uur. moins betekent hier 'min'. 20. Le Passé composé (voltooid tegenwoordige tijd) Met de passé composé kun je vertellen wat al gebeurd is. (Ik heb gezongen) In het Nederlands is dat de voltooid tegenwoordige tijd en die maak je zo: avoir of être (tegenwoordige tijd) + voltooid deelwoord Meestal gebruik je avoir als hulpwerkwoord Manger J'ai mangé Ik heb gegeten. Tu as mangé Jij hebt gegeten Il a mangé Hij heeft gegeten Nous avons mangé We hebben gegeten/ men heeft gegeten Vous avez mangé Jullie hebben gegeten/ u heeft gegeten Ils ont mangé Zij (m/v) hebben gegeten Chanter J'ai chanté Tu as chanté Il a chanté Nous avons chanté Vous avez chanté Ils ont chanté Finir J'ai fini Tu as fini Il a fini Nous avons fini Vous avez fini Ils ont fini Aller Je suis allé(e) Tu es allé(e) Il (elle) est allé(e) Nous sommes allé(e)s Vous êtes allé(e)s Ils (elles) sont allé(e)s Het voltooid deelwoord van regelmatige werkwoorden wordt gevormd door de uitgang er te vervangen door é Bij vervoeging verandert alleen het hulpwerkwoord. Het voltooid deelwoord verandert niet van vorm. Bij onregelmatige werkwoorden moet je het voltooid deelwoord uit je hoofd leren Voorbeelden: gagner winnen gagné gewonnen jouer spelen joué gespeeld Pagina 6 van 13

7 habiter wonen habité gewoond manger eten mangé gegeten 21. Ontkenning en passé composeé Je maakt de passé composé ontkennend door ne/n voor de persoonsvorm ( het hulpwerkwoord te zetten en pas erachter. J' n ai pas gangé Ik heb niet gewonnen. Tu n as pas gangé Il n a pas gangé Nous n avons pas gangé Vous n avez pas gangé Ils n ont pas gangé 22. Le Futur Proche ( tegenwoordige tijd bij gebeurtenis in nabije toekomst) Aller + het hele werkwoord. Je vais travailler ik ga werken Tu vas travailler Il/Elle/On va travailler Nous allons travailler Vous allez travailler Ils/Elles vont travailler In het Nederlands gebruik je vaak de tegenwoordige tijd om een gebeurtenis in de nabije toekomst aan te geven. In het Frans moet je dan de futur proche gebruiken. Demain je vais jouer au foot morgen ga ik voetballen. Dus: Om aan te geven wat je in de nabije toekomst gaat doen moet je in het Frans een vorm van aller + het hele werkwoord gebruiken 23. De tijden van het werkwoord Passé composé : hier j ai travaillé voltooide tijd: gisteren ik heb gewerkt Presént : aujourd hui je travaille tegenwoordige tijd: vandaag ik werk Futur proche : demain ( aller + infinitif) je vais travailler toekomende tijd: morgen gaan + heel ww. ik ga werken 24. Vraagwoorden Comment t appelles? Hoe heet jij? Tu habites où? Waar woon jij? Quand arrives-tu? Wanneer kom jij? Pagina 7 van 13

8 Quel âge as-tu? Hoe oud ben jij? Qui est-ce? Wie is het? Quést-ce que c est? Wat is het? Ã quelle heure tu arrives? Hoe laat kom jij? 25. De maanden van het jaar. Janvier januari Février februari Mars maart Avril april Mai mei Juin juni Juillet juli Août augustus Septembre september Octobre oktober Novembre november Décembre december 26. Schanierwoorden d abord eerst puis/aprés/ensuite vervolgens/daarna finalement ten slotte Grammatica Frans tweede jaar. 1. In/naar+ aardrijkskundige naam. bij landen-/streken : Mannelijk : au (à + le) Le Maroc au Maroc Le Portugal au Portugal Vrouwelijk ( de meeste landen) en ( zonder lidwoord) la France en France la Hollande en Hollande la Gironde en Gironde l Espagne en Espagne Meervoud : aux (à + les) les Pays-Bas aux Pays Bas les États-Unis aux Etats-Unis Bij plaatsnamen :à Bordeaux à Bordeaux Amsterdam à Amsterdam La Rochelle :à La Rochelle 2. Le Passé composé (voltooid tegenwoordige tijd) Met de passé composé kun je vertellen wat al gebeurd is. (Ik heb gezongen) In het Nederlands is dat de voltooid tegenwoordige tijd en die maak je zo: Pagina 8 van 13

9 avoir of être (tegenwoordige tijd) + voltooid deelwoord Meestal gebruik je avoir (hebben)als hulpwerkwoord Manger J'ai mangé Ik heb gegeten. Tu as mangé Jij hebt gegeten Il a mangé Hij heeft gegeten Nous avons mangé We hebben gegeten/ men heeft gegeten Vous avez mangé Jullie hebben gegeten/ u heeft gegeten Ils ont mangé Zij (m/v) hebben gegeten Chanter J'ai chanté Tu as chanté Il a chanté Nous avons chanté Vous avez chanté Ils ont chanté Finir J'ai fini Tu as fini Il a fini Nous avons fini Vous avez fini Ils ont fini Aller Je suis allé(e) Tu es allé(e) Il (elle) est allé(e) Nous sommes allé(e)s Vous êtes allé(e)s Ils (elles) sont allé(e)s Het voltooid deelwoord van regelmatige werkwoorden wordt gevormd door de uitgang er te vervangen door é Bij vervoeging verandert alleen het hulpwerkwoord. Het voltooid deelwoord verandert niet van vorm. Bij onregelmatige werkwoorden moet je het voltooid deelwoord uit je hoofd leren De passé composé van être Ook bij de passé composé van être gebruik je gebruik je het hulpwerkwoord avoir. 27. De vorm van het bijvoeglijk naamwoord (l adjectif) De vorm van het bijvoeglijk naamwoord past zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort. Mannelijk Vrouwelijk enkelvoud geen uitgang un petit problème +e une petite problème meervoud + s les petits ordinateurs + es les petites tables Pagina 9 van 13

10 Bijvoeglijke nw. die eindigen op s ( gris) krijgen in het mv. geen s erbij. bijvoegelijke nmw. die eindigen op e krijgen in de vr. vorm geen e erbij: p.e. autre 28. De plaats van het bijvoeglijk naamwoord. Deze staat in het Frans meestal achter het zelfstandig naamwoord. des ordinateurs modernes Een paar veel voorkomende bijv. nw. staan voor het zelfstandig naamwoord. Deze bijv. nw. kun je het beste uit je hoofd leren. beau haut jeune gros nouveau autre bon long vieux mauvais joli petit grand méchant large 29. Speciale vorm van het bijvoeglijk naamwoord Sommige bijv. nw hebben een speciale vrouwelijke vorm of een bijzonder vorm voor het meervoud Mannelijk enkelvoud Vrouwelijk enkelvoud beau belle nouveau nouvelle bon nonne long longue vieux vieille gros grosse blanc blanche cher chère premier première 30. Expressions ( je geeft aan waar iets staat) op sur onder sous achter derrière voor devant in dans tussen entre In het Frans zijn er ook voorzetsels die uit meer woorden bestaan à côte de naast à droite de rechts van à gauche de links van près de vlakbij In deze voorzetsels zit de Denk aan de regels voor de + bepaald lidwoord. de + le = du de + la = de la Pagina 10 van 13

11 de + l = de l de + les = des 31. Grammatica il y a/être In beschrijvingen gebruik je vaak een vorm van zijn: als het onderwerp voor het werkwoord staat: een vorm van être. Volgorde is dan onderwerp-vorm van zijn-bepaling. als er iets anders dan het onderwerp voor de vorm van zijn staat gebruik je il y a volgorde is dan bepaling-vorm van zijn- onderwerp ( je kunt er vaak er bij denken bijv. Voor het raam is (er) het bureau.) Bij beschrijving kun je etre en il y a ook gebruiken voor de vertaling van staan, liggen hangen etc 32. Voorzetsels die een plaats aanduiden naast à côte de boven au-dessus de onder au dessous de links van à gauche de rechts van à droite de tegenover en face de op de hoek van au coin de vlakbij près de 33. Onregelmatige werkwoorden pouvoir / vouloir je (j') tu il/ elle/on nous vous ils/elles Voltooid deelwrd Ned. Betekenis passé composé vouloir veux veux veut voulons voulez voulent voulu ( heb gewild) willen pouvoir peux peux peut pouvons pouvez peuvent pu (heb gekund) kunnen 34. Delend lidwoord: de / d na hoeveelheid en ontkenning Na een hoeveelheidswoord volgt de of d Behalve! na een telwoord deux bouteilles hoeveelheidswoorden( denk aan de of d ): un kilo d asperges un pot de confiture une bouteille d eau cent grammes de roquefort beaucoup de carambars un paquet de chips Vous voulez combien de saucisson? Ook na een ontkenning komt vaak de/d bijv. Tu prends un croissant? Non, jen ne prends pas de croissant. Na een ontkenning veranderen de volgende lidwoordenin de/d onbepaalde lidwoorden in un/ une alle delende lidwoorden du / de la /de l / des Nota bene :le/ la/ l / les veranderen niet na een ontkenning. 35. Een vraagzin maken. In deel 1 heb je geleerd dat dit gemakkelijk kan door een vraagteken achter de zin te zetten Pagina 11 van 13

12 2 andere manieren zijn: est-ce-que voor de zin zetten ( Est-ce que Caro ne vient pas? Est ce qu Azis va venit?) onderwerp en persoonsvorm omdraaien Veux-tu venire? kun je komen? 36. Het aanwijzend voornaamwoord Het aanwijzend voornaamwoord past zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort ce verandert in cet voor een klinker /stomme h cet homme deze / die man mnl. enkv. ce gâteau deze/ die taart vr. enkv. cette fête dit/ dat feest mnl. mv. ces gâteaux deze / die taarten vr. mv ces fêtes deze / die feesten 37. Een datum aangeven Voor een datum zet je altijd le en een hoofdtelwoord.: le trente et un décembre Voor de eerste van de maand gebruik je het rangtelwoord premier le premier janvier De maanden Janvier januari Février februari Mars maart Avril april Mai mei Juin juni Juillet juli Août augustus Septembre september Octobre oktober Novembre november Décembre december 38. Avoir mal à + bepaald lidwoord Avoir mal à pijn hebben aan mnl. enkv. à + le au J ai mal au bras. vrl. enkv. à + la à la J ai mal à la jambe. mnl. +vrl. meerv. à + les aux J ai mal aux pieds. 39. Regelmatige werkwoorden op ir: Présent Passé composé Je finis j ai fini Tu finis tu as fini Il /elle /on finit il /elle /on fini Nous finissons nous avons fini Vous finissez vous avez fini Ils /elles finissent ils /elles ont fini 40. Het wederkerend werkwoord Présent Passé composé Je me lave Je m ai lavé Pagina 12 van 13

13 Tu te laves Tu t as lavé Il se lave Il s a lavé Nous nous lavons Nous nous avons lavé Vous vous lavez Vous vous avez lavé Ils /elles lavent Ils /elles ont lavé 41. Het persoonlijk voornaamwoord met nadruk Als je het onderwerp van de zin wilt benadrukken gebruik je het persoonlijk voornaamwoord. Moi, je prends une glacé. Ik neem een ijsje. Toi, tu prends une tarte? Neem jij een taartje. Lui, il prend un café. Hij neemt een kopje koffie. Elle elle prend un thé. Zij neemt een kopje thee. Nous, nous prenons un steak. Wij nemen een steak. Vous, vous prenez une entrée? Nemen jullie /neemt u een voorgerecht? Eux, ils prennent un dessert. Zij nemen een toetje. Elles, Elles prennent du vin. Zij nemen wijn. Je gebruikt ze: Na een voorzetsel; Pour moi, un café, s il vous plait.,voor mij een kopje koffie, alstublieft. Los; Qui va prendre un dessert? Moi!,Wie neemt er een toetje? Ik! 42. Ontkenningen Er zijn verschillende ontkenningen. De ontkenning met ne pas (niet) ken je al. Andere zijn: Ne rien niets je ne mange rien. Ne plus niet /geen meer je n ai plus de couscous. Ne jamais nooit je ne prends jamais d escalope de veau. Ne personne niemand Dans ce restaurant, il n y a personne. Ook bij deze ontkenningen geldt: Ne /n pers. Vorm tweede deel van de ontkenning. Pagina 13 van 13

Talenquest Frans 2thv: Grammatica

Talenquest Frans 2thv: Grammatica Talenquest Frans 2thv: Grammatica Épisode 1: Onregelmatige werkwoorden Er zijn in het Frans naast regelmatige werkwoorden ook onregelmatige werkwoorden. Het is lastig om van onregelmatige werkwoorden de

Nadere informatie

Samenvatting Frans Stencil Franse tijden

Samenvatting Frans Stencil Franse tijden Samenvatting Frans Stencil Franse tijden Samenvatting door een scholier 2255 woorden 17 juli 2006 5,6 431 keer beoordeeld Vak Frans Présent ( Tegenwoordige tijd ). De présent is de tegenwoordige tijd.

Nadere informatie

Taalregels. Praten, hebben, zijn, gaan, De werkwoorden

Taalregels. Praten, hebben, zijn, gaan, De werkwoorden Taalregels In dit grammaticaoverzicht kun je kiezen uit: S Volgorde in de Franse zin S Man, huis, deur, en zwaar, geel, zelfst. naamwoord en bijv. naamwoord S Le, la, les, de lidwoorden S Praten, hebben,

Nadere informatie

SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden

SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden INTRODUCTION Alle persoonlijke voornaamwoorden vormen tezamen een groot en essentieel deel van de Franse taal en dan met name op het gebied

Nadere informatie

Aantekening Frans les pronoms personnels

Aantekening Frans les pronoms personnels Aantekening Frans pronoms personnels Aantekening door een scholier 648 woorden 16 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Frans Pronoms personnels Plaats in de zin: Voor alle persoonlijke voornaamwoorden die

Nadere informatie

VOCABULAIRE FRANCOFAN 1 MODULE 1 5. bonjour goeiedag voilà daarzo. salut hallo voici hierzo. oui ja aussi ook. non nee d accord ok.

VOCABULAIRE FRANCOFAN 1 MODULE 1 5. bonjour goeiedag voilà daarzo. salut hallo voici hierzo. oui ja aussi ook. non nee d accord ok. basiswoordenschat en uitdrukkingen bonjour goeiedag voilà daarzo salut hallo voici hierzo oui ja aussi ook non nee d accord ok et en les de merci (bien) bedankt les parents de ouders un / une een des /

Nadere informatie

GRAMMAIRE DE BASE FRANS VOOR DE LAGERE SCHOOL

GRAMMAIRE DE BASE FRANS VOOR DE LAGERE SCHOOL GRAMMAIRE DE BASE FRANS VOOR DE LAGERE SCHOOL Leen Van Craesbeek Acco Leuven / Den Haag INHOUD Voorwoord 7 PREMIÈRE PARTIE 9 01/ L article Het lidwoord 11 a L article indéfini het onbepaald lidwoord 12

Nadere informatie

U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon.

U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon. U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon. Je m appelle Ric. / Mon nom est Verdonk. Quel est ton

Nadere informatie

4,8. Le Présent (tegenwoordige tijd) Le passé composé. Opdracht door een scholier 744 woorden 7 januari keer beoordeeld

4,8. Le Présent (tegenwoordige tijd) Le passé composé. Opdracht door een scholier 744 woorden 7 januari keer beoordeeld Opdracht door een scholier 744 woorden 7 januari 2008 4,8 360 keer beoordeeld Vak Frans Franse werkwoorden, eindiging op: ir, re, er Deze regels geldt alleen voor werkwoorden die eindigen op ir, re, er

Nadere informatie

Exercice A Vocabulaire F-N I Vertaal de vetgedrukte woorden in het Nederlands. II Noteer het juiste woord en vertaal het in het Nederlands.

Exercice A Vocabulaire F-N I Vertaal de vetgedrukte woorden in het Nederlands. II Noteer het juiste woord en vertaal het in het Nederlands. Libre Service Junior 1 HV Kennistoets versie A Unité 4 Toets Exercice A Vocabulaire F-N I Vertaal de vetgedrukte woorden in het Nederlands. 5 points / R 1 Dans ma rue, il y a beaucoup de magasins. 2 L

Nadere informatie

UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté!

UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté! UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté! Oefening 1: Cherchez les phrases dans le texte. Ecrivez les phrases sans fautes. Zoek volgende zinnen in de tekst. Schrijf ze correct over. - In de namiddag,

Nadere informatie

6,1. Aantekening door K woorden 15 november keer beoordeeld

6,1. Aantekening door K woorden 15 november keer beoordeeld Aantekening door K. 1880 woorden 15 november 2014 6,1 18 keer beoordeeld Vak Methode Frans Grandes Lignes Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord, B.V. un grand magasin = een

Nadere informatie

Frans grammatica hoofdstuk 1 en 2

Frans grammatica hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door Een scholier 768 woorden 30 september 2015 7,3 18 keer beoordeeld Vak Methode Frans Grandes Lignes Regelmatige ww. Werkwoorden op er Werkwoorden op ir Werkwoorden op -re Présent J habite

Nadere informatie

Aantekening Frans Vervoegingen werkwoorden (avoir, etre, faire, vouloir, pouvoir, aller)

Aantekening Frans Vervoegingen werkwoorden (avoir, etre, faire, vouloir, pouvoir, aller) Aantekening Frans Vervoegingen werkwoorden (avoir, etre, faire, vouloir, pouvoir, aller) Aantekening door A. 1086 woorden 28 september 2014 6,6 430 keer beoordeeld Vak Frans Avoir = hebben Présent j'ai

Nadere informatie

6,2. Samenvatting door Jens 368 woorden 10 februari keer beoordeeld. 1.-Woorden SO en GP Frans (15/ )

6,2. Samenvatting door Jens 368 woorden 10 februari keer beoordeeld. 1.-Woorden SO en GP Frans (15/ ) Samenvatting door Jens 368 woorden 10 februari 2015 6,2 11 keer beoordeeld Vak Methode Frans D'accord! 1.-Woorden SO en GP Frans (15/20-01-15) https://www.scholieren.com/verslag/84625 Pagina 1 van 5 Frans

Nadere informatie

Samenvatting Frans Grammaticatijden

Samenvatting Frans Grammaticatijden Samenvatting Frans Grammaticatijden Samenvatting door een scholier 908 woorden 28 oktober 2009 7,8 14 keer beoordeeld Vak Frans Passé Composé - Wat in het verleden gebeurt is of wat iemand gedaan heeft.

Nadere informatie

Samenvatting Frans Franconville tape 9

Samenvatting Frans Franconville tape 9 Samenvatting Frans Franconville tape 9 Samenvatting door een scholier 709 woorden 18 november 2006 5,7 18 keer beoordeeld Vak Frans Woordjes étape 9 (handboek) La visite Het bezoek Un hôtel Een hotel La

Nadere informatie

Les gebruik je voor zelfstandige naamwoorden in het meervoud. Mannelijk of vrouwelijk maakt niet uit: les frères de broers les soeurs de zussen

Les gebruik je voor zelfstandige naamwoorden in het meervoud. Mannelijk of vrouwelijk maakt niet uit: les frères de broers les soeurs de zussen Werkstuk door een scholier 2812 woorden 7 september 2007 6,9 210 keer beoordeeld Vak Frans Lidwoorden Het bepaald lidwoord In het Nederlands heb je twee bepaalde lidwoorden: de en het. In het Frans heb

Nadere informatie

Vocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit

Vocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit Vocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit 1. Kopieer de Franse woorden in de tweede kolom. Let op de accentjes en de hoofdletters! 2. Markeer de mannelijke woorden in het blauw en de

Nadere informatie

6,6. Begrippenlijst door Jessy 1095 woorden 25 juni keer beoordeeld. Grandes Lignes Phrases Clés. Hoofdstuk 1. Ça va? = Hoe gaat het?

6,6. Begrippenlijst door Jessy 1095 woorden 25 juni keer beoordeeld. Grandes Lignes Phrases Clés. Hoofdstuk 1. Ça va? = Hoe gaat het? Begrippenlijst door Jessy 1095 woorden 25 juni 2017 6,6 19 keer beoordeeld Vak Methode Frans Grandes Lignes Grandes Lignes Phrases Clés Hoofdstuk 1 Ça va? = Hoe gaat het? Comment tu t'appelles? = Hoe heet

Nadere informatie

SECTION 3. L ADJECTIF het bijvoeglijk naamwoord

SECTION 3. L ADJECTIF het bijvoeglijk naamwoord SECTION 3. L ADJECTIF het bijvoeglijk naamwoord INTRODUCTION Zo we zijn al lekker op weg! Je hebt nu voldoende bagage om zelfstandige naamwoorden met de juiste lidwoorden te combineren. Twee essentiële

Nadere informatie

15 et qui paie le loyer?

15 et qui paie le loyer? g r a m m at i c a 15 et qui paie le loyer? Maak de zinnen af met de juiste vorm van payer en het voorwerp op de foto* 1 2 3 4 5 6 1 Paul le 2 Moi, je la 3 Mon frère et moi, nous 4 Les cousins la le 5

Nadere informatie

3 L adjectif Het bijvoeglijk naamwoord

3 L adjectif Het bijvoeglijk naamwoord 3 L adjectif Het bijvoeglijk naamwoord Plaats 1. De meeste bijvoeglijke naamwoorden staan achter het zelfstandig naamwoord, zeker als het bijvoeglijk naamwoord meer dan een lettergreep heeft. un livre

Nadere informatie

En action 6. Woordtrainer. Salut! Ga naar voor meer informatie.

En action 6. Woordtrainer. Salut! Ga naar  voor meer informatie. Salut! Voor het tweede jaar op rij leer je Frans. Misschien heb je intussen ook al Frans kunnen spreken met Franstaligen. Lukte dat al? Of vond je het nog moeilijk? Bedenk dan dat je vorig jaar nog helemaal

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in de vorige module flink gewerkt. Nu kan je zelfstandig verder werken aan module 12. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet

Nadere informatie

Aantekening Frans Werkwoorden Frans

Aantekening Frans Werkwoorden Frans Aantekening Frans Werkwoorden Frans Aantekening door D. 1120 woorden 21 april 2013 5,5 4 keer beoordeeld Vak Frans Présent Werkwoorden op er Werkwoorden op ir Werkwoorden op -re je parle finis vends tu

Nadere informatie

Unité 3 Diagnose Kopieerblad 1. Bon! Je kunt in het Frans tot en met 39 tellen. 17,

Unité 3 Diagnose Kopieerblad 1. Bon! Je kunt in het Frans tot en met 39 tellen. 17, Unité Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet wist

Nadere informatie

Le logement. In deze les leert u

Le logement. In deze les leert u Le logement In deze les leert u een woning beschrijven: Ta maison, elle est grande? vragen waar iemand vandaan komt: Je suis de Marseille. Et vous, est-ce que vous êtes d ici? de vormen van het bepaald

Nadere informatie

4 nummer 1 nummer 2 nummer 3

4 nummer 1 nummer 2 nummer 3 Chapitre 0: C est parti 1 a 1) 2 a les vacances de school la nourriture la famille la maison l école les passe-temps het huis de familie de vakantie het eten de hobby s 2 b les vacances la nourriture la

Nadere informatie

basiszinnen spreekvaardigheid

basiszinnen spreekvaardigheid basiszinnen spreekvaardigheid Formele en informele spreektaal In dit hoofdstuk krijg je allerlei uitdrukkingen die je in veel voorkomende gesprekssituaties kunt gebruiken. Er zijn, net zoals in het Nederlands,

Nadere informatie

1 Spelling en uitspraak

1 Spelling en uitspraak Inhoud 1 Spelling en uitspraak 1 de spellingregels 11 Klinkers en medeklinkers 12 Accenttekens 11 Apostrof ( ) en koppelteken (-) 12 Hoofdletters 13 Los of aan elkaar? 13 Afbreken 14 2 uitspraak 14 Medeklinkers

Nadere informatie

J' à Amersfoort, Lindenlaan 23.

J' à Amersfoort, Lindenlaan 23. Unité Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet wist,

Nadere informatie

Vendredi le dix-huit de cembre 2015.

Vendredi le dix-huit de cembre 2015. 2 Vendredi le dix-huit de cembre 205. Aangezien het jullie eerste jaar Frans is, is het belangrijk dat je continu blijft oefenen! (Dus ook in de vakanties ) Om jullie een beetje te verplichten alles bij

Nadere informatie

Herhalingen over grammatica (voor de examens)

Herhalingen over grammatica (voor de examens) 1. Modale hulpwerkwoorden Herhalingen over grammatica (voor de examens) Vertaal in het Nederlands. 1. Vous pouvez (avoir la possibilité) manger un plat ou un dessert. 2. Ils doivent aller au magasin de

Nadere informatie

Antwoorden Frans Étape 8 (Franconville)

Antwoorden Frans Étape 8 (Franconville) Antwoorden Frans Étape 8 (Franconville) Antwoorden door een scholier 860 woorden 22 april 2007 5,4 76 keer beoordeeld Vak Frans Boek: Franconville Étape: 8 Opdracht 2A: Aankruizen: 1, 3, 5 en 6 Opdracht

Nadere informatie

pagina 1 van 5 VAN IN

pagina 1 van 5 VAN IN Éventail-junior En action 6 21 1 Luisteren: basistekst Éventail-junior En action 6 21 2 Luisteren: woordenschat Éventail-junior En action 6 21 3 Luisteren: venir Éventail-junior En action 6 21 4 Woordenschat

Nadere informatie

Chapitre 4, Ensemble!

Chapitre 4, Ensemble! ntwoorden 47 Chapitre 4, Ensemble! Orientation Exercice 1a 1 Grégoire 2 Julia 3 Julia 4 Camille 5 Romain 6 Hugo Exercice 1b B Exercice 1c 1 B 3 4 C 5 6 B 7 B Exercice 2 près le bac, je vais faire des études

Nadere informatie

Opdracht A1/A2 EERSTE RONDE TOP 50 FRANCOPHONE

Opdracht A1/A2 EERSTE RONDE TOP 50 FRANCOPHONE Opdracht A1/A2 EERSTE RONDE TOP 50 FRANCOPHONE (van 17 maart tot 28 maart) Activiteit 1 : ik ken het Franse Welke artiesten en Franse s ken je? Artiest... Chanson..... Artiest... Chanson..... Artiest...

Nadere informatie

Leer je talen. Downloads Basiskennis verankeren

Leer je talen. Downloads Basiskennis verankeren Leer je talen Downloads Basiskennis verankeren Downloads Basiskennis verankeren Leer je talen Aan de slag Direct aan de slag met de downloads behorend bij spel nummer 3 van de Franse taal! Deze downloads

Nadere informatie

Samenvatting Frans Oefeningen en herhaling

Samenvatting Frans Oefeningen en herhaling Samenvatting Frans Oefeningen en herhaling Samenvatting door een scholier 1577 woorden 19 juni 2018 0 keer beoordeeld Vak Frans LIDWOORDEN Mannelijk enkelvoud Vrouwelijk enkelvoud Klinker/ stomme h enkelvoud

Nadere informatie

6,3. Tips door M woorden 21 juli keer beoordeeld. Toekomende tegenwoordige tijd

6,3. Tips door M woorden 21 juli keer beoordeeld. Toekomende tegenwoordige tijd Tips door M. 2690 woorden 21 juli 2016 6,3 9 keer beoordeeld Vak Methode Frans Grandes Lignes Tegenwoordige tijd Verleden tijd - ik doe - ik deed Voltooide tijd - ik heb gedaan Toekomende tegenwoordige

Nadere informatie

5.5. Boekverslag door K. 718 woorden 3 februari keer beoordeeld. Frans toetje met vanillevla en geklopt eiwit

5.5. Boekverslag door K. 718 woorden 3 februari keer beoordeeld. Frans toetje met vanillevla en geklopt eiwit Boekverslag door K. 718 woorden 3 februari 2014 5.5 2 keer beoordeeld Vak Methode D'accord! Le radis La carotte Le thon La sauce tomate Le brocoli Le plat du jour Le poisson Une escalope de veau Un poulet

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in module 8 knap gedaan. Je mag daarom zelfstandig verder werken aan module 9. Je hebt daarvoor wel je boek 2B nodig. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je

Nadere informatie

VOCABULAIRE & GRAMMAIRE FRANCOFAN 1 MODULE 1 10

VOCABULAIRE & GRAMMAIRE FRANCOFAN 1 MODULE 1 10 VOCABULAIRE ET GRAMMAIRE basiswoordenschat en uitdrukkingen... 2 Het weer... 2 bepaling van tijd... 3 voorzetsels... 4 bezittelijke voornaamwoorden... 4 aanwijzende voornaamwoorden... 4 vraagwoorden...

Nadere informatie

J aimerais savoir. Que je suis content! Pourrais-tu parler plus lentement? Bouger me fait mal.

J aimerais savoir. Que je suis content! Pourrais-tu parler plus lentement? Bouger me fait mal. Je regrette. Ce n est pas grave. Ce n est pas normal. C est bête. J accepte tes excuses. J en ai marre! Oublions-le. Ne t inquiète pas! N en parlons plus. Profites-en! As-tu envie de Vous avez encore d

Nadere informatie

BEGINNERSCURSUS DAG 2

BEGINNERSCURSUS DAG 2 1 BEGINNERSCURSUS DAG 2 A. FORCING Tekst: Hans en Hilde B. GRAMMATICA Vorming O.T.T. Substantief: de/ het Vraagwoorden Vraagzin (inversie) C. CONVERSATIE Elkaar vragen stellen (cfr. Voorstelling) Een gewone

Nadere informatie

LEXIQUE DE BASE FRANS VOOR DE LAGERE SCHOOL

LEXIQUE DE BASE FRANS VOOR DE LAGERE SCHOOL LEXIQUE DE BASE FRANS VOOR DE LAGERE SCHOOL Tamara Buyck Liezelotte De Schryver Leen Van Craesbeek Acco Leuven / Den Haag VOORWOORD Deze Lexique de base is bestemd voor leerkrachten lager onderwijs en

Nadere informatie

Veilig werken? Da s kinderspel! Travailler en toute sécurité? Un jeu d enfant!

Veilig werken? Da s kinderspel! Travailler en toute sécurité? Un jeu d enfant! Onze kinderen zijn onze grootste schatten. We proberen ze zo goed mogelijk af te schermen van alle potentiële gevaren. Maar met onze eigen veiligheid springen we vaak minder zorgzaam om. Met als uitgangspunt

Nadere informatie

Samenvatting Frans Hoofdstuk 1

Samenvatting Frans Hoofdstuk 1 Samenvatting Frans Hoofdstuk 1 Samenvatting door Sam 461 woorden 21 februari 2017 0 keer beoordeeld Vak Frans Imparfait Je - ais Tu - ais Il/elle/on - ait Nous - ions Vous - iez Ils/elles - aient Wanneer

Nadere informatie

C'est fini les vacances!

C'est fini les vacances! Contact 1 C'est fini les vacances! un 1 Écoute les 4 dialogues. ote le numéro de chaque dialogue dans le bon dessin. uister naar de 4 dialogen. oteer het nummer van elke dialoog bij de juiste tekening.

Nadere informatie

Mogelijke 'vragen' mondelinge examens zesde leerjaar (per 4 contacten):

Mogelijke 'vragen' mondelinge examens zesde leerjaar (per 4 contacten): Mogelijke 'vragen' mondelinge examens zesde leerjaar (per 4 contacten): 1. Contact 1 t.e.m. 4 (onthoudboek blz. 20-26) 1.1 Parler des vacances. (spreek over jouw bestaande of gedroomde vakantie) Mogelijke

Nadere informatie

Vak: Frans Klas: H2+V2-4 uur UNITÉ 1 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Lesperiode: week 36 t/m week 40

Vak: Frans Klas: H2+V2-4 uur UNITÉ 1 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Lesperiode: week 36 t/m week 40 H2 + V2/ FRANS 1 Unité 1 Carte Orange/ Boek HV1 Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) H2frans 1 + V2frans 1 / Unité 1 t/m 6/1HV Unité 1/ 2HV (week 36 t/m week 10) Vak: Frans Klas: H2+V2-4 uur UNITÉ 1

Nadere informatie

Unité 6 Diagnose Kopieerblad 1

Unité 6 Diagnose Kopieerblad 1 Unité 6 Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet

Nadere informatie

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk

Nadere informatie

Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad

Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad dbp Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad Auteurs: Els Pieters Diane Olivier Ed de Boer Uitgever: dbp-villangues Ritzema Boskade 7 2101 GL

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in de vorige module goed gedaan. Je mag daarom zelfstandig verder werken aan module 11. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet

Nadere informatie

Bilan 4 «À la recherche»

Bilan 4 «À la recherche» Begeleid zelfstandig leren Bilan 4 «À la recherche» Tijdsduur: 50 minuten Benodigdheden: een blauwe en groene balpen Nom:............ Classe:............................ N :............ Een woordje uitleg:

Nadere informatie

Leer je talen. Podcast woordenlijsten

Leer je talen. Podcast woordenlijsten Leer je talen Podcast woordenlijsten Leer je talen Dit zijn de podcast lijsten die horen bij spel nummer 3 van de Franse taal! Hoe werkt het? 1. De kaartjes zijn allemaal genummerd 2. De lijsten met woorden,

Nadere informatie

III. L adjectif. III. L adjectif. 1. Accord de l adjectif 1.1 L adjectif prend s 1.2 L adjectif + E 1.3 L adjectif substantivé

III. L adjectif. III. L adjectif. 1. Accord de l adjectif 1.1 L adjectif prend s 1.2 L adjectif + E 1.3 L adjectif substantivé III. 1. Accord de l adjectif 1.1 prend s 1.2 + E 1.3 substantivé 2. Les degrés de comparaison 2.1 Les comparatifs 2.2 Les superlatifs 2.3 Les irréguliers 1 III. 1. Accord de l adjectif 1.1. prend S Quand

Nadere informatie

een boek boeken het boek de boeken een boom bomen de boom de bomen een vriendin vriendinnen de vriendin de vriendinnen

een boek boeken het boek de boeken een boom bomen de boom de bomen een vriendin vriendinnen de vriendin de vriendinnen 1 LIDWOORDEN un livre des livres le livre les livres een boek boeken het boek de boeken un arbre des arbres l arbre les arbres een boom bomen de boom de bomen une copine des copines la copine les copines

Nadere informatie

Vocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit

Vocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit Vocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit 1. Kopieer de Franse woorden in de tweede kolom. Let op de accentjes en de hoofdletters! 2. Studeer de woorden in door af te dekken. Woordjes die je

Nadere informatie

Q U K G D T P E H B Z L R W C I F J M S X. Maman est allée au supermarché. Elle a acheté beaucoup et elle a tout mis. en plastique.

Q U K G D T P E H B Z L R W C I F J M S X. Maman est allée au supermarché. Elle a acheté beaucoup et elle a tout mis. en plastique. 35 unité 1 Welke letters van het alfabet vind je niet terug in het kader? Schrijf ze in de goede volgorde op, dan kun je er een korte Franse zin mee maken. Hoe zeg je hetzelfde in het Nederlands? Q U K

Nadere informatie

l'argent Donne. L'argent! pris J'ai pris mon suppositoire. Dépêche-toi! sûr - T'es sûr? Je connais quelqu'un qui peut. Merci Merci. Au revoir.

l'argent Donne. L'argent! pris J'ai pris mon suppositoire. Dépêche-toi! sûr - T'es sûr? Je connais quelqu'un qui peut. Merci Merci. Au revoir. bon anniversaire Bon anniversaire, mon petit. l'argent Donne. L'argent! le quartier Tu habites dans le quartier? le ticket T'as le ticket? pris J'ai pris mon suppositoire. Dépêche-toi! donne Donne. L'argent!

Nadere informatie

33624 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

33624 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 33624 BELGISCH STAATSBLAD 30.05.2016 Ed. 2 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN [C 2016/03171] 26 MEI 2016. Koninklijk besluit tot vastlegging van het model van het aangifteformulier inzake

Nadere informatie

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD 30611 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2015/03204] 26 MAI 2015. Arrêté royal déterminant le modèle de la formule de déclaration en matière d impôt des sociétés pour l exercice d imposition 2015 (1) PHILIPPE,

Nadere informatie

Inhoud. Taalregel Etape Bladzijde

Inhoud. Taalregel Etape Bladzijde Franconville 4 Taalregels vmbo Inhoud Taalregel Etape Bladzijde 1 Spellen Parler 2 2 2 Hoofdtelwoorden Lire 2 2 3 Rangtelwoorden Parler 8 2 4 Landen en nationaliteiten Ecrire 1 2 5 Voorzetsels Ecouter

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît?

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? - Belangrijkste benodigdheden Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Parlez-vous _[langue]_? Vragen of iemand een bepaalde taal spreekt

Nadere informatie

Bonjour, Amicalement. Peter SE PRÉSENTER (2DE GRAAD BSO)

Bonjour, Amicalement. Peter SE PRÉSENTER (2DE GRAAD BSO) SE PRÉSENTER (2DE GRAAD BSO) 1 Lisez la lettre et complétez la fiche. (compréhension écrite) Lees de brief en vul de fiche aan. Bonjour, Je m'appelle Peter Versteene et j'ai treize ans. J'habite à Steenderen

Nadere informatie

Quel travail font tes parents? Ma mère travaille à la maison et mon père travaille dans une office. Welk

Quel travail font tes parents? Ma mère travaille à la maison et mon père travaille dans une office. Welk Boekverslag door A. 1461 woorden 16 mei 2005 6.1 445 keer beoordeeld Vak Frans Frans Proefwerk hoofdstuk 12-13-14: Taalvaardigheid: Comment tu t appelles? Comment t appelles tu? Je m appelle Henrike. Wat

Nadere informatie

100% VEILIG WERKEN DOE JE ZELF!

100% VEILIG WERKEN DOE JE ZELF! PROTECTION NE SUFFISENT PAS! TRAVAILLER EN TOUTE SÉCURITÉ, VOUS LE FAITES VOUS-MÊME! 00% VEILIG WERKEN 00% VEILIG WERKEN Vaak hebben werknemers wel alle persoonlijke beschermingsmiddelen om veilig te werken

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie - Belangrijkste benodigdheden Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Parlez-vous anglais? Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Parlez-vous

Nadere informatie

ISBN: KB: D/2010/0147/159 Bestelnummer: NUR: 191

ISBN: KB: D/2010/0147/159 Bestelnummer: NUR: 191 5 Leerwerkboek Conform met het Europees Referentiekader en de daarop aansluitende eindtermen en leerplannen van 2010. Auteur : E. Tant Tekeningen : Alexandra Pillaert Herdruk : 2010 234 /2010 ISBN : 978

Nadere informatie

38 heures pour les entreprises qui occupent moins que 50 travailleurs;

38 heures pour les entreprises qui occupent moins que 50 travailleurs; BLANCHISSERIES - C.C.T. : DUREE DU TRAVAIL - DUREE DU C.C.T. du 07.02.1991 (A.R. 17.06.1992 - M.B. 01.08.1992) C.C.T. du (A.R. - M.B. 16.06.1994), modifiée par C.C.T. du 16.03.1995 (A.R. 19.09.1995 - M.B.

Nadere informatie

Unité 5 Diagnose Kopieerblad 1

Unité 5 Diagnose Kopieerblad 1 Unité 5 Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet

Nadere informatie

k ga naar school e vais à l ecole

k ga naar school e vais à l ecole Nederlandstalig onderwijs k ga naar school e vais à l ecole Nederlands Français k ga naar school e vais à l école Wat heb ik goed geslapen. Mama helpt me bij het wassen en aankleden. Ze vertelt me dat

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie - Belangrijkste benodigdheden Kunt u me alstublieft helpen? Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Spreekt u Engels? Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Spreekt u _[taal]_?

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt - Belangrijkste benodigdheden Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Parlez-vous _[langue]_? Vragen of iemand een bepaalde taal spreekt

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt de vorige modules knap gewerkt, dus mag je nu alleen starten met de leerstof Frans zelfstandig te verwerken. We beginnen te werken met module 6. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je

Nadere informatie

werkwoorden in de toekomende tijd

werkwoorden in de toekomende tijd werkwoorden in de toekomende tijd 9 Futur proche 135 Vul de zinnen aan met de juiste vorm van de werkwoorden tussen haakjes in de futur proche. a) Cet après-midi, je les courses avec ma mère. (faire) b)

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt de vorige modules knap gewerkt, dus mag je nu alleen verder werken met module 8. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet Wanneer je een dialoog of een oefening moet beluisteren, beluister

Nadere informatie

Le Français des vacances. Niveau

Le Français des vacances. Niveau Le Français des vacances Niveau 1 Unité 1 Se Présenter 1. Lees de volgende uitspraken. Wat zeggen deze mensen? Bonjour Bonsoir Salut Ça va? Ça va, et toi? Ça va, et vous? 2. Luister naar de dialoog. Wat

Nadere informatie

Beschrijving van de taalniveaus van A1 tot C1

Beschrijving van de taalniveaus van A1 tot C1 Beschrijving van de taalniveaus van A1 tot C1 v o o r p r oefj e v o o r p r o e f j e Begrijpen Spreken Schrijven Luisteren Lezen Productie Interactie Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen

Nadere informatie

Voorbeelden van examenopgaven moderne vreemde talen op niveau A2

Voorbeelden van examenopgaven moderne vreemde talen op niveau A2 Voorbeelden van examenopgaven moderne vreemde talen op niveau A2 Niveau: A2 Beheersingsniveau: Kan korte, eenvoudige teksten lezen. Kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse

Nadere informatie

MÉTRO, BOULOT, DODO. Unité 1. Vocabulaire 1 Lees de zinnen en kruis het juiste woord / de juiste uitdrukking aan.

MÉTRO, BOULOT, DODO. Unité 1. Vocabulaire 1 Lees de zinnen en kruis het juiste woord / de juiste uitdrukking aan. Unité 1 MÉTRO, BOULOT, DODO Vocabulaire 1 Lees de zinnen en kruis het juiste woord / de juiste uitdrukking aan. 1. Aujourd hui, c est la rentrée. Les enfants a reprennent b rangent c terminent l école

Nadere informatie

PRONOMS PERSONNELS <lang> (3 HAVO-VWO) 1. VORMEN : vier rijtjes:

PRONOMS PERSONNELS <lang> (3 HAVO-VWO) 1. VORMEN : vier rijtjes: PRONOMS PERSONNELS (3 HAVO-VWO) 1. VORMEN : vier rijtjes: ONDERWERP (1E NAAMVAL) LIJDEND VOORWERP (4E NAAMVAL) JE IK ME (M') MIJ, ME TU JIJ/JE TE (T') JOU/JE IL HIJ (HET) LE (L') HEM/HET ELLE ZIJ/ZE

Nadere informatie

* Les illustrations peuvent s écarter de la réalité. * Afbeeldingen kunnen afwijken van de werkelijkheid.

* Les illustrations peuvent s écarter de la réalité. * Afbeeldingen kunnen afwijken van de werkelijkheid. CHRISTMAS AT WORK Nous sommes ravis de vous présenter nos thèmes de Noël pour 2016 : SECRETS, PURE, TRADITION et MISTY.* Outre ces nouveaux thèmes, nous continuons aussi à proposer les thèmes CLASSIC (doré,

Nadere informatie

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 52686 VLAAMSE OVERHEID Leefmilieu, Natuur en Energie [C 2015/36016] 30 JULI 2015. Ministerieel besluit tot wijziging van de kaart van de focusgebieden, opgenomen in de bijlage bij het besluit van de Vlaamse

Nadere informatie

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek

Nadere informatie

GRAMMATICA 1 ZELFSTANDIGE NAAMWOORDEN. 1.1 Eigennamen. 1.1.1 Geografische benamingen. 1.2.2 Meervoud van zelfstandige naamwoorden

GRAMMATICA 1 ZELFSTANDIGE NAAMWOORDEN. 1.1 Eigennamen. 1.1.1 Geografische benamingen. 1.2.2 Meervoud van zelfstandige naamwoorden GRAMMATICA 1 ZELFSTANDIGE NAAMWOORDEN 1.1 Eigennamen Eigennamen beginnen met een hoofdletter. Ze hebben over het algemeen geen meervoudsvorm. Je vous présente Antoine. (eigennaam) 1.1.1 Geografische benamingen

Nadere informatie

Het minimum toepasselijk op het bediendenpersoneel, wordt vanaf 1 januari 2000 bepaald :

Het minimum toepasselijk op het bediendenpersoneel, wordt vanaf 1 januari 2000 bepaald : _ -12-1999 COMITE VOOR DE X? van de collectieve van 14 oktober 1992 de collectieve van 15 maart 1985 en 25 juni 1985) vaststelling van de arbeids- en 1 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 oktober

Nadere informatie

1.1 Introduction... 2. 1.2 Leçon 1: Se présenter... 3. 1.3 Prononciation... 5. 1.4 Culture: Un, deux, trois ou quatre bisous... 7. 1.5 Grammaire...

1.1 Introduction... 2. 1.2 Leçon 1: Se présenter... 3. 1.3 Prononciation... 5. 1.4 Culture: Un, deux, trois ou quatre bisous... 7. 1.5 Grammaire... Frans A1 Livret de français 1 Se présenter Sommaire 1.1 Introduction... 2 1.2 Leçon 1: Se présenter... 3 1.3 Prononciation... 5 1.4 Culture: Un, deux, trois ou quatre bisous... 7 1.5 Grammaire... 7 1.6

Nadere informatie

Het enkelvoud van het bezittelijk voornaamwoord: mon/ma ton/ta son/sa

Het enkelvoud van het bezittelijk voornaamwoord: mon/ma ton/ta son/sa LESVOORBEREIDING A. Identificatiegegevens Student(e): Stageschool: Klas: Stageklas: 5 Stageles nr.: Vaklector: Mentor: Datum stageles: Stagelector: Begin- en einduur: 13u30-13u55 LEERGEBIED: Frans ONDERDEEL:

Nadere informatie

Voudriez-vous me faire savoir si vous pouvez nous recevoir dans votre hôtel le 16 août dans l après-midi?

Voudriez-vous me faire savoir si vous pouvez nous recevoir dans votre hôtel le 16 août dans l après-midi? Hilversum, le 15 janvier 2012 Monsieur, J ai l intention de passer mes vacances à Nice pendant la seconde moitié du mois d août. Je ferai le voyage en auto avec ma femme et mes deux fils de 12 et de 15

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

Hôtel Eurocatering. 26 oct. Sauna 24,75 7 173,25. 27 oct. Petit-déjeuner 14,50 15 217,50. Sous-total 3645,25 TVA 21% 765,50.

Hôtel Eurocatering. 26 oct. Sauna 24,75 7 173,25. 27 oct. Petit-déjeuner 14,50 15 217,50. Sous-total 3645,25 TVA 21% 765,50. CONTEXTE 1.3 Une erreur dans la facture 1. Lisez les nombres productief kaartjes - klassikaal Zie Fiches à découper. Aantal setjes = 1. Elke leerling krijgt een kaartje. Ze lopen rond in de klas en houden

Nadere informatie

Toetsen juni Wat moet ik leren voor. Frans. Toetsenplanning juni de leerjaar De eik Wellen

Toetsen juni Wat moet ik leren voor. Frans. Toetsenplanning juni de leerjaar De eik Wellen Toetsen juni 2014 Wat moet ik leren voor Mondeling Jezelf voorstellen Quelle heure est-il? (p. 9 + 55) Unité 3: Texte 2: La famille Durand fait des courses. (p. 14) Quel temps fait-il? (p. 17) Unité 4:

Nadere informatie

Ben Dijkzeul. Kortom. Franse grammatica. Walvaboek

Ben Dijkzeul. Kortom. Franse grammatica. Walvaboek Ben Dijkzeul Kortom Franse grammatica Walvaboek INHOUD 1 Het lidwoord 3 2 Het zelfstandig naamwoord 5 3 Het bijvoeglijk naamwoord 6 4 Het bijwoord 8 5 De trappen van vergelijking 9 6 Het voornaamwoord

Nadere informatie

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen - Vinden Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen... une chambre à louer?... une auberge de jeunesse?... un hôtel?... une chambre d'hôtes?... un camping? Quels sont les prix là-bas? Over

Nadere informatie

Zich voorstellen. Hoofdstuk 1 Chapitre 1. Se présenter OBJECTIFS

Zich voorstellen. Hoofdstuk 1 Chapitre 1. Se présenter OBJECTIFS Zich voorstellen Se présenter OBJECTIFS Je suis capable de saluer quelqu un. Je me présente avec des formules de base. Je sais dire où j habite. Je communique les langues que je maîtrise. J emploie les

Nadere informatie

17609_Manual_zet in en win.indd :03

17609_Manual_zet in en win.indd :03 17609_Manual_zet in en win.indd 1 18-07-12 10:03 NL Spelregels Een vraag- en antwoordspel, waarbij je niet zélf alle antwoorden hoeft te weten; als je goed in kunt schatten wat je medespelers weten, scoor

Nadere informatie