Mogelijke 'vragen' mondelinge examens zesde leerjaar (per 4 contacten):

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Mogelijke 'vragen' mondelinge examens zesde leerjaar (per 4 contacten):"

Transcriptie

1 Mogelijke 'vragen' mondelinge examens zesde leerjaar (per 4 contacten): 1. Contact 1 t.e.m. 4 (onthoudboek blz ) 1.1 Parler des vacances. (spreek over jouw bestaande of gedroomde vakantie) Mogelijke vragen: Comment vont les vacances? Qu'est-ce que tu fais là-bas? Vous allez où en vacances? Pour combien de temps? Comment vous y allez? 1.2 Faire la connaissance de quelqu'un à l'école. (iemand leren kennen op school) Mogelijke vragen: Tu habites où? Comment vas-tu à l'école? Tu es en quelle classe? Tu as combien d'heures de...? 1.3 Ne pas comprendre quelque chose et demander de l'aide. (iets niet begrijpen en hulp vragen) Mogelijke vragen: Tu as un instant pour moi? Tu veux...? Je ne comprends pas... tu peux m'aider? Merci de ton aide. 1.4 Exprimer les jours, mes mois et les saisons. (de dagen van de week, de maanden en de seizoenen correct kunnen gebruiken) Mogelijke vragen: Nous sommes quel jour? En quel mois sommes-nous? Octobre,... se situe en quelle saison? 2. Contact 5 t.e.m. 8 (onthoudboek blz ) 2.1 Parler de l'argent de poche. (over zakgeld spreken) Mogelijke vragen: Tu reçois de l'argent de poche? Tu fais quoi pour gagner de l'argent? Tes parents te donnent combien d'argent de poche? C'est assez? 2.2 Faire des courses - vêtements. (gaan winkelen voor kledij: je trekt enkele foto's van kledij die je moet kopen, je vraagt zelf naar de prijs) Mogelijke vragen: Vous désirez, Mademoiselle? Vous avez une couleur préférée? Vous faites quelle taille? 2.3 Parler des fêtes. (spreken over feesten) Mogelijke vragen: Quelles fêtes aimes - tu? Quelle est ta fête préférée? Pourquoi tu aimes cette fête? 2.4 Exprimer la date. (zeggen over welke datum het gaat) Mogelijke vragen: Nous sommes le combien? (Ik toon je een datum op de klikkalender)

2 Mogelijke 'vragen' mondelinge examens zesde leerjaar (per 4 contacten): 3. Contact 9 t.e.m. 12 (onthoudboek blz ) 3.1 Parler de tes loisirs. (spreek over jouw vrije tijd - hobby's) Mogelijke vragen: Quels sont tes loisirs? Quel sport fais-tu? Tu joues quel instrument? Tu joues souvent? 3.2 Décrire son village/ sa ville / son habitation. (je dorp / je stad / je woning beschrijven) Mogelijke vragen: Tu habites où? Quelle est ton adresse? Qu'est-ce qu'il y a dans ton village? Tu aimes habiter dans ta ville? Pourquoi (pas)? Explique moi le chemin (je krijgt een plattegrond van een dorpje waarop je mij de weg uitlegt naar...). 3.3 Parler de ses activités quotidiennes. (spreek over je dagelijkse activiteiten) Mogelijke vragen: Tu te lèves à quelle heure? Tu fais quoi d'abord? Et après? Quand vas-tu dormir. Qu'est-ce que tu fais après l'école? Explique moi le chemin de chez toi à l'école? 3.4 Faire des courses. (boodschappen doen) Mogelijke vragen: De quoi as-tu besoin? (je trekt foto's van producten uit de winkel). 4. Contact 13 t.e.m. 16 (onthoudboek blz ) 4.1 Exprimer des sensations après une chute. (spreek over je gevoelens na een valpartij) Mogelijke vragen: Qu'est-ce qui s'est passé? Tu as mal où? C'est grave? Tu veux appeler le médecin? C'est quoi ça? (ik toon een lichaamsdeel) 4.2 Exprimer ses souhaits dans un restaurant. (in een restaurant zeggen wat je wil) Mogelijke vragen: Qu'est-ce que vous voulez manger comme entrée? Et puis? Que desirez-vous comme dessert? (je trekt een foto van een voor, -hoofd -en nagerecht) 4.3 Parler d'un voyage scolaire. (spreken over een schoolreis) Mogelijke vragen: Tu as visité quoi? Où as-tu pris le déjeuner? Qu'est-ce que vous avez fait? 4.4 Parler d'une photo de classe. (spreken over een klasfoto) Mogelijke vragen: Je brengt een klasfoto mee en je antwoordt op mijn vragen.

3 Mogelijke 'vragen' mondelinge examens start zesde leerjaar: (zie petit livre vert à la page 1-13, de vermelde contacten zijn die uit L5) 1. Contact 1 t.e.m iemand begroeten en afscheid nemen (begroet de meester bij de start van het examen, zeg ook 'dada' als je vertrekt na het examen) Mogelijke vragen: Comment ça va? ça va? et toi? 1.2 vragen waar iemand gaat en erop antwoorden (je trekt een naam of namen en een foto van een plaats, zoals school, huis,...) Mogelijke vragen:...(naam) va (vont) où? Tu vas où? (je trekt een foto voor de plaats waar jij naartoe gaat) 1.3 vragen waar iemand is en erop antwoorden (je trekt een naam of namen en een foto van een plaats, zoals school, huis,...) Mogelijke vragen:...(naam) est (sont) où? Tu es où? (je trekt een foto voor de plaats waar jij bent) 1.4 feliciteren bij een verjaardag, geschenk aanbieden, verwonderen en danken (het is de verjaardag van de meester, je wenst hem proficiat en geeft hem een fictief geschenk) Mogelijke vragen: Merci, c'est quoi? Qu'est-ce que c'est? 2. Contact 5 t.e.m zich voorstellen of iemand anders voorstellen (stel jezelf voor: naam, woonplaats, leeftijd, leerjaar, gezin,...) Mogelijke vragen: Présente toi un peu. 2.2 iemand beschrijven (stel de klasgenoot voor die je uit de hartendoos trok) Mogelijke vragen: Il/elle est comment? 2.3 het uur aanduiden (de klok correct lezen en correct aanduiden) Mogelijke vragen: Il est quelle heure? Fais l'heure que je dis. (en dan zeg ik welk uur je op de klok moet maken) 2.4 zeggen waar iets of iemand zich bevindt (je trekt een foto van een ding en van een plaats, je zegt dat dat ding op die plaats is) Mogelijke vragen: Où est...? Où sont...? 2.5 de kleuren benoemen (je trekt een foto van een voorwerp en een kleur, je zegt dat dat ding die kleur heeft) Mogelijke vragen: Quelle couleur a...? Quelle couleur ont les...?

4 3. Contact 9 t.e.m winkelen (je gaat bij de meester winkelen, je trekt een Nederlands boodschappenlijstje en je bestelt wat je nodig hebt en je vraagt hoeveel je moet betalen) Mogelijke vragen: Vous désirez? Et avec ça? Vous n'allez pas payer? 3.2 de weg vragen en aanduiden (je trekt een plattegrond en een eindbestemming, je legt aan de meester uit hoe hij daar moet geraken vanop de plaats 'vous êtes ici') Mogelijke vragen: Excusez-moi, je cherche...? 3.3 spreken over je lievelingsdier (je spreekt over je lievelingsdier) Mogelijke vragen: Ton animal préféré, c'est quoi? Et pourquoi? 4. Contact 13 t.e.m spreken over je woonplaats/huis (je gaat bij de meester spreken over je woonplaats, mag fictief zijn) Mogelijke vragen: Tu habites où? Tu habites loin d'ici? Il y a combien de pièces? Quelles pièces en bas/haut? Il y a un jardin? 4.2 telefoneren (je neemt de telefoon vast die vóór de meester ligt en belt hem op, je mag zelf kiezen waarom je belt) (de meester belt naar jou omdat hij met je (fictieve?) broer wil spreken, jij neemt op) Mogelijke vragen: C'est qui à l'appariel? Comment ça va? Ton frère est là? 4.3 samen tafelen (je kan samen met de meester de tafel dekken, het materiaal zal klaarliggen, je lievelingseten opnoemen) Mogelijke vragen: Qu'est-ce qu'il faut mettre? On mange quoi? Passe moi les fourchettes. Tu aimes les frites,...? C'est quoi, ton plat préféré? 4.4 de toelating vragen/geven-weigeren (je trekt een activiteit en vraagt de toelating om dat te mogen doen, de meester trekt een activiteit en vraagt aan jou de toelating om dat te mogen doen: jij geeft hem de toelating niet en zegt waarom) Mogelijke vragen: Tu veux faire quoi? Je peux aller jouer avec mes copains? Pourquoi pas? Alors, qu'est-ce qu'il y a à la télé? 4.5 de voorzetsels (de dingen kunnen situeren/zeggen waar ze zijn. Je ziet een voorwerp en een plaats en zegt waar dat voorwerp is. De meester legt een voorwerp op een grote foto en vraagt waar het voorwerp is. Je kunt tonen waar een voorwerp moet zijn als de meester zegt dat de cd onder de kast ligt) Mogelijke vragen: Où est le CD? C'est qui à côté de Louis? Le jeu est sur la table. Montre moi ça.

5 Test orale L5.1 (zie ook onthoudboek = petit livre vert à la page 1-3 n 1-5) 1.1 iemand begroeten en afscheid nemen Ik wacht op jouw begroeting. Par exemple, tu dis: Bonjour. A, bonjour, ça va? Oui, ça va et toi? En op het einde, neem je ook afscheid. P.e., tu dis: Au revoir. 1.2 vragen waar iemand gaat en erop antwoorden Tu prends un nom. C'est qui? Tu dis: C'est... (nom). Tu prends une photo. C'est où? Tu dis: C'est... (p.e. à la piscine). Alors,... (nom) va où? Tu dis:... (nom) va... (p.e. au magasin). Tu prends une autre photo. Tu vas où? Tu dis: Je vais... (p.e. à la poste) 1.3 vragen waar iemand is en erop antwoorden Tu prends un nom. C'est qui? Tu dis: C'est... (nom). Tu prends une photo. C'est où? Tu dis: C'est... (p.e. à la maison). Alors,... (nom) est où? Tu dis:... (nom) est... (p.e. à l'école). Tu prends une autre photo. Tu es où? Tu dis: Je suis... (p.e. au garage) 1.4 jarige feliciteren, geschenk aanbieden en danken C'est mon anniversaire aujourd'hui. Tu dis: Bonne anniversaire. J'ai un cadeau pour toi. C'est quoi? Tu dis: C'est... (p.e. un CD, une pomme) 1.5 zich voorstellen of iemand anders voorstellen Présente toi un peu.tu dis 5 choses de toi. P.e. Je m'appelle... J'ai... ans. J'habite à... J'aime... (couleur/repas/sport/personne/activité/...) J'ai... soeurs et je n'ai pas de frère. Je suis en sixième dans la classe six B. En zo verder: je zegt dus minstens 5 correcte dingen over jezelf in het Frans. Tu prends un nom.c'est qui? Tu dis: C'est... (le nom). Elle/il est comment? Tu dis: Elle/il a les cheveux... et les yeux... Elle/il est... (grand/petit/agréable/sympathique/une fille/...) Elle/il n'est pas... En zo verder: je zegt minstens 3 dingen over de getrokken persoon in het Frans.

6 Test orale L5.2 (zie ook onthoudboek = petit livre vert à la page 4-6 n 6-10) 2.0 iemand begroeten (zie 1.1) 2.1 zeggen hoe laat het is Ik toon een (gemaakt) uur op een klok en vraag: Il est quelle heure? Tu réponds: Il est... (p.e. cinq heures moins le quart) 2.2 zeggen welke dag het is Ik toon een (gemaakte) datum op mijn click-a-date en vraag: Nous sommes quel jour? Tu réponds: Nous sommes le... (p.e. premier juillet). Dites un peu tous les jours de la semaine. Tu dis: lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche. 2.3 de plaats van iets of iemand bepalen Ik leg een pen en een blad op tafel. Le stylo est où? Tu dis: Le stylo est... (contre/dans/sous/sur/derriére/devant/à côté de: à gauche de/à droite de/...) la feuille. 2.4 getallen lezen tot 20 Tu prends une carte. C'est quel chiffre? Tu dis: C'est... (le chiffre). 2.5 de kleuren benoemen Ik toon u iets. C'est quelle couleur? Tu dis: C'est... (la couleur).

7 Test orale L5.3 (zie ook onthoudboek = petit livre vert à la page 7-9 n 11-15) 3.0 iemand begroeten (zie 1.1) 3.1 winkelen Tu prends 5 photos. Fais ta commande. Tu dis: Je veux... (of je voudrais... of il me faut... of j'ai besoin de...) 3.2 de weg vragen en aanduiden Je ziet een plattegrond. Ik dicteer de weg. Jij volgt de weg met je vinger. Ik vraag de weg naar... en toon je waar ik ben op de plattegrond. Excusez-moi, je cherche le chemin pour... Tu dis... (zie hieronder) (0) Tu vas / vous allez... (1) jusqu'à (au)... (2) puis... (0)... et c'est là / Vous y êtes/ Tu y es. 1: à gauche --- tout droit --- à droite 2: la... (3) rue à gauche/droite au carrefour au rond-point aux feux ev. la gare, la piscine, la poste, l'hôtel (de ville), l'école... au parc, au magasin,... 3: première, deuxième, troisième, quatrième, cinqième, sixième, 7ième,... extra? en face de (tegenover), à côté de (naast), devant (voor), entre (tussen) 3.3 zeggen wat je lievelingsdier(en) is (zijn) Ton animal préféré, c'est quoi? Mon animal préféré, c'est spreken over je woonplaats Tu habites où? J'habite... (rue, n ). Il y a combien de pièces? Il y a... pièces dans ma maison. Quelles pièces en bas/haut? En bas, il y a... En haut, il y a... (of: tout est en bas). Il y a un jardin? Oui, il y a un jardin of Non, il n'y a pas de jardin.

8 3.5 telefoneren Je neemt een telefoon vast die vóór de meester ligt en belt hem op, je vraagt of je zijn broer kan spreken om samen te gaan zwemmen. Allô, Bart ici. Bonjour Bart, c'est... (ton nom). Est-ce que ton frère est à la maison? Non, mais je peux lui dire pourquoi tu as téléphoné? Oui, je veux aller nager avec ton frère. Ok, où et quelle heure? A la piscine vers... heure(s). Ok, je le lui dirai. Merci. Au revoir. Au revoir. Test orale L5.4 (zie ook onthoudboek = petit livre vert à la page n 16-20) 4.0 iemand begroeten (zie 1.1) 4.1 je wensen aan tafel uitdrukken Tu prends quoi comme petit déjeuner? Je prends... Voilà. Merci. Tu me passe le lait, s.t.p.? Voilà et bon appétit. Merci. 4.2 lichaamsdelen Ik wijs een lichaamsdeel aan en vraag: C'est quoi? C'est mon/ma toestemming vragen en (niet) geven Je peux aller jouer avec mes copains? Tu dis: Oui, tu peux aller jouer avec tes copains. of Non, tu ne peux pas aller jouer avec tes copains. 4.4 zeggen welk weer het is/wordt Ik toon u een weertype van onze kalender. Quel temps fait-il? Il... Ik toon u een ander weertype. Quel temps annoce la météo? Il va spreken over (fictieve) vakantieplannen Je ne vais pas en vacances. Et toi? Moi non plus. of Je vais... (où, comment, pour combien de temps)

6,6. Begrippenlijst door Jessy 1095 woorden 25 juni keer beoordeeld. Grandes Lignes Phrases Clés. Hoofdstuk 1. Ça va? = Hoe gaat het?

6,6. Begrippenlijst door Jessy 1095 woorden 25 juni keer beoordeeld. Grandes Lignes Phrases Clés. Hoofdstuk 1. Ça va? = Hoe gaat het? Begrippenlijst door Jessy 1095 woorden 25 juni 2017 6,6 19 keer beoordeeld Vak Methode Frans Grandes Lignes Grandes Lignes Phrases Clés Hoofdstuk 1 Ça va? = Hoe gaat het? Comment tu t'appelles? = Hoe heet

Nadere informatie

U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon.

U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon. U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon. Je m appelle Ric. / Mon nom est Verdonk. Quel est ton

Nadere informatie

J aimerais savoir. Que je suis content! Pourrais-tu parler plus lentement? Bouger me fait mal.

J aimerais savoir. Que je suis content! Pourrais-tu parler plus lentement? Bouger me fait mal. Je regrette. Ce n est pas grave. Ce n est pas normal. C est bête. J accepte tes excuses. J en ai marre! Oublions-le. Ne t inquiète pas! N en parlons plus. Profites-en! As-tu envie de Vous avez encore d

Nadere informatie

Talenquest Frans 2thv: Grammatica

Talenquest Frans 2thv: Grammatica Talenquest Frans 2thv: Grammatica Épisode 1: Onregelmatige werkwoorden Er zijn in het Frans naast regelmatige werkwoorden ook onregelmatige werkwoorden. Het is lastig om van onregelmatige werkwoorden de

Nadere informatie

Exercice A Vocabulaire F-N I Vertaal de vetgedrukte woorden in het Nederlands. II Noteer het juiste woord en vertaal het in het Nederlands.

Exercice A Vocabulaire F-N I Vertaal de vetgedrukte woorden in het Nederlands. II Noteer het juiste woord en vertaal het in het Nederlands. Libre Service Junior 1 HV Kennistoets versie A Unité 4 Toets Exercice A Vocabulaire F-N I Vertaal de vetgedrukte woorden in het Nederlands. 5 points / R 1 Dans ma rue, il y a beaucoup de magasins. 2 L

Nadere informatie

Chapitre 4, Ensemble!

Chapitre 4, Ensemble! ntwoorden 47 Chapitre 4, Ensemble! Orientation Exercice 1a 1 Grégoire 2 Julia 3 Julia 4 Camille 5 Romain 6 Hugo Exercice 1b B Exercice 1c 1 B 3 4 C 5 6 B 7 B Exercice 2 près le bac, je vais faire des études

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie - Belangrijkste benodigdheden Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Parlez-vous anglais? Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Parlez-vous

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît?

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? - Belangrijkste benodigdheden Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Parlez-vous _[langue]_? Vragen of iemand een bepaalde taal spreekt

Nadere informatie

Aantekening Frans les pronoms personnels

Aantekening Frans les pronoms personnels Aantekening Frans pronoms personnels Aantekening door een scholier 648 woorden 16 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Frans Pronoms personnels Plaats in de zin: Voor alle persoonlijke voornaamwoorden die

Nadere informatie

l'argent Donne. L'argent! pris J'ai pris mon suppositoire. Dépêche-toi! sûr - T'es sûr? Je connais quelqu'un qui peut. Merci Merci. Au revoir.

l'argent Donne. L'argent! pris J'ai pris mon suppositoire. Dépêche-toi! sûr - T'es sûr? Je connais quelqu'un qui peut. Merci Merci. Au revoir. bon anniversaire Bon anniversaire, mon petit. l'argent Donne. L'argent! le quartier Tu habites dans le quartier? le ticket T'as le ticket? pris J'ai pris mon suppositoire. Dépêche-toi! donne Donne. L'argent!

Nadere informatie

Taalregels. Praten, hebben, zijn, gaan, De werkwoorden

Taalregels. Praten, hebben, zijn, gaan, De werkwoorden Taalregels In dit grammaticaoverzicht kun je kiezen uit: S Volgorde in de Franse zin S Man, huis, deur, en zwaar, geel, zelfst. naamwoord en bijv. naamwoord S Le, la, les, de lidwoorden S Praten, hebben,

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in de vorige module flink gewerkt. Nu kan je zelfstandig verder werken aan module 12. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet

Nadere informatie

UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté!

UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté! UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté! Oefening 1: Cherchez les phrases dans le texte. Ecrivez les phrases sans fautes. Zoek volgende zinnen in de tekst. Schrijf ze correct over. - In de namiddag,

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie - Belangrijkste benodigdheden Kunt u me alstublieft helpen? Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Spreekt u Engels? Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Spreekt u _[taal]_?

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt - Belangrijkste benodigdheden Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Parlez-vous _[langue]_? Vragen of iemand een bepaalde taal spreekt

Nadere informatie

J' à Amersfoort, Lindenlaan 23.

J' à Amersfoort, Lindenlaan 23. Unité Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet wist,

Nadere informatie

Quel travail font tes parents? Ma mère travaille à la maison et mon père travaille dans une office. Welk

Quel travail font tes parents? Ma mère travaille à la maison et mon père travaille dans une office. Welk Boekverslag door A. 1461 woorden 16 mei 2005 6.1 445 keer beoordeeld Vak Frans Frans Proefwerk hoofdstuk 12-13-14: Taalvaardigheid: Comment tu t appelles? Comment t appelles tu? Je m appelle Henrike. Wat

Nadere informatie

4 nummer 1 nummer 2 nummer 3

4 nummer 1 nummer 2 nummer 3 Chapitre 0: C est parti 1 a 1) 2 a les vacances de school la nourriture la famille la maison l école les passe-temps het huis de familie de vakantie het eten de hobby s 2 b les vacances la nourriture la

Nadere informatie

Je n ai pas reçu le dépliant.

Je n ai pas reçu le dépliant. 1 Je n ai pas reçu le dépliant. Je bent telefoniste bij de klantendienst van Macro Alleur. Bij de aanbiedingen van de week is er een citruspers Philips AZ77. 1 Lees de dialoog La réception / Le service

Nadere informatie

VOCABULAIRE FRANCOFAN 1 MODULE 1 5. bonjour goeiedag voilà daarzo. salut hallo voici hierzo. oui ja aussi ook. non nee d accord ok.

VOCABULAIRE FRANCOFAN 1 MODULE 1 5. bonjour goeiedag voilà daarzo. salut hallo voici hierzo. oui ja aussi ook. non nee d accord ok. basiswoordenschat en uitdrukkingen bonjour goeiedag voilà daarzo salut hallo voici hierzo oui ja aussi ook non nee d accord ok et en les de merci (bien) bedankt les parents de ouders un / une een des /

Nadere informatie

LES CHIFFRES DE 1 À 40 (1STE GRAAD BSO)

LES CHIFFRES DE 1 À 40 (1STE GRAAD BSO) LES CHIFFRES DE 1 À 40 (1STE GRAAD BSO) De zéro à quarante Van nul tot veertig 0 zéro 1 un 11 onze 21 vingt et un 31 trente et un 2 deux 12 douze 22 vingt-deux 32 trente-deux 3 trois 13 treize 23 vingt-trois

Nadere informatie

III. L adjectif. III. L adjectif. 1. Accord de l adjectif 1.1 L adjectif prend s 1.2 L adjectif + E 1.3 L adjectif substantivé

III. L adjectif. III. L adjectif. 1. Accord de l adjectif 1.1 L adjectif prend s 1.2 L adjectif + E 1.3 L adjectif substantivé III. 1. Accord de l adjectif 1.1 prend s 1.2 + E 1.3 substantivé 2. Les degrés de comparaison 2.1 Les comparatifs 2.2 Les superlatifs 2.3 Les irréguliers 1 III. 1. Accord de l adjectif 1.1. prend S Quand

Nadere informatie

Voyage Logement. Logement - Trouver. Logement - Réserver. Demander son chemin vers un logement

Voyage Logement. Logement - Trouver. Logement - Réserver. Demander son chemin vers un logement - Trouver Où puis-je trouver? Demander son chemin vers un logement Waar kan ik vinden?... une chambre à louer?... een kamer te huur?... une auberge de jeunesse?... een hostel?... un hôtel?... een hotel?...

Nadere informatie

Zich voorstellen. Hoofdstuk 1 Chapitre 1. Se présenter OBJECTIFS

Zich voorstellen. Hoofdstuk 1 Chapitre 1. Se présenter OBJECTIFS Zich voorstellen Se présenter OBJECTIFS Je suis capable de saluer quelqu un. Je me présente avec des formules de base. Je sais dire où j habite. Je communique les langues que je maîtrise. J emploie les

Nadere informatie

SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden

SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden INTRODUCTION Alle persoonlijke voornaamwoorden vormen tezamen een groot en essentieel deel van de Franse taal en dan met name op het gebied

Nadere informatie

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen - Vinden Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen... une chambre à louer?... une auberge de jeunesse?... un hôtel?... une chambre d'hôtes?... un camping? Quels sont les prix là-bas? Over

Nadere informatie

Wie helpt? Weet je het nog? Luister en kies de juiste foto. Datum:... Klas:... Naam:... Voornaam:...

Wie helpt? Weet je het nog? Luister en kies de juiste foto. Datum:... Klas:... Naam:... Voornaam:... Naam:... Voornaam:... Datum:... 65 Luister en kies de juiste foto. Éditions VAN IN Onderweg! 3 Reproduction autorisée. Weet je het nog? Wie helpt? Klas:... 142 Onderweg3 GUIDE PROF.indd 142 1/12/14 20:56

Nadere informatie

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze.

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Parlez français à la pause-café. Utilisez 3 phrases en français pendant une réunion. Spreek Nederlands

Nadere informatie

Bonjour, Amicalement. Peter SE PRÉSENTER (2DE GRAAD BSO)

Bonjour, Amicalement. Peter SE PRÉSENTER (2DE GRAAD BSO) SE PRÉSENTER (2DE GRAAD BSO) 1 Lisez la lettre et complétez la fiche. (compréhension écrite) Lees de brief en vul de fiche aan. Bonjour, Je m'appelle Peter Versteene et j'ai treize ans. J'habite à Steenderen

Nadere informatie

geen voorzetsel in het NL iemand antwoorden répondre à qn ( = quelqu'un = iemand )

geen voorzetsel in het NL iemand antwoorden répondre à qn ( = quelqu'un = iemand ) Voorzetsels zijn altijd lastig in een vreemde taal. Wanneer vertaal je op met sur, wanneer met de, wanneer met à? Je moet het maar net weten. Of hier opzoeken natuurlijk :-) voorzetsels prépositions geen

Nadere informatie

Vendredi le dix-huit de cembre 2015.

Vendredi le dix-huit de cembre 2015. 2 Vendredi le dix-huit de cembre 205. Aangezien het jullie eerste jaar Frans is, is het belangrijk dat je continu blijft oefenen! (Dus ook in de vakanties ) Om jullie een beetje te verplichten alles bij

Nadere informatie

ISBN: KB: D/2010/0147/159 Bestelnummer: NUR: 191

ISBN: KB: D/2010/0147/159 Bestelnummer: NUR: 191 5 Leerwerkboek Conform met het Europees Referentiekader en de daarop aansluitende eindtermen en leerplannen van 2010. Auteur : E. Tant Tekeningen : Alexandra Pillaert Herdruk : 2010 234 /2010 ISBN : 978

Nadere informatie

6,2. Samenvatting door Jens 368 woorden 10 februari keer beoordeeld. 1.-Woorden SO en GP Frans (15/ )

6,2. Samenvatting door Jens 368 woorden 10 februari keer beoordeeld. 1.-Woorden SO en GP Frans (15/ ) Samenvatting door Jens 368 woorden 10 februari 2015 6,2 11 keer beoordeeld Vak Methode Frans D'accord! 1.-Woorden SO en GP Frans (15/20-01-15) https://www.scholieren.com/verslag/84625 Pagina 1 van 5 Frans

Nadere informatie

Hôtel Eurocatering. 26 oct. Sauna 24,75 7 173,25. 27 oct. Petit-déjeuner 14,50 15 217,50. Sous-total 3645,25 TVA 21% 765,50.

Hôtel Eurocatering. 26 oct. Sauna 24,75 7 173,25. 27 oct. Petit-déjeuner 14,50 15 217,50. Sous-total 3645,25 TVA 21% 765,50. CONTEXTE 1.3 Une erreur dans la facture 1. Lisez les nombres productief kaartjes - klassikaal Zie Fiches à découper. Aantal setjes = 1. Elke leerling krijgt een kaartje. Ze lopen rond in de klas en houden

Nadere informatie

Mijn vriendenboek. Voornaam: Gewicht:

Mijn vriendenboek. Voornaam: Gewicht: Mijn vriendenboek Voornaam: Naam: Woonplaats: Leeftijd: Verjaardag: Broers of zussen: Kleur van het haar: Kleur van de ogen: Lengte: Gewicht: Klas: Hobby s: Favoriete sport: Lievelingsvak op school: Lievelingseten:

Nadere informatie

Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering.

Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Parlez français à la pause-café. Utilisez 3 phrases en français pendant une réunion. Spreek Nederlands

Nadere informatie

Jaarwerkplan voor En action 5

Jaarwerkplan voor En action 5 1 Jaarwerkplan voor En action 5 Vaardighe Naamwoor naamwoor Voornaamwoor Bijwoor Voorzetsels Werkwoor 1 Bonjour! Moi, je suis... - iemand groeten. - mezelf voorstellen. - tot 10 tellen. je tu moi toi bonjour

Nadere informatie

Unité 5 Diagnose Kopieerblad 1

Unité 5 Diagnose Kopieerblad 1 Unité 5 Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet

Nadere informatie

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Waar kan ik vinden? Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen

Reizen Accommodatie. Accommodatie - Vinden. Accommodatie - Boeking. Waar kan ik vinden? Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen - Vinden Waar kan ik vinden? Où puis-je trouver? Om de weg naar je accommodatie vragen... een kamer te huur?... une chambre à louer?... een hostel?... une auberge de jeunesse?... een hotel?... un hôtel?...

Nadere informatie

Unité 6 Diagnose Kopieerblad 1

Unité 6 Diagnose Kopieerblad 1 Unité 6 Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet

Nadere informatie

basiszinnen spreekvaardigheid

basiszinnen spreekvaardigheid basiszinnen spreekvaardigheid Formele en informele spreektaal In dit hoofdstuk krijg je allerlei uitdrukkingen die je in veel voorkomende gesprekssituaties kunt gebruiken. Er zijn, net zoals in het Nederlands,

Nadere informatie

pendant le mieux serait de il vaut mieux

pendant le mieux serait de il vaut mieux en fin de sinon le passe-temps favori le lundi après-midi un dîner de famille grave pendant le mieux serait de il vaut mieux il est facile de il m arrive de j ai appris à parler français de toute façon

Nadere informatie

Antwoorden Frans Étape 8 (Franconville)

Antwoorden Frans Étape 8 (Franconville) Antwoorden Frans Étape 8 (Franconville) Antwoorden door een scholier 860 woorden 22 april 2007 5,4 76 keer beoordeeld Vak Frans Boek: Franconville Étape: 8 Opdracht 2A: Aankruizen: 1, 3, 5 en 6 Opdracht

Nadere informatie

Comprendre et se faire comprendre commence par s exprimer en néerlandais

Comprendre et se faire comprendre commence par s exprimer en néerlandais Comprendre et se faire comprendre commence par s exprimer en néerlandais Begrijpen en begrepen worden begint met het spreken van de Nederlandse taal La langue néerlandaise crée un lien entre nous Wat leest

Nadere informatie

En action 6. Woordtrainer. Salut! Ga naar voor meer informatie.

En action 6. Woordtrainer. Salut! Ga naar  voor meer informatie. Salut! Voor het tweede jaar op rij leer je Frans. Misschien heb je intussen ook al Frans kunnen spreken met Franstaligen. Lukte dat al? Of vond je het nog moeilijk? Bedenk dan dat je vorig jaar nog helemaal

Nadere informatie

MÉTRO, BOULOT, DODO. Unité 1. Vocabulaire 1 Lees de zinnen en kruis het juiste woord / de juiste uitdrukking aan.

MÉTRO, BOULOT, DODO. Unité 1. Vocabulaire 1 Lees de zinnen en kruis het juiste woord / de juiste uitdrukking aan. Unité 1 MÉTRO, BOULOT, DODO Vocabulaire 1 Lees de zinnen en kruis het juiste woord / de juiste uitdrukking aan. 1. Aujourd hui, c est la rentrée. Les enfants a reprennent b rangent c terminent l école

Nadere informatie

Voyage Logement. Logement - Trouver. Logement - Réserver. Waar kan ik vinden? Demander son chemin vers un logement

Voyage Logement. Logement - Trouver. Logement - Réserver. Waar kan ik vinden? Demander son chemin vers un logement - Trouver Waar kan ik vinden? Demander son chemin vers un logement... een kamer te huur?... een hostel?... een hotel?... een bed-and-breakfast?... een camping? Hoe zijn de prijzen daar? Demander les prix

Nadere informatie

15 et qui paie le loyer?

15 et qui paie le loyer? g r a m m at i c a 15 et qui paie le loyer? Maak de zinnen af met de juiste vorm van payer en het voorwerp op de foto* 1 2 3 4 5 6 1 Paul le 2 Moi, je la 3 Mon frère et moi, nous 4 Les cousins la le 5

Nadere informatie

CA MARCHE 5 : Au carrefour : Nederlands en Franse tekst samen

CA MARCHE 5 : Au carrefour : Nederlands en Franse tekst samen CA MARCHE 5 : Au carrefour : Nederlands en Franse tekst samen 1 Charles is in de groentenwinkel = Charles est au magasin de légumes. La vendeuse Vraag de meneer wat hij wenst. Monsieur, vous désirez? Vraag

Nadere informatie

Ik stel me voor VOCABULAIRE RAPPEL. een huis (het) une maison. een meisje (het) une ville. een huisdier (het) un animal domestique A RETENIR

Ik stel me voor VOCABULAIRE RAPPEL. een huis (het) une maison. een meisje (het) une ville. een huisdier (het) un animal domestique A RETENIR Néerlandais Ik stel me voor VOCABULAIRE zich voorstellen wonen een huis (het) een flat een broer een zus een halfbroer een halfzus een huisdier (het) een hond een kat een konijn (het) een dwergkonijn (het)

Nadere informatie

Op het potje Sur le petit pot

Op het potje Sur le petit pot Op het potje Sur le petit pot Wanneer wordt je kind zindelijk? Wat is zindelijkheid? Je kind is zindelijk als het: - niet meer in zijn broek plast. - overdag droog is. - zelf op het potje of het toilet

Nadere informatie

k ga naar school e vais à l ecole

k ga naar school e vais à l ecole Nederlandstalig onderwijs k ga naar school e vais à l ecole Nederlands Français k ga naar school e vais à l école Wat heb ik goed geslapen. Mama helpt me bij het wassen en aankleden. Ze vertelt me dat

Nadere informatie

Je rijdt recht door, voorbij het sportpaleis, over de brug van het Albertkanaal tot aan de verkeerslichten.

Je rijdt recht door, voorbij het sportpaleis, over de brug van het Albertkanaal tot aan de verkeerslichten. Eerste mogelijkheid U komt vanuit Brussel, Gent of Hasselt. U volgt de ring van Gent naar Breda tot aan de afrit Sportpaleis. Bij het nemen van deze afrit moet u voorsorteren om rechtdoor het kruispunt

Nadere informatie

Opdracht Frans R?f?rence Lange-o-th?que

Opdracht Frans R?f?rence Lange-o-th?que Opdracht Frans R?f?rence Lange-o-th?que Opdracht door een scholier 2118 woorden 15 december 2010 6,7 39 keer beoordeeld Vak Methode Frans Grandes Lignes Grandes Lignes, Référence blz. 63-66 tu peux te

Nadere informatie

AAN DE ANDERSTALIGE OUDERS VAN KINDEREN IN DE SCHOLEN VAN TERVUREN

AAN DE ANDERSTALIGE OUDERS VAN KINDEREN IN DE SCHOLEN VAN TERVUREN AAN DE ANDERSTALIGE OUDERS VAN KINDEREN IN DE SCHOLEN VAN TERVUREN Hoe schrijf ik mijn kind in op school? Welk schoolgerief moet ik kopen? Wat mag mijn kind eten en drinken op school? Wat heeft mijn kind

Nadere informatie

Éventail-junior. woordkaarten

Éventail-junior. woordkaarten Éventail-junior En action 6 woordkaarten 2 Unité 21 un oncle une tante l anglais (m.) 21 la mer un pays un village une ville jouer de la guitare jouer du piano parler (anglais) parler à (Sam) travailler

Nadere informatie

Vocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit

Vocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit Vocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit 1. Kopieer de Franse woorden in de tweede kolom. Let op de accentjes en de hoofdletters! 2. Studeer de woorden in door af te dekken. Woordjes die je

Nadere informatie

Schrijf de werkwoorden in de juiste vorm in de vakjes. Schrijf ook bij elke persoon de juiste naam

Schrijf de werkwoorden in de juiste vorm in de vakjes. Schrijf ook bij elke persoon de juiste naam 1 Schrijf de werkwoorden in de juiste vorm in de vakjes. Schrijf ook bij elke persoon de juiste naam. 19 (chatter) Amina 1 avec Barry. (danser) Madame Renard, vous 2 avec moi? ité (écouter) Nic et moi,

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie - Belangrijkste benodigdheden Can you help me, please? Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Do you speak English? Parlez-vous anglais? Vragen of iemand spreekt Do you speak _[language]_?

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in de vorige module goed gedaan. Je mag daarom zelfstandig verder werken aan module 11. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet

Nadere informatie

Unité 7 Diagnose Kopieerblad 1. Je. 1. Bonjour. Je ch une jupe. J ai b. mais je ai pas de chapeaux. 4

Unité 7 Diagnose Kopieerblad 1. Je. 1. Bonjour. Je ch une jupe. J ai b. mais je ai pas de chapeaux. 4 Unité 7 Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna Nog even oefenen Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad Als je een antwoord niet goed hebt of niet wist,

Nadere informatie

Référentiel grammaire : «Bouwstenen»

Référentiel grammaire : «Bouwstenen» Référentiel grammaire : «Bouwstenen» La phrase impérative (un ordre, une consigne) Le soleil garde toujours la première place lors d une consigne ou d un ordre Comprendre ou donner une consigne (aventure

Nadere informatie

Qui est à l appareil?

Qui est à l appareil? Qui est à l appareil? Plein feu Unité 2 Qui est à l appareil? Unité 2 2 Je leert een kort telefoongesprek voeren vragen of iemand er is afspreken met iemand en vragen of iemand al klaarstaat Het gebruik

Nadere informatie

Le Français des vacances. Niveau

Le Français des vacances. Niveau Le Français des vacances Niveau 1 Unité 1 Se Présenter 1. Lees de volgende uitspraken. Wat zeggen deze mensen? Bonjour Bonsoir Salut Ça va? Ça va, et toi? Ça va, et vous? 2. Luister naar de dialoog. Wat

Nadere informatie

Samenvatting Frans Grammaticatijden

Samenvatting Frans Grammaticatijden Samenvatting Frans Grammaticatijden Samenvatting door een scholier 908 woorden 28 oktober 2009 7,8 14 keer beoordeeld Vak Frans Passé Composé - Wat in het verleden gebeurt is of wat iemand gedaan heeft.

Nadere informatie

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens je volgende vergadering. Utilisez 3 phrases en français pendant votre prochaine réunion d équipe.

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens je volgende vergadering. Utilisez 3 phrases en français pendant votre prochaine réunion d équipe. Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens je volgende vergadering. Utilisez 3 phrases en français pendant votre prochaine réunion d équipe. Spreek Nederlands tijdens je volgende telefoongesprek. Parlez

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in module 8 knap gedaan. Je mag daarom zelfstandig verder werken aan module 9. Je hebt daarvoor wel je boek 2B nodig. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je

Nadere informatie

Lees aandachtig de instructies. Als u onzeker bent over een antwoord, sla dan de opgave over. U krijgt dan geen punten.

Lees aandachtig de instructies. Als u onzeker bent over een antwoord, sla dan de opgave over. U krijgt dan geen punten. Voyages nieuw 1 Met deze instaptoets kunt u zelf uw kennis van het Frans op niveau A1 toetsen. U krijgt, afhankelijk van uw uitslag, een advies met welke unité van Voyages nieuw 1 u het beste kunt beginnen.

Nadere informatie

WAT MOET JE WETEN VOOR HET TAALDORP FRANS?

WAT MOET JE WETEN VOOR HET TAALDORP FRANS? WAT MOET JE WETEN VOOR HET TAALDORP FRANS? SITUATIE het taaldorp Frans ga je op vakantie in de bruisende stad Parijs. Je moet je kunnen redden in de volgende situaties: 1) Fiche d identité (paspoort invullen)

Nadere informatie

Acceptez-vous le paiement par carte? Acceptez-vous le paiement par carte? Vragen of je met een creditcard kunt betalen

Acceptez-vous le paiement par carte? Acceptez-vous le paiement par carte? Vragen of je met een creditcard kunt betalen - Bij de ingang Je voudrais réserver une table pour _[nombre de personne]_ à _[heure]_. Een reservering doen Une table pour _[nombre de personne]_, s'il vous Om een tafel vragen Je voudrais réserver une

Nadere informatie

In deze Lesbrief ga je een vlog maken waarin je over jezelf, je familie, je school en je hobby s vertelt.

In deze Lesbrief ga je een vlog maken waarin je over jezelf, je familie, je school en je hobby s vertelt. Lesbrief Mon Vlog In deze Lesbrief ga je een vlog maken waarin je over jezelf, je familie, je school en je hobby s vertelt. Je hebt nodig: deze lesbrief met stappenplan de voorbeeldvlog van David (www.thiememeulenhoff.nl/monvlog)

Nadere informatie

Unité 3 Diagnose Kopieerblad 1. Bon! Je kunt in het Frans tot en met 39 tellen. 17,

Unité 3 Diagnose Kopieerblad 1. Bon! Je kunt in het Frans tot en met 39 tellen. 17, Unité Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet wist

Nadere informatie

Box and Blocks Test Of Manual Dexterity

Box and Blocks Test Of Manual Dexterity Handleiding voor de Box and Blocks Test Of Manual Dexterity Een test voor handmotoriek ADVYS art. 072280-7531 www.advys.be 1 Testprocedure: Klaarzetten van de test Open de testkoffer en plaats het tussenschot

Nadere informatie

C'est fini les vacances!

C'est fini les vacances! Contact 1 C'est fini les vacances! un 1 Écoute les 4 dialogues. ote le numéro de chaque dialogue dans le bon dessin. uister naar de 4 dialogen. oteer het nummer van elke dialoog bij de juiste tekening.

Nadere informatie

Immigratie Bank. Bank - Algemeen. Bank - Openen van een bankrekening. Kan ik geld afhalen in [land] zonder provisies te betalen?

Immigratie Bank. Bank - Algemeen. Bank - Openen van een bankrekening. Kan ik geld afhalen in [land] zonder provisies te betalen? - Algemeen Est-ce que je peux retirer de l'argent en [pays] sans payer de commission? Vragen of er provisies zijn wanneer u geld afhaalt in een bepaald land Quels sont les frais si je retire de l'argent

Nadere informatie

Immigratie Bank. Bank - Algemeen. Bank - Openen van een bankrekening. Est-ce que je peux retirer de l'argent en [pays] sans payer de commission?

Immigratie Bank. Bank - Algemeen. Bank - Openen van een bankrekening. Est-ce que je peux retirer de l'argent en [pays] sans payer de commission? - Algemeen Kan ik geld afhalen in [land] zonder provisies te betalen? Vragen of er provisies zijn wanneer u geld afhaalt in een bepaald land Wat zijn de provisies als ik geld wil afhalen bij een geldautomaat

Nadere informatie

Le transfert de la magnifique collection des livres français vers l OBA de cette année est une énorme valeur ajoutée pour tous les Amstellodamois!

Le transfert de la magnifique collection des livres français vers l OBA de cette année est une énorme valeur ajoutée pour tous les Amstellodamois! Votre excellence, chers amis, Hartelijk welkom, As-salam alaykom Bienvenue à la Nuit des Idées, Le transfert de la magnifique collection des livres français vers l OBA de cette année est une énorme valeur

Nadere informatie

Herhalingen over grammatica (voor de examens)

Herhalingen over grammatica (voor de examens) 1. Modale hulpwerkwoorden Herhalingen over grammatica (voor de examens) Vertaal in het Nederlands. 1. Vous pouvez (avoir la possibilité) manger un plat ou un dessert. 2. Ils doivent aller au magasin de

Nadere informatie

Exercice 18a De Franse schooldagen zijn lang (omdat er meer lesuren zijn dan in andere landen).

Exercice 18a De Franse schooldagen zijn lang (omdat er meer lesuren zijn dan in andere landen). Antwoorden 70 C L'organisation scolaire Exercice 15a 1 une nouvelle élève Fragment 2 2 un proviseur Fragment 1 3 un père X 4 deux copains de classe Fragment 3 Exercice 15b 5 de gastgezinnen ontmoeten 2

Nadere informatie

Aantekening Frans Vervoegingen werkwoorden (avoir, etre, faire, vouloir, pouvoir, aller)

Aantekening Frans Vervoegingen werkwoorden (avoir, etre, faire, vouloir, pouvoir, aller) Aantekening Frans Vervoegingen werkwoorden (avoir, etre, faire, vouloir, pouvoir, aller) Aantekening door A. 1086 woorden 28 september 2014 6,6 430 keer beoordeeld Vak Frans Avoir = hebben Présent j'ai

Nadere informatie

Vandaag met de fiets? Waarom ook niet morgen naar het werk, naar de sportclub of om je boodschappen te doen?

Vandaag met de fiets? Waarom ook niet morgen naar het werk, naar de sportclub of om je boodschappen te doen? Vandaag met de fiets? Waarom ook niet morgen naar het werk, naar de sportclub of om je boodschappen te doen? Enkele redenen om ook dagelijks te fietsen! Fietsen is snel! Fiets je minder dan 5 km in de

Nadere informatie

Ik stel me voor VOCABULAIRE RAPPEL A RETENIR. domestique. Je suis en quatrième année. Ik zit in het vierde leerjaar. un cobaye, un cochon d Inde

Ik stel me voor VOCABULAIRE RAPPEL A RETENIR. domestique. Je suis en quatrième année. Ik zit in het vierde leerjaar. un cobaye, un cochon d Inde Néerlandais Ik stel me voor VOCABULAIRE zich voorstellen se présenter RAPPEL wonen een huis (het) een flat een broer een zus een halfbroer habiter une maison un appartement un frère une soeur un demi-frère

Nadere informatie

Opdracht A1/A2 EERSTE RONDE TOP 50 FRANCOPHONE

Opdracht A1/A2 EERSTE RONDE TOP 50 FRANCOPHONE Opdracht A1/A2 EERSTE RONDE TOP 50 FRANCOPHONE (van 17 maart tot 28 maart) Activiteit 1 : ik ken het Franse Welke artiesten en Franse s ken je? Artiest... Chanson..... Artiest... Chanson..... Artiest...

Nadere informatie

Voorbeelden van examenopgaven moderne vreemde talen op niveau A2

Voorbeelden van examenopgaven moderne vreemde talen op niveau A2 Voorbeelden van examenopgaven moderne vreemde talen op niveau A2 Niveau: A2 Beheersingsniveau: Kan korte, eenvoudige teksten lezen. Kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse

Nadere informatie

bab.la Uitdrukkingen: Persoonlijke correspondentie Gelukwensen Frans-Nederlands

bab.la Uitdrukkingen: Persoonlijke correspondentie Gelukwensen Frans-Nederlands Gelukwensen : Huwelijk Félicitations. Nous vous souhaitons à tous les deux tout le bonheur du monde. Van harte gefeliciteerd. Wij wensen jullie alle geluk in de wereld. Gelukwensen aan een vers Félicitations

Nadere informatie

Vocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit

Vocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit Vocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit 1. Kopieer de Franse woorden in de tweede kolom. Let op de accentjes en de hoofdletters! 2. Markeer de mannelijke woorden in het blauw en de

Nadere informatie

5.5. Boekverslag door K. 718 woorden 3 februari keer beoordeeld. Frans toetje met vanillevla en geklopt eiwit

5.5. Boekverslag door K. 718 woorden 3 februari keer beoordeeld. Frans toetje met vanillevla en geklopt eiwit Boekverslag door K. 718 woorden 3 februari 2014 5.5 2 keer beoordeeld Vak Methode D'accord! Le radis La carotte Le thon La sauce tomate Le brocoli Le plat du jour Le poisson Une escalope de veau Un poulet

Nadere informatie

Woordenschat van unité 1 tot en met unité 20

Woordenschat van unité 1 tot en met unité 20 Woordenschat van unité 1 tot en met unité 0 à: (aller) à (Namur) naar (Namen gaan) 1 à (Paris) in (Parijs) 16 une adresse een adres 16 Quelle est ton adresse? Wat is jouw adres? 16 un âge een leeftijd

Nadere informatie

WAT MOET JE WETEN VOOR HET TAALDORP FRANS?

WAT MOET JE WETEN VOOR HET TAALDORP FRANS? WAT MOET JE WETEN VOOR HET TAALDORP FRANS? SITUATIE het taaldorp Frans ga je op vakantie in de bruisende stad Parijs. Je moet je kunnen redden in de volgende situaties: 1) Fiche d identité (paspoort invullen)

Nadere informatie

Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad

Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad dbp Villangues Carnet de voyage, op reis naar Taalstad Auteurs: Els Pieters Diane Olivier Ed de Boer Uitgever: dbp-villangues Ritzema Boskade 7 2101 GL

Nadere informatie

GEZONDHEID (La santé)

GEZONDHEID (La santé) FICHE LEXICALE NEERLANDAIS 1/5 GEZONDHEID (La santé) a. Wat zijn hun klachten? (De quoi se plaignent-ils?) A C B G I H 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. E D Klachten hoest moet overgeven ben verkouden heb

Nadere informatie

Veilig werken? Da s kinderspel! Travailler en toute sécurité? Un jeu d enfant!

Veilig werken? Da s kinderspel! Travailler en toute sécurité? Un jeu d enfant! Onze kinderen zijn onze grootste schatten. We proberen ze zo goed mogelijk af te schermen van alle potentiële gevaren. Maar met onze eigen veiligheid springen we vaak minder zorgzaam om. Met als uitgangspunt

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL. Les 1 Terug naar school! Les 2 Na school TAALCHECK. Les 3 Je ziet er goed uit! Les 4 - Vakantie... Schiet in actie!

INHOUDSTAFEL. Les 1 Terug naar school! Les 2 Na school TAALCHECK. Les 3 Je ziet er goed uit! Les 4 - Vakantie... Schiet in actie! INHOUDSTAFEL Les 1 Terug naar school! I In de klas 18 II Welkom in het eerste middelbaar! 30 III Waar kom je vandaan? 39 IV Hoe kom je naar school? 50 V Alles in één klap 63 VI Eindtaken 64 Les 2 Na school

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt de vorige modules knap gewerkt, dus mag je nu alleen verder werken met module 8. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet Wanneer je een dialoog of een oefening moet beluisteren, beluister

Nadere informatie

Voudriez-vous me faire savoir si vous pouvez nous recevoir dans votre hôtel le 16 août dans l après-midi?

Voudriez-vous me faire savoir si vous pouvez nous recevoir dans votre hôtel le 16 août dans l après-midi? Hilversum, le 15 janvier 2012 Monsieur, J ai l intention de passer mes vacances à Nice pendant la seconde moitié du mois d août. Je ferai le voyage en auto avec ma femme et mes deux fils de 12 et de 15

Nadere informatie

Kies jij Frans? Docentenhandleiding afbuigers havo en vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

Kies jij Frans? Docentenhandleiding afbuigers havo en vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Kies jij Frans? Docentenhandleiding afbuigers havo en vwo Differentiatie 3 havo/vwo SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Kies jij Frans? Docentenhandleiding afbuigers havo en vwo Maart

Nadere informatie

INFORMATIE TAALDORP LEERBOEKJE MET PHRASES-CLÉS

INFORMATIE TAALDORP LEERBOEKJE MET PHRASES-CLÉS INFORMATIE TAALDORP LEERBOEKJE MET PHRASES-CLÉS Wat moet je weten voor het taaldorp Frans? Situatie: In het taaldorp Frans ga je op vakantie in de bruisende stad Lyon. Je moet je kunnen redden in de volgende

Nadere informatie

Voornaam: Elena Naam: Raynaud. Voornaam: Thibault

Voornaam: Elena Naam: Raynaud. Voornaam: Thibault BVL Plein feu De personages in dit boek Voornaam: Camille Naam: Blériot Leeftijd: 13 jaar Voornaam: Simon Naam: Dubouloz Leeftijd: 13 jaar Voornaam: Elena Naam: Raynaud Leeftijd: 13 jaar Voornaam: Karim

Nadere informatie

Woordenschat van unité 1 tot en met unité 16

Woordenschat van unité 1 tot en met unité 16 Woordenschat van unité 1 tot en met unité à (Paris) in (Parijs) une adresse een adres Quelle est ton adresse? Wat is jouw adres? un âge een leeftijd Tu as quel âge? Hoe oud ben jij? ah ha, o, och, zo 3

Nadere informatie

Kies jij Frans? Docentenhandleiding havo en vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

Kies jij Frans? Docentenhandleiding havo en vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Kies jij Frans? Docentenhandleiding havo en vwo Differentiatie 3 havo/vwo SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Kies jij Frans? Docentenhandleiding doorstromers havo en vwo Maart 2011 Verantwoording

Nadere informatie