LannooCampus - Reading Copy

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LannooCampus - Reading Copy"

Transcriptie

1 Tolk-gemedieerde kinderverhoren: leidraad voor een interprofessionele opleiding Deze publicatie kwam tot stand met financiële steun van het Programma Justitie van de Europese Unie. De inhoud is uitsluitend de verantwoordelijkheid van het CO- Minor-IN/QUEST II consortium en weerspiegelt niet noodzakelijk de visie van de Europese Commissie. 1

2 Inhoud Deel 1: Achtergrond van het handboek Waarover gaat het handboek Hoe gebruik ik het handboek? Inleiding (Deel 1) Richtlijnen voor begeleiders (Deel 2) De CO-Minor-IN/QUEST projecten CO-Minor-IN/QUEST I CO-Minor-IN/QUEST II Reden en doel van de training Waarom een interprofessionele training? Opleidingsdoelen Kernpunten Juridische achtergrond van de CO-Minor training Richtlijn 2010/64/EU Frankrijk België Hongarije Italië Conclusie Communicatie en de rechten van het kind in gerechtelijke procedures De noden en rechten van minderjarigen Over kwetsbaarheid en de psychologische ontwikkeling van minderjarigen De noden en belangen van professionals Stap een: selectie van de tolk Briefing Wat zijn de noden van tolken? Wat zijn de noden van andere professionals? Noodzakelijke stappen voordat je een training organiseert Hoe gebruik ik Toolkit 1 en Toolkit 2? Toolkit Toolkit Enkele tips en waarschuwingen Checklist Achtergrondmateriaal voor begeleiders en deelnemers...22 Deel 2: Het handboek in de praktijk Ijsbreker een goed begin van de training Methodologie Brainstorm samen denken Methodologie...24 Mogelijke vragen voor de brainstormsessie Korte cases mini casestudies Methodologie...26 De cases Rollenspel Methodologie...29 Verhaal

3 Verhaal Controversiële stellingen Methodologie...33 Stellingen Videopresentatie en rondetafelgesprek Methodologie Tips Methodologie Aanbevolen volgorde van de training voor een halve dag, 4-5 uur Aanbevolen volgorde van de training voor een volledige dag, 6-8 uur Deel 3: Toolkits en ondersteunend materiaal Toolkit Toolkit Korte cases...45 Controversiële stellingen...48 Hand-out: Mothertongue/Pasalo Best practices gids voor klinisch psychologen die met tolken werken...51 Hand-out: CO-Minor-IN/QUEST flyer...52 Nuttige lectuur...53 Verdere achtergrondliteratuur...54 Auteurs (in alfabetische volgorde)

4 Deel 1: Achtergrond van het handboek 1. Waarover gaat het handboek 1.1 Hoe gebruik ik het handboek? Dit handboek bevat tips en informatie voor begeleiders van de CO-Minor training. De CO-Minor training is bedoeld voor professionals die al ervaring hebben met het (ver)horen van minderjarigen. De training is echter niet geschikt om professionals te leren hoe ze minderjarigen moeten (ver)horen. Het handboek bestaat uit twee delen Inleiding (Deel 1) De inleiding (Deel 1) biedt een korte samenvatting van de belangrijkste punten over tolken, kinderen en verhoren die als referentie gebruikt kunnen worden tijdens de training. Dit deel geeft een overzicht van de meest elementaire vraagstukken over getolkte kinderverhoren, en dat vanuit verschillende professionele invalshoeken. We bespreken eerst kort de juridische achtergrond, waarna we dieper ingaan op de noden en rechten van minderjarigen vanuit het standpunt van de psycholoog. Ten slotte vermelden we de noden van de verschillende professionals die betrokken zijn bij getolkte kinderverhoren, bijvoorbeeld juridische actoren, politie, forensische psychologen en gerechtstolken Richtlijnen voor begeleiders (Deel 2) In deel 2 beschrijven we gedetailleerde richtlijnen voor begeleiders in lijn met de principes van de CO-Minor training, alsook de te volgen stappen bij het plannen en coördineren van een workshop. Deel 2 is opgebouwd als een opleiding. De oefeningen staan grotendeels in de volgorde waarin je ze het best toepast, maar de opleiding heeft geen vaste structuur die je moet volgen. Door de onderwerpen (opleidingsmodules) te kiezen die je nodig hebt, heb je de mogelijkheid om verschillende cursussen te organiseren die aansluiten bij de noden van jouw groep. Het opzet van de CO-Minor training is flexibel, waardoor er voldoende ruimte overblijft om je eigen professionele en creatieve vaardigheden in te zetten. 1.2 De CO-Minor-IN/QUEST projecten Wanneer minderjarigen in aanraking komen met overheidsdiensten zijn er verschillende regels en richtlijnen die aangeven hoe je met hen op een veilige en kindvriendelijke manier moet omgaan. Voor het rechtssysteem zijn deze basisprincipes vastgelegd in Europese richtlijnen (2012/29/EU, 2016/800), de richtsnoeren van de Raad van Europa voor kindvriendelijke justitie (2011) en 4

5 am pu s -R ea di ng C op y de VN-richtsnoeren voor rechtspleging in zaken waarbij minderjarige slachtoffers en getuigen van misdrijven betrokken zijn (aangenomen via ECOSOC Resolutie 2005/20). Instellingen en professionals die deze richtlijnen moeten toepassen, worden echter geconfronteerd met een bijkomende uitdaging: omgaan met een steeds vaker voorkomende taalbarrière. Ouders reizen met hun kinderen naar het buitenland om op vakantie te gaan, of omdat ze tijdelijk of permanent in het buitenland willen gaan wonen. Hele families moeten vluchten voor oorlog, conflict en vervolging en zoeken asiel in een ander land. Onder deze vluchtelingen bevinden zich duizenden niet-begeleide minderjarigen die zonder ouders of familieleden reizen. Vooral zij lopen risico op misbruik en uitbuiting. i Deze snelgroeiende internationale mobiliteit en migratie vergroot de kans dat je tijdens verhoren in aanraking komt met anderstalige kinderen. Minderjarigen die in contact komen met overheidsdiensten beschikken niet altijd over voldoende kennis van de taal van het gastland, waardoor ze meer nood hebben aan taalkundige ondersteuning. De CO-Minor-IN/QUEST projecten gaan na hoe dit soort ondersteuning in een juridische context, en dan meer bepaald tijdens het vooronderzoek, geoptimaliseerd kan worden. Vooral tijdens dat stadium van de strafprocedure is het van groot belang dat kinderen hun versie van de feiten mogen vertellen in een taal waarin zij zich het meest comfortabel voelen. Dat is essentieel om de waarheid te achterhalen en om de belangen van het kind te waarborgen. Zoals de volledige naam van het project ( Cooperation in interpreter-mediated questioning of minors / Samenwerking tijdens getolkte kinderverhoren ) aangeeft, is succesvolle communicatie met anderstalige kinderen niet uitsluitend de verantwoordelijkheid van de tolk. Er hangt ook veel af van het volledige verhoorteam en hun bereidheid tot samenwerking om zo het welzijn van het geïnterviewde kind te waarborgen CO-Minor-IN/QUEST I La n no oc Van 2013 tot 2014 was het eerste deel van het CO-Minor-project (JUST/2011/JPEN/AG/2961) gericht op het in kaart brengen van de huidige praktijk bij getolkte kinderverhoren. Daarbij was er specifieke aandacht voor de noden van de verschillende betrokkenen. Via een online enquête vroeg het projectconsortium naar de mening van de betrokken professionals. Dat gebeurde voornamelijk in de partnerlanden (België, Frankrijk, Hongarije, Italië, Nederland en het Verenigd Koninkrijk) en in mindere mate ook daarbuiten. De enquête bevatte afzonderlijke vragenlijsten voor respondenten uit de volgende groepen: politie en juridische actoren (bijvoorbeeld jeugdrechters en advocaten), (gebarentaal)tolken, psychologen en maatschappelijk werkers. De analyse van de antwoorden bracht een aantal noden aan het licht met betrekking tot getolkte kinderverhoren: nood aan meer informatie, meer kennis en bewustwording van professionele rollen en de bijbehorende grenzen, meer vertrouwen, en de noodzaak van briefing, debriefing en teamwerk. ii 5

6 Rollen en hun grenzen Tolken gaven bijvoorbeeld aan dat ze graag meer inzicht wilden krijgen in specifieke verhoortechnieken en -protocollen voor kinderen: Politiemensen en andere professionals worden opgeleid om te werken met minderjarigen. Het zou geweldig zijn om een soort seminarie of workshop te hebben waarin de belangrijkste punten uit hun training geschetst worden, aangezien ik er nooit een heb gehad. De overige professionals zouden dan weer graag meer informatie krijgen over hoe ze met tolken moeten werken. Verschillende antwoorden uit de CO-Minor I-enquête tonen aan dat de rol van de tolk niet geheel duidelijk is. Dat is vooral zo voor juridische actoren: De tolk moet letterlijk en zonder interpretatie vertalen wat ik zeg en wat de minderjarige zegt. Ook de antwoorden van de tolken geven vaak aan dat er onduidelijkheid bestaat over de grenzen van hun rol: Wanneer het de communicatie vergemakkelijkt, is het soms goed dat een tolk een vriendelijke houding aanneemt. Een afstandelijke houding aannemen lijkt voor een tolk misschien het beste, maar het maakt het moeilijker voor de kinderen. Voordat ze samenwerken in een zeer gespecialiseerde (en delicate) context zoals een kinderverhoor, moeten tolken en andere professionals dus de mogelijkheid krijgen om wederzijdse verwachtingen te bespreken en duidelijke afspraken te maken over hun rol en verantwoordelijkheden. Vertrouwen Een gedeeld begrip over elkaars professionele ijkpunten kan bijdragen aan meer vertrouwen tussen de verschillende betrokken actoren. Vooral voor juridische actoren is het belangrijk om de controle over het verhoor te behouden. Ze vrezen soms dat ze die controle zullen kwijtraken door de tolk: Wanneer je vragen stelt aan kinderen en jongeren is het essentieel om nietleidende vragen te gebruiken. Het is onmogelijk om te weten of de tolk de vragen op precies dezelfde manier aan het kind stelt. De nood aan vertrouwen wordt ook duidelijk op een tweede niveau, namelijk tussen het kind en de professionals die aanwezig zijn tijdens het interview. Idealiter ontstaat een goede verstandhouding tussen het kind en de interviewer, maar wat als het kind duidelijk meer vertrouwen stelt in de tolk? Briefing en debriefing Dat is precies waar de nood aan briefing en debriefing een rol speelt. Hoewel beide in de praktijk nauwelijks gebruikt worden, erkennen verschillende respondenten toch het belang van een goede, gedetailleerde briefing over interviewtechnieken, de zaak, de achtergrond van het kind, enzovoort. Ze vragen ook dat er voldoende tijd vrijgemaakt wordt om deze kwesties met de andere betrokken professionals te bespreken. Ze willen graag een verkennende voorbereiding voor zowel de tolk als de andere professionals: wederzijds begrip, situatie/achtergrond van de minderjarige, afspraken over het verloop van het interview en de te bereiken doelen, evenals een grondige debriefing na het interview. 6

7 Teamwerk C op y Naast briefing en debriefing werd ook teamwerk genoemd als een belangrijke voorwaarde voor een succesvol interview: Samenwerken in een team is volgens mij essentieel wanneer je dove minderjarigen verhoort. Dit geldt zowel voor gebarentaalgebruikers als voor horende kinderen. Een mogelijke oplossing die werd voorgesteld, is een mini-équipe waarin alle verschillende professionals voor, tijdens en na het interview nauw samenwerken. ea di ng De resultaten van de CO-Minor-enquête laten duidelijk zien dat alle professionals die betrokken zijn bij kinderverhoren moeilijkheden ondervinden met de samenwerking tijdens getolkte verhoorsituaties. Het lijdt geen twijfel dat deze gebrekkige samenwerking (mede veroorzaakt door een beperkte kennis over elkaars professionele gedragsnormen en manier van werken) van invloed is op de kinderen. Dankzij een gezamenlijke training zou elke deelnemer meer te weten kunnen komen over de verwachtingen en professionele noden van de anderen, en zou hij/zij beter begrijpen hoe je efficiënt kunt samenwerken om kwetsbare minderjarigen te beschermen CO-Minor-IN/QUEST II am pu s -R Een van de hoofddoelstellingen van het vervolgproject CO-Minor-IN/QUEST II (JUST/2015/JTRA/AG/EJTR/8678) bestaat er daarom in een gezamenlijke interprofessionele training over getolkte kinderverhoren te ontwikkelen. De resultaten van dat project zijn opgenomen in dit handboek. Focusgroepgesprekken en semigestructureerde interviews met minderjarigen La n no oc Alvorens de gezamenlijke training te ontwerpen, werden de conclusies van het vorige project (d.w.z. de grootschalige online enquête) verder bestudeerd aan de hand van aanvullend kwalitatief onderzoek. Dat onderzoek bestond uit focusgroepgesprekken en semigestructureerde interviews in alle partnerlanden (België, Frankrijk, Hongarije en Italië). Hierdoor wilden de projectpartners niet alleen diepgaand inzicht krijgen in de specifieke noden van professionals inzake training, maar wilden ze ook een unieke en ongekende invalshoek toevoegen door naar de mening van de kinderen zelf te luisteren. De semigestructureerde interviews werden gehouden met anderstalige kinderen (d.w.z. kinderen die de taal van de interviewer niet spreken/begrijpen). Ze vonden plaats in een experimentele setting om te bepalen wat het effect van de tolk is als extra dimensie in de toch al complexe interviewsituatie. De focusgroepgesprekken waren bedoeld om alle professionals die betrokken zijn bij getolkte kinderverhoren bij elkaar te brengen: tolken, verschillende juridische actoren (jeugdrechters, jeugdadvocaten, politie, kinderrechtenexperts, enz.), forensisch psychologen en maatschappelijk werkers. Deelnemers kregen de gelegenheid om uit te leggen wat hun specifieke noden zijn en hoe het materiaal voor een gezamenlijke opleiding daarop kan inspelen. De resultaten van de focusgroepen bevestigden de eerder vastgestelde nood aan een gezamenlijke training waarbij de verschillende professionals 7

8 betrokken zijn. Een dergelijke training biedt hen de mogelijkheid om verwachtingen te delen en informatie uit te wisselen over hun manier van werken (bijvoorbeeld over de opbouw van een interview, tolktechnieken, communicatieve vaardigheden, enz.). Trainingsmodule In juni 2017 werd de allereerste gezamenlijke training getest in België. Er werd voldoende ruimte voorzien voor overleg en de training bevatte zowel informatieve delen als rollenspellen, in overeenstemming met de suggesties uit de focusgroepen. Acht personen uit de verschillende vakgebieden (justitie en politie, tolken, psychologie en kinderbescherming) namen actief deel aan de Belgische proeftraining. De meerderheid van de geselecteerde deelnemers werkte als coördinator of trainer binnen hun organisatie. Dankzij twee toolkits voor gegevensverzameling konden de begeleiders vooraf een duidelijk beeld krijgen van de ervaringen en verwachtingen van de deelnemers. Zo konden ze de inhoud van de activiteiten beter afstemmen op de doelgroep. Na de proefworkshop werd de inhoud van de training herzien, rekening houdend met de feedback van de deelnemers, externe waarnemers en projectpartners. Het definitieve ontwerp voor de interprofessionele training van trainers is gedetailleerd beschreven in dit handboek. Het bevat nuttige richtlijnen voor ervaren trainers die graag zelf een soortgelijke gezamenlijke opleiding rond getolkte kinderverhoren willen organiseren. Om de trainers en deelnemers verder te ondersteunen, heeft het CO-Minor consortium een reeks extra hulpmiddelen voorzien met materialen en links naar nuttige naslagwerken over getolkte kinderverhoren. Dat overzicht zal geleidelijk aangevuld worden (zie Nuttige lectuur en Verdere achtergrondliteratuur ) zodat trainers en deelnemers extra leesmateriaal kunnen raadplegen voor en na hun training. Bij het handboek hoort ook een opleidingsvideo voor alle professionals die betrokken zijn bij getolkte kinderverhoren. iii Die zet het doelpubliek aan tot nadenken en leren over dit type verhoren. Ten slotte heeft het consortium ook twee animatiefilms voor kinderen ontwikkeld: een voor de leeftijdscategorie van drie tot zes jaar en een voor minderjarigen ouder dan zes jaar. iv De animatiefilms zijn voornamelijk gericht op bewustmaking en het versterken van de positie van het kind. Elke film focust op de rol van de tolk en wil de kinderen zo duidelijk maken wie de tolk is en wat hij/zij doet. De films proberen niet alleen misvattingen over de functie van de tolk te ontkrachten, maar willen kinderen ook aanmoedigen om gewoonweg een seintje te geven wanneer ze een probleem hebben of iets niet begrepen hebben in een getolkt gesprek. Hoewel de twee CO-Minor-projecten en hun resultaten vooral gericht zijn op strafprocedures en het strafrechtelijk vooronderzoek, kunnen veel van de onderzoeksresultaten ook nuttig zijn voor andere contexten waar getolkte kinderverhoren vaak voorkomen: bv. diensten voor jeugdbescherming, burgerlijke procedures, en administratieve procedures met betrekking tot asiel en migratie. Dit handboek zal hopelijk een nuttig hulpmiddel zijn voor alle trainers en beroepsmensen die actief betrokken zijn in getolkte gesprekken met kinderen. 8

9 2. Reden en doel van de training Praten met kinderen is niet hetzelfde als communiceren met volwassenen. Dat lijkt logisch bij heel jonge kinderen, maar het geldt ook voor oudere kinderen en jongvolwassenen. Taalontwikkeling is daarom een belangrijk aspect voor alle volwassenen die betrokken zijn bij kinderverhoren. De EU-richtlijn 2016/800 bepaalt dat personeel van rechtshandhavingsinstanties en detentiecentra die zaken behandelen waarbij kinderen betrokken zijn, een specifieke opleiding krijgen, afgestemd op hun omgang met kinderen. De opleiding behandelt kinderrechten, geschikte verhoortechnieken, kinderpsychologie en communicatie in een taal aangepast aan het kind. [nadruk toegevoegd] Zoals eerder beschreven, komt het steeds vaker voor dat er getolkte interacties plaatsvinden met kinderen die de taal van de lokale autoriteiten niet spreken. Voor de professionals die betrokken zijn bij kinderverhoren in een gevoelige context zoals gezondheidszorg, psychiatrie of juridische procedures, betekent dit dat ze moeten leren omgaan met een bijkomende deelnemer in een al complexe interactie de tolk. 2.1 Waarom een interprofessionele training? In 2014 lanceerde het CO-Minor I-project een online enquête onder professionals die kinderen interviewen in juridische settings met bijstand van een tolk. Zoals eerder vermeld, toonden de resultaten van deze enquête duidelijk aan dat er uiteenlopende meningen bestaan over de rollen en functies van de andere betrokken professionals. Verder wordt de samenwerking vaak ook als teleurstellend ervaren. De antwoorden op de CO-Minor I-vragenlijst toonden duidelijk aan dat juridische professionals, politie, maatschappelijk werkers en psychologen verwachten dat tolken bepaalde dingen doen die eigenlijk deel uitmaken van hun eigen takenpakket. Die taken omvatten het aanpassen van de taal aan de taal- en cognitieve vaardigheden van het kind, alsook het uitleggen van technische terminologie. De verwachtingen die naar voren komen in de enquête over wat tolken kunnen of zouden moeten doen, lijken bij diezelfde tolken een overweldigend verantwoordelijkheidsgevoel op te wekken. De opmerkingen van sommige tolken zijn bijzonder verhelderend. Zo krijgen we een idee over hoe de tolken hun eigen rol zien wanneer ze met kinderen werken. Een respondent schreef dat het soms noodzakelijk is voor de tolk om concepten en taal te vereenvoudigen. Dat geeft ook het idee weer dat de tolk zich verantwoordelijk voelt voor het aanpassen van het taalgebruik van de andere professionals aan het talige en cognitieve ontwikkelingsniveau van het kind. 9

10 Een andere opmerking stelde dat het altijd heel moeilijk is om taalbemiddeling te combineren met de nood aan psychologische gevoeligheid. Die opmerking belicht psychologische bezorgdheden die door tolken als een specifiek probleem gezien worden. Zij denken dat ze dat probleem zelf het hoofd moeten bieden, bijna alsof ze geen hulp of ondersteuning zouden kunnen verwachten van de andere professionals die betrokken zijn bij het interview. Een andere interessante bevinding van het onderzoek betreft de belangrijkste klachten van andere professionals over tolken. De meerderheid van de respondenten vermeldde allereerst het feit dat tolken een gebrekkige kennis hebben van ondervragingstechnieken en onvoldoende weten over het juridische aspect. Tijdens een focusgroep die georganiseerd werd in het kader van hetzelfde onderzoeksproject, toonden politiemensen zich echter nogal terughoudend om tolken informatie te geven over de specifieke zaak en de vragen die ze gingen stellen. Niet alleen vanwege de vertrouwelijkheid, maar ook omdat ze ervan overtuigd zijn dat deze informatie de tolken zou kunnen beïnvloeden, die daardoor bevooroordeeld kunnen worden. Uit het onderzoek kwam ook een andere negatieve perceptie over tolken naar boven die gekoppeld is aan het voorgaande probleem: bezorgdheid over het gebrek aan neutraliteit/onpartijdigheid. Andere professionals vertrouwen er niet op dat tolken neutraal zijn/niet betrokken raken bij de zaak en zijn van mening dat dit tot uiting komt in hun tolkprestaties. Een waarschijnlijk gevolg daarvan is dat het vertrouwen in tolken ondermijnd wordt of dat het alleszins niet is wat het moet zijn in een groep professionals die samenwerken in het belang van het kind. Wanneer we de respondenten vroegen naar suggesties om de samenwerking te verbeteren, was het meest genoemde punt een training voor alle partijen die betrokken zijn bij interviews met kinderen. Volgens een tolk: (...) moeten politiemensen getraind worden. Niet enkel om met kinderen om te gaan, maar ook om vertrouwen te hebben in de vaardigheden van de tolk (...). Op die manier kun je een gezamenlijke aanpak vinden die het kind op z n gemak stelt. Bijgevolg zouden tolken ook opgeleid moeten worden om binnen de grenzen van hun taak te handelen. Een van de professionals schreef: Training van zowel tolken als andere professionals: wederzijdse kennis, kennis over de voorgeschiedenis en achtergrond van het kind, overeengekomen interviewmethode en doelen, evenals het uitwisselen van meningen na het interview. Beide opmerkingen wijzen duidelijk in de richting van training, meer bepaald een gezamenlijke opleiding. 2.2 Opleidingsdoelen Het trainingsmateriaal in dit handboek is specifiek bedoeld om de samenwerking tussen professionals die werken met kinderen in gerechtelijke procedures te verbeteren. Zonder vertrouwen kan er geen samenwerking zijn en vertrouwen kan alleen opgebouwd worden door wederzijds begrip en respect tussen professionals. 10

11 Dankzij de verschillende trainingsactiviteiten kunnen de deelnemers eerst hun eigen gedachten, verwachtingen, angsten en indrukken over getolkte verhoren met minderjarigen onder woorden brengen en deze met andere professionals bespreken. Zo kunnen ze het perspectief van alle betrokkenen beter begrijpen. Door middel van rollenspellen kunnen ze ook de bekwaamheid van anderen ervaren. Deelnemers leren over het belang van briefing en debriefing. Het maakt hen ook bewust van de mogelijke emotionele impact, niet alleen op het kind, maar ook op de andere betrokkenen. Het uiteindelijke doel van deze training is om deelnemers vertrouwd te maken met de rollen, grenzen en uitdagingen van de andere professionals waarmee ze samenwerken. Op die manier kunnen ze samen de best mogelijke oplossingen vinden in het belang van het kind. 11

12 3. Kernpunten 3.1 Juridische achtergrond van de CO-Minor training Het strafrecht werd vroeger uitsluitend beschouwd als nationale wetgeving, waardoor taalproblemen in deze context niet als significant beschouwd werden. Tegenwoordig zijn communicatieproblemen tussen talen en culturen welbekend, ook in strafprocedures. De noodzaak van samenwerking en harmonisatie op dit gebied is duidelijk erkend in Europa, voornamelijk dankzij de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en samenwerking binnen de Europese Unie. v Bovendien groeit het belang van deze kwesties voortdurend in een wereld waarin verplaatsingen en migratie alsmaar toenemen. Tegenwoordig is een belangrijk percentage van de verdachten en beklaagden, waaronder ook minderjarigen, van buitenlandse origine. vi Juridische actoren krijgen dus te maken met een groot aantal gevallen waarbij er geen gemeenschappelijke taal, of wederzijds begrip van het rechtssysteem en de procedure is. In deze context zijn kwalitatieve juridische vertaling en vertolking fundamenteel om de procedurele grondrechten en een goede kwaliteit van de rechtspraak te waarborgen. vii Artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) inzake het recht op een eerlijk proces bevat die taalgaranties. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens eist dat het recht op vertolking en vertaling tijdens de strafprocedure uitgeoefend kan worden. viii Richtlijn 2010/64/EU Richtlijn 2010/64/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures van 20 oktober 2010 ix was niet alleen een goede gelegenheid om op dit gebied voor meer samenhang te zorgen binnen de Europese lidstaten, maar ook om aan te dringen op het belang van dit recht. Allereerst moeten we het recht op vertaling onderscheiden van het recht op vertolking. Bijstand van een tolk houdt geen vrijstelling van het recht op vertaling in. Dat zijn twee afzonderlijke rechten. x Het recht op vertolking is gewaarborgd tijdens strafprocedures. Vertolking is vrij beschikbaar tijdens de proceshandelingen en hoorzittingen in de rechtbank, maar ook voor de communicatie tussen de verdachte of beklaagde en zijn/haar advocaat. Als er twijfel bestaat over het vermogen van de betrokken persoon om de taal van de gerechtelijke procedure te spreken en te begrijpen, moet dat geverifieerd worden Frankrijk De Franse wet nr van 5 augustus 2013 over de aanpassing van Justitie aan de wetgeving van de Europese Unie en de internationale verplichtingen vormt de omzetting van Richtlijn 2010/64/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures. In Frankrijk is het recht op vertolking en vertaling dat in het inleidende artikel van het Franse Wetboek van Strafvordering voorkomt, een nieuw basisrecht geworden voor elke verdachte, 12

13 beklaagde en slachtoffer. Vertolking is vrij beschikbaar tijdens de proceshandelingen en hoorzittingen in de rechtbank, maar ook voor de communicatie tussen de verdachte of beklaagde en zijn/haar advocaat. Als er twijfel bestaat over het vermogen van de betrokken persoon om de taal van de gerechtelijke procedure te spreken en te begrijpen, moet dat geverifieerd worden. Het Franse Hof van Cassatie oordeelde eveneens dat als de rechter het recht op vertaling en vertolking weigert, de betrokken persoon beroep kan aantekenen tegen dit besluit bij het hof. xi België België had al een aantal regels die het mogelijk maakten om een rechtbank te kiezen op basis van de taal (Duits, Frans, Nederlands). Juridische vertolking en vertaling in de moedertaal viel ook al onder de wet op het taalgebruik in gerechtszaken xii (tijdens strafrechtelijke en burgerlijke procedures). De omzetting van de EU-richtlijnen is echter onvolledig. xiii In tegenstelling tot de Richtlijn bestaat er tijdens Belgische juridische procedures bijvoorbeeld geen systeem om effectieve vertolking te garanderen indien er geen tolken gevorderd werden, of er andere taal- of kwaliteitsproblemen ontstaan. Er bestaan evenmin procedurele waarborgen voor tolken en vertalers wanneer ze vervolgd worden voor deontologische inbreuken. Ten slotte zijn er op dit moment geen concrete vereisten met betrekking tot taaltests, opleiding en examinering van kandidaat-tolken/vertalers. Een positief punt is wel dat kinderen volgens de Belgische wet altijd recht hebben op gratis rechtsbijstand, inclusief vertolking en vertaling. xiv Hongarije Hongarije heeft op 18 november 2013 Richtlijn 2010/64/EU betreffende het recht op vertaling en vertolking geïmplementeerd door zijn nationale wetgeving, en dan met name de wet op de strafvordering, op dit punt te wijzigen. xv De Hongaarse regelgeving verzekert een grotere bescherming dan die bepaald in de minimumnormen van de richtlijn, ze waarborgt immers het recht om de eigen moedertaal te gebruiken in strafprocedures, of een andere taal (met inbegrip van gebarentaal) door middel van een tolk. De wet biedt de mogelijkheid om een tijdelijke ad hoc tolk aan te stellen met de juiste talenkennis, indien het niet mogelijk is om gekwalificeerde tolken te vorderen zoals bepaald in een afzonderlijke wettelijke regelgeving Italië In Italië werd de EU-richtlijn 2010/64 ingevoerd bij wetsbesluit nr. 32 van 2 maart In 2016 heeft de wetgevende macht op dit punt ingegrepen met het wetsbesluit 129. Die wet lijst de situaties en procedures op waarin de bijstand van een tolk en de vertaling van documenten nodig is. De beklaagde heeft voor elk van de situaties genoemd in artikel 143, paragraaf 1, punt twee van het wetboek voor strafprocedures, recht op de gratis bijstand van een tolk voor een (of eventueel meerdere) gesprek(ken) met zijn/haar advocaat. Ondanks de internationale normen bestaan er zelfs in dit geval geen specifieke 13

14 regels voor de minderjarige beklaagde. Hoewel de tolk zeker aanwezig is tijdens de hoorzitting, is dit echter niet noodzakelijk het geval tijdens het verhoor met de politie. Als minderjarigen hun straf uitzitten in een jeugdgevangenis lijkt enkel de aanwezigheid van een intercultureel bemiddelaar verzekerd Conclusie C op y De Richtlijn 2010 beperkt het recht op vertolking en vertaling tot strafprocedures. Rechtszaken met jongeren worden echter niet altijd en overal behandeld als strafzaken (Richtlijn 2010), zelfs als er een vrijheidsontnemende maatregel op volgt. Bij deze zaken valt de betrokkenheid van tolken en vertalers niet onder Europese richtlijnen en zal ze in elk land verschillend zijn, zowel voor administratieve als burgerlijke zaken. ea di ng Het Jaarverslag 2016 van de Europese Commissie benadrukte dat de effectieve toepassing van EU-wetgeving essentieel is om ervoor te zorgen dat burgers en bedrijven kunnen genieten van de voordelen van het EU-beleidxvi. Het rapport vermeldde verder dat het probleem niet bij een gebrek aan EUwetgeving ligt wanneer er hindernissen opduiken, maar eerder bij het feit dat de EU-wetgeving niet effectief wordt toegepast in de lidstaten. am pu s -R Laten we hopen dat alle lidstaten snel werk maken van een volledige omzetting van Richtlijn 2010/64/EU, zodat kinderen die kwetsbaar zijn vanwege hun leeftijd en taal beter beschermd worden. Die omzetting moet regels, criteria en multidisciplinaire training omvatten, en dat voor alle jeugdzaken; in de eerste plaats alle strafzaken, en later ook administratieve en burgerlijke zaken. 3.2 Communicatie en de rechten van het kind in gerechtelijke procedures no oc Het verzekeren van gepaste communicatie wanneer kwetsbare groepen betrokken zijn bij juridische procedures, of het nu gaat om burgerlijke, administratieve of strafrechtelijke procedures, vereist een zekere gevoeligheid en professionaliteit om ervoor te zorgen dat kwetsbare personen, en dan met name (anderstalige) kinderen, hun rechten kunnen uitoefenen. La n Kinderen vallen onder de categorie kwetsbaar zoals gedefinieerd in verschillende EU- en internationale normen over rechtsbescherming. Dat houdt een positieve plicht in voor de lidstaten, namelijk dat er sprake moet zijn van fijngevoeligheid op vlak van leeftijd, gender en cultuur in juridische procedures waarbij minderjarigen betrokken zijn, ongeacht hun procedurele status. Gepaste communicatie met kwetsbare kinderen is van het grootste belang om ervoor te zorgen dat hun belangen gerespecteerd worden, met oog voor de kinderrechten. Dat laatste houdt in dat de vier overkoepelende principes van het VN Verdrag inzake de Rechten van het Kind te allen tijde nageleefd moeten worden. 14

15 Dat zijn de principes van 1. non-discriminatie 2. de belangen van het kind 3. participatie 4. het recht op leven en ontwikkeling C op y De hierboven vermelde principes onderbouwen elke handeling die van invloed is op een kind, of die nu betrekking heeft op wetgeving of beleidsvorming, of op implementatie in de praktijk. ea di ng In een gezamenlijke algemene verklaring xvii zeiden twee VN-Comités onlangs dat de deelname van kinderen aan juridische procedures vereist dat kinderen beroep moeten kunnen doen op een vertaler zodat ze zich volledig kunnen uitdrukken in hun moedertaal. Dat kan (al dan niet) aangevuld worden met hulp van iemand die bekend is met de etnische, religieuze en culturele achtergrond van het kind. Deze professionals moeten een grondige kennis hebben van de concrete noden van kinderen in het kader van internationale migratie, met inbegrip van gender, culturele, religieuze en andere aspecten die met elkaar in verband staan. am pu s -R Deze interpretatie door beide Comités werpt licht op de veelzijdige aard van gepaste communicatie met kinderen die de taal van de juridische procedure niet machtig zijn. Verder heeft ze verstrekkende gevolgen voor de specifieke elementen waaruit die gepaste communicatie bestaat: naast vertolking en vertaling omvat communicatie met een kind ook kennis van hun fysieke en traditionele omgeving, en fijngevoeligheid voor alle leeftijden, gender en andere culturele aspecten waaraan aandacht besteed moet worden opdat kinderen hun rechten ten volle kunnen uitoefenen in de context van juridische procedures. no oc Naast vertolking is communicatie van cruciaal belang voor anderstalige kinderen in kwetsbare situaties. Bovendien schrijven de normen voor dat professionals en beleids- en rechtssystemen een professionele aanpak moeten hanteren, iets waaraan het huidige trainingshandboek op lange termijn mogelijk kan bijdragen. La n 3.3 De noden en rechten van minderjarigen Over kwetsbaarheid en de psychologische ontwikkeling van minderjarigen Kinderen zijn kwetsbaar, punt. Dat is nu eenmaal zo. Wanneer we met minderjarigen werken, moeten we altijd in het achterhoofd houden dat ze alleen al kwetsbaar zijn vanwege hun aard: hun leeftijd. Minderjarigen worden per definitie als kwetsbaar beschouwd. De onvolwassenheid, het gebrek aan sociale, biologische, seksuele (en wettelijke) volwassenheid in het algemeen, is wat hen kwetsbaar maakt in de meeste sociale contexten, waaronder (en vooral) juridische procedures. Daarbij komt dat de 'kindertijd' geen homogene periode is. De kwetsbaarheid van de 15

16 C op y minderjarige kan dus opvallend anders zijn tijdens de verschillende ontwikkelingsstadia. Kwetsbaarheid houdt in dat je gekwetst kan worden. Wanneer slachtoffers, getuigen of verdachten en de politieman of rechter niet dezelfde taal spreken in strafprocedures (getolkte verhoorsituatie), zijn minderjarigen kwetsbaar om twee redenen ( factoren ): hun leeftijd en nog een andere kwetsbaarheidsfactor, de taal. Een kwetsbaar persoon is fragiel; zwak, weerloos en beïnvloedbaar. De belangrijkste kenmerken van kwetsbaarheid zijn onrecht en lijden veroorzaakt door het gebrek aan vermogen van het kind om te kunnen omgaan met het gevaar/de dreiging waarmee het geconfronteerd wordt. Kwetsbaarheid hangt vaak samen met de pijnlijke en traumatiserende menselijke emoties van schaamte en angst. Een kwetsbaar persoon heeft het gevoel dat hij/zij nooit goed genoeg kan zijn. Begrips- en communicatieproblemen vaardigheden en beperkingen - Begrip: het gebrek aan kennis en intellectuele vaardigheden die nodig zijn om duidelijk te kunnen begrijpen wat er aan de hand is - Communicatie: o slechte of inconsistente articulatie (jongere kinderen) worden makkelijk verkeerd begrepen o beperkte woordenschat o beperkt begrip of verkeerd begrip van woorden o specifieke (concrete) en beperkte interpretatie van woorden o moeite om complexe vragen of vragen die niet aansluiten bij de ontwikkelingsfase van het kind te beantwoorden o bijzondere of verhoogde beïnvloedbaarheid (gevaar voor suggestieve interviewtechnieken!) o moeite om onderscheid te maken tussen echte en imaginaire gebeurtenissen, tussen fantasie en realiteit (jongere kinderen) no oc am pu s -R ea di ng Enkele belangrijke ontwikkelingskenmerken of kwetsbaarheidsfactoren die specifiek betrekking hebben op een minderjarige die verhoord/gehoord wordt tijdens een strafprocedure, zijn als volgt: Emotionele kwetsbaarheid de kindertijd is niet enkel een intellectuele handicap; minderjarigen zijn ook emotioneel kwetsbaar. Ze zijn emotioneel en affectief gezien weerloos. La n Deze kernelementen kunnen (speciale) noden met zich meebrengen waar ten allen tijde rekening mee gehouden moet worden. 3.4 De noden en belangen van professionals Stap een: selectie van de tolk Omgaan met kwetsbare minderjarigen vraagt een specifieke aanpak. Er moet dus vooraf aandacht besteed worden aan bepaalde voorwaarden zodat er vertrouwen ontstaat tussen alle professionals die bij het interview betrokken zijn. Op die manier kun je de nadelige gevolgen vermijden die zouden 16

17 voortvloeien uit een gebrek aan voorbereiding en bijgevolg een ontoereikende aanpak. Spanningen en twijfel over de grenzen van de respectievelijke rollen dragen niet bij tot de veilige omgeving die de minderjarige nodig heeft. Net als bij elke vorm van gemedieerde communicatie, bevinden tolken zich tijdens verhoren met minderjarigen natuurlijk in een zeer paradoxale situatie: zij zijn de enigen die beide culturen begrijpen en in de twee talen kunnen communiceren. Aangezien ze echter niet over de professionele vaardigheden of legitimiteit beschikken om het gesprek te leiden, moeten ze de neiging weerstaan om in te grijpen, zelfs als dat gevraagd wordt door onervaren partijen. Ze mogen het ook niet persoonlijk opvatten dat ze vaak als een noodzakelijk kwaad beschouwd worden. De beste manier om problemen te vermijden, begint met de selectie van de juiste persoon. Over het algemeen moeten de personen die tolken oproepen ervoor zorgen dat de tolk een professional is, dat hij/zij alle tolktechnieken beheerst, zich houdt aan de beroepsethiek en een specifieke introductie heeft gehad over het werken met minderjarigen. Op die manier weten politiemensen, rechters, advocaten en psychologen dat ze met een professioneel opgeleide tolk werken; iemand die ze kunnen vertrouwen omdat hij/zij hetzelfde doel voor ogen heeft: het belang van het kind. Bij dove kinderen is het belangrijk om eerst na te gaan welke taal voor hen het meest toegankelijk is. Dat is mogelijk de nationale/regionale gebarentaal van hun eigen land/regio, maar dat hoeft niet altijd het geval te zijn. Het is ook mogelijk dat deze kinderen de gesproken nationale taal (mogelijk in de geschreven vorm of met ondersteuning van gebaren) het best begrijpen/gebruiken. Maar zelfs als je gesproken taal gebruikt om te communiceren met een doof of hardhorend kind, kan er een tolk nodig zijn. In dat geval is gesproken vertolking of transliteratie mogelijk de beste optie. Een orale tolk zit vlak tegenover het dove of hardhorende kind en herhaalt alles wat er gezegd wordt met een duidelijk mondbeeld en zonder stem. Daarbij kan hij/zij woorden of zinnen aanpassen zodat ze makkelijker te lezen zijn. De tolk kan het mondbeeld ook aanvullen met bewegingen of gebaren. Orale tolken treden ook vaak op als stem voor dove mensen die moeilijk verstaanbaar zijn voor horende personen. Of dit soort van vertolking al dan niet nuttig is, moet geval per geval bekeken worden. Als een kind de voorkeur geeft aan een gebarentaal is het belangrijk om te beseffen dat er geen universele gebarentaal bestaat. Een Vlaams Doof kind zal bijvoorbeeld weinig hebben aan een tolk ASL (Amerikaanse Gebarentaal). De gebarentaal moet geschikt zijn. Als er een gebarentaaltolk gevorderd wordt, is het (indien mogelijk) een goed idee om een team samen te stellen dat bestaat uit een Dove en een horende tolk. Dove tolken zijn beter geschikt om hun gebarentaalproductie aan te passen aan de noden van een Doof kind (in vergelijking met horende tolken die de gebarentaal vaak later hebben aangeleerd). Bovendien kan de aanwezigheid van een Dove volwassene het Dove kind geruststellen. 17

18 3.4.2 Briefing Voorafgaand aan het interview organiseer je best een briefing met alle betrokken professionals, inclusief tolken. Die briefing moet iedereen duidelijk maken wie er aanwezig is, wat de specifieke aard van de zaak is en moet ook vertrouwen scheppen tussen de interviewers en de tolk. Het is echter zo dat zowel te weinig als te veel voorkennis of informatie een nadeel kan zijn voor zowel de interviewer als de tolk. Alle betrokken partijen bepalen samen de plaats van de gespreksdeelnemers, rekening houdend met alle specifieke vereisten en een optimale geluidskwaliteit. De plaats van de tolk is heel belangrijk voor een doof kind: de tolk moet te allen tijde zichtbaar zijn voor het kind. Wanneer er een gebarentaaltolk aanwezig is, zit of staat die best zo dicht mogelijk bij de horende spreker. Zo kan het dove kind naar de spreker kijken en tegelijkertijd ook de tolk zien. De tolk zit bij voorkeur zo dat hij/zij alle deelnemers aan de conversatie kan zien (dat is vooral belangrijk voor de tolk zelf). Hij/zij moet ook in staat zijn om iedereen die spreekt, te begrijpen. Verder is het belangrijk dat het dove kind steeds naar de tolk kijkt wanneer die gebaart. Dat wil echter ook zeggen dat het kind niet in staat is om te luisteren naar de tolk en tegelijkertijd naar een beeld of foto te kijken. Dat moet verduidelijkt worden tijdens de briefing. Zoals het hierboven vermelde voorbeeld aantoont, moeten tolken kort uitleggen wat er van hen verwacht kan worden. Ze maken dus vanuit een ethisch en technisch standpunt duidelijk wat de mogelijkheden en beperkingen van hun rol zijn. De tolken moeten volgende dingen voorstellen en uitleggen: - de meest geschikte tolkmodus (consecutief of simultaan, fluistertolken) - het gebruik van de eerste in plaats van de derde persoon tijdens het tolken (directe in plaats van indirecte rede) - de mogelijke noodzaak om hun eerste voorstellen aan te passen naargelang het communicatieniveau van de minderjarige Wat zijn de noden van tolken? - een specifieke introductie/training krijgen over het werken met minderjarigen - informatie krijgen over de interviewtechnieken en specifieke kenmerken van de zaak voordat het verhoor begint - samen met de andere professionals beslissen over de tolkmodus en het gebruik van de eerste/derde persoon naargelang de specifieke vereisten van de zaak - samen met de andere professionals de plaats van alle gespreksdeelnemers bepalen - de mogelijkheid krijgen om copingstrategieën te bespreken met de andere professionals - de zekerheid krijgen dat de andere professionals de werkwijze en beperkingen van de rol van de tolk begrijpen, en dat die professionals opgeleid zijn voor tolk-gemedieerde verhoren 18

19 - C op y - Of, indien niet, dat ze een briefing hebben gehad met de andere professionals om de rol van de tolk, hun deontologie en de beschikbare tolktechnieken kort uit te leggen de zekerheid krijgen dat de andere professional weet dat hij/zij het verhoor moet leiden en de gesprekstechnieken moet aanpassen aan de antwoorden van de minderjarige als deel van het team beschouwd worden zich te allen tijde veilig voelen in staat zijn om eventuele problemen met de taal van het kind of de specifieke situatie te melden een debriefing hebben met de andere professionals om eender welk probleem te bespreken aanvullend advies als het om een doof kind gaat: overweeg een dove tolk in te schakelen (die samenwerkt met een horende tolk) ea di ng Wat zijn de noden van andere professionals? - Politie weten dat de volgende vier basisprincipes gerespecteerd worden: o het niet beïnvloeden van de minderjarige (rekening houdend met de capaciteiten en beperkingen van het kind) o respect o nauwkeurigheid o stapsgewijze structuur weten dat de tolk dankzij gespecialiseerde training vertrouwd is met de gebruikte verhoortechnieken weten dat het mogelijk is dat de minderjarige de standaard stapsgewijze structuur niet volgt. In dat geval moet de tolk flexibel genoeg zijn om zich te kunnen aanpassen aan een nieuwe interviewtechniek kunnen deelnemen aan de debriefing met de tolk zodat beide professionals elkaar feedback kunnen geven en hun gevoelens kunnen uiten. Dat zal ervoor zorgen dat ze nauwer met elkaar kunnen samenwerken no oc - -R - zich te allen tijde veilig en op hun gemak voelen vertrouwen hebben in de bekwaamheid van de opgeleide tolk (neutraliteit, objectiviteit, enz.) in staat zijn om de leiding te behouden over het verloop van het verhoor weten dat zij en niet de tolk verantwoordelijk zijn voor de communicatie weten dat de relatie met de tolk gebaseerd is op samenwerking en ondersteuning, niet op uitsluiting en competitiedrang weten dat de interviewer de enige verantwoordelijke is voor de juridische beslissingen. De tolk moet een expert zijn in de taal/cultuur van de minderjarige, net als de interviewer op vlak van de juridische procedure am pu s - La n - 19

20 Magistraten en jeugdadvocaten La n no oc am pu s -R ea di ng - in staat zijn om te kunnen vertrouwen op tolken o die meteen beschikbaar zijn o die vooraf getest zijn op taalvaardigheid o die geschoold zijn in juridische terminologie en van wie de kennis daarvan in de praktijk getest is o die niet enkel een-op-een conversaties kunnen tolken, maar ook gesprekken met meer dan twee deelnemers in staat zijn om samen te werken met tolken o die deels dezelfde opleiding gekregen hebben als de andere professionals o die dezelfde aandachtspunten erkennen en respecteren o die kunnen rekenen op de hulp van collega s voor praktische informatie over hun beroep C op y - 20

21 4. Noodzakelijke stappen voordat je een training organiseert 4.1 Hoe gebruik ik Toolkit 1 en Toolkit 2? C op y Elke training die je organiseert, zal moeten beginnen met de toolkits, tenzij je werkt met een groep die al zeer sterk vertrouwd is met getolkte kinderverhoren. Zij hebben immers een meer geavanceerde opleiding nodig Toolkit 1 ea di ng Toolkit 1 helpt je om inzicht te krijgen in de professionele achtergrond en ervaring van de deelnemers. Gebruik Toolkit 1 om de samenstelling van de groep te bepalen (hoeveel juridische actoren, tolken, maatschappelijk werkers, psychologen, politiemensen wil je in de groep); en om een homogene groep te maken gebaseerd op de ervaring van de deelnemers (ongeveer hetzelfde niveau) Toolkit 2 am pu s -R Met Toolkit 2 kun je polsen naar de mening (houding) van de deelnemers over de problemen die in de training aan bod kunnen/zullen komen. Gebruik Toolkit 2 om jezelf voor te bereiden op de training (door meer te weten te komen over het perspectief van de deelnemers); en om de training aan te passen aan de belangrijkste noden van de potentiële deelnemers. 4.2 Enkele tips en waarschuwingen La n no oc 1. Lees altijd het praktische deel van het trainingshandboek voor je een activiteit kiest. Sommige oefeningen vragen wat voorbereiding, andere zijn dan weer enkel geschikt voor bepaalde professionals (de Korte cases, bijvoorbeeld). Gebruik het handboek zelfs als je een ervaren trainer bent. 2. Wees je bewust van de timing van de oefeningen (je vindt de geschatte duur aan het begin van de beschrijving van elke activiteit). Een training is een proces en vereist voldoende tijd om doeltreffend te zijn. Plan ook voldoende tijd in voor een nabespreking. 3. Het is verleidelijk om activiteiten enkel te kiezen omdat ze er interessant uitzien (of omdat je dat soort oefeningen leuk vindt) doe dat niet. Ga na wat de noden van je groep zijn (aan de hand van de toolkits), plan de workshop en kies dan welke activiteiten aan jouw eisen voldoen. 4. De CO-Minor-training draait om samenwerking. Werk dus voor, tijdens en na de training samen met je medebegeleider, van de voorbereiding tot de opvolging. 5. Als je geen ervaren trainer bent, zal het lezen van dit handboek niet volstaan. Ontwerp je eerste trainingen met de hulp van ervaren collegatrainers/begeleiders. 4.3 Checklist 21

22 1. Hand-outs (gekozen, nagekeken, geprint, gekopieerd) 2. Lesmateriaal en hulpmiddelen (flipover, grote vellen blanco papier, pennen, markeerstiften, blu-tack [kneedlijm], digitale materialen: diavoorstellingen, video) 3. Faciliteiten (ruimtes die groot genoeg zijn voor de groep, koffiepauzes, lunch, zakdoekjes, toilet, technische apparatuur videospeler/projector/computer) 4. Twee trainers/begeleiders (goed voorbereid) 5. Aangepast trainingsprogramma (afhankelijk van de beschikbare tijd, de deelnemers, hun noden) 6. Deelnemers (geselecteerd, getest met behulp van de toolkits, uitgenodigd) 7. Budget Als je de volgende vragen kunt beantwoorden: wie? wat? waar? wanneer? waarom? waarvoor? hoe? heb je de zeven stappen van de planning doorlopen en ben je klaar voor de training. 4.4 Achtergrondmateriaal voor begeleiders en deelnemers De CO-Minor-training is ontworpen met het oog op participatie. Wij geloven dat mensen doeltreffender leren wanneer hun eigen capaciteiten en kennis gewaardeerd worden en wanneer ze in staat zijn om hun ervaringen te delen en te analyseren in een veilige, gemeenschappelijke omgeving. De trainers vergemakkelijken dat proces, maar het is essentieel om na de training meer te leren over het onderwerp. Daarom is er voor alle deelnemers een gespecialiseerde literatuurlijst: een lijst met aanbevolen en verdere achtergrondliteratuur. Die bestaat uit twee afzonderlijke delen: een deel met aanbevolen literatuur (voor trainers, met materiaal dat je bij voorkeur doorneemt voordat je de training geeft) en een deel met verdere achtergrondliteratuur (met aanvullende informatie voor trainers en deelnemers) (zie Deel 3: Toolkits en ondersteunend materiaal). 22

23 Deel 2: Het handboek in de praktijk 1. Ijsbreker een goed begin van de training Methodologie Het doel van deze oefening: - Opwarming om de training goed te beginnen - Een minder formele, aangename sfeer creëren Instructies voor de trainers: - Kies een eenvoudige, snelle ijsbreker (of een die je al geprobeerd hebt) - Probeer de oefening uit voor de training begint - Op het internet kun je heel wat ijsbrekers vinden Wees je ervan bewust dat het om een professionele training gaat (kies geen ijsbreker die te grappig/informeel is) Timing: Niet langer dan 10 minuten OF Als je een ijsbreker kiest die ook als introductie kan dienen (waarbij de deelnemers zichzelf voorstellen), kan die ook langer duren, ongeveer 30 minuten. Hulpmiddelen: - Afhankelijk van de ijsbreker 23

24 2. Brainstorm samen denken Methodologie Het doel van deze oefening: - Gedachten, ideeën, wensen, verwachtingen, angsten, indrukken verzamelen (aan de hand van de vragen van de brainstormsessie) - Luisteren naar elkaars mening - De ondersteunende en veilige omgeving van de training ervaren Instructies voor de trainers: - Formuleer een eenvoudige en duidelijke vraag als basis voor de brainstormsessie - Bereid de brainstorm voor door vragen/discussiepunten vooraf op een flipover te schrijven - Verzamel de feedback, opmerkingen en ideeën van de deelnemers op de flipover Timing: 5-10 minuten per vraag Hulpmiddelen: - Flipover + pen Mogelijke vragen voor de brainstormsessie (Kies niet meer dan 2-3 vragen, afhankelijk van de resultaten van Toolkit 2): Vragen: 1. Denk terug aan een succesvolle getolkte communicatie waar je ooit deel van uitmaakte. Kun je beschrijven wat je gedaan hebt en wat je niet gedaan hebt dat heeft bijgedragen tot het succes van die communicatie? 2. Denk terug aan een succesvolle getolkte communicatie waar je ooit deel van uitmaakte. Kun je beschrijven wat de tolk gedaan heeft en wat de tolk niet gedaan heeft dat heeft bijgedragen tot het succes van die communicatie? 3. Denk terug aan een getolkte communicatie die niet succesvol was en waar je ooit deel van uitmaakte. Kun je beschrijven wat je gedaan hebt en wat je niet gedaan hebt dat heeft bijgedragen tot het slechte resultaat van die communicatie? 4. Denk terug aan een getolkte communicatie die niet succesvol was en waar je ooit deel van uitmaakte. Kun je beschrijven wat de tolk gedaan heeft en wat de tolk niet gedaan heeft dat heeft bijgedragen tot het slechte resultaat van die communicatie? 24

25 Bijkomende vraag: 1. Wat is voor jou de best mogelijke ondersteuning wanneer je werkt met kinderen die de lokale taal niet spreken? 2. Wat was de meest positieve ervaring in het werken met een professionele tolk? 3a. Wat zijn jouw verwachtingen wanneer je een getolkt verhoor afneemt? 3b. Wat zijn jouw verwachtingen wanneer je deelneemt aan een getolkt kinderverhoor? 4. Wat was de meest uitdagende situatie waarmee u reeds geconfronteerd werd tijdens een getolkt kinderverhoor? 5. Hoe zou je de rol van de ondervrager/psycholoog/maatschappelijk werker/de persoon die het getolkte verhoor leidt omschrijven? 6. Hoe denk je dat een kind zich voelt tijdens een getolkt interview? 25

26 3. Korte cases mini casestudies Methodologie Het doel van deze oefening: - De deelnemers de positie van andere professionals laten ervaren; het perspectief van andere professionals begrijpen Instructies voor de trainers: - Dit is een individuele oefening (elke deelnemer krijgt een korte case) - Het echte beroep van de deelnemer is verschillend van de rol die hij/zij krijgt toebedeeld in deze oefening Het verloop van de oefening: 1. Beschrijf kort de oefening voor de deelnemers. (Bijvoorbeeld: We gaan nu met korte cases werken. Ik zal jullie een blaadje papier geven. Lees de case en probeer de vraag op het einde te beantwoorden. Daarna zullen we de cases en jullie antwoorden bespreken. Iedereen heeft een andere case. Jullie krijgen hiervoor (x) minuten. ) 2. Deel de korte cases uit en controleer het beroep van de deelnemer voor je hem/haar het papiertje geeft. 3. De deelnemers krijgen 3-5 minuten om een antwoord te formuleren. 4. Begin met de gezamenlijke bespreking. (Tip: ga het rijtje niet af, maar kies willekeurig iemand uit. De deelnemers weten niet wie er aan de beurt komt en blijven zo alert en oplettend.) 5. Luister goed naar de antwoorden en vraag elke deelnemer om zijn/haar oplossing te beschrijven (de scenario s die hij/zij in gedachten had). Als je het niet eens bent met het antwoord, vraag dan naar de mening van de andere deelnemers en vat de gegeven feedback samen. De ervaring: - Leren van andere beroepen - Luisteren naar elkaars mening/verhaal - Leren van elkaars standpunten - In de huid kruipen van een andere beroepsgroep - Praten over de situatie (trauma, secundaire traumatisering) van het kind Timing: 2 min. voorbereiding min. individuele reflectie + 40 min. bespreking in groep Totaal: ongeveer 60 min. Hulpmiddelen (zie Deel 3): - De uitgeprinte cases (gebruik voldoende interlinie en knip ze uit) 26

27 De cases Rol: (1) TOLK 1a. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats bij de politie. Het kind is slachtoffer van seksueel misbruik. Na een uur besef jij (als tolk) dat het kind moe is, maar de politieagent gaat verder met het verhoor. Wat doe je? 1b. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats in de jeugdrechtbank. Het kind wordt verdacht van een heel ernstige misdaad (moord). De rechter spreekt het kind bot aan, waarna het kind plots opspringt en begint te roepen en te huilen. Jij bent de tolk. Wat doe je? 1c. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats in de jeugdrechtbank. Het kind is getuige van huiselijk geweld (vechtende ouders). Het kind wil niet met de rechter praten. Er wordt niet veel gezegd tijdens het gesprek. Jij (als tolk) voelt dat de rechter kwaad wordt. Wat doe je? Rol: (2) POLITIEAGENT 2a. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats bij de politie. Het kind komt uit Slovakije. Jij (als politieagent) spreekt een beetje Slovaaks en je hoort dat de tolk zijn/haar werk mogelijk niet goed doet. Je krijgt sterk het gevoel dat de tolk het Slovaaks niet goed beheerst. Wat doe je? 2b. Je bent een politieagent. Je ondervraagt een minderjarige, anderstalige verdachte die enkel haar moedertaal (Mandarijn Chinees) spreekt. Je hebt een goede Chinese vriend die dichtbij het politiekantoor woont en die vloeiend Mandarijn spreekt. Je belt je vriend dus op om te komen tolken. Later gaat de juridische vertegenwoordiger/jeugdadvocaat van het kind in beroep omwille van die beslissing (waarbij hij/zij laat doorschemeren dat de tolk partijdig was). Wat denk je daarover? 2c. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats bij de politie en jij bent een politieagent. Het kind is afkomstig uit Niger en is slachtoffer van een overval. Zijn moedertaal is Hausa, maar hij spreekt ook Engels. Je beslist om het verhoor in het Engels af te nemen omdat dat de snelste manier is om alle nodige informatie te verzamelen en de dader te vatten. Later gaat de juridische vertegenwoordiger/advocaat van de beklaagde in beroep omwille van die beslissing. Wat denk je daarvan? Rol: (3) PSYCHOLOOG/MAATSCHAPPELIJK WERKER 3a. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats bij de politie. Het kind is op school slachtoffer geworden van geweld en pesterijen onder leeftijdsgenoten. Na een uur besef jij (als psycholoog/maatschappelijk werker) dat het kind kwaad begint te worden. De politieagent merkt dat echter niet op. Je bent bang dat het kind een pauze nodig heeft omdat hij/zij anders misschien iets doms zal doen. Wat doe je? 3b. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats bij de politie. Het kind is slachtoffer van mensenhandel en jij bent haar psycholoog/maatschappelijk 27

28 werker. Het kind is heeft het mentaal erg zwaar (verward, getraumatiseerd, veel schaamte en schuldgevoelens). De politieagent die het verhoor leidt, lijkt heel gevoelig: ze legt het interview elke keer stil wanneer ze denkt dat het te moeilijk is voor het kind om te antwoorden. Ze vraagt de tolk om de langere vragen twee of drie keer te herhalen. Het verhoor duurt daardoor meer dan anderhalf uur. Wat doe je? 3c. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats bij de politie. Jij bent een psycholoog/maatschappelijk werker. De politieagent die het interview leidt, liet je voor het verhoor weten dat er sprake is van een familiale noodsituatie (zijn vader werd de dag voordien opgenomen in het ziekenhuis). Hij zegt je dat hij zich niet goed voelt. Tijdens het verhoor is hij verward en ongeconcentreerd en na anderhalf uur beslist hij om te pauzeren. Hij vraagt een andere collega om het verhoor over te nemen. Wat denk je daarvan? Rol: (4) JURIDISCHE PROFESSIONAL 4a. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats en jij bent de juridische vertegenwoordiger/jeugdadvocaat van een Syrische minderjarige verdachte. Het gaat om een ernstige zaak: het kind wordt ervan verdacht deel uit te maken van een terroristische groep en een aanslag te beramen. Je bent bang dat de politie je cliënt tijdens het verhoor zal willen beïnvloeden dus je wilt naast de politieagent zitten zodat je het gezicht van het kind kunt zien. De politieagent die het interview leidt, laat je echter plaatsnemen op een stoel achter het kind. Wat doe je? 4b. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats en jij bent de juridische vertegenwoordiger/jeugdadvocaat van een 15-jarige verdachte, de dochter van een heel bekende imam. (Haar vader is een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de lokale moslimgemeenschap.) Het meisje pleegde een druggerelateerd misdrijf en je wacht nu op de gebarentaaltolk, aangezien het kind Doof is. Na 2 uur wachten, komt de tolk aan. Wanneer hij echter beseft wie de verdachte is, weigert hij te tolken en zegt Ik wil geen vijanden maken bij de moslimgemeenschap.... Wat doe je? 4c. Er vindt een getolkt kinderverhoor plaats en jij bent de juridische vertegenwoordiger van een 16-jarig kind dat verdacht wordt van kleine criminaliteit. Tijdens het verhoor besef je dat de tolk niet getrouw tolkt. Het lijkt erop dat ze de vragen soms uitlegt en meer vertelt dan wat de ondervrager oorspronkelijk gezegd heeft. Wat doe je? 28

29 4. Rollenspel Methodologie Het doel van deze oefening: - Inzicht verwerven in de gevoelens en situatie van het kind tijdens een getolkt verhoor - Deelnemers de situatie/positie van andere professionals laten ervaren, alsook het belang van briefing Instructies voor de trainers: - Dit is een groepsopdracht. Maak willekeurige groepen OF maak gemengde groepen met verschillende professionals (1 advocaat 1 tolk 1 andere professional) - Geef de groepsleden tijdens deze opdracht de kans om vragen te stellen (toon dus dat je beschikbaar bent: wandel tussen de groepen, luister vanop een afstand naar hun bespreking. Help hen indien nodig om de situatie op te lossen.) - De activiteit bestaat uit twee delen: (1) groepswerk, (2) gezamenlijke bespreking. Beide delen zijn even belangrijk - Als de deelnemers niet vertrouwd zijn met deze methode, is het beter om in kleine groepen te werken (het is immers de eerste keer dat ze een rol moeten spelen). Als je echter minder tijd hebt, kun je het rollenspel ook voor de hele groep doen en het daarna samen bespreken - Deze activiteit vraagt meer ruimte. Zorg er dus voor dat de verschillende groepen elkaar niet storen (deze oefening kan er luidruchtig aan toe gaan) Het verloop van de oefening: 1. Beschrijf kort de activiteit voor de deelnemers (bijvoorbeeld: We gaan nu een rollenspel spelen. Ik zal groepen maken en iedere groep krijgt een verhaal en een lijst met rollen. Kies een rol en speel de situatie binnen de groep. Als jullie klaar zijn, zullen we de ervaringen bespreken. Jullie krijgen 15 minuten om het verhaal in groep na te spelen. Elke groep werkt met hetzelfde verhaal ). 2. Maak groepen van maximum 4 personen. 3. Geef elke groep een verhaal + een lijst met rollen. 4. De deelnemers werken in groep en je helpt hen waar en wanneer nodig. 5. Start de gezamenlijke bespreking wanneer je ziet dat alle groepen klaar zijn. Vragen voor de bespreking: - Hoe voelde je je tijdens deze oefening? (eerst de deelnemer die het kind speelde, daarna de anderen) - Wat was het moeilijkste aan je rol? - Ben je blij met de afloop/uitkomst van het rollenspel? Luister goed naar de antwoorden en vraag elke deelnemer om zijn/haar oplossing te beschrijven (de scenario s die hij/zij bedacht heeft). Als je het 29

30 niet eens bent met het antwoord, vraag dan naar de mening van de andere deelnemers en vat de gegeven feedback samen. De ervaring: - Leren van andere beroepen - Luisteren naar elkaars mening/verhaal - Leren van elkaars standpunten - Leren over briefing & debriefing - In de huid kruipen van een andere beroepsgroep - Praten over de situatie (trauma, secundaire traumatisering) van het kind Timing: 5 min. voorbereiding + 15 min. groepswerk + 40 min. gezamenlijke bespreking Totaal: 60 min. Hulpmiddelen: - De uitgeprinte verhalen - Voldoende ruimte voor het groepswerk Je kunt kiezen uit verhaal 1 of verhaal 2, maar je kunt ook nieuwe verhalen schrijven. Verhaal 1 Anna is een 12-jarige asielzoekster (een niet-begeleide minderjarige) uit Afghanistan. Een juridische professional begint het verhoor in het bijzijn van een tolk en een juridische vertegenwoordiger/jeugdadvocaat. Anna beantwoordt de vragen heel nauwkeurig en goed. Wanneer de ondervrager wil weten waarom ze niet bij haar familie is, antwoordt ze koudweg: omdat mijn vader me in het vluchtelingenkamp in Turkije verkracht heeft. Ze vertelt dan alle details, inclusief het feit dat haar moeder niet haar, maar haar vader geloofde, die alle beschuldigingen ontkende. De verhoorder vreest dat Anna s psychologische toestand een onmiddellijke pauze vereist. Ze probeert bovendien uit te zoeken of ze een psycholoog of een maatschappelijk werker om hulp moet vragen. Rollen: Anna, 12-jarig kind: Je weet niets over de juridische procedure. Je moet niets hebben van de volwassenen die in dezelfde ruimte zitten. Je wilt dat ze je met rust laten. Juridische professional: Je bent bezorgd, want je vreest dat het kind getraumatiseerd is. Je weet niet waar de vader is die het vermeende misdrijf tegen het kind gepleegd heeft. 30

31 Tolk: Je hoopt dat het interview zo snel mogelijk stopgezet wordt, want je hebt de indruk dat het kind dringende psychologische begeleiding nodig heeft. Je bent ervan overtuigd dat het schadelijk zou zijn voor het kind om het verhoor verder te zetten. Juridische vertegenwoordiger: Het feit dat het kind seksueel misbruikt werd, is van belang voor de strafprocedure. Je wilt er dus voor zorgen dat de verhoorder een rapport opmaakt en doorstuurt naar de rechtbank. Waarnemer: Let tijdens het rollenspel op onderstaande aandachtspunten en noteer je bevindingen over: - het belang van het kind - hoe respecteren de deelnemers de noden en belangen van het kind? - hoe respecteren de deelnemers elkaars professionele bekwaamheid? Verhaal 2 Een 15-jarig Chinees meisje, Lia, is aangekomen op de luchthaven van Parijs. Lia spreekt geen Frans, maar ze toont de immigratieambtenaar een adres en een foto van haar oom. Haar papieren zijn in orde, dus de medewerkers laten Lia het land binnen. Ze spendeert haar laatste beetje geld aan een taxi en probeert het adres te vinden, maar het blijkt dat haar oom verhuisd is. Lia voelt zich hongerig, teleurgesteld en ten einde raad. Lia loopt wat rond op straat en glipt een kleine winkel binnen waar ze enkele dingen meeneemt zonder te betalen. Dan loopt ze weg. De winkelbediende belt de politie en zij onderscheppen Lia op de hoek van de straat. Ze nemen haar mee naar het politiekantoor. De politiemensen bellen een tolk en beginnen meteen met het verhoor. Politieagent: Het is niet zo erg. Het kind heeft een relatief onschuldig misdrijf begaan. Het is een simpele zaak, dus je wilt het verhoor zo snel mogelijk afsluiten. Lia, het kind: Je bent teleurgesteld, want je wou gewoon een veilige thuis bij je oom vinden. Je begrijpt niet wat er rondom jou gebeurt. Je vindt dat je enkel de tolk kunt vertrouwen, omdat zij jouw taal spreekt. Tolk: Je begrijpt de moeilijke situatie waarin het kind zich bevindt. Je vindt dat het kind tegelijkertijd slachtoffer en dader is. Je probeert het kind te helpen, maar je wilt ook professioneel blijven. Juridische vertegenwoordiger/jeugdadvocaat: Het kind heeft een kruimeldiefstal gepleegd. Gezien de voorgeschiedenis en het feit dat alle gestolen goederen teruggebracht zijn, wil je dat de politie de zaak seponeert en het kind voorwaardelijk vrijlaat. Waarnemer: Let tijdens het rollenspel op onderstaande aandachtspunten en noteer je bevindingen over: 31

32 - het belang van het kind - hoe respecteren de deelnemers de noden en belangen van het kind? - hoe respecteren de deelnemers elkaars professionele bekwaamheid? 32

33 5. Controversiële stellingen Methodologie Het doel van deze oefening: - De deelnemers informeren over de standpunten van de verschillende professionals - Het begrip verhogen over de rol van de tolk en professionele grenzen Instructies voor de trainers: - Dit is een oefening voor alle deelnemers - De deelnemers zullen zich tijdens de oefening verplaatsen. Voorzie dus genoeg plaats in het midden van het lokaal - De deelnemers moeten tijdens deze oefening rechtstaan en bewegen. Je kunt deze activiteit dus inlassen na een lange sessie (wanneer je voelt dat de deelnemers moe zijn en wat beweging nodig hebben) - Moedig de deelnemers aan om hun mening te geven en neem hen in bescherming als andere deelnemers te hard in discussie gaan Het verloop van de oefening: 1. Beschrijf kort de oefening voor de deelnemers (bijvoorbeeld: Sta allemaal op en maak wat plaats hier in het midden van het lokaal. Ik zal enkele stellingen voorlezen. Als je akkoord gaat met wat ik zeg, ga je aan de linkerkant staan. Als je niet akkoord gaat, ga je aan de rechterkant staan. Als je deels akkoord gaat, of deels niet akkoord gaat, blijf je in het midden staan. Is dat duidelijk? ). 2. Lees de eerste stelling luidop voor. 3. Wacht tot alle deelnemers hun plaats hebben ingenomen. 4. Vraag twee of drie deelnemers om hun keuze toe te lichten (bijvoorbeeld: Waarom sta je hier? Waarom ben je het hiermee eens?'). 5. Geef de deelnemers de kans om van gedachten te veranderen en van positie te wisselen (als ze overtuigd zijn door de mening van andere deelnemers). 6. Lees vervolgens een andere stelling voor, enzovoort. 7. Het aantal vragen hangt af van de beschikbare tijd. De ervaring: - Leren van andere beroepen - Luisteren naar elkaars mening/verhaal - Leren van elkaars standpunt - De professionaliteit van anderen ervaren - Praten over de rol van tolken en hun professionele grenzen Timing: 5 min. voorbereiding + 30 min. discussie over stellingen Totaal: 35 min. (afhankelijk van het aantal stellingen dat de deelnemers krijgen) 33

34 Hulpmiddelen (zie Deel 3): - Stellingen - Akkoord Niet akkoord Deels akkoord/deels niet akkoord kaarten Stellingen 1. Als je twee talen goed kent, kun je tolken/ werken als tolk. 2. De tolk doet zijn/haar werk het best als hij/zij woord voor woord tolkt. 3. De tolk moet getrouw tolken wanneer hij/zij met minderjarigen werkt. 4. In een getolkt interview is het de rol van de tolk om uitleg te geven aan het anderstalige kind als hij/zij in de war is of de vraag niet begrijpt. 5. Een goede tolk heeft inzicht in culturele kwesties en helpt andere professionals om die ook te begrijpen. 6. De tolk mag geen emoties/empathie tonen wanneer hij/zij met minderjarigen werkt. Het zou beter zijn als we robots of machines konden uitvinden die dit werk konden doen (zoals Google Translate). 7. De tolk verduidelijkt socio-culturele verschillen. 8. De tolk verduidelijkt technische terminologie. 9. De tolk past de taal aan aan het niveau van de minderjarige. 10. De tolk stelt de minderjarige op zijn gemak. 11. De tolk houdt de communicatie gaande. 12. De tolk mag zijn/haar mening over de zaak geven. 34

35 6. Videopresentatie en rondetafelgesprek Methodologie Het doel van deze oefening: - Getolkte verhoren voorstellen in een korte video Instructies voor de video: - Toon de video zonder enige uitleg vooraf - Vraag de deelnemers naar hun mening - Moedig de deelnemers aan om na te denken over de situatie van het kind (emotionele problemen tijdens het verhoor,...) De ervaring: - Leren van andere beroepen - Luisteren naar elkaars mening/verhaal - Leren van elkaars standpunten - De professionele bekwaamheid van anderen ervaren - Praten over de rol van tolken en hun professionele grenzen - Emotionele impact (van de video) Timing: 2 min. voorbereiding + 6 min. video + 20 min. debat Hulpmiddelen: video beschikbaar op 5c5939&height=390&width=640&autoplay=false 35

36 7. Tips Methodologie Het doel van deze oefening: - Deelnemers maken een lijst met 5 nuttige tips om in het achterhoofd te houden wanneer je met tolken werkt Instructies voor de trainers: - Verdeel de deelnemers in kleine groepen en vraag hen om een lijst op te stellen met 3 of 5 nuttige tips voor wanneer je met tolken werkt (5 minuten) - Laat elke groep aan het woord - 1 tip van elke groep. Moedig alle groepen aan om hun lijst aan te vullen met andere interessante tips die aan bod komen (15 minuten) - Vraag de deelnemers om hun lijsten te vergelijken met de Mothertongue/Pasalo hand-out in de bijlage. Laat hen nagaan of ze nog tips uit die hand-out willen toevoegen aan hun eigen lijst (5 minuten) - Sluit af door iedereen te vragen 1 tip te kiezen die ze zullen onthouden en gebruiken, zelfs als ze alle andere vergeten! Laat de hele groep aan bod komen en laat elke deelnemer zijn/haar beste tip voorstellen (5 minuten) - Dit werkt als een versterkings- en herhalingsoefening De ervaring: - Leren van andere beroepen - Luisteren naar elkaars mening/verhaal - Leren van elkaars standpunten - Leren van elkaars best practices Timing: 5 min. voorbereiding + 25 min. uitwisseling van tips Hulpmiddelen (zie Deel 3): - Mothertongue/Pasalo - Best practices gids voor klinisch psychologen die werken met tolken 36

37 8. Aanbevolen volgorde van de training voor een halve dag, 4-5 uur Inleiding (het doel van de training, regels, timing, wie zijn de trainers, ) 10 min. Brainstorm (ideeën en bedenkingen over tolken verzamelen) min. Pauze Korte cases (casestudie) min. Controversiële stellingen (ideeën en bedenkingen over tolken beklemtonen) 30 min. Pauze Rollenspel (meer te weten komen over het standpunt van andere professionals) 60 min. Video en rondetafelgesprek (ideeën en bedenkingen over tolken beklemtonen) 30 min. Afsluitende discussie (feedback geven over de training) 20 min. 37

38 9. Aanbevolen volgorde van de training voor een volledige dag, 6-8 uur Inleiding (het doel van de training, regels, timing, wie zijn de trainers, introductie van de deelnemers,...) 30 min. Brainstorm (ideeën en bedenkingen over tolken verzamelen) 30 min. Korte cases (casestudie) min. Koffiepauze Presentaties over de verschillende professionele rollen (psycholoog, advocaat, tolk, enz.) 30 min. Rollenspel (meer te weten komen over het standpunt van andere professionals) 60 min. Lunchpauze Controversiële stellingen (ideeën en bedenkingen over tolken beklemtonen) 60 min. Video en rondetafelgesprek 30 min. Pauze Tips (Best practices) 30 min. Afsluitende discussie (feedback geven over de training) 30 min. 38

39 Deel 3: Toolkits en ondersteunend materiaal Toolkit 1 Naam: Functie: Functieomschrijving: Training getolkte kinderverhoren Naam van het bedrijf/de organisatie waarvoor u werkt: Regio of stad waar u werkt: Hoogste diploma/opleidingsgraad: o Secundair onderwijs o Bachelor o Master (of equivalente postgraduaatsopleiding) o Doctoraat o Ander Eerdere opleidingen specifiek gericht op het werken met minderjarigen: Heeft u in uw beroep ooit met minderjarigen gewerkt? Ja/nee Indien ja, hoe vaak? o Elke dag o Een keer per week o Een keer per maand o Een keer per jaar o Een keer elke paar jaar Hoe veel keer hebt u (bij benadering) gedurende de laatste 3 jaar met minderjarigen gewerkt? Met welke leeftijdsgroepen werkt u meestal? Omcirkel de leeftijdsgroepen waar u meestal mee werkt: 39

40 o 0-3 jaar o 3-6 jaar o 6-9 jaar o 9-12 jaar o jaar o jaar In welke context(en) werkt u voornamelijk met minderjarigen (strafzaken, burgerlijke zaken, maatschappelijke diensten,...)? Hoe vaak hebt u (bij benadering) gedurende de laatste 3 jaar met minderjarigen gewerkt in een getolkt verhoor? Voor welke talen? Interviewt u soms minderjarigen rechtstreeks in de vreemde taal? Indien ja, welke taal? Gelieve bovenstaand formulier zo volledig mogelijk in te vullen. Op die manier kunnen wij de opleiding nog beter afstemmen op het individuele profiel van de deelnemers. De anonimiteit en de vertrouwelijkheid van uw gegevens wordt steeds gewaarborgd. Uw antwoorden zullen dus nooit worden gepubliceerd of doorgegeven aan derden. CO-Minor-IN/QUEST II EU Justice Programme, JUST/2015/JTRA/AG/EJTR/8678 This project is co-funded by the European Union 40

41 Toolkit 2 Training getolkte kinderinterviews Persoonlijke ervaring Met welke beroepsgroepen werkt u samen bij het (ver)horen van minderjarigen? Hoe verloopt deze samenwerking? Wat maakt het makkelijk/niet makkelijk om constructief samen te werken? Geef uw meest positieve en minst positieve ervaring op vlak van getolkte gesprekken met minderjarigen. Het meest positief: Het minst positief: Enkele stellingen over kindvriendelijke justitie, tolken en multidisciplinaire teams: Geef uw mening over de volgende stellingen. Verduidelijk (indien gewenst) uw keuze. 1) Wanneer de interviewer het aan de tolk overlaat om het taalgebruik aan te passen aan het niveau van de minderjarige en interculturele duiding toelaat tijdens het interview, dreigt hij/zij de controle over het gesprek uit handen te geven. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 2) Tijdens getolkte verhoren over misbruik is het essentieel om voldoende aandacht te besteden aan de kwetsbaarheid van kind en aan het feit dat hij/zij bijzonder gevoelige informatie moet delen. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 3) Kinderen zijn bijzonder gevoelig voor negatieve emoties (zoals verdriet, angst, afkeur, woede, ) bij anderen. Als een van de gesprekspartners verdrietig of boos is, zal dit de antwoorden van de minderjarige beïnvloeden. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 4) Een tolk vertaalt niet enkel de woorden van beide gesprekspartners, maar slaat ook een brug tussen de leefwereld (en de cultuur) van de interviewer en de minderjarige. 41

42 Akkoord / niet akkoord / andere mening: 5) Getolkte gesprekken met minderjarigen zijn minder diepgaand en accuraat dan eentalige gesprekken. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 6) Tolken moeten worden voorbereid op de specifieke manier van vragen stellen tijdens een interview (open vragen, niet-suggestieve vragen,...). Akkoord / niet akkoord / andere mening: 7) Tijdens een kinderinterview heeft de aanwezigheid van de tolk een positieve impact, omdat minderjarigen hun verhaal kunnen doen in de taal van hun keuze. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 8) Anderstalige kinderen voelen zich zichtbaar meer verbonden met de tolk, waardoor het voor de interviewer en andere aanwezige professionals aanvoelt alsof ze worden buitengesloten uit het gesprek. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 9) Het zou goed zijn indien tolken voor het kinderinterview al relevante informatie krijgen over het desbetreffende dossier. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 10) Open en transparante communicatie is een van de basisvoorwaarden om een vertrouwensband te creëren tussen alle betrokken partijen bij een getolkt gesprek met minderjarigen. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 11) Wederzijds vertrouwen tussen de interviewer, tolk en andere professionals is van het grootste belang. Dit vertrouwen kan worden versterkt door middel van (de)briefings, en door begrip op te brengen voor elkaars werkwijze, persoonlijke stijl, sterktes en werkpunten. Akkoord / niet akkoord / andere mening: 12) Het is raadzaam om voor alle betrokken beroepsgroepen een gemeenschappelijke opleiding in te voeren rond het getolkte (ver)horen van minderjarigen. 42

43 Akkoord / niet akkoord / andere mening: Mini-case: Lees onderstaande case grondig en beantwoord de bijbehorende vragen. De moeder van Dominique is alleenstaand. Zij woont alleen samen met haar twee kinderen: Dominique 6 jaar en broer Damien 19 jaar. Dominique gaat naar een Franstalige school en begrijpt niet zo goed Nederlands. Op een avond wordt er aan de deur gebeld en de moeder doet open. Er komt een man binnen en hij krijgt een woordenwisseling met de moeder. Dominique, die eerst ijverig aan het tekenen was, gaat zich uit angst verstoppen achter een zetel in de living. De bezoeker heeft hem niet gezien. Gedurende de ruzie duwt de man de moeder, waardoor zij ten val komt en met het hoofd hard op een lage tafel botst. Dominique, enorm onder de indruk, ziet vanuit zijn schuilplaats bloed op de grond liggen, en ziet dat zijn moeder niet opstaat. De man verlaat snel de woning. Dominique blijft veilig op zijn schuilplaats zitten tot zijn grote broer Damien twee uur later binnenkomt. Deze ontdekt het levenloze lichaam van zijn moeder en ziet Dominique half verscholen achter de zetel. Hij verwittigt de politie. Op vraag van de onderzoeksrechter gaat de politie over tot het audiovisueel verhoor van Dominique. De broer Damien is niet aanwezig. Dominique wordt gebracht door een tante en is zwaar getraumatiseerd door de feiten. Er werd een tolk Frans-Nederlands gevorderd en is al aanwezig. Dominique weigert te spreken omdat die vreemde mevrouw (= de tolk) daar zit. Hij wil wel spreken met de politie maar wil in de eerste plaats zijn mama terug, niet die vrouw die daar zit. Stel : u bent in uw huidige professionele rol betrokken bij dit verhoor (zij het als juridische professional, politie, tolk, psycholoog of maatschappelijk werker). a) U merkt dat de minderjarige weigert te praten met de tolk: hoe reageert u? b) Wanneer het kind zijn verhaal doet, lijkt de tolk emotioneel aangedaan door de gebeurtenissen: hoe reageert u? c) Andere opmerkingen bij deze case die u graag wilt delen: Verwachtingen over de training: Wat hoopt u uit de opleiding te kunnen meenemen? Wat hoopt u te kunnen verbeteren in uw beroepspraktijk dankzij deze training? 43

44 Gelieve bovenstaand formulier zo volledig mogelijk in te vullen. Op die manier kunnen wij de opleiding nog beter afstemmen op het individuele profiel van de deelnemers. De anonimiteit en de vertrouwelijkheid van uw gegevens wordt steeds gewaarborgd. Uw antwoorden zullen dus nooit worden gepubliceerd of doorgegeven aan derden. CO-Minor-IN/QUEST II EU Justice Programme, JUST/2015/JTRA/AG/EJTR/8678 This project is co-funded by the European Union 44

Sprekers: Katalin Balogh & Heidi Salaets (coördinatoren)

Sprekers: Katalin Balogh & Heidi Salaets (coördinatoren) Sprekers: Katalin Balogh & Heidi Salaets (coördinatoren) I Co-Minor-IN/QUEST Co-Minor-IN/QUEST II ChiLLS 2012-2014 With financial support from the Criminal Justice Programme of the European Commission

Nadere informatie

CO-Minor-IN/QUEST II Final workshop Co-funded by the Justice Programme of the European Union

CO-Minor-IN/QUEST II Final workshop Co-funded by the Justice Programme of the European Union CO-Minor-IN/QUEST II Final workshop Co-funded by the Justice Programme of the European Union Slot event Overzicht van de Co-Minor- IN/QUEST projecten Heidi Salaets (KU Leuven) Wereld Vluchtelingen dag

Nadere informatie

Lustrumviering Onderzoeksgroep Tolkwetenschap. Katalin Balogh

Lustrumviering Onderzoeksgroep Tolkwetenschap. Katalin Balogh Lustrumviering Onderzoeksgroep Tolkwetenschap Katalin Balogh CO-Minor-IN/QUEST II JUST/2015/JTRA/AG/EJTR /8678 Semigestructureerde interviews met kinderen With financial support from the Criminal Justice

Nadere informatie

Zestien tips voor dove personen in contact met de politie en justitie

Zestien tips voor dove personen in contact met de politie en justitie Tip 1 Zestien tips voor dove personen in contact met de politie en justitie Taalgroep Vlaamse Gebarentaal KU Leuven, in samenwerking met Fevlado en Het Reddend Gebaar In het kader van het JUSTISIGNS-project

Nadere informatie

Please select the language of the survey in the upper right corner. Gelieve de gewenste taal te selecteren in de rechterbovenhoek.

Please select the language of the survey in the upper right corner. Gelieve de gewenste taal te selecteren in de rechterbovenhoek. Please select the language of the survey in the upper right corner. Gelieve de gewenste taal te selecteren in de rechterbovenhoek. Si prega di selezionare la lingua in cui si desidera compilare il questionario.

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 22 januari 2010 (OR. en) 2010/0801 (COD) PE-CONS 1/10 DROIPEN 6 COPEN 22 CODEC 41 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Initiatief voor

Nadere informatie

ISSAI 30 Ethische code

ISSAI 30 Ethische code ISSAI 30 Ethische code Vertaling ISSAI 30VERTALING REKENHOF, MEI 2017 / 2 INHOUD Hoofdstuk 1 - Inleiding 4 Concept, achtergrond en doel van de ethische code 4 Vertrouwen en geloofwaardigheid 5 Hoofdstuk

Nadere informatie

OTA het voorzitterschap de delegaties Routekaart voor een betere bescherming van verdachten en beklaagden in strafprocedures

OTA het voorzitterschap de delegaties Routekaart voor een betere bescherming van verdachten en beklaagden in strafprocedures RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 1 juli 2009 (03.07) (OR. en) 11457/09 DROIPE 53 COPE 120 OTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de delegaties Routekaart voor een betere bescherming van verdachten

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Definitie en uitgangspunten DEFINITIE VAN HET POLITIEVERHOOR UITGANGSPUNTEN 22

Hoofdstuk 2 Definitie en uitgangspunten DEFINITIE VAN HET POLITIEVERHOOR UITGANGSPUNTEN 22 HANDBOEK POLITIEVERHOOR INHOUDSTAFEL Inleiding 9 Hoofdstuk 1 Het juridisch kader 13 1. ALGEMEEN 13 1.1. Wie mag er verhoren? 13 1.2. Hoe moet er worden verhoord? 14 1.2.1. Gericht op de waarheidsvinding

Nadere informatie

9337/16 rts/pau/as 1 DG D 2A

9337/16 rts/pau/as 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 27 mei 2016 (OR. en) 9337/16 NOTA I/A-PUNT van: aan: de Groep e-recht (e-justitie) EJUSTICE 86 JUSTCIV 130 DROIPEN 97 JAIEX 51 het Comité van permanente vertegenwoordigers

Nadere informatie

Kwaliteitinstituut beëdigde tolken en vertalers

Kwaliteitinstituut beëdigde tolken en vertalers Kwaliteitinstituut beëdigde tolken en vertalers Advies Van: Kwaliteitsinstituut Wbtv Aan: Raad voor Rechtsbijstand Betreft: Aanvullende bekwaamheden in Rbtv Datum: 26 maart 2012 Het Kwaliteitsinstituut

Nadere informatie

Je rechten na een verkeersongeval. Rechtenbrochure Rondpunt vzw

Je rechten na een verkeersongeval. Rechtenbrochure Rondpunt vzw Je rechten na een verkeersongeval Rechtenbrochure Rondpunt vzw COLOFON Je rechten na een verkeersongeval 2018 Redactieadres Verantwoordelijke uitgever Rondpunt vzw Uitbreidingstraat 518 bus 2.01 2600 Berchem

Nadere informatie

afhankelijk van hun wettelijke vertegenwoordigers en waardoor ze vaak niet zelf kunnen beslissen over de

afhankelijk van hun wettelijke vertegenwoordigers en waardoor ze vaak niet zelf kunnen beslissen over de POSTION PAPER OVER DE POSITIE VAN BEGELEIDE MINDERJARIGEN 1 IN ASIEL- EN ANDERE VERBLIJFSPROCEDURES Migratie is een realiteit waarvoor we onze ogen niet mogen sluiten. Zowel meerder- als minderjarigen

Nadere informatie

15490/14 cle/gar/as 1 DG D 2B

15490/14 cle/gar/as 1 DG D 2B Raad van de Europese Unie Brussel, 17 november 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0409 (COD) 15490/14 NOTA van: aan: het voorzitterschap Raad DROIPEN 129 COPEN 278 CODEC 2241 Nr. Comdoc.:

Nadere informatie

Inleiding Hoofdstuk 2 Definitie en uitgangspunten DEFINITIE VAN HET POLITIEVERHOOR UITGANGSPUNTEN... 17

Inleiding Hoofdstuk 2 Definitie en uitgangspunten DEFINITIE VAN HET POLITIEVERHOOR UITGANGSPUNTEN... 17 INHOUDSTAFEL Inleiding... 9 Hoofdstuk 1 Het juridisch kader... 11 1. ALGEMEEN... 11 1.1 Wie mag er verhoren?... 11 1.2 Hoe moet er worden verhoord?... 12 1.2.1 Gericht op de waarheidsvinding... 12 1.2.2.

Nadere informatie

Gemeenschappelijke EU-standaarden voor het garanderen van procedurele rechten in strafzaken

Gemeenschappelijke EU-standaarden voor het garanderen van procedurele rechten in strafzaken Gemeenschappelijke EU-standaarden voor het garanderen van procedurele rechten in strafzaken Paul Ponsaers 1 1. De EU is niet enkel een economische, politieke en sociale gemeenschap, maar evenzeer een waardengemeenschap.

Nadere informatie

CO-Minor-IN/QUEST II Final workshop Co-funded by the Justice Programme of the European Union

CO-Minor-IN/QUEST II Final workshop Co-funded by the Justice Programme of the European Union CO-Minor-IN/QUEST II Final workshop Co-funded by the Justice Programme of the European Union Final workshop Semigestructureerde interviews met kinderen Katalin Balogh (KU Leuven) Opinie kinderen De stem

Nadere informatie

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag

Nadere informatie

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten Besluit van..., houdende regels voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (Besluit slachtoffers van

Nadere informatie

Inhoud Inhoud 5 Voorwoord 13 Introductie van het onderzoek 15 I. Inleiding 15 II. Participatie als juridisch begrip 16 III. Aanleiding tot het onderzo

Inhoud Inhoud 5 Voorwoord 13 Introductie van het onderzoek 15 I. Inleiding 15 II. Participatie als juridisch begrip 16 III. Aanleiding tot het onderzo Inhoud Inhoud 5 Voorwoord 13 Introductie van het onderzoek 15 I. Inleiding 15 II. Participatie als juridisch begrip 16 III. Aanleiding tot het onderzoek 18 IV. Probleemanalyse 19 V. Doel van het onderzoek

Nadere informatie

A8-0165/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

A8-0165/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 28.9.2016 A8-0165/ 001-045 AMENDEMENTEN 001-045 ingediend door de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken Verslag Dennis de Jong A8-0165/2015 Rechtsbijstand voor verdachten en beklaagden

Nadere informatie

OUDERS IN JEUGDBESCHERMINGSPROCEDURES RECHTSBIJSTAND IN HET LICHT VAN EHRM-JURISPRUDENTIE

OUDERS IN JEUGDBESCHERMINGSPROCEDURES RECHTSBIJSTAND IN HET LICHT VAN EHRM-JURISPRUDENTIE OUDERS IN JEUGDBESCHERMINGSPROCEDURES RECHTSBIJSTAND IN HET LICHT VAN EHRM-JURISPRUDENTIE Mw. Mr. K.E. (Kristien) Hepping (k.e.hepping@uu.nl) UCERF Symposium 11 april 2017 Rechtsbijstand ouders met gezag

Nadere informatie

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 11.3.2014 COM(2014) 158 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Een nieuw EU-kader voor het versterken van

Nadere informatie

INTELLECTUAL OUTPUT 6

INTELLECTUAL OUTPUT 6 EuroDuaLE INTELLECTUAL OUTPUT 6 Evaluatieverslagen Samenvatting Medegefinancierd door het Erasmus+-programma van de Europese Unie - 2015-1-IT02-KA203-015386 EuroDuaLE INTELLECTUAL OUTPUT 6 Evaluatieverslagen

Nadere informatie

Slachtofferrechten in Europe

Slachtofferrechten in Europe Frida Wheldon - EU Richtlijn tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten Slachtofferrechten in Europe 28 EU Lidstaten Verschillende

Nadere informatie

Afdeling I. Algemene beginselen van Unierecht en de relatie met het HGEU 11. Afdeling III. Onderzoeksvragen, onderzoeksdoelstelling en beperkingen 17

Afdeling I. Algemene beginselen van Unierecht en de relatie met het HGEU 11. Afdeling III. Onderzoeksvragen, onderzoeksdoelstelling en beperkingen 17 IX Onderzoeksopzet 1 Hoofdstuk 1. Achtergrond 3 Hoofdstuk 2. Probleemstelling 7 Afdeling I. Academisch debat 7 Afdeling II. Eigen bijdrage academisch debat 9 Hoofdstuk 3. Onderzoeksvragen en -methodologie

Nadere informatie

Brussel, 11 december 2013 (OR. nl) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 17633/13 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2013/0408 (COD)

Brussel, 11 december 2013 (OR. nl) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 17633/13 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2013/0408 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 december 2013 (OR. nl) Interinstitutioneel dossier: 2013/0408 (COD) 17633/13 ADD 2 DROIPEN 159 COPEN 236 CODEC 2930 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

De Europese uitdaging van toenadering van procedurele rechten Een lang verhaal

De Europese uitdaging van toenadering van procedurele rechten Een lang verhaal RECHT OP BIJSTAND VAN EEN ADVOCAAT VOORSTEL VAN RICHTLIJN EU Vicky De Souter, Attaché, Directie Strafwetgeving FOD Justitie De Europese uitdaging van toenadering van procedurele rechten Een lang verhaal

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie juridische zaken. aan de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

EUROPEES PARLEMENT. Commissie juridische zaken. aan de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken EUROPEES PARLEMENT 2004 ««««««««««««Commissie juridische zaken 2009 VOORLOPIGE VERSIE 2004/0113(CNS) 22.12.2004 ONTWERPADVIES van de Commissie juridische zaken aan de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk bij de directie Europees recht van de FOD Buitenlandse Zaken - Presentatie

Vrijwilligerswerk bij de directie Europees recht van de FOD Buitenlandse Zaken - Presentatie Vrijwilligerswerk bij de directie Europees recht van de FOD Buitenlandse Zaken - Presentatie Jacobs Marie (december 2014) 1 Vrijwilligerswerk bij de directie Europees recht van de FOD Buitenlandse Zaken

Nadere informatie

Het Belang van het Kind: een dialoog tussen theorie en praktijk. Het belang van het kind in familiale aangelegenheden

Het Belang van het Kind: een dialoog tussen theorie en praktijk. Het belang van het kind in familiale aangelegenheden E. Merille Het Belang van het Kind: een dialoog tussen theorie en praktijk Het belang van het kind in familiale aangelegenheden Document ter voorstelling van de Conferentie 1304_CONCEPT-FORM-NL-DEF.indd

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.5.2017 COM(2017) 218 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Commissie wordt gemachtigd onderhandelingen te openen over een akkoord met het Verenigd Koninkrijk

Nadere informatie

Inhoudstafel. Deel I. 30 jaar evolutie naar een kindvriendelijke justitie: Deel II. Internationale regels en rechtspraak bepalen

Inhoudstafel. Deel I. 30 jaar evolutie naar een kindvriendelijke justitie: Deel II. Internationale regels en rechtspraak bepalen Deel I. 30 jaar evolutie naar een kindvriendelijke justitie: Jeugdadvocaten voor minderjarigen..................... 7 Eric Van der Mussele Hoofdstuk I. Bandit! Voyou! Voleur! Cenapan!... 7 Hoofdstuk II.

Nadere informatie

Datum 6 januari 2016 Onderwerp Gespreksnotitie Nationaal Rapporteur rondetafelgesprek kindermisbruik. Geachte voorzitter,

Datum 6 januari 2016 Onderwerp Gespreksnotitie Nationaal Rapporteur rondetafelgesprek kindermisbruik. Geachte voorzitter, 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. de voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie mevrouw L. Ypma Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt

Nadere informatie

9116/19 JVB/jvc/srl JAI.2

9116/19 JVB/jvc/srl JAI.2 Raad van de Europese Unie Brussel, 21 mei 2019 (OR. en) 9116/19 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: JAI 490 COPEN 200 CYBER 153 DROIPEN 79 JAIEX 75 ENFOPOL 229 DAPIX 177 EJUSTICE 63 MI

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Initiatief van het Koninkrijk Denemarken met het oog op de aanneming van

Nadere informatie

HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP

HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP OVERLEG VOEDSELHULP HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP 1. Inleiding 1. Beschikken over toereikende, adequate en duurzame voeding is een fundamenteel recht dat werd bekrachtigd door de Verenigde Naties. Hun wettelijke

Nadere informatie

Fiche 2: Richtlijn inzake het recht op tolk- en vertaaldiensten in strafprocedures

Fiche 2: Richtlijn inzake het recht op tolk- en vertaaldiensten in strafprocedures Fiche 2: Richtlijn inzake het recht op tolk- en vertaaldiensten in strafprocedures 1. Algemene gegevens Voorstel: Initiatief voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het recht

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 15 juli 2009 (24.07) (OR. en) ST 12116/09 DROIPE 66 COPE 139

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 15 juli 2009 (24.07) (OR. en) ST 12116/09 DROIPE 66 COPE 139 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 15 juli 2009 (24.07) (OR. en) ST 12116/09 DROIPE 66 COPE 139 OTA van: aan: Betreft : het voorzitterschap de delegaties Voorstel voor een resolutie van de Raad en van de

Nadere informatie

Manifest voor de Rechten van het kind

Manifest voor de Rechten van het kind Manifest voor de Rechten van het kind Kinderen vormen de helft van de bevolking in ontwikkelde landen. Ongeveer 100 miljoen kinderen leven in de Europese Unie Het leven van kinderen in de hele wereld wordt

Nadere informatie

(Wetgevingshandelingen) RICHTLIJNEN

(Wetgevingshandelingen) RICHTLIJNEN 26.10.2010 Publicatieblad van de Europese Unie L 280/1 I (Wetgevingshandelingen) RICHTLIJNEN RICHTLIJN 2010/64/EU VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 oktober 2010 betreffende het recht op vertolking

Nadere informatie

Docenten: R. Cassiers, G. Franssens, D. Torfs, Y. Nachtegaele, P. Vandaele, Y. Vanden Bosch, N.N.

Docenten: R. Cassiers, G. Franssens, D. Torfs, Y. Nachtegaele, P. Vandaele, Y. Vanden Bosch, N.N. Juridische vorming Deze module bestaat uit drie onderwijsleeractiviteiten: de onderwijsleeractiviteit Juridische vorming, de onderwijsleeractiviteit Deontologie en de onderwijsleeractiviteit Rechtsmethodologie

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Introductie In dit proefschrift evalueer ik de effectiviteit van de academische discussie over de ethiek van documentaire maken. In hoeverre stellen wetenschappers de juiste

Nadere informatie

De vragenlijst van de openbare raadpleging

De vragenlijst van de openbare raadpleging SAMENVATTING De vragenlijst van de openbare raadpleging Tussen april en juli 2015 heeft de Europese Commissie een openbare raadpleging gehouden over de vogel- en de habitatrichtlijn. Deze raadpleging maakte

Nadere informatie

je rechten in een aantal nuttige adviezen en contacten om JE te helpen Je bent een minderjarige als je onder de 18 jaar bent

je rechten in een aantal nuttige adviezen en contacten om JE te helpen Je bent een minderjarige als je onder de 18 jaar bent Je bent een minderjarige als je onder de 18 jaar bent MogelijkE MINDERJARIGE slachtoffers van mensenhandel je rechten in Nederland een aantal nuttige adviezen en contacten om JE te helpen Medegefinancierd

Nadere informatie

Kwaliteitsinstituut beëdigde tolken en vertalers

Kwaliteitsinstituut beëdigde tolken en vertalers Kwaliteitsinstituut beëdigde tolken en vertalers Advies Van : Kwaliteitsinstituut Wbtv Aan : Raad voor Rechtsbijstand (hierna: de Raad) Betreft : Uitbreiding Besluit inschrijving Rbtv Datum : 18 juni 2012

Nadere informatie

MEE Utrecht, Gooi & Vecht. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking.

MEE Utrecht, Gooi & Vecht. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking. MEE Utrecht, Gooi & Vecht Ondersteuning bij leven met een beperking Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Voor verwijzers Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Veel

Nadere informatie

Leer uw kind De Ondergoedregel.

Leer uw kind De Ondergoedregel. 1. Leer uw kind De Ondergoedregel. Ongeveer één op de vijf kinderen is slachtoffer van seksueel geweld, waaronder seksueel misbruik. U kunt helpen voorkomen dat het uw kind overkomt. Leer uw kind De Ondergoedregel.

Nadere informatie

Training Conflicthantering

Training Conflicthantering Training Conflicthantering Conflicthantering, onderhandelen met resultaat Effectief ruziemaken. Kan dat? Wij denken van wel. Een conflict kan zorgen voor een nieuw inzicht of een frisse wind in een relatie.

Nadere informatie

Intern kwaliteitscharter

Intern kwaliteitscharter Intern kwaliteitscharter Ons intern kwaliteitscharter is samen met het kwaliteitscharter van Federgon (zie volgende pagina) een instrument om de kwaliteit van onze dienstverlening te waarborgen. Al onze

Nadere informatie

Collectief aanbod Jeugd Houten

Collectief aanbod Jeugd Houten Collectief aanbod Jeugd Houten Groepsmaatschappelijk werk Santé Partners in Houten 2018-2019 1 Inhoud Blz. Training Sterk staan 9-12.... 3 Zomertraining Plezier op School (aankomende brugklassers). 4 Assertiviteitstraining

Nadere informatie

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij de. richtlijn van het Europees Parlement en de Raad

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij de. richtlijn van het Europees Parlement en de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.11.2013 SWD(2013) 477 final WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING bij de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende

Nadere informatie

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15 AFDELING I DE VASTSTELLING VAN HET BELEID TER BESTRIJDING VAN SOCIALE FRAUDE 1 1. Inleiding 1 2. De Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst 2 3. Arrondissementscellen 6 3.1. Samenstelling van de arrondissementscellen

Nadere informatie

Educatie en training personen bedoeld in Artikel 13f, derde lid, onder a, b, c. Versie 3.0 ( )

Educatie en training personen bedoeld in Artikel 13f, derde lid, onder a, b, c. Versie 3.0 ( ) Educatie en training personen bedoeld in, derde lid, onder a, b, c. Versie 3.0 (01-04-2016) Achtergrond: Dit document beschrijft de competenties van personen bedoeld in, derde lid, onder a, b, c van de

Nadere informatie

Informal Interpreting in Dutch General Practice. R. Zendedel

Informal Interpreting in Dutch General Practice. R. Zendedel Informal Interpreting in Dutch General Practice. R. Zendedel Nederlandse samenvatting Informele tolken worden dagelijks ingezet in de medische praktijk wanneer arts en patiënt niet dezelfde taal spreken.

Nadere informatie

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97 Wanneer gebruiken we kwalitatieve interviews? Kwalitatief interview = mogelijke methode om gegevens te verzamelen voor een reeks soorten van kwalitatief onderzoek Kwalitatief interview versus natuurlijk

Nadere informatie

HET EUROPEES INSTITUUT VOOR GENDERGELIJKHEID HET BUREAU VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE GRONDRECHTEN. Samenwerkingsovereenkomst

HET EUROPEES INSTITUUT VOOR GENDERGELIJKHEID HET BUREAU VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE GRONDRECHTEN. Samenwerkingsovereenkomst HET EUROPEES INSTITUUT VOOR GENDERGELIJKHEID EN HET BUREAU VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE GRONDRECHTEN Samenwerkingsovereenkomst Preambule Het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA) en het

Nadere informatie

DE TOEPASSING VAN HET INTERNATIONAAL VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND IN DE NEDERLANDSE RECHTSPRAAK

DE TOEPASSING VAN HET INTERNATIONAAL VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND IN DE NEDERLANDSE RECHTSPRAAK DE TOEPASSING VAN HET INTERNATIONAAL VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND IN DE NEDERLANDSE RECHTSPRAAK 1 JANUARI 2002-1 SEPTEMBER J.H. de Graaf N.N. Bahadur N. van der Meij Ars Aequi Libri Nijmegen,

Nadere informatie

Hervorming geestelijke gezondheidszorg 107 voor volwassenen Toekomstige hervorming voor kinderen Sector Arbeids- & Organisatiepsychologie

Hervorming geestelijke gezondheidszorg 107 voor volwassenen Toekomstige hervorming voor kinderen Sector Arbeids- & Organisatiepsychologie Deontologische vragen m.b.t. samenwerken in teams en netwerken Prof. Adélaïde BLAVIER, PhD Centre d Expertise en Psychotraumatismes et Psycho-Légale Département de Psychologie, Université de Liège (ULg)

Nadere informatie

TOPSIDE staat in het Engels voor Training Opportunities for Peer Supporters with Intellectual Disabilities in Europe. Richtlijnen

TOPSIDE staat in het Engels voor Training Opportunities for Peer Supporters with Intellectual Disabilities in Europe. Richtlijnen TOPSIDE TOPSIDE staat in het Engels voor Training Opportunities for Peer Supporters with Intellectual Disabilities in Europe Richtlijnen voor Mentoren Inclusion Europe www.peer-training.eu Auteurs: TOPSIDE

Nadere informatie

Adviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind

Adviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind Adviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind Advies over de vrijheidsberoving van kinderen in België naar aanleiding van de publicatie van het Belgische staatsrapport in kader van

Nadere informatie

Wetboek Media en Journalistiek 2011

Wetboek Media en Journalistiek 2011 Wetboek Media en Journalistiek 2011 Dit wetboek is bijgewerkt tot en met het Belgisch Staatsblad van 30 juni 2011. Verantwoordelijke uitgever: Hans Suijkerbuijk # 2011 Wolters Kluwer Belgium NV Ragheno

Nadere informatie

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU Commissie politieke zaken 5.3.2009 AP/100.506/AM1-24 AMENDEMENTEN 1-24 Ontwerpverslag (AP/100.460) Co-rapporteurs: Ruth Magau (Zuid-Afrika) en Filip Kaczmarek

Nadere informatie

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER Wij zijn ervan overtuigd dat bedrijven alleen succesvol kunnen zijn in maatschappijen waarin mensenrechten beschermd en gerespecteerd worden. Wij erkennen

Nadere informatie

Modularisering van meertalige en multiculturele academische communicatievaardigheden voor BA en MA niveau

Modularisering van meertalige en multiculturele academische communicatievaardigheden voor BA en MA niveau 2011 2014 Projectnummer 517575-LLP-1-2011-1-CH- ERASMUS-EMCR OVEREENKOMST NR. 2011-3648 / 001-001 Modularisering van meertalige en multiculturele academische communicatievaardigheden voor BA en MA niveau

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2018 COM(2018) 168 final 2018/0078 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging van de Commissie om het mondiale pact voor veilige, ordelijke en reguliere

Nadere informatie

Toelichting zeven dimensies

Toelichting zeven dimensies Toelichting zeven dimensies Expertsysteem ZIEN! voor het primair onderwijs December 2009 ZIEN! is een product van, in samenwerking met ParnasSys Inhoudsopgave Zeven dimensies 3 1. De kwaliteitsdimensies

Nadere informatie

WERKDOCUMENT. NL In verscheidenheid verenigd NL

WERKDOCUMENT. NL In verscheidenheid verenigd NL EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 11.11.2011 WERKDOCUMENT over het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de

Nadere informatie

Inhoudsopgave LIJST VAN AFKORTINGEN

Inhoudsopgave LIJST VAN AFKORTINGEN LIJST VAN AFKORTINGEN XIII 1 INLEIDING 1 1.1 Inleiding 1 1.1.1 Definitie van gesloten jeugdhulp 3 1.1.2 Gesloten jeugdhulp en vrijheidsbeneming 5 1.1.3 Gesloten jeugdhulp in cijfers 7 1.1.4 Doelgroep van

Nadere informatie

Het Verdrag van Amsterdam in werking. Prof. mr. R. Barents

Het Verdrag van Amsterdam in werking. Prof. mr. R. Barents Het Verdrag van Amsterdam in werking Prof. mr. R. Barents Kluwer - Deventer - 1999 DEEL1. HET VERDRAG VAN AMSTERDAM Hoofdstuk 1. Van Maastricht naar Amsterdam 3 1. Inleiding 3 2. De Europese verdragen

Nadere informatie

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking. Voor verwijzers

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking. Voor verwijzers MEE Ondersteuning bij leven met een beperking Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Voor verwijzers Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Veel mensen met een licht

Nadere informatie

Federgon kwaliteitscharter

Federgon kwaliteitscharter N2010 100 Federgon kwaliteitscharter Het kwaliteitscharter van Federgon is een basisdocument van de federatie en een instrument om de kwaliteit van de dienstverlening van de leden te waarborgen. Het beoogt

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 20.1.2014 2014/2006(INI) ONTWERPVERSLAG over evaluatie van de rechtspleging met betrekking tot het strafrecht

Nadere informatie

Kaderbesluit van de Raad ter bestrijding van georganiseerde criminaliteit: Hoe kan EU-wetgeving op dit terrein worden verscherpt?

Kaderbesluit van de Raad ter bestrijding van georganiseerde criminaliteit: Hoe kan EU-wetgeving op dit terrein worden verscherpt? DIRECTORAAT-GENERAAL INTERN BELEID DIRECTORAAT C: RECHTEN VAN DE BURGER EN CONSTITUTIONELE ZAKEN BURGERLIJKE VRIJHEDEN, JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN Kaderbesluit van de Raad ter bestrijding van georganiseerde

Nadere informatie

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 26 februari 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0119 (COD) 14956/15 ADD 1 JUSTCIV 286 FREMP 291 CODEC 1654 ONTWERP-MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Standpunt

Nadere informatie

ADR erkende 4 daagse Mediationopleiding. Inhoudelijke toelichting op de 4-daagse basisopleiding Mediation

ADR erkende 4 daagse Mediationopleiding. Inhoudelijke toelichting op de 4-daagse basisopleiding Mediation ADR erkende 4 daagse Mediationopleiding Inhoudelijke toelichting op de 4-daagse basisopleiding Mediation Inclusief: Literatuur, opleidingsmap, lunch, individuele begeleiding, kennistoets Doel van de training:

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE CRI(97)36 Version néerlandaise Dutch version EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE TWEEDE ALGEMENE BELEIDSAANBEVELING VAN DE ECRI: SPECIALE ORGANEN OP NATIONAAL NIVEAU GERICHT OP DE BESTRIJDING

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2004 Commissie verzoekschriften 2009 29.03.2011 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 1609/2008, ingediend door D. A. L. (Britse nationaliteit), over vermeende discriminatie

Nadere informatie

Een paar nachtjes in de cel

Een paar nachtjes in de cel Een paar nachtjes in de cel Het VN-Kinderrechtenverdrag en het voorarrest van minderjarigen in politiecellen Maartje Berger Carrie van der Kroon JEUGDSTRAFRECHT Een paar nachtjes in de cel Het VN-Kinderrechtenverdrag

Nadere informatie

Training Sales. Sales: onderzoeken, adviseren en verkopen

Training Sales. Sales: onderzoeken, adviseren en verkopen Training Sales Sales: onderzoeken, adviseren en verkopen Verkopen. De één krijgt er een vieze smaak van in zijn mond en de ander staat te trappelen om aan de slag te gaan. Sales is wat jij ervan maakt.

Nadere informatie

Inhoudstafel. Europese Unie Verdrag van 25 maart 1957 betreffende de Werking van de Europese Unie 153

Inhoudstafel. Europese Unie Verdrag van 25 maart 1957 betreffende de Werking van de Europese Unie 153 Inhoudstafel Nationaal... 13 Artikelen 3-4 Strafwetboek (Wet 8 juni 1867) 15 Wet 1 oktober 1833 op de uitleveringen 16 Uitleveringswet 15 maart 1874 17 Artikelen 6 14 Voorafgaande Titel Wetboek van Strafvordering

Nadere informatie

Competentieprofiel. Maatschappelijk werker

Competentieprofiel. Maatschappelijk werker Competentieprofiel maatschappelijk werker OCMW 1. Functie Functienaam Afdeling Dienst Functionele loopbaan Maatschappelijk werker Sociale zaken Sociale dienst B1-B3 2. Context Het OCMW garandeert aan elke

Nadere informatie

1. WAAROM DIT HANDBOEK? 2

1. WAAROM DIT HANDBOEK? 2 2 1.1. WAAROM DIT HANDBOEK? Internationale mobiliteit wordt steeds meer een absolute noodzaak op een arbeidsmarkt waar een sterke vraag heerst naar meer flexibiliteit en aanpassingsvermogen. Een van de

Nadere informatie

Centrum voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht

Centrum voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht Centrum voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht Vaardig en veilig verder helpen Een diversiteit aan mensen In Veldzicht bieden we een beschermde omgeving voor het intensief behandelen van mensen met

Nadere informatie

ONTWERPPROGRAMMA. Hoorzitting

ONTWERPPROGRAMMA. Hoorzitting EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPPROGRAMMA Hoorzitting JUSTITIËLE SAMENWERKING IN STRAFZAKEN Routekaart inzake procedurele rechten van

Nadere informatie

GEZAMENLIJKE VERKLARING VAN DE RAAD EN DE COMMISSIE BETREFFENDE DE WERKING VAN HET NETWERK VAN MEDEDINGINGSAUTORITEITEN

GEZAMENLIJKE VERKLARING VAN DE RAAD EN DE COMMISSIE BETREFFENDE DE WERKING VAN HET NETWERK VAN MEDEDINGINGSAUTORITEITEN GEZAMEIJKE VERKLARING VAN DE RAAD EN DE COMMISSIE BETREFFENDE DE WERKING VAN HET NETWERK VAN MEDEDINGINGSAUTORITEITEN "1. De vandaag vastgestelde verordening betreffende de uitvoering van de mededingingsregels

Nadere informatie

Externe brochure : toelichting

Externe brochure : toelichting Externe brochure : toelichting Doel: profilering Veldzicht Doelgroep: stakeholders Veldzicht Optionele uitwerking: boekje centrum voor transculturele psychiatrie VAARDIG EN VEILIG VERDER HELPEN In Veldzicht

Nadere informatie

= = = = = = =jáåçéêüéçéå. =téäòáàå. Het TOPOI- model

= = = = = = =jáåçéêüéçéå. =téäòáàå. Het TOPOI- model éêçîáååáéi á ã Ä ì ê Ö O Ç É a áê É Åí áé téäòáàå jáåçéêüéçéå Het TOPOI- model In de omgang met mensen, tijdens een gesprek stoten we gemakkelijk verschillen en misverstanden. Wie zich voorbereidt op storingen,

Nadere informatie

De specialisatie tolk in strafzaken kan bij een volgende periode van inschrijving in het Rbtv worden vermeld, indien wordt aangetoond dat:

De specialisatie tolk in strafzaken kan bij een volgende periode van inschrijving in het Rbtv worden vermeld, indien wordt aangetoond dat: BIJLAGE 1 BIJ HET BESLUIT AANWIJZEN SPECIALISATIE Tolk in strafzaken Artikel 1 Als specialisatie wordt aangewezen de bekwaamheid tolk in strafzaken. De voorwaarden Artikel 2 De specialisatie tolk in strafzaken

Nadere informatie

SUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION

SUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION SUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION ZEVEN FASEN IN ASSESSMENT, ANALYSE EN HET PLANNEN VAN INTERVENTIES. Bentovim, Cox, Bingley Miller, Pizzey & Tapp

Nadere informatie

Presentatie Masterproeven MAT 2015

Presentatie Masterproeven MAT 2015 Presentatie Masterproeven MAT 2015 Naam Master Datum Wanneer Waar Docent Beukeleers Inez MAT 14.01 15.30-17.15 3.07 Vergelijkende studie van ruimtegebruik in verhalen verteld op basis van een Nederlandse

Nadere informatie

Intervisie Wat is het? Wanneer kun je het gebruiken?

Intervisie Wat is het? Wanneer kun je het gebruiken? Intervisie Wat is het? Intervisie is een manier om met collega's of vakgenoten te leren van vragen en problemen uit de dagelijkse werkpraktijk. Tijdens de bijeenkomst brengen deelnemers vraagstukken in,

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 29.11.2013 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 0570/2012, ingediend door Maria Teresa Magnifico (Italiaanse nationaliteit), over erkenning

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Stefan Nerinckx Onderwerp Het toepasselijk recht op verbintenissen voortvloeiend uit (internationale) arbeidsovereenkomsten: een nieuwe Europese verordening in de maak? Datum april 2005 Copyright

Nadere informatie

ATLEC. Ondersteunende Technologie Leren via Eenvormig Curriculum. State of the Art en Onderzoeksanalyse Samenvatting

ATLEC. Ondersteunende Technologie Leren via Eenvormig Curriculum. State of the Art en Onderzoeksanalyse Samenvatting ATLEC Ondersteunende Technologie Leren via Eenvormig Curriculum State of the Art en Onderzoeksanalyse Samenvatting WP nummer WP titel Status WP2 State of the Art en Onderzoeksanalyse F Project startdatum

Nadere informatie

Gedragscode. SCA Gedragscode

Gedragscode. SCA Gedragscode SCA Gedragscode 1 Gedragscode SCA Gedragscode SCA wil op sociaal- en milieutechnisch verantwoorde wijze omgaan met haar belanghebbenden en op basis van respect, verantwoordelijkheid en uitmuntendheid een

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL. VOORWOORD... v

INHOUDSTAFEL. VOORWOORD... v INHOUDSTAFEL VOORWOORD... v DEEL I GRONDBEGINSELEN VAN EEN EUROPEES PERSONEN- EN FAMILIERECHT GEFORMULEERD VANUIT HET PERSPECTIEF VAN DE MENSENRECHTEN...1 INLEIDING...3 HOOFDSTUK I. SITUERING VAN HET ONDERZOEK...4

Nadere informatie

Woord vooraf... 11. Inleiding en methodologie... 15. 1 Doelstelling van het onderzoek... 15

Woord vooraf... 11. Inleiding en methodologie... 15. 1 Doelstelling van het onderzoek... 15 Inhoudstafel Woord vooraf... 11 Inleiding en methodologie... 15 1 Doelstelling van het onderzoek... 15 2 Onderzoeksteam... 17 2.1 Kernteam UGent... 17 2.2 Expertengroep... 17 2.3 Begeleidingscomité...

Nadere informatie

1. voorafgaand aan het verhoor een advocaat kan raadplegen, 2. de verdachte tijdens het verhoor bijstand van zijn advocaat geniet,

1. voorafgaand aan het verhoor een advocaat kan raadplegen, 2. de verdachte tijdens het verhoor bijstand van zijn advocaat geniet, You have the right to remain silent. Should you waive that right, anything you say can be held against you in a court of law. You have the right to speak to an attorney. If you cannot afford an attorney,

Nadere informatie

communicatie vanuit systeemtheoretisch perspectief Je kunt niet niet communiceren, besef het! (er is geen nooduitgang)

communicatie vanuit systeemtheoretisch perspectief Je kunt niet niet communiceren, besef het! (er is geen nooduitgang) Workshop Taal, veel meer dan praten. Koolhof Coaching en Training Over de complexiteit van communicatie Onderwerp: Uitgangspunt: communicatie vanuit systeemtheoretisch perspectief Je kunt niet niet communiceren,

Nadere informatie