A D V I E S. over DE AFSCHAFFING VAN 11 GEREGLEMENTEERDE BEROEPEN ***

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "A D V I E S. over DE AFSCHAFFING VAN 11 GEREGLEMENTEERDE BEROEPEN ***"

Transcriptie

1 N Beroepsreglementeringen A 08 Brussel, MH/AB/LC A D V I E S over DE AFSCHAFFING VAN 11 GEREGLEMENTEERDE BEROEPEN ***

2 2 Op basis van een analyse van haar administratie overweegt Mevr. S. Laruelle, Minister van Middenstand en Landbouw, de volgende 11 beroepsreglementeringen af te schaffen : molenaar, handelaar in fourage en stro, handelaar in inlandse granen, horlogemakerhersteller, kleinhandelaar in vaste brandstoffen, kleinhandelaar in vloeibare brandstoffen, begrafenisondernemer, fotograaf, fabrikant-installateur van lichtreclames, installateurfrigorist, wasser. In haar brief van 12 oktober 2004 vroeg de Minister hieromtrent het advies van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO. Na raadpleging van de betrokken beroepsorganisaties in de interfederale bureaus en van de Commissie Reglementeringen brengt de Hoge Raad dd. 18 november 2004 volgend advies uit. STANDPUNTEN 1. De Hoge Raad beschouwt aangepaste beroepsreglementeringen op maat van de onderscheiden beroepsactiviteiten als een belangrijke taak voor de overheid in nauw overleg met de sectoren. 2. Vrijwel alle geraadpleegde beroepsorganisaties zijn verontrust over de te korte termijn om hierover een grondig advies te geven, terwijl deze problematiek al jaren aansleept. De Hoge Raad herinnert de historiek van dit dossier en de initiatieven van de opeenvolgende Ministers van Middenstand de voorbije jaren. De beroepsorganisaties en de Hoge Raad hebben geen kennis van de motivering van een eventuele afschaffing, noch van de analyse die de administratie van de Minister heeft uitgevoerd en waarnaar verwezen wordt in de adviesvraag. 3. De Hoge Raad is reeds jaren vragende partij om werk te maken van een noodzakelijke modernisering van diverse beroepsreglementeringen. De wettelijke basis van de beroepsreglementeringen stond evenwel lange tijd ter discussie en werd gekenmerkt door opeenvolgende wijzigingen. De Hoge Raad heeft steeds actief en constructief deelgenomen aan al deze werkzaamheden en diverse adviezen uitgebracht over meerdere ontwerpen tot hervorming van het wettelijke kader. 1 Tal van vragen en voorstellen van beroepsorganisaties werden niet behandeld omwille van opeenvolgende wijzigingen aan het wettelijke kader. Verder formuleerde de Hoge Raad op 25 maart 2004, na een intens overleg met de betrokken beroepsorganisaties, de onderwijsaanbieders en diverse overheidsdiensten, een voorstel tot modernisering van de beroepen in de sector van de motorvoertuigen. 1 De recentste adviezen in dit verband betreffen: - de modernisering van de procedure inzake beroepsreglementeringen (25 maart 2004) - de modernisering van de diverse beroepsreglementeringen in de sector van de motorvoertuigen (25 maart 2003) - een tweede ontwerp van wet tot wijziging van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap (7 maart 2002) - de toepassing van de vestigingswet en de opdrachten van de Kamers van Ambachten en Neringen (19 januari 2001) - een voorontwerp van wet tot wijziging van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap (28 juni 2001) - het ontwerp van KB tot opheffing van het KB van 27 april 1999 tot bepaling van de uitoefeningsvoorwaarden van zelfstandige beroepswerkzaamheden die behoren tot de intersectorale categorie van de bouw (29 juni 2000)

3 3 Dit voorstel beoogde een eerste concrete toepassing van de gewijzigde KMO-programmawet van 10 februari 1998 en pleitte voor één nieuwe reglementering, die de drie geldende reglementeringen van garagehouder-hersteller, handelaar in tweedehandse voertuigen en koetswerkhersteller moet vervangen. Volgens de Hoge Raad moest dit voorstel dienen als pilootproject voor de modernisering van andere beroepsreglementeringen met als doel op langere termijn te komen tot een modernisering van alle beroepen op een gemeenschappelijke basis. Hij wacht nog steeds op een antwoord op dit advies. Niettemin pleit de Hoge Raad er met aandrang voor dat alle beroepsreglementeringen eindelijk gemoderniseerd zouden worden in het kader van een globale strategie. De Hoge Raad is van mening dat de bestaande beroepsreglementeringen, zoals bepaald in diverse koninklijke besluiten, vaak achterhaald zijn. In de 11 besproken beroepen zijn zowel de definities van de gereglementeerde activiteiten als de vereiste beroepsbekwaamheden én de bewijsmiddelen veelal niet meer voldoende aangepast aan de actuele beroepspraktijken. Daar waar een aangepaste beroepsreglementering een norm zou moeten zijn voor een kwalitatieve beroepsuitoefening en een richtsnoer voor onderwijsaanbieders, dient vastgesteld te worden dat de bestaande reglementeringen vaak voorbijgestreefd zijn en achter de feiten aanhollen. Ook de diverse onderwijsaanbieders hebben behoefte aan een legale houvast om hun leerprogramma s te kunnen organiseren en waar nodig op elkaar af te stemmen. De Hoge Raad wil in deze modernisering zijn rol ten volle opnemen. Om deze modernisering succesvol te kunnen uitvoeren is tenslotte een minimum aan stabiliteit of continuïteit noodzakelijk om de Minister en de Hoge Raad toe te laten hun onderscheiden opdrachten te vervullen met het oog op de actualisering van de beroepsreglementeringen. 4. Na raadpleging van de vertegenwoordigers van de betrokken beroepsorganisaties in de verschillende interfederale bureaus is de Hoge Raad echter van oordeel dat op basis van de actueel beschikbare gegevens momenteel niet kan besloten worden tot een afschaffing van de geciteerde beroepsreglementeringen. De hiertoe aangevoerde argumenten van de vertegenwoordigers van de beroepsorganisaties worden per beroep ten informatieve titel opgenomen in de bijlagen 1 tot 9 bij dit advies. Toetsteen hierbij zijn de wettelijke criteria die een reglementering al dan niet kunnen verantwoorden, met name: - de kwaliteitsgaranties voor de consument, - de onderwijs- en vormingsmogelijkheden, - de technologische evolutie, - de reglementering in andere EU-landen, - de specifieke wetten voor het beroep. De Hoge Raad formuleert deze standpunten op basis van de door de geraadpleegde beroepsorganisaties aangehaalde argumenten. Het is niet mogelijk om al deze argumenten per beroep grondig te bespreken in enkele weken. 5. De verschillende beroepssectoren zijn van oordeel dat bij een afschaffing van de beroepsreglementeringen de nadelen groter zijn dan de vermeende voordelen.

4 4 In eerste orde vrezen ze een gevoelige toename van het aantal faillissementen, in het bijzonder bij de starters. Naast het persoonlijke drama voor de persoon in kwestie en zijn familie, is er een belangrijke maatschappelijke kost. Zowel leveranciers als klanten zijn immers betrokken partijen bij falingen. Voorkomen waar mogelijk is hier de boodschap want niet het aantal starters op korte termijn, maar het aantal gezonde nieuwe ondernemingen op langere termijn dient hier als maatstaf gehanteerd te worden. Recente ervaringen in Nederland waar enkele jaren geleden diverse beroepsreglementeringen werden afgeschaft en de gevolgen nu pas aan het licht komen, onderschrijven dit standpunt. Andere verwachte problemen of risico s waaraan men zich blootstelt zijn: - een gebrekkige dienstverlening, - een toename van klachten vanwege de consumenten, - oneerlijke concurrentie, - meer moeilijkheden inzake de bestrijding van diverse vormen van fraude, - risico s voor de volksgezondheid, - de veiligheid van werknemers en consumenten, - de bescherming van het leefmilieu, - weinig transparantie, - en een gebrekkige organisatie van de beroepsuitoefening. 6. Het belang van degelijk onderwijs en aangepaste opleidingen wordt door niemand betwist. Ook over de noodzaak tot levenslang leren bestaat er een grote consensus. De overheden nemen daartoe vele initiatieven én investeren daarin aanzienlijke middelen. Ook vele beroepssectoren leveren op dit terrein, in samenwerking met of aanvullend aan het aanbod van de officiële onderwijsaanbieders, veel inspanningen. Het belang dat iedereen hecht aan een goede opleiding zou feitelijk gedevalueerd worden door een afschaffing van bepaalde beroepsreglementeringen. Alleszins wordt het verkeerde signaal gegeven dat een noodzakelijke beroepsbekwaamheid niet vereist is. In dit verband dient eveneens aangestipt te worden dat de Hoge Raad een uitgesproken voorkeur heeft voor een zo ruim en onafhankelijk mogelijk onderwijsaanbod om de noodzakelijke beroepsbekwaamheden te verwerven. Voor de meeste beroepen stelt er zich hier geen probleem. 7. Administratieve vereenvoudiging kan als mogelijk motief voor een eventuele afschaffing ingeroepen worden. Administratieve vereenvoudiging mag evenwel niet verward of gelijkgesteld worden met een volledige afschaffing. In dit verband dient ook gewezen te worden op het feit dat het voor zelfstandigen en KMO in principe om eenmalige administratieve verplichtingen gaat die enkel bij de start of bij fundamentele wijziging van de beroepsactiviteiten moeten vervuld worden. Het verhoopte effect inzake administratieve vereenvoudiging moet dus alleszins zeer sterk gerelativeerd worden 8. Ervaringen in het buitenland tonen aan dat in geval van afschaffing van beroepsreglementeringen de sectoren gestimuleerd worden alternatieve systemen uit te werken in de vorm van een of ander kwaliteitslabel of erkenningsysteem. Voor de Hoge Raad hebben dergelijke alternatieven geen meerwaarde. Hij vindt ze niet wenselijk omdat ze minder dwingend zijn en ook kostenverhogend werken voor de zelfstandigen en de KMO en dus indirect ook voor de consumenten.

5 5 Ze zijn weinig transparant voor ondernemers en consumenten en zorgen eveneens voor een grotere administratieve last voor de ondernemers. Administratieve last is immers niet enkel het gevolg van overheidsreglementering maar ook van private reguleringssystemen. Wanneer er één of meerdere private erkenningssystemen of kwaliteitslabels bestaan, zullen de ondernemers in bepaalde sectoren omwille van commerciële overwegingen de facto verplicht zijn zich bij één of meerdere van die labels of systemen aan te sluiten met alle gevolgen vandien. 9. Een grondige analyse en benadering per sector dringt zich op. Zo hebben de fabrikanteninstallateurs van lichtreclames, de installateurs-frigoristen en de eveneens gereglementeerde electrotechnisch-installateurs veel gemeenschappelijke punten. Deze beroepen zijn op zich specialisaties, maar beschikken over een belangrijke gemeenschappelijke beroepskennis. Analoge bemerkingen kunnen geformuleerd worden voor de sector van de textielreiniging, die het beroep van wasser omvat en die op de lijst van eventueel af te schaffen reglementeringen voorkomt maar eveneens het beroep van droogkuiser-verver. Het is nochtans evident dat deze activiteiten veel gemeenschappelijke kenmerken vertonen. Een ander voorbeeld betreft de beroepen van handelaar in inlandse granen, molenaar en handelaar in fourage en stro. Achter deze beroepen schuilt ondermeer de complexe problematiek van de voedselveiligheid. Een modernisering van deze beroepsreglementeringen en hun benamingen door bijvoorbeeld een hergroepering van activiteiten die behoren tot de handel in landbouwproducten, biedt de mogelijkheid een verantwoorde en aan de praktijk aangepaste reglementering te voorzien. Daarbij is het mogelijk dat welomschreven activiteiten worden uitgesloten van het toepassingsgebied en dus niet onderhevig zijn aan de nieuwe reglementering. Een vergelijkbare benadering dringt zich op voor de handelaars in brandstoffen, die zowel de vaste als vloeibare brandstoffen omvatten. Ook de karakteristieken van de drie hierna geciteerde beroepen verantwoorden een afzonderlijke aanpak. Zo is er de specifieke psychologische context waarbinnen de begrafenisondernemer zijn opdrachten vervult en waarbij onprofessioneel handelen snel als inhumaan wordt bestempeld. De hoge graad van techniciteit van de activiteiten van de horlogemaker-hersteller vereist een waarborg van vakbekwaamheid. Tenslotte maakt een beroepsreglementering voor de fotograaf een duidelijk onderscheid tussen de professionele en de niet-professionele fotografie. 10. Een beroepsreglementering is eveneens een waardevol instrument om het positief imago van een beroep te verzekeren. BESLUIT De Hoge Raad brengt een ongunstig advies uit over de overwogen afschaffing van de 11 geciteerde beroepsreglementeringen. De Hoge Raad wil dat op basis van een grondige evaluatie op een zo kort en realistisch mogelijke termijn concrete voorstellen geformuleerd worden met het oog op de noodzakelijke modernisering van de beroepsreglementeringen. Die voorstellen moeten handelen over de definitie van de te reglementeren activiteiten, over de vormingsvereisten en over de bewijsmiddelen daarvan.

6 6 BIJLAGE I MOLENAAR HANDELAAR IN INLANDSE GRANEN HANDELAAR IN FOURAGE EN STRO De beroepen van molenaar, handelaar in inlandse granen en handelaar in fourage en stro zijn afhankelijk van de landbouwsector, ze zijn het bindmiddel tussen de landbouwsector enerzijds en de verwerkers voor dierenvoeders en menselijke voeding anderzijds. Om die reden worden deze beroepsreglementeringen samen behandeld. 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument De dioxinecrisis van 1999 heeft er voor gezorgd dat de veevoedersector strenge eisen is gaan opleggen aan al hun leveranciers. Dit alles heeft geresulteerd in de oprichting van een v.z.w. OVOCOM (Overlegplatform Voedermiddelenkolom - Plate-forme de concertation de la filière alimentation animale), die een GMP-code heeft uitgewerkt voor alle schakels in de keten (GMP = Good Manufacturing Practices). Deze organisatie erkent de zelfstandigen, KMO s en alle operatoren die actief zijn binnen de keten. Dit bracht met zich mee dat de operatoren die grondstoffen leverden voor dierlijke voeding, strenger gecontroleerd werden. Deze laatste zijn onderworpen aan strengere controles dan de operatoren die grondstoffen leveren voor menselijke voeding. Nadien is ook de plantaardige sector begonnen met dergelijk systeem, dat vooral van toepassing is op de menselijke voeding. Het systeem is gebaseerd op dezelfde principes als in de dierlijke sector. De veiligheid van de producten die molenaars, handelaars in inlandse granen en handelaars in fourage en stro op de markt brengen mag niet in het gedrang komen. Deze producten hebben immers een eindbestemming ofwel in de menselijke voeding, ofwel in de dierenvoeding. Deze sector kan het zich niet veroorloven dat slecht opgeleide personen een handeltje opstarten gezien de zware gevolgen die dit kan hebben voor de volksgezondheid. De reglementering in de sector heeft de laatste jaren een enorme groei gekend. Onder impuls van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) is er een duidelijke en strenge reglementering ontstaan voor de veiligheid van onze producten. Deze reglementering is steeds gebaseerd op de producten, en in de meeste gevallen niet gericht op de operatoren. Bij de beroepsreglementering moet zeker in ruime mate rekening gehouden worden met de reglementering die reeds bestaat op het niveau van het FAVV. Ook moet specifiek aandacht besteed worden aan het transport, het milieu, de kennis van grondstoffen en economische factoren eigen aan de sector. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Er bestaan talrijke opleidingsmogelijkheden voor deze beroepen. Het regulier onderwijs is goed vertegenwoordigd door de land- en tuinbouwscholen.

7 7 Daarnaast zijn er diverse mogelijkheden voor bijkomende vorming: - voor Vlaamse zelfstandigen via de Provinciale Centra voor Land- en Tuinbouw en de diverse vormingscentra en instituten; - voor Vlaamse werknemers: via het vormingsaanbod van EDUplus; - Voor Waalse zelfstandigen en werknemers: via de Mission Wallonne des Secteurs Verts in samenwerking met Forem en de provinciale diensten voor land- en tuinbouw Binnen de beroepsverenigingen die de bovengenoemde beroepen vertegenwoordigen, houden diensten zich actief bezig met de starters. Bovendien is de sector constant bezig met het aanpassen van de bestaande onderwijssystemen aan de praktische invulling in het bedrijfsleven. Dit gebeurt zowel op Vlaams als op Waals niveau. 3. Technologische evolutie Sinds de uitwerking van de toegang tot het beroep in de jaren 60, zijn deze beroepen sterk geëvolueerd. De machines en de transportmiddelen zijn veranderd en de evolutie op technologisch vlak heeft niet stil gestaan. Denken we bijvoorbeeld maar aan de genetisch gemodificeerde organismen (GMO), de genetische manipulatie en de uitvinding van nieuwe variëteiten van granen. Het beroep is dermate veranderd dat het afschaffen van de beroepsreglementering nefast is voor het voortbestaan van de sector voor wat betreft zelfstandigen en KMO. 4. Reglementering in EU-landen Informatie betreffende de beroepsreglementering in de andere lidstaten van de Europese Unie zijn niet verzameld kunnen worden. Enquêtes wijzen wel uit dat bovengenoemde beroepen hoofdzakelijk worden uitgeoefend door kleine en middelgrote ondernemingen. 5. Specifieke wetten voor de betrokken sector De ondernemingen die grondstoffen leveren voor de menselijke voeding of voor dierenvoeders zijn onderworpen aan talrijken reglementeringen. Ze spelen een cruciale rol op het gebied van de voedselveiligheid en meer algemeen op het gebied van de consumentenveiligheid.

8 8 BIJLAGE II HORLOGEMAKER-HERSTELLER 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument De voorgestelde afschaffing van de reglementering kan enkel negatieve effecten hebben, zowel voor het imago van de horlogemaker-hersteller die machteloos zal staan tegenover de "knoeiers", als voor de consument die niet meer zeker zal kunnen zijn dat hij zich tot bekwame vakmensen richt. De consument zal ongetwijfeld het eerste slachtoffer zijn van die afschaffing vermits zijn goederen onherroepelijk beschadigd kunnen worden door de handelingen van onbekwame personen. Verder zijn die goederen van de consument vaak waardevol en moet deze laatste zonder twijfel kunnen uitgaan van de ethiek en de deontologie van de gevestigde beroepsuitoefenaars. Het open stellen van de markt van de horlogemakers-herstellers voor onbekwame personen zal eveneens tot wantrouwen leiden bij de gevestigde merken die geen wisselstukken meer zullen leveren aan de verkooppunten en ateliers en die zullen eisen dat alle herstellingen gebeuren bij hun centrale herstellingsdienst die vaak in het buitenland is gevestigd (Zwitserland), hetgeen logischerwijze een verlies aan arbeidsplaatsen en het stopzetten van activiteiten in België zal betekenen. Daardoor zullen zelfs de beroepsuitoefenaars die over de nodige bekwaamheid beschikken zelf geen herstellingen meer kunnen uitvoeren hetgeen zal leiden tot hogere kosten en lange wachttijden. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Een specifieke vorming voor het beroep van horlogemaker-hersteller wordt verstrekt door erkende technische scholen, zowel in Vlaanderen als in de Franse gemeenschap. Indien de vestigingsreglementering voor het beroep wordt afgeschaft zal het gehomologeerd diploma van secundair onderwijs dat die onderwijsinstellingen afleveren in waarde dalen. Buiten dat traditioneel onderwijs bieden het merendeel van de erkende centra voor beroepsvorming (IFPME, CREPAC, SYNTRA, enz.) de mogelijkheid zich te vormen door middel van een leercontract wat resulteert in een gehomologeerd diploma dat toegang biedt tot het beroep. De Centrale examencommissie tenslotte laat eveneens aan personen met een meer afwijkende schoolcarrière toe hun beroepskennis te laten erkennen en zo het vereiste diploma te behalen. 3. Technologische evolutie De techniek van horloges evolueert continu en wordt alsmaar complexer. De herstelling ervan vereist dan ook steeds meer kennis. Dit geldt niet alleen voor de mechanische horloges maar ook voor de nieuwe elektronische kwartsuurwerken.

9 9 BIJLAGE III KLEINHANDELAARS IN VASTE BRANDSTOFFEN 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument Er zijn meer dan 20 soorten kolen op de markt en elke soort dient voor een specifiek gebruik in functie van de stookinstallatie van de consument. Het is onontbeerlijk de verschillende soorten van kolen te kennen om de klant zo goed mogelijk te kunnen adviseren en problemen zoals oververhitting, slechte verbranding en onherstelbare schade aan de stookinstallatie tengevolge van een slechte keuze van kolen te vermijden. Bepaalde kolen bevatten hogere of lagere zwavelgehaltes naargelang hun herkomst en in het kader van het protocol van Göteborg en de vermindering van verzurende elementen is het onontbeerlijk dat de handelaar in vaste brandstoffen beschikt over de nodige kennis om zijn cliënteel oordeelkundig te adviseren. Het is absoluut noodzakelijk kennis te hebben van en de consument te informeren over het gehalte aan vluchtige stoffen van de steenkolen. De vluchtige stoffen spelen een zeer belangrijke rol bij het risico op spontane ontsteking (mini-ontploffing) van de onverbrande restgassen in het verwarmingstoestel. Daarom worden antracieten (vluchtige < 10%) meestal aanbevolen voor de verkoop aan huishoudelijke consumenten, in de plaats van vet- of vlamkolen die een groter risico tot spontane ontsteking van restgassen in het verwarmingstoestel hebben. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Het erkend onderwijs biedt een waaier aan vormingsmogelijkheden die voldoen aan de vereisten inzake beroepskennis waardoor een vestigingsattest kan bekomen worden. Er bestaan vormingsprogramma's gericht op het risico op koolstofmonoxyde-intoxicatie (CO) waarin ook gewezen wordt op de verplichtingen inzake het vegen van schouwen, het onderhoud van stookinstallaties en de noodzaak van ventilatie en verluchting. De grote fabrikanten van kachels organiseren regelmatig aangepaste opleidingen over de nieuwe installaties en de verbrandingstechnieken. 3. Technologische evolutie De fabrikanten van verwarmingsinstallaties met kolen brengen continu wijzigingen en verbeteringen aan waarvan de handelaars bestendig op de hoogte moeten blijven. De opkomst van nieuwe installaties die geschikt zijn voor meerdere brandstoffen (hout, kolen) vergt een oordeelkundige keuze van de beste brandstof en een aangepaste onderhoudstechniek. De fabrikanten organiseren regelmatig informatiesessies over die technologische evolutie. 4. Reglementering in EU-landen Zowel Duitsland, Frankrijk als Luxemburg beschikken over een vestigingswetgeving en geen enkel van die drie landen wenst die momenteel af te schaffen. Die drie buurlanden beamen de hierboven aangehaalde argumenten.

10 10 5. Specifieke wetten voor de betrokken sector De handelaar is wettelijk verplicht om op alle verpakkingen de kwaliteit, het type en het kaliber van de kolen die erin verpakt zitten, te vermelden. De kolensector moet zich aansluiten bij Valipack voor de terugname van de verpakkingen. De wet inzake het schoorsteenvegen is van toepassing op de kolensector. Binnenkort zal een wet verschijnen over de beperking van vervuilende emissies en de vermindering van broeikasgassen. Die wet impliceert het gebruik van zwavel- en asarme kolen.

11 11 BIJLAGE IV KLEINHANDELAARS IN VLOEIBARE BRANDSTOFFEN 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument De vestigingsreglementering voor kleinhandelaars in vloeibare brandstoffen impliceert een kennis van volgende onderwerpen (K.B. van 25 juli 1974) : - warenkennis; - technologie; - reglementering m.b.t. de opslagplaatsen; - behandeling : ontvangst, opslag en levering; - beveiligingsmaatregelen tegen brand, ontploffingen en vergiftigingen; - juridische aspecten. De kennis van deze onderwerpen in hoofde van de brandstoffenhandelaar biedt kwaliteitsgarantie voor de consument, wat geïllustreerd kan worden aan de hand van volgende voorbeelden : a) op het vlak van warenkennis : - met de invoering van nieuwe producten (zoals laagzwavelige diesel, gasolie extra, biobrandstoffen, low dust fuels, ) en de steeds wijzigende productnormen stijgt de vraag om informatie bij de consument. Enkel goed voorbereide en opgeleide brandstoffenhandelaars kunnen de consument de gevraagde inlichtingen verstrekken. - bepaalde nieuwe types verwarmingsinstallaties vereisen een specifieke brandstof (bijv. in condensatieketels is het aangewezen gasolie extra te gebruiken in plaats van huisbrandolie). Het is noodzakelijk dat de handelaar de consument kan informeren over de te gebruiken brandstof voor de diverse toestellen. - handelaars die een grondige kennis van de producteigenschappen hebben kunnen hun klanten adviseren om in bepaalde omstandigheden additieven toe te voegen. Zo zal een vakbekwame handelaar rekening houden met de koude-eigenschappen van huisbrandolie en bij levering in een bovengrondse, niet-beschutte opslagtank het gebruik van antistollingsadditieven aanraden. b) op het vlak van technologie : - brandstoffenhandelaars moeten in staat zijn hun klanten te informeren over de nieuwe soorten verwarmingsketels die op de markt gebracht worden (bijv. condensatieketels, lage temperatuurketels, ); - de consument moet eveneens terecht kunnen bij de brandstoffenhandelaars met vragen over rendementseisen en verplichte periodieke controles van stookinstallaties; - enkel goed opgeleide handelaars kunnen de consument adviseren over het rationeel gebruik en het regelmatig onderhoud van zijn verwarmingsinstallatie. c) op het vlak van reglementering inzake opslagplaatsen : - gelet op het risico voor bodemverontreiniging en de zware financiële implicaties die hieraan verbonden zijn, is het absoluut noodzakelijk dat de handelaar in staat is de consument te adviseren en te informeren over de van toepassing zijnde wettelijke voorschriften en regels van goed gebruik;

12 12 - deze voorschriften verschillen van gewest tot gewest, worden voortdurend aangepast en zijn bovendien vaak zeer complex, waardoor enkel vakbekwame handelaars in staat zijn deze adviserende taak naar behoren te vervullen; - een goede kennis van de reglementering inzake opslagtanks is eveneens vereist om te na te gaan of een opslagtank mag worden gevuld, dan wel of er beschermingsvoorzieningen aan die tank moeten worden aangebracht (bijv. een overvulbeveiligingssysteem, lekdetectiesysteem, kathodische bescherming, ) d) op het vlak van de behandeling : - gelet op het risico voor bodemverontreiniging, is het van wezenlijk belang voor de consument dat de levering steeds correct wordt uitgevoerd. Dit impliceert een grondige kennis van de brandstoffenhandelaar, die o.m. in staat moet zijn na te gaan of de bestelde hoeveelheid in de opslagtank kan (teneinde overvulling te vermijden). - Ook moet de handelaar de verschillende overvulbeveiligingssystemen kennen, alsook de voor- en nadelen van elk systeem. Hij moet opgeleid zijn om elk risico op ongevallen of verontreiniging te voorkomen. e) op het vlak van beveiligingsmaatregelen tegen brand, ontploffingen en vergiftiging : - gelet op het inherente brand- en/of ontploffingsgevaar van de door de handelaar geleverde producten, is het noodzakelijk dat deze de consument kan informeren over de in acht te nemen veiligheidsvoorschriften; - ook dient de brandstoffenhandelaar in staat te zijn de consument te informeren om het risico op koolstofmonoxyde-intoxicatie (CO) te beperken. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Het regulier onderwijs biedt talrijke opleidingen aan die voldoen aan de vereisten inzake beroepskennis waardoor een vestigingsattest kan bekomen worden. Daarnaast bestaan er aanvullende vormingen. Zo organiseren de bij de Belgische Federatie der Brandstoffenhandelaars (BRAFCO) aangesloten regionale beroepsorganisaties regelmatig opleidingen over de diverse aspecten van het beroep : accijnswetgeving, milieureglementering, transportreglementering, sociale wetgeving, programmawet, metrologie, enz. Eind 1997 werd door de federatie een lijvig Vademecum voor de handelaar in vloeibare brandstoffen opgesteld, dat gebruikt wordt door kandidaten die zich wensen voor te bereiden op het examen voor toegang tot het beroep. Verder organiseert ze als erkend opleidingsinstituut regelmatig opleidingen om de kandidaten voor te bereiden op het behalen van het vormingsgetuigschrift ADR dat vereist is voor alle vervoerders van gevaarlijke goederen via de weg. Ook vormingscursussen voor veiligheidsadviseurs zijn voorzien. Bovendien worden ook cursussen kwaliteitsbeheer georganiseerd. 3. Technologische evolutie De sector van de handel in vloeibare brandstoffen ontsnapt niet aan de technologische evolutie. Nieuwe technologieën en technieken doen hun intrede in de sector, wat de nood aan een specifieke vakkennis in de hand werkt.

13 13 Voorbeelden van deze technologische evolutie zijn : - het op de markt komen van nieuwe types verwarmingstoestellen (condensatieketels, lagetemperatuurketels, ) en nieuwe productnormen; - het op de markt komen van nieuwe types opslaginstallaties en bijhorende uitrustingen (overvulbeveiligingen, lekdetectiesystemen, kathodische bescherming, ); - de invoering van een verplichte temperatuurcompensatie bij levering van vloeibare brandstoffen in bulk; - enz. 4. Specifieke wetten voor de betrokken sector Op de sector van de handel in vloeibare brandstoffen zijn een hele reeks specifieke wetten en reglementeringen van toepassing, waaronder : - de reglementering inzake vervoer van gevaarlijke stoffen (ADR); - het KB inzake de veiligheidsadviseur; - decreten inzake rationeel energiegebruik; - milieuwetgeving inzake vloeibare brandstoffen (exploitatievoorschriften, bodemsanering, ); - de accijnswetgeving (procedures, tarieven, vrijstellingen, ); - metrologie; - wetgeving inzake verplichte voorraad;

14 14 BIJLAGE V BEGRAFENISONDERNEMER 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument Van een begrafenisondernemer wordt verwacht dat hij : - een troost is voor de nabestaanden hetgeen inhoudt dat hij deskundig moet zijn om op al hun mogelijke vragen te kunnen antwoorden. Daarom moet hij kennen en toepassen: de regelgeving die opgelegd wordt door de federale, gewestelijke en lokale overheden de regelgeving betreffende de religieuze gewoonten en gebruiken de regelgeving inzake grensoverschrijdende tussenkomsten - een tussenpersoon is tussen de nabestaanden en de praktische uitvoering van een reeks taken met een gespecialiseerd karakter waaronder: lichaamsverzorging van de overledene, mogelijke balseming van de overledene organisatie van de begroeting en uitvaart, redactie van overlijdensberichten, te maken afspraken met religieuze instanties, te maken afspraken met crematoria of begraafplaatsen, administratieve begeleiding naar overheidsdiensten toe - de familie van de overledene het juiste advies geeft indien nodig. - waakt over het correcte verloop van het ganse uitvaartproces. - de familie op juiste, correcte en legale manier bijstaat. Het is niet in het belang van de burger om een beroep zo belangrijk als dat van begrafenisondernemer dat gekenmerkt wordt door een enorme emotionele druk toe te vertrouwen aan avonturiers of aan niet voorbereide onervaren ondernemers. Deskundigheid is ook nodig om de nabestaanden te beschermen tegen oplichterij en mogelijke misbruiken. Rouwenden zijn voor ondeskundige beoefenaars van het beroep een makkelijke prooi. Specifiek aan het beroep is ook dat alles op zeer korte termijn moet uitgevoerd worden. Om aan die eis te voldoen is een perfecte kennis van alle wettelijke en administratieve stappen onontbeerlijk wat onmogelijk is zonder een complete vorming. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Om dit beroep uit te oefenen moet men de nodige kwaliteiten kunnen aantonen. Dat is ook het doel van een beroepsreglementering en dit is in het belang van zowel de ondernemer als de consument. Zonder beroepsreglementering kan men negatieve gevolgen verwachten, zoals: - Het ongecontroleerd uitoefenen van het beroep door om het even wie zonder mogelijkheid tot controle; - De nabestaanden van een overledene zullen geen enkele garantie meer hebben dat zij op gepaste en correcte wijze geadviseerd worden

15 15 Niet minder dan zes scholen verzorgen de opleidingen tot begrafenisondernemer in België. Deze opleidingen worden via het IFPME door twee instellingen in de Franse Gemeenschap aangeboden en via het Syntra door vier instellingen in Vlaanderen. Elk jaar ontvangen meer dan 30 nieuwe ondernemers via deze weg hun vestigingsattest. Deze opleidingen, alsook de centrale examencommissie stoelden steeds op kennis en inzet. Als men het programma van de cursussen bekijkt, krijgt men een duidelijk beeld van de variëteit en van de precisie van de vereiste kennis om het beroep van begrafenisondernemer uit te oefenen. Een slechte opleiding van de begrafenisondernemers kan leiden tot psychologische drama s en/of economische schade. Deze kennis wordt tijdens de loopbaan aangevuld door een permanente bijscholing, o.m. om de aanpassingen van wetten, koninklijke besluiten, decreten en lokale verordeningen te kunnen toepassen. 3. Technologische evolutie Meerdere aspecten van ons beroep zijn onderhevig aan technologische evoluties : - Organisatie van de uitvaarten: de ontwikkeling van de informatietechnologie heeft geleid tot het ontstaan van nieuwe diensten die de ondernemer evengoed moet beheersen: de opmaak en het afdrukken op verschillende manieren van de overlijdensberichten het opzetten van een rouwregister op websites - De evolutie van de wetgeving veroorzaakt aanpassingen aan de materialen waaruit de kisten worden vervaardigd. - Met het oog op een goede presentatie van de overledene en op de hygiëne en de bewaring van het lichaam tot de uitvaart, zullen bewaringsproducten meer en meer gebruikt worden. Dank zij formaldehyde (met een verdunning van 1%), dat geen insecticide noch een bacteriëndodend middel is, worden de organismen die meewerken aan de natuurlijke ontbinding van het lichaam afgeremd maar niet vernietigd. Frankrijk heeft deze praktijk onlangs gelegaliseerd. België zou deze technische evolutie moeten volgen. - Professionele hygiëne: ontsmetting van het materiaal van de funeraria en van grafkelders en graven. - Het gebruik van de ontsmettingsmiddelen en / of de thanatopraxie moeten correct beheerst worden. 4. Reglementering in EU-landen Inzake internationaal vervoer gelden er verschillende vigerende wetgevingen. Het betreft hier onder meer de overeenkomst van Berlijn van 1937, de overeenkomst van Straatsburg van 1973, de Inter-Benelux overeenkomst van 1967 en het Besluit van de Regent van Deze verschillende wetgevingen vormen een essentieel onderdeel van het beroep, zeker in een tijd waar de grenzen verdwijnen, en worden dan ook diepgaand besproken in de cursus voor begrafenisondernemers.

16 16 5. Specifieke wetten voor de betrokken sector In toepassing van artikel 6, 1, VIII, 7, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, vervangen door de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen, zijn de gewesten vanaf 1 januari 2002 bevoegd voor de materie van de begraafplaatsen en de lijkbezorging. De doorzichtigheid van de regelgeving is hier geenszins door verbeterd. In die zin werd er door de Vlaamse Regering op 16 januari 2004 het Vlaamse Decreet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging gestemd, dat sinds 1 juli jongstleden van kracht is. In het Waalse en Brusselse Gewest werd ter zake nog geen enkel specifiek decreet of ordonnantie uitgevaardigd en geldt nog steeds de federale wetgeving. Die reglementeringen verschillen substantieel van elkaar. Anderzijds voorziet de bijzondere wet van 13 juli 2001 in art. 18 de mogelijkheid voor de Gewesten samenwerkingsakkoorden af te sluiten met betrekking tot het beheer en het toezicht op de begraafplaatsen die het grondgebied van een Gewest overschrijden, of die zich op het grondgebied van een gemeente ressorterend onder een ander Gewest bevinden. Dergelijke samenwerkingsakkoorden zijn momenteel in de maak. De laatste jaren wordt er bij de publieke opinie alsook bij het Ministerie van Justitie veel belang gehecht aan slachtofferhulp hetgeen trouwens werd opgenomen in de wetgeving. Bijgevolg werd het noodzakelijk bevoegd personeel te zoeken gespecialiseerd in bijstand op psychologisch, emotioneel, sociaal of relationeel vlak. Gezien de context waarbinnen zij hun beroep uitoefenen moeten de begrafenisondernemers een gelijkaardige rol vervullen en beroep doen op al hun bekwaamheden om in elke situatie de juiste houding aan te nemen. Gezien de emotionele druk in het beroep is een specifieke opleiding nodig.

17 17 BIJLAGE VI FOTOGRAAF 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument De vestigingsreglementering mag niet afgeschaft worden want zij biedt stevige waarborgen inzake de kwaliteit van de fotografen, waaronder de startende beroepsfotografen. Een goede opleiding beperkt immers het risico op vroegtijdige faillissementen met nefaste gevolgen voor de zelfstandige zelf, zijn eventuele werknemers, zijn leveranciers en zijn klanten. Het vestigingsattest biedt aan de consument de waarborg dat de zelfstandige fotograaf zijn vak kent en kwalitatief hoogstand werk kan afleveren. Het belang van beelden in het dagelijks leven hoeft geen betoog. Er moet evenwel een onderscheid gemaakt worden tussen amateurs en professionelen. De portretfotografie, de reportagefotografie en de reclamefotografie overstijgen het amateurniveau. Daarom is een degelijke opleiding noodzakelijk om toegang te krijgen tot het beroep zodat de consument zeker kan zijn van kwaliteit, een goede dienstverlening en naleving van de beroepsregels. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden In België bestaan heel wat vormingsmogelijkheden om beroepsfotograaf te worden. Een groot aantal onderwijsinstellingen op secundair of hoger niveau verstrekken onderwijs terzake. Er zijn niet minder dan 50 centra waar de kandidaat zelfstandige fotografen een aangepaste opleiding kunnen volgen. We verwijzen hierbij naar de vele hogescholen, de centra voor volwassenenonderwijs, de vele academies en de Syntra-opleidingen. De veelheid aan opleidingsplaatsen garandeert een uitgebreide geografische spreiding, instapmogelijkheden voor jongeren en volwassenen en dit zowel in dag- als avondonderwijs. 3. Technologische evolutie Fotografie werd zeer populair door de nieuwe digitale media. Avonturiers zouden onterecht kunnen denken dat zij professioneel aan fotografie kunnen doen. Alhoewel de technologie geëvolueerd is blijven de basisprincipes van de fotografie dezelfde. Een basisvorming over de technische mogelijkheden, de verschillende gebruikswijzen van de toestellen, de beeldsamenstelling, de lichtcontrole en de dienstverlening aan de klanten blijft noodzakelijk. In dat kader heeft het weinig belang of een foto op de traditionele manier werd genomen of via de nieuwe digitale technologie. Een goede foto (reclamefoto, reportagefoto, portretfoto, huwelijksfoto ) vergt denkwerk ongeacht de manier waarop zij opgeslagen wordt. Dit werk vereist goed opgeleide beroepsuitoefenaars. 4. Reglementering in EU-landen Op Europees vlak heeft de Belgische fotografie een grote faam. Dit is ten dele te danken aan de verplichting om een degelijke opleiding te volgen alvoren zich als fotograaf te kunnen vestigen. De vertegenwoordigers van de fotografen in tal van andere Europese landen nemen de Belgische toestand zelfs als voorbeeld.

18 18 In Nederland werd de vestigingswetgeving afgeschaft. Daardoor verbeterde de situatie van de beroepsfotografen niet. De gevolgen voor de gehele sector waren integendeel nefast omdat heel wat starters het beroep aanvatten zonder voldoende voorbereiding. 5. Specifieke wetten voor de betrokken sector In de vorming van de fotografen wordt aandacht besteed aan de wetgevingen inzake prijsaanduiding, milieuwetgeving en de wet betreffende de auteursrechten. Het niet naleven ervan zou negatieve gevolgen kunnen hebben voor het milieu, de bescherming van de consument en de rechten van auteurs. De afschaffing van de vestigingswet zou neerkomen op een ontwaarding van het beroep van fotograaf.

19 19 BIJLAGE VII FABRIKANT-INSTALLATEUR VAN LICHTRECLAMES 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument Een specifieke beroepsreglementering voor het beroep van fabrikant-installateur van lichtreclames is onontbeerlijk wanneer men de kwaliteit van de geleverde diensten maar zeker ook de veiligheid van de beroepsbeoefenaars, de klanten en alle andere personen die in de omgeving van lichtreclames komen, wil garanderen. Zelfs bekwame elektriciens zijn niet op de hoogte van de problemen die kunnen opdagen tijdens de werkzaamheden aan lichtreclames en dit omwille van verschillende redenen : - Tijdens de plaatsing van of herstellingen aan lichtreclames, werken fabrikanteninstallateurs van lichtreclame zoals de elektriciens, op laagspanningsinstallaties 220/380 V., maar ook op hoogspanningsinstallaties (neonbuizen), d.w.z. een spanning tot V. Alle defecte installaties kunnen dan gevaarlijk zijn voor daartoe niet specifiek opgeleide personen die aan dergelijke installaties werkzaamheden zouden willen uitvoeren. - Elektriciens krijgen geen opleiding i.v.m. lichtreclames tijdens hun studies. - Elektriciens kennen de veiligheidsnormen niet en ook de leveranciers niet die het specifiek benodigde materiaal leveren. - Er zijn weinig elektriciens die weten dat de meeste hoogspanningsbuizen (neonbuizen) kwik bevatten en er dus een gevaar voor het milieu bestaat. Deze buizen mogen niet bij het gewone huisvuil terecht komen maar moeten gerecycleerd worden door gespecialiseerde ondernemingen. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Er bestaan in België meerdere technische scholen die na een basisopleiding in elektriciteit een specialisatie aanbieden in de productie en plaatsing van lichtreclames. De leerlingen lopen daarna verschillende jaren stage in de ondernemingen van fabrikanten-installateurs van lichtreclame. Bij het EFP in Brussel is men tevens een opleiding neontechniek aan het ontwikkelen. Buiten dit basisonderwijs organiseert de beroepsorganisatie Belgian Sign Organization regelmatig bijscholing voor zijn leden. Tot slot bestaat er de mogelijkheid te beantwoorden aan de beroepsreglementering door middel van een examen voor de centrale jury. 3. Technologische evolutie De beroepssector wordt gekenmerkt door een belangrijke technologische evolutie. Daarenboven heeft de Europese vereniging voor de fabrikanten-installateurs van lichtreclame sinds verscheidene jaren veiligheidsnormen uitgewerk i.v.m. lichtreclames en in het bijzonder hoogspanningslichtreclames. Deze normen werden uitgewerkt in samenwerking met CENELEC (Comité Européen de Normalisation Electrotechnique).

20 20 4. Reglementering in EU-landen In verschillende aangrenzende landen (onder meer in Luxemburg en Nederland, alsook in Groot-Brittannië voor wat het elektrische luik betreft) wordt een bewijs van erkenning als fabrikant-installateur van lichtreclame gevraagd vooraleer men daar mag werken. Indien de beroepsreglementering afgeschaft zou worden, stelt zich de vraag hoe de Belgische beroepsbeoefenaars het gevraagde bewijs nog kunnen voorleggen in het buitenland. Bovendien werkt Frankrijk nu al 2 jaar aan een vestigingswet met de naam Qualif enseigne. 5. Specifieke wetten voor de betrokken sector Het beroep wordt enkel gereglementeerd door de bestaande beroepsreglementering. Daarnaast bestaan er ook een aantal veiligheidsnormen die in het Algemeen Reglement op de elektrische Installaties (AREI) zijn opgenomen. Om die regels echter juist te kunnen toepassen is een basiskennis, zoals opgelegd door de beroepsreglementering, onontbeerlijk.

21 21 BIJLAGE VIII INSTALLATEUR-FRIGORIST In elke tak van de industrie en de handel is koeltechniek een belangrijk gegeven en het aantal toepassingen ervan alsook het belang van deze toepassingen neemt steeds toe. 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument Een reglementering van het beroep van installateur-frigorist is noodzakelijk om de kwaliteit van de geleverde diensten aan de consumenten te kunnen garanderen. Daarenboven is een reglementering van dit beroep onontbeerlijk om de veiligheid van het milieu, van de voedselketen en van alle personen die in de buurt wonen of werken van koelinstallaties te verzekeren. - Zonder een degelijke kennis van koeltechniek is het goed ontwerpen en installeren van een koelinstallatie praktisch onmogelijk. Bij slecht werkende koelinstallaties kunnen lekken van koelmiddel optreden die de ozonlaag aantasten. Het garanderen van de vakbekwaamheid van de frigorist-installateur is dan ook erg belangrijk voor de veiligheid van het milieu. De eigenaar van de koelinstallatie is bovendien verantwoordelijk voor mogelijke lekken van koelmiddel (cf. Protocol van Montreal 1992 en Vlarem II) en heeft er dus ook alle belang bij dat de installatie goed ontworpen en met kennis van zaken geïnstalleerd wordt. - Split airco-systemen en warmtepompen zijn koel- en verwarmingssystemen die in de toekomst een steeds belangrijkere rol zullen spelen. Ze worden beschouwd als een belangrijke bijdrage aan de oplossing van de milieuproblematiek aangezien ze energiebesparend werken. Bij een slechte installatie gaan de specifieke voordelen van deze systemen verloren. Zowel voor het milieu als voor de toeleveranciers en de gebruikers van deze producten is het belangrijk dat deze apparatuur op een vakkundige manier geïnstalleerd wordt. - Koel- en diepvriesinstallaties worden onder meer gebruikt voor het bewaren van voedingsmiddelen. Als voedingswaren besmet bij de eindverbruiker terechtkomen is de bewaarder van de voedingsmiddelen daarvoor verantwoordelijk. Deze laatste, evenals de eindverbruiker, heeft er dus alle belang bij dat de koelinstallatie door vakmensen ontworpen en geïnstalleerd wordt. - In de koeltechniek wordt gewerkt met koelgassen, waaronder ammoniak, propaan, butaan. Deze gassen kunnen bij slecht geïnstalleerde installaties een ernstig explosiegevaar vormen. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Over heel het Belgisch grondgebied wordt de koeltechniek onderwezen: - in het secundair onderwijs (BSO en TSO), het hoger onderwijs en het volwassenenonderwijs; - door de VDAB, het FOREM en Bruxelles Formation. Tevens kan men het diploma van installateur-frigorist behalen voor de centrale commissie.

22 3. Technologische evolutie 22 Door het Protocol van Montreal en de Kyoto-normen is er een gestadige technische evolutie. Nieuwe koelmiddelen komen op de markt en condensatietechnieken veranderen voortdurend. Koelinstallaties zijn grote afnemers van energie en zijn daardoor mede verantwoordelijk voor het GWP (Global Warming Potential). Het is daarom belangrijk dat koelinstallaties zodanig ontworpen en geïnstalleerd worden dat met een minimum aan energieverbruik een maximum aan koelcapaciteit geleverd wordt (COP). Zonder degelijke kennis van zaken is dit niet mogelijk. De drukken van toepassing in de koeltechniek kunnen tamelijk hoog oplopen (tot 4000 kpa). Om deze reden moet de installatie ook voldoen aan de PED wetgeving (Pressure Equipment Directive). 4. Reglementering in EU-landen Onze buurlanden hebben ook een eigen reglementering voor het beroep van installateur van koelinstallaties. Zo heeft Nederland bijvoorbeeld sinds het Protocol van Montreal een Stekwetgeving. Elke koeltechnicus die ingrijpt op het koelcircuit moet beschikken over een Stek-diploma, wat een theoretische en praktische proef inhoudt. Tevens dient elk bedrijf actief in de sector van de koeltechniek of de airconditioning ook gecertificeerd te zijn. 5. Specifieke wetten voor de betrokken sector Op Europees niveau bestaan een aantal richtlijnen die voor het beroep relevante bepalingen bevatten. Om die bepalingen juist te interpreteren en uit te voeren, is een grondige beroepskennis onmisbaar. De gewestelijke milieuwetgevingen in België verplichten bovendien met erkende installateurs te werken, wat niet alleen het belang van de beroepsreglementering aantoont maar wat ook aangeeft welke problemen een afschaffing van de reglementering van dit beroep zou veroorzaken.

23 23 BIJLAGE IX WASSER 1. Kwaliteitsgaranties voor de consument De textielproducten die de consument aan de textielverzorger toevertrouwt, hebben vaak een niet te onderschatten waarde. De textielverzorger dient dan ook perfect op de hoogte te zijn van de bestaande technieken en de warenkennis zodat hij goed werk kan leveren want een onoordeelkundige behandeling kan leiden tot onherstelbare schade. Zonder een beroepsreglementering zijn er geen kwaliteitsgaranties en er zal een wildgroei van ondeskundige textielverzorgers ontstaan. De consument zal hiervan het eerste slachtoffer zijn en de gevestigde bedrijven zullen volgen. Daarenboven mag ook het risico op ernstige milieuvervuiling ten gevolge van het onoordeelkundig uitoefenen van het beroep van wasser niet vergeten worden. 2. Onderwijs- en vormingsmogelijkheden Regionale centra van het VIZO en het IFPME bieden een volledige opleiding textielverzorging aan en coördineren de voortgezette vorming. Naast deze opleidingsvorm is er de Hogeschool Gent die in dagcursus ook de opleiding tot wasser aanbiedt. 3. Technologische evolutie Het laatste decennium is er een bijzonder snelle technische evolutie in deze branche. De nieuwste generaties textielreinigingsmachines zijn computergestuurd. Centrale zeepdoseringsinstallaties zorgen voor een adequaat en milieuvriendelijk wasproces dat niet alleen afgestemd is op het volume linnen maar ook op de aard van de stoffen en de specifieke wasvoorschriften. Door de diversiteit van het aangeboden werk en de snelle technologische evolutie wordt de beroepskennis van de textielverzorger zelfs nog noodzakelijker dan vroeger om de wasprocessen bij te sturen en met de nieuwe technologieën te kunnen werken. Het is in deze domeinen dat de sector een IWT 2 project succesvol aan het opbouwen is, waaruit de huidige generatie kennis en deskundigheid overneemt. 4. Reglementering in EU-landen Sinds de afschaffing van de beroepskwalificatie in Nederland zijn daar reeds veel kritische bemerkingen gemaakt door de textielreinigingsfederaties aangezien de afschaffing zowel de sector zelf als de consumenten nadelen heeft berokkend. 2 Instituut voor de Aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen

24 24 5. Specifieke wetten voor de betrokken sector Een uitgebreide regelgeving, waaronder heel wat gewestelijke bepalingen, regelen deze beroepsactiviteit. In Vlaanderen bijvoorbeeld bestaat er het bodemdecreet met de daaraan gekoppelde Vlarem I en II milieubeschermende wetgeving. De uiterst strenge lozingsnormen voor de bedrijven in het Vlaamse Gewest zijn een permanente zorg in het milieubewust textiel reinigen. Ook het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en Wallonië nemen steeds meer en meer analoge wetgevende initiatieven. Een goede initiële vorming zoals voorzien in een beroepsreglementering is een noodzakelijke voorwaarde om de reglementeringen inzake milieu, veiligheid en hygiëne juist te kunnen interpreteren en toepassen.

N Beroepsreglementeringen OA07 Brussel, 18.05.2005 MH/AB/LC A D V I E S. over

N Beroepsreglementeringen OA07 Brussel, 18.05.2005 MH/AB/LC A D V I E S. over N Beroepsreglementeringen OA07 Brussel, 18.05.2005 MH/AB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT OPHEFFING VAN EISEN TOT UITOEFENING VAN ZELFSTANDIGE BEROEPSWERKZAAMHEDEN IN HANDEL EN

Nadere informatie

N Beroepsregl bouw 2018 A2 Brussel, 18 december 2018 MH/JC/AS ADVIES. over DE BEROEPSREGLEMENTERINGEN IN DE BOUWSECTOR

N Beroepsregl bouw 2018 A2 Brussel, 18 december 2018 MH/JC/AS ADVIES. over DE BEROEPSREGLEMENTERINGEN IN DE BOUWSECTOR N Beroepsregl bouw 2018 A2 Brussel, 18 december 2018 MH/JC/AS 799-2018 ADVIES over DE BEROEPSREGLEMENTERINGEN IN DE BOUWSECTOR (goedgekeurd door het bureau op 15 oktober 2018, bekrachtigd door de algemene

Nadere informatie

Doc. nr. N2:10052C09 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over het

Doc. nr. N2:10052C09 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over het Doc. nr. N2:10052C09 Brussel, 29.6.2000 MH/FD/LC A D V I E S over het ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT OPHEFFING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 27 APRIL 1999 TOT BEPALING VAN DE UITOEFENINGSVOORWAARDEN

Nadere informatie

Doc. nr. E2:1005bC04 Brussel, A D V I E S. over een

Doc. nr. E2:1005bC04 Brussel, A D V I E S. over een Doc. nr. E2:1005bC04 Brussel, 18.05.1998 MH/AB/LC A D V I E S over een ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HOOFDSTUK II VAN TITEL II VAN DE PROGRAMMAWET VAN 10 FEBRUARI 1998 TOT BEVORDERING

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N BEROEPSREGL - Onthaalouders A08 Brussel, 25.06.2009 MH/BL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE UITSLUITING VAN DE BEROEPSACTIVITEIT

Nadere informatie

Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over een

Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over een Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, 03.12.2002 MH/FD/LC A D V I E S over een VOORSTEL VOOR EEN AANBEVELING VAN DE RAAD BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN DE WETGEVING INZAKE GEZONDHEID EN VEILIGHEID

Nadere informatie

ADVIES. 10 maart 2014

ADVIES. 10 maart 2014 ADVIES Voorontwerp van besluit tot wijziging van het besluit van 17 december 2009 tot vaststelling van de lijst van de risicoactiviteiten en Voorontwerp van besluit betreffende de akten van familiale aard

Nadere informatie

N Vastgoedmakelaar A06 Brussel, MH/BL/LC A D V I E S. over

N Vastgoedmakelaar A06 Brussel, MH/BL/LC A D V I E S. over N Vastgoedmakelaar A06 Brussel, 11.10.2005 MH/BL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT WIJZIGING VAN ARTIKEL 4, 1 VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 6 SEPTEMBER 1993 TOT BESCHERMING VAN

Nadere informatie

N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES. over

N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES. over N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES over EEN ONTWERP VAN WET INZAKE HET STATUUT VAN EN HET TOEZICHT OP DE ONAFHANKELIJK FINANCIËLE PLANNERS EN INZAKE HET VERSTREKKEN

Nadere informatie

Diverse Reglementeringen Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. over

Diverse Reglementeringen Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. over Diverse Reglementeringen Brussel, 19.01.2001 MH/AB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET GEBRUIK VAN LPG VOOR HET AANDRIJVEN VAN AUTO S, EEN ONTWERP VAN MINISTERIEEL BESLUIT

Nadere informatie

A D V I E S. over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE REGLEMENTERING VAN TATOEAGES EN PIERCINGS

A D V I E S. over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE REGLEMENTERING VAN TATOEAGES EN PIERCINGS N tatoeages&piercings A 05 Brussel, 18.5.2005 MH/SL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE REGLEMENTERING VAN TATOEAGES EN PIERCINGS (bekrachtigd door de Hoge Raad voor de

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Handelspraktijken Voorv. Prod. A03 Brussel, 23.09.2008 MH/AB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT OMZETTING VAN DE RICHTLIJN 2007/45/EG

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Org. Middenst. - Beroepsorg. A02 Brussel, 17 december 2009 MH/BL/JDH A D V I E S over DE VERTEGENWOORDIGING VAN DE BEROEPSORGANISMEN IN DE HOGE RAAD VOOR DE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk ------ Advies nr. 17 van 16 oktober 1998 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit en een

Nadere informatie

Vest. V. Beroepen A04 Brussel, BL/LC A D V I E S. over DE REGLEMENTERING VAN DE TITEL EN HET BEROEP VAN LANDMETER-EXPERT ***

Vest. V. Beroepen A04 Brussel, BL/LC A D V I E S. over DE REGLEMENTERING VAN DE TITEL EN HET BEROEP VAN LANDMETER-EXPERT *** Vest. V. Beroepen A04 Brussel, 31.5.2002 BL/LC A D V I E S over DE REGLEMENTERING VAN DE TITEL EN HET BEROEP VAN LANDMETER-EXPERT *** 2 Op 22 februari 2002 werd aan de Ministerraad een voorontwerp van

Nadere informatie

Doc. nr. N Vest.wet HA&AMB A06 Brussel, 28.6.2001 MH/FD/LC A D V I E S. betreffende

Doc. nr. N Vest.wet HA&AMB A06 Brussel, 28.6.2001 MH/FD/LC A D V I E S. betreffende Doc. nr. N Vest.wet HA&AMB A06 Brussel, 28.6.2001 MH/FD/LC A D V I E S betreffende EEN VOORONTWERP VAN WET TOT WIJZIGING VAN DE PROGRAMMAWET VAN 10 FEBRUARI 1998 TOT BEVORDERING VAN HET ZELFSTANDIG ONDERNEMERSCHAP

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 506 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 mei 2014 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruiken van biociden

Nadere informatie

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV:

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV: Vrij beroep 1/ België Wet van 15 mei 2014 houdende invoeging van Boek XIV "Marktpraktijken en consumentenbescherming betreffende de beoefenaars van een vrij beroep" in het Wetboek van economisch recht

Nadere informatie

Doc. N C70 Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. betreffende AMBULANTE HANDEL ***

Doc. N C70 Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. betreffende AMBULANTE HANDEL *** Doc. N2 32000C70 Brussel, 19.1.2001 MH/AB/LC A D V I E S betreffende AMBULANTE HANDEL *** 2 Het interfederaal bureau nr. 12 besprak op 21 december 1999, 10 mei en 21 november 2000 een aantal problemen

Nadere informatie

N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS ADVIES. betreffende

N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS ADVIES. betreffende N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS 788-2018 ADVIES betreffende DE AFBAKENING VAN DE RISICOSECTOREN VOOR DE VERPLICHTE LIMOSA-AANGIFTE VOOR ZELFSTANDIGEN (goedgekeurd door het bureau op 19

Nadere informatie

N Landmeters A05 Brussel, 29.9.2005 MH/BL/LC A D V I E S. over DE GELIJKWAARDIGHEID VAN DIPLOMA'S VOOR HET BEKOMEN VAN DE TITEL VAN LANDMETER-EXPERT

N Landmeters A05 Brussel, 29.9.2005 MH/BL/LC A D V I E S. over DE GELIJKWAARDIGHEID VAN DIPLOMA'S VOOR HET BEKOMEN VAN DE TITEL VAN LANDMETER-EXPERT N Landmeters A05 Brussel, 29.9.2005 MH/BL/LC A D V I E S over DE GELIJKWAARDIGHEID VAN DIPLOMA'S VOOR HET BEKOMEN VAN DE TITEL VAN LANDMETER-EXPERT (bekrachtigd door de Hoge Raad voor de Zelfstandigen

Nadere informatie

VR 2016 DOC.0943/1BIS

VR 2016 DOC.0943/1BIS VR 2016 DOC.0943/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling Vlaamse Regering over het ontwerp

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de regelgeving

Nadere informatie

Doc. nr. E2:31001C32 Brussel, A D V I E S. over de SOLDENREGLEMENTERING ***

Doc. nr. E2:31001C32 Brussel, A D V I E S. over de SOLDENREGLEMENTERING *** 1 Doc. nr. E2:31001C32 Brussel, 10.3.1998 A D V I E S over de SOLDENREGLEMENTERING *** 2 INLEIDING De heer K. PINXTEN, Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, vroeg op 21 januari

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 516 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 466 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 2 maart 1992 betreffende de prijsaanduidingen van kappersdiensten. Brussel, 10

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Kruispuntbank voertuigen A04 Brussel, 29 september 2010 MH/MG/AS ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over HET WETSONTWERP HOUDENDE DE OPRICHTING VAN DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. Over het verzoek tot bescherming van de beroepstitel van interieurarchitect van de Unie van Designers van België (UDB).

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. Over het verzoek tot bescherming van de beroepstitel van interieurarchitect van de Unie van Designers van België (UDB). RVV 383 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over het verzoek tot bescherming van de beroepstitel van interieurarchitect van de Unie van Designers van België (UDB). Brussel, 2 juli 2007 1 De Raad voor het Verbruik

Nadere informatie

N Vert ambachten A Brussel, 13 december 2016 MH/JC/AS ADVIES. inzake

N Vert ambachten A Brussel, 13 december 2016 MH/JC/AS ADVIES. inzake N Vert ambachten A Brussel, 13 december 2016 MH/JC/AS 757-2016 ADVIES inzake DE INTEGRATIE VAN DE VERTEGENWOORDIGING VAN DE AMBACHTELIJKE BEROEPEN IN DE HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO Hoge Raad

Nadere informatie

RVV 377 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RVV 377 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RVV 377 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het verzoekschrift met het oog op het bekomen van de bescherming van de beroepstitel van interieurarchitect. Brussel, 10 april 2007 SAMENVATTING A. Algemene opmerkingen

Nadere informatie

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Een innovatief economisch model, een opportuniteit voor ondernemers en consumenten Opdracht van de FOD Economie In een steeds veranderende Belgische

Nadere informatie

N HAND PRAK - Biociden A2 Brussel, 26 juli 2013 MH/AB/AS 709-2013 ADVIES. over

N HAND PRAK - Biociden A2 Brussel, 26 juli 2013 MH/AB/AS 709-2013 ADVIES. over N HAND PRAK - Biociden A2 Brussel, 26 juli 2013 MH/AB/AS 709-2013 ADVIES over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET OP DE MARKT AANBIEDEN EN HET GEBRUIKEN VAN BIOCIDEN (goedgekeurd door

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling over het ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

Gelet op de adviesaanvraag van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, ontvangen op 21 juni 2018;

Gelet op de adviesaanvraag van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, ontvangen op 21 juni 2018; 1/6 Advies 81/2018 van 5 september 2018 Betreft: Wijziging van de wet van 22 betreffende de rechten van de patiënt - Hoofdstuk 10 - artikel 65 van het wetsontwerp houdende diverse bepalingen inzake gezondheidszorg

Nadere informatie

Koelmonteur, koeltechnisch Installateur - Koeltechnicus

Koelmonteur, koeltechnisch Installateur - Koeltechnicus Koelmonteur, koeltechnisch Installateur - Koeltechnicus Patrick De Locht Business Developer SYNTRA Limburg vzw Versie Mei 2016 Patrick.delocht@syntra-limburg.be 1 Beschrijving traject Als koeltechnicus

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017 A D V I E S Nr. 2.044 ------------------------------ Zitting van dinsdag 18 juli 2017 ----------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit houdende diverse maatregelen inzake detachering

Nadere informatie

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 16 DECEMBER 2010.

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 16 DECEMBER 2010. ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 16 DECEMBER 2010 inzake het ontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke

Nadere informatie

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122. de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 35 88 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Mededeling Brussel, 2 juni 2017 Kenmerk: NBB_2017_18 uw correspondent:

Nadere informatie

N Programmawet art. 6 A06 Brussel, 26 april 2007 MH/BL/LC A D V I E S. over

N Programmawet art. 6 A06 Brussel, 26 april 2007 MH/BL/LC A D V I E S. over N Programmawet art. 6 A06 Brussel, 26 april 2007 MH/BL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP TOT WIJZIGING VAN ARTIKEL 6 VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 21 OKTOBER 1998 TOT UITVOERING VAN HOOFDSTUK I VAN TITEL

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N EUROPA - ADR A2 Brussel, 26 mei 2011 MH/SL/AS A D V I E S over DE RAADPLEGING VAN DE EUROPESE COMMISSIE OVER HET GEBRUIK VAN ALTERNATIEVE GESCHILLENBESLECHTING

Nadere informatie

N Apothekers A03 Brussel, MH/BL/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF. over EEN VOORSTEL VAN ADMINISTRATIEVE VEREENVOUDIGINGEN VOOR DE APOTHEKERS

N Apothekers A03 Brussel, MH/BL/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF. over EEN VOORSTEL VAN ADMINISTRATIEVE VEREENVOUDIGINGEN VOOR DE APOTHEKERS N Apothekers A03 Brussel, 01.06.2006 MH/BL/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over EEN VOORSTEL VAN ADMINISTRATIEVE VEREENVOUDIGINGEN VOOR DE APOTHEKERS *** 2 In het kader van de inspanningen voor de administratieve

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden. 16 juni 2015

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden. 16 juni 2015 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden 16 juni 2015 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel : 02 205

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Beroepsregl. - vergoeding examinatoren A04 Brussel, 22.10.2009 MH/JC/JP ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over DE VERGOEDING VAN DE EXAMINATOREN VAN DE CENTRALE EXAMENCOMMISSIES

Nadere informatie

ADVIES. 24 april 2019

ADVIES. 24 april 2019 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie betreffende de invoering van een impactanalyse van het gewestelijke beleid op kleine, middelgrote en micro-ondernemingen («KMO-test») 24 april 2019 Economische en Sociale

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N BEROEPSREGL - Beroepskwalificaties A2 Brussel, 26 mei 2011 MH/JC/AS A D V I E S over DE HERVORMING VAN DE RICHTLIJN BETREFFENDE DE ERKENNING VAN BEROEPSKWALIFICATIES

Nadere informatie

A D V I E S. over de

A D V I E S. over de Doc. nr. E2:90---C20 Brussel, 13.11.1997 MH/AB/LC A D V I E S over de ONTWERPEN VAN MINISTERIELE BESLUITEN BETREFFENDE DE VERMELDING VAN HET ENERGIEVERBRUIK EN HET VERBRUIK VAN ANDERE HULPBRONNEN OP DE

Nadere informatie

PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING

PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING NOTIFIED BODY n 1134 003-TEST ISO/IEC 17025 003-INSP ISO/IEC 17020 003-PROD ISO/IEC 17065 PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING 2017/12/05 vzw ANPI asbl INLEIDING Inleiding Het spreekt

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N EU - Contractenrecht A03 Brussel, 9 december 2010 MH/SL/AS A D V I E S over DE CONSULTATIE VAN DE EUROPESE COMMISSIE OVER HET EUROPEES CONTRACTENRECHT VOOR CONSUMENTEN

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 1 van 18 november 1996 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging

Nadere informatie

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hoogstraat, 139, B-1000 Brussel Tel.: +32(0)2/213.85.40 E-mail : commission@privacycommission.be Fax.: +32(0)2/213.85.65 http://www.privacycommission.be COMMISSIE VOOR

Nadere informatie

N DIV REGL ambulante handel A04 Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. over

N DIV REGL ambulante handel A04 Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. over N DIV REGL ambulante handel A04 Brussel, 1.06.2006 MH/AB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE UITOEFENING EN DE ORGANISATIE VAN KERMISACTIVITEITEN EN DE AMBULANTE ACTIVITEITEN

Nadere informatie

VR DOC.0271/5

VR DOC.0271/5 VR 2017 2403 DOC.0271/5 Reguleringsimpactanalyse voor het ontwerpbesluit tot bepaling van de kwaliteitscriteria voor de instroomopleiding Havenarbeider Gebruik de RIA-leidraad en de RIA-checklist om deze

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK

RAAD VOOR HET VERBRUIK RvV 489 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van Koninklijk Besluit tot opheffing van het Koninklijk Besluit van 18 juli 1972 betreffende de aanduiding van de prijs van juwelen, uurwerken, goud-

Nadere informatie

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 18 SEPTEMBER 2008

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 18 SEPTEMBER 2008 ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 18 SEPTEMBER 2008 inzake het voorontwerp van ordonnantie betreffende de omzetting

Nadere informatie

A D V I E S. betreffende DE PROBLEMATIEK VAN DE MUNTSTUKKEN VAN 1 EN 2 EUROCENT

A D V I E S. betreffende DE PROBLEMATIEK VAN DE MUNTSTUKKEN VAN 1 EN 2 EUROCENT N Th-Eurocent A05 Brussel, 18.11.2004 MH/SL/LC A D V I E S betreffende DE PROBLEMATIEK VAN DE MUNTSTUKKEN VAN 1 EN 2 EUROCENT (bekrachtigd door de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO op 18 november

Nadere informatie

VR DOC.0850/1BIS

VR DOC.0850/1BIS VR 2017 0809 DOC.0850/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

ADVIES OVER HET VOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN DE BELASTING OP DE INVERKEERSTELLING (BIV)

ADVIES OVER HET VOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN DE BELASTING OP DE INVERKEERSTELLING (BIV) ADVIES OVER HET VOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN DE BELASTING OP DE INVERKEERSTELLING (BIV) Brussel, 13 maart 2002 BIV-advies_150202 NHOUDSTAFEL 1. TER INLEIDING 1 2. ALGEMENE BESCHOUWINGEN NAAR

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 163 van 16 december 2011 over het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

Doc. N C44 Brussel, MH/GVB/LC A D V I E S. betreffende

Doc. N C44 Brussel, MH/GVB/LC A D V I E S. betreffende Doc. N2 90---C44 Brussel, 19.1.2001 MH/GVB/LC A D V I E S betreffende EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN INFORMATIE OVER NIEUWE PERSONENAUTO S OM DE CONSUMENTEN

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 30 september

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 30 september A D V I E S Nr. 1.912 ------------------------------- Zitting van dinsdag 30 september 2014 ------------------------------------------------------ Voorontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Federale

Nadere informatie

RVV 375 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RVV 375 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RVV 375 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over drie ontwerpbesluiten betreffende de regeling van de emissieniveaus van verwarmingsketels, verwarmingstoestellen en radiatoren Brussel, 15 maart 2007 De Raad

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 31 mei

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 31 mei A D V I E S Nr. 1.613 ----------------------------- Zitting van donderdag 31 mei 2007 ----------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 5 tot

Nadere informatie

Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling. Advies benzine en diesel

Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling. Advies benzine en diesel Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling - over het ontwerp-kb tot vervanging van het KB van 26 september 1997 betreffende de benamingen, de kenmerken en het loodgehalte van benzines voor motorvoertuigen;

Nadere informatie

2 uren gewijd aan de kennis van de giftigheid van de ontsmettingsmiddelen,

2 uren gewijd aan de kennis van de giftigheid van de ontsmettingsmiddelen, N. 2002 921 [C 2002/22180] 26 FEBRUARI 2002. Ministerieel besluit ter uitvoering van het artikel 59, 1, 1, b) en 2, 1, b) van het koninklijk besluit van 5 september 2001 betreffende het op de markt brengen

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING ONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN ARTIKEL 8, 10 EN 18 VAN DE WET VAN 25 JUNI 1993 BETREFFENDE DE UITOEFENING EN DE ORGANISATIE VAN AMBULANTE EN KERMISACTIVITEITEN MEMORIE VAN TOELICHTING 1. Samenvatting

Nadere informatie

Overzicht regelgeving ter voorlegging aan het Raadgevend Comité in 2013

Overzicht regelgeving ter voorlegging aan het Raadgevend Comité in 2013 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Overzicht regelgeving ter voorlegging aan het Raadgevend Comité in 2013 KB tot wijziging van het KB van 13 maart 2011 houdende de verplichte keuring

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N HANDELSPR - gewasbeschermingsmiddelen A2 Brussel, 26 mei 2011 MH/JC/AS A D V I E S over HET ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET OP DE MARKT BRENGEN

Nadere informatie

N Beroepsregl. bouw A05 Brussel, MH/JC/LC A D V I E S. over

N Beroepsregl. bouw A05 Brussel, MH/JC/LC A D V I E S. over N Beroepsregl. bouw A05 Brussel, 1.06.2006 MH/JC/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BEROEPSBEKWAAMHEID VOOR DE UITOEFENING VAN DIVERSE ZELFSTANDIGE BEROEPSWERKZAAMHEDEN

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid artikel 15; SCSZ/06/025 1 BERAADSLAGING NR. 06/010 VAN 14 FEBRUARI 2006 MET BETREKKING TOT DE RAADPLEGING VAN HET PERSONEELSBESTAND DOOR DE DIENST ONDERNEMINGSLOKETTEN VAN DE ALGEMENE DIRECTIE KMO-BELEID VAN DE FEDERALE

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Hervorming WHPC A04 Brussel, 20.03 2008 MH/SL/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over HET EVALUATIEVERSLAG OVER DE WET VAN 14 JULI 1991 BETREFFENDE DE HANDELSPRAKTIJKEN

Nadere informatie

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Brussel, 10 september 2003 091003_AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen Advies Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding...3 2. Krachtlijnen van het advies... 3 3. Advies...4 3.1.

Nadere informatie

Omzendbrief met betrekking tot de wederzijdse erkenning van de Gekwalificeerde Persoon binnen de Benelux

Omzendbrief met betrekking tot de wederzijdse erkenning van de Gekwalificeerde Persoon binnen de Benelux Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot de wederzijdse erkenning van de Gekwalificeerde Persoon binnen de Benelux Referentie PCCB/S3/KVT/878741 Datum 16/08/2018

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Ondernemen, ontvangen op 09/12/2014;

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Ondernemen, ontvangen op 09/12/2014; 1/6 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 04/2015 van 21 januari 2015 Betreft: aanvraag van het Agentschap Ondernemen om als rechtsopvolger van het Bestuur KMObeleid van de FOD Economie

Nadere informatie

Doc. N C05 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. betreffende

Doc. N C05 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. betreffende Doc. N0 51009C05 Brussel, 19.1.2001 MH/FD/LC A D V I E S betreffende DE ERKENNINGSREGLEMENTERINGVAN AANNEMERS VAN WERKEN (ontwerp van K.B. tot wijziging van het K.B. van 26 september 1991 tot vaststelling

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 37 van 12 oktober 2001 met betrekking tot de modellen van jaarverslag van de externe

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 491 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 maart 2013 ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen

Nadere informatie

N Aard arbeidsrelaties laatste drie ontwerpen A1 Brussel, 4 juli 2013 MH/JC/AS 707-2013 ADVIES. over

N Aard arbeidsrelaties laatste drie ontwerpen A1 Brussel, 4 juli 2013 MH/JC/AS 707-2013 ADVIES. over N Aard arbeidsrelaties laatste drie ontwerpen A1 Brussel, 4 juli 2013 MH/JC/AS 707-2013 ADVIES over DE ONTWERPEN VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT INVOERING VAN SPECIFIEKE CRITERIA VOOR HET BEOORDELEN VAN DE

Nadere informatie

Uitgebreide toelichting over controle en onderhoud van beschermingsmiddelen tegen brand

Uitgebreide toelichting over controle en onderhoud van beschermingsmiddelen tegen brand Uitgebreide toelichting over controle en onderhoud van beschermingsmiddelen tegen brand Voor afdeling 7 Periodieke controle en onderhoud van boek III, titel 3, hoofdstuk III van de codex over het welzijn

Nadere informatie

FAQ. 2. Op wie heeft de Europese Verordening 183/2005 betrekking?

FAQ. 2. Op wie heeft de Europese Verordening 183/2005 betrekking? FAQ 1. Waaruit bestaat de Europese Verordening 183/2005? Deze nieuwe Verordening bepaalt de voorschriften voor diervoederhygiëne. Alle verschillende activiteiten in de diervoederketen worden onderverdeeld

Nadere informatie

A ESR. Aanvrager. Minister Fremault Aanvraag ontvangen op 12 mei 2016 Aanvraag behandeld door

A ESR. Aanvrager. Minister Fremault Aanvraag ontvangen op 12 mei 2016 Aanvraag behandeld door ADVIES Voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende wijziging van meerdere uitvoeringsbesluiten van de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht,

Nadere informatie

VR DOC.1318/1BIS

VR DOC.1318/1BIS VR 2018 2311 DOC.1318/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL BISNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, de Franse Gemeenschap en de

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 14 december 2009 ADVIES 2009-78 Advies uit eigen beweging over de gevolgen voor de openbaarheid

Nadere informatie

ADVIES. Ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems

ADVIES. Ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems ADVIES Ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems 15 september 2016 Economische en Sociale Raad voor het Brussels

Nadere informatie

Nummer: INF/MDT/1215

Nummer: INF/MDT/1215 Nummer: INF/MDT/1215 Brussel, 27 september 2012 Aan de instanties die erkend zijn om multidisciplinaire verslagen af te leveren Aan de voorzitter en de leden van de permanente werkgroep Inschrijvingen

Nadere informatie

INITIATIEFADVIES. Aanbevelingen met het oog op de hervorming van de Beroepsinlevingsovereenkomst. 28 maart 2019

INITIATIEFADVIES. Aanbevelingen met het oog op de hervorming van de Beroepsinlevingsovereenkomst. 28 maart 2019 INITIATIEFADVIES Aanbevelingen met het oog op de hervorming van de Beroepsinlevingsovereenkomst 28 maart 2019 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/039 1 BERAADSLAGING NR. 07/013 VAN 6 MAART 2007, GEWIJZIGD OP 2 OKTOBER 2007, MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS BETREFFENDE INKOMENDE GRENSARBEIDERS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN

Nadere informatie

N Uitzwerming A2 Brussel, 25 november 2014 MH/BL/AS 722-2014 ADVIES. over DE TECHNIEK VOOR OPRICHTING VAN ONDERNEMINGEN, UITZWERMING GENAAMD

N Uitzwerming A2 Brussel, 25 november 2014 MH/BL/AS 722-2014 ADVIES. over DE TECHNIEK VOOR OPRICHTING VAN ONDERNEMINGEN, UITZWERMING GENAAMD N Uitzwerming A2 Brussel, 25 november 2014 MH/BL/AS 722-2014 ADVIES over DE TECHNIEK VOOR OPRICHTING VAN ONDERNEMINGEN, UITZWERMING GENAAMD (goedgekeurd door het bureau op 10 juni 2014, bekrachtigd door

Nadere informatie

N Beroepsregl - AREI - ARAB A Brussel, 15 december 2015 MH/EDJ/AS 737-2015 ADVIES. over

N Beroepsregl - AREI - ARAB A Brussel, 15 december 2015 MH/EDJ/AS 737-2015 ADVIES. over N Beroepsregl - AREI - ARAB A Brussel, 15 december 2015 MH/EDJ/AS 737-2015 ADVIES over DE PROBLEMEN M.B.T. HET GELIJKVORMIGHEIDSONDERZOEK EN HET CONTROLEBEZOEK VAN LAAGSPANNINGSINSTALLATIES (ARTIKEL 270

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 64.232/1 van 12 oktober 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van diverse bepalingen van het decreet van 4 maart 2016 houdende

Nadere informatie

VR DOC.0389/1BIS

VR DOC.0389/1BIS VR 2019 2903 DOC.0389/1BIS VR 2019 2903 DOC.0389/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit

Nadere informatie

VR DOC.1379/1BIS

VR DOC.1379/1BIS VR 2017 2212 DOC.1379/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr. 22/2016 van 18 mei 2016 Betreft: adviesaanvraag m.b.t. een ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van het model van huishoudelijk reglement voor de toegang tot sommige specifieke

Nadere informatie

Arbeidsplaatsen Elektrische installaties - Algemeen. Infodocument

Arbeidsplaatsen Elektrische installaties - Algemeen. Infodocument Arbeidsplaatsen Elektrische installaties - Algemeen Infodocument Arbeidsplaatsen - Elektrische installaties - Algemeen Voor bepaalde oude elektrische installaties op de arbeidsplaatsen werden in 2008 minimum

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 3 juni 2016 betreffende de tegemoetkoming

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering K_991206.doc - 2000-02-07 MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Dienst Metrologische Reglementering Koninklijk besluit van 6 december 1999 houdende

Nadere informatie

ADVIES. 15 september 2016

ADVIES. 15 september 2016 ADVIES Voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering dat het gebruik van pesticiden, die fipronil of neonicotinoïden bevatten, verbiedt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 15 september

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 24 juni 2005; A. SITUERING, ONDERWERP EN RECHTVAARDIGING VAN DE AANVRAAG

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 24 juni 2005; A. SITUERING, ONDERWERP EN RECHTVAARDIGING VAN DE AANVRAAG SCSZ/05/97 1 BERAADSLAGING NR. 05/034 VAN 19 JULI 2005 M.B.T. DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS BETREFFENDE BUITENLANDSE VERZEKERDEN, DOOR DE VERZEKERINGSINSTELLINGEN AAN HET VLAAMS ZORGFONDS, MET HET

Nadere informatie

Coordinatie--Bijzondere-beroepstitel-verpleegk -gespecialiseerd--geriatrie--mb-19-04-2007.doc

Coordinatie--Bijzondere-beroepstitel-verpleegk -gespecialiseerd--geriatrie--mb-19-04-2007.doc 19 APRIL 2007. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de criteria voor erkenning waarbij de beoefenaars van de verpleegkunde gemachtigd worden de bijzondere beroepstitel te dragen van verpleegkundige

Nadere informatie