B-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit: aandachtspunten uit het regeerakkoord
|
|
- Jonas Lucas Veenstra
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Spoor fiscaliteit B-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit: aandachtspunten uit het regeerakkoord Studie van de lokale bedrijfsheffingen : deel 4 Identificatie van de hinderlijke aspecten van lokale bedrijfbelastingen en verwachtingen omtrent het Fiscaal Pact. Een kwalitatief explorerend onderzoek bij 11 bedrijven. Spoor Fiscaliteit - Hogeschool Gent Prof. Dr. Carine Smolders, Stijn Goeminne & Loes Bloemen ABSTRACT Dit document is de vierde van een reeks deelpapers. In deze paper identificeren we een aantal factoren die ervoor zorgen dat bepaalde lokale bedrijfsbelastingen als hinderlijk ervaren worden.tevens ontrafelen we de determinanten van de billijkheid van lokale bedrijfsheffingen. Welke heffingen worden algemeen aanvaard en waarom? Tenslotte vatten we de verwachtingen van bedrijven samen met betrekking tot het Fiscaal Pact. De analyse is gebaseerd op exploratief onderzoek bij 11 grote typebedrijven die gesitueerd zijn in een waaier van sectoren. Alle commentaar is welkom bij stijn.goeminne@hogent.be
2
3 Deelpaper 4 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Lijst van tabellen Inleiding Aanpak van het onderzoek Het profiel van de geïnterviewde bedrijven Hinderlijke aspecten van lokale bedrijfsbelastingen Hinderlijke aspecten verbonden aan het belastingreglement Hinder verbonden aan het opzoekwerk als gevolg van en de graad van detaillering van de aangifte Problemen met de doorlooptijden van de procedures Ontevredenheid over de communicatie met de belastingsdienst Gebrek aan continuïteit en rechtszekerheid Het concurrentieverstorend karakter Determinanten van de acceptatie van de PHB Het Fiscaal Pact Mogelijke aandachtspunten voor het Fiscaal Pact Alternatieve gemeentelijke financieringsbronnen Conclusies Bibliografie Deze paper werd opgemaakt om recto-verso te printen/kopiëren C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 3
4 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen Lijst van tabellen TABEL 1 Indeling ondernemingen op basis van het omzetcijfer (2004) TABEL 2 Indeling onderneming op basis van het aantal werknemers TABEL 3 Indeling ondernemingen op basis van het aantal exploitatiezetels TABEL 4 Indeling ondernemingen: Samenvattende tabel TABEL 5 Overzicht per onderneming TABEL 6 Overzicht per potentieel hinderlijke belasting TABEL 7 Niet onderzochte belastingen HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
5 Deelpaper 4 1. Inleiding In het Vlaams Regeerakkoord (2004) uiten de Vlaamse beleidspartners de wens te komen tot een partnership met de lokale besturen. Er dient naar een nieuwe verhouding gezocht te worden tussen de Vlaamse overheid en de gemeentebesturen om op die manier samen een resultaatgerichte, effectieve en klantgerichte dienstverlening aan alle ingezetenen te garanderen. Binnen het kader van dit partnership wenst de Vlaamse regering een globaal Fiscaal Pact af te sluiten met de lokale overheden teneinde een meer bedrijfsvriendelijke fiscaliteit te creëren. Centraal in dit Fiscaal Pact staat de administratieve vereenvoudiging van de lokale fiscaliteit. Deze vereenvoudiging zou men kunnen bewerkstelligen via het afschaffen van een aantal kleinere belastingen of via het hergroeperen van verscheidene belastingen tot één algemene bedrijfsbelasting. Tevens biedt dit Fiscaal Pact de gelegenheid de discussie aan te gaan over de nood aan doorzichtige en duidelijke afspraken tussen de overheidsniveaus rond bijvoorbeeld bedrijfsvriendelijke maatregelen, rond belastingreglementen, rond tarieven, enz. Op die manier zou kunnen tegemoet gekomen worden aan de verzuchtingen van de bedrijfswereld met betrekking tot een aantal lokale bedrijfsheffingen. Geregeld wordt immers via belangenorganisaties van ondernemingen aangegeven dat bepaalde lokale bedrijfsheffingen een hinderlijk karakter hebben voor de ondernemingen. Vooraleer te kunnen overgaan tot administratieve vereenvoudiging is het raadzaam om na te gaan welke de hinderlijke aspecten van de verschillende lokale bedrijfsbelastingen zijn. Ook is het belangrijk te weten welke elementen de aanvaarding van lokale heffingen bepalen. Omdat hierover nog slechts weinig geweten is werd een kwalitatief onderzoek opgezet. Dit onderzoek is expliciet gericht op conceptontwikkeling en op het identificeren van knelpunten verbonden aan lokale bedrijfsheffingen of aan het belastingproces. Via diepte-interviews afgenomen in 11 grote typeondernemingen werd inzicht verworven in welke belastingen als bijzonder hinderlijk of onbillijk worden ervaren en waarom dit zo is. Ook werden de verwachtingen van de geïnterviewde bedrijven omtrent het Fiscaal Pact geconcretiseerd. Door gebrek aan inzicht in het profiel van de representatieve ondernemingen voor de onderzochte belastingen, is niet geweten in welke mate de uitspraken van deze respondenten veralgemeend kunnen worden C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 5
6 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen voor alle belastingplichtigen of alle ondernemingen uit dezelfde sector. Wel kunnen ze de insteek vormen voor een grootschalig representatief onderzoek naar de percepties van bedrijven rond deze hinderlijke aspecten. De bespreking geeft verder ook een eerste inzicht van de percepties van een aantal toonaangevende bedrijven uit een reeks van sectoren over de problematiek van de lokale bedrijfsheffingen. Deze paper is als volgt opgebouwd. In een eerste sectie wordt de onderzoeksaanpak voorgesteld. Vervolgens schetsen we het profiel van de geïnterviewde bedrijven. Paragraaf 4 geeft een synthese van de inzichten rond een reeks van potentieel hinderlijke aspecten. In paragraaf 5 komen de determinanten van de aanvaarding van de heffingen aan bod. Paragraaf 6 gaat in op de verwachtingen van de gecontacteerde bedrijven inzake de invulling van het Fiscaal Pact. De voornaamste inzichten worden samengebracht in de conclusies. 6 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
7 Deelpaper 4 2. Aanpak van het onderzoek Bedrijfsbelastingen kunnen om diverse redenen door de verschillende bij de belasting betrokken actoren als hinderlijk ervaren worden. Sommige belastingen zijn hinderlijk voor de belastingplichtige, andere voor de heffende overheid, nog andere zelfs voor beide instanties. We stellen vast dat het hinderlijk karakter van de Vlaamse lokale bedrijfsbelastingen nog maar weinig werd bestudeerd. Behoudens de publicaties van belangenverenigingen uit de bedrijfswereld (VOKA, 2005; FEDIS, 2005) zijn er geen documenten voor handen die ingaan op deze materie. Wel beschikken we over de studie van het Federaal Planbureau, waarin de globale hinder veroorzaakt door bedrijfsbelastingen wordt onderzocht (Joos & Kegels, 2004). Het is evenwel niet duidelijk in welke mate de conclusies van deze studie ook gelden voor specifieke lokale bedrijfsbelastingen. Hetzelfde geldt voor wat het aanvaarden van heffingen betreft door bedrijven. Vinden belastingplichtigen de opgelegde belastingen billijk, redelijk, acceptabel? Welke aspecten verbonden aan een bepaalde belasting geven aanleiding tot bezwaar, non-compliance of zelfs verzet? Het is daarom aangewezen eerst te investeren in kwalitatief kleinschalig onderzoek gericht op conceptontwikkeling en knelpuntenidentificatie, vooraleer een grootscheepse bevraging op te zetten bij bedrijven. Voorliggend onderzoek wil antwoorden genereren op de volgende vragen: wat verstaan bedrijven onder hinderlijke heffingen? Welke karakteristieken wegen het meest door? Compenseren bepaalde karakteristieken elkaar? Verschillen deze karakteristieken sterk per lokale bedrijfsheffing? Waarom vinden bedrijven een bepaalde heffing wel en andere niet aanvaardbaar? Wat verwachten bedrijven met betrekking tot deze lokale bedrijfsheffingen van het Fiscaal Pact? Om concepten en randvoorwaarden te exploreren is het gebruikelijk dat men een betekenisvolle steekproef onderwerpt aan diepte-interviews. De keuze van de respondenten in dergelijk onderzoek is niet zozeer gericht op representativiteit. Eerder staan de kennis, of de ervaring van de C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 7
8 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen respondenten inzake de diverse lokale heffingen centraal. Dit om zoveel mogelijk inzicht te verwerven in de betekenis van het begrip hinder en de factoren te kunnen identificeren die de billijkheid van een belasting in het gedrang kunnen brengen. Om vergelijkingen tussen heffingen mogelijk te maken werd de voorkeur gegeven aan bedrijven die geconfronteerd worden met meer dan 1 lokale bedrijfsheffing. Ook werd gezocht naar ondernemingen met exploitatiezetels in verschillende gemeenten. Deze respondenten zijn goed geplaatst om de verschillende belastingreglementen met betrekking tot dezelfde heffing te evalueren. De selectie van de respondenten kan tenslotte niet los gezien worden van de keuzes die werden gemaakt met betrekking tot de te onderzoeken lokale bedrijfsheffingen. Zoals reeds in paper 1 werd aangegeven, is het aantal algemeen geldende potentieel hinderlijke bedrijfsbelastingen (= geldend voor meer dan één bedrijfssector) zeer beperkt. 1 De meerderheid van de belastingen (64,4%) wordt opgelegd aan één specifieke sector. 2 Het is onmogelijk om in dit onderzoek diepteinterviews af te nemen met bedrijven uit al deze sectoren. Er werd geopteerd om vooral de meest voorkomende heffingen (drijfkracht, milieubelasting, belasting op verspreiding van reclame, ) in de interviews aan bod te laten komen. Om tot een zinvolle samenstelling van de steekproef te komen, werd beroep gedaan op de sectorkennis en expertise van VOKA & UNIZO 3. In totaal werden 13 ondernemingen aangereikt door VOKA, waarvan 11 bereid waren tot medewerking aan het onderzoek. 4 1 Voorbeelden van algemeen geldende bedrijfsbelastingen zijn: de drijfkrachtbelasting, de belasting op tewerkgesteld personeel, diverse heffingen op reclame en publiciteit, milieuheffingen of heffingen die verband houden met het gevaarlijke of hinderlijke karakter van de bedrijfsactiviteit. 2 Voorbeelden van sectorspecifieke belastingen zijn: belastingen op kermissen, kermiskramen en wagens, belasting op plaatsrecht op markten, belasting op dagbladkiosken en frituurkramen, enz. Een volledig overzicht van de algemene en sectorspecifieke heffingen kan u vinden in deelpaper 1 (studie van de lokale bedrijfsheffingen), tabel 2 (Lijst PHB ter beschikking gesteld door Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap). 3 UNIZO heeft ons echter geen contactgegevens ter beschikking gesteld waardoor de sectorspecifieke belastingen, opgelegd aan zelfstandige ondernemers, niet onderzocht werden. Hierbij denken we bijvoorbeeld aan de belasting op dagbladkiosken en frituurkramen, de belasting op plaatsrecht op markten, enz.. 4 Onze dank gaat uit naar K. Collaerts (VOKA) voor de geapprecieerde medewerking in deze fase van het onderzoek en de organisatie van de paneldiscussie in de gebouwen van VOKA-Antwerpen. 8 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
9 Deelpaper 4 Voor de diepte-interviews werd gebruik gemaakt van een gestructureerde vragenlijst, die vooraf aan de bedrijven werd bezorgd 5. De eventuele hinder veroorzaakt door de belasting werd voor iedere bedrijfsbelasting afzonderlijk bevraagd. Vanzelfsprekend kwamen enkel die bedrijfsbelastingen aan bod die de betreffende onderneming diende te betalen. Dezelfde procedure werd gevolgd voor wat betreft de determinanten van de billijkheid van een heffing. De interviews werden in de meerderheid van de gevallen afgenomen in de kantoren van de respondenten. In de meeste gevallen was de gesprekspartner een personeelslid van het corporate tax department of de financieel directeur van de onderneming. In een aantal gevallen participeerden ook de plant director of de milieuverantwoordelijke aan het interview. De individuele gesprekken gingen door in de maanden november en december 2005, de paneldiscussie vond plaats op 25 november De vragenlijst werd in bijlage opgenomen vanaf p. 51. C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 9
10
11 Deelpaper 4 3. Het profiel van de geïnterviewde bedrijven Om geanonimiseerde uitspraken te doen per onderneming, werd aan de ondernemingen een letter toegekend (A-H). Deze toekenning gebeurde op willekeurige wijze. Om de steekproef verder te typeren delen we de ondernemingen in op basis van het omzetcijfer, het aantal werknemers en het aantal exploitatiezetels. Dit resulteert telkens in vijf verschillende klassen. TABEL 1 INDELING ONDERNEMINGEN OP BASIS VAN HET OMZETCIJFER (2004) 6 Klasse Omzet Ondernemingen Onderneming A Onderneming G en K Onderneming B en I Onderneming C, F en H en meer Onderneming D en J TABEL 2 INDELING ONDERNEMING OP BASIS VAN HET AANTAL WERKNEMERS Klasse Aantal werknemers Ondernemingen Onderneming G Onderneming B en K Onderneming F en I Onderneming A, C en D en meer Onderneming E, H en J TABEL 3 INDELING ONDERNEMINGEN OP BASIS VAN HET AANTAL EXPLOITATIEZETELS Klasse Aantal exploitatiezetels Ondernemingen 1 1 Onderneming B, E, G en K Onderneming F Onderneming H Onderneming D en meer Onderneming A, C, I en J Op basis van Tabel 1 en Tabel 2 kunnen we zonder meer stellen dat onze gesprekspartners voornamelijk tot de grote bedrijven moeten gerekend worden. Zes ondernemingen stellen meer dan 1000 werknemers tewerk. Enkel onderneming G telt minder dan 100 personeelsleden. Zeven van de elf geïnterviewde bedrijven tellen meerdere exploitatiezetels en worden dus geconfronteerd met verschillende belastingreglementen voor 6 Gegevens van onderneming E inzake omzet ontbreken. C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 11
12 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen eenzelfde heffing. In onderstaande Tabel 4 worden deze kenmerken per respondent weergegeven. TABEL 4 INDELING ONDERNEMINGEN : SAMENVATTENDE TABEL Onderneming Activiteitssector Omzet in klassen Aantal Werknemers in klassen Aantal exploitatiezetels in klassen 1 Onderneming A Petrochemie Onderneming B Papiersector Onderneming C Petrochemie Onderneming D Petrochemie Onderneming E Autoassemblage Onderneming F Chemie Onderneming G Grafische sector Onderneming H Metaal Onderneming I Drukkerij/Uitgeverij Onderneming J Distributiesector Onderneming K Biochemie De deelnemende ondernemingen zijn actief in verschillende sectoren. De chemische sector is met vijf ondernemingen het sterkst vertegenwoordigd in deze selectie. Tabel 5 geeft een overzicht van de bedrijfsbelastingen per onderneming. In totaal tekenden we 50 meningen, maar omdat het hier vaak om dezelfde belasting ging kunnen we daardoor uitspraken doen over in totaal 14 belastingen. Onderneming J blijkt onderhevig aan het grootst aantal PHB 7. Onderneming K daarentegen is slechts gehouden tot de betaling van één PHB. 7 PHB = Potentieel Hinderlijke Bedrijfsbelasting 12 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
13 Deelpaper 4 TABEL 5 OVERZICHT PER ONDERNEMING Onderneming Aantal Potentieel hinderlijke bedrijfsbelasting 1 Onderneming A 3 Drijfkrachtbelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op tewerkgesteld personeel 2 Onderneming B 2 Algemene bedrijfsbelasting Belasting op afgifte van stukken 3 Onderneming C 5 Drijfkrachtbelasting Milieubelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op benzine-, olie- en persluchtpompen Belasting op reclameborden 4 Onderneming D 4 Drijfkrachtbelasting Milieubelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op reclameborden 5 Onderneming E 4 Drijfkrachtbelasting Milieubelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op reclameborden 6 Onderneming F 4 Drijfkrachtbelasting Milieubelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op reclameborden 7 Onderneming G 3 Drijfkrachtbelasting Milieubelasting Belasting op afgifte van stukken 8 Onderneming H 5 Algemene bedrijfsbelasting Drijfkrachtbelasting Milieubelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op wegwijzers 9 Onderneming I 5 Drijfkrachtbelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op reclameborden Belasting op tewerkgesteld personeel Belasting op verspreiding van reclame 10 Onderneming J 14 Algemene bedrijfsbelasting Drijfkrachtbelasting Milieubelasting Belasting op afgifte van stukken Belasting op benzine-, olie- en persluchtpompen Belasting op nijverheidsbouwvallen Belasting op het ophalen van nijverheidsvuil en grof vuilnis Belasting op het plaatsen van terrassen, tafels en stoelen Belasting op reclameborden Belasting op stapelplaatsen van materialen Belasting op tabakslijterijen Belasting op tewerkgesteld personeel Belasting op verspreiding van reclame Belasting op wegwijzers 11 Onderneming K 1 Algemene bedrijfsbelasting Totaal 50 Bekijken we het aantal waarnemingen per belasting dan krijgen we volgend overzicht: C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 13
14 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen TABEL 6 OVERZICHT PER POTENTIEEL HINDERLIJKE BELASTING Potentieel Hinderlijke belasting Aantal Onderneming 1 Algemene bedrijfsbelasting 4 Onderneming B Onderneming H Onderneming J Onderneming K 2 Drijfkrachtbelasting 9 Onderneming A Onderneming C Onderneming D Onderneming E Onderneming F Onderneming G Onderneming H Onderneming I Onderneming J 3 Milieubelasting 7 Onderneming C Onderneming D Onderneming E Onderneming F Onderneming G Onderneming H Onderneming J 4 Belasting op afgifte van stukken 9 Onderneming A Onderneming B Onderneming C Onderneming D Onderneming E Onderneming F Onderneming H Onderneming I Onderneming J 5 Belasting op benzine-, olie- en persluchtpompen 2 Onderneming C Onderneming J 6 Belasting op het ophalen van nijverheidsvuil en grof vuilnis 1 Onderneming J 7 Belasting op het plaatsen van terrassen, tafels en stoelen 1 Onderneming J 8 Belasting op nijverheidsbouwvallen 1 Onderneming J 9 Belasting op reclameborden 7 Onderneming C Onderneming D Onderneming E Onderneming F Onderneming G Onderneming I Onderneming J 10 Belasting op stapelplaatsen voor materialen 1 Onderneming J 11 Belasting op tabakslijterijen 1 Onderneming J 12 Belasting op tewerkgesteld personeel 3 Onderneming A Onderneming I Onderneming J 13 Belasting op verspreiding van reclame 2 Onderneming I Onderneming J 14 Belasting op wegwijzers 2 Onderneming H Onderneming J Totaal 50 Het grootst aantal waarnemingen (9) kunnen we noteren voor de drijfkrachtbelasting en de belasting op de afgifte van stukken. Voor de belasting op nijverheidsvuil en grof vuilnis, de belasting op het plaatsen van terrassen, tafels en stoelen, de belasting op nijverheidsbouwvallen, de belasting op stapelplaatsen voor materialen en de belasting op tabakslijterijen kunnen we ons enkel baseren op de mening van onderneming J. 14 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
15 Deelpaper 4 In totaal hebben we inzichten verzameld rond wat de hinderlijke aspecten zijn verbonden aan 14 verschillende belastingen. 13 belastingen uit de lijst van de 27 potentieel hinderlijke belastingen zullen niet besproken worden in deze paper. In onderstaande Tabel 7 wordt een overzicht van deze heffingen gegeven. 8 TABEL 7 NIET ONDERZOCHTE BELASTINGEN S= sectorspecifiek, A =Algemeen geldend Potentieel Hinderlijke belasting 1 S De belasting op het plaatsrecht op markten 2 S De belasting op de verhuring van rijdieren 3 S De belasting op agentschappen voor weddenschappen 4 S Belasting op leurhandel 5 S Belasting op vervoer met taxi s 6 S Belasting op stapelplaatsen voor schroot, oude en achtergelaten voertuigen 7 S Belasting op steenbakkerijen 8 S Belasting op standplaatsen van taxi s en huurrijtuigen 9 S Belasting op privé-clubs 10 S Belasting op het openblijven van drankgelegenheden na sluitingsuur 11 S Belasting op dagbladkiosken, frituurkramen, etc. 12 S Belasting op strandexploitaties 13 A Belasting op los- en laadtoestellen 9 De belastingen die in dit kwalitatief onderzoek niet aan bod komen betreffen vooral (12 van de 13 belastingen) sectorspecifieke belastingen. We willen tenslotte nogmaals benadrukken dat we door gebrek aan data over de populatie geen uitspraken kunnen doen over de representativiteit van de ondervraagde bedrijven. Wel zijn we van mening dat de meningen van de bevraagde ondernemingen richtinggevend kunnen zijn. Het betreft hier immers bedrijven die een vooraanstaande positie innemen in hun sector. Zoals eerder aangegeven, hebben de afgenomen interviews enerzijds tot doel inzicht te bekomen in de concepten hinderlijke lokale bedrijfsbelasting en onbillijke lokale bedrijfsbelasting. Anderzijds willen we langs deze weg de verwachtingen van bedrijven m.b.t. de gewenste invulling van het Fiscaal Pact onderzoeken. In de nu volgende bespreking van de resultaten van het onderzoek houden we deze indeling verder aan. In paragraaf 4 geven we een synthese van de 8 We vermelden hier dat diverse respondenten ook de OOV als een significante bedrijfsbelasting beschouwen die ze in de verdere debatten rond het Fiscaal Pact aan bod willen zien komen. 9 De belasting op los- en laadtoestellen is een algemeen geldende belasting maar komt in 2002 slechts voor in vier Vlaamse gemeenten. C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 15
16 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen antwoorden van de geïnterviewde bedrijven met betrekking tot een reeks van aspecten van het hinderlijk karakter van de onderzochte belastingen. In paragraaf 5 behandelen we de billijkheidskwestie. Individuele meningen van respondenten/bedrijven worden enkel weergegeven in zoverre ze duidelijk afwijkend zijn van de overige waarnemingen of een duidelijke illustratie opleveren van een ingenomen stelling. Deze vorm van rapportering wordt eveneens aangehouden voor de bespreking van de verwachtingen rond het Fiscaal Pact in paragraaf HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
17 Deelpaper 4 4. Hinderlijke aspecten van lokale bedrijfsbelastingen Op grond van welke factoren ervaart men een belasting al dan niet als hinderlijk? In de gestructureerde vragenlijst werden een aantal potentieel hinderlijke kenmerken van de heffing en het administratieve proces voorgelegd: de onduidelijkheid van het belastingreglement; het gebrek aan flexibiliteit vanwege de belastingdienst bij de toepassing van het belastingreglement; het vereiste opzoekwerk verbonden aan de aangifte; de hoge graad van detaillering van de aangifte; de te lange doorlooptijden verbonden aan de procedures; de inefficiënte/gebrekkige communicatie tussen belastingplichtigen en de gemeentelijke belastingdiensten; het gebrek aan continuïteit in de belastingwetgeving en de daaruit voortvloeiende rechtsonzekerheid voor de belastingplichtige; de grote verscheidenheid in belastingreglementen voor dezelfde heffing en de concurrentieverstoring die hiervan het gevolg kan zijn. Tijdens de interviews werd aan de geïnterviewde bedrijven de ruimte geboden om hier aspecten aan toe te voegen. Een tweede reeks elementen werd voorgelegd om na te gaan in hoeverre ze de mening van de bedrijven over de billijkheid van belasting beïnvloeden. We denken hier aan de concentratie van de heffing bij een heel beperkt aantal belastingplichtigen, of aan de perverse effecten verbonden aan de keuze van de grondslag, of aan het gebrek aan consistentie tussen het lokale en het Vlaamse beleid ten aanzien van fiscaliteit, of aan de omvang van de aanslag, etc.. In wat volgt worden de inzichten gegroepeerd op basis van de diverse deelaspecten van de concepten hinderlijke belasting en billijke belasting C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 17
18 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen i.p.v. per belasting. Dit vloeit voort uit het gegeven dat dit onderzoek precies tot een verheldering van deze begrippen moet leiden. 4.1 Hinderlijke aspecten verbonden aan het belastingreglement - Onduidelijke formuleringen inzake grondslag, kortingen, vrijstellingen in de belastingreglementen Onduidelijkheden in het belastingreglement blijken een eerste aanleiding voor de geïnterviewde bedrijven om een belasting als hinderlijk aan te duiden. Deze hebben meestal betrekking op heel specifieke modaliteiten in de diverse belastingreglementen die voor interpretatie vatbaar zijn. Enkele voorbeelden van onduidelijkheden die in de interviews naar voor kwamen: 10 tellen verdiepingen mee bij de bepaling van de bedrijfsoppervlakte voor de belasting op bedrijfsoppervlakten? welke installaties moeten wel in aanmerking genomen worden om de KW te bepalen voor de drijfkrachtheffing? moeten langdurig zieke personeelsleden meegeteld worden voor de aangifte voor de belasting op tewerkgesteld personeel? moeten de personeelsleden in full-time equivalenten uitgedrukt worden of in absolute aantallen? In totaal werd er 9 maal melding gemaakt van een onduidelijk belastingreglement. Wanneer we in kaart brengen welke belastingreglementen het vaakst als hinderlijk beschouwd worden, dan zijn dit de reglementen van de belasting op reclameborden en van de belasting op drijfkracht. Het belastingreglement betreffende de belasting op reclameborden wordt door de meeste ondernemingen als een typebelasting met een onduidelijk reglement naar voor geschoven. Deze heffing wordt bijv. door onderneming I en J als zeer hinderlijk ervaren daar er niet duidelijk omschreven wordt wat de exacte inhoud van reclame is. Reclame kan immers op diverse manieren geïnterpreteerd worden. Zo wordt onderneming J bijvoorbeeld geconfronteerd met het feit dat de borden met openingsuren en 10 In de bespreking die volgt worden niet systematisch alle uitspraken over alle belastingen genoteerd. Bij de analyse werd gezocht naar een consensus in de diverse antwoorden of naar duidelijk afwijkende stellingen. Per aspect vermelden we voornamelijk die heffingen die in zich in positieve of negatieve zin onderscheiden. 18 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
19 Deelpaper 4 informatie over personeelsaanwervingen als reclame worden bestempeld. Volgens de onderneming is dit géén reclame, volgens het gemeentebestuur echter wel. Het belastingreglement is volgens het geïnterviewde bedrijf dermate onduidelijk dat hier geen uitsluitsel over gegeven kan worden. Over het reglement van de drijfkrachtbelasting bestaat er tussen de geïnterviewde bedrijven wel discussie. Sommige respondenten zijn van oordeel dat dit reglement een toonvoorbeeld vormt van een onduidelijk reglement. Andere bedrijven die aan het onderzoek deelnamen, zijn overtuigd van het tegendeel. Het belastingreglement van de drijfkrachtheffing leidt volgens hen zeker niet tot interpretatieproblemen (onderneming A en H). De onduidelijkheid van de belastingreglementen wordt als een belangrijke hinderlijke factor beschouwd worden. De geïnterviewde bedrijven pleiten er in het algemeen voor om de belastbare grondslag zo te formuleren dat elke onderneming op eenvoudige wijze de aangifte kan invullen, zonder rekening te moeten houden met talrijke uitzonderingen. - De rigiditeit in de toepassing van het belastingreglement Uit de gesprekken met onze respondenten is gebleken dat er duidelijke verschillen bestaan in hoe strikt gemeenten het belastingreglement toepassen. In een aantal gemeenten vormt het belastingreglement het enige gegeven waarmee de belastingdiensten bij de vaststelling van de aanslag rekening houden. In andere gemeenten stellen belastingdiensten zich soepeler op. Zo houden ze rekening met de context waarin een bedrijf tijdens het aanslagjaar heeft moeten functioneren of luisteren ze naar argumenten van bedrijven die aanleiding kunnen geven tot het niet moeten betalen van de heffing. In totaal werden 7 expliciete waarnemingen opgetekend inzake de rigide toepassing van het reglement. 4 respondenten vonden het gebrek aan flexibiliteit een probleem voor 4 verschillende belastingen; 3 andere respondenten maakten gewag van een redelijke opstelling van de lokale belastingdiensten inzake de drijfkrachtbelasting (2) en de algemene bedrijfsbelasting. C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 19
20 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen Eén van de respondenten die ontevreden was over de stroeve houding van de belastingdienst, betreft onderneming B. De discussie heeft betrekking op de algemene bedrijfsbelasting. De belastingdienst blijkt geen oor te hebben voor de verzuchtingen van het bedrijf. Deze onderneming wordt geconfronteerd met een hoge aanslag omdat het over veel opslagruimte beschikt. Bedrijf B probeerde tevergeefs te pleiten bij de gemeente voor een gedifferentieerde tariefstructuur. Op die manier zou niet-productieve oppervlakte tegen een billijker tarief belast kunnen worden. Het voorbeeld toont volgens bedrijf B aan dat het lineair toepassen van de grondslag tot ongewenste effecten kan leiden en de verdeling van de fiscale lasten over de bedrijven sterk kan beïnvloeden. Voor onderneming B betekende de overgang naar een algemene bedrijfsbelasting op basis van oppervlakte een grote financiële tegenvaller, precies door de problematiek van de stockageruimte. Ook bedrijf J maakt gewag van een rigide houding vanwege het gemeentebestuur inzake de belasting op reclameborden. Ondanks het herhaaldelijk indienen van bezwaren, diende de onderneming voor een reclamebord dat twee dagen dienst deed, het minimumtarief van 200 euro te betalen, zijnde de bijdrage voor twee maanden publiciteit. Anderzijds kunnen we een aantal initiatieven van de gemeenten onderscheiden die volgens de respondenten moeten toegejuicht worden. Zo wordt verwezen naar de mogelijkheid die diverse gemeenten voorzien om voor de drijfkrachtheffingen het aantal belastbare Pk/kW voor x aantal aanslagjaren vast te leggen, ook al zou de inventarisatie daarvan op basis van het reglement jaarlijks moeten plaatsvinden. Deze mogelijkheid zorgt voor een aanzienlijke beperking van de administratieve last bij de bedrijven. Een ander gegeven dat in deze context wordt betreft de soepele regeling in een aantal gemeenten met betrekking tot de drijfkrachtheffing wanneer er zich onderbrekingen van het productieproces voordoen. Het zal niet verbazen dat bedrijven die in het interview aangaven een goede relatie te hebben met het gemeentebestuur, vaak meer oor vinden bij hun gemeentebesturen voor hun problemen, onvoorziene voorvallen of afwijkende kenmerken. In het algemeen blijkt dat de redelijkheid die de belastingdiensten aan de dag leggen bij het interpreteren van het belastingreglement als een zeer positief 20 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
21 Deelpaper 4 gegeven wordt beschouwd. De geïnterviewde bedrijven pleiten voor een dialoog met de belastingdiensten die moet leiden tot het afstemmen van de reglementen op de zeer diverse realiteit van de vele verschillende bedrijven. - de grote variëteit in belastingreglementen voor eenzelfde heffing Enkel de bedrijven met verschillende vestigingsplaatsen hebben een zicht op de vergelijkbaarheid van de belastingreglementen in de verschillende gemeenten. De in de interviews besproken belastingreglementen komen in grote mate overeen, maar toch kunnen een aantal modaliteiten verschillen. Er treedt niet enkel tariefdifferentiatie op. Ook komen er soms verschillen voor in de gekozen grondslagen voor eenzelfde belasting. Zo kent de belasting op de verspreiding van reclame verschillende grondslagen: de bedrukte oppervlakte, het aantal pagina s, het gewicht, het aantal exemplaren, enzovoort. Deze verschillende grondslagen kunnen een aanzienlijk verschil veroorzaken in het te betalen bedrag per gemeente. Vooral onderneming H, I en J hebben zicht op de verschillen tussen de belastingreglementen in de diverse gemeenten. Onderneming I en J worden geconfronteerd met een veelheid aan verschillende belastingreglementen. Zij ervaren deze diversiteit dan ook als bijzonder problematisch en zijn voorstander van de invoering van modelreglementen. Onderneming H, met een viertal productievennootschappen in Vlaanderen, probeert op eigen initiatief dezelfde modaliteiten te verkrijgen in de verschillende vestigingsgemeenten. Zo nam ze het initiatief om bij de verschillende gemeentebesturen een voorstel in te dienen om de aangifte voor de drijfkrachtbelasting voor een periode te bevriezen. Deze best practice werd voor onderneming H in verschillende gemeenten ingevoerd. 4.2 Hinder verbonden aan het opzoekwerk als gevolg van en de graad van detaillering van de aangifte Een aantal belastingen die de respondenten dienen te betalen, noodzaken heel wat opzoekwerk. Bij de drijfkrachtbelasting is het bijvoorbeeld zo dat het hele geïnstalleerd vermogen gekwantificeerd dient te worden. De C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 21
22 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen administratie in het bedrijf die instaat voor de belastingaangifte is vaak onvoldoende technisch geschoold om zelf een correcte aangifte in te vullen. Het feit dat er in de meeste belastingreglementen tevens talrijke uitzonderingen worden opgesomd, maakt het in kaart brengen van het vermogen er niet eenvoudiger op. Vaak doet men dan ook beroep op technici om het geïnstalleerd vermogen te becijferen. Niet enkel de aangifte van de drijfkrachtbelasting vergt veel voorbereiding. Ook de belasting op reclameborden en verspreiding van reclame noodzaken vrij veel opzoekwerk, daar de aangifte zeer gedetailleerd dient te gebeuren. Onderneming I en J wijzen ook op de grote diversiteit van gemeentelijke belastingreglementen waardoor er voor bedrijven met meerdere vestigingen geen schaalvoordelen kunnen gerealiseerd worden. Het herhaaldelijk opvragen van gegevens die niet gewijzigd zijn, wordt tevens als hinderlijk ervaren. Bedrijven moeten deze gegevens telkens opnieuw opzoeken terwijl de gemeentebesturen de informatie eigenlijk vaak al ter beschikking hebben. Gegevens die door de tijd heen slechts zelden veranderen zouden standaard reeds op het aangifteformulier kunnen verschijnen. Een groot aantal belastingen noodzaken echter geen voorbereidend opzoekwerk daar deze administratief eenvoudig zijn. Vooral de belasting op afgifte van stukken en de algemene bedrijfsbelasting worden als administratief eenvoudige belastingen bestempeld. Indien het opzoekwerk achter de rug is dient de aangifte te worden ingevuld. Deze aangifte moet volgens de bedrijven vaak veel te gedetailleerd gebeuren. Volgens de ondernemingen zijn er drie belastingen die voor een aanzienlijke administratieve hinder zorgen: de belasting op drijfkracht, de belasting op reclameborden en de belasting op de verspreiding van reclame. In een aantal gemeenten waar onderneming I en J publiciteit verspreiden, dient de aangifte voor de betreffende belasting per bedeling te gebeuren. Deze aangifte moet, al naar gelang van de heffende gemeente, het aantal pagina s bevatten, het aantal gedrukte zijden, het gewicht, het aantal verspreidde exemplaren,. Voor ondernemingen die regelmatig reclame verspreiden is dit een niet te onderschatten administratieve last. Bij een 22 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
23 Deelpaper 4 wekelijkse bedeling in een 50-tal gemeenten resulteert de heffing jaarlijks in een 250-tal aangifteformulieren en aanslagformulieren. De voorkeur van de geïnterviewde ondernemingen die publiciteit verspreiden gaat dan ook uit naar een jaarlijkse aangifte. Ook zijn ze voorstander van een jaarlijkse aanslag, gebaseerd op één modelreglement. Ook het invullen van de aangifte voor de belasting op reclameborden blijkt een arbeidsintensieve bezigheid. Deze aangifte moet een opsomming bevatten van alle reclameborden. Deze lijst dient melding te maken van een beschrijving van het bord, de oppervlakte en de exacte plaats van het bord. Omtrent deze aangifte rijzen vragen inzake het nut van het verzamelen van zoveel details. De gemeentelijke administraties gaan immers zelden of nooit over tot het effectief controleren van de aangiftes van de bedrijven. Dit is een algemene trend die we kunnen vaststellen. Slechts enkele gemeentebesturen gaan volgens de geïnterviewde bedrijven bij bepaalde belastingen over tot het effectief ter plaatse controleren van de aangifte. Dit geeft de bedrijven vaak een vrijgeleide tot het indienen van een geschatte aangifte. Zoals ook voordien al aangehaald, gaven de respondenten anderzijds voorbeelden van een periodieke bevriezing van de aangiftes. Er wordt in overleg een vast bedrag afgesproken dat gedurende x aantal jaren door het bedrijf betaald dient te worden, zonder rekening te houden met eventuele wijzigingen in de grondslag. Op deze manier wordt de administratieve last voor de bedrijven aanzienlijk verminderd. Voor de drijfkrachtbelasting houdt dit bijvoorbeeld in dat het geïnstalleerd vermogen slechts één maal in kaart moet gebracht worden voor een periode van x jaar. Onderneming K en H kunnen inzake de drijfkrachtbelasting een keuze maken tussen twee types van aangifte. Enerzijds kan men kiezen voor een gedetailleerde aangifte waarbij het geïnstalleerd vermogen gekwantificeerd dient te worden. Anderzijds kan geopteerd worden voor een systeem waarbij de te betalen drijfkrachtbelasting wordt berekend op basis van de elektriciteitsfacturen. De tweede kwantificering van het verbruikt vermogen wordt door de onderworpen bedrijven duidelijk geapprecieerd. C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 23
24 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen 4.3 Problemen met de doorlooptijden van de procedures De doorlooptijden van de procedures zijn in de meeste gevallen haalbaar. Er wordt voldoende tijd ter beschikking van de bedrijven gesteld om hun aangifte in te vullen en de aanslag te betalen. De doorlooptijden geven dan ook bij het gros van de ondernemingen geen aanleiding tot het hinderlijk bevinden van een lokale bedrijfsbelasting. Bij een tweetal belastingen is de doorlooptijd van de voorgeschreven procedure echter niet haalbaar. Twee van de ondervraagde ondernemingen ervaren dit probleem bij de belasting op reclameborden en de belasting op de verspreiding van reclame. Onderneming I en J, beide onderhevig aan de belasting op verspreiding van reclame, vinden de geldende procedures veel te kort. Ten eerste schrijft het belastingreglement in een aantal gevallen voor dat de aangifte een aantal weken vóór de bedeling van het reclamedrukwerk dient te gebeuren. Op dat moment is vaak nog niet gekend wat men op de aangifte dient in te vullen en dus worden vele aangiftes laattijdig ingediend. Ten tweede is de procedure niet haalbaar wegens het feit dat beide ondernemingen geconfronteerd worden met een zeer groot aantal aangifte en aanslagformulieren daar zij deze belastingen dienen te betalen in een aanzienlijk aantal gemeenten. Daarenboven worden al deze aangifteformulieren en aanslagen verspreid doorheen het hele boekjaar worden. Indien er in de procedures zou afgestapt worden van de klassieke communicatie tussen de gemeentelijke belastingsdienst en de bedrijven, bestaat er volgens de bedrijven een potentieel om de doorlooptijden eventueel te verkorten. Een mogelijke invulling van modern communiceren is het ontvangen en verzenden van aangifte via . Voor de belastingen waar een elektronische afhandeling niet haalbaar is, dient de vooropgestelde termijn verlengd te worden. We kunnen dus besluiten dat de doorlooptijden van de procedures algemeen niet als hinderlijk ervaren worden. Wel kunnen bepaalde procedures geoptimaliseerd worden. 24 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
25 Deelpaper Ontevredenheid over de communicatie met de belastingsdienst De wijze waarop bedrijven met het gemeentebestuur communiceren, verschilt van bedrijf tot bedrijf en van gemeente tot gemeente. Tevens is het zo dat bepaalde belastingen geen enkele vorm van communicatie noodzaken; in andere gevallen zijn de informatiestromen tussen de betrokkenen wel degelijk noodzakelijk. Deze noodzakelijke vorm van communicatie kan zorgen voor enige hinder bij de belastingplichtige bedrijven. Volgens de geïnterviewde bedrijven zou de communicatie met de gemeentediensten op verschillende manieren geoptimaliseerd kunnen worden. Momenteel is het immers zo dat de bedrijven terechtkomen in een wirwar van diensten. Het zou voor de bedrijven dan ook eenvoudiger zijn, ingeval er één aanspreekpunt zou aangeduid worden. Inzake belastingswijzigingen worden de bedrijven te weinig pro-actief op de hoogte gebracht. Vaak worden ze pas met deze veranderingen geconfronteerd bij het ontvangen van de aangifte. De geïnterviewde bedrijven vinden het wenselijk dat de gemeentebesturen ieder jaar een document samenstellen met hierin de wijzigingen aan de reeds bestaande belastingen en de invoering van nieuwe belastingen. Dit zou de rechtszekerheid en de transparantie verhogen (zie ook volgende paragraaf). De geïnterviewde respondenten vonden het bijzonder vervelend dat belastingdiensten soms zelf niet in staat zijn technische vragen omtrent het invullen van de aangifte te beantwoorden. In de meeste gevallen verloopt de communicatie met de gemeentelijke diensten weliswaar vlot. Slechts drie ondernemingen maakten betreffende vier bedrijfsbelastingen melding van een slechte informatie-uitwisseling met de belastingdienst. 4.5 Gebrek aan continuïteit en rechtszekerheid Gemeenten kunnen ieder jaar opnieuw belastingen wijzigen, nieuwe belastingen invoeren en andere belastingen afschaffen. Bedrijven worden op C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 25
26 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen die manier jaarlijks geconfronteerd met onzekerheid. Onzekerheid omtrent het belastingreglement, onzekerheid over de gehanteerde tarieven, onzekerheid over vrijstellingen en kortingen, enzovoort. Het wordt als hinderlijk ervaren dat gemeentebesturen hieromtrent weinig communiceren en weinig inspraak bieden aan de bedrijven. Initiatieven in verband met fiscal ruling komen deze continuïteit ten goede. Het is voor de geïnterviewde bedrijven immers duidelijk welke bedragen zij dienen te voorzien in hun budgetten en de gemeentebesturen kunnen rekenen op beter voorspelbare inkomsten. Onderneming A, H en K zien dit als een vorm van geapprecieerde service vanwege de gemeentelijke belastingdiensten. Ook de koppeling van lokale heffingen aan heffingen van hogere overheden kan voor verrassingen zorgen. Een specifiek voorbeeld betreft de belasting op afgifte van stukken voor gevaarlijke, ongezonde en hinderlijke inrichtingen. In de vestigingsgemeente van onderneming A dient men deze belasting enkel te betalen indien men op basis van de SEVESO-wetgeving een inrichting van klasse II is. Door een wijziging in de SEVESO-wetgeving veranderde bedrijf A van klasse en werd zo automatisch belastingplichtige voor deze lokale heffing. Vooral ook het gebrek aan communicatie hieromtrent zorgt voor wrevel. Een voorbeeld van een situatie waarin onverwachte wijzigingen van de lokale bedrijfsfiscaliteit grote financiële implicaties hebben voor bepaalde ondernemingen vinden we bij onderneming B. Dit bedrijf werd in het jongste aanslagjaar geconfronteerd met de invoering van een algemene bedrijfsbelasting. Deze verving een reeks bestaande bedrijfsbelastingen. Door deze wijziging dienden een aantal ondernemingen in de betreffende gemeente tot 40 à 50 maal het oude te betalen bedrag op te hoesten. Vanzelfsprekend zijn bedrijven niet gelukkig met een dergelijke onvoorziene stijging van de lokale fiscale druk. 4.6 Het concurrentieverstorend karakter De gemeentelijke fiscale autonomie zorgt ervoor dat gemeenten vrij kunnen beslissen welke belastingen zij in hun financieringsmix opnemen en welke niet. Dit brengt met zich mee dat we in iedere gemeente een specifieke mix 26 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
27 Deelpaper 4 van lokale bedrijfsbelastingen met verschillende tarieven kunnen terugvinden. Bedrijf X, gevestigd in gemeente X en identiek aan bedrijf Y, gevestigd in gemeente Y kan met andere woorden geconfronteerd worden met andere lokale bedrijfsbelastingen en dus met andere uitgaven inzake fiscaliteit. Wanneer het hier om substantiële belastingaanslagen gaat en de bedrijven actief zijn in dezelfde sector dan kan dit gegeven concurrentievervalsend werken. De drijfkrachtbelasting krijgt het vaakst het etiket opgeplakt concurrentieverstorend te zijn. Het concurrentieverstorende karakter van bedrijfsbelastingen werkt niet enkel ten opzichte van andere bedrijven uit de sector, maar ook binnen de eigen groep. Onderneming J heeft een driehonderdtal vestigingen in België, waaronder enkele in eenzelfde gemeente. Deze vestigingen hebben kleinere winstmarges dan de andere vestigingsplaatsen daar zij in deze gemeente de belasting op tabak- en drankslijterijen dienen te betalen. Ook onderneming C, D en F merken dat de lokale belastingen de concurrentiepositie binnen de eigen groep sterk kunnen beïnvloeden. De lokale bedrijfsbelastingen spelen vooral een rol bij het nemen van investeringsbeslissingen. Voornamelijk startende bedrijven houden in hun vestigingsproblematiek rekening met de lokale bedrijfsbelastingen. Indien men andere vestigingsaspecten, zoals bijvoorbeeld bereikbaarheid, de aanwezigheid van afzetbedrijven of infrastructurele kenmerken buiten beschouwing laat, geven productiebedrijven de voorkeur aan gemeenten zonder drijfkrachtbelasting. Voor ondernemingen met een grote opslagcapaciteit is de belasting op de bedrijfsoppervlakte een gegeven dat medebepalend is voor de vestigingsbeslissing. Het concurrentieverstorende karakter van de lokale bedrijfsbelastingen heeft bij de ondervraagde bedrijven nog niet geleid tot het overwegen van delokalisatie. Wel wijst onderneming E op de toenemende fiscale aantrekkingskracht van een aantal Duitse regio s. Eén van de onderneming gaf ons te kennen het productieproces momenteel in België gradueel af te bouwen ten koste van nieuwe vestigingen in het buitenland. C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 27
28 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen Er dient te worden opgemerkt dat de respondenten opmerken dat de lokale bedrijfsbelastingen weliswaar niet het voornaamste concurrentienadeel vormen. Het is in eerste instantie de globale fiscale druk die in de weegschaal wordt gelegd, waarbij slechts een kleine bijrol is weggelegd voor de lokale bedrijfsbelastingen. 28 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
29 Deelpaper 4 5. Determinanten van de acceptatie van de PHB Het is duidelijk dat de administratieve lasten verbonden aan de aangifte en afhandeling van een belasting voor wrevel zorgen bij de belastingplichtigen en de perceptie over de wenselijkheid van een fiscale heffing beïnvloeden. Maar de wenselijkheid of de graad van acceptatie of aanvaarding wordt ook nog bepaald door tal van andere factoren. Uit de literatuur rond verzet tegen belastingen en non-compliance behaviour blijkt ondermeer dat de omvang van de aanslag, de hoogte van het tarief, de perceptie van een rechtvaardige verdeling van de lasten en de gepercipieerde return in termen van overheidsdiensten belangrijke elementen zijn in deze discussie. In de interviews werden de bedrijven een aantal elementen ter beoordeling voorgelegd die op basis van vooronderzoek leken verband te houden met de inschatting van de billijkheid van een belasting: de keuze van de grondslag; de beleidsdoelen die schuil gaan achter de opgelegde heffing; de spreiding van de fiscale druk over meerdere belastingplichtingen; de verhouding kosten/opbrengsten vanuit het standpunt van het bedrijf. Telkens werd de respondenten gevraagd of deze elementen determinanten vormen van de aanvaarding van de heffing en of ze dit voor de betrokken belasting kunnen illustreren met voorbeelden. We behandelen deze elementen hierna in de hiervoor gegeven volgorde. De keuze van de grondslag vormt één van de meest aangeduide redenen (13 maal voor 5 verschillende belastingen) van verzet of weerstand tegen een bedrijfsbelasting. Door de keuze van de grondslag worden immers vastgelegd wie wel en wie niet belastingplichtig is. Hierdoor zullen bepaalde typebedrijven of zelfs bepaalde sectoren sterker belast worden dan andere. Dit is bijvoorbeeld zo voor de drijfkrachtheffing. De lasten van deze heffing worden in sterke mate gedragen door de productiebedrijven en door industriële sectoren. Ook andere bedrijven dragen bij tot de totale opbrengst van deze heffing, maar hun aandeel in de totale ontvangsten is vaak maar C. SMOLDERS, S. GOEMINNE & L. BLOEMEN 29
30 Hinderlijkheid van lokale bedrijfsbelastingen een fractie van wat de hiervoor geciteerde bedrijven betalen. De geïnterviewde productiebedrijven vonden dat gemeenten met een sterke belastingconcentratie die zich vooral financieren uit de drijfkrachtheffing tot een onbillijke verdeling van de fiscale lasten komen. Arbeidsintensieve bedrijven in ons panel die bloot stonden aan een vrij grote aanslag als gevolg van de belasting op tewerkgesteld personeel hadden hierover dezelfde perceptie. Verwijzen we tenslotte naar een gelijkaardige klacht van bedrijven met een grote oppervlakte, met betrekking tot de algemene belasting; al noteren we hier toch ook wel afwijkende meningen. Onderneming B vindt de oppervlakte geen goede grondslag voor de algemene belasting, terwijl onderneming K, oppervlakte net als een zeer verdedigbare grondslag omschrijft. Onderneming G brengt nog een ander element aan dat verband houdt met de grondslag en dat aanleiding kan geven tot weerstand tegenover lokale heffingen. Het betreft meer bepaald het feit dat diverse grondslagen meerdere malen belast worden. Een voorbeeld hiervan is de belasting op drijfkracht. De grondslag, zijnde het productieapparaat, wordt reeds via de elektriciteitsfactuur en via de opcentiemen op de onroerende voorheffing voor materieel en outillage belast. Het is dan ook volgens onderneming G niet rechtvaardig om de productieondernemingen een derde maal via de belasting op drijfkracht te laten bijdragen. De keuze van de grondslag kan ook conflicteren met de beoogde beleidsdoelstelling of er in het geheel geen verband mee houden. Bedrijfsbelastingen kunnen verschillende beleidsdoelen nastreven. Ze kunnen bijvoorbeeld een compensatie vormen voor de door het bedrijf veroorzaakte milieu- of verkeershinder. Ze kunnen ook een retributiekarakter hebben en als dusdanig een vergoeding vormen voor het gebruik van de gemeentelijke dienstverlening of infrastructuur. In derde instantie kunnen belastingen een ontradend karakter hebben. Tenslotte, wordt de meerderheid van de heffingen ook ingevoerd met het oog op de financiering van het gemeentelijk beleid. Indien de keuze van de grondslag niet correspondeert met de achterliggende doelstelling, of een slechte indicator vormt van wat men beleidsmatig wenst te beïnvloeden dan leidt dit tot belastingweerstand. Een van de geïnterviewde bedrijven illustreerde dit aan de hand van de milieubelasting. Deze belasting 30 HOGESCHOOL GENT SPOOR FISCALITEIT
Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT TESSENDERLO DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN TESSENDERLO... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT TESSENDERLO Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Tessenderlo DOSSIER
Nadere informatieB-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord
Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Spoor fiscaliteit B-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord Studie van de lokale bedrijfsheffingen
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT HEUSDEN-ZOLDER DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN HEUSDEN-ZOLDER... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT HEUSDEN-ZOLDER Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Heusden-Zolder
Nadere informatieB-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord. Synthesenota
Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Spoor fiscaliteit B-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord Synthesenota Spoor Fiscaliteit
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT LUMMEN DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN LUMMEN... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT LUMMEN Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Lummen DOSSIER Inhoud 1. Hoe
Nadere informatieGemeentelijke belastingen in Beerse
Gemeentelijke belastingen in Beerse 1. Huidige situatie in Beerse Uittreksel uit het gemeenteraadsbesluit van 26/11/2009 omtrent belasting op bedrijfsruimtes Feiten en context De gemeente heft nog een
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT MEEUWEN DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN MEEUWEN... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT MEEUWEN Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Meeuwen DOSSIER Inhoud 1.
Nadere informatieB-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord. Studie van de lokale bedrijfsheffingen : deel 6
Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Spoor fiscaliteit B-project 5 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord Studie van de lokale bedrijfsheffingen
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT DILSEN-STOKKEM DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN DILSEN-STOKKEM... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT DILSEN-STOKKEM Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Dilsen-Stokkem
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT HAMONT-ACHEL DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN HAMONT-ACHEL... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT HAMONT-ACHEL Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Hamont-Achel DOSSIER
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT OPGLABBEEK DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN OPGLABBEEK... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT OPGLABBEEK Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Opglabbeek DOSSIER Inhoud
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT BILZEN DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN BILZEN... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT BILZEN Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Bilzen DOSSIER Inhoud 1. Hoe
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT LOMMEL DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN LOMMEL... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT LOMMEL Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Lommel DOSSIER Inhoud 1. Hoe
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT MAASEIK DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN MAASEIK... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT MAASEIK Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Maaseik DOSSIER Inhoud 1.
Nadere informatieOndernemingsvriendelijke fiscaliteit in uw gemeente. Alle documenten voor het opmaken van een sterk dossier.
Ondernemingsvriendelijke fiscaliteit in uw gemeente Alle documenten voor het opmaken van een sterk dossier. WAAROM NÙ WERK MAKEN VAN EEN ONDERNEMERSVRIENDELIJKE FISCALITEIT? Vraagt u zich als ondernemer
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT SINT-TRUIDEN DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN SINT-TRUIDEN... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT SINT-TRUIDEN Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Sint-Truiden DOSSIER
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT SINT-LAMBRECHTS-HERK DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN SINT-LAMBRECHTS-HERK... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT SINT-LAMBRECHTS-HERK Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid.
Nadere informatieB-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord. Studie van de lokale bedrijfsheffingen : deel 1
Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Spoor fiscaliteit B-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord Studie van de lokale bedrijfsheffingen
Nadere informatieDe impact van de bovenbestuurlijke beslissingen op de lokale fiscaliteit in Vlaanderen
Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Spoor fiscaliteit De impact van de bovenbestuurlijke beslissingen op de lokale fiscaliteit in Vlaanderen Tussentijds overzicht van
Nadere informatieCAPITA SELECTA 6: INVOEGING IN DE BIJZONDERE FINANCIERINGSWET EN INFASERING
Spoor A2: CAPITA SELECTA 6: INVOEGING IN DE BIJZONDERE FINANCIERINGSWET EN INFASERING Dr. Axel Haelterman KULeuven 4 april 2008 Algemeen secretariaat Steunpunt beleidsrelevant Onderzoek Fiscaliteit & Begroting
Nadere informatieOndernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. ... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT MAASMECHELEN DOSSIER
DOSSIER UNIZO MAAKT WERK VAN ONDERNEMEN IN MAASMECHELEN... ONDERNEMERSVRIENDELIJKE GEMEENTELIJKE FISCALITEIT MAASMECHELEN Ondernemers verwachten geen cadeaus, wel een efficiënt beleid. Maasmechelen DOSSIER
Nadere informatieAdvies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning
Brussel, 9 juli 2008 070908 Advies decreet hypotheekvestiging Advies Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning 1. Toelichting
Nadere informatieB-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord
Steunpunt Beleidsrelevant onderzoek Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Spoor fiscaliteit B-project 2005 : Gemeentelijke fiscaliteit : aandachtspunten uit het regeerakkoord Studie van de lokale bedrijfsheffingen
Nadere informatiePrivacy policy. 1. Algemeen
Privacy policy Deze privacy policy ( Privacy Policy ) heeft als doel om de leden en de deelnemers aan activiteiten van VZW Zombietrail Staden correct te informeren over de verwerking van hun persoonsgegevens.
Nadere informatieIWT Klantentevredenheid 2011 Executive summary
IWT Klantentevredenheid 2011 Executive summary Onderzoeksopzet De beheersovereenkomst tussen IWT en de voogdijminister voorziet in een 2-jaarlijkse klantentevredenheidsanalyse. Midden 2011 werd een eerste
Nadere informatieOnderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011)
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Verkeerskundige interpretatie van de belangrijkste tabellen (Analyserapport) D. Janssens, S. Reumers, K. Declercq, G. Wets Contact: Prof. dr. Davy
Nadere informatieKLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK FACULTATIEVE OPDRACHT PRIORITEITENBELEID. Resultaten
KLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK FACULTATIEVE OPDRACHT PRIORITEITENBELEID Resultaten Dienstverlening m.b.t. de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid in het kader van het decreet van 13 juli 2001 en het
Nadere informatieIWT KLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2013 Executive summary redactie door IWT. Uitgevoerd door: GfK Belgium Opgesteld voor:
IWT KLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2013 Executive summary redactie door IWT Uitgevoerd door: GfK Belgium Opgesteld voor: 1 Onderzoeksopzet Om bij de verdere ontwikkeling van zijn werking beter rekening
Nadere informatieDeze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden.
Aan: Gemeenteraad van Druten Druten, 27 juli 2015 Geachte voorzitter en leden van de gemeenteraad, In de eerste rekenkamerbrief van 2015 komt inkoop en aanbesteding aan bod. Dit onderwerp heeft grote relevantie,
Nadere informatieWetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting.
Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting. TOELICHTING De kaaimantaks is een doorkijkbelasting in de personen- en de rechtspersonenbelasting waarbij inkomsten ontvangen door een juridische
Nadere informatieProjectoproep Kankerplan Actie 24 : Wetenschappelijke analyse in de onco-geriatrie
B Projectoproep Kankerplan Actie 24 : Wetenschappelijke analyse in de onco-geriatrie Inleiding Deze projectoproep kadert binnen de verderzetting van Actie 24 van het Kankerplan: Steun aan pilootprojecten
Nadere informatieBrussel, 24 juni _Advies uniek loket bouw- en milieuvergunning. Advies. Uniek loket bouw- en milieuvergunning
Brussel, 24 juni 2008 082406_Advies uniek loket bouw- en milieuvergunning Advies Uniek loket bouw- en milieuvergunning 1. Inleiding De SERV werd op 29 mei door de Vlaamse minister van Openbare werken,
Nadere informatieConvenant Horizontaal Toezicht. tussen. Niehof Van der Meulen Accountants V.O.F. en de Belastingdienst
Convenant Horizontaal Toezicht tussen Niehof Van der Meulen Accountants V.O.F. en de Belastingdienst Fiscaal dienstverleners convenant Partijen, Niehof Van der Meulen Accountants V.O.F. gevestigd te Dordrecht,
Nadere informatiehoudende wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, wat de opcentiemen op de onroerende voorheffing betreft
ingediend op 1187 (2016-2017) Nr. 1 30 mei 2017 (2016-2017) Voorstel van decreet van Willem-Frederik Schiltz, Matthias Diependaele, Peter Van Rompuy, Jos Lantmeeters, Jenne De Potter en Paul Cordy houdende
Nadere informatieMEMORIE VAN TOELICHTING
Voorontwerp van decreet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van... tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. MEMORIE
Nadere informatieFACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere
Inleiding Erfgoed is een brede en overkoepelende term waarbinnen roerend, onroerend en immaterieel erfgoed wordt onderscheiden. Deze drie categorieën zijn in de praktijk sterk verweven met elkaar, maar
Nadere informatieRapport voor deelnemers M²P burgerpanel
Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Weergaven van publieke opinie in het nieuws en hun invloed op het publiek Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek over weergaven van publieke opinie
Nadere informatieHOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO
HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N KMO-beleid - studentenarbeid A04 Brussel, 25.06.2009 MH/MG/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over EEN UITBREIDING VAN DE BESTAANDE REGELING INZAKE STUDENTENARBEID
Nadere informatieConvenant Horizontaal Toezicht. tussen. PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. en de Belastingdienst
Convenant Horizontaal Toezicht tussen PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. en de Belastingdienst Fiscaal dienstverlenersconvenant Partijen, PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. gevestigd
Nadere informatieVlaams Archeologencollectief
Vlaams Archeologencollectief Resultaten enquête verloning 7 Resultaten VLAC-enquête 7 Inhoudstafel. Algemene informatie. Verdeling respondenten. Private sector. Functie. Ervaring. Brutoloon. Contract 9.
Nadere informatieVoor de aanslagjaren 2017 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de inname van de openbare weg door:
BELASTINGREGLEMENT OP DE INNAME VAN DE OPENBARE WEG ARTIKEL 1: HET BELASTBAAR VOORWERP Voor de aanslagjaren 2017 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de inname van de openbare weg
Nadere informatieEuropese en praktische haalbaarheid
Spoor A2: REGIONALISERING VENNOOTSCHAPSBELASTING: BELASTBARE BASISMODEL Europese en praktische haalbaarheid A. Haelterman KULeuven 2 september 2008 Algemeen secretariaat Steunpunt beleidsrelevant Onderzoek
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit
Nadere informatieKoepelconvenant Horizontaal Toezicht
Koepelconvenant Horizontaal Toezicht Leusden 14 juli 2011 Convenant tussen de Belastingdienst en KAN Partijen, Kwaliteitscentrum Accountancy Nederland B.V. (hierna KAN) gevestigd te te Zwolle in deze vertegenwoordigd
Nadere informatieRapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Holland-Midden. Datum: 08 maart Rapportnummer: 2011/080
Rapport Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Holland-Midden. Datum: 08 maart 2011 Rapportnummer: 2011/080 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst/Holland-Midden niet bereid is
Nadere informatieHet statuut van de kunstenaar Enkele knelpunten
Het statuut van de kunstenaar Enkele knelpunten Voorwoord De lijst met knelpunten welke volgt is niet exhaustief. De opsomming is gebaseerd op de vragen welke onze consulenten krijgen en hun analyses van
Nadere informatieVerdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin
Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin ruime zin in België, Duitsland, Frankrijk en Nederland in 2014 Directie Statistieken, Begroting en Studies stat@rva.be Inhoudstafel: 1
Nadere informatie4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.
4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,
Nadere informatieA D V I E S Nr
A D V I E S Nr. 1.371 ------------------------------ Onderwerp : Ontwerp van koninklijk besluit betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot
Nadere informatieMethoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97
Wanneer gebruiken we kwalitatieve interviews? Kwalitatief interview = mogelijke methode om gegevens te verzamelen voor een reeks soorten van kwalitatief onderzoek Kwalitatief interview versus natuurlijk
Nadere informatieConvenant Horizontaal Toezicht. tussen. Maatschap Westelijke Accountants-kantoren Deltaland. en de Belastingdienst
Convenant Horizontaal Toezicht tussen Maatschap Westelijke Accountants-kantoren Deltaland en de Belastingdienst Fiscaal dienstverleners convenant Partijen, Maatschap Westelijke Accountants-kantoren Deltaland
Nadere informatieErfbelasting - Gunsttarief voor familiale ondernemingen en vennootschappen
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 361 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE Erfbelasting -
Nadere informatieHuishoudens die niet gecontacteerd konden worden
4.2. Participatiegraad Om de vooropgestelde steekproef van 10.000 personen te realiseren, werden 35.023 huishoudens geselecteerd op basis van het Nationaal Register. Met 11.568 huishoudens werd gepoogd
Nadere informatieHOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen
Verordening individuele inkomenstoeslag 2015 Kenmerk: 184268 De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014; gelet op artikel 8, eerste lid,
Nadere informatieSamenvatting onderzoek: Diversificatiestrategieën van accountantskantoren
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2010 2011 Samenvatting onderzoek: Diversificatiestrategieën van accountantskantoren Frederik Verplancke onder leiding van Prof. dr. Gerrit
Nadere informatieBehoeftenonderzoek sociaal beleid in Boortmeerbeek. Samenvatting
Behoeftenonderzoek sociaal beleid in Boortmeerbeek Samenvatting Het sociaal behoeftenonderzoek werd uitgevoerd door GfK Significant aan de hand van een vragenlijst. Deze werd opgebouwd rond de volgende
Nadere informatieALGEMENE ADMINISTRATIE VAN DE FISCALITEIT
De Algemene Administratie van de Fiscaliteit bij de FOD Financiën Carlos SIX Administrateur-generaal van de Fiscaliteit Lid van het managementteam van de FOD Financiën Lid van het Directiecomité Onze missie
Nadere informatieVerordening Individuele Inkomenstoeslag. Gemeente Kerkrade
Verordening Individuele Inkomenstoeslag Gemeente Kerkrade 2015 Vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn vergadering van 17 december 2014 (raadsbesluit 14Rb089) Pagina 2/8 Verordening Individuele
Nadere informatieAfvalstoffenheffing zonder huisvuilinzameling Gemeente Amsterdam Dienst Belastingen
Rapport Gemeentelijke Ombudsman Afvalstoffenheffing zonder huisvuilinzameling Gemeente Amsterdam Dienst Belastingen 28 maart 2007 RA0612438 Samenvatting Verzoekster woont in Westpoort. Geregeld neemt zij
Nadere informatieZuurstof voor burgers, ondernemers en stad
PERSCONFERENTIE 6 december 2014 Zuurstof voor burgers, ondernemers en stad Verstandig investeren in toekomst Hamont-Achel Vorig jaar bij de opmaak van het meerjarenplan 2014-2019 heeft het schepencollege
Nadere informatieKNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties
KNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties Tess Poppe 26 maart 205 Inhoud DEEL I Knelpuntberoepen OCMW s... 2. Overzicht functies... 2.. Verpleegkundige... 3..2 Hoofdverpleegkundige...
Nadere informatieDe oudercommissie heeft in haar brief, d.d. 10 oktober aan houder geadviseerd:
KK 08-29 tariefstelling 2008 Opvangvorm organisatie met meer kinderopvangvormen Betreft contract tarieven/prijzen Inleiding 1. De klacht De oudercommissie klaagt er over dat houder in zijn reactie op het
Nadere informatieThemanummer De financiën van de lokale overheden: evoluties en uitdagingen
Themanummer De financiën van de lokale overheden: evoluties en uitdagingen Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 73e jaargang, nr. 4, 4e kwartaal 2013 Inleiding op het themanummer
Nadere informatieKoepelconvenant tussen de Belastingdienst en NEXIA Nederland
Koepelconvenant tussen de Belastingdienst en NEXIA Nederland Koepelconvenant Horizontaal Toezicht ten behoeve van MKB ondernemers voor bij Nexia Nederland aangesloten kantoren Pagina 2 van 5 Partijen,
Nadere informatieEvaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013
Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.
Nadere informatieAntwerpse taxshift: eerlijker en groener
Antwerpse taxshift: eerlijker en groener Begrotingsbesprekingen stad Antwerpen Zowel over uitgaven als over inkomsten zegt Groen dat het anders en beter kan. Uitgaven Zie daarvoor onze alternatieve meerjarenbegroting
Nadere informatieDE WERKING VAN ONZE RAAD VAN BESTUUR: EEN GEDEELDE DIAGNOSE
57140513.JV-C1 DE WERKING VAN ONZE RAAD VAN BESTUUR: EEN GEDEELDE DIAGNOSE VRAGENLIJST VOOR BESTUURSLEDEN Wij verzoeken u de vragenlijst individueel in te vullen. Het is niet de bedoeling uw kennis te
Nadere informatieTekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet
ingediend op 880 (2015-2016) Nr. 3 9 november 2016 (2016-2017) Tekst aangenomen door de plenaire vergadering van het ontwerp van decreet houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van
Nadere informatieBELASTINGREGLEMENT OP VASTE EN MOBIELE RECLAME, RECLAMESTANDS EN STEIGERDOEKRECLAME
BELASTINGREGLEMENT OP VASTE EN MOBIELE RECLAME, RECLAMESTANDS EN STEIGERDOEKRECLAME ARTIKEL 1: HET BELASTBAAR VOORWERP Voor de aanslagjaren 2017 tot en met 2019 wordt een belasting geheven op vaste en
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,
COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 07 / 96 van 22 april 1996 ------------------------------------------- O. ref. : 10 / A / 96 / 011 BETREFT : Ontwerp van koninklijk
Nadere informatieFUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)
Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 27636 15 mei 2019 Wijziging van de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 (modernisering kleineondernemersregeling)
Nadere informatieAlgemeen reglement betreffende de vestiging en de invordering van gemeentebelastingen. Datum van de beraadslaging van de gemeenteraad: 26 juni 2014
GEMEENTE UKKEL Algemeen reglement betreffende de vestiging en de invordering van gemeentebelastingen. Datum van de beraadslaging van de gemeenteraad: 26 juni 2014 De raad, Gelet op artikel 117 van de nieuwe
Nadere informatie1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.
ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 8 november 2006 1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.
Nadere informatieADVIES ONTWERPBESLUIT AANPASSINGSPREMIE VOOR WONINGEN
ADVIES ONTWERPBESLUIT AANPASSINGSPREMIE VOOR WONINGEN Advies 2018-18 / 30.08.2018 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Beknopte inhoud... 3 3 Bespreking... 3 3.1 Algemeen 3 3.2 Modaliteiten
Nadere informatieB&W-voorstel. Persgesprek : 23 december 2014
B&W-voorstel Onderwerp : Financieel Besluit Wmo, Besluit Jeugdhulp en beleidsregels Wmo B&W-vergadering : 23 december 2014 Registratienummer : BW14.00998 Registratiecode : *BW14.00998* Auteur : André Goudriaan
Nadere informatieHet Dream-project wordt sinds 2002 op ad-hoc basis gesubsidieerd.
Naam evaluatie Volledige naam Aanleiding evaluatie DREAM-project Evaluatie DREAM-project De Vlaamse overheid ondersteunt een aantal initiatieven ter bevordering van het ondernemerschap en de ondernemerszin.
Nadere informatieConvenant tussen de Belastingdienst en Alfa Accountants en Adviseurs
Convenant tussen de Belastingdienst en Alfa Accountants en Adviseurs Convenant tussen de Belastingdienst en Alfa Accountants en Adviseurs ----------------------------------------------------------------------------------------
Nadere informatieHoe kwaliteitsvol omgaan met outputresultaten? SOK - Omgaan met output in het onderwijs
Hoe kwaliteitsvol omgaan met outputresultaten? SOK - Omgaan met output in het onderwijs 1 Een outputbeleid kunnen voeren met behulp van een stappenplan SOK - Omgaan met output in het onderwijs 2 Stappenplan
Nadere informatieGEMEENTERAAD - ONTWERPBESLUIT
GEMEENTERAAD - ONTWERPBESLUIT OPSCHRIFT Vergadering van 3 december 2013 Besluit nummer: 2013_GR_01281 Onderwerp: DIVASS- dienst Belastingen - Belastingreglement op de pompen voor de aanslagjaren 2014 tot
Nadere informatieAan het bestuur van de Sociale Dienst NW Fryslân.
Aan het bestuur van de Sociale Dienst NW Fryslân. Franeker, 22 november 2016 Betreft: Advies lokale regelgeving WMO 2015 Geacht bestuur, Op 20 oktober jl. ontvingen wij uw verzoek om advies over de volgende
Nadere informatieVOKA AMBITIENOTA. - Een staalkaart voor een ondernemend lokaal beleid - KLUISBERGEN
VOKA AMBITIENOTA - Een staalkaart voor een ondernemend lokaal beleid - KLUISBERGEN HET BELANG Lokale besturen zijn voor ondernemingen van groot belang. De lokale overheid is vaak het eerste aanspreekpunt
Nadere informatieADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS
ADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS Advies 2017-09 / 6.07.2017 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Beknopte inhoud... 3 3 Bespreking... 3 3.1 Algemeen 3 3.2 Wijzigende
Nadere informatie0 SAMENVATTING. Ape 1
0 SAMENVATTING Aanleiding Vraagbaak voor preventie van fraude en doorverwijzen van slachtoffers Op 26 februari 2011 is de Fraudehelpdesk (FHD) opengegaan voor (aanvankelijk) een proefperiode van één jaar.
Nadere informatieI. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2010 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2...
Identiteit:.. Repertoriumnummer:.. Ondernemingsnr. of nationaal nr.:. TABEL voor de berekening van de vrijstelling voor bijkomend personeel (artikel 67ter van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992)
Nadere informatieVLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2013/3 over de overdracht van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) naar Vlaanderen
VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2013/3 over de overdracht van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) naar Vlaanderen Vlaamse Ouderenraad vzw 18 december 2013 Koloniënstraat 18-24 bus 7 1000 Brussel
Nadere informatieOnderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners
Onderzoek burgerinitiatief Tevredenheid van indieners In opdracht van: De Raadsgriffier Uitgevoerd door: Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend Denise Floris Bert Mentink April
Nadere informatieBELASTINGREGLEMENT OP DE VERSPREIDING VAN NIET GEADRESSEERDE DRUKWERKEN
Goedgekeurd door de gemeenteraad van 18 december 2013 Gewijzigd door de gemeenteraad van 17 december 2014 (treedt in werking op 1 januari 2015) Gewijzigd door de gemeenteraad van 26 oktober 2015 (treedt
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
VR 2017 2104 DOC.0360/3 RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 61.027/1 van 27 maart 2017 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het koninklijk
Nadere informatie1. Kader Wat verstaan we onder contracten? Inventarisatie van contracten Analyse van de contracten... 3
CAJO-document Fusie van vzw s: Overdracht van contracten Dienst Administratieve en juridische ondersteuning 02 240 07 60 datum Contactpersoon e-mailadres 01/09/2017 Elke Michiels elke.michiels@vclb-koepel.be
Nadere informatieGEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)
Verordening Individuele inkomenstoeslag Participatiewet Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug Het Algemeen Bestuur van de Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme rijn Heuvelrug; gezien
Nadere informatieErven, belasting en rente. Rapport over een klacht over de voorlichting van de Belastingdienst.
Erven, belasting en rente Rapport over een klacht over de voorlichting van de Belastingdienst. Oordeel De Nationale ombudsman vindt de klacht over de Belastingdienst gegrond. Datum: 19 maart 2015 Rapportnummer:
Nadere informatieAKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE
AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL EN DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL EN
Nadere informatieGelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 juni 2016 houdende het heffen van een belasting op de marktrechten;
GEMEENTERAAD 20 DECEMBER 2016 Belasting op de marktrechten. Aanpassing DE RAAD, Juridische overwegingen Gelet op de artikelen 41, 162 en 170 van de grondwet; Gelet op de artikelen 42, 186 en 253 van het
Nadere informatieiiitogiontant Resultaten uit de PPP-studies naar criminaliteit en criminaliteits preventie op bedrijventerreinen \sf
Resultaten uit de PPP-studies naar criminaliteit en criminaliteits preventie op bedrijventerreinen Een selectie naar ondernemingen uit het Midden- en Kleinbedrijf V. Sabee R.F.A. van den Bedem J.J.A. Essers
Nadere informatieVVSG-memorandum kermissen
VVSG-memorandum kermissen VVSG, september 2014 1 Inleiding De organisatie van de kermissen is geregeld in de wet van 25 juni 1993 en in het KB van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie
Nadere informatieSamenvatting. Incidentie en frequentie van problemen
Samenvatting Dit rapport gaat over de Nederlandse ondernemingen uit het midden- en kleinbedrijf (MKB), de bedrijven met maximaal 99 werknemers die gezamenlijk iets meer dan 99% van de bedrijven in Nederland
Nadere informatieBelasting op de voor het publiek toegankelijke ruimten van commerciële vestigingen in het centrum van Kortrijk (2016/2020)
Gemeenteraad 14 december 2015 Belasting op de voor het publiek toegankelijke ruimten van commerciële vestigingen in het centrum van Kortrijk (2016/2020) Punt 1 Het belastingreglement op de voor het publiek
Nadere informatiegelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014;
Verordening individuele inkomenstoeslag Westerveld 2015 De raad van de gemeente Westerveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014; gelet op artikel 147, eerste lid,
Nadere informatieBijlage nr 10 aan ZVP 2014-2017 BIJLAGE 10 LOKALE VEILIGHEIDS- BEVRAGING 2011
BIJLAGE 10 LOKALE VEILIGHEIDS- BEVRAGING 2011 Lokale veiligheidsbevraging 2011 Synthese van het tabellenrapport Pz Blankenberge - Zuienkerke Inleiding De lokale veiligheidsbevraging 2011 is een bevolkingsenquête
Nadere informatie