Kaderakkoord. komen overeen hetgeen volgt:

Transcriptie

1 tussen de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en de Sociale gesprekspartners vertegenwoordigd binnen de Brussels Economisch en sociaal Overleg Comité en afkomstig van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (ESRBHG) Overwegende het in maart 2005 door het Gewest en de Sociale gesprekspartners afgesloten Contract voor de Economie en de Tewerkstelling (CET). Overwegende het op 20 maart 2006 aangenomen Plan voor de Tewerkstelling van de Brusselaars, met name voorstel nr. 59 dat ernaar streeft het aantal FPI/IBO in 2006 te verdubbelen en een kruissnelheid van 500 bijkomende FPI/IBO per jaar te bereiken. Overwegende de vaststellingen in het op 29 januari 2008 door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en de Sociale gesprekspartners aangenomen Actieplan voor de Jongeren (APJ). Overwegende dat dit Actieplan preciseert dat de jeugdwerkloosheid in 2006 een hoogte van 35,3% bereikte in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; dat dit percentage in 2007 naar 34,4% gedaald is en dat een van de acties die begunstigd moeten worden om dit fenomeen onder controle te krijgen de ontwikkeling van de Startbaanovereenkomsten (SBO) en de Individuele Beroepsopleidingen in een Onderneming (FPI/IBO) is om de jongeren de gelegenheid te geven een eerste beroepservaring onder arbeidscontract te verwerven. Overwegende dat men onder «jongere» het begrip moet verstaan zoals vervat in het APJ, namelijk elke werkzoekende die jonger is dan 30 jaar voor de FPI/IBO en jonger dan 26 jaar voor de SBO. Overwegende dat het APJ in zijn voorstel nr preciseert dat, om de eerste beroepservaring te ontwikkelen, «een kaderakkoord zal onderhandeld worden binnen het BESOC om, in functie van de verschillende typen eerste beroepservaring, het aantal eerste banen in een onderneming te ontwikkelen. Dit kaderakkoord zal vertaald worden in sectorale akkoorden. Alzo zal het aan de sectorale organisaties (patronale en syndicale) toekomen om de toepassing van dit kaderakkoord te verzekeren en om deze verbintenis ten uitvoer te brengen bij hun leden in functie van de opportuniteiten van de sector. Naar aanleiding van een nauwkeuriger identificatie van de huidige situatie, zal er elk jaar nagestreefd worden 10% bijkomende plaatsen te creëren, wat het voorwerp zal zijn van een jaarlijkse evaluatie». Overwegende dat het operationeel kader voor de diversiteitsplannen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de acties die gericht zijn op personen van buitenlandse origine en de tewerkstelling van de jonge Brusselaars prioriteert en dat de ontwikkeling van de eerste beroepservaring bij de jonge Brusselaars (in het bijzonder van buitenlandse origine) een actie kan zijn die in de diversiteitsplannen bevoorrecht moet worden om dit doel te bereiken. Overwegende dat de middenstandsorganisaties intersectorale organisaties zijn die willen aansluiten op het proces voor de bevordering van de SBO en IBO/FPI maatregelen in het kader van de toepassing van het APJ. BESOC Bladzijde 1 14/10/2008

2 Overwegende dat de tenuitvoerbrenging van het Actieplan voor de Jongeren primordiaal is en dat zij een belangrijke uitdaging voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is. Overwegende de cijfers van het Brussels Observatorium van de Arbeidsmarkt en de Kwalificaties die besproken werden tijdens de vergadering van het BESOC van 15 mei Overwegende dat die cijfers duidelijk aantonen dat de maatregelen, zowel SBO als IBO/FPI, meer gebruikt worden in bepaalde beroepen dan in andere en dat ze voornamelijk de tewerkstelling mogelijk maken van jongeren die geen houder zijn van een diploma van het hoger onderwijs. Overwegende dat het aandeel van de Brusselaars in het totaal aantal SBO's in België al enkele jaren afneemt en dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, in samenwerking met de Brusselse sociale gesprekspartners, deze tendens wenst om te keren. Overwegende dat het scheppen van nieuwe posten in het kader van de Startbaanovereenkomst (SBO) en de Individuele Beroepsopleiding (IBO-FPI) in een onderneming in de loop van de 12 maanden die volgen op de ondertekening van onderhavig kaderakkoord, samen met de wil om een groei van 10% per jaar te bereiken, het doel zou zijn waarnaar men moet streven om de kansen van de jonge Brusselaars op een eerste beroepservaring werkelijk te vergroten. Overwegende dat dit kaderakkoord beschouwd moet worden als een van de initiatieven die kaderen in het Plan voor de Tewerkstelling van de Brusselaars, zonder evenwel de plaats in te nemen van de reeds in dit plan vervatte doelstellingen om het aantal IBO/FPI met 500 per jaar te verhogen. Overwegende dat dit cijfer van nieuwe posten een vooropgesteld doel is en dat het gaat om een omkaderde «middelenverbintenis». De in de Economische en Sociale Raad aanwezige partijen: - De Gewestregering, vertegenwoordigd door de Minister-Voorzitter en de Minister van Tewerkstelling; - De sociale gesprekspartners die de werkgevers vertegenwoordigen, vertegenwoordigd door. Dhr. P THONON (Verbond van ondernemeingen te Brussel), Mevr F. WERTH, (UCM- Brussel) Dhr. A.VAN ASSCHE (UNIZO) et Dhr G. MAISSIN (BCSPO) ; - De sociale gesprekspartners die de werknemers vertegenwoordigen, vertegenwoordigd door. M. P. VAN MUYLDER (ABVV), Mme M. GERARD (ACV) et M. P. VANDENABEELE (ACLVB). komen overeen hetgeen volgt: Artikel 1: Doelstelling van het kaderakkoord en algemene verbintenissen van de sociale partners De partijen streven het doel na SBO IBO/FPI banen te creëren in de loop van de komende 12 maanden en een bijkomende stijging van 10% de volgende jaren. Hiertoe verbinden de partijen zich ertoe een reeks acties op het getouw te zetten om: - die twee maatregelen actief te bevorderen; - hun leden aan te sporen jobs te creëren in het kader van de SBO IBO/FPI maatregelen (voor de vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties); - hun leden aan te sporen in een SBO of een IBO/FPI maatregel te stappen (voor de vertegenwoordigers van de werknemers). BESOC Bladzijde 2 14/10/2008

3 Artikel 2: Verbintenissen van de vertegenwoordigers van de werkgevers De vertegenwoordigers van de werkgevers die het akkoord ondertekenen verbinden zich ertoe: a) de informatie over de SBO maatregelen actief bij hun leden te verspreiden; b) de informatie over de IBO/FPI maatregelen actief bij hun leden te verspreiden; c) de informatie over de Diversiteitsplannen die een incentive kunnen zijn voor de aanwerving van jonge Brusselaars, en in het bijzonder die van buitenlandse origine, actief bij hun leden te verspreiden; d) de informatie over de taalcheques, ICT(Informatie- en Communicatietechnologie)- cheques en opleidingscheques, die kunnen bijdragen tot de opleiding van de werkzoekenden en met name van de jongeren, actief bij hun leden te verspreiden; e) individueel contact op te nemen met de ondernemingen met werkgelegenheidspotentieel voor de jongeren om ze aan te sporen plaatsen voor een eerste beroepservaring te creëren; f) de ondernemingen begeleiden in hun zoektocht naar kandidaten (SBO IBO/FPI) of ze de weg wijzen naar partners die bekwaam zijn om die begeleiding te verzekeren en met name naar de Brusselse Dienst voor Werkgevers; g) de jongeren (al dan niet werkzoekende) die hun eigen baan willen creëren te begeleiden (hulp bij het opmaken van een bedrijfs- en financieel plan, steun bij de startfase,...) of ze de weg te wijzen naar bekwame partners om die begeleiding te verzekeren; h) elk informatiepakket aangaande de punten a) tot e) moet minstens de volgende inlichtingen bevatten: de inhoud van de maatregelen, de toekenningsvoorwaarden, de voordelen voor de werkgever, het bestuur (of elke andere gewestelijke instelling en de Brusselse Dienst voor Werkgevers in het bijzonder) waarbij de werkgever aanvullende informatie kan bekomen, de stappen die moeten gezet worden, zowel door de werkgever als door de werknemer. De informatie kan via de volgende kanalen verspreid worden: fiche op de internetsite, versturen van post of E-news, artikels in publicaties, organisatie van infosessies voor de leden, verspreiding tijdens seminaries of evenementen en/of via elk ander, door de instelling zelf georganiseerd kanaal. Artikel 3: Verbintenissen van de vakorganisaties De vakorganisaties die het akkoord ondertekenen verbinden zich ertoe: a) de informatie over de SBO en IBO/FPI maatregelen evenals over de Diversiteitsplannen actief bij het personeel van hun Centrales te verspreiden opdat deze laatsten er de promotie van zou kunnen voeren bij hun leden; b) de informatie over de SBO en IBO/FPI maatregelen evenals over de diversiteitsplannen actief bij hun vertegenwoordigers in de ondernemingen te verspreiden zodat die vertegenwoordigers de inhoud van die maatregelen en het statuut van de in dat kader tewerkgestelde werknemers zouden kennen; c) de informatie over de SBO en IBO/FPI maatregelen actief bij hun leden, en in het bijzonder hun jonge leden, te verspreiden; d) de jonge leden die hun eigen baan willen creëren de weg te wijzen naar bevoegde BESOC Bladzijde 3 14/10/2008

4 partners om hulp te verzekeren; e) elk informatiepakket aangaande de punten a) tot c) moet minstens de volgende inlichtingen bevatten: de inhoud van de maatregelen, de toekenningsvoorwaarden, de voordelen voor de werkgever, het bestuur (of elke andere gewestelijke instelling waarbij bijkomende informaties kan bekomen worden, de stappen die moeten gezet worden, zowel door de werkgever als door de werknemer. De informatie kan via de volgende kanalen verspreid worden: fiche op de internetsite, versturen van post of E-news, artikels in publicaties, organisatie van infosessies voor de leden en organisatie van ontmoetingen met ISPI-operatoren die partners zijn van Actiris en van Bruxelles-Formation evenals de begeleiders van de alternerende opleiding (voor de SBO II), verspreiding tijdens seminaries of evenementen en/of via elk ander, door de instelling zelf georganiseerd kanaal. Artikel 4. Gezamenlijke verbintenissen van de ondertekenaars om een tussenstation bij de sectoren te creëren. a) De sectoren met een Referentiecentrum zullen verzocht worden om, elk jaar, die maatregelen voor te stellen die ze zullen nemen om de aanwerving van jongeren in het kader van de SBO en de IBO/FPI te bevorderen. Die aanwervingen zullen gebeuren in de vorm van concrete en meetbare voorstellen. b) De vertegenwoordigers van de werkgevers en de vertegenwoordigers van de werknemers verbinden zich ertoe de informatie aangaande de SBO en de IBO/FPI maatregelen en de in onderhavig kaderakkoord vervatte verbintenissen actief door te sturen naar de sectoren, bijvoorbeeld via de sectorale fondsen. c) De vertegenwoordigers van de werkgevers en de vertegenwoordigers van de werknemers moedigen de ontwikkeling aan van concrete initiatieven die door elke sector gevoerd worden opdat deze zouden bijdragen tot het vooropgesteld doel. Artikel 5. Invoering van een meetinstrument bij Actiris. a) Aangezien het aantal in het kader van een IBO/FPI of van een SBO aangeworven jongeren duidelijk geïdentificeerd en geteld moet worden, vraagt de Regering Actiris, van zodra het kaderakkoord ondertekend is, een meetinstrument voor het gebruik van die twee programma's op punt te willen stellen. b) Dit instrument moet toelaten de situatie in verhouding tot het nagestreefde doel op elk ogenblik zo nauwkeurig mogelijk te bepalen. c) De cijfers zullen driemaandelijks door Actiris aan de Minister van Tewerkstelling en aan het BESOC medegedeeld worden. Artikel 6. Stuurcomité binnen het BESOC a) Er zal een werkgroep opgericht worden die zich zal bezighouden met de problematiek van de SBO en de IBO/FPI en die om de drie maanden zal samenkomen. b) Elke organisatie die onderhavig kaderakkoord ondertekent, zal erin vertegenwoordigd worden door een effectief en een plaatsvervangend lid. Aan de werkgroep zal eveneens een vertegenwoordiger van de Minister-Voorzitter, een vertegenwoordiger van de Minister van Tewerkstelling en een vertegenwoordiger van Actiris deelnemen. c) De werkgroep zal de volgende doelstellingen nastreven: BESOC Bladzijde 4 14/10/2008

5 - de evolutie van de implementatie van het akkoord volgen, met name op basis van de door Actiris geleverde cijfers; - een analysesysteem invoeren om maatregelen te identificeren die door de sectoren ontwikkeld zouden kunnen worden om bij te dragen tot de doelstelling; - aan de andere deelnemers de naar aanleiding van hun tussenkomst geïmplementeerde maatregelen voorstellen waarvan de resultaten in termen van metingen positief zijn en dit, om de andere ondertekenaars de gelegenheid te geven dit voorbeeld te volgen; - nieuwe gezamenlijke initiatieven voorstellen wanneer de werkgroep vaststelt dat de vooropgestelde doelstelling niet gehaald word. - de stuurgroep zal de opportuniteit onderzoeken om een studie te maken waarin de impact van de SBO en de IBO/FPI maatregelen geëvalueerd worden (en die bijvoorbeeld betrekking hebben op de eigenschappen van de werknemers die in een van die maatregelen tewerkgesteld zijn, op hun gebruik per activiteitensector, per type onderneming,...). d) Elk lid zal de moeilijkheden die het in de toepassing van het kaderakkoord ondervonden heeft aan de werkgroep overmaken. Het zal eveneens de vaststellingen of bijkomende voorstellen die van de werkgroep uitgaan aan zijn organisatie overmaken. e) Het secetariaat van die werkgroep zal verzekerd worden door de Economische en Sociale Raad. Artikel 7. Verbintenissen van de Regering a) De Regering waarborgt dat de ondertekenaars van onderhavig akkoord een beroep kunnen doen op de inzake tewerkstelling bevoegde Brusselse diensten, met name die van Actiris en van de Referentiecentra. De Regering vraagt Actiris de volledige informatie om hun verbintenissen na te kunnen komen ter beschikking te stellen van de ondertekenende organisaties. b) De Regering belast het Territoriaal pact voor de Werkgelegenheid ermee, in het kader van de diversiteit, een «kit voor de bevordering van de aanwerving van jongeren» te ontwikkelen, die alle instrumenten zal bevatten om de werkgevers te sensibiliseren voor de aanwerving van jongeren en in het bijzonder via de SBO en de IBO/FPI. Die kit zal ter beschikking staan van de ondertekenende organisaties en zal eveneens door de sectoren aangepast kunnen worden in functie van hun bijzonderheden. c) De Regering waarborgt dat de werkaanbiedingen die resulteren uit de initiatieven van de sociale partners met het oog op het bereiken van nieuwe posten tijdens de komende 12 maanden op een gecentraliseerde wijze door Actiris behandeld zullen worden (in functie van de vraag van de onderneming). d) De Regering zorgt ervoor dat het gebruik van de verschillende voordelen bij aanwerving en meer bepaald de cheques (taal, ICT, opleiding) systematisch door Actiris zou voorgesteld worden aan de ondernemingen die een werkaanbieding overmaken in het kader van dit kaderakkoord. Artikel 8: Evaluatie van het kaderakkoord Een eerste evaluatie van onderhavig kaderakkoord zal gebeuren een jaar na de ondertekening ervan. In voorkomend geval zal het kaderakkoord aangepast kunnen worden. Deze evaluatie zal plaatsvinden binnen het BESOC. Elk jaar zal er een evaluatie plaatsvinden, op initiatief van de werkgroep. BESOC Bladzijde 5 14/10/2008

6 Artikel 9: Duur van het kaderakkoord Onderhavig kaderakkoord is van toepassing zodra het door de partijen ondertekend is en geldt voor onbepaalde duur. De partijen zullen in onderling akkoord kunnen beslissen een einde te maken aan de toepassing van het kaderakkoord. Deze beslissing zal, in voorkomend geval, binnen het BESOC genomen worden. Anderzijds zal elke partij eenzijdig een einde kunnen maken aan de verbintenissen die zij is aangegaan. In dat geval zal zij het BESOC op de hoogte brengen van haar beslissing en van de redenen voor haar terugtrekking. Dit punt zal op de agenda geplaatst worden van een vergadering van het BESOC. Het op 14 oktober 2008 verenigde Economische en Sociaal Overleg Comité neemt het aan. Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Charles PICQUE Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Openbare Netheid, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Minister van Tewerkstelling, Economie, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp BESOC Bladzijde 6 14/10/2008

7 Voor de representatieve werkgeversorganisaties en de Middenstandorganisaties Pierre THONON Administrateur-directeur général de UEB/BECI Anton VAN ASSCHE UNIZO-Regio Brussel Francine WERTH Politiek Secretaris UCM Gabriel MAISSIN Ondervoorzitter van de BCSPO BESOC Bladzijde 7 14/10/2008

8 Voor de representatieve werknemersorganisaties Myriam GERARD Gewestsecretaris ACV Philippe VAN MUYLDER Algemeen Secretaris ABVV Philippe VANDENABEELE Gewestsecretaris ACLVB BESOC Bladzijde 8 14/10/2008