1.2 Schakelopdrachten van Loc-extrafuncties aan verschillende plaatsen van het schakelverloop in Automatiekbedrijf activeren.

Transcriptie

1 De nieuwe Lissy-ontvanger heeft als opvolger van de Lissy-ontvanger extra nieuwe functies: Lokindividuele wachttijd bij automatiekbedrijf in het Pendelverkeer, Stoppositie en Blockpositie, Activeren van Lok-extrafuncties aan verschillende plaatsen in het schakelafloop van het automatiekbedrijf, Inrichten van een Omrijspoor met specifieke eigenschappen van een Stations-besturing. In deze beschrijving worden alleen de nieuwe functies beschreven. Technische data, Inbouw en programmering zijn gelijk aan de beschrijving van de Lissy-ontvanger volgens Lissy-handboek hoofdstuk Nieuwe, uitgebreide functies in automatiekbedrijf bij Pendelverkeer, Stoppositie en Blockpositie. Bij waren schakelopdrachten van extra functies in automatiekbedrijf alleen op de laatste plaats van een schakelafloop mogelijk. Er was alleen een wachttijd die voor allee locs hetzelfde was. De volgorde was tot nu toe: Vervolg Functie Zo ja, dan 1 Zijn magneetartikel, rijwegen of terugmeldingen vlg. LNCV te zenden uitvoeren 2 Is een wachttijd vlg. LNCV 5 geprogrammeerd? afwachten 3 Zijn individuele snelheidsveranderingen vlg. LNCV te zenden? uitvoeren 4 Zijn Loc-extrafunctie opdrachten vlg. LNCV te zenden? uitvoeren De Vervolg werd een keer doorlopen als de trein de sensor had bereikt, en nog een keer als de trein bij het signaal vertrok omdat het Blockuitritsignaal groen gaf. Hierbij werd de nummer 2 van de Vervolg alleen dan uitgevoerd, als het Blockuitritsignaal van rood op groen geschakeld werd, dus de trein vertrekken mocht. Het werd niet uitgevoerd als de trein bij aankomst aan de sensor een groen gevend Blockuitritsignaal zag. Deze schakelafloop is bij behoorlijk uitgebreid, en ziet, inclusief de lokindividuelen Stoptijd nu als volgt uit: 1

2 Vervolg Functies Zo ja, dan 1 Zijn Loc-extrafunctie opdrachten vlg. LNCV aan positie 0 te zenden? uitvoeren 2 Zijn magneetartikel, rijwegen of terugmeldingen vlg. LNCV te zenden? uitvoeren 3 Zijn Loc-extrafunctie opdrachten vlg. LNCV aan positie 1 te zenden? uitvoeren 4 Is een wachttijd vlg. LNCV 5 geprogrammeerd? afwachten 5 Zijn Loc-extrafunctie opdrachten vlg. LNCV aan positie 2 te zenden? uitvoeren 6 Is er een loc individuele wachttijd voor een loc vlg. LNCV geprg? afwachten 7 Zijn Loc-extrafunctie opdrachten vlg. LNCV aan positie 3 te zenden? uitvoeren 8 Zijn individuele snelheidsveranderingen vlg. LNCV te zenden? uitvoeren 9 Zijn Loc-extrafunctie opdrachten vlg. LNCV aan positie 4 te zenden? uitvoeren Functies 4 tot 7 worden in deze volgorde alleen uitgevoerd, als het Blockuitritsignaal van rood op groen geschakeld wordt, dus de trein vertrekken mag. Ze worden niet uitgevoerd als de trein bij aankomst aan de sensor een groen gevend Blockuitritsignaal ziet. 1.1 Loc individuele Wachttijd: Tot nu toe werd via LNCV 5 vastgelegd, hoe lang een trein wacht, alvorens deze, nadat het Blockuitritsignaal groen is, wegrijdt. Bij de kan nu extra bij deze wachttijd een loc-individuele wachttijd vastgelegd worden, zo kan dus bv. een Goederentrein langer op het station staat als een Sneltrein. De programmering gaat via volgende LNCV s: LNCV Omschrijving Voertuig-adressen die de wachttijd activeren Wachttijden in seconden ( ) De voertuigadressen worden op dezelfde wijze geprogrammeerd, die ook voor alle anderen functies van het schakelbedrijf gelden. Zie Lissy-handboek, hoofdstuk De Loc individuele wachttijd is alleen in de bedrijfskeuze Tijdgestuurde Pendelverkeer vreemd-gestuurde Pendelverkeer, Oponthoudstpositie en Blockpositie beschikbaar. 1.2 Schakelopdrachten van Loc-extrafuncties aan verschillende plaatsen van het schakelverloop in Automatiekbedrijf activeren. Zoals boven in de Vervolg-tabel van het automatiekbedrijf weergegeven, zijn er nu 5 posities, waar een actie, die een Loc-extrafunctie schakelt, geactiveerd kan worden. Via de Optie voor het schakelen van extra-functies kan vastgelegd worden, wanner de geprogrammeerde schakelfunctie in de schakelverloop uitgevoerd moeten worden. Hiervoor geldt: 2

3 Berekening van Opdracht-opties voor het veranderen van Loc-extraopties Options-nr Omschrijving Keuze Waarde Som 1 Rijrichting niet uitlezen 0 Rijrichting van S1 naar S2 2 Rijrichting van S2 naar S1 3 2 Schakelfunctie 2 of 3 0 Automatiekfunctie 4-10, 20-26: bij bereiken sensor 0 Automatiekfunctie 4-10, 20-26: bij vertrek 4 3 Extra functie uitschakelen 0 Extra functie inschakelen 8 Extra functie veranderen 16 4 Extra functie tijdgestuurd veranderen 32 5 Schakelduur in seconden (max. 31 seconden) * Positie in de Vervolgvolgorde (0-4) *8192 Berekende Waarde voor LNCV 40 tot 49 Met deze uitbreiding is het nu bv. mogelijk, om in het automatiekbedrijf bij het wegrijden van een Loc in een Blockgedeelte, meerdere Extra-functies te schakelen. Voorbeeld: Een voertuig met adres 15 moet in het Blockbedrijf als eerste Geluid het sluiten van deuren (f3) uitvoeren en aansluitend, bij het wegrijden een fluitsignaal (f2). In dit voorbeeld moet de Extra-functie van het deuren-geluid aan positie 2 gestuurd worden, en de Extra-functie voor het fluiten aan positie 4 De twee gebeurtenissen moeten in verschillende LNCV s geprogrammeerd worden. Als uitbreiding kan een pauze van 5 seconden tussen de twee geluiden via een Loc individuele wachttijd ingesteld worden. 3

4 De programmering hiervoor om de Extra-functie f3 aan positie 2 voor 1 seconde inschakelen is: Berekening van Opdracht-opties voor het veranderen van Loc-extraopties Options-nr Omschrijving Keuze Waarde Som 1 Rijrichting niet uitlezen 0 Rijrichting van S1 naar S2 x 2 2 Rijrichting van S2 naar S1 3 2 Schakelfunctie 2 of 3 0 Automatiekfunctie 4-10, 20-26: bij bereiken sensor 0 Automatiekfunctie 4-10, 20-26: bij vertrek x Extra functie uitschakelen 0 Extra functie inschakelen x 8 8 Extra functie veranderen 16 4 Extra functie tijdgestuurd veranderen x Schakelduur in seconden (max. 31 seconden) * 256 1s Positie in de Vervolgvolgorde (0-4) * Berekende Waarde voor LNCV 40 tot

5 Voor het Inschakelen van de Extra-functie f2 aan positie 4 voor 1 seconde geldt: Programmering van Functie-opdrachten Opdracht LNCV Adres Waarde Optie Programmering van Wachttijden Opdracht LNCV Adres Waarde Stations-besturing met Omrijspoor: De Stations besturing van de Lissy-ontvanger is met een Stations-omrijspoor uitgebreid. Het extra spoor dient als omrijspoor van het station met een daarvoor bestemd spoor. Het spoor heeft voor bewaking geen eigen Lissy-ontvanger nodig. Iedere trein die het spoor gebruikt, gebruikt het zonder tussenstop om van de stations inrit, -Block met manager-, naar de stations uitrit Block met uitritmanager te komen. Het omrijspoor kan op twee verschillende manieren gebruikt worden: 1. Als een bepaalde magneetartikel op groen geschakeld wordt, rijden alle treinen, welke bij de Block van de manager aankomen, via het omrijspoor direct naar het Block van de manager. In dit geval reageert de manager als een Blockpositie, die zich in de rijrichting direct voor het Block van de manager bevindt. De automatiek gaat er nu van uit, dat, als het Blockuitritsignaal op groen staat, ook de rijweg naar het omrijspoor goed gesteld is. 2. Wordt de magneetartikel op rood geschakeld, rijden alle treinen, die in de LNCV s weggeschreven zijn, over het omrijspoor. 5

6 2.1 manager : Het omrijspoor wordt van de manager door de LNCV s 13, 120 en met volgende betekenis gecontroleerd: Het magneetartikeladres, welke het omrijspoor voor alle treinen kiest (positie groen van dit magneetartikel) of voor bepaalde treinen (positie rood van dit magneetartikel) Lissy-ontvanger-adres met welke de manager het omrijspoor bezet of vrij meldt. Attentie: Dit adres mag door geen andere Lissy-ontvanger gebruikt worden. Adressen van de treinen, die via het omrijspoor het station voorbijrijden moeten. Hier kan een individuele loc adres of een treincategorie ingegeven worden. Er zijn tot 6 verschillende inschrijvingen mogelijk. LNCV Omschrijving Waarde-bereik 2 Automatiekfunctie manager 8 of Betekenis van de LNCV ingeval LNCV 2 de waarde 8 of 24 krijgt Omrijspoor per magneetartikel sturen Magneetartikel groen = Iedere trein gebruikt het Omrijspoor Magneetartikel rood = alleen de in LNCV ingeschreven treinen en trein-categorieën gebruiken het Omrijspoor Adres, met welke de manager het Omrijspoor als bezet of vrij meldt. Het adres (LNCV 0) mag van geen andere Lissy-ontvanger gebruikt worden. 121 Wordt niet gebruikt Adressen (1-9999) of trein-categorieën ( ) van de locs, die Het Omrijspoor automatisch berijden moeten Functiebeschrijving: De manager meld het omrijspoor bezet, zodra een trein arriveert, welke voor dit spoor bestemd is. Is de magneetartikel met het adres vlg. LNCV 13 op groen geschakeld, (alle treinen moeten het station omrijden) zolang meldt de manager het omrijspoor niet als vrij, net zolang, totdat hetzelfde magneetartikel weer op rood geschakeld wordt. Is de Lissy-ontvanger als manager geprogrammeerd, en heeft deze programmering een omrijspoor in LNCV 120, dan wordt een gelijktijdige geprogrammeerde tijdafhankelijke Blockvrijmelding vlg. LNCV 10 ignoreert, en wordt de Block altijd dan als vrij gemeld, als het Blockuitritsignaal (LNCV 6) van groen op rood geschakeld wordt. 6

7 2.2 manager: Het omrijspoor wordt in de manager door de LNCV s 13 en 120 tot 123 met volgende betekenis gecontroleerd: Het adres van de manager van het Station Lissy-ontvanger-adres, met welke de manager het omrijspoor bezet of vrij meld (LNCV 120 van de inritmanager). Attentie: Het adres mag van geen andere Lissy-ontvanger gebruikt worden De opdracht voor het schakelen van een rijweg in de Intellibox of de IB-Switch. Deze rijweg moet alle wisselschakelingen geprogrammeerd hebben, die de rijweg vanaf de Block van de inritmanager naar het Block van de uitritmanager vrij-schakelen. De laatste opdracht van de rijweg moet altijd het stations inritsignaal op groen schakelen. Wordt de stations-omrijweg geactiveerd, en de gewenste trein bij de sensor van de uitritmanager aankomt, moeten nu voor een beveiligd Blockverkeer het uitritsignaal van de Block met de manager op rood en het inritsignaal van deze Block op groen geschakeld worden. Deze twee schakelingen zijn niet de schakelingen, die via de LNCV s 7 en 8 in stations-bedrijf via de sporen 1-10 uitgevoerd worden. Bij het arriveren van een trein, die zijn weg via het omrijspoor heeft gereden, worden derhalve de schakelingen uit LNCV 7 en 8 door de LNCV 122 en 123 vervangen. LNCV Omschrijving Waard bereik Betekenis van de LNCV, als de LNCV 2 de waarde 9, 10, 25 of 26 krijgt Samenvoeging van de functies manager en manager 0 = Geen samenvoeging van en manager = Wordt hier het adres van LNCV 0 van de bijhorende manager weggeschreven, dan berekend de manager, of bij de opgegeven manager een loc wacht om het station in te rijden. De manager maakt een spoor vrij zodat de wachtende trein het station kan inrijden. De voorwaarde hiervoor is, dat de weggeschreven waardes in de LNCV van alle twee managers hetzelfde geprogrammeerd zijn. Buitendien wordt automatisch een nieuwe trein-keuze gemaakt, indien een stationsbesturing met omrijspoor de toestand alle treinen moeten via het omrijspoor rijden", weer in normaal-bedrijf gezet wordt. 120 Adres, de manager gebruikt dit om het omrijspoor bezet of vrij te melden Dit adres (LNCV 0) mag geen andere Lissy-ontvanger gebruiken 121 Rijweg van Stations-inrit naar Stations-uitrit Opdracht voor het schakelen van de rijweg in de Intellibox of IB-Switch, die van de station inrit (Block met inritmanager) naar het stations-uitrit (Block met uitritmanager) gaat. 122 Komt een trein vanaf het omrijspoor binnen, wordt i.p.v. de opdracht uit LNCV 7, de hier geprogrammeerde opdracht uitgezonden. (Prog. zie LNCV 7) Komt een trein vanaf het omrijspoor binnen, wordt i.p.v. de opdracht uit LNCV 8, de hier geprogrammeerde opdracht uitgezonden. (Prog. zie LNCV 8) 0 =

8 Functiebeschrijving: Voor de manager is het omrijspoor een Stations-spoor met twee bijzondere eigenschappen: 1. Is het spoor bezet, zo wordt met voorrang, op alle andere sporen de rijweg voor dit spoor vrijgegeven en de rijweg vlg. LNCV 121 geschakeld. 2. Wordt het spoor vrijgegeven, zo worden bij aankomst van een trein de LNCV s 7 en 8 door de LNCV s 122 en 123 vervangen. Bevat de manager per magneetartikel de opdracht, om alle treinen over het omrijspoor te laten rijden, geeft deze voor het omrijspoor geen vrij-melding uit. De manager laat nu direct alle aankomende treinen over het omrijspoor rijden. Dat betekend, zodra het Block van de manager vrij wordt, dat het inritsignaal van het station op groen geschakeld wordt, er een aankomende trein meteen over het omrijspoor naar het Block van de Uitrijmanager rijden kan. Heeft de manager een dergelijke rit vrijgegeven, en de rijweg via het omrijspoor is geschakeld, dan wacht de uitritmanager op het arriveren van de trein. Wordt in deze toestand de inritmanager via de magneetartikel vlg. LNCV 13 weer in de toestand gezet treinen in het station te laten rijden, dab meld de manager het omrijspoor spontaan weer vrij. Om geen onvrijwillige treinbotsingen te krijgen, wacht de uitritmanager tot het tijd punt dat bij de inritmanager een trein aankomt. Hierna kiest de uitritmanager een nieuwe trein, en wordt een nieuwe rijweg geschakeld om uit het station te kunnen rijden. Deze nieuwe keuze kan alleen uitgevoerd worden, als bij de uitritmanager de LNCV 13 met het sensoradres van de bijhorende inritmanager geprogrammeerd is. Voorbeeld 1: Stations-besturing met 3 Station sporen en een Omrijspoor Het, automatisch, in bedrijf zijnde Station, bestaat uit drie stations sporen en een omrijspoor. De stations sporen 1 tot 3 worden van alle treinen bereden, behalve van treinen met treincategorie 4 en de loc met adres 200. Treinen met categorie 4 en de loc 200 rijden om het station via het omrijspoor. Het magneetartikeladres 100 zorgt ervoor dat alle treinen via het omrijspoor kunnen rijden. Met magneetartikeladres 130 wordt de gehele stations-besturing uitgeschakeld. Basisprogrammering van de LNCV s 0-15 van de vijf Lissy-ontvangers LE Functie LNCV manager Blockpositie Blockpositie Blockpositie manager

9 Programmering van de Lissy-ontvanger LE110 (manager) LNCV Spoor Spoor Spoor Omrijspoor Programmering van de Lissy-ontvanger LE120 (manager) LNCV Spoor Spoor Spoor Omrijspoor Programmering van Rijwegen in de IB-Switch Rijwegen Nummer Rijwegen functie Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Omrij Spoor 7 bezet Station signaal op rood Rijwegen zetten Via terugmelding bezet bezet bezet bezet bezet bezet Stap R 113 R 113 G 122 R 123 R 123 G 113 R 101 R Stap G 112 R 110 G 121 R 122 G 122 G 112 G 102 R Stap R 110 G 101 G 121 R 121 R 111 G 103 R Stap G 102 G 103 G 121 G Stap G 8 bezet 9

10 Voorbeeld 2 : Zelfde, maar met een andere Spoorplan Basisprogrammering van de LNCV s 0-15 van de vijf Lissy-ontvangers: LNCV LE Functie 110 manager Blockpositie Blockpositie Blockpositie manager Programmering van de Lissy-ontvanger LE110 (manager): LNCV Spoor Spoor Spoor Omrijspoor Programmering van de Lissy-ontvanger LE120 (manager): LNCV Spoor Spoor Spoor Omrijspoor

11 Programmering van de Rijwegen in de Intellibox: Rijweggroep en nummer Rijwegfunctie 2/1 2/2 2/3 2/4 2/5 2/6 2/7 2/8 Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Omrij spoor Magneetartikel Stap R 113 R 113 G 121 R 122 R 123 G 113 R 101 R Stap G 112 R 110 G 122 G 123 R 103 G 112 G 102 R Stap R 110 G 123 R 102 G 111 G 103 R Stap G 101 G 121 G Stap 4 Stap 5 Stap 6 Bovenstaand voorbeeld, wordt met de onderstaande tabellen, met de rijwegen van een IB-Switch gerealiseerd. 122 G 123 R 110 G Station signaal op rood Basisprogrammering van de LNCV s 0-15 van de vijf Lissy-ontvangers: LNCV LE Functie 110 manager Blockpositie Blockpositie Blockpositie manager

12 Programmering van de Lissy-ontvanger LE110 (manager): LNCV Spoor Spoor Spoor Omrijspoor Programmering van de Lissy-ontvanger LE120 (manager): LNCV Spoor Spoor Spoor Omrijspoor Programmering van de Rijwegen in de IB-Switch : Rijwegen nummer Rijwegfunctie Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Omrij spoor Station signaal op rood Rijwegen bepalen 1 bezet 2 bezet 3 bezet 4 bezet 5 bezet 6 bezet 7 bezet 8 bezet via terugmelding Stap R 113 R 113 G 121 R 122 R 123 G 113 R 101 R Stap G 112 R 110 G 122 G 123 R 103 G 112 G 102 R Stap R 110 G 123 R 102 G 111 G 103 R Stap G 101 G 121 G Stap G Stap R Stap G 12

13