3. De globale aanpak voor wat betreft controle op radioactieve bronnen

Transcriptie

1 Verslag aan de Koning Sire, 1. Inleiding Sinds eind jaren 90, begin 2000 buigen de internationale instanties (IAEA, Euratom...) zich over de beveiliging en veiligheid van radioactieve bronnen. De Europese Commissie achtte het nodig om de opvolging en traceerbaarheid te verhogen van die ingekapselde bronnen die de meeste gezondheidsrisico's inhouden. Zo wordt vermeden dat ze ontsnappen aan de gepaste controles (verlies, diefstal, vergetelheid...) en dat ze in handen vallen van personen die niet bewust zijn van hun aard en de risico's die ze inhouden. Daarnaast moet worden vermeden dat deze bronnen onaangepaste behandelingen ondergaan (vermaling bij de recyclering van metalen...) en dat ze mens en milieu besmetten of blootstellen aan gevaarlijke stralingen. Zo ontstond richtlijn nr. 2003/122/Euratom van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2003 betreffende de controle op hoogactieve ingekapselde radioactieve bronnen en weesbronnen. Deze richtlijn heeft tot doel om de geldende reglementaire bepalingen inzake radioprotectie aan te vullen (Richtlijn 96/29/Euratom van de Raad van 13 mei 1996). De richtlijn werd omgezet in het Belgische recht via het koninklijk besluit van 23 mei 2006 tot wijziging van het Algemeen Reglement op de Bescherming tegen de Ioniserende Stralingen (koninklijk besluit van 20 juli 2001). Een herziening van deze richtlijnen werd uitgebracht op 05 december 2013 (RICHTLIJN 2013/59/EURATOM van de Raad van de Europese Unie) tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming tegen de gevaren verbonden aan de blootstelling aan ioniserende straling, en houdende intrekking van onder andere de richtlijn 2003/122/Euratom. 2. Historiek Het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) is de federale overheid bevoegd voor de bescherming van bevolking, werknemers en leefmilieu tegen de gevaren van ioniserende stralingen. Het vergunt inrichtingen uit de nucleaire sector (van kerncentrales, splijtstoffabrieken, tot diensten nucleaire geneeskunde in ziekenhuizen, verschillende industriële bronnen en radiografietoestellen bij tandartsen) en oefent hier controle en toezicht uit. Bronnen die een groter risico inhouden kunnen gecategoriseerd worden als hoogactieve ingekapselde bronnen (HAIB) op basis van hun activiteit en type nuclide. De grens voor HAIB wordt bepaald vanaf een dosisdebiet groter of gelijk aan 1 msv/uur op 1 meter, uitgezonden door een naakte, ingekapselde bron. De grenswaarden waarboven ingekapselde bronnen beschouwd werden als HAIB werden beschreven in bijlage VI van het KB van 20/07/2001. Ten gevolge van de RICHTLIJN 2013/59/EURATOM werden deze grenswaarden herzien. Bovendien zal de huidige wetgeving worden aangevuld en verduidelijkt voor wat betreft de opvolging van alle ingekapselde bronnen. 3. De globale aanpak voor wat betreft controle op radioactieve bronnen De controle op verlies en/of diefstal van radioactieve bronnen steunt op volgende pijlers: Opslag en/of gebruik onder vergunning;

2 Periodieke controle door dienst fysische controle en erkende instelling; Opleiding personeel; Melding van incidenten; Markering; Inventarisering. Het vergunnings- en controlemechanisme, opleiding voor het personeel en melding van incidenten zijn van toepassing op radioactieve bronnen. Op deze principes zijn in dit kader geen wijzigingen aangebracht. De specifieke verplichtingen voor HAIB s zijn niet gewijzigd voor wat betreft vergunning, periodieke controle en testen, opleiding en melding incidenten. Voor wat betreft markering en inventarisering is de huidige regelgeving verduidelijkt en uitgebreid naar alle ingekapselde bronnen dus niet enkel beperkt voor HAIB s. De definitie voor HAIB werd herzien en vereenvoudigd om verwarring te vermijden. Een HAIB wordt gedefinieerd op basis van de werkelijke ogenblikkelijke activiteit en niet op basis van de nominale activiteit op het ogenblik van productie of levering. Een nieuwe definitie en bijhorende verplichtingen voor afgedankte ingekapselde bron werd opgenomen in de regelgeving. Deze verplichtingen hebben als doel om te voorkomen dat afgedankte ingekapselde bronnen nodeloos aanwezig blijven op site gedurende lange tijd. Een paragraaf werd toegevoegd die de vereisten voor de fabrikant beschrijft m.b.t. de markering, signalisatie en documentatie van ingekapselde bronnen. Verder worden de levensloopfiches in zijn huidige vorm afgeschaft. De fiches worden vervangen door het versturen van de - in de levensloopfiche opgenomen informatie via elektronische weg. Deze aanpassing kadert in de administratieve vereenvoudiging en in de doelstelling om een centrale fysieke inventaris aan te leggen van alle ingekapselde bronnen in heel België. Deze verplichting is niet uitsluitend meer geldig voor HAIB s maar is uitgebreid naar alle ingekapselde bronnen vermits deze ook nog grote risico s met zich mee kunnen brengen in geval van verlies of diefstal. 4. Artikelsgewijze bespreking : Artikel 75 bis Definities: "ingekapselde bron": een radioactieve bron waarvan het radioactieve materiaal permanent in een omhulsel is ingekapseld, dan wel gebonden is in vaste vorm teneinde onder normale gebruiksomstandigheden iedere verspreiding van radioactieve stoffen te voorkomen; Aan deze definitie werd niets fundamenteels gewijzigd. Het omhulsel waarvan sprake maakt deel uit van de eigenlijke bron en is dus geen extern omhullende verpakking zoals bronhouder of vervoers- of opslagcontainer. "hoogactieve ingekapselde bron": een ingekapselde bron waarin de activiteit van de erin vervatte radionuclide gelijk is aan of meer bedraagt dan waarden voor de overeenstemmende activiteit als vermeld in bijlage VI; De definitie spreekt niet meer over activiteit op datum van productie of, indien niet bekend, op

3 datum wanneer de bron op de markt wordt gebracht. Het betreft de werkelijk ogenblikkelijke activiteit. Dit betekend dat een HAIB in de loop van zijn levensduur op een bepaald moment niet meer beschouwd kan worden als een HAIB. Het verliezen van deze status betekend echter niet dat aan alle verplichtingen niet meer moet voldaan worden vermits vele verplichtingen uitgebreid werden van HAIB naar alle ingekapselde bronnen. bronhouder : de insluiting van een ingekapselde bron, die geen geïntegreerd onderdeel van de bron is, maar bedoeld is voor normale uitbating of opslag; Een bronhouder is dus een typisch recipiënt of toestel die een radioactieve bron bevat tijdens uitbating of opslag. Een bronhouder is niet noodzakelijk een transportcontainer vermits hier specifieke regelgeving op van toepassing is. Het is wel mogelijk dat een bronhouder voor gebruik ook als transportcontainer kan fungeren indien deze beschikt over de nodige documentatie (bv. gammagrafiecontainer). fabrikant : elke natuurlijke of rechtspersoon die een bron vervaardigt; leverancier : elke natuurlijke of rechtspersoon die een bron levert of ter beschikking stelt; afgedankte ingekapselde bron : een ingekapselde bron die niet langer wordt gebruikt voor de handeling waarvoor een vergunning was verleend; Dit betreft dus een ingekapselde bron die vergund is voor een bepaalde toepassing of handeling en die zich in de praktijk in een andere configuratie bevindt. Bijvoorbeeld een bron vergund voor diktemeting die zich in praktijk in (tijdelijke) opslag bevindt. Een afgedankte ingekapselde bron kan eventueel zijn status van afgedankt terug verliezen indien deze bron opnieuw in een vergunde toepassing wordt gebruikt. overdracht van een ingekapselde bron : de overdracht van een ingekapselde bron van de ene houder aan de andere; houder : elke natuurlijke of rechtspersoon die verantwoordelijk is voor een ingekapselde bron, met inbegrip van fabrikanten en leveranciers; Artikel 75 ter. Fabrikanten van ingekapselde bronnen 1. Iedere fabrikant van ingekapselde bronnen is ertoe gehouden: 1 ) een uniek bronnummer op de ingekapselde bron te graveren of te stempelen indien dit praktisch uitvoerbaar is. Dit uniek bronnummer moet het mogelijk maken om de ingekapselde bron te identificeren bij verlies of te traceren gedurende de gehele levensduur van de bron. Dit nummer dient dus duurzaam te worden aangebracht door middel van graveren of stempel. 2 ) de bronhouder en, voor zover praktisch mogelijk, de bron zelf te markeren en te etiketteren met een passend waarschuwingsteken voor het stralingsgevaar. Het stralingssymbool moet zichtbaar aangebracht worden zo dicht mogelijk bij de ingekapselde bron.

4 3 ) een foto te verstrekken van de bron en van de typische bronhouder, de transportverpakking, de apparatuur en de uitrusting aan de exploitant die deze bron heeft verworven. Van de verplichting tot het maken van foto's kan worden afgeweken, indien kan worden aangetoond dat deze praktijk een inbreuk zou zijn op het basisprincipe opgenomen in artikel b) van onderhavig besluit. In dat geval wordt, in overleg met het Agentschap bepaald welke vervangende identificatiegegevens moeten worden voorgelegd. Deze informatie is nuttig bij de afvoer achteraf van de bron. Deze informatie zal het mogelijk maken om een gepast afvoerscenario (demontage, transportcontainer, acceptatie, ) te bepalen van de bron. 4 ) voor elke ingekapselde bron schriftelijke documentatie te voorzien. Deze omvat minstens het uniek bronnummer en informatie betreffende de verplichtingen waarvan sprake in lid 1 en 2 en de foto s waarvan sprake in lid 3. De informatie in punt 1, 2 en 3 dient schriftelijk te worden gedocumenteerd zodat deze informatie kan bewaard worden gedurende de hele levensduur en eventueel kan overgedragen worden naar een nieuwe houder (zie punt 5 ) 5 ) te zorgen dat bij overdracht elke ingekapselde bron vergezeld gaat van de schriftelijke documentatie waarvan sprake in lid 4. Artikel 2. Ingekapselde bronnen 1. De exploitant dient de gegevens van elke ingekapselde bron over te maken aan het Agentschap overeenkomstig artikel van onderhavig besluit. Alle gegevens die gevraagd werden in de oude levensloopfiches zijn opgenomen in de informatie die gevraagd wordt om over te maken volgens art Deze informatie en de wijze van versturen wordt beschreven in het Technisch reglement van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle tot bepaling van de modaliteiten betreffende de overdracht van bepaalde gegevens uit de inventaris van ingedeelde inrichtingen van klasse I, II en III aan het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. Wanneer afzonderlijke ingekapselde bronnen een fysische entiteit vormen en als dusdanig enkel in deze configuratie kunnen gebruikt worden en in normale omstandigheden enkel door de fabrikant in deelcomponenten kan gescheiden worden, kunnen deze bronnen als één enkel item worden beschouwd, mits akkoord van het Agentschap. In het geval van brachytherapiebronnen kunnen ingekapselde bronnen worden geleverd en ingepland die opgebouwd zijn uit afzonderlijke bronnetjes. Deze bronnen worden achteraf gerecupereerd uit de patiënt maar zijn te beschouwen als één kit bronnen en dienen niet afzonderlijk in de inventaris vermeld te worden. 2. Voor elke afgedankte ingekapselde bron dient deze ofwel opnieuw in gebruik te worden genomen binnen de 5 jaar ofwel dient een nieuwe bestemmeling te worden gevonden ofwel dient deze in vervalstockage te worden beheerd. Deze bestemmeling dient, in volgorde van voorkeur, een andere exploitant, een fabrikant, een leverancier of NIRAS te zijn. Hierdoor wordt voorkomen dat bronnen meer dan 5 jaar aanwezig blijven zonder dat ze gebruikt worden waarvoor ze dienen. Er moet een duidelijke visie zijn wat de bestemming zal worden van dergelijke bronnen. Dit is nodig om te vermijden dat bronnen worden bijgehouden louter uit

5 financiële of organisatorische redenen. 3. In het geval van afvoer naar een andere exploitant, fabrikant, leverancier of NIRAS dient de exploitant voor elke afgedankte ingekapselde bron, binnen de 5 jaar na uitgebruikname, in het bezit te zijn van een overnamecertificaat. In het geval van vervalstockage van een afgedankte ingekapselde bron dient vrijgave plaats te vinden binnen een periode van maximaal 10 jaar na uitgebruikname. Binnen de 5 jaar na uitgebruikname dient een afgedankte ingekapselde bron effectief verwijderd zijn. Rekening houdend met de tijd nodig voor karakterisatie, verpakking en vervoer dient tijdig de afvoerprocedure te worden ingezet. Vervalstockage van ingekapselde bronnen is enkele mogelijk indien vrijgave zeker kan plaatsvinden binnen een periode van maximaal 10 jaar. Op basis van de activiteit, de vrijgavelimieten en de halfwaardetijd dient dit scenario berekend te worden. Voorafgaand dient geanalyseerd worden of dit scenario haalbaar is. 4. Een afgedankte ingekapselde bron waarvan de geldigheid van het speciale vorm certificaat dreigt te vervallen binnen de evacuatieperiode van 5 jaar na uitgebruikname waarvan sprake in art. 2.2, dient zo snel mogelijk te worden overgedragen en dit ten laatste voor de effectieve geldigheid van het speciale vorm certificaat komt te vervallen. Deze vervroegde afvoer voor dit specifieke geval is nodig om er zeker van te zijn dat de bron zal kunnen getransporteerd worden. Het vervallen van het speciale vorm certificaat kan rechtstreekse gevolgen hebben voor het vervoer van een bron, waardoor afvoer binnen 5 jaar onmogelijk wordt. 5. Een overdracht van een bron kan slechts plaatsvinden nadat de houder van een ingekapselde bron zich er op voorhand van heeft vergewist dat de toekomstige houder een passende vergunning heeft. Om te voorkomen dat bronnen in niet-vergunde inrichtingen terecht komen wordt een verantwoordelijkheid gelegd bij diegene die de bron overdraagt naar een andere partij. Het is de verantwoordelijkheid van de houder om te controleren of de nieuwe houder wel degelijk beschikt over de toelating om deze bron te kunnen overnemen. 6. Het uniek bronnummer waarvan sprake in artikel 75 ter.1.1 dient steeds te worden aangebracht op de bronhouder die de bron bevat. Indien dit praktisch niet uitvoerbaar is, dient een alternatieve aanpak te worden gehanteerd die de identificatie van de aanwezige bron in de bronhouder mogelijk maakt. Het unieke bronnummer is, wegens reden van stralingsbescherming, in de praktijk zelden zichtbaar vermits deze aangebracht wordt op de ingekapselde bron zelf. De bronhouder is vaak de dichtste plaats bij de bron waar mensen mee in contact komen. De bronnummers zijn gekend op basis van de informatie van de fabrikant of leverancier. Uit het oogpunt van controle en traceerbaarheid is het belangrijk dat het bronnummer op de container overeenkomt met het bronnummer van de werkelijke bron. Dit om te voorkomen dat er in tussentijd andere bronnen worden geladen of vervangingen gebeuren zonder het volgen van de correcte procedures. Het bronnummer op de container is in de praktijk ook vaak de unieke link tussen een centrale inventaris (excel, database,... ) en de situatie op het terrein. 7. In het geval geen uniek bronnummer toegekend werd door de fabrikant dient de exploitant

6 een uniek bronnummer toe te kennen. Dit uniek bronnummer dient ongewijzigd te blijven gedurende de gehele levensduur van de bron en dient bij overdracht schriftelijk te worden gecommuniceerd aan de nieuwe houder. Voor oude bronnen is het uniek bronnummer in sommige gevallen niet gekend door de exploitant. In dat geval is het toegestaan dat de exploitant zelf een uniek bronnummer toekend op voorwaarde dat dit nummer steeds ongewijzigd blijft gedurende de verder levensduur van de bron. Ook in geval van overdracht dient het nummer te worden gecommuniceerd aan de nieuwe houder en moet dit nummer worden gebruikt voor de communicatie naar het FANC in kader van art. 75 ter.1 hierboven. 8. De schriftelijke documentatie waarvan sprake in artikel 75 ter.1.4 dient bij overdracht te worden overgemaakt aan de nieuwe houder. Om te vermijden dat informatie over de bron verloren gaat bij overdrachten dient de documentatie te worden overgedragen naar de nieuwe houder. Bijlage VI De limieten vanaf wanneer een bron beschouwd wordt als HAIB werden herzien op basis van de RICHTLIJN 2013/59/EURATOM. De HAIB grenzen komen overeen met de D-waarden van het IAEA gebruikt om de bronnen te categoriseren. Dit heeft tot gevolg dat HAIB bronnen overeenkomen met bronnen van categorie 1, 2 en 3 van het IAEA. Over het algemeen zijn de limieten verhoogd waardoor een bron minder snel als HAIB aanzien wordt. Echter voor een 20- tal alfa-stralers is de grens verlaagd. De evolutie per nuclide is terug te vinden in de tabel in bijlage. Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Binnenlandse Zaken,

7 Bijlage VI Nuclide Activiteit (Bq) HAIB (TBq) D-value (TBq) Evolutie Factor H , verhoogd (soepeler) 5000 Be ,2 1 verhoogd (soepeler) 5 C ,4 50 verhoogd (soepeler) 125 Na ,005 0,03 verhoogd (soepeler) 6 P , verhoogd (soepeler) 2000 P ,4 200 verhoogd (soepeler) 500 S ,4 60 verhoogd (soepeler) 150 Cl ,1 20 verhoogd (soepeler) 200 Ar ,4 onbeperkt verhoogd (soepeler) ####### K ,009 onbeperkt verhoogd (soepeler) ####### Ca ,4 100 verhoogd (soepeler) 250 Ca ,03 0,06 verhoogd (soepeler) 2 Sc ,005 0,03 verhoogd (soepeler) 6 Sc ,1 0,7 verhoogd (soepeler) 7 Sc ,003 0,02 verhoogd (soepeler) 7 V ,004 0,02 verhoogd (soepeler) 5 Cr ,3 2 verhoogd (soepeler) 7 Mn ,003 0,02 verhoogd (soepeler) 7 Mn-53 onbeperkt onbeperkt onbeperkt onveranderd 1 Mn ,01 0,08 verhoogd (soepeler) 8 Fe ,4 800 verhoogd (soepeler) 2000 Fe ,009 0,06 verhoogd (soepeler) 7 Co ,003 0,02 verhoogd (soepeler) 7 Co ,1 0,7 verhoogd (soepeler) 7 Co ,01 0,07 verhoogd (soepeler) 7 Co ,004 0,03 verhoogd (soepeler) 8 Ni-59 onbeperkt onbeperkt 1000 verlaagd (strenger) ####### Ni ,4 60 verhoogd (soepeler) 150 Zn ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 Ge , verhoogd (soepeler) 2500 As ,4 40 verhoogd (soepeler) 100 As ,01 0,09 verhoogd (soepeler) 9 As ,003 0,2 verhoogd (soepeler) 67 As ,2 8 verhoogd (soepeler) 40 Se ,03 0,2 verhoogd (soepeler) 7 Br ,004 0,03 verhoogd (soepeler) 8 Kr ,4 30 verhoogd (soepeler) 75 Kr ,1 30 verhoogd (soepeler) 300 Rb ,005 0,7 verhoogd (soepeler) 140 Sr ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 Sr , verhoogd (soepeler) 3333 Sr ,003 1 verhoogd (soepeler) 333 Y ,003 5 verhoogd (soepeler) 1667

8 Y ,006 8 verhoogd (soepeler) 1333 Zr-93 onbeperkt onbeperkt onbeperkt onveranderd 1 Zr ,02 0,04 verhoogd (soepeler) 2 Nb-93m ,4 300 verhoogd (soepeler) 750 Nb ,007 0,04 verhoogd (soepeler) 6 Nb ,01 0,09 verhoogd (soepeler) 9 Mo ,4 300 verhoogd (soepeler) 750 Mo ,01 0,3 verhoogd (soepeler) 30 Tc ,004 0,03 verhoogd (soepeler) 8 Tc-97 onbeperkt onbeperkt onbeperkt onveranderd 1 Tc-97m ,4 40 verhoogd (soepeler) 100 Tc ,4 30 verhoogd (soepeler) 75 Ru ,05 0,3 verhoogd (soepeler) 6 Ru ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 Ru ,002 0,3 verhoogd (soepeler) 150 Rh ,1 0,9 verhoogd (soepeler) 9 Pd ,4 90 verhoogd (soepeler) 225 Ag ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 Ag-108m ,007 0,04 verhoogd (soepeler) 6 Ag-110m ,004 0,02 verhoogd (soepeler) 5 Ag ,02 2 verhoogd (soepeler) 100 Cd ,3 20 verhoogd (soepeler) 67 Cd ,03 0,2 verhoogd (soepeler) 7 Cd-115m ,005 3 verhoogd (soepeler) 600 In ,3 0,2 verlaagd (strenger) 2 In-114m ,1 0,8 verhoogd (soepeler) 8 Sn ,04 0,3 verhoogd (soepeler) 8 Sn ,004 0,1 verhoogd (soepeler) 25 Sb ,004 0,1 verhoogd (soepeler) 25 Sb ,006 0,04 verhoogd (soepeler) 7 Sb ,02 0,2 verhoogd (soepeler) 10 Te-123m ,08 0,6 verhoogd (soepeler) 8 Te-125m ,2 10 verhoogd (soepeler) 50 Te-127m ,2 10 verhoogd (soepeler) 50 Te-129m ,008 1 verhoogd (soepeler) 125 Te-131m ,007 0,04 verhoogd (soepeler) 6 Te ,005 0,03 verhoogd (soepeler) 6 I ,2 0,2 onveranderd 1 I ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 I-129 onbeperkt onbeperkt onbeperkt onveranderd 1 I ,02 0,2 verhoogd (soepeler) 10 Xe-131m ,4 10 verhoogd (soepeler) 25 Xe ,2 3 verhoogd (soepeler) 15 Cs ,04 0,3 verhoogd (soepeler) 8 Cs ,3 20 verhoogd (soepeler) 67 Cs ,01 0,1 verhoogd (soepeler) 10

9 Cs ,007 0,04 verhoogd (soepeler) 6 Cs ,4 1E+18 verhoogd (soepeler) ####### Cs ,005 0,03 verhoogd (soepeler) 6 Cs ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 Ba ,02 0,2 verhoogd (soepeler) 10 Ba ,03 0,2 verhoogd (soepeler) 7 Ba ,005 0,03 verhoogd (soepeler) 6 La ,004 0,03 verhoogd (soepeler) 8 Ce ,07 0,6 verhoogd (soepeler) 9 Ce ,2 1 verhoogd (soepeler) 5 Ce ,009 0,3 verhoogd (soepeler) 33 Ce ,002 0,9 verhoogd (soepeler) 450 Pr ,03 30 verhoogd (soepeler) 1000 Nd ,06 0,6 verhoogd (soepeler) 10 Pm ,4 40 verhoogd (soepeler) 100 Pm ,02 6 verhoogd (soepeler) 300 Sm ,4 500 verhoogd (soepeler) 1250 Sm ,09 2 verhoogd (soepeler) 22 Eu ,01 0,06 verhoogd (soepeler) 6 Eu ,009 0,06 verhoogd (soepeler) 7 Eu ,2 2 verhoogd (soepeler) 10 Gd ,1 1 verhoogd (soepeler) 10 Tb ,01 0,06 verhoogd (soepeler) 6 Dy ,009 1 verhoogd (soepeler) 111 Ho ,004 2 verhoogd (soepeler) 500 Er ,4 200 verhoogd (soepeler) 500 Tm ,03 20 verhoogd (soepeler) 667 Tm ,4 300 verhoogd (soepeler) 750 Yb ,3 2 verhoogd (soepeler) 7 Lu ,3 2 verhoogd (soepeler) 7 Hf ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 Ta ,009 0,06 verhoogd (soepeler) 7 W ,3 5 verhoogd (soepeler) 17 W ,4 100 verhoogd (soepeler) 250 Re ,004 4 verhoogd (soepeler) 1000 Os ,01 0,1 verhoogd (soepeler) 10 Os ,1 2 verhoogd (soepeler) 20 Os ,02 1 verhoogd (soepeler) 50 Ir ,007 0,05 verhoogd (soepeler) 7 Ir ,01 0,08 verhoogd (soepeler) 8 Pt ,04 0,3 verhoogd (soepeler) 8 Pt-193m ,4 10 verhoogd (soepeler) 25 Au ,01 0,2 verhoogd (soepeler) 20 Au ,1 0,9 verhoogd (soepeler) 9 Hg ,2 2 verhoogd (soepeler) 10 Hg ,05 0,3 verhoogd (soepeler) 6

10 Tl ,009 0,05 verhoogd (soepeler) 6 Tl ,1 1 verhoogd (soepeler) 10 Tl ,02 0,2 verhoogd (soepeler) 10 Tl ,1 20 verhoogd (soepeler) 200 Pb ,04 0,2 verhoogd (soepeler) 5 Pb ,01 0,3 verhoogd (soepeler) 30 Pb ,007 0,05 verhoogd (soepeler) 7 Bi ,003 0,02 verhoogd (soepeler) 7 Bi ,007 0,05 verhoogd (soepeler) 7 Bi ,01 8 verhoogd (soepeler) 800 Po ,4 0,06 verlaagd (strenger) 7 Rn ,003 0,04 verhoogd (soepeler) 13 Ra ,004 0,1 verhoogd (soepeler) 25 Ra ,004 0,05 verhoogd (soepeler) 13 Ra ,002 0,1 verhoogd (soepeler) 50 Ra ,002 0,04 verhoogd (soepeler) 20 Ra ,006 0,03 verhoogd (soepeler) 5 Th ,1 0,08 verlaagd (strenger) 1 Th ,005 0,04 verhoogd (soepeler) 8 Th ,05 0,01 verlaagd (strenger) 5 Th ,1 0,07 verlaagd (strenger) 1 Th ,4 10 verhoogd (soepeler) 25 Th ,003 2 verhoogd (soepeler) 667 Pa ,02 0,1 verhoogd (soepeler) 5 Pa ,04 0,4 verhoogd (soepeler) 10 Pa ,05 0,4 verhoogd (soepeler) 8 U ,4 0,07 verlaagd (strenger) 6 U ,4 0,1 verlaagd (strenger) 4 U-235 onbeperkt 1,00E+20 0,00008 verlaagd (strenger) ####### U-238 onbeperkt 1,00E+20 1E+20 onveranderd 1 Np ,2 0,07 verlaagd (strenger) 3 Np ,07 0,5 verhoogd (soepeler) 7 Pu ,3 0,1 verlaagd (strenger) 3 Pu ,2 2 verhoogd (soepeler) 10 Pu ,1 0,06 verlaagd (strenger) 2 Pu ,1 0,06 verlaagd (strenger) 2 Pu ,1 0,06 verlaagd (strenger) 2 Pu ,4 3 verhoogd (soepeler) 8 Pu ,1 0,07 verlaagd (strenger) 1 Pu ,004 0,0003 verlaagd (strenger) 13 Am ,1 0,06 verlaagd (strenger) 2 Am-242m ,1 0,3 verhoogd (soepeler) 3 Am ,05 0,2 verhoogd (soepeler) 4 Cm ,4 0,04 verlaagd (strenger) 10 Cm ,09 0,2 verhoogd (soepeler) 2 Cm ,2 0,05 verlaagd (strenger) 4

11 Cm ,09 0,09 onveranderd 1 Cm ,09 0,2 verhoogd (soepeler) 2 Cm ,03 0,001 verlaagd (strenger) 30 Cm ,0002 0,005 verhoogd (soepeler) 25 Bk ,4 10 verhoogd (soepeler) 25 Cf ,4 0,1 verlaagd (strenger) 4 Cf ,03 0,1 verhoogd (soepeler) 3 Cf ,2 0,1 verlaagd (strenger) 2 Cf ,07 0,1 verhoogd (soepeler) 1 Cf ,0005 0,02 verhoogd (soepeler) 40 Cf ,4 0,4 onveranderd 1 Cf , ,0003 verhoogd (soepeler) 30