Portfolio EVC procedure voor toelating tot de Masteropleiding Archeologie
|
|
- Mark de Veer
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Portfolio EVC procedure voor toelating tot de Masteropleiding Archeologie Het portfolio is naar waarheid ingevuld en bevat alleen bewijzen van eigen werk, Naam Plaats, Datum / / 20 Handtekening
2 Versiebeheer Titel Portfolio EVC procedure Archeologie Versie Datum publicatie Auteur 9 december 2009 MH/CNe 2 22 januari 200 MH/CNe 3 04 februari 200 MH/CNe Het portfolio moet ingevuld en op het voorblad voorzien worden van uw naam en handtekening in tweevoud (zowel het portfolio als de bijbehorende bewijsmateriaal in tweevoud) verstuurd worden naar: SIKB programmabureau EVC KNA Archeologie Postbus AK Gouda. 2
3 Inhoudsopgave Inleiding... 4 Opbouw portfolio... 4 Het competentieprofiel en de productenlijst... 4 De bewijzen... 6 Hoe moet het portfolio worden aangeleverd?... 7 Personalia... 8 Persoonlijke motiviatie/ ambitie mbt het EVC traject... 9 Gegevens met betrekking tot de EVC:... 9 Beschrijving werkervaring... 0 Opleidingen/trainingen/ cursussen... Competentieprofiel... 2 I Academische vaardigheden... 2 Lezen, schrijven en communicatie... 2 Onderzoekscompetenties... 2 Houding... 3 II Vakspecifieke competenties: Theoretische vaardigheden en kennis... 4 Geschiedenis en wetenschappelijke context van de archeologie... 4 Theoretisch debat in de archeologie... 4 Ethiek... 4 III Vakspecifieke competenties: Praktische vaardigheden en kennis... 5 Veldwerk... 5 Algemene archeologische vaardigheden... 5 Database en digitalisering... 6 IV Vakspecifieke competenties: Inhoudelijke vaardigheden en kennis... 7 Prehistorie... 7 Romeinse tijd... 8 Middeleeuwen... 9 Nieuwe tijd Ecologische archeologie... 2 Productenlijst Bijlage: voorbeeld STARRT-beschrijving
4 Inleiding Met behulp van dit portfolio kunt u uw werkervaring en achtergrond in kaart brengen en presenteren in termen van landelijk geldige competenties. De competenties zijn namelijk gebaseerd op de eindtermen van de vier universitaire Bachelor- en Masteropleidingen Archeologie in Nederland en worden als zodanig door de betrokken faculteiten erkend. Opbouw portfolio Het portfolio bevat in totaal vier onderdelen:. De personalia en motivatie van de kandidaat 2. Het ingevulde competentieprofiel 3. De productenlijst 4. De bewijsstukken Uw portfolio begint dus met een overzicht van uw persoonlijke gegevens. Daarnaast schrijft u een motivatie waarom u in aanmerking wil komen voor de EVC regeling -Archeologie. De volgende stap is het invullen van het competentieprofiel. Het competentieprofiel en de productenlijst Het competentieprofiel valt uiteen in vier onderdelen: academische kennis en vaardigheden, praktische kennis en vaardigheden, theoretische kennis en vaardigheden en vakinhoudelijke kennis en vaardigheden. Elk onderdeel bestaat weer uit themablokken. Bij academische vaardigheden zijn dit bijvoorbeeld: Lezen, schrijven en communicatie, Onderzoekscompetenties en Houding. Deze themablokken bestaan uit circa zeven concrete competenties, waarvan enkele op bachelorniveau en enkele op masterniveau. U vult het competentieprofiel in op het niveau van de competenties. U baseert het invullen van het competentieprofiel op een zelfanalyse. Die analyse voert u uit in samenspraak en (desgewenst) onder begeleiding van uw EVC-begeleider. U geeft in het competentieprofiel aan wat naar uw idee het niveau is waarop u de betreffende competenties beheerst. Uw zelfbeoordeling drukt u uit aan de hand van een cijfer: 0 Geen kennis /ervaring Weinig kennis/ervaring 2 Voldoende kennis/ervaring 3 Ruime kennis/ervaring Vervolgens onderbouwt u uw zelfbeoordeling met verwijzingen naar schriftelijke bewijsmaterialen, zoals rapporten, artikelen, met referentenverklaringen of naar situatiebeschrijvingen (volgens de STARRT-methode: zie hieronder). Dit doet u door nummers te noteren in de derde kolom (zie onderstaand voorbeeld). Deze nummers corresponderen met de nummers in de productenlijst. 4
5 Voorbeeld ingevulde competentie Vaardigheden en kennis niveau bewijsstukken Zelfbeoordeling II-7 Kennis van en vaardigheid in het gebruik van databases in de archeologie en de inzet hiervan bij het beantwoorden van onderzoeksvragen 2, 3 3 De productenlijst bestaat uit een opsomming van de bewijsmaterialen en de argumentaties voor de inzet van dat bewijsmateriaal (zie tevens onderstaand voorbeeld). Uiteraard is het mogelijk dat een bepaald product aantoont dat u meerdere competenties bezit. U kunt dan in de productenlijst aangeven voor welke verschillende competenties het document bewijsmateriaal vormt. Wel moet u per competentie afzonderlijk beargumenteren waarom een product hiervoor bewijs levert. Voorbeeld productenlijst Nummer product Naam product Bewijs voor eindterm(en) onderbouwing 2 Puk, P., 2002, Handleiding digitaal rapporteren, intern stuk. II-7, II-9 Ik heb binnen mijn bedrijf een digitaal inventarisatie-systeem ontwikkeld (zie tekst). Deze tekst toont mijn vaardigheden in de omgang met complexe databases en digitaal gegevensbeheer. 3 Puk, P., 998, Rapport opgraving X O-9, O-, I-3, I- 4, I-5, I-6, I-7, I-9, II-2, II-4, II-5, II- 0, II-2, II-4, II- 5, II-6, II-7, III- 4, III-9, III-0, III-, III-2, III-9, III-20, III-37, III- 38, III-40, III-42 Opgravingrapport betreffende een grootschalig nederzettingsonderzoek naar erven in landschap x uit de periode y. Het stuk getuigt van mijn academische vaardigheden, theoretisch/inhoudelijke kennis, praktische vaardigheden en de omgang met complexe wetenschappelijke vraagstellingen en gangbare theorieën. Uw ervaring wordt uiteindelijk erkend op het niveau van de themablokken. Sommige Bachelor- en Mastercompetenties binnen de blokken zijn vetgedrukt weergegeven. De vetgedrukte competenties worden als cruciaal, oftewel kritisch beschouwd. Dit betekent dat, voor de erkenning van dat themablok, die competenties voldoende moeten worden aangetoond (minimaal score 2). Bij de andere, niet-vetgedrukte competenties is het mogelijk deficiënties te compenseren met andere vaardigheden/kennis binnen hetzelfde themablok. Heeft u al een Master of Bachelor-diploma? Dan worden enkele competenties in het profiel automatisch erkend. Deze hoeft u niet meer aan te tonen of in te vullen. Voor iemand met een master-diploma geldt dat hij/zij het domein Academische Vaardigheden niet hoeft in te vullen. Tevens geldt dat hij/zij de niet-kritische Bachelor-competenties niet hoeft aan te tonen 5
6 Wanneer u reeds over een academisch Bachelordiploma beschikt, vervallen voor u de Bachelorcompetenties in het domein Academische Vaardigheden. De bewijzen In het competentieprofiel staat per competentie staat aangegeven welke vorm van bewijsvoering geschikt is. Het gaat er niet om bij elke competentie zoveel mogelijk bewijsmateriaal te leveren, maar om doeltreffend te laten zien dat u de competentie op een bepaald niveau beheerst. Indien u bij een competentie meer dan twee bewijsstukken aanvoert, dient u aan te geven welke twee bewijsstukken het meest relevant zijn voor het aantonen van die competentie. Als bewijzen kunnen onder andere gelden:. Verslag van evaluatie/ functionerings- of beoordelingsgesprekken 2. Officiële documenten die aangeven dat u betrokken bent geweest bij een voor de te bewijzen competentie relevant project en die uw bijdrage aan het project concretiseren; 3. Zelf geschreven teksten, zoals rapporten, presentaties, folders, artikelen, essays, dagrapporten, PvE s, brieven aan instanties, notulen, verslagen; 4. Andere gemaakte producten, waaronder kaartmateriaal, websites en relevante visuele opnamen die uw handelen bewijzen in een (beroeps)situatie en uw competentie bewijzen; 5. Tot slot kunt u als bewijsmateriaal een situatiebeschrijving opvoeren. Deze situatiebeschrijvingen dienen te zijn opgebouwd met behulp van de zogenaamde STARTT methode. Het format hiervoor Hieronder staat uitleg over deze methode. De bewijzen moeten aan de volgende eisen voldoen: a. relevant (voor het aantonen van de betreffende competentie) b. zich richten op de werkzaamheden die u daadwerkelijk in de praktijk heeft uitgevoerd (authentiek) c. transferwaarde hebben als ze in een andere context behaald zijn dan in de context van de opleiding Starrt-methode. U noemt een situatie die rijk genoeg is om de onderbouwing voor het bereiken van criteria volledig uit te kunnen werken (Situatie); 2. U geeft de taakomschrijving (Taak); 3. U omschrijft de activiteiten die u in deze taak, opdracht, functie heeft uitgevoerd. Gebruik hierbij de ik vorm (Activiteiten). 4. Beschrijf het resultaat van uw activiteiten (Resultaat) 5. Geef tenslotte aan wat u voor uzelf leerde in deze taak, opdracht, functie (Reflectie); 6. Hoe kunt u uw ervaringen in de praktijk vertalen naar de competenties mbt het -archeologie niveau (Transfer)? Geef hier een beargumenteerde onderbouwing waarmee u aantoont deze competentie of onderdelen ervan tot een bepaald niveau te bezitten. Haal, indien mogelijk, concreet materiaal aan, verwijs naar relevante situaties, vermeld gebruikte bronnen. U kunt hierbij ook uitgaan van uw werkervaringen en andere relevante ervaringen: de complexiteit van uw leerervaringen; het type/ de grootte/ hiërarchie van de organisatie, de geboden diensten of producten; het soort werk dat u hier deed en de taken en verantwoordelijkheden die hierbij 6
7 hoorden; hoe u werd begeleid en hoe uw functioneren werden beoordeeld; wat de relevantie hiervan is voor de betreffende eindterm. Ook bij een STARRT-beschrijving kunt u aanvullende documenten of referentenverklaringen inbrengen als ondersteuning. Voor een voorbeeld van een STARRT-beschrijving: zie bijlage. Hoe moet het portfolio worden aangeleverd? De eerste drie onderdelen van het portfolio, de personalia, het ingevulde competentieprofiel en de productenlijst, mogen samen maximaal 30 pagina s lang zijn. Deze documenten dient u hardcopy en in drievoud aan te leveren. De kandidaat dient uit alle bewijsstukken er drie te selecteren die als cruciaal kunnen worden beschouwd voor het portfolio. Het gaat om bewijsstukken, zoals rapporten, starrt-beschrijvingen of artikelen, die meerdere belangrijke competenties tegelijk aantonen, bijvoorbeeld onderzoekscompetenties en vakinhoudelijke competenties (prehistorie/romeinserijd/middeleeuwen/nieuwe tijd/ecologie). Daarbij kan men denken aan bewijzen die qua complexiteit vergelijkbaar zijn met een bachelor- of masterscriptie. Deze drie bewijsstukken moeten hardcopy worden aangeleverd. De overige bewijsstukken kunnen digitaal worden aangeleverd. Degenen die niet digitaal beschikbaar zijn hoeven niet te worden meegestuurd. Wanneer de assessoren dit noodzakelijk achten kunnen die alsnog worden opgevraagd. 7
8 Gegevens Personalia Naam Adres Woonplaats Tel. Mobiel adres Initiële opleiding: Niveau / beschrijving O Basisonderwijs O VO/HAVO O VWO O LBO O MBO O HBO O Propedeuse O Bachelor O Doctoraal/ O Overige Nadere toelichting initiële opl. Pasfoto (Plak hier uw pasfoto) 8
9 Persoonlijke motiviatie/ ambitie mbt het EVC traject Beschrijf hieronder je persoonlijke ambitie ten aanzien van het EVC traject Gegevens met betrekking tot de EVC: Datum inschrijving../ / 20 Naam EVC-begeleider Datum startgesprek../ / 20 Datum voordracht aan EVC commissie../ / 20 Na(a)m(en) EVC assessor Datum EVC rapportage../ / 20 9
10 Beschrijving werkervaring Gegevens (huidige) werkgever: Naam Adres Plaats Tel. Geef hieronder de meest relevante opgedane werkervaring weer (in relatie tot dit portfolio), bestaande uit maximaal 5 projecten. Indien u dit wenst kunt u in aanvulling hierop nog een CV toevoegen met een compleet overzicht van uw werkervaring. Beknopte beschrijving werkervaring Periode (tijdvak) m/j - m/j Functie 0
11 Opleidingen/trainingen/ cursussen Noem hier de aanvullende opleidingen en trainingen die u heeft gevolgd na uw initiële (basis)opleiding Beknopte beschrijving aanvullende opleiding/ training Wanneer gevolgd/ afgesloten Opleiding/ instituut
12 Competentieprofiel I Academische vaardigheden Lezen, schrijven en communicatie Vaardigheden en kennis niveau bewijsstukken Zelfbeoordeling I-. Een goede taalvaardigheid in het Nederlands zelf geschreven tekst : (vul hier telkens de nummers van de bewijsstukken in) I-2. Lezen, analyseren en interpreteren van relevante wetenschappelijke teksten en daarover een standpunt verdedigen zelf geschreven tekst met lit.verwijzingen : I-3. Herkennen van zwakke punten in een argumentatie (kritische houding) zelf geschreven tekst I-4. Op een begrijpelijke wijze mondeling en schriftelijk informatie, ideeën en oplossingen overbrengen op een publiek bestaande uit specialisten en nietspecialisten gegeven lezingen en/of zelf geschreven tekst: I-5. Een goede schriftelijke en actieve mondelinge taalvaardigheid in het Engels of Duits gevolgde cursussen, gegeven lezingen en/of zelf geschreven tekst: I-6. Conclusies, alsmede kennis, motieven en overwegingen die hieraan ten grondslag liggen duidelijk (mondeling en schriftelijk) overbrengen op een publiek van specialisten en niet-specialisten gegeven lezingen en/of zelf geschreven tekst: I-7. Gegevens op academisch niveau analyseren, vergelijken, kritisch toetsen en verantwoorde conclusies trekken zelf geschreven tekst : Onderzoekscompetenties Vaardigheden en kennis niveau bewijsstukken Zelfbeoordeling I-8. Effectief bronnen raadplegen en informatie uit verschillende bronnen integreren zelf geschreven tekst met lit.verwijzingen I-9. Opzoeken van internationale, academische publicaties mbt archeologische onderwerpen zelf geschreven tekst met lit.verwijzingen I-0. Identificeren en formuleren van problemen en vragen in de vorm van een onderzoeksvraag zelfgeschreven tekst 2
13 Vaardigheden en kennis niveau bewijsstukken Zelfbeoordeling I-. Een oordeel vormen over een onderwerp in het vakgebied, mede gebaseerd op het afwegen van relevante maatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten zelf geschreven tekst, waarin informatie samenkomt en een logisch oordeel is geformuleerd I-2. Produceren van een heldere en goed gestructureerde argumentatie/betooglijn, ondersteund met relevante gegevens zelf geschreven tekst I-3. Toepassen van kennis in nieuwe of onbekende omstandigheden binnen een brede of multidisciplinaire context, gerelateerd aan het vakgebied zelf geschreven tekst I-4. Leveren van originele (= nieuwe) bijdragen aan het ontwikkelen en/of toepassen van ideeën, in onderzoeksverband zelf geschreven tekst (ev. I-5. Beslissingen nemen mbt archeologisch onderzoek op academische gronden ( bijv. met inachtneming van de actuele onderzoekstechnieken en recente ideevorming over het betreffende object) zelf geschreven tekst Houding Vaardigheden en kennis niveau bewijsstukken Zelfbeoordeling I-6. Kennis hebben van en kunnen reflecteren op actuele modellen en methoden in het werkveld zelf geschreven tekst I-7. Nemen van verantwoordelijke rollen in het veld en in staat op de eigen rol te reflecteren STARRT (ev. 3
14 II Vakspecifieke competenties: Theoretische vaardigheden en kennis Geschiedenis en wetenschappelijke context van de archeologie Vaardigheden en kennis niveau bewijsstukken Zelfbeoordeling II-. Kennis van de geschiedenis van de Nederlandse archeologie, gelezen publicaties II-2. Kennis van de wetenschapsfilosofische achtergrond van geesteswetenschappelijk onderzoek, waarbinnen de archeologie thuishoort cursussen, zelf geschreven teksten II-3. Kennis van verschillende benaderingen en begrippen waarmee het verleden kan worden begrepen en geconstrueerd II-4. Kennis van actuele wetenschappelijke discussies in de archeologie zelf geschreven tekst Theoretisch debat in de archeologie Vaardigheden en kennis niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling II-5. Inzicht in de problematische en gevarieerde aard van archeologische gegevens II-6. Kritisch evalueren van benaderingen waarmee het verleden wordt geconstrueerd en geïnterpreteerd II-7. Toepassen van theoretische principes en concepten bij de interpretatie van archeologische vraagstukken Ethiek Vaardigheden en kennis niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling II-8. Inzicht in de ethische dimensies van archeologiebeoefening II-9. Op een kritische manier omgaan met eigen wetenschappelijke interpretaties (en die van anderen) in het licht van de veranderlijke theoretische, methodologische, ethische of sociale context van de archeologische praktijk 4
15 III Vakspecifieke competenties: Praktische vaardigheden en kennis Veldwerk Vaardigheden en kennis niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling III-. Kennis van bodemkundige processen die het Nederlandse landschap hebben gevormd en herkennen van deze processen in stratigrafieën en/of functiebeschrijving III-2. Kennis van de opbouw van het (historische) landschap en begrip hebben van de relatie ervan met de eventuele aan-/afwezigheid van menselijke bewoning III-3. Kennis van dateringstechnieken (4C, dendrochronologie, stratigrafie, typochronologie) Cursussen en/of zelfgeschreven teksten III-4. Kennis van en inzicht in de oorzaken van variabiliteit in de betrouwbaarheid van het archeologisch bestand; zoals taphonomie, culturele en natuurlijke formatieprocessen en (post)depositionele processen III-5. Onderscheiden van natuurlijke en culturele sporen (verstoringen) in de bodem III-6. Toepassen van basistechnieken benodigd voor veldwerk: landmeten, waterpassen Cursussen, zelf geschreven teksten en/of STARRT (ev. II-0. Kennis hebben van de verschillende methoden en technieken waarmee archeologische verschijnselen (mobilia, grondsporen en antropogene landschapsvormen) kunnen worden opgespoord, zoals survey, grondboringen en opgraven II-. Op basis van een zelf geformuleerde probleemstelling, zelfstandig onderzoek verrichten, waaronder archeologisch veldwerk, met gebruikmaking van primaire en secundaire bronnen en met toepassing van wetenschappelijke methoden en theorieën Algemene archeologische vaardigheden Vaardigheden en kennis niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling II-2. Classificeren van archeologische data aan de hand van hun objectieve kenmerken; begrip van werken met typochronologieën II-3. Onderscheiden en dateren van aardewerk en (vuur)steen in het veld (Prehistorie, Romeins, Middeleeuwen, Nieuwe Tijd) 5
16 Vaardigheden en kennis niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling II-4. Herkennen van organische resten (bot, botanisch materiaal) II-5. Basaal herkennen en classificeren van materiële cultuur uit de prehistorie (vnl. vuursteen en aardewerk), van Romeinse materiële cultuur (aardewerk, glas, metaalvondsten zoals munten en fibulae), van Middeleeuwse materiële cultuur (aardewerk, glas, metaal), en van vroeg moderne materiële cultuur (aardwerk, glas en metaal) II-6. Herkennen van grondsporen uit de prehistorie (zoals huisplattegronden); Analyseren van grondsporen (zoals reconstructie huisplattegronden); Herkennen van vroegmoderne sporen (zoals huizen, wegen en nijverheid) Database en digitalisering Vaardigheden en kennis niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling II-7. Kennis van en vaardigheid in het gebruik van databases in de archeologie en de inzet hiervan bij het beantwoorden van onderzoeksvragen II-8. Kennis van analoge en digitale kaarten van de site en de omgeving (met behulp van GIS, Total Station, Pinfo) zelf geschreven teksten/kaarten II-9. Selecteren en gebruiken van statistische methoden voor het verwerken van archeologische data; op de hoogte zijn van de potentie en beperkingen van dergelijke technieken 6
17 IV Vakspecifieke competenties: Inhoudelijke vaardigheden en kennis Let op! U hoeft slechts één specialisatie op Bachelorniveau en één specialisatie op bachelorniveau én Masterniveau hoeven aan te tonen, dus bijvoorbeeld: - Romeins op Bachelorniveau - Middeleeuwen op Bachelorniveau en op Masterniveau Laat u niet verleiden uw competenties in andere specialisaties ook aan te tonen bij dit onderdeel. In dit geval geldt: less is more. De assessoren hebben dan de tijd om uitvoerig te kijken naar uw bewijzen en komen zo tot een beter oordeel dan wanneer zij een overvloed aan informatie krijgen (en dan dingen over het hoofd zien). Prehistorie Vaardigheden en kennis Niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling IV-. Globale kennis van de hoofdperioden en veranderingsprocessen (klimaat, technologie, economie) in de prehistorie van Noordwest Europa (Paleolithicium, Mesolithicum, Neolithicum, Bronstijd, IJzertijd) IV-2. Kennis van de sociale organisatie van tribale gemeenschappen in de prehistorie, zoals de mobiliteit en machtsstructuren op lokaal en regionaal niveau IV-3. Kennis van het verschil tussen handel en uitwisseling, m.a.w. kennis van de wijze waarop sociale netwerken tot stand komen (b.v. in relatie tot grafgiften en deposities) IV-4. Kennis van de belangrijkste archeologische site-typen in de prehistorie van Noordwest Europa, zoals akkersystemen, grafritueel, deposities en nederzettingen en hun ontwikkelingen IV-5. Kennis van de belangrijkste vindplaatsen m.b.t. de prehistorie in Noordwest Europa en Nederland in het bijzonder, gelezen publicaties IV-6. Geïntegreerd beeld van het prehistorisch cultuurlandschap Dit houdt in: kennis van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen in deze periode, zoals akkersystemen, grafstructuren, heiligdommen, deposities en nederzettingen IV-7. Bedenken van opgravings- en prospectiestrategieën voor het onderzoeken van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen of tussen structuren binnen steden en/of tussen stad en land IV-8. Zelfstandig uitwerken en interpreteren van gecompliceerde archeologische gegevenscomplexen en deze plaatsen in een breder maatschappelijk en wetenschappelijk debat IV-9. Integreren en toepassen van kennis, vaardigheden en concepten om tot vernieuwende inzichten te komen over een onderzoeksonderwerp 7
18 Vaardigheden en kennis Niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling Romeinse tijd IV-0. Globale kennis van de historische ontwikkelingen in de Romeinse wereld tussen ongeveer 00 voor Chr. en 400 na Chr. Cursussen en/of zelfgeschreven teksten en/of gelezen publicaties IV-. Globale kennis van de ontwikkelingen in de materiële cultuur van de Romeinse wereld (bouwkunst, beeldende kunst) tussen ongeveer 00 voor Chr. en 400 na Chr. Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-2. Kennis van de belangrijkste hoofdperioden en veranderingsprocessen (sociaal-politiek, economisch en cultureel) gedurende de Romeinse tijd van Romeins Gallië en de Germaanse provincies in het Rijnland Zelf geschreven teksten (ev. Omvat kennis van ontwikkelingen in politieke geografie, urbanisering, villa landschappen, cultus en religie, dodenrituelen en de discussie over romanisering IV-3. Kennis van de belangrijkste archeologische site-typen zoals akkersystemen, grafritueel, heiligdommen, deposities en nederzettingen in de Romeinse provincies Gallia Belgica, Germania Inferior en Germania Superior Zelf geschreven teksten (ev. IV-4. Kennis van de belangrijkste vindplaatsen m.b.t. de Romeinse tijd in Noordwest Europa, en Nederland in het bijzonder Cursussen en/of zelf geschreven teksten IV-5. Geïntegreerd beeld van het Romeins cultuurlandschap Dit houdt in: kennis van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen in deze periode, zoals akkersystemen, grafstructuren, heiligdommen, deposities en nederzettingen IV-6. Bedenken van opgravings- en prospectiestrategieën voor het onderzoeken van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen of tussen structuren binnen steden en/of tussen stad en land IV-7. Zelfstandig uitwerken en interpreteren van gecompliceerde archeologische gegevenscomplexen en deze plaatsen in een breder maatschappelijk en wetenschappelijk debat IV-8. Integreren en toepassen van kennis, vaardigheden en concepten om tot vernieuwende inzichten te komen over een onderzoeksonderwerp 8
19 Vaardigheden en kennis Niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling Middeleeuwen IV-9. Globale kennis van de historische ontwikkelingen van de Romeinse wereld tussen ongeveer 00 voor Chr. en 400 na Chr. en de invloed ervan op Noordwest Europa Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-20. Kennis van de belangrijkste hoofdperioden en veranderingsprocessen (politiek, religieus, economisch, landschappelijk, groepsculturen) gedurende de Middeleeuwen in Noordwest Europa (300 na Chr. 400 na Chr.) Cursussen, zelf geschreven teksten en/of STARRT (ev. Omvat kennis van de kernthema's in de Middeleeuwse archeologie, zoals Christianisering, verstedelijking, opkomst groepsculturen (burgers, krijgers, boeren, priesters) IV-2. Kennis van de belangrijkste archeologische site-typen en hun ontwikkelingen in de Middeleeuwen in Noordwest Europa en Nederland in het bijzonder, zoals grafcomplexen, rurale en stedelijke nederzettingen en kloosters/kerken Zelf geschreven teksten (ev. IV-22. Kennis van de belangrijkste vindplaatsen m.b.t. de Middeleeuwen in Noordwest Europa en Nederland in het bijzonder Cursussen, zelf geschreven teksten IV-23. Geïntegreerd beeld van het Middeleeuws cultuurlandschap Dit houdt in: kennis van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen in deze periode, zoals grafstructuren, rurale/stedelijke nederzettingen, kerkelijke/wereldlijke domeinen, nijverheid IV-24. Bedenken van opgravings- en prospectiestrategieën voor het onderzoeken van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen of tussen structuren binnen steden en/of tussen stad en land IV-25. Zelfstandig uitwerken en interpreteren van gecompliceerde archeologische gegevenscomplexen en deze plaatsen in een breder maatschappelijk en wetenschappelijk debat IV-26. Integreren en toepassen van kennis, vaardigheden en concepten om tot vernieuwende inzichten te komen over een onderzoeksonderwerp 9
20 Vaardigheden en kennis Niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling Nieuwe tijd IV-27. Kennis van de globale historische ontwikkelingen van de volle Middeleeuwen in Noordwest Europa ( na Chr.) Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-28. Kennis van de hoofdperioden en veranderingsprocessen (economisch, politiek, cultureel, technologisch, landschappelijk) gedurende de Nieuwe Tijd in Noordwest Europa (400 na Chr. 950) Zelf geschreven teksten (ev. Omvat kennis van globalisering, opkomst geldeconomie, civilisatietheorie, sociale stratificatie, opkomst luxe-producten, expansie overzee, bouwgeschiedenis IV-29. Kennis van de belangrijkste archeologische site-typen, zoals rurale/stedelijke nederzettingen, nijverheid en infrastructuren in de Nieuwe Tijd in Noordwest Europa en Nederland in het bijzonder IV-30. Kennis van de belangrijkste vindplaatsen m.b.t. de Nieuwe Tijd in Noordwest Europa en Nederland in het bijzonder Zelf geschreven teksten (ev. Cursussen en/of zelf geschreven teksten IV-3. Geïntegreerd beeld van het Vroeg moderne cultuurlandschap Dit houdt in: kennis van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen in deze periode, zoals rurale/stedelijke nederzettingen, nijverheid, regionale infrastructuren en internationale relaties IV-32. Bedenken van opgravings- en prospectiestrategieën voor het onderzoeken van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen of tussen structuren binnen steden en/of tussen stad en land IV-33. Zelfstandig uitwerken en interpreteren van gecompliceerde archeologische gegevenscomplexen en deze plaatsen in een breder maatschappelijk en wetenschappelijk debat IV-34. Integreren en toepassen van kennis, vaardigheden en concepten om tot vernieuwende inzichten te komen over een onderzoeksonderwerp 2 0
21 Vaardigheden en kennis Niveau Bewijsstukken Zelfbeoordeling Ecologische archeologie IV-35. Kennis van de ontwikkeling van de relatie tussen mens en dier vanaf de pre- en protohistorie, in samenhang met de omgeving Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-36. Kennis van de exploitatie van de natuurlijke vegetatie, waarbij zowel de akkerbouw, domesticatie als de introductie en handel in cultuurplanten aan bod komen Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-37. Kennis van de wijze waarop onderzoek naar subfossiele plantenresten en dierresten kan worden uitgevoerd Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-38. Kennis van wat onderzoek naar ecologische resten kan opleveren voor archeologisch onderzoek, bijvoorbeeld in de vorm van landschap- of klimaatreconstructies, reconstructie van voedingspatronen, uitwisselingsnetwerken en culturele rituelen Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-39. Kennis van de belangrijke onderzoeksmethoden en -technieken in de archeologie afkomstig uit de archeobotanie en zoöarcheologie Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-40. Begrip van de wijze waarop dergelijke technieken kunnen worden opgenomen in een archeologisch onderzoek en hoe deze tijdens veldwerk moeten worden toegepast Cursussen en/of zelfgeschreven teksten IV-4. Bemonsteren en determineren van ecologische gegevens, en interpreteren van deze gegevens in relatie tot vraagstellingen over een archeologische vindplaats STARRT IV-42. Bedenken van opgravings- en prospectiestrategieën voor het onderzoeken van ruimtelijke relaties tussen verschillende archeologische site-typen of tussen structuren binnen steden en/of tussen stad en land IV-43. Zelfstandig uitwerken en interpreteren van gecompliceerde archeologische gegevenscomplexen en deze plaatsen in een breder maatschappelijk en wetenschappelijk debat IV-44. Integreren en toepassen van kennis, vaardigheden en concepten om tot vernieuwende inzichten te komen over een onderzoeksonderwerp 2
22 Productenlijst Nummer product Naam product Bewijs voor eindterm(en) Onderbouwing Tot maximaal
23 Bijlage: voorbeeld STARRT-beschrijving Bewijsnr 34: STARRT voor onderbouwing competentie III-9: Zelfstandig uitwerken en interpreteren van gecompliceerde archeologische gegevenscomplexen en deze plaatsen in een breder maatschappelijk en wetenschappelijk debat. (Romeinse Tijd). Situatie: Ik heb gewerkt aan een grootschalige gebiedsinventarisatie van Romeinse sites in gebied X (gemeenten a, b, en c, zie ook bewijsmaterialen 44, 46, 47). 2. Taak: - Inventarisatie van bekende en waarschijnlijke locaties met archeologische spoor- en vondstcomplexen op basis van bestaande bronnen (ARCHIS, C, CAA), archiefmateriaal (historisch kaartmateriaal), en amateurgegevens (heemkundeverenigingen etc.). - Analyse van de landschappelijke kenmerken van deze gebieden - Opstellen van een zogenaamd archeologisch verwachtingsmodel op basis van bodemkundiglandschappelijke en historisch-landschappelijke kenmerken. 3. Activiteiten: Naast uitvoering van de bovenstaande taken heb ik de geïnventariseerde archeologische gegevens samengevoegd in een geografisch informatiesysteem en analoog in de vorm van archeologische waarden- en verwachtingskaarten met bijhorende inhoudelijke toelichting gerapporteerd. 4. Resultaat: Op gemeentelijke toepassingsniveau uitgewerkte detailkarteringen (kaartschalen :0.000 en :5.000) van archeologisch relevante landschappelijke zones, inclusief verwachtingswaarde en zones met bekende vindplaatsen. Tevens een hoofdstuk met prioriteiten- en actiepunten voor de (verdere) ontwikkeling van autonoom gemeentelijk archeologiebeleid. 5. Reflectie: De GIS-omgeving (binnen het bedrijf) waar ik de bovenstaande, veelsoortige informatie heb verwerkt, is zeer efficiënt en biedt bovendien een schat aan detailkennis. Dit biedt een goede basis voor een verdere kwalitatief volwaardige uitvoering van Malta-onderzoek. Daar is onder andere door mij behoorlijk in geïnvesteerd, ondanks de geringe kosten die in een dergelijk onderzoek kunnen worden gestoken. 6. Transfer: Ik heb in deze situatie als (senior) projectleider, onderzoeker en auteur zeer diverse sets archeologische data (vondstmateriaal, landschap, gearchiveerde data, AHN-data) gesynthetiseerd tot een voor maatschappelijk gebruik toegesneden product. In wetenschappelijke zin is vooral de verdieping die is aangebracht tussen de landschappelijke context enerzijds en de aard en verspreiding van archeologische complexen anderzijds van belang. Het inzichtelijk maken van die dwarsverbanden tussen landschap, landgebruik en archeologie is van groot belang voor het vergroten van draagvlak voor archeologie, en voor geïsoleerde archeologische onderzoeken in betreffende gebieden. 2 3
Competentieprofiel. EVC procedure Master opleiding Archeologie. 1 v-3
Competentieprofiel EVC procedure Master opleiding Archeologie 1 v-3 Versiebeheer Titel Algemene toelichting Versie Datum publicatie Auteur 1 19 december 2009 MH/CNe 2 22 januari 2010 MH/CNe 3 04 februari
Nadere informatiePortfolio EVC procedure voor toelating tot de Masteropleiding Archeologie
Portfolio EVC procedure voor toelating tot de Masteropleiding Archeologie Het portfolio is naar waarheid ingevuld en bevat alleen bewijzen van eigen werk, Naam Plaats, Datum / / 20 Handtekening 1 Het portfolio
Nadere informatieEVC rapport - Ervaringscertificaat. EVC procedure Master opleiding Archeologie
EVC rapport - Ervaringscertificaat EVC procedure Master opleiding Archeologie V1 febr. 2010 Pagina 1 van 9 Versiebeheer Titel Ervaringscertificaat Versie Datum publicatie Auteur 1 04 februari 2010 MH/CNe
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Psychologie
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Psychologie Een vrijstelling op basis van praktijkervaring is alleen mogelijk voor vier cursussen uit de bacheloropleiding, te weten
Nadere informatiePortfolio vrijstellingsverzoek op grond van praktijkervaring
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid Door relevante praktijkervaring ontstaat voor u de mogelijkheid vrijstelling te krijgen voor maximaal 5 modulen
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Milieunatuurwetenschappen
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Milieunatuurwetenschappen Het doel van vrijstelling op grond van praktijkervaring is om vast te stellen welke cursussen uit de bacheloropleiding
Nadere informatieAssessmentprocedure. EVC procedure Master opleiding Archeologie. 1 v-3
Assessmentprocedure EVC procedure Master opleiding Archeologie 1 Versiebeheer Titel Assessmentprocedure Versie Datum publicatie Auteur 1 19 december 2009 MH/CNe 2 22 januari 2010 MH/CNe 3 04 februari 2010
Nadere informatieDoel training. Programma Programma Voordelen voor de kandidaat. Uitgangspunten EVC. Assessoren en EVC-begeleiders training
Assessoren en EVC-begeleiders training 19 februari 2009 en 15 januari 2010 Desirée Joosten-ten Brinke, CELSTEC, Open Universiteit Nederland Doel training Aan het einde van deze training weten de deelnemers:
Nadere informatieToetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies
Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het
Nadere informatieEindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis
Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: I. Kennis Basiskennis en inzicht: 1. kennis van en inzicht in het
Nadere informatieBijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.
Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende
Nadere informatieBijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.
Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende
Nadere informatieAfspraken tussen EVC aanbieder en EVC kandidaat. EVC-procedure Masteropleiding Archeologie. 1 v-3
Afspraken tussen EVC aanbieder en EVC kandidaat EVC-procedure Masteropleiding Archeologie 1 v-3 Versiebeheer Titel Afspraken tussen EVC aanbieder en EVC kandidaat Versie Datum publicatie Auteur 1 19 december
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de masteropleiding Onderwijswetenschappen
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de masteropleiding Onderwijswetenschappen Quickscan U voert een quickscan uit om vast te stellen of de vrijstellingsprocedure op grond van praktijkervaring
Nadere informatieEVC-traject Wft-Pensioenverzekeringen WFTNIVO
EVC-traject Wft-Pensioenverzekeringen WFTNIVO Handleiding voor de kandidaat Bijgewerkt: 19 maart 2013 1 Contactgegevens: WFTNIVO Villawal 11 3432 NX Nieuwegein Tel. 030 6023075 info@wftnivo.nl www.wftnivo.nl
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Bedrijfskunde
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Bedrijfskunde Het doel van vrijstelling op grond van praktijkervaring is om vast te stellen welke cursussen uit de bacheloropleiding
Nadere informatieFaculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte
Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement
Nadere informatieVerkorting van het schakelprogramma op grond van praktijkervaring ten behoeve van de masteropleiding Computer Science of Software Engineering
Verkorting van het schakelprogramma op grond van praktijkervaring ten behoeve van de masteropleiding Computer Science of Software Engineering Het doel van verkorting van het schakelprogramma op grond van
Nadere informatieProcedure certificering tandprothetici
Procedure certificering tandprothetici Augustus 2018 1 Inhoud Inhoud... 2 1. Introductie individuele certificering Tandprothetiek... 3 2. Proces certificering NLQF-niveau 6 (hbo bachelor)... 4 Start proces
Nadere informatieVerkorting van het schakelprogramma op grond van praktijkervaring ten behoeve van de masteropleiding Computer Science of Software Engineering
Verkorting van het schakelprogramma op grond van praktijkervaring ten behoeve van de masteropleiding Computer Science of Software Engineering Het doel van verkorting van het schakelprogramma op grond van
Nadere informatieIn aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:
Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen Kunstbeleid en
Nadere informatieHandleiding Nivometing SVMNIVO Kandidaat SCVM
Handleiding Nivometing SVMNIVO Kandidaat SCVM Contactgegevens: Laatst bijgewerkt: 29 februari 2012 1 SVMNIVO Postbus 774 3430 AT Nieuwegein Tel. 030-60 230 60 Fax. 030-60 370 32 info@svmnivo.nl www.svmnivo.nl
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Griekse en Latijnse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs
Nadere informatie2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:
Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Theologie en Religiewetenschappen Programma: Religie en Samenleving Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding 1. Voor toelating tot de
Nadere informatieDeel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015
Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze
Nadere informatieONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt
Nadere informatieONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie () Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september 2016.
Nadere informatieHandleiding Assessment Startbekwaamheid
Handleiding Assessment Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO Opleiding Academie voor Lichamelijke Opvoeding Bachelor of Sport and Physical Education Domein Bewegen, Sport en Voeding Februari 2013 Inhoud Introductie
Nadere informatieMidden-Oostenstudies CROHO 60842
Faculteit der Letteren Onderwijs- en Examenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Programma Midden-Oostenstudies voor het studiejaar 2016-2017 Inhoud: 1. Algemene bepalingen
Nadere informatieToetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015
Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 titel code week 1-7 colleges Introduction to Audiovisual Culture continue toetsing, wekelijks verschillende
Nadere informatieBeoordeling van het PWS
Weging tussen de drie fasen: 25% projectvoorstel, 50% eindverslag, 25% presentatie (indien de presentatie het belangrijkste onderdeel is (toneelstuk, balletuitvoering, muziekuitvoering), dan telt de presentatie
Nadere informatieMen komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:
Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Kunstgeschiedenis Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen
Nadere informatieBiologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie
Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke
Nadere informatieScheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid
Scheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 44: De leerlingen leren
Nadere informatieINTRODUCTIE PERSOONLIJKE GEGEVENS. Naam: Leeftijd: Geslacht: m / v. Begindatum:
Naam Datum: INHOUDSOPGAVE 1. Introductie 2. Persoonlijke gegevens 3. Rapportage kwaliteit van leven 4. Persoonlijke ontwikkeling plan (POP) 5. Competenties waar nu aan wordt gewerkt 6. Binnen de stichting
Nadere informatieJuridische kennis en professionele vaardigheden
Eindtermen Bachelor Rechtsgeleerdheid master rechtsgeleerdheid De bachelor heeft kennis van en inzicht in het geldende recht alsmede recht met elkaar verbonden zijn. De bachelor is in staat om vanuit het
Nadere informatie10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij
10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de doelstellingen, eindkwalificaties en opbouw van de Masteropleiding Filosofie & Maatschappij.
Nadere informatieCompetentie-invullingsmatrix
Competentie-invullingsmatrix masterprf Master of Science in de wiskunde Academiejaar 2016-2017 Legende: W=didactische werkvormen E=evaluatievormen Competentie in één of meerdere wetenschappen Wetenschappelijke
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13
Nadere informatieCompetentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006
Competentieprofiel Instituut voor Interactieve Media Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006 Aangepast in maart 2009 Inleiding De opleiding Interactieve Media
Nadere informatieONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) Bachelor Religiewetenschappen Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR)
Nadere informatieINtheMC. Niveau (NQF) Startdatum: Einddatum: 2 3 4. Aanvinken v=voldoende a = aanpassen 2=2e gelegenheid
Over internationalisering en I-BPV; student opdrachten INtheMC Opdracht/titel: 7 Werken in het buitenland De taal Naam student: Niveau (NQF) Startdatum: Einddatum: 2 3 4 Beoordeling: Aanvinken Inleverdatum
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel
Nadere informatiePR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten
PR 180724 V1 Beroepscompetentie- profiel Afgeleid van de niveaubepaling NLQF, niveau 6 heeft RBCZ kerncompetenties benoemd voor de complementair/alternatief therapeut. Als uitgangspunt zijn de algemene
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Duitse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13
Nadere informatieDEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015
DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Indian and Tibetan Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13
Nadere informatieKorte informatie HVK examenkandidaten
Korte informatie HVK examenkandidaten Geachte kandidaat, Hartelijk dank voor uw aanmelding bij de DNV GL HVK portal. U bent geregistreerd. U kunt beginnen met het aanleveren van de gevraagde documenten.
Nadere informatieNeerlandistiek CROHO 60849
Faculteit der Letteren Onderwijs- en Eamenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding CROHO 60849 voor het studiejaar 2017-2018 Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Toelating 3. Inhoud en inrichting van de opleiding
Nadere informatieVoor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN NAAMSESTRAAT 69 BUS 3500 3000 LEUVEN, BELGIË m Stageproject bijlage 1: Leidraad bij het functioneringsgesprek Naam stagiair(e):.. Studentennummer:. Huidige opleiding
Nadere informatiex x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x
Jaarplan GESCHIEDENIS Algemene doelstellingen Eerder gericht op kennis en inzicht 6 A1 A2 A3 A4 A5 Kunnen hanteren van een vakspecifiek begrippenkader en concepten, nodig om zich van het verleden een wetenschappelijk
Nadere informatieNota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document
GROEP WETENSCHAP & TECHNOLOGIE FACULTEIT INDUSTRIËLE INGENIEURSWETENSCHAPPEN W. DE CROYLAAN 6 BUS 2000 3001 HEVERLEE, BELGIË HEVERLEE 30 juli 2013 Nota Generieke leerresultaten van FIIW 1 Genese van het
Nadere informatieExamenprogramma aardrijkskunde havo
Examenprogramma aardrijkskunde havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein
Nadere informatieDe DOELSTELLING van de kunstbv-opdrachten & De BEOORDELING:
beeldende vorming De DOELSTELLING van de -opdrachten & De BEOORDELING: Doelstellingen van de opdrachten. Leren: Thematisch + procesmatig te werken Bestuderen van het thema: met een open houding Verzamelen
Nadere informatieToetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde 2014-2015
Toetsplan Bacheloropleiding 2014-2015 BA 1 IK Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- 2 blok 1 weken blok 2 weken blok 3 toetsweken blok 4 opdrachten schr. tent. schr. tent.
Nadere informatieFunctieprofiel Young Expert
1 Laatst gewijzigd: 20-7-2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Ervaringen opdoen... 3 1.1 Internationale ervaring in Ontwikkelingssamenwerkingsproject (OS)... 3 1.2 Nieuwe vaardigheden... 3 1.3 Intercultureel
Nadere informatieDoelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel
Doelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel Auteurs: Sara Diederen Rianne van Kemenade Jeannette Geldens i.s.m. management initiële opleiding (MOI) / jaarcoördinatoren 1 Inleiding Dit document is bedoeld
Nadere informatieHandleiding Nivometing Kandidaat SVMNIVO
Handleiding Nivometing Kandidaat SVMNIVO Laatst bijgewerkt: 24 november 2011 1 Contactgegevens: SVMNIVO Postbus 774 3430 AT Nieuwegein Tel. 030-60 230 60 Fax. 030-60 370 32 info@svmnivo.nl www.svmnivo.nl
Nadere informatieToetsplan Bachelor CIW 2014-2015
Toetsplan Bachelor CIW 2014-2015 BA 1 CIW Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken blok 1 weken blok 2 weken blok 3 3 toetsweken 7 college- hertoetsweek 2 toetsweken 7 college- hertoetsweek 2 toetsweken
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Informatica
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Informatica Het doel van vrijstelling op grond van praktijkervaring is om vast te stellen welke cursussen uit de bacheloropleiding
Nadere informatieBiologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding
Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen voor
Nadere informatieContext. Instroom. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving.
Context Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving. 4 Een herkenbare,
Nadere informatieIntroductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.
Introductie Een onderzoeksactiviteit start vanuit een verwondering of verbazing. Je wilt iets begrijpen of weten en bent op zoek naar (nieuwe) kennis en/of antwoorden. Je gaat de context en content van
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifieke deel: Bacheloropleiding: Kunstgeschiedenis Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van
Nadere informatieArtikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Voor toelating tot de opleiding Mediastudies komt in aanmerking de bezitter van
Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 Opleiding / programma: Mediastudies/ Film- en televisiewetenschap; New Media and Digital Culture (voorheen Nieuwe media en digitale cultuur, see English EER) Artikel
Nadere informatieBA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen.
BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur 2014-2015 BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- blok 1 weken blok 2 weken blok 3 Academisch schrijven
Nadere informatie- MastertracksKlassieke en Mediterrane Archeologie - Archeologie van Noordwest Europa
Faculteit der Letteren Onderwijs- en Examenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding Archeologie - MastertracksKlassieke en Mediterrane Archeologie - Archeologie van Noordwest Europa voor het studiejaar 2017-2018
Nadere informatieHandreiking toelichting bij descriptoren NLQF
Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF CONTEXT Context Instroom Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. Tussen niveau 1 en 2 is geen verschil in context;
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Informatica of Informatiekunde
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Informatica of Informatiekunde Het doel van vrijstelling op grond van praktijkervaring is om vast te stellen welke cursussen uit de
Nadere informatieCompetentie niveaus HHS TIS opleiding Werktuigbouwkunde
Competentie niveaus HHS TIS opleiding Werktuigbouwkunde 1. BoE domeincompetentie Analyseren (minimaal niveau eind major W: 3) (toelichting: deze omschrijving komt uit de Bachelor of Engineering (BoE))
Nadere informatieCurriculumevaluatie BA Wijsbegeerte
Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor
Nadere informatieToelatingsassessment. Portfolio. Assessment t.b.v. toelating tot de deeltijdopleiding HBO-ICT. Naam Adres Telefoon Datum
Toelatingsassessment Portfolio Assessment t.b.v. toelating tot de deeltijdopleiding HBO-ICT Naam Adres Telefoon E-mail Datum 1 Persoonlijke gegevens en c.v. Neem hieronder uw persoonlijke gegevens en curriculum
Nadere informatieEindtermen. voor de. Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen. Faculteit der Medische Wetenschappen. Rijksuniversiteit Groningen
Eindtermen voor de Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen Faculteit der Medische Wetenschappen Rijksuniversiteit Groningen 1 Opbouw eindtermen BW Groningen De bewegingswetenschapper is op bachelor niveau
Nadere informatieSTARTDOCUMENT TBV TOELATING PRAKTISCHE INFORMATIE PRAKTISCH
PRAKTISCH STARTDOCUMENT TBV TOELATING PRAKTISCHE INFORMATIE deadline toelating 10 november 2016. toelatingsgesprekken vanaf half november, begin december. start 19 januari 2017. tweejarige parttime opleiding.
Nadere informatieLANDSEXAMEN VWO Het examenprogramma Het examenprogramma voor het commissie-examen Aardrijkskunde bestaat uit de volgende (sub)domeinen:
Examenprogramma AARDRIJKSKUNDE V.W.O. LANDSEXAMEN VWO 2017-2018 1 Het eindexamen Het vak Aardrijkskunde kent slechts het commissie-examen. Er is voor Aardrijkskunde dus geen centraal examen. Vanaf het
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde vwo
Examenprogramma scheikunde vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Stoffen
Nadere informatieHandleiding EVC-procedure
Handleiding EVC-procedure Informatie voor de kandidaat VAPRO Basisoperator VAPRO A VAPRO B VAPRO C december 2007 Inhoud 1 Inleiding...3 2 De EVC-procedure...4 2.1 Afnemen van een quick scan...4 2.2 Verzamelen
Nadere informatieKunst en cultuur (PO-havo/vwo)
Kunst en cultuur (PO-havo/vwo) Sectoren kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo/vwo onderbouw exameneenheden havo/vwo bovenbouw exameneenheden Vakkernen 1. Produceren en presenteren 54:
Nadere informatieFACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN
FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN REGELS VOOR HET SCHRIJVEN EN BEOORDELEN VAN BACHELORSCRIPTIES BIJ KUNST- EN CULTUURWETENSCHAPPEN (tot 1 september 2015 geldt dit reglement ook voor de BA Religiewetenschappen)
Nadere informatieJAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en
BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Taal en Cultuur 2014-2015 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 week 1-7 colleges week 8/9/10, 20 week 11-16, 19 colleges week 21/22, 30 Griekse grammatica en LQG010P05
Nadere informatieDEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015
DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Chinastudies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk
Nadere informatieOpleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences
Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het
Nadere informatieCompetenties Luuk van Paridon. Analyseren
Competenties Luuk van Paridon Overzicht waar ik nu sta: Afbeelding 1: Spinnenweb competenties De groene lijn geeft aan welke competenties ik tot nu toe behaald heb (zie Afbeelding 1). De competenties die
Nadere informatieCompetentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.
Naam student: Studentnummer: Evaluatieformulier meewerkstage CE In te vullen door de bedrijfsbegeleider van de stage biedende organisatie voorafgaand aan het eindgesprek met de stagedocent. De stagiair
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van
Nadere informatieNiveaudrempelbepaling potentiële MCPM-studenten die niet beschikken over een hbo-/bachelordiploma
Niveaudrempelbepaling potentiële MCPM-studenten die niet beschikken over een hbo-/bachelordiploma Inleiding De Master of Crisis and Public Order Management (MCPM) is een opleiding op masterniveau. Om tot
Nadere informatieERKENNING EERDER VERWORVEN COMPETENTIES. Handleiding portfolio
ERKENNING EERDER VERWORVEN COMPETENTIES Handleiding portfolio Inleiding U staat aan het begin van een EVC-procedure. De algemene informatie over de procedure op zich, kunt u in de EVC-gids (EVC/KAND/2)
Nadere informatiePre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen
Pre-Academisch Onderwijs Ontwikkelingslijnen en leerdoelen LEERDOELEN PER ONTWIKKELINGSLIJN Ontwikkelingslijn 1: De leerling ontwikkelt een wetenschappelijke houding 1.1 De leerling ontwikkelt een kritische
Nadere informatieDe student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.
Competentie 1: Creërend vermogen De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Concepten voor een ontwerp te ontwikkelen
Nadere informatiePVA Jaar 2. Stefan Timmer S1001410 Klas: CE 2b
PVA Jaar 2 Stefan Timmer S1001410 Klas: CE 2b Inhoudsopgave blz. Voorblad - Inhoudsopgave 2 Plan van aanpak tweede jaar 3-4 Bijlage 1: Algemene domeincompetenties 5-6 (wat heb ik geleerd) Bijlage 2: Belangrijkste
Nadere informatieOpleiding / programma: Neerlandistiek/ Neerlandistiek (voorheen Nederlandse taal en cultuur)
Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Neerlandistiek (voorheen Nederlandse taal en cultuur) Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Per 1 september 2016 is
Nadere informatieToelating Master Design!
Toelating Master Design Minimale toelatingseisen voor professionals met een beroepspraktijk (minimaal drie jaar werkzaam in de praktijk) minimaal een HBO diploma (BSc, BDes, BFA, BEng) in een ontwerp of
Nadere informatieBEOORDELINGSFORMULIER
Faculteit Geesteswetenschappen Versie maart 2015 BEOORDELINGSFORMULIER MASTER SCRIPTIES Eerste en tweede beoordelaar vullen het beoordelingsformulier onafhankelijk van elkaar in. Het eindcijfer wordt in
Nadere informatieExamenprogramma natuur, leven en technologie vwo vanaf schooljaar 2014-2015
Examenprogramma NLT vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Exacte wetenschappen en technologie
Nadere informatieExamenprogramma natuur, leven en technologie havo
Examenprogramma natuur, leven en technologie havo Het eindexamen (februari 2007) Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Indonesian Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de
Nadere informatieHandleiding Mbo-hbo doorstroomassessment jij en het hbo ..een succesvolle combinatie?
Handleiding jij en het hbo..een succesvolle combinatie? Inhoudsopgave Leeswijzer 3 Inleiding 4 1. Het portfolio 5 1.1 Kwaliteitseisen 5 1.2 Samenstelling van het portfolio 5 1.3 Inleveren portfolio 6 1.4
Nadere informatie