Decretale evaluatie van het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Decretale evaluatie van het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs"

Transcriptie

1 Decretale evaluatie van het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs November

2 Inhoud Afkortingen... 4 I. Inleiding Situering Opbouw evaluatierapport Historiek: kwaliteitszorg en accreditatie in Vlaanderen Eerste-generatie kwaliteitszorgsysteem: Opleidingsvisitaties Visitatie en accreditatie Nieuw Accreditatiestelsel in het hoger onderwijs in Vlaanderen Autonomie en verantwoordelijkheid Samenvattend Instellingsreview in internationaal perspectief Pilootfase: Regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen binnen de instellingsreview II. Decretale evaluatie Plan van aanpak en methodologie Evaluatiegroep Resonantiegroep Evaluatievragen Methodologie en informatiebronnen voor de evaluatie Resultaten van de survey in het kader van de evaluatie van de instellingsreview Vraagstelling, doelgroepen en responsgraad Belangrijkste bevindingen Bijkomende informatieverzameling Focusgesprekken met reviewcommissieleden Focusgesprekken met vertegenwoordigers van de instellingen (SAMENaries) Input buitenlandse stakeholders Overzichtsrapportage NVAO: resultaten van de eerste ronde instellingsreviews met inbegrip van de regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen a. Proces instellingsreviews b. Resultaten van de evaluatierapporten van de instellingsreviews c. Resultaten van de adviesrapporten van de regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen Antwoorden op de evaluatievragen en reflectie van de evaluatiegroep...38 III. Beleidsaanbevelingen Systeem decretaal verankeren Succesfactoren bewaken

3 2.1 Performantie en robuustheid Transparantie Autonomie en planlast Bijlagen

4 Afkortingen - Codex Hoger Onderwijs: Besluit van de Vlaamse Regering ter codificatie van de decretale bepalingen betreffende het hoger onderwijs van 11 oktober ESG: Standards and Guidelines for Quality Assurance in the European Higher Education Area - Hogescholendecreet: decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap - NAS-decreet: decreet van 6 juli 2012 tot wijziging van het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen, wat het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie betreft - NVAO: Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie - Overgangsdecreet: decreet van 19 juni 2015 houdende wijziging van de Codex Hoger Onderwijs met betrekking tot het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs - Structuurdecreet: decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen - Universiteitendecreet: decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap - VLHORA: Vlaamse Hogescholenraad - VLIR: Vlaamse Interuniversitaire Raad 4

5 I. Inleiding 1. Situering Op 19 juni 2015 keurde de Vlaamse Regering de wijziging van de Codex Hoger Onderwijs met betrekking tot het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs goed. In dit gewijzigde stelsel krijgen hogeronderwijsinstellingen meer autonomie en verantwoordelijkheid voor het kwaliteitsbeleid. Daarnaast wordt er ook naar gestreefd om het stelsel te vereenvoudigen en de administratieve lasten te verminderen. Het herziene stelsel legt de verantwoordelijkheid voor de kwaliteitsbewaking van de onderwijsactiviteiten bij de instellingen zelf. Interne en externe kwaliteitszorg worden op een geïntegreerde manier benaderd. De instellingen moeten permanent en op eigen initiatief toezien op de kwaliteit en moeten daarbij studenten, alumni, externe deskundigen uit het beroepenveld en internationale deskundigen betrekken. In 2012 werd de instellingsreview ingevoerd die licht moest werpen op de manier waarop een instelling hoger onderwijs haar onderwijstaken op een kwaliteitsvolle manier uitvoert door middel van een beoordeling door een externe commissie van de beleidsprocessen binnen een instelling. Zo werd voor het eerst ook een systeem van externe kwaliteitszorg op instellingsniveau decretaal vastgelegd, terwijl ook de opleidingsvisitaties bleven doorlopen om de kwaliteit van opleidingen te garanderen. Nog voor het ingaan van de eerste ronde instellingsreviews werd met het decreet van 19 juni de keuze gemaakt voor een meer geïntegreerd systeem van kwaliteitszorg en accreditatie. Aan hogeronderwijsinstellingen in Vlaanderen werd de mogelijkheid geboden om ook de verantwoordelijkheid voor de borging van de kwaliteit van hun eigen opleidingen op te nemen en een intern systeem van kwaliteitsborging benoemd als de 'regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen' uit te bouwen die de instelling in staat stelt om zelf in te staan voor de kwaliteit van hun opleidingen. Het decreet bood aan de instellingen de mogelijkheid te kiezen voor een bijkomende advisering van de wijze waarop ze de regie voeren van de borging (en de verbetering) van de kwaliteit van de opleidingen. Die advisering werd meegenomen in de instellingsreview. De eerste ronde instellingsreviews gold als een nulmeting, De bijkomende advisering van de regie gebeurde aan de hand van pilots die binnen de instellingen werden opgezet. De instellingen die ook de regie lieten beoordelen, werden vrijgesteld van het huidige proces van externe kwaliteitsbeoordeling en opleidingsvisitaties met het oog op accreditatie van hun opleidingen. Alle universiteiten en hogescholen hebben geopteerd voor deze bijkomende advisering. Het voorliggend rapport evalueert de werking en impact van het gewijzigde stelsel van accreditatie en instellingsreviews ten behoeve van een nieuw en definitief decretaal stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie, zoals bepaald in artikel II.131 van de Codex Hoger Onderwijs. 1 Decreet houdende de wijziging van de Codex Hoger Onderwijs met betrekking tot het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs van 19 juni

6 Codex Hoger Onderwijs: Art. II.131 De Vlaamse Regering zorgt voor de uitvoering van een evaluatie van de eerste instellingsreviews tegen eind juni [...] De Vlaamse Regering zorgt daarnaast ook voor de uitvoering vóór 1 januari 2024 van een algemene evaluatie van de werking en de impact van het stelsel van accreditatie en instellingsreviews. Bij de evaluatie wordt ook nagegaan of de administratieve lastenvermindering zich manifesteert. Overgangsdecreet Opbouw evaluatierapport In onderliggend evaluatierapport wordt eerst de historische en internationale context van het huidige stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie geschetst. Daarna wordt de methodologie van de decretale evaluatie beschreven, zoals die werd voorgesteld in een mededeling aan de Vlaamse Regering op 15 april Aansluitend wordt per informatiebron - zijnde de survey, de focusgesprekken en de overzichtsrapportage van de NVAO een overzicht gegeven van de belangrijkste resultaten die daaruit voortkwamen. Vervolgens is er het analyserend gedeelte waarin op basis van de resultaten in de informatiebronnen een antwoord wordt geformuleerd op de evaluatievragen. Daarbij wordt ook telkens een reflectie van de evaluatiegroep gegeven. Ten slotte eindigt het rapport met de beleidsaanbevelingen. 6

7 2. Historiek: kwaliteitszorg en accreditatie in Vlaanderen De stap om vertrouwen en verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de opleidingen te geven aan de instellingen kadert in de historiek van de externe kwaliteitszorg van het hoger onderwijs in Vlaanderen. Sinds de jaren negentig werden interne en externe kwaliteitszorgprocedures op poten gezet die ervoor gezorgd hebben dat ook binnen de instellingen een sterke kwaliteitscultuur is ontstaan. 2.1 Eerste-generatie kwaliteitszorgsysteem: Opleidingsvisitaties Een proces van externe kwaliteitszorg in de vorm van opleidingsvisitaties gaat terug tot het begin van de jaren 90. In het Universiteitendecreet 2 van 1991 werden In ruil voor een ruimere beslissingsbevoegdheid en een grotere bestedingsvrijheid van de toegekende middelen, belangrijke eisen gesteld aan de kwaliteit van het academisch onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek. 3 In het Hogescholendecreet 4 van 1994 werden aan de hogescholen dezelfde eisen gesteld: In aansluiting op het bij de universiteiten vigerende systeem wordt geopteerd voor het principe van de visitatiecommissies. 5 In het kwaliteitszorgsysteem dat toen werd ontwikkeld, lag de focus op een interne zelfevaluatie die door een externe visitatiecommissie werd beoordeeld. Dit kwaliteitszorgsysteem was gebaseerd op een verbeterperspectief (het verbeteren van de kwaliteit van de opleidingen stond voorop) enerzijds, en de verantwoordingsfunctie anderzijds. De verantwoordelijkheid en het eigenaarschap van het kwaliteitszorgsysteem legde de Vlaamse overheid volledig bij de instellingen, waarbij de externe visitaties gecoördineerd werden door de VLIR en de VLHORA. 2.2 Visitatie en accreditatie In 2003 werd via het Structuurdecreet 6 een systeem van accreditaties aan de kwaliteitscontrole van de visitatiecommissies gekoppeld. Artikel I.3 van de Codex Hoger Onderwijs definieert opleidingsaccreditatie als de formele erkenning van een opleiding op grond van een beslissing van een onafhankelijk orgaan waarin vastgesteld wordt dat de opleiding voldoet aan vooraf vastgestelde minimale kwaliteits- en niveauvereisten. Aan de accreditatie zijn gevolgen verbonden: de bevoegdheid om decretaal beschermde bachelor- en masterdiploma s af te leveren; de berekening van de werkingsuitkeringen van de instellingen: alleen geaccrediteerde opleidingen komen in aanmerking voor financiering; studiefinanciering voor de studenten die een geaccrediteerde opleiding volgen. 2 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 (Parl. St. Vl. Parl. 1994, nr.546/1) 3 Memorie van toelichting: Decreet betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap van 12 juni 1991 (Parl. St. Vl. Parl. 1991, nr.502/1), p.40 4 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 (Parl. St. Vl. Parl. 1994, nr.546/1) 5 Memorie van toelichting: Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 (Parl. St. Vl. Parl. 1994, nr.546/1), p Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen van 4 april 2003 (Parl. St. Vl. Parl. 2003, nr.1571/1) 7

8 Accreditatie voorzag in een toets door een onafhankelijk orgaan dat een eindoordeel uitsprak over de basiskwaliteit van de opleiding. Op 3 september 2003 hebben de Nederlandse en Vlaamse ministers bevoegd voor Onderwijs het Verdrag tussen de Vlaamse Gemeenschap van België en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de accreditatie van opleidingen binnen het Vlaamse en Nederlandse hoger onderwijs ondertekend. Daarmee werd de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) als onafhankelijk accreditatieorgaan in Vlaanderen aangeduid. Sinds 1 februari 2005 is de NVAO operationeel in Vlaanderen. 2.3 Nieuw Accreditatiestelsel in het hoger onderwijs in Vlaanderen In 2012 wilde de decreetgever met het Nieuw Accreditatiestelsel (NAS-decreet) 7 tegemoet komen aan een aantal kritieken op het toenmalige stelsel van accreditatie en kwaliteitszorg. Het NASdecreet voorzag een instellingsreview met een stimulerend effect op de kwaliteitscultuur binnen de instelling in combinatie met een opleidingsaccreditatie die enkel nog gericht was op de corebusiness van de opleidingen. Op die manier kon men tegemoet komen aan de hoge planlast dat zijn de bijkomende en als nutteloos ervaren administratieve taken - die gepaard ging met de toenmalige visitatieprocedure. Met de instellingsreview was het mogelijk om met een prospectieve visie te streven naar een hogere kwaliteit, in tegenstelling tot de retrospectieve oordelen over basiskwaliteit die eigen waren aan de visitatieprocedures. De instellingsreview wordt als volgt gedefinieerd: een periodieke evaluatie door een externe commissie van de beleidsprocessen die een instelling opzet om te garanderen dat ze haar kerntaken onderwijs, onderzoek en maatschappelijke dienstverlening op een kwaliteitsvolle manier kan uitvoeren. De focus ligt evenwel op het onderwijsbeleid. Dat wil zeggen dat beleidsprocessen die zijn opgezet op het vlak van onderzoek en maatschappelijke dienstverlening, worden bekeken in relatie tot de ondersteuning van het onderwijs en de kwaliteit die de instelling biedt in haar opleidingen. De instellingsreview biedt instellingen de kans uit te leggen: - welk beleid ze de voorbije zes jaar hebben gevoerd, - welke beleidsdoelstellingen ze daarmee willen bereiken en met welk resultaat, - hoe ze van plan zijn het beleid bij te stellen om de realisatie van de vooropgestelde beleidsdoelstellingen te verbeteren. De instellingsreview is geen beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs of het onderzoek, maar specifiek een beoordeling van de interne beleidsprocessen, -procedures en -instrumenten waarmee de instelling haar beleidsdoelstellingen wil realiseren of in de toekomst nog beter wil realiseren. Om het Vlaamse systeem sterker te doen uitstijgen boven de basiskwaliteit (die in de visitatieprocedure aan de orde was), gaat van de instellingsreview een stimulerend effect uit op de kwaliteit in de instelling. Het NAS-decreet bepaalde dat de eerste ronde instellingsreviews in de academiejaren en zouden doorgaan. Die eerste instellingsreviews waren gepland als een nulmeting waaruit elke instelling kon leren wat haar beginsituatie is op elk van de onderwerpen. Elke 7 Decreet tot wijziging van het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen, wat het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie betreft van 6 juli 2012 (Parl. St. Vl. Parl., 2012, nr.1606/1) 8

9 instelling zou weten welke beleidsprocessen goed lopen en welke beleidsprocessen nog verbeterd konden worden. Van deze eerste ronde instellingsreviews moet zowel voor de instellingen als voor het systeem een lerend effect uitgaan. De instellingsreviews in deze eerste ronde werden uitgevoerd volgens het vastgelegde kader, maar er zijn verder geen rechtsgevolgen aan verbonden. De tweede ronde instellingsreviews zou plaatsvinden in de academiejaren en , wat ook het eindpunt is van de looptijd van de eerste accreditaties verleend in de tweede accreditatieronde. Op het einde van de tweede ronde instellingsreviews zouden dus ook alle opleidingen aan een nieuwe externe beoordeling onderworpen worden volgens het nieuwe accreditatieregime. De derde ronde opleidingsaccreditaties zou van start gaan met de opleidingen waarvan de duur van de accreditaties verstreek op het einde van het academiejaar Tegelijk met de evaluatie van de eerste ronde instellingsreviews zou de Vlaamse Regering proefprojecten opzetten om de haalbaarheid na te gaan van het verlenen van opleidingsaccreditaties op basis van een opleidingsdossier. Die vereenvoudigde procedure van opleidingsaccreditatie zou dan ingaan tijdens de derde ronde van instellingsreviews. Op die manier beoogde het NAS-decreet om op lange termijn de planlast in het kader van de visitatieprocedures te reduceren en opnieuw meer verantwoordelijkheid te geven aan de instellingen inzake de kwaliteit van hun opleidingen. Codex Hoger Onderwijs: Art. I.3 2 accreditatie en instellingsreview : a) opleidingsaccreditatie: de formele erkenning van een opleiding op grond van een beslissing van een onafhankelijk orgaan waarin vastgesteld wordt dat de opleiding voldoet aan vooraf vastgestelde minimale kwaliteits- en niveauvereisten; b) eerste ronde opleidingsaccreditaties: de accreditaties die zijn verleend vanaf 1 februari 2005 tot en met het einde van het academiejaar ; c) tweede ronde opleidingsaccreditaties: de accreditaties die zijn verleend vanaf het begin van het academiejaar tot en met het einde van het academiejaar ; d) derde ronde opleidingsaccreditaties: de accreditaties die zijn verleend vanaf het begin van het academiejaar tot en met het einde van het academiejaar ; e) instellingsreview: periodieke beoordeling door een externe commissie van de beleidsprocessen die een instelling hoger onderwijs opzet om te garanderen dat ze haar taken op het terrein van het onderwijs op een kwaliteitsvolle manier uitvoert; f) positief besluit instellingsreview: het besluit van de accreditatieorganisatie dat een instellingsreview afrondt en waarin de accreditatieorganisatie bevestigt dat de instelling voldoet aan alle onderwerpen van het beoordelingskader instellingsreview; g) eerste ronde instellingsreviews: de instellingsreviews die worden uitgevoerd vanaf het begin van het academiejaar tot en met het einde van het academiejaar ; h) tweede ronde instellingsreviews: de instellingsreviews die worden uitgevoerd vanaf het begin van het academiejaar tot en met het einde van het academiejaar ; 9

10 i) derde ronde instellingsreviews: de instellingsreviews die worden uitgevoerd vanaf het begin van het academiejaar tot en met het einde van het academiejaar ; j) opleidingsdossier: het dossier dat het instellingsbestuur indient met het oog op het verkrijgen van de opleidingsaccreditatie; k) visitatierapport: de gepubliceerde externe beoordeling uitgevoerd door een visitatiecommissie georganiseerd door een evaluatieorgaan; 2.4 Autonomie en verantwoordelijkheid 8 Zoals gepland volgens het NAS-decreet zouden in 2015 universiteiten en hogescholen de volgende vijf jaar twee instellingsreviews moeten ondergaan terwijl intussen ook de opleidingsaccreditaties zouden blijven lopen. Die opeenstapeling zou voor zo n grote workload zorgen dat de kwaliteitszorg er eerder onder zou lijden dan er beter van worden. Alle actoren hebben daarbij aangegeven dat er ruimte was voor vereenvoudiging. Het onderzoek naar planlastvermindering in het hoger onderwijs uit 2013, in opdracht van de Minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Pascal Smet, gaf al aan dat wat betreft de planlast het Nieuwe Accreditatiestelsel kritisch onthaald werd bij de instellingen. Het gevaar is vooral groot dat het ene sturingssysteem niet door het andere wordt vervangen. De praktijk van dat soort evoluties wijst uit dat er meestal gewoon verschillende lagen van soorten sturingssystemen over elkaar worden gelegd en dat de aansturing een mix wordt van verschillende sturingsfilosofieën: de klassieke bureaucratische inputsturing met de administratieve last; de huidige dominante sturing op activiteiten en processen en dan daarbovenop nog de sturingsfilosofie gericht op prestaties en effecten. Door dat soort evoluties dreigt het hoger onderwijs niet onder minder maar onder steeds meer planlast gebukt te gaan: er moet dan nog meer worden gerapporteerd en nog meer data moeten worden gegenereerd. Wil de Vlaamse overheid effectief omschakelen naar een andere sturingsfilosofie dan zou die keuze alvast consequent en helder moeten zijn: omschakelen naar beoordeling van prestatie en effecten zou moeten betekenen dat veel regelving moet worden opgegeven die nu stuurt op input en activiteiten. De autonomie en de responsabilisering van de instellingen moet dan zo maximaal mogelijk zijn. 9 Voor de start van de eerste ronde van instellingsreviews werd daarom gewerkt aan een geïntegreerd systeem van externe kwaliteitszorg in het hoger onderwijs met als doel de autonomie van de instellingen fundamenteel te versterken en hen de mogelijkheid te geven om via eigen beleid verantwoordelijkheid op te nemen voor de borging van de kwaliteit. Daaruit vloeide het voorstel voort dat in de toekomst de accreditatie op het niveau van de instellingen zou plaatsvinden. In dit stelsel zouden in de instellingen die de instellingsreview positief doorlopen hadden, de opleidingsaccreditaties verlengd worden op basis van de kwaliteitsborging die de instellingen zelf uitvoeren door middel van een eigen regie. De instellingen 8 Memorie van toelichting, Decreet houdende wijziging van de Codex Hoger Onderwijs met betrekking tot het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs van 19 juni 2015, (Parl. St. Vl. Parl. 2015, nr. 324/1 9 Jolien Dewaele, Filip De Rynck, Ellen Wayenberg & Adelien Decramer, Onderzoek naar planlastvermindering in het hoger onderwijs. ( in opdracht van Minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Pascal Smet), p

11 krijgen op die manier nog meer verantwoordelijkheid voor het borgen en verbeteren van de kwaliteit van hun opleidingen. Ze nemen daartoe de regie voor deze borging in handen. De regie is het geheel van acties, processen, praktijken, procedures en instrumenten die de instelling in staat stelt de kwaliteit van de opleidingen te borgen. Om een verlenging van de opleidingsaccreditaties te verkrijgen, zou naast de kwaliteit van het onderwijsbeleid, zoals momenteel bepaald voor de instellingsreview, tevens de regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen binnen instellingen beoordeeld worden. Gaandeweg groeide het besef dat een instellingsaccreditatie verkeerdelijk het beeld kan oproepen dat instellingen zelf gemachtigd worden om opleidingen in te richten (programmatierecht) en te accrediteren zodat opleidingsaccreditatie overbodig wordt. Dat is uitdrukkelijk niet de wens van de overheid. Accreditatie op het niveau van de opleiding blijft bestaan, omdat instellingen ten aanzien van studenten, stakeholders en de samenleving als geheel ultiem verantwoording verschuldigd zijn over de kwaliteit van individuele opleidingen. Onder andere het aanbieden van nieuwe opleidingen (erkenning als nieuw), en de eerste accreditatie van opleidingen gebeurt na een beoordeling op opleidingsniveau, maar voor bestaande, reguliere opleidingen die in het verleden een positieve beoordeling en daarbij aansluitende accreditatie kregen, kunnen de accreditatietermijnen verlengd worden op basis van een positieve beoordeling van het onderwijsbeleid en de regie op instellingsniveau. Bij een negatieve beoordeling op instellingsniveau vervalt de verlenging van accreditatietermijnen en gebeurt de borging van de kwaliteit op opleidingsniveau opnieuw door de accreditatieorganisatie. Dit maakt duidelijk dat de opleidingskwaliteit het centrale gegeven blijft in het kwaliteitszorgstelsel. Een negatieve beoordeling geeft aan dat de kwaliteit van de opleidingen door de instelling niet met zekerheid geborgd kan worden. Een negatieve beoordeling van de instellingsreview doet echter geen uitspraak over de kwaliteit van de individuele opleidingen op zich. Een instelling kan slechts onderwijsbevoegdheid verliezen op het niveau van individuele opleidingen, en niet voor het geheel van opleidingen. Daarom ook wordt expliciet gekozen om accreditaties te verlenen op niveau van opleidingen en niet op het niveau van de instelling. Het opleidingsniveau staat nog steeds centraal in het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in Vlaanderen. Om op basis van onderliggend decretaal evaluatierapport eventuele aanpassingen aan het stelsel nog tijdig te kunnen invoeren, werd met het overgangsdecreet in 2015 de looptijd van de rondes instellingsreviews uitgebreid met een jaar. Daardoor zal de tweede ronde plaatsvinden in de academiejaren en Codex Hoger Onderwijs: Art. II.127 De instellingen, vermeld in artikel II.1, vragen een instellingsreview of een verlenging ervan aan bij de accreditatieorganisatie. De eerste ronde instellingsreviews wordt georganiseerd in de academiejaren en De tweede ronde instellingsreviews vindt plaats in de academiejaren [ en ]. 10 Memorie van toelichting, Decreet houdende wijziging van de Codex Hoger Onderwijs met betrekking tot het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs van 19 juni 2015, p

12 De accreditatieorganisatie stelt in overleg met de VLUHR het tijdsrooster op van de instellingsreviews in de eerste en tweede ronde en legt voor elke instellingsreview de uiterlijke datum van de aanvraag vast. Overgangsdecreet Samenvattend Zoals bovenstaande historiek aangeeft waren in de jaren 90 de externe visitaties een nieuw gegeven, ondertussen zijn ze een evidentie geworden waarop heel wat interne processen van de universiteiten en hogescholen zich hebben geënt. De afgelopen 25 jaar is dus geleidelijk een echte kwaliteitscultuur ontstaan binnen instellingen die toeliet om verdere stappen te zetten in het responsabiliseren van de instellingen. In het licht daarvan werd met het Overgangsdecreet van 2015 de mogelijkheid gelaten aan de instellingen om de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van hun opleidingen zelf in handen te nemen nadat ze al bijna twee decennia ruim ervaring konden opdoen binnen het kader van de visitaties. 12

13 3. Instellingsreview in internationaal perspectief De ontwikkeling van een interne kwaliteitscultuur binnen instellingen is geen uitsluitend Vlaams fenomeen, maar is zichtbaar in hogeronderwijsinstellingen in de hele European Higher Education Area (EHEA). Daarvan getuigt onder meer het Trends 2010 rapport - A decade of change in European Higher Education. Thus, institutional responses to the Trends 2010 questionnaire revealed that for 60% of HEI s, one of the most important changes in the past ten years has been enhanced internal quality processes 11. In de survey Examining Quality Culture 12 en het meest recente Trends 2015 rapport, werden die bevindingen nogmaals bevestigd it appears that there has been considerable development in internal quality processes across Europe. 13 Daaruit blijkt dat in steeds meer landen en regio s de kwaliteitscontrole en accreditatie op institutioneel niveau plaatsvinden. Most agencies focus on programme evaluation, but a growing number are becoming involved in institutional accreditations or audits. 14 Het tweede ENQArapport Quality procedures in the European Higher Education Area and Beyond uit 2008 constateerde nog dat een meerderheid van de externe kwaliteitszorgprocedures nog gebeurde op programmaniveau. Toch blijkt dat er intussen steeds meer externe kwaliteitszorgprocedures plaatsvinden op institutioneel niveau. 15 Het leggen van de verantwoordelijkheid en autonomie bij de instellingen zelf is dus een breder Europees fenomeen. 16 De overgang naar een systeem van de verlenging van opleidingsaccreditaties via een instellingsreview past binnen deze ontwikkeling. 11 Andrée Sursock & Hanne Smidt, Trends 2010: A decade of change in European Higher Education. (EUA publications, 2010) p. 84 e.v. 12 Tia Loukkola & Thérèse Zhang, Examining Quality Culture: Part I Quality Assurance Processes in Higher Education Institutions. (EUA, 2010); Andrée Sursock, Examining Quality Culture Part II: Processes and Tools Participation, Ownership and Bureaucracy. (EUA, 2011); Oliver Vettori, Examining Quality Culture Part III From self-reflection to enhancement. (EUA, 2012). 13 Andrée Sursock, Trends 2015: Learning and Teaching in European Universities. (EUA, 2015), pp Commission of the European Communities, Report from the Commission to the Council, the European Parliamant, the European Economic and Social Committee and the Committee of the Regions. Report on the progress in quality assurance in higher education. (Brussels, 2009), p. 4. (COM (2009) 487 final) 15 Nathalie Costes, Fiona Crozier, Peter Cullen, Josep Grifoll, e.a. Quality Procedures in the European Higher Education Area and Beyond Second ENQA Survey. (ENQA, 2008), p Spyros Amourgis, Nathalie Costes, Wenshe Froestad, Clas-Uno Frykholm e.a., Programme-oriented and institutional-oriented approaches to quality assurance: new developments and mixed approaches. (ENQA, 2009). 13

14 4. Pilootfase: Regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen binnen de instellingsreview Via het Overgangsdecreet van 2015 werd aan instellingen de mogelijkheid geboden om een eigen regie te ontwikkelen voor de borging van de kwaliteit van hun opleidingen. De instellingen konden hun regie als pilot vormgeven en deze pilot extern laten beoordelen in de geplande instellingsreviews. Het evaluatierapport dat voorligt, moet de pilootfase van instellingsreviews evalueren om te komen tot een definitief stelsel van een verlenging van de opleidingsaccreditaties op basis van een positief doorlopen instellingsreview. Codex Hoger Onderwijs: Art. II De instellingen, vermeld in artikel II.1, zorgen voor de kwaliteitszorg van de onderwijsactiviteiten. Ze zien permanent en op eigen initiatief toe op de kwaliteit van hun onderwijsactiviteiten. Ze betrekken studenten, alumni, externe deskundigen uit het beroepenveld en internationale deskundigen bij de processen van kwaliteitsbewaking. Ze voorzien in een regelmatige beoordeling van de kwaliteit van hun onderwijsactiviteiten. Tot en met het einde van het academiejaar kunnen de instellingen bij wijze van experiment proefprojecten opzetten waarbij zij zelf de regie voeren van de borging van de kwaliteit van hun opleidingen. Overgangsdecreet De instellingen die deze regie via pilots ontwikkelden, werden tijdelijk vrijgesteld van opleidingsvisitaties met het oog op accreditatie. In 2015 kozen alle achttien ambtshalve geregistreerde hogeronderwijsinstellingen voor de bijkomende advisering van de wijze waarop ze de regie voeren van de borging (en de verbetering) van de kwaliteit van hun opleidingen. Zodoende werden de opleidingsaccreditaties van de desbetreffende instellingen, zoals bepaald in artikel II.387/1 van de Codex Hoger Onderwijs, verlengd met acht academiejaren en werden de desbetreffende opleidingen vrijgesteld van visitaties. Codex Hoger Onderwijs: Art. II.387/1. Als een instelling gebruikmaakt van de mogelijkheid, vermeld in artikel II.126, 2, tweede lid, wordt de geldigheidsduur van de accreditatie van haar opleidingen die in het kader van de accreditatieprocedure volgens het visitatierooster dat is vastgelegd door de VLUHR na 16 december 2014 een zelfevaluatierapport, zoals bedoeld in het accreditatiekader, moeten indienen, van rechtswege verlengd met acht academiejaren. Die verlenging is niet van toepassing op de volgende opleidingen : 1 de opleidingen die geaccrediteerd zijn conform artikel II.153, 8; 2 de opleidingen die geaccrediteerd zijn conform artikel II.151, eerste lid; 3 de opleidingen waarvan de geldigheidsduur van de accreditaties beperkt werd met toepassing van artikel II.147, 3. Overgangsdecreet In de periode vonden de instellingsreviews plaats. De achttien hogeronderwijsinstellingen werden ingedeeld in drie clusters waarvan de beoordelingen plaatsvonden in het voorjaar van 2016, het najaar van 2016 en het voorjaar van Na afronding van elk van deze clusters ging de NVAO de consistentie van de beoordelingen na en koppelde ze 14

15 mondeling terug naar de betrokken instellingen. In de zomer van 2017 besliste NVAO over de instellingsreviews en de adviesrapporten aangaande de regie en maakte de NVAO haar besluiten en rapporten van de reviewcommissies over aan de betrokken instellingen. De instellingsreviews waren opgevat als een nulmeting en hebben geen rechtsgevolgen. 17 De nulmeting betrof de vier reeds decretaal bepaalde onderwerpen op het vlak van onderwijs(beleid): - visie en beleid; - beleidsuitvoering; - evaluatie en monitoring; - verbeterbeleid. Naast de vier onderwerpen van de instellingsreview zoals bepaald in het NAS-decreet, werd in 2015 de decretale mogelijkheid gecreëerd om een bijkomende advisering te laten uitvoeren van de manier waarop de instelling via de pilot(s) de regie voert van de borging van de kwaliteit van de eigen opleidingen. Deze advisering van de regie kreeg de vorm van een review trail. Codex Hoger Onderwijs: Art. II De instellingen, vermeld in artikel II.1, zijn vanaf het academiejaar onderworpen aan een instellingsreview. Bij een instellingsreview beoordeelt een externe commissie de beleidsprocessen die een instelling opzet om te garanderen dat ze haar taken op het terrein van het hoger onderwijs op een kwaliteitsvolle wijze uitvoert. De reviewcommissie betrekt daarbij ook de beleidsprocessen die de instelling opzet om het onderwijs dat ze in haar opleidingen aanbiedt te ondersteunen vanuit haar opdrachten op het terrein van onderzoek en maatschappelijke en wetenschappelijke dienstverlening. 2. De reviewcommissie betrekt de volgende onderwerpen in haar beoordeling : 1 de visie van de instelling op hoger onderwijs en de kwaliteit van het hoger onderwijs en het gevoerde beleid, beleidsdoelstellingen en beleidsuitgangspunten op het terrein van het onderwijs alsmede het gevoerde beleid op het terrein van onderzoek en maatschappelijke en wetenschappelijke dienstverlening in relatie met de onderwijskwaliteit; 2 de beleidsacties, processen, procedures, praktijken en instrumenten, die de instelling inzet om haar beleid op een effectieve wijze te realiseren en de kwaliteit van het aangeboden onderwijs te optimaliseren; 3 de feedback- en opvolgsystemen en in het bijzonder de interne systemen van kwaliteitsbewaking die de instelling opzet om de effectiviteit van haar beleidsacties in functie van de onderwijskwaliteit te garanderen; 4 de acties die een instelling onderneemt om de realisatie van haar beleidsdoelstellingen te verbeteren. [Naast de onderwerpen, vermeld in het eerste lid, kan een instelling vragen een bijkomende beoordeling uit te voeren over de manier waarop de instelling de regie voert van de borging van de kwaliteit van haar opleidingen, zoals bedoeld in artikel II.122, 1, tweede lid.] In het kader van de instellingsreviews werd per instelling een reviewcommissie samengesteld door de NVAO van vijf leden: 17 Codex Hoger Onderwijs, Art. II

16 - Een Vlaamse reviewcommissievoorzitter met ruime kennis van het Vlaamse hoger onderwijs en met bestuurlijke ervaring - Een Franstalige Belg (met kennis van de Nederlandse taal) met bestuurlijke ervaring in het hoger onderwijs buiten Vlaanderen - Een Nederlander met bestuurlijke ervaring in het hoger onderwijs buiten Vlaanderen - Een lid vanuit het werkveld met deskundigheid in kwaliteitszorg en kwaliteitsbewaking vanuit andere context dan onderwijs - Een student afgevaardigd door de Vlaamse Vereniging van Studenten (VVS) De reviewcommissies voerden twee locatiebezoeken uit van respectievelijk 2 en (2 of) 3 dagen. Het eerste locatiebezoek was verkennend. Het tweede was verdiepend. Die verdieping gebeurde via het uitvoeren van drie types review trails, elk met een onderscheiden karakter: - Een horizontale review trail focust op een onderwerp, thema of accent waarop de instelling zich profileert. - Een verticale review trail focust op de werkelijke uitvoering van een element van de visie en het onderwijsbeleid binnen twee of meer opleidingen en betreft dus de uitrol van het gekozen model. - De derde review trail focust op de regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen. In het kader van de derde review trail die inzicht bood in de regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen, kreeg elke instelling de mogelijkheid om een pilot of meerdere pilots te ontwikkelen. Die pilot kon zowel op kleinschalige wijze (groep opleidingen, departement/faculteit) als instellingsbreed vormgegeven worden. Op basis van het eigen kwaliteitszorgbeleid konden de instellingen dus zelf de vorm van hun pilot(s) kiezen en bijgevolg ook de betrokken opleidingen. De instellingen die vooraan in de kalender van de instellingsreview werden opgenomen, konden hun pilot kleinschaliger vormgeven. Dit ondermijnt echter niet de waarde van deze pilots en de meerwaarde die de externe beoordeling ervan had. Ten behoeve van het experimentele karakter is het goed dat er verschillende modellen van regie ontwikkeld werden. In alle gevallen diende zichtbaar te worden hoe de regie afgestemd is op de Vlaamse Kwalificatiestructuur en Europese referentiekaders, meer in het bijzonder hoe de aansluiting gebeurt bij de Standards and Guidelines for Quality Assurance in the European Higher Education Area (ESG). Hiertoe werden de elementen uit de ESG die betrekking hebben op kwaliteitszorg en onderwijskwaliteit omgezet in kenmerken van kwaliteitsvolle hogeronderwijsopleidingen, de zogenaamde kwaliteitskenmerken. Daarnaast diende de regie inzichtelijk te maken hoe interne en externe stakeholders en onafhankelijke, externe peers en experten bij de processen betrokken worden om de kwaliteitskenmerken op een gezaghebbende manier aantoonbaar te maken. Tot slot werd van de instellingen gevraagd een strategie te ontwikkelen om resultaten en uitkomsten van hun regie op transparante wijze publiek te maken. Voor de advisering van de regie in de derde review trail werd een kwaliteitscode ontwikkeld. 18 Die kwaliteitscode expliciteert bovenstaande verwachtingen. Naast de aansluiting bij de ESG, voorziet de kwaliteitscode ook de betrokkenheid van interne en externe stakeholders (met de nodige aandacht voor de betrokkenheid van studenten bij de borging van de kwaliteit) en de inzet van experten en/of peers. De kwaliteitscode maakt ook de koppeling met de Vlaamse 18 NVAO, Kwaliteitscode Vlaanderen

17 Kwalificatiestructuur en de Europese kwalificatieraamwerken. Hierbij wordt de link gelegd naar de voorwaarden die gelden voor de toegang tot bepaalde ambten of beroepen. Er moet worden benadrukt dat het dus niet gaat om een beoordelingskader met standaarden, maar om een code die het de instellingen mogelijk maakt de eigen regie te staven. Bij de beoordeling van een instelling kan dan op een meer specifieke en diepgaande wijze de praktijk van de regie in het licht van de kwaliteitscode getoetst worden. Codex Hoger Onderwijs: Art. II.126 [ 5. De beoordeling vermeld in artikel II.126, 2, tweede lid, wordt uitgevoerd in overeenstemming met een Kwaliteitscode. De accreditatieorganisatie legt na overleg met de VLUHR en de studentenkoepelverenigingen deze Kwaliteitscode vast. De Kwaliteitscode bepaalt de algemene uitgangspunten waaraan de regie van de borging van de kwaliteit van de opleidingen moet beantwoorden en hoe de instelling hierover verantwoording moet afleggen. Daarnaast voorziet de Kwaliteitscode aansluiting bij de Standards and Guidelines for Quality Assurance in the European Higher Education Area, de Vlaamse Kwalificatiestructuur en de relevante Europese kwalificatieraamwerken.] Overgangsdecreet De NVAO ontwikkelde voor de instellingsreview de Waarderende Aanpak. Het gaat om een filosofie, een mindset, een stijl of een ingesteldheid die leidend is bij het uitwerken van de methodologie en het vormgeven en uitvoeren van de instellingsreviews. Het vertrekpunt hierbij is de eigen context van de instelling en het door de instelling gekozen model. De standaarden uit het beoordelingskader zijn dit uitdrukkelijk niet. Er wordt dan ook niet beoordeeld of het gekozen model goed is, maar wel of het gekozen model werkt. Daarbij ligt de focus op wat er is en wat er kan en niet op wat er zou moeten of kunnen zijn. Doel is om goedlopende processen binnen de instelling te verankeren en te stimuleren en na te gaan waar (elementen binnen) het onderwijsbeleid nog versterkt kan (kunnen) worden, verder uitgediept of geïntensifieerd. Terzelfdertijd laat de Waarderende Aanpak een beoordeling toe die gebaseerd is op een kritisch onderzoek van de reviewcommissie. Er is ruimte om samen met de instelling ontwikkelpunten vast te stellen. Dit is mogelijk door een continue dialoog tussen commissie en instelling en een grote openheid van beide partijen. Deze openheid vereist dat de instellingsreview plaatsvindt in een sfeer van vertrouwen. Het aanwezige vertrouwen en de bereidheid om zelfkritisch (de instelling) of kritisch onderzoekend naar het (eigen) onderwijsbeleid te kijken, hebben de ontwikkeling van de Waarderende Aanpak mogelijk gemaakt. De Waarderende Aanpak zorgt ervoor dat de vormgeving van de instellingsreviews maximaal focust op respect voor de eigen context en verantwoordelijkheden van de instelling en op wat ze bereikt heeft. Ze probeert vanuit het perspectief van het instellingsbestuur inzicht te verwerven in het functioneren van de instelling. Na de verkennende fase volgt een verdiepende fase waarin de commissie na een kritische doorlichting van het onderwijsbeleidsmodel samen met de instelling inzichten opbouwt, kansen en mogelijkheden teruggeeft, de instelling een spiegel voorhoudt, en via het rapport meerwaarde creëert. De instellingsreviews dragen op die manier bij tot de doorontwikkeling van de in de instelling aanwezige kwaliteitscultuur. 17

18 Zoals decretaal bepaald, blijven de instellingsreviews uit de periode zonder rechtsgevolgen. 19 Echter de instellingsreviews kunnen wel verbetersuggesties opleveren die bij de volgende beoordeling van de instellingen (mét rechtsgevolgen) een rol zullen spelen. Aangezien niet alle verbetersuggesties noodzakelijk gevolgd worden (omdat ze bijvoorbeeld niet passen bij de keuzes van de instelling), kunnen instellingen hier een formeel antwoord op formuleren. Op die manier worden de verbetersuggesties gekaderd in de context van de betrokken instelling en kunnen ze bij de volgende beoordeling van de instelling op adequate wijze een rol spelen. De rapporten van de instellingsreviews zijn openbaar Codex Hoger Onderwijs, Art. II Codex Hoger Onderwijs, Art. II

19 II. Decretale evaluatie Zoals bepaald in artikel II.131 van de Codex Hoger Onderwijs moet het stelsel van instellingsreviews geëvalueerd worden vooraleer een definitief stelsel van opleidingsaccreditatie op basis van de instellingsreview kan worden uitgewerkt. De evaluatie moet de nodige informatie opleveren om de overgang van de pilootfase naar het definitieve stelsel te maken en in het bijzonder de samenhang te evalueren tussen de instellingsreview en de regiefunctie, en na te gaan of de integratie van de regiefunctie in de instellingsreview wenselijk is. Daarnaast moet de evaluatie inzicht geven in de conformiteit van het stelsel met de Standards and Guidelines for Quality Assurance in the European Higher Education Area (ESG). 1. Plan van aanpak en methodologie In een Mededeling aan de Vlaamse Regering (15 april 2016) opgenomen als bijlage, werd het plan van aanpak voor de decretale evaluatie vastgelegd. Daarin werd een tweeledige evaluatie voorgesteld die door een evaluatiegroep wordt uitgevoerd en door een resonantiegroep wordt gecontroleerd. De evaluatiegroep voert de evaluatie van de werking en de impact van het stelsel van accreditatie en instellingsreviews uit, en is dus ook de auteur van voorliggend evaluatierapport. De resonantiegroep staat in voor de meta-evaluatie, gaat na of de evaluatie correct is verlopen en garandeert op die manier objectiviteit en onafhankelijkheid. 1.1 Evaluatiegroep Het in 2015 gestarte stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie is het resultaat van een co-creatie tussen de overheid, NVAO en de verschillende partners uit het hoger onderwijs. In het kader van de gedragenheid, de betrokkenheid en het creëren van eigenaarschap dienen deze partners een cruciale rol te spelen in de evaluatie van het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie. Daartoe werd een evaluatiegroep samengesteld waarin de betrokken partners zetelen en die de werking en de impact van het stelsel van kwaliteitszorg in het hoger onderwijs evalueert. De evaluatiegroep is samengesteld uit een vertegenwoordiger van het kabinet (1), het Departement Onderwijs en Vorming (1), de NVAO (3), de VVS (1), de hogescholen (3) en de universiteiten (3) (via de VLUHR: combinatie rectoren, algemeen directeuren en instellingsexperten kwaliteitszorg). De VLUHR vaardigde een waarnemer af. De evaluatiegroep wordt gecoördineerd door het kabinet en ondersteund door het Departement Onderwijs en Vorming. Vanuit respectievelijk NVAO, VLIR en VLHORA werd telkens maximaal één extra lid toegevoegd in het kader van ondersteuning en brede terugkoppeling. 1.2 Resonantiegroep Om te garanderen dat de evaluatie objectief en onafhankelijk werd uitgevoerd, wordt gewerkt met een resonantiegroep. De resonantiegroep voert een vorm van meta-evaluatie uit en gaat daarbij na of de evaluatiegroep een correcte evaluatie heeft gemaakt en of het rapport in overeenstemming is met de opzet en de vooropgestelde evaluatieaanpak. De resonantiegroep legt 19

20 zijn bevindingen vast in een rapport. De evaluatiegroep kan het finale evaluatierapport nog bijstellen op basis van de bevindingen van de resonantiegroep. De resonantiegroep kwam twee keer samen (installatie en informatiebijeenkomst waarbij de methodologie werd doorgepraat en tweede bijeenkomst voor het uitvoeren van de metaevaluatie). De resonantiegroep is samengesteld uit experts met een achtergrond in inspectie, kwaliteitszorg, bedrijfsleven, onderzoek, Kwinta, etc. Minimaal één lid is internationaal (Europa overstijgend). De resonantiegroep wordt ondersteund door de overheid. 1.3 Evaluatievragen In de Mededeling aan de Vlaamse Regering werden drie elementen naar voor gebracht die in het kader van het nieuwe stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie dienden getoetst te worden: Performantie en robuustheid van het stelsel met het oog op de bewaking en verbetering van de onderwijskwaliteit; Betrokkenheid van en de transparantie naar interne en externe stakeholders (zoals personeel, studenten, werkveld en peers) als basis voor maatschappelijk vertrouwen; Draagvlak van het nieuwe stelsel bij de instellingen (instellingsbestuur, personeel en studenten) in het kader van autonomie en planlast. Om deze aspecten te onderzoeken werd door de evaluatiegroep een lijst van evaluatievragen opgesteld die elk van deze elementen ondersteunen. Deze lijst van evaluatievragen vormt het fundament van de decretale evaluatie en bijgevolg ook van dit evaluatierapport. Performantie en robuustheid 1. Biedt de praktijk, zoals die blijkt uit de rapporten, voldoende aanknopingspunten voor de wijze waarop de beoordeling van de regie op een adequate wijze geïntegreerd kan worden in de beoordeling van de instelling? 2. Heeft het stelsel voldoende aandacht voor essentiële componenten van onderwijskwaliteit (leerresultaten, curriculum, leeromgeving en toetsing)? 3. Vormen de vier onderdelen van het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie een alles omvattend stelsel van externe kwaliteitszorg voor het Vlaamse hoger onderwijs? 4. Biedt het kader van de instellingsreview een voldoende houvast voor de evaluatie van de kwaliteit van het onderwijsbeleid van een instelling? Wat kan er verbeterd worden? 5. Blijkt uit de adviesrapporten dat binnen de opzet van de pilots de betrokken kwaliteitskenmerken1 op een gezaghebbende manier aantoonbaar worden gemaakt? 6. Biedt het kwaliteitszorgstelsel voldoende garanties dat interne en externe stakeholders op een kwaliteitsvolle manier worden betrokken? Transparantie 1. Biedt het kwaliteitszorgstelsel voldoende garanties dat interne en externe stakeholders betrouwbare informatie ontvangen over de kwaliteit van de opleidingen? 2. Werden voldoende stappen gezet inzake informatiedeling en publieke informatie over de kwaliteit van de opleidingen? Zijn er nog bijkomende noden en behoeften inzake informatie? 20

21 3. Biedt het kwaliteitszorgstelsel voldoende waarborgen dat de binnenlandse en buitenlandse stakeholders het vertrouwen behouden in de kwaliteit van het Vlaamse hoger onderwijs? Autonomie en planlast 1. Bevordert de Waarderende Aanpak het draagvlak voor het nieuwe stelsel bij de instellingen? 2. Biedt het nieuwe stelsel voldoende ruimte aan de instellingen en de opleidingen om de eigen verantwoordelijkheid inzake kwaliteitszorg ten volle op te nemen? Maken de instellingen gebruik van de autonomie die hen gegeven wordt? 3. Bevordert het kader van de instellingsreview en de kwaliteitscode de verdere ontwikkeling van de kwaliteitscultuur binnen de instelling? 4. Bevordert de Waarderende Aanpak de verdere ontwikkeling van de kwaliteitscultuur binnen de instelling? 5. In welke mate leidt het nieuwe stelsel potentieel tot een vermindering van de planlast? Bevatten de rapporten suggesties voor een vermindering van de (interne) planlast? 1.4 Methodologie en informatiebronnen voor de evaluatie Verder boden ook de belangrijkste informatiebronnen die ten dienste van de decretale evaluatie stonden inkijk in de ervaringen van de verschillende doelgroepen. De belangrijkste gegevens voor het beantwoorden van de evaluatievragen werden voornamelijk aangeleverd door twee informatiebronnen: 1) De resultaten van de evaluatierapporten van de instellingsreviews en de adviesrapporten over de regie van de borging van de kwaliteit; 2) Een survey bij alle betrokkenen over hun ervaringen met het proces van de instellingsreviews. Daarnaast werden nog aanvullend focusgesprekken georganiseerd met bepaalde doelgroepen. Op basis van de evaluatierapporten van de instellingsreviews en de adviesrapporten betreffende de regie van de borging van de kwaliteit die door de reviewcommissies werden opgesteld, heeft de NVAO een overzichtsrapportage opgemaakt met de belangrijkste bevindingen met betrekking tot de instellingsreviews. Door deze overzichtsrapportage krijgen we zicht op de resultaten van de instellingsreviews. De survey, opgesteld door de evaluatiegroep, wilde peilen naar de ervaringen met het proces van de instellingsreview bij de verschillende doelgroepen die betrokken werden bij de decretale evaluatie. Deze survey is geïnspireerd op de evaluatievragen. 21 NVAO zorgde voor de afname van de vragenlijsten, het Departement Onderwijs en Vorming stond in voor de verwerking en analyse. De NVAO organiseerde daarnaast nog intervisies met voorzitters en secretarissen van de reviewcommissies en focusgesprekken met de reviewcommissieleden in mei Daar werden bepaalde aspecten van het proces nog verder besproken en uitgediept. Ook de instellingen werden per cluster uitgenodigd door de NVAO om hun ervaringen met de instellingsreview diepgaander te bespreken. Zo werden drie SAMENaries georganiseerd waar vertegenwoordigers van de 21 Zie bijlage 4 voor het overzicht van de surveyvragen en de doelgroepen van de survey. 21

Standpunt van de VLIR betreffende de visitatie van het onderwijs aan de universitaire instellingen in Vlaanderen

Standpunt van de VLIR betreffende de visitatie van het onderwijs aan de universitaire instellingen in Vlaanderen Standpunt van de VLIR betreffende de visitatie van het onderwijs aan de universitaire instellingen in Vlaanderen Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België Yvette Michotte 27 februari 2016 10-3-2016

Nadere informatie

Kwaliteitscode - Vlaanderen 2015-2017

Kwaliteitscode - Vlaanderen 2015-2017 Kwaliteitscode - Vlaanderen 2015-2017 Situering van de Kwaliteitscode Afstemming op Europese referentiekaders De regie-pilots De uitgebreide instellingsreview In de periode 2015-2017 krijgen de universiteiten

Nadere informatie

Kwaliteitszorg en accreditatie

Kwaliteitszorg en accreditatie Infofiche Kwaliteitszorg en accreditatie Om kwaliteitsvol onderwijs te garanderen, worden opleidingen en instellingen beoordeeld. Enerzijds is er interne kwaliteitszorg die binnen de hogeschool of universiteit

Nadere informatie

Externe kwaliteitszorg in het hoger onderwijs: voorstel vereenvoudiging en overgang naar een meer geïntegreerd systeem

Externe kwaliteitszorg in het hoger onderwijs: voorstel vereenvoudiging en overgang naar een meer geïntegreerd systeem Concept na bespreking 4 november 2014 Externe kwaliteitszorg in het hoger onderwijs: voorstel vereenvoudiging en overgang naar een meer geïntegreerd systeem Inleiding en context Het regeerakkoord wijst

Nadere informatie

nr. 120 van TINE SOENS datum: 25 november 2014 aan HILDE CREVITS

nr. 120 van TINE SOENS datum: 25 november 2014 aan HILDE CREVITS SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 120 van TINE SOENS datum: 25 november 2014 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Kwaliteitszorg hoger onderwijs Task force

Nadere informatie

Biomedisch Onderwijs in de weegschaal

Biomedisch Onderwijs in de weegschaal Ann Demeulemeester Biomedisch Onderwijs in de weegschaal Academie Geneeskunde 2016 De NVAO is als onafhankelijke, binationale accreditatieorganisatie bij verdrag opgericht door de Nederlandse en Vlaamse

Nadere informatie

Een nieuw stelsel van kwaliteitszorg en. Vlaanderen. NVAO-najaarscongres Vlaanderen, 16 november Micheline Scheys Secretaris-generaal

Een nieuw stelsel van kwaliteitszorg en. Vlaanderen. NVAO-najaarscongres Vlaanderen, 16 november Micheline Scheys Secretaris-generaal Een nieuw stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie ti voor het hoger onderwijs in Vlaanderen NVAO-najaarscongres Vlaanderen, 16 november 2011 Micheline Scheys Secretaris-generaal 1 2005-2013: eerste

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs MEMORIE VAN TOELICHTING

ONTWERP VAN DECREET houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs MEMORIE VAN TOELICHTING ONTWERP VAN DECREET houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs MEMORIE VAN TOELICHTING A. Algemene toelichting 1. Samenvatting Met het voorliggende ontwerp van decreet wordt

Nadere informatie

INSTELLINGSREVIEW 2014-2015

INSTELLINGSREVIEW 2014-2015 INSTELLINGSREVIEW 2014-2015 Kwaliteitszorg en de instellingsreview in een notendop 2 Er zijn onnoemelijk veel termen die rondgaan als het gaat om de kwaliteit van het onderwijs binnen de instellingen hoger

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs

Voorontwerp van decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs Voorontwerp van decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs; Na beraadslaging, BESLUIT: De

Nadere informatie

INSTELLINGSREVIEW 2014-2015

INSTELLINGSREVIEW 2014-2015 INSTELLINGSREVIEW 2014-2015 2 Er zijn onnoemelijk veel termen die rondgaan als het gaat om de kwaliteit van het onderwijs binnen de instellingen hoger onderwijs. Kwaliteitszorg, al dan niet intern, kwaliteitsstelsels,

Nadere informatie

Advies over het nieuwe NVAO-reglement

Advies over het nieuwe NVAO-reglement Raad Hoger Onderwijs 8 oktober 2013 RHO-RHO-ADV-002 Advies over het nieuwe NVAO-reglement Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18 www.vlor.be info@vlor.be

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs - Principiële goedkeuring 1. INHOUDELIJK

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs MEMORIE VAN TOELICHTING

ONTWERP VAN DECREET houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs MEMORIE VAN TOELICHTING ONTWERP VAN DECREET houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs MEMORIE VAN TOELICHTING A. Algemene toelichting 1. Samenvatting Met het voorliggende ontwerp van decreet wordt

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel. Conceptnota

VLAAMSE REGERING Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel. Conceptnota VLAAMSE REGERING Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Conceptnota Betreft : Nieuw stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs 1 Context 1.1 Aanleiding In

Nadere informatie

Advies over de aanpassingen aan het kwaliteitszorgsysteem hoger onderwijs

Advies over de aanpassingen aan het kwaliteitszorgsysteem hoger onderwijs Raad Hoger Onderwijs 29 januari 2015 RHO-RHO-ADV-1415-002 Advies over de aanpassingen aan het kwaliteitszorgsysteem hoger onderwijs Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42

Nadere informatie

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN Bijlage. Operationeel kader inrichting onderzoeksmaster als vermeld in artikel 1. NVAO VLAANDEREN KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN 2019-2025 OPERATIONEEL KADER INRICHTING ONDERZOEKSMASTER OKTOBER 2018

Nadere informatie

Standpunt Kwaliteitszorg

Standpunt Kwaliteitszorg Standpunt Kwaliteitszorg Rapporteur & Co-rapporteur Lorenzo Ego Datum goedkeuring bureau 12 oktober 2017 Datum goedkeuring av 1 november 2017 Contactpersoon Lorenzo Ego (internationaal@vvs.ac) Probleemstelling,

Nadere informatie

Visitaties in de hogescholen en universiteiten. VEP 7 december 2012

Visitaties in de hogescholen en universiteiten. VEP 7 december 2012 Visitaties in de hogescholen en universiteiten VEP 7 december 2012 1 Visitaties in de hogescholen en universiteiten 1. Situering van de visitaties in de kwaliteitsbewaking 2. Onderzoek van Belgische Rekenhof

Nadere informatie

Draaiboek Uitgebreide Instellingsreview. - Vlaanderen

Draaiboek Uitgebreide Instellingsreview. - Vlaanderen Draaiboek Uitgebreide Instellingsreview - Vlaanderen 2015-2017 14 december 2015 Inhoud 1 Inleiding 2 2 Werkwijze instellingsreview 3 2.1 Samenstelling van de reviewcommissie 3 2.2 Planning bestuurlijk

Nadere informatie

Instellingstoets kwaliteitszorg (ITK)

Instellingstoets kwaliteitszorg (ITK) Instellingstoets kwaliteitszorg (ITK) De instellingstoets kwaliteitszorg (ITK) is een periodieke, externe en onafhankelijke beoordeling van de interne kwaliteitszorg van een instelling. Interne kwaliteitszorg

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 62.968/1 van 20 maart 2018 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs

Nadere informatie

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wie zijn wij? Patrick van den Bosch Expert Kwaliteitszorg Patrick.vandenbosch@vluhr.be Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wouter Teerlinck Expert Kwaliteitszorg Wouter.teerlinck@vluhr.be

Nadere informatie

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN VR 2018 2109 DOC.1057/3BIS VR 2018 2109 DOC.1057/3BIS Bijlage. Beoordelingskader instellingsreview als vermeld in artikel 1. NVAO VLAANDEREN KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN 2019-2025 BEOORDELINGSKADER

Nadere informatie

Advies over het NVAO-voorstel voor een nieuw accreditatiestelsel

Advies over het NVAO-voorstel voor een nieuw accreditatiestelsel ADVIES Raad Hoger Onderwijs 15 december 2009 RHO/IDR/ADV/003 Advies over het NVAO-voorstel voor een nieuw accreditatiestelsel VLAAMSE ONDERWIJSRAAD, KUNSTLAAN 6 BUS 6, 1210 BRUSSEL www.vlor.be Advies over

Nadere informatie

Dat de instellingen en evaluatieorganen voldoende kwaliteitsbewustzijn zullen tonen om de verbeterfunctie van de externe kwaliteitszorg

Dat de instellingen en evaluatieorganen voldoende kwaliteitsbewustzijn zullen tonen om de verbeterfunctie van de externe kwaliteitszorg Accreditatie hoger onderwijs Onder welke voorwaarden kan accreditatie in de toekomst een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het Nederlandse en Vlaamse hoger onderwijs. Blijvend succes

Nadere informatie

Peerreview competenties

Peerreview competenties Peerreview competenties Afdeling Nederland NNK - 8 februari 2018 Lieve Desplenter menu 1. NVAO achtergronden 2. Peerreview 1. Waartoe? 2. Hoe? 3. Kwaliteiten en competenties van peers 1. Juiste mindset

Nadere informatie

Brussel, 10 december _Advies_accreditatieverdrag. Advies. Accreditatieverdrag met Nederland

Brussel, 10 december _Advies_accreditatieverdrag. Advies. Accreditatieverdrag met Nederland Brussel, 10 december 2003 111903_Advies_accreditatieverdrag Advies Accreditatieverdrag met Nederland Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding en situering adviesvraag... 3 2. Samenvatting... 4 3. Advies...5 2 1.

Nadere informatie

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN Bijlage. Operationeel kader wijziging studieomvang als vermeld in artikel 1. NVAO VLAANDEREN KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN 2019-2025 OPERATIONEEL KADER WIJZIGING STUDIEOMVANG OKTOBER 2018 Pagina 1 van

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING MEMORIE VAN TOELICHTING Decreet houdende bekrachtiging van het reglement tot bepaling van de bestuursbeginselen die van toepassing zijn bij de besluitvorming door de Nederlands- Vlaamse Accreditatieorganisatie

Nadere informatie

Accreditatiestelsel hoger onderwijs Vlaanderen Kader voor de opleidingsaccreditatie 2 de ronde

Accreditatiestelsel hoger onderwijs Vlaanderen Kader voor de opleidingsaccreditatie 2 de ronde Accreditatiestelsel hoger onderwijs Vlaanderen Kader voor de opleidingsaccreditatie 2 de ronde 13 mei 2013 pagina 2 Inhoud 1 Opbouw van het stelsel 4 2 Kader voor de opleidingsaccreditatie 2 de ronde 6

Nadere informatie

Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie

Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie dr. Steven Van Luchene [VLIR Cel Kwaliteitszorg] op weg naar accreditatie 1. routebeschijving: tno visita e accredita e 2. de meet: generieke

Nadere informatie

Hoe kan IR de Instellingstoets Kwaliteitszorg verbeteren? Alexander Babeliowsky Kennissessie DAIR-seminar 1 november 2017

Hoe kan IR de Instellingstoets Kwaliteitszorg verbeteren? Alexander Babeliowsky Kennissessie DAIR-seminar 1 november 2017 Hoe kan IR de Instellingstoets Kwaliteitszorg verbeteren? Alexander Babeliowsky Kennissessie DAIR-seminar 1 november 2017 Even voorstellen. Achtergrond Bedrijfskunde (UvA) en postinitieeel managementconsultancy

Nadere informatie

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN Bijlage. Beoordelingskader opleidingsaccreditatie op maat van de eigen regie als vermeld in artikel 1. NVAO VLAANDEREN KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN 2019-2025 BEOORDELINGSKADER OPLEIDINGSACCREDITATIE

Nadere informatie

NVAO Strategie

NVAO Strategie NVAO Strategie 2017-2020 Maart 2017 NVAO Strategie 2017-2020 Maart 2017 pagina 2 Inleiding De kwaliteit van het hoger onderwijs is van groot belang voor de Nederlandse en de Vlaamse samenleving. Erkenning

Nadere informatie

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2017/18

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2017/18 EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2017/18 34 735 Wijziging van onder meer de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek met het oog op het optimaliseren van het accreditatiestelsel

Nadere informatie

Kader Instellingsreview. - Vlaanderen

Kader Instellingsreview. - Vlaanderen Kader Instellingsreview - Vlaanderen 2015-2017 20 maart 2015 pagina 2 Inhoud 1 Opzet 4 2 Beoordelingskader 5 3 Beoordelingsschaal en beslisregel 6 3.1 Beoordelingsschaal voor de standaarden 6 3.2 Beslisregels

Nadere informatie

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN Reglement betreffende de erkenning van evaluatieorganen die een coördinerende taak hebben ten aanzien van de externe beoordeling van hogeronderwijsopleidingen in de Vlaamse Gemeenschap Gelet op het decreet

Nadere informatie

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN Reglement betreffende de vormvereisten voor aanvragen tot uitvoering van een accreditatie, een instellingsreview of een toets nieuwe opleiding ten aanzien van opleidingen in de Vlaamse Gemeenschap Gelet

Nadere informatie

Beoordelingskader instellingsreview hoger onderwijs Vlaanderen 1 ste Ronde. 2d r 2 de ronde

Beoordelingskader instellingsreview hoger onderwijs Vlaanderen 1 ste Ronde. 2d r 2 de ronde Beoordelingskader instellingsreview hoger onderwijs Vlaanderen 1 ste Ronde En 6 september 2013 2d r 2 de ronde Inhoud 1 Opzet 4 2 Onderwerpen instellingsreview 6 2.1 Onderwerp 1: visie en beleid 6 2.2

Nadere informatie

Advies over de hervorming van het kwaliteitszorgstelsel hoger onderwijs

Advies over de hervorming van het kwaliteitszorgstelsel hoger onderwijs Raad Hoger Onderwijs 29 januari 2018 RHO-RHO-ADV-1718-003 Advies over de hervorming van het kwaliteitszorgstelsel hoger onderwijs Vlaamse Onderwijsraad Koning Albert II-laan 37 BE-1030 Brussel T +32 2

Nadere informatie

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN Bijlage. Beoordelingskader opleidingsaccreditatie als vermeld in artikel 1 NVAO VLAANDEREN KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN 2019-2025 BEOORDELINGSKADER OPLEIDINGSACCREDITATIE JULI 2018 Pagina 1 van 26

Nadere informatie

Advies over de wijziging van het accreditatieverdrag

Advies over de wijziging van het accreditatieverdrag Raad Hoger Onderwijs IDR / 16 april 2013 RHO-RHO-ADV-005 Advies over de wijziging van het accreditatieverdrag Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18

Nadere informatie

Het erkenningsbesluit sociale huisvesting: stimulans voor bewonersparticipatie

Het erkenningsbesluit sociale huisvesting: stimulans voor bewonersparticipatie Het erkenningsbesluit sociale huisvesting: stimulans voor bewonersparticipatie Voorstel tot aanbevelingen van VIVAS I. Inleiding...2 II. Het erkenningsbesluit en bewonersparticipatie...2 1 Prestatiebeoordeling

Nadere informatie

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN Bijlage. Beoordelingskader toets nieuwe opleiding op maat van de eigen regie als vermeld in artikel 1 NVAO VLAANDEREN KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN 2019-2025 BEOORDELINGSKADER TOETS NIEUWE OPLEIDING

Nadere informatie

Standpunt nieuw accreditatiestelsel

Standpunt nieuw accreditatiestelsel Standpunt nieuw accreditatiestelsel VVS heeft in de discussie rond het nieuw accreditatiestelsel volgend standpunt a) met betrekking tot de instellingsaudits: - akkoord met het principe van instellingsaudits

Nadere informatie

Deze notitie schetst op hoofdlijnen de opbouw en inrichting van dat stelsel.

Deze notitie schetst op hoofdlijnen de opbouw en inrichting van dat stelsel. Preambule [1] De Nederlandse Universiteiten willen naar een stelsel van kwaliteitszorg waarbij de verbeterfunctie van het onderwijs weer centraal komt te staan, en de externe verantwoording op instellingsniveau

Nadere informatie

Bijzonder kenmerk Duurzaam hoger onderwijs

Bijzonder kenmerk Duurzaam hoger onderwijs Bijzonder kenmerk Duurzaam hoger onderwijs September 2013 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Naamswijziging 3 3 Bijzonder kenmerk volgt reguliere procedure 3 4 Relatie met keurmerk Duurzaam Hoger Onderwijs: AISHE

Nadere informatie

NVAO Congres 2017: Kwaliteit in de praktijk - Katalysator voor kwaliteitscultuur Donderdag

NVAO Congres 2017: Kwaliteit in de praktijk - Katalysator voor kwaliteitscultuur Donderdag NVAO Congres 2017: Kwaliteit in de praktijk - Katalysator voor kwaliteitscultuur Donderdag 23-02-2017 Toespraak Anne Flierman Voorzitter NVAO (alleen gesproken woord geldt) Dames en heren, ook van mijn

Nadere informatie

Kader Opleidingsaccreditatie. - Vlaanderen 2015-2021

Kader Opleidingsaccreditatie. - Vlaanderen 2015-2021 Kader Opleidingsaccreditatie - Vlaanderen 2015-2021 20 maart 2015 Pagina 2 van 17 Inhoud 1 Opzet 5 2 Beoordelingskader 6 3 Beoordelingsschaal en beslisregel 7 4 Samenstelling van de visitatiecommissie

Nadere informatie

Externe mandatenlijst (2014-2015)

Externe mandatenlijst (2014-2015) Externe mandatenlijst (2014-2015) In het Vlaamse hoger onderwijslandschap bestaat een cultuur van overleg. Dit overleg komt tot uiting binnen diverse werkgroepen waarin standpunten, adviezen en beleidsaanbevelingen

Nadere informatie

Accreditatie 3.0 en peer review

Accreditatie 3.0 en peer review Accreditatie 3.0 en peer review Seminar verduurzaming peer review Paul Zevenbergen 22 november 2016 Twee onderwerpen Nieuwe accreditatiestelsel ( 3.0 ) Eigen peer review in relatie tot NVAO accreditatie

Nadere informatie

BEOORDELING OPLEIDING MET LICHTERE OPLEIDINGSACCREDITATIE

BEOORDELING OPLEIDING MET LICHTERE OPLEIDINGSACCREDITATIE NVAO NEDERLAND BEOORDELING OPLEIDING MET LICHTERE OPLEIDINGSACCREDITATIE Experiment instellingsaccreditatie met lichtere opleidingsaccreditatie Nadere uitwerking JULI 2018 NVAO NEDERLAND BEOORDELING OPLEIDING

Nadere informatie

Toetsing aan de praktijk: bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Richtlijn

Toetsing aan de praktijk: bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Richtlijn Toetsing aan de praktijk: bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Richtlijn NVAO Afdeling Nederland Augustus 2017 Deze richtlijn beschrijft de uitvoering van de praktijktoets behorend bij

Nadere informatie

Uitbreiding studieomvang

Uitbreiding studieomvang Infofiche Uitbreiding studieomvang Om te voldoen aan internationale verwachtingen en de studiedruk te verlagen, werd de mogelijkheid gecreëerd de masteropleidingen in de humane wetenschappen te verlengen

Nadere informatie

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN

KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN Bijlage. Beoordelingskader toets nieuwe opleiding als vermeld in artikel 1. NVAO VLAANDEREN KWALITEITSZORGSTELSEL VLAANDEREN 2019-2025 BEOORDELINGSKADER TOETS NIEUWE OPLEIDING JULI 2018 Pagina 1 van 23

Nadere informatie

Accreditatiestelsel 3.0

Accreditatiestelsel 3.0 Accreditatiestelsel 3.0 Paul Zevenbergen Bestuurslid NVAO NNK, 14 april 2016 Vandaag Uitgangspunten Korte toelichting Geest accreditatiestelsel Opzet instellingsbeoordeling Opzet opleidingsbeoordeling

Nadere informatie

Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg. : Saxion Hogeschool : Enschede, Deventer en Apeldoorn : 3 maart 2017

Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg. : Saxion Hogeschool : Enschede, Deventer en Apeldoorn : 3 maart 2017 nuao nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg Datum 12 april 2018 Onderwerp Besluit Instellingstoets Kwaliteitszorg van de Saxion

Nadere informatie

Bijzondere kenmerken Nadere uitwerking

Bijzondere kenmerken Nadere uitwerking Bijzondere kenmerken Nadere uitwerking NVAO Afdeling Nederland Juli 2017 Deze nadere uitwerking bevat de aanvullende eisen behorend bij een specifieke NVAO beoordelingsprocedure die staat vermeld in het

Nadere informatie

Kader Toets Nieuwe Opleiding. - Vlaanderen 2015-2021

Kader Toets Nieuwe Opleiding. - Vlaanderen 2015-2021 Kader Toets Nieuwe Opleiding - Vlaanderen 2015-2021 28 mei 2015 Pagina 2 van 13 Inhoud 1 Opzet 5 2 Beoordelingskader 6 3 Beoordelingsschaal en beslisregel 7 4 Samenstelling van de visitatiecommissie 8

Nadere informatie

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van xxx, nr. xxx);

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van xxx, nr. xxx); Besluit van houdende vaststelling van een algemene maatregel van bestuur ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5a.11, vierde lid, artikel 5a.12a, eerste lid, en artikel 5a.13d, zesde lid, van de Wet

Nadere informatie

Bestuursreglement Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie NVAO

Bestuursreglement Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie NVAO Bestuursreglement Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie NVAO Augustus 2017 Inhoud 1 Inleiding 4 Artikel 1.1 - Begripsbepalingen 4 Artikel 1.2 - De organisatie 4 2 Het bestuur 5 Artikel 2.1 - Samenstelling

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 536 Besluit van 24 oktober 2011, houdende vaststelling van een algemene maatregel van bestuur ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5a.11,

Nadere informatie

zorgen voor kwaliteit altijd, overal en door iedereen

zorgen voor kwaliteit altijd, overal en door iedereen onze hogeschool is een op kwaliteit georiënteerde instelling voor hoger onderwijs, onderzoek en dienstverlening zorgen voor kwaliteit altijd, overal en door iedereen reflecteren PDCA-cirkel motor van verandering

Nadere informatie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie Breakout sessie 2-5 Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling De voorstellen beschreven in deze notitie dienen als uitwerking van (aangekondigde) wetswijzigingen. Op basis van deze wetswijzigingen

Nadere informatie

Operationeel kader vermindering studieomvang masteropleidingen

Operationeel kader vermindering studieomvang masteropleidingen Bijlage. Operationeel kader vermindering studieomvang masteropleidingen als vermeld in artikel 1. Operationeel kader vermindering studieomvang masteropleidingen 13 april 2018 Inhoud 1 Inleiding 4 2 De

Nadere informatie

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur De sjabloon van het aanvraagdossier

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

Protocol voor Nederlandse aanvragen Toets Nieuwe Opleiding leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010

Protocol voor Nederlandse aanvragen Toets Nieuwe Opleiding leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010 Protocol voor Nederlandse aanvragen Toets Nieuwe Opleiding leidend tot een Joint degree 7 juni 2010 versie februari 2011 Inhoud Voorwoord 3 1 Inleiding 3 2 Wanneer kan een toets nieuwe opleiding leidend

Nadere informatie

De Voorzitter van de Staten Generaal Postbus EA Den Haag.. Datum 16 december 2015

De Voorzitter van de Staten Generaal Postbus EA Den Haag.. Datum 16 december 2015 >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den

Nadere informatie

ADVIES. Raad Hoger Onderwijs. 14 juli 2005 RHO/IDR/ADV/002

ADVIES. Raad Hoger Onderwijs. 14 juli 2005 RHO/IDR/ADV/002 ADVIES Raad Hoger Onderwijs 14 juli 2005 RHO/IDR/ADV/002 Advies over het voorontwerp van decreet tot bekrachtiging van het reglement van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie tot bepaling van de

Nadere informatie

Criteria bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Nadere uitwerking

Criteria bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Nadere uitwerking Criteria bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Nadere uitwerking NVAO Afdeling Nederland Januari 2018 Deze nadere uitwerking bevat de aanvullende eisen behorend bij een specifieke NVAO

Nadere informatie

1 Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg. Universiteit Utrecht Utrecht 19 december 2016

1 Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg. Universiteit Utrecht Utrecht 19 december 2016 nuao F nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie 1 Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg datum 19 maart 2018 onderwerp Besluit instellingstoets kwaliteitszorg van de Universiteit

Nadere informatie

Beoordeling Transnationaal Onderwijs Protocol

Beoordeling Transnationaal Onderwijs Protocol Beoordeling Transnationaal Onderwijs Protocol NVAO Afdeling Nederland April 2018 Dit protocol bevat de eisen behorend bij een NVAO beoordelingsprocedure die losstaat van het NVAO beoordelingskader. Het

Nadere informatie

Internetconsultatie IAK

Internetconsultatie IAK Internetconsultatie IAK NB Beantwoording van de 7 vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK) 1. Wat is de aanleiding? Accreditatie is een keurmerk van de overheid dat tot

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 april 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Nota Ruimte. Ontwerp Nota Ruimte. Goedkeuring.

Nadere informatie

Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg. Radboud Universiteit Nijmegen. Nijmegen 11 oktober 2016

Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg. Radboud Universiteit Nijmegen. Nijmegen 11 oktober 2016 nuao r nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg datum 24 oktober 2017 onderwerp Besluit instellingstoets kwaliteitszorg van de Radboud

Nadere informatie

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Decretale context De aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 3198 29 januari 2019 Beoordelingskader accreditatiestelsel hoger onderwijs Nederland, Ministerie van Onderwijs, Cultuur

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van

Nadere informatie

Format informatiedossier accreditatieaanvraag steunend op een buitenlandse accreditatie

Format informatiedossier accreditatieaanvraag steunend op een buitenlandse accreditatie Format informatiedossier accreditatieaanvraag steunend op een buitenlandse accreditatie Dit format moet worden gebruikt voor het informatiedossier voor een accreditatieaanvraag steunend op een buitenlandse

Nadere informatie

VR DOC.0923/1BIS

VR DOC.0923/1BIS VR 2018 2007 DOC.0923/1BIS DE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Visienota - Kwaliteits- en registratiemodel voor de dienstverleners binnen Werk /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

Brussel, 18 februari _Advies_studiefinanciering_HO. Advies. Studiefinanciering en studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs

Brussel, 18 februari _Advies_studiefinanciering_HO. Advies. Studiefinanciering en studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs Brussel, 18 februari 2004 180204_Advies_studiefinanciering_HO Advies Studiefinanciering en studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs 1. Inleiding De Vlaamse Minister van onderwijs en vorming heeft

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT. COMMISSIEVERGADERING HANDELINGEN Nr. 50 Commissie voor Onderwijs 6 november 2014 Uittreksel

VLAAMS PARLEMENT. COMMISSIEVERGADERING HANDELINGEN Nr. 50 Commissie voor Onderwijs 6 november 2014 Uittreksel VLAAMS PARLEMENT COMMISSIEVERGADERING HANDELINGEN Nr. 50 Commissie voor Onderwijs 6 november 2014 Uittreksel VRAAG OM UITLEG van mevrouw Tine Soens tot mevrouw Hilde Crevits, viceminister-president van

Nadere informatie

NVAO NEDERLAND BEOORDELINGSKADER ACCREDITATIESTELSEL HOGER ONDERWIJS NEDERLAND

NVAO NEDERLAND BEOORDELINGSKADER ACCREDITATIESTELSEL HOGER ONDERWIJS NEDERLAND NVAO NEDERLAND BEOORDELINGSKADER ACCREDITATIESTELSEL HOGER ONDERWIJS NEDERLAND SEPTEMBER 2018 NVAO NEDERLAND BEOORDELINGSKADER ACCREDITATIESTELSEL HOGER ONDERWIJS NEDERLAND SEPTEMBER 2018 Inhoud Inleiding...

Nadere informatie

Handreiking Toetsingskaders Opleidingsschool en academische kop 2013

Handreiking Toetsingskaders Opleidingsschool en academische kop 2013 Handreiking Toetsingskaders Opleidingsschool en academische kop 2013 NVAO en OCW 30 augustus 2013 Inhoud 1 Algemeen 3 2 Toelichting op de toetsingskaders 5 3 Werkwijze beoordelingen 6 Bijlage Aanleveren

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 1.7a, eerste en tweede lid, en 5a.2, eerste lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

Gelet op de artikelen 1.7a, eerste en tweede lid, en 5a.2, eerste lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek; [Versie ten behoeve van de consultatie en uitvoeringstoetsen] Besluit van houdende bepalingen voor een experiment met instellingsaccreditatie met lichtere opleidingsaccreditatie gericht op onder meer een

Nadere informatie

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. Ontwerp van accreditatierapport en -besluit met een positieve beoordeling van de accreditatieaanvraag voor de opleiding Master of Science in de architectuur (master) van de Universiteit Antwerpen (na tijdelijke

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf

Inhoud. Woord vooraf Woord vooraf xi Hoofdstuk 1 Concept en context 1 1.1 Inleiding 1 1.2 Accreditatie algemeen 3 1.3 Concept en definitie in het hoger onderwijs 3 1.4 Variaties op tien dimensies 6 1.5 Hoofdredenen voor accreditatie

Nadere informatie

Toetsingskader HBO 5 Toets Nieuwe Opleiding (omvorming)

Toetsingskader HBO 5 Toets Nieuwe Opleiding (omvorming) INFORMATIESESSIE HBO 5 Toetsingskader HBO 5 Toets Nieuwe Opleiding (omvorming) Pieter Soete 26-27 april 2017 Inhoud Inleiding Toelichting toetsingskader TNO HBO5 omvorming generieke kwaliteitswaarborgen

Nadere informatie

AuditchArter VAn het AGentSchAp Audit VLAAnderen 1 / 9

AuditchArter VAn het AGentSchAp Audit VLAAnderen 1 / 9 Auditcharter Van HET AGENTSChap AUDIT VLAANDEREN 1 / 9 Inhoudsopgave MISSIE VAN HET AGENTSCHAP AUDIT VLAANDEREN... 3 ONAFHANKELIJKHEID... 4 OBJECTIVITEIT EN BEKWAAMHEID... 5 KWALITEIT VAN DE AUDITWERKZAAMHEDEN...

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN Cultuur, Media, Jeugd en Brussel NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp van besluit betreffende de uitvoering van het decreet houdende

Nadere informatie

BEOORDELING TRANSNATIONAAL ONDERWIJS

BEOORDELING TRANSNATIONAAL ONDERWIJS NVAO NEDERLAND BEOORDELING TRANSNATIONAAL ONDERWIJS PROTOCOL APRIL 2018 NVAO NEDERLAND BEOORDELING TRANSNATIONAAL ONDERWIJS PROTOCOL APRIL 2018 Dit protocol bevat de eisen behorend bij een NVAO beoordelingsprocedure

Nadere informatie

Accreditatie nieuwe opleiding

Accreditatie nieuwe opleiding Accreditatie nieuwe opleiding Hogeronderwijsinstellingen die een nieuwe associate degree-, bachelor- of masteropleiding willen starten, dienen deze laten erkennen door de (accrediteren). Dit kan via een

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van

Nadere informatie

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2011/2 over de aanpassing van het Decreet ouderenbeleidsparticipatie

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2011/2 over de aanpassing van het Decreet ouderenbeleidsparticipatie VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2011/2 over de aanpassing van het Decreet ouderenbeleidsparticipatie Vlaamse Ouderenraad vzw 26 augustus 2011 Koloniënstraat 18-24 bus 7 1000 Brussel VLAAMSE OUDERENRAAD Advies

Nadere informatie

Onderwijskwaliteit. Onderwijskwaliteit

Onderwijskwaliteit. Onderwijskwaliteit 14 opleidingen oordeel goed... 3 Meeste opleidingen voldoende op gerealiseerd eindniveau... 5 Klein aantal opleidingen met hersteltermijn... 7 Meer wo-opleidingen in herstelfase... 8 Maatschappelijke hulp

Nadere informatie

Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid 31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid Nr. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld d.d. Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties

Nadere informatie

Toetsingskaders opleidingsschool en academische kop 2013

Toetsingskaders opleidingsschool en academische kop 2013 Toetsingskaders opleidingsschool en academische kop 2013 NVAO 10 juni 2013 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Definitie 6 3 Toetsingskaders 7 4 Werkwijze 12 pagina 2 1 Inleiding 1.1 Vooraf Beoordeling kwaliteit opleidingsschool

Nadere informatie