VLAREM TREIN 2013: halte VLAREM I en VLAREM II

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VLAREM TREIN 2013: halte VLAREM I en VLAREM II"

Transcriptie

1 DOC-125-versie02 18/07/2014 MILIEUFLITS VLAREM TREIN 2013: halte VLAREM I en VLAREM II De Vlaamse Regering keurde op 16 mei 2014 een belangrijk wijzigingsbesluit van VLAREM definitief goed, de VLAREMtrein In voorliggende flits wordt een korte toelichting gegeven van de belangrijkste voorgestelde wijzigingen van de VLAREMtrein 2013 die een impact hebben op de huidige VLAREM I en VLAREM II. Het is aan de lezer om, voor de bepalingen die voor hem/haar van toepassing zijn, er de wetgeving meer in detail op na te lezen. We verwijzen ook graag naar onze voorgaande flits (mei 2014) voor een meer diepgaande toelichting over de indeling van de rubrieken opslag gevaarlijke producten volgens de CLP-Verordening. Deze wijzigingen werden voorlopig nog niet gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en zijn dan ook nog niet van kracht. De publicatie in het Belgisch Staatsblad zou voorzien zijn voor augustus 2014, met inwerkingtreding 10 dagen na publicatie. Voor bepaalde artikels, wordt de datum van inwerkingtreding, indien gekend, vermeld. Indelingslijst VLAREM I Er worden diverse wijzigingen doorgevoerd met betrekking tot de VLAREBO-kolom in de indelingslijst. Op basis van een studie van OVAM is vastgesteld dat een resem rubrieken niet langer beschouwd kunnen worden als risico-inrichting (de VLAREBO plicht wordt opgeheven). Daarnaast geldt voor een aantal rubrieken dat de risico s op bodemverontreiniging hoger ingeschat moeten worden. Tevens wordt aan de VLAREBO-kolom zowel een A* en een B* symbool toegevoegd (vanaf 1 juni 2015) om bij de omschrijving van de opslag van gevaarlijke producten in de indelingslijst, terug drastisch te vereenvoudigen, maar het onderscheid te kunnen behouden tussen de uitsluitend bovengrondse opslag en de combinatie van zowel bovengrondse als ondergrondse opslag. Vlarebo indeling Type opslag Type onderzoek A* uitsluitend bovengrondse opslag O ondergrondse opslag of combinatie A boven- en ondergrondse opslag B* Uitsluitend bovengrondse opslag A ondergrondse opslag of combinatie boven- en ondergrondse opslag B Daarnaast worden volgende belangrijkste aanpassingen in de indelingslijst van bijlage I van VLAREM I opgenomen: Bij rubriek 2 (afvalstoffen) wordt een fout rechtgezet bij rubriek g)2 voor de opslag en mechanische behandeling van andere gevaarlijke afvalstoffen met een opslagcapaciteit van meer dan 1 ton, waarbij de letter A bij de kolom milieucoördinator opnieuw wordt opgenomen. Onder rubriek opslag en (mee)verbranding met of zonder energiewinning en met of zonder terugwinning van stoffen, wordt de uitzondering vervangen met betrekking tot de verbranding van onbehandeld stukhout in houtkachels voor de verwarming met een maximaal vermogen van 300 kwth. Onbehandeld stukhout wordt geherdefinieerd tot onbehandeld houtafval met een watergehalte van max. 20% (2 jaar luchtgedroogd hout), uitgezonderd zaagsels, krullen, schaafsel, stof en spanen. Aangaande de verbranding in open lucht worden een aantal uitzonderingen toegevoegd, waaronder het verbranden van hout in kader van folkloristische evenementen (vb. kersboomverbranding). GS voor een lozingsparameter lager ligt dan de rapportagegrens, vermeld in art. 4 van bijlage van titel II van het VLAREM, voor deze parameter de rapportagegrens gehanteerd wordt. Rubriek 6 (brandstoffen) wordt vanaf 1 juni 2015 aangevuld met rubrieken 6.4 (opslag brandbare vloeistoffen en vloeibare brandstoffen) en 6.5 (brandstofverdeelinstallaties) Momenteel wordt voor de klasse-indeling van opslagplaatsen voor dieren (rubriek 9), dierlijke mest (rubriek 28.2), opslagplaats voor granen en groenvoeders (rubriek 45.14) en opslag voor vaste brandstoffen (rubriek 6.2) enkel rekening gehouden met de bestemming volgens het gewestplan. Er wordt nu ook gekeken naar de bestemming volgens RUP s, BPA s ed. Rubriek 16.7 (opslag gassen in recipiënten) en rubriek 16.8 (opslag gassen in vast houders) worden vanaf 1 juni 2015 opgeheven. Rubriek 17 (opslag gevaarlijke stoffen) wordt vanaf 1 juni 2015 volledig vervangen. In rubriek 17.4 wordt de drempel voor kleine verpakkingen opgetrokken naar 30 l voor een individuele verpakking. Rubriek 24 (labo s) wordt volledig heringedeeld in vier subrubrieken. Er wordt nu een onderscheid gemaakt tussen laboratoria zonder (rubriek 24.4) en met afvalwater gegenereerd, eigen aan de laboratoriumtechnieken (rubrieken 24.1, 24.2 en 24.3), meer bepaald: laboratoria met een uitsluitend didactisch doel, zoals scholen (rubriek 24.1), kleine laboratoria, geïntegreerd in bedrijven (rubriek 24.2) en andere laboratoria (rubriek 24.3). In rubrieken 3.4 (lozen van bedrijfsafvalwater zonder zuivering) en (afvalwaterzuiveringsinstallatie) met inbegrip van het lozen van effluentwater) wordt als opmerking toegevoegd dat indien het indelingscriterium

2 In rubriek 39 (stoomtoestellen) wordt met de nieuwe wijzigingen de individuele inhoud beschouwd. Het belangrijkste aspect bij stoomtoestellen heeft immers betrekking op veiligheid. Het risico is veel kleiner bij velel kleine toestellen dan bij één groot toestel. Rubriek 53 (grondwaterwinning) heeft een aantal belangrijke wijzigingen. In de eerste plaats is het terugpompen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag (zogenaamde retourbemaling) nu mee vervat in de rubrieken 53.2, 53.4 en 53.5 (bronbemaling) zodat niet afzonderlijk rubriek 54 aangevraagd moet worden. Specifiek voor rubriek 53.5 bronbemalingen noodzakelijk voor de exploitatie van gebouw en/of bedrijfsterrein, worden de grotere bemalingen vergunningsplichtig. Waar voorheen een melding volstond, moet nu bij een netto debiet van meer dan m³/jaar een vergunning aangevraagd worden. Daarnaast vindt een belangrijke klasseverlaging plaats binnen rubriek 53.8 (boren van grondwaterwinningsputten en grondwaterwinning). De grens voor de vergunningsplicht wordt opgetrokken van 500 m³ naar m 3 per jaar voor grondwaterwinningen die minder diep zijn dan het locatie specifiek dieptecriterium (bijlage 2ter van Vlarem I). Voor de grondwaterwinningen die dieper zijn dan dit nieuwe dieptecriterium geldt de vergunningsplicht vanaf de eerste m 3. Ten slotte wordt er een nieuwe rubriek toegevoegd voor het terugpompen van belucht grondwater. Waar voorheen deze activiteit vergund werd onder rubriek 54.1 met bijzondere voorwaarden die niet goed afgestemd waren, wordt nu een aparte rubriek voorzien met bijhorende sectorale voorwaarden. Het ondergronds beluchten wordt beperkt tot de freatische watervoerende lagen. Voor rubriek 55 (boringen) wordt voor het dieptecriterium verwezen naar een nieuwe kaart in bijlage 2quinquies (niet langer bijlage 2ter). Er is niet langer een meldingsplicht voor boringen in het kader van thermische energieopslag in boorgaten waarvan de diepte beperkt blijft tot maximaal het dieptecriterium en gelegen is buiten een beschermingszone type III. Rubriek 60 voor het geheel of gedeeltelijk opvullen met niet-verontreinigde uitgegraven bodem en nietverontreinigde bagger- en ruimingsspecie van groeven, graverijen, uitgravingen en andere putten, met inbegrip van waterplassen en vijvers, wordt geherformuleerd zodat de opvulling met een ander materiaal dan nietverontreinigde uitgegraven bodem en nietverontreinigde baggerspecie ook mogelijk is. Een nieuwe rubriek 62 (aquacultuur) wordt toegevoegd waarbij rubriek 9.10 (intensieve aquacultuur) wordt opgeheven. Rubriek 9 betreft enkel dieren. Formulieren VLAREM I De formulieren van de milieuvergunningsaanvraag (bijlage 4A), mededeling kleine verandering (bijlage 3A), melding klasse 3 (bijlage 3B) en melding overname (bijlage 3C) krijgen vergelijkbare aanpassingen. Specifiek voor het milieuvergunningsaanvraagformulier (bijlage 4A) gaat het om: Punt (A5 tem A7) ikv gebruiksrecht van de exploitant wordt opgeheven als administratieve vereenvoudiging. Punt (D9 tem D11) ivm MER, wordt herstructureringen doorgevoerd om te kunnen komen tot toevoeging van een MER screenings nota. Punt (D12 tem D14) ivm OVR, wordt enerzijds aangepast aan (verwijzing naar)de nieuwe Seveso III richtlijn en anderzijds de mogelijkheid duidelijk opgenomen om een voor de inrichting reeds goedgekeurd omgevingsveiligheidsrapport of veiligheidsnota in een bijlage D13bis toe te voegen. Punt (E5) ivm lijst gevaarlijke producten gaat om de totale werkelijke opslagcapaciteit, ongeacht de meervoudige rubricering (in kader van CLP) en alle gevaareigenschappen moeten door middel van de gevarenpictogrammen opgegeven worden. Punt (E8) ivm waterhuishouding wordt volledig vervangen. Omwille van de overlap tussen punt E8. inzake waterhuishouding en punt E12 inzake watertoets, wordt alle info inzake afvoer van hemelwater gecentraliseerd onder punt E8. Er moet voorzien worden van een duidelijk gedetailleerd rioleringsplan met duidelijke vermelding van de afvoer van hemelwater alsook van de diverse afvalwaterstromen. Toelichtingsbijlage onder punt E8 in bijlage 4B van VLAREM I is voorzien. Punt (E12) inzake watertoets wordt geschrapt. In toelichtingsbijlage van punt (F5) met betrekking tot winning van grondwater moeten de bepalingen van het dieptecriterium (schermafdruk geconsulteerde kaart) worden toegevoegd, aangezien het dieptecriterium mee de indelingsklasse bepaalt voor grondwaterwinningen die ingedeeld zijn in rubriek Punt (F8) inzake energieverbruik wordt enerzijds de berekening aan primair energieverbruik verduidelijkt voor zowel elektriciteit, aardgas, stookolie, lpg ed. en anderzijds wordt gedefinieerd dat de relevante verandering (bij inrichtingen met een totaal jaarlijks primair energieverbruik van minstens 0,1 PJ), een jaarlijks primair meerverbruik van minstens 10 TJ betekent. Dit geldt ook voor het vervangen van energieverslindende installatie door een meer energiezuinige installatie, maar met een prim. energieverbruik van minstens 10 TJ/jaar, ondanks het eigenlijke minderverbruik. Nieuw punt (F17) met betrekking tot introductie van uitheemse soorten of aquacultuurvoorzieningen van plaatselijk niet-voorkomende soorten (rubriek 62.2) met verdere uiteenzetting in bijlage F17 uit de toelichtingsbijlage 4B van VLAREM I. Nieuw punt (F18) inzake LPG-stations, moet een bijlage F18 uit de toelichtingsbijlage toegevoegd worden uit bijlage 4B van VLAREM I. Nieuw punt (F19) inzake stookinstallaties wordt toegevoegd. Gaat om stookinstallaties met een totaal nominaal ingangsvermogen van > 20 MWth. Wanneer men te maken heeft met een milieuvergunningsaanvraag in het kader van nieuwe stookinstallaties of een ingrijpende renovatie van bestaande installaties of te maken met een hernieuwing van de vergunning moet een kosten/baten analyse (KBA) opgemaakt worden zoals opgenomen in toelichtingsbijlage onder punt F19 in bijlage 4B van VLAREM I. Bij ministerieel besluit moet nog vastgelegd worden in welke gevallen een vrijstelling tot het uitvoeren van een KBA mogelijk is en de methodologie voor de uitwerking/ berekeningsmodule van deze KBA.

3 Algemene voorwaarden VLAREM II Melding voorval (hfdst. 4.1) Bij een voorval moet niet langer verplicht melding gedaan worden bij de burgemeester, enkel nog bij de afdeling bevoegd voor milieuhandhaving. Specifiek voor de GPBV-inrichtingen moet het voorval onmiddellijk (zo spoedig mogelijk voor bedrijven andere dan GPBVinrichtingen) gemeld worden. Beheersing van oppervlaktewaterverontreiniging (hfdst. 4.2) Waar vroeger er een absolute aansluitplicht was voor de lozing van huishoudelijk afvalwater, wordt er nu ruimte gelaten voor het aanvragen van een afwijking in de milieuvergunning voor het lozen van huishoudelijk afvalwater dmv een IBA op oppervlaktewater, ondanks dat er riolering in de omgeving is. Er moet evenwel aangetoond worden dat het realiseren van deze aansluiting op de riolering niet in overeenstemming is met de best beschikbare technieken. Er wordt een definitie toegevoegd voor bestaande gebouwen ter verduidelijking van de verplichting tot volledige scheiding tussen afvalwater en hemelwater, afkomstig van dakvlakken en grondvlakken op het ogenblik dat een gescheiden riolering wordt aangelegd, en waar voor bestaande gebouwen in een gesloten bebouwing de scheiding enkel verplicht is indien daarvoor geen leidingen onder of door het gebouw moeten worden aangelegd. Op vraag van de bedrijven is de bepaling uitgebreid inzake de mogelijkheid om de emissiegrenswaarden van geloosde bedrijfsafvalwater te vermeerderen met het gehalte of de hoeveelheid in het opgenomen water, afkomstig van het gebruik van gewoon oppervlaktewater, van grondwater of nu ook van drinkwater. Dit moet vermeld staan in de milieuvergunning bij de opgelegde norm(en). Met het huidige zelfcontrole systeem werd een aantal problemen vastgesteld, waaronder het feit dat het niet geweten is welke bedrijven voor welke parameters aan zelfcontrole doen, welk labo de goedkeuring van de methode verleend heeft en of de goedkeuring kwaliteitsvol gebeurd is. Daarom worden o.a. volgende zaken aangepast: Bij controle van de meetresultaten door de toezichthoudende overheid is ter verduidelijking opgenomen dat wanneer er geen emissiegrenswaarden ter beschikking zijn, er getoetst moet worden aan het indelingscriterium (of bij gebrek hieraan de rapportagegrens die voor die parameter geldt) voor gevaarlijke stoffen conform bijlage van VLAREM II. In geval van een individuele voorbehandelingsinstallatie voor huishoudelijk afvalwater moet het septisch materiaal worden afgevoerd naar een openbare waterzuiveringsinstallatie. Als nieuwe bepaling is opgenomen dat deze laatste het septisch materiaal evenwel (deels) kan weigeren indien het septisch materiaal teveel stoffen bevat die niet eigen zijn aan septisch materiaal. Deze laatste moet dan verwerkt worden door een erkend afvalstoffenverwerker. Beheersing van luchtverontreiniging (hfdst. 4.4) Met betrekking tot de lozing van afgassen, moet de schoorsteen voorzien zijn van meetopeningen, uitgevoerd overeenkomstig een code van goede praktijk, in functie van de veilige en praktische uitvoering van de controlemeting, met een meetplatform of gelijkwaardig alternatief. Voor installaties die voor 1 juli 2014 vergund zijn, gelden deze verplichtingen vanaf 1 juni 2017, tenzij anders bepaald in de milieuvergunning. De aanvaarding door de afdeling Milieuvergunningen van een andere gelijkwaardige code van goede praktijk als alternatief voor het schoorsteenhoogte en verspreidingsberekeningssysteem uit bijlage wordt vervangen door een expliciete toelating in de milieuvergunning, mits goedkeuring door een erkend MER-deskundige in de discipline lucht. Vergunde inrichtingen krijgen tot 30 juni 2019 de tijd om bij overschrijding van de algemene Individuele afwijking op BBT-GEN voor GPBV-inrichtingen (hfdst. 1.2 van VLAREM II) Inzake de individuele afwijking op de BBT-GEN voor GPBV-installaties worden de bepalingen die de elementen opsomt die moeten meegedeeld worden in de aanvraag tot afwijking, vervolledigd met een administratief luik. Indien de behandeling van een afwijkingsaanvraag een openbaar onderzoek vereist, wordt de schriftelijke kennisgeving van eigenaars en gebruikers van gebouwen binnen een straal van 100 m, niet meer noodzakelijk geacht. Tevens wordt de verplichting geschrapt om de Algemene Directie TWW van de FOD WASO bij het openbaar onderzoek over een afwijkingsaanvraag te betrekken. Labo s moeten erkend zijn voor de desbetreffende monstername/meting/analyse om de goedkeuring te kunnen verlenen. Indien geen enkel labo erkend is, voert het referentielabo van het Vlaams Gewest de goedkeuring uit. De frequentie van de goedkeuring van de methode wordt zowel voor water als het luchtzelfcontrolesysteem (zie hierna) op driejaarlijks gezet. De exploitant moet melden welke parameters onder zelfcontrole gebeuren en door welk erken labo de (driejaarlijkse) goedkeuring verleend is. Voor de bedrijven die een maximum hoeveelheid bedrijfsafvalwater lozen dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat, van meer dan 15 m³ per uur, 300 m³ per dag en/of m³ per maand, is de tabel (in art ) en tabel in bijlage aangepast met respectievelijk de verplicht jaarlijks te meten parameters (afhankelijk van de aard van bedrijvigheid) en bijkomende voorwaarde tot verplichte minimale jaarlijkse meting voor de parameters die niet in tabel zijn opgenomen, maar wel als bijzondere voorwaarde in de milieuvergunning zijn opgenomen. emissiegrenswaarden (art van VLAREM II) een aanpassing van de schoorsteenhoogte door te voeren conform de schoorsteenhoogte- en verspreidingsberekeningssysteem in bijlage of door de minimumhoogte te laten bepalen volgens een andere gelijkwaardige code van goede praktijk, goedgekeurd door een erkend MER-deskundige in de discipline lucht en opgenomen in de milieuvergunning. De mogelijkheid bestaat om af te kunnen wijken van de continue meetplicht. Deze kan vervangen worden door andere controles mits goedkeuring door een erkend MER deskundige in de discipline lucht, om te garanderen dat de emissies met een gelijkwaardige nauwkeurigheid vastgesteld kunnen worden. Nu bestaat ook de mogelijkheid dat kan afgeweken worden van de meetplicht op installaties die niet continu in bedrijf zijn, na goedkeuring door de toezichthouder, om de meetfrequentie af te stemmen op de periodes dat de installatie effectief in gebruik is.

4 Tegelijkertijd met de uitvoering van de periodieke en continue metingen van de relevante parameters, worden de betrokken procesparameters, namelijk minimaal waterdampgehalte, temperatuur, druk en debiet periodiek dan wel continu gemeten en geregistreerd. De continue meting van die procesparameters is niet vereist als die maar een beperkte variatie vertonen die verwaarloosbaar is voor de bepaling van de emissiewaarden, of als die met een andere methode met een voldoende zekerheid bepaald kunnen worden. De monsternemingsduur wordt aangepast. De mogelijkheid wordt toegevoegd dat de referentieperiode van monsterneming opgesplitst kan worden in de tijd in verschillende periodes van minimum 1 uur om te komen tot meer representatief resultaat. Er wordt verduidelijkt door wie de metingen uitgevoerd moeten worden. Met het huidige zelfcontrolesysteem was niet geweten welke bedrijven voor welke parameters aan zelfcontrole doen, welk labo de goedkeuring verleend heeft en of de goedkeuring kwaliteitsvol gebeurd is. Daarom worden de zaken aangepast vergelijkbaar als bij de meetcontroleplicht voor afvalwater (zie punt hierboven). Op heden is bepaald dat emissiemetingen, waarvan de meetfrequentie bepaald is in bijlage 4.4.3, ter controle van de emissiegrenswaarden enkel door eerste klasse inrichtingen uitgevoerd moet worden (cfr. art ). De emissiegrenswaarden gelden echter ook voor inrichtingen ingedeeld in een lagere klasse, dus is het logisch dat deze inrichtingen ook emissiemetingen moeten uitvoeren. Energieplanning en energieaudits (hfdst 4.9) Hoofdstuk 4.9 van VLAREM II is uitgebreid. Het bestaat uit een afdeling over energieplanning, een nieuwe afdeling over energieaudits voor grote ondernemingen en een afdeling over de invoer van de gegevens volgend uit de opmaak van een energieplan of een energieaudit in een webapplicatie. Energieplanning (afdeling 4.9.1) is van toepassing voor alle ingedeelde inrichtingen met een totaal energiegebruik van minstens 0,5 PJ per jaar. Echter de energie-intensieve bedrijven die zijn toegetreden tot de energiebeleidsovereenkomsten zijn vrijgesteld. Deze afdeling verplicht de onderneming binnen de zes maanden een energieplan op te stellen wanneer de ondergrens voor energieverbruik overschreden wordt. Het energieplan moet vervolgens door de bevoegde autoriteit conform verklaard worden. Het energieplan lijst de maatregelen op die een IRR van 15% overschrijden. De onderneming voert de maatregelen binnen de drie jaar uit, tenzij er gegronde economische redenen zijn die dit verhinderen. De nieuwe afdeling omtrent energieaudits, gaat om de omzetting van de vernieuwde Europese Energieefficiëntierichtlijn (2012/27/EU) van 25 oktober Alle ingedeelde inrichtingen waar meer dan 250 personen werkzaam zijn of waarvan de jaaromzet 50 miljoen euro overschrijdt of het jaarlijkse balanstotaal 43 miljoen euro overschrijdt, moeten tegen uiterlijk 1 december 2015 en tenminste om de vier jaar beschikken over een geldige energieaudit. De energieaudit wordt uitgevoerd door de exploitant van de ingedeelde inrichting of een persoon, die daartoe door de exploitant gemachtigd is en die zich registreert in de webapplicatie. Grote ondernemingen worden vrijgesteld van de verplichting tot opstellen van een energieaudit wanneer deze reeds een energieplan opstellen of in kader van de energiebeleidsovereenkomsten voor de energieintensieve industrie, of deze die beschikken over een Europese energienorm EN of over een internationale norm voor energiemanagementsystemen ISO Sectorale voorwaarden VLAREM II Afvalstoffen (hfdst 5.2) Implementatie van een aantal aanbevelingen vanuit de BBT-studie mest(co)vergistingsinstallaties. De opslag van batterijen, afkomstig uit autowrakken kunnen ook opgeslagen worden in zuurbestendige containers en niet alleen op een vloeistofdichte vloer, zoals nu bepaald is. Er wordt een kosten-baten analyse opgelegd aan de (mee)verbrandingsinstallaties zodat verplicht onderzoek gedaan wordt naar een WKK optie of een optie voor levering aan een verwarmings- of koelingsnetwerk. Gewijzigde bepalingen inzake criteria voor de aanvaarding van asbesthoudende afval op stortplaatsen. Bedekkingsmiddelen (hfdst 5.4) Er is een verstrenging van de emissiegrenswaarden voor stof voor spuitcabines op basis van het verder invoeren van de BBT-studie omtrent stofnormering in VLAREM (2007). Vanaf 1 juni 2017 bedraagt deze (onafhankelijk van de massastroom (500 g/h)) 10 mg/nm³. Brandstof en brandbare vloeistoffen (hfdst 5.6) Vanaf 1 juni 2015 in kader van de CLP Verordening wordt het hoofdstuk 5.6 vaste brandstoffen vervangen door een nieuw hoofdstuk 5.6 brandstoffen en brandbare vloeistoffen, conform de wijziging van de indelingsrubriek 6 van VLAREM I. Er wordt een bijlage Scheidingsafstanden voor de bovengrondse opslag van brandbare vloeistoffen ingevoegd vanaf 1 juni 2015 ten gevolge van de CLPverordening. Er kan beroep gedaan worden op een erkend stookolietechnicus voor de keuring van houders met vloeibare brandstoffen specifiek voor verwarming, ingedeeld onder rubriek 6.4. Voor houders die vanaf 1 juni 2015 (strenger) worden ingedeeld in de rubriek 6.4 van de indelingslijst zijn naast de afstands- en verbodsregels ook de scheidingsafstanden, de bepalingen betreffende de installatie- en constructiewijze, de bijhorende leidingen, het vulpunt en de vulplaats niet van toepassing. Dit is met behoud van de mogelijkheid bijzondere voorwaarden op te leggen in de milieuvergunning. Verdere verplichtingen op het gebied van onderzoek en uitrusting treden gefaseerd in werking vanaf 1 juni 2016 of 1 juni Behandelen van gassen (hfdst 5.16) Daar de opslag van gassen (afdeling en afdeling van hfdst 5.16) die niet langer onder de indelingsrubriek 16 valt maar in kader van de CLP Verordening, als opslag gevaarlijke producten (GHS04: houders onder druk) opgenomen is in indelingsrubriek 17 van VLAREM I, beperken de sectorale voorwaarden van hoofdstuk 5.16 zich tot het behandelen van gassen (niet langer opslag van gassen). Bepalingen inzake compressoren, airco s, LPG reservoirs, aardgastankstation ed. blijven wel nog onder hoofdstuk Opslag gasflessen/gastanks (hfdst 5.16) Vanaf 1 juni 2015 zijn de sectorale voorwaarden voor de opslag van gevaarlijke gassen opgenomen in hfdst. 5.17, meer bepaald onder afdeling Opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen. Als gevolg van de implementatie van de CLP Verordening in de VLAREM, worden de voorwaarden voor de opslag van gevaarlijke gassen geschrapt uit hfdst en opgenomen in hfdst De voorwaarden zijn tevens aangepast aan de indeling van gevaarlijke producten volgens de CLP Verordening.

5 Vaste houders gassen (hfdst 5.16) Omwille van het belang van veiligheidskleppen als veiligheidsuitrusting bij vaste houders van gassen is er een extra voorwaarde opgenomen in de sectorale voorwaarden. Veiligheidskleppen zijn uitwendig en uitgerust met een systeem dat toelaat zonder gasverlies en zonder het vooraf ledigen van de houder de veiligheidsklep te vervangen. Voor installaties vergund voor 1 juli 2014 wordt vanaf 1 juli 2014 bij een eerstvolgend periodiek onderzoek dit systeem ten laatste geïnstalleerd. Het inwendig onderzoek bij (her)ingebruikname van gashouders kan weggelaten worden wanneer voldaan is aan de voorwaarden dat de houder bij de leverancier onderworpen is aan een inwendig onderzoek, uitgevoerd door een milieudeskundige erkend in de discipline houders voor gassen of gevaarlijke stoffen, de houder onmiddellijk gevuld wordt met een inert gas na uitvoering van het inwendige onderzoek en de milieudeskundige erkend in de discipline houders voor gassen of gevaarlijke stoffen een attest opmaakt met verklaring dat het inwendige van de tank in goede staat is en de vulling met het inert gas op voldoende druk gebeurd is. Daarnaast wordt voor gashouders de mogelijkheid geboden om het verplichte periodiek inwendige onderzoek (alle 20 jaar) te vervangen door een alternatieve onderzoeksmethode die dezelfde waarborg biedt en uitgevoerd wordt volgens een code van goede praktijk. LPG stations (hfdst 5.16) De huidige sectorale voorwaarden voor LPG-stations zijn niet meer geheel actueel, in het bijzonder de bepalingen aangaande de risicoafstanden. Er werden via een TWOLstudie, uitgevoerd door een erkend VR-deskundige, nieuwe risicoafstanden voor LPG-stations bepaald. De sectorale voorwaarden worden aangepast aan de huidige stand der techniek voor LPG-stations en waar nodig is de bestaande tekst verduidelijkt. Een andere belangrijke wijziging is dat bijlage Standaardcriteria en minimale technische eisen voor LPGstations vervangen wordt door drie nieuwe bijlagen, namelijk, bijlage Standaardcriteria, bijlage Minimale technische eisen voor LPG-stations en bijlage Risicoafstanden voor LPG-stations. Dit is nodig omdat de bestaande bijlage verouderd en onduidelijk is. Nieuwe stations zullen dadelijk moeten voldoen aan de nieuwe risicoafstandsregels. Voor bestaande stations is de overgangstermijn om te voldoen aan de nieuwe risicoafstandsregels vastgelegd op 1 januari Als het relatief lekverlies gedurende twee opeenvolgende kalenderjaren meer dan 10% bedraagt (voorheen: indien na herstel het lekverlies niet kan teruggebracht worden tot minder dan 5% per jaar), dan moet de installatie binnen de 12 maanden buiten bedrijf gesteld worden en binnen de 14 dagen na de vaststelling dit gemeld worden aan LNE afdeling Milieuinspectie. Afwijking op de buitenbedrijfstelling is mogelijk op basis van een gemotiveerde aanvraag. Een extra bepaling is toegevoegd dat als bij koelinstallaties met een nominale koelmiddelinhoud van meer dan 30 kg het relatief lekverlies meer dan 100% bedraagt, binnen de veertien dagen na de vaststelling dit schriftelijk per brief of per gemeld moet worden aan de afdeling, bevoegd voor milieuhandhaving. Opslag gevaarlijke stoffen (hfdst 5.17) In de eerste plaats worden een aantal inrichtingen niet langer als opslagplaats beschouwd. Het gaat onder meer om transportvoertuigen, fabricagetoestellen, pompen en buffervaten, gekoppeld aan de productie, winkelruimten voor de verkoop van gevaarlijke producten in verpakkingen van maximaal 30 l of 30 kg en geïntegreerde brandstoftanks bij vast opgestelde motoren met een maximale waterinhoud van l. De voorwaarden voor de opslag van gevaarlijke vaste stoffen en vloeistoffen zijn aangepast aan de indeling van de gevaarlijke producten volgens de CLP Verordening. Er wordt evenwel voor gekozen om het huidige voorwaardenkader zo goed mogelijk te behouden. Om het toepassingsgebied van de voorwaarden zo nauwkeurig mogelijk om te zetten, wordt gebruik gemaakt van de nieuw ingevoerde termen gevaarlijke vloeistof van groep 1, groep 2 en groep 3. Voor de scheidingsafstanden wordt een nieuwe manier van compartimentering opgesteld, rekening houdend met de verschillende nieuwe gevarenklassen en categorieën. Het begrip hoofdeigenschap wordt niet meer gebruikt, maar er wordt wel gewerkt met een voorrangsregeling van de verschillende pictogrammen. Het geheel van scheidingsafstanden wordt uitgewerkt in de nieuwe bijlage Er wordt hierbij duidelijk aangegeven dat voor de toepasselijke scheidingsafstanden rekening gehouden moet worden met alle verschillende tabellen van scheidingsafstanden, waarbij de te hanteren afstand tussen twee elementen de grootste is van de afstanden aangegeven in de verschillende tabellen. Voor de reeds bestaande gevarencategorieën blijft de inkuipingscapaciteit onveranderd. Voor de nieuwe gevarenklassen en categorieën wordt vastgelegd dat de inkuiping minimaal de capaciteit van de grootste houder moet kunnen opvangen om zo het risico op bodemverontreiniging als het risico naar de omgeving te beperken. Koelinstallaties (hfdst 5.16) Voor de koelinstallaties is nu bepaald dat het relatief lekverlies (maximaal 5% per kalenderjaar) telkens berekend moet worden na elke bijvulling van de koelinstallatie en genoteerd moet worden in het logboek. Daarenboven is nu opgenomen dat het uitvoeren van een vervolgcontrole op de lekdichtheid binnen de maand moet uitgevoerd worden, maar niet op de dag van herstelling. Gelet op de ingrijpende verandering van de indeling van de gevaarlijke producten zijn er overgangsbepalingen die van toepassing zijn op houders die reeds voor juni 2015 vergund of gemeld zijn, alsook voor houders die reeds aanwezig zijn, maar waar het product als gevolg van de CLP-aanpassing nu ook in rubriek 17 wordt ingedeeld. Dit zijn zowel overgangsbepalingen naar constructie- eisen, scheidingsafstanden, alsook bepalingen aangaande de periodieke en algemene onderzoeken. Voor houders die vanaf 1 juni 2015 (strenger) worden ingedeeld zijn naast de afstands- en verbodsregels ook de scheidingsafstanden, de bepalingen betreffende de installatie- en constructiewijze, de bijhorende leidingen, het vulpunt en de vulplaats niet van toepassing.

6 De bestaande inrichtingen, die ten gevolge van de wijzigingen door de CLP-verordening aan de indelingslijst van titel I van het VLAREM vergunningsplichtig worden op 1 juni 2015, kunnen tegen 1 december 2015 een aanvraag indienen volgens de procedure mededeling van kleine verandering. De exploitant die reeds correct vergund is voor de opslag van zijn gevaarlijke producten moet geen nieuwe vergunningsaanvraag of melding indienen in functie van de omzetting naar CLP. De exploitant moet evenwel tegen uiterlijk 1 december 2015 een document opstellen waarin vermeld wordt onder welke subrubriek(en) van de indelingslijst de inrichting valt. Voor de niet-sevesoinrichtingen wordt enkel gevraagd om bovenvermeld document op de inrichting ter beschikking te houden. De exploitant van een Seveso-inrichting (nieuwe rubrieken 17.2 en 48.1) zendt dit document per aangetekend schrijven naar de afdeling Milieuvergunningen. Naast het CLP verhaal is nu uitdrukkelijk opgenomen dat als bij een bovengrondse houder, de merkplaat (groen, oranje, rood) ontbreekt, de houder niet gevuld mag worden. Bij definitieve buitengebruikstelling moet de bovengrondse houder niet langer verplicht opgevuld worden met inert materiaal omdat het risico op verzakking er niet bestaat zoals bij ondergrondse houders. Tevens moet de erkend deskundige een attest afleveren waaruit blijkt dat de buitengebruikstelling werd uitgevoerd volgens de regels van het vak, met vermelding van naam en het erkenningsnummer van de deskundige. verwezen naar de sectorale voorwaarden onder hoofdstuk 5.43 stookinstallaties. Papier (hfdst 5.33) De emissiegrenswaarde voor organische stoffen bij gebruik van oplosmiddelenhoudende lijmen bij een massastroom van g/h of meer, wordt aangepast van 150 mg/nm³ naar 125 mg/nm³. Rubber (hfdst 5.36) Lokalen waar rubber wordt opgeslagen, mogen vanaf nu wel verwarmd worden met een installatie die zich in het lokaal zelf bevindt. Op voorwaarde dat aan bepaalde preventieve maatregelen is voldaan, zijnde: automatisch blussysteem, afsluiter(s) op de leidingen en gepaste beschermingsmaatregelen zodat leidingen niet beschadigd kunnen worden bij laden/lossen. Textiel (hfdst 5.41) In de sectorale voorwaarden wordt vertaling gegeven aan de BBT-studie Droogkuis door het toepassingsgebied van het gebruik van uitsluitend PER in de droogkuis uit te breiden met het gebruik van koolwaterstofmengsels en het gebruik van solventen op basis van decamethylcyclopentasiloxaan. Stookinstallaties (hfdst 5.43) Voor stookinstallaties waarvoor een kostenbatenanalyse (KBA) uitgevoerd wordt (bij milieuvergunningsaanvraag voor stookinstallaties > 20 MWth), kan in de milieuvergunning worden Houtbewerking (hfdst 5.19) Voor direct gestookte spaandrogers zijn er op dit ogenblik nog geen emissiegrenswaarden opgenomen voor zwaveldioxide (SO2) voor installaties < 50 MW. Op basis van de BBT-studie voor houtverwerkende nijverheid, wordt hiervoor een emissiegrenswaarde van 300 mg/nm³ voorzien. Tevens worden in het kader van de houtverduurzaming bepalingen opgenomen ter voorkoming en beheersing van verontreinigd hemelwater (plaatsen van overkapping). Petrochemie (hfdst 5.20) Een sectorale afwijking voor de parameter HCN voor katalytische krakers volgens het fluid-bed-procedé wordt toegevoegd. Tot 1 januari 2020 wordt een HCN concentratie van 30 mg/nm³ toegelaten. Vanaf 1 januari 2020 moet weer voldaan worden aan de algemene sectorale emissiegrenswaarde, zijnde 5 mg/nm³. toegestaan dat de opties waarvan de baten hoger zijn dan de kosten, niet toegepast worden. Dit is alleen toegestaan indien de exploitant in de vergunningsaanvraag of in de vraag tot wijziging van de vergunningsvoorwaarden aantoont dat hiervoor wettelijke, eigendomsrechtelijke of financiële redenen bestaan. Labo s (hfdst 5.24) Voor de chemische labo met lozing van afvalwater waarop de sectorale lozingsnormen in bijlage van toepassing zijn, is de exploitant verplicht tot het implementeren van het zorgvuldigheidsprincipe (cfr. BBT labo s) en het bijhouden van een register inzake de aard en de hoeveelheden aangekochte chemische producten en de aard en de wijze van afvoer van de gevaarlijke afvalstromen. Metaalbewerking (hfdst 5.29) Voor installaties voor het walsen van metalen, warmteen warmtebehandelingsovens wordt er een sectorale stofnorm ingeschreven van 20 mg/nm³. Machines met inwendige verbranding (hfdst 5.31) Voor de sectorale voorwaarden van onder 31.1 ingedeelde dieselmotoren en noodgeneratoren wordt Grondwaterwinning (hfdst 5.53) Er wordt voorzien in een nieuwe subafdeling in titel II van het VLAREM "Grondwaterwinningen met ondergronds beluchten van grondwater". Oplosmiddelen gebruik (hfdst 5.59) Bijlage wordt vervangen door Drempelwaarden en emissiebeperking voor activiteiten die gebruikmaken van organische oplosmiddelen en emissiegrenswaarden voor de voertuigcoatingindustrie. Opvullingen met opgegraven bodem (hfdst 5.60) Wijzigingen van de sectorale voorwaarden in hoofdstuk 5.60 van titel II van het VLAREM m.b.t. stabiliteitsvoorwaarden bij opvullingen met nietverontreinigde opgegraven bodem en aan hoofdstuk 5.18 van titel II van het VLAREM m.b.t. ontginningen. Extra info contacteer : Griet Buyck - Pascal Herman Peggy Clerick John Valcke Katrien Decruyenaere - Hannele Duyck - Evy Vanoutrive Fien Decaluwe - Nele Vanpraet. Coördinaten zie NIEUWE WEBSITE Om uit te schrijven, graag naar milieu@consultes.be

Belangrijkste wijzigingen aan het VLAREM Versie 21/04/2015

Belangrijkste wijzigingen aan het VLAREM Versie 21/04/2015 Vlaamse overheid Afdeling Milieuvergunningen Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 79 97 F 02 553 79 95 milieuvergunningen@lne.vlaanderen.be Belangrijkste wijzigingen aan het VLAREM Versie

Nadere informatie

Omzetting Energie-efficiëntie Richtlijn in VLAREM. Vicky Demeyer Afdeling Milieuvergunningen

Omzetting Energie-efficiëntie Richtlijn in VLAREM. Vicky Demeyer Afdeling Milieuvergunningen Omzetting Energie-efficiëntie Richtlijn in VLAREM Afdeling Milieuvergunningen Energie-efficiëntie Richtlijn Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie,

Nadere informatie

VLAREM-trein 2013 een toelichting

VLAREM-trein 2013 een toelichting VLAREM-trein 2013 een toelichting 18/05/2015 Gert Boschmans Business Manager Erkend Milieudeskundige gert.boschmans@be.bureauveritas.com INHOUD Inleiding: Totstandkoming Belangrijkste wijzigingen CLP en

Nadere informatie

VLAREM-trein 2013 Overzicht wijzigingen

VLAREM-trein 2013 Overzicht wijzigingen VLAREM-trein 2013 Overzicht wijzigingen Toelichtingssessies VLAREM-trein 2013 en VLAREM III 10 &13 juni en 3 juli 2014 Annelies Faelens LNE- Afdeling Milieuvergunningen Inhoud BBT-studie voor de houtverwerkende

Nadere informatie

Wijzigingen emissienormen

Wijzigingen emissienormen Inleiding Vlaremtrein Wijzigingen emissienormen Een overzicht door Brenda Mariën publicatie in BS: 7 januari 009 in werking op maart 009 wijzigingen Verschillende rubrieken Vergunningsvoorwaarden: o.a.

Nadere informatie

Veelgestelde vragen Versie 21/04/2015

Veelgestelde vragen Versie 21/04/2015 Vlaamse overheid Afdeling Milieuvergunningen Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 79 97 F 02 553 79 95 milieuvergunningen@lne.vlaanderen.be Veelgestelde vragen Versie 21/04/2015 21/04/2015

Nadere informatie

Vlarem-trein 2012 en 2013 ROGMV Harelbeke -Jabbeke

Vlarem-trein 2012 en 2013 ROGMV Harelbeke -Jabbeke b a r o n r u z e t t e l a a n 3 5 8 3 1 0 b r u g g e t e l ( 0 5 0 ) 3 6 7 1 7 1 f a x ( 0 5 0 ) 3 5 6 8 4 9 w w w. w v i. b e Vlarem-trein 2012 en 2013 ROGMV 27-03-2014 Harelbeke -Jabbeke 1 Vlarem-trein

Nadere informatie

Impact van CLP en Reach op het VLAREM

Impact van CLP en Reach op het VLAREM Impact van CLP en Reach op het VLAREM Forum van Seveso-inrichtingen Peter Balas Afdeling Milieuvergunningen Inhoud 1. CLP Inleiding Impact op het VLAREM TWOL CLP Verder verloop en timing 2. Reach Aanpassing

Nadere informatie

de omgevingsvergunning partim milieu

de omgevingsvergunning partim milieu de omgevingsvergunning partim milieu inleiding toepassingsgebied gevraagde informatie behandeling aanvraag slotbemerkingen inleiding fusie van twee werelden : stedenbouw en milieu blind getrouwd uitdagingen,

Nadere informatie

Meetstrategie met betrekking tot stookinstallaties

Meetstrategie met betrekking tot stookinstallaties Nieuwsbrief MilieuTechnologie, maart 1995 (Kluwer, jaargang 2, nummer 3) Jan Gruwez, TREVI nv Meetstrategie met betrekking tot stookinstallaties In de context van VLAREM II worden industriële inrichtingen

Nadere informatie

BIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER. Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling

BIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER. Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling BIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling Bioremediering wetgeving Richtlijn Duurzaam gebruik van pesticiden (EU 2009/128) Vlaanderen: Vlarem -

Nadere informatie

Bijlage 1.2.2bis bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne

Bijlage 1.2.2bis bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne Bijlage 4 bij het besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten inzake leefmilieu houdende omzetting van Europese richtlijnen en andere diverse wijzigingen Bijlage 1.2.2bis bij het

Nadere informatie

Bijlage 19 bij het besluit van de Vlaamse Regering van [ ] tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Bijlage 19 bij het besluit van de Vlaamse Regering van [ ] tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning VR 2015 1311 DOC.1190/21 Bijlage 19 bij het besluit van de Vlaamse Regering van [ ] tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning Mededeling met de vraag tot omzetting

Nadere informatie

AFDELING VOORWAARDEN MET BETREKKING TOT GASTURBINES EN STOOM- EN GASTURBINE- INSTALLATIES

AFDELING VOORWAARDEN MET BETREKKING TOT GASTURBINES EN STOOM- EN GASTURBINE- INSTALLATIES p.1/5 AFDELING 5.43.3. VOORWAARDEN MET BETREKKING TOT GASTURBINES EN STOOM- EN GASTURBINE- INSTALLATIES Art. 5.43.3.1. 1. In afwijking van de algemene emissiegrenswaarden, bepaald in hoofdstuk 4.4, moeten

Nadere informatie

Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van inwerkingtreding van

Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van inwerkingtreding van Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van de inwerkingtreding van de omgevingsvergunning Bijlage 19 bij het besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de stad GENK Dossiernr.: VL2-645 Gegevens over de bevoegde overheid het college van burgemeester en schepenen de deputatie van

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN HET OPENBAAR ONDERZOEK VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1

BEKENDMAKING VAN HET OPENBAAR ONDERZOEK VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1 A V E L G E M BEKENDMAKING VAN HET OPENBAAR ONDERZOEK VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1 Conform artikel. 17, 1 van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunningen, brengt de Burgemeester

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

LSDC nv, Kempische Steenweg 311 bus 4.01 te 3500 Hasselt, heeft een aanvraag ingediend voor het verkrijgen van een milieuvergunning voor het

LSDC nv, Kempische Steenweg 311 bus 4.01 te 3500 Hasselt, heeft een aanvraag ingediend voor het verkrijgen van een milieuvergunning voor het LSDC nv, Kempische Steenweg 311 bus 4.01 te 3500 Hasselt, heeft een aanvraag ingediend voor het verkrijgen van een milieuvergunning voor het exploiteren van een biomedisch onderzoeksinstituut en de bijhorende

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-03022009 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Infoblad. Onderhoud, nazicht en meetverplichtingen van stooktoestellen en andere branders

Infoblad. Onderhoud, nazicht en meetverplichtingen van stooktoestellen en andere branders Onderhoud, nazicht en meetverplichtingen van stooktoestellen en andere branders Infoblad Er bestaat heel wat wetgeving omtrent het onderhoud en nazicht van branders. Bovendien worden in vele gevallen ook

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37011/206/2/A/1 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeente Pittem Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad Gegevens

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen straat en nummer Dorpsstraat 99 postnummer en gemeente 2940 Stabroek

Nadere informatie

BIJLAGEN. bij het voorstel. voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

BIJLAGEN. bij het voorstel. voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.12.2013 COM(2013) 919 final ANNEXES 1 to 4 BIJLAGEN bij het voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD inzake de beperking van de emissies van bepaalde

Nadere informatie

BIJLAGE V. Technische bepalingen inzake stookinstallaties. Deel 1. Emissiegrenswaarden voor de in artikel 32, lid 2, bedoelde stookinstallaties

BIJLAGE V. Technische bepalingen inzake stookinstallaties. Deel 1. Emissiegrenswaarden voor de in artikel 32, lid 2, bedoelde stookinstallaties BIJLAGE V Technische bepalingen inzake stookinstallaties Deel 1 Emissiegrenswaarden voor de in artikel 32, lid 2, bedoelde stookinstallaties 1. Alle emissiegrenswaarden worden berekend bij een temperatuur

Nadere informatie

Vlaamse Regering DE VLAAMSE REGERING,

Vlaamse Regering DE VLAAMSE REGERING, Vlaamse Regering Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning

Nadere informatie

Bepalingen voor koelinstallaties met F-gassen en/of ozonlaag afbrekende stoffen -...

Bepalingen voor koelinstallaties met F-gassen en/of ozonlaag afbrekende stoffen -... pagina 1 van 7 Vlaanderen LNE.BE CONTACTEER ONS Milieuvergunningen Erkenningen Milieueffect- rapportage Milieuvorm Home Beleid en regelgeving Beleidsthema's Klimaat F-gassen Bepalingen voor koelinstallaties

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 15 JUNI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement

Nadere informatie

Melding van de overdracht van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit

Melding van de overdracht van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit Bijlage 4 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van de inwerkingtreding van de omgevingsvergunning Bijlage 4 bij het besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse regelgeving inzake lekverliezen Studiedag reductie F-gassen in de koelsector 7 juli 2016

Vlaamse regelgeving inzake lekverliezen Studiedag reductie F-gassen in de koelsector 7 juli 2016 Vlaamse regelgeving inzake lekverliezen Studiedag reductie F-gassen in de koelsector 7 juli 2016 Sven Claeys Broeikasgassen en hun Global Warming Potential (GWP) CO 2 1 CH 4 21 N 2 O 310 HFK s, PFK s en

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-26062008 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT BIJLAGE 3. Meldingsformulier inzake de exploitatie van een klasse 3 inrichting, de verandering van een inrichting of de overname van een inrichting door een andere exploitant (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

Nadere informatie

Onttrekken van grondwater: Wetgevend kader in Vlaanderen. Naten Hemelrijck

Onttrekken van grondwater: Wetgevend kader in Vlaanderen. Naten Hemelrijck Onttrekken van grondwater: Wetgevend kader in Vlaanderen Naten Hemelrijck Wetgeving: Vlarel (erkenning boorbedrijven 2013) Grondwaterdecreet (1984) + Uitvoeringsbesluiten Afbakening van waterwingebieden

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer indieningsdatum Waarvoor dient dit formulier?

Nadere informatie

Belgisch Staatsblad d.d VLAAMSE OVERHEID

Belgisch Staatsblad d.d VLAAMSE OVERHEID VLAAMSE OVERHEID N. 2007 408 [C 2007/35010] 8 DECEMBER 2006. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams

Nadere informatie

Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten

Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten Nieuwsbrief MilieuTechnologie, december 2000 (Kluwer, jaargang 7, nummer 11) Jan Gruwez & Stefaan Deboosere, TREVI nv Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten Vorig jaar werden een aantal wijzigingen

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE

Nadere informatie

Verslag over de juridische aspecten van energie-efficiëntie in de textielindustrie

Verslag over de juridische aspecten van energie-efficiëntie in de textielindustrie Verslag over de juridische aspecten van energie-efficiëntie in de textielindustrie Overzicht van legale aspecten betreffende energie-efficiëntie in Vlaanderen die van belang zijn voor de textielindustrie

Nadere informatie

Etikettering en nieuwe indeling Enkele courante stoffen

Etikettering en nieuwe indeling Enkele courante stoffen CLP 1-10/06/2015 Etikettering en nieuwe indeling Enkele courante stoffen 2-6/10/2015 1 Wat is CLP? Verordening nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling,

Nadere informatie

VLAREMTREIN 2013 EN VLAREM III Wat is belangrijk voor gemeenten?

VLAREMTREIN 2013 EN VLAREM III Wat is belangrijk voor gemeenten? VLAREMTREIN 2013 EN VLAREM III Wat is belangrijk voor gemeenten? 1-15/12/2014 VLAREMTREIN 2013 Besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, tot wijziging van diverse besluiten inzake leefmilieu, wat

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 34009/16/1/A/6 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeenteraad/stad Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

VLAREM-trein 2012. Totstandkoming en overzicht wijzigingen. Annelies Faelens LNE- Afdeling Milieuvergunningen

VLAREM-trein 2012. Totstandkoming en overzicht wijzigingen. Annelies Faelens LNE- Afdeling Milieuvergunningen VLAREM-trein 2012 Totstandkoming en overzicht wijzigingen Toelichtingssessies Brussel, Conscience 14 juni 2013 Annelies Faelens LNE- Afdeling Milieuvergunningen Inhoud 1. Overzicht 2. Tijdspad 3. RIE 4.

Nadere informatie

ANALYSE ENERGIEAUDIT GROTE ONDERNEMINGEN 26/11/2018

ANALYSE ENERGIEAUDIT GROTE ONDERNEMINGEN 26/11/2018 //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// ANALYSE ENERGIEAUDIT GROTE ONDERNEMINGEN

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN EEN WIJZIGING VAN MILIEUVERGUNNINGSVOORWAARDEN EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN EEN WIJZIGING VAN MILIEUVERGUNNINGSVOORWAARDEN EN OPENBAAR ONDERZOEK Departement Duurzame Stedelijke Ontwikkeling en Ondernemen Dienst Milieu en Klimaat BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN EEN WIJZIGING VAN MILIEUVERGUNNINGSVOORWAARDEN EN OPENBAAR ONDERZOEK

Nadere informatie

Milieuvergunning. Aanvraag milieuvergunning klasse I of II

Milieuvergunning. Aanvraag milieuvergunning klasse I of II Milieuvergunning Aanvraag milieuvergunning klasse I of II Waarom een aanvraag indienen of een melding doen? - Elke school heeft wel een verwarmingsinstallatie. - Alle scholen hebben producten met gevaarlijke

Nadere informatie

De mededeling met de vraag tot omzetting kan alleen ingediend worden tussen de 48e en de 36e maand voor het verstrijken van de milieuvergunning.

De mededeling met de vraag tot omzetting kan alleen ingediend worden tussen de 48e en de 36e maand voor het verstrijken van de milieuvergunning. TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN DE MEDEDELING MET DE VRAAG TOT OMZETTING VAN EEN MILIEUVERGUNNING DIE WERD VERLEEND VOOR EEN TERMIJN VAN TWINTIG JAAR NAAR EEN OMGEVINGSVERGUNNING VAN ONBEPAALDE DUUR Dit

Nadere informatie

Doel van het formulier

Doel van het formulier TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN HET FORMULIER VOOR HET VERZOEK TOT BIJSTELLING OF DE VRAAG TOT AFWIJKING VAN DE MILIEUVOORWAARDEN DIE GELDEN VOOR EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT Dit document geeft

Nadere informatie

ADVERTENTIE MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1

ADVERTENTIE MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1 ADVERTENTIE MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1 De burgemeester van Antwerpen brengt u op de hoogte dat door ANTWERP TERMINAL & PROCESSING COMPANY - REFINERY NV gevestigd te Beliweg 22 - haven 281, 2030

Nadere informatie

VLAREM I Bijlage 1 - rubriek 17. 17. Gevaarlijke producten

VLAREM I Bijlage 1 - rubriek 17. 17. Gevaarlijke producten Pagina 1 VLAREM I Bijlage 1 - rubriek 17 Rubriek Omschrijving en Subrubrieken Klasse Bemerkingen Coördinator Audit Jaarverslag Vlarebo 17. Gevaarlijke producten Voor de toepassing van deze rubriek worden

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37007/26/1/A/7 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeenteraad/stad Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Departement Duurzame Stedelijke Ontwikkeling en Ondernemen Dienst Milieu en Klimaat BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Dossiernummer 201797 /BDV Door de Stad Gent Gegevens

Nadere informatie

Melding van de overdracht van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit

Melding van de overdracht van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit Bijlage 4 bij het besluit van de Vlaamse Regering van tot wijziging van diverse besluiten naar aanleiding van het decreet van 15 juli 2016 betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid en het decreet

Nadere informatie

Bijlage C5: CHECKLIST HORECA MILIEUREGELGEVING VLAREM Aangepast aan nieuwe indelingslijst d.d. 23/2/2017

Bijlage C5: CHECKLIST HORECA MILIEUREGELGEVING VLAREM Aangepast aan nieuwe indelingslijst d.d. 23/2/2017 Bijlage C5: CHECKLIST HORECA MILIEUREGELGEVING VLAREM Aangepast aan nieuwe indelingslijst d.d. 23/2/2017 Opgepast: er kunnen nog andere rubrieken van toepassing zijn! Rubriek 3.2. Lozen van huishoudelijk

Nadere informatie

Melding van de overname van een vergunde inrichting

Melding van de overname van een vergunde inrichting Melding van de overname van een vergunde inrichting VLAREM-03-28042008 Aan het college van burgemeester en schepenen de deputatie van de provincieraad In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Melding van de stopzetting of het verval van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit of van een deel ervan

Melding van de stopzetting of het verval van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit of van een deel ervan Melding van de stopzetting of het verval van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit of van een deel ervan OV-20-170701 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

Recente en op til staande wijzigingen m.b.t. boringen/grondwaterwinningen

Recente en op til staande wijzigingen m.b.t. boringen/grondwaterwinningen Recente en op til staande wijzigingen m.b.t. boringen/grondwaterwinningen VLAREM Nieuwe indelingslijst: rubriek 55.1 niet langer arbitraire diepte van 50 meter onder maaiveld voor klassebepaling, maar

Nadere informatie

BIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding

BIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding BIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding Als voorbeeld vind je hier een ingevuld meldingsformulier voor een fictieve school van het Vrij Onderwijs, met enkele technische en beroepsrichtingen, en

Nadere informatie

RICHTLIJN BIJ HET OPSTELLEN VAN EEN WERKPLAN

RICHTLIJN BIJ HET OPSTELLEN VAN EEN WERKPLAN Pagina : 1 van 6 RICHTLIJN BIJ HET OPSTELLEN VAN EEN WERKPLAN Inhoudsopgave 1. Doel en toepassingsgebied 2. Principes 3. Indienen van een werkplan 4. Inhoud van het werkplan 4.1. Een duidelijke en overzichtelijke

Nadere informatie

Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie

Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie Ywan De Jonghe afdeling Operationeel Waterbeheer Dienst Grondwaterbeheer 10 februari 2010 Overzicht wetgeving Milieuvergunningendecreet en titels I en II van

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Definities

Hoofdstuk 1: Definities OPGELET: De Vlaamse Regering heeft op 5 juli 2013 deze nieuwe verordening hemelwater definitief goedgekeurd. Het besluit treedt in werking op 1 januari 2014. Hieronder vindt u de tekst die van toepassing

Nadere informatie

GPBV-bedrijven: verplichtingen

GPBV-bedrijven: verplichtingen GPBV-bedrijven: verplichtingen Wetgeving: Bijlage I van VLAREM (indelingslijst) Wanneer is een mengvoederbedrijf een GPBV-bedrijf (GPBV, geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging)? Omschrijving

Nadere informatie

WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST. Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer

WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST. Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer ONTSTAAN ERKENNING Decretale basis zit sinds 1 januari 1997 vervat

Nadere informatie

Instructienota voor de berekening van de inkuipingscapaciteit voor vaste houders voor de opslag van brandbare vloeistoffen en gevaarlijke producten

Instructienota voor de berekening van de inkuipingscapaciteit voor vaste houders voor de opslag van brandbare vloeistoffen en gevaarlijke producten Vlaamse overheid Afdeling Milieuvergunningen Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 79 97 F 02 553 79 95 milieuvergunningen@lne.vlaanderen.be Instructienota voor de berekening van de inkuipingscapaciteit

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 van titel I van het VLAREM) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE. 1. Exploitant (ingeval van overname: de overnemer)

(artikelen 2, 5 en 42 van titel I van het VLAREM) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE. 1. Exploitant (ingeval van overname: de overnemer) MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 van titel I van

Nadere informatie

Liersesteenweg 268 te 2800 Mechelen. Eikestraat 1 en 1A te 2800 Mechelen Afdeling 12402, sectie B, percelen 302 K, 302 L en 302 M

Liersesteenweg 268 te 2800 Mechelen. Eikestraat 1 en 1A te 2800 Mechelen Afdeling 12402, sectie B, percelen 302 K, 302 L en 302 M Referentie omgevingsloket: OMV_2019009851 Referentie gemeente: 20190207_OOV Inrichtingsnummer: 20190124-0070 BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN OVER EEN MELDING MET BETREKKING TOT DE

Nadere informatie

Vlaamse Regering.::sm~~= '~ = " " AMV/ /1009

Vlaamse Regering.::sm~~= '~ =   AMV/ /1009 ,n,- " " Vlaamse Regering.::sm~~= '~ = AMV/0002414/1009 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 6.2.2.1.2, 1, artikel

Nadere informatie

De milieuvergunnings- en meldingsplicht

De milieuvergunnings- en meldingsplicht De milieuvergunnings- en meldingsplicht 03 3.1. Administratieve verplichtingen Scholen hebben stookinstallaties, slaan schadelijke producten op voor de verwarming, voor de laboratoria en voor werkplaatsen

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37007/2/1/A/5 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeenteraad/stad Meulebeke Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

Milieubeheer. Preventieadviseur-coördinator

Milieubeheer. Preventieadviseur-coördinator Milieubeheer Guy Linten Preventieadviseur-coördinator Milieubeheer Milieuwetgeving Omgevingsvergunning Bestaande vergunningen Omgevingsmelding Indelingslijst Milieuwetgeving Vlaams Gewest Vlaams reglement

Nadere informatie

Belangrijke milieuvoorwaarden uit VLAREM 2: naar een duurzaam milieu

Belangrijke milieuvoorwaarden uit VLAREM 2: naar een duurzaam milieu Belangrijke milieuvoorwaarden uit VLAREM 2: 04 naar een duurzaam milieu 4.1 Afvalwater Rubrieken 3.2, 3.4 en 3.6 Het spreekt vanzelf dat het niet volstaat om als school de juiste milieuvergunning te hebben.

Nadere informatie

Milieuvergunning. Aanvraag milieuvergunning klasse I of II

Milieuvergunning. Aanvraag milieuvergunning klasse I of II Milieuvergunning Aanvraag milieuvergunning klasse I of II Waarom een aanvraag indienen of een melding doen? - Elke school heeft wel een verwarmingsinstallatie. - Alle scholen hebben producten met gevaarlijke

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015

college van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015 Besluit KENNIS GENOMEN A-punten stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling De heer Bart De Wever,

Nadere informatie

Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen

Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen NV Total Petrochemicals Antwerpen Haven 343 - Scheldelaan 2-4 Antwerpen 2030 Antwerpen 3 datum kenmerk MLOV/07-91/ES - Poststuk 07-65056 contactpersoon

Nadere informatie

Dossiernummer 7C/32030/129/1/M/1

Dossiernummer 7C/32030/129/1/M/1 Dossiernummer 7C/32030/129/1/M/1 Besluit van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad waarbij akte genomen wordt van de geplande verandering (milieutechnische opsplitsing van een klasse 1 bedrijf vergund

Nadere informatie

ADVERTENTIE BESLISSING MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1

ADVERTENTIE BESLISSING MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1 ADVERTENTIE BESLISSING MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1 De burgemeester van Antwerpen brengt u op de hoogte dat aan INOVYN Manufacturing Belgium nv, Ransbeekstraat 310, 1120 Neder-Over-Heembeek, een

Nadere informatie

Conformeren van VLAREM met de CLP-verordening

Conformeren van VLAREM met de CLP-verordening Conformeren van VLAREM met de CLP-verordening Toelichtingssessies VLAREM-trein 2013 Peter Balas Afdeling Milieuvergunningen Inhoud 1. Inleiding CLP-verordening Impact op VLAREM TWOL CLP 2. Vertaling naar

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit MLVER/08-100/jdn. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV FINA ANTWERP OLEFINS MET BETREKKING

Nadere informatie

Hervergunning en verandering van Bayer Antwerpen

Hervergunning en verandering van Bayer Antwerpen Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Milieueffectrapportagebeheer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8, 1000 BRUSSEL

Nadere informatie

Antwoorden AIM sessie Auznl3qpx2n

Antwoorden AIM sessie Auznl3qpx2n en AIM sessie Auznl3qpx2n In de AIM heeft u tijdens sessie Auznl3qpx2n op 21 12 2016 de volgende antwoorden op de gestelde vragen gegeven. Introductie Wat is de reden van uw bezoek aan de AIM? Bedrijfstype

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 5 februari 2016

college van burgemeester en schepenen Zitting van 5 februari 2016 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 5 februari 2016 Besluit A-punt GOEDGEKEURD stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling de heer Bart De Wever, burgemeester

Nadere informatie

VERGUNNINGEN OP DE WERF. Simon November VCB 12 maart 2014

VERGUNNINGEN OP DE WERF. Simon November VCB 12 maart 2014 VERGUNNINGEN OP DE WERF Simon November VCB 12 maart 2014 Deel I : Wat zijn VLAREM I en VLAREM II? WAT ZIJN HET VLAREM I EN HET VLAREM II? Deel I : Wat zijn VLAREM I en VLAREM II? Basisdecreet van de VLAREM-reglementering?

Nadere informatie

34013/110/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

34013/110/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad, 34013/110/1/W/1 Besluit van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad, in verband met de aanvraag DEVAMIX / B.S.V. Beneluxlaan(S) 201 8530 Harelbeke tot het wijzigen/aanvullen van de vergunningsvoorwaarden

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37015/224/1/A/3 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeente Pittem Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad Gegevens

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER

Ontheffing tot het opstellen van een MER Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid, Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL Tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Ontheffing

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLVER-2011-0104/ELSL/kadc BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN NV COLOMBUS-HTC, BVBA AFVALSTOFFEN

Nadere informatie

ligging (ondergronds / bovengronds) van de LPG-tank. Het groepsrisico kan echter ook bepaald worden door een erkende VR-deskundige.

ligging (ondergronds / bovengronds) van de LPG-tank. Het groepsrisico kan echter ook bepaald worden door een erkende VR-deskundige. Milieufiche VLAREM-trein 2013: LPG installaties De VLAREM-trein 2013 bevat een groot aantal wijzigingen over LPGinstallaties. We vatten de voornaamste samen in deze milieufiche. Wijzigingen Vlarem I -

Nadere informatie

Vlaamse Regering :~~~= ~ = ',.. "~ AMV/ /1001

Vlaamse Regering :~~~= ~ = ',.. ~ AMV/ /1001 Vlaamse Regering :~~~= :n- ',.. "~ ~ = AMV/000156706/1001 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van de artikelen 5.17.2.1,

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Peter Hertog, Jozef Dauwe, leden Frans Van Gaeveren toegevoegd lid referte betreft

Nadere informatie

AMV/OOO 13008/ De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur,

AMV/OOO 13008/ De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, AMV/OOO 13008/1 005 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 4.2.1.3, 3, van titel II van het VLAREM ingediend door

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING. De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur,

VLAAMSE REGERING. De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, VLAAMSE REGERING BESLUIT VAN DE VLAAMSE MINISTER VAN OPENBARE WERKEN, ENERGIE, LEEFMILIEU EN NATUUR, HOUDENDE UITSPRAAK OVER EEN AANVRAAG INGEDIEND DOOR DE NV TIMCAL BELGIUM, APPELDONKSTRAAT 173, 2830

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN EEN WIJZIGING VAN MILIEUVERGUNNINGSVOORWAARDEN EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN EEN WIJZIGING VAN MILIEUVERGUNNINGSVOORWAARDEN EN OPENBAAR ONDERZOEK Departement Duurzame Stedelijke Ontwikkeling en Ondernemen Dienst Milieu en Klimaat BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN EEN WIJZIGING VAN MILIEUVERGUNNINGSVOORWAARDEN EN OPENBAAR ONDERZOEK

Nadere informatie

Milieuvergunningsaanvraagformulier

Milieuvergunningsaanvraagformulier Laatste aanpassing: najaar 2014 Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen Handleiding voor het opstellen van een milieuvergunningsaanvraag Milieuvergunningsaanvraagformulier bijlage 4 van Vlarem

Nadere informatie

Departement Behandeld door Uw kenmerk Ons kenmerk Datum Stedelijke Ontwikkeling Dennis De Caluwé DDC/17/0021/ddc 25/01/17

Departement Behandeld door Uw kenmerk Ons kenmerk Datum Stedelijke Ontwikkeling Dennis De Caluwé DDC/17/0021/ddc 25/01/17 Departement Behandeld door Uw kenmerk Ons kenmerk Datum Stedelijke Ontwikkeling Dennis De Caluwé DDC/17/0021/ddc 25/01/17 Dienst E-mail Telefoon Fa Bijlagen Milieu en Landbouw milieudienst@mechelen.be

Nadere informatie

Infoblad Energieplanning

Infoblad Energieplanning Infoblad Energieplanning Waarover gaat het? Bedrijven met een groot energieverbruik worden van overheidswege verplicht maatregelen te nemen om rationeel om te gaan met energie en dit te rapporteren aan

Nadere informatie

Veiligheid en BBT/BREF. Annelies Faelens Departement LNE Afdeling Milieuvergunningen

Veiligheid en BBT/BREF. Annelies Faelens Departement LNE Afdeling Milieuvergunningen Veiligheid en BBT/BREF Annelies Faelens Departement LNE Afdeling Milieuvergunningen Inhoud 1. Richtlijn Industriële Emissies 2. BBT s en BREF s 3. Richtsnoeren voor het opstellen van BREF s 4. Veiligheid

Nadere informatie

Vlaremtrein 2011 Muziekactiviteiten Overige wijzigingen

Vlaremtrein 2011 Muziekactiviteiten Overige wijzigingen Overzicht 1. Terugblik 2012 Vlaremtrein 2011 Muziekactiviteiten Overige wijzigingen 2. In de pijplijn Vlaremtrein 2012 Besluit diffuse emissies Vlaremtrein 2013 Omgevingsvergunning Permanente vergunning

Nadere informatie

veranderen door uitbreiding met : - de lozing van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering (R 3.3.);

veranderen door uitbreiding met : - de lozing van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering (R 3.3.); MLVER/9600000236/JVDM/bd HOUDENDE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN NV GRALEX VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2070 ZWIJNDRECHT, KRUIBEEKSESTEENWEG 227. De bestendige deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

MLVER/9800000164/PAG/sdv

MLVER/9800000164/PAG/sdv MLVER/9800000164/PAG/sdv HOUDENDE GEDEELTELIJKE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN N.V. EEG SLACHTHUIS VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2800 MECHELEN, SLACHTHUISLAAN 1. De bestendige deputatie

Nadere informatie

Vlarem trein 2012 - Aanpassing wetgeving inzake Emissiehandel

Vlarem trein 2012 - Aanpassing wetgeving inzake Emissiehandel Vlarem trein 2012 - Aanpassing wetgeving inzake Emissiehandel 14 juni 2013 Jorre De Schrijver Team Klimaat Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu & Gezondheid (ALHRMG) Programma Inleiding emissiehandel

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 111393 VLAAMSE OVERHEID [C 2017/40881] 27 OKTOBER 2017. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake

Nadere informatie