NIEUW! NU MET LEERLINGBOEK INTERACTIEVE METHODE NEDERLANDS MET SPANNENDE VERHALEN

Transcriptie

1 NIEUW! NU MET LEERLINGBOEK INTERACTIEVE METHODE NEDERLANDS MET SPANNENDE VERHALEN

2 Inhoudsopgave PLOT26 in het kort Uitgangspunten PLOT26 Ook PLOT26 Leesvaardigheid en fictie Schrijfvaardigheid Differentiatie in PLOT26 Grammatica en spelling Toetsen in PLOT26 Hoe werkt PLOT26 voor docenten? Hoe gaan leerlingen aan de slag? De opbouw van PLOT26 Jaarplanning leerjaar 1 Jaarplanning leerjaar 2 Jaarplanning leerjaar 3 vmbo Jaarplanning leerjaar 3 havo/vwo Jaarplanning leerjaar 4 vmbo PLOT26 in verdere leerjaren Praktische informatie 02 versie 3.0 maart 2018 De informatie in deze methodewijzer wordt regelmatig geactualiseerd en kan daarom per versie afwijken.

3 03

4 04

5 PLOT26 in het kort De passie voor taal die we als makers van PLOT26 hebben, willen we delen met de leerlingen. Dat doen we door de leerlingen actief te betrekken bij de lessen. En we raken ze: met reële een actuele onderwerpen en spannende taken. Zo maken we Nederlands voor de leerling herkenbaar en nuttig en krijgen we hen op het puntje van hun stoel. Het vak Nederlands saai en moeilijk? Integendeel, spannend en leuk zijn de woorden die leerlingen noemen als er naar hun ervaringen met de lessen Nederlands van PLOT26 wordt gevraagd. APPS VOOR OEFENING Voor het oefenen van vaardigheden als spelling, werkwoordspelling en in de toekomst grammatica biedt PLOT26 apps aan die leerlingen zelfstandig en in hun eigen tempo kunnen doen. Tijdens het door lopen van de oefeningen ontvangen ze gerichte feedback op wat ze doen. En is er specifieke uitleg bij het probleem dat zich voordoet. De apps zijn adaptief. De lesstof past zich aan aan de vorderingen van de leerling. VERHALEN EN CURSUSSEN: SAMEN EEN COMPLETE METHODE In PLOT26 vormen spannende, verfilmde verhalen de basis van de methode. Deze verhalen worden afgewisseld met verdiepende cursussen Lezen, Schrijven, Fictie en Spreken, waarin leerlingen in samenhang vaardigheden leren. De verhalen en cursussen vormen samen een complete methode waarbij het uitgangspunt is dat in 75% van de lestijd alle stof uit de referentieniveaus aan de orde kan komen. Zo ontstaat er voor de docent ruimte voor eigen invulling: de vrije ruimte. Deze kun je vullen met eigen lessen, maar ook met cursussen die PLOT26 aanbiedt. 05

6 Uitgangspunten PLOT26 06 De didactische keuzes in PLOT26 zijn gebaseerd op de volgende vijf pijlers: 1 Intrinsieke motivatie is een belangrijke voorspeller van motivatie en leren. (Guthrie & Humenick, 2014). 2 Leerlingen zijn erbij gebaat taalvaardigheden in samenhang te ervaren: de vaardigheden in onderlinge samenhang en in samenhang met hun eigen realiteit en in context. 3 Leerlingen willen graag grip hebben op wat ze leren: ze willen geactiveerd worden, zelf doen, zelf kiezen, zelf creëren. 4 Docenten willen lessen aanbieden die gedifferentieerd zijn en uit iedere leerling het beste halen. 5 Docenten die de ruimte hebben om op hun eigen manier les te geven, halen het beste uit hun leerlingen. DIGITAAL VOOR MEER BELEVING De keuze voor digitaal is voor PLOT26 een heel bewuste. Digitaal lesmateriaal biedt meer mogelijkheden om leerlingen te enthousiasmeren en te raken. Hun wereld is een digitale wereld, waarin ze de hele dag communiceren en kennis opdoen. Wil je meer aansluiting vinden bij de leerling, dan zul je de stap naar die digitale wereld moeten zetten. We gaan er wel vanuit dat ICT/digitaal altijd een middel is om te komen tot de beste lessen en niet een doel op zich. Waar de inzet van papier het beste leerresultaat oplevert, zullen we altijd de keuze maken voor papier. PLOT26 is een interactieve en multimediale methode die de wereld van de leerling de klas in haalt. LEZEN ALS RODE DRAAD Lezen is een rode draad door alle onderdelen van PLOT26. Ons uitgangspunt: zet leerlingen zo veel mogelijk aan tot lezen. Hoe meer je leest, hoe beter het gaat. En hoe beter het gaat, hoe beter dat is voor je hele schoolcarrière. LEREN IN SAMENHANG Geïntegreerd taalonderwijs leidt tot betere resultaten en grotere motivatie (SLO, 2017). PLOT26 kiest ervoor om de onderwerpen/ domeinen van het vak Nederlands in samenhang aan te bieden in de verhalen en deze vervolgens langer en dieper uit te werken in cursussen. AUTONOMIE ERVAREN Ervaren autonomie heeft een positief effect op de motivatie van leerlingen. Concreet: als leerlingen keuzevrijheid hebben in leesteksten, zeggenschap hebben over inhoud en uitvoering van de opdrachten, ervaren ze autonomie en wordt hun motivatie vergroot. (Brozo & Flynt, 2008; Fillman & Guthrie, 2008; Guthrie & Wigfield, 2000). MEER RUIMTE VOOR EIGEN LESSEN In onze rondgang langs docenten blijkt dat het lesprogramma voor het vak Nederlands doorgaans vol zit en er nauwelijks tijd en ruimte is voor eigen invulling van lessen. PLOT26 streeft er dan ook naar om in 75% van de lestijd alle stof uit de referentieniveaus aan de orde te laten komen. Zo ontstaat er ruimte voor eigen lessen of kan er gebruikgemaakt worden van de cursussen die PLOT26 aanbiedt in de vrije ruimte. ONTWIKKELEN IN CO-CREATIE Bij de ontwikkeling van de lessenseries binnen PLOT26 speelt co-creatie een belangrijke rol. We ontwerpen alle lessen in PLOT26 samen met leerlingen en docenten. Dat betekent concreet dat docenten en leerlingen elke les eerst uitproberen en we die op basis van hun feedback aanpassen voordat hij definitief in de digitale lesomgeving komt. Ook na opmerkingen of verzoeken van docenten die al met de methode werken, passen we regelmatig onderdelen aan. Alleen zo maken we lessen die aansluiten bij de wensen en behoeften van niet alleen de docent, maar vooral ook van de leerlingen.

7 07

8 Ook PLOT26 TOOLBOX: HET DIGITALE NASLAGWERK In PLOT26 hebben leerlingen geen theorieboek tot hun beschikking, maar een digitale Toolbox. In dit digitale naslagwerk vinden leerlingen theorie met voorbeelden, uitleg met filmpjes, animaties en tekst. Denk aan een voorbeeld van een goede en minder goede presentatie of uitleg over de waarde van goed geformuleerde feedback. Per onderwerp vinden leerlingen een samenvattende tekst, bij bepaalde onderwerpen meer uitleg, voorbeelden of verdieping. De informatie in de Toolbox kan per leerjaar en per niveau verschillen en is altijd en voor iedereen die met een device werkt, of dat nu een laptop, tablet of smartphone is, oproepbaar en beschikbaar. Ook in het Leerlingboek vinden leerlingen onderdelen uit de Toolbox. De Toolbox van PLOT26 bevat niet alleen klassieke onderwerpen voor het vak Nederlands, maar ook items die heel dicht bij het vak staan. Voorbeelden zijn feedback geven en ontvangen (met uitleg, voorbeelden en filmpjes), films en trailers maken, teksten schrijven voor andere vakken of het schrijven van korte verhalen. PLOTIFY: GRATIS DIGITALE BOEKEN EN VERHALEN Lezen loopt als rode draad door de methode. PLOT26 biedt binnen de methode een digitale bibliotheek aan met boeken waar leerlingen vrij over kunnen beschikken: Plotify. Lezen in of buiten de les, samen een boek kiezen en samen nabespreken: met Plotify is dat mogelijk. Je vindt in Plotify zowel leesboeken als korte verhalen. Deze boeken en verhalen zijn voor iedereen beschikbaar, zodat de hele klas tegelijk hetzelfde boek kan lezen. Leerlingen kunnen ook individueel lezen in hun eigen favoriete boek: in de les, thuis, op elk gewenst moment. De actuele titels in Plotify kiezen we in overleg met en op aanbeveling van leerlingen. De boeken zijn digitaal (epub of pdf) en op papier beschikbaar. Op dit moment zijn er voor de verschillende leerjaren twintig korte verhalen in Plotify te vinden. Deze zijn speciaal geschreven voor PLOT26 door bekende fictieauteurs als Mirjam Mous, Lydia Rood, Buddy Tegenbosch en Rob Ruggenberg. Daarnaast heb ben de leerlingen de keuze uit ongeveer twintig leesboeken. 08 TEKSTENBOX Bij diverse opdrachten in PLOT26 werken leerlingen met zelfgekozen teksten. Ze brengen die mee van thuis of ze maken een keus uit de teksten in de Tekstenbox. De teksten in de Tekstenbox zijn geordend op niveau en op onderwerp.

9 09

10 Leesvaardigheid en fictie EEN BETERE LEZER WORDEN Leerlingen die meer lezen, worden betere lezers en succesbeleving maakt dat ze ook meer gemotiveerd zijn. In PLOT26 maken leerlingen dan ook veel leeskilometers, zowel in verhalen als in cursussen. Ze lezen fictie en zakelijke teksten en: veel teksten naar keuze van de leerling. Met de leerlijn Lezen in PLOT26 willen we bereiken dat leerlingen met plezier gaan lezen, dat ze de teksten die ze lezen goed begrijpen en dat ze doorkrijgen dat je met beter lezen betere schoolresultaten behaalt. De cursussen Lezen kunnen klassikaal gedaan worden maar ook grotendeels zelfstandig doorlopen worden. LEERJAAR 1 TOT EN MET 3 In de cursussen leesvaardigheid leren leerlingen: dat je eerst naar het tekstgeraamte moet kijken en dan pas de tekst gaat lezen; wat het belang is van voorkennis bij een tekst en hoe je die kunt uitbreiden; op welke manier je een tekst kunt lezen en hoe je daarmee kunt oefenen; welke leesstrategieën helpen om een tekst beter te begrijpen: voorspellen, ophelderen, zelf vragen stellen, samenvatten, vergelijken; hoe je woordbetekenissen kunt achterhalen; dat inzicht in verwijs- en signaalwoorden leidt tot beter tekstbegrip; dat je bij lezen veel leert wat je bij schrijven kunt gebruiken; hoe je digitale teksten moet lezen; hoe je feiten en meningen kunt onderscheiden; hoe je een tekst met een kritische blik onderzoekt; hoe je langere teksten (zoals die van het examen) leest. 10

11 In ieder leerjaar van PLOT26 tot en met klas 3 zijn er steeds twee cursussen leesvaardigheid van circa zes tot negen lessen. LEERJAAR 4 In leerjaar 4 starten de leerlingen in Lezen 7 met een diagnostische toets, zodat ze ontdekken waar ze staan. In deze cursus lezen leerlingen langere teksten, zodat ze zich langer achtereen moeten concentreren. Daarnaast is er in deze cursus aandacht voor verschillende examenonderdelen en examenwoorden. In de cursus Examentraining analyseren leerlingen zelf recente examens en verdiepen ze zich in veelvoorkomende vragen. FICTIE Voor PLOT26 staat leesbeleving op nummer één als het gaat om leerlingen stimuleren te lezen. Praten over boeken, je leesbeleving met elkaar delen en je eigen leven lezend herkennen in boeken zijn activiteiten die centraal staan in de fictielessen. Theorie heeft een ondergeschikte rol: alle onderdelen uit de verhaalanalyse die leerlingen volgens de referentieniveaus moeten beheersen komen vanaf klas 1 impliciet aan bod; pas in jaar 3 komen ze expliciet aan de orde in de Fictie Special. TOOLBOX In de Toolbox vinden leerlingen ruim 30 lemma s rondom leesvaardigheid en fictie. Met tekst, audio, video, animaties, voorbeelden en modelling leggen we theorie en aanpak uit. Sommige lemma s maken we op meerdere niveaus. TUSSENTIJDSE MEETMOMENTEN Om vast te stellen of de leesvaardigheid ook toeneemt, zijn er steeds twee tussentijdse meetmomenten bij elke cursus ingepast waarmee je als docent inzicht krijgt in de vorderingen van je klas en van leerlingen individueel. Bij lezen is dit een formatieve toets. De leerlingen moeten de tekst in zijn geheel kunnen doorgronden. Ze beantwoorden inhoudelijke vragen, zodat duidelijk blijkt of ze de tekst echt goed gelezen en begrepen hebben. De verwerkingsopdrachten geven extra verdieping aan de tekst of breiden de kennis over de tekst uit. Er zijn jaarlijks twee methodeonafhankelijke referentietoetsen Lezen. 11

12 Schrijfvaardigheid Schrijven is een vaardigheid die bij al het leren terugkomt en die samen met leesvaardigheid bepalend is voor succes in studie, beroep en persoonlijk leven. In PLOT26 helpen we leerlingen hun schrijfvaardigheid te verbeteren door schrijven vaak en in samenhang met andere vaardigheden aan te bieden. Niet alleen het eindproduct, maar juist ook de weg ernaartoe staat centraal. Om te voorkomen dat je als docent veel tussentijds nakijkwerk hebt én om leerlingen zelfstandig hun schrijfvaardigheid te laten verbeteren, is er veel aandacht voor onderlinge feedback en revisie. Leerlingen denken steeds na over wat volgens hen een goede tekst is en aan welke eisen een goede tekst moet voldoen. De leerling traint zichzelf als schrijver met een vast ritme en via vaste fases: informatie verzamelen, schrijven, reviseren, herschrijven, check op taal en spelling, herschrijven. Leerlingen leren hun eigen teksten én die van anderen te reviseren, ze leren feedback te geven en te ontvangen. Schrijven in PLOT26 heeft de volgende pijlers: Schrijven en inhoudsvinding gaan beter lukken als je eigen ervaringen, eigen belevenissen en gevoelens mag gebruiken om je schriftelijk uit te drukken. PLOT26 zegt: als je je goed kan verwoorden, ben je beter in staat jezelf te laten zien. Schrijven wordt vaak in samenhang met Lezen en/of andere vaardigheden aangeboden, in een context en met realistische voorbeelden. 12

13 We streven ernaar dat leerlingen beter leren schrijven en dat ze dat met zelfvertrouwen doen. Maar we willen vooral bereiken dat leerlingen ontdekken dat ze zelf goede schrijvers kunnen worden door er plezier in te krijgen en door het vaak te doen. LEERJAAR 3 In leerjaar 3 maken we onderscheid tussen de leerlijn voor vmbo, die meer gericht is op praktische toepassing en havo/vwo die meer verdiept in alle aspecten van het goed kunnen schrijven van verschillende soorten tekst. DE LEERLIJN EN OPBOUW In de doorlopende leerlijn Schrijven komen alle doelen van het domein schrijfvaardigheid uit het Referentiekader Taal aan bod. In leerjaar 1 en 2 bieden we in beide jaren twee cursussen schrijfvaardigheid aan. In leerjaar 3 bieden we een cursus schrijfvaardigheid aan 3 vmbo en een cursus waarbij lees-en schrijfvaardigheid geïntegreerd worden aangeboden. In deze cursus is ook aandacht voor samenvatten. LEERJAAR 4 (VMBO) Schrijven komt samen voor met lezen en kijken/ luisteren. Leerlingen werken aan een groter schrijfproduct op basis van documentatie waarin hun mening centraal staat. 13

14 Differentiatie in PLOT26 Leerlingen positief uitdagen: dat is ons uitgangspunt in de opzet en stof van de PLOT26-lessen. We zien dit in de praktijk ook gebeuren: de leerlingen worden door de lessen gemotiveerd een extra stap te zetten en zo hoger te reiken dan ze aanvankelijk misschien dachten aan te kunnen. Omdat de les spannend is, omdat ze graag verder willen in een verhaal of omdat ze samen met hun groepje met iets interessants bezig zijn. Ze vragen eerder hulp aan de docent of elkaar. De opdrachten zijn zo gemaakt dat leerlingen ze op verschillende manieren en verschillende niveaus kunnen afronden. Ook al zien we leerlingen uit zichzelf extra stappen zetten, toch is het nodig rekening te houden met de verschillen tussen leerlingen. In PLOT26 gaan we vanuit vier verschillende invalshoeken met differentiatie om: 1. VIJF NIVEAUS Voor leerjaar 1 worden er nu vier niveaus aangeboden: vmbo-b, vmbo-k, vmbo-gt en h/v. Vanaf leerjaar 2 zijn er vijf verschillende niveaus: vmbo-b, vmbo-k, vmbo-gt, havo en vwo. Een vwostream wordt in ontwikkeld. De verhalen in leerjaar 1 en 2 zijn voor de verschillende niveaus hetzelfde opgebouwd, met dezelfde films en veelal dezelfde soort taken. Het verschil zit in het niveau en de complexiteit van de opdrachten en teksten en de beoordelingen door de docent. Leerlingen die met havo/vwo materialen werken zetten snellere stappen. Ditzelfde geldt voor de cursussen. Vanaf leerjaar 3 zijn er verschillende routes voor vmbo-leerlingen enerzijds en havo/vwo-leerlingen anderzijds. Leerlingen werken met verschillende input, er zijn andere taken en er wordt van hen een andere aanpak gevraagd. 14

15 2. DIFFERENTIATIE IN DIDACTIEK Met digitale middelen zijn meer variaties mogelijk in onder andere werkvormen, instructie, communicatie dragers, tempo en toetsvormen. Het repertoire aan didactiek is uitgebreid zodat iedere leerling zich in de breedte ontwikkelt. Voor vmbo-basis is een eigen aparte lijn met eigen didactiek (kleinere stappen, herhalende instructies en nadruk op succesbeleving). Voor vwo-plus hebben we extra routes per lessenserie (beschikbaar voor gymnasium, vwo én havo). Deze routes bevatten onder meer onderzoeksvragen waar leerlingen zelfstandig aan kunnen werken. 3. DIFFERENTIATIE BINNEN EEN LES OF BINNEN EEN KLAS De docent heeft de mogelijkheid om te bepalen tot welke stof een leerling toegang krijgt. Zo kan in een havo-klas een leerling op vwo-niveau werken of kan in een k/gt-klas een leerling juist materiaal aangeboden krijgen dat afkomstig is uit de b/k-lijn. 4. GEPERSONALISEERD LEREN PLOT26 heeft een eigen opvatting over gepersonaliseerd leren. In PLOT26 staat gepersonaliseerd leren voor de vrijheid die leerlingen en docenten hebben om hun eigen pad te kiezen binnen, of juist buiten, het gekozen materiaal. Leerlingen krijgen de regie over wat ze doen, wat ze leren en hoe ze dat aanpakken. De docent houdt de leerdoelen in de gaten. Leerlingen kunnen op basis van reflectiemomenten zelf hun leervragen formuleren en hiermee aan de slag gaan in de lessen erna. Doordat leerlingen in de meeste verhalen gelijk op moeten en sommige onderdelen van de verhalen bij voorkeur klassikaal of in groepen uitgevoerd worden, zijn ge personaliseerde leerroutes bij de verhalen minder standaard. Communicatie, interactie en eigen keuze van de leerling staan dan voorop. PLOT26 stelt scholen in staat om Nederlands gedeeltelijk gepersonaliseerd aan te bieden daar waar de communicatieve en interactieve aspecten van taal minder aan de orde zijn. De cursussen kunnen in een individueel leertraject gevolgd worden. Dat geldt eveneens voor grammatica, werkwoordspelling en spelling die uitgaan van een zelfstandige leerroute. 15

16 Grammatica en spelling GRAMMATICA Kunnen we de leerling meer inzicht geven in hoe taal werkt en grammaticaonderwijs betekenisvoller maken? Deze vragen zijn voor ons leidend geweest in de ontwikkeling van grammatica binnen PLOT26. Dit heeft geleid tot de volgende koers. INZICHT STAAT VOOROP We kiezen voor een invulling die grammaticaonderwijs en taalkunde dicht bij elkaar brengt, omdat die benadering het nut van grammatica helpt inzichtelijk te maken: het gaat meer om inzicht in functies van zinsdelen en woorden in zinnen, dan om sec ontleden. VOLGENS HET REFERENTIEKADER TAAL Met grammatica voldoen we aan de leerdoelen van het Referentiekader Taal. In leerjaar 1 werken we aan 1F, waarmee meteen ook het fundament is gelegd voor de basis van grammatica. In de hogere leerjaren voegen we toe wat nodig is volgens het Referentiekader Taal (2F) en gaan we door voor de liefhebbers. SEMANTISCHE BENADERING We werken vanuit een taalkundige semantische benadering met werkwoordvalentie als uitgangspunt. 1 We kiezen voor een typische PLOT26- benadering: we betrekken leerlingen bij taalkundige/grammaticale onderwerpen en laten ze zelf ontdekken hoe zinnen in elkaar steken. Leerlingen onderzoeken grammaticale functies en staan dan pas stil bij theorie en passen de stof toe in verschillende bronnen (poëzie, fictie, zakelijke teksten, chats enzovoort). Er zijn cursussen Grammatica 1 en 2 en er is een grammatica-app in ontwikkeling J. van Rijt, Van zwemmen zonder water tot het roken van lantaarnpalen. Over grammaticaonderwijs op semantische basis. HSN-bundel 26.

17 SPELLING Hoe weet je van jezelf of je goed kunt spellen? Waaróm zou je eigenlijk goed willen spellen? We kiezen er in PLOT26 voor om de leerling bewuster te maken van spelling. Uit co-creatie komt naar voren dat het spellingonderwijs meer betekenis mag krijgen van docenten. Ook willen docenten betekenisvoller toetsen en leerlingen meer eigen verantwoordelijkheden geven. De spellinglessen in PLOT26 hebben als doel bij de leerling een spellinggeweten en een spellingbewustzijn aan te boren. Dit start bij de schrijfcursussen: bij gesignaleerde problemen kan de leerling vervolgens zelfstandig werken aan de lessen waar zijn of haar probleem aangepakt wordt. De leerling bepaalt daarbij zo veel mogelijk zelf zijn route en beslist zelf wat hij wil oefenen en wanneer hij dat wil doen. Ook hier geldt: het ontwikkelen van een goed woordbeeld door veel te lezen, helpt de leerling om scherper te worden op zijn spellingvaardigheden. Niet alleen veel lezen, maar ook veel schrijven is van belang. We gaan uit van spellingproblemen waar leerlingen al schrijvende tegenaan lopen. PLOT26 voldoet met spelling aan de leerdoelen zoals die geformuleerd zijn in de Referentieniveaus. APPS In de spellingapps (werkwoordspelling en andere spellingonderwerpen) kunnen leerlingen zelfstandig en adaptief oefenen. 17

18 Toetsen in PLOT26 FORMATIEF TOETSEN In de verhalen en cursussen bij PLOT26 komen diverse meetmomenten voor in de vorm van testjes, (diagnostische) toetsen, een quiz, een wedstrijd, of een eindopdracht. Hiermee is vast te stellen wat een leerling heeft onthouden en wat hij heeft geleerd. Ook laten ze zien welke vervolgstappen een leerling nodig heeft om verder te leren en te groeien en ziet een leerling dat ook zelf. Eindopdrachten, zoals een trailer, een schrijfproduct, een presentatie, enz. zijn meetmomenten die ook kunnen worden beoordeeld, al dan niet met een cijfer. In leerjaar 4 vmbo zijn er toetsen die gebruikt kunnen worden als schoolexamen. TWEE SOORTEN TOETSEN Naast deze meetmomenten kent PLOT26 twee soorten toetsen: 2 Referentietoetsen die de vaardigheden en het niveau van een leerling in kaart brengen. Deze zijn methodeonafhankelijk en gebaseerd op de tussendoelen, gekoppeld aan de referentieniveaus van de vaardigheden lezen, schrijven en taalverzorging. Deze toetsen volgen dus de doorlopende leerlijnen en bereiden op die manier al voor op de examens. Met deze toetsen kan er twee keer in een leerjaar een grondige meting worden gedaan om het niveau te bepalen en een determinatie uit te voeren. De toetsen van PLOT26: zijn evenwichtig opgebouwd, volgens een taxonomie 1 ; brengen de voortgang en het niveau in kaart; 1 Afsluitende toetsen bij een cursus die inzicht geven in wat de leerlingen hebben opgestoken van de voorgaande lessen. Toetsen moeten helpen bij het leren. Dat is het standpunt van PLOT26 over toetsen. PLOT26 zet zich in om het leren van de leerling te bevorderen. Elke lessenserie rondt een leerling af met een toets of een prestatie die je als docent formatief kunt inzetten. In de jaarplanners staat aangegeven welke afsluitende toetsen er zijn (pagina s 26 tot en met 35). meten wat volgens de leerdoelen en het geleerde gemeten moet worden; zijn inclusief in de docentenlicentie valide en betrouwbaar In een taxonomie zijn cognitieve handelingen in oplopende moeilijkheid van gedrag opgebouwd. Een toets bestaat uit vragen waarbij elke vraag één bepaald handelingsniveau laat zien. Bijvoorbeeld: als de vraag is bedoeld om kennis te toetsen, is het handelingsniveau reproductie.

19 19

20 20

21 Hoe werkt PLOT26 voor docenten? Bij Blink ontwikkelen we alle methodes vanuit een interactieve en daarom digitale gedachte. Het gebruik van digitale middelen in de methode opent de deuren naar de wereld van de leerling. Met de inzet van filmpjes, interactieve opdrachten en speciale websites doen we er alles aan om de leerlingen op het puntje van hun stoel te krijgen. Het digitale werken maakt het daarnaast mogelijk om op elk gewenst moment de methode te actualiseren en aanpassingen door te voeren. Dit sluit goed aan bij onze werkwijze van co-creatie. DOCENTENOMGEVING Als docent heb je toegang tot een digitale docentenomgeving. Van hieruit kun je klassen aanmaken en beheren, naar de lessenseries, opdrachten voor je leerlingen inplannen en resultaten bekijken en verwerken. Er zijn tutorials voor het lesgeven, het inplannen van lessen en het bekijken van de resultaten. START EEN LES Per lessenserie zie je een overzicht van de lessen. Hier start je de digibordlessen en vind je de lesbeschrijvingen met alle informatie over de lessenserie. Daarnaast kun je hier het leerlingmateriaal inzien en overige lesdocumenten downloaden. PLAN EEN LES IN VOOR JE LEERLINGEN Om lesmateriaal voor je leerlingen klaar te zetten in de digitale leerlingomgeving plan je een les in via de planningsmodule. Je kunt hier lessen voor al je klassen tegelijk inplannen. Per klas of leerling kun je het niveau van een opdracht eenvoudig aanpassen, zodat de leerling altijd het materiaal krijgt aangeboden op het niveau dat bij hem of haar past. BEKIJK DE RESULATEN In de resultatenmodule kun je de vorderingen van je leerlingen bekijken. Je kunt hier onder meer zien hoe ver ze met een opdracht zijn en of ze deze goed, voldoende of onvoldoende hebben gemaakt. KIES EEN LESSENSERIE Elk leerjaar bestaat uit drie tot vier verhalen en verdiepende cursussen. In het overzicht van alle lessenseries kun je met een filter gemakkelijk het leerjaar en niveau filteren waarna je een lessenserie kunt selecteren. WERKEN MET HET LEERLINGBOEK Voor scholen die niet volledig met de digitale omgeving willen of kunnen werken is het mogelijk om leerlingen te laten werken met het leerlingboek. De docent gebruikt het digitale materiaal via het digibord of een presentatiescherm. Op deze manier stuurt hij de lessen aan en kan hij ook de video s en toolbox inzetten. 21

22 22

23 Hoe gaan leerlingen aan de slag? LEERLINGOMGEVING Leerlingen hebben toegang tot een eigen digitale lesomgeving. Als docent bepaal je wanneer ze toegang tot een les krijgen door de les via de docentenomgeving in te plannen. TOOLBOX EN TEKSTENBOX Leerlingen hebben in hun lesomgeving toegang tot de Toolbox waarin ze uitleg, voorbeelden en toelichting vinden. Daarnaast kunnen ze in de Tekstenbox zoeken naar verschillende soorten teksten op verschillende niveaus om gebruik van te maken in de lessen. DE LES STARTEN De leerling ziet alle lessen die de docent heeft klaargezet. Nadat de leerling op start heeft geklikt, komt hij in het overzichtsscherm van de betreffende les. Hier ziet de leerling de opdrachten die horen bij de les. Door op een van, de opdrachten te klikken komt de leerling bij de opdracht. De leerling bekijkt de filmpjes en de Toolbox en verwerkt de opdracht digitaal. Of er is een verwerking in de klas: er wordt samengewerkt of gediscussieerd. LEERLINGBOEK Wanneer je als school een licentie hebt besteld inclusief leerlingboek, kunnen de leerlingen voor de verwerkingsopdrachten gebruikmaken van dit boek. Ze behouden daarbij altijd hun toegang tot de lesomgeving, maar zijn voor de verwerking van opdrachten niet alleen aangewezen op een device. In het boek vinden de leerlingen opdrachten, teksten en uitleg uit de Toolbox. Er zijn verwijzingen naar digitale onderdelen, zodat ze filmpjes en theorie ook zelf kunnen raadplegen. 23

24 24

25 De opbouw van PLOT26 VERHALEN De verhalen en de daaraan verbonden lessen zijn de basis van PLOT26. In een jaar gaan de leerlingen aan de slag met vier verhalen die elk circa negen lessen duren. Ze worden geconfronteerd met reëel voorstelbare gebeurtenissen. Ze worden uitgedaagd een rol te spelen en bij te dragen aan oplossingen. Daarbij maken ze gebruik van films, teksten en websites. De verhalen zijn geschreven door bekende fictie auteurs als Buddy Tegenbosch, Elle van den Bogaart en Martine Letterie. In de verhalen komen de verschillende vaardigheden in samenhang voor. Het doel van de verhalen is dat leerlingen in levensechte situaties het nut en de noodzaak ervaren van goede beheersing van taalvaardig heden. Terwijl ze vorderingen maken tijdens hun speurtocht, trainen ze tegelijkertijd hun taalvaardigheid. Dit gaat zo ongemerkt dat een leerling na afloop van een les zei: Ik vind dit superleuk hoor, maar wanneer beginnen we nou met Nederlands? Om leerlingen te laten inzien wát ze leren, is er aan het eind van een verhaal altijd een les waarin wordt teruggeblikt. In deze les benoemen de leerlingen samen met hun docent wat ze gedaan en geleerd hebben. CURSUSSEN De verhalen worden afgewisseld met zes verdiepende cursussen per leerjaar: voor lezen, schrijven, fictie en spreken. Tijdens elke cursus staat de interesse van de leerling zo veel mogelijk centraal en kunnen de leerlingen hun eigen onderwerpen kiezen. Door samenwerking, klassikale besprekingen en keuze in productvormen kunnen de leerlingen op hun eigen manier werken aan verbetering en verdieping van hun taalvaardigheid. In de verhalen doen de leerlingen onbewust kennis en vaardigheden op. In de cursussen zijn ze hier juist bewust mee bezig. Ook tijdens de cursussen blikken leerlingen en docent in de laatste les samen terug op wat er is gedaan en geleerd. In deze laatste les kan er ook een toets plaatsvinden. VRIJE RUIMTE De vrije ruimte is ontstaan op verzoek van docenten die behoefte hebben aan meer ruimte in het volle lesprogramma. PLOT26 vult 75% van de beschikbare tijd in een leerjaar met verhalen en cursussen. Zo ontstaat er ruimte (25%) voor vrije invulling. Deze lestijd kan gevuld worden met eigen ideeën en eigen materiaal, extra leeslessen of cursussen uit de vrije ruimte: Poëzie, Fictie, Woordenschat, Grammatica of Spelling. HOE WERKT DAT PRECIES? Je kunt zelf bepalen in welke volgorde je de verplichte verhalen en cursussen plant, alhoewel er wel een voorkeursvolgorde is. Zie ook de jaarplanningen op pagina met de adviesroute. We noemen deze verhalen en cursussen verplicht, omdat bij het maken van die lessen er nadrukkelijk op gelet is dat de leerdoelen van het Referentiekader verwerkt zijn in juist die lessen. Uiteraard kun je altijd de vrijheid nemen om lessen in te korten, te schrappen of te verlengen. De keuze voor stof in de vrije ruimte is gebaseerd op veelvoorkomende vragen van docenten en op favoriete onderwerpen van de auteurs, die zelf ook voor de klas staan. We bieden verschillende cursussen aan in de vrije ruimte. In de vrije ruimte kun je ook lezen uit Plotify, of juist tijd besteden aan iets anders dan PLOT26. DE ROL VAN DE DOCENT Als gevolg van de discussie over het keurslijf van methodes, hebben wij ervoor gekozen om een vrijer systeem te ontwerpen. Bij het maken van de verplichte en vrije ruimte-cursussen gaan we ervan uit dat de docent het programma en de lessen naar zijn eigen hand zet. In de lesbeschrijving staan tips, bieden we keuzes of laten we de lesaanpak juist open. 25

26 Jaarplanning leerjaar 1 Hier tref je een voorbeeldplanning aan van een jaarindeling voor leerjaar 1 van PLOT26. In de verhalen (paars) en cursussen (groen) komt de verplichte lesstof van het Referentiekader voor. PLOT26 vult hiermee 75% van de beschikbare tijd in een leerjaar. De blauwe blokken geven de vrije ruimte weer. In deze planning gaan we uit van 40 lesweken van 3 lesuren Nederlands per week en van een lesuur van 50 minuten. PLOT26 biedt voldoende stof om deze lesweken en -uren te vullen. Binnen de vrije ruimte van leerjaar 1 biedt PLOT26 verschillende cursussen aan: - De grammatica-case - Poezie - Woordenschat - Grammatica 1 - Werkwoordspelling-app - Spelling-app LESWEEK VERHALEN 9 lessen 9 lessen Toets Toets CURSUSSEN Lezen 1 9 lessen Fictie 1 6 lessen Schrijven 1 9 lessen REFERENTIE- TOETSEN VRIJE RUIMTE Bij Lezen 1 en 2 en Schrijven 1 en 2 zijn er toetsen. Bij de andere cursussen is een eindopdracht. 26

27 lessen 9 lessen Toets Lezen 2 6 lessen Spreken 1 6 lessen Schrijven 2 6 lessen 27

28 Jaarplanning leerjaar 2 Hier tref je een voorbeeldplanning voor leerjaar 2. In deze planning gaan we uit van 40 lesweken van 3 lesuren Nederlands per week en van een lesuur van 50 minuten. PLOT26 biedt de volgende cursussen en apps aan voor de vrije ruimte van leerjaar 2: - Fictie Extra: Windkracht 12 - Spelling 1 - Grammatica 2 (vanaf ) - Woordkunst - Werkwoordspelling-app - Plotify LESWEEK VERHALEN 7 lessen 7 lessen CURSUSSEN Lezen 3 6 lessen Toets Toets Schrijven 3 6 lessen Spreken 2 5 lessen REFERENTIE- TOETSEN VRIJE RUIMTE Beoordeling/toetsing bij de cursussen: Bij Lezen 3 en Schrijven 3 worden de cursussen afgesloten met een toets. Bij de overige cursussen is geen toets beschikbaar maar zijn er andere beoordelingsmogelijkheden ingebouwd. Bij Lezen 4 maken de leerlingen een poster die beoordeeld kan worden. Daarnaast wordt de suggestie gedaan om in deze cursus ook de spreekvaardigheid van leerlingen te beoordelen. 28

29 lessen 4 lessen Toets Fictie 2 6 lessen Lezen 4 7 lessen Schrijven 4 6 lessen

30 Jaarplanning leerjaar 3 vmbo Hieronder tref je een voorbeeldplanning aan voor leerjaar 3 vmbo. In deze planning gaan we uit van 40 lesweken van 3 lesuren Nederlands per week en van een lesuur van 50 minuten. LESWEEK VERHALEN 5 lessen 5 lessen CURSUSSEN Toets Lezen 5 6 lessen Toets Schrijven 5 5 lessen REFERENTIE- TOETSEN VRIJE RUIMTE Beoordeling/toetsing bij de cursussen: Bij lezen 5 en Schrijven 5 worden de cursussen afgesloten met een toets. Bij de overige cursussen is geen toets beschikbaar, maar zijn er andere beoordelingsmogelijkheden ingebouwd. ** In het verhaal Prank neemt spreekvaardigheid een centrale rol in. Daarom is de cursus Spreken 3 geïntegreerd in dit verhaal en wordt deze niet als aparte cursus aangeboden. 30

31 lessen 6 lessen Lezen/ Schrijven 6 6 lessen Spreken 3 Kennismaken met het examen 6 lessen Fictie Special 5 lessen

32 Jaarplanning leerjaar 3 havo/vwo Hieronder tref je een voorbeeldplanning aan voor leerjaar 3 havo/vwo. In deze planning gaan we uit van 40 lesweken van 3 lesuren Nederlands per week en van een lesuur van 50 minuten. De verhalen (paars) en cursussen (groen) behandelen de verplichte lesstof van het Referentiekader. De blauwe blokken geven de vrije ruimte weer. PLOT26 biedt de volgende cursussen en apps aan voor de vrije ruimte van leerjaar 3 havo/vwo: - Taalwondertjes - Literatuurgeschiedenis - Werkwoordspelling-app - Spelling oefenmodule - Plotify LESWEEK VERHALEN 5 lessen 5 lessen CURSUSSEN Toets Lezen 5 6 lessen Schrijven 5 5 lessen REFERENTIE- TOETSEN VRIJE RUIMTE Beoordeling/toetsing bij de cursussen: Bij Lezen 5 wordt de cursus afgesloten met een toets. Bij de overige cursussen is geen toets beschikbaar, maar zijn er andere beoordelingsmogelijkheden ingebouwd. ** In het verhaal Prank neemt spreekvaardigheid een centrale rol in. Daarom is de cursus Spreken 3 geïntegreerd in dit verhaal en wordt deze niet als aparte cursus aangeboden. 32

33 Verhaal 3 5 lessen 6 lessen Lezen/ Schrijven 6 6 lessen Spreken 3 Argumenteren 6 lessen Fictie Special 5 lessen

34 Jaarplanning leerjaar 4 vmbo Hieronder tref je een voorbeeldplanning aan voor leerjaar 4 vmbo. In deze planning gaan we uit van 30 lesweken tot het examen van 3 lesuren Nederlands per week. Voor de vrije ruimte van leerjaar 4 biedt PLOT26 in elk geval de cursus Selfie! aan, waarin leerlingen leren hoe ze zichzelf presenteren. Let op: leerjaar 4 is op dit moment nog in co-creatie. De lessenseries zijn dus nog niet definitief en kunnen nog gewijzigd worden. LESWEEK VERHALEN Verhaal 6 lessen CURSUSSEN Toets Lezen 7 6 lessen Toets Schrijven 7 5 lessen Spreken 4 5 lessen Fictie 4 flexibel REFERENTIE- TOETSEN VRIJE RUIMTE Beoordeling/toetsing bij de cursussen: De toetsen bij Lezen 7 en Schrijven 7 kun je inzetten als schoolexamen. De andere cursussen worden afgesloten met een eindopdracht. 34

35 Examentraining flexibel

36 36

37 PLOT26 in verdere leerjaren 3 HV EN HV BOVENBOUW Lezen en schrijven en spreken komen in samenhang voor. Met aandacht voor een kritische houding wat betreft (web)teksten en programma s. Leerlingen doorgronden argumentaties en gebruiken zelf argumenten als ze spreken en schrijven. Aandacht voor spelling en een positieve spellingsattitude zijn bij schrijven vaste onderdelen. Er komen relatief weinig teksten met traditionele vragen voor. Bij fictie leren de leerlingen het theoretisch begrippenapparaat kennen en toepassen, zodat in de hv-bovenbouw hierop kan worden voortgebouwd. Er zijn cursussen over literatuurgeschiedenis en beeldspraak. In schooljaar starten we samen met PLOT26-scholen, auteurs, onderzoekers en andere belangstellenden met de ontwikkeling van materialen voor hv bovenbouw. 3 EN 4 VMBO In leerjaar 3 en 4 kent PLOT26 drie niveaus. Voor de vmbo-basis-leerlingen maken we (een beperktere hoeveelheid) lessen die haalbaar zijn, die in kleine stapjes te doen zijn, die succesbeleving geven en die de basale stof laten landen bij de leerling. Voor de kader-leerlingen en in sterkere mate de theoretische leerweg leerlingen zullen we wer ken aan het goed onder de knie krijgen van de basisvaardigheden zoals samenvatten en informatie verwerken. Met een accent op veel zelf doen, zelf ontdekken en eigen keuzes maken, proberen we de leerlingen enthousiast te maken voor het vak Nederlands. Lezen, schrijven en samenvatten komen geïntegreerd voor. Leerlingen lezen langere teksten en trainen hun concentratie. Bekende onderwerpen als signaalwoorden en functies van tekstgedeelten passeren de revue. In alle cursussen bereiden we leerlingen voor op de schoolexamens en het centraal examen. Dit laatste gebeurt expliciet in de cursussen Voorbereiding op het examen (leerjaar 3) en Examentraining (leerjaar 4), zodat leerlingen zich zeker vertrouwd voelen met wat daar van hen gevraagd wordt. Er zijn bij lezen en schrijven toetsen ontwikkeld die gebruikt kunnen worden als schoolexamen. 37

38 Praktische informatie Heb je vragen over PLOT26 of het be stel len van de methode? Neem dan contact op met onze klantenservice. Deze is telefonisch te bereiken op of per via service. en helpt je graag verder. HET AANBOD VAN PLOT26 PLOT26 biedt een uitgebreide digitale, multimediale lesomgeving met films, animaties, digitale tools, opdrachten, teksten en theorie. Vanaf schooljaar kun je er ook voor kiezen om de digitale licentie aan te vullen met een PLOT26 leerlingboek dat tegen kostprijs is aan te schaffen. Dit leerlingboek is de gedrukte uitgave van het digitale leerlingmateriaal uit de adviesroute met verwerkingsopdrachten, leesteksten en theorie uit de Toolbox. Leerlingen houden altijd de mogelijkheid om digitaal te werken, bijvoorbeeld thuis of in het computerlokaal. Zo kun je als school proeven van de digitale omgeving van PLOT26 en naar eigen wensen en mogelijkheden invulling geven aan de overstap naar digitaal werken. LEERLINGLICENTIE Inclusief: Verhalen, verwerkingsopdrachten, animaties, filmpjes, teksten en Toolbox. Gratis docentlicentie met toegang tot digibordlessen, resultaatmodule en toetsen Onbeperkte printrechten op leerlingmateriaal Toegang tot alle niveaus om voor leerlingen in te plannen Plotify, de digitale leesomgeving 28,50 per leerling LEERLINGBOEK BIJ PLOT26 nieuw! Optioneel te bestellen bij een leerlinglicentie. 38 7,95 per leerling

39 PARTNERSCHOLEN Alle lessen van PLOT26 worden voor publicatie op minimaal drie verschillende scholen uitgeprobeerd, zodat ze gegarandeerd goed zijn en in de praktijk voldoen aan alle wensen en eisen van zowel leerlingen als docenten. Wil je ook meewerken aan de ontwikkeling van PLOT26? Neem dan contact op met onze coördinator partnerscholen Joep van Gils: NIEUWSGIERIG NAAR PLOT26? Vraag dan een proefkatern van het nieuwe leerlingboek aan of meld je aan voor de gratis proeflessen. Van leerjaar 1, 2 en 3 staan er verschillende lessenseries voor je klaar om in de klas te proberen. Ga naar SYSTEEMEISEN BLINK PLOT26 wordt uitgegeven door Blink, een jonge educatieve uitgeverij uit s-hertogenbosch. Blink ontwikkelt vernieuwende, digitale lesmethodes waarbij het bereiken van de leerling het uitgangspunt is. Onze lesmethodes zijn erop gericht om leerlingen te prikkelen, nieuwsgierig te maken en vooral veel zelf te laten ervaren en ontdekken. Dit vanuit de wetenschap dat wanneer leerlingen zelf actief zijn, ze zich sneller ontwikkelen en ze ook de leerstof beter begrijpen en langer onthouden. We zijn uitgever van de volgende lesmethodes voor het basisonderwijs: Groove.me (Engels) en Blink wereld (wereldoriëntatie). In het voortgezet onderwijs van PLOT26 (Nederlands), Wired (Engels) en Saga (geschiedenis). Ook is Blink uitgever van de kindermerken Bobo, Okki, Wild van Freek en National Geographic Junior. De PLOT26-lesomgeving is te gebruiken op alle formaten en types digitale schoolborden, schermen en touchscreens (optimale resolutie van 1280 x 768 pixels of hoger) met een werkende internetverbinding. TABLET Android, laatste drie versies ios, laatste drie versies COMPUTER Windows 10 en hoger OSX, laatste drie versies BROWSER Wij adviseren te werken met de meest recente versie van Google Chrome. Het is ook mogelijk te werken met: - Google Chrome, laatste drie versies - Mozilla Firefox, laatste drie versies - Microsoft Internet Explorer 11 of hoger - Microsoft Edge, laatste twee versies - Safari, laatste drie versies TEKSTVERWERKER Die.docx bestanden kan openen. 39

40 PLOT26 wordt uitgegeven door: Koningsweg BN s-hertogenbosch