Vergrijzing in de. Waar is de nood aan vervanging het hoogst? Boie Neefs Arbeidsmarktcongres Steunpunt WSE 7 februari 2013

Transcriptie

1 Vergrijzing in de sectoren. Waar is de nood aan vervanging het hoogst? Boie Neefs Arbeidsmarktcongres Steunpunt WSE 7 februari 2013

2 Vergrijzing in de sectoren. Waar is de nood aan vervanging het hoogst? Algemene opzet o Vergrijzing in de sectoren o Waar is nood aan vervanging het hoogst? Tussendoor: Nagaan potentiële effecten van beleidshervormingen voor het verhogen van de uittredeleeftijd Benodigdheden o Consistente tijdreeks op sectorniveau ( ) o Methodologie voor projecties ( )

3 Consistente tijdreeks RSZ Data naar vestigingsplaats ipv woonplaats (gedecentraliseerde cijfers) vervangingsvraag situeert zich op niveau van vestiging Eengemaakte tijdreeks Breuken weggewerkt: Nace-conversie (2008) Herindeling dienstenchequesectoren (2010)

4 Methodologie voor projecties Projecties totale tewerkstelling Historische trend doortrekken op niveau provincie/sector Projecties doorstroom per leeftijdsjaar Cohortcomponent methode Cohorte op niveau van Sector (NACE2) Provincie Leeftijdsjaar

5 Vergrijzing in de sectoren Evolutie leeftijdsverdeling RSZ-werknemers (Vlaams Gewest) 16,0 Aandeel in tot tale tewerkstelling 14,0 12,0 10,0 8,0 6,0 4,0 2,0 0, leeftijden Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

6 Vergrijzing in de sectoren Sectoren volgens percentage 55-plussers in 2005 en (%) q8 15 t5+6+7 q2+3+4 q t14 0 (%) Primair Secundair Tertiair Quartair Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

7 Vergrijzing in de sectoren Procentuele uitstroom van 55-plussers (projectie ) (%) 1,8 1,8 1,8 2,5 2,5 2,4 2,4 2,4 2,4 2,3 2,3 2,2 2,2 2,2 2,2 2,0 3,1 3,1 3, ,0 1,5 1,3 1,3 1,2 1,2 1,1 0,9 0,9 0,8 1,0 0,0 q2+3+4 s2 q8 q5 s12 s11 s7+8 s6 t12 s4+5 s9+10 t5+6+7 s13 s14+15 s3 q6 s1 s16 t t q7 q1 t17 p1 t t8 t14 Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

8 Vergrijzing in de sectoren Twee scenario s voor uitstroom : Voorgaand scenario: BAU (business as usual) uittredepatronen van zetten zich door in Alternatief scenario: langer werken uittredepatronen van 55-plussers worden twee jaar opgeschoven

9 Vergrijzing in de sectoren Langer werken scenario: Opschuiven uittredepatronen 0,50 Uitstroom mcoëffciënten 0,40 0,30 0,20 0,10 0, Leeftijden BAU langer werken Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

10 Vergrijzing in de sectoren Projectie van de jaarlijkse uitstroom van 55-plussers volgens de twee scenario s Uitstroom 55-plussers (index: BA AU = 100) BAU langer werken Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

11 Vergrijzing in de sectoren Uitstroom 55+ volgens de twee scenario s BAU Langer werken BAU Langer werken (%) (%) (%) (%) (%) s2 Textiel en kleding 2,3 3,1 2,4 3,9 4,0 s16 Bouw 1,4 1,8 1,3 1,9 1,8 t14 Uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling 0,6 0,8 0,6 1,1 1,0 q5 Onderwijs 2,4 2,5 1,7 2,5 2,5 Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

12 Vergrijzing in de sectoren Gemiddelde uittredeleeftijd volgens de twee scenario s 61 +1,5 +1, ,8 +1,1 +1,3 +1,4 +1,3 +1, '10-'15 '15-'20 '10-'15 '15-'20 '10-'15 '15-'20 '10-'15 '15-'20 s2. Textiel s16. Bouw t14. Uitzendbureaus q5. Onderwijs Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

13 Waar is nood aan vervanging het hoogst? Totale aanwervingsbehoefte telt twee componenten: Vervangingsvraag Aanwervingsbehoefte door uitstroom (bvb pensionering, jobmobiliteit,...) Uitbreidingsvraag Aanwervingsbehoefte door tewerkstellingsgroei

14 Waar is nood aan vervanging het hoogst? Hoe te berekenen? Vervangingsvraag In groeisector = uitstroom In krimpsector = uitstroom tewerkstellingskrimp Uitbreidingsvraag In groeisector = Tewerkstellingsgroei In krimpsector = 0 Totale vraag (Totale aanwervingsbehoefte) In groeisector = Vervangingsvraag + uitbreidingsvraag In krimpsector = Vervangingsvraag

15 Waar is nood aan vervanging het hoogst? Tewerkstellingsgroei/krimp ingebracht in analyse Groei/krimp niet toe te kennen aan bepaalde leeftijden (bvb 55+) Totale uitstroom bekijken ipv uitstroom 55+ Niet enkel uitstroom van ouderen, maar ook uitstroom door jobmobiliteit

16 Waar is nood aan vervanging het hoogst? Berekening vervangingsvraag (projectie , BAU) Uitstroom 55+ Uitstroom totaal Groei / krimp Vervangingsvraag (%) (%) (%) (%) s2 Textiel en kleding 3,1 7,0-5,9 1,1 s16 Bouw 1,8 1,9 2,2 1,9 t14 Uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling 0,8 2,6 1,3 2,6 q5 Onderwijs 2,5 2,5 1,5 2,5 Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

17 Waar is nood aan vervanging het hoogst? Vervangings- en uitbreidingsvraag (%) (projectie , BAU scenario) Top 10 sectoren 0,0 1,0 2,0 3,0 4,0 5,0 6,0 7,0 (%) q8. Overige dienstverlening t8. Horeca en toerisme t informatica, media en telecom q2+3+4openbare besturen s13. Overige industrie t17. Diensten aan personen t14. Uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling q5. Onderwijs t12. Financiële diensten s Energie, water en afvalverwerking Vervangingsvraag Uitbreidingsvraag Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE)

18 Waar is nood aan vervanging het hoogst? Vervangingsvraag uitgedrukt in werknemers (projectie , BAU en langer werken scenario) Top 10 sectoren q5. Onderwijs t Groot- en kleinhandel t Transport, logistiek en post s16. Bouw t14. Uitzendbureaus t8. Horeca en toerisme q Openbare besturen q7. Maatschappelijke dienstverlening q6. Gezondheidszorg t Informatica, media en telecom BAU Bron: RSZ Gedecentraliseerd (Bewerking Steunpunt WSE) langer werken

19 Conclusies Vergrijzing treft alle sectoren In alle sectoren een aanwervingsbehoefte te verwachten Hervormingen voor het verhogen van de uittredeleeftijd: vooral tijdelijk effect op aanwervingsbehoefte (uitstroom); wel duurzaam effect op uittredeleeftijd

20 Afsluitend Ad hoc analyses Alternatieve groei- en uitstroomscenario s -> interactieve tool Toekomstige uitbreidingen: o Arbeidsvolume o Paritaire comités