CAO VUT Pensioen Scholing Saplu JAARVERSLAG 2011

Transcriptie

1 JAARVERSLAG 2011 adres : Kokermolen 11, Houten corr.adres : Postbus 331, 3990 GC Houten telefoon : telefax : info@szpluimvee.nl website :

2 2

3 VOORWOORD Een biezonder jaar in vele opzichten. De financiële en politieke crisis in Europa kende z'n hoogtepunt in een Grieks drama. De uitkomst daarvan zou op voorhand bepalend zijn voor het voortbestaan van de Europese unie. De waarde van de euro stond ter discussie. Tegenstanders wilden terug naar de gulden, voorstanders lieten niet na de euro als basis voor onze welvaart te bestempelen. Niet ontkend kan worden dat die ene markt met vrij verkeer van kapitaal, goederen en personen ook voor onze pluimveesector een groot goed is. Niet dat Griekenland een uitzonderlijk exportland is, maar je moet er toch niet aan denken dat bij het uiteen vallen van die ene markt we weer worden geconfronteerd met tal van protectionistische maatregelen. Vrij verkeer van personen vroeg ook om extra aandacht. Inzet van collega's uit Moe-landen vroeg om strakke regelgeving om zodoende uitholling van arbeidsvoorwaarden te voorkomen. Een verantwoordelijkheid van werknemers en werkgevers. Het lukte de sociale partners niet om in het verslagjaar afspraken te maken voor een nieuwe cao. De standpunten waren te divers en niet te overbruggen. Sinds mei van dat jaar dus een cao-loos tijdperk. Een geweldige uitdaging voor het komend jaar. Voor beide partijen van uitzonderlijk belang. Drs. Jos Ramekers Voorzitter 3

4 4

5 INHOUD VOORWOORD... 3 INHOUDSOPGAVE... 5 Pagina 1 SOCIALE ZAKEN PLUIMVEE INDUSTRIE - inleiding voorzitter secretaris secretariaat OVERLEGORGANEN Georganiseerd Overleg Cao-overleg Wijziging besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten Samenwerkingsovereenkomst met Inspectie Instellingen en Harmonisatieoverleg pluimvee CAO Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie regeling Prepensioenregeling Vervroegd uittreden WGA-verzekering Terugbetaling premie over 2004 van de herverzekering van het wao-hiaat Sociaal handboek voor poeliers en wildhandelaren opbouw vakantiekrachten en zaterdaghulpen Medezeggenschap Arbocatalogus Overige punten Samenstelling Geschillencommissie algemeen samenstelling Werkgroep kwaliteit van de arbeid Harmonisatieoverleg pluimvee Protocol respectvolle omgang Samenstelling DE BEDRIJFSGENOTEN - slachterijen pluimveeverwerkende bedrijven ADRESSEN

6 6

7 1 SOCIALE ZAKEN PLUIMVEE INDUSTRIE INLEIDING Sociale Zaken Pluimvee Industrie is een gezamenlijk initiatief van de werkgevers- en werknemersorganisaties in de pluimveeverwerkende industrie, NEPLUVI, CNV Vakmensen en FNV Bondgenoten. Deze organisaties vormen het Georganiseerd Overleg over sociale aangelegenheden in de sector. Het Georganiseerd Overleg (G.O.) wordt als belangrijkste orgaan aangemerkt. Binnen het G.O. komen de cao's voor de sector tot stand. Naast de reguliere cao (de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor werknemers werkzaam in de Pluimveeverwerkende Industrie) kunnen worden genoemd de Collectieve Arbeidsovereenkomst inzake Vervroegde Uittreding voor werknemers werkzaam in de Pluimveeverwerkende Industrie en de Collectieve Arbeidsovereenkomst Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie, kortheidshalve genoemd respectievelijk cao pluimvee, cao en cao scholing. sactiviteiten en vervroegd uittreden zijn ondergebracht in afzonderlijke stichtingen, die elk haar eigen jaarverslag uitbrengen. VOORZITTER De voorzitter, die ook verantwoordelijk is voor de aansturing van het sociaal secretariaat, wordt gekozen door het G.O. In het jaar 2011 vervult de heer drs. J.J. Ramekers uit Zoetermeer het voorzitterschap van het G.O. en tevens van Sociale Zaken Pluimvee Industrie. SECRETARIS Ronald Kerkmeijer uit Driebergen is secretaris van het G.O. en van Sociale Zaken Pluimvee Industrie. SECRETARIAAT De secretariaatswerkzaamheden worden uit gevoerd door Sociale Zaken Pluimvee Industrie, gevestigd in Houten. In het jaar 2011 wordt het secretariaat gevoerd door Ronald Kerkmeijer en Sharon Wolf-de Jonge. Het secretariaat van het G.O. wordt gevoerd door Sociale Zaken Pluimvee Industrie. Deze organisatie functioneert als aanspreekpunt voor alle activiteiten op het gebied van sociale aangelegenheden in de pluimveeverwerkende industrie. 7

8 8

9 2 OVERLEGORGANEN A. GEORGANISEERD OVERLEG In het Georganiseerd Overleg is in het verslagjaar gesproken over een groot aantal onderwerpen. De belangrijkste zaken daaruit worden hier vermeld. CAO-OVERLEG In het voorjaar van 2010 zijn de onderhandelingen afgerond over een cao per 1 mei Dit akkoord over een cao met een looptijd van 1 mei 2010 tot 1 mei 2011 is gesloten tussen de Vereniging van de Nederlandse Pluimveeverwerkende Industrie NEPLUVI, CNV Vakmensen en FNV Bondgenoten. Voor de inhoud van deze wijziging wordt verwezen naar het jaarverslag In het voorjaar van 2011 zijn de onderhandelingen begonnen over een nieuwe cao per 1 mei Door omstandigheden is er vanuit de zijde van FNV Bondgenoten een periode geweest zonder actieve bestuurder. Na enige tijd heeft de heer B. Roodhuizen tijdelijk de activiteiten van de heer J.C.H.M. Verhoeven waargenomen. Deze situatie had tot gevolg, dat de onderhandelingen meer tijd in beslag namen dan gebruikelijk. In het najaar van 2011 is tijdens het overleg door NEPLUVI een eindbod uitgebracht, dat door de werknemersvertegenwoordigers is afgewezen. De werknemersorganisaties zullen de achterbannen raadplegen over de ontstane situatie. Aan het einde van 2011 heeft binnen het G.O. nog geen terugkoppeling plaats gehad. WIJZIGING BESLUIT AANMELDING VAN COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMSTEN In de Staatscourant van 7 december 2011 is de Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 29 november 2011, nr. UAW/CAV/2011/20872A, tot wijziging van het Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het verzoeken om algemeen verbindend verklaring in verband met onder meer het elektronisch indienen van verzoeken tot algemeen verbindend verklaring van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten gepubliceerd. Met deze regeling is het mogelijk om vanaf 1 januari 2012 verzoeken tot algemeen verbindend verklaring van cao s in te dienen via het online loket. Dit leidt tot een administratieve lastenverlichting. SAMENWERKINGSOVEREENKOMST MET IN- SPECTIE INSTELLINGEN EN HARMONISATIE- OVERLEG PLUIMVEE De controle van de erkenning van uitleenbedrijven voor de NEN+ regeling zal gebeuren door de Inspectie Instellingen, die zijn geaccrediteerd en geregistreerd in het Register Normering Arbeid en met de Stichting Normering Arbeid een overeenkomst hebben afgesloten. Voor de controles van uitleenbedrijven die actief zijn in de pluimveeverwerkende industrie is tussen zes Inspectie Instellingen en het Georganiseerd Overleg een samenwerkingsovereenkomst afgesloten. Het betreft de navolgende Inspectie Instellingen: Bureau Cicero, Crop Certificering, KIWA Nederland B.V., Qualitatis Certification, Safex Certificatie Instelling en VRO Certification. Onderdeel van deze overeenkomst is het 9

10 Harmonisatieoverleg pluimvee. In dit overleg worden alle zaken besproken die de inspectie betreffen, waardoor alle Inspectie Instellingen op dezelfde wijze de controles zullen uitoefenen. Dit overleg zal vanuit de sector, in opdracht van het G.O., worden gevoerd door de Werkgroep kwaliteit van de arbeid. CAO FONDS COLLECTIEVE BELANGEN VOOR DE PLUIMVEEVERWERKENDE INDUSTRIE De CAO Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie kent een looptijd van 1 januari 2009 tot en met 31 december Deze cao is algemeen verbindend verklaard door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 19 januari De laatste statutenwijziging dateert van 23 februari De premie voor de Stichting Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie wordt geïnd door het secretariaat van de Stichting in Houten. De hoogte van deze premie voor 2011 is gelijk aan de premie in 2010: 0,5% van het SV-loon. De besteding van deze premie is beschreven in het jaarverslag van de Stichting. PENSIOENREGELING De pensioenregeling voor de werknemers in de pluimveeverwerkende industrie is ondergebracht bij de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Vlees- en Vleeswarenindustrie en de Gemaksvoedingindustrie (VLEP). Administrateur van de regeling is Syntrus Achmea beheer B.V. in De Meern. De premie is in het verslagjaar niet gewijzigd en blijft in totaal 17%. De verdeling tussen werkgevers en werknemers is respectievelijk 9,9% en 7,1%. Het maximum pensioengevend salaris bedraagt in ,- en de franchise is in ,-, waarbij voor werknemers geboren vóór 1950 de franchise is vastgesteld op ,-. In het G.O. is gedurende het gehele verslagjaar gesproken over de zorgwekkende toestand van de pensioenen. De dekkingsgraad is erg laag en met een herstelplan moet binnen enkele jaren de dekkingsgraad weer op een niveau van minimaal 105 zijn gebracht. Tijdens een bijeenkomst van het G.O. op 14 april 2011 werden kaderleden van de FNV en landelijke pers welkom geheten. Er werd een uiteenzetting gegeven over het pensioenstelsel in Nederland. Aangegeven werd dat zowel werkgevers als werknemers verantwoordelijk zijn voor de handhaving van het huidige pensioenstelsel. De vakbond vroeg aan de voorzitter van de werkgeversdelegatie om een petitie met de volgende inhoud te ondertekenen: De afspraken in het pensioenakkoord van 4 juni 2010 betekenen voor NEPLUVI dat alleen de stijging van de levensverwachting na bij de werknemers kan worden neergelegd. Net als nu kunnen ook in de toekomst ontwikkelingen die van invloed zijn op de financiële positie van het pensioenfonds aan de cao-tafel besproken worden. Deze petitie werd namens NEPLUVI ondertekend door de heer B.J. Odink en namens FNV Bondgenoten door de heer J.C.H.M. Verhoeven. Door het G.O. werd in 2011 de besluitvorming van het bestuur van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor Vlees, Vleeswaren, Gemaksvoeding en Pluimveevlees (VLEP) nauwlettend in het oog gehouden. 10

11 PREPENSIOENREGELING Vanaf het jaar 2003 is de prepensioenregeling voor de werknemers in de pluimveeverwerkende industrie ondergebracht bij de Stichting Prepensionering Vleeswaren- en Gemaksvoedingindustrie (PPVGI). Ook voor deze regeling wordt de administratie verzorgd door Syntrus Achmea beheer B.V. in De Meern. De premie voor het jaar 2011 is ongewijzigd gebleven en is 3,5%. De verdeling tussen werkgevers en werknemers is respectievelijk 2,1% en 1,4%. VERVROEGD UITTREDEN Door de overgang naar de prepensioenregeling in 2003 worden sindsdien geen nieuwe vut-uitkeringen meer toegekend. De laatste uitkering is, door het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd door de laatste deelnemer, verstrekt in december Vanaf 2011 worden er dus geen uitkeringen meer verricht. Voor de prepensioenregeling wordt in 2011 voor het laatste jaar premie geïnd. Dit gebeurt mede op basis van afspraken op grond van de cao inzake vervroegde uittreding in verband met de overgangsmaatregelen. Omdat de looptijd van de cao inzake vervroegde uittreding expireert op 1 april 2011, is door het G.O. per deze datum een nieuwe cao vastgesteld voor de duur van 1 jaar. Door het ministerie SZW is de algemeen verbindend verklaring verleend op 13 april In 2010 zijn er voorbereidende gesprekken gevoerd over de mogelijke liquidatie van de Stichting Vrijwillig Uittreden voor de Pluimveeverwerkende Industrie (SVUPI). Het batig saldo van de stichting zal worden aangewend voor de verhoging van het OP van de deelnemers aan de pensioenregeling in de pluimveeverwerkende industrie. Aan de Belastingdienst is vrijstelling gevraagd en door de Belastingdienst is ook vrijstelling verleend van de schenkbelasting van het batig saldo van de stichting SVUPI, waardoor het vermogen geheel ten gunste komt voor de deelnemers. Aan het einde van het verslagjaar heeft het bestuur nog niet besloten tot liquidatie van de Stichting SVUPI. WGA-VERZEKERING In de cao is de verplichting neergelegd, dat de werkgever de werknemer zal informeren over de met Achmea (voorheen Interpolis) overeengekomen arbeidsongeschiktheidsverzekering als aanvulling op de WGA-uitkering zoals deze geldt bij een arbeidsongeschiktheid tussen 35 en 80%. Deelname van de werknemer aan deze sectorale verzekering is vrijwillig. Indien geen gebruik is gemaakt van een afstandsverklaring wordt de werknemer geacht deel te nemen. Voor werkgevers is er een dispensatiemogelijkheid als een minimaal gelijkwaardige verzekering aan de werknemers wordt geboden. De premie van de sectorale verzekering komt voor rekening van de werknemer. Deze verzekering is ingegaan per 1 januari Voor het jaar 2011 gold een premie van 0,38% van het gemaximeerde SV-loon, waarbij 0,28% wordt betaald uit de winstdelingsregeling en de premie voor deelnemers 0,10% bedraagt. De uitvoering van deze regeling is door sociale partners ondergebracht bij de Stichting SAPLU. Meer informatie is te vinden in het jaarverslag van deze stichting. De activiteiten van de Stichting SAPLU zijn beperkt. Door het G.O. is besloten om de stichting te ontbinden en de activiteiten formeel onder te brengen bij de Stichting Fonds Collectieve 11

12 Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie. Hiervoor is in de statuten de doelstelling van laatstgenoemde stichting uitgebreid. Het bestuur van de Stichting SAPLU heeft op 14 december 2011 besloten om de stichting te ontbinden. De activiteiten zullen worden neergelegd bij een werkgroep. De doelstelling voor deze Werkgroep WGA-verzekering luidt: Eind 2008 is door partijen van het G.O. met Achmea een raamovereenkomst gesloten voor de WGA-verzekering van werknemers in de pluimveeverwerkende industrie. Deze overeenkomst is aangegaan per 1 januari 2009 voor de duur van 5 jaar en voorziet eveneens in een dekking met terugwerkende kracht in de periode Achmea sluit op basis van de overeenkomst verzekeringspolissen af met de individuele bedrijven, De premie wordt door Achmea rechtstreeks bij de bedrijven in rekening gebracht. De Werkgroep WGA-verzekering houdt toezicht op een goede naleving van de overeenkomst en geeft advies over een eventuele verlenging van de overeenkomst. Naar verwachting zal in het voorjaar van 2012 de werkgroep worden ingesteld. Deze werkgroep is, evenals dit bij het bestuur van de Stichting SAPLU het geval is, paritair zijn samengesteld. Het G.O. zal de leden van de werkgroep benoemen. TERUGBETALING PREMIE OVER 2004 VAN DE HERVERZEKERING VAN HET WAO-HIAAT Door de vaststelling van de Wet WIA in november 2005 is er in 2004 premie betaald voor het WAO-hiaat, terwijl er niet langer een dekking tegenover stond. Besloten is om deze premie terug te betalen aan de rechthebbende werknemers. Door het bestuur van de Stichting SAPLU zijn alle mogelijkheden aangewend om betrokkenen te achterhalen en te informeren over de restitutie. Dit heeft geresulteerd in bijna volledige terugbetaling met uitzondering van een nog resterend bedrag van zo'n ,-. De rechthebbende werknemers van dit bedrag konden ondanks alle inspanningen niet worden achterhaald. Voormalige werknemers in de pluimveeverwerkende industrie kunnen in verband met de geldende verjaringstermijn tot 10 november 2025 een beroep doen op terugbetaling van hun in 2004 betaalde premie onder aftrek van administratiekosten. Hiervoor blijft een voorziening bestaan. SOCIAAL HANDBOEK VOOR POELIERS EN WILDHANDELAREN Zoals in eerdere jaarverslagen al gemeld, heeft de Nederlandse Bond van Poeliers en Wildhandelaren voor de poeliers een sociaal handboek opgesteld, waarin arbeidsvoorwaarden zijn opgenomen. Met de bond is overleg gevoerd over de mogelijke samenwerking om te komen tot een gezamenlijke cao. Dit heeft als voordeel dat de arbeidsvoorwaarden voor de gehele pluimveeverwerkende sector identiek zijn. In een afzonderlijk hoofdstuk van de cao zou specifiek aandacht kunnen worden besteed aan detailhandelsactiviteiten. De gesprekken over de werkingssfeer van de cao zijn gaande. De Nederlandse Bond van Poeliers en Wildhandelaren beraadt zich intern over de activiteiten, welke kunnen worden beschouwd als detailhandelsactiviteiten. Daarna zal het overleg met het Georganiseerd Overleg worden vervolgd. 12

13 PENSIOENOPBOUW VAKANTIEKRACHTEN EN ZATERDAGHULPEN In het Georganiseerd Overleg is in het jaar 2009 gesproken over de pensioenopbouw van scholieren en vakantiekrachten. Conform het pensioenreglement dient voor genoemde groepen werknemers pensioenpremie te worden afgedragen. Deze werknemers staan op de loonlijst met kleine pensioenbedragen tegen hoge administratiekosten. Aan het bestuur van de Stichting VLEP is in 2009 gevraagd welke ruimte er is binnen het pensioenreglement voor mogelijke vrijstelling/dispensatie. Een groot aantal medewerkers werkt sec in de zomermaanden of op zaterdagen, veelal niet langer dan een seizoen. Voor deze betrekkelijk korte periode worden dan pensioenrechten opgebouwd. De vraagstelling richt zich vooral op de groep tijdelijke krachten, die maximaal 8 uur per week werken of korter dan 6 maanden. Is bijvoorbeeld een wachttijd mogelijk of kan worden afgeweken door middel van een individuele afstandsverklaring c.q. kan vrijstelling van pensioenopbouw worden verleend? Kunnen bedoelde pensioenrechten worden afgekocht? Concreet gesteld: wat kost het aan belasting (administratie en jarenlange reservering) voor het pensioenfonds, wat kost het aan belasting voor de werkgever en wat is het uiteindelijke individuele recht van de werknemer. Uit een inventarisatie onder werkgevers is gebleken, dat de kosten van premie en administratie, veelal over een relatief korte periode, niet in verhouding tot de uiteindelijke pensioenrechten van betrokkenen staan. Aan het einde van het verslagjaar is de vraagstelling nog in beraad bij het bestuur van de Stichting VLEP en is nog geen uitsluitsel ontvangen. MEDEZEGGENSCHAP Enige tijd is gewerkt aan het project Medezeggenschap in de Pluimvee-industrie met als doel het verbeteren van de medezeggenschap en mensen te enthousiasmeren een ondernemingsraad op te richten. De medezeggenschapsdag op 14 november 2011 in Regardz hotel De Heerlickheijd in Ermelo werd druk bezocht. Ruim 50 personen, waaronder directie, OR-leden en werknemers uit de pluimveeverwerkende industrie, werden op een majestueuze manier door Lakei van Fleur tot fleurig welkom geheten. Onder dagvoorzitterschap van Piet Boer werd over en weer nuttige informatie uitgewisseld over het belang van medezeggenschap in de onderneming. In workshops konden de deelnemers kennis uitwisselen op thema s over het verbeteren van medezeggenschap. Elke deelnemer ontving het boekje "Overleg voor doeners", dat speciaal voor deze bijeenkomst is samengesteld. De samenstelling van een platform om dit onderwerp op de kaart te houden zal verder worden uitgewerkt. Dit project werd gedragen door het GBIO, Sociale Zaken Pluimvee Industrie en het Productschap Pluimvee en Eieren. ARBOCATALOGUS In 2011 zijn de werkzaamheden rond het verbeteren van de website afgerond. Daarnaast is de werkgroep, bestaande uit werkgeversen werknemersvertegenwoordigers, van start gegaan met het uitwerken van een nieuw thema. Dit thema is Biologische agentia en gaat in op de risico s voor medewerkers die in de pluimveeverwerkende industrie in aanraking komen met ziektekiemen. Het is voor het 13

14 eerst dat in een arbocatalogus aandacht is voor deze risico s. Ziektekiemen en andere biologische stoffen die dieren bij zich dragen, kunnen mensen die met deze dieren werken ziek maken. Als mogelijk risicovolle biologische agentia worden door onderzoekers onder meer de bekende bacteriën Campylobacter, Salmonella en MRSA genoemd. De pluimveesector vraagt zich af in hoeverre deze risico s in de dagelijkse (arbo) praktijk een echt probleem vormen. Daarom wordt eerst onderzocht voor welke biologische agentia dat in de pluimveeslachterijen aan de orde is. De resultaten van dit onderzoek zijn leidend voor het vaststellen van speerpunten in het arbobeleid, die vervolgens worden vertaald in concrete maatregelen voor de arbocatalogus. Naar verwachting is het nieuwe thema in juni 2012 gereed. De begeleiding van de Arbocatalogus gebeurt door de Werkgroep Arbocatalogus Pluimveeindustrie. In de werkgroep zijn vertegenwoordigd: - vakbonden met kaderleden van FNV Bondgenoten en CNV Vakmensen, Plukon Goor B.V. en Plukon Dedemsvaart B.V. - werkgevers: Plukon Goor B.V., M. Ruig & Zonen B.V. en 2Sisters Storteboom B.V., Het Productschap Pluimvee en Eieren heeft als projectleider opgetreden. De werkgroep rapporteert aan het Georganiseerd Overleg. een aantal zaken de revue gepasseerd. Dit betreft onder meer de jaarlijkse personeelsenquête, waarvan de resultaten zijn opgenomen in hoofdstuk 3 van dit verslag en dispensatieverzoeken dan wel vragen over de toepassing van de CAO van individuele ondernemingen. SAMENSTELLING In het verslagjaar heeft de samenstelling van het Georganiseerd Overleg geen wijzigingen ondergaan. Het Georganiseerd Overleg is als volgt samengesteld: Voorzitter: drs. J.J. Ramekers Secretaris: R. Kerkmeijer Leden werkgeverszijde: J. Heijs, K. Kraijenoord, M.C.J. Onderdijk, J. Timmer, mr. P.J.H.T. Verkuilen en Dr. P.C. Vesseur Leden werknemerszijde: J.H. Kraan en J.C.H.M. Verhoeven Adviseur werkgeverszijde: ir. B.J. Odink OVERIGE PUNTEN Naast bovenstaande, meest belangrijke aandachtspunten is in de loop van het jaar nog 14

15 15

16 B. GESCHILLENCOMMISSIE Algemeen In de cao zijn de taken en bevoegdheden van de Geschillencommissie beschreven en is de procedure voor de behandeling van geschillen vastgelegd. De commissie bestaat uit vier leden, waarvan twee van werkgeverszijde en twee van werknemerszijde en de commissie kan al dan niet uit haar midden een voorzitter benoemen. Aan werkgeverszijde zijn vier personen benoemd, die afhankelijk van de ontvangen zaken zullen bepalen wie aan de behandeling deelneemt. Dit om te voorkomen dat er een mogelijke betrokkenheid kan zijn tussen de te behandelen zaak en het betrokken lid. In het jaar 2011 is de Geschillencommissie twee maal bijeen geweest om een geschil te bespreken. In december is de commissie bijeen geweest om op verzoek van betrokken partijen een bindend advies uit te brengen over een verlofaanvraag van een werknemer. De commissie heeft deze zaak betrokkenen gehoord en de zaak afgehandeld. Samenstelling Aan het einde van het verslagjaar is de Geschillencommissie als volgt samengesteld: Voorzitter: drs. J.J. Ramekers Secretaris: R. Kerkmeijer Leden werkgeverszijde: J. Heijs, M.C.J. Onderdijk, J. Timmer en mr. P.J.H.T. Verkuilen Leden werknemerszijde: J.H. Kraan en J.C.H.M. Verhoeven In april is een zaak behandeld waarin door een werknemer vragen zijn gesteld over de interpretatie van enkele cao-artikelen. De commissie heeft deze vragen besproken en de reactie daarop aan betrokkene uitgebracht. 16

17 C. WERKGROEP KWALITEIT VAN DE ARBEID In het verslagjaar is in de Werkgroep kwaliteit van de arbeid gesproken over de organisatie en de evaluatie van de medezeggenschapsdag, de arbocatalogus pluimvee, de NEN+ regeling pluimvee en het protocol respectvolle omgang. De eerste twee onderwerpen zijn al beschreven bij de activiteiten van het Georganiseerd Overleg. De overige onderwerpen worden onderstaand nader toegelicht. HARMONISATIEOVERLEG PLUIMVEE De controle van de erkenning van uitleenbedrijven voor de NEN+ regeling pluimvee gebeurt door de Inspectie Instellingen, die met de sector een overeenkomst hebben afgesloten. De NEN+ regeling pluimvee is eind 2010 in de cao opgenomen. Het jaar 2011 kan worden aangemerkt als een overgangsjaar. Vanaf 1 januari 2012 mogen in de pluimveeverwerkende industrie alleen inleenbedrijven worden gecontracteerd die voorkomen in het register van de Stichting Normering Arbeid als erkende onderneming in de sector pluimvee. Gemiddeld twee maal per jaar komt het Harmonisatieoverleg pluimee bijeen. Dit overleg bestaat uit de leden van de Werkgroep kwaliteit van de arbeid en de deelnemende Inspectie Instellingen. In dit overleg komen allerlei aspecten aan de orde om de controles op dezelfde wijze te kunnen uitvoeren. PROTOCOL RESPECTVOLLE OMGANG In opdracht van het Georganiseerd Overleg is door de Werkgroep kwaliteit van de arbeid, in het belang van goede omgangsvormen als onderdeel van het arbobeleid in de bedrijven, een protocol geschreven om te bereiken dat werknemers en leidinggevenden met elkaar op een respectvolle manier omgaan. Om misverstanden te voorkomen: er kan niet worden geconcludeerd dat werknemers voordien niet respectvol met elkaar om zijn gegaan, maar in geval er zich problemen mochten voordoen, wordt aan werknemers een handreiking gedaan om dit bespreekbaar te kunnen maken. Problemen zouden zich op vele manieren kunnen voordoen, bijvoorbeeld door (seksuele) intimidatie, discriminatie of pesten. Het protocol is door de werkgroep aan het Georganiseerd Overleg aangeboden met het advies om dit in de cao op te nemen. SAMENSTELLING In het verslagjaar heeft de samenstelling van de werkgroep wijzigingen ondergaan. In het voorjaar is mevrouw H.M. Koeman opgevolgd door de heer J.J.A. Nije Bijvank. In september is mevrouw S. Smit opgevolgd door mevrouw M.C.J. Onderdijk. Mevrouw E. Natte heeft in september haar activiteiten in de branche beëindigd, in de ontstane vacature is in het verslagjaar niet voorzien. De samenstelling van de Werkgroep kwaliteit van de arbeid is per ultimo 2011 als volgt: voorzitter: mr. P.J.H.T. Verkuilen secretaris: R. Kerkmeijer leden werkgeverszijde: J.J.A. Nije Bijvank, M.C.J. Onderdijk en een vacature leden werknemerszijde: J.H. Kraan en J.C.H.M. Verhoeven adviseur: J.W. Dijkhuizen 17

18 3. DE BEDRIJFSGENOTEN Door het secretariaat wordt elk jaar, op verzoek van het Georganiseerd Overleg, een enquête gehouden naar het personeelsbestand. Dit om de ontwikkelingen binnen de doelgroep voor de te verrichten activiteiten in beeld te houden. De activiteiten zijn gericht op ondernemers en werknemers in de pluimveeslachterijen en pluimveeverwerkende bedrijven, die vallen onder de werkingssfeer van de cao voor werknemers werkzaam in de pluimveeverwerkende industrie. Aan het einde van het verslagjaar kent de sector in de onderscheidenlijke categorieën 28 slachterijlocaties, waarin personeelsleden werkzaam zijn en 115 pluimveeverwerkende bedrijven met personeelsleden. Daarnaast zijn er 6 bedrijven bekend, die actief zijn in de uitzendbranche en onder de werkingssfeer vallen. Hierbij zijn in totaal 274 werknemers betrokken. SLACHTERIJEN Het totaal aantal pluimveeslachterijen bedraagt per 31 december 2011: 23 (25 per ultimo 2010 en 26 per ultimo 2009). De overige 5 slachterijen zijn actief in het slachten van wild. Overzicht personeelsbestand in slachterijen (pluimvee, wild en konijn) per ultimo 2007 tot en met 2011 Jaar Totaal mannen mannen vrouwen vrouwen t/m 19 jr 20 jr en ouder t/m 19 jaar 20 jr en ouder

19 Overzicht aantal personeelsleden per slachtlocatie (pluimvee) geen personeel: van 1 tot 5 personeelsleden: van 5 tot 10 personeelsleden: van 10 tot 20 personeelsleden: van 20 tot 30 personeelsleden: van 30 tot 40 personeelsleden: van 40 tot 50 personeelsleden: van 50 tot 60 personeelsleden: van 60 tot 70 personeelsleden: van 70 tot 80 personeelsleden: van 80 tot 90 personeelsleden: van 90 tot 100 personeelsleden: van 100 tot 150 personeelsleden: van 150 tot 200 personeelsleden: personeelsleden en meer:

20 PLUIMVEEVERWERKENDE BEDRIJVEN In totaal zijn er per 31 december pluimveeverwerkende bedrijven (per ultimo 2010: 128 en per 2009: 147). Overzicht personeelsbestand in pluimveevleesverwerkende bedrijven 2007 t/m 2011 Jaar Totaal mannen mannen vrouwen vrouwen t/m 19 jr 20 jr en ouder t/m 19 jaar 20 jr en ouder Overzicht aantal personeelsleden per locatie geen personeel: van 1 tot 5 personeelsleden: van 5 tot 10 personeelsleden: van 10 tot 20 personeelsleden: van 20 tot 30 personeelsleden: van 30 tot 40 personeelsleden: van 40 tot 50 personeelsleden: van 50 tot 100 personeelsleden: personeelsleden en meer:

21 21

22 4 ADRESSEN Sociale Zaken Pluimvee Industrie Adres: Kokermolen 11, 3994 DG Houten Correspondentieadres: Postbus 331, 3990 GC Houten Telefoon: Website: Contactpersoon: Ronald Kerkmeijer, secretaris Vereniging van de Nederlandse Pluimveeverwerkende Industrie NEPLUVI Adres: Kokermolen 11, 3994 DG Houten Telefoon: Website: Contactpersoon: Peter Vesseur, algemeen secretaris FNV Bondgenoten Adres: Gotlandstraat 2a, 7418 AZ Deventer Telefoon: (lokaal tarief) Website: Contactpersoon: Jan Verhoeven, bestuurder CNV Vakmensen Adres: Ovenbouwershoek 9, 7328 JH Apeldoorn Telefoon: Website: Contactpersoon: Jacqueline Kraan, bestuurder 22

23

24