Vier mogelijkheden na het stellen van een diagnose: geen therapie niet-medicamenteuze therapie farmacotherapie combinatie van 2 en 3

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vier mogelijkheden na het stellen van een diagnose: geen therapie niet-medicamenteuze therapie farmacotherapie combinatie van 2 en 3"

Transcriptie

1 FARMACOTHERAPIE OP MAAT de Vries, Henning en van Boxtel Hoofdstuk 1 De Basis Vier mogelijkheden na het stellen van een diagnose: geen therapie niet-medicamenteuze therapie farmacotherapie combinatie van 2 en 3 Bij farmacotherapie zoeken naar een zo gunstig mogelijke interactie tussen pt en een geneesmiddel (gm), met als doel een maximum aan gewenst effect en zo min mogelijk bijwerkingen. Farmacodynamiek = effecten die een gm op de pt heeft. Famacokinetiek = proces dat het mg ondergaat in het lichaam van de pt (ADME). Agonist = gm activeert de receptor gewenst, bedoeld effect. Antagonist = gm blokkeert de effecten van activering van een receptor. Competatief antagonisme = binding van een (lichaamseigen) agonist aan de receptor wordt verhinderd, door competitie om de bindingsplaats. Niet-competatief antagonisme = antagonist en agonist competeren niet om een bindingsplaats. Werking antagonist kan niet doorbroken worden door verhoging agonist. Irreversibele antagonisten = irreversibele binding aan biologisch substraat, werken lang. Bijwerking = werking van het gm anders dan de bedoelde werking. Allergieën = bijwerkingen die niet verklaard kunnen worden door farmacologische eigenschappen van een gm, maar door veranderde immunologische gevoeligheid van de pt. Interactie = kwalitatieve of kwantitatieve verandering in de werking van een gm door toedoen van een andere stof. Additie = twee gm zijn onderling uitwisselbaar voor het verkrijgen van een effect. (1+1=2) Synergisme = (of potentiëring), twee gm versterken elkaars werking. (1+1=3) Sensibilisatie = verhoogde gevoeligheid voor een gm. (door allergie of versterkte werking) Reboundfenomeen = na abrupt staken komen verschijnselen waarvoor gm was toegediend in versterkte mate terug.

2 Tachyfylaxie = kortdurende verminderde gevoeligheid na toediening van enkele doses van het farmacon. (bv door uitputting van de voorraad (neuro)transmitter) Tolerantie = langere tijd verminderde gevoeligheid voor een farmacon na langdurige toediening. (bv door enzyminductie) Kruistolerantie = stoffen die langs dezelfde weg worden afgebroken als het farmacon wat tolerant is, zijn ook minder gevoelig. Resistentie = ongevoeligheid voor een bepaald gm a.g.v. genetische selectie van organismen met bepaalde mutaties. (bv micro-organisme blokkeert absorptie van een gm, of ze elimineren het gm versneld) Kruisresistentie = voor 1 penicilline resistent voor alle penicillinen resistent. Afhankelijkheid = psychische toestand gepaard met lichamelijke symptomen en de drang om het gm te nemen. Verslaving = sterke drang of behoefte een bepaalde stof te gebruiken, met de neiging de dosis te verhogen. Gepaard met psychische en fysieke afhankelijkheid en neiging ten koste van alles de stof te verwerven. Farmacokinetiek : Hoe, hoelang, in welke dosis het gm moet worden toegediend om de juiste plasmaconcentratie te bereiken en handhaven. A: absorptie : opname van een gm. B: distributie : verdeling over het organisme. M: metabolisme : omzetting in (on)werkbare stoffen. E: eliminatie : uitscheiding. Eencompartimentenmodel: gm verspreidt zich homogeen over het lichaam. Tweecompartimentenmodel: uitwisseling van gm met het perifere weefsel. Plasmaconcentratie / tijdcurve: Tijdens absorptiefase wordt meer gm in het plasma opgenomen dan er via eliminatie en distributie naar de weefsels uit het plasma verdwijnt. plasmaspiegel stijgt. Tijdens de distributiefase verdwijnt er meer gm uit het plasma dan er via absorptie wordt opgenomen. Gm verlaat het plasma niet alleen via eliminatie maar ook door verdeling over de weefsels. plasmaspiegel daalt. Tijdens de eliminatiefase verlaat meer gm het plasma dan er in komt. absorptie is vrijwel nul. Dalende plasmaconcentratie leidt tot terugvloeien van het gm vanuit de weefsels naar het plasma.

3 Eerste orde kinetiek: Of lineaire kinetiek. Per tijdseenheid wordt een bepaald % van het gm uitgescheiden of omgezet. (door diffusie over de membranen, actief transport door membraaneiwitten, en omzetting door enzymen. = ADME beïnvloedende moleculaire processen) Nul orde kinetiek: Of niet-lineaire kinetiek. Omzetting is onafhankelijk van de gm concentratie. Vaste hoeveelheid gm wordt per tijdseenheid omgezet. Geen verband tussen hoogte gm concentratie en hoeveelheid gm dat omgezet wordt. Gm heeft geen halfwaardetijd. Om Steady State (SS) te bereiken moet hoeveelheid gm toegediend worden die uitgescheiden wordt. Bv. 100 mg per 24 uur er uit, dan 100 mg per 24 uur er in) Risico op cumulatie. Vb = alcohol. Halfwaardetijd (T½) = tijd de nodig is om een plasmaconcentratie tijdens de eliminatiefase tot de helft te reduceren. Klaring (CL) = hoeveel plasma per tijdseenheid van het gm wordt geschoond. (via nier, lever, huid, longen, gal en speeksel). Alleen vrij in het plasma aanwezige gm (vrije fractie) kan worden geklaard. Verdelingsvolume (V) = volume waarover het gm verdeeld zou zijn als de concentratie in de weefsels gelijk zou zijn aan die van het plasma. Plasmaconcentratie + verdelingsvolume = hoeveelheid gm dat zich in het lichaam bevindt. Biologische beschikbaarheid (F) = de fractie van het gm dat tenslotte in de circulatie terecht komt. F varieert tussen 0 en 1. (injectie = 1) First pass effect = absorptie vanuit de darm en klaring bij 1 e passage door de lever. Kan de belangrijkste determinerende factor voor F zijn. Cumulatie = als dosisinterval korter is dan 4-5 T½ dan stijgt de plasmaspiegel. Kinetiek dynamiekmodel: Het farmacotherapeutisch raam en de plasmaconcentratie / tijdcurve. Het model gaat er vanuit dat het effect van het gm gerelateerd is aan de hoogte van de plasmaspiegel. ( = centrale compartiment). ( Perifere compartiment = weefselspiegel, is niet of moeilijk te bepalen) Alleen de vrije fractie van een gm kan diffunderen naar de weefsels. Verandering in eiwitbinding kan bij een gm met hoge eiwitbinding de vrije concentratie beïnvloeden en dus de weefselconcentratie en effect. Verminderde eiwitbinding bij eenzelfde dosering = lagere totale plasmaspiegel. Er blijft minder in het plasma, meer in het weefsel.

4 Farmacotherapeutisch raam: Ondergrens van plasmaconcentratie (therapeutische drempel) waarbij een gewenst effect optreedt en bovengrens waarbij bepaalde bijwerking optreedt. Afstand tussen onder- en bovengrens is de therapeutische breedte. Wanneer een gm meerdere effecten / bijwerkingen heeft zijn meerdere ramen mogelijk, afhankelijk van het beoogde effect en de aanvaardbaarheid van bepaalde bijwerkingen. Dosering is dan afhankelijk van welk effect men beoogt. De plaats en de breedte van het raam kunnen veranderen wanneer het gm direct of indirect een regulatiemechanisme of orgaanfunctie beïnvloedt. Bv bij antihypertensiva: SS na 4-5 T½ maar pas RR effect na 3-6 weken. (= latere dynamische SS door o.a. aanpassing van RRregelmechanismen) Leeftijd of ontwikkelingsfase van een pt is van invloed op de ADME factoren. Ook comorbiditeit, m.n. hart, lever, nierziekten en gelijktijdig gebruik van andere gm kunnen de kinetiek en dus plasmaconcentratie beïnvloeden. Voor geslaagde farmacotherapie is het van belang de plasmaconcentratie binnen het therapeutisch raam te krijgen. Steady state: Constante hoeveelheid gm die gemiddeld over een dosisinterval in het lichaam aanwezig is: = gemiddelde plasmaconcentratie (C) x verdelingsvolume (V). (C x V is ook de oplaaddosis (DL) bij bv. een prednisonstoot tijdens astma-aanval) Insluipen van een gm: Geleidelijk verhogen van de dosis, bv. bij: - verschillen in dosering tussen pt-en. (bv dose-finding bij lithium) - geringe therapeutische breedte - inductie van tolerantie voor bijwerkingen (bv bij antidepressiva Dosering pas verhogen bij bereiken van SS. Gemiddelde hoogte van de curve wordt bepaald door de dosis en de dosisinterval. De hoeveelheid gm per tijdseenheid is evenredig met gemiddelde SS plasmaconcentratie. Na verdubbeling van de dosis zal de gemiddelde SS plasmaconcentratie ook 2x zo hoog liggen.

5 Om schommelingen in de plasmaspiegel zo klein mogelijk te houden geldt in het algemeen: - verhoging van de dosering wordt bereikt door het verhogen van de doseringsfrequentie. - verlaging van de dosering wordt bereikt door het verlagen van de dosis per keer. Plasmaconcentratie is op gewenst niveau maar er zijn fluctuaties van de curve buiten het therapeutisch gebied doseringsfrequentie verhogen en dosis per gift verlagen. Bij staken: curve daalt met 50% bij elke T½. Uitsluipen: geleidelijk verlagen van de dosis. Bij plaatsen van curve en raam zijn een groot aantal processen betrokken. Veel zijn afhankelijk van specifieke eiwitmoleculen, bv. receptoren, transporters, metabole enzymen. Er bestaat daarom genetische variatie tussen populaties of binnen populaties. Langzame metaboliseerders: Genetische variaties die het CYP P450 minder actief maken m.a.g. toxische effecten omdat een gm minder snel gemetaboliseerd wordt. (= polymorfisme van het enzym) Ultrasnelle metaboliseerders: Genetische variaties die het CYP P450 dupliceren m.a.g. non-respons vanwege snelle afbraak van het gm. Veelal kan men het effect van een gm aflezen aan de werking en bijwerking. Op basis hiervan aanpassingen doen in de dosis of overstappen op een ander medicijn. Of plasmaspiegel bepalen. Farmacotherapie op maat = de plaats van het therapeutisch raam bij de individuele pt bepalen en de curve binnen dat raam krijgen en houden. Wanneer een pt niet tot de standaardpopulatie behoort moet bepaald worden op welke wijze van de standaard afgeweken moet worden om tot een verantwoorde farmacotherapie te komen. Risicopatiënten zijn: kinderen, bejaarden, zwangeren, zogende vrouwen, pt met lever- / nierfunctiestoornisen, comorbiditeit en comedicatie.

6 Hoofdstuk 2 De Voorbereiding Formularium = lijst met basisgeneesmiddelen (bgm) die veel voorgeschreven worden. Effectieve methode om het proces van selectie van bgm systematisch te doorlopen is het samenstellen van een formularium: - farmacologische en farmacotherapeutische gegevens over het gm begrijpen en hanteren. - onderscheid maken tussen belangrijke en minder belangrijke kenmerken van een gm en therapeutische waarde schatten als bronnen elkaar tegenspreken. - welke alternatieven zijn er wanneer een bgm niet geschikt is voor een bepaalde pt. (i.v.m. contra-indicaties, interacties) Informatiebronnen: - Review-artikelen: geeft een overzicht wat bekend is over een bepaalde therapie. Gepubliceerd in bekend tijdschrift streng beoordeeld, betrouwbaarheid. - Meta-analyse: hoe meer pt-en in goed uitgevoerde onderzoeken, hoe krachtiger het bewijs. Echter negatieve uitkomsten worden vaak niet gepubliceerd en dus niet meegenomen in de meta-analyse. Studies zijn vaak heterogeen. - Vergelijking effect gm t.o.v. situatie voor behandeling is niet gecontroleerd en daarom niet erg betrouwbaar. - Info uit artikelen in peer-review artikelen = meer betrouwbaar dan die zonder peer-review. - Cochrane library + tijdschrift Clinical Evidence = hoge betrouwbaarheid. - Richtlijnen en consensusbijeenkomsten = mening van expert. - Reclame = niet betrouwbaar. - Websites = snelle toegang tot info, echter soms weinig betrouwbaar. Evidentie van effect: - Graad 1: RCT s - Graad 2: gecontroleerd maar niet gerandomiseerd onderzoek - Graad 3: gebaseerd op onderzoek, maar geen RCT - Graad 4: ervaring / mening van expert, zonder onderzoek Aanleveren graad 1 evidentie grote, dure studies nodig gefinancierd door farmaceutische industrie + hun marketing wordt gebruikt alleen nieuwe (vaak dure) gm worden onderzocht + vergeleken met ouder gm kans is groot dat nieuw gm superieur wordt bevonden ouder gm krijgen nooit graad 1 evidentie, ook al zijn ze misschien wel waardevol.

7 Keuze van de onderzoekspopulatie wordt bepaald door in- en exclusiecriteria. Resultaten van het onderzoek kunnen daarom niet zomaar gebruikt worden voor de algemene bevolking. Keuze van bgm overzicht maken van belangrijkste indicaties info halen uit repertoria of richtlijnen. Eerst gm kiezen, dan toedieningsvorm, dosering en therapieduur. Keuze geneesmiddel: 1. Diagnose specificeren: Hoe preciezer de diagnose, hoe geringer het aantal therapeutische mogelijkheden, hoe eenvoudiger de keuze. 2. Therapeutisch doel definiëren: Kwaliteit en kwantiteit van leven verbeteren of vrijwaren: mortaliteit neemt af? Klachten a.g.v. ziekte versus bijwerkingen van gm kwaliteit van leven? 3. Effectieve gm groepen inventariseren: Effectiviteit: harde eindpunten: mortaliteit verminderen en invaliderende morbiditeit vermijden. Intermediaire eindpunten: tekens van orgaanschade t.g.v. 1 of meerdere risicofactoren pt heeft risico op optreden harde eindpunten. NNT: (number needed to treat), aantal pt-en die een bepaalde tijd behandeld moeten worden om 1 gebeurtenis te voorkomen. NNT hangt af van van RRR (relatieve risico reductie) t.g.v. een behandeling & de frequentie van de gebeurtenis zonder behandeling. CER: (control event rate), bv als risico op een bepaalde ziekte in volgende 10 jaar 50% is, is de CER 0,5. EER: (experimental event rate), risico % wat behandeling met een gm kan reduceren. ARR: (absolute risico reductie), EER-CER=ARR. NNT: = 1:ARR. NNT heft een belangrijke rol in berekenen van de kostprijs van een behandeling. (= farmaco-economie) Geneesmiddelengroep: Geneesmiddelen met hetzelfde werkingsmechanisme en vergelijkbaar molecuulstructuur: hetzelfde effect, dezelfde bijwerkingen, contra-indicaties en interacties. Bij de meeste diagnoses worden 2-4 beschikbare gm groepen gevonden die in meer of mindere mate effectief zijn. Effectiviteit is afhankelijk van de effectiviteit van het gm en de therapietrouw. 4. Effectiviteit, veiligheid, geschiktheid en kosten vergelijken: Effectiviteit: - Effect op harde en intermediaire eindpunten & risicofactoren

8 - Farmacodynamische & ~kinetische eigenschappen. - Zo eenvoudig mogelijk doseerschema. Veiligheid: - Bijwerkingen en toxische effecten. Vooral ook de ernst en frequentie van bijwerkingen. Geschiktheid: - Contra-indicaties. - Interacties: farmacokinetisch en ~dynamisch, bv. ook met voedsel en kruiden. - Gebruiksgemak voor de pt toedieningsvorm en doseerfrequentie. Kosten: - Prijs per dag/maand. 5. Voorkeursrangorde van de groepen bepalen: Voor elke medicijngroep score geven voor de 4 criteria. (effectiviteit, veiligheid, geschiktheid en kosten). Relatieve waarde van de 4 criteria bepalen. (moet samen 1 zijn). Keuze gm groep wordt berekend uit de som van de gewogen scores. (score x gewicht gescoord criterium = gewogen score) 6. Basisgeneesmiddel kiezen: Gm uit een (sub)groep hebben vaak dezelfde dynamiek en verschillende kinetiek. Is daarom onmogelijk om gm los van de toedieningsvorm te kiezen: het beïnvloed nl de werkingsduur, geschiktheid voor de pt en de therapietrouw. T.a.v. prijs: generieken (stofnaam) zijn meestal goedkoper dan merkpreparaten. 7. Ervaring met voorgestelde keuzemethode: Toedieningswijzen: Systemisch: enteraal = oraal, sublinguaal, rectaal. Parenteraal = inhalatie, transdermaal, injecties. Lokaal: huid, zintuigen, oraal & rectaal & inhalatie voor lokaal effect, vaginaal. ( voor overzicht eigenschappen toedieningwijzen zie blz. 55) 8. Keuze doseringsschema: Normdosering: vastgesteld doseringsschema bij de gemiddelde pt wordt met dergelijke dosering plasmaspiegels in therapeutisch gebied bereikt. Beschreven is de dosis per toediening en de dosisinterval. Geneesmiddelvrije interval: bij sommige gm moet voor een optimale werking de plasmaspiegel zich geregeld onder de therapeutische drempel bevinden. Voor bepaalde categorie pt-en kan de dosering uitgerekend worden, bv. mg per kg. Scheelt rekenwerk en voorkomt fouten. 9. Keuze therapieduur & totale hoeveelheid van het gm: Het te verwachten tijdstip waarop effect zal optreden en de tijd die nodig is om de oorzaak weg te nemen, onderdrukken of periode te overbruggen.

9 Op grond van inzicht in de pathofysiologie & prognose kan meestal bepaald worden hoe lang therapie moet worden voortgezet. Bij kortdurende behandeling is effectiviteit belangrijker dan invloed op levenskwaliteit. Bij langere therapieduur zijn pt-en mogelijk moeilijker te motiveren kiezen voor minder effectief gm met minder bijwerkingen. Voorschrijven hoeveelheid is afhankelijk van de dosering, therapieduur, houdbaarheid en veiligheid van verpakkingseenheden. Eerste behandeling recept voor 2 weken, chronische behandeling recept voor 3 maanden. Inwerking licht, lucht / vocht, invloed temperatuur geven fysische, chemische, microbiologische veranderingen van het gm. - fysisch: vorming van neerslag in emulsies, verandering hardheid tabletten. - chemisch: oxidatie, reductie, hydrolyse van het werkzame bestanddeel. - microbiologisch: bacterie & schimmelgroei. (bij H²O) Relatieve veiligheid: schadelijkheid van gm bij overdosering. Hoofdstuk 3 Het Stappenplan Oplossen van het patiëntprobleem d.m.v. een diagnostisch en therapeutisch proces. Diagnostisch proces: - Hulpvraag: klacht, symptoom, verzoek. - Probleemduiding: probleemdefinitie & waarschijnlijkheidsdiagnose. - Onderzoek: anamnese, LO & evt. aanvullend onderzoek. - Patientprobleem: probleemdefinitie & diagnose. Therapeutisch proces: Stap 1: bepalen pt probleem. Stap 2: vaststellen therapeutisch doel. Stap 3: bepalen standaardtherapie. Stap 4: controleren geschiktheid pt. (gm, toedieningsvorm, doseringsschema, therapieduur & risicogroepen?) Stap 5: therapie uitvoeren. Stap 6: evaluatie & controle gm therapie. Stap 1: bepalen pt probleem: Probleemdefinitie + diagnose. Geschikte therapie = therapie met de grootste kans op gewenste effecten en minste kans op ongewenste effecten. Indien meer geschikte therapieën goedkoopste kiezen.

10 Eerste consult: nieuwe klacht / symptoom: meteen therapie, differentiaal diagnose (DD) opstellen, evt. aanvullend onderzoek. Tweede consult: resultaten en diagnose bespreken, therapie kiezen en instellen. Stap 2: therapeutisch doel vaststellen: = omschrijving van de gewenste eindsituatie + de tijd waarbinnen het moet zijn bereikt. Het doel bepaalt welke therapie het meest geschikt is + biedt criteria voor evaluatie effect + evt. aanpassen van de therapie. Doelen: symptoombestrijding, genezing, palliatie, preventie. Stap 3: standaardtherapie / gm bepalen: Standaarden / protocollen (NHG, CBO) Formularia voor farmacotherapie o.b.v. literatuur en/of consensus. Wanneer geen standaard of protocol beschikbaar is: - klacht / symptoom, DD, aanvullend onderzoek en diagnose. - O.b.v. pt probleem mogelijke therapieën zoeken. (inzicht in pathofysiologie van een ziekte en werkingsmechanisme van een gm is dan essentieel) - therapieën afwegen o.b.v. effectiviteit, veiligheid, geschiktheid en kosten. Stap 4: controleren op geschiktheid voor de pt: Controle op gm, toedieningsvorm, doseringsschema en therapieduur. Volgende parameters spelen een belangrijke rol: - contra-indicaties, bv comorbiditeit. - interacties, bv comedicatie. - gemak / acceptatie - gm allergie Voornamelijk bij risicopt-en: zwangeren, kinderen, ouderen, pt-en met lever- & nierfunctiestoornissen. 4a. Geneesmiddel geschikt? Contra-indicaties en interacties zijn bepalend voor effectiviteit en veiligheid van het gm bij de pt. Contra-indicaties kunnen veroorzaakt worden door het gm zelf, nevenaandoening bij de pt en pt factoren die verhoogd risico geven. Interacties: bv met andere gm of voedsel / drank. - chemische interacties: 2 stoffen reageren met elkaar.

11 - farmacodynamische interacties: 2 stoffen hebben eenzelfde of tegengesteld effect. Soms wordt dit bewust toegepast voor een positief effect. - Interacties met enzymen: stof A en stof B worden door hetzelfde enzym in de lever gemetaboliseerd. Soms is er onvoldoende enzym om de klaring van beide stoffen constant te houden. Het enzym is verzadigd, de eerste orde kinetiek kan niet gehandhaafd blijven, de kinetiek wordt niet-lineair. (bv. orale anticonceptie vertragen de eliminatie van benzo s m.a.g. een sterker effect en bijwerkingen) 4b. Toedieningsvorm geschikt? Bv. standaardtoedieningsvorm geeft een te traag effect of pt verdraagt het niet of pt kan het moeilijk hanteren of pt kan niet voldoen aan eisen van bewaren gm of therapieduur. 4c. Doseringsschema geschikt? Uiterste waarden van de normdosering geven de minimale en maximale doseringen aan voor de gemiddelde pt populatie. Aanleidingen om het standaard doseringsschema aan te passen zijn: - het therapeutisch gebied en/of plasmacurve is verschoven t.o.v. gemiddelde populatie, bv. door verandering in kinetiek (ADME): A laag, D M E hoog: plasmaconcentratie daalt. A hoof, D M E laag: plasmaconcentratie stijgt. - doseringsregime is niet gebruiksvriendelijk / praktisch bv omdat het ingewikkeld is ( therapietrouw), door slecht zien of motorische stoornissen. Aanpassing dosering door verhogen / verlagen inname of toedieningfrequentie, of verhogen / verlagen hoeveelheid gm per inname of toediening. Bij verhoging gm per keer rekening houden met therapeutische breedte: grotere fluctuatie brengt de plasmaconcentratie mogelijk boven of onder het therapeutisch raam. 4d. Therapieduur & totale hoeveelheid geschikt? Benodigde tijd om oorzaak weg te nemen kan langer of korter zijn, bv ouderen met infecties moeten langer antibiotica nemen. Praktische redenen: pt gaat op vakantie. 4e. Risicopatiënten. Zwangeren: teratogene eigenschappen zijn mogelijk schadelijk voor de vrucht. Indien absoluut geïndiceerd dan uit een bepaalde groep gm het middel kiezen met de minste metabole belasting. (Vuistregel: kleinste aantal moleculen = de laagste dosering.)

12 Lacterende vrouwen: uitscheiding van het gm via de melk. Zuigeling heeft verhoogde gevoeligheid voor het gm door bloed-hersenbarrière, onrijpheid van het leverenzymen systeem ( M), nierfunctie t.o.v. volwassenen ( E) en verdringing van bilirubine uit de eiwitbinding m.a.g. kernicterus. Gm kunnen ook stimulatie of remming van de melkproductie geven. Kinderen: wienig evidence based gegevens beschikbaar. - geneesmiddel: in preparaattekst staat wel/niet gecontraïndiceerd voor kinderen, als niets is vermeld dan is het niet onderzocht. - dosering: als niet is vermeld gecontraïndiceerd bij kinderen & er zijn kinderdoseringen vermeld, dan kan het gm gegeven worden aan kinderen. Als gecontraïndiceerd bij kinderen niet is vermeld & er staan geen kinderdoseringen, dan kan de dosering m.b.v. de Denekampschaal bepaald worden. ( formule van Haycock: lichaamsoppervlak = kg x lengte in cm) - toedieningsvormen: liever oraal dan rectaal, inhalatie is soms moeilijk, injectie liever in bovenarm of bovenbeen dan in bil (ivm zenuw), instructies moeten aan ouders en kind gegeven worden. - aandachtspunten: paradoxale reacties, vertraagde uitscheiding, therapietrouw sterk afhankelijk van ouders, therapietrouw tijdens schooluren is vaak slecht. Ouderen: 1. Veranderd kinetisch profiel: afname lever- en nierfunctie. Dosisaanpassing is nodig, bv starten met de helft van de volwassen dosis, dosering o.b.v. klinisch beeld of plasmaspiegel. Vooral bij gm met smalle therapeutische breedte doseren op geleide van plasmaspiegel. Reductie nierfunctie kan kinetiek beïnvloeden ander gm kiezen of dosis aanpassen. 2. Veranderde gevoeligheid: vooral stoffen met een centraal effect & stoffen met anticholinerge (bij)werking. 3. Verwarring bijwerking met ouderdomsverschijnselen: bv. verwardheid, slaapstoornissen, orthostatische hypotensie, geheugenverlies. 4. Therapietrouw: bv vergeetachtigheid, slecht zien, overslaan maaltijden, gewrichtsklachten. Wat te doen: aantal medicijnen beperken, praktische toedieningsvorm, eenvoudig / duidelijk doseringsschema, hulp inschakelen van buren, familie, etc. 5. Pt met gestoorde leverfunctie: - verandering in kinetisch profiel, m.n. gm met groot first pass effect. Plasmaspiegel. - leverinsufficiëntie geeft een kleiner first pass effect. Als gm na first pass effect een actieve metaboliet geeft die beoogd wordt, dan zal de plasmaspiegel van het nog niet werkzame gm stijgen en die van de actieve metaboliet dalen.

13 - verandering in plasma-eiwitgehalte (bv ascites) kan een wijziging geven in de eiwitbinding, verdelingsvolume en uitscheiding. - verandering gevoeligheid (therapeutisch raam) vaak gevoelig voor bepaald gm. 6. Pt met gestoorde nierfunctie: - probleem als gm of zijn actieve metaboliet voor 50% door nier wordt uitgescheiden of <50% maar dan met smalle therapeutisch breedte. - nierinsufficiëntie wordt vaak niet onderkend. - serumcreatinine bepaling kan nierfunctie overschatten, rekening houden met leeftijd, geslacht en kg. - dosisaanpassing door verlaging van de dosis of verlenging van dosisinterval. Stap 5: Praktische uitvoering. Recept schrijven: schriftelijke aanwijzing + bereiding en/of aflevering van een gm, afgegeven door een geneeskundige, tandarts of verloskundige. Op recept: Naam, adres, tel. voorschrijver. Datum recept. Naam gm: generische naam, zn specificatie bv FNA. Sterkte. Toedieningsvorm. Totale hoeveelheid. Wijze van gebruik. Ondertekening (paraaf of handtekening). Naam, adres, evt. leeftijd pt. Opiaatrecept: Onuitwisbare inkt. Voluit in letters de sterkte van het gm en de hoeveelheid. Nauwkeurig instructie: dosis per x, max. per etmaal. Gebruik bekend mag niet. Volledige handtekening en adres pt. Eén preparaat per recept. Toediening gm: bv. oraal, parenteraal: injectie of infuus. Bij injectie controle vervaldatum, inhoud en dosering. Therapietrouw bevorderen: pt bij keuze betrekken, eenvoudig doseringsschema & korte therapieduur, goede pt-artsrelatie & communicatie: - info over werking: effect, termijn, hoelang, welke klachten blijven. - info over bijwerking: die veel voorkomen, die hinderlijk zijn, die ernstig/gevaarlijk zijn. - instructies over: wijze inname / gebruik, dosering, tijdstip inname, duur, bewaren. - waarschuwingen over: interacties, max. dosis, evt. beïnvloeding reactievermogen, afmaken kuur, verkleuren evt. van urine / ontlasting. Stap 6: Evaluatieplan & controle gm therapie. Passieve controle: instructie aan pt wat te doen wanneer gm problemen geeft. Actieve controle: controleafspraken, bepalen controle-interval. Is afhankelijk van de ziekte, de therapieduur en max. hoeveelheid gm op recept. Controleren of info en instructie begrepen is, heeft pt vragen?

14 Doel van controle: heeft gm therapie het probleem opgelost? Wat is de effectiviteit en veiligheid: evt opnieuw anamnese, LO, lab.onderzoek en aanvullend onderzoek. Kan de therapie gestopt worden? Bij falen therapie alle stappen opnieuw doorlopen. Bij staken therapie soms gm uitsluipen = dosis geleidelijk verlagen. Plasmaspiegelbepaling alleen wanneer er een verband is tussen plasmaconcentratie en therapeutische en/of toxische effecten. - wanneer farmacologisch effect niet eenvoudig te meten is. - bij gebrekkige correlatie tussen dosis en plasmaconcentratie. - bij gm met een smalle therapeutische breedte, evt. met toxische werkingen. - bij profylactische toepassing, bv anti-epileptica. - bij afwijkende eliminatie (M of E) - bij controle op therapietrouw. - bij bijwerkingen die lijken op het behandelde ziektebeeld. - bij verdenking op niet-lineaire kinetiek (nul orde kinetiek), tolerantie of interactie. Werkzaamheid van een gm wordt bepaald door de vrije fractie. Wanneer een gm sterk aan een eiwit is gebonden en de eiwitbinding verandert, dan kan de totale plasmaspiegel een subtherapeutische spiegel suggereren. Als dan de dagelijkse dosis wordt verhoogd, terwijl de plasmaconcentratie van de vrije fractie in het therapeutisch gebied ligt, dan kan dit leiden tot toxische spiegels. ( = toename vrije fractie terwijl de totale hoeveelheid gm ~gebonden en ongebonden fractie~ in de therapeutische range ligt) Tijdstip plasmabepaling: - plateauconcentratie moet bereikt zijn (na 4-5 T½) - verdelingsfase moet voltooid zijn. - tijdstip afname t.o.v. de laatste dosis moet bekend zijn: Wanneer plasmaspiegel tijdens dosisinterval sterk fluctueert. M.n. bij gm met kort T½. Bij gm waarbij de absorptie sneller verloopt dan verdeling naar de weefsels. (D) Oraal is de piekspiegel +/- na 1 à 2 uur na inname, dalspiegel is op het einde van de dosisinterval.

Samenvatting Hoofdstuk 1 Farmacotherapie op maat

Samenvatting Hoofdstuk 1 Farmacotherapie op maat Samenvatting Hoofdstuk 1 Farmacotherapie op maat Patiënt komt bij arts en na diagnose schrijft hij of: Geen therapie voor. Niet medicamenteuze therapie voor. Farmacotherapie voor. Een combinatie van mogelijkheden

Nadere informatie

Samenvatting Hoofdstuk 3 Farmacotherapie op maat. Het stappenplan: Diagnostisch proces:

Samenvatting Hoofdstuk 3 Farmacotherapie op maat. Het stappenplan: Diagnostisch proces: Samenvatting Hoofdstuk 3 Farmacotherapie op maat Het stappenplan: Diagnostisch proces: Hulpvraag; Klacht, symptoom, verzoek. Probleemduiding Probleemdefinitie en waarschijnlijkheidsdiagnose. Onderzoek:

Nadere informatie

Farmacodynamiek en Farmacokinetiek

Farmacodynamiek en Farmacokinetiek Farmacodynamiek en Farmacokinetiek Prem Adhien apotheker/epidemioloog 29 januari 2018 Timm,Timm & Timm 1 Docent Prem Adhien Apotheker Voorzitter SIG Diabetes NDF Hogeschool Utrecht: docent MPA Universiteit

Nadere informatie

De lotgevallen van medicatie in het menselijk lichaam.

De lotgevallen van medicatie in het menselijk lichaam. De lotgevallen van medicatie in het menselijk lichaam. Waarom medicijnen gebruiken? Iemand heeft een aandoening en de oorzaak van die aandoening kan met geneesmiddelen worden behandeld causale behandeling.

Nadere informatie

Algemene kennis over farmacokinetiek (PK)

Algemene kennis over farmacokinetiek (PK) Algemene kennis over farmacokinetiek (PK) C max, klaring, Vd, halfwaardetijd, AUC, biologische beschikbaarheid, proteinebinding Watis ditjargon? Is dit belangrijk voor mij? 2-1 Algemene kennis over farmacokinetiek

Nadere informatie

Farmacokinetiek en dynamiek

Farmacokinetiek en dynamiek Farmacokinetiek en dynamiek Het toepassen van informatie uit het farmacotherapeutisch kompas Douwe van der Meer Ziekenhuisapotheker 20-03-2018 Wie schrijf het Kompas? VWS ZI Verzekeraars Wat is de bron?

Nadere informatie

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp. 1000 mg paracetamol.

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp. 1000 mg paracetamol. 1.3.1.1 SmPC Page 1 of 5 1.3.1.1 SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS Samenvatting van de productkenmerken 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Kruidvat Paracetamol 120 mg, zetpillen. Kruidvat Paracetamol 240 mg,

Nadere informatie

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Vitamine C Teva 50 mg, Vitamine C Teva 100 mg, Vitamine C Teva 250 mg, Vitamine C Teva 500 mg, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

Workshop farmacokinetiek. Marieke Zeeman Internist-ouderengeneeskunde Klinisch farmacoloog i.o.

Workshop farmacokinetiek. Marieke Zeeman Internist-ouderengeneeskunde Klinisch farmacoloog i.o. Workshop farmacokinetiek Marieke Zeeman Internist-ouderengeneeskunde Klinisch farmacoloog i.o. De wachtkamer Patiënt M Patiënt B Patiënt C Patiënt D Recapitulatie Oplaaddosis C 0 = F x D / Vd Klaring Cl

Nadere informatie

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een 1 2 Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een medicament tussen plasma en weefsels en de effecten

Nadere informatie

METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG

METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG RUBEN VAN COEVORDEN HUISARTS HOSPICE ARTS JHI CONSULENT PALLIATIEVE ZORG WAT KOMT AAN BOD? Indicaties Beschikbare preparaten Farmacokinetiek Farmacodynamiek

Nadere informatie

Inhoud van de Investigator s Brochure (IB)

Inhoud van de Investigator s Brochure (IB) Inhoud van de Investigator s Brochure (IB) Bron: Richtsnoer voor good clinical practice (CPMP/ICH/135/95) 1. Algemene overwegingen De IB moet bevatten: 1.2 Titelpagina Deze moet de naam van de sponsor,

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL SURAMOX 10% 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: amoxicilline (als amoxicillinetrihydraat)

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Januari 2013 1 of 16 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL De-Nol, tabletten 120 mg 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING De-Nol tabletten bevatten als actief

Nadere informatie

Basale Farmacokinetiek op de Intensive care Armand R.J. Girbes & Noortje Swart

Basale Farmacokinetiek op de Intensive care Armand R.J. Girbes & Noortje Swart Basale Farmacokinetiek op de Intensive care Armand R.J. Girbes & Noortje Swart Intensive Care & Apotheek VU medisch centrum Netherlands Farmaco-terminologie Farmacologie de studie van geneesmiddelen observeerbare

Nadere informatie

Hulpstof met bekend effect: Opticrom, oogdruppels bevat benzalkoniumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

Hulpstof met bekend effect: Opticrom, oogdruppels bevat benzalkoniumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Opticrom, oogdruppels, oplossing 20 mg/ml Opticrom Unit Dose, oogdruppels, oplossing 20 mg/ml 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat per ml.

Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat per ml. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Natriumcromoglicaat oogdruppels 20 mg/ml, oogdruppels, oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 1 NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CEFALEXINE Kela 50 mg, tabletten voor honden KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddeel: Cefalexinum

Nadere informatie

FARMACOKINETIEK EN ADME-PROCESSEN

FARMACOKINETIEK EN ADME-PROCESSEN HERTENTAMEN FARMACOKINETIEK EN ADME-PROCESSEN Vakcode: 435084 Docent: dr. J.N.M. Commandeur Datum: 27 augustus 2008 Tijd: 12-14 uur Zaal: S.111 Aantal vragen: 5 Zet op elk vel (incl. millimeterpapier)

Nadere informatie

Summary of the Product Characteristics

Summary of the Product Characteristics 1.3.1.1 Summary of the Product Characteristics 1.3.1.1-1 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend

Nadere informatie

FARMACOKINETIEK EN ADME-PROCESSEN

FARMACOKINETIEK EN ADME-PROCESSEN TENTAMEN FARMACOKINETIEK EN ADME-PROCESSEN UITWERKINGEN Vakcode: 435084 Docent: dr. J.N.M. Commandeur Datum: 26 juni 2008 Tijd: 12-14 uur Zaal: KC.159 Zet op elk vel (incl. millimeterpapier) je naam en

Nadere informatie

Acute intoxicaties van verslavende middelen

Acute intoxicaties van verslavende middelen Acute intoxicaties van verslavende middelen Toxicokinetiek en -dynamiek Juul Cox, AIOS ziekenhuisfarmacie Disclosures spreker (potentiële) belangenverstrengeling Nothing to disclosure Definitie intoxicatie

Nadere informatie

Richtlijn Multidisciplinaire richtlijn Borstvoeding

Richtlijn Multidisciplinaire richtlijn Borstvoeding Richtlijn Multidisciplinaire richtlijn Borstvoeding Onderbouwing Conclusies Vaak is het door keuze van het juiste geneesmiddel mogelijk om borstvoeding veilig te handhaven 11. Niveau 4 Toelichting Indien

Nadere informatie

Farmacokinetiek van Psychofarmaca

Farmacokinetiek van Psychofarmaca Page 1 of 11 Farmacokinetiek van Psychofarmaca Mijn nascholing Redactie G.W.K. Hugenholtz, ziekenhuisapotheker, Ziekenhuisapotheek Altrecht GGZ, Den Dolder Dr. D.J. Touw, ziekenhuisapotheker, Apotheek

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Amo-Colmix w.o. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per gram: Werkzame bestanddelen: Colistinesulfaat 500.000

Nadere informatie

Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Norit 200, capsules 200 mg, hard 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING De capsule bevat 200

Nadere informatie

11-11-2013. Farmacologie. De ziekenhuisapotheek. Inhoud les. Fasen van toediening tot effect. Farmacokinetiek. Farmacokinetiek

11-11-2013. Farmacologie. De ziekenhuisapotheek. Inhoud les. Fasen van toediening tot effect. Farmacokinetiek. Farmacokinetiek Farmacologie Eline Muilwijk AIOS Ziekenhuisfarmacie 24 25 oktober 2013 eline.muilwijk@radboudumc.nl De ziekenhuisapotheek Taken en functies (o.a.): Assortimentsbeheer en geneesmiddelenlogistiek Bereidingen

Nadere informatie

Flavoxaat G04BD02, december 2018

Flavoxaat G04BD02, december 2018 Flavoxaat G04BD02, december 2018 Indicatie Urine-incontinentie, pollakisurie, nycturie, loze aandrang. Standpunt Ephor In het rapport over de muscarine-antagonisten van november 2016 wordt flavoxaat door

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL SELGIAN 20 mg tablet voor honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per tablet: Werkzaam bestanddeel: selegiline

Nadere informatie

Inhoud Toedieningswegen en toedieningsvormen Inleiding Toedieningswegen Orale toedieningsvormen Toedieningsvormen voor neus, oor, mond en oog

Inhoud Toedieningswegen en toedieningsvormen Inleiding  Toedieningswegen  Orale toedieningsvormen  Toedieningsvormen voor neus, oor, mond en oog VII 1 Toedieningswegen en toedieningsvormen..................................... 1 1.1 Inleiding............................................................................ 3 1.2 Toedieningswegen..................................................................

Nadere informatie

THIAMINE HCL TEVA 25 MG THIAMINE HCL TEVA 50 MG THIAMINE HCL TEVA 100 MG tabletten

THIAMINE HCL TEVA 25 MG THIAMINE HCL TEVA 50 MG THIAMINE HCL TEVA 100 MG tabletten 1.3.1 : Productinformatie Blz. : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Thiamine HCl Teva 25 mg,. Thiamine HCl Teva 50 mg, Thiamine HCl Teva 100 mg, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Thiamine HCl

Nadere informatie

Farmacotherapie. Farmacokinetiek & -dynamie. Overzicht. Farmacokinetiek: Wat doet het lichaam met het geneesmiddel?

Farmacotherapie. Farmacokinetiek & -dynamie. Overzicht. Farmacokinetiek: Wat doet het lichaam met het geneesmiddel? Farmacotherapie Agnes Nicia Farmacokinetiek & -dynamie Farmacokinetiek: Wat doet het lichaam met het geneesmiddel? Farmacodynamie: Wat doet het geneesmiddel met het lichaam? Overzicht Dosis geneesmiddel

Nadere informatie

Samenvatting van de productkenmerken RVG MRP: DE/H/0449/001/R/001

Samenvatting van de productkenmerken RVG MRP: DE/H/0449/001/R/001 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Nefrocarnit 1000 mg / 5 ml injectievloeistof 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame stof: 5 ml voor injectie (= 1 ampul) bevat 1000 mg levocarnitine, overeenkomend

Nadere informatie

200906_oefen.pdf. Tentamen 25 juni 2009, vragen

200906_oefen.pdf. Tentamen 25 juni 2009, vragen 200906_oefen.pdf Tentamen 25 juni 2009, vragen Universiteit Utrecht Farmacie Geneesmiddel en patient Naam: Collegekaartnummer: OPGAVEN TENTAMEN BLOK FA-201 GENEESMIDDEL EN PATIENT 25 juni 2009 9.00 12.00

Nadere informatie

Inleiding in de farmacotherapie

Inleiding in de farmacotherapie H. Elling Inleiding in de farmacotherapie Derde druk Houten 2013 V Voorwoord Inleiding in de farmacotherapie heeft als doel de basisbegrippen uit de farmacotherapie uit te leggen. Kennis van de basisbegrippen

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2013/REG NL 9348/zaak 361152 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Gezien het verzoek van Virbac Laboratories te F-06516

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL ENTERFLUME 50% 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per gram: Werkzaam bestanddeel: Flumequine 500 mg Zie rubriek

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL TOLFINE, 40 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen en varkens 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml:

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Baycox 2,5% orale oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Toltrazuril 25 mg/ml

Nadere informatie

Albert Heijn Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp mg paracetamol.

Albert Heijn Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp mg paracetamol. 1.3.1.1 SmPC Page 1 of 5 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Albert Heijn Paracetamol 120 mg, zetpillen. Albert Heijn Paracetamol 240 mg, zetpillen. Albert Heijn Paracetamol 500 mg, zetpillen. Albert Heijn Paracetamol

Nadere informatie

Noorderpoort Medische Kennis

Noorderpoort Medische Kennis Kerntaak: Triëren Werkproces 1.1: Medische Kennis Werkproces 1.2: Behandelmethoden en therapieën Doelstelling(en) De DA kan bij het intakegesprek het probleem, risicovolle of complexe situaties in kaart

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2014/REG NL 2108/zaak 429065 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Gezien het verzoek van Alfasan Nederland B.V. te Woerden

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL TOLFINE, 40 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen en varkens 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml:

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: Werkzame bestanddelen: Butafosfan 100 mg Cyanocobalamine (vitamine

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL PROGRAM 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen: Een tablet PROGRAM bevat: Lufenuron 67,8 mg

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2013/REG NL 102462/zaak 365299 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Beschikkende op de aanvraag d.d. 2 oktober 2013 van

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde kokosnootolie q.s. ad 1 ml.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde kokosnootolie q.s. ad 1 ml. SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLAMOXYL L.A. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL ENTERFLUME 50%, 500 mg/g, poeder voor drank 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per gram: Werkzaam bestanddeel:

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2015/REG NL 1357/zaak 454413 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Gezien het verzoek van Virbac Laboratories te Carros

Nadere informatie

Ervaring Aantal ouderen bestudeerd in Randomized Controlled Trials (RCTs) 196 patiënten, gemiddelde leeftijd 67 jaar.(4)

Ervaring Aantal ouderen bestudeerd in Randomized Controlled Trials (RCTs) 196 patiënten, gemiddelde leeftijd 67 jaar.(4) Fosinopril C09AA09, januari 2018 Indicatie Hypertensie en hartfalen. Standpunt Ephor In het rapport over de ACE-remmers van december 2017 wordt fosinopril door Ephor als behandeling van hypertensie niet

Nadere informatie

Dosering: geen dosisaanpassing op basis van leeftijd. Een startdosering van 5 mg wordt geadviseerd.

Dosering: geen dosisaanpassing op basis van leeftijd. Een startdosering van 5 mg wordt geadviseerd. Fosinopril C09AA09, april 2019 Indicatie Behandeling van hypertensie en symptomatisch hartfalen.(1,2) Standpunt Ephor en samenvatting Fosinopril wordt door Ephor niet geadviseerd als behandeling van hypertensie

Nadere informatie

RVG Version 2017_06 Page 1 of 5

RVG Version 2017_06 Page 1 of 5 Version 2017_06 Page 1 of 5 1.3.1.1 SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Propylthiouracil Apotex 50 mg, tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke tablet bevat

Nadere informatie

EPILEPSIE EN THERAPEUTIC DRUG MONITORING. A.CP. Mathot. In de meeste laboratoria van ziekenhuisapotheken. hebben of in een diepe slaap geraken.

EPILEPSIE EN THERAPEUTIC DRUG MONITORING. A.CP. Mathot. In de meeste laboratoria van ziekenhuisapotheken. hebben of in een diepe slaap geraken. EPILEPSIE EN THERAPEUTIC DRUG MONITORING A.CP. Mathot In de meeste laboratoria van ziekenhuisapotheken zullen bloedspiegels van antiepileptica bepaald worden. De redenen om bloedspiegels van anti-epileptica

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Actief bestanddeel: Natriumdocusaat 0,12

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Engystol; Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 tablet (301,5 mg) bevat: Vincetoxicum officinale D6 75 mg

Nadere informatie

BIJSLUITER. Inhoud van deze bijsluiter:

BIJSLUITER. Inhoud van deze bijsluiter: BIJSLUITER Lees de hele bijsluiter aandachtig door, omdat er voor u belangrijke informatie in staat. Raadpleeg uw arts of apotheker als u aanvullende vragen heeft. Bewaar deze bijsluiter, misschien heeft

Nadere informatie

Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische

Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische Nederlandse samenvatting Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische farmacokinetische modellen Algemene inleiding Klinisch onderzoek

Nadere informatie

KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Lomudal, dosis-aërosol, 1 mg natriumcromoglicaat per verstuiving:

KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Lomudal, dosis-aërosol, 1 mg natriumcromoglicaat per verstuiving: Aanhangsel IB NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Lomudal, dosis-aërosol KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Lomudal, dosis-aërosol, 1 mg natriumcromoglicaat per verstuiving: FARMACEUTISCHE VORM Lomudal

Nadere informatie

In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2009/REG NL 10200/zaaknummer 76141 In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Beschikkende op de aanvraag d.d. 15 januari 2009 van Beaphar B.V. te Raalte tot verlenging

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL, 100 mg/ml / 0,05 mg/ml,oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: Werkzame bestanddelen:

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2015/REG NL 3563/zaak 462677 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Gezien het verzoek van Boehringer Ingelheim B.V. te

Nadere informatie

Package leaflet

Package leaflet CF 100 mg/ml, injectievloeistof RVG 50810 1.3.1.3 Package leaflet 1.3.1.3-1 Bijsluiter: informatie voor de gebruiker CF 100 mg/ml, injectievloeistof Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Biotransformatie en toxiciteit van

Biotransformatie en toxiciteit van Biotransformatie en toxiciteit van paracetamol 062 1 Biotransformatie en toxiciteit van paracetamol Inleiding Paracetamol is het farmacologisch actieve bestanddeel van een groot aantal vrij en op recept

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Addaven bevat: 1 ml 1 injectieflacon (10 ml)

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Addaven bevat: 1 ml 1 injectieflacon (10 ml) SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Addaven concentraat voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Addaven bevat: 1 ml 1 injectieflacon (10

Nadere informatie

BETAMINE 474,5 mg dragees

BETAMINE 474,5 mg dragees BETAMINE 474,5 mg dragees BETAMINE NAAM VAN HET GENEESMIDDEL BETAMINE 474,5 mg omhulde tabletten (KELA PHARMA) ATC5 Rangschikking Klasse Omschrijving KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke omhulde

Nadere informatie

BOOTS PHARMACEUTICALS PARACETAMOL 500 MG tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 2 juni : Productinformatie Bladzijde : 1

BOOTS PHARMACEUTICALS PARACETAMOL 500 MG tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 2 juni : Productinformatie Bladzijde : 1 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Boots Pharmaceuticals Paracetamol 500 mg,. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per tablet 500 mg paracetamol. Voor hulpstoffen,

Nadere informatie

Summary of product characteristics / 1 van 5

Summary of product characteristics / 1 van 5 1.3.1.1 Summary of product characteristics 1.3.1.1 / 1 van 5 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Isosorbidemononitraat CF 20 mg, tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Isosorbidemononitraat

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL SELGIAN 4 mg, filmomhulde, in vieren deelbare tabletten SELGIAN 10 mg, filmomhulde, in vieren deelbare tabletten SELGIAN

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Metrobactin 500 mg tabletten voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 tablet bevat: Werkzaam bestanddeel:

Nadere informatie

SKP NL versie Clindabuc 200

SKP NL versie Clindabuc 200 BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN - 1 - 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLINDABUC 200 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per in vieren deelbare tablet: 226,67 mg clindamycine

Nadere informatie

Volwassenen 1-2 tabletten per keer, maximaal 6 tabletten per dag.

Volwassenen 1-2 tabletten per keer, maximaal 6 tabletten per dag. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Propyfenazon comp. MAE, tabletten. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per tablet: 150 mg propyfenazon, 250 mg paracetamol en 50 mg coffeïne. Voor hulpstoffen zie

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUKTKENMERKEN. Apravet 100 g/kg premix voor gemedicineerd voer voor varkens 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUKTKENMERKEN. Apravet 100 g/kg premix voor gemedicineerd voer voor varkens 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUKTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Apravet 100 g/kg premix voor gemedicineerd voer voor varkens 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Elke

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen: Per 500 ml: 95,0 g calciumgluconaat 22,5 g calciumgluceptaat

Nadere informatie

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL PYRIDOXINE LABAZ 250 mg tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Pyridoxine hydrochloride (vitamine

Nadere informatie

BIJSLUITER. MELOXIDYL 0,5 mg/ml suspensie voor oraal gebruik voor katten

BIJSLUITER. MELOXIDYL 0,5 mg/ml suspensie voor oraal gebruik voor katten BIJSLUITER MELOXIDYL 0,5 mg/ml suspensie voor oraal gebruik voor katten 1. NAAM EN HET ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN VAN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR DE VRIJGIFTE,

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Paracetamol Mylan 1 g, tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per tablet 1000 mg paracetamol Voor een volledige lijst

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Dicural 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke milliliter van de oplossing bevat: 2.1 Werkzame stof Difloxacine

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL GAVISCON anijs, suspensie GAVISCON pepermunt, suspensie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Natriumalginaat 500 mg/10 ml Natriumbicarbonaat

Nadere informatie

Ervaring: het in RCTs geïncludeerde aantal oude patiënten is met <50 zeer klein.

Ervaring: het in RCTs geïncludeerde aantal oude patiënten is met <50 zeer klein. Nitrendipine C08CA08, januari 2018 Indicatie Nitrendipine is geregistreerd voor hypertensie. Standpunt Ephor In het rapport over de calciumantagonisten van april 2013 wordt nitrendipine door Ephor als

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2015/REG NL 6815/zaak 446121 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Gezien het verzoek van Drs. H.J.M. de Weerd/M.A.J. de

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Lactulose 680 mg/ml drank 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke ml drank bevat 0,68 g lactulose. Voor de volledige lijst

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL BAYTRIL 100 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Enrofloxacine 10,0 g/100 ml. Zie rubriek

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Nux vomica-homaccord; Druppels voor oraal gebruik, oplossing. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 100 g oplossing

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Ferrum-Homaccord; Druppels voor oraal gebruik, oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 100 g oplossing bevat:

Nadere informatie

OPTICROM OPTICROM (MELISANA) XIV B 3 e. Naam van het geneesmiddel: OPTICROM 2 % oogdruppels, oplossing Natrium cromoglicaat

OPTICROM OPTICROM (MELISANA) XIV B 3 e. Naam van het geneesmiddel: OPTICROM 2 % oogdruppels, oplossing Natrium cromoglicaat OPTICROM OPTICROM (MELISANA) XIV B 3 e Naam van het geneesmiddel: OPTICROM 2 % oogdruppels, oplossing Natrium cromoglicaat Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling: Natrium cromoglicaat 20 mg per ml.

Nadere informatie

1 sachet à 5 gram bevat 3,25 gram psylliumvezels (fijngemalen en gegranuleerde vezels van de Plantago ovata).

1 sachet à 5 gram bevat 3,25 gram psylliumvezels (fijngemalen en gegranuleerde vezels van de Plantago ovata). Sandoz B.V. Page 1/5 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 sachet à 5 gram bevat 3,25 gram psylliumvezels (fijngemalen en gegranuleerde vezels van de Plantago ovata).

Nadere informatie

Familiaire Mediterrane Koorts

Familiaire Mediterrane Koorts https://www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Familiaire Mediterrane Koorts Versie 2016 2. DIAGNOSE EN BEHANDELING 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? Over het algemeen wordt de volgende aanpak

Nadere informatie

Water voor injecties Fresenius Kabi, oplosmiddel voor parenteraal gebruik.

Water voor injecties Fresenius Kabi, oplosmiddel voor parenteraal gebruik. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Water voor injecties Fresenius Kabi, oplosmiddel voor parenteraal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Water voor injecties 100 g Per 100 ml oplosmiddel

Nadere informatie

Pijnmedicatie bij acute en chronische pijn In mond, hoofd en aangezicht Denise van Diermen, arts

Pijnmedicatie bij acute en chronische pijn In mond, hoofd en aangezicht Denise van Diermen, arts Pijnmedicatie bij acute en chronische pijn In mond, hoofd en aangezicht Denise van Diermen, arts 1 Pijn.. Wat doet U als U pijn heeft? 2 3 Wat doet u als uw patiënt pijn heeft? 4 Antibiotica ongeschikt

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Transipeg 5,9 g, poeder voor drank. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Dit product bevat per sachet van 6,9 gram.

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Maprelin 75 µg/ml oplossing voor injectie bij varkens 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml oplossing voor injectie bevat:

Nadere informatie

LACTULOSE KELA 500ML FLES

LACTULOSE KELA 500ML FLES LACTULOSE KELA 500ML FLES LACTULOSE KELA NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Lactulose Kela vloeistof voor oraal gebruik (KELA PHARMA) ATC5 Rangschikking Klasse Omschrijving MAAGDARMKANAAL EN STOFWISSELING LAXANTIA

Nadere informatie

SAMENVATTING EN CONCLUSIES

SAMENVATTING EN CONCLUSIES SAMENVATTING EN CONCLUSIES De afgelopen 10 jaar hebben de taxanen paclitaxel (Taxol ) en docetaxel (Taxotere ) een belangrijke plaats verworven in de chemotherapeutische behandeling van kanker. Beide geneesmiddelen

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2013/REG NL 7549/zaak 371459 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Gezien het verzoek van A.A.-Vet Diergeneesmiddelen N.V.

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Ypozane 1,875 mg tabletten voor honden Ypozane 3,75 mg tabletten voor honden Ypozane 7,5 mg tabletten voor honden Ypozane

Nadere informatie

Caniquantel Plus Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole: 500,0 mg Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Caniquantel Plus Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole: 500,0 mg Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Caniquantel Plus Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole: 500,0 mg Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen: Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole:

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Gaviscon Extra Sterk liquid sticks pepermunt, suspensie voor oraal gebruik

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Gaviscon Extra Sterk liquid sticks pepermunt, suspensie voor oraal gebruik SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Gaviscon Extra Sterk liquid sticks pepermunt, suspensie voor oraal gebruik 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke dosis van

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Neurexan; Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 tablet (301,5 mg) bevat: Avena sativa D2 0,6 mg Coffea cruda

Nadere informatie

Meloxidolor 20 mg/ml oplossing voor injectie bij rundvee, varkens en paarden

Meloxidolor 20 mg/ml oplossing voor injectie bij rundvee, varkens en paarden 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Meloxidolor 20 mg/ml oplossing voor injectie bij rundvee, varkens en paarden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Eén ml bevat: Werkzaam bestanddeel: Meloxicam

Nadere informatie